Nieuwsbrief. Stad en Gemeenten van Brussel-Hoofdstad EDITO. In memoriam. Nr 2006/02-10 mei 2006 DE VERENIGING IN ACTIE INHOUDSTAFEL

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Nieuwsbrief. Stad en Gemeenten van Brussel-Hoofdstad EDITO. In memoriam. Nr 2006/02-10 mei 2006 DE VERENIGING IN ACTIE INHOUDSTAFEL"

Transcriptie

1 Ver. Uitg. Marc Thoulen - N 7317 Stad en Gemeenten van Brussel-Hoofdstad Nr 2006/02-10 mei 2006 In memoriam Met veel emotie vernamen de leden van de Raad van Bestuur en het personeel van onze Vereniging het overlijden van Michiel Vandenbussche, op 5 april, na een aanslepende ziekte. Nadat Eric André door zijn gezondheidsproblemen het beheer van de Vereniging moest afstaan en na zijn overlijden, nam Michiel Vandenbussche ad interim het voorzitterschap waar. Van de persoon bewaren we de herinnering van een man met een grote overtuiging, zin voor dialoog, menselijk, interactief, en die tot op het einde, zonder vertwijfelen, trouw bleef aan zijn idealen. Een man met een uitzonderlijk engagement en plichtsbesef. Michiel wijdde zich aan zijn gemeenschap, zijn politieke visie, met aandacht voor lokale verankering, democratie zonder toegevingen, actief burgerschap, wereldwijde solidariteit. Hij was schepen in Etterbeek en engageerde zich volledig in het bestuur van zijn gemeente. Hij verdedigde het lokale actieniveau, maar wist dat gemeentepolitiek niet stopt aan de gemeentegrenzen. Hij besefte ook als geen ander ook dat men niet werkt op lange termijn als de participatie van burgers wordt genegeerd. Duurzame ontwikkeling was voor hem geen modewoord, maar de synthese van zijn overtuigingen. Hij was reeds lang lid van de beheersorganen van de Vereniging en nam de tijd om zijn dossiers zorgvuldig te bestuderen. Hij stelde onmiddellijk essentiële vragen, liet projecten die voor hem belangrijk waren nooit los, maar bleef steeds open staan voor argumenten van anderen. Werken, volharden, luisteren, streven naar consensus, dat waren zijn kwaliteiten die ten dienste stonden van onze Vereniging. DE VERENIGING IN ACTIE Onze adviseur in huisvesting, mevrouw Françoise Lambotte, heeft op 15, 16 en 17 maart bijgedragen aan het verblijfsseminarie dat werd georganiseerd door de GSOB over de Brusselse Huisvestingscode. Het seminarie over de Brusselse Huisvestingscode kende reeds een groot succes in Het was niet anders voor deze tweede editie. Hoewel de ordonnantie van 17 juli 2003 houdende de Brusselse Huisvestingscode reeds bijna twee jaar van kracht is, blijven er nog veel vragen, in het bijzonder over de verenigbaarheid van deze normen met de algemene administratieve politie en de stedenbouwkundige voorschriften. Op het gebied van opleidingen vermelden we eveneens dat op 24 april in samenwerking met Dexia een bijeenkomst van het Forum van de gemeentelijke beleidsvoerders werd gehouden dat gewijd werd aan het arbeidsverzuim. De opleiding werd georganiseerd door de verantwoordelijke van onze studiedienst, mevrouw Hildegard Schmidt, waarbij zowel juridische en financiële aspecten ter sprake kwamen, als de managementsaanpak en beroep gedaan werd op verworven ervaringen. Deze opleiding die een vijftigtal deelnemers bijeen bracht, was een primeur in zijn genre, maar zou weldra moeten worden vervolgd door een grondigere opleiding die georganiseerd wordt door de Gewestelijke School voor Openbaar Bestuur. Op het vlak van institutionele actie is de Vereniging samen met haar zusterverenigingen geraadpleegd geworden over de over de ontwerpen van INHOUDSTAFEL pagina 2 pagina EDITO Van zijn voorzitterschap onthouden we vooral de versterking van het forum duurzame ontwikkeling en de steun aan internationale samenwerking. Onze Vereniging zal zijn acties voortzetten, om onze gemeenten steeds beter te dienen in deze belangrijke domeinen. Marc Cools, Voorzitter van de Vereniging van de Stad en de Gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Op de agenda , internet en de werkplek: een moeilijke relatie? Openbare werken: " multiplanning " Voor u gelezen en 20 Derde federaal rapport inzake duurzame ontwikkeling Arbeidsongevallen in openbare sector Mobiliteit geeft zich wat meer ademruimte Peilen naar het onveiligheidsgevoel Wetgeving

2 DE VERENIGING IN ACTIE 2 uitvoeringsbesluit van de wet van 3 december 2005 betreffende de uitkering van een inkomenscompensatievergoeding aan zelfstandigen voor hinder ten gevolge van werken op het openbaar domein. De ontwerpen van koninklijk besluit moeten bij het begin van de lente worden neergelegd bij de Raad van State; de wet zal normalerwijs in werking treden in twee tijden: in juli voor het spijzen van het Fonds en in januari voor de vergoeding van de werken. Deze besluiten moeten onder meer het percentage bepalen dat moet worden ingehouden op de facturen van de wegenwerken voor het spijzen van het Participatiefonds, en ook welke categorieën van werken aanleiding zullen geven tot enerzijds financiering, anderzijds vergoeding. De verenigingen, na te zijn gehoord door het Kabinet van de Minister, zijn onderling overeengekomen om redelijke toepassingsmodaliteiten voor te stellen die zowel de geest van de wet bewaren, maar ook de eenvoud van de procedures en de financiën van de gemeenten. De Vereniging heeft naar de Minister van Mobiliteit, de heer Renaat Landuyt, geschreven ter gelegenheid van de indiening van het dossier van het Fonds voor de verkeersveiligheid in het Overlegcomité. De Vereniging acht het, gelet op de bijzondere situatie van de Brusselse politiezones, geschikt om de federale politie als 197e zone te beschouwen, zelfs indien dit moet leiden tot een grotere verdeling van de middelen van het Fonds. Op langere termijn acht zij het primordiaal dat de middelen op soepele wijze worden verdeeld en op een basis van meerdere jaren, aangezien het beheer in verkeerszaken investeringen van lange duur vereist. Nog steeds in het kader van de mobiliteit, meer bepaald aangaande de problematiek van het parkeren van hulp- en thuiszorgverleners, heeft de Vereniging geantwoord op een brief van de Minister-president, de heer Charles Picqué, die ons zelf kennis gaf van een recente resolutie van het gewestelijk Parlement, om hem een relatief scepticisme mee te delen t.a.v. sommige praktische modaliteiten die werden goedgekeurd en te pleiten voor het gebruik van de mogelijkheden die niettegenstaande haar beperkingen door de kaart "rechthebbende" worden geboden. De drie verenigingen, Brusselse, Waalse en Vlaamse hebben een brief geschreven naar de Eerste Minister, de heer Guy Verhofstadt, en aan meerdere van zijn collega's van de federale regering, met betrekking tot de samenstelling van de werkgeversdelegatie in het communautair comité voor de besturen van alle niveaus en dat voor de plaatselijke en provinciale besturen (Comités A en C). De overheidsorganen stellen in België personen te werk waarvan alleen al werknemers voor de lokale en gemeentelijke besturen. En nochtans hebben de lokale overheden officieel nog steeds geen stem in deze comités. Door deze anomalie nemen zij niet deel aan de besluitvorming die hen aanbelangt. 2006/02 Met deze brief vragen de verenigingen dus logischerwijs dat zij deelnemen aan de genoemde comités. Er werden de Vereniging nieuwe opdrachten toebedeeld met betrekking tot de organisatie van de volgende Week van Vervoering en Autoloze zondag. Ze zal eveneens instaan voor de organisatie van een projectoproep die in 2006 gericht is tot de scholen van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en betrekking heeft op de schoolvervoerplannen. In samenwerking met de FOD Mobiliteit en het BUV heeft de Vereniging de drie eerste modules georganiseerd van een opleiding met betrekking tot de Wegcode en de vele wijzigingen die deze gedurende de laatste jaren heeft ondergaan. In dezelfde zin heeft de cel mobiliteit een eerste bijeenkomst georganiseerd van het Forum met betrekking tot mobiliteit en verkeersveiligheid bij senioren. Deze initiatieven kenden een erg groot succes in dusdanige mate dat men andere vormen van verbreiding heeft moeten improviseren om aan de vraag tegemoet te komen, wat wel degelijk bewijst dat het initiatief aan een duidelijke behoefte beantwoordt. In het kader van haar activiteiten op het gebied van samenwerking, heeft de Vereniging zich op 6 en 7 april naar Parijs begeven om er enerzijds haar ambtgenoten van Cités Unies France te ontmoeten en anderzijds de Noord-Zuid Commissie van de Raad van Gemeenten en Regio's van Europa bij te wonen. De uitwisselingen met Cités Unies France hebben er niet alleen voor gezorgd dat kennis werd opgedaan van de Franse ervaringen aangaande gedecentraliseerde samenwerking maar hebben eveneens mogelijk gemaakt om meer concreet de hoofdlijnen te schetsen van toekomstige partnerships De Vereniging is immers een aantal maanden geleden werkgroepen gestart rond de landen waar het federaal samenwerkingsprogramma zich op concentreert evenals rond bepaalde thema's, zoals de burgerlijke stand en het milieu. Welnu Cités Unies France van haar kant animeert al meer dan 10 jaar bijeenkomsten van dit type: een samenwerking op dit niveau kan iedereen maar ten goede komen. Wat de Noord- Zuid Commissie betreft, deze heeft mogelijk gemaakt ambtgenoten van steden en gemeenten van andere Europese landen te ontmoeten en met hen ervaringen en goede praktijken uit te wisselen betreffende de politiek van gedecentraliseerde samenwerking. Op uitnodiging van de Vereniging van Poolse Steden en van het Comité permanent pour le partenariat euroméditerranéen des pouvoirs locaux et régionaux (Coppem), was uw dienaar op 1 april in Warschau, om er te spreken over de samenwerking tussen de lokale besturen van Centraal- en Oost-Europa met de landen van het Middellandse Zeegebied. Een niet zo'n vanzelfsprekende opdracht voor uw dienaar aangezien hij noch van het Oosten of het Zuiden is en niet

3 DE VERENIGING IN ACTIE meteen een relevante ervaring had over te dragen. Het belang van dit soort samenkomst is echter minder gelegen in de uitvoerige inhoud van de samenwerking zelf dan wel in de vraag betreffende de procedures, die universeel en rijk aan inhoud is. Ten slotte, met het oogmerk de lokale besturen steeds beter te dienen, heeft de Vereniging, last but not least, haar rangen versterkt met de aanwervingen van de heren Philippe Mertens, Robert Petit et Hannes Vervennes. Om de dingen in perspectief te plaatsen, twee van deze aanwervingen hebben ten doel aftredende personen te vervangen. De heer Philippe Mertens vervangt mevrouw Ariane Godeau als opdrachthouder voor duurzame ontwikkeling en in deze functie zal hij de continuïteit en de noodzakelijke evolutie van het Forum behartigen. De heer Robert Petit, economist, vervangt op de studiedienst mevrouw Céline Maertens die een aantal maanden geleden de Vereniging verlaten heeft: zijn eerste taak zal erin bestaan de samenstelling van gegevensbank betreffende de subsidies aan de lokale besturen voort te zetten. Enkel de aanwerving van de heer Hannes Vervennes vormt een netto toevoeging aan het personeelsbestand van de Vereniging. Hij is immers bij de Afdeling OCMW aangeworven als verantwoordelijke van een nieuwe opdracht, die door de Cocom wordt gefinancierd: de ad hoc informatie betreffende de steunmaatregelen en diensten die door de OCMW's worden verleend via een website ter beschikking stellen van de Brusselse OCMW's en hun gebruikers, een taak die toch wel iets doet denken aan de taken van de heer Robert Petit. Marc Thoulen OP DE AGENDA Datum/plaats Wat? Inlichtingen 11/05 LLN - Aula Magna 11/05 Résidence Palace 12/05 Deadline 14/05 15/05 15/05 Deadline 16/05 Maison des Associations, La Louvière 30/05 31/05 Confederatie Bouw van Brussel-Hoofdstad Astrid - User 's day 2006 Les infractions d'environnement : état des lieux en Région de Bruxelles-Capitale et regard sur l'expérience américaine (enkel in het frans) Prix Bruocsella pour l'amélioration de l environnement urbain en région bruxelloise (enkel in het frans) Fondation Prométhéa met de steun van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Dring Dring 2006 Pro Vélo, Gracq en Fietserbond Bezoek te Rijsel "Duurzame ontwikkeling" Thema : "Lokale Agenda 21" workshop van het Forum voor duurzame ontwikkeling Fonds voor Voeding en Welzijn van de Federatie Voedingsindustrie Les amendes administratives communales (seminarie in het frans) Gemeente La Louvière De dag van de buren - Feest in het gebouw vzw Immeuble en fête De rol van de gemeenten bij de bevordering van economie et tewerkstelling Buitegewone algemene vergadering van de VSGB Astrid sa - Regentlaan 54, 1000 Brussel Tel : Fax : usersday@astrid.be Haute école Francisco Ferrer - Renaud Loridan Tel.: Fax: renaud.loridan@brunette.brucity.be Florence Mainguet, Responsable Bruocsella Eendrachtstraat, Brussel Tel : 02/ Fax : 02/ florence.mainguet@promethea.be - Annemie Maes (Fietserbond) Tel : 02/ annemiemaes46@hotmail.com Vereniging van de Stad en de Gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en BIM - Philippe Mertens Duurzame ontwikkeling - 53 Aarlenstraat bus BSL Tel : Fax : philippe.mertens@avcb-vsgb.be Veronique Biunkens - Koning Boudewijnstichting Brederodestraat 21, B-1000 Brussel - Tel : Fax : biunkens.v@kbs-frb.be - Mevr. Di Cristofaro of Mevr. Denays Tel : 064/ of 064/ Fax : 064/ of 064/ ldicristofaro@lalouviere.be - 25 Aurore Côte - 4, Drukpersstraat Brussel Tel : aurore.cote@skynet.be - Vereniging van de Stad en de Gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en BIM - 53 Aarlenstraat bus BSL Tel : Fax : welcome@avcb-vsgb.be 2006/02 3

4 ONDER DE LOEP , INTERNET EN DE WERKPLEK: EEN MOEILIJKE RELATIE? Dit is het eerste artikel in een reeks waarin we onderzoeken wat de mogelijkheden en beperkingen van controle van elektronisch gedrag zijn. In de volgende bijdragen komen de verdere wettelijke bepalingen aan bod, tevens wordt er nagegaan of het mogelijk is om een werknemer op grond van verkregen informatie via controle te ontslaan. De geïnformatiseerde maatschappij maakt dat de werknemer nu een waaier aan surf- en mailmogelijkheden heeft gekregen. Tegelijk laat de techniek de werkgever veel meer toe om ongemerkt te gaan controleren. Langs de ene kant gelden de rechten van de werknemers, maar langs de andere kant heeft de werkgever een legitieme interesse bij een controle. En daarbij denken we niet alleen aan de controle om te zien of de werknemer zich wel naar behoren kwijt van zijn taak, maar veeleer aan het belang van de bescherming van de hele informatica-infrastructuur. Virussen, Trojaanse paarden, wormen, hackers, squatters, kunnen nogal wat nare schade aanrichten. En wat te denken van het beginsel van de continuïteit van de openbare dienst? Wat als de behandelende ambtenaar voor een langere periode afwezig is? Wie mag dan de mails lezen? Mogen ze worden gelezen? Allemaal vragen waarop geen eenduidig antwoord is. In het Parlement beheerste de problematiek al een paar keer de debatten. Zo werden de Minister van Justitie en de Minister van Werkgelegenheid hierover reeds geïnterpelleerd 1. De Commissie voor de Bescherming van Persoonlijke Levenssfeer stelde uit eigen initiatief een advies over het probleem op en de sociale partners hebben afspraken vastgelegd in een Collectieve Arbeidsovereenkomst, CAO Een geïnformatiseerde kantooromgeving Internet en zijn al lang niet meer weg te denken uit onze kantoren. Die nieuwe technologieën openen immers heel wat perspectieven voor informatie-uitwisseling, communicatie en technische mogelijkheden om gegevens te bewaren of te verwerken. Nu houdt niet altijd de opgezochte of uitgewisselde informatie rechtstreeks verband met de taak van de werknemer. De werkgever is in staat dat te controleren, want de werknemer laat een afdruk na, telkens hij zich elektronisch beweegt. In dat verband heeft een auteur het over de elektronische schaduw van de werknemer 2. Een niet zo onproblematische relatie dus, want voor de werkgever is controle leitiem, maar tegelijk is het ook heel terecht dat de werknemer zich mag zorgen maken over een mogelijke aantasting van zijn privé-sfeer. Productiviteit en beveiliging zijn de meest voor de hand liggende redenen voor controle. Veel minder in het oog springend zijn de gevaren waaraan men zich als werknemer en werkgever kan blootstellen als de werknemer bij het surfen of mailen een eventuele illegale handeling stelt. Denken we maar aan het illegale downloaden van muziek. Het hoeft zelfs niet eens te gaan om illegale handelingen. Wat gebeurt er als de werknemer zijn bankverrichtingen via zijn pc op kantoor afwikkelt en het netwerk is niet voldoende beveiligd? Wie zal dan worden aansprakelijk gehouden? De discussie gaat er dan ook al lang niet meer om of de werkgever mag controleren, maar wel hoever hij daarin mag gaan. Is het toegelaten dat hij over de schouder de mails meeleest? Mag hij kijken in de logfiles? In deze reeks van artikelen zoeken we een antwoord op dit soort vragen, die onvermijdelijk een verband houden met de bescherming van de privacy. Daarnaast hebben we ook aandacht voor de relatie tussen de controle en het ontslag. We peilen in hoeverre het surf- of mailgedrag een ontslag uitgaande van de werkgever rechtvaardigt. 2. Privacy Het onderzoek naar de geoorloofdheid van het meekijken of inkijken van de elektronische daden hangt nauw samen met de omschrijving van privacy en de draagwijdte van de bescherming ervan. Wat is privacy en bestaat er een recht op privacy? Geldt dat recht ook op de werkplek? Het recht op privacy is een grondrecht en wordt beschermd door verschillende bepalingen: art. 22 G.W., art. 17 BUPO 3, art. 8 EVRM 4. De drie bepalingen omvatten min 4 1 Wij vonden tot dusver drie vragen: Vr. en Antw., Kamer, , 28 april 2000 (Vr. nr. 93 BOURGEOIS); Vr. en Antw., Senaat, 2001, 23 januari 2001, 1342 (Vr. nr. 957 DESTEXHE); Vr. en Antw., Kamer, , 25 november 2005, (Vr. nr. 849 DESEYN). 2 DE HERT, P., C.A.O. nr. 81 en advies 10/200 over controle van internet en . Sociale actoren herlezen strafwetten en grondrechten, R.W., , Internationaal Verdrag voor Burgerlijke en Politieke Rechten, opgemaakt te New York, 19 december 1966, B.S., 6 juli Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden, ondertekend te Rome, 4 november 1950, B.S., 19 augustus /02

