EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL GEZONDHEID EN CONSUMENTEN

Transcriptie

1 EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL GEZONDHEID EN CONSUMENTEN Directoraat F Voedsel- en Veterinair Bureau DG(SANCO) MR DEFINITIEF EINDVERSLAG VAN EEN AUDIT UITGEVOERD IN BELGIË VAN 19 TOT EN MET 23 NOVEMBER 2012 TER BEOORDELING VAN DE SYSTEMEN VOOR CONTROLES VAN BESCHERMDE OORSPRONGSBENAMINGEN (BOB'S), BESCHERMDE GEOGRAFISCHE AANDUIDINGEN (BGA'S) EN GEGARANDEERDE TRADITIONELE SPECIALITEITEN (GTS'EN) VOOR LANDBOUWPRODUCTEN EN LEVENSMIDDELEN Slechts de tekst in de Engelse taal is authentiek

2 Samenvatting Dit verslag bevat de resultaten van een audit van het Voedsel- en Veterinair Bureau (VVB) die van 19 tot en met 23 november 2012 in België is gehouden krachtens Verordening (EG) nr. 882/2004 inzake officiële controles op het gebied van levensmiddelen en diervoeders. De audit was bedoeld om de officiële controlesystemen te beoordelen die worden ingezet in het kader van de tenuitvoerlegging van de EU-wetgeving inzake: beschermde oorsprongsbenamingen (BOB's) en beschermde geografische aanduidingen (BGA's) van landbouwproducten en levensmiddelen: Verordening (EG) nr. 510/2006 en Verordening (EG) nr. 1898/2006; gegarandeerde traditionele specialiteiten (GTS'en) voor landbouwproducten en levensmiddelen: Verordening (EG) nr. 509/2006 en Verordening (EG) nr. 1216/2007; traceerbaarheid en etikettering: artikel 18 van Verordening (EG) nr. 178/2002 en Richtlijn 2000/13/EG; Alle doelstellingen werden bereikt. Over het algemeen zijn bevoegde autoriteiten (BA's) aangewezen en beschikken zij over voldoende personeel om te voorzien in een operationeel systeem voor officiële controles van BOB/BGA/GTS. Het gebrek aan schriftelijke procedures binnen de BA's en het gebrek aan een formele prioriteitenlijst voor officiële controles ondergraven de effectiviteit van het huidige systeem. Tijdens de bezoeken aan de inrichtingen hebben de inspecteurs niet altijd alle elementen van het productdossier beoordeeld. Een aantal productdossiers moet worden gewijzigd om ze in overeenstemming te brengen met de toepasselijke regelgeving. In het verslag wordt een reeks aanbevelingen aan de bevoegde autoriteiten geformuleerd, bedoeld om de geconstateerde tekortkomingen recht te zetten en de uitvoering van de controlemaatregelen te verbeteren.

3 Inhoudsopgave 1 INLEIDING DOELSTELLINGEN EN REIKWIJDTE RECHTSGRONDSLAG EN NORMEN RECHTSGRONDSLAG ACHTERGROND LANDENPROFIEL STATUS VAN GEREGISTREERDE PRODUCTEN IN BELGIË BEVINDINGEN EN CONCLUSIES TOEPASSELIJKE NATIONALE WETGEVING FEDERAAL NIVEAU VLAAMS GEWEST WAALS GEWEST BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST ORGANISATIE EN UITVOERING VAN OFFICIËLE CONTROLES BA'S: AANWIJZING, SAMENWERKING EN COÖRDINATIE CONTROLEORGANEN MIDDELEN VOOR DE UITVOERING VAN DE CONTROLES PRIORITERING VAN OFFICIËLE CONTROLES CONTROLES IN BEZOCHTE INRICHTINGEN PROCEDURES VOOR DE UITVOERING VAN DE CONTROLES EN DE VERSLAGLEGGING HANDHAVINGSMAATREGELEN ALGEMENE CONCLUSIE SLOTVERGADERING AANBEVELINGEN...16 BIJLAGE 1 - VERWIJZINGEN NAAR WETGEVING...17 III

4 IN DIT VERSLAG GEBRUIKTE AFKORTINGEN EN BEGRIPPEN Afkorting BELAC BOVV BA CO DG AGRI DGARNE ADCB DG SANCO DOOR EN EU FAVV ELB FOD Economie VTE VVB ISO Betekenis Belgische Accreditatie-instelling Betere opleidingen voor veiliger voedsel Bevoegde autoriteit Controleorgaan Directoraat-generaal Landbouw en Plattelandsontwikkeling Algemene operationele directie Landbouw, Natuurlijke Rijkdommen en Milieu Algemene directie Controle en Bemiddeling Directoraat-generaal Gezondheid en Consumenten Gegevensbank voor oorsprong en registratie (Database of Origin and Registration) Europese norm Europese Unie Federaal Agentschap voor de veiligheid van de voedselketen Exploitant van een levensmiddelenbedrijf Federale Overheidsdienst Economie Voltijdequivalent Voedsel- en Veterinair Bureau Internationale organisatie voor normalisatie

5 MNCP BOB BBL BGA PJ PVW GTS VO Meerjarig Nationaal Controleplan Beschermde oorsprongsbenaming Beschermde benaming van levensmiddelen Beschermde geografische aanduiding Process Juridical (een rechtsinstrument om rechtszaken aan te spannen) Proces-verbaal van waarschuwing (een schriftelijke waarschuwing) Gegarandeerde traditionele specialiteit Vlaamse overheid

