REGISTER OP HET DAGREGISTER DES CASTEELS BATAVIA AANVANG NEMENDE MET PRIMO JANUARIJ 1704 EN EIJNDIGENDE MET

Transcriptie

1 REGISTER OP HET DAGREGISTER DES CASTEELS BATAVIA AANVANG NEMENDE MET PRIMO JANUARIJ 1704 EN EIJNDIGENDE MET HR no JANUARIJ ANNO 1704 Primo Januarij 1704 nieuwe jaars aanvang, pp. 1-2 een brievje van Japara per burger chialoup, p. 2 2 Januarij 1704 de brievdragers van Tommagon Martapoura tot Japara keeren na huijs met een brievje in antwoord van t geneden 30 e October passado door hun hier was gebragt, p. 2 insertie van t ontfangene, p. 3 item van t nu afgaande, pp Januarij 1704 ontfang van een brievje van Palembang per Inlands vaartuijg, p. 5 meldende het afscheepen van 3200 cadjang matten in 13 Inlandse vaartuijgen voor de Compagnies, p. 5 besoignes over de saaken van Banda, p. 5 den Ternataan Tsilij Malouco verstaan na Cabo de Goede Hoop te versenden in bannissement, p. 5 4 Januarij 1704 de gewesen pagter van de winckeliers 707 ½ rijxdalders quijtgescholden, pp. 5-6 en aan die van de rivier Ankee een somma van 65 diergeld (?) rijxdalders, p. 6 de schipper van Noortgouw Volgert Schouten verlost en op Brandenburg geplaatst, p. 6 6 Januarij 1704

2 aancomste van een Conings barcq uijt Siam met een afgesant en een geschenk aan den Sousouhounang van Java, pp. 6-7 item met de originele briev van Compagnies residenten de dato primo Februarij 1703 welckers copia reets ontfangen is geworden, p. 7 7 Januarij 1704 de fluijt Itershem en t jagtje den Blauwenberg na Bantam met houdwercken en contanten voor den Coning, pp. 7-8 en twee brieven deser regeringe gemeen en apart aan den gesaghebber en raad, p. 8 8 Januarij 1704 teruggekomst van de fluijt de Waag van t uijtgeleijden der retourvloot, p. 8 met een brievje van den commandeur Adolph Winckler en den breeden raad derselve aan Haar Edeles, p. 8 meldende hunne aankomste aan t Princen eijland eerst den 2 e deser en dat des daags daar aan verhoopte den uijt te raaken, p. 8 welcke oock was komen te succedeeren, pp rijxdalders aan den gewesen pagter van de aankomende rijs quijtgescholden, p. 9 en 1304 dier gelijcke aan den gewesen pagter van de coornmolen, p Januarij 1704 een brievje van Palembang per Inlands vaartuijg ten geleijde van 400 cadjang matten, pp een predicant Wilhelmus van Welij na Ternaten beroepen, p Januarij 1704 voorbereijding van des heeren Edeles avondmaal, p Januarij 1704 een brievje van Bantam per Inlands vaartuijg, p Januarij 1704 aankomst van de fluijt Oestgeest uijt het vaderland voor reeckeninge van de camer Hoorn, p. 11 papiertjes daarmede ontfangen, pp en specificatie van desselfs carguasoen, p. 12

3 14 Januarij 1704 vertreck van t Engels schip Maria Anna over Mallabaar na Mocha, p Januarij 1704 approbatie op de gedane verkiesinge van ouderlingen en diaconen door den Kerckenraad, p. 13 namen der afgaande, p. 13 item de nieuwe aangestelde, p Januarij 1704 den Jampangsen Ombol Wira Nanga weder na huijs gedepescheert, p. 14 met de nevenstaande acte van provisional hoof dien negorije, pp Januarij 1704 een brievje van Tanjongpoura ten geleijde van een parthijtje cattoene gaaren en indigo, p. 15 t jagtje den Blauwenberg van Bantam terugge met een gemeene en aparte missive aan Haar Edeles nevens een peper lading, p. 15 korten inhout van t eerstgemelte brievje, pp en specificatie van de lasten en winsten van dat comptoir uijt de overgekome gesloote negotieboekjes, p Januarij 1704 een Javaan Soeba Mangala soon van den Tommagon Wiradedara weder na huijs afgevaardigt, p. 17 met een antwoord brievje aan gemelte sijn vader, p. 17 insertie van t selve, pp vertreck van de chialoup Johoor na Macasser over Japara met schrijvens van beijde die plaatsen, p. 18 ende de nevenstaande contanten en behoeften, pp Januarij 1704 arrivement van de scheepen Berckel ende Leck uijt het vaderland voor reeckeninge van den camer Amsterdam, pp papieren daarmede ontfangen, pp en t aangebragte carguasoen van beijde de gemelte bodems, pp verschijning van de fluijt Lockhorst mede uijt het vaderlandvoor reeckeninge van de camer Enckhuijsen, pp met een particuliere missive van de heeren bewindhebberen aldaar, p. 23

4 ende de nevensgespecificeerde contanten, coopmanschappen en goederen, pp t Engels schip s Heeren freguat arriveert van Madras te deser rheede, p Januarij 1704 arrivement van het jagt Wateringen uijt Bengale met een gemeen en aparte missive, p. 25 alwaar d Edele Compagnie hoe langer hoe meer wordt gequelt en de negotie getraversseert, p. 25 en den afbreng van desselfs retouren uijt Pattena en Cassumabazaar aan extraordinaire ongelden ropias heeft gecost, p. 25 den gewoonen tholl van 3 ½ is mede tot 5 percento verhoogt, p. 25 en heeft deselve voor de chitsen twee maal moeten werden betaalt, p. 25 werdende nog voor ergere onredelijckheden bevreest, p. 26 om de moeijelijckheden al wederom in Souratte ontstaan door de berovinge van een Mochasvaarder, p. 26 waarover onse logie en die der Engelsen waren beset, p. 26 ende de makelaars van beijde die natien genootsaakt geworden een somma van ropias uijt te keeren, pp aangebragte coopmanschappen en goederen per t jagt Wateringen, p Januarij 1704 wedercomste van de fluijt Itershem van Bantam, p. 27 met een peper lading en 2 brievjes gemeen en apart, p. 28 het freguat Noordgouw na het vaderland aangelegt, p Januarij 1704 een gemeen en een aparte briev na Bantam per des Conings hoffs dienaresse Niaij Cita, p. 28 ordre om het noodige bestiaal voor de te vertrecken staande retourscheepen in geregtheijt te houden, p. 29 aan gemelte Niaij Cita 74 stux gobars verstreckt voor Conings reeckening, p. 29 depesche van t Casteel Batavia en de fluijt Spierdijck na Amboina, p. 29 met een missive deser regeringe aan de heer gouverneur en raad, p. 29 ende de nevensgespecificeerde contanten, coopmanschappen en behoeften, pp Januarij 1704 vertreck van t jagt de Tamboer over Macasser na Ternaten, p. 31 met een copia brievje voor de eerste en een origineel dito voor de bediendens ter laastgenoemde plaatse, pp