5 ONDER DE LOEP of meer hetzelfde principe, waarbij art. 8 EVRM 5 het meest gedetailleerd is. Op grond van dit artikel werd immers erkend dat privacy ook het recht op communicatie omvat. Traditioneel wordt gesteld dat een inmenging door het openbaar gezag in het privé-leven geoorloofd is binnen de volgende grenzen: - legaliteitsbeginsel: de wet voorziet een inmenging, - finaliteitsbeginsel: de inmenging mag maar om een door in het artikel opgesomde doelstelling te bereiken, - proportionaliteitsbeginsel: de inmenging mag niet verder gaan dan nodig om het doel te bereiken. Niettemin bestaat er geen duidelijke definitie van het begrip. Het vindt zijn oorsprong in het Amerikaanse recht en is tijdsgebonden 6. Zo was het nog niet eens zo lang geleden toegestaan dat de werkgever meeluisterde bij de telefoongesprekken 7, terwijl nu algemeen aanvaard wordt dat een dergelijke zaak uit den boze is 8. In de oorspronkelijke definitie wordt privacy gedefinieerd als "the right to be let alone". Intussen blijkt uit de rechtspraak dat de notie veel meer omvat dan alleen maar het recht om gerust te worden gelaten 9. Thans wordt privacy ingedeeld in informationele, communicatieve, fysische en psychische privacy en zelfbepaling 10. Al deze aspecten genieten een bescherming. 3. Werkplek De vraag is of er op de werkplek een plaats bestaat voor privacy en of de bepalingen over de bescherming van de privacy ook wel gelden tussen particulieren. Uit de bewoordingen van art. 8 EVRM blijkt immers dat het in eerste instantie gaat om verticale werking, de bescherming van de burgers tegenover de overheid. Desondanks geldt de bepaling ook horizontaal, tussen burgers onderling. Nu gelden er voor de arbeidsrelatie toch wel bijzondere regels. In de eerste plaats wordt een arbeidsrelatie gekenmerkt door een gezagsverhouding 11. Dat gezag wordt uitgeoefend door elke werkgever. Het maakt niet uit of hij een openbaar bestuur is en of zijn ondergeschikten er werken met een reglementaire of contractuele rechtsband. De WAO stelt duidelijk dat de werknemer zijn werk zorgvuldig, eerlijk en nauwkeurig moet verrichten op de tijd, plaats en wijze zoals is overeengekomen 12. Hij is verplicht te handelen volgens de bevelen en de instructies die hem door de werkgever worden gegeven met het oog op de uitvoering van de arbeidsovereenkomst 13. Nog volgens de wet zijn werkgever en werknemer jegens elkaar eerbied en achting verschuldigd 14. Gedurende de uitvoering van de arbeidsovereenkomsten moeten de welvoeglijkheid en de goede zeden in acht genomen worden of ze moeten in acht doen genomen worden 15. Soortgelijke bepalingen bestaan voor de ambtenaren, al worden ze misschien op wat meer algemene wijze geformuleerd 16. Op grond van dat gezag kan de werkgever bepalen hoe er gewerkt moet worden. Tevens kan hij toezicht en controle op de werknemers uitoefenen. Die controle en dat toezicht intervenieert in het grondrecht op privacy van de werknemer. Immers, als privacy betekent dat men het recht heeft om gerust te worden gelaten, dan staat de situatie van de werkplek haaks hierop. Het is 5 Art. 8 EVRM: 1. Eenieder heeft recht op eerbiediging van zijn privé-leven, zijn gezinsleden, zijn huis en zijn briefwisseling. 2. Geen inmenging van openbaar gezag is toegestaan met betrekking tot de uitoefening van dit recht dan voor zover bij de wet is voorzien en in een democratische samenleving nodig is in het belang van 's lands veiligheid, de openbare veiligheid, of het economisch welzijn van het land, de bescherming van de openbare orde en het voorkomen van strafbare feiten, de bescherming van de gezondheid of de goede zeden, of voor de bescherming van de rechten en vrijheden van anderen. 6 Eigendomsrecht en het recht om overeenkomsten aan te gaan zijn wel ingeburgerde grondrechten. Privacy als begrip en recht is van veel recentere oorsprong. De eerste keer wordt erover gesproken door Warren en Brandeis, in WARREN AND BRANDEIS, The Right to Privacy, 4 Harvard L. R. 193 (1890). De beroemde zinsnede "the right to be let alone" stamt uit de Supreme Court zaak Wheaton v. Peters, 33 U.S. 591, 634 (1834). Daarna duikt het op in een leerboek [T. M. COOLEY, A Traetise on the Law of Torts,29 (2d ed. 1888)]. Het wordt overgenomen door Warren en Brandeis in hun beroemde artikel. Korte tijd daarna gebruikt Brandeis deze zin als definitie in zijn spraakmakende dissenting opinion in Olmstead v. U.S., 277 U.S. 438, 478 (1928), één van de eerste zaken over telefoontap. 7 Arbh. Luik, 17 mei 1985, J.T.T., 1985, p. 472, Arbh. Brussel, 7 februari 1990, Pas., 1990, III, Zie CULLIFORD, P., Telefoongesprekken vanuit de arbeidsplaats: mag de werkgever meeluisteren?, Or., 2005, E.H.R.M., arrest Niemietz t. Duitsland, 16 december 1992, Serie A., nr. 251 B, E.H.R.M., arrest Halford t. Verenigd Koninkrijk, 25 juni 1997, Rec; 1997 III, 39, E.H.R.M. arrest Burghartz t. Zwitserland, 22 februari 1994, Serie A. Vol 280 B. 10 HENDRICKX, F. Privacy en arbeidsrecht, Die Keure, Brugge, 1999, 5 14 en De informationele privacy sluit het meest aan bij de oorspronkelijke notie, datgene dat behoort tot de privé-sfeer; het leven afgeschermd van de buitenwereld. Communicatieve privacy slaat op het recht om communicatie met andere mensen aan te gaan. Het fysische en psychische aspect omvat alles wat slaat op de integriteit van de mens, zowel fysisch als psychisch. Het omvat ook het medische leven van iemand. De zelfbepaling slaat op de ruimte die elk individu toegemeten krijgt om zichzelf te ontwikkelen. 11 Art. 2 en 3 Wet 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten (hierna WOA). 12 Art. 17 WAO: "De werknemer is verplicht: 1. Zijn werk zorgvuldig, eerlijk en nauwkeurig te verrichten, op tijd, plaats en wijze zoals is overeengekomen; 2. te handelen volgens de bevelen en de instructies die hem worden gegeven door de werkgever, [ ]; [ ]". 13 Art. 17 WAO 14 Art. 16 WAO: "Werkgever en werknemer zijn elkander eerbied en achting verschuldigd. Gedurende de uitvoering van de overeenkomst moeten zij de welvoeglijkheid en de goede zeden in acht nemen en doen in acht nemen." 15 Art. 16 WAO. 16 Titel XIV "De tuchtregeling" Nieuwe Gemeentewet (hierna N. Gem. W.), artikel 282: "De tuchtstraffen vermeld in artikel 283 kunnen opgelegd worden wegens: 1. tekortkomingen aan de beroepsplichten; 2. handelingen die de waardigheid van het ambt in het gedrang brengen; [ ]." 2006/02 5

6 ONDER DE LOEP inherent aan de arbeid in ondergeschikt verband dat men niet gerust gelaten wordt 17. Een en ander betekent niet dat men geen privacy meer heeft op het werk, maar wel dat ze wordt begrensd. In dat verband kan er worden verwezen naar de zaken Niemietz en Halford, waar de rechters van het Europese Hof voor de rechten van de mens van oordeel waren dat er op grond van art. 8 EVRM geen onderscheid mag worden gemaakt tussen (telefoon)gesprekken met een privé- of zakelijk karakter. In Niemietz stelde het EHRM dat werknemers een gerechtvaardigd belang hebben om ook gedurende het uitvoeren van bedrijfsmatige activiteiten relaties met andere mensen aan te kunnen gaan 18. Hiervoor is een zekere mate van vrijheid noodzakelijk. De werkgever moet zich om die reden onthouden van inmenging. In Halford ging het er om dat telefoongesprekken, los van het feit dat ze met een zakelijk toestel worden gevoerd, onder de bescherming van art. 8 EVRM vallen 19. Ook de Belgische rechtspraak volgt deze redenering. In een onuitgegeven arrest van het Arbeidshof te Brussel stelt het Hof dat er inderdaad een recht op privacy bestaat, ook voor werknemers bij het uitoefenen van hun taak, maar dat het recht op privacy niet absoluut geldt, precies omwille van dat controlerecht van de werkgever 20. De privacy op kantoor is relatief en precies de draagwijdte van die relativiteit zorgt voor problemen. De gezagsnotie van de werkgever en de verplichtingen die werknemer en werkgever tegenover elkaar hebben, zowel op grond van het arbeidsrecht als het statuut, zijn onvoldoende om een verregaande controle te rechtvaardigen. Kan de werkgever zich dan beroepen op zijn eigendomsrecht om de grondrechten te beperken? Volgens sommige auteurs is het wel geoorloofd om principieel te verbieden dat er tijdens de arbeidsuren privé-gesprekken worden gevoerd, privé-mails verstuurd of gesurft wordt voor eigen plezier 21. Het lijkt ons zeer moeilijk om een absoluut verbod te handhaven, zeker wanneer het materiaal ter beschikking werd gesteld van de werknemer. Om te beginnen, is de grens tussen het strikt zakelijke en het persoonlijke moeilijk te trekken. Moeten collega's zich tot het zakelijke beperken of mogen ze in hetzelfde gesprek of mail informeren naar het welzijn van de andere? Is het wenselijk dat dergelijke "small talk" wordt uitgewist? Verder lijkt ons de draagwijdte van het eigendomsrecht niet van dien aard dat het de bescherming van het grondrecht op privacy opheft. De Hert haalt terecht als voorbeeld de bedrijfstoiletten aan: zeer zeker behoren ze tot de eigendom van de werkgever, maar toch mag de werknemer daar terecht enige privacy verwachten 22. Ook de Brusselse arbeidsrechtbank oordeelde in die zin en stelde dat op de werkplek twee grondrechten met elkaar moeten worden verzoend 23. Het is daarentegen wel legitiem dat de werkgever beslist aan wie hij welk materiaal ter beschikking stelt. Sommigen auteurs zijn ook van mening dat ze tevens mogen bepalen dat en internet voor eigen gebruik maar mag tijdens de pauze 24. Een dergelijke regeling lost niet alle problemen op. Zo stelt zich de vraag hoe er moet worden omgegaan met de ontvangen mails of gesprekken, want die kunnen evengoed ongevraagd worden verzonden naar de werknemer. Hoe zit het met het recht op vrije meningsuiting, vrijheid van vereniging of recht op bescherming van het gezinsleven en het recht op billijke arbeidsomstandigheden, dat het recht op informatie, overleg en collectief onderhandelen bevat? 25. Ook die rechten veronderstellen dat de werknemer zich een bepaalde mate van communicatie mag veroorloven. Natuurlijk, niets belet de werkgever om zich fysiek in het bureau van de werknemer te zetten en te kijken wat er op diens scherm verschijnt. Over de relevantie en de praktische toepasbaarheid wensen wij ons niet uit te spreken. Het is 6 17 Zie ook HENDRICKX, F., o.c., nr. 65, p en de aldaar geciteerde verwijzingen. 18 E.H.R.M., arrest Niemietz t. Duitsland, 16 december 1992, Serie A., nr. 251 B, 30: "Le respect de la vie privée doit aussi englober, dans une certaine mesure, le droit pour l'individu de nouer et développer des relations avec ses semblables. Il paraît, en outre, n'y avoir aucune raison de principe de considérer cette manière de comprendre la notion de 'vie privée' comme excluant les activités professionnelles ou commerciales: après tout, c'est dans leur travail que la majorité des gens ont beaucoup, voire le maximum d'occasions de resserrer leurs liens avec le monde extérieur. Un fait, souligné par la Commission, le confirme: dans les occupations de quelqu'un, on ne peut pas toujours démêler ce qui relève du domaine professionnel de ce qui en sort." 19 E.H.R.M., arrest Halford t. Verenigd Koninkrijk, 25 juni 1997, Rec; 1997 III, 39, 44: "Pour la Cour, il ressort clairement de sa jurisprudence que les appels téléphoniques émanant de locaux professionnels, tout comme ceux provenant du domicile, peuvent se trouver compris dans les notions de 'vie privé' et de 'correspondance' visées à l'article 8 par. 1." 20 Arbh. Brussel, 22 juni 2000, A.R. nr , aangehaald door CLAEYS, TH., DEJONGHE, D., Gebruik van en internet op de werkplaats en controle door de werkgever, J.T.T., 2001, Hendrickx, F., o.c., p ; CLAEYS, TH.; DEJONGHE, D., o.c., DE HERT, P., o.c., 1282: "Het argument dat daarvoor geen ruimte is omdat alles in het bedrijf het eigendom van de werkgever vormt, snijdt geen hout en wordt ook niet aanvaard door het Europese Hof voor de Rechten van de Mens. Het eigendomsrecht maakt de grondrechtendiscussie bijgevolg niet overbodig." DURMORTIER, J., Internet op het werk: controlerechten van de werkgever, Or., 2000, Arbrb. Brussel, 2 mei 2000, A.R /99, onuitg., : "La circonstance que les échanges privés se sont produits sur le lieu et pendant les heures de travail n'affecte donc pas leur protection. La circonstance qu'ils ont eu lieu à l'aide du matériel de l'employeur n'exclut pas la protection. Des actes de la vie privée sur le lieu et pendant les heures de travail, se font presque toujours de cette manière, et ils sont pourtant protégés selon la Cour. Il pourrait être soutenu que l'employé a utilisé le matériel dans un but qui n'était pas celui pour lequel il lui a été confié, ce qui pourrait constituer une atteinte au droit de l'employeur. Cette atteinte n'a pas pour effet de supprimer la protection de la vie privée, il s'agit de concilier deux droits contradictoires, ce qui se fait de la manière indiquée ci-dessous". 24 HENDRIXKC, F., o.c., p. 208, CLAEYS, TH.; DEJONGHE, D., o.c., p. 122; DE CORTE, R., Surfen op het werk: een kwestie van niet-uitglijden, De Juristenkrant, 2000, p Art. 23 G.W. 2006/02

