Opstarthandleiding mbconnect24 remote service portaal

Transcriptie

1 Opstarthandleiding mbconnect24 remote service portaal DATUM WIJZIGING BEWERKER Document gemaakt D. Stoelinga

2 1. Inhoudsopgave 1. Inhoudsopgave Algemeen online Als u nog geen klantenaccount heeft op mbconnect Download mbdialup Installatie mbdialup Registreer uw account voor mbconnect / 3: Account setup / 3: Contactpersoon / 3: Further Information Voltooiing van de registratie Maak verbinding met RSP mbconnect mbconnect24 Configuratie Wijzig uw wachtwoord Taal gebruiker aanpassen Nieuw project toevoegen Nieuw apparaat toevoegen Toegang tot apparaten en machines Afsluiten van de mbconnect24 sessie Laden configuratie in apparaat Download naar PC Laden in mbnet Laden in mbnet.mini Laden in mbspider Forceer synchronisatie Verstuur naar apparaat met mbdialup Uitgebreidere instellingen router LAN instellingen WAN instellingen WiFi (WLAN) instellingen Internet instellingen Modem instellingen Reset naar fabrieksinstellingen mbnet.mini mbnet mbspider Support Legenda Pagina 2

3 2. Algemeen Dit document beschrijft de eerste stappen en acties die nodig zijn om een apparaat (mbnet/mbspider) online te verbinden met het mbconnect24 Remote Service Portaal via de client software mbdialup. Vereisten / componenten: mbconnect24 Vanaf V 2.2 mbdialup * Vanaf V 3.7 mbcheck * Vanaf V mbnet * Vanaf firmware V mbspider * Vanaf firmware V mbnet.mini * Vanaf firmware V De laatste versie is te vinden op > Support > Downloads. Pagina 3

4 online Pagina 4

5 4. Als u nog geen klantenaccount heeft op mbconnect24 Dit hoofdstuk beschrijft de stappen die nodig zijn om te registreren op de Remote Service Portaal mbconnect Download mbdialup Voor de registratie op het Remote Service Portaal mbconnect24 heeft u de externe client software mbdialup nodig. Download het installatiepakket voor mbdialup gratis op > Support > Downloads. 4.2 Installatie mbdialup Pak het installatiepakket uit en voer het bestand setupmbdialup.exe uit. Voor de installatie altijd uit als Administrator. Wanneer u voor de eerste keer mbdialup installeert, wordt u door de installatie-assistent gevraagd om akkoord te gaan met de installatie van extra vereiste software van derden. Software Fabrikant Functie / doel WINPcap Riverbed Technology Deze software is vereist voor de functie "SEARCHoverIP". USB Gate Networks Eltima Software Deze software is vereist voor de functie "USB over IP". TAP Windows Provider V9 Network adapter OpenVPN Technologies, Inc. Deze virtuele netwerkadapter is vereist om een VPN-verbinding tot stand te brengen. Pagina 5

6 4.3 Registreer uw account voor mbconnect24 Start de software mbdialup. Europese klanten kiezen altijd voor de server rsp.mbconnect24.net (EU). De geselecteerde server kan niet gewijzigd worden na afloop van de registratie. Klik op de knop "Register new account" en volg de registratiewizard. Pagina 6

7 1 / 3: Account setup Company name* Country* State Street* Postal Code* City* Invoerveld voor de bedrijfsnaam Invoerveld voor het land van het bedrijf Invoerveld voor de provincie Invoerveld voor de straat Invoerveld voor de postcode Invoerveld voor de plaats 2 / 3: Contactpersoon Title First name* Last name* Business * Repeat business * Phone* Invoerveld voor de aanspreektitel Invoerveld voor de voornaam Invoerveld voor de achternaam Invoerveld voor het zakelijke adres Invoerveld bevestiging zakelijk adres Combinatieveld voor landcode en telefoonnummer De accountnaam wordt gegenereerd vanuit het globale deel/domein van het adres. (john@doefactory.com => Uw accountnaam = doefactory) Pagina 7