5 nevens de nevenstaande contanten, coopmanschappen, etc. voor laaste plaatse, pp Januarij 1704 een brievje na Tanjongpoura per terugge gaande Europeaans corporaal, p. 33 en ontfang van een dito van Palembang ten geleijde van cadjang matten, p. 33 arrivement van de fluijt de Handboog van Malacca met den gewesen secunde Gerrit Huijgelbos en capitain Better (?) van Rheede, pp item de nevenstaande brieven, p. 34 verschijninge aldaar van de scheepen van hier derwaarts afgevaardigt, p. 34 alsmede die van Japan, p. 34 alle de welcke den 17 e deser weder vandaar stonden te vertrecken onder de vlagge van de commissaris over Cormandel Benhard Phoonsen, p. 34 wedercomste aldaar van den Engelsman Joan Dolben met sijn schip Chamber freguat, p. 35 sijnde omtrent Poulo Jara (Java?) met twee Francen in gevegt geweest, p. 35 en hem sijn macker Canterburrij door deselve ontnomen, p. 35 en voorts genootsaakt geweest al staande de vlugt te nemen mits om het te ontkomen wel de helfte sijner lading over boort te worpen, p. 35 lading van de fluijt de Handboog, p. 36 vertreck van t fluijtje Vossenbos over Cheribon, Japara en Macasser na Amboina met brieven na de drie eerstgenoemde plaatsen, p. 36 en eenige goederen voor de zaagmolen op Japara, p. 36 het gemeen volck van t omgevallen Engels schip de Blackbooij met hun versoeck en de clagten tegens hun capitain aan de raad van Justitie gerenvoijeert, p. 37 en schipper Jacob Willemsz op t freguat Noordgouw toegestaan daarmede te repatrieren, p. 37 verthooninge van inkomsten en uijtgiften der Portugese Kercken deser stede, pp Januarij 1704 afscheijdmaal der vrunden na t patria vertreckende, p Januarij 1704 reeckeninge van de Nederlandse en Maleijtse kercken deser stede wegens haar inkomsten en uijtgiften in een rond jaar, pp Januarij 1704 verschijning van t Engels schip Robbert Natanaal uijt China te deser rheede, p. 39 de wilhebbende van hier direct na Engeland, p. 39

6 31 Januarij 1704 item van t Engels schip Nimpho van als vooren mede om na Engeland te vertrecken, pp een brievje van Bantam van den gesaghebber en raad, p. 40 korten inhout van t selve, p. 40 aankomende vaartuijgen, pp vertrocke vaartuijgen, pp overledene, pp gedoopte, p. 44 getrouwde, p.44 g executeerdens, pp FEBRUARIJ 1704 Primo Februarij 1704 de vaderlandse papieren voor de middag gecollationeert en na de middag geteeckent, p Februarij 1703 d overheden van de retourscheepen Brandenburg, Belois, Schoonderloo, en Jerusalem bekomen haar afscheijt, p Februarij 1704 vertreck van gemelte retourscheepen, pp specificatie van derzelver carguasoen, pp papieren met gemelte 4 bodems afgesonden en verdelinge derzelve, pp Februarij 1704 gedane monstering de voorszeijde retourscheepen den water fiscaal en twee gecommitterde leden van Justitie, p. 53 sijnde bemand gevonden met 426 gegagieerde en 6 ongegagieerde persoonen, pp een missive deser regeringe aan den gesaghebber Joan van Velse en raad op Bantam per Conings hoffs dienaresse Niaij Cita, p. 55 mede nemende 2 packen gobars en 100 Cormandelse chitsen tot geschenk aan den Sulthan, p Februarij 1704

7 vertreck van d Engels scheepen Robbert Nathanaal en Nimpho na Engeland, p Februarij 1704 besluijt over de saaken van Macasser, p Februarij 1704 t Portugees scheepje Santo Pedro en Paulo comt van Macao op deser rheede, p. 57 met een briev van den Senaat dier plaatse aan Sijn Edeles de heer gouverneur generaal, p. 57 insertie van dies translaat, p. 57 ontfang van een brievje der kruijssers Popkensburg en Beijeren per hem scheepje, p. 57 sententie des doods door heeren Schepenen deser stede tegens den slaav van den borger Jacques Simoriacq gevelt geapprobeert, p Februarij 1704 arrivementen van de fluijten Voorschoten van Sumatras Westcust met een briev van den provisionaal gesaghebber Joannes Steur en raad van Haar Edeles de hooge regeringe, p. 58 item twee Maleijtse missive van den Panglima Radja en Panglima tot Silida, p. 58 de feijtelijckheeden door de rebellige van Pauw en andere negorije continueerden als voor desen, p. 58 dog hadden egter aan eenigebergluijde vrije passagie na Padang verleent, p. 58 waar door onse bediendens 7911/2 thail goud magtig waren gevonden, p. 59 kostende met het verdere nevenstaande carguasoen van gemelte fluijt f :1:8--, p. 59 beloop der lasten en voordeelen ter voorszeijde cust in een rond jaar, p. 59 insertie van de translaten der bovengemelte Maleijtse brieven, pp depesche van de jagten Woggenum en Eijckelenburg nevens de chialoup en de patsjallangs de Crab en Mackreel na Ternaten, p. 61 om des noodig sijnde benevens het vooraf vertrocke jagt de Tamboer tot het doen van bekruijssingen te dienen, p. 61 brieven van dese regeringe daar mede afgegaan soo aan den heer gouverneur en raad, p. 61 als aan de Moluxe Coningen, p. 61 en specificatie der contanten, goederen en behoeften met de twee eerstgenoemde bodems afgescheept, pp insertie der drije voorgemelte Conings brieven, pp Februarij 1704

8 een brievje van den gesaghebber en raad tot Bantam, p. 68 ten geleijde van eenelijck van benodigtheeden voor dat comptoir, p. 68 de capitain van t ommegeslagen Engels schip de Blackbooij toegestaan gemelte bodemaan de meestbiedende te mogen vercoopen, p. 68 en besluijt om Diaconen haar jaarlijxe reeckeninge op den 5 e Maart aanstaande te laten doen ten overstaan van gecommitteerdens, p Februarij 1704 vertreck van t jagt Saamslag na Macassar met een brievvan dese regeringe aan d heer gouverneur Willem de Roo en raad, p. 69 en de nevenstaande contanten, coopmanschappen en behoeften voor dat gouvernement, pp de chialoup Rommelpot over Macassar na Banda met brieven aan de bedienden dier plaatsen, p. 70 sullende 7 lasten cadjangs op Macassar innemen voor Banda, p Februarij 1704 een briev van den heer gouverneur Bernard Phoonsen en raad tot Malacca den 15 e Januarij passado aangebragt nogmaals per burger ontfangen, p Februarij 1704 resolutie om seeckere Roomse priester genaamt Domingo Lopes van Tonquin alhier aangekomen te laten opsoecken en aan t Portugees scheepje Santo Pedro en Paulo overbrengen, p Februarij 1704 aankomste der scheepen den Eenhoorn en de Peperthuijn uijt Siam met twee brieven van t opperhooft Arnoud Cleur en raad aldaar, p. 71 de eene ten geleijde van laastgemelte bodem en d andere tot rescriptie op de brieven anno passado van hier ontfangen, etc., pp specificatie van t aangebragte door gemelte bodem, p. 72 wedercomste van t fluijtje de Hen van t eijland Banca en van t peijlen der gronden en dieptens aan de oost lant volgens medegebragte aantekeninge, p Februarij 1704 een briev van den gesaghebber Joan van Velse en raad tot Bantam per Inlands vaartuijg ontfangen, p. 73 meldende de verschijninge aldaar en t weder vertreck der laastvertreckene retourscheepen, p. 73

