Lesbrief Pro-krant oktober. PrO-krant

Transcriptie

1 PrO-krant Lesbrief Pro-krant oktober K r a n t v o o r l e e r l i n g e n i n h e t p r a k t i j k o n d e r w i j s L e s b r i e f v o o r d o c e n t e n Doe meer met de PrO-krant De PrO-krant is geschreven op niveau A2 / B1. Dat is het leesniveau volgens het Gemeenschappelijk Europees Referentiekader. Wat betekent dat? Teksten op A2-niveau zijn kort en zeer eenvoudig. Teksten op B1-niveau zijn eenvoudig; 95% van de Nederlandse bevolking kan deze teksten lezen en begrijpen. Wat betekent dit voor uw leerlingen? Met behulp van de PrO-krant en de oefeningen uit deze gratis lesbrief, leren leerlingen begrijpend lezen. Als ze in staat zijn de krant te lezen en begrijpen, zijn zij voldoende leesvaardig voor een praktijkopleiding. Leerlingen die deze vaardigheid nog onvoldoende bezitten, kunt u trainen met behulp van de krant. Veel rubrieken in de PrO-krant sluiten aan bij de kerntaken waarmee in gewerkt wordt. Zoals de stage-rubriek Aan het werk. In deze lesbrief staan tips, ideeën, opdrachten en suggesties om de krant in de klas te behandelen. U kunt de lesbrief downloaden in zowel Word als pdf op de website van de PrOkrant: > Lesbrieven. De oefeningen verschillen in moeilijkheidsgraad waardoor er gedifferentieerd gewerkt kan worden. De vragen en opdrachten lenen zich uitstekend voor samenwerkend leren, maar kunnen desgewenst ook makkelijk individueel uitgevoerd worden. De opdrachten vormen zeker geen verplicht onderdeel bij de krant, het zijn slechts handvatten voor de verwerking van uw les. U bent uiteraard vrij in de keuze welke opdrachten u uw leerlingen laat doen. De puzzel in de krant is gemaakt door De Stiep Educatief. Zij geven een puzzelabonnement uit. Maandelijks ontvangen abonnees tien taalpuzzels met variatie in niveau, vorm en moeilijkheidsgraad op het gebied van spelling, zinsbouw, woordbeeld, woordvorming, woordenschat en taalvariatie. Voor meer informatie: De lesbrief is bedoeld om zelf te kopiëren of anderszins te vermenigvuldigen. Heeft u vragen of wilt u meer informatie over de lesbrief van de PrO-krant? Bel dan naar de redactie, telefoon: (020) Of stuur een naar: redactie@eenvoudigcommuniceren.nl. Rubrieksindeling van de PrO-krant: Nieuws en actualiteit - pagina 1 & 2. Het gesprek - pagina 3. Sport - pagina 4. Gezondheid - pagina 5. Vrije tijd / Column - pagina 6. Natuur en techniek - pagina 7. Aan het werk - pagina 8. Op school / Aan het woord - pagina 9. Mijn Stijl - pagina 10. Puzzel / Echt wel of echt niet? / Colofon pagina 11. Wist je dat? / Het land van de maand - pagina 12.

