Ecologie vs. economie?

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Ecologie vs. economie?"

Transcriptie

1 Ecologie vs. economie? flexibele oplossingen binnen het Natura 2000-beleid Afstudeeropdracht Natuurmonumenten Auteur: Esther Vogelaar Opleiding: Bos- en Natuurbeheer Module: Afstuderen Major Environment Plaats: s-graveland Datum: 28 mei 2010

2 Ecologie vs. economie? flexibele oplossingen binnen het Natura 2000-beleid Afstudeeropdracht Natuurmonumenten Auteur: Opleiding: Module: Esther Vogelaar Bos- en Natuurbeheer Afstuderen Major Environment Organisatie: Natuurmonumenten School: Hogeschool INHolland Noordereinde 60 Rotterdamse weg JJ s-graveland 2628 AL Delft Begeleider: J. Otte Opdrachtgever: S. Klaassen Beoordelaar: N. Emonts Plaats: s-graveland Datum: 28 mei 2010 Afbeeldingen voorblad: nl.wikimedia.org

3 Voorwoord Mijn afstudeerperiode bij Natuurmonumenten van februari tot en met mei van dit jaar heb ik als erg prettig en nuttig ervaren. Helaas is aan deze periode nu een einde gekomen. Ik heb veel geleerd over het Natura 2000-dossier, de complexiteit van dit dossier en Natuurmonumenten als natuurbeschermingsorganisatie. In het afstudeeronderzoek heb ik met plezier veel tijd en energie ingestoken om uiteindelijk dit verslag te kunnen opleveren. Tussen de bedrijven door heb ik een aantal leuke bijeenkomsten mee mogen maken zoals het Voorjaarsforum en het politieke debat met Tweede Kamerleden naar aanleiding van de presentatie van het boek Het succes van de EHS en aan het begin van mijn stageperiode een bezoek aan de Tweede Kamer voor een Algemeen Overleg over Natura Graag wil ik van de gelegenheid gebruik maken personen te bedanken die hebben bijgedragen aan het tot stand komen van dit verslag. Allereerst wil ik Suzanne Klaassen bedanken voor de mogelijkheid die zij mij geboden heeft om mijn afstudeeronderzoek bij Natuurmonumenten te mogen uitvoeren. Daarnaast in het bijzonder de personen die door mij tijd hebben vrijgemaakt voor de interviews die ik voor dit onderzoek heb afgenomen: Henk Siebel, Geert Jan Smits, Patrick Nuvelstijn, Martijn van Schie en Toine Cooijmans van Natuurmonumenten, Harm Schoten van Vogelbescherming Nederland, Herman Litjens van ZLTO, Ingrid Roelse en Eric van der Sommen van Regiebureau Natura 2000, Hedwich Kuipers van Watersportverbond, Ivo Gelsing van RECRON, Jos Rijkhoff van VNO-NCW, Pim de Wit van Havenbedrijf Rotterdam, Marianne van der Veen van Provincie Gelderland, Jos van der Kaaden van Provincie Zuid-Holland, Bas Roels van Ministerie van LNV, Peter Symens van Natuurpunt, Andrea van den Berg van Staatsbosbeheer, Wouter Iedema van Rijkswaterstaat IJsselmeergebied en natuurlijk alle andere personen die op een of andere manier betrokken zijn geweest bij mijn afstudeeronderzoek. Ik zal mijn afstudeerperiode blijvend herinneren als een mooie tijd waarin ik met veel mensen van verschillende organisaties in contact ben gekomen.

4 Inhoudsopgave Samenvatting Inleiding Onderzoeksmethodiek Implementatie Natura 2000 in Nederland het proces Natuurbeschermingswet Instandhoudingsdoelstellingen Aanwijzingen Beheerplannen Vergunningverlening Flexibiliteit in het Natura 2000-beleid Politieke ontwikkelingen Omkering Wijzigingen Natuurbeschermingswet Stikstof en rek en ruimte Briefwisseling Balkenende - Barosso Sociaal-economische paragraaf Economische activiteiten en flexibiliteit Economische activiteiten Op zoek naar flexibiliteit Voldoende flexibiliteit? Praktijkvoorbeelden en beoordeling Beoordeling Criteria voor succes Beheerplan Voordelta Concept-beheerplan Deurnsche Peel, Mariapeel en Groote Peel Stikstof Convenant Stikstof en Natura Convenant natuurbeheer Natura 2000-gebied Voornes Duin Water Natura 2000-gebied Brabantse Wal drinkwaterwinning Nieuw Limburgs Peil peilgestuurde drainage Waddenzee Principe hand-aan-de-kraan waddengas Convenant transitie mosselsector en natuurherstel Waddenzee Natura 2000-gebied Sallandse Heuvelrug korhoen Natura 2000-gebied Veluwe verblijfs- en dagrecreatie IJsselmeergebied Audit Pleziervaart en Natura Kaderstellende benadering IJsselmeergebied en Recreatieladder Kitesurfen Vlaanderen Flexibiliteit en omgang met mogelijke conflictsituaties Toepassing flexibiliteit in Nieuwkoopse plassen en de Haeck Kansen en knelpunten Water Toepassing peilgestuurde drainage Stikstof Toepassing Convenant Stikstof en Natura 2000 en de PAS Recreatie... 55

5 7 Eindbeoordeling flexibiliteit Praktijkvoorbeelden Nieuwkoopse plassen en de Haeck Discussie Conclusies Aanbevelingen Verklarende woordenlijst Literatuur en andere bronnen Bijlage 1 Europees beleid Bijlage 2 Natura 2000-gebieden Bijlage 3 Relatie Natura 2000 en andere wet- en regelgeving Bijlage 4 Biodiversiteit en ecosystemen Bijlage 5 Nieuwkoopse Plassen en de Haeck Bijlage 6 Beheerplan Voordelta: natuurbescherming en recreatie Bijlage 7 Krimp- en groeigebieden Veluwe Bijlage 8 Overzicht beoordelingen praktijkvoorbeelden Bijlage 9 Vragen interviews... 90

6 Samenvatting De afstudeeropdracht Ecologie vs. economie? flexibele oplossingen binnen het Natura-2000 beleid is uitgevoerd voor Natuurmonumenten door Esther Vogelaar in het kader van haar afstuderen voor de Major Environment van de opleiding Bos- en natuurbeheer van Hogeschool INHolland Delft. De afstudeerperiode vond plaats bij de afdeling Extern beleid van Natuurmonumenten te s-graveland. De opdrachtgever vanuit Natuurmonumenten is S. Klaassen, de procesbegeleider en productbeoordelaar van Hogeschool INHolland Delft zijn respectievelijk J. Otte en N. Emonts. In 2005 is de Europese Vogel- en Habitatrichtlijn vertaald naar Nederlandse wetgeving in de Natuurbeschermingswet In Nederland worden in totaal 162 gebieden aangewezen als Vogelen/of Habitatrichtlijngebieden: ofwel Natura 2000-gebieden. Voor de gebieden zijn instandhoudingsdoelstellingen opgesteld om de natuurkwaliteit te behouden en te verbeteren. De afgelopen jaren heeft het Natura 2000-beleid een negatieve klank gekregen, er zou niets meer mogen in en rondom de gebieden: Nederland gaat op slot. Dit onderzoek richt zich daarentegen op wat er economisch gezien wel kan, een zoektocht naar flexibele oplossingen voor dreigende conflictsituaties tussen ecologie en economie in en rondom Natura 2000-gebieden. Via interviews met verschillende partijen is naar praktijkvoorbeelden gezocht. De gevonden voorbeelden zijn beoordeeld op succes (flexibiliteit) door te bepalen of deze de instandhoudingsdoelstellingen dichterbij brengen én of de oplossingen economische ontwikkelingen mogelijk maken (=win-win). De voorbeelden hadden vooral betrekking op conflictsituaties over de onderwerpen stikstof, water en recreatie. Stikstofuitstoot (met name ammoniak) en wateronttrekking (verdroging) door de landbouw kunnen worden beschouwd als de belangrijkste knelpunten voor Natura 2000-gebieden waardoor de instandhoudingsdoelstellingen niet kunnen worden gehaald. Goede oplossingen voor de stikstofproblematiek zijn gevonden in voorbeelden waarbij de komende jaren bij een per saldo dalende stikstofdepositielijn economische ontwikkelingen voor agrariërs mogelijk blijven (= win-win). Een goede oplossing voor water is de reductie van drinkwaterwinning en het aanvullen van het watertekort door tegen provinciale vergoeding water in te kopen (= win-win). Een andere oplossing is peilgestuurde drainage waarmee agrariërs zelf indien nodig hun waterpeil kunnen regelen, in plaats van de traditionele buisdrainage waarbij een continue laag waterpeil wordt gehanteerd, waardoor minder water wordt onttrokken en minder beregening nodig is. Verdroging van zowel landbouw- als natuurgebieden wordt hiermee tegengegaan (=win-win). Recreatie kan een probleem vormen voor de instandhoudingsdoelstellingen als deze een verstorende werking heeft op soorten. In beheerplannen en andere overeenkomsten is veelal gekozen de recreatie te zoneren in tijd en ruimte om deze zo veel mogelijk doorgang te laten vinden en tevens voldoende rust te creëren voor soorten (=win-win). Handhaving en uitvoering van gemaakte afspraken of de juridische houdbaarheid is uiteindelijk van belang om het daadwerkelijke succes te bepalen, maar daar is in dit onderzoek niet op ingegaan. De zoektocht naar flexibiliteit heeft aangetoond dat met het schuiven in tijd en ruimte en met duurzame technieken de doelstellingen dichterbij worden gebracht (al dan niet in combinatie met tijd om transitie mogelijk te maken). Maar ook dat met het zoeken naar win-win oplossingen het mogelijk is een balans te vinden tussen economie en ecologie: de Europese en nationale regelgeving zijn niet star zolang de dubbele doelstelling in ogenschouw wordt genomen of zolang economische ontwikkeling duurzaam is. Er geldt een hard kader waarin gewerkt moet worden en dat vereist voornamelijk duurzaam gedrag. Het advies aan Natuurmonumenten is door te gaan met de ingeslagen weg gezamenlijk win-win oplossingen te zoeken zodat de lijst met succesvolle oplossingen zal blijven groeien. Natuurmonumenten kan dit rapport gebruiken in de beheerplanprocessen om aan te tonen dat het Natura 2000-beleid voldoende flexibel is. Tevens moet door Natuurmonumenten ingezet worden op het besef van het economisch nut van ecosystemen, dit kan bijdragen aan het draagvlak voor Natura Het onderzoek naar de toepasbaarheid van de praktijkvoorbeelden voor Natura 2000-gebied Nieuwkoopse Plassen en de Haeck heeft laten zien dat deze niet direct toepasbaar waren in het gebied voor de betreffende water- en stikstofproblematiek. En dat voor recreatie geen problemen

