SOCIALE ECONOMIE. in Zuid-Oost-Vlaanderen. Analyse en toekomstvisie

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "SOCIALE ECONOMIE. in Zuid-Oost-Vlaanderen. Analyse en toekomstvisie"

Transcriptie

1 SOCIALE ECONOMIE in Zuid-Oost-Vlaanderen Analyse en toekomstvisie

2 VOORWOORD Elk lokaal bestuur streeft naar het optimaal welzijn en welbevinden van zijn burgers. Dit ondermeer door het bieden van kansen tot werkgelegenheid. De lokale besturen in Vlaanderen krijgen steeds meer taken toegeschoven in het kader van werkgelegenheid en uitbouw van de lokale arbeidsmarkt. Men spreekt hierbij over de regierol van de lokale besturen inzake de uitbouw van een lokaal werkgelegenheidsbeleid. Daarbij is één van de speerpunten het beleid rond sociale economie, waarbij ze in het kader van de lokale diensteneconomie (LDE) ook een regierol krijgen toebedeeld. Met het LDE-programma beoogt de overheid een aanvullend dienstenaanbod te realiseren, dat inspeelt op maatschappelijke noden en trends zoals de vergrijzing, de combinatie arbeid-gezin, versterking van de sociale cohesie en milieubeleid. Het programma is lokaal verankerd en realiseert een win-win situatie voor mens, maatschappij en milieu, door de toepassing van de principes van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen en de inschakeling van kansengroepen. Verschillende belanghebbenden (Vlaamse overheid, Federale overheid, de lokale dienstverlenende overheid en de klanten) dragen bij tot de (klaverblad)-financiering. De dienstverlening kan individueel zijn (bv. aanvullende kinderoppas, vervoerdienst) of collectief (bv. sociaal restaurant, onderhoud van fiets- en wandelpaden). Begin 2008 werd de experiment-periode met LDE afgesloten en werd het een regulier programma. Bij de invulling van dit programma kunnen de centrumsteden sinds een aantal jaren reeds rekenen op de nodige ondersteuning hiertoe vanuit Vlaanderen. Ook de kleine(re) en landelijke steden, gemeenten en OCMW s van Zuid-Oost-Vlaanderen kregen deze taken toegeschoven. Zij konden daarbij echter niet terugvallen op ondersteuning die centrumsteden reeds geruime tijd ontvingen. Dit, terwijl die kleinere lokale besturen vaak een minder sterk uitgebouwd ambtenarenkorps hebben en dus niet altijd over de mogelijkheid beschikken om voldoende aandacht te besteden aan de uitbouw van de regierol inzake het lokaal werkgelegenheidsbeleid, laat staan de regie naar de uitbouw van lokale diensteneconomie. Om hieraan tegemoet te komen, besloot de Vlaamse overheid om elk RESOC vanaf 2009 te ondersteunen met één (of meerdere) projectmedewerker(s). Dankzij die ondersteuning konden we vanuit het Streekoverleg ZOV een project opstarten om de sociale economie in onze regio nog sterker uit te bouwen vanuit de lokale besturen en de nodige ondersteuning daartoe bieden. Vandaag is de eerste termijn van dit project afgerond. Sociale economie in Zuid-Oost-Vlaanderen: Analyse en toekomstvisie is het resultaat van de analyse die we de voorbije maanden, in samenwerking met de lokale besturen en sociale-economie-organisaties binnen de regio, konden opmaken. Deze brochure geeft een momentopname weer van de arbeidsmarkt in de regio en hoe die zich verhoudt ten opzichte van Vlaanderen. Daarnaast gaan we in op de wisselwerking tussen de lokale actoren in de regio, de knelpunten, noden en opportuniteiten die we de voorbije maanden samen met de betrokkenen in kaart konden brengen. Het is op basis daarvan dat het Streekoverleg een toekomstvisie en strategie wil aanreiken waaraan ook telkens concrete actiepunten gekoppeld zijn. Hierop willen we samen met de lokale besturen en sociale-economie-organisaties verder bouwen om het lokaal werkgelegenheidsbeleid van de regio via sociale economie en lokale diensteneconomie verder te versterken. Wouter Danckaert Regiocoördinator Streekoverleg ZOV Ilse Uyttersprot Voorzitter Streekoverleg ZOV Sociale Economie in Zuid-Oost-Vlaanderen 3

3 INHOUDSTAFEL HOOFDSTUK IV ZUID-OOST-VLAANDEREN EN DE TOEKOMST: WAT EN HOE? 4.1 MISSIE VOORWOORD INLEIDING HOOFDSTUK I ALGEMEEN KADER 1.1 EEN GECONTESTEERD BEGRIP 1.2 MET VASTE MEERWAARDEN 1.3 SOCIALE ECONOMIE VANDAAG Economische situering Regelgevende en institutionele situering Project Ondersteuning van de lokale besturen bij de regierol inzake lokale diensteneconomie Operationele situering: lokaal bestuur als regiseur 1.4 EEN VERANDERENDE MAATSCHAPPELIJKE CONTEXT 4.2 VISIE Tewerkstelling creëren Sociale economie als recht op werk en maatschappelijke participatie Noden invullen Sociale economie als aanvullende dienstverlening Activeren Sociale economie als brug naar reguliere tewerkstelling 4.3 STRATEGISCHE DOELSTELLINGEN 4.4 ACTIES Samenwerking integreren Communicatiestromen reguleren Projectontwikkeling stimuleren 4.5 CONCRETE TOEPASSING: SOCIALE TEWERKSTELLING IN DE ZORG Prognose werkgelegenheid in de zorgsector Zorg en sociale economie: focus op WZC Demografische veranderingen: vergrijzing en ontgroening Socio-economische ontwikkelingen: een krimpende arbeidsmarkt Economische ontwikkelingen: technologie, globalisering en de kenniseconomie BIJLAGEN COLOFON Veranderende leefgewoonten HOOFDSTUK II ZUID-OOST-VLAANDEREN: ANALYSE ARBEIDSMARKT 2.1 BEVOLKING Verouderingscoëfficiënt Vervangingscoëfficiënt Prognose vergrijzing 2.2 TYPOLOGIE VAN DE GEMEENTEN 2.3 WERKGELEGENHEID 2.4 WERKLOOSHEID HOOFDSTUK III ZUID-OOST-VLAANDEREN: ANALYSE SOCIALE ECONOMIE & LOKALE DIENSTENECONOMIE 3.1 METHODOLOGIE Deskresearch Fieldresearch 3.2 FEITEN EN CIJFERS Sociale economie in Zuid-Oost-Vlaanderen Analyse vragenlijst 3.3 WAARNEMINGEN UIT HET WERKVELD Knelpunen Opportuniteiten Noden 3.4 CONCLUSIE 4 Sociale Economie in Zuid-Oost-Vlaanderen Sociale Economie in Zuid-Oost-Vlaanderen 5

4 INLEIDING In onze benadering zijn we niet vertrokken van een bepaalde definitie van regie om onze vaststellingen daarop af te toetsen en vervolgens te oordelen of een lokaal bestuur al dan niet beantwoordt aan de vereiste criteria. Tot op vandaag bestaat hiervan geen éénduidige definitie, maar is die regierol zelf onderhevig aan discussie. Het leek ons dan ook aangewezen om bottum-up te werken: vertrekken vanuit de ervaringen van de lokale besturen en in kaart brengen hoe zij die regierol - die zij op zich moeten nemen- vandaag invullen en ervaren. In hoofdstuk I geven we een algemene situering van de sociale economie en de context waarin dit zich vandaag situeert. Vervolgens wordt in de twee volgende hoofdstukken een analyse weergegeven van enerzijds de arbeidsmarkt van de regio en anderzijds de sociale economie in Zuid-Oost-Vlaanderen. In dit laatste hoofdstuk gaan we ook dieper in op de waargenomen elementen tijdens het ganse projectverloop en in hoofdzaak tijdens de regiotoer. Ten slotte stellen we in hoofdstuk IV, op basis van de voorgaande analyses, strategische doelstellingen voor, waarbinnen telkens een aantal actiepunten worden opgesomd. Sociale Economie in Zuid-Oost-Vlaanderen 7

5 1 Algemeen kader 8 Sociale Economie in Zuid-Oost-Vlaanderen

6 1 Vlaams Overleg Sociale Economie 2 Hoger Instituut Voor de Arbeid, Katholieke Universiteit Leuven 1.1 EEN GECONTESTEERD BEGRIP Tot op vandaag bestaat geen éénduidige definitie over wat sociale economie inhoudt, maar worden verschillende definities gebruikt, al dan niet door elkaar. In België bestaan er drie verschillende officiële definities van sociale economie. Er is deze die in 1990 door de Waalse Raad voor de Sociale Economie werd aangenomen. Daarnaast werd in 1997 binnen VOSEC 1 door een dertigtal vertegenwoordigende organisaties van de sociale economie een andere definitie geformuleerd. Tenslotte ontstond in 2004 een derde definitie in het licht van een samenwerkingsakkoord tussen de federale overheid en de bevoegde eenheden van de gemeenschappen en gewesten. Toch vindt men op het eerste zicht in elke officiële definitie steeds gemeenschappelijke elementen terug. Zo gaan de drie definities uit van het bestaan van een derde sector waar organisaties toebehoren die niet tot het regulier economisch circuit behoren noch tot die van de overheden. Een andere gelijkenis tussen de verschillende gehanteerde definities is de opsomming van een aantal ethische principes, telkens in combinatie met de juridisch-institutionele afbakening van de sector. Op enkele nuanceringen na baseren ze zich alle drie op dezelfde principes en worden steeds dezelfde juridische of institutionele vormen vermeld. In een onderzoek naar de overeenkomsten en verschillen van de in België gehanteerde definities van sociale economie, toonde HIVA 2 aan dat, ondanks de terugkerende elementen, net die elementen op zeer uiteenlopende manieren geïnterpreteerd worden. Zo wordt de sociale economie door de academische wereld beschouwd als een sector waar alle niet-kapitalistische en niet-staatse producenten onder vallen, terwijl het effectieve beleid dan weer streeft naar een concrete en duidelijke afbakening van de sector. Zo beperkt het de sociale economie vaak tot een aantal categorieën zoals organisaties die actief zijn op het gebied van de sociale inschakeling van moeilijk tewerk te stellen groepen. Dit creëert niet alleen een kloof die het concept van de sociale economie ondermijnt. Het schept een waas van onduidelijkheid, wat een doeltreffende werking en een volwaardige deelname als speler op de markt enkel in de weg staat. Voor de betrokken actoren, maar evengoed voor de potentiële klanten, zoals lokale besturen en reguliere bedrijven, leidt dit immers tot een algemeen gevoel van verdeeldheid over de rol, de werkzaamheid, het aanbod van de sector en de potentiële werknemers. Laat staan dat er zich überhaupt een gevoel van collectief behoren tot deze derde sector zou bestaan. 1.2 MET VASTE MEERWAARDEN Ondanks de contestatie van het begrip en het gebrek aan duidelijke afbakening, zijn een aantal meerwaarden inherent aan de sociale economie zelf. Ze verheffen deze branche tot een volwaardige partner die, naast de huidige actoren, bijdraagt tot de sociale èn economische ontwikkeling. Werk voor elk De meest voor de hand liggende bijdrage van de sociale economie is het activeren van en het bieden van werk aan mensen met een grotere afstand tot de reguliere arbeidsmarkt: laaggeschoolden, oudere werklozen, personen met een handicap, mensen met een problematisch verleden... In Vlaanderen bieden 830 ondernemingen deze groepen werk op maat, in combinatie met een intensieve begeleiding of een beperkt duwtje in de rug, met het oog op doorstroom naar het reguliere circuit of als finale werkgever. Zo worden ook aan deze mensen kansen aangereikt tot ontwikkeling, leveren ze een volwaardige bijdrage aan de maatschappij en wordt de sociale aanvaardbaarheid vergroot. Veelvoudige maatschappelijke winst De sociale economie biedt meer dan jobs alleen. Werk is belangrijk, maar niet het enige doel. De sociale economie heeft haar kwantitatief belang doen gelden, samen met het vermogen een effectieve bijdrage te leveren bij het oplossen van nieuwe sociale noden en behoeften. Daardoor is ook de positie van de sector versterkt als een noodzakelijke instelling voor stabiele en duurzame economische groei, die diensten koppelt aan behoeften, de waarde verhoogt van economische activiteiten die voldoen aan die behoeften. Daarbij gaat het de onevenwichtigheid tegen die de arbeidsmarkt vandaag kent. Zo komen bijvoorbeeld kringloopwinkels, fietspunten en energiesnoeiers tegemoet aan steeds groeiende maatschappelijke en individuele noden. Daarnaast maakt een sociale-economieonderneming financiële winst, die opnieuw, rechtstreeks of onrechtstreeks, wordt geïnvesteerd in duurzame tewerkstelling. Brug naar het normaal economische circuit De sociale economie vervult een hefboomfunctie die doelgroepwerknemers doet doorstromen naar het regulier economisch circuit. Door de contacten met toeleiders, interactie met de reguliere economische sector en de nodige opleiding en activering van de eigen werknemers kunnen deze laatsten gemakkelijker doorstromen naar het normaal economisch circuit. Groei en (sociale) innovatie Sociale-economieorganisaties bieden vaak vanuit andere invalshoeken concrete antwoorden aan maatschappelijke noden en brengen interessante marktniches onder de aandacht. Uit de nieuwe marktniches ontstaan vervolgens koppelingen naar nieuwe sectoren en beleidsdoelstellingen. Daarnaast zouden de afgelopen jaren volgens VOSEC binnen de sociale economie in Vlaanderen meer dan jobs bijgekomen zijn, wat meteen ook het meest zichtbare teken van groei is. Die groei is nog op andere vlakken zichtbaar. Men kan er immers niet om heen dat de sector erin slaagt te groeien en dit in tijden van zware economische crisis. Winst voor de klant De burger: de sociale economie biedt oplossingen voor (nieuwe) noden in onze maatschappij. De economie: de sociale economie kan een interessante aanvullende businesspartner zijn voor het bedrijfsleven. Heel wat reguliere ondernemingen besteden reeds activiteiten uit aan de sociale economie, die garant staat voor kwaliteit en flexibiliteit. De overheid: ook voor de overheid en de sociale zekerheid biedt de sociale economie belangrijke meerwaarden. Zo worden cruciale taken zoals seniorenzorg, kinderopvang en buurtzorg uitgevoerd en worden maatschappelijke behoeften op een efficiënte en voordelige manier ingevuld. Het huidig beleid schenkt immers in de sociale economie speciale aandacht voor de tewerkstelling van personen die daar ondersteuning voor nodig hebben: de sociale economie biedt immers werk op maat, voorziet in begeleiding en heeft de nodige expertise daartoe en geeft kansen tot ontwikkeling en participatie in de samenleving. 10 Sociale Economie in Zuid-Oost-Vlaanderen Sociale Economie in Zuid-Oost-Vlaanderen 11

