AMENDEMENTEN NL In verscheidenheid verenigd NL EUROPEES PARLEMENT Ontwerpadvies Bas Eickhout (PE v01-00)

Transcriptie

1 EUROPEES PARLEMENT Commissie vervoer en toerisme 2015/2112(INI) AMENDEMENTEN 1-47 Bas Eickhout (PE v01-00) Op weg naar een nieuwe internationale klimaatovereenkomst in Parijs (2015/2112(INI)) AM\ doc PE v01-00 In verscheidenheid verenigd

2 AM_Com_NonLegOpinion PE v /27 AM\ doc

3 1 Marie-Christine Arnautu Paragraaf 1 bis (nieuw) 1 bis. wijst er nadrukkelijk op dat de kosten van de COP21-klimaatconferentie van 2015 te Parijs, die worden geschat op 185 miljoen EUR, veel te hoog zijn en het daarom van belang is dat de financiering van dit soort evenementen wordt herzien; Or. fr 2 Rolandas Paksas Paragraaf 1 bis (nieuw) 1 bis. benadrukt dat de nieuwe internationale klimaatovereenkomst, die moet worden gesloten tijdens de COP 21, de mainstreaming van koolstofarm vervoer in mondiale beleidsmaatregelen inzake klimaatverandering en duurzame ontwikkeling dient aan te moedigen; 3 Christine Revault D'Allonnes Bonnefoy, Claudia Tapardel, Theresa Griffin Paragraaf 1 bis (nieuw) AM\ doc 3/27 PE v01-00

4 1 bis. is ingenomen met de mededeling van de Commissie en de doelstellingen van de EU-bijdrage aan de COP 21- klimaatconferentie; roept de Commissie en de lidstaten op het voortouw te nemen om tot een transparante en bindende internationale overeenkomst te komen; 4 Christine Revault D'Allonnes Bonnefoy, Claudia Tapardel, Theresa Griffin Paragraaf 1 ter (nieuw) 1 ter. verzoekt de Commissie haar steun en deskundigheid ter beschikking te stellen van de partijen van de COP 21- conferentie, zodat deze hun nationale bijdragen kunnen leveren en tegelijk het bewustzijn kunnen vergroten over de rol van de vervoersector bij de ontwikkeling van omvattende strategieën ter verlaging van de broeikasgasemissies; 5 Cláudia Monteiro de Aguiar Paragraaf 2 2. wil dat het protocol van Parijs doelstellingen voor de verlaging van broeikasgasemissies bevat, die stroken met een wereldwijd koolstofbudget dat 2. wil dat het protocol van Parijs doelstellingen voor de verlaging van broeikasgasemissies bevat, die stroken met een wereldwijd koolstofbudget dat PE v /27 AM\ doc

5 beantwoordt aan de 2ºC-doelstelling voor het internationale lucht- en zeevervoer; beantwoordt aan de 2ºC-doelstelling voor het internationale lucht- en zeevervoer; wijst erop dat er rekening moet worden gehouden met de specifieke situatie van eilandgebieden en ultraperifere gebieden, om ervoor te zorgen dat de milieuprestaties geen gevolgen hebben voor de mobiliteit en de toegankelijkheid van deze gebieden in het bijzonder; Or. pt 6 Gesine Meissner, Pavel Telička Paragraaf 2 2. wil dat het protocol van Parijs doelstellingen voor de verlaging van broeikasgasemissies bevat, die stroken met een wereldwijd koolstofbudget dat beantwoordt aan de 2ºC-doelstelling voor het internationale lucht- en zeevervoer; 2. wil dat de Europese Unie proactief blijft samenwerken met de Internationale Burgerluchtvaartorganisatie (ICAO) en de Internationale Maritieme Organisatie (IMO) zodat deze twee organisaties werken aan de effectieve regulering van de emissies van het internationale lucht- en zeevervoer; 7 Kosma Złotowski Paragraaf 2 2. wil dat het protocol van Parijs doelstellingen voor de verlaging van broeikasgasemissies bevat, die stroken met een wereldwijd koolstofbudget dat beantwoordt aan de 2ºC-doelstelling voor 2. wil dat het protocol van Parijs rekening houdt met de bijzondere betekenis van de vervoerssector voor de economische groei in Europa, met name zijn potentieel voor het scheppen van nieuwe arbeidsplaatsen; AM\ doc 5/27 PE v01-00

