Message framing, temporale context en fruitinname

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Message framing, temporale context en fruitinname"

Transcriptie

1 Message framing, temporale context en fruitinname Het effect van positieve versus negatieve en korte versus lange termijn boodschappen op intentie en attitude betreffende fruitinname, en de mogelijke invloed van aandacht en ease of imagination Eline M. Roordink, MSc Studentnummer: Supervisor: Gert-Jan de Bruijn Master s Thesis Persuasive Communication Master s Programme Communication Science Graduate School of Communication Universiteit van Amsterdam

2 Samenvatting Het eten van voldoende fruit heeft verschillende positieve effecten op de gezondheid. Desondanks blijkt dat slechts weinig mensen voldoen aan de norm van twee stuks fruit per dag. Een persuasieve strategie die ingezet kan worden ter promotie van fruitinname is message framing. Echter bestaan er inconsistente bevindingen over de effectiviteit van message framing op fruitinname. Een techniek die in combinatie met message framing mogelijk wél een effect uitoefent is temporale context. De huidige lab-studie onderzocht dan ook de effecten van persuasieve boodschappen gebaseerd op message framing (winst-frame versus verlies-frame) en temporale context (korte termijn versus lange termijn) op fruitinname intenties en attitudes (N = 145). Hierbij is tevens de mogelijke invloed van aandacht (door middel van eye-tracking) en/of ease of imagination onderzocht. Er zijn geen interactieeffecten gevonden van message framing en temporale context op zowel intentie als attitude. Wel bleken participanten in de winst-frame (versus verlies-frame) conditie een positievere attitude te hebben tegenover fruitinname. Tevens bleek voor aandacht dat participanten bij het tekstblok snacks in de winst-frame conditie langer keken, vergeleken met participanten in de verlies-frame conditie. Voor de subtitel bleken participanten in de lange termijn conditie langer te kijken dan participanten in de korte termijn conditie. Ten slotte was er een hogere mate van ease of imagination onder participanten in de korte termijn (versus lange termijn) conditie, maar bleek ease of imagination in combinatie met message framing verder geen effect te hebben op fruitinname intentie. De huidige studie vormt hiermee een goede eerste stap in de richting van message framing en temporale context in combinatie met eye-tracking, op het gebied van fruitinname. 2

3 Uit onderzoek van het CBS, in samenwerking met het RIVM, blijkt dat slechts 26 procent van de Nederlandse bevolking voldoet aan de norm van het eten van voldoende fruit, namelijk twee stuks fruit per dag. Onder jongvolwassenen (twintig tot dertig jaar) ligt dit percentage nog lager, namelijk slechts 18 procent (CBS, 2015). Het eten van voldoende fruit is van belang aangezien het verschillende positieve effecten heeft op de gezondheid. Zo hangt het samen met een lager risico op hart- en vaatziekten, diabetes type 2, darmkanker en longkanker (Brug, De Vet, De Nooijer, & Verplanken, 2006; Voedingscentrum, n.d.). Tevens is het meeste fruit laag in calorieën vergeleken met andere tussendoortjes en draagt daarmee bij aan het verminderen van de kans op overgewicht (Brug et al., 2006). Om ervoor te zorgen dat meer mensen voldoende fruit eten en daarmee het lage percentage dat voldoet aan de fruitnorm te verhogen, kan gebruik worden gemaakt van persuasieve boodschappen. Ondanks dat persuasieve communicatie altijd het doel heeft om de respons van een ander vorm te geven, te versterken of zelfs te veranderen, kan een persuasieve boodschap bestaan uit verschillende technieken (Stiff & Mongeau, 2003). Een van deze technieken is message framing. Message framing houdt in dat gezondheidsboodschappen kunnen worden geframed in het benadrukken van ofwel de voordelen van het uitvoeren van een bepaald gedrag (winst-frame), ofwel de consequenties van het niet uitvoeren van een bepaald gedrag (verlies-frame; Rothman & Salovay, 1997). Echter blijkt dat effecten van geframede boodschappen op de intentie voor fruitinname uitblijven (Gallagher & Updegraff, 2012). Dit terwijl intentie wordt gezien als een belangrijke uitkomst binnen persuasieve strategieën (McGuire, 1984). Een techniek die in combinatie met message framing mogelijk wél een effect uitoefent op intentie, is temporale context. Binnen temporale context wordt vaak gesproken van temporale afstand, wat duidt op de afstand tussen een referentiepunt (meestal vandaag) en het moment van optreden van de desbetreffende gebeurtenis (bijv. morgen, volgend jaar etc.; Chandran & Menon, 2004). Er zijn echter slechts enkele onderzoeken 3

4 gedaan naar de interactie tussen message framing en temporale context op intentie (De Bruijn, Spaans, Jansen, & Van t Riet, 2016; Bernstein, Wood, & Erickson, 2016; Gerend & Cullen, 2008; Orbell & Kyriakaki, 2008; Nan, Zhao, Yang, & Iles, 2015). Uit enkele studies blijkt dat er enige ondersteuning is voor het gegeven dat boodschappen met een verlies-frame meer persuasief zijn wanneer deze gecombineerd worden met uitkomsten op korte termijn, en boodschappen met een winst-frame meer persuasief zijn wanneer deze gecombineerd worden met uitkomsten op lange termijn (De Bruijn et al., 2016; De Bruijn & Budding, in press; White, MacDonnell, & Dahl, 2011). Onbekend is nog welk proces schuilgaat achter deze bevindingen. Deze studie zal opzoek gaan naar dit achterliggende proces, waarbij gekeken wordt naar de mogelijke invloed van aandacht en/of ease of imagination. Hierbij zal mede gebruik worden gemaakt van eye-tracking. De onderzoeksvraag die in deze studie centraal staat luidt: Wat is de invloed van boodschappen waarin positieve versus negatieve en korte versus lange termijn consequenties worden benadrukt op fruitinname, en wordt deze invloed verklaard door de mate van aandacht en/of ease of imagination? Message framing Een veelgebruikte persuasieve communicatiestrategie is message framing. Message framing omvat het formuleren van een boodschap in ofwel de positieve uitkomsten van het ondernemen van actie (winst-frame), ofwel de negatieve uitkomsten van inactiviteit (verliesframe; Rothman & Salovey, 1997), en vindt zijn oorsprong in de prospect theorie (Kahneman & Tversky, 1979). De prospect theorie stelt dat men meer bereidt is om risico s te aanvaarden wanneer deze worden geëvalueerd in termen van de bijbehorende kosten, maar juist risico s wil vermijden wanneer deze worden geëvalueerd in termen van de bijbehorende voordelen, zelfs wanneer beide situaties objectief gezien gelijk aan elkaar zijn (Tversky & Kahneman, 1981). Zo blijkt bijvoorbeeld dat wanneer mensen moeten kiezen tussen twee behandelingen 4

5 die geframed zijn in termen van het aantal levens dat verloren zal gaan, de mogelijkheid op een groter verlies geriskeerd wordt, met als doel het vermijden van een zeker verlies (bijv. liever een behandeling met 33,3 procent kans dat er geen levens verloren gaan en een 66,6 procent kans dat alle 600 levens verloren gaan, dan een behandeling waarin 400 levens met zekerheid verloren gaan). Echter blijkt dat wanneer dezelfde behandelingen geframed zijn in termen van het aantal levens dat gered wordt, juist afgezien wordt van de mogelijkheid op een grotere winst, in ruil voor een het vaststellen van een zekere winst (bijv. liever een behandeling waarin 200 levens zeker gered worden, dan een behandeling met 33,3 procent kans dat alle 600 levens gered worden en 66,6 procent kans dat niemand gered wordt; Tversky & Kahneman, 1981). Message framing maakt onderscheid tussen een tweetal gedragingen, namelijk preventie en detectie gedrag, waarbij gesteld wordt dat deze gedragstypes implicaties hebben voor het type frame (winst of verlies) dat wordt gebruikt. Dit is gebaseerd op het gegeven dat beide gedragingen specificeren of het ondernemen van actie wordt gezien als risicovol of onzeker (Rothman, Salovey, Antone, Keough, & Martin, 1993). Zo kan detectiegedrag worden gezien als risicovol (er kan een ziekte ontdekt worden), terwijl preventiegedrag als relatief veilig kan worden gezien (het handhaaft de huidige gezondheidsstaat; Rothman & Salovey, 1997). Gesteld wordt dat winst-geframede boodschappen meer persuasief zijn voor preventiegedrag en verlies-geframede boodschappen voor detectiegedrag (Rothman & Salovey, 1997). Aangezien het eten van voldoende fruit veelal wordt aanbevolen ter preventie van verschillende ziektes, zou het gebruik van winst-geframede boodschappen het meest effectief zijn (Rothman & Salovey, 1997). Message framing en fruitinname Er hebben reeds onderzoeken plaatsgevonden naar message framing in combinatie met de intentie betreffende fruitinname. Zo hebben Dijkstra, Rothman en Pietersma (2011) 5

6 onderzoek gedaan naar het eerdergenoemde gegeven dat winst-geframede boodschappen meer persuasief zouden moeten zijn dan verlies-geframede boodschappen, wanneer er sprake is van de promotie van een preventie gedrag (in dit geval groente- en fruitinname). Echter werd hiervoor geen ondersteuning gevonden. En ook eerdere studies lijken erop te wijzen dat deze hoofdeffecten van message framing op de intentie voor fruitinname niet worden gevonden (Brug, Ruiter, & Van Assema, 2003; Van Assema, Martens, Ruiter, & Brug, 2001). Bovendien blijkt uit een meta-analyse van Gallagher en Updegraff (2012) naar de effecten van message framing op (onder andere) intentie, dat er in zijn algeheel weinig ondersteuning is voor de effecten van geframede gezondheidsboodschappen op intentie, waaronder wederom fruitinname intenties. Echter, een interessante bevinding betreffende message framing en de intentie voor fruitinname is naar voren gekomen in een recentelijke studie van De Bruijn en Budding (in press). Hierin is naast message framing, ook temporale context (korte termijn versus lange termijn) meegenomen. Uit de resultaten blijkt dat winst-geframede boodschappen het meest persuasief zijn wanneer deze gecombineerd worden met consequenties op de lange termijn, terwijl verlies-geframede boodschappen het meest persuasief zijn wanneer deze gecombineerd worden met consequenties op de korte termijn, met als gevolg significante effecten op de intentie om twee stuks fruit per dag te eten. Het lijkt er dus op te wijzen dat deze combinatie van message framing en temporale context wél effectief kan zijn in het verhogen van de intentie met betrekking tot fruitinname. Message framing, temporale context en fruitinname Zoals zojuist benoemd lijkt het erop dat temporale context een belangrijke rol speelt wanneer gekeken wordt naar de effecten van message framing op (fruitinname) intentie. Binnen temporale context wordt vaak gesproken van temporale afstand. Temporale afstand verwijst naar de afstand tussen een referentiepunt (meestal nu) en het punt van optreden van 6