6 1 INLEIDING De audit vond plaats in België van 19 tot en met 23 november Het auditteam bestond uit twee inspecteurs van het Voedsel- en Veterinair Bureau (VVB), één ambtenaar van het directoraatgeneraal Landbouw en Plattelandsontwikkeling (DG AGRI) en een deskundige van een lidstaat van de Europese Unie (EU). De audit maakte deel uit van het geplande programma van het VVB. Het auditteam werd tijdens de hele audit vergezeld door vertegenwoordigers van de relevante bevoegde autoriteit (BA) voor elk gewest. Op 19 november 2012 is er een openingsvergadering gehouden met vertegenwoordigers van het Federaal Agentschap voor de veiligheid van de voedselketen (FAVV), de Federale Overheidsdienst Economie (FOD Economie), de Algemene directie Controle en Bemiddeling (ADCB) van de FOD Economie, de BA in Vlaanderen, de Vlaamse Overheid (VO) en de BA in Wallonië, de Algemene operationele directie Landbouw, Natuurlijke Rijkdommen en Milieu (DGARNE). Tijdens deze vergadering werden de doelstellingen en het programma van de audit bevestigd en werden de controlesystemen door de autoriteiten beschreven. 2 DOELSTELLINGEN EN REIKWIJDTE De audit was bedoeld om de systemen voor officiële controles te beoordelen die worden ingezet in het kader van de tenuitvoerlegging van de EU-wetgeving inzake: beschermde oorsprongsbenamingen (BOB's) en beschermde geografische aanduidingen (BGA's) van landbouwproducten en levensmiddelen: Verordening (EG) nr. 510/ en Verordening (EG) nr. 1898/2006; gegarandeerde traditionele specialiteiten (GTS'en) voor landbouwproducten en levensmiddelen: Verordening (EG) nr. 509/ en Verordening (EG) nr. 1216/2007; traceerbaarheid en etikettering: artikel 18 van Verordening (EG) nr. 178/2002 en Richtlijn 2000/13/EG; De EU-regelingen voor BOB's, BGA's en GTS'en werden uitgewerkt om de benamingen van kwaliteitsvolle landbouwproducten en levensmiddelen te promoten en te beschermen. Deze regelingen stimuleren de productie van verschillende landbouwproducten, beschermen productbenamingen tegen onder meer misbruik, nabootsing en voorstelling en helpen de consument door informatie te verstrekken over het specifieke karakter van de producten: BOB's hebben betrekking op landbouwproducten en levensmiddelen die in een bepaald geografisch gebied met de erkende knowhow zijn geproduceerd, verwerkt en bereid; BGA's hebben betrekking op landbouwproducten en levensmiddelen die nauw verbonden zijn met het geografische productiegebied. Van de productie-, de verwerkings- en de bereidingsfase moet minstens één in het gebied plaatsvinden; en GTS'en benadrukken het traditionele karakter van producten die hetzij geproduceerd zijn op basis van traditionele grondstoffen, hetzij gekenmerkt worden door een traditionele samenstelling dan wel geproduceerd en/of verwerkt zijn volgens een traditionele productie- en/of verwerkingsmethode. 1 Vanaf 3 januari 2013 vervangen door Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 21 november 2012 inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen. 2 Vanaf 3 januari 2013 vervangen door Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 21 november 2012 inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen. 1

7 Meer details over de kwaliteitsregelingen zijn te vinden op onderstaande website: Wat de reikwijdte, betreft, had de audit betrekking op de aanwijzing van de bevoegde autoriteiten (BA's) voor BOB's, BGA's en GTS-regelingen, de samenwerking tussen die autoriteiten, audits en de beschikbare middelen voor het uitvoeren van controles en de controleprocedures. In het kader van deze audit moesten de volgende productdossiers officieel worden gecontroleerd: 2 BOB-producten, 2 BGA-producten en 1 GTS-product. Hiertoe werden de volgende locaties bezocht: Bezoeken/vergaderingen Opmerkingen Bevoegde autoriteiten Alle vermelde BA's woonden de openings- en slotvergadering bij. Daarnaast werd er een afzonderlijke vergadering gehouden met de VO in Vlaanderen en met de DGARNE in Wallonië. 4 Federaal Agentschap voor de veiligheid van de voedselketen (FAVV), Federale Overheidsdienst Economie (FOD Economie) en de Algemene directie Controle en Bemiddeling (ADCB) van de FOD Economie. Vlaamse Overheid (VO) Vlaanderen, Algemene operationele directie Landbouw, Natuurlijke Rijkdommen en Milieu (DGARNE) Wallonië en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Inrichtingen BOB-producenten BGA-producenten GTS-producent Supermarkt Producent van producten van dierlijke oorsprong. Producent van banketbakkerswerk en product van plantaardige oorsprong. Producent van product van plantaardige oorsprong. Een grote supermarkt. 3 RECHTSGRONDSLAG EN NORMEN 3.1 RECHTSGRONDSLAG De audit vond plaats overeenkomstig de algemene bepalingen van de EU-wetgeving, met name: artikel 45 van Verordening (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad. 2

8 De in dit verslag genoemde wetgevingshandelingen van de EU betreffen, indien van toepassing, de laatste gewijzigde versie. Zie bijlage 1 voor de volledige verwijzingen naar de in dit verslag aangehaalde EU-wetgeving. 4 ACHTERGROND 4.1 LANDENPROFIEL Het VVB heeft een landenprofiel van België gepubliceerd, dat op beknopte wijze de controlesystemen voor levensmiddelen en diervoeders, diergezondheid, dierenwelzijn en plantgezondheid beschrijft en een overzicht geeft van de opvolging van de aanbevelingen van de voorgaande VVB-audits. Het landenprofiel is te vinden op: STATUS VAN GEREGISTREERDE PRODUCTEN IN BELGIË In de gegevensbank voor oorsprong en registratie (DOOR) zijn vijf BOB's, twee BGA's en vijf GTS'en uit België geregistreerd. Samen met DG AGRI werden vier beschermde benamingen van levensmiddelen (BBL's) geselecteerd voor deze audit. Het was de bedoeling om in de selectie ten minste een BOB-, een BGA- en een GTS-product op te nemen en tevens aandacht te besteden aan de producten die een aanzienlijke economische waarde opleveren en in aanzienlijke volumes worden geproduceerd. 5 BEVINDINGEN EN CONCLUSIES 5.1 TOEPASSELIJKE NATIONALE WETGEVING Wettelijke voorschriften In artikel 291 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie is bepaald dat de lidstaten alle maatregelen van intern recht nemen die nodig zijn ter uitvoering van de juridisch bindende handelingen van de Unie. Bevindingen Federaal niveau De rechtsgrondslag voor de uitvoering van officiële controles van BOB/BGA/GTS is de wet van 6 april 2010 betreffende marktpraktijken en consumentenbescherming Vlaams Gewest In het besluit van de Vlaamse Regering van 19 oktober 2007 is het rechtskader vastgelegd voor de registratie en controles van BOB/BGA/GTS-producten in Vlaanderen. In dit besluit is bepaald dat de minister van Landbouw aanvullende voorschriften kan vastleggen ten aanzien van controles. Het ministerieel besluit van 7 maart 2008 geeft uitvoering aan het besluit van de Vlaamse Regering van 19 oktober