7 bestaan tussen de recreatieondernemers en het behalen van de natuurdoelen. Om de Natura doelen in dit gebied te behalen moet de EHS worden gerealiseerd. Dit betekent hoogstwaarschijnlijk dat de 8 agrariërs in de Meijegraslanden door de provincie moeten worden uitgekocht. Het is in dit specifieke geval dus niet mogelijk een win-win situatie (dubbele doelstelling) te creëren voor de lokale boeren. Natuurmonumenten moet zich politiek blijven inzetten voor de realisatie van de EHS en bedrijfsleven/agrariërs moeten inzien dat door de realisatie van de EHS (en Natura 2000) de natuur robuust wordt waardoor er meer ruimte is voor economische ontwikkeling. 1 Inleiding De afstudeeropdracht Ecologie vs. economie? flexibele oplossingen binnen het Natura-2000 beleid is uitgevoerd voor Natuurmonumenten door Esther Vogelaar in het kader van haar afstuderen voor de Major Environment van de opleiding Bos- en natuurbeheer van Hogeschool INHolland Delft. De afstudeerperiode vond plaats bij de afdeling Extern beleid van Natuurmonumenten te s-graveland. De opdrachtgever vanuit Natuurmonumenten is S. Klaassen, de procesbegeleider en productbeoordelaar van Hogeschool INHolland Delft zijn respectievelijk J. Otte en N. Emonts. De afstudeerperiode omvatte 20 weken ofwel 100 werkdagen en liep van maandag 1 februari 2010 tot vrijdag 25 juni Hieronder wordt een inleiding gegeven op de inhoud van de afstudeeropdracht en worden de hoofddoelstelling, subdoelstellingen en probleemstelling uitgewerkt. De afstudeeropdracht heeft een beleidsmatig karakter en richt zich op het Natura 2000-beleid: welke flexibiliteit of ruimte bestaat er binnen de Natura 2000-regelgeving in Nederland. Met flexibiliteit of ruimte wordt kort gezegd bedoeld: wat kan er economisch gezien allemaal wel in Natura gebieden uitgaande van de gestelde natuurdoelen. Op dit moment hangt er een negatieve sfeer rondom het Natura 2000-beleid: er zou niets meer mogen als een gebied de status Natura gebied heeft gekregen. Maar is dat wel zo? Voor Natuurmonumenten wordt door middel van dit onderzoek inzicht gegeven in hoeverre in de praktijk naar oplossingen is gezocht om economische activiteiten met ecologische doelstellingen te verenigen. Hoofddoelstelling: Op welke wijze is in Nederland gezocht naar de flexibiliteit in het Natura beleid als het gaat om economische activiteiten en het vinden van oplossingen voor dreigende conflictsituaties tussen ecologie en economie in en rondom Natura 2000-gebieden (praktijkvoorbeelden). Subdoelstellingen: Om een beeld te vormen van de complexiteit van het Natura-2000 beleid wordt een literatuuronderzoek verricht. De analyse van het onderzoek omvat de zoektocht naar praktijkvoorbeelden van flexibiliteit/ruimte binnen het Natura 2000-beleid: er wordt gekeken hoe omgegaan wordt met economische ontwikkeling en mogelijke conflictsituaties tussen ecologie en economie in en rondom Natura 2000-gebieden. Tevens wordt kort gekeken hoe het Vlaamse deel van EU-lidstaat België hiermee omgaat. De praktijkvoorbeelden worden beoordeeld op succes (flexibiliteit) aan de hand van een aantal opgestelde criteria. Als laatste wordt verkend en geadviseerd in hoeverre de gevonden flexibiliteit in de praktijkvoorbeelden op het Natura 2000-gebied Nieuwkoopse Plassen en de Haeck toepasbaar is, een gebied waar het beheerplanproces nog in volle gang is en het proces mogelijk nog beïnvloed kan worden. Probleemstelling: Kunnen economische activiteiten en ecologische doelstellingen in Natura gebieden in Nederland met elkaar worden verenigd, zodat een optimale situatie bestaat tussen ecologie en economie. De uitwerking van bovenstaande doelstellingen en probleemstelling heeft geleid tot dit verslag welke tot stand is gekomen door literatuuronderzoek, het gebruik van websites van overheid / officiële instanties, het afnemen van interviews en/of het voeren van telefoongesprekken met derden. Voor het Vlaamse deel van EU-lidstaat België is ter afbakening van de afstudeeropdracht alleen contact opgenomen van natuurbeschermingsorganisatie Natuurpunt. Dit verslag is zowel geschreven voor Natuurmonumenten als voor eenieder die betrokken is bij de Natura 2000-processen en mogelijk te maken krijgt met conflictsituaties tussen de ecologische doelstellingen en economische belangen in de Natura 2000-gebieden.

8 Leeswijzer: Dit onderzoek valt uiteen in vier delen. Het eerste deel omvat het literatuuronderzoek welke opgenomen in hoofdstuk 3. Het tweede deel is gericht op de zoektocht naar flexibiliteit (praktijkvoorbeelden), opgenomen in hoofdstuk 4 en 5. Het derde deel richt zich op de beoordeling van de praktijkvoorbeelden op flexibiliteit, de beoordeling is geïntegreerd in hoofdstuk 5 van het verslag. Als laatste wordt in hoofdstuk 6 onderzoek gedaan naar de toepasbaarheid van de gevonden flexibiliteit in het Natura 2000-gebied Nieuwkoopse Plassen en de Haeck. Deze hoofdstukken worden gevolgd door een eindbeoordeling op flexibiliteit, de discussie, conclusies en aanbevelingen. Aan het eind van het verslag is een verklarende woordenlijst opgenomen. De bijlagen van dit verslag bevatten o.a. een gedeelte van het literatuuronderzoek, het overzicht van de beoordelingen van de praktijkvoorbeelden en de vragen van de afgenomen interviews. 2 Onderzoeksmethodiek Zoals aangegeven in de inleiding is de afstudeeropdracht Ecologie vs. economie? flexibele oplossingen binnen het Natura-2000 beleid opgebouwd uit vier delen: 1. Literatuuronderzoek; 2. Zoektocht naar de flexibiliteit binnen het Natura 2000-beleid met verschillende (geslaagde) praktijkvoorbeelden in Nederland (en België); 3. Beoordeling van de voorbeelden op succes; 4. Verkenning naar de toepasbaarheid van de gevonden flexibiliteit in het Natura 2000-gebied De Nieuwkoopse Plassen en de Haeck Hieronder wordt voor ieder deel aangegeven welke onderzoeksmethodiek is gebruikt. 1. Literatuuronderzoek Het eerste deel van de afstudeeropdracht (inventarisatiefase) richt zich op het doen van literatuuronderzoek naar de achtergrond van het Natura 2000 beleid. Met de achtergrondinformatie wordt een inhoudelijk beeld gegeven van het huidige natuurbeschermings- c.q. biodiversiteitsbeleid. Dit was van belang voor het begrip van de rest van het onderzoek. Daarnaast geeft het literatuuronderzoek de complexiteit van het beleid weer en worden begrippen verhelderd. Voor het onderzoek is voornamelijk gebruik gemaakt van documenten van het Ministerie van LNV, de Europese Commissie, de Natuurbeschermingswet 1998 en brieven van de minister van LNV aan de Tweede Kamer. Daarnaast is uitsluitend gebruik gemaakt van websites van overheden en officiële instanties, o.a. van het Ministerie van LNV, de Europese Unie en het directoraat-generaal Milieu van de Europese Commissie en geraadpleegd. De kern van de literatuurstudie richt zich op de implementatie van het Natura 2000-regelgeving in Nederland. Om de Nederlandse implementatie in Europese en nationale context te plaatsen is ingegaan op het onderwerp (Europese) ecosystemen en biodiversiteit het Europese beleid en de relatie van Natura 2000 met andere wet- en regelgeving (opgenomen in de bijlagen). Tevens wordt literatuuronderzoek verricht tijdens de zoektocht naar flexibiliteit (zie hierna). 2. Zoektocht naar flexibiliteit door middel van open interviews Het tweede deel (analytische fase) richt zich allereerst op het aangeven van de context van het onderzoek door in te gaan op enkele recente landelijke politieke ontwikkelingen. Vervolgens is door het afnemen van interviews gezocht naar voorbeelden van flexibiliteit/ruimte in het Natura 2000-beleid (in combinatie met literatuuronderzoek: beheerplannen en convenanten). Baarda et al. (2000) maken bij het afnemen van interviews onderscheidt tussen gestructureerde en open interviews, ofwel vormen van resp. kwantitatief en kwalitatief onderzoek. Als verzamelde informatie statistisch moet worden verwerkt dan is het verstandig gebruik te maken van kwantitatief onderzoek door het afnemen van enquêtes (gestructureerde interviews). Voor dit onderzoek zijn cijfers niet van belang (zie hierna), dus is gebruik gemaakt van een ongestructureerde dataverzamelingsmethode (Baarda et al., 2000). De

9 voorbereiding en opzet van de open interviews is gebaseerd op de methode van Baarda et al. (1996 en 2001). Het open interview is de term voor alle soorten interviews die niet volledig zijn gestructureerd, waarbij de vragen en antwoorden vastliggen (enquête). Voor de methodiek open interviewen is gekozen omdat, anders dan met een volledig gestructureerd interview, ideeën, opvattingen en ervaringen kunnen worden achterhaald (Baarda et al., 1996 en 2001). De vragen zijn gesteld tijdens de interviews zijn vooraf opgesteld met medewerking van Suzanne Klaassen en het boek Leren interviewen van M. Hulshof (1997) en hebben een open karakter. Hiervoor is gekozen omdat de vragen voorafgaand aan de interviews naar de betrokken personen zijn gestuurd, zodat deze zich op het interview konden voorbereiden. De opgestelde interviewvragen zijn te vinden in de laatste bijlage van dit verslag (bijlage 9). Tijdens de gesprekken is afgeweken van de vragen en is verder doorgevraagd. De meeste interviews volgden de opgestelde vragenlijst, in specifieke gevallen is deze aangepast. Vanzelfsprekend werd een interview vooraf gegaan door een inleiding van de student. Het type open interview, beschreven door Baarda et al. (1996 en 2001), waarmee de afgenomen interviews kunnen worden vergeleken is het type gedeeltelijk gestructureerd interview. Dit type wordt o.a. gekenmerkt door vragen met een vaste formulering (open vragen), waarbij moet worden doorgevraagd. Indien wordt doorgevraagd op een bepaald gespreksonderwerp, wordt ook wel gesproken van een diepte-interview (Baarda et al., 1996 en 2001). De interviews zijn opgenomen met een memorecorder zodat helemaal op het gesprek kan worden geconcentreerd en achteraf de bewoordingen konden worden gecontroleerd en gebruikt. Daarnaast werden tijdens de gesprekken aantekeningen gemaakt om de belangrijkste punten te noteren zodat de selectie achteraf vergemakkelijkt werd (Hulshof, 1996). Voor de verdere voorbereiding (gesprekstechnieken) op de interviews en de uitwerking is zowel gebruik gemaakt van de literatuur van Hulshof (1997) als Baarda et al. (1996 en 2001). Door de interviews is naast de zoektocht naar voorbeelden o.a. een beeld verkregen van hoe betrokkenen economische activiteiten in en rondom Natura 2000-gebieden en flexibiliteit in het Natura-2000-beleid definiëren. De praktijkvoorbeelden van flexibiliteit zijn beschreven en vervolgens ter verificatie verstuurd (via ) naar de betreffende geïnterviewden die de voorbeelden hebben aangedragen (indien de verbeelden niet alleen voortkwamen uit literatuuronderzoek). Wijzigingen en/of aanvullingen zijn vervolgens verwerkt. Daarna zijn de voorbeelden voor de Natura 2000-gebieden waar Natuurmonumenten eigendommen heeft, voor commentaar voorgelegd aan de extern beleidmedewerkers / ecologen van de regiokantoren. 3. Beoordeling praktijkvoorbeelden op succes (flexibiliteit) door middel van criteria Het derde deel (visievormende fase) van het onderzoek is gericht op het beoordelen van de gevonden praktijkvoorbeelden van flexibiliteit in het Natura 2000-beleid op succes. Het succes van de voorbeelden wordt bepaald de hand van een aantal criteria, deze criteria zijn opgesteld nadat alle interviews met betrokken personen waren afgenomen. Tijdens de interviews is specifiek gevraagd naar wat volgens de geïnterviewden praktijkvoorbeelden tot een succes maken. De meningen van de geïnterviewden zijn geanalyseerd waarna de criteria voor de beoordeling zijn opgesteld. De beoordeling is geïntegreerd in het hoofdstuk met de praktijkvoorbeelden. Tevens wordt een eindbeoordeling op flexibiliteit gegeven. 4. Verkenning toepasbaarheid praktijkvoorbeelden door middel van open interviews In het laatste onderdeel vindt de specifieke uitwerking van het afstudeeronderzoek plaats. Verkend wordt in hoeverre de flexibiliteit/ruimte, gevonden in de praktijkvoorbeelden, op het voorbeeld Natura 2000-gebied Nieuwkoopse Plassen en de Haeck toepasbaar is, de (on)mogelijkheden voor het gebied zullen worden blootgelegd, aan de hand van een knelpunten/kansenanalyse. Om inzicht te krijgen of de gevonden voorbeelden ook toegepast kunnen worden, zijn twee interviews afgenomen met twee medewerkers van Natuurmonumenten, via de systematiek open interviewen. Anders dan in

10 de analytische fase heeft één interview het karakter van een halfgestructureerd interview waarbij alleen de onderwerpen van te voren vastliggen (topic-lijst) en het andere interview het karakter van het zogenaamde vrije-attitude-interview welke volledig ongestructureerd is en waar eigenlijk alleen de beginvraag vastligt (Baarda et al., 2001).