8 3 / 3: Further Information * Verplichte velden Your account name will be Hier wordt uw toekomstige accountnaam getoond Profile language Selectieveld voor de standaardtaal in uw account (de profieltaal kan later op elk gewenst moment worden gewijzigd). Account password* Stel een sterk wachtwoord in voor uw account Repeat your account password* Herhaal het eerder ingevoegde wachtwoord Serial number of your device Voer het serienummer van een apparaat in (mbnet, mbspider...) Comment Hier kunt u een opmerking plaatsen van welke aard dan ook, voor de supportafdeling van MB connect line. I accept the General Terms and Conditions Vink het selectievakje aan om de algemene voorwaarden te accepteren. Subscribe me to the newsletter. Vink dit selectievakje aan als u de nieuwsbrief van MB connect line wilt ontvangen. Via onze site is het ook mogelijk om u aan te melden voor de Nederlandse 4S industrie nieuwsbrief. Wanneer alle stappen met succes zijn voltooid, ontvangt u het volgende bericht: * Verplichte velden Successfully You will shortly receive your activation link via . You will receive your access data as soon as you have confirmed the activation by the obtained link. Klik op "Back to login". Pagina 8

9 4.4 Voltooiing van de registratie Controleer uw box en open de bevestigings . In het bericht vindt u de samenvatting van uw ingevoerde gegevens (behalve uw wachtwoord) met een bevestigingslink om de nieuwe gebruikersaccount te activeren. De is verzonden door MB connect line, zo kunt u snel en gemakkelijk naar deze zoeken. Controleer uw andere mappen als deze mail zich niet in uw postvak IN bevindt. Als de is verplaatst vanwege een spamfilter of een regel, bevindt deze zich mogelijk in de map Spam, Adverteren, Prullenbak, Verwijderde items of Archief. Als u de bevestigings niet kunt vinden, neemt u contact op met onze supportafdeling ( ). Na succesvolle activering van het gebruikersaccount ontvangt u een tweede met uw gebruikersnaam (bijvoorbeeld: admin@accountnaam). Samen met het wachtwoord die u tijdens de registratie heeft gemaakt, zijn dit uw toegangsgegevens om u aan te melden bij het Remote Service Portaal mbconnect24. Pagina 9

10 5. Maak verbinding met RSP mbconnect24 Selecteer de server Start mbdialup en selecteer via het pull-down menu Server uw mbconnect24 server. rsp.mbconnect24.net (EU) voor server locatie Europa rsp.mbconnect24.us (US/CAN) voor server locatie USA/Canada De serverlocatie is te zien in de bevestigings van uw account op mbconnect24. Toegang via een proxy server Als internet alleen toegankelijk is via een proxyserver, kunnen de relevante instellingen worden toegepast in het menu "Settings", submenu "Port/Proxy settings". Pagina 10

11 Login mbconnect24 Log in op de portal met uw gebruikersgegevens (gebruikersnaam + wachtwoord) en klik op Login. Uw gebruikersnaam is per aan u verzonden bij het registreren van uw mbconnect24 gebruikersaccount. De gebruikersnaam is een combinatie van admin@ en uw accountnaam. Uw wachtwoord heeft u zelf aangemaakt tijdens het registratieproces. Vergeet niet om uw wachtwoord regelmatig te wijzigen. Een beveiligde VPN verbinding met uw account op mbconnect24 is nu gemaakt. Pagina 11

12 6. mbconnect24 Configuratie Hier kunt u: Uw wachtwoord veranderen Een nieuw project aanmaken Een nieuw apparaat toevoegen aan het project Een configuratiebestand genereren en Laden in uw apparaat (mbnet / mbspider) 6.1 Wijzig uw wachtwoord Na uw eerste aanmelding op het portaal raden wij u aan om uw wachtwoord te wijzigen. Het is een veiligheidsrisico om dit niet te doen! Zolang u uw wachtwoord niet wijzigt, wordt de melding steeds weergegeven wanneer de startpagina wordt geopend. Klik op "Change Password". Let op dat uw wachtwoord moet passen in de wachtwoordrichtlijn. Uw wachtwoord is actief wanneer u opnieuw verbinding maakt met het portaal. Pagina 12

13 6.2 Taal gebruiker aanpassen Het portaal is in meerdere talen beschikbaar: Engels Duits Spaans Frans Nederlands Russisch Turks De taal kunt u aanpassen in het profiel van de gebruiker. Klik op Administration en in het submenu op Users. Klik nu op de desbetreffende Gebruikersnaam. En klik hier op de button. Kies hier in het tabblad Display settings bij Language de gewenste taal. Deze handleiding gaat verder in het Nederlands. Pagina 13