9 aankomste van de fluijt Oosthuijsen uijt Siam met de bijlagen tot de missive per den Eenhoorn ontfangen gehorende, p. 73 item de brieven soo van de vorige als presente Conningen en Berquelangs, p. 73 alsmede de geslote negotieboeken van dat comptoir, p. 73 winsten en ongelden in een jaar volgens deselve, p. 74 en specificatie der goederen met gemelte bodem aangebragt, p Februarij 1704 den Protugesen priester onder den 15 e deser vermelt bij Sijn Edelheijt gebragt en vervolgens aan den capitain van t Portugees scheepje Santo Pedro en Paulo opgegeven, pp Februarij 1704 inhalinge van de Siamse Conings en Berquelangs brieven den 17 e deser per Oosthuijsen aangebragt in 4 stux bestaande, pp insertie derselve translaten, pp advijs brievje van d overheeden der retourscheepen Belois, Brandenburg, Jerusalem en Schoonderloo, p. 91 meldende dat de tot voor de Peperbhaij (?) reijsgevordert hadden, p. 91 lijckstatie van mevrouw Jacob van Dam gisteren overleden sijnde, pp een brievje per Europeaans soldaat aan den commandeerent vaandrager Jacob van den Bussche tot Tanjongpoura afgevaardigt, p. 94 besluijt van t jagt Noordgouw met 65 zeevarende te bemannen, p Februarij 1704 wedercomste van de pantsjallang de Schelvis sijnde door t Japans opperhooft aan t eijland Capas gelaten om op de Siamsvaarders te kruijssen, p Februarij 1704 een brievje van den ondercoopman Jan Aouwer tot Palembang per Inlands vaartuijg, p. 95 meldende dat den Inlander tot Jambij mede ten t eenemaal tot d aanneminge van colom realen onwillig was geworden, p Februarij 1704 de chialoup Venlo mede door t Japans opperhoof tot de bekruijssingen omtrent d eijlanden Timaon en Capas gelaten sijnde komt weder op dese rheede, p. 96 aan den oppercoopman van t omgevalle Engels schip de Blackbooij Joseph Heijmers en dies scheepstimmerman William James passagie na het vaderland verleent met het freguat Noordgouw, p. 96

10 een eerstgenoemde onder betalinge van t transport gelt en den laaste voor vragtvrij mits scheepsdienst doende, p Februarij 1704 de fluijten de Handboog, Berckel en de Swaag na Banda met de nodige rescriptie op de brieven anno passado vandaar ontfangen, p. 97 en de nevenstaande contanten, behoeften, etc., pp Februarij 1704 aanstellinge van den coopman Joan Jacob Erbervelt tot visitateur generaal, p Februarij 1704 een Chinees jonck te deser rheede verband, p. 99 de brieven na t vaderland per t freguat Noordgouw af te gaan werden geteeckent, p. 99 en voorts nevens de verdere secretarij en d andere papieren aan boort van t voorszeijde freguat bestelt, p. 100 nevens een pacquetje voor de heer gouverneur en raad aan Cabo de Goede Hoop, p. 100 de overheeden van gemelte fregaut en die van de fluijt Oestgeest gedestineert na Cabo vermelt en Mauritius bekomen haar afscheijt, p. 100 en de laaste de nevenstaande twee brieven deser regeringe, p Februarij 1704 vertreck van de bovengemelte twee bodems uijt dese rheede, p. 101 sijnde het freguat Noordgouw bemand gevonden met 66 coppen, p. 101 en beladen met de nevensgespecificeerde Indische wharen, p. 101 item de fluijt Oestgeest met de nevenstaande behoeften voor Cabo en Mauritius, pp ontfang van een briev van den resident Jacob Heijermans en raad tot Cheribon per Inlands vaartuijg, p. 102 meldende d aancomste van Pangerang Pougers zoon genaamt Radeen Soera Casoemain t lant Banjaumaas, p. 103 en dat door den bekenden rover Marta Ditta uijt last van den nieuwen Sousouhounang wierd vervolgt, p. 103 mitsgaders dat sig in de Cheribonse bovenlanden eenig geboefte opgedaan hadde onder den soogenaamden Raden Parwatta, p Februarij 1704 brievje van den gesaghebber en raad tot Bantam, p. 103

11 en een ander uijt de Straat Sunda van de overheden van t schip Cattendijck komende uijt het vaderland beijde per Inlands vaartuijgen, p. 104 t schip Nederland arriveert op de rheede van persia over Ceijlon met de nevenstaande brieven, p. 104 s Compagnies gesant de vaandrager Frederick Bruijs met een geschenk en een briev voor den Coning van Candia opgesonden was aldaar gearriveert en met alle genegentheijt onthaalt en ter audientie geweest, p. 105 de vijf in dese genoemde scheepen van Gale na t vaderland afgevaardigt met een retour groot f :11:--, p. 105 berigt van den goeden toestant van s Compagnies zaaken omtrent den handel in Persia, p. 105 dog den ontfang van zijde was wederom door frivole voorwendselen van s Conings ministers gestaackt, p. 105 specificatie der aangebragte goederen per bovengemelte schip Nederland, p Februarij 1704 t brievje van den vaandragers Jacob van der Bussche tot Tanjongpoura per afgesonden Javanen, p. 106 met berigt der feijtelijckheeden door t geboefte in de Priangse bovenlanden reets bedreven, p. 106 ontfang van een brievje uijt de Manilhas aan de heer gouverneur generaal, p. 107 teneur van dies translaten, p. 107 verschijning van t schip Cattendijck uijt het vaderland over Cabo de Goede Hoop voor reecekening van de camer Zeeland, pp met 174 zielen, p. 108 en de nevenstaande brieven, pp specificatie der aangebragte contanten, coopmanschappen, provisien en behoeften per bovengemelte bodems, pp aangekome vaartuijgen, pp vertrocke vaartuijgen, pp overledene, p. 115 gedoopte, p. 115 getrouwde, p. 115 MAART 1704 Primo Maart 1704 arrivement van d Engelse scheepen Clochester freguat en Sint Joris van Bancaoule her ter rheede, p. 116 per Inlands vaartuijg een brievje deser regeringe aan den gesaghebber Joan van Velse en raad tot Bantam, p. 116