6 het internationale lucht- en zeevervoer; Or. pl 8 Christine Revault D'Allonnes Bonnefoy, Ismail Ertug, Claudia Tapardel, Theresa Griffin Paragraaf 2 2. wil dat het protocol van Parijs doelstellingen voor de verlaging van broeikasgasemissies bevat, die stroken met een wereldwijd koolstofbudget dat beantwoordt aan de 2ºC-doelstelling voor het internationale lucht- en zeevervoer; 2. wil dat het protocol van Parijs doelstellingen voor de verlaging van broeikasgasemissies bevat, die stroken met een wereldwijd koolstofbudget dat beantwoordt aan de 2ºC-doelstelling voor het internationale lucht- en zeevervoer; vraagt de Commissie en de lidstaten de opname van gekwantificeerde doelstellingen in het protocol van Parijs als topprioriteit te ondersteunen; 9 Ivo Belet Paragraaf 2 2. wil dat het protocol van Parijs doelstellingen voor de verlaging van broeikasgasemissies bevat, die stroken met een wereldwijd koolstofbudget dat beantwoordt aan de 2ºC-doelstelling voor het internationale lucht- en zeevervoer; 2. roept alle partijen, met inbegrip van de IMO en de ICAO, op zich vast te leggen op de mondiale doelstellingen van het protocol van Parijs voor de verlaging van broeikasgasemissies, die stroken met een wereldwijd koolstofbudget dat beantwoordt aan de doelstelling om de toename van de mondiale temperatuur onder 2ºC te houden; PE v /27 AM\ doc

7 10 Kosma Złotowski Paragraaf 2 bis (nieuw) 2 bis. verzoekt de Commissie om in het protocol van Parijs klimaatverplichtingen op te nemen die in overeenstemming zijn met de economische belangen van de Europese Unie en alle lidstaten; Or. pl 11 Christine Revault D'Allonnes Bonnefoy, Claudia Tapardel, Theresa Griffin Paragraaf 2 bis (nieuw) 2 bis. vraagt de EU de rol van nietoverheidsactoren bij de verwezenlijking en de bevordering van ambitieuze doelstellingen voor de verlaging van broeikasgasemissies te erkennen; benadrukt de behoefte om de zichtbaarheid van de vervoersector in alle initiatieven van de COP 21-conferentie zoals de Agenda of Solutions (oplossingenagenda), "Solutions COP 21", te vergroten om zo een breed scala aan actoren bijeen te brengen; roept de Commissie op actief initiatieven te ondersteunen op het gebied van duurzame stedelijke mobiliteit en openbaar vervoer in het kader van de Agenda of Solutions; verzoekt de Commissie het nevenevenement "Transport Day" van de AM\ doc 7/27 PE v01-00

8 COP 21 te ondersteunen; 12 Bas Eickhout Paragraaf 2 bis (nieuw) 2 bis. erkent dat, overeenkomstig het 5e evaluatieverslag van de Intergouvernementele Werkgroep inzake klimaatverandering, het mondiale koolstofbudget waarbij de temperatuurstijging waarschijnlijk kan worden beperkt tot minder 2 C, vereist dat de mondiale cumulatieve emissies tussen 2011 en 2100 binnen een bereik van Gton CO 2 blijven; 13 Ivo Belet Paragraaf 2 bis (nieuw) 2 bis. betreurt het gebrek aan voortgang en ambitie van de onderhandelingen binnen de Internationale Burgerluchtvaartorganisatie (ICAO) over de ontwikkeling van een mondiaal marktmechanisme om de emissies van de luchtvaart terug te brengen; roept alle partijen op zich vast te leggen op een doelmatig en structureel instrument, alsmede maatregelen om de verlaging van CO 2 -emissies te garanderen; PE v /27 AM\ doc

