De kwaliteit van de ontbladering heeft een impact op het niveau van de grondtarra. (on)gunstige rooidagen (gemiddelde voor 8 jaren op 10)

Transcriptie

1 Studie, Vorming, Communicatie om de rooikwaliteit te verbeteren en de grondtarra te reduceren in de suikerbietenteelt (KBIVB ITB) Project «SVC Suikerbieten» medegefinancierd door de Europese Unie Via het programma Interreg III France Wallonie Vlaanderen Deelprogramma France-Vlaanderen J.-P. Vandergeten (1) S. Blocaille (2) C. Royer (2) (1) Koninklijk Belgisch Instituut tot Verbetering van de Biet (B) (2) Institut Technique de la Betterave Industrielle (F) GROND minder GROND meer Bodemtype : Opslagplaats : Rassenkeuze : Rijenafstand : Bodemstructuur : Plantenaantal ha : Rooiomstandigheden : Ontbladeren : Rooiorganen : Zeefzad : Droog 1 met bladstelen Reinigingscicuit : 12 meter Rooien : Snelheid: Snelheid zeefraderen en/of hoogte van de rekken : Lading hoop : Zandleem Gestabiliseerd Gras Champagne: Siloreiniger Mogelijkheden om Tarra te reduceren Boven de grond 5 cm 5 cm Geen vertakkingen 2 vertakt 5 met bladstelen meter -1 km/u +1 km/u + intensief Leem licht Wendakker 5 p./ha 15 p./ha 1 p./ha 12 p./ha Scharen Geen wielen tussen bieten Grote schijven Schijven cm in de grond middelmatig Gemeenschappelijk gebruik Wielen tussen rijen Rechtstreeks Zware leem en klei Wendakker met sporen Kleverige grond Verwaarloos geen enkele fase tijdens de teelttechniek De kwaliteit van de ontbladering heeft een impact op het niveau van de grondtarra grondtarra () ontkoppingsniveau grondtarra op netto gewassen 1 2 (on)gunstige rooidagen (gemiddelde voor jaren op 1) 15/9 22/9 29/9 /1 13/1 2/1 27/1 3/11 1/11 17/11 2/11 goede omstandigheden gemiddelde goede omstandigheden Ontbladering-ontkopping : verwijdering van een maximum aan groen (beoog minder dan 2 bieten met bladstelen, maar ook minder dan 1 te diep ontkopte of gebarsten bieten). Een redelijk lastenniveau aannemen 1

2 Studie : Vorming : Project SVC : Communicatie : Gemeenschappelijke protocol (KBIVB ITB Afdekken - reinigen Vorming van de bestuurders van rooi- en laadmateriaal (afstellingen, verliezen, grondtarra, ) Brochures, artikels in gespecialiseerde kranten, regionale en internationale vergaderingen, colloquium, Proef Afdekking proeven: Aisne, Marne, Nord Vergelijking afgedekte/niet-afgedekte silo : 2 bemonsteringen voor elke datum (3 of ) waarop worden afgemeten : de grondtarra de vochtigheid van de grond de vochtigheid van de biet de doeltreffendheid van reiniging na afdekking Doorlaatbaarheid van het dekzeil Doeltreffendheid van reiniging na afdekking Top Tex Dekzeilen {rol 9,m x 1 m (7t bieten), prijs 2 = 79,5 } Witte dekzeilen : zeilen uit polypropyleen geperforeerd met kleine gaten ter grootte van een naald. Scheurt niet, rot niet, gebruik gedurende meerdere jaren opgepast gevoeligheid voor UV. Weinig gevoelig voor wind : hoop gemakkelijker af te dekken. Voorwaarden doeltreffendheid : onmiddelijk afdekken na de rooi. Dit is niet mogelijk met zwarte plastiek! Grondrarar ( op het netto) Evolutie van de grondtarra en regenval in Aisne 23-okt.- 2-nov.- 12-nov.- 22-nov.- 2-dec.- 12-dec Aisne niet afgedekt Aisne afgedekt Gecummuleerde regenval 2 Gecummuleerde regenval (mm) 2