2 BIJZONDERE PRINSJESDAG (PAGINA 1) 1. Vertel in je eigen woorden wat Prinsjesdag inhoudt. 2. Kruis het antwoord aan waar jij het het meest mee eens bent en maak de zin af: 0 De troonrede had beter uitgesteld kunnen worden totdat er een nieuw kabinet is, omdat 0 Het is goed dat de troonrede van het oude kabinet werd voorgelezen, omdat 3. Noem drie bezuinigingsplannen van de regering. 4. Denk jij dat jij en je familie wat gaan merken van de bezuinigingen? Leg uit waarom je dat denkt. 5. Waarom werden de plannen uit de troonrede dit jaar niet nabesproken in de Tweede Kamer? 6. Is er op dit moment al een nieuwe regering? 7. Stel je voor dat jij in de regering zou zitten. Op welke drie dingen zou jij dan willen bezuinigen? DISCRIMINATIE (PAGINA 1) 1. Vertel in je eigen woorden wat jij onder discriminatie verstaat. 2. Waarom denk jij dat zwangere vrouwen op het werk gediscrimineerd worden? 3. Als iemand ergens solliciteert en hij wordt niet aangenomen omdat het bedrijf hem te oud vindt, is dat dan discriminatie volgens jou? Leg je antwoord uit. 4. Heb jij wel eens gediscrimineerd?leg je antwoord uit. 5. Ben jij wel eens gediscrimineerd? Leg je antwoord uit. 6. Stel dat jij op je werk gediscrimineerd zou worden, zou jij dat dan durven melden? Leg uit waarom wel of niet. DUITS JONGETJE VERMIST (PAGINA 1) 1. Denk jij dat Mirco nog in leven is? Leg uit waarom je dat denkt. 2. Ben jij bang dat jou iets kan overkomen als je buiten bent? Leg je antwoord uit. 3. Noem drie dingen die jij kunt doen om te zorgen dat er niets met jou kan gebeuren als je buiten bent. KINDERMISBRUIK (PAGINA 2) 1. Wie is het hoofd van de katholieke kerk? 2. Zoek op internet op hoe deze man heet. 3. De meeste slachtoffers van het misbruik durven daar nu pas over te praten. Hoe denk jij dat dat komt? 4. Hoe denk jij dat het mogelijk is dat er zoveel kinderen werden misbruikt? Leg je antwoord goed uit. 5. Vind jij dat priesters en bisschoppen die schuldig zijn aan misbruik hun werk mogen blijven doen? Leg uit waarom wel of niet.

3 6. Sommige mensen denken dat priesters zoveel kinderen hebben misbruikt omdat zij niet getrouwd mogen zijn en geen seks mogen hebben. Ben jij het met deze mensen eens? Leg je antwoord goed uit. NAAR DE RECHTER (PAGINA 2) 1. Ga naar en zoek de aflevering van Koefnoen van 11 september 2010 ( op. Op 13:58 begint het stukje van Wesley en Yolanthe. Bekijk het stukje goed. 2. Wat vond jij van dit stukje? Leg je antwoord uit. 3. Snap jij dat Wesley en Yolanthe het niet leuk vonden? Leg uit waarom wel of niet. 4. Kies de zin uit waar jij het het meest mee eens bent en maak de zin af: 0 Ik vind het overdreven van Wesley en Yolanthe om hiervoor naar de rechter te gaan, omdat. 0 Ik snap wel dat Yolanthe en Wesley hiervoor naar de rechter gaan, omdat.. 5. Vind jij dat de rechter de stukjes moet verbieden? Leg je antwoord uit. VEILIG VERKEER (PAGINA 2) 1. Hoe komt het vooral dat het verkeer in Nederland zo veilig is? 2. Vind jij dat je zelf veilig meedoet aan het verkeer? Vertel waarom je dat vindt. 3. Is de verkeerssituatie bij jullie school veilig? Zo ja, leg uit hoe dat komt. Zo nee, vertel wat er veiliger zou kunnen. 4. Zoek op internet op hoe de organisatie heet die zich bezighoudt met veilig verkeer in ons land. ALLES OVER MIJNBOUW (PAGINA 3) 1. Noem vijf kostbare stoffen die in de grond zitten. 2. Wat is het verschil tussen dagbouw en schachtbouw? 3. Leg uit wat een groeve is. 4. Waarom kan een mijn niet dieper dan vier kilometer onder de grond zitten? 5. Noem drie redenen waarom het gevaarlijk is om in een mijn te werken. 6. Zou werken in een mijn iets voor jou zijn? Geef twee redenen waarom wel of twee redenen waarom niet. MIJNEN IN NEDERLAND (PAGINA 3) 1. Zoek op internet op waar in Nederland je nu nog mijnen kunt bezoeken. 2. Welke stof werd er in de Limburgse mijnen uit de grond gehaald? 3. Waarom vindt er geen mijnbouw meer plaats in ons land?