11 3 Implementatie Natura 2000 in Nederland het proces Natura 2000 bestaat uit een Europees netwerk van beschermde natuurgebieden met als doel behoud en herstel van de biodiversiteit in Europa. In totaal omvat het netwerk ongeveer km². Juridisch gezien komt Natura 2000 voort uit de Europese Vogel- en Habitatrichtlijn (zie bijlage 1). In Nederland is het Natura 2000-beleid verankerd in de Natuurbeschermingswet 1998 welke in 2005 van kracht werd ( 1; 1). Voor Nederland betreft het in totaal 162 gebieden (zie bijlage 2). De bescherming van Natura 2000-gebieden loopt langs drie sporen: (1) de aanwijzing van gebieden, (2) het opstellen van beheerplannen en (3) vergunningverlening en zijn vastgelegd in de Natuurbeschermingswet 1998 ( 1). Voor Natura 2000 zijn natuurdoelen ofwel instandhoudingsdoelstellingen geformuleerd. In paragraaf 3.2 t/m 3.5 van dit hoofdstuk wordt respectievelijk ingegaan op de instandhoudingsdoelstellingen, de aanwijzing van de gebieden, beheerplannen en de vergunningverlening voor Natura 2000-gebieden. Allereerst wordt in paragraaf 3.1 de Natuurbeschermingswet in relatie tot Natura 2000 toegelicht. 3.1 Natuurbeschermingswet 1998 Nederland kreeg in 1967 voor het eerst een Natuurbeschermingwet (Nb-wet) (hierna alleen nog benoemd als Nb-wet). Met deze wet werd het mogelijk om natuurgebieden en soorten te beschermen. op een gegeven moment voldeed de wet niet meer aan de eisen van internationale verdragen en Europese verordeningen voor natuurbescherming. In 1998 is een nieuwe Natuurbeschermingswet gemaakt die alleen gericht is op gebiedsbescherming. De Flora- en faunawet regelt de soortbescherming. Op 1 oktober 2005 is de Nb-wet gewijzigd om de Europese Vogel- en Habitatrichtlijn hierin te verwerken ( 2). Op grond van de Natuurbeschermingswet 1998 worden onderstaande typen gebieden aangewezen en beschermd: Natura 2000-gebieden (Vogel- en Habitatrichtlijngebieden); Beschermde Natuurmonumenten; Gebieden die de minister van LNV, anders dan op grond van de Vogel- en Habitatrichtlijn, aanwijst ter uitvoering van verdragen of andere internationale verplichtingen, zoals Wetlands. Er geldt een vergunningplicht voor activiteiten die significant schadelijk zijn voor beschermde natuurgebieden. (¹Ministerie van LNV, 2005; 2). De belangrijkste punten uit de wet worden hieronder beschreven. Voor recente wijzingen van de wet zie paragraaf Voor Natura 2000-gebieden is het aanwijzingsbesluit van groot belang. Het geldt als uitgangspunt voor beheerplannen, de beoordeling van projecten, activiteiten en de vergunningverlening. Het uitgangspunt wordt gevormd door de instandhoudingsdoelstellingen ofwel de natuurdoelen (zie verder paragraaf 3.2). Op basis van het aanwijzingsbesluit kan op het beheer worden gestuurd en mogelijke schadelijke activiteiten worden beoordeeld. De instandhoudingsdoelstellingen, bedoeld in artikel 19d en 19f, geven de doelen voor instandhouding van leefgebieden, natuurlijke habitats en populaties van in het wild levende planten en dieren weer.

12 De natuurwaarden moeten in gunstige staat van instandhouding worden gebracht of gehouden. Voor een natuurlijk habitat wordt met gunstig bedoeld dat: de oppervlakte en het natuurlijke verspreidingsgebied van een habitat stabiel moet zijn of moet toenemen. de specifieke structuur en functies die voor behoud op lange termijn blijven bestaan. de staat van instandhouding van habitat typische soorten gunstig is. De staat van instandhouding voor soorten is gunstig als: de betrokken soort nog steeds onderdeel vormt van een levensvatbare populatie van een habitat en dat vermoedelijk zal blijven. het natuurlijke verspreidingsgebied van de soort niet kleiner wordt of lijkt te worden. het habitat voldoende groot is voor de soort en zal blijven om de populaties van de soort in de toekomst in stand te houden (¹Ministerie van LNV, 2005). Veel Vogelrichtlijngebieden zijn tevens Habitatrichtlijngebieden en omgekeerd. Deze gebieden worden Natura 2000-gebieden genoemd. In de wet staat aangegeven dat voor ieder Natura 2000-gebied een beheerplan moet worden opgesteld met een looptijd van zes jaar. Het beheerplan wordt door Gedeputeerde Staten of de minister die verantwoordelijkheid draagt voor een gebied vastgesteld al dan niet in overeenstemming met de minister van LNV, in samenwerking met eigenaren, gebruikers en andere belanghebbenden (artikel 19a) (¹Ministerie van LNV, 2005; ²Ministerie van LNV, 2005; (³Ministerie van LNV, 2005; 2) (zie verder paragraaf 3.4). De wet stelt dat activiteiten die buiten een Natura 2000-gebied plaatsvinden en mogelijke significant negatieve gevolgen hebben voor het gebied, allereerst op dergelijke gevolgen moeten worden beoordeeld: op de zogenaamde externe werking van een activiteit. Voor externe werking geldt geen ruimtelijke grens: bepalend zijn de gevolgen voor de instandhoudingsdoelstellingen van de habitattypen en soorten in het Natura 2000-gebied, niet rekening houdend met de afstand tot het beschermde gebied. Dit begrip externe werking komt als zodanig niet voor in de Nb-wet, maar wordt in meerdere artikelen tot uitdrukking gebracht. Het is een term die in het spraakgebruik wordt gehanteerd om aan te geven dat ook activiteiten buiten een Natura 2000-gebied kunnen leiden tot significante verslechtering van de natuurlijke habitatkwaliteit van soorten, of significante verstoring veroorzaken van soorten (³Ministerie van LNV, 2005; Steunpunt Natura 2000, 2009; 2). 3.2 Instandhoudingsdoelstellingen Nederland heeft op grond van de Europese Habitatrichtlijn de verplichting om de habitattypen en soorten waar Nederland mede verantwoordelijkheid voor draagt in gunstige staat van in standhouding te brengen (zie paragraaf 3.1). Wat nodig is om de gunstige staat van instandhouding te bereiken is weergegeven in de Natura 2000-doelen (de instandhoudingsdoelstellingen), deze zijn geformuleerd in termen van behoud en herstel van soorten en habitats. De instandhoudingsdoelstellingen concretiseren de hoofddoelstelling van het Natura 2000-netwerk in Nederland (behoud en herstel biodiversiteit). Het Natura 2000-doelendocument is de beleidsnotitie van de minister van LNV dat toelichting geeft op de instandhoudingsdoelstellingen voor de 162 Natura 2000 gebieden en de daarbij gehanteerde systematiek. De doelen zijn zowel op landelijk als op gebiedsniveau geformuleerd. Het doelendocument vormt het kader voor de op te stellen aanwijzingsbesluiten (gebiedsniveau) en geeft

13 tevens sturing aan de op te stellen Natura 2000-beheerplannen (de uitwerking van de doelen in omvang, ruimte en tijd). Het Natura 2000-doelendocument geeft de criteria voor de begrenzing van de Natura 2000-gebieden. Hierbij moet worden opgemerkt dat het document niet los kan worden gezien van de van de selectie en aanwijzing van de Vogelrichtlijngebieden in 2000 en de opgestelde documenten ten behoeve van de selectie en aanmelding van de Habitatrichtlijngebieden ( ). De gehanteerde methodiek in de hiervoor opgestelde documenten, zoals de Nota van Antwoord Vogelrichtlijn (2000), het Verantwoordingsdocument (2003) en het Lijstdocument (2004); voor de selectie en aanwijzing c.q. aanmelding van gebieden is ongewijzigd. In het Natura doelendocument wordt aangegeven onder welke voorwaarden en op welke wijze instandhoudingsdoelstellingen op gebiedsniveau worden geformuleerd. Het Natura 2000-doelendocument is, op basis van raadpleging van deskundigen en beheerders van de terreinen, beschikbare gegevens en expert judgement, in concept opgesteld in november 2004 oktober Op basis van deze conceptversie is vanaf december 2005 overlegd met provincies en andere overheden en zijn maatschappelijke organisaties, economische sectoren en andere belanghebbenden geraadpleegd. Het doelendocument is voornamelijk bestemd voor partijen die verantwoordelijk zijn voor de opstelling van de beheerplannen én voor partijen die betrokken zijn bij de het opstellen van de aanwijzingsbesluiten voor de gebieden. De filosofie van het Natura 2000 doelendocument omvat drie elementen: 1 duidelijkheid bieden; 2 richting geven en; 3 ruimte laten. Hieraan ten grondslag ligt de keuze van het ministerie van LNV om de doelen in omvang, ruimte en tijd te laten uitwerken in de Natura 2000-beheerplannen. De reden hiervoor is dat op Natura 2000 beheerplanniveau, in samenwerking met de betrokken gebruikers en beheerders van de gebieden, het best bepaalt kan worden waar precies en met welke middelen, in welke omvang en met welk tempo de doelen gerealiseerd kunnen worden (¹Ministerie van LNV, 2006; ²Ministerie van LNV, 2006).

14 3.3 Aanwijzingen De minister van LNV wijst door middel van een aanwijzingsbesluit allereerst een gebied aan als Natura 2000-gebied (zie paragraaf voor omkering). Een aanwijzingsbesluit komt tot stand via een openbare voorbereidingsprocedure. Dat betekent dat er eerst door het ministerie van LNV een ontwerp-aanwijzingsbesluit wordt opgesteld die voor het publiek ter inzage worden gelegd ( 1; www. Minlnv.nl, 1). De openbare procedure voor de aanwijzingsbesluiten vindt niet voor alle 162 Natura 2000-gebieden gelijktijdig plaats, gezien het grote aantal gebieden. Deze worden in tranches (groepsgewijs) aangewezen. Naar aanleiding van de ingediende zienswijzen op het ontwerp-aanwijzingsbesluit wordt door de minister een Nota van Antwoord opgesteld. Hierin wordt aangegeven hoe de minister is omgegaan met de zienswijzen en welke uitgangspunten worden gehanteerd bij het opstellen van aanwijzingsbesluiten. Op basis van het ontwerpbesluit, de reacties en de Nota van Antwoord neemt de minister een definitief aanwijzingsbesluit. Gedurende zes weken na publicatie kan beroep worden aangetekend tegen het definitief aanwijzingsbesluit bij de Raad van State ( 4). In de aanwijzingsbesluiten wordt per gebied ingegaan op de ingediende zienswijzen (Mond. med. S. Klaassen, ). Het aanwijzingsbesluit geldt als een formeel besluit dat burgers, bedrijven en andere overheden direct bindt. Een aanwijzing legt onderstaande zaken vast: - de precieze begrenzing van een gebied; - voor welke soorten en/of habitattypen het gebied is aangewezen; - welke instandhoudingsdoelstellingen er voor deze soorten en/of habitattypen gelden. Op basis van ecologische argumenten vindt de selectie en begrenzing van de gebieden en de doelstellingen plaats. Bij de selectie en begrenzing mogen sociale en economische factoren van deze gebieden geen rol spelen ( 5). Het aanwijzingsbesluit heeft in beginsel een onbepaalde looptijd (³Ministerie van LNV, 2005; 1). Er zijn echter drie momenten waarop de instandhoudingsdoelstellingen herijkt en zonodig bijgesteld kunnen worden: (1) bij aanwijzing van gebieden in een volgende tranche, (2) bij opstelling van de beheerplannen en (3) bij de geplande evaluatie in Dit wordt verankerd in de aanwijzingsbesluiten (Ministerie van LNV, 2007). In 2007 is begonnen met het aanwijzen van Natura 2000 gebieden. Minister Verburg van LNV heeft op 19 februari 2008 de eerste drie Natura 2000-aanwijzingsbesluiten genomen. Op 23 december 2009 heeft minister Verburg 18 Natura 2000-gebieden definitief aangewezen en op 18 februari jl. zijn daar nog twee gebieden bij gekomen ( 8). Met deze aanwijzingen zijn in totaal 34 gebieden definitief aangewezen (¹Verburg, 2009; 8). Belanghebbenden hebben van 19 februari 2010 tot en met 1 april 2010 de mogelijkheid gehad in beroep te gaan bij de Raad van State indien zij het niet eens waren met de definitieve besluiten ( 1 en 2). Van de 162 Natura gebieden zijn 125 nog in de aanwijzingsprocedure als ontwerpbesluit (waaronder Nieuwkoopse Plassen en de Haeck). Voor vier gebieden moet de procedure nog gestart worden. Daarnaast moeten vijf gebieden op de Noordzee worden aangewezen (¹Verburg, 2009). In overleg met de Tweede Kamer heeft de minister van LNV besloten om het nemen van definitieve aanwijzingsbesluiten uit te stellen tot 15 juni 2010 (¹Interbestuurlijk Regiebureau Natura 2000, 2010; Mond. med. S. Klaassen, ) 3.4 Beheerplannen