7 3. De statistische informatie over de sociale economie in Europa is gebaseerd op secundaire gegevens. (Bron: Comité économique et social européen (CESE), in: L économie sociale dans l union européenne 2005 ) 1.3 SOCIALE ECONOMIE VANDAAG Economische situering In periodes van crisis neemt de zoektocht naar alternatieven sterk toe. Het is dan dat de formules die de sociale economie te bieden heeft méér dan anders onder de aandacht komen. Duurzaam werk voor personen met beperkte kansen op de arbeidsmarkt, coöperatieve ondernemingsvormen... blijken immers crisisbestendig en werken inspirerend. Deze nieuwe waardering is er vandaag ook uit onverwachte hoek. Het was immers in volle economische en financiële crisis dat het Europees Parlement de meerwaarde erkende die deze derde sector kon leveren in het realiseren van de ambitieuze Lissabon-doelstellingen en vandaag in functie van de Europa strategie; net datgene wat Europa tot de meest concurrentiële economie ter wereld moet maken. Het is dan ook weinig toevallig dat de Europese Unie, zoals het ieder jaar de aandacht van het publiek op een specifiek thema vestigt, in 2010 de bestrijding van armoede en sociale uitsluiting in de Europese schijnwerpers zette. De sociale economie heeft niet alleen aangetoond dat het een effectieve bijdrage kan leveren bij het oplossen van nieuwe sociale problemen, het toonde zichzelf ook als een sector die bijdraagt tot stabiele en duurzame economische groei. De grootste en belangrijkste trend die kan worden waargenomen in de recente ontwikkeling van de sociale economie is dan ook haar consolidatie in de Europese maatschappij als volwaardige sector tussen de kapitalistische en de openbare sector. In de zoektocht naar antwoorden op de nieuwe uitdagingen van de (wereld)economie en de maatschappij, ligt de basis van het toenemende belang die de sociale economie kan spelen in de welvaartsmaatschappij In 2002 hadden de sociale economie verenigingen binnen de EU-15 één miljoen mensen in dienst. En in 2005 waren ze binnen de EU-25 goed voor meer dan 4% van het Bruto Nationaal Product. In onderstaande tabel wordt een overzicht gegeven van de sector in de EU-15 voor de periode Betaalde tewerkstelling in de sociale economie ten opzichte van totale betaalde tewerkstelling in de EU-15 ( ) Land Tewerkstelling in de sociale economie Totale tewerkstelling * % België ,9 Frankrijk ,3 Ierland ,0 Italië ,2 Portugal ,4 Spanje ,4 Zweden ,8 Oostenrijk ,9 Denemarken ,0 Finland ,5 Duitsland ,7 Griekenland ,8 Luxemburg ,9 Nederland ,5 Verenigd Koninkrijk ,1 TOTAAL EU ,4 * Actieve bevolking tussen de 16 en 65 jaar, Eurostat, Bron: L économie sociale dans l union européenne Comité économique et social européen (2007) In 2008 berekende de Koning Boudewijnstichting dat een omzet van bij benadering 1 miljard euro de omvang bedroeg van deze snel groeiende sector in België. En in Vlaanderen zouden meer dan 830 kleine en middelgrote ondernemingen binnen de sociale economie actief zijn. We kunnen concluderen dat in vrijwel alle geïndustrialiseerde landen een opmerkelijke groei van de derde sector vast te stellen is. Intuïtief voelt men aan dat deze evolutie niet los kan gezien worden van allerlei maatschappelijke kwesties Regelgevende en institutionele situering In voorgaande tekst werd reeds verwezen naar de moeilijke definiëring en afbakening van de sociale economie. Dit wordt ook weerspiegeld in het beleid. In se is de sociale economie hoofdzakelijk Vlaamse materie, maar is het in de praktijk, zoals ook het breder tewerkstellingsbeleid, versnipperd over verschillende overheden wat een efficiënte beleidsvoering in de weg staat. Zo worden er een aantal regels vanuit het Europees niveau opgelegd, situeren de domeinen rond ondermeer PWA, Activa, Sine zich op Federaal niveau. En zelfs op Vlaams niveau valt de materie onder verschillende bevoegdheden. Een voorbeeld: In de praktijk ondervindt de uitbouw van arbeidszorg heel wat moeilijkheden. Het ontbreken van uniforme regelgeving brengt immers heel wat complicaties met zich mee, zoals voor de financiering en rechtspositie van de arbeidszorgmedewerkers. Deze hinderpaal is helaas niet zo eenvoudig op te lossen aangezien deze werkvorm ingebed is in verschillende Vlaamse beleidsdomeinen. Door de versnippering van bevoegdheid ontbreekt het aan een coördinerend minister die omvattende regelingen treft voor arbeidszorg en dit opvolgt. Daarbij zijn er ook raakvlakken op federaal niveau betreffende bijstand aan personen. Daarnaast worden ook steeds meer bevoegdheden en verantwoordelijkheden, in de lijn van het subsidiariteitsprincipe, van het Vlaams niveau verder naar beneden gestuwd, naar de lokale overheden toe. Daartussen nemen de Provincies ook een aantal zaken op zich. Het is binnen deze context dat de (kleine) lokale besturen recent taken toegeschoven kregen in het kader van werkgelegenheid en de uitbouw van de lokale arbeidsmarkt. De nefaste weerslag van de mix van een complex en versnipperd beleidskader, in combinatie met het prangend gebrek aan lokale middelen en de daaraan gekoppelde werkdruk binnen de administraties van de kleine(re) lokale besturen, vereist dan ook geen verdere verduidelijking Project Ondersteuning van de lokale besturen bij de regierol inzake lokale diensteneconomie Het Vlaams Subsidieagentschap voor Werk en Sociale Economie (WSE) startte in oktober 2007 de procedure tot erkenning in het kader van het decreet lokale diensteneconomie op. De lopende projecten uit de actieplannen centrumsteden, de actieplannen ter bestrijding van de jeugdwerkloosheid en het projectenfonds buurt- en nabijheidsdiensten konden intekenen op de gesloten oproep door een aanvraag tot erkenning in te dienen. Later volgden nog nieuwe projectoproepen lokale diensteneconomie waarbij een erkenning kon worden aangevraagd voor nieuwe projecten lokale diensteneconomie (of een uitbreiding van reeds bestaande initiatieven). Bovendien werden er thematische oproepen (kinderopvang, aanvullende thuiszorg, buurtsport, sociale huisvesting,...) gelanceerd vanuit het kabinet Werk en Sociale Economie samen met een andere beleidsdomeinen in het kader van de klaverbladfinanciering. In 2009 kregen de RESOC s in Vlaanderen de mogelijkheid in te dienen op de gesloten projectoproep Ondersteuning lokale besturen in de uitbouw van een lokale regierol bij niet-centrumsteden en -gemeenten om een optimale en duurzame uitbouw van de regierol lokale diensteneconomie van lokale diensten te faciliteren en ondersteunen Operationele situering: lokaal bestuur als regisseur Aangezien steeds meer wordt verwezen naar de regierol van de lokale besturen bij de oplossing van maatschappelijke vraagstukken, willen wij even stilstaan bij de inhoud van deze regierol. Het stijgende belang van lokale besturen wordt immers ook in de praktijk weerspiegeld binnen het groeiend pakket aan taken die zij van Vlaanderen toegewezen krijgen. Bij de uitbouw van het lokaal arbeidsmarktbe- 12 Sociale Economie in Zuid-Oost-Vlaanderen Sociale Economie in Zuid-Oost-Vlaanderen 13