4 WERKEN IN EEN MIJN (PAGINA 3) 1. Schrijf van de onderstaande zinnen iedere keer de juiste zin over: - Mijnwerkers mogen maar een paar uur onder de grond. - Mijnwerkers werken een hele dag of een hele nacht onder de grond. - Via buizen wordt frisse lucht in de tunnels geblazen. - In de mijnen is geen frisse lucht. - Het water in de mijnen loopt vanzelf weg. - Het water in de mijnen wordt weggepompt. ALLES OVER STIJLDANSEN (PAGINA 4) 1. Leg in je eigen woorden uit wat stijldansen is. 2. Welke twee soorten stijldansen zijn er? 3. Noem twee verschillen tussen deze twee soorten. 4. Noem twee soorten ballroomdansen. 5. Noem twee soorten Latijns-Amerikaanse dansen. 6. Waar kun je leren stijldansen? 7. Ga naar en klik links in de menubalk cursus aan. Hier staat precies hoe je de quick step en de chacha moet doen. Zoek iemand uit met wie je de dansen kunt gaan doen. Spreek af wie de man en wie de vrouw is. Ga nu samen de danspassen oefenen en schrijf op wat je ervan vond. 8. Ga nu in de menubalk naar de dansen en geef antwoord op de volgende vragen: - In welk jaar is de Engelse wals ontstaan? - Uit welk werelddeel komt de tango? - Welke dans in ongeveer in de 12 e / 13 e eeuw ontstaan? - Geef een andere naam voor de samba. 9. Lijkt het jou leuk om te stijldansen? Vertel waarom wel of niet. WERELDKAMPIOEN KARTEN (PAGINA 4) 1. Zijn de volgende zinnen waar of niet waar? Met de letters bij de goede antwoorden kun je een woord maken: - Nyck de Vries komt uit Friesland. Waar R / Niet waar A - Het WK karten werd in Zuid Amerika gehouden. Waar U / Niet waar A - Er deden meer dan 200 coureurs mee aan het WK. Waar L / Niet waar C - Nyck zal helaas nooit Formule 1 coureur kunnen worden. Waar O / Niet waar E - De formule 1 is de bekendste autorace van de wereld. Waar N / Niet waar T -

5 ZILVER VOOR DE HOCKEYDAMES (PAINA 4) 1. Welke plek hebben de Nederlandse hockeydames gehaald op het WK? 2. Zoek op internet op hoe de aanvoerster van het Nederlands hockeyelftal heet. 3. Vind jij hockey een leuke sport om naar te kijken? Leg uit waarom wel of niet. 4. In welk jaar wordt het volgende WK hockey gehouden? ECZEEM: EEN LASTIGE KWAAL (PAGINA 5) 1. Hoe kun je zien dat iemand last heeft van eczeem? 2. Eczeem is niet besmettelijk. Wat betekent dat? 3. Wat betekent het als je ergens allergisch voor bent? 4. Waarom is het belangrijk dat er geen parfum zit in een crème voor een gevoelige huid? 5. Waarom kun je beter geen stress hebben als je last hebt van eczeem? 6. Hoe kan de dokter erachter komen wat de oorzaak van eczeem is? 7. Ben jij ergens allergisch voor? Vertel er iets meer over. CHARLIE ST.CLOUD: EEN MOOIE FILM (PAGINA 6) 1. Noem de drie hoofdpersonen uit deze film. 2. Kies de zin die het meest bij jou past en maak de zin af: O Het verhaal van deze film spreekt mij heel erg aan, omdat O Het verhaal van deze film spreekt mij helemaal niet aan, omdat O Ik weet nog niet of het verhaal van deze film mij aanspreekt, omdat 3. Ga nu naar en bekijk de trailer van de film. Verandert de trailer jouw antwoord op vraag 2? Leg uit waarom wel of niet. 4. Zoek op internet op in welke bioscoop bij jou in de buurt de film draait. Schrijf de naam van die bioscoop op. 5. Zoek ook op wat de prijs voor een bioscoopkaartje voor deze film is. 6. Zou jij naar Charlie St. Cloud toe willen? Leg uit waarom wel of niet. VERLIEFD OP BERLIJN (PAGINA 6) 1. De titel van dit stukje is: Verliefd op Berlijn. Vind jij dat Rhija verliefd is op: A. De stad Berlijn B. De mannen van Berlijn C. Allebei. Leg je keuze uit! 2. Noem vier dingen die Rhija zo leuk vindt aan Berlijnse mannen. 3. Rhija vindt dat Nederlandse mannen niet goed zijn in flirten. Ben jij het daarmee eens? Leg uit waarom wel of niet. 4. Geef de Nederlandse man twee goede flirttips.