9 In de praktijk worden de controles gedelegeerd via een overeenkomst tussen de VO en de FOD Economie die op 17 juli 2006 werd ondertekend Waals Gewest De rechtsgrondslag is het decreet van 7 september 1989 betreffende de aanduiding van lokale oorsprong en de aanduiding van Waalse oorsprong alsmede het toepasselijk maken in het Waalse Gewest van de Verordeningen (EEG) nr. 2081/92 en nr. 2082/92, zoals gewijzigd bij het decreet van 19 december De rechtsgrondslag is het besluit van de Waalse Regering van 25 september 2003 houdende toepassing van het decreet van 7 september 1989 betreffende de aanduiding van lokale oorsprong en de aanduiding van Waalse oorsprong alsmede het toepasselijk maken in het Waalse Gewest van de Verordeningen (EEG) nr. 2081/92 en nr. 2082/92, zoals gewijzigd bij het decreet van 19 december Brussels Hoofdstedelijk Gewest De rechtsgrondslag is het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 22 oktober 2009 betreffende de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen en betreffende de gegarandeerde traditionele specialiteiten voor landbouwproducten en levensmiddelen. De rechtsgrondslag is het ministerieel besluit van 27 april 2012 betreffende de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen en de gegarandeerde traditionele specialiteiten voor landbouwproducten en levensmiddelen. Conclusie Er worden relevante maatregelen van intern recht toegepast. 5.2 ORGANISATIE EN UITVOERING VAN OFFICIËLE CONTROLES BA's: Aanwijzing, samenwerking en coördinatie Wettelijke voorschriften De lidstaten zijn uit hoofde van artikel 10, lid 1, van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad en artikel 14 van Verordening (EG) nr. 509/2006 van de Raad verplicht de bevoegde autoriteiten aan te wijzen die verantwoordelijk zijn voor controles met betrekking tot de in deze verordening vastgestelde verplichtingen, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 882/2004. In artikel 11, lid 1, van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad en artikel 15, lid 1, van Verordening (EG) nr. 509/2006 van de Raad is bepaald dat de verificatie inzake de inachtneming van het productdossier, voordat het product op de markt wordt gebracht, wordt uitgevoerd door één of meer controleorganen (CO's) in de zin van artikel 2 van Verordening (EG) nr. 882/2004, die optreden als orgaan voor productcertificering. In artikel 4, lid 3, van Verordening (EG) nr. 882/2004 is vastgelegd dat moet worden gezorgd voor een efficiënte en doeltreffende coördinatie tussen alle betrokken bevoegde autoriteiten (BA's). 4

10 Artikel 4, lid 5, van Verordening (EG) nr. 882/2004 schrijft voor dat indien binnen een bevoegde autoriteit meer dan één eenheid bevoegd is om officiële controles uit te voeren, een doelmatige en doeltreffende coördinatie en samenwerking tussen de verschillende eenheden moet worden gewaarborgd. Bevindingen Federaal niveau De FOD Economie is de BA voor de controle en etikettering van BOB/BGA/GTS-producten die reeds op de markt zijn voor heel België. De ADCB van de FOD Economie is belast met de uitvoering van alle officiële controles op de markt Vlaams Gewest Voor in Vlaanderen als BOB/BGA/GTS geregistreerde producten worden de officiële controles op de naleving van het productdossier door producenten/verwerkers uitgevoerd door de ADCB van de FOD Economie. De VO heeft de uitvoering van de inspecties gedelegeerd aan de ADCB in een overeenkomst die werd ondertekend op 17 juli In Vlaanderen is het dus de ADCB die instaat voor de uitvoering van officiële controles van BOB/BGA/GTS op het niveau van de productie/verwerking en op de markt Waals Gewest In Wallonië is het de DGARNE die als BA belast is met de tenuitvoerlegging van de EU-wetgeving inzake BOB/BGA/GTS. Binnen de DGARNE is de afdeling Ontwikkeling, directie Kwaliteit, verantwoordelijk voor de registratie van BOB/BGA/GTS-producten uit Wallonië. De officiële controles op het niveau van de producenten/verwerkers zijn door de DGARNE gedelegeerd aan CO's. Er is momenteel een CO dat zich bezighoudt met de officiële controles van BOB/BGA/GTS, onder toezicht van de DGARNE Brussels Hoofdstedelijk Gewest Op het moment van de audit waren er geen producenten/verwerkers van BOB/BGA/GTS-producten in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De officiële controles op producten op de markt worden verricht door de ADCB Samenwerkings- en coördinatieactiviteiten De drie BA's houden jaarlijks een vergadering met de verschillende gewesten, waarvan de recentste plaatsvond in januari De thema's die op deze vergaderingen worden besproken, houden hoofdzakelijk verband met de nieuwe aanvragen tot erkenning als BOB/BGA/GTS, belangrijke gevallen van niet-naleving en de voorbereiding van het Belgische standpunt binnen de EU inzake BOB/BGA/GTS. Tweemaal per maand wordt er tevens een vergadering belegd met de drie BA's en de federale BA, de zogeheten Interministeriële Conferentie voor het Landbouwbeleid. Tijdens deze vergaderingen wordt de landbouwwetgeving besproken en wordt ruimte geboden om een Belgisch standpunt uit te werken. De notulen van bovenstaande vergaderingen werden voorgelegd aan het auditteam. 5

11 De FOD Economie verstrekt elk jaar gegevens over de officiële controles van BOB/BGA/GTS aan het FAVV, zodat het zijn geïntegreerd meerjarig nationaal controleplan (MANCP Multi Annual National Control Plan) en het jaarverslag kan aanvullen. Deze informatie wordt ook naar de VO gestuurd. In Wallonië geeft de DGARNE eveneens informatie door aan het FAVV met het oog op de opstelling van het MANCP en het jaarverslag. In het Waalse gewest zijn de FOD Economie/ADCB verantwoordelijk voor de controles van BOB/BGA/GTS op de markt en/of het instellen van onderzoeken naar aanleiding van klachten. De FOD Economie/ADCB verklaarden dat de DGARNE per officiële brief op de hoogte wordt gebracht van vastgestelde gevallen van niet-naleving op de markt met betrekking tot in Wallonië geproduceerde producten. Het auditteam kreeg informatie over een probleem rond de etikettering van een product uit Wallonië dat op de markt werd aangetroffen in Brussel. De DGARNE sprak dit echter tegen en verklaarde dat ze niet bevoegd was om maatregelen te nemen ten aanzien van inbreuken met betrekking tot producten op de markt. Conclusies De BA's die zich moeten bezighouden met de officiële controles van BOB/BGA/GTS zijn aangesteld op federaal niveau en op het niveau van de gewesten. De DGARNE en de FOD Economie/ADCB werken onvoldoende samen (in het kader van de aanpak van gevallen van niet-naleving op de markt), wat indruist tegen artikel 4, lid 3, van Verordening (EG) nr. 882/ Controleorganen Wettelijke voorschriften In artikel 11, lid 3, van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad en artikel 15, lid 3, van Verordening (EG) nr. 509/2006 van de Raad is bepaald dat organen voor productcertificering dienen te voldoen aan, en vanaf 1 mei 2010 dienen te zijn geaccrediteerd volgens, de Europese norm EN of ISO/IEC Guide 65 3 (Algemene voorschriften voor instanties die productcertificeringssystemen toepassen). Artikel 5, lid 2, onder e), van Verordening (EG) nr. 882/2004 schrijft voor dat het controleorgaan de resultaten van de verrichte controles regelmatig moet melden aan de bevoegde autoriteit, en wanneer deze daarom verzoekt. Indien de resultaten van de controles wijzen op niet-naleving of op waarschijnlijke niet-naleving, stelt het controleorgaan de bevoegde autoriteit daarvan onverwijld in kennis. De bevoegde autoriteiten die specifieke taken delegeren aan controleorganen dienen krachtens artikel 5, lid 3, van Verordening (EG) nr. 882/2004 waar nodig audits of inspecties van de controleorganen te organiseren. 3 De ISO/IEC norm: 2012 Conformiteitsbeoordeling Eisen voor certificatie-instellingen die certificaten toekennen aan producten, processen en diensten werd gepubliceerd in september 2012 en zal ISO Guide 65 en EN vervangen. Overeenkomstig een besluit van het International Accreditation Forum (IAF) wordt er voor de tenuitvoerlegging van de nieuwe norm voorzien in een overgangsperiode van drie jaar. 6