14 6.3 Nieuw project toevoegen Een project is de hoogste autoriteit om de volgende taken uit te voeren: Beheer van apparaten Remote Service Monitoring en Alarmering Data Logging Visualisaties Een apparaat (router / data modem) wordt direct toegewezen aan een project. Het is mogelijk meerdere apparaten toe te voegen aan een project. Klik op de knop "Administratie" in het menu. En klik vervolgens op de link Nieuw project". Voor de basisconfiguratie is het noodzakelijk om een project een naam te geven. Klik op Opslaan om het project op te slaan. Het tabblad "Toegang" is voor de uitgebreide configuratie. Pagina 14

15 6.4 Nieuw apparaat toevoegen Klik op Nieuw apparaat toevoegen. Kies vervolgens het juiste type router en geef deze een naam. Klik vervolgens op Volgende. In de volgende stap kunnen de LAN en WAN interface geconfigureerd worden. Overleg altijd met de IT beheerder van het netwerk waarin het apparaat (mbnet of mbspider) met de WAN interface wordt aangesloten. Pagina 15

16 De basisconfiguratie is nu klaar en kan gedownload worden door op het rode icoon te klikken. Volg de instructies onder het icoon om de configuratie in de router te laden. Als de configuratie geladen is in de router kan er op Gereed worden geklikt. Voorbeeld voor laden in een mbnet router Voorbeeld voor het laden in een mbnet.mini router De procedure verschilt per type apparaat. Volg altijd de instructies in bovenstaand scherm. Als de router verbonden is met het internet via WAN of modem interface zal de router zich melden op het portaal. Dit is te zien aan de groene LED. Dit hoofdstuk beschreef de basisconfiguratie van een apparaat. Uitgebreidere informatie van de instellingen staat in het hoofdstuk Uitgebreidere instellingen router verderop in deze handleiding. Pagina 16

17 7. Toegang tot apparaten en machines Een industriële router (mbnet/mbnet.mini) kan alleen de toegang tot apparaten of machines tot stand brengen als: Als de mbnet/mbnet.mini een internetverbinding heeft en het apparaat is verbonden met het portaal. Dit is te zien aan de groen status LED bij de apparaatnaam. We kunnen nu een actieve VPN verbinding opbouwen met de router door: 1. Via het rechtermuis contextmenu en dan Verbinden ; 2. Knop Verbinden met. Bovenstaande weergave is de Eenvoudige weergave. U kunt onderaan de pagina ook kiezen voor Geavanceerd. In de geavanceerde weergave kunt u met de button een actieve VPN verbinding opbouwen. U ziet op meerdere plekken de status LED oranje worden. Dit betekent dat er een actieve VPN verbinding is opgebouwd. De verbinding kunt u verbreken door op Disconnect te klikken. Pagina 17

18 8. Afsluiten van de mbconnect24 sessie U kunt de verbinding met het Remote Service Portaal mbconnect24 beëindigen door te klikken op AFMELDEN. En vervolgens kunt u mbdialup afsluiten via de knop EXIT. Indien u op EXIT klikt voor u zich heeft afgemeld kan het zijn dat de VPN verbinding niet juist wordt beëindigd. Dit kan ervoor zorgen dat de gebruiker verbonden blijft met het portaal. Pagina 18

19 9. Laden configuratie in apparaat De volgende opties zijn beschikbaar voor overdracht van het configuratiebestand (mbconnect24.mbn): Download naar PC (zoals eerder in deze handleiding uitgelegd) Bereid je voor op synchronisatie Forceer synchronisatie Download naar PC Hier downloadt u de configuratie naar uw PC of rechtstreeks naar een USB stick. De configuratie wordt vervolgens via de USB stick in het apparaat geladen. Voorwaarden: De configuratie PC heeft een VPN verbinding met het portaal Het apparaat heeft geen LAN-verbinding Het apparaat heeft geen verbinding met het portaal Forceer synchronisatie U zet de configuratie klaar in het portaal voor verzending naar het apparaat. Nadat het apparaat de verbinding heeft gemaakt met het portaal, wordt de configuratie automatisch overgebracht naar het apparaat. Voorwaarden: Het apparaat heeft een verbinding met het portaal Er is een geldig serveradres ingevoerd in het apparaat Dit gebeurd via de CTM in de router. CTM = Configuration Transfer Manager. Verstuur naar apparaat Hier kunt u de configuratie via mbdialup rechtstreeks naar het apparaat versturen. De configuratie PC heeft een VPN verbinding met het portaal Het apparaat is vooraf geconfigureerd met de verbindingsgegevens (Eerste start met het gebruik van de web-interface van het apparaat) Het apparaat is via LAN met de PC verbonden Voor de eerste installatie van een apparaat adviseren wij om Download naar PC te gebruiken. Pagina 19