7 de desbetreffende gebeurtenis (bijv. morgen, volgend jaar etc.; Chandran & Menon, 2004). Bij risicocommunicatie betreft dit veelal informatie over risico s op korte en/of lange termijn die een bepaalde huidige gedraging met zich meebrengt. Zo kan het niet eten van twee stuks fruit per dag (huidig gedrag) op korte termijn leiden tot een toename in het verlangen naar ongezonde snacks en op lange termijn leiden tot een verhoogde kans op hart- en vaatziekten. Wanneer gekeken wordt naar literatuur die zich specifiek richt op message framing en temporale context binnen het fruitinname domein, komt het eerder beschreven onderzoek van De Bruijn en Budding (in press) naar voren. Hieruit bleek dat winst-geframede boodschappen meer persuasief waren wanneer deze gecombineerd werden met consequenties van voldoende fruit eten op lange termijn, en verlies-geframede boodschappen meer persuasief waren wanneer deze gecombineerd werden met consequenties van onvoldoende fruit eten op korte termijn. Op basis van deze resultaten worden de volgende hypotheses verwacht: Hypothese 1: Mensen die een boodschap met negatieve consequenties op korte termijn te zien krijgen, zullen een hogere intentie hebben om twee stuks fruit per dag te eten, in vergelijking met mensen die een boodschap met positieve consequenties op korte termijn (H1a) en negatieve consequenties op lange termijn te zien krijgen (H1b). Hypothese 2: Mensen die een boodschap met positieve consequenties op lange termijn te zien krijgen, zullen een hogere intentie hebben om twee stuks fruit per dag te eten, in vergelijking met mensen die een boodschap met negatieve consequenties op lange termijn (H2a) en positieve consequenties op korte termijn te zien krijgen (H2b). Naast de effecten van message framing en temporale context op de intentie voor fruitinname, is het ook interessant om te kijken naar de mogelijke invloed op attitude tegenover fruitinname. Ondanks dat hier binnen het fruitinname domein nog geen onderzoek naar is gedaan, hebben Mogilner, Aaker en Pennington (2008) wel de effecten van message framing in combinatie met temporale context onderzocht op het gebied van koopgedrag. 7

8 Hieruit blijkt dat mensen die een korte termijn beslissing moeten nemen, een positievere attitude hebben wanneer gebruik wordt gemaakt van een boodschap met negatieve uitkomsten (in vergelijking met positieve uitkomsten). Echter, mensen die een lange termijn beslissing moeten nemen hebben juist een positievere attitude wanneer gebruik wordt gemaakt van een boodschap met positieve uitkomsten (in vergelijking met negatieve uitkomsten). Deze resultaten komen overeen met het eerder beschreven onderzoek op gebied van message framing, temporale context en intentie betreffende fruitinname. De volgende hypotheses worden dan ook verwacht: Hypothese 3: Mensen die een boodschap met negatieve consequenties op korte termijn te zien krijgen, zullen een positievere attitude tegenover twee stuks fruit per dag eten hebben, in vergelijking met mensen die een boodschap met positieve consequenties op korte termijn (H3a) en negatieve consequenties op lange termijn te zien krijgen (H3b). Hypothese 4: Mensen die een boodschap met positieve consequenties op lange termijn te zien krijgen, zullen een positievere attitude tegenover twee stuks fruit per dag eten hebben, in vergelijking met mensen die een boodschap met negatieve consequenties op lange termijn (H4a) en positieve consequenties op korte termijn te zien krijgen (H4b). Echter, aangezien de hiervoor beschreven studies naar message framing en temporale context (op het gebied van fruitinname) geen antwoord geven op de vraag waarom deze effecten zich voordoen, zal de huidige studie hier dieper op ingaan. Meer specifiek, er zullen twee afzonderlijke processen worden onderzocht, namelijk aandacht voor de persuasieve boodschap en het gemak waarmee de gepresenteerde consequenties in de persuasieve boodschap voorgesteld kunnen worden, ook wel ease of imagination genoemd. Beide processen zullen worden toegelicht in de volgende twee paragrafen. 8

9 Ease of imagination Uit eerder onderzoek blijkt dat gebeurtenissen die verder in de toekomst (lange termijn) plaatsvinden, vaak worden geconstrueerd als meer abstract en kenmerken bevatten die weergeven waarom de gebeurtenis plaatsvindt. Daartegenover staat dat gebeurtenissen die binnenkort (korte termijn) plaatsvinden als meer concreet worden geconstrueerd en meer kenmerken bevatten die omschrijven hoe de gebeurtenis plaatsvindt (Liberman & Trope, 1998). Het gegeven dat gebeurtenissen op lange termijn minder concrete details bevatten, zou wellicht invloed kunnen hebben op hoe goed men zich de bepaalde actie kan voorstellen. Dit wordt ook wel de ease of imagination genoemd. Ease of imagination verwijst naar de mate waarin lichamelijke veranderingen of toestanden, subjectief gezien, eenvoudig te ervaren of te voelen zijn. Oftewel, het gemak waarin gebeurtenissen voor te stellen zijn of mentaal geconstrueerd kunnen worden. Wanneer gekeken wordt naar de relatie tussen ease of imagination en message framing blijkt uit onderzoek van Broemer (2004) dat negatief geframede boodschappen meer persuasief zijn wanneer het voorstellen van symptomen relatief gemakkelijk is en dat positief geframede boodschappen meer effectief zijn wanneer het voorstellen van symptomen relatief moeilijk is. Dit is interessant aangezien het overeenkomt met het eerdergenoemde gegeven dat negatief geframede boodschappen meer persuasief zijn wanneer het wordt gecombineerd met gevolgen op de korte termijn en positief geframede boodschappen meer persuasief zijn wanneer het wordt gecombineerd met gevolgen op de lange termijn (De Bruijn et al., 2016; De Bruijn & Budding, in press). Op basis van deze resultaten worden de volgende hypotheses verwacht: Hypothese 5: Bij gevolgen op korte termijn zal de mate van ease of imagination hoger zijn dan de mate van ease of imagination bij gevolgen op lange termijn. 9

10 Hypothese 6: Mensen met een hogere ease of imagination zullen een hogere intentie hebben om twee stuks fruit per dag te eten wanneer zij een negatief geframede boodschap te zien krijgen, in vergelijking met een positief geframede boodschap. Hypothese 7: Mensen met een lagere ease of imagination zullen een hogere intentie hebben om twee stuks fruit per dag te eten wanneer zij een positief geframede boodschap te zien krijgen, in vergelijking met een negatief geframede boodschap. Aandacht Naast ease of imagination is ook aandacht een interessant proces om naar te kijken binnen message framing en temporale context. Om de mate van aandacht die men heeft voor een persuasieve boodschap te meten, wordt gebruik gemaakt van eye-tracking. Het gebruik van een eye-tracker biedt objectief en kwantitatief bewijs met betrekking tot de visuele- en aandachtsprocessen van de gebruiker. Een van de bekendste toepassingen in de studie naar menselijke visuele aandacht, is dan ook het gebruik van eye-trackers gedurende leesexperimenten (Duchowski, 2007). Echter is tot op heden weinig onderzoek gedaan naar eye-tracking in combinatie met message framing. Dit leidt ertoe dat er nog weinig bekend is over hoe geframede boodschappen (wellicht) leiden tot verschillen in aandacht. De enkele onderzoeken die wél zijn gedaan naar message framing met behulp van eyetracking, lijken erop te wijzen dat winst-geframede boodschappen meer aandacht trekken dan verlies-geframede boodschappen. Zo blijkt uit onderzoek van Berenbaum en Latimer-Cheung (2014) naar de promotie van fysieke activiteit dat winst-geframede boodschappen, in vergelijking met verlies-geframede boodschappen, leiden tot meer aandacht en meer recall. Bovendien heeft het zowel een onmiddellijke als vertraagde impact op gedrag. Dit wordt bevestigd door het onderzoek van O Malley en Latimer-Cheung (2013) naar de preventie van osteoporose, waaruit tevens blijkt dat een winst-geframede advertentie hoger scoort op aandacht en recall, in vergelijking met een verlies-geframede advertentie. Hiertegenover staat 10

11 dat er ook bewijs is voor het gegeven dat negatieve informatie een bepaald gevoel van bedreiging oproept, wat leidt tot een hogere betrokkenheid bij de desbetreffende boodschap en daarmee een diepere verwerking van deze informatie (De Hoog, Stroebe, & De Wit, 2005; Cauberghe, De Pelsmacker, Janssens, & Dens, 2009). Met oog op het huidige onderzoek, is er tot op heden nog geen eye-tracking studie gedaan naar de interactie tussen message framing en temporale context. Wanneer bovenstaande resultaten teruggekoppeld worden aan de eerder gestelde verwachting dat negatieve informatie op korte termijn en positieve informatie op lange termijn het meest persuasief zou zijn, kan met grote voorzichtigheid verwacht worden dat negatieve informatie op korte termijn wellicht nóg beter verwerkt wordt, en positieve informatie op lange termijn mogelijk nóg meer aandacht oproept. Echter, vanwege het gebrek aan bewijs voor een gegronde onderbouwing van hypotheses, is gekozen voor het opstellen van de volgende onderzoeksvraag: Onderzoeksvraag 1: Wat is het effect van aandacht op de interactie tussen message framing en temporale context betreffende fruitinname intentie? Methode Sample Participanten voor de studie werden geworven aan de hand van een oproep op de site van het LAB van de Universiteit van Amsterdam. Hierbij werden de participanten geïnformeerd dat het een studie in het lab betrof van maximaal dertig minuten en er een vergoeding van vijf euro óf één participatiepunt tegenover stond. Participanten konden deelnemen wanneer zij ouder waren dan achttien jaar en geen medische klachten ervaren, waardoor er geen fruit mag worden gegeten. In totaal hebben 154 participanten deelgenomen aan de studie. Voorgaande de analyses zijn alle individuele scan path s bekeken. 11

12 Participanten waarbij de eye-tracking ondermaats was zijn uitgesloten van verdere analyses. Onder ondermaats worden (1) afwijkende scan path s veroorzaakt door een technische tekortkoming (eye-tracker kon de pupil niet juist identificeren) en (2) te lage tracking ratio s verstaan (wanneer minder dan 75% van de oogbewegingen zijn gemeten door de eye-tracker; Romano Bergstrom, Olmsted-Hawala, & Bergstrom, 2014). Negen participanten zijn uitgesloten van deelname, wat resulteerde in een uiteindelijke groep van 145 participanten (24 mannelijk, Mage = 22.65, SD = 5.22). Design en manipulatie Er is gebruik gemaakt van een 2 (korte vs. lange termijn) x 2 (positieve vs. negatieve consequenties) factorieel tussen-proefpersonen design, waarbij participanten random zijn toegedeeld over de condities. De manipulatie bestond uit een viertal boodschappen (positieve gevolgen op korte termijn, positieve gevolgen op lange termijn, negatieve gevolgen op korte termijn en negatieve gevolgen op lange termijn), waarbij getracht is deze allen zo veel mogelijk overeen te laten komen in zowel lengte als opmaak. De inhoud van de boodschappen is gebaseerd op eerder onderzoek naar message framing en temporale context op het gebied van fruitinname (De Bruijn en Budding, in press). Elke boodschap bestond uit een titel, korte inleiding en twee blokken met mogelijke gevolgen van het eten van (on)voldoende fruit 1, zie bijlage 1. Procedure Bij binnenkomst in het lab ontvingen de participanten een informatieblad over het onderzoek en het informed consent (zie bijlage 2 en 3). Na het doornemen en ondertekenen van beide formulieren, werd gestart met de eerste online vragenlijst. In deze vragenlijst werd gevraagd naar de demografische gegevens (leeftijd, geslacht en opleiding), fruit- en 1 Ter voorkoming van volgorde effecten zijn er per boodschap twee versies gecreëerd waarbij de volgorde van deze blokken omgekeerd werden, met als gevolg dat er acht condities ontstonden. 12