9 14 Ivo Belet Paragraaf 2 ter (nieuw) 2 ter. roept de IMO op haar inspanningen op te voeren teneinde tot een overeenkomst te komen om de emissies van de internationale scheepvaart tegen eind 2016 doeltreffend te reguleren en te verminderen; 15 Merja Kyllönen, Stelios Kouloglou Paragraaf 3 meer nadruk wordt gelegd op de emissies enige sector is waarin de een volledig geïntegreerd vervoersbeleid dat zowel modal shift als technologische vooruitgang en verkeersvermijdingbeleid (bijv. groene logistiek en geïntegreerd mobiliteitsbeheer) omvat; meer nadruk wordt gelegd op de emissies enige sector is waarin de een volledig geïntegreerd vervoersbeleid dat zowel modal shift als technologische vooruitgang en een forse inspanning om onnodig verkeer terug te brengen (bijv. groene logistiek en geïntegreerd mobiliteitsbeheer) omvat; AM\ doc 9/27 PE v01-00

10 16 Maria Grapini Paragraaf 3 meer nadruk wordt gelegd op de emissies enige sector is waarin de een volledig geïntegreerd vervoersbeleid dat zowel modal shift als technologische vooruitgang en verkeersvermijdingbeleid (bijv. groene logistiek en geïntegreerd mobiliteitsbeheer) omvat; meer nadruk wordt gelegd op de emissies enige sector is waarin de een volledig geïntegreerd vervoers- en investeringsbeleid dat zowel modal shift als technologische vooruitgang en verkeersvermijdingbeleid (bijvoorbeeld groene logistiek en geïntegreerd mobiliteitsbeheer) omvat; Or. ro 17 Henna Virkkunen Paragraaf 3 meer nadruk wordt gelegd op de emissies enige sector is waarin de een volledig geïntegreerd vervoersbeleid meer nadruk wordt gelegd op de emissies enige sector is waarin de broeikasgasemissies blijven stijgen; merkt op dat er wereldwijd overeengekomen regels binnen de Internationale Burgerluchtvaartorganisatie en de PE v /27 AM\ doc

11 dat zowel modal shift als technologische vooruitgang en verkeersvermijdingbeleid (bijv. groene logistiek en geïntegreerd mobiliteitsbeheer) omvat; Internationale Maritieme Organisatie nodig zijn om de CO 2 - emissiedoelstellingen voor de lucht- en zeevaart te halen, wat belangrijk is voor het concurrentievermogen van het Europese bedrijfsleven; 18 Aldo Patriciello Paragraaf 3 meer nadruk wordt gelegd op de emissies enige sector is waarin de een volledig geïntegreerd vervoersbeleid dat zowel modal shift als technologische vooruitgang en verkeersvermijdingbeleid (bijv. groene logistiek en geïntegreerd mobiliteitsbeheer) omvat; 3. meent dat de algemene meer nadruk wordt gelegd op de reductie van de emissies in de vervoersector, aangezien dat de enige sector is waarin de een sterker geïntegreerd vervoersbeleid dat voorziet in zowel modal shift als technologische vooruitgang en verkeersvermijdingbeleid (bijv. groene logistiek en geïntegreerd mobiliteitsbeheer); Or. it 19 Ivo Belet Paragraaf 3 AM\ doc 11/27 PE v01-00