20 9.1 Download naar PC Selecteer dit overdrachtstype als het apparaat niet via LAN is verbonden met de PC en geen verbinding heeft met het mbconnect24 portaal. Eenvoudige weergave Geavanceerde weergave Klik met de rechtermuisknop op de naam van Klik op de knop en kies vervolgens het apparaat en kies voor Download naar PC. voor Download naar PC. Het configuratiebestand "mbconnect24.mbn / -.mbnx" wordt gedownload naar de configuratie PC of rechtstreeks naar een USB stick. BELANGRIJK!: Het gedownloade mbconnect24.mbn/.mbnx configuratiebestand niet hernoemen en moet altijd worden opgeslagen in de root van de USB stick. De USB stick moet het formaat FAT hebben. Pagina 20

21 Laden in mbnet Indien de mbnet is verbonden met de stroomvoorziening en klaar voor gebruik (Rdy LED continue aan), kan de USB stick in de router worden geplaatst. Zodra de router het configuratiebestand herkend beginnen de LEDs FC1 + Fc2 synchroon beginnen te knipperen (1). Druk nu op Dial Out (2) en hou deze ingedrukt. Als LED Fc3 knippert (3) kan Dial Out (4) losgelaten worden. De instellingen van mbconnect24 zijn nu automatisch geladen en de mbnet router herstart nu. Als de mbnet nu een verbinding met het internet kan opbouwen (b.v. netwerk, telefoonkabel, SIM Card, antenne zijn geïnstalleerd) meldt hij zich automatisch op uw account. Dit is te zien als de Con LED begint te knipperen. Verdere details van de Con LED zijn te vinden in het handboek van de mbnet. In zeldzame gevallen kan het ontwerp van de USB-stick ongeschikt zijn voor deze procedure. Gebruik dan een andere USB stick. Als de mbconnect24.mbn/-.mbnx configuratiefile geïmporteerd is, wordt deze automatisch hernoemd en opgeslagen op de USB-stick als Xmbconnect24.mbn/-.mbnx configuratiefile. Dit voorkomt opnieuw laden. Pagina 21

22 Laden in mbnet.mini Als de mbnet.mini is verbonden met de stroomvoorziening en klaar is voor gebruik (Rdy LED continue aan) kan de USB stick in de router geplaatst worden. Het apparaat zal het configuratiebestand herkennen en dit aangeven door de langzaam knipperende LED Usr (knipperfrequentie: 1,5 Hz). Zodra de LED Usr begint te knipperen (1), moet u binnen 10 seconden de knop Function (2) indrukken. Hou deze ingedrukt totdat de LED Usr (3) continu brand. Nu kunt u de knop Function (4) loslaten. Wanneer de LED Usr uitgaat en de LEDs Pwr + Rdy oplichten, is de configuratieoverdracht voltooid. Als de mbnet.mini nu een verbinding met het internet kan opbouwen (b.v. netwerk, telefoonkabel, SIM Card, antenne zijn geïnstalleerd) meldt hij zich automatisch op uw account. Dit is te zien als de Con LED begint te knipperen. Verdere details van de Con LED zijn te vinden in het handboek van de mbnet.mini. In zeldzame gevallen kan het ontwerp van de USB-stick ongeschikt zijn voor deze procedure. Gebruik dan een andere USB stick. Als de mbconnect24.mbn/-.mbnx configuratiefile geïmporteerd is, wordt deze automatisch hernoemd en opgeslagen op de USB-stick als Xmbconnect24.mbn/-.mbnx configuratiefile. Dit voorkomt opnieuw laden. Pagina 22

23 Laden in mbspider Wanneer de mbspider op de voeding is aangesloten en klaar is voor gebruik, plaatst u de USB stick met het configuratiebestand erop in de USB poort van het apparaat. Het apparaat zal het configuratiebestand herkennen en dit aangeven door de knipperende LEDs Fc1 + Fc2. Zodra de LEDs Fc1 + Fc2 beginnen te knipperen (1), moet u binnen 10 seconden de knop Function (2) indrukken. Hou deze knop ingedrukt totdat LED Fc3 begint te knipperen (3). Laat nu de knop Function los (4). Na ongeveer 30 seconden gaat de LED Fc3 uit. De configuratieoverdracht is voltooid. Als de mbspider nu een verbinding met het internet kan opbouwen (b.v. netwerk, telefoonkabel, SIM Card, antenne zijn geïnstalleerd) meldt hij zich automatisch op uw account. Dit is te zien als de Connect LED begint te knipperen. Verdere details van de Con LED zijn te vinden in het handboek van de mbspider. In zeldzame gevallen kan het ontwerp van de USB-stick ongeschikt zijn voor deze procedure. Gebruik dan een andere USB stick. Als de mbconnect24.mbn/-.mbnx configuratiefile geïmporteerd is, wordt deze automatisch hernoemd en opgeslagen op de USB-stick als Xmbconnect24.mbn/-.mbnx configuratiefile. Dit voorkomt opnieuw laden. Pagina 23