13 snackinname en intentie betreffende het eten van voldoende fruit. Na afronding van de eerste vragenlijst kon worden overgegaan naar het eye-tracking onderdeel. Participanten ontvingen korte instructies, zoals het hoofd zo stil mogelijk houden en enkel lezen met de ogen, waarna een korte kalibratie en validatie procedure met de eye-tracker plaatsvond. Zodra deze succesvol was werd het experiment gestart en kreeg elke participant één van de vier boodschappen te zien. Zodra de participant klaar was met lezen kon deze zelf, door middel van de spatiebalk, het experiment afsluiten. Na afsluiting werd de tweede online vragenlijst gestart. In deze vragenlijst zat allereerst de manipulatiecheck, gevolgd door een meting van ease of imagination, intentie en attitude. Zodra ook deze laatste vragenlijst ingevuld was, ontving de participant één participatiepunt óf vijf euro. Metingen Voormeting. Voorgaande de eye-tracking hebben een aantal metingen plaatsgevonden, namelijk demografische gegevens (leeftijd, geslacht en huidige opleiding), intentie en fruit- en snackinname van de afgelopen twee weken. Intentie is gemeten op een 7- punts Likertschaal (+3 = helemaal mee eens; -3 = helemaal mee oneens). Er is gebruik gemaakt van zes items, waarbij aangegeven moest worden in hoeverre men het eens was met de stellingen. Voorbeelden van deze items zijn Ik wil minimaal twee stuks fruit per dag eten en Ik zal minimaal twee stuks fruit per dag eten, zelfs als ik daar geen trek in heb. Bij het kijken naar de betrouwbaarheid is een Cronbach s Alpha van.93 gevonden, wat volgens de COTAN als goed beoordeeld wordt (Evers et al., 2009). Fruit- en snackinname zijn beide gemeten aan de hand van twee vragen, allebei gebaseerd op eerder ontwikkelde schalen (fruitinname: Bogers, Van Assema, Kester, Westerterp, & Dagnelie, 2004; snackinname: Van Assema, Brug, Ronda, Steenhuis, & Oenema, 2002). De voormeting van fruit- en snackinname diende als randomisatie check ter controle van de gelijke verdeling van het huidige niveau van fruit- en snackinname bij de 13

14 participanten over de condities. De eerste vraag met betrekking tot fruitinname luidde: Als je terugkijkt op de afgelopen twee weken, hoe vaak at je dan de volgende stuks fruit?. Hierbij konden, aan de hand van 6 items, verschillende soorten fruit aangegeven worden (bananen, citrusfruit etc.; 9-puntsschaal van niet tot elke dag van de week ). Vervolgens kon bij de tweede vraag, namelijk Als je dan zulk fruit at in de afgelopen twee weken, hoeveel stuks at je dan normaliter per dag?, worden aangegeven hoeveel van het eerder aangegeven fruit men dan had gegeten (9-puntsschaal van niet tot 6 stuks of meer per dag ). Voor snackinname zijn gelijknamige vragen gebruikt, echter is het woord fruit vervangen voor snack en kon in plaats van fruit verschillende soorten snacks aangegeven worden (gefrituurde snacks, koeken etc.). Door de uitkomsten bij zowel fruit- als snackinname van vraag 1 en vraag 2 te vermenigvuldigen en vervolgens te delen door zeven, kon de gemiddelde fruit- en snackconsumptie per dag berekend worden (respectievelijk M = 1.19, SD =.52, M = 1.00, SD =.51). Eye-tracking. Voor de eye-tracking is gebruik gemaakt van een SMI RED 120 (SensoMotoric Instruments, 2012) eye-tracker, welke geplaatst is aan de onderzijde van een 22 inch monitor. De eye-tracking data is verzameld met een gaze sample rate van 120 Hz per seconde. Er zijn vier zogenoemde area s of interest gecreëerd (titel, subtitel en twee tekstvakken met daarin afwisselend vier verschillende boodschappen: griep, snacks, hart- en vaatziekten en overgewicht) voor het meten van de tijd die de participanten spenderen aan het fixeren op een bepaald stuk tekst. Aandacht is daarmee gemeten in termen van totale fixatie tijd (in milliseconden) in deze area s of interest. Nameting. Na afloop van de eye-tracking hebben wederom een aantal metingen plaatsgevonden, namelijk de manipulatiecheck, ease of imagination, attitude en nogmaals intentie. De manipulatiecheck is uitgevoerd met een tweetal vragen. De eerste vraag had betrekking op het type frame en luidde Benadrukte deze tekst volgens jou positieve gevolgen 14

15 OF negatieve gevolgen van onvoldoende fruit eten?, welke beantwoord kon worden op een 7-punts Likertschaal (+3 = hele positieve gevolgen; -3 = hele negatieve gevolgen). De tweede vraag had betrekking op het type termijn en luidde Benadrukte deze tekst volgens jou gevolgen die op korte termijn OF op lange termijn konden plaatsvinden?, welke ook beantwoord kon worden op een 7-punts Likertschaal (+3 = korte termijn; -3 = lange termijn). Ease of imagination is gemeten met de vraag Kun je de onderstaande consequenties of symptomen makkelijk of moeilijk inbeelden?. Hierbij konden, aan de hand van zes items, verschillende consequenties/symptomen (geen honger hebben, hart- en vaatziekten etc.) worden beoordeeld op een 7-punts Likertschaal (+3 = heel erg makkelijk; -3 = heel erg moeilijk). Opgemerkt moet worden dat van de zes items, de participanten er slechts drie gelezen hebben tijdens de eye-tracking. Voor participanten in de korte termijn conditie waren dit: griep hebben, geen honger hebben en ongezonde snacks eten. Voor participanten in de lange termijn conditie waren dit: overgewicht hebben, hart- en vaatziekten hebben en kanker hebben. Met oog op de analyses is dan ook onderscheid gemaakt tussen consequenties/symptomen die men wel gelezen heeft en consequenties/symptomen die men niet gelezen heeft. Attitude werd gemeten aan de hand van de stelling De komende week minimaal twee stuks fruit per dag eten, vind ik, waarbij participanten werd gevraagd of zij van mening waren dat dit (1) heel gezond heel ongezond, (2) heel erg goed heel erg slecht, (3) heel erg plezierig heel erg onplezierig, (4) heel erg verstandig heel erg onverstandig, (5) heel erg prettig heel erg onprettig en (6) heel erg nuttig heel erg nutteloos is. Het antwoord kon aangegeven worden op een 7-punts Likertschaal (bijv. +3 = heel gezond en -3 = heel ongezond). Er is een Cronbach s Alpha van.91 gevonden, wat volgens de COTAN als goed beoordeeld wordt (Evers et al., 2009). Intentie is op dezelfde wijze gemeten als bij de voormeting, afgezien van het gegeven 15

16 dat in de nameting specifiek werd gevraagd naar de intentie om fruit te eten in de komende week. Hiervoor is een betrouwbaarheid van α =.95 gevonden, wat volgens de COTAN als goed beoordeeld wordt (Evers et al., 2009). Resultaten Randomisatie- en manipulatiechecks Voor de randomisatiecheck is allereerst een 2 (type frame) x 2 (type termijn) univariate variantieanalyse uitgevoerd op leeftijd, gemiddelde fruitconsumptie per dag en gemiddelde snackconsumptie per dag. In alle gevallen zijn geen verschillen tussen groepen gevonden (alle p s >.095). Tevens is een chi-square test uitgevoerd voor het onderzoeken van de effecten van type frame en type termijn op geslacht en opleidingsniveau. Ook hier is geen verschil tussen groepen gevonden (beide p s >.478). Deze uitkomsten duiden op een succesvolle randomisatie. Oftewel, de participanten in de verschillende condities verschillen niet significant van elkaar op leeftijd, gemiddelde fruit- en snackconsumptie per dag, geslacht en opleidingsniveau. Voor de manipulatiecheck van type frame is een 2 (type frame) x 2 (type termijn) univariate variantieanalyse uitgevoerd. Zoals verwacht is een hoofdeffect gevonden voor type frame op de manipulatiecheck type frame, F(1, 141) = , p <.001, η 2 =.77. Participanten in de winst-frame conditie vonden inderdaad dat de tekst meer positieve uitkomsten benadrukte (M = 1.99, SD = 1.41), terwijl participanten in de verlies-frame conditie vonden dat de tekst meer negatieve uitkomsten benadrukte (M = -2.16, SD =.86). Echter is er ook een hoofdeffect gevonden voor type termijn op de manipulatiecheck type frame, F(1, 141) = 5.96, p <.05, η 2 =.041. Het lijkt erop dat participanten die een tekst met korte termijn gevolgen te zien kregen, vonden dat de tekst meer positieve uitkomsten benadrukte (M =.21, SD = 2.28), terwijl participanten die een tekst met lange termijn gevolgen te zien kregen, vonden dat de tekst meer negatieve uitkomsten benadrukte (M = - 16

17 .23, SD = 2.49). Er is geen interactie-effect gevonden voor type termijn en type frame, F(1, 141) =.43, p =.514, η 2 =.003. Voor de manipulatiecheck van type termijn is ook een 2 (type frame) x 2 (type termijn) univariate variantieanalyse uitgevoerd. Er is een hoofdeffect gevonden voor type termijn op de manipulatiecheck type termijn, F(1, 141) = , p <.001, η 2 =.66. Participanten in de korte termijn conditie vonden inderdaad dat de tekst meer uitkomsten op de korte termijn benadrukte (M = 1.33, SD = 1.80), terwijl participanten in de lange termijn conditie vonden dat de tekst meer uitkomsten op de lange termijn benadrukte (M = -2.49, SD =.85). Zoals verwacht is er zowel geen hoofdeffect voor type frame, F(1, 141) =.45, p =.505, η 2 =.003, alsmede geen interactie-effect voor type frame en type termijn gevonden op de manipulatiecheck type termijn, F(1, 141) = 1.72, p =.192, η 2 =.012. Rekening moet worden gehouden met het gegeven dat de assumptie van gelijke varianties in de populatie geschonden is, Levene s F(3, 141) = 11.86, p <.001. Boodschap effecten Voor de meting van intentie is een 2 (type frame) x 2 (type termijn) herhaalde metingen analyse uitgevoerd. Er zijn geen significante hoofdeffecten gevonden voor zowel type frame (F(1, 141) =.21, p =.648, η 2 =.001) als type termijn (F(1, 141) =.021, p =.886, η 2 =.00) op de intentie om twee stuks fruit per dag te eten. Tevens is geen interactie-effect gevonden voor type frame en type termijn op de intentie om twee stuks fruit per dag te eten, F(1, 141) =.71, p =.400, η 2 =.005. Dus hypothese 1 en 2 zijn verworpen. Voor de meting van attitude is een 2 (type frame) x 2 (type termijn) univariate variantieanalyse uitgevoerd. Er is een significant hoofdeffect gevonden voor type frame op attitude, F(1, 141) = 5.81, p <.05, η 2 =.04. Meer specifiek, participanten in de winst-frame conditie vertoonden een positievere attitude om twee stuks fruit per dag te eten (M = 1.90, SD =.85), dan participanten in de verlies-frame conditie (M = 1.49, SD = 1.16). Hiermee is hypothese 4 gedeeltelijk aangenomen. Er is geen significant hoofdeffect gevonden voor type 17