12 Bevindingen Waals Gewest De BA die belast is met de verrichting van officiële controles van BOB/BGA/GTS op het niveau van de producenten/verwerkers in Wallonië is EN geaccrediteerd door de Belgische Accreditatie-instantie (BELAC) voor de certificering van BOB/BGA/GTS-producten. Als onderdeel van de beoordeling van de EN accreditatie van het CO observeert BELAC elk jaar een audit die door de CO-inspecteur voor een specifiek BOB/BGA-product wordt verricht. Het toezicht van het CO door de DGARNE omvat twee aspecten. Er wordt jaarlijks een vergadering gehouden met de producentenvereniging en het CO om alle vraagstukken rond de officiële controles van BOB/BGA/GTS van dat jaar te bespreken. Daarnaast voert BELAC een jaarlijkse beoordeling uit om de accreditatie van het CO te bekrachtigen. De DGARNE is altijd aanwezig bij deze beoordeling. De DGARNE verklaarde dat zij via haar aanwezigheid bij de BELACbeoordeling en de jaarlijkse vergadering met de producentenvereniging voldoet aan haar wettelijke plicht om het CO te controleren/inspecteren. Conclusies De BA ziet erop toe dat haar plicht om het CO te controleren/inspecteren wordt vervuld door de jaarlijkse beoordeling van het CO door BELAC bij te wonen. Het CO wordt door BELAC geaccrediteerd zoals de wetgeving vereist Middelen voor de uitvoering van de controles Wettelijke voorschriften Artikel 4 van Verordening (EG) nr. 882/2004 bepaalt dat de bevoegde autoriteiten ervoor moeten zorgen dat zij over voldoende personeel met passende kwalificaties en ervaring beschikken of daarop een beroep kunnen doen en dat zij over passende, goed onderhouden inrichtingen en uitrustingen moeten beschikken. Op grond van artikel 6 van Verordening (EG) nr. 882/2004 moeten de bevoegde autoriteiten ervoor zorgen dat de medewerkers een passende opleiding krijgen en geregeld worden bijgeschoold. BA's en CO's dienen krachtens artikel 11, lid 4, van Verordening (EG) nr. 510/2006 en artikel 15, lid 4, van Verordening (EG) nr. 509/2006 afdoende garanties inzake objectiviteit en onpartijdigheid te bieden en over gekwalificeerd personeel en voldoende middelen voor de uitoefening van hun taken te beschikken. Bevindingen Federaal niveau Op centraal niveau heeft de FOD Economie/ADCB drie voltijdequivalenten (VTE's) in dienst die belast zijn met de officiële controles op BOB/BGA/GTS. Deze medewerkers staan in voor alle marktcontroles in België en alle controles bij producenten/verwerkers in Vlaanderen. De ADCB heeft zeven directies verspreid over heel België, met ongeveer 120 mensen in dienst, die kunnen 7

13 worden ingezet voor alle specifieke nationale campagnes rond de controles van BOB/BGA/GTS. Vijf medewerkers van de FOD Economie/ADCB hebben de opleiding van het directoraat-generaal Gezondheid en Consumenten (DG SANCO) inzake kwaliteitsregelingen gevolgd, in het kader van het programma "Betere opleiding voor veiliger voedsel" (Better Training for Safer Food - BTSF). De medewerkers van de FOD Economie/ADCB moeten de kennis die zij tijdens deze opleiding hebben opgedaan, doorgeven aan andere personeelsleden. Daartoe werd een verslag opgesteld dat ter beschikking van de collega's werd gesteld. De VO liet het auditteam weten dat laboratoriumanalyses konden worden uitbesteed aan geaccrediteerde laboratoria Vlaams Gewest De VO bevestigde dat het personeel van de FOD Economie officiële controles uitvoert bij producenten en verwerkers van BOB/BGA/GTS-producten in Vlaanderen. De VO beschikt over 0,6 VTE's in Vlaanderen die zich bezighouden met BOB/BGA/GTS. Deze medewerkers behandelen met name problemen rond registratie. Eén persoon van de VO woonde de DG SANCO-BTSF-opleiding inzake kwaliteitsregelingen bij Waals Gewest De DGARNE heeft 0,2 VTE's in dienst die instaan voor de werkzaamheden rond BOB/BGA/GTS. Deze medewerkers houden zich voornamelijk bezig met registratiekwesties en het toezicht op het CO. Het CO dat in Wallonië verantwoordelijk is voor de officiële controles bij producenten/verwerkers van BOB/BGA/GTS-producten heeft één ervaren inspecteur in dienst die de officiële controles uitvoert voor twee van de vier BBL's die in het gewest zijn geregistreerd. Er zijn evenwel andere gekwalificeerde personeelsleden die zo nodig die taak kunnen overnemen. Deze personeelsregeling van het CO is door BELAC aanvaard. Eén persoon van de DGARNE en één persoon van het CO hebben de DG SANCO-BTSF-opleiding inzake kwaliteitsregelingen bijgewoond. Het personeel van het CO is in het kader van de accreditatieprocedure verplicht om ten minste een keer per drie jaar een relevante opleiding te volgen inzake officiëlecontroletaken Brussels Hoofdstedelijk Gewest Eén personeelslid uit het Brussels Gewest heeft de DG SANCO-BTSF-opleiding inzake kwaliteitsregelingen bijgewoond. Conclusie De personeelsbezetting en de kennis van het personeel met betrekking tot officiële controles van BOB/BGA/GTS waren toereikend. 8