8 leid is dit niet anders. Hierin kadert de regierol van lokale besturen inzake sociale economie. Dit, niet alleen vanuit een maatschappelijk oogpunt, maar tevens omwille van het aanzienlijk economisch aandeel dat dit aspect van de economie inhoudt. Invulling van de regierol kan op vier verschillende manieren: Beleidsbepalende rollen (uittekenen beleidslijnen) Beleidsondersteunende rollen (creëren van condities, verstrekken van info/advies) Beleidscoördinerende rollen (sturing, afstemming en coördinatie) Beleidsuitvoerende rollen (uitvoeren van aspecten van beleid) In tegenstelling tot de theorie komt van op het terrein het geluid dat, los van de omschrijving, de invulling van deze regierol in de praktijk niet vanzelf gaat en lang niet zo afzonderlijk kan worden bekeken als theoretisch gesteld. Regie zou zich richten op de afstemming van actoren en hun handelingen, met als oogmerk een bepaald doel te bereiken. In de praktijk vraagt dit regisseren veel meer dan het louter invullen van een rol bij de samenwerking. Het Streekoverleg wil aan de 21 lokale besturen die onze regio telt, de nodige ondersteuning geven in de uitbouw van die regierol. 1.4 EEN VERANDERENDE MAATSCHAPPELIJKE CONTEXT De profilering van de sociale economie speelt zich af in een sterk wijzigende maatschappelijke context. In dit hoofdstuk worden een aantal algemene demografische, socio-economische en maatschappelijke tendensen weergegeven die hierbij een rol spelen Demografische veranderingen: vergrijzing en ontgroening De kans dat u vandaag nog niet op de hoogte bent van het feit dat de komende decennia gekenmerkt zullen worden door vergrijzing, verzilvering en ontgroening is klein. De levensverwachting in de westerse samenleving is de voorbije decennia steeds toegenomen terwijl het geboortecijfer daalde. Ondertussen nadert de babyboomgeneratie van de golden sixties de oudere leeftijdscategorieën. Beide evoluties samen zorgen ervoor dat in zeer korte tijd het aandeel 65-plussers in de meeste Europese landen aanzienlijk zal toenemen, wat de groei van nieuwe behoeften voor deze verouderende generatie met zich meebrengt. Daarnaast vindt er een afname van het aantal jongeren tot 20 jaar plaats. Leeftijdsopbouw naar geslacht Vlaams Gewest, 2007 en 2021 Bron: VUB-projectie (Surkyn e.a., 2008); bewerking door SVR Socio-economische ontwikkelingen: een krimpende arbeidsmarkt Als we de lijn van de hierboven beschreven evolutie doortrekken naar de arbeidsmarkt, kunnen we vaststellen dat het potentieel aan werkenden de komende jaren steeds kleiner zal worden. Of anders gesteld: de actieve beroepsbevolking zal relatief gezien steeds kleiner worden terwijl het aantal vacatures en de nood aan arbeidskrachten verder zal toenemen. Daarbij komt dat een aanzienlijk deel van die beroepsactieve bevolking niet aan het werk is. Op deze groep zal moeten ingezet worden aan de hand van een activeringsbeleid, waarbij de competenties van een zo groot mogelijke groep wordt benut. De afname van het aantal actieven en de toename van het aantal (zorgbehoevende) gepensioneerden stelt de overheid voor een grote budgettaire en beleidsinhoudelijke uitdaging Economische ontwikkelingen: technologie, globalisering en de kenniseconomie Laaggeschoolde arbeidskrachten bij ons ondervinden steeds meer concurrentie van het groeiende aanbod van goedkope laagopgeleiden in opkomende economieën en lageloonlanden. Deze toegenomen concurrentiedruk mondt vaak uit in delokalisatie 4 van arbeidsintensieve productieactiviteiten. Dit brengt structurele verschuivingen van het economisch weefsel teweeg. De dienstensectoren winnen namelijk aan belang en dit ten nadele van de industriële jobs. Hierdoor ontstaat een grote uitstoot van laaggeschoolde arbeid uit de industrie terwijl de dienstensector sterk groeit. Toch blijft er in de primaire en secundaire sector een aanzienlijke vraag bestaan naar laaggeschoolden. Aangezien het arbeidspotentieel voor de sociale economie vooral laaggeschoold is, is afstemming met die sectoren dan ook essentieel. Ook in de lokale diensteneconomie zijn er groeimogelijkheden, zowel voor diensten aan particulieren als aan bedrijven. Het uitgangspunt dat deze geschetste ontwikkelingen gepaard gaan met de opkomst van de kenniseconomie maakt dat het contrast tussen laaggeschoolden 5 enerzijds en midden- en hooggeschoolden anderzijds één van de grootste ongelijkheden op de Vlaamse arbeidsmarkt is en zal blijven. In 2009 maken laaggeschoolden meer dan de helft uit van alle werklozen. Voor de regio Zuid-Oost-Vlaanderen is dit zelfs 55% Veranderende leefgewoonten Aan de andere kant leiden deze demografische verschuivingen tot het ontstaan van nieuwe en veranderende behoeften, wat zich vertaald in de ontwikkeling van groei-en krimpsectoren. De vraag naar werkgelegenheid in de zorgsector stijgt aanzienlijk wegens diverse maatschappelijke verschuivingen, zoals vergrijzing, erosie van de mantelzorg, groeiende arbeidsparticipatie van de vrouw, algemene verschuiving van leefgewoontes en verdunning van de gezinsstructuur. Het gedragspatroon van de burgerconsument is immers grondig gewijzigd in verhouding tot pakweg 20 jaar geleden. Ook zorgbehoevenden krijgen andere en vaak bijkomende verwachtingen. De gewijzigde verwachtingspatronen hebben ook een weerslag op de zorgsector, waarbij de zorgbehoevende consument wordt en goede gezondheidszorg steeds meer als een recht ziet. De patiënt eist ook dat wordt voldaan aan de eigen individuele noden. Zo vinden steeds meer zorgbehoevenden het niet meer dan normaal dat ze beroep kunnen doen op zorg op de momenten dat het hen uitkomt en verwachten ze meer dan de basiszorgverlening. Wanneer we de beschreven tendensen toepassen op mantelzorg en vrijwilligerswerk, is de kans niet min dat beide in de toekomst anders georganiseerd zullen worden. Vrijwilligerswerk levert een belangrijke - kosteloze - bijdrage bij het verlenen van niet-medische zorgen. Waar vrijwilligers traditioneel duurzame relaties aangingen met verenigingen, zien we vandaag de dag dat jongere generaties hun vrijwillige inzet vaker anders willen invullen. I.p.v. zich voor lange duur te binden aan een bepaalde organisatie zetten ze zich vaker op ad hoc-basis in. Daarnaast valt men ook terug op de mantelzorg. Bij de verzorging van ondermeer hulpbehoevenden neemt die een belangrijke plaats in en wordt ook hier een belangrijke en kosteloze bijdrage geleverd aan de gezondheidszorg. Het Ouderencahier van de provincie Oost-Vlaanderen verwijst naar een enquête die in 2004 een profiel van de mantelzorg schetste. Daaruit bleek dat de doorsnee-mantelzorger 52 jaar is, waarvan 1 op 3 beroepsactief is. Hoewel de afwijkingen groot zijn, blijkt dat een mantelzorger gemiddeld 9 jaar voor een zorgbehoevende zorgt. Daarnaast wordt het verlenen van mantelzorg hoofdzakelijk mogelijk gemaakt doordat mantelzorger en zorgbehoevende in elkaars nabijheid wonen. Meer en meer echter vestigen kinderen zich op grotere afstand van hun ouders, hetgeen het verlenen van mantelzorg vaak praktisch onhaalbaar maakt. 4 Delokalisatie is het door bedrijven verplaatsen van bepaalde activiteiten naar het buitenland 5. Een werkzoekende wordt door de VDAB als laaggeschoold beschouwd als hij geen diploma of getuigschrift van secundair onderwijs behaalde. Ook werkzoekenden uit de leertijd (Syntra) en het deeltijds beroepssecundair onderwijs worden als laaggeschoold beschouwd. 14 Sociale Economie in Zuid-Oost-Vlaanderen Sociale Economie in Zuid-Oost-Vlaanderen 15

9 In onderstaande tabel wordt een prognose weergeven van het aantal alleenwonenden naar geslacht en leeftijd. Alleenwonenden naar geslacht en leeftijd. Vlaams Gewest, 2007 en 2021 Land Verschil Aantal x Aantal x Aantal x % Totaal Mannen Vrouwen <30 jaar jaar jaar jaar en ouder <30 jaar, mannen <30 jaar, vrouwen jaar, mannen jaar, vrouwen jaar, mannen jaar, vrouwen jaar en ouder, mannen jaar en ouder, vrouwen Bron: VUB-projectie (Surkyn e.a., 2008); bewerking door de SVR Mantelzorg tussen oudere koppels komt vaak voor, waardoor de partner vaak de belangrijkste zorgverstrekker is als een ouder iemand hulpbehoevend wordt. Door de verschuivende gezinsstructuren en een stijging aan alleenwonenden zal het aandeel oudere koppels dus sterk afnemen, en daarmee ook een daling van de permanente beschikbaarheid van een potentiële mantelzorger. Terzelfder tijd zal er door een stijging van de levensverwachting in de toekomst net meer behoefte zijn aan intensieve mantelzorg. Deze veranderingen zullen naast de verwachte bevolkingstoename en vooral de toename van het aantal ouderen, de vraag naar formele zorg dan ook sterk beïnvloeden. Daarnaast zijn alleenstaande ouders met jonge kinderen, vooral moeders, in de bevolking sterk toegenomen en hun aandeel zal blijven stijgen. Eénoudergezinnen hebben vaak een lager gezinsinkomen en hebben daarmee een grotere kans om in de armoede terecht te komen. Vooral alleenstaande moeders nemen minder actief deel aan het beroepsleven. Voor velen valt een voltijdse job immers moeilijk te combineren met de gezinstaken. Een relatief hoog aandeel doet dan ook beroep op een werkloosheidsuitkering of een leefloon. Uitbesteden van de huishoudelijke taken aan derden is voor alleenstaande ouders vaak financieel niet haalbaar. Laagdrempelige, beschikbare en betaalbare kinderopvang zijn dan ook zeer belangrijk voor deze groep om hun intrede tot de arbeidsmarkt te verhogen. 2 Zuid-Oost-Vlaanderen: analyse arbeidsmarkt 16 Sociale Economie in Zuid-Oost-Vlaanderen