12 dienende om den Coninck bekent te maken het in apprehentie nemen van een sijner onderdanen genaamt Ratoe Bagus, pp Maart 1704 d oorlogscheepen Popkensburg en Beijeren verschijnen nevens de chialoup Waijer en de patsjallangs de Voorn, Casuaris en de Vogelstruijs weder te deser rheede, p. 117 hebbende geen vijandelijcke scheepen gesien off vernomen, p Maart 1704 besluijt om de lijcken uijt het hospitaal voortaan buijten de stad op het Portugees Kerckhoff te doen begraven, p. 118 de heer raad ordinairis Christoffel van Swoll in plaats van den bedlegerige raad ordinairis en commissaris politicus Mr. Jacob van Dam gecommitteert om het doen van Diaconen haar reeckening bij te woonen, p Maart 1704 een brievje van de resident Jacob Heijermans en raad tot Cheribon per Inlands vaartuijg, p. 118 meldende dat den Radeen Soura Casoema met den bekenden Marta Ditta handgemeen geweest en voorts landwaarts getrocken was, p. 120 (dalam teks Daghregister ditulis hal. 120) mitsgaders dat t opgeworpen geboefte onder Parwatta in t doen van feijtelijckheeden continueerden, p. 120 aanleg van t schip den Eenhoorn na Macasser, p. 120 en besluijt daar mede na Cheribon te laten overvaren den vaandrager Jacob Palm met 106 militairen om van daar tegens het bovengenoemde geboefte op te trecken, etc., p. 120 approbatie van een sententie des doods tegens den Javaan Bangi van Bagalen over begane moort, p Maart 1704 Catatan : hal missing, langsung ke hal Maart 1704 missive van den vaandrager Jacob van der Bussche tot Tanjongpoura per Javaan toegebragt, p. 121 tengeleijde van een Javaans brievje door den ombol Wirabaija aan den Tommagon Panatta Jouda geschreven, p. 121 meldende dat sig met 300 coppen in t land Galoe onthielt om op het geboefte van den bewusten Parwatta een wakent oog t houden, p. 121 werwaarts gemelte Tommagon onder goedvinden deser regeringe met een troep gewapende Craoangse Javanen genegen is op te trecken, p. 121

13 de heer ordinairis raad van India Mr. Jacob van Dam overleden, p Maart 1704 Catatan : hal teks 10 Maart 1704 missing ontfang van een briev van den gesaghebber Joan van Velse en raad tot Bantam, p. 122 meldende de executie des doods over den bekenden landlopper Grissing, p. 122 en het versoeck van den Coning om den gedetineerden Javaan Ratoe Bagus met een van s Compagnies scheepen derwaarts te senden, p. 122 mitsgaders dat het jagtje Noordgouw aldaar om verversinge was aangeweest, p. 122 de begravenis en lijckstatie van den heer ordinairis raad van India Mr. Jacob van Dam, pp (catatan: hal. 122 missing) 11 Maart 1704 Catatan : hal teks 11 Maart 1704 missing een brievje deser regeringe aan den vaandrager Jacob van der Bussche tot Tanjongpoura afgesonden, p. 127 tot notificatie van de te doene versendinge van den vaandrager Jacob Palm over Cheribon tegens t geboefte, p. 127 ende de verleende licentie aan Panatta Jouda omme de tegens gemelte rebellen te mogen optrecken, p. 127 ontfang van een briev van den gemelte vaandrager Jacob van der Bussche ten geleijde van een gevangen Javaan, p. 127 de heer raad extraordinairis Adam van Rhijn tot president van den agtbare raad van Justitie verkoren, p. 127 en den ordinaire clercq Joannes Schoon tot cipier van s Compagnies boeijen aangestelt, p. 127 aan den cooper van t aangeslagen Engels schip de Blackbooij onder betalinge toegestaan de benodigde Equipagie goederen om hetselve vlot te krijgen, p Maart 1704 Catatan : hal. 128 dari teks 12 Maart 1704 missing vertreck van t jagtje den Blauwenberg na Timor met de nevenstaande vijf brieven deser regeringe, p. 128 insertie van vier derselve aan Compagnies bondgenoten, pp en specificatie van t geladene in gemelte bodempje voor Timor, pp

14 13 Maart 1704 t Engels schip d Union verschijnd uijt China te deser rheede, p. 137 een briev aan dese regeringe van den Pangerang Ranga Gompol tot Samadang, p. 137 insertie van dies translaat, p Maart 1704 een brievje deser regering aan de heeren majores twee voudig inhandigt aan de overheeden van de Engelse scheepen Clockester freguat en d Union, pp Maart 1704 vertreck van de geemlte twee scheepen met hare macquers Tromwal galeij en s Heeren freguat na Engeland, p Maart 1704 een brievje van den provisoneel gesaghebber tot Palembang aan dese regeringe de versendinge van 1600 stux cadjang matten bekent makende, p Maart 1704 t schip den Eenhoorn vertreckt na Macassar met de nevenstaande brieven deser regeringe na Cheribon en Macasser voormelt, p. 140 item de vaandrager Jacob Palm en sijn gevolg, pp de welcke na t vernielen van t geboefte op Pamatan of daar omtrent tot nader ordre sal moeten posthouden, p. 141 specificati der behoeftens van Cheribon en den treijn in gemelte schip afgescheept, pp insertie van de brieven aan de Radjas Bonij in Goa, pp item een leenbriev van de landscahppen Saladjoe en cadjang voor Radja Goa, pp Maart 1704 een briev van t provisoneel opperhoof Joan Aouwer tot Palembang aan Haar Edeles, p. 147 ten geleijde van de 1600 cadjang matten, p. 147 arrivement van de fluijt Zoelen van Ceijlon met den oppercoopman Abraham Schepmoes, p. 148 en de nevenstande brieven soo van daar als van Cormandel, p. 148

15 aankomste van twee France scheepen uijt Europa tot Polderscherij (Pondicherry), p. 148 en hun wedervertreck van daar om op d Engelse uijt China komende te kruijssen, p. 148 lading van de fluijt Zoelen, p. 149 aankomste van de fluijt t Huijs ter Boede uijt het vaderland voor de camer Zeeland, p. 149 met 136 zielen in t geheel, p. 150 ende duplicaten der brieven alvoorens per cattendijck ontfangen, p. 150 specificatie der aangebragte contanten en coopmanschappen met gemelte bodem, pp een briev van Haar Edeles aan den commandeur Anthonij Zas en raad tot Japara per Inlands vaartuijg over Samarang afgevaardigt, p. 151 ten geleijde van den eijsch van houdwercken voor dit jaar, p Maart 1704 aankomst van t jagtje de Bije te deser rheede van Mazulipatnam, p. 151 met een originele missive van den gouverneur Dirck Comans en raad tot Nagapatnam, p. 151 nevens een briev van den g eligeerden gouverneur van Cormandel Joannes van Steelant en raad tot Mazulipatnam, p. 152 meldende de laastgenoemde de jongstgemelte twee France scheepen een rijckgeladene Engelse Chineesvaarder genomen en op Poldecherrij (Pondicherry) opgebragt hadden, p. 152 specificatie der aangebragte goederen per gemelte freguat de Bie ter montant van f :9:--, p Maart 1704 t jagtje de Pool komt van Ceijlon te deser rheede, p. 152 met een briev aan den heer gouverneur Cornelis Joan Simonsz en den raad tot Colombo, p. 152 een briev van den commandeur Carel Bolner en raad tot Gale, p. 153 mitsgaders 500 balen caneel en 3 stux slaven, p. 153 aanstaande vertreck van de heer Carel Bolner met Schoondijck tot Malacca, p. 153 hebbende reets te commandement van Gale aan desselfs vervanger Gerrit van Tholl getransporteert, p Maart 1704 een brievje van den commanderent vaandrager Jacob van der Bussche tot Tanjongpoura, p. 154 meldende den optogt van den Tommagon Panata Jouda na de Priangse landen om sig met Wirabaija te conjungeren, p. 154