12 meer nadruk wordt gelegd op de emissies enige sector is waarin de een volledig geïntegreerd vervoersbeleid dat zowel modal shift als technologische vooruitgang en verkeersvermijdingbeleid (bijv. groene logistiek en geïntegreerd mobiliteitsbeheer) omvat; meer nadruk wordt gelegd op de emissies enige sector is waarin de een volledig geïntegreerd vervoersbeleid dat zowel modal shift als technologische vooruitgang en verkeersvermijdingbeleid (bijv. duurzame logistiek, intelligente stedelijke planning en geïntegreerd mobiliteitsbeheer) omvat; 20 Christine Revault D'Allonnes Bonnefoy, Ismail Ertug, Theresa Griffin Paragraaf 3 meer nadruk wordt gelegd op de emissies enige sector is waarin de een volledig geïntegreerd vervoersbeleid dat zowel modal shift als technologische vooruitgang en verkeersvermijdingbeleid (bijv. groene logistiek en geïntegreerd mobiliteitsbeheer) omvat; 3. is er vast van overtuigd dat gelet op het feit dat vervoer de enige sector is waarin de broeikasgasemissies in de afgelopen 25 jaar met 30 % zijn blijven stijgen, dat de sector verantwoordelijk is voor ongeveer 25 % van alle broeikasgasemissies en dat de emissies van de vervoersector naar verwachting alleen maar zullen blijven stijgen de algemene klimaatdoelstellingen onmogelijk verwezenlijkt kunnen worden als er niet meer nadruk wordt gelegd op de emissies van de vervoersector; benadrukt dat de doelen alleen bereikt kunnen worden met bindende doelstellingen voor de reductie van broeikasgassen, gekoppeld aan een volledig geïntegreerd vervoersbeleid dat zowel modal shift als technologische vooruitgang en verkeersvermijdingbeleid (bijv. groene logistiek en geïntegreerd mobiliteitsbeheer) omvat; PE v /27 AM\ doc

13 21 Tonino Picula Paragraaf 3 meer nadruk wordt gelegd op de emissies enige sector is waarin de een volledig geïntegreerd vervoersbeleid dat zowel modal shift als technologische vooruitgang en verkeersvermijdingbeleid (bijv. groene logistiek en geïntegreerd mobiliteitsbeheer) omvat; meer nadruk wordt gelegd op de emissies enige sector is waarin de de volledige integratie van hernieuwbare energie op de markt, een technologisch neutrale aanpak van de overstap naar een koolstofarme economie en een volledig geïntegreerd vervoersbeleid dat zowel modal shift als technologische vooruitgang en verkeersvermijdingbeleid (bijvoorbeeld groene logistiek en geïntegreerd mobiliteitsbeheer) omvat; Or. hr 22 José Inácio Faria Paragraaf 3 meer nadruk wordt gelegd op de emissies meer nadruk wordt gelegd op de emissies AM\ doc 13/27 PE v01-00

14 enige sector is waarin de een volledig geïntegreerd vervoersbeleid dat zowel modal shift als technologische vooruitgang en verkeersvermijdingbeleid (bijv. groene logistiek en geïntegreerd mobiliteitsbeheer) omvat; enige sector is waarin de een volledig geïntegreerd vervoersbeleid dat zowel modal shift als technologische vooruitgang en verkeersvermijdingbeleid (bijv. groene logistiek en geïntegreerd mobiliteitsbeheer) omvat; roept er daarom toe op om verschillende instrumenten te combineren, waarin negatieve externe factoren worden gecompenseerd, onderzoek en ontwikkeling en grootschalige demonstratieprojecten voor schone vervoertechnologie worden gefinancierd en stimulansen in het leven worden geroepen om deze technologie toe te passen; Or. pt 23 Merja Kyllönen, Stelios Kouloglou Paragraaf 3 bis (nieuw) 3 bis. wijst erop dat stadsvervoer verantwoordelijk is voor ongeveer 25 % van de CO 2 -emissies die klimaatverandering tot gevolg hebben; benadrukt derhalve dat verantwoordelijk grondgebruik, goede planning en duurzame vervoersoplossingen in stedelijke gebieden op efficiënte wijze bijdragen aan het doel van verlaging van de CO 2 -emissies; roept de Commissie op de maatregelen te treffen die nodig zijn om openbaar vervoer, oplossingen voor gedeelde mobiliteit en lopen en fietsen sterk te bevorderen, met name in dichtbevolkte gebieden, en om voorstellen te doen om de EU-regelgeving waar nodig te moderniseren ter bevordering van multimodaliteit en nieuwe mobiliteit en PE v /27 AM\ doc