10 Belgische gemeenten met oudste bevolking, situatie 01/03/2010 Gemeente Gemiddelde leeftijd Herstappe 46,76 Edegem 44,44 Chaudfontaine 44,42 Vresse-sur-semois 44,33 Schilde 44,18 Hastiere 44,07 Bouillon 43,98 Montigny-Le-Tilleul 43,93 Sint-Martens-Latem 43,86 Spa 43,80 Horebeke 43,76 Bron: In hoofdstuk I werd reeds gewezen op een aantal invloeden waar de sociale, economische en demografische domeinen in Vlaanderen onderhevig aan zijn. Daarbij is in de voorbije 60 jaar de economie nooit zo sterk gekrompen als in het economische rampjaar In dit hoofdstuk staan we even stil bij de wijze waarop deze verschillende verschuivingen en economisch dieptepunt zich vandaag in Zuid-Oost-Vlaanderen vertalen BEVOLKING Verouderingscoëfficiënt Als we de verhouding van het aantal jongeren tegenover de oudere bevolking bekijken, kunnen we vaststellen dat onze regio een iets oudere bevolking heeft dan gemiddeld in Vlaanderen en Oost-Vlaanderen. Dit vertaalt zich ook in de verouderingscoëfficiënt : de verhouding van het aantal ouderen (65+) ten opzichte van het aantal jongeren (-20). Die coëfficiënt is een aanduiding van de bevolkingsvergrijzing. Zo heeft het aantal jongeren een weerslag op onder meer de behoefte aan kinderopvang. Ouderen vormen op hun beurt de groep van gepensioneerden, wat onder meer gevolgen heeft voor de nood aan woon- en gezondheidsinfrastructuur. Een verouderingsgraad boven de 100 betekent dat het aandeel van de bevolking boven de 65 groter is dan de groep onder de 20 jaar. Dit is reeds zo voor Zottegem en Horebeke. Ook Aalst, Erpe-Mere en Brakel hebben dit punt haast overschreden. Ook binnen de provincie telt onze regio het meest aantal gemeenten met een sterk verouderende bevolking. Zo worden in de volgende tabel de Belgische gemeenten weergegeven met de oudste bevolking in maart De acht kustgemeenten buiten beschouwing gelaten, behoort Horebeke net niet tot de top 10 voor gans België Vervangingscoëfficiënt De vervangingscoëfficiënt meet de verhouding tussen de groep van jong actieven (20-39) tegenover de groep van ouder actieven (40-59). Het geeft aan in welke mate vervanging plaatsvindt binnen de actieve bevolking: de jong volwassenen bepalen de instroom op de arbeidsmarkt, terwijl de ouder actieven de groep uitmaken van diegenen die hun pensioen naderen. Hoe hoger deze coëfficiënt hoe beter. Onderstaande tabel geeft een uitgebreid overzicht weer van de verouderings- en vervanginscoëfficiënt in de regio, provincie en in Vlaanderen. Overzicht verouderingscoëfficiënt en vervanginscoëfficiënt Inwonersaantal dichtheid inwoners/km2 Opp verouderings coëff vervangings coëff j. / j. 65+ j. / -20 j km Aalst ,1 0,94 0,85 Brakel ,5 0,98 0,77 Denderleeuw 18,165 18,503 1,341 13,8 0,77 0,86 Erpe-Mere 19,137 19, ,0 0,95 0,78 Geraardsbergen 31,697 32, ,7 0,86 0,80 Haaltert 17,618 17, ,3 0,89 0,81 Herzele 17,055 17, ,4 0,81 0,89 Horebeke 2,038 2, ,2 1,03 0,72 Kluisbergen 6,445 6, ,4 0,77 1,01 Kruishoutem 8,152 8, ,8 0,77 0,81 Lede 17,559 17, ,7 0,85 0,85 Lierde 6,466 6, ,1 0,85 0,83 Maarkedal 6,441 6, ,6 0,91 0,73 Ninove 36,359 36, ,6 0,82 0,83 Oudenaarde 29,307 29, ,1 0,91 0,89 Ronse 24,778 25, ,5 0,71 0,95 Sint-Lievens-Houtem 9,599 9, ,7 0,89 0,90 Wortegem-Petegem 6,313 6, ,0 0,69 0,84 Zingem 7,021 7, ,9 0,76 0,85 Zottegem 24,764 24, ,7 1,04 0,81 Zwalm 8,042 8, ,8 0,77 0,77 Arr. Aalst 270, , ,9 0,89 0,84 Arr. Oudenaarde 118, , ,8 0,82 0,86 Oost-Vlaanderen ,2 0,82 0,90 Vlaams Gewest ,3 NB NB Bron: Sociaal-economische situatieschets van Oost-Vlaanderen (2010) Studiedienst van het Huis van de Economie Provincie Oost-Vlaanderen Prognose vergrijzing Op basis van prognoses (van 2007 naar 2025) wordt in onderstaande tabel een beeld geschetst van de verwachte vergrijzing. We kunnen vaststellen dat in 2007 het aandeel 60-plussers in verhouding tot de totale bevolking in Vlaanderen gemiddeld minder dan 25% was. Zowel het arrondissement Aalst als arrondissement Oudenaarde telden procentueel iets meer ouderen dan Oost-Vlaanderen en Vlaanderen. Voor 2015 wordt voorspeld dat meer dan 1 op 4 van de bevolking ouder dan 60 jaar zal zijn. Daarbij scoort arrondissement Aalst (27,25%) in vergelijking met arrondissement Oudenaarde (26,77%), Oost-Vlaanderen (26,28%) en Vlaanderen (26,39%) het hoogst. Volgens de prognose kan deze trend zelfs doorgetrokken worden tot Dan zal net geen 33% van de bevolking in het Aalsterse arrondissement ouder zijn dan 60 jaar. Voor arrondissement Oudenaarde, Oost-Vlaanderen en Vlaanderen gaat het telkens om een goede 31%. Hieruit kunnen we dus concluderen dat bijna 1 op 3 tegen plusser zal zijn. Aantal verwachte 60-plussers (2007, 2015 en 2025) index Geografische afbakening aantal %* aantal %* aantal %* Arr. Aalst , , ,92 135,80 Arr. Oudenaarde , , ,43 128,15 Prov. Oost-Vlaanderen , , ,15 137,92 Vlaams Gewest , , ,45 137,16 Bron: Ouderen in beeld - Oost-Vlaams Ouderencahier - * t.o.v. totale bevolking 2.2 TYPOLOGIE VAN DE GEMEENTEN Elke gemeente heeft haar eigen sociaal-economische context die grotendeels wordt bepaald door de samenstelling en evolutie van de bevolking, hun inkomensniveau en de economische bedrijvigheid. Om gemeenten op diverse vlakken te kunnen vergelijken, baseert de Provincie Oost-Vlaanderen zich in zijn Socio-economische situatieschets 2010 op een vast referentiekader, waarbij de gemeenten worden ondergebracht in een aantal clusters. Dit gebeurt op basis van gelijkaardige kenmerken, zoals de levensstandaard en de socio-professionele positie van de bevolking, de demografische evolutie en de verstedelijkingsgraad. Voor Zuid-Oost-Vlaanderen geldt volgende onderverdeling: Woongemeenten waarvan in landelijke zones: Erpe-Mere, Sint-Lievens-Houtem en Zingem. Landelijke gemeenten waaronder kleine agrarische gemeenten: Horebeke, Lierde, Maarkedal, Wortegem-Petegem, Zwalm. Gemeenten met een concentratie van economische activiteit waarvan landelijke en agrarische gemeenten met industriële activiteit: Kluisbergen, Kruishoutem. 18 Sociale Economie in Zuid-Oost-Vlaanderen Sociale Economie in Zuid-Oost-Vlaanderen 19

11 Semistedelijke gemeenten of agglomeratiegemeenten waaronder weinig verstedelijkte gemeenten met demografische achteruitgang: Brakel, Denderleeuw, Haaltert, Herzele, en Lede en sterk verstedelijkte gemeenten met lage inkomens: Ronse. Centrumgemeenten waarbij middelgrote steden: Geraardsbergen, Ninove, Oudenaarde en Zottegem en een regionale stad: Aalst. Hieruit kunnen we besluiten dat Zuid-Oost-Vlaanderen eerder een landelijke regio is, wat inhoudt dat het niet evident is om alle woonkernen optimaal te ontsluiten. De uitbouw van een netwerk van openbaar vervoer in een landelijke regio is immers niet evident. Woonkernen liggen soms ver uit elkaar wat het kostenplaatje aanzienlijk maakt. Daartegenover staat dat dienstverlening of tewerkstelling vaak geconcentreerd is in stedelijke kernen of bedrijventerreinen. 2.3 WERKGELEGENHEID Qua tewerkstelling is het zo dat Zuid-Oost-Vlaanderen in 2007 een jobratio had van gemiddeld 51,8 jobs per 100 deelnemers. Daarmee had onze regio 14,5 beschikbare jobs minder dan Vlaanderen en 10,6 minder dan Oost-Vlaanderen. Dit wordt in onderstaand diagram weergegeven: Jobratio - Aantal jobs per 100 inwoners op arbeidsleeftijd (16-64 jaar) Bron: Vlaamse Arbeidsrekening In tegenstelling tot het lage werkaanbod binnen onze regio, beschikken wij over een merkelijk hogere activiteitsgraad dan het provinciaal gemiddelde en dat van Vlaanderen (zie bijlage 1). Dit vertaalt zich in de vele pendelaars die dagelijks naar Brussel, Gent, Kortrijk, enz. sporen. Uit de tabel in bijlage 2 kunnen we vaststellen dat Zuid-Oost-Vlaanderen, met meer dan de helft van zijn werkende bevolking als pendelaar, de pendelregio bij uitstek is (56% t.o.v. 36% in Brussel)! Dit maakt dat we over een negatief pendelsaldo beschikken van personen. Er is immers een lage inkomende pendel, hoofdzakelijk afkomstig uit Halle-Vilvoorde, Dender-Waas en Gent. In onderstaande tabel wordt een weergave gegeven van de cijfers van de inwoners die in hun eigen gemeente werken en het aantal inwoners dat buiten de gemeente werkt. Globaal gezien werkt 2/3 van de inwoners in een andere stad/gemeente. Overzicht inwoners werkend binnen eigen gemeente / pendelaars (2007) Werkplaats / Gemeente woongemeente = werkgemeente woongemeente werkgemeente Totaal Aalst Brakel Denderleeuw Erpe-Mere Geraardsbergen Haaltert Herzele Horebeke Kluisbergen Kruishoutem Lede Lierde Maarkedal Ninove Oudenaarde Ronse Sint-Lievens-Houtem Wortegem-Petegem Zingem Zottegem Zwalm Bron: Mobiliteitsrapport van de Regio Zuid-Oost-Vlaanderen (stand van zaken mei 2010) Streekoverleg Zuid-Oost-Vlaanderen (Resoc-Serr) In het licht van deze mobiliteitsproblematiek die sterk aanwezig is in onze eerder landelijke regio en voornamelijk kansengroepen treft, komt de noodzaak in te zetten op tewerkstelling binnen de lokale entiteit sterk naar voor. Uit onderstaande tabel blijkt dat in december 2009 heel wat openstaande jobs niet ingevuld raakten, waarvan vooral deze zonder of slechts met een lage diplomavereiste. In december 2009 waren er gemiddeld openstaande vacatures in Zuid-Oost-Vlaanderen. Van die vacatures stonden er 59,9% open voor ongeschoolde of laaggeschoolde personen. In dit kader is een sterk uitgebouwd opleidingsaanbod met een verdere uitbreiding van de VDAB-mobiele secties, een belangrijk werkpunt. Openstaande jobs naar vereist studieniveau STUDIES GEMEENTE TOTAAL Laag of geen vereiste Middengeschoold Hooggeschoold Aalst Brakel Denderleeuw Erpe-Mere Geraardsbergen Haaltert Herzele Horebeke Kluisbergen Kruishoutem Lede Lierde Maarkedal Ninove Oudenaarde Ronse Sint-Lievens-Houtem Wortegem-Petegem Zingem Zottegem Zwalm RESOC ZOV Openstaande jobs in alle sectoren in RESOC ZOV voor de maand december 2009 Bron: VDAB Studiedienst 20 Sociale Economie in Zuid-Oost-Vlaanderen Sociale Economie in Zuid-Oost-Vlaanderen 21