3 rijkheid Evolutie van de rijkheid in functie van het aantal dagen in de silo, Aisne aantal dagen nadeoogst Aisne niet afgedekt Aisne afgedekt Vochtigheidgrond () Evolutie van de vochtigheid van de grond in functie van het aantal dagen in de silo aantal dagen na de oogst Aisne niet afgedekt Aisne afgedekt Marne niet afgedekt Marne afgedekt Nord niet afgedekt Nord afgedekt 1 Verschil in vochtigheid van de grond : van tot 2 minder voor de afgedekte silos voor 25 en Glucosegehalte () Tare terre ( sur le net) Evolutie van het glucosegehalte in functie van het aantal dagen in de silo Evolution de la tare terre en fonction du,1 nombre de jours dans le silo 1,9, 9,7,, ,,3, aantal 2 dagen na3 de oogst 5 Niet afgedekt Top tex Gecumuleerde neerslag (mm) Aisne niet afgedekt Marne niet afgedekt Nord niet afgedekt Aisne afgedekt Marne afgedekt Nord afgedekt 3

4 Inbreng van de afdekking 2 : weinig initiële grondtarra Proeven Nord 5 Niveau van de grondtarra Grondtarra Vochtigheid van de grond Regenmeting (mm) Dagen stockage , Aisne Aisne (n 2) : kleine hoeveelheid water Nord 7 Aisne - 2, Marne Doorlaatbaarheid van het dekzeil 27

5 Datum Regen (mm) J J J J J J J J J Moy 13 Datum Regen (mm) J J J J J Datum Datum Regen (mm) J J J J J Regen (mm) J J + 23 J J Datum Regen (mm) J J J J Moy Voordelen Nadelen Geen afdekking Geen investering Impact van slecht weer (regen, vorst) Top Tex Dekzeil Kost (van tot 1 /ha) te verdelen op minimum 5 jaar Minder gevoelig voor wind Laat de lucht circuleren (droge grond) Minder doeltreffend tegen vorst dan zwarte dekzeilen Zwart dekzeil Kost (25 /ha) Doeltreffend tegen vorst Gevoelig voor wind Niet herbruikbaar Risico voor opwarming van de silo. Afdekking : etappebalans De afdekking heeft een positief effect op de beperking van de grondtarra door de «insijpeling» van water in de silo te beperken De reiniging Voor de toepassing : Het tijdstip van afdekken en verwijderen van de dekzeilen is belangrijk De vorm van de hoop heeft een invloed op de doeltreffendheid Niveleer de hoop, Koepelvorm, Oppervlakte aan de bodem Het water sijpelt door de silo : De bodem van de silo is van belang (wegstromen van het water) Het tarraniveau zal afhankelijk zijn van het wegstromen van het water Het afdekken verbetert de doeltreffendheid van de reiniging 5

6 Gemeenschappelijke methodologie voor testen IRBAB / ITB : Grondtarra + Verliezen Hoeveelheid verijwderde grond door reiniging (t voor 1 t bieten netto) Geheel van proeven IRBAB en ITB (23, 25 en 2) Vermindering van de tarra door reiniging Doeltreffendheid 1 Doeltreffendheid 5 R 2 =, Grondtarra voor reiniging (t/1 t netto) Verlies door wortelbreuk ten gevolg e van reinig ing Geheelvan de proeven IRBAB en ITB Breukverliezenvoor en na reiniging R 2 =, Verlies door wortelbreuk ten gevolge van de rooi -Weinig verband tussen het niveau van verlies bij de rooi en het nieveau van verlies bij reiniging. -Lichte tendens : meer verlies bij reiniging indien zeer weinig verlies bij de rooi. Verlies door wortelbreuk : Verdeling van de verliezen ( gevallen) Verlies bij reiniging Gemid. =,53 t/ha Verlies bij de rooi Gemid. = 1, t/ha,5 1 1,5 2 2,5 3 3,5 Verlies aan bieten (t/ha) -Zij zijn niet te verwxaarlozen maar blijven beperkt in vergelijking met deze te wijten aan het rooien ondanks de vaak visuele indruk.