7 ONDER DE LOEP uiteraard veeleer het elektronische, ongemerkte opvolgen dat de gemoederen verhit, zoals ook blijkt uit een advies van de bescherming van de private levenssfeer 26 en uit de CAO Concreet: hoe kan de werkgever dan elektronisch controleren? Technisch kunnen de logfiles van elke computer worden geregistreerd en opgeslagen. Het is dan een kleintje om na te gaan wie op welke computer in welk programma bezig was, maar noch de WAO, noch het eigendomsrecht rechtvaardigen die toegang. Art 8 EVRM echter biedt naast een bescherming ook de mogelijkheid voor inmenging. Ze is niet uitgesloten, maar wel gebonden aan strikte voorwaarden. Eerste voorwaarde: de inmenging moet voorzien zijn bij de wet. Om hieraan te voldoen, wordt het begrip "wet" in ruime zin gedefinieerd. Een reglementaire tekst volstaat, op voorwaarde dat die bekend werd gemaakt aan de betrokkene 27. Dat kan onder de vorm van een statuut, een arbeidsreglement, een deel van de arbeidsovereenkomst. ens wordt als tweede voorwaarde een noodzakelijkheidsvereiste voorop gesteld. De inmenging moet nodig zijn. Geval per geval moet er worden nagegaan of elke maatregel van inmenging nodig is, dan wel of minder ingrijpende maatregelen eerst kunnen. De Commissie heeft het in zijn advies niet zozeer over de legaliteit dan wel over de transparantie. Die wordt volgens haar vooral verwezenlijkt door de dialoog tussen werkgever en werknemer. Op die manier wordt het mogelijk om op voldoende gedetailleerde wijze de verschillende bijzonderheden van het controlebeleid van de werkgever vast te leggen. In detail moet het volgende worden uitgewerkt in een reglement: - het gebruik van de elektronische post en het internet dat wordt toegestaan, getolereerd of verboden; - de doeleinden van de controle en de wijze waarop dit gebruik wordt gecontroleerd; - het feit of de telecommunicatiegegevens worden opgeslagen en de duur van opslag, bijvoorbeeld op een centrale server, in het kader van het technisch beheer van het netwerk, en de eventuele bestaande encrypteringssystemen; - de beslissingen die de werkgever kan nemen ten aanzien van de werknemer op grond van de verwerking van de gegevens die worden verzameld naar aanleiding van een controle; - het recht van toegang van de werknemer tot de hem betreffende persoonsgegevens 28. De Commissie hecht er bovendien zeer veel belang aan dat op voorhand de beoogde informatie wordt meegedeeld aan de werknemers. Ook kan de werkgever niet eenzijdig een systeem van controle uitwerken, maar zal dat moeten worden onderhandeld 29. Een verdere voorwaarde voor geoorloofde controle betreft het finaliteits- en het proportionaliteitsbeginsel. De inmenging in de privacy mag maar voor zover die past binnen een geoorloofde doelstelling. De Commissie stelt dat een controle weliswaar is toegestaan, maar binnen een zeer beperkt kader. Zij stelt in dat verband: "[i]edere controle zou gericht moeten zijn en gerechtvaardigd door aanwijzingen die doen vermoeden dat er misbruik wordt gemaakt van de werkinstrumenten. Een algemene controle a priori op alle telecommunicatiegegevens, evenals de systematische registratie van al deze gegevens, lijkt disproportioneel ten opzichte van het nagestreefde doel". De Commissie is eveneens gekant tegen een permanente controle, stellende dat dit afbreuk doet aan de menselijke waardigheid en het niet noodzakelijkerwijze productief is om werknemers te laten werken onder voortdurend toezicht 30. Als er dan al gegevens worden verzameld, dan mogen alleen die verzameld worden die noodzakelijk zijn. Volgens de Commissie is het disproportioneel om ook nog kennis te nemen van de inhoud van de informatie 31. Niet iedereen is het eens met deze zienswijze. De auteurs Claeys en Dejonghe wijzen een permanent controle niet van de hand 32. Zij menen dat een permanente en systematische controle niet altijd per se buiten proportie is met het nagestreefde doel. Een rechtvaardiging hiervoor is de beveiliging van het netwerk, waardoor het ipso facto toch komt tot een permanente controle. Bovendien verwijzen zij naar de aansprakelijkheid van de werkgever. Hij zal immers gehouden zijn ten overstaan van derden voor schadevergoeding, tenzij de werknemer een zware fout kan worden aangewreven. Niettemin lijkt het ons niet mogelijk dat de werkgever ook verlangt de inhoud van de mails te kunnen lezen. Hildegard Schmidt 26 Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, Advies nr; 10/2000 van 3 april Dit advies is weliswaar juridisch technisch niet bindend, maar algemeen gaat er een groot gezag uit van hetgeen de Commissie hierin stelt. 27 HENDRICKX, F., Privacy en arbeidsverhoudingen in lokale besturen, T.V.G., 8; DUMORTIER, J., o.c., 36; CLAEYS, TH., DEJONGHE, D., o.c., Anders: OVERSTEYNS, B., Het recht op eerbiediging van het privé-leven, R.W., , Advies nr. 10/2000, Id Id Id CLAEYS, TH.; DEJONGHE, D., o.c., /02 7

8 NIEUWS VAN HET GEWEST OPENBARE WERKEN: " MULTIPLANNING " De Brusselse regering heeft het Meerjarenplan openbare werken, een initiatief van Minister Pascal Smet, aangenomen. Dit document plant alle grote werken die in de periode (dus na de huidige legislatuur) uitgevoerd zullen worden. In dit artikel stellen we de verschillende instrumenten voor die het Plan aankondigt en bevat. In dit artikel schenken we kort even aandacht aan het onderdeel software, waarin de verschillende uit te werken instrumenten in netwerken worden geplaatst. In tegenstelling tot het Fietsplan is het Meerjarenplan openbare werken een metaplan: een Plan dat wordt gecombineerd met andere plannen of dat deze overkoepelt. Het onderdeel software behandelt de interactie tussen de diverse planningsinstrumenten. Zes van deze andere instrumenten worden hier behandeld en moeten nog grotendeels gerealiseerd worden. Hun afstemming is dus uitermate belangrijk. - het Plan Openbare ruimte De kwaliteit van de openbare ruimte gaat verder dan de nuttige inrichting van de ruimte zelf. Deze vereist een evenwicht tussen sociale, stedenbouwkundige, technische en economische belangen. Een ruimte biedt slechts veiligheid, aantrekkingskracht en economisch belang indien er nagedacht is over de diverse functies van de openbare ruimte zelf en de aantrekkelijke gebouwen die er omheen liggen. Het doel van het plan Openbare ruimte is de nadruk te leggen op de uitwisseling tussen gebruikers en bewoners en op de openbare ruimte als element van cohesie in de stad. Het gaat in de eerste plaats om een mobilisatieconcept om de aandacht te vestigen op het belang van een kwalitatieve openbare ruimte, om het levenskader van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest te verbeteren en om sensibiliseringsacties inzake te promoten. - het Globale lichtplan Tot op heden hebben we openbare verlichting vooral gekozen en geplaatst in functie van kwantitatieve eisen, namelijk de minimale lichtintensiteit op de openbare weg. Verlichting is echter veel meer en vormt een element dat s nachts een identiteit geeft aan de stad, een bepaalde sfeer creëert en de veiligheid verhoogt. Een verlichting van betere kwaliteit draagt ook bij tot een verbeterd imago van Brussel, zowel op het vlak van toerisme, handel als economie. De laatste jaren hebben verschillende experts zich gespecialiseerd in verlichtingsinstallaties. Om deze reden zal er een globaal lichtplan voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest worden uitgewerkt. Dit is enkel mogelijk dankzij een nauwe samenwerking tussen de verschillende federale, gewestelijke en gemeentelijke instellingen. Het plan zal zich onder meer baseren op de principes van prioritaire structurerende ruimten zoals gedefinieerd in het GewOP. - kunst in de openbare ruimte De nieuwe stadsconjunctuur en het belang van de gewestelijke openbare ruimte benadrukken het belang van een grondige analyse. Naar aanleiding van dit meerjarenplan moet bepaald worden waar de nadruk moet liggen van het kunstbeleid in de openbare ruimte. Een algemene beleidsnota over kunst in de openbare ruimte zal worden opgesteld. Deze zal een geweststrategie bevatten die met de bevoegdheden van parken, de inrichting van het grondgebied en stedenbouw zal worden gecoördineerd. Een lijst van projecten en thema s wordt opgesteld. - coördinatie-instrumenten van projecten in de openbare ruimte De realisatie van concrete projecten van openbare werken op gewestwegen zal steeds voorafgegaan worden door gedetailleerde studies. Omdat er steeds meer partners (gemeenten, studiebureaus en gebruikers) zijn die deelnemen aan de vormgeving van de gewestwegen in een stedelijke omgeving, wijst het plan op het risico van wildgroei 1. Studies dringen zich dus op en zullen meestal worden uitgewerkt op basis van bestaande planninginstrumenten of als aanvulling hierop, zoals richtschema s voor hefboomzones en bijzondere bestemmingsplannen. De studies kunnen in twee groepen worden opgesplitst: - een as visie streeft naar coherentie van de ruimte en het verkeer langs een specifiek traject. Het Meerjarenplan openbare werken wil de as van de Grote Ring uitvoeren, in samenwerking met gemeenten Schaarbeek, Sint- Lambrechts-Woluwe en Elsene en ook de Westring. - het kwaliteitscharter is een instrument dat kwalitatieve richtlijnen bepaalt voor een coherente stedelijke ruimte. Het Meerjarenplan openbare werken wil een kwaliteitscharter invoeren van de omgeving van het Jubelpark, in samenwerking met de stad Brussel en de gemeente Etterbeek. De zone van de wijk Noord zou eveneens voordelen moeten halen uit het charter, met de samenwerking van de stad Brussel en de gemeente Sint-Jans-Molenbeek. 8 1 We zouden hierop kunnen antwoorden dat doordat men aandacht schenkt aan verschillende actoren, iedereen de gelegenheid krijgt om aan het project zijn expertise en aandachtspunten te geven. 2006/02

9 NIEUWS VAN HET GEWEST - de coördinatie van de bouwplaatsen IrisCoM. De coördinatie van de bouwplaatsen op de weg met het Plan openbare werken is een evidente zaak. Om de planning van de vele bouwplaatsen op de weg te verbeteren heeft het BUV, in samenwerking met het CIBG, het systeem IrisCoM uitgewerkt. Het doel is een gemeenschappelijk beheer van een coördinatiedossier van werken en bouwplaatsen voor alle openbare overheden, inclusief de gemeenten. Het Gewest wil de coördinatie en de informatie-uitwisseling in het kader van openbare werken en de plaatsing van nutsleidingen optimaliseren. De ordonnantie van 05/03/1998 betreffende de coördinatie en de organisatie van de werken op de openbare weg in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest stelt dat geen enkele concessiehouder het recht heeft om werken uit te voeren op de openbare weg zonder een voorafgaande coördinatie in de tijd en ruimte door de openbare wegbeheerders en zonder de voorafgaande toelating van deze laatste. Iedere aanvraag voor werken op de openbare weg houdt veel administratief werk in. Momenteel is het moeilijk om een duidelijk beeld te krijgen van alle werken, evenementen of manifestaties die plaatsvinden en in welke zones er (verkeers)hinder zal zijn. - en het verkeerscontrolecentrum MOBIRIS. Dit centrum is momenteel belast met het opvolgen van de verkeerstoestand op gewestwegen en zou op termijn moeten uitgroeien tot multimodaal controlecentrum voor mobiliteit, belast met de evaluatie van de modale overdracht en het nastreven van de doelstellingen van het GewOP en het Iris plan. VOOR U GELEZEN La commune - La gestion du patrimoine immobilier Dit naslagwerkje behandelt een reeks vragen die het lokaal bestuur gemeente, OCMW, politiezone, enz. zich mogelijk stelt bij het beheer van zijn vastgoedpatrimonium: wie is wettelijk bevoegd om zijn patrimonium te beheren? Welke beheersdaden kan men stellen? Moet men een standaardprocedure volgen? Welke zijn de wettelijke voorschriften die men dient te respecteren? Welke controle wordt er verricht op de beheersdaden? Enz. Het werk behandelt het beheer van het vastgoedpatrimonium van de lokale besturen onder een dubbele invalshoek: 1. materiële invalshoek (patrimonium, domein, reële en persoonlijke rechten); 2. institutionele invalshoek (bevoegde overheden, dwingende formaliteiten). Na te hebben uitgewijd over het begrip patrimonium en domein, onderzoekt de auteur een reeks vragen die eigen zijn aan de beheersdaden van het lokaal patrimonium: fiscaal regime van het domein, subsidies, toezicht. De tweede vraag die behandeld wordt, is die van de lokale en supralokale actoren die tussenkomen in de beheersdaden van het lokaal patrimonium. Ten slotte worden de verschillende beheersdaden van het patrimonium van de lokale besturen onderzocht, zowel op juridisch als procedureel vlak: - daden die een overdracht van onroerend goed met zich meebrengen (koop-verkoop, ruil, schenking onder de levenden en legaten); - daden die reële rechten vestigen (erfpacht, opstal, vruchtgebruik, gebruik, bewoning en erfdienstbaarheden); - daden die persoonlijke rechten vestigen (huur en valorisatiewijzen van het openbaar domein: concessie, domeinvergunningen, oprichting van een vzw voor het beheer van collectieve uitrustingen en PPS) ; - onteigening. Een gelijkaardig werk van dezelfde auteur, maar specifiek gericht op het vastgoedbeheer van het OCMW, zou in de loop van 2006 moeten verschijnen. RAMELOT, Vincent, " La commune - La gestion du patrimoine immobilier ", Brugge, Vanden Broele, 2005, losbladig, 153 p., ISBN N.B. Het werk bestaat alleen in het Frans. 2006/02 9

10 ACTUALITEIT Derde Federaal Rapport inzake Duurzame Ontwikkeling ONTWIKKELING BEGRIJPEN EN STUREN Het Federale Planbureau heeft verleden maand december het derde rapport gepubliceerd inzake duurzame ontwikkeling. 10 Welke acties onderneemt de federale overheid om de levensomstandigheden voor iedereen te verbeteren? Met andere woorden: hoe werkt ze in op de druk om die in positieve zin te wijzigen? Welke obstakels moet ze daarbij overwinnen? Staat ons land stil of maakt het vorderingen? En hoe goed sluiten onze initiatieven aan bij de engagementen van de internationale gemeenschap? Elk federaal Rapport vormt een etappe in het collectieve leerproces voor beslissingen inzake duurzame ontwikkeling. Die Rapporten beschrijven en voeden die leercyclus. De rol van de federale Rapporten is immers te informeren en zo een betere coördinatie van de beleidsmaatregelen over de sociale, ecologische en economische oriëntaties van ontwikkeling mogelijk te maken. Die beslissingen kunnen immers tegengestelde gevolgen hebben en elkaar aldus hinderen. Maar zij kunnen ook in synergie staan en elkaar wederzijds versterken. Het Rapport onderzoekt in welke mate het eerste Plan inzake duurzame ontwikkeling ( ) toegepast werd. Daaruit blijkt dat voor minstens 71% van de maatregelen uit het eerste Plan de implementatie werd aangevat. Een aantal maatregelen was niet meer van toepassing voor de federale overheid en over 15% van de maatregelen ontbreekt alle informatie. Toch werd vooruitgang geboekt dankzij het ontwikkelen van een methode om de uitvoering van het Plan meer systematisch te volgen. Een Supplement met indicatoren van duurzame ontwikkeling om de situatie in België te volgen, vergezelt het Rapport. Het Rapport beschrijft ook de inhoud van het tweede Plan ( ) en de oorsprong van zijn maatregelen. Een aantal daarvan bouwt verder op de maatregelen uit het eerste Plan. Bijna de helft van de maatregelen zijn nieuw in een context van duurzame ontwikkeling en werden grotendeels geïnspireerd door de wereldtop over duurzame ontwikkeling in Johannesburg in Bovendien neemt het tweede Plan de zes thema s van de strategie voor duurzame ontwikkeling van de Europese Unie over: armoede, veroudering, klimaatverandering, vervoer, 2006/02 volksgezondheid en natuurlijke hulpbronnen. De beleidsmaatregelen die de overheid momenteel neemt, hangen nog onvoldoende samen, maar verminderen sommige soorten druk op de drie kapitalen. De overheid moet erover waken dat haar acties op een meer geïntegreerde manier worden uitgewerkt. Een voorbeeld maakt het duidelijk. De wens van de mens om zijn levensverwachting te verlengen en de stappen die het volksgezondheidsbeleid daartoe onderneemt, hebben een direct effect op de toestand inzake volksgezondheid. Maar ook acties op andere vlakken zijn nodig om de volksgezondheid te verbeteren. Armoedebestrijding en het verhogen van het onderwijsniveau bijvoorbeeld, hebben als gevolg dat de bevolking meer middelen, inzicht en praktische kennis zal hebben over gezondheidszorg, ziekten en hygiëne. Het verbeteren van de volksgezondsheid hangt dus af van meer beleidsdomeinen dan alleen het volksgezondheidsbeleid. Het Rapport heeft vele kenmerken van het beleid geëvalueerd, waaronder de onderlinge afhankelijkheid van verschillende domeinen. In verschillende daarvan gaat het federale beleid in de goede richting, maar de zeer lange termijn moet in overweging worden genomen, onder meer opbudgettair vlak. Daarom stelt het Rapport de backcasting-methode voor. Die methode laat toe om doelstellingen vast te leggen voor de toestand van de kapitalen in de toekomst, bijvoorbeeld in 2050, en om scenario s te omschrijven met concrete acties om dat wereldbeeld te realiseren. Het Rapport verzamelt de eerste bouwstenen om zulke scenario s te ontwikkelen. Het derde Rapport heeft het TransGovern-model geïntroduceerd, dat toelaat om de beschikbare informatie te ordenen over de vormen van druk die een duurzame ontwikkeling verhinderen. Door te helpen om het verleden en de huidige tendensen beter te begrijpen, helpt dit model ook om zich te oriënteren op de toekomst van een duurzame ontwikkeling. Het derde Federaal Rapport heeft op een heel gedetailleerde wijze drie vaststellingen gedaan. België moet ten eerste zijn acties beter integreren, vervolgens zich beschermen tegen belangrijke risico s en zijn capaciteit inzake preventie intensifiëren.ons land moet ten