15 Binnen drie jaar na de definitieve aanwijzing van een gebied als Natura 2000-gebied dient op grond van de Nb-wet een beheerplan voor een looptijd van zes jaar te worden opgesteld (³Ministerie van LNV, 2005). Een beheerplan voor een Natura 2000-gebied bevat, naast de uitwerking van de instandhoudingsdoelstellingen (in omvang, ruimte en tijd), een beschrijving van de beoogde resultaten ten aanzien van het herstel van natuurlijke habitats en populaties van in het wild levende planten- en diersoorten. De beoogde resultaten dienen in samenhang te staan met het bestaand gebruik. Daarnaast geeft een beheerplan een overzicht (op hoofdlijnen) van de noodzakelijke instandhoudingsmaatregelen voor de betreffende beheerplanperiode om de beoogde resultaten te behalen, de financiering hiervan en hoe de monitoring zal plaatsvinden (Ministerie van LNV, 1998; ¹Ministerie van LNV, 2005; ³Ministerie van LNV, 2005; Interbestuurlijk Regiebureau Natura 2000, 2010). In het kader van de Nb-wet biedt het beheerplan handvatten voor het toepassen van het afwegingskader voor de vergunningverlening. Beheerders, gebruikers en andere belanghebbenden moeten met het beheerplan duidelijkheid krijgen over welke activiteiten niet zijn toegestaan zonder dat deze getoetst zijn aan artikel 19j van de Nb-wet en welke activiteiten zonder vergunning wel zijn toegestaan (zie verder paragraaf 3.5) (³Ministerie van LNV, 2005; 1). Bij de noodzakelijke instandhoudingsmaatregelen moet rekening worden gehouden met economische, sociale en culturele belangen, alsook regionale en lokale bijzonderheden (artikel 19a). Tenslotte wordt in het beheerplan ingegaan op bestaand gebruik en hoe wordt omgegaan met externe werking (Ministerie van LNV, 1998; ¹Ministerie van LNV, 2005; ³Ministerie van LNV, 2005). Waar het uiteindelijk wat betreft juridische houdbaarheid om draait is dat volgens de verplichtingen van artikel 6, eerste en tweede lid, van de Habitatrichtlijn, het van belang is dat goed wordt onderbouwd dat met het samenhangende pakket van maatregelen, beschreven in het beheerplan, (1) de instandhoudingsdoelstellingen voor het betreffende Natura 2000-gebied worden gerealiseerd en (2) verslechtering van de kwaliteit van de natuurlijke habitats en habitats van soorten en significante verstoring van soorten waarvoor het gebied is aangewezen worden voorkomen. De inspanning die hiervoor zal moeten worden geleverd (in omvang en tijd) gezien de gemeenschapstrouw (artikel 10 EG) zal reëel moeten zijn. Dit wordt bepaald door het ecologisch potentie van het gebied, maar ook door de vereisten op economisch, sociaal en cultureel gebied en door regionale en lokale bijzonderheden (artikel 2, derde lid, Habitatrichtlijn). Het grootste gedeelte van de onderbouwing is ecologisch van aard (Ministerie van LNV, 2009). Het bevoegd gezag onder wiens verantwoordelijkheid een Natura 2000-gebied of een deel van het gebied beheerd wordt, stelt het beheerplan vast. Het daadwerkelijke opstellen van een beheerplan kan echter worden uitbesteed aan een ander bestuursorgaan, organisatie of expertbureau. De betrokken partijen, overheden en gebruikers gezamenlijk dragen verantwoordelijkheid voor de Natura 2000-gebieden (zorgplicht). Het ministerie van LNV, ministerie van Verkeer en Waterstaat, ministerie van Defensie en provincies zijn de voortouwnemers van de beheerplannen. Indien een particuliere organisatie het grootste aandeel heeft in een gebied dan neemt de provincie het voortouw in het opstellen van een beheerplan (³Ministerie van LNV, 2005; 5, Mond. med. S. Klaassen ). Opgestelde beheerplannen zijn niet juridisch bindend voor eigenaren, gebruikers en andere belanghebbenden in de zin dat wettelijk afdwingbare verplichtingen kunnen worden opgelegd, maar verplicht wel tot het nalaten van activiteiten (die een negatief effect hebben op de natuur) (³Ministerie van LNV, 2005). Middels de vastlegging van de afgesproken maatregelen uit de beheerplannen in een overeenkomst, een verordening of via andere plannen moet gegarandeerd worden dat de maatregelen ook daadwerkelijk worden uitgevoerd (Ministerie van LNV et al., 2010).

16 3.5 Vergunningverlening Het ondernemen van activiteiten in en rondom Natura 2000-gebieden kan negatieve gevolgen hebben voor de natuur ( 1). De Nb-wet bepaalt (volgend uit artikel 6, derde lid, van de Habitatrichtlijn) dat om significante schade aan de natuurwaarden (waarvoor een gebied is aangewezen) te voorkomen, projecten en andere handelingen die de habitatkwaliteit kunnen verslechteren of die een significant negatief effect kunnen hebben op soorten, niet zonder vergunning mogen plaatsvinden (artikel 19d). Ook plannen moeten getoetst worden op hun mogelijke negatieve gevolgen (artikel 19j) (¹Ministerie van LNV, 2005; Ministerie van LNV, 2009). Via de zogenaamde voortoets kan worden bepaald of er een kans is op een significant negatief effect. Als deze er zeker niet is dan kan een activiteit zonder vergunning gewoon doorgang vinden. Is deze wel aanwezig dan zal met een passende beoordeling worden bepaald of door een project, andere handeling of plan op basis van wetenschappelijke kennis daadwerkelijk een kans bestaat op een significant negatief effect, waarbij alle aspecten van het project, handeling of plan op zichzelf en in combinatie met andere activiteiten (cumulatie) worden geïnventariseerd en getoetst (Ministerie van LNV et al, 2010; 11) om te beoordelen of deze vergunningplichtig zijn. Hiervoor moet de zogenaamde habitattoets worden uitgevoerd. Dit is een stappenplan dat kan worden doorlopen in samenspraak met het bevoegd gezag ( 9). Meestal worden de vergunningen verleend door Gedeputeerde Staten, maar ook de minister van LNV verleent vergunningen ( 1). Zie paragraaf voor wijzigingen in de Nb-wet omtrent bestaand gebruik. Door middel van de habitattoets kan worden bepaald of, en zo ja, onder welke voorwaarden een menselijke activiteit in en rondom een Natura 2000-gebied mag plaatsvinden. De habitattoets heeft volgende twee doelstellingen: - Het verzekeren dat de natuurlijke kenmerken van het Natura 2000-gebied niet worden aangetast. - Het verzekeren dat een verslechtering van de habitatkwaliteit en de habitats van soorten, ofwel de verstoring van soorten, niet optreedt (¹Ministerie van LNV, 2005). Het voorzorgsbeginsel (artikel 19d en 19f van de wet) is van belang omdat hiermee aantasting van beschermde gebieden voorkomen wordt. Het voorzorgsbeginsel houdt in dat voordat een plan op project doorgang mag vinden, op basis van de beste huidige wetenschappelijke kennis, moet op alle aspecten die op zichzelf of in combinatie met andere plannen of projecten de instandhoudingsdoelstellingen van een gebied in gevaar kunnen brengen, worden onderzocht. Hiermee kan worden bepaald of de natuurlijke habitatkwaliteit en habitats van soorten verslechteren of dat soorten verstoord worden, of dat aantasting van de natuurlijke kenmerken plaatsvindt (¹Ministerie van LNV, 2005). Alle onderdelen van de beoordeling van projecten, handelingen of plannen zijn: - Voortoets: oriëntatiefase en vooroverleg - Habitattoets: passende beoordeling voor vergunningverlening - ADC-toets: toetsing aan de ADC-voorwaarden (Alternatieven, Dwingende redenen van groot openbaar belang en Compenserende maatregelen) Afhankelijk van de informatie over de mogelijke aantasting van de instandhoudingsdoelstellingen van het Natura 2000-gebied, hoeven deze stappen niet altijd allemaal te worden doorlopen (¹Ministerie van LNV, 2005). Voor (meer) uitleg over de voortoets, habitattoets en de ADC-toets wordt verwezen naar het eind van de verklarende woordenlijst van dit verslag.

17

18 4 Flexibiliteit in het Natura 2000-beleid Kort gezegd, wordt met flexibiliteit of ruimte bedoeld: wat mag er economisch gezien allemaal wel in Natura 2000-gebieden uitgaande van de gestelde natuurdoelen (zie verder paragraaf 4.2). Om een indruk te krijgen van de historie van het onderwerp flexibiliteit van de afstudeeropdracht, wordt allereerst in paragraaf 4.1 ingegaan op enkele recente politieke ontwikkelingen op nationaal niveau als het gaat om wijzigingen in het Natura 2000-proces en de wetgeving en de conflictsituaties tussen economie en ecologie op het gebied van stikstof en de daarmee samenhangende zoektocht naar (politieke) rek en ruimte. Alsmede de vrees dat economische ontwikkelingen in en om Natura gebieden door het Natura 2000-beleid in gevaar worden gebracht en de sociaal-economische paragraaf in beheerplannen. Dit is waarschijnlijk niet volledig, maar is voornamelijk bedoeld om de context aan te geven die van belang is voor het onderzoek, waarbij in de loop der tijd al naar flexibiliteit is gezocht. In de Nederlandse politiek wordt over het onderwerp flexibiliteit in het Natura 2000-beleid gesproken in termen van rek en ruimte. Om deze reden wordt in paragraaf dan ook gesproken over rek en ruimte in plaats van flexibiliteit. Paragraaf 4.2 gaat vervolgens in op de definiëring van economische activiteiten in en rondom Natura 2000-gebieden en flexibiliteit in het Natura-2000-beleid. 4.1 Politieke ontwikkelingen Omkering Op 20 februari 2008 heeft minister Verburg in een brief aan het College van Gedeputeerde Staten laten weten tegemoet te komen aan de wens van provincies om de aanwijzingsprocedure te koppelen aan de beheerplanprocedure. De minister gaf de mogelijkheid om voordat de aanwijzingsbesluiten definitief worden genomen, een concept-beheerplan in te dienen met een haalbaar- en betaalbaarheidsanalyse van de instandhoudingsdoelstellingen met 1 september 2009 als deadline (dit gold niet voor de gebieden van het rijk: LNV, W&W en Defensie) (²Verburg, 2008; ¹Interbestuurlijk Regiebureau Natura 2000, 2010). Hiermee werd de geldende procedure, waarbij een gebied eerst definitief wordt aangewezen alvorens een beheerplan wordt opgesteld, voor provincies omgekeerd. Provincies hadden namelijk aangegeven dat indien de vaststelling van definitieve aanwijzingsbesluiten en beheerplannen aan elkaar zouden worden gekoppeld, meer kans zou zijn op een tijdige en succesvolle afronding van het beheerplanproces en het draagvlak voor Natura 2000 (²Verburg, 2008). Tien provincies hebben voor (een deel van) voortouwgebieden van de mogelijkheid gebruik gemaakt (Interbestuurlijk Regiebureau Natura 2000, 2010), waarbij de ontwerp-aanwijzingsbesluiten in overleg met belanghebbenden tegen het licht zijn gehouden (Mond. med. S. Klaassen, ). Op 1 september 2009 zijn op basis van de ontwerp-aanwijzingsbesluiten 71 concept-beheerplannen ingediend met daarbij een onderbouwd advies over de haalbaarheid en betaalbaarheid van instandhoudingsdoelen en grenzen. Provincies konden op basis van het onderbouwde advies een voorstel doen voor bijstelling van doelen en grenzen, onder voorwaarde dat de landelijke doelen niet in gevaar worden gebracht. Door negen provincies is een uitgebreide knelpuntennotitie toegevoegd. De strekking van de haalbaarheid- en betaalbaarheidsanalyse volgens Minister Verburg is dat de meeste doelen in beginsel ecologisch haalbaar zijn, maar dat mede in verband met betaalbaarheid in