7 De reiniging : Laat de silo gedurende meerdere dagen opdrogen Het percentage verwijderde aarde varieert van 3 tot 7 in functie van verschillende factoren : de begintarra, de vochtigheid van de silo, de omstandigheden bij de levering Hoe minder aarde in de silo voor reiniging, hoe minder erna De verliezen door reiniging zijn 3 tot keer lager dan deze door rooi ondanks de visuele indruk De rooikwaliteit blijft de voornaamste factor voor properheid van de bieten, de reiniging doet niet alles, zelfs al is zij zeer doeltreffend Reiniging met een rollentafel voor vergelijking van afgedekte en niet afgedekte silos B 1 Weging van de bruto bieten Siloreiniger B 1.2 Wassen Alle wegingen worden gedaan op het volledige staal Doeltreffendheid afdekking+reiniging B 2 Weging van gewassen bieten Weging van de bieten na reiniging B 3: Weging van de bietenkoppen Weging van de gewassen bieten, zonder afval Receptiecentrum Appilly Ontkopping B Weging van de ontkopte bieten Rasp Aanmaak van barcodes Hoeveelheidgrond verwijderd door reiniging (t voor 1 t bieten netto) Reductie tarra via siloreiniger Nord-2 R 2 =,73 Doeltreffendheid 5 R 2 =,9 Doeltreffendheid Hoeveelheidgrond aanwezigvoor reiniging (t/1 t netto) Zonder dekzeil Met dekzeil Lineair (met dekzeil) Lineair (zonder dekzeil) Doeltreffendheid 25 Doeltreffendheid 5 Proeven afdekking vervolgens reiniging Grondtarra netto hoop hoop laden duur (rooien) laden reinig. doeltreff. S Ciney 21 d niet afgedekt 12, 13,2 17,2 1,9 zwarte plast. 11,3, ,5 17, Top Tex 12,7, 3 17,1 1,9 Oudenaarde 23 d niet afgedekt 1, 7, ,5 19,3 zwarte plast. 11, 5, 9 19, 19,3 Top Tex 11,1, 19, 19,5 Wannegem niet afgedekt zwarte plast. Top Tex Zonnebeke niet afgedekt zwarte plast. Top Tex 23 d 23 d 7, 7,1 17,7 1,9,, , 1, 7,3 3,7 9 17, 1,9 7, 7,5 17, 17, 7, 3, , 17, 7, 3, 5 17,9 17,9 7

8 Percentage grondtarra voor en na reiniging Choques (2) Percentage grondtarra Niet afdgedekt Deel afgedekt Top tex Doeltref. = 2 Voor reiniging Avant déterrage Deel niet afgedekt Doeltref. = 27.. Na reiniging Après déterrage Niet Non afdgedekt bâché Afdgedekt Bâché met TopToptex Tex Temperaturen binnen in de hoop (Wannegem-Lede, 2) Temperaturen onder het dekzeil (Oudenaarde, 2) C 1 C /11/2 17/11/2 1/11/2 1/11/2 19/11/2 19/11/2 2/11/2 2/11/2 21/11/2 21/11/2 22/11/2 22/11/2 23/11/2 23/11/2 2/11/2 2/11/2 25/11/2 25/11/2 2/11/2 2/11/2 27/11/2 27/11/2 27/11/2 2/11/2 2/11/2 29/11/2 29/11/2 3/11/2 3/11/2 1/12/2 1/12/2 2/12/2 2/12/2 3/12/2 3/12/2 /12/2 /12/2 5/12/2 5/12/2 /12/2 /12/2 7/12/2 7/12/2 /12/2 /12/2 1/11/2 17/11/2 17/11/2 1/11/2 1/11/2 19/11/2 19/11/2 2/11/2 2/11/2 2/11/2 21/11/2 21/11/2 22/11/2 22/11/2 23/11/2 23/11/2 2/11/2 2/11/2 25/11/2 25/11/2 2/11/2 2/11/2 27/11/2 27/11/2 2/11/2 2/11/2 29/11/2 29/11/2 3/11/2 3/11/2 1/12/2 1/12/2 2/12/2 2/12/2 2/12/2 3/12/2 3/12/2 /12/2 /12/2 5/12/2 5/12/2 /12/2 /12/2 7/12/2 7/12/2 /12/2 Dagen Dagen TopTex Zwarte plast. Getuige T buiten TopTex Zwarte plast. Getuige T buiten

9 Bewaringsproeven Resultaten proef in de ademhalingskamer van het KBIVB T=1 C,55,5,5 Evolutie van de ademhaling van de bieten in de loop van de tijd Genezing Vertraagd leven Ontwikkeling van schimmels.5.5 Invloed van de ontbladering en kwetsuren op de ademhaling ontkopt gekwetst met bladstelen CO2,,35,3,25,2,15 De ademhaling van de bieten en dus het suikerverbruik varieert tijdens de bewaringsperiode 2//27 2//27 1/9/27 5/9/27 9/9/27 13/9/27 17/9/27 21/9/27 25/9/27 29/9/27 CO2/kg / 2/ 1/9 5/9 9/9 13/9 17/9 21/9 25/9 29/9 De bieten met bladstelen ademen meer dan de ontkopte De gekwetste bieten ontwikkelen sneller schimmels 9