12 2.4 WERKLOOSHEID Hieronder willen we op basis van een globale arbeidsmarktanalyse (bijlage 3) een overzicht geven van het gemiddelde aantal werklozen in Zuid-Oost-Vlaanderen in Naast een aantal algemene cijfers wordt het aantal werklozen volgens een aantal indelingen weergegeven. De cijfers van deze analyse zijn afkomstig van Arvastat (VDAB - en uit de Sociaal-economische situatieschets van Oost-Vlaanderen (2009 en 2010). In bijlage 4 staan, per gemeente, de belangrijkste vaststellingen uit de arbeidsmarktanalyses weergegeven. De uitgebreide analyses zelf kunnen steeds opgevraagd worden bij het Streekoverleg. In de eerste plaats kunnen we positief vaststellen dat Zuid-Oost-Vlaanderen in 2009 de kleinste stijging kende van de werkloosheid in gans Vlaanderen. Procentuele evolutie niet-werkende werkzoekenden naar RESOC ( ) bron: WSE, Departement Werk en Sociale Economie Wanneer gekeken wordt op arrondissementeel niveau valt op dat zowel het arrondissement Aalst (6,71%) als het arrondissement Oudenaarde (6,52%) verhoudingsgewijs een lagere werkloosheidsgraad hebben dan Oost-Vlaanderen (7%) en Vlaanderen (7,06%). Uit bijlage 1 kan gesteld worden dat globaal gezien vooral de steden uit de regio Zuid-Oost-Vlaanderen een relatief hoge werkloosheidsgraad hebben in vgl. met de (kleinere) gemeenten. Dit kan verklaard worden door het feit dat steden om diverse redenen vaker bewoners huisvesten of aantrekken die een grotere afstand tot de reguliere arbeidsmarkt hebben en/of de Nederlandse taal onvoldoende beheersen (hierover later meer). De structuur van de werkzoekendenpopulatie in Zuid-Oost-Vlaanderen wijkt op enkele punten af van Vlaanderen (cijfers gemiddelden 2009). In onderstaande tabel gaan we, aan de hand van een aantal indelingen, dieper in op de groep van werklozen die onze regio in 2009 gemiddeld telde. Daarbij wordt de opdeling gemaakt per arrondissement en worden deze cijfers vergeleken met die van Vlaanderen. Structuur van de werkzoekendenpopulatie (gemiddelde 2009) NWWZ 2009 Vlaanderen Arrondissement Oudenaarde Arrondissement Aalst Mannen 52,0% 50,4% 51,9% 51,5% Vrouwen 48,0% 49,6% 48,1% 48,5% -25-jarigen 22,4% 23,2% 19,9% 20,8% 25 tot 50-jarigen 53,3% 51,3% 52,1% 51,8% 50-plussers 24,3% 25,6% 28,0% 27,3% Laaggeschoold 51,1% 52,7% 55,2% 54,5% Middengeschoold 33,4% 33,2% 32,1% 32,4% Hooggeschoold 15,5% 14,1% 12,7% 13,1% ZOV -1 jaar werkloos 61,0% 56,4% 57,4% 57,1% 1 tot 2 jaar werkloos 15,5% 15,9% 16,2% 16,1% 2 jaar of meer werkloos 23,5% 27,7% 26,4% 26,8% Nationaliteit EU 8,4% 5,8% 5,8% 5,8% Allochtoon (origine EU) 21,6% 17,8% 14,1% 15,2% 15,2% 19,6% 17,4% 18,0% Bron: (Arvastat) Er zijn relatief meer ouderen: 27,3% van de niet-werkende werkzoekenden is 50 jaar of ouder, 20,8% is jonger dan 25 jaar. De Vlaamse cijfers zijn 24,3% resp. 22,4%. In 2002 was de Zuid-Oost-Vlaamse werkzoekendenpopulatie een stuk jonger dan die van nu, en zelfs jonger dan die van Vlaanderen. Binnen de groep van -25-jarigen is het aandeel jonge mannen het grootst, terwijl het aantal mannen binnen de groep 50-plussers aanzienlijk kleiner is dan het aantal vrouwen in die groep. Daarnaast zijn er relatief meer laaggeschoolden (waarvan de voorbije twee jaren hun aandeel nog verder steeg) en iets meer arbeidsgehandicapten 6. Zo blijkt in een aantal gemeenten 1 op 4 van de werkzoekenden erkend te zijn als arbeidsgehandicapte. Ten slotte zijn er relatief minder werkloze allochtonen dan gemiddeld in Vlaanderen. Toch was er de voorbije jaren een procentueel sterkere toename. Het aandeel van de allochtonen is nu ruim dubbel zo hoog als in In een aantal steden is een toenemende groep werkzoekenden vastgesteld die niet of nauwelijks het Nederlands beheersen. Dit is vooral het geval bij de allochtone bevolking en specifiek in Ronse, Aalst, Denderleeuw, Geraardsbergen en Ninove steden dicht van Brussel en/of van de taalgrens wordt voldoende talenkennis een belangrijke randvoorwaarde naar tewerkstelling toe. In dat opzicht is het gebrek aan deze vereiste talenkennis een belangrijke speler in de hoge werkloosheidscijfers die deze steden treffen. Zo kan afgeleid worden uit een onderzoek dat de VDAB in juni 2009 voerde, dat in die maand 71,4% (1604 personen) van alle anderstalige werkzoekenden uit de vijf bovengenoemde steden (2246 personen), slechts in beperkte mate of geen kennis van het Nederlands had. In bijlage 5 wordt deze trend in een tabel weergegeven. De totale anderstalige bevolking in Zuid-Oost-Vlaanderen telde in juni 2009, personen. Zo telde Ronse in juni niet-werkende werkzoekende (NWWZ), waarvan 62% een andere moedertaal had dan het Nederlands. Van die groep had 76% een beperkte tot geen kennis van het Nederlands, of 47,9% van de het totaal aantal NWWZ in Ronse. In Denderleeuw had 27% van de 584 NWWZ in juni 2009 een andere moedertaal, waarvan 78% met een beperkte tot geen kennis van het Nederlands. Aalst telde NWWZ, waar 25% van hen een andere moedertaal had en 64% van hen een beperkte tot geen kennis van het Nederlands had. Voor Geraardsbergen was dit 22% van de NWWZ, waarvan 76% met een beperkte tot geen kennis van het Nederlands. Ninove kende in juni NWWZ. Daarvan had 22% een andere moedertaal dan het Nederlands, waarbij 65% van die groep met een beperkte tot geen kennis van het Nederlands. Aan de hand van kruistabellen worden een aantal kansengroepen en groepen die doorgaans meer moeilijkheden hebben om toe te treden tot de reguliere arbeidsmarkt onder de loep genomen door een combinatie van verschillende kansenfactoren te maken. Vaak is het een combinatie van factoren die er immers voor zorgt dat iemand moeilijk aan een baan geraakt.(zie Kruistabel kenmerken NWWZ Zuid-Oost-Vlaanderen op pagina 24). Wanneer gefocust wordt op jongeren valt op dat (10,4%) van de werklozen in 2009 jonger dan 25 en laaggeschoold waren. Zowel binnen de groep laaggeschoolde -25-jarigen als bij deze die langer dan 1 jaar werkloos 7 waren, valt op dat het aantal mannen groter is, met respectievelijk 66,5% en 65,1%. Er kan dus gesteld worden dat 6,9% van de werklozen in Zuid-Oost-Vlaanderen mannelijk was, jonger dan 25 en laaggeschoold. Daarnaast kan vastgesteld worden dat (66,7%) van hen langer dan een jaar werkloos waren. Zowel binnen de groep laaggeschoolde 50-plussers als bij deze die langer dan 1 jaar werkloos waren, valt op dat het aantal vrouwen groter is, met respectievelijk 55,7% en 56,6%. In het kader van de Vlaamse en Europese doelstellingen om meer ouderen aan 6 Vanaf februari 2009 wordt (conform de 7 criteria opgenomen in het besluit van de Vlaamse regering (BVR) van 18 juli 2008) een werkzoekende als arbeidsgehandicapt beschouwd wanneer na een administratief onderzoek, uit attesten of verslagen, blijkt dat deze: 1. ingeschreven is in het huidige VAPH (Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap); 2. een kwalificatie of getuigschrift heeft uit het buitengewoon onderwijs, of ex-buso of BLO-leerling is zonder dat er kwalificaties of getuigschriften behaald zijn; 3. recht heeft op een inkomensvervangende- of een integratietegemoetkoming; 4. in het bezit is van een afschrift van een definief geworden gerechtelijke beslissing of van een attest van een bevoegde federale instelling waaruit een blijvende graagd van arbeidsongeschiktheid blijft; 5. recht heeft op bijkomende kinderbijslag of recht heeft op verhoogde kinderbijslag (als ouder met een handicap); 6. recht heeft op een invaliditeitsuitkering in het kader van de ziekteverzekering; 7. een attest heeft van een arbeidshandicap, afgeleverd door een door de VDAB erkende dienst of arts. 7 Dit werd als criterium aangenomen aangezien men na 1 jaar werkloosheid in aanmerking kan komen voor tewerkstelling binnen bijvoorbeeld de lokale diensteneconomie. 22 Sociale Economie in Zuid-Oost-Vlaanderen Sociale Economie in Zuid-Oost-Vlaanderen 23

13 het werk te helpen, kan dit dus een belangrijk aandachtspunt worden. Daarnaast waren er in 2009 gemiddeld laaggeschoolden langer dan 1 jaar werkloos (51,5% of 28,1% van het totaal aantal werklozen). De belangrijkste vaststellingen voor de groep arbeidsgehandicapten zijn dat (79,5%) van de arbeidsgehandicapten laaggeschoold waren en dat personen (69,7%) uit die groep langer dan 1 jaar werkloos waren. Ook hier waren binnen de groep laaggeschoolde arbeidsgehandicapten als bij deze die langer dan 1 jaar werkloos waren, meer vrouwen werkloos, respectievelijk 53,6% en 55,8%. Daarnaast hadden meer +50-jarige vrouwen (64,8%) een arbeidshandicap. De groep werkloze allochtonen was in Zuid-Oost-Vlaanderen vrij beperkt in verhouding tot het Vlaams gemiddelde. Wanneer gekeken wordt naar de combinatie met andere factoren die het toetreden tot de arbeidsmarkt kunnen bemoeilijken, wordt de groep verder gereduceerd. Zo was 7,6% van de werklozen van allochtone afkomst en laaggeschoold. Dit is echter 50,0% van het totaal aantal werkloze allochtonen. Kruistabel kenmerken NWWZ Zuid-Oost-Vlaanderen laaggeschoolden arbeidsgehandicapten allochtonen NWWZ gem. 2009: NWWZ < 25j. gem. 2009: 2577 NWWZ < 25j. dec. 2009: 2663 laaggeschoolden arbeidsgehandicapten allochtonen NWWZ gem. 2009: NWWZ > 50j. gem. 2009: 3378 NWWZ > 50j. dec. 2009: 90 laaggeschoolden < 25 jaar > 50 jaar allochtonen arbeidsgehandicapten NWWZ gem. 2009: NWWZ > 1j. werkloos gem. 2009: 5304 NWWZ > 1j. werkloos dec. 2009: 5884 laaggeschoolden < 25 jaar > 50 jaar arbeidsgehandicapten NWWZ gem. 2009: NWWZ allochtonen gem. 2009: 1876 NWWZ allochtonen dec. 2009: 2083 laaggeschoolden < 25 jaar > 50 jaar allochtonen NWWZ gem. 2009: NWWZ arbeidsgeh. gem. 2009: 2231 NWWZ arbeidsgeh. dec. 2009: 2233 < 25 jaar > 50 jaar arbeidsgehandicapten allochtonen NWWZ gem. 2009: NWWZ laaggeschoolden gem. 2009: 6736 NWWZ laaggeschoolden dec. 2009: Zuid-Oost-Vlaanderen: analyse sociale economie & lokale diensteneconomie 24 Sociale Economie in Zuid-Oost-Vlaanderen

Arbeidsmarkt in Zuid-Oost-Vlaanderen

Arbeidsmarkt in Zuid-Oost-Vlaanderen Arbeidsmarkt in Zuid-Oost-Vlaanderen Update januari 2015 Dit overzicht van de regionale arbeidsmarkt wordt elk kwartaal ruim verspreid naar de stakeholders en lokale besturen in de regio. Elk jaar in januari

Nadere informatie

Arbeidsmarkt in Zuid-Oost-Vlaanderen

Arbeidsmarkt in Zuid-Oost-Vlaanderen Arbeidsmarkt in Zuid-Oost-Vlaanderen Update Eerste Kwartaal 2014 Dit overzicht van de regionale arbeidsmarkt wordt elk kwartaal ruim verspreid naar de stakeholders en lokale besturen in de regio. Elk jaar

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in april 2015

De arbeidsmarkt in april 2015 De arbeidsmarkt in april 2015 Datum: 12 mei 2015 Van: Stad Antwerpen Ondernemen & stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche april 2015 In deze arbeidsmarktfiche zien we 1. dat Antwerpen

Nadere informatie

NOVEMBER 2014 BAROMETER

NOVEMBER 2014 BAROMETER NOVEMBER 2014 BAROMETER In deze nieuwe editie van de barometer staan we stil bij de Census 2011 die afgelopen maand werd gepubliceerd door Statistics Belgium, onderdeel van de FOD Economie. We vertalen

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in mei 2015

De arbeidsmarkt in mei 2015 De arbeidsmarkt in mei 2015 Datum: 11 juni 2015 Van: Stad Antwerpen Ondernemen en Stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche mei 2015 In deze arbeidsmarktfiche zien we 1. dat Antwerpen

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in maart 2015

De arbeidsmarkt in maart 2015 De arbeidsmarkt in maart 2015 Datum: 9 april 2015 Van: Stad Antwerpen Ondernemen & stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche maart 2015 In deze arbeidsmarktfiche zien we 1. dat Antwerpen

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in juli 2014

De arbeidsmarkt in juli 2014 De arbeidsmarkt in juli 2014 Datum: 13 augustus 2014 Van: Stad Antwerpen Ondernemen & stadsmarketing Werk en Economie Betreft: Arbeidsmarktfiche juli 2014 In deze arbeidsmarktfiche zien we 1. dat Antwerpen

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in november 2015

De arbeidsmarkt in november 2015 De arbeidsmarkt in november 2015 Datum: 7 december 2015 Van: Stad Antwerpen Ondernemen en Stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche november 2015 In deze arbeidsmarktfiche zien we

Nadere informatie

Werkloosheid 2017 Zuid-Oost-Vlaanderen

Werkloosheid 2017 Zuid-Oost-Vlaanderen Werkloosheid 2017 Zuid-Oost-Vlaanderen Cijfers VDAB + analyse Bron gegevens: Arvastat VDAB. BIT = beroepsinschakelingstijd (afgestudeerden in wachttijd) NWWZ = Niet werkende werkzoekenden (totaal aantal

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in februari 2015

De arbeidsmarkt in februari 2015 De arbeidsmarkt in februari 2015 Datum: 24 maart 2015 Van: Stad Antwerpen Ondernemen & stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche februari 2015 In deze arbeidsmarktfiche zien we 1.