11 ACTUALITEIT slotte de burger aanmoedigen om deel te nemen aan de beweging voor een duurzame ontwikkeling. Het vierde Federaal Rapport, dat in 2007 zal verschijnen, zal die toekomstvisies uitdiepen en scenario s opstellen die laten zien hoe het mogelijk is om beter op die drie uitdagingen te reageren. Meer informatie - Ontwikkeling begrijpen en sturen - Federaal Rapport inzake Duurzame Ontwikkeling , Federaal Planbureau Task force duurzame ontwikkeling, december 2005, 280 pagina's - Tabel met indicatoren van duurzame ontwikkeling - Supplement bij het derde Federaal Rapport inzake duurzame ontwikkeling - Task force duurzame ontwikkeling, december 2005, 132 pagina's Deze twee documenten kunnen worden gedownload op ACTUALITEIT ARBEIDSONGEVALLEN IN OPENBARE SECTOR In 2004 telde men ongeveer arbeidsongevallen in de overheidssector. De ministerraad keurde een voorontwerp van wet en drie ontwerpen van koninklijke besluiten goed met betrekking tot de actualisering van de wetgeving en de reglementering van de arbeidsongevallen, de ongevallen op de weg naar en van het werk en de beroepsziekten in de overheidssector. De heer Christian Dupont, Minister van Ambtenarenzaken, stelde ze aan de ministerraad voor. Het voorontwerp van wet is er meer bepaald op gericht een einde te stellen aan door het Arbitragehof aan de kaak gestelde discriminaties tussen de regeling van de overheidssector en die van de privé-sector. Zo worden de rechten van de slachtoffers op verschillende niveaus versterkt in geval van een arbeidsongeval, een ongeval op de weg naar en van het werk of in geval van beroepsziekte: - het slachtoffer zal voortaan een extra toelage kunnen ontvangen in geval van verergering van de letsels veroorzaakt door het arbeidsongeval; - het slachtoffer zal voortaan de mogelijkheid hebben een vordering in te stellen tegen de werkgever indien blijkt dat deze zijn wettelijke verplichtingen inzake welzijn op het werk zwaar heeft miskend (bijvoorbeeld: onvoldoende veiligheidsvoorwaarden op de werkplek, enz.); - het slachtoffer zal ook de mogelijkheid hebben een rechtsvordering in te stellen tegen de werkgever of een lid van het overheidspersoneel voor een verkeersongeval; - in geval van hospitalisatie zullen de overnachtingskosten van het slachtoffer en van zijn rechthebbenden integraal worden vergoed; - in geval van overlijden zal een tussenkomst bij overlijden worden toegekend aan de rechthebbenden (waarvan het bedrag varieert tussen 875 euro en euro in functie van het statuut van de rechthebbenden), bovenop de rente en de vergoeding van de begrafeniskosten die tot nu toe reeds werden toegekend; - in geval van overlijden zal een tijdelijke rente worden toegekend aan de kinderen die nog niet waren erkend op het moment van het overlijden van het slachtoffer. Deze maatregelen betekenen een grote vooruitgang voor de slachtoffers van arbeidsongevallen in de overheidssector. Ze zullen worden toegepast op de hele overheidssector (federaal, communautair, regionaal, provinciaal, lokaal, enz.). De wettelijke bepalingen - voorontwerp van wet tot wijziging van de wet van 3 juli 1967 betreffende de preventie van of de schadevergoeding voor arbeidsongevallen, voor ongevallen op de weg naar en van het werk en voor beroepsziekten in de overheidssector, - ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 24 januari 1969 betreffende de schadevergoeding ten gunste van de personeelsleden van de overheidssector, voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk, - ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 juni 1970 betreffende de schadevergoeding, ten gunste van de personeelsleden der instellingen van openbaar nut en de autonome overheidsbedrijven, voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk, - ontwerp van koninklijk besluit tot uitvoering, wat de arbeidsongevallen en de beroepsziekten in de overheidssector betreft, van sommige bepalingen van de wet van 11 april 1995 tot invoering van het handvest van de sociale verzekerde. 2006/02 11

12 IN ONZE GEMEENTEN MOBILITEIT GEEFT ZICH WAT MEER ADEMRUIMTE Luchtvervuiling maakt zich meester van het politieke debat. Om het fenomeen te bestrijden passen gemeenten hun mobiliteitsbeleid aan, conform de voorschriften van de luchtordonnantie. Deze legt immers een bepaalde verhouding van schone voertuigen op. We geven een bondig en niet exhaustief overzicht van de verschillende gemeentelijke initiatieven en wat meer uitleg over een recent project: de vernieuwing van een deel van het wagenpark van Anderlecht, waar met de hulp van het gewest wordt gekozen voor minder vervuilende technieken. De problematiek van luchtvervuiling dringt regelmatig door tot de politieke actualiteit. Dit blijkt uit recente politieke verklaringen 1 of de gezamenlijke oproep van Inter- Environnement en Bral 2. De gemeenten en het gewest willen deze uitdaging aangaan. De problematiek is complex en een oplossing is enkel mogelijk door een combinatie van maatregelen (inzake mobiliteit, verwarming,...) en strategieën (gaande van sensibilisering, aanmoediging, uitwerking van instrumenten en studies tot dwang). In het kader van mobiliteit wil het gewest bijvoorbeeld een minimale verhouding van schone voertuigen opleggen voor het eigen wagenpark. De luchtordonnantie breidt deze verplichting uit naar de gemeenten. De gemeenten passen zich reeds enige tijd aan, maar goede wil volstaat vaak niet ten overstaan van de financiële moeilijkheden die de uitdaging van schone mobiliteit inhoudt. Het gewest ondersteunt de gemeenten dan ook. Eén van de maatregelen is de toekenning van steun via het BIM in het kader van de lokale agenda s 21. Eind 2005 kregen een tiental Brusselse gemeenten een gewestelijk duwtje in de rug voor specifieke projecten. Daaronder vinden we de gemeente Anderlecht terug, die gewerkt heeft rond schone voertuigen en die 17 voertuigen wil aankopen om de milieuprestaties van het wagenpark te verbeteren. We komen hier later op terug. Minder vervuilende technieken dringen door tot gemeenten Brusselse gemeenten gebruiken steeds minder vervuilende technieken bij de vernieuwing van het wagenpark. Enkele voorbeelden: - In 2005 besloot de Stad Brussel het benzinestation te vernieuwen dat brandstof levert voor het wagenpark. Brussel had nood aan een gebouw dat meer aandacht schenkt aan De hybride voertuigen milieu en waar biodiesel getankt kan worden voor vrachtwagens... vanaf het ogenblik dat deze beschikbaar is. De opening vond plaats op 19 april. Het nieuwe benzinestation levert brandstof aan bijna 800 voertuigen (voor de stad, de politiezone, maar ook, in onderaanneming, voor andere verenigingen). Een bestuur met de omvang van Brussel heeft een aanzienlijk wagenpark nodig. De toegezegde inspanning voor schone voertuigen staat dus in verhouding tot dit park. De Stad beschikt over 65 fietsen (waarvan er 20 vorig jaar zijn aangekocht). Een jaar geleden werden 5 hybride voertuigen aangekocht. In oktober werd het park uitgebreid met 5 vrachtwagens en een lijkwagen (gebruikt voor het transport van doodkisten op de begraafplaatsen van de Stad) op elektriciteit. Verder werd er ook geïnvesteerd in 15 elektrische scooters (5 aangekocht in 2005, 10 in 2006) en zeer recent 10 elektrische fietsen en een bestelwagen op aardgas. Zoals we kunnen vaststellen, een wagenpark met veel variatie in de gebruikte technologieën. We moeten tot slot opmerken dat het nieuwe benzinestation is uitgerust met een carwash die werkt op regenwater en die 12 1 De regering werd hierover onlangs geïnterpelleerd, in reactie op het verschijnen van de eurobarometer. 2 Volgens Europese bronnen overgenomen door Inter-Environnement en Bral zou de luchtkwaliteit in Brussel één van de slechtste zijn van Europa. De twee verenigingen stellen dus een alternatief plan voor luchtkwaliteit voor, dat een oplossing wil bieden voor de vervuiling veroorzaakt door het wegverkeer. Dit Plan bevat een oproep in tien punten en is gericht aan openbare besturen, waaronder gemeenten en beheerders van gemeentewegen. De eisen zijn de volgende: een betere verdeling van de openbare ruimte ten voordele van voetgangers en fietsers, een betere samenwerking tussen gemeenten en de MIVB om het openbaar vervoer efficiënter te maken, een restrictief en globaal parkeerbeleid in de 19 gemeenten, enz. De tekst van de oproep bevindt zich op en /02

13 IN ONZE GEMEENTEN het water recycleert. Grote opslagreservoirs voor regenwater zijn voorzien en het gebouw is onder meer uitgerust met een zuiveringsstation dat water oppompt op 7 meter diepte en behandelt alvorens het (gezuiverd) af te voeren via de riolering. - In het kader van de subsidie toegekend voor de lokale Agenda 21 zal de gemeente Schaarbeek het voertuig van het College vervangen door een hybride voertuig. De aankoop is gepland voor de maand juni Verder, nog steeds vanuit het standpunt van een rationalisering van de verplaatsingen van het gemeentepersoneel en vooral van het wagenpark, zal de gemeente nog eens een tiental fietsen aankopen (er zijn reeds 40 fietsen beschikbaar). Deze aankoop gaat gepaard met fietstrainingen voor de gemeenteambtenaren die dit wensen (in 2006 worden een tiental opleidingen georganiseerd voor ongeveer 80 ambtenaren). Tot slot volgt de gemeentelijke garage op de voet alle informatie inzake biobrandstoffen, aangezien een groot deel van de vloot van Schaarbeek bestaat uit dieselvoertuigen, die a-priori geschikt zijn voor dit type brandstof. - In Evere bevat het wagenpark reeds 12 gebruiksklare fietsen, een elektrische fiets, een elektrische scooter, een bestel- en vrachtwagen op aardgas en twee bestelwagens op LPG / benzine. Verder is er nog een elektrische bestelwagen, maar deze is momenteel buiten dienst. Praktische problemen kunnen ook de kop op steken. De voertuigen op LPG / benzine gebruiken minder LPG dan gewenst omwille van de afstand tot de LPG-leverancier. - Andere gemeenten hebben eveneens geïnvesteerd in schone voertuigen. Vorst gebruikt bijvoorbeeld reeds enkele jaren een hybride voertuig. Focus op een recent voorbeeld: het project in Anderlecht De gemeente moest 17 voertuigen vervangen en de keuze viel op 16 voertuigen op LPG en een voertuig met een hybride motor. Anderlecht wil hierbij kiezen voor voertuigen die de strengste normen in hun categorie naleven. Schepen Philippe Debry, verantwoordelijk voor leefmilieu en transport zegt hierover het volgende: LPG is één van de meest bevredigende oplossingen op het vlak van verbruik en uitstoot. Op deze manier maken wij ons op tijd klaar om binnen enkele jaren te voldoen aan de verplichting die voortvloeit uit de luchtordonnantie (een wagenpark met minimaal 20% schone voertuigen). Verder heeft de gemeente een dertigtal fietsen die ter beschikking worden gesteld van diensten of ambtenaren (verpleegsters, preventiedienst,...) en die het mogelijk maken om de verplaatsingswijzen te variëren. De eisen inzake verplaatsingen vloeien ook voort uit het Bedrijvenvervoersplan: een luik van dit plan behandelt immers de beroepsmatige verplaatsingen. Schone voertuigen Het besluit van 3 juli definieert schone voertuigen, zoals deze worden opgelegd aan gewestelijke besturen en instellingen in het kader van de luchtordonnantie. Het gaat om voertuigen die als brandstof samengeperst aardgas gebruiken, LPG, biodiesel, methanol, ethanol, perslucht, een elektrisch systeem (batterij en brandstofcellen) of een hybride motor (parallel, serie, gecombineerd). LPG biedt de mogelijkheid om de uitstoot van andere vormen van luchtvervuiling dan CO2 (NOx, SO2 ) terug te dringen. Dankzij de hybride technologie vermindert het verbruik, door een beter beheer van de energiestroom tussen de thermische motor en de elektrische motor. Philippe Debry: Momenteel zijn hybride voertuigen nog zeer zeldzaam, ondanks het feit dat een aantal constructeurs de lancering hebben aangekondigd van nieuwe modellen. Verder is er nog steeds een aanzienlijke meerkost. Twee redenen waarom we beperkt zijn tot de aankoop van slechts één dergelijk voertuig, van het gezinstype. Voor de gebruikswagens hebben we gekozen voor LPG. We hadden hierover de voorbije jaren reeds nagedacht, maar de fabrikanten hadden ons ontmoedigd. Dit gebrek aan ondersteuning door fabrikanten is betreurenswaardig. Tijdens het autosalon zijn we een kijkje gaan nemen bij alle merken en ontvingen we weinig antwoorden rond modellen op LPG. Er is een duidelijk tekort aan gesprekspartners. De voertuigen worden niet in serie geproduceerd en bij een aanvraag wordt de plaatsing van de installatie uitbesteed. De meerkost voor LPG is dan ook aanzienlijk: ongeveer 2500 euro. Dit werpt eveneens de vraag op van de rentabiliteit voor een gemeentevoertuig, aangezien dit slechts een klein aantal kilometers aflegt. De steun van het gewest is dus vereist. De winst kan wel liggen in het imago dat wordt geprojecteerd naar de burgers of andere besturen en in een vermindering van de milieuvervuiling. > ecomobiliteit > beter rijden > schone voertuigen 3 Besluit van de Regering van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 3 juli 2003 betreffende de invoering van schone voertuigen in het wagenpark van de gewestoverheden en de instellingen die onder hun bevoegdheid of toezicht vallen (inforum ). 2006/02 13

14 IN ONZE GEMEENTEN Naast het milieucriterium vormt de sociale impact een andere belangrijke peiler van duurzame ontwikkeling. In dit opzicht wilde het oorspronkelijke voorstel in het bestek voor gebruikswagens laten opnemen dat deze het Belgisch Sociaal Label 4 moeten respecteren, of minimaal de acht fundamentele conventies van de Internationale Arbeidsorganisatie 5. Niettemin is het voorstel geëvolueerd en is het belang van deze clausule verminderd. De markt van voertuigen is immers niet vergelijkbaar met de bouwof kledingsector. De originaliteit van duurzame ontwikkeling bestaat onder meer uit diens transversale karakter. We vinden deze kenmerken terug in het project in Anderlecht. Dit associeert de Diensten Transport en Openbare Netheid en de cellen Mobiliteit, Ecologisch advies en Duurzame ontwikkeling. De aankoop van voertuigen is geen doel op zich, maar de motor van een sensibiliseringsactie van het personeel voor een economisch en respectvol rijgedrag. De kilometrage wordt opgevolgd en alternatieven worden voorgesteld (Cambio abonnementen, aankoop van Jump kaarten voor het MIVB net). De aankondiging dat een " Bestuurderscharter voor een ecologisch gebruik van gemeentevoertuigen " wordt uitgewerkt, geeft blijk van deze wil om het personeel te sensibiliseren rond de gemeentelijke actie. Naast het personeel zou deze sensibilisering ook de burgers moeten bereiken via ad hoc communicatie in het gemeenteblad en op de website. Philippe Debry: We herhalen dat de gemeente recent het Charter van Aalborg getekend heeft en zich zo verbindt tot de redactie van een lokale agenda 21. We zitten in een eerste fase, een stand van zaken. We moeten het terrein voorbereiden vóór de gemeenteraadsverkiezingen, zodat de meerderheid na de verkiezingen zal kunnen werken met een precieze stand van zaken. De milieureflex was reeds aanwezig, dit bewijst de deelname aan de werkgroep van het BIM voor de gegroepeerde aankoop van schone voertuigen en het label Eco-dynamisch bedrijf. Het werk rond een lokale agenda 21 moet in ieder geval gebeuren met de strategieën voor een duurzame ontwikkeling. De lokale agenda plant en verzamelt dus, maar vervangt geenszins het overige werk rond duurzaamheid: communicatie, uitwerken van projecten,.... Sinds 2003 volgt de Transportdienst de Euro normen voor de aankoop van voertuigen. We herhalen dat het gaat om steeds striktere normen rond vervuilende uitlaatgassen. De norm Euro 4 is verplicht sinds januari 2005, maar de gemeente liep al vanaf 2003 vooruit op deze verplichting. Toch is het nog veel te vroeg om over te stappen naar de volgende norm (Euro 2005), wegens een gebrek aan voertuigen die reeds aan deze voorschriften voldoen. De norm Euro 5 zou vanaf 2008 verplicht worden. De voertuigen zouden eind dit jaar moeten aankomen. De toekomst van dit type projecten hangt af van verschillende factoren, waaronder uiteraard de betrokkenheid van de volgende gemeentelijke meerderheid. Verder moeten we het gebruik van deze voertuigen evalueren. Tot slot hangt de vermindering van de vervuiling gedeeltelijk af van technische en wetgevende evoluties. De LPG technologie is wellicht een overgangsfase vóór de intrede van nieuwe oplossingen. Defiscaliseren van brandstoffen op basis van koolzaad De regering heeft onlangs koolzaadolie gedefiscaliseerd en erkend als (bestanddeel van) brandstof. We herhalen de aantrekkelijke prijs van ongeveer 70 eurocent per liter. Niettemin is voor deze techniek een aanpassing van de motor vereist, met een kostprijs tussen 500 en 2.000, en met een bepaald risico voor de omgebouwde motoren. Het aantal verdelers van koolzaad is bovendien nog zeer beperkt. Lijkwagen van de Stad Brussel Philippe Delvaux /02