15 logistieke diensten; 24 Christine Revault D'Allonnes Bonnefoy, Ismail Ertug, Theresa Griffin Paragraaf 3 bis (nieuw) 3 bis. roept de EU op de weg te wijzen naar en een voortrekkersrol te spelen bij de tenuitvoerlegging van concrete maatregelen en wettelijke initiatieven voor de vervoersector, met als uiteindelijk doel de verwezenlijking en de naleving van de mitigatieverplichtingen; verzoekt de Commissie het volgende in te dienen: - een ambitieus wetgevingsvoorstel ter uitvoering van het klimaat- en energiebeleidskader van de EU voor 2030, met inbegrip van specifieke en bindende doelstellingen voor verlaging van de broeikasgasemissies voor de vervoersector; - een wetgevingsvoorstel om een duidelijk traject voor emissieverlaging op lange termijn aan te houden, waarin ambitieuze verplichte limieten voor gemiddelde CO2- emissies voor lichte en zware voertuigen zijn opgenomen; - een voorstel om een EU-kader voor kosten op basis van afstand in het leven te roepen, met inbegrip van de volledige internalisering van externe kosten, ook voor personenauto's, overeenkomstig het beginsel dat de vervuiler betaalt, teneinde het gebruik van duurzame vervoerswijzen te bevorderen; AM\ doc 15/27 PE v01-00

16 25 Merja Kyllönen, Stelios Kouloglou Paragraaf 4 4. wijst erop dat 94 % van het vervoer vooral het weg-, lucht- en zeetransport afhankelijk is van fossiele brandstoffen en dat er daarom met spoed maatregelen moeten worden genomen om vaart te zetten achter de verwezenlijking van de doelstellingen van het witboek (uiterlijk 2030); 4. wijst erop dat 94 % van het vervoer vooral het weg-, lucht- en zeetransport afhankelijk is van fossiele brandstoffen en dat er daarom met spoed maatregelen moeten worden genomen om vaart te zetten achter de verwezenlijking van de doelstellingen van het witboek (uiterlijk 2030); is van oordeel dat de verbetering van de energie-efficiëntie van vervoer een van de topprioriteiten moet zijn van het Europese vervoersbeleid; benadrukt het belang van een betere ontwikkeling van de distributiekanalen van nieuwe duurzame en emissievrije energiebronnen ter ondersteuning van de ambitieuze overgang naar groenere energie en ter vermindering van de ongewilde afhankelijkheid van fossiele brandstoffen en geïmporteerde energie; 26 Maria Grapini Paragraaf 4 4. wijst erop dat 94 % van het vervoer - vooral het weg-, lucht- en zeetransport - afhankelijk is van fossiele brandstoffen en dat er daarom met spoed maatregelen moeten worden genomen om vaart te zetten achter de verwezenlijking van de 4. wijst erop dat 94 % van het vervoer - vooral het weg-, lucht- en zeetransport - afhankelijk is van fossiele brandstoffen en dat er daarom met spoed maatregelen moeten worden genomen om vaart te zetten achter de verwezenlijking van de PE v /27 AM\ doc

17 doelstellingen van het witboek (uiterlijk 2030); doelstellingen van het witboek (uiterlijk 2030); benadrukt dat investeringen moeten worden gedaan om de vooruitgang op het gebied van vervoer te versnellen; Or. ro 27 Henna Virkkunen Paragraaf 4 4. wijst erop dat 94 % van het vervoer vooral het weg-, lucht- en zeetransport afhankelijk is van fossiele brandstoffen en dat er daarom met spoed maatregelen moeten worden genomen om vaart te zetten achter de verwezenlijking van de doelstellingen van het witboek (uiterlijk 2030); 4. wijst erop dat 94 % van het vervoer - vooral het weg-, lucht- en zeetransport - afhankelijk is van fossiele brandstoffen en dat er daarom met spoed maatregelen moeten worden genomen om vaart te zetten achter duurzame brandstoffen, elektriciteit of koolstofarme alternatieven; is van oordeel dat het noodzakelijk is de vroegtijdige invoering van vloeibaar aardgas in het zeevervoer te ondersteunen; 28 Gesine Meissner, Pavel Telička Paragraaf 4 4. wijst erop dat 94 % van het vervoer vooral het weg-, lucht- en zeetransport afhankelijk is van fossiele brandstoffen en dat er daarom met spoed maatregelen moeten worden genomen om vaart te zetten achter de verwezenlijking van de 4. wijst erop dat 94 % van het vervoer vooral het weg-, lucht- en zeetransport afhankelijk is van fossiele brandstoffen; merkt op dat er wereldwijd overeengekomen regels binnen de Internationale AM\ doc 17/27 PE v01-00