16 hebbende de avenues van Crawang alvoorens behoorlijck beset gelaten, p Maart 1704 ontfang van een nadere briev van bovengemelte commanderent officier tot Tanjongpoura, p. 154 meldende dat Wirabaija met het geboefte was slaags geweest en voorts genoodsaakt na Cheribon af te sacken, p. 154 de chialoup de Geregtigheijt comt van Palembang te deser rheede, p. 154 met een briev aan Haar Edeles van den provisioneel gesaghebber den ondercoopman Jan Aouwer, p. 155 om alhier gerepareert en benevens een pantchiallang weder teruggesonden te werden, p Maart 1704 een vaartuijg van Palembang met den bekenden brievdrager van den Sulthan Ratoe Kiaij Pandelegan (Pandeglang?), p. 155 met een missiv van den ondercoopman Jan Aouwer, p. 155 meldende het vertreck van vier vaartuijgen herwaarts met peper beladen, pp ontfang mede van een Maleijts brievje van den Sulthan Ratoe aan den heer directeur generaal Joan van Hoorn, p. 156 insertie van dies translaat, pp verschijning van den ombol Wirabaija van Cheribon met een briev van den resident Jacob Heijermans en raad, p. 157 om mondeling raport te doen van sijn wedervaren in t land van Bojong Gallo tegens het geboefte, p. 157 t welck reets 300 coppen sterck was en hun van Depattij Inbanagara en hoofden van Cawasseen gemaakt hebben, p Maart 1704 het galjoot t Hoen arriveert van Sumatras Westcust op deser rheede, p. 158 met 391 thail en 5 ½ ms. (?) berg goud en 121 ½ lb. camphurbaros, p. 158 item een missive van den provisioneel gesaghebber Joanes Steur en den raad tot Padang en een Maleijtse briev van Panglima Radja en eenige der Ponglous, p. 158 insertie van de laastgenoemde, pp Maart 1704 ontfang van een briev van den resident Jacob van Houten tot Tagal, p. 159 meldende dat de Compagnie uijt dat district om de stribbelingen tusschen de hoofden der houdcappers ontstaan dit jaar geen houdwercken hadde te verwagten, pp

17 een brievje per Inlands vaartuijg voor den capitain luijtenant Govert Knol tot Samarang, p. 160 alwaar den Pangerang Poegar met 2 vrouwen 7 soonen en een gevolg van 500 man uijt Kartasoura was komen vlugten, p. 160 de welcke door 5000 man onder verscheijde hoffsgrooten en aanhangers van de Pattij vervolgt was geworden, p. 160 hebbende 4 van deselve versogt met denselve in conferentie te mogen treden, p. 160 dog sulx haar aldaar ontseijt sijnde, p. 160 was eene derselve Martapoura genoemt na Japara voortgegaan om sulx van den commandeur te gaan versoecken, pp vertreck van den ombol Wirabaija weder na Cheribon met een briev van dese regeringe aan den resident Jacob Heijermans en den raad aldaar, p. 161 met ordre om met sijn volck na den Tommagon Panatta Jouda weder op te trecken en hun voorts bij den vaandrager Jacob Palm te vervoegen, p. 161 sullende eerstdaags per t fluijtje de Hen nog 50 stux soo Europeaanse als Macassaarse soldaten derwaarts werden gesonden, p Maart 1704 t schip Nederland na Bantam om een peper lading af te haalen, p. 162 met de nevenstaande contanten en goederen, p. 162 oock een briev van Haar Edeles aan den gesaghebber Joan van Velse en raad, p. 163 de heer ordinairis raad en veltoverste Harman de Wilde tot commissaris politicus in den Kerckenraad aangestelt, p. 163 vonnisse des doods tegens 4 stux slaven geapprobeert, p. 163 besluijt om den Pangerang Poegar met sijn vrouwen, kinderen en bedienden onder s Compagnies protectie te nmen, pp en om de sware indispositie van den commandeur Anthonij Zas den capitin Bitter van Rheede derwaarts te doen overvaren, p. 164 om bij t overlijden van gemelte commandeur tot nader ordre deser regeringe het gesag aldaar waar te nemen, p Maart 1704 een missive deser regeringe aan de bedienden tot Japara en Samarang geconsigneert per de fluijt de Crab en Chinese chialoup dubbell na Samarang afgevaardigt, p. 164 vervattende qualificatie om Pangerang Poegar onder s Compagnies protectie te nemen, p. 165 mitsgaders om dies nood zijnde sijn gevolgt een secuurder plaats aan te wijsen tegens hunne vijanden, p. 165 item ordre volgens t gebruijck der vier scheepen naar de custe aangelegt, p. 165

18 31 Maart 1704 vertrek van de pantschallangs de Voorn na Japara met een copia der missive gisteren na Samarang versonden, p. 165 aangekome vaartuijgen gedurende dese maand, pp vertrocke vaartuijgen, pp overledene, pp gedoopte, p. 170 getrouwde, p. 170 APRIL 1704 Primo April 1704 ontfang van een briev van den provisioneel gesaghebber en raad tot Malacca, p. 171 nevens een ander van den heer commissaris over Cormandel Bernard Phoonsen beijde per burger vaartuijg, p. 171 de laast meldende t vertreck van gemelte heer Bernard Phoonsen met de nevenstaande scheepen van Malacca en dies verschijning op Dingding (eijlanden), p. 171 het schip Oostersouburg na Japara met een triplicaat missive deser regeringe aan den commandeur en raad, p. 171 vertreck van het fluijtje de Hen na Cheribon met een biev aan den resident Jacob Heijermans en raad aldaar, p. 172 ende de toegesegde 20 Europeaans en 30 Macassarse militairen, p. 172 mitsgaders nog 6 handgranadiers met haar toebehooren nevens den taalkundigen sergeant Cornelis Hendriksz, p. 172 om gesamnetlijck na den vaandrager Jacob Palm op te trecken, p. 172 ofte wel op Cheribon tot nader ordre deser regeringe post te houden, p. 172 ordre tot den incoop van rijs en om dese regeringe van dies quantiteijt die te komen sal wesen te berigten, p. 172 item om de Cheribonse princen, etc. weder van hare onderhorige te vertrecken tot het uijtdiepen deser riviere, p. 172 een Boeginesen paap met het jagtje de Pool van Ceijlon overgekomen verstaan onder den lieutenant dier natie te laten woonen, p. 173 den oud secretarijs van Haar Edele de heer Mattheus de Haan in den raad van Justitie te assumeeren, p April 2008