19 een aantal gevallen afspraken gemaakt moeten worden over met name de fasering van de doelen. Het belangrijkste knelpunt hierbij is de hoge stikstofdepositie. Naast stikstof worden echter ook andere meer voorkomende knelpunten of randvoorwaarden genoemd. Voorbeelden hiervan zijn water (met name verdroging), onderzoek en monitoring. Het ministerie van LNV heeft de concept-beheerplannen en de ongeveer 150 gebiedsspecifieke wijzigingsvoorstellen (met betrekking tot doelen of begrenzing) beoordeeld (³Verburg, 2009). Allereerst is gekeken naar de onderbouwing van de voorstellen (of deze al dan niet voldoende was). De provincies hebben in oktober twee weken de gelegenheid gehad om de onderbouwing aan te vullen. Vervolgens zijn deze inhoudelijk beoordeeld in combinatie met zienswijzen op de aanwijzingsbesluiten. In januari van dit jaar heeft de minister in brieven aan de betreffende provincies aangegeven of de wijzigingsvoorstellen al dan niet geheel of gedeeltelijk konden worden overgenomen. Ongeveer tweederde van de voorstellen wordt overgenomen en waardoor de definitieve aanwijzingsbesluiten zullen worden aangepast. Voor de conceptbeheerplannen uit deze omkeerprocedure geldt, net als voor de andere beheerplannen, wettelijk gezien het definitieve beheerplan binnen 3 jaar nadat het aanwijzingsbesluit definitief is vastgesteld gereed moet zijn. De deadline voor het vaststellen van de beheerplannen volgt dus uit de planning van de aanwijzingsbesluiten (¹Interbestuurlijk Regiebureau Natura 2000, 2010) Wijzigingen Natuurbeschermingswet 1998 Bestaand gebruik Op 1 februari 2009 is de Nb-wet gewijzigd. De wijziging was van toepassing op bestaand gebruik ofwel activiteiten in en om beschermde Natura 2000-gebieden die al plaatsvonden ten tijde van de aanwijzing als beschermd gebied. In de praktijk wordt de datum 1 oktober 2005 gehanteerd. Tot dan toe was in de wet opgenomen dat indien nog geen beheerplan is vastgesteld, voor bestaand gebruik met mogelijke verslechterende of significant verstorende effecten altijd een vergunning moest worden aangevraagd. Vanaf 1 februari 2009, zolang nog geen beheerplan is opgesteld, hoeft voor bestaand gebruik met dergelijke mogelijke gevolgen geen vergunning meer worden aangevraagd, de activiteit kan worden voortgezet (artikel 19d) (Ministerie van LNV, 2009; 2 en 3; 3 en 4). De minister van LNV kan wel, met gebruikmaking van de zogenoemde aanschrijvingsbevoegdheid, zo nodig beperkingen aan dat bestaand gebruik opleggen als kan worden aangetoond dat het bestaande gebruik significante negatieve effecten heeft voor de natuur, ofwel passende maatregelen treffen (artikel 19c) (Ministerie van LNV, 2009; 2 en 3; 4). Voorheen moest de burger bij de vergunningplicht het initiatief nemen voor de aanvraag van een vergunning. Bij de aanschrijvingsbevoegdheid is het de minister van LNV die het initiatief neemt. In een dergelijk geval hoeft de burger niets meer te doen. De minister moet kunnen aantonen dat voortzetting van een activiteit (in ongewijzigde vorm) ook daadwerkelijk negatieve gevolgen heeft. Deze bevoegdheid maakt het de minister van LNV mogelijk om de bestaande gebruiker verplicht te stellen informatie te geven over het gebruik, herstel- of preventieve maatregelen te nemen of het gebruik binnen een bepaalde tijd te stop te zetten of te beperken. De aanschrijvingsbevoegdheid is alleen van toepassing op de periode waarin nog geen eerste beheerplan is vastgesteld (artikel 19c) ( 4), dit is nu gewijzigd (zie onder). In een Natura 2000-gebied is bovenstaand regime echter niet van toepassing op (1) nieuwe activiteiten, (2) bestaand gebruik dat in de loop der tijd aanzienlijk is veranderd ten opzichte van oorspronkelijke gebruik, met het oog op de instandhoudingsdoelen van een gebied en (3) bestaand gebruik in de vorm van projecten die mogelijk significante effecten hebben, waarvoor een zogenaamde passende beoordeling nodig is. Als er sprake is van significante negatieve effecten, is in alle gevallen is een vergunning vereist ( 2 en 3; 4). Crisis- en herstelwet Op 16 maart 2010 heeft de Eerste Kamer de Crisis- en herstelwet aangenomen welke op 31 maart jl. in werking is getreden. Deze wet heeft er onder andere voor gezorgd dat de Nb-wet wederom is gewijzigd ( 2). Ten aanzien van bestaand gebruik (wetswijziging van 1 februari 2009 samengevat) was tot 16 maart jl. geregeld dat de vrijstelling van de vergunningplicht voor bestaand

20 gebruik, en de aanschrijvingsbevoegdheid van de minister, gelden tot de onherroepelijke vaststelling van het eerste beheerplan. Na de vaststelling zou het bestaand gebruik, opgenomen in het beheerplan, zijn vrijgesteld van vergunningplicht. Het bestaand gebruik, mits schadelijk, dat niet was opgenomen in het beheerplan zou wel vergunningplichtig zijn. De volgende wijzigingen zijn doorgevoerd: - Voor bestaand gebruik dat onverhoopt niet in het beheerplan wordt opgenomen blijven de vrijstelling van de vergunningplicht en de aanschrijvingsbevoegdheid gelden (wijziging artikelen 19c en 19d) - Vanaf de vaststelling van het beheerplan komt de bevoegdheid tot het treffen van passende maatregelen, indien voor het bestaand gebruik op grond van artikel 19d een vergunning noodzakelijk zou zijn, te liggen bij het gezag dat bevoegd gezag zou zijn voor vergunningverlening. Meestal zijn dat Gedeputeerde Staten en soms is dat de minister van LNV (¹Ministerie van LNV, 2010) Voor het opnemen van projecten in het beheerplan geldt het volgende: voor projecten met mogelijke significante effecten geldt dat een passende beoordeling van de gevolgen voor een Natura-2000 gebied moet worden gemaakt (¹Ministerie van LNV, 2010). De aanpassingen van de Nb-wet omtrent stikstof is beschreven aan het eind van paragraaf Stikstof en rek en ruimte Achtergronden Veel Nederlandse Natura 2000-gebieden te leiden onder een te hoge stikstofdepositie bestaande uit ammoniak (NHy) en stikstofoxides (NOx) uit de lucht. Deze slaat vanuit de lucht neer op de bodem en leidt tot verzuring en vermesting van gevoelige habitattypen die hierdoor verslechteren in conditie of verminderen in areaal. Bij bepaalde depositiewaarden, de kritische depositiewaarden (KDW), kan niet worden uitgesloten dat habitattypen worden aangetast door de verzurende en/of vermestende werking van de atmosferische stikstofdepositie. Sinds de Tweede Wereldoorlog is de landelijk gemiddelde stikstofdepositie explosief gestegen. Rond 1945 lag de depositiewaarde op ongeveer 500 mol N/ha/jr. begin jaren negentig lag deze waarde op meer dan 3500 mol N/ha/jr. die vanaf 1994 daalde naar 2100 mol N/ha/jr. in 2004 om vervolgens in 2005 en 2006 weer licht toe te nemen. Gedeeltelijk wordt de stikstofbelasting veroorzaakt door uitstoot uit de directe omgeving. Het overige deel wordt ook wel de stikstofdeken genoemd. De Europese richtlijnen (Vogel- en Habitatrichtlijn) bepalen dat de biodiversiteit op Europees grondgebied moet worden beschermd. Om hier invulling aan te geven is een verdere verlaging van de stikstofdepositie noodzakelijk. Nederlandse veehouderijbedrijven zijn belangrijke veroorzakers van de stikstofdepositie in Natura 2000-gebieden in de vorm van ammoniak en worden nu door de regelgeving beperkt in hun uitbreidingsmogelijkheden. Aan de andere kant is de veehouderij van belang voor de Nederlandse economie en de sociaal economische vitaliteit van het buitengebied (Taskforce toetsingskader ammoniak, 2008). Milieuvergunningen op 9 april 2009 vond een spoeddebat plaats over milieuvergunningen voor veehouderijbedrijven inzake stikstofdepositie (ammoniak) op natuurgebieden. Op 1 april 2009 heeft de Raad van State

Samenvatting Ecologie vs. economie? flexibele oplossingen binnen het Natura-2000 beleid Stikstofuitstoot wateronttrekking Recreatie

Samenvatting Ecologie vs. economie? flexibele oplossingen binnen het Natura-2000 beleid Stikstofuitstoot wateronttrekking Recreatie Samenvatting De afstudeeropdracht Ecologie vs. economie? flexibele oplossingen binnen het Natura-2000 beleid is uitgevoerd voor Natuurmonumenten door in het kader van haar afstuderen voor de Major Environment

Nadere informatie

Inspraakwijzer beheerplannen Natura 2000 Drenthe

Inspraakwijzer beheerplannen Natura 2000 Drenthe Inspraakwijzer beheerplannen Natura 2000 Drenthe Waarom deze inspraakwijzer? Deze inspraakwijzer is geschreven als toelichting op de terinzagelegging van het ontwerp-beheerplan voor Natura 2000-gebied

Nadere informatie

Procedurewijzer. Voor het wijzigingsbesluit Solleveld & Kapittelduinen. #99 Solleveld & Kapittelduinen

Procedurewijzer. Voor het wijzigingsbesluit Solleveld & Kapittelduinen. #99 Solleveld & Kapittelduinen Procedurewijzer Voor het wijzigingsbesluit Solleveld & Kapittelduinen #99 Solleveld & Kapittelduinen Inhoudsopgave Procedurewijzer - 2 Wat is Natura 2000? - 2 Wijzigingsbesluit - 2 In beroep gaan (wijzigingsbesluit

Nadere informatie

Procedurewijzer. Voor het ontwerpwijzigingsbesluit Solleveld & Kapittelduinen. #99 Solleveld & Kapittelduinen

Procedurewijzer. Voor het ontwerpwijzigingsbesluit Solleveld & Kapittelduinen. #99 Solleveld & Kapittelduinen Procedurewijzer Voor het ontwerpwijzigingsbesluit Solleveld & Kapittelduinen #99 Solleveld & Kapittelduinen Inhoud Procedurewijzer 2 Wat is Natura 2000? 2 Aanwijzingsbesluit 3 Zienswijze indienen (ontwerpwijzigingsbesluit

Nadere informatie

Procedurewijzer. Voor het ontwerpwijzigingsbesluit Waddenzee. #1 Waddenzee

Procedurewijzer. Voor het ontwerpwijzigingsbesluit Waddenzee. #1 Waddenzee Procedurewijzer Voor het ontwerpwijzigingsbesluit Waddenzee #1 Waddenzee Inhoud Procedurewijzer 2 Wat is Natura 2000? 2 Aanwijzingsbesluit 3 Zienswijze indienen (ontwerpwijzigingsbesluit Waddenzee) 3

Nadere informatie

VEEL GESTELDE VRAGEN NATURA 2000

VEEL GESTELDE VRAGEN NATURA 2000 VEEL GESTELDE VRAGEN NATURA 2000 1. Algemeen...1 2. Gebieden...3 3. Beheerplan...4 4. Gevolgen...5 5. Europa...6 6. Relatie met andere wetgeving...6 7. Belanghebbende...7 8. Financiering...8 1. Algemeen

Nadere informatie

Procedurewijzer. Voor het wijzigingsbesluit Waddenzee. #1 Waddenzee

Procedurewijzer. Voor het wijzigingsbesluit Waddenzee. #1 Waddenzee Procedurewijzer Voor het wijzigingsbesluit Waddenzee #1 Waddenzee Inhoudsopgave Procedurewijzer - 2 Wat is Natura 2000? - 2 Wijzigingsbesluit - 2 In beroep gaan (wijzigingsbesluit Waddenzee) - 3 Inzien

Nadere informatie

Programma van Eisen - Beheerplannen

Programma van Eisen - Beheerplannen Programma van Eisen - Beheerplannen Eisen voor de inhoud Inventarisatie 1. Het beheerplan geeft allereerst een beschrijving van de natuurwaarden in het Natura 2000-gebied (de actuele situatie en trends,

Nadere informatie

Wijziging Natuurbeschermingswet 1998 door de Crisis- en herstelwet

Wijziging Natuurbeschermingswet 1998 door de Crisis- en herstelwet Wijziging Natuurbeschermingswet 1998 door de Crisis- en herstelwet De Natuurbeschermingswet 1998 (hierna: Nb-wet) voorziet met het oog op het behoud van de biodiversiteit, in regels ter bescherming van

Nadere informatie

Procedurewijzer Voor het ontwerpaanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied #120. Zoommeer

Procedurewijzer Voor het ontwerpaanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied #120. Zoommeer Procedurewijzer Voor het ontwerpaanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied #120 Zoommeer Inhoudsopgave Procedurewijzer 2 Wat is Natura 2000? 2 Aanwijzingsbesluit 2 Zienswijze indienen (ontwerpaanwijzingsbesluit

Nadere informatie

Procedurewijzer Voor het ontwerpaanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied #114. Krammer-Volkerak

Procedurewijzer Voor het ontwerpaanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied #114. Krammer-Volkerak Procedurewijzer Voor het ontwerpaanwijzingsbesluit Natura 2000-gebied #114 Krammer-Volkerak Inhoudsopgave Procedurewijzer 2 Wat is Natura 2000? 2 Aanwijzingsbesluit 2 Zienswijze indienen (ontwerpaanwijzingsbesluit

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 32 123 XIV Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) voor het jaar 2010 Nr. 150 BRIEF

Nadere informatie

Procedurewijzer. Voor het ontwerpaanwijzigingsbesluit Noordhollands Duinreservaat. #87 Noordhollands Duinreservaat