18 termijn op attitude, F(1, 141) =.093, p =.761, η 2 =.001. Ook een significant interactie-effect voor type termijn en type frame op attitude blijft uit, F(1, 141) =.16, p =.690, η 2 =.001. Hypothese 3 wordt daardoor verworpen. Ondanks dat de participanten voor de meting van ease of imagination antwoord hebben gegeven op alle zes de stellingen, wordt in de volgende analyses alleen gebruik gemaakt van de stellingen die de participanten hebben gezien in de boodschap. Om de mate van ease of imagination te meten is allereerst een 2 (type frame) x 2 (type termijn) univariate variantieanalyse uitgevoerd. Er is een hoofdeffect gevonden voor type termijn op ease of imagination, F(1, 141) = , p = <.001, η 2 =.66. Participanten in de korte termijn conditie hebben een hogere ease of imagination (M = 1.71, SD = 1.17) dan participanten in de lange termijn conditie (M = -1.64, SD = 1.27). Daarmee is hypothese 3 aangenomen. Vervolgens is een correlatieanalyse uitgevoerd tussen ease of imagination en intentie, waarbij onderscheid is gemaakt tussen participanten die een positief geframede boodschap (winstframe) en participanten die een negatief geframede boodschap (verlies-frame) hebben gelezen. Er blijken geen significante correlaties te zijn tussen ease of imagination en intentie om twee stuks fruit per dag te eten voor zowel participanten in de winst-frame conditie (r = -.007, p =.951), als participanten in de verlies-frame conditie (r =.13, p =.282). Hypothese 4 en 5 worden daardoor verworpen. Voor de meting van de mate van aandacht, welke wordt uitgedrukt in fixatietijd (ms), voor een bepaald stuk tekst, is per area of interest (titel, subtitel, tekstblok griep, tekstblok snacks, tekstblok hart- en vaatziekten en tekstblok overgewicht) een 2 (type frame) x 2 (type termijn) univariate variantieanalyse uitgevoerd. Deze zullen respectievelijk worden besproken. In acht moet worden genomen dat participanten in de korte termijn conditie enkel de tekstblokken griep en snacks hebben gezien en participanten in de lange termijn conditie enkel de tekstblokken hart- en vaatziekten en overgewicht. Er zijn geen hoofdeffecten 18

19 gevonden voor zowel type termijn (F(1, 141) =.14, p =.707, η 2 =.001) als type frame (F(1, 141) =.34, p =.562, η 2 =.002) op de fixatietijd betreffende de titel. Ook is geen interactieeffect gevonden voor type termijn en type frame, F(1, 141) = 3.35, p =.069, η 2 =.023. Gekeken naar de subtitel komt een hoofdeffect naar voren voor type termijn op de fixatietijd, F(1, 141) = 5.30, p <.05, η 2 =.036. Participanten in de lange termijn conditie kijken langer naar de subtitel (M = , SD = ) dan participanten in de korte termijn conditie (M = , SD = ). Voor zowel het hoofdeffect van type frame (F(1, 141) =.84, p =.361, η 2 =.006) als het interactie-effect van type frame en type termijn op de fixatietijd betreffende de subtitel (F(1, 141) =.096, p =.758, η 2 =.001) zijn geen significante resultaten gevonden. Rekening moet worden gehouden met het gegeven dat de assumptie van gelijke varianties in de populatie geschonden is, Levene s F(3, 141) = 4.26, p <.01. Gekeken naar participanten in de korte termijn conditie, blijft voor tekstblok griep het hoofdeffect voor type frame uit, F(1, 34) = 1.23, p =.275, η 2 =.036. Echter, voor tekstblok snacks wordt wel een trend gevonden voor type frame op de fixatietijd, F(1, 33) = 3.21, p =.082, η 2 =.086. Participanten in de korte termijn conditie die een winst-frame te zien kregen, keken langer naar tekstblok snacks (M = , SD = ), dan participanten in de korte termijn conditie die een verlies-frame te zien kregen (M = , SD = ). Gekeken naar participanten in de lange termijn conditie, worden voor zowel tekstblok hart- en vaatziekten (F(1, 33) =.091, p =.765, η 2 =.003), als tekstblok overgewicht (F(1,35) =.070, p =.793, η 2 =.002) geen hoofdeffecten voor type frame gevonden. Exploratieve analyse Om te onderzoeken of het gegeven dat mensen in de korte termijn conditie significant langer kijken naar de negatief geframede snackboodschap mogelijk veroorzaakt wordt door de mate van ease of imagination betreffende snacks, is een correlatieanalyse tussen de fixatietijd van de snackboodschap en de ease of imagination van snacks uitgevoerd. Hierbij is 19

20 voorafgaand reeds onderscheid gemaakt tussen de framing en termijn condities. Uit de resultaten komt naar voren dat er geen significante correlatie is tussen de snackboodschap fixatietijd en ease of imagination betreffende snacks, r = -.08, p =.773. Discussie en conclusie De huidige studie richt zich op het onderzoeken van de invloed van message framing en temporale context op het gebied van fruitinname. Meer specifiek, er is gekeken naar de persuasieve effecten van vier verschillende boodschappen op intentie en attitude betreffende fruitinname. In deze boodschappen werd onderscheid gemaakt tussen zowel positieve en negatieve, als korte en lange termijn consequenties. Aanvullend is onderzocht of deze effecten van message framing en temporale context verklaard worden door de mate van aandacht voor de boodschappen (door middel van eye-tracking) en/of de mate van ease of imagination van de verschillende consequenties. Tot op heden is er weinig onderzoek gedaan naar eye-tracking en message framing. Naar eye-tracking en message framing betreffende fruitinname is zelfs geen onderzoek gedaan. Het is dan ook interessant dat uit de resultaten blijkt dat er een trend is voor het type frame in combinatie met de tijd die men kijkt naar het tekstblok snacks. Participanten die een winst-frame te zien krijgen, kijken namelijk langer naar het tekstblock snacks dan participanten die een verlies-frame te zien krijgen. Dit komt overeen met de onderzoeken van Berenbaum en Latimer-Cheung (2014) en O Malley en Latimer-Cheung (2013), waaruit blijkt dat winst-geframede boodschappen leiden tot meer aandacht. Echter, ondanks dat dezelfde groep participanten naast een tekstblok snacks ook een tekstblok over griep heeft gelezen, worden hier geen verschillen in aandacht per frame gevonden. Het lijkt dus van toegevoegde waarde om, bij het ontwikkelen van persuasieve boodschappen ter bevordering van voldoende fruitinname, mee te nemen dat men meer aandacht lijkt te hebben voor winst-geframede boodschappen die gericht zijn op snacks. Tevens blijkt dat participanten in de lange termijn 20

21 conditie langer kijken naar de subtitel, vergeleken met participanten in de korte termijn conditie. Echter moet hierbij in acht worden genomen dat deze in de lange termijn conditie twee woorden meer bevatte dan in de korte termijn conditie, wat mogelijk meespeelt in het gegeven dat men langer naar de lange termijn subtitel heeft gekeken. Een opvallende bevinding komt naar voren in de manipulatiecheck voor type frame. Naast dat participanten in de winst-frame conditie vinden dat de tekst zoals verwacht meer positieve uitkomsten benadrukt en voor de verlies-frame conditie vice versa, vinden participanten die korte termijn gevolgen te zien krijgen tevens dat de tekst meer positieve uitkomsten benadrukt. Dit terwijl participanten die lange termijn gevolgen lezen vinden dat de tekst meer negatieve uitkomsten benadruke. Een mogelijk verklaring hiervoor kan worden gevonden in het onderzoek van Chandran & Menon (2004), waaruit blijkt dat verschillen in temporale framing (korte versus lange termijn) een invloed uitoefent op de beoordeling van de valentie (positief versus negatief) van gezondheidsrisico s. Zo blijkt dat participanten een risico gepresenteerd over een dag (versus een jaar) als dichterbij en meer concreet ervaren, wat resulteert in een hogere inschatting van het risico voor henzelf en anderen. Oftewel, verschillen in framing leidt tot het oproepen van verschillende psychologische processen. Deze bevindingen tonen wellicht het (onlosmakelijke) verband aan tussen framing en temporale context, en bieden daarmee een verklaring voor het gegeven dat men bij verschillende tijdsframes tegelijkertijd bepaalde positieve/negatieve associaties heeft. Voor intentie is geen interactie-effect tussen type frame en type termijn gevonden. Ook blijven hoofdeffecten voor zowel type frame als type termijn uit. Hypothese 1 en 2 zijn daarmee niet aangenomen. Dit in tegenstelling tot het onderzoek van De Bruijn en Budding (in press) waar wel een significant interactie-effect op fruitinname intentie is aangetoond. Ook voor attitude is geen interactie-effect voor type frame en type termijn aangetoond, waardoor hypothese 3 is verworpen. Wel is een hoofdeffect gevonden voor type frame op attitude. 21

22 Participanten in de winst-frame (versus verlies-frame) conditie blijken een positievere attitude tegenover fruitinname te vertonen. Deze bevinding komt overeen met de bevindingen van Rothman en Salovey (1997), welke stellen dat bij preventie gedrag, waaronder het eten van voldoende fruit valt, winst-frames effectiever zijn dan verlies-frames. Hiermee is hypothese 4 gedeeltelijk aangenomen. Het uitblijven van interactie-effecten tussen type frame en type termijn kan wellicht worden teruggehaald op het verschil in leeftijdsgroepen in verschillende onderzoeken, wat mogelijk weer de inconsistente bevindingen met betrekking tot message framing en temporale context in eerdere literatuur verklaart (Bernstein et al., 2016; Gerend & Cullen, 2008). Het bewijs voor de effecten van temporale context wordt namelijk vaak beschreven vanuit het perspectief van temporale discounting (de mate waarin men een toekomstige (versus onmiddellijke) beloning devalueert; Green, Myerson, & Ostaszewski, 1999), of vertraagde beloningen (Green & Myerson, 2004; Green, Fry, & Myerson, 1994). Het blijkt dat men uitkomsten op de lange termijn meer devalueert dan onmiddellijke uitkomsten, zelfs wanneer deze uitkomsten objectief gezien hetzelfde zijn. Echter is het devalueren van uitkomsten op lange termijn niet gelijk verdeeld over leeftijdsgroepen. Zo blijken kinderen, adolescenten en jongvolwassenen (zoals in het huidige onderzoek) uitkomsten op de lange termijn disproportioneel te devalueren, in vergelijking met volwassenen en ouderen (Greet et al., 1994). Dit kan ertoe hebben geleid dat in de studie van De Bruijn en Budding (in press) onder volwassenen, wél effecten zijn gevonden voor de interactie tussen type termijn en type frame, terwijl in de huidige studie onder jongvolwassenen deze effecten uitblijven (want alleen aan korte termijn uitkomsten zou waarde worden toegekend). Naast intentie en attitude is er ook gekeken naar ease of imagination. Hierbij is hypothese 5 aangenomen, wat inhoud dat participanten in de korte termijn conditie zich de consequenties beter voor de geest kunnen halen, vergeleken met participanten in de lange 22

23 termijn conditie. Deze uitkomst kan gelinkt worden aan de bevindingen van Liberman en Trope (1998), welke stellen dat men gebeurtenissen op korte termijn als meer concreet construeert, tegenover een meer abstractie constructie van gebeurtenissen op lange termijn. Doordat gebeurtenissen op korte termijn meer concrete details bevatten kan men zich een bepaalde actie vervolgens beter voorstellen, met als gevolg een hogere ease of imagination. Echter is er geen relatie gevonden tussen message framing, ease of imagination en de intentie om twee stuks fruit per dag te eten. Hypothese 6 en 7 zijn daarmee verworpen. Een verklaring hiervoor ligt mogelijk in het feit dat deze twee verwachtingen gebaseerd zijn op de studie van Broemer (2004), waarin specifiek is gekeken naar de ease of imagination met betrekking tot symptomen van een ziekte. Zo werd in het onderzoek van Broemer (2004) gevraagd naar de symptomen van een hartaandoening, zoals pijn op de borst en onregelmatige hartslagen. In de huidige studie is er echter geen sprake van een ziekte, waardoor wellicht niet dezelfde uitkomsten naar voren zijn gekomen. Aan de hand van de koppeling die gelegd kan worden tussen ease of imagination en aandacht (hoe langer men kijkt, hoe beter/slechter iets mogelijk voor te stellen is), is tevens een exploratieve analyse uitgevoerd. Dit om te kijken of de verhoogde mate van aandacht voor het tekstblok snacks toe te wijden is aan de ease of imagination betreffende snacks. Hieruit blijkt dat ease of imagination geen rol speelt in de verhoogde aandacht voor het tekstblok snacks. Er zijn dus wellicht andere factoren dan ease of imagination die een verklaring kunnen geven voor de verhoogde mate van aandacht. Zoals eerder benoemd blijkt er enkel bij winst-frames een attitudeverandering plaats te vinden. Voor toekomstig onderzoek zou het dan ook interessant zijn om factoren te onderzoeken, waaronder attitude, die een verklaring kunnen bieden voor de verschillen in mate van aandacht die men heeft voor bepaalde stukken tekst. Voor toekomstig onderzoek zou het ook interessant kunnen zijn om effecten op gedrag 23