19 ontfang van een briev van den commandeur Anthonij Sas en raad tot Japara per de Javaan Soetajaija, p. 173 meldende d afkomste van Pangerang Poegar tot Samarang en het reets bekent gemaakt door den capitain luijtenant Govert Cnol, p. 174 en versoeck om ordre hoedanig hun sullen rigten incas (?) van seijnen kleeden der Javanen tegens gemelte Poegar, p April 2008 vertreck der afgesondene van den Pangerang Gompol tot Samadang met een andwoord brievje van Sijn Edelheijt heer gouverneur generaal, p. 174 inhoud van dien, pp April 2008 den Javaan Soetajaija met een missive deser regeringe aan den commandeur Anthonij Zas en raad wederom na Japara afgevaardigt, p. 175 vervattende d ordes waar na hun omtrent de vervolgers van den Pangerang Poegar sullen gedragen, pp gestelde gecommitteerdens omme het doen van Heemradens reecqueninge op den 12 e deser bij te woonen, p. 176 aan den vrijburger Jan Renax t opregten van een steenhoven op Toegoe toegestaan, p.176 de sententie des doods tegens den Javaan Maija Laxana wegens begane moord door de heeren Schepenen geveld geapprobeert, p April 2008 een briev aan Haar Edeles van den gesaghebber Joan van Velsen en raad tot Bantam, p. 177 vertreck der fluijten Itershem en Oosthuijsen na Japara met een copij ijder missive gisteren afgesonden ende de nevenstaande ammunitie goederen, p April 2008 ontfang van een advijs brievje van den raad tot Japara bekent makende t overlijden van den commandeur Anthonij Zas, p. 177 en dat d eerste administrateur Adriaan Verbeck t gesag tot nader ordre deser regeringe waarnemen soude, p April 2008 een briev aan Haar Edeles vand en resident Jacob Heijermans en raad tot Cheribon, p. 178

20 meldende den optogt van den vaandrager Jacob Palm met sijn onderhorige manschap 300 gewapenen Javanen, etc., p. 178 mitsgaders verschijning en weder vertreck van t schip den Eenhoorn na Macassar, p. 178 den pagter van de coornmolen David de Linga surceance van twee maanden pagtpenningen verleend, p. 179 de Hulck, de Peperthuijn tot het overbrengen van den parthije caneel en andere behoeftens na Malacca aanglegt, p April 2008 arrivement van t Engels schip Rapier galeij van Banjer tot deser rheede, p. 179 item van t Engels scheepje Sint Jooris van Bancaoule, p April 2008 een briev van den provisioneel gesaghebber en raad tot Malacca per Inlands vaartuijg, p April 2008 arrivement van het galjoot de Mercurius met een missive van den capitain Pieter Hoogerlinde en raad tot Sourabaija, p. 180 en een ample briev van den commandeur Anthonij Zas en raad tot Japara, p. 180 gerugte uijtsending van 2000 man door Sourapattij na Madion, p. 180 en verschijning van afgesonden van afgesonden van den nieuwen Sosusouhounang tot Japara, pp item ontfang van een briev van Sijn Hoogeheijt, p. 181 verhaal uijt deselve en van de boodschap der gemelte afgesondene, p. 181 item van t antwoord door den commandeur op t een en t ander gepast, pp en wedervertreck der afgesondene voorszeijde, p April 2008 vertreck van t Engels schip Rapier Galej na Engeland, p. 182 een briev deser rgeeringe aan den geasghebber Joan van Velsen en raad tot Bantam per Inlands vaartuijg afgevaardigt, p. 182 vervattende de nodige rescriptie op hun ontfange brieven en hoe wijders gemelte gesaghebber sig omtrent de goederen van vier herwaarts opgesondene Chinesen sal hebben te gedragen, p. 183 besluijt om de resident tot Tagal Jacob van Houten en administrateur tot Sourabaija Christiaan Boxhooren met afgesszeijde gagie te ontbieden, p. 183 item om den soon van Pangerang Poegar Radeen Soeria Casoema wanneer afkomen mogte met de sijne mede in Compagnies protectie te laten nemen, p. 183

21 16 April 1704 een brievje van den gesaghebber Pieter Hogerlinde tot Sourabaija en den aldaar sijnde vaandrager Joan Albert Smith, p. 184 de welcke versoeckt met de dogter van gemelte capitain te mogen trouwen, p. 184 ontfang van een Javaans brievje van Wangsa Ditta tot Timbangan, p. 184 insertie van dies translaat, p. 184 den soldaat Colijn Duplecke weder na Japara gelicentieert, p. 184 met een open briev aan den gesaghebber en raad, p. 185 en den medesoldaat Jan Wolf van Doesburg tot sijn geselschap, etc., p April 1704 aankomste van t Engels schip Anna van Bancaoule te deser rheede, p. 185 een brievje aan Haar Edele van den vaandrager Jacob van der Bussche tot Tanjongpoura per Europeaans corporaal, p. 185 tot geleijde van twee weggelopene Bataviase slaven, p. 185 een origineel brievje van den provisioneel gesaghebber Joan Grootenhuijs en raad tot Malacca, p. 186 en een ditto apart van gemelte gesaghebber beijde per den Moors vaartuijg, p. 186 eenelijck dienende ten geleijde van den opneem verpanden n hijpoteecken de Diaconie aldaar toebehorende, p April 1704 wedercomste van t schip Nederland met de nevenstaande lading, p. 186 en een briev van den gesaghebber Jan van Velsen en raad, p. 186 item een aparte van gemelte gesaghebber aldaar, p. 186 des Conings tweede vrouw was van een jonge soon verlost, p bharen peper lagen daar in voorraad, p. 186 en staat des Conings reeckeninge te vooren realen 14340:18:--, p. 187 een briev van den provisioneel gesaghebber Joannes Vleur en raad tot Padang aan Haar Edeles per burger chialoup, p. 187 ten geleijde van den vrij stuurman Roelof Willemsz., p. 187 en tot advijs dat de rebellen van Pauw nog al even hartneckig tegens de welmenende bleven, p. 187 mitsgaders veel molesten aan den berg Maleijers die naar Padang ter negotie afwilden aangedaan hadden, p. 187 den ondercoopman Daniel Wagtbeeck tot resident van Tagal aangestelt, p. 187 in plaatse van de opontbodene boeckhouder Christiaan Boxhooren en Jacob van Houten, p. 188 gedane reeckeninge van Heemradens ontfang en uijtgift in 12 maanden, p April 1704