15 ACTUALITEIT PEILEN NAAR HET ONVEILIGHEIDSGEVOEL De Koning Boudewijnstichting publiceerde onlangs een verslag met de titel " Luisteren naar mensen over onveiligheid ". Dit verslag is het resultaat van twee jaar werk rond een drievoudige as: luisteren, begrijpen en handelen. Een diefstal met geweld met tragische gevolgen, gettovorming 1. De recente gebeurtenissen brengen de vraag van de (on)veiligheid (opnieuw) in de actualiteit. Het is misschien een toeval dat de Koning Boudewijnstichting net nu een verslag publiceert over het onveiligheidsgevoel, om een gezonde stap achteruit te zetten in een materie waar passie het vaak haalt van ratio en waar populistische tendensen moeilijk te weerleggen zijn door het traditionele politieke discours. Het verslag wil overheden en verschillende machtsniveaus een instrument geven om beter tegemoet te komen aan de verzuchtingen van de burgers. Het rapport spreekt niet over objectieve onveiligheid, die beter wordt weergegeven in politiestatistieken, maar over het onveiligheidsgevoel, een subjectieve notie die niet noodzakelijk proportioneel verbonden is met een objectief risico. Het onveiligheidsgevoel heeft evenveel te maken met veiligheid als met levenskwaliteit. De meting van een gevoel heeft evenmin dezelfde nauwkeurigheid als statistieken. Dit verslag bevat een enorme hoeveelheid ideeën, suggesties, constructieve reflecties, concrete initiatieven en vormt een inspiratiebron om nieuwe acties te lanceren, zowel voor beleidsmakers als voor burgers. Bij de uitwerking van dit verslag heeft de Stichting drie methodes toegepast. In de eerste plaats werd er geluisterd naar burgers uit alle lagen van de maatschappij. Dit was nodig om de verschillende dimensies van het onveiligheidsgevoel te kunnen afbakenen. Het werk van de Stichting werkt in twee richtingen: na de luisterfase wil de Stichting aan de burgers actiemiddelen geven om zelf het onveiligheidsgevoel te verminderen. Tot slot heeft de stichting experts uit de wetenschappelijke wereld en het maatschappelijk middenveld geraadpleegd. Naast het luisteren naar de burgers heeft de Stichting ook acties ondernomen. Meer dan 100 projecten zijn ondersteund. In deze projecten werken inwoners, lokale overheden, politie, verenigingen... reeds samen om de factoren van het onveiligheidsgevoel te verminderen. Onveiligheid, een zaak van iedereen Het onveiligheidsgevoel vloeit voort uit een breed spectrum van factoren. Criminaliteit speelt zeker een rol, maar we stellen vast dat heel wat andere elementen een even belangrijke plaats innemen: de gevaren op de weg, de problemen tussen generaties en tussen verschillende culturen die samenwonen, de economische onzekerheid, de vervaging van sociale normen, Problemen van onwellevendheid hebben ook een groot aandeel in de ontwikkeling van het onveiligheidsgevoel: vandalisme, overlast veroorzaakt door bepaalde groepen jongeren, vervuiling van de openbare weg, agressiviteit achter het stuur, op het openbaar vervoer, op school of in ziekenhuizen. Veel van deze fenomenen zijn ook nauw verbonden met de kwaliteit van het levenskader: een vervallen omgeving zorgt voor een gevoel van verlatenheid, wat op zijn beurt een onveiligheidsgevoel voedt van een bepaald aantal mensen. Het luisterproces toonde aan dat de perceptie van onveiligheid en de mening hierover enorm uiteenlopen: in deze materie geldt eveneens de volgende stelregel: De maatschappij en De burger bestaan niet. Er is dus ook niet één unieke waarheid. De krachtlijnen die uit dit onderzoek gehaald kunnen worden zijn de volgende: om het onveiligheidgevoel weg te werken moet er op lokaal niveau gewerkt worden en moeten de burgers betrokken worden bij initiatieven. De Koning Boudewijnstichting koppelt aan deze dubbele aanpak een duidelijke uitnodiging voor de burgers en beslissers met de titel " Onveiligheid, een zaak van iedereen ". Een projectoproep werd gelanceerd om praktische voorbeelden te vinden van wat kan worden ondernomen om het veiligheidsgevoel terug te dringen. De oproep was gericht aan alle soorten groepen (verenigingen, wijkcomités, informele groepen, scholen, bedrijven, rusthuizen, ) en legde de nadruk op dialoog en partnerschap. In totaal zijn 104 projecten weerhouden en deze ontvingen een financiële ondersteuning van de Stichting tussen en euro, voor een totaalbedrag van ongeveer euro. De 1 Midden april leidde een diefstal in het centraal station van Brussel tot de dood van een jonge man. Deze zaak ontroert de bevolking. Kort daarvoor waren er berichten in de pers van bouwprojecten met halfgesloten wijken in Vlaanderen die worden afgeschermd met bewakingssystemen, volgens een model ontwikkeld in de Verenigde Staten. 2006/02 15

16 ACTUALITEIT Stichting is er reeds in geslaagd om groepen burgers te identificeren die zich mobiliseren om het hoofd te bieden aan deze realiteit. De lijst van ondersteunde projecten is sprekend, door de diversiteit en burgermoed die deze illustreert. Gemeentelijke projecten Bij de Brusselse gemeenten die voorafgaand door de Stichting zijn weerhouden zijn er een aantal die (gedeeltelijk) ondersteund werden door de gemeenten. Enkele voorbeelden: Anderlecht : Cureghem: dag en nacht feest Sint-Agata-Berchem: Samen leven in de Zavelput Elsene: burenbemiddeling: Aanpak van een wijk en opleiding rond bemiddeling door pairs Sint-Gilis: Gemeentelijk opleidingsteam, Kruispunt van geschiedenissen Brussel: OCMW, Communicatie ontraadt agressie Een nieuwe projectoproep, met eveneens de titel "Onveiligheid, een zaak van iedereen", werd op 2 mei 2006 gelanceerd. Deze vormt één van de assen van de opvolging die de Stichting zal geven aan het proces. Voor meer details: Onveiligheid is een zaak van iedereen en daarom moeten we overgaan tot een zeer duidelijke rollenverdeling: objectieve onveiligheid is één van de prioriteiten van openbare overheden. Inzake (grote) criminaliteit moet het monopolie van legaal geweld van de openbare politie- en gerechtelijke instellingen onaangetast blijven. Het verslag van de Stichting toont evenwel dat burgers van mening zijn dat de verschillende politieke overheden niet genoeg luisteren en onvoldoende rekening houden met andere dimensies van hun onveiligheidsgevoel, zoals onwellevendheid 2. Zowel het luisterproces als de ondersteunde projecten tonen echter aan dat veel antwoorden liggen op lokaal niveau, bij de betrokkenheid van de mensen zelf, uitgaande van hun perceptie van onveiligheid. Verder leidt het luisteren naar burgers tot een pleidooi voor een grotere responsabilisering: in tegenstelling tot gedragingen die passiviteit en individualisme versterken, moet worden bijgedragen tot een klimaat van convivialiteit waarin wederzijdse bijstand een essentieel element is. De luisterfase toont ook aan dat personen en groepen angst hebben van elkaar omwille van de onderlinge verschillen (generaties, etnische en culturele origine). Dit geldt in het bijzonder voor bepaalde burgers en jongeren van buitenlandse origine. Als we de contacten tussen deze groepen stimuleren kunnen we reeds veel vooruitgang boeken. De ondersteunde projecten tonen het belang aan van de interactie tussen lokale netwerken, bestaande uit verschillende partners publiek, privé, verenigingen. In het verslag is de Stichting ervan overtuigd dat verenigingen één van de belangrijkste schakels zijn in de keten van veiligheidspartners. Dagelijkse problemen kunnen, ook preventief, geregeld worden door de tussenkomst van personen met zachte autoriteit, zoals de wijkagent, bemiddelaars, parkwachters, conciërges, schooldirecteurs,... De sleutelwoorden en concepten zijn dus: aanpak op maat, netwerken, informatie, participatie en stimulatie van ieders de verantwoordelijkheid. De vijf krachtlijnen We hebben reeds gezegd dat het verslag zich niet beperkt tot luisteren. Het bevat een samenvatting van getuigenissen die zijn voorgelegd aan specialisten. Deze laatste hebben hieruit vijf krachtlijnen gehaald die als aanbevelingen voornamelijk (maar niet uitsluitend) worden gericht aan openbare overheden. 1- Burgers ernstig nemen en ernaar luisteren De perceptie die mensen hebben over problemen moet ernstig worden genomen, zelfs indien deze perceptie enkel stoelt op subjectieve gegevens. De rol van eerste lijn contactpersonen, zoals de lokale politie, is in dit opzicht cruciaal. Op een strategischer niveau ontslaat het luisteren naar burgers de beleidsmakers echter niet van de verantwoordelijkheid om bepaalde keuzen te maken in functie van het algemene belang: luisteren naar de burgers impliceert niet dat deze steeds gelijk moeten krijgen. Het verslag stelt het volgende voor: - Oprichten van een voldoende aantal contactpunten waar mensen onveiligheidsproblemen die ze tegenkomen kunnen signaleren; - Toezicht houden op de kwaliteit van de informatie naar het publiek. De luisterprocessen hebben aangetoond dat vele burgers slecht geïnformeerd zijn over de reeds geleverde inspanningen. Veel mensen weten niet wat ze al dan niet mogen verwachten van een bepaalde instantie; - De openbare overheden verfijnen hun kennis over onveiligheidsvragen. Volgens het verslag ontbreekt misschien 16 2 In dit opzicht is de aankondiging van 13 april in de pers (De Standaard, Het Volk, Het Nieuwsblad) van het voorstel van het parket van Oudenaarde om kleine criminaliteit (in het bijzonder winkeldiefstallen) niet meer te vervolgen een zeer negatief signaal. De Minister van Justitie reageerde onmiddellijk negatief op deze systematische klassering. 2006/02

17 ACTUALITEIT de wil om te investeren in kennis van deze fenomenen en hun perceptie door de bevolking. Iedereen heeft wellicht een deel van de oplossing in handen. Nu moeten we alleen nog alle stukken van de puzzel samenbrengen; - De beleidsmakers moeten meer steun zoeken bij teams van experts, multidisciplinair en pluralistisch, die alle elementen in hun context kunnen kaderen. 2- Het ene onveiligheidsfenomeen is het andere niet De zeer grote diversiteit van onveiligheid is een rode draad die loopt doorheen het hele verslag. Er bestaat een groot verschil tussen onveiligheidsfenomenen en de aangeklaagde problemen spreiden zich uit over een zeer brede schaal, gaande van pietluttige tot zeer ernstige problemen. De waaier van antwoorden moet bijgevolg ook zeer gediversifieerd zijn. Efficiënte repressieve instrumenten zijn onmisbaar om de meest onrustwekkende feiten te bestrijden. De problematiek van onwellevendheid of moeilijke samenleving roept echter ook op tot oplossingen die actoren van de sociale en culturele wereld en de burgers zelf mobiliseren. Er zijn twee voornamelijk twee vormen van onwellevendheid die de deelnemers hebben uiteengezet bij de luisterprocessen: sociale en materiële. In het eerste geval gaat het om gedragingen die worden gezien als inbreuken op de sociale leefregels: systematisch te weigeren de buren te groeten, in groep bepaalde openbare plaatsen bezetten, s avonds lawaaihinder veroorzaken,... Eén van de eigenschappen van deze vormen van onwellevendheid is dat ze een persoonlijk karakter hebben. We weten dus met wie we te maken hebben, welk gedrag we moeten veranderen en soms zelfs hoe we bepaalde zaken kunnen corrigeren. Misschien zijn we in dit kader te passief. Materiële vormen van onwellevendheid zijn van een heel andere aard en betreffen voornamelijk het verval van de openbare ruimte: verkrotting, vervuiling van wegen en parken, agressieve graffiti en tags op gevels van gebouwen of op het stadsmeubilair, drugsnaalden en ander achtergelaten afval,... Deze fenomenen tasten de levenskwaliteit ernstig aan, maar de daders zijn vaak anoniem. Dit leidt tot een vicieuze cirkel: het anonieme karakter van de problemen stimuleert de anonimiteit van de menselijke relaties nog meer. Het verslag maakt een onderscheid tussen de verschillende types onveiligheid en speelt de kaart van autonomie en responsabilisering; de burger verantwoordelijk maken voor de problemen die horen tot zijn eigen actieveld en niet het individualisme stimuleren of bewoners aanzetten om zelf de openbare orde te handhaven in hun wijk. Het is belangrijk om te zoeken naar een groter solidariteitsklimaat. Het verslag wil ook de waarden van tolerantie, openheid en respect vroeger en bij iedereen inprenten. Het verslag wijst op de belangrijke rol die het verenigingsleven en een efficiënt systeem voor ordehandhaving moeten spelen. Een puur repressieve optie zou snel beperkingen kennen in het kader van onwellevendheid en vernieuwende oplossingen zijn vaak meer aangewezen. 3- Stad en platteland, stadscentrum en periferie: een genuanceerde aanpak op maat De verzamelde getuigenissen weerleggen het cliché dat onveiligheid beperkt zou zijn tot de stedelijke context, maar niettemin bestaat er een onmiskenbare geografische verscheidenheid. Het beleid van de stad moet twee grote uitdagingen aangaan: de integratie tussen de nieuwe en oude stedelijke bevolking, in het bijzonder in bepaalde multiculturele wijken, en de kloof tussen de grote metropool en omliggende residentiële zones verkleinen. Hier dringt een genuanceerde aanpak op maat zich eveneens op. Voor de steden stelt het verslag voor om de verloren identiteit van wijken te herstellen, om concrete maatregelen te treffen voor de rehabilitatie en het onderhoud van de openbare ruimte. Het verslag benadrukt tevens het raadplegen van bewoners tijdens dit proces, samen met de eerste krachtlijn (luisteren). Tot slot moeten we ook rekening houden met een andere categorie personen: de gebruikers van de stad. Deze moeten meer betrokken worden bij hun werk- of winkelomgeving: consumenten omvormen tot actoren. Het verslag juicht de inspanningen toe van bepaalde gemeenten om hun centrum te doen opleven, maar waarschuwt voor de risico s die de herwaardering met zich meebrengen. 4- Onveiligheid, een zaak van iedereen Hoewel inzake (grote) criminaliteit het legale geweld voorbehouden dient te blijven voor politie- en gerechtelijke instellingen, kunnen dagelijkse problemen (ook preventief) geregeld worden door de tussenkomst van personen met zachte autoriteit, die tegelijk bemiddelen en sociale controle uitoefenen. Burgers en verenigingen kunnen dus ook bijdragen tot een versterking van het veiligheidsgevoel. De waaier van middelen die gebruikt worden kunnen een grotere ruimte laten voor preventie, sensibilisering en bemiddeling als het fenomeen goedaardig is. Dit betekent ook dat deze acties een groter aantal actoren kunnen mobiliseren: openbare en administratieve overheden, verenigingen, burgers,... De luisterprocessen hebben de noodzaak aangetoond om (nieuwe) bemiddelingsfiguren te creëren in verschillende situaties waar een vroegtijdig ingrijpen een escalatie van de problemen zou kunnen voorkomen. De lijst van deze zachte autoriteitsfiguren (of sociale 2006/02 17