24 te meten. Dit vormt daarmee tevens een limitatie van de huidige studie; door het niet meenemen van gedragsuitkomsten is het niet duidelijk of de verschillende boodschappen effectief zijn in het daadwerkelijk verhogen van de fruitinname. Dit terwijl het meeste bewijs met betrekking tot message framing effecten worden gevonden op gedragsuitkomsten (Gallagher & Updegraff, 2012). Ten slotte, de steekproef bestaat grotendeels uit studenten. Naast dat dit zorgt voor een verlaagde generaliseerbaarheid van de resultaten, kan het er mogelijk ook toe hebben geleid dat - zoals eerder uitgelegd aan de hand van temporale discounting - de resultaten tot op bepaalde hoogte beïnvloed zijn. Meer onderzoek naar message framing en temporale context binnen verschillende leeftijdscategorieën is dan ook gewenst. 24

25 Referentielijst Berenbaum, E., & Latimer-Cheung, A. E. (2014). Examining the link between framed physical activity ads and behavior among women. Journal of Sport & Exercise Psychology, 36(3). doi: /jsep Bernstein, M. H., Wood, M. D., & Erickson, L. R. (2016). The effectiveness of message framing and temporal context on college student alcohol use and problems: a selective intervention. Alcohol and Alcoholism, 51(1), doi: /alcalc/agv091 Bogers, R. P., Van Assema, P., Kester, A. D., Westerterp, K. R., & Dagnelie, P. C. (2004). Reproducibility, validity, and responsiveness to change of a short questionnaire for measuring fruit and vegetable intake. American Journal of Epidemiology, 159(9), doi: /aje/kwh123 Broemer, P. (2004). Ease of imagination moderates reactions to differently framed health messages. European Journal of Social Psychology, 34(2), doi: /ejsp.185 Brug, J., De Vet, E., De Nooijer, J., & Verplanken, B. (2006). Predicting fruit consumption: Cognitions, intention, and habits. Journal of Nutrition Education and Behavior, 38(2), doi: /j.jneb Brug, J., Ruiter, R. A., & Van Assema, P. (2003). The (ir) relevance of framing nutrition education messages. Nutrition and Health, 17(1), doi: / Cauberghe, V., De Pelsmacker, P., Janssens, W., & Dens, N. (2009). Fear, threat and efficacy in threat appeals: Message involvement as a key mediator to message acceptance. Accident Analysis & Prevention, 41(2), doi: /j.aap CBS, Nederland eet onvoldoende groente, fruit en vis. Verkregen op 14 april 2016, van 25

26 Chandran, S., & Menon, G. (2004). When a day means more than a year: Effects of temporal framing on judgments of health risk. Journal of Consumer Research, 31(2), doi: / De Bruijn, G. J., & Budding, J. (in press). Temporal consequences, message framing, and consideration of future consequences persuasion effects on adult fruit intake intention and resolve. Journal of Health Communication. De Bruijn, G. J., Spaans, P., Jansen, B., & Van t Riet, J. (2016). Testing the effects of a message framing intervention on intentions towards hearing loss prevention in adolescents. Health Education Research, 31(2), doi: /her/cyw006 De Hoog, N., Stroebe, W., & De Wit, J. B. (2005). The impact of fear appeals on processing and acceptance of action recommendations. Personality and Social Psychology Bulletin, 31(1), doi: / Dijkstra, A., Rothman, A., & Pietersma, S. (2011). The persuasive effects of framing messages on fruit and vegetable consumption according to regulatory focus theory. Psychology & Health, 26(8), doi: / Duchowski, A. (2007). Eye tracking methodology: Theory and practice. Londen: Springer Science & Business Media. Evers, A., Lucassen, W., Meijer, R., & Sijtsma, K. (2009). COTAN beoordelingssysteem voor de kwaliteit van tests (geheel herziene versie). NIP. Gallagher, K. M., & Updegraff, J. A. (2012). Health message framing effects on attitudes, intentions, and behavior: a meta-analytic review. Annals of Behavioral Medicine, 43(1), doi: /s Gerend, M. A., & Cullen, M. (2008). Effects of message framing and temporal context on 26

27 college student drinking behavior. Journal of Experimental Social Psychology, 44(4), doi: /j.jesp Green, L., Fry, A. F., & Myerson, J. (1994). Discounting of delayed rewards: A life-span comparison. Psychological Science, 5(1), doi: /j tb00610.x Green, L., & Myerson, J. (2004). A discounting framework for choice with delayed and probabilistic rewards. Psychological Bulletin, 130(5), 769. doi: / Green, L., Myerson, J., & Ostaszewski, P. (1999). Discounting of delayed rewards across the life span: Age differences in individual discounting functions. Behavioural Processes, 46(1), doi: /S (99) Kahneman, D., & Tversky, A. (1979). Prospect theory: An analysis of decision under risk. Econometrica: Journal of the Econometric Society, 47(2), doi: / Liberman, N., & Trope, Y. (1998). The role of feasibility and desirability considerations in near and distant future decisions: A test of temporal construal theory. Journal of Personality and Social Psychology, 75(1), 5. doi: / McGuire, W.J. (1984). Public communication as a strategy for inducing health-promoting behavioural change. Preventive Medicine, 13(3), doi: / (84) Mogilner, C., Aaker, J. L., & Pennington, G. L. (2008). Time will tell: The distant appeal of promotion and imminent appeal of prevention. Journal of Consumer Research, 34(5), doi: / Nan, X., Zhao, X., Yang, B., & Iles, I. (2015). Effectiveness of cigarette warning labels: examining the impact of graphics, message framing, and temporal framing. Health 27

Master thesis. De invloed van boodschappen met positieve versus negatieve en korte. versus lange termijn consequenties op fruitconsumptie

Master thesis. De invloed van boodschappen met positieve versus negatieve en korte. versus lange termijn consequenties op fruitconsumptie Master thesis De invloed van boodschappen met positieve versus negatieve en korte versus lange termijn consequenties op fruitconsumptie Effecten van message framing en temporale framing Universiteit van

Nadere informatie

(In)effectiviteit van Angstcommunicaties op Verminderen van Lichamelijke Inactiviteit: Rol van Attitudefuncties, Self-Monitoring en Self-Esteem

(In)effectiviteit van Angstcommunicaties op Verminderen van Lichamelijke Inactiviteit: Rol van Attitudefuncties, Self-Monitoring en Self-Esteem (In)effectiviteit van Angstcommunicaties 1 (In)effectiviteit van Angstcommunicaties op Verminderen van Lichamelijke Inactiviteit: Rol van Attitudefuncties, Self-Monitoring en Self-Esteem (In)effectiveness

Nadere informatie

Framing van een gezondheidsboodschap

Framing van een gezondheidsboodschap Framing van een gezondheidsboodschap Een experimenteel onderzoek naar de rol van emoties en gewicht in de effectiviteit van een winst- en verliesframe bij een boodschap over het eten van minder suiker.

Nadere informatie

Management Summary. Auteur Tessa Puijk. Organisatie Van Diemen Communicatiemakelaars

Management Summary. Auteur Tessa Puijk. Organisatie Van Diemen Communicatiemakelaars Management Summary Wat voor een effect heeft de vorm van een bericht op de waardering van de lezer en is de interesse in nieuws een moderator voor dit effect? Auteur Tessa Puijk Organisatie Van Diemen

Nadere informatie

Master s thesis Een onderzoek naar de invloed van message framing

Master s thesis Een onderzoek naar de invloed van message framing Master s thesis Een onderzoek naar de invloed van message framing op de overtuiging van individuen om deel te nemen aan het bevolkingsonderzoek naar darmkanker en welke rol risicoperceptie en de regulatieve

Nadere informatie

De Invloed van de Kwetsbaarheid van de Lezer van een Tekst ter Preventie van Hart- en Vaatziekten op de Effectiviteit van Framing.

De Invloed van de Kwetsbaarheid van de Lezer van een Tekst ter Preventie van Hart- en Vaatziekten op de Effectiviteit van Framing. Onderzoeksverslag Masterscriptie De Invloed van de Kwetsbaarheid van de Lezer van een Tekst ter Preventie van Hart- en Vaatziekten op de Effectiviteit van Framing. Lauret Gerner S4219910 30 januari 2017

Nadere informatie

De overtuigingskracht van een regulatory fit en de samenhang tussen cognitieve dissonantie en weerstand. Radboud Universiteit Nijmegen

De overtuigingskracht van een regulatory fit en de samenhang tussen cognitieve dissonantie en weerstand. Radboud Universiteit Nijmegen De overtuigingskracht van een regulatory fit en de samenhang tussen cognitieve dissonantie en weerstand Radboud Universiteit Nijmegen Masterscriptie Geertje Steeghs s4126890 E-mail: geertjesteeghs@hotmail.com

Nadere informatie

Eetgedrag en tijdsoriëntatie: De eerste stappen naar een interventie gericht op toekomstdenken

Eetgedrag en tijdsoriëntatie: De eerste stappen naar een interventie gericht op toekomstdenken Eetgedrag en tijdsoriëntatie: De eerste stappen naar een interventie gericht op toekomstdenken Fania Dassen PhD-studente Maastricht University Introductie Heeft u liever 50 vandaag, of morgen 50? Heeft

Nadere informatie

Het begrijpelijk communiceren van een gezondheidsrisico

Het begrijpelijk communiceren van een gezondheidsrisico Het begrijpelijk communiceren van een gezondheidsrisico Dr. Olga Damman Dr. Maaike van den Haak Nina Bogaerts, Msc Amber van der Meij, Bsc Prof.dr. Danielle Timmermans Quality of Care EMGO Institute for

Nadere informatie

Ieder nadeel heeft zijn voordeel

Ieder nadeel heeft zijn voordeel Ieder nadeel heeft zijn voordeel Positieve en negatieve framing in gezondheidscommunicatie Masterscriptie Communicatie- & Informatiewetenschappen: Communicatie & Beïnvloeding Amber Buitkamp s4609077 a.buitkamp@student.ru.nl

Nadere informatie

- Mensen gaan meer variëteit kiezen bij hun consumptiekeuzes wanneer ze weten dat hun gedrag nauwkeurig publiekelijk zal onderzocht worden.