24 9.2 Forceer synchronisatie U zet de configuratie klaar in het portaal voor verzending naar het apparaat. Nadat het apparaat de verbinding heeft gemaakt met het portaal, wordt de configuratie automatisch overgebracht naar het apparaat. Voorwaarden: Het apparaat heeft een verbinding met het portaal via internet (WAN, WiFi of modem) Het apparaat is vooraf geconfigureerd met de verbindingsgegevens Er is een geldig serveradres ingevoerd in het apparaat Eenvoudige weergave Geavanceerde weergave Klik met de rechtermuisknop op de naam van Klik op de knop en kies vervolgens Forceer synchronisatie. het apparaat en kies voor Forceer synchronisatie Voor de basisconfiguratie zijn er geen verdere instellingen nodig en kunt u klikken op Synchroniseer. Zodra het apparaat (mbnet, mbnet.mini of mbspider) is ingelogd op het portaal, wordt de configuratie overgedragen naar het apparaat. Het apparaat is nu online. Pagina 24

25 9.3 Verstuur naar apparaat met mbdialup Hiervoor moet het apparaat (mbnet, mbnet.mini of mbspider) toegankelijk zijn vanaf een PC via LAN, ongeacht het LAN IP. Ook moet de computer een verbinding hebben met mbconnect24. Eenvoudige weergave Geavanceerde weergave Klik met de rechtermuisknop op de naam van Klik op de knop en kies vervolgens Verstuur naar apparaat. het apparaat en kies voor Verstuur naar apparaat Nu voert het systeem in mbdialup een scan uit van alle apparaten (mbnet, mbnet.mini of mbspider) die zijn aangesloten op de LAN interface en geeft deze in een overzicht weer. Als de toewijzing van het configuratiebestand aan het geïdentificeerde apparaat correct is, klik dan op "go >>" om te bevestigen. Pagina 25

26 In het volgende scherm, klik op start configuration transfer. De instellingen van mbconnect24 worden nu naar het apparaat geschreven. Als alle items zijn verwerkt, bevestigt u de overdracht door op de knop "Finished" te klikken. Als de mbnet, mbnet.mini of mbspider nu een verbinding met het internet kan opbouwen (b.v. netwerk, telefoonkabel, SIM Card of antenne is geïnstalleerd) meldt hij zich automatisch op uw account. Dit is te zien als de Con/Connect LED begint te knipperen. Pagina 26

27 10. Uitgebreidere instellingen router In dit hoofdstuk gaan we uitgebreid in op de instellingen van de mbnet/mbnet.mini router. Deze instellingen worden gedaan in de Geavanceerde weergave van het portaal. De weergave kunt u onderaan elke pagina aanpassen. Als u de instellingen van de interfaces wilt aanpassen kunt u klikken op LAN instellingen Vul een vrij LAN IP-adres in en een Netmask voor het systeem- of machinenetwerk. LAN instellingen: IP IP-adres van de router. Netmask Voer het subnetmask in waar uw apparaat in moet worden geïntegreerd. 1:1 NAT network Activeren 1: 1 NAT Network, als beide contacten dezelfde Net adressen gebruiken en willen communiceren met elkaar. SEARCHoverIP Met de functie SEARCHoverIP is het mogelijk om apparaten op het LAN netwerk te scannen. Hiermee kan op afstand bijvoorbeeld een Siemens PLC met standaardadres toch benaderd worden met TIA Portal of Simatic Manager. Meer informatie op Let op, dat de LAN en WAN IP-adressen zich in een ander netwerkbereik van elkaar bevinden. Pagina 27