Procedurewijzer. Voor het ontwerpaanwijzigingsbesluit Noordhollands Duinreservaat. #87 Noordhollands Duinreservaat Procedurewijzer Voor het ontwerpaanwijzigingsbesluit Noordhollands Duinreservaat #87 Noordhollands Duinreservaat Inhoudsopgave Procedurewijzer 2 Wat is Natura 2000? 2 Aanwijzingsbesluit 2 Zienswijze indienen

Nadere informatie

Procedurewijzer. Voor het wijzigingsbesluit Veluwerandmeren. #76 Veluwerandmeren

Procedurewijzer. Voor het wijzigingsbesluit Veluwerandmeren. #76 Veluwerandmeren Procedurewijzer Voor het wijzigingsbesluit Veluwerandmeren #76 Veluwerandmeren Inhoudsopgave Procedurewijzer 2 Wat is Natura 2000? 2 Wijzigingsbesluit 2 In beroep gaan (wijzigingsbesluit Veluwerandmeren)

Nadere informatie

Inspraakwijzer. Ontwerpbesluiten voor drie mariene gebieden. Ministerie van Economische Zaken Postbus ek Den Haag

Inspraakwijzer. Ontwerpbesluiten voor drie mariene gebieden. Ministerie van Economische Zaken Postbus ek Den Haag Inspraakwijzer Ontwerpbesluiten voor drie mariene gebieden Deze publicatie is een uitgave van: Ministerie van Economische Zaken Postbus 20401 2500 ek Den Haag Datum ordernummer Ontwerpbesluiten voor drie

Nadere informatie

Datum 5 juli 2013 Betreft Beantwoording vragen over de toepassing van artikel 6 van de Habitatrichtlijn

Datum 5 juli 2013 Betreft Beantwoording vragen over de toepassing van artikel 6 van de Habitatrichtlijn > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA s-gravenhage Directoraat-generaal Natuur & Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC

Nadere informatie

Programmatische Aanpak Stikstof: PAS

Programmatische Aanpak Stikstof: PAS Programmatische Aanpak Stikstof: PAS Toelichting voorlopig programma Presentatie technische briefing Vaste commissie voor LNV van de Tweede Kamer 30 september 2010 Waarom een Programmatische Aanpak Stikstof

Nadere informatie

1 NATUUR. 1.1 Natuurwetgeving & Planologie

1 NATUUR. 1.1 Natuurwetgeving & Planologie 1 NATUUR 1.1 Natuurwetgeving & Planologie De bescherming van de natuur is in Nederland vastgelegd in respectievelijk de Natuurbeschermingswet en de Flora- en faunawet. Deze wetten vormen een uitwerking

Nadere informatie

Toetsingskader ammoniak rondom Natura 2000 gebieden

Toetsingskader ammoniak rondom Natura 2000 gebieden Toetsingskader ammoniak rondom Natura 2000 gebieden 4luikFolder/NW.indd 1 09-07-2007 11:35:47 Toetsingskader ammoniak rondom Natura 2000 gebieden Afspraken van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

Nadere informatie

Natura 2000 Botshol. Fleur Smout. Indeling van de avond. Stand van zaken beheerplan Presentatie Natuurmonumenten Terugkoppeling en vragenronde

Natura 2000 Botshol. Fleur Smout. Indeling van de avond. Stand van zaken beheerplan Presentatie Natuurmonumenten Terugkoppeling en vragenronde Natura 2000 Botshol Fleur Smout 1 Indeling van de avond Stand van zaken beheerplan Presentatie Natuurmonumenten Terugkoppeling en vragenronde 2 provincie Utrecht 1 Natura 2000 Waarborgen biodiversiteit

Nadere informatie

Beheerplanprocessen Natura 2000

Beheerplanprocessen Natura 2000 Beheerplanprocessen Natura 2000 Voortgangsrapportage nr. 13 26 oktober 2011 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 2 2. De voortgang 2 2.1. Aanwijzingsbesluiten 2 2.2. Beheerplannen 3 3. Knelpunten 5 4. Conclusie

Nadere informatie

Wet natuurbescherming

Wet natuurbescherming Wet natuurbescherming Aanleiding Evaluatie natuurwetgeving 2006-2008: vereenvoudiging wenselijk Kabinet Rutte I: Europese verplichtingen uitgangspunt Kabinet Rutte II: bijdrage aan biodiversiteit, geharmoniseerde

Nadere informatie

Veelgestelde vragen. Samenvatting van het rapport. Natura 2000 in Nederland

Veelgestelde vragen. Samenvatting van het rapport. Natura 2000 in Nederland Veelgestelde vragen Samenvatting van het rapport Natura 2000 in Nederland Het rapport Natura 2000 in Nederland van het Planbureau voor de Leefomgeving beantwoordt een aantal veelgestelde vragen. Het Regiebureau

Nadere informatie

Crisis- en herstelwet Wijzigingen in de Natuurbeschermingswet Niels Berg Directie Juridische Zaken

Crisis- en herstelwet Wijzigingen in de Natuurbeschermingswet Niels Berg Directie Juridische Zaken Crisis- en herstelwet Wijzigingen in de Natuurbeschermingswet 1998 Niels Berg Directie Juridische Zaken Wijzigingen Natuurbeschermingswet 1998 Rek- en ruimtemaatregelen Continuering regime bestaand gebruik

Nadere informatie

Natura 2000 & PAS. Natura 2000 implementatie in Nederland

Natura 2000 & PAS. Natura 2000 implementatie in Nederland Natura 2000 & PAS Natura 2000 implementatie in Nederland Natura 2000 in Nederland 13-6-2016 Dia 2 Natura 2000 in Zeeland 13-6-2016 Dia 3 Natura 2000 in Zeeland Beschermd natuurmonument 13-6-2016 Dia 4

Nadere informatie

De Crisis- en herstelwet en Natura 2000

De Crisis- en herstelwet en Natura 2000 REGIEBUREAU De Crisis- en herstelwet en Natura 2000 Verslag Informatiebijeenkomst - 30 maart 2010 De heer Meine Bruinsma van het Regiebureau Natura 2000 opent de bijeenkomst en heet de aanwezigen van harte

Nadere informatie

Informatiebijeenkomst concept-beheerplan Natura 2000 Lauwersmeer

Informatiebijeenkomst concept-beheerplan Natura 2000 Lauwersmeer Informatiebijeenkomst concept-beheerplan Natura 2000 Lauwersmeer 1 Programma Welkom door Douwe Hollenga, voorzitter van de stuurgroep - Wat is Natura 2000 - Waar staan we: wat is geweest en wat komt Toelichting

Nadere informatie

Project Mainportontwikkeling Rotterdam Procedurewijzer

Project Mainportontwikkeling Rotterdam Procedurewijzer Project Mainportontwikkeling Rotterdam Procedurewijzer meer ruimte voor haven verbetering kwaliteit leefomgeving 2 Projecten voor haven en leefomgeving procedures voor de uitvoering Het Project Mainportontwikkeling

Nadere informatie

QUICKSCAN FLORA EN FAUNA

QUICKSCAN FLORA EN FAUNA QUICKSCAN FLORA EN FAUNA Behorende bij project: Oostkanaalweg 44, te Ter Aar Gemeente Nieuwkoop Opdrachtgever : Keijzer Dakbedekking b.v. Projectnummer : PS.2017.714 Datum : 21 augustus 2017 Niets uit

Nadere informatie

Hierbij treft u aan de antwoorden op de vragen van het lid Dijkgraaf (SGP) over de monitoring in het kader van Natura 2000 (ingezonden 7 juni 2013).

Hierbij treft u aan de antwoorden op de vragen van het lid Dijkgraaf (SGP) over de monitoring in het kader van Natura 2000 (ingezonden 7 juni 2013). > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA s-gravenhage Directoraat-generaal Natuur & Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC

Nadere informatie

Directie Natuur en Biodiversiteit Team Vergunningen Nb-wet POV-dag 'het delen-durven-doen'festival donderdag 5 januari 2017

Directie Natuur en Biodiversiteit Team Vergunningen Nb-wet POV-dag 'het delen-durven-doen'festival donderdag 5 januari 2017 Directie Natuur en Biodiversiteit 1 Directoraat-Generaal Agro en Natuur Directie Natuur en Biodiversiteit Team Vergunningen Natuurbeschermingswet 1998 Het delen, durven, doen festival Directie Natuur en

Nadere informatie

Gebiedsbescherming, Windparken op Land en de praktijk van de Provincie Groningen. Aaldert ten Veen, Stibbe Olaf Slakhorst, Provincie Groningen

Gebiedsbescherming, Windparken op Land en de praktijk van de Provincie Groningen. Aaldert ten Veen, Stibbe Olaf Slakhorst, Provincie Groningen Gebiedsbescherming, Windparken op Land en de praktijk van de Provincie Groningen Aaldert ten Veen, Stibbe Olaf Slakhorst, Provincie Groningen Stibbe & Pondera Winddag 11 oktober 2016 Windparken en gebiedsbescherming:

Nadere informatie

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant op de op 2 december 2016 door ons ontvangen aanvraag voor een vergunning ingevolge artikel 2.7, tweede lid, van de Wet natuurbescherming van R. Verburgt

Nadere informatie

Natuurtoets omgevingsvergunning bouw woning Horsterweg 217 Ermelo

Natuurtoets omgevingsvergunning bouw woning Horsterweg 217 Ermelo Natuurtoets omgevingsvergunning bouw woning Horsterweg 217 Ermelo Opdrachtgever Contactpersoon Grondvitaal Voorthuizerstraat 256 3881 SN PUTTEN Cobie Mertens Uitvoering Groenewold Adviesbureau voor Milieu

Nadere informatie

Natuurwetgeving & Windenergie op land. Marieke Kaajan 15 juni 2016 NWEA Winddagen

Natuurwetgeving & Windenergie op land. Marieke Kaajan 15 juni 2016 NWEA Winddagen Natuurwetgeving & Windenergie op land Marieke Kaajan 15 juni 2016 NWEA Winddagen Windenergie en natuur; kansen en bedreigingen 1. Aandachtspunten gebiedsbescherming (Natura 2000) Marieke Kaajan ENVIR Advocaten

Nadere informatie

Plan van Aanpak Natura 2000 Noord-Holland. Hoe gaat de provincie Noord-Holland aan de slag met Natura 2000?

Plan van Aanpak Natura 2000 Noord-Holland. Hoe gaat de provincie Noord-Holland aan de slag met Natura 2000? Plan van Aanpak Natura 2000 Noord-Holland Hoe gaat de provincie Noord-Holland aan de slag met Natura 2000? Gedeputeerde Staten van Noord-Holland maart 2008 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding...3 1.1. Doel van

Nadere informatie

A&W-notitie 1660tal/ms

A&W-notitie 1660tal/ms 2 A&W-notitie 1660tal/ms 2 A&W-notitie 1660tal/ms 3 4 A&W-notitie 1660tal/ms 4 A&W-notitie 1660tal/ms 5 6 A&W-notitie 1660tal/ms 6 A&W-notitie 1660tal/ms 7 8 A&W-notitie 1660tal/ms 8 A&W-notitie 1660tal/ms

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 32 002 Wijziging van de Natuurbeschermingswet 1998 en de Flora- en faunawet in verband met uitbreiding van de werkingssfeer van beide wetten naar

Nadere informatie

Adviescomité SEA. Is er al dan niet een strategische milieubeoordeling (SEA) vereist voor het ontwerp beleidsplannen mariene beschermde gebieden?

Adviescomité SEA. Is er al dan niet een strategische milieubeoordeling (SEA) vereist voor het ontwerp beleidsplannen mariene beschermde gebieden? Directoraat-generaal Leefmilieu EUROSTATION Blok II 2 e verdieping Victor Hortaplein 40, bus 10 B 1060 BRUSSEL www.environment.fgov.be Secretariaat van het Adviescomité SEA: Sabine WALLENS t: + 32 2 524

Nadere informatie

Overwegingen bij definitief besluit vergunning Wet natuurbescherming project Stroomlijn fase 3, tranche 7, perceel 1 en 2

Overwegingen bij definitief besluit vergunning Wet natuurbescherming project Stroomlijn fase 3, tranche 7, perceel 1 en 2 Overwegingen bij definitief besluit vergunning Wet natuurbescherming project Stroomlijn fase 3, tranche 7, perceel 1 en 2 Directie en Biodiversiteit Behandeld door T 070 379 7976 F 088 223 3334 Datum 20

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19kh Datum besluit : 14 juni 2016 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998 2016-004730 - gemeente Bronckhorst Activiteit

Nadere informatie

Procedurewijzer. Voor de (ontwerp)wijzigingsbesluiten van de Natura 2000-gebieden Rijntakken en Veluwe. #038 Rijntakken (ontwerpwijziging)

Procedurewijzer. Voor de (ontwerp)wijzigingsbesluiten van de Natura 2000-gebieden Rijntakken en Veluwe. #038 Rijntakken (ontwerpwijziging) Procedurewijzer Voor de (ontwerp)wijzigingsbesluiten van de Natura 2000-gebieden Rijntakken en Veluwe #038 Rijntakken (ontwerpwijziging) #057 Veluwe (wijziging) Inhoud Procedurewijzer 2 Wat is Natura

Nadere informatie

1 ONDERWERP AANVRAAG PROCEDURE WETTELIJK KADER... 2

1 ONDERWERP AANVRAAG PROCEDURE WETTELIJK KADER... 2 Directie en Biodiversiteit Bijlage nummer 1 Horend bij kenmerk DGAN-NB/18096623 Inhoud 1 ONDERWERP AANVRAAG... 2 2 PROCEDURE... 2 3 WETTELIJK KADER... 2 3.1 Relevante artikelen Wet natuurbescherming...