- Mensen gaan meer variëteit kiezen bij hun consumptiekeuzes wanneer ze weten dat hun gedrag nauwkeurig publiekelijk zal onderzocht worden. Abstract: - 3 experimenten - Mensen gaan meer variëteit kiezen bij hun consumptiekeuzes wanneer ze weten dat hun gedrag nauwkeurig publiekelijk zal onderzocht worden. - Studie 1&2: consumenten verwachten

Nadere informatie

Fysieke Activiteit bij 50-plussers. The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and. Physical Activity among Adults Aged over 50

Fysieke Activiteit bij 50-plussers. The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and. Physical Activity among Adults Aged over 50 De relatie tussen eigen-effectiviteit 1 De Relatie tussen Eigen-effectiviteit, Intrinsieke Motivatie en Fysieke Activiteit bij 50-plussers The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and

Nadere informatie

How to present online information to older cancer patients N. Bol

How to present online information to older cancer patients N. Bol How to present online information to older cancer patients N. Bol Dutch summary (Nederlandse samenvatting) Dutch summary (Nederlandse samenvatting) Goede informatievoorziening is essentieel voor effectieve

Nadere informatie

STOPPEN MET ROKEN WERKT BETER DAN NIET STOPPEN MET ROKEN

STOPPEN MET ROKEN WERKT BETER DAN NIET STOPPEN MET ROKEN STOPPEN MET ROKEN WERKT BETER DAN NIET STOPPEN MET ROKEN Een experimenteel onderzoek naar de rol van de formulering van het antecedent en de formulering van het consequent bij de framing-effecten van een

Nadere informatie

Hoe frames de attitude en gedragsintentie om te stoppen met roken. beïnvloeden bij (on)gezonde mensen

Hoe frames de attitude en gedragsintentie om te stoppen met roken. beïnvloeden bij (on)gezonde mensen Running head: STOPPEN MET ROKEN: EFFECT VAN FRAMES EN LEVENSSTIJL Hoe frames de attitude en gedragsintentie om te stoppen met roken beïnvloeden bij (on)gezonde mensen Chamoetal Zeidler, 10531947 Universiteit

Nadere informatie

Master thesis. Invloed van health message framing en kernel state op disengagement beliefs en de intentie om voldoende intensief actief te zijn

Master thesis. Invloed van health message framing en kernel state op disengagement beliefs en de intentie om voldoende intensief actief te zijn Master thesis Invloed van health message framing en kernel state op disengagement beliefs en de intentie om voldoende intensief actief te zijn Naam: Dilan Ünal Studentnummer: 10047301 Thesisbegeleider:

Nadere informatie

GEEF ME DE 5- METHODIEK IN DE ZORG

GEEF ME DE 5- METHODIEK IN DE ZORG GEEF ME DE 5- METHODIEK IN DE ZORG Effectiviteit Geef me de 5-methodiek in zorginstelling JP van den Bent In dit rapport worden de wetenschappelijke bevindingen beschreven betreffende de effectiviteit

Nadere informatie

Studentnummer: Communicatiewetenschap. Datum: Aantal woorden: 7409

Studentnummer: Communicatiewetenschap. Datum: Aantal woorden: 7409 De invloed van message framing en self-efficacy op de attitude, de intentie en de waargenomen gedragscontrole ten opzichte van de fruitconsumptie van volwassen Nederlanders Naam student: Lisa Stolp Studentnummer:

Nadere informatie

Bathilde Meulenbeld. Master s Thesis. Graduate School of Communication. Master s programme Persuasive. Communication Science

Bathilde Meulenbeld. Master s Thesis. Graduate School of Communication. Master s programme Persuasive. Communication Science UNIVERSITEIT VAN AMSTERDAM De maakbare mindset De invloed van framing en appealtypes op de constructie en determinanten van soa-testgedrag Bathilde Meulenbeld 11131918 Master s Thesis Graduate School of

Nadere informatie

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Alcoholgebruik Psychosociale gezondheid Genotmiddelen Voeding, bewegen en gewicht Seksueel gedrag Samenvatting en aanbevelingen Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Jongerenmonitor In 2011 is in de regio IJsselland

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Addendum A 173 Nederlandse samenvatting Het doel van het onderzoek beschreven in dit proefschrift was om de rol van twee belangrijke risicofactoren voor psychotische stoornissen te onderzoeken in de Ultra

Nadere informatie

Communicating about Concerns in Oncology K. Brandes

Communicating about Concerns in Oncology K. Brandes Communicating about Concerns in Oncology K. Brandes Nederlandse samenvatting Uit een recente rapportage van KWF Kankerbestrijding blijkt dat 64% van de (ex-) patiënten met kanker zorgen ervaart over psychosociale

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse Samenvatting 11 Nederlandse Samenvatting Bij beslissingen over het al dan niet vergoeden van behandelingen wordt vaak gebruikt gemaakt van kosteneffectiviteitsanalyses, waarin de kosten worden afgezet tegen de baten.

Nadere informatie

hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5

hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5 SAMENVATTING 117 Pas kortgeleden is aangetoond dat ADHD niet uitdooft, maar ook bij ouderen voorkomt en nadelige gevolgen kan hebben voor de patiënt en zijn omgeving. Er is echter weinig bekend over de

Nadere informatie

RADBOUD UNIVERSITEIT NIJMEGEN. Bachelorscriptie. De invloed van betrokkenheid op de effectiviteit van doelframing. Evelien Beeren S

RADBOUD UNIVERSITEIT NIJMEGEN. Bachelorscriptie. De invloed van betrokkenheid op de effectiviteit van doelframing. Evelien Beeren S RADBOUD UNIVERSITEIT NIJMEGEN Bachelorscriptie De invloed van betrokkenheid op de effectiviteit van doelframing. Evelien Beeren S4517954 29-1-2016 Begeleidster: Anneke de Graaf Thema 3: Winst- en verliesframing

Nadere informatie

gedrag? Wat is de invloed van gender op deze samenhang? gedrag? Wat is de invloed van gender op deze samenhang?

gedrag? Wat is de invloed van gender op deze samenhang? gedrag? Wat is de invloed van gender op deze samenhang? Is er een samenhang tussen seksuele attituden en gedragsintenties voor veilig seksueel Is there a correlation between sexual attitudes and the intention to engage in sexually safe behaviour? Does gender

Nadere informatie

Winst- en verliesframing in gezondheidscommunicatie

Winst- en verliesframing in gezondheidscommunicatie RADBOUD UNIVERSITEIT NIJMEGEN Winst- en verliesframing in gezondheidscommunicatie In hoeverre heeft de mate van betrokkenheid invloed op de effectiviteit van doelframing in gezondheidscommunicatie? Bachelorscriptie

Nadere informatie

Effecten van anti-rookboodschappen bij jongeren Een conceptueel replicatieonderzoek

Effecten van anti-rookboodschappen bij jongeren Een conceptueel replicatieonderzoek VIOT 2018: DUURZAME TAALBEHEERSING Effecten van anti-rookboodschappen bij jongeren Een conceptueel replicatieonderzoek Heleen van Wijk en Carel Jansen Rijksuniversiteit Groningen/Universiteit Stellenbosch

Nadere informatie

Gezond of ongezond? Het effect van visuele en tekstuele frames op de intentie om gezonder te eten

Gezond of ongezond? Het effect van visuele en tekstuele frames op de intentie om gezonder te eten Gezond of ongezond? Het effect van visuele en tekstuele frames op de intentie om gezonder te eten Student: Ashley den Toom Studentnummer: 10320067 Docent: Charlotte Blom Universiteit van Amsterdam Communicatiewetenschap

Nadere informatie

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Alcoholgebruik Psychosociale gezondheid Genotmiddelen Voeding, bewegen en gewicht Seksueel gedrag Samenvatting en aanbevelingen Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Jongerenmonitor In 2011 is in de regio IJsselland

Nadere informatie

The Losses or the Gains?

The Losses or the Gains? The Losses or the Gains? Een onderzoek naar de invloed van message framing op de attitude en intentie ten opzichte van het eten van fruit. Ramy Malki Studie: Communicatiewetenschap, Universiteit van Amsterdam

Nadere informatie

Effect publieksvoorlichting

Effect publieksvoorlichting Effect publieksvoorlichting Inleiding Om het effect van de voorlichtingsbijeenkomsten te kunnen meten is gevraagd aan een aantal deelnemers aan deze bijeenkomsten om zowel voorafgaand aan de voorlichting

Nadere informatie

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Alcoholgebruik Psychosociale gezondheid Genotmiddelen Voeding, bewegen en gewicht Seksueel gedrag Samenvatting en aanbevelingen Monitor jongeren tot 24 jaar Jongerenmonitor In 2011 is in de regio IJsselland

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Hoofdstuk 2

Hoofdstuk 1 Hoofdstuk 2 179 In dit proefschrift werden de resultaten beschreven van studies die zijn verricht bij volwassen vrouwen met symptomen van bekkenbodem dysfunctie. Deze symptomen komen frequent voor en kunnen de kwaliteit

Nadere informatie

Decisional conflict. Ageeth Rosman Kennispoort 7 feb 2014

Decisional conflict. Ageeth Rosman Kennispoort 7 feb 2014 Decisional conflict Ageeth Rosman Kennispoort 7 feb 2014 Disclosure Belangenverstrengeling geen Financiering ZonMw KNOV Samenwerkende organisaties NVOG TNO AMC Inhoud presentatie Wat is decisional conflict?

Nadere informatie

De Relatie tussen Angst en Psychologische Inflexibiliteit. The Relationship between Anxiety and Psychological Inflexibility.

De Relatie tussen Angst en Psychologische Inflexibiliteit. The Relationship between Anxiety and Psychological Inflexibility. RELATIE ANGST EN PSYCHOLOGISCHE INFLEXIBILITEIT 1 De Relatie tussen Angst en Psychologische Inflexibiliteit The Relationship between Anxiety and Psychological Inflexibility Jos Kooy Eerste begeleider Tweede

Nadere informatie

het laagste niveau van psychologisch functioneren direct voordat de eerste bestraling begint. Zowel angstgevoelens als depressieve symptomen en

het laagste niveau van psychologisch functioneren direct voordat de eerste bestraling begint. Zowel angstgevoelens als depressieve symptomen en Samenvatting In de laatste 20 jaar is er veel onderzoek gedaan naar de psychosociale gevolgen van kanker. Een goede zaak want aandacht voor kanker, een ziekte waar iedereen in zijn of haar leven wel eens

Nadere informatie

Een onderzoek naar visuele en verbale denkvoorkeuren en vaardigheden bij leerlingen van groep 6 en 7

Een onderzoek naar visuele en verbale denkvoorkeuren en vaardigheden bij leerlingen van groep 6 en 7 Beelddenken: Een onderzoek naar visuele en verbale denkvoorkeuren en vaardigheden bij leerlingen van groep 6 en 7 Een samenvatting van het wetenschappelijk onderzoek naar beelddenken Inhoudsopgave Inleiding

Nadere informatie

Wat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten?