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in juni 2015

De arbeidsmarkt in juni 2015 De arbeidsmarkt in juni 2015 Datum: 15 juli 2015 Van: Stad Antwerpen Ondernemen en Stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche juni 2015 In deze arbeidsmarktfiche zien we 1. dat Antwerpen

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in januari 2016

De arbeidsmarkt in januari 2016 De arbeidsmarkt in januari 2016 Datum: 12 februari 2016 Van: Stad Antwerpen Ondernemen en Stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche januari 2016 In deze arbeidsmarktfiche zien we

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in augustus 2015

De arbeidsmarkt in augustus 2015 De arbeidsmarkt in augustus 2015 Datum: 8 september 2015 Van: Stad Antwerpen Ondernemen en Stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche augustus 2015 In deze arbeidsmarktfiche zien we

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in december 2014

De arbeidsmarkt in december 2014 De arbeidsmarkt in december 2014 Datum: 14 januari 2015 Van: Stad Antwerpen Ondernemen & stadsmarketing Werk en Economie Betreft: Arbeidsmarktfiche december 2014 In deze arbeidsmarktfiche zien we 1. dat

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in oktober 2015

De arbeidsmarkt in oktober 2015 De arbeidsmarkt in oktober 2015 Datum: 9 november 2015 Van: Stad Antwerpen Ondernemen en Stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche oktober 2015 In deze arbeidsmarktfiche zien we dat

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in februari 2016

De arbeidsmarkt in februari 2016 De arbeidsmarkt in februari 2016 Datum: 16 maart 2016 Van: Stad Antwerpen Ondernemen en Stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche februari 2016 In deze arbeidsmarktfiche zien we dat

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in juni 2014

De arbeidsmarkt in juni 2014 De arbeidsmarkt in juni 2014 Datum: 17 juli 2014 Van: Stad Antwerpen Ondernemen & stadsmarketing Werk en Economie Betreft: Arbeidsmarktfiche juni 2014 In deze arbeidsmarktfiche zien we 1. dat Antwerpen

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in april 2016

De arbeidsmarkt in april 2016 De arbeidsmarkt in april 2016 Datum: 10 mei 2016 Van: Stad Antwerpen Ondernemen en Stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche april 2016 In deze arbeidsmarktfiche zien we dat 1. Antwerpen

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in september 2014

De arbeidsmarkt in september 2014 De arbeidsmarkt in september 2014 Datum: 13 oktober 2014 Van: Stad Antwerpen Ondernemen & stadsmarketing Werk en Economie Betreft: Arbeidsmarktfiche september 2014 In deze arbeidsmarktfiche zien we 1.

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in mei 2014

De arbeidsmarkt in mei 2014 De arbeidsmarkt in mei 2014 Datum: 13 juni 2014 Van: Stad Antwerpen Ondernemen & stadsmarketing Werk en Economie Betreft: Arbeidsmarktfiche mei 2014 In deze arbeidsmarktfiche zien we 1. dat Antwerpen eind

Nadere informatie

Tewerkstellingscijfers per lokaal bestuur

Tewerkstellingscijfers per lokaal bestuur Tewerkstellingscijfers per lokaal bestuur Project regierol niet-centrumsteden SERR-RESOC MLS FabienneVanquickenborne 1 Werkloosheidscijfers: Algemeen overzicht vgl april 2010: Vlaams Vlaams Provincie Provincie

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in augustus 2014

De arbeidsmarkt in augustus 2014 De arbeidsmarkt in augustus 2014 Datum: 17 september 2014 Van: Stad Antwerpen Ondernemen & stadsmarketing Werk en Economie Betreft: Arbeidsmarktfiche augustus 2014 In deze arbeidsmarktfiche zien we 1.

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in mei 2016

De arbeidsmarkt in mei 2016 De arbeidsmarkt in mei 2016 Datum: 17 juni 2016 Van: Stad Antwerpen Ondernemen en Stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche mei 2016 In deze arbeidsmarktfiche zien we dat 1. Antwerpen

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in maart 2016

De arbeidsmarkt in maart 2016 De arbeidsmarkt in maart 2016 Datum: 11 april 2016 Van: Stad Antwerpen Ondernemen en Stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche maart 2016 In deze arbeidsmarktfiche zien we dat 1.

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in mei 2017

De arbeidsmarkt in mei 2017 De arbeidsmarkt in mei 2017 Datum: 6 juni 2017 Van: Stad Antwerpen Ondernemen en Stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche mei 2017 In deze arbeidsmarktfiche zien we dat 1. Antwerpen

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in augustus 2016

De arbeidsmarkt in augustus 2016 De arbeidsmarkt in augustus 2016 Datum: 8 september 2016 Van: Stad Antwerpen Ondernemen en Stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche augustus 2016 In deze arbeidsmarktfiche zien we

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in oktober 2013

De arbeidsmarkt in oktober 2013 De arbeidsmarkt in oktober 2013 Datum: 8 november 2013 Van: Stad Antwerpen Actieve stad Werk en Economie Betreft: Arbeidsmarktfiche oktober 2013 In deze arbeidsmarktfiche zien we 1. dat Antwerpen eind

Nadere informatie

Arbeidsmarkt in Zuid-Oost-Vlaanderen

Arbeidsmarkt in Zuid-Oost-Vlaanderen Arbeidsmarkt in Zuid-Oost-Vlaanderen Update Tweede & Derde Kwartaal 2014 Dit overzicht van de regionale arbeidsmarkt wordt elk kwartaal ruim verspreid naar de stakeholders en lokale besturen in de regio.

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in april 2017

De arbeidsmarkt in april 2017 De arbeidsmarkt in april 2017 Datum: 10 mei 2017 Van: Stad Antwerpen Ondernemen en Stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche april 2017 In deze arbeidsmarktfiche zien we dat 1. Antwerpen

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in maart 2017

De arbeidsmarkt in maart 2017 De arbeidsmarkt in maart 2017 Datum: 12 april 2017 Van: Stad Antwerpen Ondernemen en Stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche maart 2017 In deze arbeidsmarktfiche zien we dat 1.

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in oktober 2016

De arbeidsmarkt in oktober 2016 De arbeidsmarkt in oktober 2016 Datum: 9 november 2016 Van: Stad Antwerpen Ondernemen en Stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche oktober 2016 In deze arbeidsmarktfiche zien we dat

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in augustus 2017

De arbeidsmarkt in augustus 2017 De arbeidsmarkt in augustus 2017 Datum: 7 september 2017 Van: Stad Antwerpen Ondernemen en Stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche augustus 2017 In deze arbeidsmarktfiche zien we

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in januari 2017

De arbeidsmarkt in januari 2017 De arbeidsmarkt in januari 2017 Datum: 7 februari 2017 Van: Stad Antwerpen Ondernemen en Stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche januari 2017 In deze arbeidsmarktfiche zien we dat

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in februari 2017

De arbeidsmarkt in februari 2017 De arbeidsmarkt in februari 2017 Datum: 8 maart 2017 Van: Stad Antwerpen Ondernemen en Stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche februari 2017 In deze arbeidsmarktfiche zien we dat

Nadere informatie

BAROMETER JUNI Kansengroepen blijven een structureel knelpunt 1

BAROMETER JUNI Kansengroepen blijven een structureel knelpunt 1 JUNI 2015 BAROMETER Kansengroepen blijven een structureel knelpunt 1 Uit een nieuwe arbeidsmarktanalyse van het Steunpunt WSE blijkt dat Vlaanderen slechts matig scoort in vergelijking met de EU-regio

Nadere informatie

67,3% van de 20-64-jarigen aan het werk

67,3% van de 20-64-jarigen aan het werk ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 28 oktober 67,3% van de 20-64-jarigen aan het werk Tegen 2020 moet 75% van de Europeanen van 20 tot en met 64 jaar aan het werk zijn.

Nadere informatie

Arbeidsmarkt personen met een arbeidshandicap

Arbeidsmarkt personen met een arbeidshandicap Streekpact 2013-2018 Cijferanalyse Publicatiedatum: 30 september 2013 Contactpersoon: Kim Nevelsteen Arbeidsmarkt personen met een arbeidshandicap Samenvatting De ene persoon met een arbeidshandicap is

Nadere informatie

Arbeidsmarkt allochtonen

Arbeidsmarkt allochtonen Streekpact 2013-2018 Cijferanalyse Publicatiedatum: 30 september 2013 Contactpersoon: Kim Nevelsteen Arbeidsmarkt allochtonen Samenvatting 1.176 werkzoekende allochtone Kempenaren (2012) vaak man meestal

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in juni 2016

De arbeidsmarkt in juni 2016 De arbeidsmarkt in juni 2016 Datum: 8 juli 2016 Van: Stad Antwerpen Ondernemen en Stadsmarketing Business en innovatie Betreft: Arbeidsmarktfiche juni 2016 In deze arbeidsmarktfiche zien we dat 1. Antwerpen

Nadere informatie

Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid

Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid Juli 2013 De evolutie van de werkende beroepsbevolking te Brussel van demografische invloeden tot structurele veranderingen van de tewerkstelling Het afgelopen

Nadere informatie

ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 26 november 2010

ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 26 november 2010 ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 26 november 2010 Meer personen op de arbeidsmarkt in de eerste helft van 2010. - Nieuwe cijfers Enquête naar de Arbeidskrachten, 2 de

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in oktober 2014

De arbeidsmarkt in oktober 2014 De arbeidsmarkt in oktober 2014 Datum: 19 november 2014 Van: Stad Antwerpen Ondernemen & stadsmarketing Werk en Economie Betreft: Arbeidsmarktfiche oktober 2014 In deze arbeidsmarktfiche zien we 1. dat

Nadere informatie

De arbeidsmarkt in augustus 2013

De arbeidsmarkt in augustus 2013 De arbeidsmarkt in augustus 2013 Datum: 5 september 2013 Van: Stad Antwerpen Actieve stad Werk en Economie Betreft: Arbeidsmarktfiche augustus 2012 In deze arbeidsmarktfiche zien we 1. dat Antwerpen eind

Nadere informatie

Centrumsteden en vergrijzing vergeleken per provincie. Socio-demografisch profiel (SDP) Anne-Leen Erauw Belfius Research. 21 maart 2017 Berchem

Centrumsteden en vergrijzing vergeleken per provincie. Socio-demografisch profiel (SDP) Anne-Leen Erauw Belfius Research. 21 maart 2017 Berchem Centrumsteden en vergrijzing vergeleken per provincie Socio-demografisch profiel (SDP) Anne-Leen Erauw Belfius Research 21 maart 2017 Berchem 1 Belfius studies Expertise van Belfius in de lokale sector

Nadere informatie

Arbeid biedt een maatschappelijke meerwaarde ten opzichte van inactiviteit. 3

Arbeid biedt een maatschappelijke meerwaarde ten opzichte van inactiviteit. 3 17 SOCIALE ECONOMIE 18 Sociale economie Iedereen heeft recht op een job, ook de mensen die steeds weer door de mazen van het net vallen. De groep werkzoekenden die vaak om persoonlijke en/of maatschappelijke

Nadere informatie

Sociale economie. 1 Tewerkstellingsgroei varieert van sociale economie initiatief. Streekpact Cijferanalyse

Sociale economie. 1 Tewerkstellingsgroei varieert van sociale economie initiatief. Streekpact Cijferanalyse Streekpact 2013-2018 Cijferanalyse Publicatiedatum: 30 september 2013 Contactpersoon: Kim Nevelsteen Sociale economie De sociale economie bestaat uit een verscheidenheid van bedrijven en initiatieven die

Nadere informatie

VLAANDEREN OP HET EUROPESE SCOREBORD Hoofstuk 4

VLAANDEREN OP HET EUROPESE SCOREBORD Hoofstuk 4 VLAANDEREN OP HET EUROPESE SCOREBORD Hoofstuk 4 Seppe Van Gils In vergelijking met Europa (EU-15) wordt Vlaanderen gekenmerkt door een gemiddeld aandeel werkenden (63,4%). Ten opzichte van het gemiddelde