28 10.2 WAN instellingen Vul hier een vrij WAN IP-adres in en de netmask van het bedrijfsnetwerk. Het is niet noodzakelijk om dit in te vullen, als er in het bedrijfsnetwerk een DHCP server aanwezig is, is een WAN IP-adres niet nodig. Kies dan voor DHCP. U kunt kiezen tussen statisch IP en DHCP. WAN instellingen Type DHCP: Selecteer dit item als er een DHCP-server in uw netwerk is. Uw apparaat krijgt een IP-adres automatisch per DHCP. Type Gateway DNS Server Kies voor DHCP Optioneel de gateway van de externe router Optioneel een DNS server. U kunt hier maximaal vijf DNS-servers invoeren. De individuele adressen moeten van elkaar worden gescheiden door een spatie (b.v. " "). Overleg altijd met de IT beheerder van het netwerk waarin het apparaat (mbnet of mbspider) met de WAN interface wordt aangesloten. WAN instellingen Type Statisch IP: Gebruik het statische IP-adres als je niet beschikt over een DHCP-server in het netwerk. Let op dat u een DNS-server moet gebruiken. Type Kies voor Statisch IP. IP IP-adres van de externe router. Netmask Voer het subnetmask in waar uw apparaat in moet worden geïntegreerd. Gateway Gateway van de externe router. DNS Server DNS server. U kunt hier maximaal vijf DNS-servers invoeren. De individuele adressen moeten van elkaar worden gescheiden door een spatie (b.v. " "). Overleg altijd met de IT beheerder van het netwerk waarin het apparaat (mbnet of mbspider) met de WAN interface wordt aangesloten. Pagina 28

29 10.3 WiFi (WLAN) instellingen Als u de router met WiFi module wilt configureren vul dan de informatie van de router of access-point in. SSID Authentificatie Encryptie Key Key bevestigen Kanaal WiFi instellingen: Naam van het WiFi network waarmee de router moet verbinden Selectie van de authenticatie methode Selecteer een encryptie mode Vul de WLAN key in van de router of access-points Vul nogmaals de WLAN key in van de router of access-points Kanaal van de WiFi WiFi instellingen Type DHCP: Selecteer deze optie als er een DHCP server aanwezig is in het netwerk WLAN Type Kies voor DHCP Gateway Gateway van het netwerk DNS server DNS server van het netwerk Overleg altijd met de IT beheerder van het netwerk waarin het apparaat (mbnet of mbspider) met de WAN interface wordt aangesloten. Pagina 29

30 WiFi instellingen Type Statisch IP: Gebruik het statische IP-adres als je niet beschikt over een DHCP-server in het netwerk. Let op dat u een DNS-server moet gebruiken. WLAN Type Kies voor Statisch IP WLAN IP IP-adres van de externe router Netmask Subnetmask van het netwerk Gateway Gateway van het netwerk DNS server DNS server van het network. U kunt hier maximaal vijf DNS-servers invoeren. De individuele adressen moeten van elkaar worden gescheiden door een spatie (b.v. " "). Overleg altijd met de IT beheerder van het netwerk waarin het apparaat (mbnet of mbspider) met de WAN interface wordt aangesloten. Pagina 30

31 10.4 Internet instellingen De velden kunnen variëren, afhankelijk van het type apparaat en geselecteerde instellingen. Voor de eerste configuratie is het raadzaam om Altijd in het veld Verbind met server te selecteren. Alleen in deze instelling probeert het apparaat automatisch een verbinding met het portaal tot stand te brengen. Pagina 31