18 doelstellingen van het witboek (uiterlijk 2030); Burgerluchtvaartorganisatie en de Internationale Maritieme Organisatie nodig zijn om de CO 2 - emissiedoelstellingen voor de lucht- en zeevaart te halen, zonder daarbij het concurrentievermogen van het Europese bedrijfsleven te schaden; 29 Tonino Picula Paragraaf 4 4. wijst erop dat 94 % van het vervoer - vooral het weg-, lucht- en zeetransport - afhankelijk is van fossiele brandstoffen en dat er daarom met spoed maatregelen moeten worden genomen om vaart te zetten achter de verwezenlijking van de doelstellingen van het witboek (uiterlijk 2030); 4. wijst erop dat het vervoer verantwoordelijk is voor 30 % van het eindenergieverbruik in Europa en dat 94 % van het vervoer - vooral het weg-, lucht- en zeetransport - afhankelijk is van fossiele brandstoffen en dat er daarom met spoed maatregelen moeten worden genomen om vaart te zetten achter de verwezenlijking van de doelstellingen van het witboek (uiterlijk 2030); Or. hr 30 Kosma Złotowski, Tomasz Piotr Poręba Paragraaf 4 4. wijst erop dat 94 % van het vervoer - vooral het weg-, lucht- en zeetransport - afhankelijk is van fossiele brandstoffen en dat er daarom met spoed maatregelen moeten worden genomen om vaart te 4. wijst erop dat 94 % van het vervoer - vooral het weg-, lucht- en zeetransport - afhankelijk is van fossiele brandstoffen, vanwege de algemene toepassing van de technologie en de lage prijs van deze PE v /27 AM\ doc

19 zetten achter de verwezenlijking van de doelstellingen van het witboek (uiterlijk 2030); energiebron; Or. pl 31 Kosma Złotowski Paragraaf 4 bis (nieuw) 4 bis. onderstreept dat de bouw van het TEN-T prioriteit is van het Europese vervoersbeleid en dringt erop aan dat de in het protocol van Parijs opgenomen klimaatverplichtingen geen belemmering vormen voor de uitvoering van de investeringen op dit gebied, met name voor de bouw van infrastructuur en verbetering van de vervoerstoegankelijkheid in Midden -en Oost-Europa; Or. pl 32 Christine Revault D'Allonnes Bonnefoy, Claudia Tapardel, Theresa Griffin Paragraaf 4 bis (nieuw) 4 bis. merkt op dat ruim de helft van de wereldbevolking in steden leeft en dat stedelijk vervoer een belangrijke bijdrage levert aan de broeikasgasemissies van de vervoersector; dringt er daarom bij de Commissie en de lidstaten op aan actief het bewustzijn te vergroten van de rol van duurzame stedelijke mobiliteit om de AM\ doc 19/27 PE v01-00

20 mitigatieverplichtingen te halen; 33 Christine Revault D'Allonnes Bonnefoy, Claudia Tapardel, Theresa Griffin Paragraaf 4 ter (nieuw) 4 ter. wijst erop dat klimaatfondsen ook in de vervoersector moeten worden gebruikt, met name om de ontwikkeling van plannen voor duurzame stedelijke mobiliteit aan te moedigen; 34 Ivan Jakovčić Paragraaf 5 5. wijst er met klem op dat bij alle beleidsmaatregelen ter bevordering van elektrificatie van het vervoer de nadruk moet liggen op treinen, trams, elektrische bussen en elektrische fietsen en rekening moet worden gehouden met de hele levenscyclus, en dat die maatregelen gebaseerd moeten zijn op hernieuwbare elektriciteitsbronnen; 5. wijst er met klem op dat bij alle beleidsmaatregelen ter bevordering van elektrificatie van het vervoer de nadruk moet liggen op treinen, trams, elektrische bussen, elektrische auto's en elektrische fietsen en rekening moet worden gehouden met de hele levenscyclus, en dat die maatregelen gebaseerd moeten zijn op hernieuwbare elektriciteitsbronnen; Or. hr 35 Marie-Christine Arnautu PE v /27 AM\ doc