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 20 december 2013

PERSBERICHT Brussel, 20 december 2013 PERSBERICHT Brussel, 20 december 2013 Werkgelegenheid stabiel, werkloosheid opnieuw in stijgende lijn Arbeidsmarktcijfers derde kwartaal 2013 Na het licht herstel van de arbeidsmarkt in het tweede kwartaal

Nadere informatie

VDAB WERKLOOSHEIDSBERICHT JANUARI Kerncijfers werkloosheid. Evolutie Werkloosheid. NWWZ Vlaams Gewest - absolute aantallen

VDAB WERKLOOSHEIDSBERICHT JANUARI Kerncijfers werkloosheid. Evolutie Werkloosheid. NWWZ Vlaams Gewest - absolute aantallen VDAB WERKLOOSHEIDSBERICHT JANUARI 2018 Kerncijfers werkloosheid jan 2018 jaarverschil aandeel NWWZ 209.027-6,0% Categorie WZUA 143.239-7,4% 68,5% BIT 12.646-9,6% 6,0% Vrij ingeschreven 28.999-7,5% 13,9%

Nadere informatie

DE GENKSE ARBEIDSMARKT (cijfers )

DE GENKSE ARBEIDSMARKT (cijfers ) UPDATE CIJFERS DE GENKSE ARBEIDSMARKT (cijfers 2008-2009) Bron: Vlaamse Arbeidsrekening (Steunpunt WSE / Departement Werk en Sociale Economie) Verwerking: Stad Genk, Dienst Beleidsplanning De data over

Nadere informatie

GENKSE BEVOLKING OP ARBEIDSLEEFTIJD NAAR SOCIO-ECONOMISCHE POSITIE

GENKSE BEVOLKING OP ARBEIDSLEEFTIJD NAAR SOCIO-ECONOMISCHE POSITIE De data over de arbeidsmarkt zijn afkomstig van de Vlaamse Arbeidsrekening, d.i. een raamwerk waarin arbeidsmarktstatistieken die zowel de vraag- als aanbodzijde van de arbeidsmarkt beschrijven worden

Nadere informatie

Beleidsnota Sociale Economie 08/01/2015

Beleidsnota Sociale Economie 08/01/2015 Beleidsnota Sociale Economie 08/01/2015 1 Omgevingsanalyse 1. Werkzaamheid 2. Werkloosheid 3. Werkvormen in de sociale economie 4. Uitstroom Inhoud Strategische en operationele doelstellingen 1. SD1: Iedereen

Nadere informatie

Vacatures 2017 Zuid-Oost-Vlaanderen

Vacatures 2017 Zuid-Oost-Vlaanderen Vacatures 2017 Zuid-Oost-Vlaanderen Cijfers VDAB + analyse Bron gegevens: Arvastat VDAB CONTACT Ewout Depauw Stafmedewerker Onderzoek en mobiliteit Gentsesteenweg 1B 9520 Vlierzele edepauw@streekoverlegzov.be

Nadere informatie

DE VLAAMSE SOCIALE ECONOMIE IN 2014

DE VLAAMSE SOCIALE ECONOMIE IN 2014 DE VLAAMSE SOCIALE ECONOMIE IN 2014 Inleiding De situatie op de Vlaamse arbeidsmarkt in 2014 lijkt te zijn gestabiliseerd ten opzichte van het jaar voordien: de werkzaamheidsgraad is licht gestegen, maar

Nadere informatie

Verdere evolutie van de geharmoniseerde werkloosheid in ruime zin

Verdere evolutie van de geharmoniseerde werkloosheid in ruime zin Verdere evolutie van de geharmoniseerde werkloosheid in ruime zin ruime zin in België, Duitsland, Frankrijk en Nederland in 2014 Directie Statistieken, Begroting en Studies stat@rva.be Inhoudstafel: 1

Nadere informatie

SOCIALE ECONOMIE Cijfergegevens Zuid-West-Vlaanderen. Ilse Van Houtteghem 20/11/2014

SOCIALE ECONOMIE Cijfergegevens Zuid-West-Vlaanderen. Ilse Van Houtteghem 20/11/2014 SOCIALE ECONOMIE Cijfergegevens Zuid-West-Vlaanderen Ilse Van Houtteghem 20/11/2014 Inhoud - Aantal niet-werkende werkzoekenden - Tewerkstelling (koppen) binnen zes werkvormen sociale economie - Beschutte

Nadere informatie

FOCUS OP TALENT BAROMETER. Kansengroepen in cijfers

FOCUS OP TALENT BAROMETER. Kansengroepen in cijfers FOCUS OP TALENT BAROMETER Kansengroepen in cijfers 217-218 Inhoudsopgave 1. Verklarende woordenlijst... 2. Samenvatting... 4. PERSONEN MET EEN ARBEIDSHANDICAP... 7 4. PERSONEN GEBOREN BUITEN EU28... 12

Nadere informatie

DE VLAAMSE SOCIALE ECONOMIE IN 2015

DE VLAAMSE SOCIALE ECONOMIE IN 2015 DE VLAAMSE SOCIALE ECONOMIE IN 2015 Inhoud Inleiding... 3 1 Overzicht van de werknemers in de sociale economie... 3 2 Profielkenmerken van doelgroepwerknemers... 5 3 Regionale spreiding... 12 Methodologie...

Nadere informatie

De Oost-Vlaamse arbeidszorgmedewerker in beeld September Data & Analyse, Provincie Oost-Vlaanderen

De Oost-Vlaamse arbeidszorgmedewerker in beeld September Data & Analyse, Provincie Oost-Vlaanderen De Oost-Vlaamse arbeidszorgmedewerker in beeld 2010-2017 September 2018 Data & Analyse, Provincie Oost-Vlaanderen 2 INHOUDSTAFEL INLEIDING... 5 1. ARBEIDSZORG IN OOST-VLAANDEREN: ALGEMEEN OVERZICHT...

Nadere informatie

Hoofdstuk 1. Overheden

Hoofdstuk 1. Overheden INTERNE ANALYSE 7 Hoofdstuk 1. Overheden 1. Vlaamse overheid Het beleidsdomein Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed is één van de 13 beleidsdomeinen van de Vlaamse overheid. Het bestaat

Nadere informatie

VDAB WERKLOOSHEIDSBERICHT MEI Kerncijfers werkloosheid. Evolutie Werkloosheid. NWWZ Vlaams Gewest - absolute aantallen

VDAB WERKLOOSHEIDSBERICHT MEI Kerncijfers werkloosheid. Evolutie Werkloosheid. NWWZ Vlaams Gewest - absolute aantallen VDAB WERKLOOSHEIDSBERICHT MEI 2017 Kerncijfers werkloosheid mei 2017 jaarverschil aandeel NWWZ 201.762-5,3% Categorie WZUA 140.164-8,3% 69,5% BIT 10.091-8,8% 5,0% Vrij ingeschreven 29.063-1,8% 14,4% Andere

Nadere informatie

De beroepsbevolking in de grensregio s van Nederland en Vlaanderen: grote verschillen aan weerszijden van de grens

De beroepsbevolking in de grensregio s van Nederland en Vlaanderen: grote verschillen aan weerszijden van de grens De beroepsbevolking in de grensregio s van Nederland en Vlaanderen: grote verschillen aan weerszijden van de grens Bierings, H., Schmitt, J., van der Valk, J., Vanderbiesen, W., & Goutsmet, D. (2017).

Nadere informatie

DE VLAAMSE SOCIALE ECONOMIE IN 2016

DE VLAAMSE SOCIALE ECONOMIE IN 2016 DE VLAAMSE SOCIALE ECONOMIE IN 2016 Inhoud Inleiding... 3 Methodologie... 3 Overzicht van de werknemers in de sociale economie... 5 Profielkenmerken van doelgroepwerknemers... 6 Regionale Spreiding...

Nadere informatie

0. KENGETALLEN. Bron: FOD Economie (Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie), INR, VDAB, RVA en Steunpunt WSE.

0. KENGETALLEN. Bron: FOD Economie (Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie), INR, VDAB, RVA en Steunpunt WSE. 0. KENGETALLEN Brugge Midden- West-Vlaanderen Oostende Westhoek Zuid- West-Vlaanderen West- Vlaanderen Vlaams Gewest Totale bevolking (01/01/2008) 275.599 233.200 149.287 213.729 278.672 1.150.487 6.161.600

Nadere informatie

Hoeveel werkzoekenden telt uw gemeente?

Hoeveel werkzoekenden telt uw gemeente? Hoeveel werkzoekenden telt uw gemeente? Tanja Termote Sociaaleconomisch beleid, WES Van de 25.500 werkzoekenden in West-Vlaanderen wonen er 306 in en 166 in Moorslede. Maar hoe zit dat precies in uw gemeente?

Nadere informatie

Graag het absolute aantal en het groeipercentage in de periode eind mei eind mei 2017.

Graag het absolute aantal en het groeipercentage in de periode eind mei eind mei 2017. SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 645 van EMMILY TALPE datum: 13 juni 2017 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT Krapte op de arbeidsmarkt - Evolutie per provincie De krapte

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 28 maart 2013

PERSBERICHT Brussel, 28 maart 2013 PERSBERICHT Brussel, 28 maart 2013 De Belgische arbeidsmarkt in 2012 Nieuwe cijfers Enquête naar de Arbeidskrachten Hoeveel personen verrichten betaalde arbeid? Hoeveel mensen zijn werkloos? Hoeveel inactieve

Nadere informatie

Spotlight. Een onderwerp telkens beknopt uitgelicht. 1 Inleiding. 3 Resultaten. 3.1 Gewest en jaar. 2 Methodologie

Spotlight. Een onderwerp telkens beknopt uitgelicht. 1 Inleiding. 3 Resultaten. 3.1 Gewest en jaar. 2 Methodologie Lange duur werkfractie / werkfractie Werkfractie Spotlight Een onderwerp telkens beknopt uitgelicht Deze keer: De evoluties van de overgangen naar werk van de werklozen volgens hun profiel. 1 Inleiding

Nadere informatie

Vacatures VDAB - Gevolgen van een mogelijke schrapping van het theoretisch rijexamen via de middelbare school

Vacatures VDAB - Gevolgen van een mogelijke schrapping van het theoretisch rijexamen via de middelbare school SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 694 van EMMILY TALPE datum: 3 juli 2017 aan PHILIPPE MUYTERS VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT Vacatures VDAB - Gevolgen van een mogelijke schrapping van het

Nadere informatie

Wij ondersteunen, stimuleren en begeleiden het Vlaamse integratie- en inburgeringsbeleid

Wij ondersteunen, stimuleren en begeleiden het Vlaamse integratie- en inburgeringsbeleid Wij ondersteunen, stimuleren en begeleiden het Vlaamse integratie- en inburgeringsbeleid INBURGERINGSPROGRAMMA Trajectbegeleider: TB Nederlands als Tweede Taal: NT2 Maatschappelijke Oriëntatie: MO Toekomstplannen

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 22 december 2015

PERSBERICHT Brussel, 22 december 2015 PERSBERICHT Brussel, 22 december 2015 Positieve arbeidsmarktevoluties in het derde kwartaal van 2015 De werkgelegenheidsgraad bij de 20- tot 64-jarigen bedroeg in het derde kwartaal van 2015 67,4% en steeg

Nadere informatie

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt

Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt Evolutie van de Brusselse arbeidsmarkt INHOUDSOPGAVE Maandverslag November 2013 Inhoudsopgave en kerncijfers...1 Geharmoniseerde cijfers op Europees niveau...2 Door de RVA vergoede werklozen...3 Overzicht

Nadere informatie

Lokale arbeidsmarktindicatoren in de Vlaamse Arbeidsrekening (VAR)

Lokale arbeidsmarktindicatoren in de Vlaamse Arbeidsrekening (VAR) Lokale arbeidsmarktindicatoren in de Vlaamse Arbeidsrekening (VAR) Seminarie Subregionale en lokale arbeidsmarkt in cijfers Sessie 2 Lokale statistieken over de arbeidsmarkt, mens & maatschappij Wouter