Nadere informatie

Het Natura 2000 beheerplan Drentsche Aa-gebied: wat houdt het in, wat gaat er gebeuren? Programma

Het Natura 2000 beheerplan Drentsche Aa-gebied: wat houdt het in, wat gaat er gebeuren? Programma Het Natura 2000 beheerplan Drentsche Aa-gebied: wat houdt het in, wat gaat er gebeuren? Informatieavond, 9 december 2014 De Aanleg, Deurze 1 Programma 1. Welkom (Hendrik Oosterveld) 2. Doel van de avond

Nadere informatie

Quickscan natuur Besto terrein Zwartsluis

Quickscan natuur Besto terrein Zwartsluis Quickscan natuur Besto terrein Zwartsluis 3 april 2014 Zoon ecologie Colofon Titel Quickscan natuur Besto terrein Zwartsluis Opdrachtgever mro Uitvoerder ZOON ECOLOGIE Auteur C.P.M. Zoon Datum 3 april

Nadere informatie

Bijlage 3: Natuurtoets Westhavendijk (KuiperCompagnons)

Bijlage 3: Natuurtoets Westhavendijk (KuiperCompagnons) Bijlage 3: Natuurtoets Westhavendijk 14-16 (KuiperCompagnons) NATUUR Kader De Flora- en faunawet (hierna: Ffw) beschermt alle in het wild levende zoogdieren, vogels, reptielen en amfibieën. Van deze soortgroepen

Nadere informatie

IBN 2015, Tweede Kamer, vergaderjaar , nr. 1.

IBN 2015, Tweede Kamer, vergaderjaar , nr. 1. Directie Natuur De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA 's-gravenhage uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum onderwerp doorkiesnummer bijlagen Aanwijzing Natura 2000-gebieden

Nadere informatie

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van A.H.K. van Viegen (PVDD) (d.d. 20 augustus 2012) Nummer 2698

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van A.H.K. van Viegen (PVDD) (d.d. 20 augustus 2012) Nummer 2698 van Gedeputeerde Staten op vragen van A.H.K. van Viegen (PVDD) (d.d. 20 augustus 2012) Nummer 2698 Onderwerp Evaluatie convenant nalevingsstrategie natuurwetgeving Aan de leden van Provinciale Staten Toelichting

Nadere informatie

Juridische reis door de Nederlandse natuurbescherming

Juridische reis door de Nederlandse natuurbescherming tekst anita nijboer beeld piet struijk Juridische reis door de Nederlandse natuurbescherming De natuurbeschermingswetgeving heeft in de loop der tijd nogal wat veranderingen doorgemaakt. De eerste wet

Nadere informatie

Stappenplan vergunningaanvraag

Stappenplan vergunningaanvraag Stappenplan vergunningaanvraag Op grond van de natuurbeschermingswet 1998 1 De Natuurbeschermingswet 1998 regelt de bescherming van gebieden, die als Natura 2000-gebied zijn aangewezen. Een belangrijk

Nadere informatie

Procedurewijzer. Voor het wijzigingsbesluit Rijntakken. #38 Rijntakken

Procedurewijzer. Voor het wijzigingsbesluit Rijntakken. #38 Rijntakken Procedurewijzer Voor het wijzigingsbesluit Rijntakken #38 Rijntakken Inhoudsopgave Procedurewijzer - 2 Wat is Natura 2000? - 2 Wijzigingsbesluit - 2 In beroep gaan (wijzigingsbesluit Rijntakken) - 3 Inzien

Nadere informatie

Begrenzing van het Natuurnetwerk en de Natura 2000-gebieden

Begrenzing van het Natuurnetwerk en de Natura 2000-gebieden Begrenzing van het Natuurnetwerk en de Natura 2000-gebieden Indicator 26 september 2017 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt

Nadere informatie

Onderzoek flora en fauna

Onderzoek flora en fauna Onderzoek flora en fauna 1. Conclusie Geconcludeerd wordt dat voor de beoogde functieveranderingen geen ontheffing in het kader van de Flora- en faunawet vereist is. Hierbij dient wel gewerkt te worden

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19kh Datum besluit : 1 december 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2015-009766 - gemeente Apeldoorn Activiteit

Nadere informatie

Uitgangspunten inzake gebiedsbescherming (Natura 2000), soortenbescherming, faunabeheer en bescherming houtopstanden

Uitgangspunten inzake gebiedsbescherming (Natura 2000), soortenbescherming, faunabeheer en bescherming houtopstanden Bijlage 1 bij Statenmededeling Implementatie Wet natuurbescherming: Uitgangspunten voor de Verordening natuurbescherming Uitgangspunten inzake gebiedsbescherming (Natura 2000), soortenbescherming, faunabeheer

Nadere informatie

Grip op ecologische risico s met de Ecologische Kosten-Baten Analyse Aukje Beerens (ARCADIS)

Grip op ecologische risico s met de Ecologische Kosten-Baten Analyse Aukje Beerens (ARCADIS) Grip op ecologische risico s met de Ecologische Kosten-Baten Analyse Aukje Beerens (ARCADIS) Even opwarmen: Wat is natuur? Natuur volgens bevoegde gezagen Aspect Gezichtspunt bodem Wat is natuur? Definitie

Nadere informatie

Het beheerplan voor Natura 2000-gebieden: een effectief instrument voor natuurbescherming? Sander Kole. VMR Verdiepingssessie 18 november 2014

Het beheerplan voor Natura 2000-gebieden: een effectief instrument voor natuurbescherming? Sander Kole. VMR Verdiepingssessie 18 november 2014 Het beheerplan voor Natura 2000-gebieden: een effectief instrument voor natuurbescherming? Sander Kole VMR Verdiepingssessie 18 november 2014 Het beheerplan voor Natura 2000-gebieden: een effectief instrument

Nadere informatie

Natura essentietabellen Leeswijzer

Natura essentietabellen Leeswijzer Natura 2000- essentietabellen Leeswijzer Ministerie van LNV, juni 2009 Inleiding In diverse Natura 2000-documenten staat informatie over Natura 2000-doelen die sturend is voor het opstellen van beheerplannen.

Nadere informatie

Het Brabantse natuurbeleid onder de loep Bijstelling noodzakelijk?

Het Brabantse natuurbeleid onder de loep Bijstelling noodzakelijk? Het Brabantse natuurbeleid onder de loep Bijstelling noodzakelijk? Conclusie Er zijn veel ontwikkelingen in het natuurbeleid sinds 2010 Er zijn aanpassingen doorgevoerd of noodzakelijk Natuurbeleid in

Nadere informatie

HEIDE ROZENDAALSE VELD EN ROZENDAALSE ZAND. Beleidsnota

HEIDE ROZENDAALSE VELD EN ROZENDAALSE ZAND. Beleidsnota HEIDE ROZENDAALSE VELD EN ROZENDAALSE ZAND 2005 Beleidsnota Inhoudsopgave 1 Inleiding...3 2 Doelen...3 3 Uitgewerkte randvoorwaarden op juridisch en beleidsinhoudelijk vlak...4 3.1 Europees beleid...4

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 32 123 XIV Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) voor het jaar 2010 Nr. 152 BRIEF

Nadere informatie

Q&A s over de wijziging van de Natuurbeschermingswet 1998 van 1 februari

Q&A s over de wijziging van de Natuurbeschermingswet 1998 van 1 februari Q&A s over de wijziging van de Natuurbeschermingswet 1998 van 1 februari 2009 1 Onderwerp Vraag Antwoord inwerkingtreding Op welke datum is de wet bestaand Op 1 februari 2009. gebruik in werking getreden?

Nadere informatie

Datum 26 november 2009 Betreft Verlenging Nb-wetvergunning ensisvisserij

Datum 26 november 2009 Betreft Verlenging Nb-wetvergunning ensisvisserij > Retouradres Postbus 6111 5600 HC Eindhoven Keizersgracht 5 5611 HB Eindhoven Postbus 6111 5600 HC Eindhoven www.minlnv.nl Betreft Verlenging Nb-wetvergunning ensisvisserij Geachte heer, Bij brief van

Nadere informatie

website - 47-RO-2009015319-ab.doc Pagina 1

website - 47-RO-2009015319-ab.doc Pagina 1 website - 47-RO-2009015319-ab.doc Pagina 1 Ons kenmerk RO/2009015319 Behandeld door de heer B. Klijs (0592) 36 56 64 Onderwerp: Vergunning artikel 19d van de Natuurbeschermingswet (Nb-wet) 1998 BESLUIT

Nadere informatie

Intentieverklaring Beheerplannen Natura 2000

Intentieverklaring Beheerplannen Natura 2000 1 Voor de rijkswateren het BPRW 1-8 Partijen: de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit de Staatssecretaris van Defensie de staatssecretaris van Verkeer & Waterstaat de voorzitter van de Adviescommissie

Nadere informatie

Beheerplannen in de praktijk

Beheerplannen in de praktijk faculteit rechtsgeleerdheid vakgroep staatsrecht, bestuursrecht en bestuurskunde 17-02-2016 1 17-02-2016 1 Beheerplannen in de praktijk Mr.dr. Peter Mendelts Gebiedsbescherming - Nu: Natuurbeschermingswet

Nadere informatie

Drainage en beregening rondom Natura 2000 gebieden

Drainage en beregening rondom Natura 2000 gebieden Drainage en beregening rondom Natura 2000 gebieden 1. Inleiding Ingevolge artikel 19d van de Natuurbeschermingswet is het verboden zonder vergunning projecten of andere handelingen te realiseren onderscheidenlijk

Nadere informatie

De Staatssecretaris van Economische Zaken

De Staatssecretaris van Economische Zaken Wijzigingsbesluit Natura 2000-gebieden Witte en Zwarte Brekken, Sneekermeergebied, Deelen, Leekstermeergebied, Zuidlaardermeergebied, Elperstroomgebied, Arkemheen, IJsselmeer, Markermeer & IJmeer, Polder

Nadere informatie

Inhoud. Actualiteiten ten aanzien van: 1. Bestaand gebruik en bestaande rechten;

Inhoud. Actualiteiten ten aanzien van: 1. Bestaand gebruik en bestaande rechten; Inhoud Actualiteiten ten aanzien van: 1. Bestaand gebruik en bestaande rechten; 2. Interne en externe saldering, inclusief saldering via depositiebank; 3. Programmatische Aanpak Stikstof (PAS). Actualiteiten

Nadere informatie

Deze wet beschermt van ongeveer 500 van de dier- en plantensoorten die in Nederland

Deze wet beschermt van ongeveer 500 van de dier- en plantensoorten die in Nederland Bijlage 3. Ecologie B3.1. Beleidskader Aanleiding en doel De beoogde ontwikkeling betreft de bouw van 31 woningen op een deels braakliggende kavel en delen van zeer diepe achtertuinen (zie ook paragraaf

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Datum besluit : 16 december 2014 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2014-008636 - gemeenten Harderwijk, Nunspeet en

Nadere informatie

Beheerplannen Natura 2000: Sociaaleconomische gevolgen en ontwikkelingsruimte

Beheerplannen Natura 2000: Sociaaleconomische gevolgen en ontwikkelingsruimte Beheerplannen Natura 2000: Sociaaleconomische gevolgen en ontwikkelingsruimte Aanleiding De komende tijd wordt er gewerkt aan het opstellen van de ontwerpbeheerplannen. Het is daarbij van belang dat deze

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INZAKE VERGUNNING OP BASIS VAN ARTIKEL 2.7 VAN DE WET NATUURBESCHERMING (Wnb)

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INZAKE VERGUNNING OP BASIS VAN ARTIKEL 2.7 VAN DE WET NATUURBESCHERMING (Wnb) 1 Assen, 23 januari 2017 Ons kenmerk 201601734-00675610 ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INZAKE VERGUNNING OP BASIS VAN ARTIKEL 2.7 VAN DE WET NATUURBESCHERMING (Wnb) Vergunninghouder