18 ACTUALITEIT controleagenten ) is nagenoeg onbeperkt: stewards op bus- of tramlijnen met problemen, bewakers in ziekenhuizen, parkwachters, conciërges of inspecteurs van sociale woningen,... In functie van de context kan het gaan om professionelen, maar ook om vrijwillige burgers die hiertoe een opleiding hebben gekregen. Dit toont aan dat we de bemiddelingscapaciteit van de actoren zelf kunnen ontwikkelen, zonder daarom steeds een nieuwe functie te moeten creëren. 5- Een algemeen verschijnsel en een fundamenteel recht voor iedereen De vijfde krachtlijn wordt opgegeven bij wijze van besluit. Deze verzamelt de uitdagingen in de strijd tegen het onveiligheidsgevoel: Waarom is het vandaag de dag essentieel om meer rekening te houden met de problematiek van het onveiligheidsgevoel? Omdat dit steeds meer de vorm aanneemt van een globaal sociaal fenomeen, dat een reeks bestanddelen van het menselijke bestaan op het spel zet. Het is dus even gevaarlijk om deze realiteit te negeren dan te beweren dat deze op een eenvoudige manier opgelost kan worden. Het is daarentegen nodig om in te spelen op de dimensies die deel uitmaken van het onveiligheidsgevoel, zonder uit het oog te verliezen dat een totale veiligheid altijd een illusie zal blijven. Meer informatie Luisteren naar mensen over onveiligheid Algemeen verslag over onveiligheidsgevoelens; Koning Boudewijnstichting, maart 2006, 226 pagina s. Het verslag is beschikbaar op Eveneens verkrijgbaar via publi@kbs-frb.be of telefonisch te bestellen bij de Stichting op het nummer WETGEVING bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van tem /02 VERKIEZINGEN Ordonnantie wijz. de gemeentekieswet B.S., BBHR tot vaststelling van het model van de bij de oproepingsbrief gevoegde verklarende brochure voor de gemeenteraadsverkiezingen van B.S., BBHR wijz. BBHR tot regeling van haar werkwijze en tot regeling van de ondertekening van de akten van de Regering B.S., BBHR tot vaststelling van het bedrag van het presentiegeld en de reisvergoeding van de leden van de kiesbureaus voor de gemeenteraadsverkiezingen. B.S., SOCIALE ZAKEN KB tot vaststelling van de datum van inwerkingtreding van de art. 492 en 493 van de programmawet van B.S., MB wijz., in uitvoering van art. 93 van de organieke wet betr. de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, van het formulier van het proces-verbaal van controle van de kas en de boekingen van de ontvangers van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en van de uitvoeringsregels van dit onderzoek B.S., KB wijz. KB houdende de werkloosheidsreglementering in het kader van de afschaffing van de stempelcontrole MB wijz. MB houdende de toepassingsregelen van de werkloosheidsreglementering in het kader van de afschaffing van de stempelcontrole B.S., , KB wijz. wat de financiering van eindeloopbaanmaatregelen betreft, van KB betr. de vaststelling en de vereffening van het budget van financiële middelen van de ziekenhuizen B.S., KB wijz. KB betr. de dienstencheques. B.S., KB houdende toekenning van een subsidie voor het jaar 2006 aan de openbare centra voor maatschappelijk welzijn voor de kosten voor het samenstellen van huurwaarborgen ten gunste van personen die ze niet kunnen betalen. B.S., Arbitragehof - Arrest nr. 26/2006 van 15/02/ De prejudiciële vragen over art. 19, tweede lid, van de wet van betr. de tegemoetkomingen aan personen met een handicap. B.S., KB wijz. KB houdende uitvoering van sommige bepalingen van de arbeidsongevallenwet van B.S., Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap genomen ter uitvoering van artikel 31, 2 van het decreet van 4 mei 2005 houdende uitvoering van het Akkoordprotocol van 7 april 2004 tussen de Regering van de Franse Gemeenschap en de representatieve vakverenigingen binnen het Onderhandelingscomité van Sector IX en van het Comité voor de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten - Afdeling II B.S., KB houdende toekenning van een subsidie van 10 maal maximum EUR aan verscheidene openbare centra voor maatschappelijk welzijn die participeren in het pilootproject 'Clusterplan voor kleine OCMW's'. B.S., Arbitragehof - Arrest nr. 34/2006 van 1/03/ De prejudiciële vraag over art. 71, derde lid, van de organieke wet betr. de openbare centra voor maatschappelijk welzijn B.S., KB houdende uitvoering van art. 109, 1, van de wet op de ziekenhuizen B.S., BURGERLIJKE STAAT / BEVOLKING Wet tot aanpassing van de wet betr. de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen [schijnhuwelijk]. B.S., FINANCIËN / BELASTINGEN KB wijz. KB/WIB 92, op het stuk van de bedrijfsvoorheffing B.S., Omz. Aflsuiting jaarrekeningen dienstjaar Ref. CIRC/2005/06 B.S., Bericht - Wijziging op van de bedragen van sommige sociale uitkeringen aan spilindexcijfer 116,15 (basis 1996 = 100) [IGO] B.S., Omz. Het probleem van de overboekingen - Ref. OMZ/2005/07 B.S.,

19 WETGEVING KB wijz. KB/WIB 92, op het stuk van de voordelen van alle aard. B.S., Organieke ordonnantie houdende de bepalingen die van toepassing zijn op de begroting, de boekhouding en de controle B.S., OVERHEIDSOPDRACHTEN KB tot vaststelling van de datum van inwerkingtreding van sommige bepalingen van de wet wijz. wet betr. de organisatie van de elektriciteitsmarkt B.S., PERSONEEL KB betr. de bescherming van de gezondheid en de veiligheid van de werknemers tegen de risico's van lawaai op het werk B.S., KB tot vaststelling voor het jaar 2005 van het bedrag ter financiering van de administratieve omkadering van de plaatselijke werkgelegenheidsagentschappen. B.S., Bericht over de erkenning van vakorganisaties - Uitvoering van de wet tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel. B.S., Ordonnantie houdende diverse wijzigingen van de nieuwe gemeentewet (NGW) B.S., KB betr. de bescherming van de werknemers tegen de risico's van blootstelling aan asbest B.S., KB waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 46sedecies van , gesloten in de Nationale Arbeidsraad, tot uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 46 van betr. de begeleidingsmaatregelen voor ploegenarbeid met nachtprestaties alsook voor andere vormen van arbeid met nachtprestaties KB waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17undetricies van , gesloten in de Nationale Arbeidsraad, tot wijziging en uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen [voor de gemeentelijke vzw's] B.S., , Wet wijz. wet betr. de rechten van vrijwilligers en van de wet houdende diverse bepalingen. B.S., POLITIE / VEILIGHEID Omz. Afschaffing van de fiscale zegels en invoering van nieuwe betalingsmodaliteiten ter vereffening van de retributies verschuldigd bij de rijbewijsaanvragen, bij de inschrijving voor de herstelexamens in het kader van het verval van het recht tot sturen en bij het verzoekschrift aan de beroepscommissie in geval van twee maal niet slagen voor het praktisch rijexamen Ministeriële Omz. PLP nr. 39bis betr. de onderrichtingen voor het opstellen van de politiebegroting voor 2006 ten behoeve van de politiezone: navolgende cijfers. B.S., Omz. OOP 34 houdende specificaties bij de uitvoering van het KB houdende de regels voor het ticketbeheer ter gelegenheid van voetbalwedstrijden. B.S., Arbitragehof - Arrest nr. 9/2006 van De vorderingen tot gedeeltelijke schorsing van de wet tot wijziging van bepaalde aspecten van het statuut van de personeelsleden van de politiediensten en houdende diverse bepalingen met betrekking tot de politiediensten. B.S., KB betr. de nood- en interventieplannen B.S., KB wijz. KB betr. het rijbewijs B.S., KB wijz. KB tot toekenning van een financiële hulp teneinde investeringen inzake infrastructuur en veiligheidsmaterieel in verband met de veiligheid in Brussel te dekken in het kader van de organisatie van de Europese Toppen en wijz. KB tot regeling van de toekenningsmodaliteiten van een financiële tussenkomst voor 2005 ten laste van het 'Fonds ter financiering van sommige uitgaven verricht die verbonden zijn met de veiligheid voortvloeiend uit de organisatie van de Europese Toppen te Brussel' aan de Brusselse politiezones om er de installatie van het ASTRID-systeem te ondersteunen B.S., KB houdende vaststelling van de datum van inwerkingtreding van de wet wijz. de gecoördineerde wetten van betr. de politie over het wegverkeer B.S., KB wijz. KB , en betr. de inning en de consignatie van een som bij de vaststelling van sommige overtredingen B.S., MB houdende tijdelijke maatregelen ter bestrijding van de aviaire influenza B.S., Bericht over de bepaling van de migratieperiode van trekvogels. Uitvoering van het MB houdende tijdelijke maatregelen ter bestrijding van aviaire influenza B.S., KB houdende de toekenning van een federale basistoelage en een toelage voor uitrusting handhaving openbare orde aan de gemeente of aan de politiezone en een toelage veiligheids- en samenlevingscontracten aan sommige gemeenten voor het jaar B.S., KB houdende de toekenning van een bijkomende federale toelage voor indexering van de financiering van de lokale politie voor het jaar 2004 KB houdende de toekenning van een bijkomende federale toelage voor indexering van de financiering van de lokale politie voor het jaar 2003 (deel 2) B.S., KB wijz. KB tot uitvoering van art. 235, eerste lid, van de wet tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus en wijz. KB houdende de toekenning van een federale toelage ten behoeve van de boventallige politiezones B.S., Ministeriële omz. PLP 40 betr. de archieven van de Lokale Politie: archiefselectielijst en bewaartermijnen. B.S., KB tot afschaffing van de verplichting tot het voorleggen van een eensluidend verklaard afschrift in de koninklijke besluiten behorende tot de beleidsdomeinen mobiliteit en vervoer B.S., , KB houdende de toekenning van een bijkomende federale toelage ter financiering van de lokale politie voor het jaar 2005 B.S., Omz. GPI 48 betr. de opleiding en training in geweldbeheersing voor de personeelsleden van het operationeel kader van de politiediensten B.S., STEDENBOUW / LEEFOMGEVING KB wijz. KB houdende algemeen reglement op de bescherming van de bevolking, van de werknemers en het leefmilieu tegen het gevaar van de ioniserende stralingen en houdende specifieke maatregelen voor de verwijdering van bliksemafleiders die radioactieve stoffen bevatten B.S., Wet wijz. het Strafwetboek met het oog op de versterking van de strijd tegen de praktijken van huisjesmelkers. B.S., Wet houdende instemming met het Overeenkomst van met het oog op de verwezenlijking van het programma van het gewestelijk expresnet van, naar, in en rond Brussel B.S., Wet betr. de beoordeling van de gevolgen voor het milieu van bepaalde plannen en programma's en de inspraak van het publiek bij de uitwerking van de plannen en programma's in verband met het milieu B.S., KB waarbij de hevige regenval, plaatselijk vergezeld van grote hagelkorrels, die heeft plaatsgevonden op 29 en op het grondgebied van verschillende gemeenten van de provincies Antwerpen, Vlaams-Brabant, Waals-Brabant, West-Vlaanderen, Oost- Vlaanderen, Henegouwen, Luik, Limburg en van het Administratief Arrondissement Brussel-Hoofdstad als een algemene ramp wordt beschouwd en waarbij de geografische uitgestrektheid van deze ramp wordt afgebakend KB waarbij de hevige regenval die heeft plaatsgevonden op 10 en op het grondgebied van verschillende gemeenten van de provincies Antwerpen, Vlaams-Brabant, Waals-Brabant, West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Henegouwen, Limburg, Luxemburg, Namen en van het Administratief Arrondissement Brussel-Hoofdstad als een algemene ramp wordt beschouwd en waarbij de geografische uitgestrektheid van deze ramp wordt afgebakend KB wijz. KB waarbij de hevige regenval, plaatselijk vergezeld van grote hagelkorrels, die heeft plaatsgevonden op op het grondgebied van verschillende gemeenten van de provincies Vlaams- Brabant, Waals-Brabant, Oost-Vlaanderen, Henegouwen, Luik, Namen en van het Administratief Arrondissement Brussel-Hoofdstad als een algemene ramp wordt beschouwd en waarbij de geografische uitgestrektheid van deze ramp wordt afgebakend B.S., , , BBHR wijz. BBHR tot bepaling van de elementaire verplichtingen inzake veiligheid, gezondheid en uitrusting van de woningen B.S., KB wijz. KB betr. de tijdelijke of mobiele bouwplaatsen B.S., /02 19

20 VOOR U GELEZEN Het vrijwilligersstatuut Ofschoon het vrijwilligerswerk altijd al bestaan heeft, werd het juridische statuut ervan pas onlangs geregeld door de goedkeuring van de wet van 3 juli 2005 betreffende de rechten van de vrijwilligers. Er worden belangrijke wijzigingen doorgevoerd aan het statuut van vrijwilligers in België, wat wil zeggen dat 17 % van de bevolking hierbij belang heeft. Hun aansprakelijkheid wordt thans beperkt en de vergoedingen die hen gestort worden zijn vrijgesteld van belastingen en socialezekerheidsbijdragen. Deze wet beoogt een zo groot mogelijk aantal vrijwilligers te beschermen aangezien het toepassingsgebied ervan niet beperkt wordt tot louter het territorium of de Belgische nationaliteit. De wet wordt gekenmerkt door vier hoofdlijnen: allereerst, een verminderde aansprakelijkheid voor de vrijwilliger en een verzekeringsplicht voor de organisatie (vzw, OCMW, gemeente, enz.). ens een fiscaal en sociaal gunstige behandeling voor de vergoedingen die door de organisatie worden gestort. Ten derde een betere koppeling tussen sociale uitkeringen en vrijwilligersactiviteit. En ten slotte een betere inlichting van de vrijwilliger dankzij een vrijwilligersovereenkomst. Dit document moet voorafgaand aan ieder engagement van de vrijwilliger door de organisatie worden overhandigd en preciseert al zijn verplichtingen evenals die van de organisatie. Aldus ingelicht kunnen vrijwillige en organisatie beter samenwerken en met volle kennis van zaken over de wetgeving die op hun relatie van toepassing is. Het statuut van werklozen, bestaansminimumtrekkenden, brug- en gewone gepensioneerden, gehandicapten of eenvoudigweg jonge vrijwilligers wordt aanzienlijk vereenvoudigd. De wet zal de vrijwilliger vooral beschermen zowel op het VERDONCK Philippe & BOERAEVE Christophe, Les travailleurs bénévoles [Het Vrijwilligersstatuut], Les Editions des Chambres de Commerce et d'industrie de Wallonie, Luik : 2005, ISBN , 250 p., Een Nederlandstalige vertaling van dit werk [Het Vrijwilligersstatuut] is in voorbereiding en zal binnenkort verschijnen. Hierin zullen de wetswijzigingen die zich hebben voorgedaan sinds het verschijnen van de Franstalige uitgave zijn opgenomen. vlak van aansprakelijkheid als verzekering en afwezigheid van fiscale en sociale inhoudingen op de vergoedingen die hem worden gestort. Philippe Verdonck en Christophe Boeraeve zijn beide gespecialiseerd in het verenigingsrecht en geven bij Ecci het eerste werk uit aangaande de nieuwe wet van 3 juli 2005 betreffende de rechten van vrijwilligers (inforum ). Zij antwoorden op volgende vragen: - hoe het begrip vrijwilliger afbakenen? - waar bevindt zich de grens tussen een vrijwilliger, een loontrekkende of een zelfstandige? - hoe zit het met de aansprakelijkheid van een vrijwilliger t.a.v. derden en de organisatie die hem werk verschaft? - welke verplichtingen heeft een organisatie t.a.v. een vrijwilliger? -is een vrijwilliger tot geheim gehouden, bijvoorbeeld in de sector van maatschappelijke hulp? - welke vergoedingen kan een vrijwilliger ontvangen, en hoe worden deze behandeld op het vlak van sociaal recht en fiscaal gezien? - is een vrijwilliger verzekerd bijvoorbeeld voor schade die hij aan derden toebrengt of voor persoonlijk lichamelijke schade? - dekt de familiale verzekering eveneens vrijwilligerswerk? - kan een werkloze of andere bijslagtrekkende op onbeperkte en onvoorwaardelijke wijze vrijwilligersactiviteiten uitoefenen? - wat is de weerslag van de vergoeding voor het vrijwilligerswerk op de berekening van de uitkeringen van werklozen, (brug)- gepensioneerden, arbeidsongeschikte werknemers, gehandicapten, bejaarde personen? - heeft de vergoeding ontvangen in het kader van een vrijwilligerswerk weerslag op de gezinsbijslag? Vereniging van de Stad en de Gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest vzw Aarlenstraat 53 bus Brussel Fax 02/ welcome@avcb-vsgb.be Redactie : philippe.delvaux@avcb-vsgb.be Algemeen tel. : Andere nummers : > Vereniging > Het team Gepubliceerd met de steun van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, Dexia en Ethias Nr mei 2006 Directie Marc Thoulen Coordination Philippe Delvaux Redactie Marc Cools, Philippe Delvaux, Céline Lecocq, Vincent Ramelot, Hildegard Schmidt, Marc Thoulen Vertaling Isabelle Dehennin, Kevin Cuppens, Hugues Moiny Secretariaat Céline Lecocq, Alain Veys wordt gedrukt op 50 % gerecycleerd papier

E-mail, internet en de werkplek: een moeilijke relatie?