22 besluijt om diverse insolentien door den lieutenant Jan de Mellin gepleegt door den fiscaal te doen ondersoecken, etc., pp April 1704 een briev van den vaandrager Jacob van der Bussche tot Tanjongpoura per afgesondene Javanen, p. 189 verselt van een brievje van den vaandrager Jacob Palm aan voorszeijde Van der Bussche geschreven, p. 189 meldende t aantasten en verjagen van t geboefte en t gevangen nemen van 56 derselver, p. 189 vertreck van t jagtje Bekesteijn en de patsjallang de Casuaris over Samarang en Japara na Sourabaija, p. 190 met de nevenstaande papieren, p. 190 qualificatie om Poegars soon en sijn aanhang onder Compagnies protectie te nemen, p. 190 em ordre om alle de brieven deser regeringe aan die van Samarang in copia te communiceeren, p. 190 versending der gemelte twee kieltjes na Sourabaija om aldaar een oog in t zeijl te houden, etc., p. 191 specificatie der lading in t gemelte jagt voor Samarang, Japara en Sourabaija, pp April 1704 een missive van den gesaghebber Jan van Velsen en raad tot Bantam en een ditto apart van gemelte gesaghebber sullen aan dese regeringe, p. 193 korten inhout van de eerste, p April 1704 ontfang van een briev van den resident Jacob Heijermans en raad tot Cheribon, p. 193 item van een ander van den vaandrager Jacob Palm uijt de bovenlanden beijde aan dese regeringe geschreven, p. 193 en meldende een omstandig verhaal van den optogt van gemelte vaandrager, p. 194 item de conjunctie met den Tommagong Panatta Jouda en Ombol Wirabaija, p. 194 mitsgaders waar het geboefte ontmoet en aangestast was geworden, p. 194 waarvan er reets 70 gevange bekomen waaren, p. 194 en onder andere twee omgebragt daar den eenen gemeen werd Parwatta selvs te zijne, p. 194 berigt wegens de apparente rijs procure, p. 194

23 item van de te doene versending van modderaars herwaarts door de Cheribonse princen binnen korten, pp een duplicaat missive van den provisioneel gesaghebber Joannes Steur en raad tot Padang per Chinese chialoup, p. 195 meldende den verwarden toestant der saaken en hoe de rebellen eenige Maleijers van Salouacou (?) met een parthij goud na Padang willende souden vermoort hebben, p April 1704 vertreck van t Engels schip Nortumberland na China, p April 1704 een briev aan Sijn Edelheijt van den gesaghebber Govert Cnol tot Samarang, p. 196 meldende de verschijning aldaar van den aangestelden gesaghebber Bitter van Rheede met het schip Oostersouburg, p. 196 en dat deselve met gemelte capitain luijtenant Cnol bij Pangerang Poegar was geweest, p. 196 en uijtname deser regeringe s Compagnies protectie aangeboden hadde, etc., p. 196 vertreck van de Hulck, de Peperthuijn na Malacca met een briev tot desselvs geleijde, p. 196 specificatie der lading op gemelte bodem, pp April 1704 aangekome vaartuijgen, pp vertrocke vaartuijgen, pp overledene, p. 205 gedoopte, pp. 206 getrouwde, p. 206 g executeerdens, p. 206 MAIJ 1704 Primo Maij 1704 verschijning van den Bantamsen Pangerang Raxa Diepa met een briev van den gesaghebber en raad aldaar, p. 207 en een ditto van den Koning sijnen meester aan Haar Edeles, p. 207

24 korten inhoud van d eerste, p. 207 en het translaat van de laaste, p Maij 1704 vertreck van de fluijt Voschbosch over Siam na Japan, p. 208 met de nevenstaande goederen, p. 208 item 2 originele brieven deser regering aand en bedienden van beijde die plaatsen, p. 209 mitsgaders nog twee aan den Coning en den Oija Berquelang, p. 209 insertie der twee laastgemelte, p Maij 1704 vertreck van het Portugees scheepje Santo Pedro en Paulo na Macao, p Maij 1704 verjaardag van Sijn Edeleheijt den heer gouverneur generaal Mr. Willem van Outhoorn, p. 213 en aankomste van de fluijt de Vegt uijt Siam, p. 214 met een briev aan Haar Edeles van t opperhooft en raad aldaar, p. 214 mitsgaders twee Maleijtse brieven van den Coning en den Oija Berquelang, p. 214 carguasoen van meergemelte fluijt, p Maij 1704 aankomste van het Engels schip de Geluckige Uur van Johor, p. 214 item van vier afgesondene van den Pangerang Poegar en den Tommagon Joudanagara tot samarang, p. 215 met twee brieven van hare meesters, p. 215 insertie van dies translaten, p Maij 1704 inhalinge der aangebragte brieven per de fluijt de Vegt van den Coning en Oija Berquelang in Siam, p. 219 ontfang van een brievje van t provisioneel gesaghebber Joan Aouwer tot Palembang per vaartuijg van Sulthan Ratoe, p. 229 korten inhoud van dien, p. 229 een gemeen en een apart brievje van Samarang per Chinees vaartuijg, p. 229 de eerste ten geleijde van een duplicaat missive van den heer gouverneur en raad op Macasser, p. 230 dese behelsende de opreijse van Radja Goa na Bonij en hoedanig aldaar onthaalt, p. 230

25 en de aankomste van diverse Compagnies bodems op Macassar, p Maij 1704 retour van t fluijtje de Hen van Cheribon met d onderstaande ladinge, p. 231 en een missive van den resident Jacob Heijrmans en raad aldaar. P. 232 meldende onder andere de toebereijdinge der houdvlotten voor dit jaar, p. 232 ontfang van eenige Malaxe boecken en papieren per Mixties burger Jan de Later aan bovengemelte resident inhandigt geweest, p. 232 beloop der lasten en omgelden van voorszeijde gouverneur in 12 maanden, p Maij 1704 aankomste van het Engels schip Eduward en Dudleij van Banjer over Samarang, p. 233 aanleg der schepen Popkensburg en Waarde na Japan en Nederland na Malacca, p Maij 1704 ontfang van een briev van den commanderend vaandrager Jacob van der Bussche tot Tanjongpoura, p. 234 ten geleijde van een eijschje (?) van benoodigtheeden, p. 234 besluijt om de briev van den Pangerang Adepattij Anum tot Cartasoura heden door twee afgesondene aangebrat van deselve door den sabandhaar Vuijst, etc., te laten afvorden, p Maij 1704 ontfang van een brievje van den resident Jacob Heijrmans en raad tot Cheribon per patschallangs de Vogelstruijs en de Schelvis, p. 235 ten geleijde van 540 stux overkomende Javaanse modderaars, p. 235 en tot bekentmakinge van den redelijcken reijs oegslt (?) aldaar, p Maij 1704 arrivement van de fluijt de Crab van Japara over Samrang met een briev van den gesaghebber Bitter van Rheede en raad ter eerstgenoemde plaatse, p. 235 en een ditto van den capitain luijtenant Govert Cnol ende den raad ter laastgemelte plaatse, p. 236 ladinge van bovengemelte fluijt, p. 236 vertreck van den Bantamsen Pangerang Raxa Diepa met de drie nevenstaande brieven deser regeringe, p. 236 insertie van den briev aan den Conink sijn Majesteijt, p. 237