Wat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten? De Modererende rol van Persoonlijkheid op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten 1 Wat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve

Nadere informatie

INVLOED VAN CHRONISCHE PIJN OP ERVAREN SOCIALE STEUN. De Invloed van Chronische Pijn en de Modererende Invloed van Geslacht op de Ervaren

INVLOED VAN CHRONISCHE PIJN OP ERVAREN SOCIALE STEUN. De Invloed van Chronische Pijn en de Modererende Invloed van Geslacht op de Ervaren De Invloed van Chronische Pijn en de Modererende Invloed van Geslacht op de Ervaren Sociale Steun The Effect of Chronic Pain and the Moderating Effect of Gender on Perceived Social Support Studentnummer:

Nadere informatie

Verklaring van het beweeggedrag van ouderen door determinanten van. The explanation of the physical activity of elderly by determinants of

Verklaring van het beweeggedrag van ouderen door determinanten van. The explanation of the physical activity of elderly by determinants of Verklaring van het beweeggedrag van ouderen door determinanten van het I-change Model The explanation of the physical activity of elderly by determinants of the I-change Model Hilbrand Kuit Eerste begeleider:

Nadere informatie

Eenzaam ben je niet alleen

Eenzaam ben je niet alleen Eenzaam ben je niet alleen Een verdiepend onderzoek naar de risicofactoren van eenzaamheid onder volwassenen van 19-65 jaar. Amy Hofman 1, Regina Overberg 1, Marcel Adriaanse 2 1 GGD Kennemerland, 2 Vrije

Nadere informatie

Graduate school of Communication

Graduate school of Communication Graduate school of Communication EEN BOODSCHAP OP MAAT: POSITIVITEIT IS EFFECTIVITEIT Een onderzoek naar de effectiviteit van message framing in de commerciële setting op de attitude en koopintentie van

Nadere informatie

Risicoperceptie als moderator in de effectiviteit van winst- en verliesframes en de rol van het verwerkingsproces

Risicoperceptie als moderator in de effectiviteit van winst- en verliesframes en de rol van het verwerkingsproces Risicoperceptie als moderator in de effectiviteit van winst- en verliesframes en de rol van het verwerkingsproces Naam: E-mail: Studentnr.: Instelling: Opleiding: Specialisatie: Eerste lezer: Tweede lezer:

Nadere informatie

MANTELZORG, GOED GEVOEL

MANTELZORG, GOED GEVOEL UITKOMSTEN ONDERZOEK: MANTELZORG, GOED GEVOEL Inhoud: Theorie & Vragen Methode Theoretische achtergrond: Mantelzorgers zijn iets minder gelukkig dan de rest van de bevolking (CBS, 2016). Mantelzorg brengt

Nadere informatie

Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën

Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën The Relation between Personality, Education, Age, Sex and Short- and Long- Term Sexual

Nadere informatie

Rapport voor deelnemers M²P burgerpanel

Rapport voor deelnemers M²P burgerpanel Rapport voor deelnemers M²P burgerpanel Weergaven van publieke opinie in het nieuws en hun invloed op het publiek Dit rapport beschrijft de resultaten van een onderzoek over weergaven van publieke opinie

Nadere informatie

De invloed van betrokkenheid op de effectiviteit van doelframing in de gezondheidscommunicatie

De invloed van betrokkenheid op de effectiviteit van doelframing in de gezondheidscommunicatie De invloed van betrokkenheid op de effectiviteit van doelframing in de gezondheidscommunicatie Theoretisch bachelorwerkstuk - herkansing 29/01/16 Merel Klijn Velderman - S4241991 Academisch jaar 2015-2016

Nadere informatie

Het Effect van Positieve vs. Negatieve Frames in Groene Advertenties en de Invloed van. Milieubewustzijn op de Merkattitude van de Consument

Het Effect van Positieve vs. Negatieve Frames in Groene Advertenties en de Invloed van. Milieubewustzijn op de Merkattitude van de Consument Het Effect van Positieve vs. Negatieve Frames in Groene Advertenties en de Invloed van Milieubewustzijn op de Merkattitude van de Consument Yorrian Mathot Persuasieve Communicatie Studentnummer 10002988

Nadere informatie

Strategie en resultaat

Strategie en resultaat Strategie en resultaat Hoe goed zijn Nederlandse organisaties in het omzetten van strategie in resultaat? Het antwoord op die vraag krijgen, dat was het doel van het onderzoek van Yvonne Nijkamp Msc, dat

Nadere informatie

De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag. The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior

De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag. The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior Martin. W. van Duijn Student: 838797266 Eerste begeleider:

Nadere informatie

Theorie! Cognitive Bias Modification! Resultaten onderzoek!

Theorie! Cognitive Bias Modification! Resultaten onderzoek! Cognitive Bias Modification Resultaten onderzoek December 2013 Jules Reijnen Ron Jacobs Theorie Cognitive Bias Modification (CBM) is een recent onderzoeksgebied dat zich richt op de vertekening (bias)

Nadere informatie

Doelframing in gezondheidscommunicatie: een experimentele studie naar de effecten van doelframing en mate van betrokkenheid

Doelframing in gezondheidscommunicatie: een experimentele studie naar de effecten van doelframing en mate van betrokkenheid Doelframing in gezondheidscommunicatie: een experimentele studie naar de effecten van doelframing en mate van betrokkenheid Theoretisch gestuurd bachelorwerkstuk Nienke van Beek s4245687 nienkevan.beek@student.ru.nl

Nadere informatie

Meervoudige ANOVA Onderzoeksvraag Voorwaarden

Meervoudige ANOVA Onderzoeksvraag Voorwaarden Er is onderzoek gedaan naar rouw na het overlijden van een huisdier (contactpersoon: Karolijne van der Houwen (Klinische Psychologie)). Mensen konden op internet een vragenlijst invullen. Daarin werd gevraagd

Nadere informatie

Geclaimde informatie als persuasieve boodschap

Geclaimde informatie als persuasieve boodschap Geclaimde informatie als persuasieve boodschap Een onderzoek naar het effect van claims op de consument Student: Floortje van Helden Studentnummer: 10444491 Docent: Charlotte Blom, werkgroep 2 Universiteit

Nadere informatie

De effectiviteit van de factor bekendheid met betrekking tot framing

De effectiviteit van de factor bekendheid met betrekking tot framing De effectiviteit van de factor bekendheid met betrekking tot framing Sanne van Zeijl Bachelor Scriptie - November 2016 Communicatie- en Informatiewetenschappen Radboud Universiteit Nijmegen Begeleid door

Nadere informatie

Voorspellers van Leerbaarheid en Herstel bij Cognitieve Revalidatie van Patiënten met Niet-aangeboren Hersenletsel

Voorspellers van Leerbaarheid en Herstel bij Cognitieve Revalidatie van Patiënten met Niet-aangeboren Hersenletsel Voorspellers van Leerbaarheid en Herstel bij Cognitieve Revalidatie van Patiënten met Niet-aangeboren Hersenletsel Een onderzoek naar de invloed van cognitieve stijl, ziekte-inzicht, motivatie, IQ, opleiding,

Nadere informatie

Samenvatting. Opvoeding en thuis omgeving als aangrijpingspunten in de preventie van overgewicht bij kinderen: resultaten van de ChecKid studie

Samenvatting. Opvoeding en thuis omgeving als aangrijpingspunten in de preventie van overgewicht bij kinderen: resultaten van de ChecKid studie Opvoeding en thuis omgeving als aangrijpingspunten in de preventie van overgewicht bij kinderen: resultaten van de ChecKid studie Overgewicht is een snel groeiend wereldwijd probleem en is geassocieerd

Nadere informatie

DUTCH SUMMARY NEDERLANDSE SAMENVATTING

DUTCH SUMMARY NEDERLANDSE SAMENVATTING NEDERLANDSE SAMENVATTING 205 Het is niet zonder reden dat autoriteiten wereldwijd aandacht besteden aan programma s en interventies om mensen meer te laten bewegen. Sportactiviteiten van gemiddelde tot

Nadere informatie

De sociale psychologie van waargenomen rechtvaardigheid en de rol van onzekerheid

De sociale psychologie van waargenomen rechtvaardigheid en de rol van onzekerheid Kees van den Bos De sociale psychologie van waargenomen rechtvaardigheid en de rol van onzekerheid In deze bijdrage wordt sociaal-psychologisch onderzoek naar sociale rechtvaardigheid besproken. Sociaal-psychologen

Nadere informatie

Evaluatierapport Gezond Eten en Bewegen

Evaluatierapport Gezond Eten en Bewegen Evaluatierapport Gezond Eten en Bewegen Inleiding Dit verslag is gebaseerd op 54 evaluatieformulieren die verzameld werden bij de 152 deelnemers aan de cursussen Gezond eten en bewegen (respons rate 35.5%)

Nadere informatie

Bent u gemotiveerd? L.E.J. Gerretsen Studentnummer: Eerste begeleider: prof. dr. L. Lechner Tweede begeleider: Dr. A.

Bent u gemotiveerd? L.E.J. Gerretsen Studentnummer: Eerste begeleider: prof. dr. L. Lechner Tweede begeleider: Dr. A. Bent u gemotiveerd? Een Experimenteel Onderzoek naar de Invloed van een op het Transtheoretisch Model Gebaseerde Interventie op de Compliance bij de Fysiotherapeutische Behandeling van Psychiatrische Patiënten

Nadere informatie

Energiedrankjes: een blikje overgewicht!

Energiedrankjes: een blikje overgewicht! Bachelorscriptie Energiedrankjes: een blikje overgewicht! Een experiment over de invloed van message framing en stemming op de attitude ten opzichte van het drinken van energiedrank en de intentie van

Nadere informatie

HOE GA JE OM MET. Voor mij geen verandering IN 'T KORT. Een whitepaper over herkennen van weerstand en mogelijke interventies

HOE GA JE OM MET. Voor mij geen verandering IN 'T KORT. Een whitepaper over herkennen van weerstand en mogelijke interventies M A A R T, 2 0 1 9 HOE GA JE OM MET WEERSTAND? Een whitepaper over herkennen van weerstand en mogelijke interventies Voor mij geen verandering Je herinnert je vast een situatie waarin je moest veranderen

Nadere informatie

Uitwisseling tussen teamleden in sociale teams cruciaal voor prestatie

Uitwisseling tussen teamleden in sociale teams cruciaal voor prestatie Uitwisseling tussen teamleden in sociale teams cruciaal voor prestatie Voorlopige resultaten van het onderzoek naar de perceptie van medewerkers in sociale (wijk)teams bij gemeenten - Yvonne Zuidgeest

Nadere informatie

Wat motiveert u in uw werk?

Wat motiveert u in uw werk? Wat motiveert u in uw werk? Begin dit jaar heeft u kunnen deelnemen aan een online onderzoek naar de motivatie en werktevredenheid van actuarieel geschoolden. In dit artikel worden de resultaten aan u

Nadere informatie

Invloed van IT uitbesteding op bedrijfsvoering & IT aansluiting

Invloed van IT uitbesteding op bedrijfsvoering & IT aansluiting xvii Invloed van IT uitbesteding op bedrijfsvoering & IT aansluiting Samenvatting IT uitbesteding doet er niet toe vanuit het perspectief aansluiting tussen bedrijfsvoering en IT Dit proefschrift is het

Nadere informatie

risicocommunicatie, planning & mechanismen van gezondheidsgedragsverandering in een populatie met een verhoogd risico op hart- en vaatziekten

risicocommunicatie, planning & mechanismen van gezondheidsgedragsverandering in een populatie met een verhoogd risico op hart- en vaatziekten risicocommunicatie, planning & mechanismen van gezondheidsgedragsverandering in een populatie met een verhoogd risico op hart- en vaatziekten Hart- en vaatziekten vormen een grote bedreiging voor de volksgezondheid.

Nadere informatie

Samenvatting, conclusies en discussie

Samenvatting, conclusies en discussie Hoofdstuk 6 Samenvatting, conclusies en discussie Inleiding Het doel van het onderzoek is vast te stellen hoe de kinderen (10 14 jaar) met coeliakie functioneren in het dagelijks leven en wat hun kwaliteit

Nadere informatie

Persuasieve gezondheidscommunicatie: hoe en door wie?

Persuasieve gezondheidscommunicatie: hoe en door wie? PERSUASIEVE GEZONDHEIDSCOMMUNICATIE 1 Persuasieve gezondheidscommunicatie: hoe en door wie? Een experimenteel onderzoek naar de invloed van message framing en endorsement op de attitude tegenover fruit

Nadere informatie

Kenmerken van jongeren met en zonder sportief zelfbeeld

Kenmerken van jongeren met en zonder sportief zelfbeeld Dag van het Sportonderzoek 7 oktober 2010 Kenmerken van jongeren met en zonder sportief zelfbeeld Kirsten Verkooijen Gezondheid en Maatschappij Onderzoeksvraag Welke persoonlijke en demografische variabelen

Nadere informatie

Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4. Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4

Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4. Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Samenvatting SAMENVATTING 189 Depressie is een veelvoorkomende psychische stoornis die een hoge ziektelast veroorzaakt voor zowel de samenleving als het individu. De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO)

Nadere informatie

Perseverative cognition: The impact of worry on health. Nederlandse samenvatting

Perseverative cognition: The impact of worry on health. Nederlandse samenvatting Perseverative cognition: The impact of worry on health Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting Perseveratieve cognitie: de invloed van piekeren op gezondheid Iedereen maakt zich wel eens zorgen.