Nadere informatie

s t r u c t u u r v i s i e G o o r Goor 202

s t r u c t u u r v i s i e G o o r Goor 202 VISIEKAART 8 9 s t r u c t u u r v i s i e G o o r 2 0 2 5 structuu Goor 202 rvisie 5 1. Structuurvisie Goor 2025 2. Analyse 3. Visie en ambitie: Goor in 2025 4. Ruimtelijke kwaliteit 5. Wonen 6. Economie

Nadere informatie

Bijlage bij besluit DRZO/2010-2825

Bijlage bij besluit DRZO/2010-2825 Bijlage bij besluit DRZO/2010-2825 Natuurbeschermingswet 1998 Vergunning project Verbreding A50 tracé Ewijk-Valburg, aanleg en gebruik extra Waalbrug en renovatie huidige Waalbrug INHOUDELIJKE OVERWEGINGEN

Nadere informatie

Nieuwe bedrijfslocaties

Nieuwe bedrijfslocaties E c o l o g i s c h e i n v e n t a r i s a t i e Om de uitvoerbaarheid van het bestemmingsplan Midwolda-Nieuwlandseweg Arts/Rulo te toetsen, is een ecologische inventarisatie uitgevoerd. Tevens is gekeken

Nadere informatie

Artikel 16/19d Natuurbeschermingswet Café Restaurant Rijstal Venhof V.O.F., te Herkenbosch Zaaknummer:

Artikel 16/19d Natuurbeschermingswet Café Restaurant Rijstal Venhof V.O.F., te Herkenbosch Zaaknummer: Besluit van Gedeputeerde Staten van Limburg Vergunning Artikel 16/19d Natuurbeschermingswet 1998 Café Restaurant Rijstal Venhof V.O.F., te Herkenbosch Zaaknummer: 2016-600903 Kenmerk: 2016/86141 d.d. 3

Nadere informatie

Steenuil en ontheffingsaanvragen van de Flora- en faunawet. Martijn van Opijnen (Dienst Regelingen) Wouter van Heusden (Dienst Landelijk Gebied)

Steenuil en ontheffingsaanvragen van de Flora- en faunawet. Martijn van Opijnen (Dienst Regelingen) Wouter van Heusden (Dienst Landelijk Gebied) Steenuil en ontheffingsaanvragen van de Flora- en faunawet Martijn van Opijnen (Dienst Regelingen) Wouter van Heusden (Dienst Landelijk Gebied) 5 november 2011 Wat doen DR en DLG Dienst Regelingen is namens

Nadere informatie

Bijlage 1 Wettelijk kader

Bijlage 1 Wettelijk kader Bijlage 1 Wettelijk kader Inleiding In deze bijlage worden de wettelijke kaders voor ecologische beoordelingen van ruimtelijke ingrepen en andere handelingen beschreven. In de natuurbeschermingswetgeving

Nadere informatie

Wijzigingsbesluit Natura 2000-gebied Westerschelde & Saeftinghe

Wijzigingsbesluit Natura 2000-gebied Westerschelde & Saeftinghe Wijzigingsbesluit Natura 2000-gebied Westerschelde & Saeftinghe De Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie Gelet op de artikelen 10a en 15 van de Natuurbeschermingswet 1998; BESLUIT:

Nadere informatie

BESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INZAKE VERGUNNING OP BASIS VAN ARTIKEL 2.7 VAN DE WET NATUURBESCHERMING (WNB)

BESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INZAKE VERGUNNING OP BASIS VAN ARTIKEL 2.7 VAN DE WET NATUURBESCHERMING (WNB) Assen, 28 november 2017 Ons kenmerk 201700845-00726807 BESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INZAKE VERGUNNING OP BASIS VAN ARTIKEL 2.7 VAN DE WET NATUURBESCHERMING (WNB) Vergunninghouder Bedrijfslocatie

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INZAKE VERGUNNING OP BASIS VAN ARTIKEL 2.7, LID 2, VAN DE WET NATUURBESCHERMING (WNB)

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INZAKE VERGUNNING OP BASIS VAN ARTIKEL 2.7, LID 2, VAN DE WET NATUURBESCHERMING (WNB) 1 Assen, 5 november 2018 Ons kenmerk 201802306-00785497 ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INZAKE VERGUNNING OP BASIS VAN ARTIKEL 2.7, LID 2, VAN DE WET NATUURBESCHERMING (WNB) Vergunninghouder

Nadere informatie

De nieuwe Natuurbeschermingswet Geldt vanaf 1 oktober 2005

De nieuwe Natuurbeschermingswet Geldt vanaf 1 oktober 2005 De nieuwe Natuurbeschermingswet Geldt vanaf 1 oktober 2005 De Natuurbeschermingswet 1998 in Drenthe In oktober 2005 is de gewijzigde Natuurbeschermingswet 1998 in werking getreden. Deze wet regelt onder

Nadere informatie

Ontwerpbesluit van Gedeputeerde Staten van Limburg. Artikel 16/19d Natuurbeschermingswet 1998

Ontwerpbesluit van Gedeputeerde Staten van Limburg. Artikel 16/19d Natuurbeschermingswet 1998 Ontwerpbesluit van Gedeputeerde Staten van Limburg Vergunning Artikel 16/19d Natuurbeschermingswet 1998 Maatschap Vissers-Gommans, Vosberg 11 a te Panningen Zaaknummer: 2014-1047 Kenmerk: 2016/63042 d.d.

Nadere informatie

Procedurewijzer. Voor de aanwijzingsbesluiten van drie mariene Natura 2000-gebieden. 164 Doggersbank. 165 Klaverbank.

Procedurewijzer. Voor de aanwijzingsbesluiten van drie mariene Natura 2000-gebieden. 164 Doggersbank. 165 Klaverbank. Procedurewijzer Voor de aanwijzingsbesluiten van drie mariene Natura 2000-gebieden 164 Doggersbank 165 Klaverbank 166 Friese Front Inhoudsopgave Wat is Natura 2000 5 Aanwijzingsbesluit 5 In beroep gaan

Nadere informatie

Dit betekent concreet dat gemeenten, provincies en Rijk bij vergunningverlening geen beroep meer kunnen doen op het PAS.

Dit betekent concreet dat gemeenten, provincies en Rijk bij vergunningverlening geen beroep meer kunnen doen op het PAS. Onderwerp Steller Beantwoording vragen ex art. 38 RVO Partij voor de Dieren over de gevolgen van de uitspraak van de Raad van State over de PAS voor onze gemeente Ronald Klaassen De leden van de raad van

Nadere informatie

NATURA 2000 in Vlaanderen. Filiep CARDOEN Afdelingsverantwoordelijke NATUUR

NATURA 2000 in Vlaanderen. Filiep CARDOEN Afdelingsverantwoordelijke NATUUR NATURA 2000 in Vlaanderen Filiep CARDOEN Afdelingsverantwoordelijke NATUUR Overzicht - Algemene doelstelling - Stand van zaken afbakening SBZ - Doelstelling Natura 2000 -Implementatie: - Juridisch kader

Nadere informatie

Themabijeenkomst Beheerplannen voor Natura 2000 gebieden

Themabijeenkomst Beheerplannen voor Natura 2000 gebieden Themabijeenkomst Beheerplannen voor Natura 2000 gebieden Het opstellen van beheerplannen voor Natura 2000 gebieden ligt maatschappelijk gevoelig. Veel partijen hebben grote belangen bij de beheerplannen.

Nadere informatie

Referentienummer Datum Kenmerk GM-0055696 16 februari 2012 313182

Referentienummer Datum Kenmerk GM-0055696 16 februari 2012 313182 Notitie Referentienummer Datum Kenmerk GM-0055696 16 februari 2012 313182 Betreft Actualisatie locatieonderzoek natuurwaarden 1 Aanleiding In 2007 is door Grontmij het Locatieonderzoek natuurwaarden Projectlocatiegebied

Nadere informatie

SPELREGELS EHS. Een gezamenlijke uitwerking van rijk en provincies. Ministeries van LNV en VROM en de provincies

SPELREGELS EHS. Een gezamenlijke uitwerking van rijk en provincies. Ministeries van LNV en VROM en de provincies SPELREGELS EHS Spelregels voor ruimtelijke ontwikkelingen in de EHS Een gezamenlijke uitwerking van rijk en provincies Ministeries van LNV en VROM en de provincies 2 De Ecologische Hoofdstructuur, ook

Nadere informatie

Toekomst voor eeuwenoud bos Samenvatting van het beheerplan Norgerholt Concept

Toekomst voor eeuwenoud bos Samenvatting van het beheerplan Norgerholt Concept Toekomst voor eeuwenoud bos Samenvatting van het beheerplan Norgerholt Concept a Toekomst voor eeuwenoud bos Samenvatting van het beheerplan Norgerholt Colofon Deze samenvatting is een uitgave van de

Nadere informatie

BESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Wnb hfdst 2 gebieden Artikel 2.7 lid 2 en 3, artikel 2.8 lid 3 en lid 9 en artikel 1.13 Wet natuurbescherming en artikel 2.7 Besluit

Nadere informatie

Nota van antwoord bij Natura 2000-beheerplan Zeldersche Driessen (143) Beantwoording inspraakreacties op Ontwerpbeheerplan juni 2016

Nota van antwoord bij Natura 2000-beheerplan Zeldersche Driessen (143) Beantwoording inspraakreacties op Ontwerpbeheerplan juni 2016 Nota van antwoord bij Natura 2000-beheerplan Zeldersche Driessen (143) Beantwoording inspraakreacties op Ontwerpbeheerplan juni 2016 Datum November 2016 Colofon Deze nota van antwoord is een uitgave van

Nadere informatie

p- iiiiiiniiii uil ii nu ii

p- iiiiiiniiii uil ii nu ii V il Ik M I- ' mam s IN12.03325 p- iiiiiiniiii uil ii nu ii l_yi_l\l_/~vi X L / Bezoekadres Huis der Provincie Markt 11 6811 CG Arnhem Postadres Postbus 9090 6800 GX Arnhem Het college van Burgemeester

Nadere informatie

Actualiteiten natuurregelgeving 6 oktober 2016

Actualiteiten natuurregelgeving 6 oktober 2016 Actualiteiten natuurregelgeving 6 oktober 2016 Inhoudsopgave 1. Nbw 2. Ffw 3. Wnb, overgangsrecht Nbw, maatregelen onder Habitatrichtlijn Arrest Orleans, overzicht mogelijke maatregelen o.g.v. art. 6 Hbr:

Nadere informatie

De Wet natuurbescherming

De Wet natuurbescherming Consequenties voor gemeenten De Wet natuurbescherming Omgevingsdienst West-Holland, Leiden, 28-1-2016 Wim Heijligers m.m.v. Vincent Wisgerhof Opbouw presentatie 1. Natuurbeschermingswetgeving; bescherming

Nadere informatie

Visie op Zuid-Holland. Verordening Ruimte. Wijzigingsbesluit behorende bij ontwerpherziening Herijking EHS

Visie op Zuid-Holland. Verordening Ruimte. Wijzigingsbesluit behorende bij ontwerpherziening Herijking EHS Visie op Zuid-Holland Verordening Ruimte Wijzigingsbesluit behorende bij ontwerpherziening Herijking EHS GS 21 mei 2013 ONTWERP VERORDENING TOT WIJZIGING VAN DE VERORDENING RUIMTE Provinciale Staten van

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 26 januari 2010 Betreft Stand van zaken Natura 2000

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 26 januari 2010 Betreft Stand van zaken Natura 2000 > Retouradres Postbus 20401 2500 EK DEN HAAG De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Prins Clauslaan 8 2595 AJ DEN HAAG Postbus 20401 2500 EK DEN HAAG www.minlnv.nl

Nadere informatie

Oplegnotitie (Vaststelling bestemmingsplan Landgoed Brunssheim.) Gemeenteblad nr. 2010/71

Oplegnotitie (Vaststelling bestemmingsplan Landgoed Brunssheim.) Gemeenteblad nr. 2010/71 Oplegnotitie (Vaststelling bestemmingsplan Landgoed Brunssheim.) Gemeenteblad nr. 2010/71 Rol van de raad De raad krijgt dit raadsvoorstel voorgelegd om - kaders te stellen de raad geeft de grenzen aan

Nadere informatie

Nieuwsbrief Natura 2000

Nieuwsbrief Natura 2000 Nieuwsbrief Natura 2000 Provincie Noord-Brabant Colofon Dit een uitgave van de provincie Noord-Brabant Brabantlaan 1 5216 TV s-hertogenbosch Uitgave februari 2010 Geachte lezer, In deze eerste editie van

Nadere informatie