14 5.2.4 Prioritering van officiële controles Wettelijke voorschriften Artikel 3, lid 1, van Verordening (EG) nr. 882/2004 vereist dat officiële controles regelmatig en op basis van een risicobeoordeling worden uitgevoerd, rekening houdend met a) vastgestelde risico's; b) de antecedenten van de exploitanten wat betreft de naleving; c) de betrouwbaarheid van de eigen controles die reeds zijn uitgevoerd, en d) alle informatie die zou kunnen wijzen op niet-naleving. Bevindingen Federaal niveau Het auditteam heeft opgemerkt dat de FOD Economie niet over schriftelijke instructies inzake de prioritering van officiële controles beschikt. De benadering van de ADCB tot de prioritering van controles op centraal niveau kan van jaar tot jaar verschillen. Voor controles op marktniveau houdt de omvang van de officiële controles verband met het aantal klachten, de kans op fraude en het productievolume Vlaams Gewest De overeenkomst tussen de VO en de FOD Economie omvat geen instructies ten aanzien van de manier waarop controles bij producenten/verwerkers van BOB/BGA/GTS-producten worden geprioriteerd of uitgevoerd. Producenten/verwerkers worden niet systematisch gecontroleerd, en theoretisch is het mogelijk dat een aantal van de 120 in Vlaanderen geregistreerde producenten/verwerkers in een bepaald jaar helemaal geen controle krijgt. De BA heeft een campagne uitgewerkt naar aanleiding waarvan er in 2011 aanvullende officiële controles werden uitgevoerd, nadat de producenten van een BOB-product financiële steun hadden gekregen van de Europese Commissie. De VO vroeg de ADCB om alle producenten tussen eind 2011 en begin 2012 te bezoeken; diezelfde procedure wordt toegepast voor 2012/2013. De VO heeft het auditteam laten weten dat nieuwe producenten zich moeten registreren bij de relevante producentenverenigingen, al zijn zij niet verplicht om lid te worden van de producentenvereniging. Deze verplichting is opgenomen in veel nieuwe productdossiers in Vlaanderen. De VO verklaarde dat in het ministerieel besluit van 7 maart 2008 voor Vlaanderen vermeld wordt dat elke producent die een BOB/BGA/GTS wil gebruiken, dat moet melden aan de BA Waals Gewest De DGARNE heeft het auditteam laten weten dat elke BOB/BGA/GTS-producent minstens één keer per jaar een officiële controle krijgt. Wanneer er inbreuken worden vastgesteld, kunnen er aanvullende inspecties worden uitgevoerd. De DGARNE bevestigde dat er geen instructies op schrift zijn gesteld ten aanzien van deze activiteit, aangezien de norm voor accreditatie reeds alle nodige instructies bevat. Conclusies Officiële controles worden niet altijd regelmatig uitgevoerd, in weerwil van de verplichtingen krachtens artikel 3, lid 1, Verordening (EG) nr. 882/

15 Er ontbreken schriftelijke procedures die de BA's in staat zouden stellen om systematischer te werk te gaan Controles in bezochte inrichtingen Wettelijke voorschriften De lidstaten dienen er krachtens artikel 10, lid 2, van Verordening (EG) nr. 510/2006 en artikel 14, lid 2, van Verordening (EG) nr. 509/2006 voor te zorgen dat elke exploitant die aan deze verordeningen voldoet, in aanmerking komt voor een systeem van officiële controles. Artikel 11, lid 1, van Verordening (EG) nr. 510/2006 en artikel 15, lid 1, van Verordening (EG) nr. 509/2006 schrijven in dat verband voor dat voor BOB/BGA/GTS met betrekking tot een geografisch gebied in de EU de verificatie inzake de inachtneming van het productdossier, voordat het product op de markt wordt gebracht, wordt uitgevoerd door één of meer BA's zoals bedoeld in artikel 10 en/of één of meer CO's in de zin van artikel 2 van Verordening (EG) nr. 882/2004, die optreden als orgaan voor productcertificering. In artikel 13, lid 1, van Verordening (EG) nr. 510/2006 is bepaald dat geregistreerde benamingen zijn beschermd tegen: a) elk rechtstreeks of onrechtstreeks gebruik door de handel van een geregistreerde benaming voor producten die niet onder de registratie vallen; b) elk misbruik, elke nabootsing of voorstelling, zelfs indien de werkelijke oorsprong van het product is aangegeven; c) elke andere valse of misleidende aanduiding met betrekking tot de herkomst, de oorsprong, de aard of de wezenlijke hoedanigheden van het product op de binnen- of buitenverpakking, in reclamemateriaal of documenten betreffende het betrokken product. Overeenkomstig artikel 17 van Verordening (EG) nr. 509/2006 i) treffen de lidstaten de nodige maatregelen om rechtsbescherming te bieden tegen elk misbruik of elk misleidend gebruik van het begrip "gegarandeerde traditionele specialiteit", de afkorting "GTS" en het bijbehorende communautaire symbool, alsmede tegen elke nabootsing van overeenkomstig artikel 13, lid 2, geregistreerde en gereserveerde benamingen; ii) worden geregistreerde benamingen beschermd tegen alle praktijken die de consument kunnen misleiden, waaronder praktijken die de suggestie wekken dat het landbouwproduct of het levensmiddel een door de Gemeenschap erkende gegarandeerde traditionele specialiteit is; en iii) treffen de lidstaten alle passende maatregelen om ervoor te zorgen dat de op nationaal niveau gebruikte verkoopbenamingen niet kunnen worden verward met de overeenkomstig artikel 13, lid 2, geregistreerde en gereserveerde benamingen. Artikel 10, lid 2, onder b), sub vi), van Verordening (EG) nr. 882/2004 schrijft voor dat officiële controles van levensmiddelen onder meer etikettering, presentatie en reclame omvatten. In artikel 10, lid 2, onder a), van Verordening (EG) nr. 882/2004 is bepaald dat officiële controles van diervoeders en levensmiddelen onder meer de analyse omvatten van de controlesystemen die de diervoeder- en levensmiddelenbedrijven al hebben ingesteld en van de geboekte resultaten. In artikel 18 van Verordening (EG) nr. 178/2002 zijn de eisen inzake de traceerbaarheid van levensmiddelen en diervoeders vastgelegd. Richtlijn 2000/13/EG van het Europees Parlement en de Raad van 20 maart 2000 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgeving der lidstaten inzake de etikettering en presentatie van 10