26 17 Maij 1704 ontfang van een brievje van den resident Jacob Heijrmans en raad tot Cheribon per Portugees Lucas Sermento, p. 239 meldende de aanstaande gereetbeijt van vier stux houdvlotten tegens den 20 e deser, p Maij 1704 vertreck van het Engel schip de Sitnij na China, p Maij 1704 aankomst van het schip Oostersouburg van Japara over Samarang met de nevenstaande houd ladinge en goederen, p. 240 item drie brieven van de gesaghebber en raad tot Japara, Sourabaija en Samarang, p. 240 korten inhoud van d eerstgenoemde, p. 241 besluijt om de briev van Pangerang Adepattij Anum nogmaals uijthanden van desselfs afgeonden te laten afvorderen, p. 241 vertreck van het Engels schip Montagu na China, p Maij 1704 vertreck van d overdeckte bood de Parkiet met de noodige behoeften na Tanjongpoura, p. 242 item twee gecommitteerdens tot verstreckinge van contanten en goederen op reeckeninge van verdiende maandgelden, p. 242 als ook een briev van dese regeringe aan den commanderent vaandrager Jacob van der Bussche, p. 243 waarbij een eijsch van vademen brandhoud werd gedaan, p Maij 1704 ontfang van ee briev van den provisioneel gesaghebber Joan Aouwer tot Palembang per een vaartuijg van Sulthan Ratoe, p. 243 meldende de aankomste van het Engels schip de Geluckige Uur en hunne verigtinge aldaar, p Maij 1704 een advijs brievje uijt de Straat Sunda van d overheden van t freguat t Huijs te Haan per Inlands vaartuijg, p. 244 zijnde den 19 e November anno passado met de nevenstaande vier Compagnies scheepen uijt Texel gezeijlt, p. 244

27 dog den 18 e December in de Noortzee van deselve afgegaan, p. 244 en hebbende 16 Compagnies scheepen aan Cabo de Goede Hoop gelaten, p. 244 aankomst van de fluijt Itershem van Java s Oostcust met de nevenstaande houdwercken, p. 244 en een briev aan Haar Edeles van den gesaghebber Bitter van Rheede en raad tot Japara, p Maij 1704 ontfang ter generaale secretarije van de briev van Pangerang Adepattij Anum... 5 off 6 daagen gelden door den sabandhar aan Sijn Edeleheijt afgegeven, p. 245 insertie van dies translaat, p. 246 aankomst van t freguat t Huijs te Haan te deser rheede voor reeckeninge van de camer Amsterdam, p. 247 desselfs aangebragte manschap, p. 248 nevens dies ladinge tot ballast, p. 248 notitie der ontfangene originele brieven per gemelte bodem, p. 248 meldende de missive van de Caab de Goede Hoop onder anderen de behoude aankomste aldaar... hier als Ceijlon, p. 249 en dat deselve na reparatie van vescheijde gebreeken in t begin van April weder reijs soude bevorderen, p. 249 en drie nevenstaande Engelse retourscheepen waren aldaar mede aangekomen, p. 250 vertreck van het schip Nederland na Malacca met een briev deser regeringe aan den heer gouverneur en raad aldaar ten eijnde als hiernevens, p. 250 afgescheepte ladinge in gemelte bodem, p Maij 1704 aankomste van het jagt Saamslag van Macasser over Bima en Japara, p. 251 met de vijf nevenstaande brieven, p. 251 korten inhoud van die van Bima na Japara, p. 252 en insertie van den briev van Pangerang Tsjacraningrat, p. 252 electie der heeren Schepenen deser stede voor t aanstaande jaar, p. 253 en aanstelling van Jan de Monte (?) tot stadschirurgijn, p. 254 item van Isaac Coot (?) tot keur en Abraham Crena tot ijkmeesters ter deser plaatse, p Maij 1704 besluijt om d afgeseondene van den Pangerang Adepattij Anum sonder uijttelijck plegtigheeden bij Sijn Edeleheijt ter audientie te admitteeren, p. 254 item om den gesaghebber op Javas Oostcust Bitter van Rheede tot de qualiteijt van commandeur t avanceeren, p. 254

28 en den luijtenant Willem Sergeant als capitain luijtenant derwaard (?) te senden, p. 255 aanleg der onderstaande scheepen na Japan, Souratta, Persia en Bengale, p. 255 ontfang ter generaale secretarije van een briev van Dain Tallilie tot Macasser, p. 255 en insertie van dies translaat, p. 255 de groote steng (?) van het schip Beijeren te deser rheede raakt door den donder in den brandt, p. 256 het welck na t vernielen van dezelve en de groote mast eerst heerst (?) komen werden geblust (?), p. 256 sijnde onder het blussem (?) een matroos om t leven geraakt, p Maij 1704 solemnen bededag en vieringe van den verjaardag van de veroveringe deser plaatse, p. 257 en bevesting van de nieuw g eligeerde heeren Schepenen deser stede, etc., p. 257 specificatie der canonschoten in den avond stont na gewoonte gedaan, p. 257 ontfang van een dubbelde originele missive van den heer gouverneur en raad tot Macasser per vaartuijg van den Chinees capitain Ongwatho, p. 260 aangekome vaartuijgen, pp. vertrocke vaartuijgen, pp. 262 overledene, p. 263 gedoopte, p. 264 getrouwde, p. g executeerdens, p. JUNIJ 1704 Primo Junij 1704 per de dienaar des Conings tot Bantam genaamt Abas gemeen en apart schrijvens van den gesaghebber aldaar ontfangen, p. 267 meldende de eerstgemelte missive dat voorszeijde dienaar tot het inkopen van eenige materialen voor reeckeninge van sijn meester was herwaarts gesonden, p. 267 mitsgaders wat quantiteijt peper men aldaar in voorraad hadde, p Junij 1704 de gesanten van Pangerang Adepattij Anum werden met haar medegebragte geschenck ten huijse van Sijn Edeleheijt geconduiseert, pp

29 3 Junij 1704 van Cheribon arriveeren de chialoup de Elisabeth en de pantsjallang de Schelvis en Vogelstruijs met vier houdvlotten, p. 268 beladen met de nevenstaande houdwercken, p. 268 medebrengende een brievje van den resident Jacob Heijermans aldaar, p. 269 korten inhoud van hetselve, p. 269 begravenis off lijckstatie van mevrouw de weduwe van d heer oud directeur generaal Anthonij Hurt zaliger, pp Junij 1704 ontfang van een brievje van den commandeur Bitter van Rheede en raad tot Japara, p. 273 gerigt om te erlangen ordre hoedanig sij sig souden gedragen omtrent 4 rijxgrooten die soo er gerugt wierd en aftogt waren om Pangerang Depattij Tsjacraningrat na t hoff off wel Batavia waard mede te voeren, p Junij 1704 t Engels schip Anna vertreckt na Banjermasing, p. 274 wederkomste der gecommitteerdens die tot het uijtdelen der goede maanden na Tanjongpoura sijn gesonden geweest medebrengende een brievje van den commanderent vaandrager aldaar, p Junij 1704 vertreck van het Engels schip Merij na Bancaoule, p. 274 den Javaansen tolck Nalla Dita werd met een brievje aan den commandeur Bitter van Rheede en raad tot Japara gedepescheert, p. 275 item een ditto aan den Maduresen Prins Pangerang Adepattij Tsjacraningrat, p. 275 insertie van dit laaste, pp nominatie van een dubbelt getal persoonenvan de mindere collegien deser steede in rade van India overgegeven, p. 276 continuatie en electie van Weesmeesteren, p. 277 item van commissaris van Huwelijxe en Cleene Saaken, p., 277 soo mede van Boedelmeesteren, p. 277 insgelijx van de regenten van t Lazarushuijs, p. 277 (catatan: tidak ada hal , langsung ditulis hal. 280 en eijndelijk van de regenten van t Vrouwtugthuijs, p Junij 1704