10 CO2/kg Invloed van het ras op de ademhaling.5 ras 1 ras 2 ras 3 ras / 2/ 1/9 5/9 9/9 13/9 17/9 21/9 25/9 29/9 De rassen hebben een veschillend metabolisme Sommige rassen zijn gevoeliger voor schimmels Invloed van het ras, de ontbladering en de kwetsuren op de ontwikkeling van schimmels KBIVB aangetaste bieten Groep Ras a Ras b Ras b Ras 1.55 b Bladstelen. a Ontkopt 17.1 b Gekwetst 2.51 c Invloed de intensiteit van de kwetsuren op de ontwikkeling van verrottingen (proef te Villeneuve d Ascq) bieten met verrottingen D D3 D D9 D D3 D D9 ras 1 ras 2 De zijkwetsuren, de schokken en de gebroken punten zijn toegangspunten voor de ontwikkeling van schimmels Rasgevoeligheid voor kwetsuren 1, 1 17, 17,2 1, 1, 1 Invloed van de intensiteit van de kwetsuren op de uiteindelijke rijkheid en het glucosegehalte Uiteindelijke rijkheid D D3 D D9,2,2,2,22,2,1 Glucosegehalte D D3 D D9 De kwetsuren verhogen het verlies aan suiker en het glucosegehalte op het moment van de genezing en vervolgens wegens de ontwikkeling van schimmels 1

11 Vorming van de bestuurders 27 Gemeenschappelijke vorming van de bestuurders Téréos / ITB in het Noorden, Pas-de-Calais en Somme met het centrum Savy Berlette, OVG (Ondernemers van het gebied), Regionale Federatie van CUMA, het bietensyndicaat en met de financiële steun van FAFSEA en VIVEA. Vorming van de bestuurders : Theoretisch gedeelte in zaal In het atelier Rooi en schatting van de verliezen Vorming 2-27 Rooi Reiniging - Laden COMMUNICATIE SUIKERFABRIEK MOERBEKE Coördinatiecomité van de bietenplanters van de Vlaanderen v.z.w. 11

12 Grondtarra verminderen en reiniging van de bieten optimaliseren Grondtarra verminderen voor de oogst Voorstelling van de verschillende types siloreinigers Het oogstmateriaal optimaal benutten Stockageplaatsen Belang van de reiniging en de afdekking Beheer van reinigingsresten 12

13 Laadtechnieken Ramassage *le grappin peut se placer parallèlement ou perpendiculairement à la grue (R113 - R117); Dankbetuigingen Comité Interprofessionnel de Suivi du Projet Interreg (CISPI) Interprofessioneel Comité voor de Opvolging van het Project Interreg (ICOPI) *idéalement le grappin sera placé parallèlement au sens d'avancement de la grue permet une bonne vision sur les blessures occasionnées aux betteraves et sur la quantité de terre prélevée. Il permet également un ratissage plus efficace en présence d'ornières. Il nécessite cependant un pivotement du grappin au moment du chargement sur le camion; *certains grappins ne sont pas munis de tête pivotante et le grappin doit être placé perpendiculairement au sens d'avancement de la grue. Le grutier doit alors éviter d'exercer une pression sur la mâchoire arrière en contact avec le tas (R11). Un grutier expérimenté peut effectuer un bon chargement et un ratissage correct avec le grappin placé dans ce sens. Le grappin ne doit pas subir de pivotement au moment du chargement; Invités / uitgenodigd: Messieurs / de heren R. Van Gaever (Subel), R. Demuynck, I Dewaele, P. Deblonde, A. Van Dorpe (CBB), H. Van Damme, J.-P. Dereycke, E. Van Dijck, J.-Fr. Misonne, J.-P. Vandergeten MM. H. Brabant, J. Collard, M. Lapointe, A. Quillet, J.-M. Sailly (représentants des planteurs), X. Astolfi (SVI), Y. Belegaud (Tereos), H. Benard (SDHF), B. Labilloy (Cristal-Union), F. Lorant (SLS), M. Richard-Molard, E. Leveque et C. Royer Comité d accompagnement / Begeleidingscomité Mesdames Sylvie Tondeur (F) / Inge De Keyzer (B) *lors du ratissage et du regroupement des betteraves, le grutier doit donner un mouvement au grappin pour répartir les betteraves et la terre sur le silo et pour éviter que la terre ne se concentre en un point. Il faut éviter les regroupements multiples qui ont tendance à provoquer des bris de racines. 13