E-mail, internet en de werkplek: een moeilijke relatie? E-mail, internet en de werkplek: een moeilijke relatie? De geïnformatiseerde maatschappij maakt dat de werknemer nu een waaier aan surf- en mailmogelijkheden heeft gekregen. Tegelijk laat de techniek de

Nadere informatie

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer,

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, ADVIES nr. 39/2001 van 8 oktober 2001 O. Ref. : 10 / A / 2001 / 039 BETREFT: Advies uit eigen beweging betreffende het voorstel van wet 2-891/1 van 29 augustus 2001 betreffende het reglementeren van het

Nadere informatie

Ontwikkeling begrijpen en sturen

Ontwikkeling begrijpen en sturen BELGIQUE BELGIË P.P. P.B. Bruxelles X BC 5181 Ontwikkeling begrijpen en sturen 2005 D E R D E F E D E R A A L R A P P O R T I N Z A K E D U U R Z A M E O N T W I K K E L I N G 2 Meer info? Surf naar www.plan.be,

Nadere informatie

Vereniging van de Stad en de Gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest vzw

Vereniging van de Stad en de Gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest vzw Brussels Smart Cities Diensten van de AVCB-VSGB Corinne François, Directrice 4/12/2014 Association de la Ville et des Communes de la Région de Bruxelles-Capitale asbl Vereniging van de Stad en de Gemeenten

Nadere informatie

ADVIES. Voorontwerp van ordonnantie betreffende de steun voor de economische ontwikkeling van ondernemingen. 21 september 2017

ADVIES. Voorontwerp van ordonnantie betreffende de steun voor de economische ontwikkeling van ondernemingen. 21 september 2017 ADVIES Voorontwerp van ordonnantie betreffende de steun voor de economische ontwikkeling van ondernemingen 21 september 2017 Economische en Sociale Raad voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Bischoffsheimlaan

Nadere informatie

MEDEDELING AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING

MEDEDELING AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING MINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING VLAAMS MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED MEDEDELING AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Europees Sociaal Handvest: conclusies over

Nadere informatie

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer,

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, KONINKRIJK BELGIE 1000 Brussel, Postadres : Ministerie van Justitie Waterloolaan 115 Kantoren : Regentschapsstraat 61 Tel. : 02 / 542.72.00 Fax : 02 / 542.72.12 COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE

Nadere informatie

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer,

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, KONINKRIJK BELGIE 1000 Brussel, Zetel : Ministerie van Justitie Poelaertplein 3 Tel. : 02/504.66.21 tot 23 Fax : 02/504.70.00 COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER O. ref. : 10

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Standpuntbepaling van de Vlaamse Regering inzake het ontwerp van koninklijk

Nadere informatie

Het Sectoraal comité voor de Federale Overheid (hierna: "het Comité");

Het Sectoraal comité voor de Federale Overheid (hierna: het Comité); 1/5 Sectoraal comité voor de Federale Overheid Beraadslaging FO nr 03/2017 van 9 maart 2017 Betreft: Aanvraag van Brussel Economie en Werkgelegenheid van de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel (cel dienstencheques

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZ/11/142 BERAADSLAGING NR 11/092 VAN 6 DECEMBER 2011 MET BETREKKING TOT DE ONDERLINGE UITWISSELING VAN PERSOONSGEGEVENS

Nadere informatie

BOEKDEEL I. Deel 1. Internationaal en Europees recht. Deel 3. Strafrecht. Deel 2. Staatsrecht. Algemene inhoudstafel Boekdeel III...

BOEKDEEL I. Deel 1. Internationaal en Europees recht. Deel 3. Strafrecht. Deel 2. Staatsrecht. Algemene inhoudstafel Boekdeel III... Algemene inhoudstafel Boekdeel I BOEKDEEL I Algemene inhoudstafel Boekdeel I........... Algemene inhoudstafel Boekdeel II.......... Zie afzonderlijk verkrijgbaar Boekdeel II Algemene inhoudstafel Boekdeel

Nadere informatie

BIJLAGEN. bij de MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. Een nieuw EU-kader voor het versterken van de rechtsstaat

BIJLAGEN. bij de MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. Een nieuw EU-kader voor het versterken van de rechtsstaat EUROPESE COMMISSIE Straatsburg, 11.3.2014 COM(2014) 158 final ANNEXES 1 to 2 BIJLAGEN bij de MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD Een nieuw EU-kader voor het versterken van

Nadere informatie

BOEKDEEL I. Deel 3. Strafrecht. Deel 1. Internationaal en Europees recht. Deel 2. Staatsrecht. Deel 4. Burgerlijk recht

BOEKDEEL I. Deel 3. Strafrecht. Deel 1. Internationaal en Europees recht. Deel 2. Staatsrecht. Deel 4. Burgerlijk recht Algemene inhoudstafel Boekdeel I BOEKDEEL I Algemene inhoudstafel Boekdeel I........... Algemene inhoudstafel Boekdeel II.......... Zie afzonderlijk verkrijgbaar Boekdeel II Algemene inhoudstafel Boekdeel

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale zekerheid» SCSZ/08/010 BERAADSLAGING NR. 08/006 VAN 5 FEBRUARI 2008 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS

Nadere informatie

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer; COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER ADVIES Nr 29 / 95 van 27 oktober 1995 ------------------------------------------- O. ref. : 10 / A / 95 / 029 BETREFT : Ontwerp van koninklijk

Nadere informatie

Doelgroepverminderingen voor eerste aanwervingen wat te doen bij weigeringsbeslissing RSZ?

Doelgroepverminderingen voor eerste aanwervingen wat te doen bij weigeringsbeslissing RSZ? Doelgroepverminderingen voor eerste aanwervingen wat te doen bij weigeringsbeslissing RSZ? Inleiding 1. Nieuwe werkgevers kunnen, onder bepaalde voorwaarden, voor de eerste zes werknemers die zij aanwerven

Nadere informatie

MINISTERIE VAN VERKEER EN INFRASTRUCTUUR

MINISTERIE VAN VERKEER EN INFRASTRUCTUUR Publicatie : 2002-07-17 MINISTERIE VAN VERKEER EN INFRASTRUCTUUR 26 JUNI 2002. - Koninklijk besluit houdende oprichting van een Federale Commissie voor de Verkeersveiligheid en een Interministerieel Comité

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Goedkeuring en machtiging tot ondertekening van het Wijzigingsprotocol tot modernisering van het Verdrag

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 29 april

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 29 april A D V I E S Nr. 1.905 ------------------------------ Zitting van dinsdag 29 april 2014 ----------------------------------------------- Systeem van de werkgeversgroepering Koninklijk besluit tot uitvoering

Nadere informatie

Rolnummer 5855. Arrest nr. 178/2014 van 4 december 2014 A R R E S T

Rolnummer 5855. Arrest nr. 178/2014 van 4 december 2014 A R R E S T Rolnummer 5855 Arrest nr. 178/2014 van 4 december 2014 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag over artikel 13, tweede lid, van de wet van 3 juli 1967 betreffende preventie van of de schadevergoeding

Nadere informatie

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Afdeling openbaarheid van bestuur 14 december 2009 ADVIES 2009-78 Advies uit eigen beweging over de gevolgen voor de openbaarheid

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het koninklijk

Nadere informatie

A-2015-033-ESR. Minister Gosuin. Aanvrager. Aanvraag ontvangen op 18 mei 2015. Aanvraag behandeld door

A-2015-033-ESR. Minister Gosuin. Aanvrager. Aanvraag ontvangen op 18 mei 2015. Aanvraag behandeld door ADVIES Voorontwerp van besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot wijziging van het koninklijk besluit van 7 juni 2007 betreffende het opleidingsfonds dienstencheques 16 juni 2015 Economische

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 13 juli

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 13 juli A D V I E S Nr. 1.774 ----------------------------- Zitting van woensdag 13 juli 2011 ---------------------------------------------- Gelegenheidswerk in de landbouwsector en de tuinbouwsector Eenparig

Nadere informatie

ADVIES. Uitgebracht door de Raad van bestuur van. 6 juli 2015

ADVIES. Uitgebracht door de Raad van bestuur van. 6 juli 2015 ADVIES Voorontwerp van decreet van de Franse Gemeenschapscommissie tot wijziging van het decreet van de Franse gemeenschapscommissie van 17 maart 1994 houdende oprichting van het Franstalig Brussels Instituut

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZ/11/035 BERAADSLAGING NR 11/026 VAN 5 APRIL 2011 MET BETREKKING TOT DE RAADPLEGING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR

Nadere informatie

ADVIES. Voorontwerp van ordonnantie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende het toeristische logies. 17 oktober 2013

ADVIES. Voorontwerp van ordonnantie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende het toeristische logies. 17 oktober 2013 ADVIES Voorontwerp van ordonnantie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest betreffende het toeristische logies 17 oktober 2013 Economische en Sociale Raad voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Bischoffsheimlaan

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering houdende vaststelling van de regels tot bepaling van de bedragen

Nadere informatie

UITGEBREIDE INHOUDSOPGAVE

UITGEBREIDE INHOUDSOPGAVE UITGEBREIDE INHOUDSOPGAVE VOORWOORD... v BEKNOPTE INHOUDSOPGAVE...vii AFKORTINGEN... xi EERSTE TRANCHE HET DOMEIN... 1 HOOFDSTUK 1 OPENBAAR DOMEIN... 3 Afdeling 1. Historiek... 3 Afdeling 2. Relevantie,

Nadere informatie

Arbeidsongevallen. Steven Van den Broeck Directie TWW Antwerpen FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg

Arbeidsongevallen. Steven Van den Broeck Directie TWW Antwerpen FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg Arbeidsongevallen Steven Van den Broeck Directie TWW Antwerpen FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg steven.vandenbroeck@werk.belgie.be 5 juni 2018 1 Inhoud 1. Wetgeving 2. EHBO 3. Vergoeding

Nadere informatie

Verdrag betreffende de vrijheid tot het oprichten van vakverenigingen en de bescherming van het vakverenigingsrecht, San Francisco,

Verdrag betreffende de vrijheid tot het oprichten van vakverenigingen en de bescherming van het vakverenigingsrecht, San Francisco, Verdrag betreffende de vrijheid tot het oprichten van vakverenigingen en de bescherming van het vakverenigingsrecht, San Francisco, 09-07-1948 (vertaling: nl) Verdrag No. 87 betreffende de vrijheid tot

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED EN DE VLAAMSE MINISTER VAN BEGROTING, FINANCIËN EN ENERGIE NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Principiële goedkeuring van het voorontwerp

Nadere informatie

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk ------ Advies nr. 17 van 16 oktober 1998 met betrekking tot een ontwerp van koninklijk besluit en een

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZ/12/030 BERAADSLAGING NR 12/017 VAN 6 MAART 2012 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS AAN

Nadere informatie

PROGRAMMAWET (I) VAN 27 DECEMBER 2006. (B.S. 28 december 2006, 3e editie) Uittreksels

PROGRAMMAWET (I) VAN 27 DECEMBER 2006. (B.S. 28 december 2006, 3e editie) Uittreksels PROGRAMMAWET (I) VAN 27 DECEMBER 2006 (B.S. 28 december 2006, 3e editie) Uittreksels Aangevuld, gewijzigd of aangepast door: - de wet van 21 december 2007 houdende diverse bepalingen (I) (B.S. 31 december

Nadere informatie

BETREFT : Advies uit eigen beweging betreffende het toezicht door de werkgever op het gebruik van het informaticasysteem op de werkplaats.

BETREFT : Advies uit eigen beweging betreffende het toezicht door de werkgever op het gebruik van het informaticasysteem op de werkplaats. ADVIES Nr 10 / 2000 van 3 april 2000 O. Ref. : 10 / IP / 2000 / 017 BETREFT : Advies uit eigen beweging betreffende het toezicht door de werkgever op het gebruik van het informaticasysteem op de werkplaats.

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED, DE VLAAMSE MINISTER VAN BINNENLANDS BESTUUR, INBURGERING, WONEN, GELIJKE KANSEN EN ARMOEDEBESTRIJDING EN DE VLAAMSE MINISTER VAN WELZIJN,

Nadere informatie

ADVIES. Ontwerp van richtplan van aanleg. «Voormalige kazernes van Elsene» 21 februari 2019

ADVIES. Ontwerp van richtplan van aanleg. «Voormalige kazernes van Elsene» 21 februari 2019 ADVIES Ontwerp van richtplan van aanleg «Voormalige kazernes van Elsene» 21 februari 2019 Economische en Sociale Raad voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Bischoffsheimlaan 26 1000 Brussel Tel : 02

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD EN DE COMMISSIE

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD EN DE COMMISSIE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 18.7.2001 COM(2001) 411 definitief Voorstel voor een BESCHIKKING VAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD EN DE COMMISSIE betreffende het statuut en de algemene

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZG/18/048 BERAADSLAGING NR. 18/029 VAN 6 MAART 2018 OVER DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS UIT DE PERSOONSGEGEVENSBANK

Nadere informatie

2. Samenwerkingsakkoord tussen de federale Staat, de Gemeenschappen en de Gewesten betreffende de bestendiging van het armoedebeleid

2. Samenwerkingsakkoord tussen de federale Staat, de Gemeenschappen en de Gewesten betreffende de bestendiging van het armoedebeleid 137 2. Samenwerkingsakkoord tussen de federale Staat, de Gemeenschappen en de Gewesten betreffende de bestendiging van het armoedebeleid Het Samenwerkingsakkoord tussen de federale Staat, de Gemeenschappen

Nadere informatie

VR DOC.0432/1

VR DOC.0432/1 VR 2018 0405 DOC.0432/1 DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED EN DE VLAAMSE MINISTER VAN CULTUUR, MEDIA, JEUGD EN BRUSSEL NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Definitieve goedkeuring

Nadere informatie

Het recht op wonen: wat betekent het voor de burger?

Het recht op wonen: wat betekent het voor de burger? Het recht op wonen: wat betekent het voor de burger? 10 maart 2017 Programma Inleiding Waar vinden we de regel? Focus op artikel 23 van de Grondwet Focus op het Herzien Europees Sociaal Handvest 2 1 Inleiding

Nadere informatie

Voorstel van decreet. van de heren Sas van Rouveroij, Ivan Sabbe, Björn Rzoska, Bart Tommelein en Lode Vereeck

Voorstel van decreet. van de heren Sas van Rouveroij, Ivan Sabbe, Björn Rzoska, Bart Tommelein en Lode Vereeck stuk ingediend op 2198 (2013-2014) Nr. 1 3 oktober 2013 (2013-2014) Voorstel van decreet van de heren Sas van Rouveroij, Ivan Sabbe, Björn Rzoska, Bart Tommelein en Lode Vereeck houdende wijziging van

Nadere informatie

Informatieveiligheidscomité Kamer sociale zekerheid en gezondheid

Informatieveiligheidscomité Kamer sociale zekerheid en gezondheid 1 Informatieveiligheidscomité Kamer sociale zekerheid en gezondheid IVC/KSZG/18/222 BERAADSLAGING NR. 18/122 VAN 2 OKTOBER 2018 INZAKE DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS OVER HET VERLOOP VAN DE VASTSTELLING

Nadere informatie

Brussel, COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER ADVIES Nr 03 / 2004 van 15 maart 2004

Brussel, COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER ADVIES Nr 03 / 2004 van 15 maart 2004 KONINKRIJK BELGIE Brussel, Adres : Hallepoortlaan 5-8, B-1060 Brussel Tel. : +32(0)2/542.72.00 Email : commission@privacy.fgov.be Fax.: : +32(0)2/542.72.12 http://www.privacy.fgov.be/ COMMISSIE VOOR DE

Nadere informatie

Wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités (B.S. 15.I.1969) 65

Wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités (B.S. 15.I.1969) 65 INHOUDSTAFEL Woord vooraf Inhoudsoverzicht Inhoudstafel III V VII I. ARBEIDSRECHT Wet van 20 september 1948 houdende organisatie van het bedrijfsleven (B.S. 27/28.IX.1948) (uittreksel: art. 14-36) 3 Wet

Nadere informatie

ADVIES. Voorontwerp van ordonnantie houdende de oprichting van een «stedelijke vrijhandelszone» 17 april 2013

ADVIES. Voorontwerp van ordonnantie houdende de oprichting van een «stedelijke vrijhandelszone» 17 april 2013 ADVIES Voorontwerp van ordonnantie houdende de oprichting van een «stedelijke vrijhandelszone» 17 april 2013 Economische en Sociale Raad voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Bischoffsheimlaan 26 1000

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802 NOTA van: aan: Betreft: het voorzitterschap het Comité van permanente vertegenwoordigers Initiatief

Nadere informatie

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer; 1/6 Advies nr 09/2010 van 17 maart 2010 Betreft: Advies betreffende het ontwerp van Koninklijk besluit houdende uitvoering van artikel 3, 5, 3 van de Wet tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer

Nadere informatie

Het nieuwe Europese raamwerk bescherming persoonsgegevens in Europa en België/Vlaanderen

Het nieuwe Europese raamwerk bescherming persoonsgegevens in Europa en België/Vlaanderen Het nieuwe Europese raamwerk bescherming persoonsgegevens in Europa en België/Vlaanderen Willem Debeuckelaere De Privacyproef dejuristen Gent 1 juni 2017 Inhoud 1. Wat vooraf gaat? 2. Huidige stand van

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 november 2003 (OR. en) 13915/03 ENFOPOL 92 COMIX 642