32 Verbind met server Negeer gegevens over de LAN interface Negeer gegevens van interne services Verbinding verbreken na [sec] inactiviteit Maak verbinding om log data te versturen Datalog interval Internetverbinding via Test verbinding Test interval (s) Test adres Meer testadressen Internet instellingen: Selectieveld voor wanneer en onder welke voorwaarden het apparaat verbinding moet maken met de server. Dialout / Functie Met de Dialout of Functie button wordt een verbinding met het portaal button opgebouwd. Altijd Als het apparaat verbonden is met de voedingsspanning en gereed is, wordt automatisch de verbinding met het portaal opgebouwd. SMS Als u een verbinding met het portaal wilt, stuurt u een SMS met de opdracht Afhankelijk van type een VPN connectie te starten of te stoppen. INET START of INET STOP router Ingang 1-4 Afhankelijk van type router Ingang 1-4 Afhankelijk van type router Het apparaat maakt een VPN connectie met het portaal op het moment dat het signaal van de digitale ingang 1-4 hoog is of niet. Het apparaat maakt een VPN connectie met het portaal op het moment dat het signaal van de digitale ingang 1-4 hoog is. Wordt het signaal op de ingang laag dan wordt de VPN connectie verbroken. Voorkom dat gegevens van de LAN interface een internet en VPN verbinding activeren. Denk aan een PC achter de router met TeamViewer. Voorkom dat interne services in de router een internet en VPN verbinding activeren. Denk aan de NTP tijd synchronisatie in de router. Wanneer de vooraf ingestelde tijd is verstreken (time-out), wordt de verbinding tussen de server en apparaat verbroken. Het apparaat maakt verbinding met de server om loggegevens te verzenden, ongeacht de selectie van wanneer en onder welke voorwaarden het apparaat verbinding moet maken (met uitzondering van de selectie "Altijd"). De verbinding wordt verbroken na de vooraf ingestelde time-out. Selectieveld voor de interval (1 uur, 2 uur, 4 uur, 8 uur, 12 uur, 24 uur) om de logdata te sturen. Checkbox met de informatie hoe uw apparaat verbinding moet maken met het internet. Afhankelijk van type router Externe Router Om het apparaat via een externe router te verbinden, moet u het apparaat een IP-adres geven buiten het bereik van de externe router. Voer het IPadres in van de externe router bij de gateway. Daarnaast moet een DNSserver in gevoegd worden om een naamresolutie te garanderen. Externe DSL Modem Om een internetverbinding over een DSL modem te maken heeft u de toegangsdata nodig. Indien deze niet bekend zijn moet u navraag doen bij uw Internet provider (ISP). U moet de data invullen in de velden Username en Password. Modem U kunt ook een internetverbinding opbouwen via het geïntegreerde modem. Failover (WAN -> modem) De internetverbinding kan worden opgebouwd over de WAN-interface. Als het apparaat problemen heeft met de WAN-interface of er geen WAN-kabel wordt geplaatst, kan met de functie failover de gebruikte interface overschakelen naar het interne modem. Als deze functie geselecteerd is zal er een ping gedaan worden in de ingestelde interval op het ingestelde testadres om te controleren of er toegang tot het internet is. Zorg ervoor dat het adres permanent toegankelijk is. Interval voor het ping commando voor de testverbinding. Test adres voor het ping commando. Zorg ervoor dat het adres permanent toegankelijk is. ( is de DNS server van google.com) Optioneel kunnen meerdere testadressen worden toegevoegd. Pagina 32

33 Als u een HTTP-proxy voor uw verbindingen wilt gebruiken, stelt u het selectievakje "Gebruik proxy" in. Vervolgens worden extra velden voor het invoeren van het IP-adres, de DNS-naam, poort en verificatiegegevens weergegeven. Als uw HTTP-proxy geen verificatie vereist, kunt u de velden voor de gebruikersgegevens van de proxyserver leeg laten. Gebruik proxy Naam Poort Gebruiker Wachtwoord Bevestig wachtwoord Proxy instellingen: Activeer proxy instellingen Hostnaam of IP-adres van de proxyserver Poort van proxyserver Gebruiker van de proxyserver. Indien nodig kunnen de domeinnaam (Domain \ Gebruikersnaam) alsook de verificatiemethode (voor NTLM: Gebruikersnaam # AUTH-NTLM of NTLMv2: Gebruikersnaam # AUTH-NTLM2) worden ingevoerd. Wachtwoord van de proxyserver. Ter bevestiging nogmaals het wachtwoord van de proxyserver. Pagina 33

34 10.5 Modem instellingen Telefoonnummer Mobiel APN (Provider) APN Gebruiker Wachtwoord Bevestig wachtwoord SIM Pin Inschakelen besturing via SMS verzenden adres Modem instellingen: Telefoonnummer van de gekozen simkaart. Noodzakelijk als er berichten naar de router gestuurd moeten worden Selecteer een APN van de provider indien aanwezig of wanneer deze niet in de lijst voorkomt kiest u voor Voer de inloggegevens in en vul vervolgens de gegevens handmatig in. Deze optie kiest u ook voor de 4S-sim Handmatige invoer van APN van provider Indien noodzakelijk, gebruikersnaam bij de APN Indien noodzakelijk, wachtwoord bij de APN Bevestig het wachtwoord bij de APN SIM-Pin van de gekozen simkaart Als u de internetverbinding van de router wilt starten via SMS. Of als u via een SMS een herstart van de router wilt uitvoeren moet deze optie ingeschakeld zijn Als er een verzonden moet worden als de router een internetverbinding heeft Op dit adres wordt de afgeleverd Pagina 34