Nadere informatie

Inhoudsopgave Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.

Inhoudsopgave Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Validatie van het EHF meetinstrument tijdens de Jonge Volwassenheid en meer specifiek in relatie tot ADHD Validation of the EHF assessment instrument during Emerging Adulthood, and more specific in relation

Nadere informatie

Het effect van risicoperceptie en zelf en response effectiviteit op het zelfbeschermend gedrag van burgers met betrekking tot overstromingsrisico s.

Het effect van risicoperceptie en zelf en response effectiviteit op het zelfbeschermend gedrag van burgers met betrekking tot overstromingsrisico s. Het effect van risicoperceptie en zelf en response effectiviteit op het zelfbeschermend gedrag van burgers met betrekking tot overstromingsrisico s. Onderzoek uitgevoerd in het kader van het onderzoek

Nadere informatie

Huiswerk, het huis uit!

Huiswerk, het huis uit! Huiswerk, het huis uit! Een explorerend onderzoek naar de effecten van studiebegeleiding op attitudes en gedragsdeterminanten en de bijdrage van de sociale- en leeromgeving aan deze effecten Samenvatting

Nadere informatie

Gedeelde Waarden in Confrontaties met Morele Weigeraars: Tegenovergestelde Effecten op Zelf- en Weigeraar Beoordelingen

Gedeelde Waarden in Confrontaties met Morele Weigeraars: Tegenovergestelde Effecten op Zelf- en Weigeraar Beoordelingen Gedeelde Waarden in Confrontaties met Morele Weigeraars: Tegenovergestelde Effecten op Zelf- en Weigeraar Beoordelingen Florien M. Cramwinckel 1, Kees van den Bos 1, Eric van Dijk 2, Anneke Bruin 1, Simone

Nadere informatie

Biowalking voor ouderen

Biowalking voor ouderen Biowalking voor ouderen Een pilot onderzoek naar de effecten van en ervaringen met Biowalking voor ouderen Dr. Jolanda Maas Vrije Universiteit Amsterdam, afdeling Klinische Psychologie 1. Inleiding IVN

Nadere informatie

Citation for published version (APA): Verbakel, N. J. (2007). Het Chronische Vermoeidheidssyndroom, Fibromyalgie & Reuma.

Citation for published version (APA): Verbakel, N. J. (2007). Het Chronische Vermoeidheidssyndroom, Fibromyalgie & Reuma. University of Groningen Het Chronische Vermoeidheidssyndroom, Fibromyalgie & Reuma. Verbakel, N. J. IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite

Nadere informatie

De relatie tussen intimiteit, aspecten van seksualiteit en hechtingsstijl in het dagelijks leven van heteroseksuele mannen en vrouwen.

De relatie tussen intimiteit, aspecten van seksualiteit en hechtingsstijl in het dagelijks leven van heteroseksuele mannen en vrouwen. De relatie tussen intimiteit, aspecten van seksualiteit en hechtingsstijl in het dagelijks leven van heteroseksuele mannen en vrouwen. The Relationship between Intimacy, Aspects of Sexuality and Attachment

Nadere informatie

Gezondheidsvaardigheden in de Nederlandse volwassen bevolking Het doel van het eerste deel van dit proefschrift, was te onderzoeken in hoeverre

Gezondheidsvaardigheden in de Nederlandse volwassen bevolking Het doel van het eerste deel van dit proefschrift, was te onderzoeken in hoeverre Samenvatting Inleiding In Nederland wordt van burgers verwacht dat zij een zelfstandige en verantwoordelijke rol vervullen met betrekking tot hun gezondheid en zorg. Dit is het gevolg van verschillende

Nadere informatie

Autobiografisch geheugen in longitudinaal perspectief

Autobiografisch geheugen in longitudinaal perspectief Samenvatting Autobiografisch geheugen in longitudinaal perspectief Stabiliteit en verandering in gerapporteerde levensgebeurtenissen over een periode van vijf jaar Het belangrijkste doel van dit longitudinale,

Nadere informatie

Evaluatieverslag project Groningse gruiten

Evaluatieverslag project Groningse gruiten Evaluatieverslag project Groningse gruiten Samenvatting Evaluatieverslag project Groningse gruiten Dit is de samenvatting van het Evaluatieverslag Project Groningse Gruiten. Het volledige Evaluatieverslag

Nadere informatie

Beschrijving van de gegevens: hoeveel scholen en hoeveel leerlingen deden mee?

Beschrijving van de gegevens: hoeveel scholen en hoeveel leerlingen deden mee? Technische rapportage Leesmotivatie scholen van schoolbestuur Surplus Noord-Holland Afstudeerkring Begrijpend lezen 2011-2012, Inholland, Pabo-Alkmaar Marianne Boogaard en Yvonne van Rijk (Lectoraat Ontwikkelingsgericht

Nadere informatie

De causale Relatie tussen Intimiteit en Seksueel verlangen en de. modererende invloed van Sekse en Relatietevredenheid op deze relatie

De causale Relatie tussen Intimiteit en Seksueel verlangen en de. modererende invloed van Sekse en Relatietevredenheid op deze relatie Causale Relatie tussen intimiteit en seksueel verlangen 1 De causale Relatie tussen Intimiteit en Seksueel verlangen en de modererende invloed van Sekse en Relatietevredenheid op deze relatie The causal

Nadere informatie

Bij herhaalde metingen ANOVA komt het effect van het experiment naar voren bij de variantie binnen participanten. Bij de gewone ANOVA is dit de SS R

Bij herhaalde metingen ANOVA komt het effect van het experiment naar voren bij de variantie binnen participanten. Bij de gewone ANOVA is dit de SS R 14. Herhaalde metingen Introductie Bij herhaalde metingen worden er bij verschillende condities in een experiment dezelfde proefpersonen gebruikt of waarbij dezelfde proefpersonen op verschillende momenten

Nadere informatie

Angstcommunicatie bij Kinderen: Pilotstudie naar (In)effectiviteit van een Interventie op Attitude, Intentie en. Consumptie van (On)Gezonde voeding

Angstcommunicatie bij Kinderen: Pilotstudie naar (In)effectiviteit van een Interventie op Attitude, Intentie en. Consumptie van (On)Gezonde voeding Angstcommunicatie bij Kinderen: Pilotstudie naar (In)effectiviteit van een Interventie op Attitude, Intentie en Consumptie van (On)Gezonde voeding Fear-arousing communication on Children: Pilot Study into

Nadere informatie

Analyse van de cursus De Kunst van het Zorgen en Loslaten. G.E. Wessels

Analyse van de cursus De Kunst van het Zorgen en Loslaten. G.E. Wessels Analyse van de cursus De Kunst van het Zorgen en Loslaten G.E. Wessels Datum: 16 augustus 2013 In opdracht van: Stichting Informele Zorg Twente 1. Inleiding Het belang van mantelzorg wordt in Nederland

Nadere informatie

De nadelen van roken of de voordelen van niet-roken?

De nadelen van roken of de voordelen van niet-roken? De nadelen van roken of de voordelen van niet-roken? Een onderzoek naar de effecten van framing en emoties als mediator op de attitude en intentie van rokers om te stoppen met roken Masterscriptie Communicatie

Nadere informatie

Samenvatting (Dutch summary)

Samenvatting (Dutch summary) Parenting Support in Community Settings: Parental needs and effectiveness of the Home-Start program J.J. Asscher Samenvatting (Dutch summary) Ouders spelen een belangrijke rol in de ontwikkeling van kinderen.

Nadere informatie

Let's Talk about Alcohol: The Role of Interpersonal Communication and Health Campaigns H. Hendriks

Let's Talk about Alcohol: The Role of Interpersonal Communication and Health Campaigns H. Hendriks Let's Talk about Alcohol: The Role of Interpersonal Communication and Health Campaigns H. Hendriks Let's talk about alcohol: The role of interpersonal communication and health campaigns Hanneke Hendriks

Nadere informatie

Samenvatting onderzoek Pijnbestrijding bij Q-koorts

Samenvatting onderzoek Pijnbestrijding bij Q-koorts Samenvatting onderzoek Pijnbestrijding bij Q-koorts Geschreven door: Murel Arts Student Universiteit Maastricht Master Health Education and Promotion Begeleider: Marlie van Santvoort Stichting Q-support

Nadere informatie

De invloed van goalframing op de attitude en gedragsintentie van twee gezondheidsgerelateerde boodschappen

De invloed van goalframing op de attitude en gedragsintentie van twee gezondheidsgerelateerde boodschappen 2018 Radboud Universiteit Mitchel van Schijndel S4222474 1 e beoordelaar: W.G. Reijnierse 2 e beoordelaar: J.M. Sanders [FRAMING IN GEZONDHEIDSCOMMUNICATIE] De invloed van goalframing op de attitude en

Nadere informatie

De Effectiviteit van een Mindfulness-gebaseerde Lichaamsscan: een. Vergelijking met Rusten in Liggende Positie

De Effectiviteit van een Mindfulness-gebaseerde Lichaamsscan: een. Vergelijking met Rusten in Liggende Positie De Effectiviteit van een Mindfulness-gebaseerde Lichaamsscan: een Vergelijking met Rusten in Liggende Positie The Effectiveness of a Mindfulness-based Body Scan: a Comparison with Quiet Rest in the Supine

Nadere informatie

DISCLOSURE BELANGEN SPREKER. (potentiële) belangenverstrengeling

DISCLOSURE BELANGEN SPREKER. (potentiële) belangenverstrengeling DISCLOSURE BELANGEN SPREKER (potentiële) belangenverstrengeling Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven Sponsoring of onderzoeksgeld ZonMw RIVM TNO Geen Bedrijfsnamen EFFECTIVITEIT VAN

Nadere informatie

Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive. Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive

Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive. Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive 1 Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive Femke Boom Open Universiteit Naam student: Femke Boom Studentnummer: 850762029 Cursusnaam: Empirisch afstudeeronderzoek:

Nadere informatie

De Gezonde Basisschool van de Toekomst

De Gezonde Basisschool van de Toekomst De Gezonde Basisschool van de Toekomst Nina Bartelink, PhD Candidate Patricia van Assema, Maria Jansen, Hans Savelberg, Stef Kremers Department of Health Promotion Maastricht University n.bartelink@maastrichtuniversity.nl

Nadere informatie

Invloed van positieve versus negatieve frames op de aankoopintentie in groene reclames en de modererende rol van milieubewustzijn

Invloed van positieve versus negatieve frames op de aankoopintentie in groene reclames en de modererende rol van milieubewustzijn 12-01-2015 Invloed van positieve versus negatieve frames op de aankoopintentie in groene reclames en de modererende rol van milieubewustzijn Bachelor Thesis Universiteit van Amsterdam Communicatiewetenschap

Nadere informatie

Getuigen onderweg: effectevaluatie van een verkeerseducatief programma in de 3 e graad secundair onderwijs

Getuigen onderweg: effectevaluatie van een verkeerseducatief programma in de 3 e graad secundair onderwijs Getuigen onderweg: effectevaluatie van een verkeerseducatief programma in de 3 e graad secundair onderwijs Ariane Cuenen Kris Brijs Tom Brijs Karin van Vlierden Stijn Daniëls Overzicht 1. Inleiding Programma

Nadere informatie

Trendonderzoek: Alcoholkennis bij jongeren tussen 12 en 25 jaar

Trendonderzoek: Alcoholkennis bij jongeren tussen 12 en 25 jaar - Factsheet - Trendonderzoek: Alcoholkennis bij jongeren tussen 12 en 25 jaar NIGZ, Project Alcohol Voorlichting en Preventie 3 juli 2003 Inleiding Het NIGZ voert elk jaar, als onderdeel van het Alcohol

Nadere informatie