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 november 2003 (OR. en) 13915/03 ENFOPOL 92 COMIX 642 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 4 november 2003 (OR. en) 13915/03 ENFOPOL 92 COMIX 642 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Resolutie van de Raad betreffende de beveiliging van de bijeenkomsten

Nadere informatie

De evolutie van de preventie in een Europees kader

De evolutie van de preventie in een Europees kader BBvAG LVII Nationale Dagen voor Arbeidsgeneeskunde Brussel 15 november 2018 De evolutie van de preventie in een Europees kader Luc Van Hamme Adviseur-generaal Arbeidsinspectie-TWW Hoofd van de regionale

Nadere informatie

VR DOC.1297/3BIS

VR DOC.1297/3BIS VR 2018 1611 DOC.1297/3BIS Samenwerkingsakkoord tussen de Vlaamse Gemeenschap, het Waalse Gewest, de Franse Gemeenschap, de Gemeenschapscommissie, de Franse Gemeenschapscommissie en de Duitstalige Gemeenschap

Nadere informatie

Het nieuwe Europese raamwerk bescherming persoonsgegevens in Europa en België/Vlaanderen. Willem Debeuckelaere WVG Colloquium gegevensindeling

Het nieuwe Europese raamwerk bescherming persoonsgegevens in Europa en België/Vlaanderen. Willem Debeuckelaere WVG Colloquium gegevensindeling Het nieuwe Europese raamwerk bescherming persoonsgegevens in Europa en België/Vlaanderen Willem Debeuckelaere WVG Colloquium gegevensindeling 8 mei 2017 Inhoud 1. Wat vooraf gaat? 2. Huidige stand van

Nadere informatie

Vlaams minister van Binnenlands Bestuur, Inburgering, Wonen, Gelijke Kansen en Armoedebestrijding NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

Vlaams minister van Binnenlands Bestuur, Inburgering, Wonen, Gelijke Kansen en Armoedebestrijding NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Vlaams minister van Binnenlands Bestuur, Inburgering, Wonen, Gelijke Kansen en Armoedebestrijding NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Definitieve goedkeuring van het ontwerp van decreet betreffende het

Nadere informatie

Bijlage Samenwerkingsakkoord tussen de federale Staat, de Gemeenschappen en de Gewesten betreffende de bestendiging van het armoedebeleid

Bijlage Samenwerkingsakkoord tussen de federale Staat, de Gemeenschappen en de Gewesten betreffende de bestendiging van het armoedebeleid Bijlage 2 253 Bijlage 2 Samenwerkingsakkoord tussen de federale Staat, de Gemeenschappen en de Gewesten betreffende de bestendiging van het armoedebeleid Het Samenwerkingsakkoord tussen de federale Staat,

Nadere informatie

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk

MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. ------ Advies nr. 43 van 14 december 2001 met betrekking tot de veiligheid en de gezondheid bij uitzendarbeid.

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» SCSZ/13/165 ADVIES NR. 13/71 VAN 2 JULI 2013 INZAKE DE MEDEDELING VAN ANONIEME GEGEVENS DOOR DE KRUISPUNTBANK

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» SCSZ/10/085 BERAADSLAGING NR 10/016 VAN 2 MAART 2010, GEWIJZIGD OP 6 JULI 2010, MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING

Nadere informatie

Deze bijlage blijft gelden zolang als de Verwerker de persoonsgegevens verwerkt namens de Verwerkingsverantwoordelijke.

Deze bijlage blijft gelden zolang als de Verwerker de persoonsgegevens verwerkt namens de Verwerkingsverantwoordelijke. Bijlage: Toepassing van EU verordening 2016/679 van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer

Nadere informatie

De reorganisatie door overdracht onder gerechtelijk gezag: aanpassing van de regelgeving noodzakelijk?

De reorganisatie door overdracht onder gerechtelijk gezag: aanpassing van de regelgeving noodzakelijk? De reorganisatie door overdracht onder gerechtelijk gezag: aanpassing van de regelgeving noodzakelijk? De zaak Plessers (C-509/17) We work for people, not clients Duurzaam samenwerken Excellent juridisch

Nadere informatie

BEDRIJF TITEL. Social media op de werkvloer! Karen Van den Bergh Els De Coninck Advanced Trainer/ Consultant SD Worx Learning

BEDRIJF TITEL. Social media op de werkvloer! Karen Van den Bergh Els De Coninck Advanced Trainer/ Consultant SD Worx Learning BEDRIJF TITEL Social media op de werkvloer! Karen Van den Bergh Els De Coninck Advanced Trainer/ Consultant SD Worx Learning 1 Inhoud 1. Algemene situering sociale media 2. Problematiek sociale media op

Nadere informatie

Doc. nr. Th gez. en veiligheid zelfst A07 Brussel, MH/FD/LC A D V I E S. over een

Doc. nr. Th gez. en veiligheid zelfst A07 Brussel, MH/FD/LC A D V I E S. over een Doc. nr. Th gez. en veiligheid zelfst A07 Brussel, 03.12.2002 MH/FD/LC A D V I E S over een VOORSTEL VOOR EEN AANBEVELING VAN DE RAAD BETREFFENDE DE TOEPASSING VAN DE WETGEVING INZAKE GEZONDHEID EN VEILIGHEID

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED EN DE VLAAMSE MINISTER VAN BEGROTING, FINANCIËN EN ENERGIE NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Definitieve goedkeuring van het ontwerp

Nadere informatie

GEDEELTELIJKE WIJZIGING VAN HET GBP GGB 15 HEIZEL ONTWERP LASTENBOEK BETREFFENDE DE UITWERKING VAN EEN AANVULLING VOOR HET MILIEUEFFECTENRAPPORT

GEDEELTELIJKE WIJZIGING VAN HET GBP GGB 15 HEIZEL ONTWERP LASTENBOEK BETREFFENDE DE UITWERKING VAN EEN AANVULLING VOOR HET MILIEUEFFECTENRAPPORT BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST REGION DE BRUXELLES-CAPITALE DE GEWESTELIJKE LA COMMISSION ONTWIKKELINGSCOMMISSIE REGIONALE DE DEVELOPPEMENT CRD-GOC GEDEELTELIJKE WIJZIGING VAN HET GBP GGB 15 HEIZEL ONTWERP

Nadere informatie

Sociale huisvestingscoördinatie van het OCMW van Sint-Joost-Ten-Noode Intern reglement

Sociale huisvestingscoördinatie van het OCMW van Sint-Joost-Ten-Noode Intern reglement Sociale huisvestingscoördinatie van het OCMW van Sint-Joost-Ten-Noode Intern reglement Het Handvest Door hun akkoord met de sociale huisvestingscoördinatie van Sint-Joost-Ten-Noode, verbinden de leden

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: 1 Goedkeuring en machtiging tot ondertekening van de overeenkomst tot oprichting van de internationale

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED EN DE VLAAMSE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Definitieve goedkeuring van het ontwerp

Nadere informatie

Informatieveiligheidscomité Kamer sociale zekerheid en gezondheid

Informatieveiligheidscomité Kamer sociale zekerheid en gezondheid Informatieveiligheidscomité Kamer sociale zekerheid en gezondheid IVC/KSZG/234 BERAADSLAGING NR. 18/130 VAN 6 NOVEMBER 2018 OVER DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR FAMIFED EN DE ORGANISATIES VAN DE

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 06/03/2017

Datum van inontvangstneming : 06/03/2017 Datum van inontvangstneming : 06/03/2017 Vertaling C-45/17-1 Zaak C-45/17 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 30 januari 2017 Verwijzende rechter: Conseil d État (Frankrijk) Datum

Nadere informatie

Versie van 14-11-2011 DEEL VI Titel II Hoofdstuk III De tegemoetkoming in de begrafeniskosten Inhoudsopgave 1. Wettelijke en reglementaire basis 2.

Versie van 14-11-2011 DEEL VI Titel II Hoofdstuk III De tegemoetkoming in de begrafeniskosten Inhoudsopgave 1. Wettelijke en reglementaire basis 2. Versie van 14-11-2011 DEEL VI Titel II Hoofdstuk III De tegemoetkoming in de begrafeniskosten Inhoudsopgave 1. Wettelijke en reglementaire basis 2. Begunstigden 3. Voorwaarden 4. Begrafeniskosten 5. Bedrag

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 5 november

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 5 november A D V I E S Nr. 1.913 -------------------------------- Zitting van woensdag 5 november 2014 ------------------------------------------------------- Ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZG/17/122 BERAADSLAGING NR. 17/054 VAN 4 JULI 2017 OVER DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS UIT DE PERSOONSGEGEVENSBANK

Nadere informatie

2. Voor de voorgestelde insolventierichtlijn geldt de gewone wetgevingsprocedure.

2. Voor de voorgestelde insolventierichtlijn geldt de gewone wetgevingsprocedure. Raad van de Europese Unie Brussel, 19 mei 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0359 (COD) 9316/17 NOTA van: aan: Nr. Comdoc.: 14875/16 Betreft: het voorzitterschap het Coreper / de Raad JUSTCIV

Nadere informatie

VR DOC.0510/1BIS

VR DOC.0510/1BIS VR 2017 1905 DOC.0510/1BIS VR 2017 1905 DOC.0510/1BIS DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Standpuntbepaling

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZG/18/049 BERAADSLAGING NR. 18/030 VAN 6 MAART 2018 OVER DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS UIT DE PERSOONSGEGEVENSBANK

Nadere informatie

De specifieke rol van de ombudsman binnen de administratieve lastenproblematiek. Beleidsinformatie en rechten van burgers als gebruikers

De specifieke rol van de ombudsman binnen de administratieve lastenproblematiek. Beleidsinformatie en rechten van burgers als gebruikers de Federale ombudsman De specifieke rol van de ombudsman binnen de administratieve lastenproblematiek Beleidsinformatie en rechten van burgers als gebruikers Marc De Mesmaeker overzicht Situering van de

Nadere informatie

Toegang tot de e-mails van een afwezige medewerker. Sleutelbegrippen: preventieve maatregelen, responsabilisering, proportionaliteit en transparantie

Toegang tot de e-mails van een afwezige medewerker. Sleutelbegrippen: preventieve maatregelen, responsabilisering, proportionaliteit en transparantie Toegang tot de e-mails van een afwezige medewerker Sleutelbegrippen: preventieve maatregelen, responsabilisering, proportionaliteit en transparantie 1. In deze context moet verwezen worden naar de gedragsregels

Nadere informatie

Tekst van de artikelen 33 tot en met 37 met toelichting

Tekst van de artikelen 33 tot en met 37 met toelichting EUROPESE CONVENTIE SECRETARIAAT Brussel, 2 april 2003 (03.04) (OR. fr) CONV 650/03 NOTA van: aan: Betreft: het Praesidium de Conventie Het democratisch leven van de Unie Deel I van de Grondwet, Titel VI:

Nadere informatie

MEMORIE VAN TOELICHTING

MEMORIE VAN TOELICHTING Ontwerp van decreet tot wijziging van de wet van 5 september 2001 tot verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers en van het Gerechtelijk Wetboek, wat betreft het opleggen van sancties aan

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 17.9.2018 COM(2018) 642 final 2018/0333 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het standpunt dat namens de Europese Unie moet worden ingenomen in het Europees

Nadere informatie

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk.

FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG ------ Hoge Raad voor Preventie en Bescherming op het werk. ------ Advies nr. 143 van 19 juni 2009 over het ontwerp van koninklijk besluit

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van vrijdag 10 oktober

A D V I E S Nr Zitting van vrijdag 10 oktober A D V I E S Nr. 1.654 ------------------------------ Zitting van vrijdag 10 oktober 2008 ----------------------------------------------- IPA 2007-2008 - Non-discriminatie - Positieve acties x x x 2.278/1-1

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 januari 2002 (OR. en) 14759/01 JEUN 67 SOC 510

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 januari 2002 (OR. en) 14759/01 JEUN 67 SOC 510 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 15 januari 2002 (OR. en) 14759/01 JEUN 67 SOC 510 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Resolutie van de Raad en de vertegenwoordigers van de regeringen

Nadere informatie

ADVIES. Voorontwerp van ordonnantie betreffende de stages voor werkzoekenden. 16 juni 2015

ADVIES. Voorontwerp van ordonnantie betreffende de stages voor werkzoekenden. 16 juni 2015 ADVIES Voorontwerp van ordonnantie betreffende de stages voor werkzoekenden 16 juni 2015 Economische en Sociale Raad voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Bischoffsheimlaan 26 1000 Brussel Tel : 02 205

Nadere informatie

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, in het bijzonder artikel 5, 1 en 92bis;

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, in het bijzonder artikel 5, 1 en 92bis; Ontwerp van samenwerkingsakkoord tussen de federale, gewestelijke en gemeenschapsoverheden voor het coördineren van de gegevensverwerking in het gezondheidsbeleid en de bijstand aan personen Gelet op artikelen

Nadere informatie

SECTORCOMITE XVIII VLAAMSE GEMEENSCHAP EN VLAAMS GEWEST. protocol nr

SECTORCOMITE XVIII VLAAMSE GEMEENSCHAP EN VLAAMS GEWEST. protocol nr SECTORCOMITE XVIII VLAAMSE GEMEENSCHAP EN VLAAMS GEWEST protocol nr. 202.628 PROTOCOL HOUDENDE DE CONCLUSIES VAN DE ONDERHANDELINGEN VAN 28 JULI EN 22 SEPTEMBER 2003 DIE GEVOERD WERDEN IN HET SECTORCOMITE

Nadere informatie

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, artikel 5, 1, I, 2, 3, 4 en 5 ;

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, artikel 5, 1, I, 2, 3, 4 en 5 ; Samenwerkingsakkoord tussen de Vlaamse Gemeenschap, het Waalse Gewest, de Franse Gemeenschap, de Gemeenschapscommissie, de Franse Gemeenschapscommissie en de Duitstalige Gemeenschap betreffende de financiering

Nadere informatie

Infobrochure cybersurveillance

Infobrochure cybersurveillance Infobrochure cybersurveillance I. Cybersurveillance : een woordje uitleg Op 2 mei 2012 heeft de Privacycommissie een aanbeveling uitgebracht over werkgeverscontrole van e-mail en internetgebruik op de

Nadere informatie

NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING De minister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Buitenlands Beleid en Onroerend Erfgoed De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING

Nadere informatie

De deontologische beperkingen op de reclame gelet op het voorstel voor een richtlijn over de evenredigheidstoets en de rechtspraak van het HvJ-EU

De deontologische beperkingen op de reclame gelet op het voorstel voor een richtlijn over de evenredigheidstoets en de rechtspraak van het HvJ-EU De deontologische beperkingen op de reclame gelet op het voorstel voor een richtlijn over de evenredigheidstoets en de rechtspraak van het HvJ-EU Paris Decembre 8th 2017 1 Voorstel richtlijn evenredigheid

Nadere informatie

Betreft: adviesaanvraag m.b.t. artikel 58 van de Code wallon du bien-être animal (vrije vertaling: Waals wetboek voor dierenwelzijn) (CO-A )

Betreft: adviesaanvraag m.b.t. artikel 58 van de Code wallon du bien-être animal (vrije vertaling: Waals wetboek voor dierenwelzijn) (CO-A ) 1/5 Advies 68/2018 van 25 juli 2018> Betreft: adviesaanvraag m.b.t. artikel 58 van de Code wallon du bien-être animal (vrije vertaling: Waals wetboek voor dierenwelzijn) (CO-A-2018-046) De Gegevenbeschermingsautoriteit;

Nadere informatie

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer,

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, KONINKRIJK BELGIE 1000 Brussel, Postadres : Minist Water Kantoren : Regen Tel. : Fax : COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER ADVIES Nr 11 / 97 van 30 april 1997 -------------------------------------------

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 21 december

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 21 december A D V I E S Nr. 1.539 ----------------------------- Zitting van woensdag 21 december 2005 ------------------------------------------------------- Ontwerp van samenwerkingsakkoord tussen de Federale Staat,

Nadere informatie

tot de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVG"); Advies nr. 156/2018 van 19 december 2018

tot de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVG); Advies nr. 156/2018 van 19 december 2018 1/5 Advies nr. 156/2018 van 19 december 2018 Betreft: Advies betreffende het voorontwerp van wet tot wijziging van de wet van 4 december 2007 betreffende de sociale verkiezingen, van de wet van 20 september

Nadere informatie

ADVIES. Voorontwerp van ordonnantie betreffende bouwplaatsen op de openbare weg. 21 september 2017

ADVIES. Voorontwerp van ordonnantie betreffende bouwplaatsen op de openbare weg. 21 september 2017 ADVIES Voorontwerp van ordonnantie betreffende bouwplaatsen op de openbare weg 21 september 2017 Economische en Sociale Raad voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Bischoffsheimlaan 26 1000 Brussel Tel

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» SCSZG/16/067 BERAADSLAGING NR. 16/033 VAN 5 APRIL 2016 MET BETREKKING TOT DE UITWISSELING VAN PERSOONSGEGEVENS

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 23 oktober

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 23 oktober A D V I E S Nr. 1.425 Zitting van woensdag 23 oktober 2002 --------------------------------------------------- Onderwerping aan de sociale zekerheid - federale autonome overheidsbedrijven x x x 1.958-1

Nadere informatie