16 levensmiddelen alsmede inzake de daarvoor gemaakte reclame voorziet in het rechtskader voor de etikettering van levensmiddelen. Bevindingen Bezoek aan de eerste inrichting De eerste inrichting die werd bezocht, was een filiaal van een grote supermarktketen waar een ruim aanbod aan BOB/BGA/GTS-producten voorhanden was. De inspecteur van de FOD Economie/ADCB bevestigde dat de inspecties die zij uitvoert nooit worden aangekondigd. De inspecteur had een checklist bij zich en was eveneens uitgerust met een camera. Het auditteam kreeg een aantal producten te zien die onjuist waren geëtiketteerd. De grootste problemen die door de inspecteur werden vastgesteld, waren i) het gebruik van het BOB/BGA/GTS-symbool zonder vermelding van de precieze bewoording van de geregistreerde naam, ii) een BOB/BGA/GTS-product dat door de supermarkt werd geëtiketteerd met de juiste productbenaming maar zonder symbool of zonder vermelding van de volledige aanduiding. In sommige gevallen werd de afkorting BOB afgedrukt in de buurt van de productbenaming, maar dit strookt niet met de regelgeving. Om correct te zijn, moet de vermelding "beschermde oorsprongsbenaming" op het etiket zijn aangebracht. De inspecteur verklaarde dat de vastgestelde niet-naleving mondeling zou worden toegelicht aan de filiaalmanager. De FOD Economie/ADCB zou echter ook een bezoek brengen aan het hoofdkantoor van de supermarktketen en de niet-naleving daar toelichten. De supermarktketen zou een schriftelijke waarschuwing (een zogeheten "proces-verbaal van waarschuwing" PVW) krijgen en binnen een bepaalde termijn de nodige corrigerende maatregelen moeten treffen. Vervolgens zou er een follow-upbezoek komen om na te gaan of de corrigerende maatregelen waren getroffen. De meeste problemen zijn in die fase reeds opgelost. Wanneer een probleem echter aanhoudt, geeft de BA een Process Juridical (PJ) af aan het bedrijf. De inspecteur bevestigde dat als er tijdens een inspectie geen gevallen van niet-naleving worden vastgesteld, er geen verslag van het bezoek wordt overgemaakt aan de exploitant van het levensmiddelenbedrijf (ELB). De checklist met de identificatiegegevens van de ELB wordt dan aangevuld, waarbij wordt vermeld dat er geen gevallen van niet-naleving werden vastgesteld, waarna het document wordt ingediend bij de FOD Economie Bezoek aan de tweede inrichting De tweede inrichting die werd bezocht, was die van een producent van een product van plantaardige oorsprong met een BGA-aanduiding. De inspecteurs beschikten over een specifieke checklist voor dit product. De recentste inspectie had plaatsgevonden in januari Toen was de checklist ingevuld en waren er geen gevallen van niet-naleving vastgesteld. De inspecteur bekeek de schriftelijke gegevensregisters van de producent en achtte deze toereikend. De producent paste een traceerbaarheidssysteem toe waarmee alle partijen van het product konden worden getraceerd tot aan het specifieke veld van het landbouwbedrijf waar zij vandaan kwamen. De producentenvereniging stond in voor de levering van de etiketten met daarop het BGA-symbool en een volgnummer voor alle producenten van het BGA-product in de regio. Het product werd in de inrichting overeenkomstig het productdossier verpakt, wat het risico op fraude beperkte. De producentenvereniging heeft aan het VO een actuele lijst van producenten verstrekt, die werd doorgegeven aan de FOD Economie/ADCB, zoals vereist krachtens het productdossier. Op die manier werd de VO op de hoogte gesteld van het aantal producenten op dat moment. 11

17 Bezoek aan de derde inrichting De derde inrichting die werd bezocht, was een producent van banketbakkerswerk met een BGA-aanduiding. De inspecteur beschikte over een specifieke checklist voor dit product. De recentste inspectie had plaatsgevonden in november Daarbij was de checklist ingevuld, maar was tevens genoteerd dat het BGA-symbool door de producent niet op de juiste manier werd gebruikt. De producent bevestigde dat hij altijd gebruikmaakte van de geregistreerde benaming. Het is verplicht om ofwel het symbool ofwel de volledige vermelding "beschermde geografische aanduiding" te gebruiken als aanvulling op de geregistreerde naam. Het feit dat het symbool niet werd gebruikt, had in het vorige verslag vermeld moeten worden als niet-naleving. De inspecteur beschikte over een lijst met grondstoffenleveranciers, maar deze lijst dateerde uit 2007 en hij had geen geactualiseerde versie ontvangen. Deze grondstoffen zijn een van de belangrijkste bestanddelen van het product. De massabalans van het belangrijkste bestanddeel werd in deze fase niet gecontroleerd. De inspecteur bevestigde dat de BA enkel inspecties uitvoert bij de grondstoffenleverancier wanneer er een probleem wordt vastgesteld op de markt. De producentenvereniging controleert de grondstoffenleveranciers Bezoek aan de vierde inrichting De vierde inrichting die werd bezocht, was een producent van een GTS-product van niet-dierlijke oorsprong. Er waren sinds 2010 geen officiële controles verricht in deze inrichting. De inspecteur legde uit dat hij vanwege een lopende discussie over de analyse van een van de parameters in het productdossier besloten had dat het beter was om geen controles te verrichten tot deze kwestie was opgehelderd. Het auditteam merkte op dat een aantal andere parameters in het productdossier wel aan een officiële controle onderworpen hadden kunnen worden. De inspecteur verklaarde echter dat het ongepast was om controles uit te voeren als het niet mogelijk was om het volledige productdossier te controleren. De inspecteur legde uit dat hij zelfs bij een enkel geval van nietnaleving verplicht is om de producent een sanctie op te leggen. Hoewel de VO het eens was met die redenering, was deze beslissing om de officiële controles te schorsen tot het productdossier werd gewijzigd, niet op schrift gesteld. Het probleem met betrekking tot de analysemethode voor de hierboven vermelde parameter die problemen stelde, werd voor het eerst vastgesteld in De producentenvereniging blijft het probleem met het productdossier aankaarten, maar voorlopig is er nog geen oplossing uit de bus gekomen. Tijdens de inspectie bevestigde de inspecteur dat er geen productspecifieke checklist bestond voor GTS-producten. Zulke productspecifieke checklists bestaan enkel voor BOB/BGA-producten Bezoek aan de vijfde inrichting De vijfde inrichting die werd bezocht, was een producent van een BOB-product van dierlijke oorsprong. De DGARNE bevestigde dat er sinds 2006 herhaaldelijk problemen zijn geweest met een belangrijk aspect van het productdossier. Uit het jaarverslag van de BA van 2011 bleek dat er vier gevallen van niet-naleving waren vastgesteld voor de zeven gecontroleerde monsters van het BOB-product. De DGARNE lichtte toe dat het probleem met betrekking tot de resultaten van de analyses voor het eerst werd besproken in Op dat moment werd een externe expertise noodzakelijk geacht om het probleem te kunnen oplossen. Uit een oproep tot het indienen van voorstellen in 2006 kwamen geen wetenschappelijke organen naar voren die de studie zouden kunnen uitvoeren. In 2012 werd er opnieuw een oproep tot het indienen van voorstellen gelanceerd, en het is de bedoeling om de studie in 2013 ter hand te nemen, waarna de eerste resultaten in 2015 beschikbaar zouden moeten zijn. De 12