35 11. Reset naar fabrieksinstellingen 11.1 mbnet.mini Hou rekening met het volgende voordat u het apparaat naar de fabrieksinstellingen terugzet: Het apparaat moet operationeel zijn (LED Pwr + Rdy branden) Het IP-adres wordt teruggezet naar de standaardwaarde ( ) Er mag geen USB-stick op het apparaat zijn aangesloten. Ga als volgt te werk om de mbnet.mini terug te zetten naar de fabrieksinstellingen: Klik eenmaal op de Reset knop (1) Druk daarna direct op de knop Function en hou deze ingedrukt (2) Na ongeveer seconden begint de LED Rdy te knipperen (3). Houdt de Function knop ingedruk! Zodra de LED Usr begint te knipperen, laat u de knop Function los (4) Wanneer de LED s Pwr en Rdy oplichten, zijn de fabrieksinstellingen geladen (5) De mbnet.mini kan nu opnieuw worden geconfigureerd. Pagina 35

36 11.2 mbnet Houd rekening met het volgende voordat u het apparaat naar de fabrieksinstellingen terugzet: Het IP-adres wordt teruggezet naar de standaardwaarde ( ) Het apparaat wachtwoord wordt gereset naar het standaardwachtwoord Het standaardwachtwoord staat aan de achterkant van het apparaat Er mag geen USB-stick op het apparaat zijn aangesloten. Het apparaat moet operationeel zijn (LED Pwr + Rdy branden). Druk op de Reset knop en laat deze weer los en wacht (ongeveer 30 seconden) tot LED Rdy knippert (1). Druk vervolgens onmiddellijk op de Dial Out knop en hou deze ingedrukt tot LED Fc4 oplicht (2). Druk nogmaals op de Dial Out knop => LED Fc3 licht op (3). Druk nogmaals op de Dial Out knop => LED Fc2 licht op (4). Druk nog één keer op de Dial Out knop => LED Fc2, Fc3 en Fc4 zijn uit - LED Rdy knippert (5). Wanneer zowel de Pwr LED als de Rdy LED oplichten, zijn de fabrieksinstellingen geladen. De mbnet kan nu opnieuw worden geconfigureerd. Pagina 36

37 11.3 mbspider Hou rekening met het volgende voordat u het apparaat naar de fabrieksinstellingen terugzet: Het IP-adres wordt teruggezet naar de standaardwaarde ( ) Er mag geen USB-stick op het apparaat zijn aangesloten. Schakel de mbspider in en wacht totdat de LED s Power en Ready continu branden. Klik op de knop Reset. Klik hierna direct op de knop Function en hou deze ingedrukt. Nu zullen de LED s Fc1 + Fc3 gaan knipperen. Hou de knop Function ingedrukt. Na ongeveer seconden zal de LED Ready beginnen te knipperen. Hou de knop Function ingedrukt. Ongeveer 10 seconden later gaan de LED s Fc1 + Fc2 + Fc3 knipperen. Laat nu de knop Function nu los. De mbspider start nu opnieuw op en seconden later zullen de LED s Power en Ready gaan branden. De mbspider kan nu opnieuw worden geconfigureerd. Pagina 37

38 12. Support Voor de actuele meest gestelde vragen verwijzen we u naar onze site Op deze pagina vindt u ook diverse Nederlandstalige How To Do PDF bestanden, maar ook instructievideo s. De handboeken, firmware en software van MB connect line zijn te downloaden via Bij vragen kunt u altijd contact opnemen met onze afdeling Support: support@4sindustrie.nl Om klanten snel te kunnen ondersteunen maken we gebruik van TeamViewer. Pagina 38

39 13. Legenda Algemeen Opmerking mbconnect24 Waarschuwing Object toevoegen Object verwijderen Configuratiemenu Bewerken Object kopiëren Download/verstuur configuratiebestand mbconnect24.mbn(x) Opbouwen actieve VPN verbinding met de router Verbreken actieve VPN verbinding met de router Navigatievenster opvouwen Navigatievenster dichtvouwen Open menu Dashboards Open menu Administratie Open menu Berichten Open menu Taken Open menu Rapporten Open menu Systeem Open- en dichtvouwen sub-navigatie menu Toont de actualisatie van de gebruikersinterface Toon apparaten in een lijstweergave Toon apparaten in een mapweergave Zoeken Set filter Reset filter Verversen Openvouwen Dichtvouwen Toont alle actieve alarmen Toont alle verbindingen Toont alle open berichten Toont alle taken Toont de verbonden gebruiker, wijzig profiel en uitloggen van het portaal. Pagina 39