Nadere informatie

KLAAR VOOR MORGEN?! Dirk Vanderpoorten. 29 november 2018

KLAAR VOOR MORGEN?! Dirk Vanderpoorten. 29 november 2018 KLAAR VOOR MORGEN?! Dirk Vanderpoorten 29 november 2018 SOCIALE ECONOMIE: EEN TERUGBLIK TERUGBLIK: BEGIN LEGISLATUUR 2004-2009 Programmadecreet Meerwaardenbesluit 2000 Invoegbedrijf Invoegafdeling Collectieve

Nadere informatie

Invoegbedrijven. Maatregel. De begunstigden en bestedingen

Invoegbedrijven. Maatregel. De begunstigden en bestedingen Invoegbedrijven Maatregel Het programma invoegbedrijven beoogt de creatie van duurzame tewerkstelling voor kansengroepen binnen de reguliere economie. Aan ondernemingen die de principes van Maatschappelijk

Nadere informatie

34,0 32,0 30,0 28,0 26,0 24,0 22,0. Jaarlijkse evolutie. Jeugdwerkloosheid -534 eenheden

34,0 32,0 30,0 28,0 26,0 24,0 22,0. Jaarlijkse evolutie. Jeugdwerkloosheid -534 eenheden Mei 2018: De jeugdwerkloosheid daalt 5 jaar ononderbroken De daling van de werkloosheid zet zich verder in Brussel. Eind mei telt het Brussels Gewest 87.912 werkzoekenden, wat overeenkomt met een werkloosheidsgraad

Nadere informatie

«WELZIJNSBAROMETER 2010» SAMENVATTING EN CONCLUSIES

«WELZIJNSBAROMETER 2010» SAMENVATTING EN CONCLUSIES «WELZIJNSBAROMETER 2010» SAMENVATTING EN CONCLUSIES Brussel wordt gekenmerkt door een grote concentratie van armoede in de dichtbevolkte buurten van de arme sikkel in het centrum van de stad, met name

Nadere informatie

April 2018: Brusselse werkloosheidsgraad op laagste niveau in 25 jaar

April 2018: Brusselse werkloosheidsgraad op laagste niveau in 25 jaar April 2018: Brusselse werkloosheidsgraad op laagste niveau in 25 jaar Brussel, 3 mei 2018 Eind april telt het Brussels Gewest 89.367 werkzoekenden, wat overeenkomt met een werkloosheidsgraad van 15,9%.

Nadere informatie

TEWERKSTELLING EN PARTICIPATIE VAN PERSONEN UIT DE KANSENGROEPEN Editie 2018 (data 2017)

TEWERKSTELLING EN PARTICIPATIE VAN PERSONEN UIT DE KANSENGROEPEN Editie 2018 (data 2017) TEWERKSTELLING EN PARTICIPATIE VAN PERSONEN UIT DE KANSENGROEPEN Editie 2018 (data 2017) Tewerkstelling en participatie van kansengroepen Hoe en waar worden personen uit de kansengroepen (her)ingeschakeld

Nadere informatie

Juni 2018: van de jonge Brusselaars zijn nu minder dan werkzoekende

Juni 2018: van de jonge Brusselaars zijn nu minder dan werkzoekende Brusselse werkloosheid blijft dalen Juni 2018: van de 102 000 jonge Brusselaars zijn nu minder dan 8 000 werkzoekende Er wonen 102.460 jongeren (18-24 jaar) in Brussel. Van hen zijn er vandaag minder dan

Nadere informatie

34,0 32,0 30,0 28,0 26,0 24,0 22,0 20,0. Jaarlijkse evolutie. Jeugdwerkloosheid -291 eenheden

34,0 32,0 30,0 28,0 26,0 24,0 22,0 20,0. Jaarlijkse evolutie. Jeugdwerkloosheid -291 eenheden Juli 2018: opnieuw daling van Brusselse werkloosheid Eind juli telt het Brussels Gewest 90.673 werkzoekenden, wat overeenkomt met een werkloosheidsgraad van 16,2%. Het is geleden van het jaar 2000 dat

Nadere informatie

Trends op de Belgische arbeidsmarkt (1983-2013)

Trends op de Belgische arbeidsmarkt (1983-2013) 1 Trends op de Belgische arbeidsmarkt (1983-2013) Trends op de Belgische arbeidsmarkt (1983-2013) 1. Arbeidsmarktstatus van de bevolking van 15 jaar en ouder in 1983 en 2013 De Belgische bevolking van

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 25 maart 2014

PERSBERICHT Brussel, 25 maart 2014 PERSBERICHT Brussel, 25 maart 2014 Geen heropleving van de arbeidsmarkt in 2013 Nieuwe cijfers Enquête naar de Arbeidskrachten 4.530.000 in België wonende personen zijn aan het werk in 2013. Hun aantal

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 25 juni 2013

PERSBERICHT Brussel, 25 juni 2013 PERSBERICHT Brussel, 25 juni 2013 Meer 55-plussers aan het werk Arbeidsmarktcijfers eerste kwartaal 2013 66,7% van de 20- tot 64-jarigen is aan het werk. Dat percentage daalt licht in vergelijking met

Nadere informatie

DE GENKSE ARBEIDSMARKT (cijfers )

DE GENKSE ARBEIDSMARKT (cijfers ) UPDATE CIJFERS DE GENKSE ARBEIDSMARKT (cijfers 2007-2008) Bron: Vlaamse Arbeidsrekening Verwerking: Stad Genk, Dienst Beleidsplanning De data zijn afkomstig van de Vlaamse Arbeidsrekening, d.i. een raamwerk

Nadere informatie

Werkloosheidscijfers Tijdelijke werkloosheid Faillissementen

Werkloosheidscijfers Tijdelijke werkloosheid Faillissementen De impact van de economische crisis in West Limburg Werkloosheidscijfers Tijdelijke werkloosheid Faillissementen MEI 2009 1. Werkloosheid 1.1 Niet werkende werkzoekenden Een eerste indicator die de economische

Nadere informatie

De jongerenwerkloosheid blijft verder dalen in Brussel: -9,3% in één jaar tijd

De jongerenwerkloosheid blijft verder dalen in Brussel: -9,3% in één jaar tijd De jongerenwerkloosheid blijft verder dalen in Brussel: -9,3% in één jaar tijd Brussel, 1 oktober Eind september bedraagt de jongerenwerkloosheidsgraad, na een 64 e daling op rij, 24,7%. Brussel telt 9.477

Nadere informatie

Diagnose van de Vlaamse arbeidsmarkt. Luc Sels

Diagnose van de Vlaamse arbeidsmarkt. Luc Sels Diagnose van de Vlaamse arbeidsmarkt Luc Sels Luc.Sels@econ.kuleuven.be WSE Conferentie 2008 17 december 2008 1. De evolutie vervat in conjunctuurindicatoren 2. (Prognose van de) werkzaamheid 3. Evolutie

Nadere informatie

Augustus 2018: aantal jonge werkzoekenden op laagste niveau sinds 1990

Augustus 2018: aantal jonge werkzoekenden op laagste niveau sinds 1990 Augustus : aantal jonge werkzoekenden op laagste niveau sinds 1990 Eind augustus telt het Brussels Gewest 8.605 jonge werkzoekenden. Voor de maand augustus is dat het laagste aantal in 28 jaar. Er zijn

Nadere informatie

2.2.1 Aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt

2.2.1 Aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt 2.2 Uitdagingen op het vlak van werkgelegenheid 2.2.1 Aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt Het wordt steeds belangrijker om met voldoende kwalificaties naar de arbeidsmarkt te kunnen gaan. In Europees

Nadere informatie

De evolutie van de sociale situatie en de sociale bescherming in België Samenvatting en kernboodschappen

De evolutie van de sociale situatie en de sociale bescherming in België Samenvatting en kernboodschappen De evolutie van de sociale situatie en de sociale bescherming in België 2018 Samenvatting en kernboodschappen September 2018 ANNEX 6 : NEDERLANDSTALIGE SAMENVATTING EN KERNBOODSCHAPPEN VAN DE ANALYSE

Nadere informatie

INTRODUCTIE. Lokale Diensteneconomie

INTRODUCTIE. Lokale Diensteneconomie INTRODUCTIE Lokale Diensteneconomie Sociale economie in Vlaanderen 1) Bedrijven en initiatieven die een specifieke maatschappelijke meerwaarde realiseren - Tewerkstelling creëren - Aandacht voor duurzame

Nadere informatie

WERKGELEGENHEIDSBELEID EN HET DECREET LOKALE DIENSTENECONOMIE. Rol van het lokaal bestuur

WERKGELEGENHEIDSBELEID EN HET DECREET LOKALE DIENSTENECONOMIE. Rol van het lokaal bestuur WERKGELEGENHEIDSBELEID EN HET DECREET LOKALE DIENSTENECONOMIE Rol van het lokaal bestuur Ann Jughmans Stafmedewerker Team Lokale Economie en Werkgelegenheid VVSG 1. INLEIDING Werkgelegenheidsbeleid: meer

Nadere informatie

Onderwijs en arbeidsmarkt: tweemaal actief

Onderwijs en arbeidsmarkt: tweemaal actief Onderwijs en arbeidsmarkt: tweemaal actief Organisation for Economic Coöperation and Development (2002), Education at a Glance. OECD Indicators 2002, OECD Publications, Paris, 382 p. Onderwijs speelt een

Nadere informatie

Arbeidsmarkt vijftigplussers

Arbeidsmarkt vijftigplussers Streekpact 2013-2018 Cijferanalyse Publicatiedatum: 30 september 2013 Contactpersoon: Kim Nevelsteen Arbeidsmarkt vijftigplussers Samenvatting 2012) 50.216 werkende 50+ ers (2011) aantal werkende vijftigplussers

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 24 september 2015

PERSBERICHT Brussel, 24 september 2015 PERSBERICHT Brussel, 24 september 2015 Lichte daling werkloosheid Arbeidsmarktcijfers tweede kwartaal 2015 De werkloosheidgraad gemeten volgens de definities van het Internationaal Arbeidsbureau daalde

Nadere informatie

FOCUS OP TALENT BAROMETER. Kansengroepen in cijfers

FOCUS OP TALENT BAROMETER. Kansengroepen in cijfers FOCUS OP TALENT BAROMETER Kansengroepen in cijfers Inleiding In de conceptnota Focus op talent en competenties als sleutel naar een hogere werkzaamheidsgraad in het kader van Evenredige Arbeidsdeelname,

Nadere informatie

34,0 31,9 % 32,0 30,0 28,0 26,7 % 26,0 26,5 % 24,0 22,0. Jaarlijkse evolutie. Jeugdwerkloosheid -992 eenheden

34,0 31,9 % 32,0 30,0 28,0 26,7 % 26,0 26,5 % 24,0 22,0. Jaarlijkse evolutie. Jeugdwerkloosheid -992 eenheden 20 000 Brusselse werkzoekenden minder op 4 jaar tijd Brussel telt 91.877 werkzoekenden, voor een werkloosheidsgraad van 16,5%. Daarmee daalt de werkloosheid voor de 39 e maand op rij: in vergelijking met

Nadere informatie

BAROMETER. Taalgebruik in de Vlaamse Rand

BAROMETER. Taalgebruik in de Vlaamse Rand FEBRUARI 2015 BAROMETER Taalgebruik in de Vlaamse Rand Deze nieuwe editie van de barometer gaat in op het onderzoek Taalgebruik in de Vlaamse Rand dat Brussels Informatie-, Documentatie- en Onderzoekscentrum

Nadere informatie

ACTIVEREN, COMPETENTIES MOBILISEREN Epiloog

ACTIVEREN, COMPETENTIES MOBILISEREN Epiloog ACTIVEREN, COMPETENTIES MOBILISEREN Epiloog Wim Herremans Gevoed door een groeiende economie herpakte de Vlaamse arbeidsmarkt zich in 2004/2005. De werkzaamheidsgraad steeg opnieuw na drie jaar van stabilisatie,

Nadere informatie