18 DGARNE bevestigde dat het de bedoeling is dat het productdossier wordt gewijzigd. Deze wijziging zal aan de Commissie worden voorgelegd zodra de resultaten van de studie beschikbaar zijn. Het auditteam heeft de CO-inspecteur geobserveerd tijdens de uitvoering van een traceerbaarheidsoefening voor een willekeurig monster van een BOB-proces. Deze oefening werd met succes afgerond. Het auditteam volgde de CO-inspecteur eveneens tijdens de controle van enkele etiketten. De inspecteur stelde een fout vast met betrekking tot het gebruik van een verkeerd symbool. Hij achtte het passend om te voorzien in een overgangsperiode waarin de ELB de onjuiste etiketten mocht blijven gebruiken. Er werden evenwel geen schriftelijk instructies opgesteld ten aanzien van een passende termijn voor het aanpassen van het etiket. Bovendien stelde de CO-inspecteur de FOD Economie/ADCB niet in kennis van deze niet-naleving, die tot de bevoegdheden van de FOD behoorde. De CO-inspecteur merkte niet op dat de verpakking die op dat moment op de markt werd gebracht, niet de correcte geregistreerde benaming bevatte Bezoek aan de zesde inrichting De zesde inrichting die werd bezocht, was een verwerker van grondstoffen voor het BOB-product waarop het bezoek aan de vijfde inrichting betrekking had. Dezelfde CO-inspecteur verrichtte de controles. Er werd een traceerbaarheidsoefening uitgevoerd, die naar tevredenheid werd afgerond. De producenten van de grondstof waren bekend bij de verwerker. De CO-inspecteur kon aantonen dat de producenten uit het relevante geografische gebied kwamen. Conclusies De BA's en CO's voerden niet altijd een effectieve verificatie van de naleving van de etiketteringsvoorschriften en productdossiers uit, in tegenstelling tot wat artikel 10 van Verordening (EG) nr. 510/2006 voorschrijft. De beoordeling van de etikettering was ontoereikend. De beoordeling van de traceerbaarheid was ontoereikend Procedures voor de uitvoering van de controles en de verslaglegging Wettelijke voorschriften In artikel 8, lid 1, van Verordening (EG) nr. 882/2004 is bepaald dat de BA's hun officiële controles moeten uitvoeren volgens schriftelijk vastgelegde procedures die informatie en instructies bevatten voor het personeel dat de officiële controles uitvoert. Artikel 9 van bovengenoemde verordening vereist dat de bevoegde autoriteiten verslagen opstellen over de uitgevoerde officiële controles, met inbegrip van een beschrijving van de doelstellingen van de officiële controles, de toegepaste methoden, de geboekte resultaten en eventuele corrigerende maatregelen die door het betrokken bedrijf moeten worden genomen. 13

19 Bevindingen Vlaams Gewest De FOD Economie/ADCB verklaarde dat zij inspecties/audits die door haar worden uitgevoerd, nooit aankondigt. Er wordt altijd een verslag van de inspectie opgesteld. De ELB krijgt echter enkel een exemplaar van dat verslag als er gevallen van niet-naleving zijn vastgesteld. De FOD Economie/ADCB beschikt over algemene schriftelijke procedures voor de verrichting van officiële controles en de aanpak van niet-naleving. Er bestaan evenwel geen specifieke instructies voor inspecteurs van BOB/BGA/GTS Waals Gewest Het CO dat bevoegd is voor alle officiële controles bij producenten/verwerkers in Wallonië verricht ten minste een audit per producent/verwerker per jaar. Audits worden op voorhand aangekondigd. De ELB is verantwoordelijk voor de betaling van het CO voor elke audit. Het jaarlijkse auditplan voor het CO wordt opgesteld door de directie van het CO. De auditdossiers, die bestaan uit een inspectiehistoriek en verslagen van de laboratoriumanalyses, worden opgesteld door het secretariaat en aan de aangewezen CO-auditor verstrekt, die er rekening mee houdt in zijn auditprogramma. De auditor die de controle verricht, stelt een verslag op over de bevindingen en stuurt dit verslag naar de directie van het CO. De directie van het CO stuurt een verslag naar de ELB. Conclusies Officiële controles worden verricht in overeenstemming met algemene gedocumenteerde procedures, zoals vereist krachtens artikel 8 van Verordening (EG) nr. 882/2004. Er bestaan geen specifieke schriftelijke procedures voor officiële controles op BOB/BGA/GTS Handhavingsmaatregelen Wettelijke voorschriften Artikel 54, lid 1, van Verordening (EG) nr. 882/2004 bepaalt dat een BA die een geval van nietnaleving constateert, de nodige maatregelen treft om ervoor te zorgen dat de exploitant de situatie rechtzet. Artikel 55, lid 1, van Verordening (EG) nr. 882/2004 bepaalt dat de lidstaten de regels vaststellen inzake sancties op overtredingen van de wetgeving inzake diervoeders en levensmiddelen en van andere EU-bepalingen betreffende de bescherming van diergezondheid en dierenwelzijn, en de nodige maatregelen nemen om de uitvoering daarvan te waarborgen. De aldus vastgestelde sancties moeten doeltreffend, evenredig en afschrikkend zijn. Bevindingen Procedures voor de aanpak van niet-naleving op de markt en op het niveau van de producenten/verwerkers in Vlaanderen Wanneer de FOD Economie/ADCB tijdens de officiële controles van BOB/BGA/GTS gevallen van niet-naleving vaststelt, wordt er een schriftelijk PVW opgesteld waarin de ELB wordt verplicht om de niet-naleving binnen een bepaalde termijn te corrigeren. 14