6 5. Rhija zegt: Ik ben heel slecht in relaties op afstand. Wat bedoelt zij daarmee? HET GESPREK MET ACTRICE LIES VISSCHEDIJK (PAGINA 7) 1. Waarvan zullen de meeste mensen Lies kennen? 2. Zoek in het stukje Meer over Lies op hoe oud Lies nu is. Lees dan hoe oud Lies was toen ze begon met acteren. Hoe lang acteert Lies nu al? 3. Noem drie punten die Lies positief vindt aan haar baan. 4. Hoe denk je dat het komt dat mensen in Amsterdam beroemde mensen niet zo snel aanspreken? 5. Keek jij naar Gooische Vrouwen? Vertel waarom wel of niet. 6. Noem de vier hoofdpersonen uit Gooische Vrouwen. 7. Hoe heet de prijs die Gooische Vrouwen vorig jaar heeft gekregen? 8. Zou jij naar de Gooische Vrouwen film willen? Leg je antwoord uit. IK HEB THUIS ACHT SLANGEN (PAGINA 8) 1. Geef vier voorbeelden van reptielen. 2. Leg uit wat een wurgslang is. 3. Vertel waarom deze stage zo goed bij Bianca past. 4. Noem drie werkzaamheden die Bianca tijdens haar stage uitvoert. 5. Denk jij dat het belangrijk is om van dieren te houden als je stage gaat lopen in een dierenwinkel? Kies jouw antwoord uit en maak de zin af: O Ja, ik denk dat dat heel belangrijk is omdat, O Nee, ik denk niet dat dat echt nodig is, omdat 6. Zou deze stage iets voor jou zijn? Leg je antwoord uit. WIJ ZIJN NEDERLANDS KAMPIOEN! (PAGINA 9) 1. Wat is 4 tegen 4 voetbal? 2. Wat hebben de meiden van de Praktijkschool Westfriesland gewonnen? 3. Wat is auditie doen? 4. Waaraan moesten de meiden wennen bij het 4 tegen 4 voetbal? 5. Vind jij het goed dat er een voetbaltoernooi speciaal voor praktijkscholen wordt georganiseerd? Leg uit waarom je dat wel of niet goed vindt. AAN HET WOORD (PAGINA 9) 1. Zet bij de volgende woorden een K als ze bij het stukje van Kenitia horen of een T als ze bij het stukje van Tarik horen: - zwemmen - straat - familie - club - FC Utrecht - harstvriendin

7 - thuiswedstrijd - pleintje - fietsen - voetbalnieuws IK HEB TENMINSTE LEF (PAGINA 10) 1. Wat houdt volgens jou gothic in? 2. Hoe kwam Jolanda op het idee om gothic te worden? 3. Wat vind jij van piercings? Leg uit waarom je dat vindt. 4. Hoe zou jouw vader of moeder het vinden als je gothic zou zijn? 5. Zou jij je stijl veranderen als je er veel mee gepest zou worden? Leg uit waarom je dat wel of niet zou doen. 6. Hoe heeft Jolanda haar gothicvrienden leren kennen? 7. Zou jij bevriend kunnen zijn met iemand die gothic is? Leg je antwoord uit. 8. Denk jij dat als je gothic bent je makkelijk aan een baantje kunt komen? Leg uit waarom je dat denkt. 9. Waarom moet Jolanda rekening houden met de vakken die zij die dag heeft als zij zich aankleedt? 10. Streep de woorden door die niet bij de gothic stijl horen: zwart, lange jurken, parelkettinkjes, R&B, piercings, hardrock, roze, minirokjes, Bershka. NEDERLANDSTALIG IS POPULAIR! (PAGINA 12) 1. Noem vijf Nederlandstalige zangers of zangeressen. 2. Houd jij van Nederlandstalige artiesten? Leg uit waarom wel of niet. 3. Welke zangers vormen samen De Toppers? 4. Wat is een realitysoap? 5. Waarom denkt Wesley (de winnar van Popstars) dat Nederlandstalige muziek zo populair is? HET LAND VAN DE MAAND: PAKISTAN (PAGINA 12) 1. Waarom is Pakistan een onveilig land? 2. Wat wordt bedoeld met een fanatieke moslim? 3. Is Pakistan een goed land om in te wonen? Geef drie redenen waarom niet of drie redenen waarom wel. 4. Heeft jouw vader of moeder geld gegeven voor de slachtoffers van de watersnood in Pakistan? Vertel waarom wel of niet. 5. Ga naar Google afbeeldingen en bekijk zoveel mogelijk afbeeldingen van het land Pakistan. Vind jij Pakistan een mooi land? Leg je antwoord uit.