20 De follow-up van gevallen van niet-naleving kan schriftelijk bewijs of een inspectie omvatten. Als de problemen niet binnen de vastgestelde termijn zijn opgelost, wordt er aan de ELB een PJ afgegeven. Dat kan leiden tot een rechtszaak. De FOD Economie verklaarde dat consumenten, producenten en andere bij BOB/BGA/GTS betrokken partijen klachten kunnen indienen via haar website of hotline Procedures voor de aanpak van niet-naleving op het niveau van de producenten/verwerkers in Wallonië Het CO is de hoofdverantwoordelijke voor de aanpak van alle gevallen van niet-naleving met betrekking tot BOB/BGA/GTS-producten in Wallonië. Het CO is bevoegd om de certificering van een producent in te trekken als de niet-naleving niet gecorrigeerd wordt. De meeste gevallen van niet-naleving worden evenwel binnen een maand rechtgezet. Het auditteam kreeg een lijst met de gevallen van niet-naleving die in 2010 en 2011 door het CO werden vastgesteld in het Waalse Gewest. De belangrijkste gevallen van niet-naleving waren het onjuiste gebruik van de BOB/BGA-symbolen, met name ten aanzien van de lettergrootte en de kleur van het symbool, het feit dat de naam van het CO niet op de verpakking werd vermeld, het feit dat de bij het CO geregistreerde verpakking niet was bijgewerkt door de ELB, traceerbaarheidsproblemen en inbreuken op specifieke tijdsgebonden verplichtingen zoals vermeld in het geregistreerde productdossier. Conclusies Er gelden wettelijke bepalingen die ervoor moeten zorgen dat de nodige maatregelen worden getroffen in gevallen van niet-naleving, zoals vereist krachtens artikel 54 van Verordening (EG) nr. 882/2004. Er zijn voorschriften vastgesteld ten aanzien van de sancties die worden toegepast bij inbreuken op de levensmiddelenwetgeving, overeenkomstig artikel 55 van Verordening (EG) nr. 882/ ALGEMENE CONCLUSIE De BA's zijn aangewezen en beschikken over voldoende personeel om in een operationeel systeem voor officiële controles van BOB/BGA/GTS te voorzien. Het gebrek aan schriftelijke procedures binnen de BA's en het gebrek aan een formele prioriteitenlijst voor officiële controles ondergraven de effectiviteit van het huidige systeem. Tijdens de bezoeken aan de inrichtingen hebben de inspecteurs niet altijd alle elementen van het productdossier beoordeeld. Een aantal productdossiers moet worden gewijzigd om ze in overeenstemming te brengen met de toepasselijke regelgeving. 7 SLOTVERGADERING Op 23 november 2012 werd een slotvergadering gehouden met vertegenwoordigers van de BA's van elk gewest. Tijdens deze vergadering presenteerde het auditteam de voornaamste bevindingen en de eerste conclusies van de audit. De BA's verschaften toelichting bij een aantal punten. 15

21 8 AANBEVELINGEN De BA's wordt verzocht binnen 25 werkdagen na ontvangst van dit auditverslag nadere gegevens over de getroffen en voorgenomen maatregelen met het oog op onderstaande aanbevelingen te verstrekken, met een tijdschema voor de uitvoering van deze maatregelen (actieplan). De BA dient: Nr. Aanbeveling 1. Ervoor te zorgen dat er regelmatig officiële controles worden uitgevoerd, zoals bepaald in artikel 3 van Verordening (EG) nr. 882/ Ervoor te zorgen dat er een efficiënte en effectieve coördinatie bestaat tussen alle BA's, zoals vereist krachtens artikel 4 van Verordening (EG) nr. 882/ Ervoor te zorgen dat BA's en CO's de naleving van de etiketteringsvoorschriften en eventuele productdossiers effectief verifiëren, overeenkomstig de artikelen 10 en 11 van Verordening (EG) nr. 510/2006 en de artikelen 14 en 15 van Verordening (EG) nr. 509/2006 (vanaf 3/1/2013 de artikelen 36 en 37 van Verordening (EU) nr. 1151/2012). De reactie van de bevoegde autoriteiten op de aanbevelingen is te vinden op: 16

22 BIJLAGE 1 VERWIJZINGEN NAAR WETGEVING Wetgeving Publicatieblad Titel Horizontale wetgeving Verordening 178/2002 Verordening 882/2004 nr. nr. PB L 31 van , blz Verordening (EG) nr. 178/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 28 januari 2002 tot vaststelling van de algemene beginselen en voorschriften van de levensmiddelenwetgeving, tot oprichting van een Europese Autoriteit voor voedselveiligheid en tot vaststelling van procedures voor voedselveiligheidsaangelegenheden PB L 165 van Verordening (EG) Nr. 882/2004 van het Europees , blz. 1, Parlement en de Raad van 29 april 2004 inzake gerectificeerd en officiële controles op de naleving van de wetgeving opnieuw inzake diervoeders en levensmiddelen en de bekendgemaakt in PB voorschriften inzake diergezondheid en L 191 van , dierenwelzijn blz. 1 Etiketteringswetgeving Richtlijn 2000/13/EG PB L 109 van , blz Wetgeving inzake BOB/BGA/GTS Richtlijn 2000/13/EG van het Europees Parlement en de Raad van 20 maart 2000 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgeving der lidstaten inzake de etikettering en presentatie van levensmiddelen alsmede inzake de daarvoor gemaakte reclame Verordening 509/2006 Verordening 510/2006 nr. nr. PB L 93 van , blz PB L 93 van , blz Verordening (EG) nr. 509/2006 van de Raad van 20 maart 2006 inzake gegarandeerde traditionele specialiteiten voor landbouwproducten en levensmiddelen Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad van 20 maart 2006 inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen 17

23 Wetgeving Publicatieblad Titel Verordening 1898/2006 Verordening 1216/2007 Verordening 1151/2012 nr. nr. nr. PB L 369 van , blz PB L 275 van , blz PB L 343 van , blz Verordening (EG) nr. 1898/2006 van de Commissie van 14 december 2006 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen Verordening (EG) nr. 1216/2007 van de Commissie van 18 oktober 2007 houdende bepalingen ter uitvoering van Verordening (EG) nr. 509/2006 van de Raad inzake gegarandeerde traditionele specialiteiten voor landbouwproducten en levensmiddelen Verordening (EU) nr. 1151/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 21 november 2012 inzake kwaliteitsregelingen voor landbouwproducten en levensmiddelen 18