21 Paragraaf 5 5. wijst er met klem op dat bij alle beleidsmaatregelen ter bevordering van elektrificatie van het vervoer de nadruk moet liggen op treinen, trams, elektrische bussen en elektrische fietsen en rekening moet worden gehouden met de hele levenscyclus, en dat die maatregelen gebaseerd moeten zijn op hernieuwbare elektriciteitsbronnen; 5. wijst er met klem op dat bij alle beleidsmaatregelen ter bevordering van elektrificatie van het vervoer de nadruk moet liggen op treinen, trams en elektrische bussen en rekening moet worden gehouden met de hele levenscyclus, en dat die maatregelen gebaseerd moeten zijn op hernieuwbare elektriciteitsbronnen; Or. fr 36 Merja Kyllönen, Stelios Kouloglou Paragraaf 5 5. wijst er met klem op dat bij alle beleidsmaatregelen ter bevordering van elektrificatie van het vervoer de nadruk moet liggen op treinen, trams, elektrische bussen en elektrische fietsen en rekening moet worden gehouden met de hele levenscyclus, en dat die maatregelen gebaseerd moeten zijn op hernieuwbare elektriciteitsbronnen; 5. dringt er met kracht bij de lokale openbare-vervoersautoriteiten en de vervoersmaatschappijen op aan een voortrekkersrol te spelen bij de introductie van een koolstofarme vloot en koolstofarme technologieën; wijst er met klem op dat bij alle beleidsmaatregelen ter bevordering van elektrificatie van het vervoer de nadruk moet liggen op treinen, trams, elektrische bussen en elektrische fietsen en rekening moet worden gehouden met de hele levenscyclus, en dat die maatregelen gebaseerd moeten zijn op hernieuwbare elektriciteitsbronnen; 37 Henna Virkkunen Paragraaf 5 AM\ doc 21/27 PE v01-00

22 5. wijst er met klem op dat bij alle beleidsmaatregelen ter bevordering van elektrificatie van het vervoer de nadruk moet liggen op treinen, trams, elektrische bussen en elektrische fietsen en rekening moet worden gehouden met de hele levenscyclus, en dat die maatregelen gebaseerd moeten zijn op hernieuwbare elektriciteitsbronnen; 5. wijst er met klem op dat bij alle beleidsmaatregelen ter bevordering van duurzame vervoerswijzen, met inbegrip van elektrificatie van het vervoer en het gebruik van intelligente vervoersystemen, rekening moet worden gehouden met de hele levenscyclus, en dat die maatregelen gebaseerd moeten zijn op hernieuwbare energiebronnen; 38 Kosma Złotowski Paragraaf 5 5. wijst er met klem op dat bij alle beleidsmaatregelen ter bevordering van elektrificatie van het vervoer de nadruk moet liggen op treinen, trams, elektrische bussen en elektrische fietsen en rekening moet worden gehouden met de hele levenscyclus, en dat die maatregelen gebaseerd moeten zijn op hernieuwbare elektriciteitsbronnen; 5. wijst er met klem op dat bij alle beleidsmaatregelen ter bevordering van elektrificatie van het vervoer de nadruk moet liggen op treinen, trams, elektrische bussen en elektrische fietsen en rekening moet worden gehouden met de hele levenscyclus, en dat die maatregelen gebaseerd moeten zijn op alternatieve energiebronnen; Or. pl 39 Christine Revault D'Allonnes Bonnefoy, Theresa Griffin Paragraaf 5 5. wijst er met klem op dat bij alle 5. wijst er met klem op dat er voor de PE v /27 AM\ doc

23 beleidsmaatregelen ter bevordering van elektrificatie van het vervoer de nadruk moet liggen op treinen, trams, elektrische bussen en elektrische fietsen en rekening moet worden gehouden met de hele levenscyclus, en dat die maatregelen gebaseerd moeten zijn op hernieuwbare elektriciteitsbronnen; vervoersector een goede energiemix vereist is, waarbij alternatieve voertuigen die rijden op aard- en biogas worden bevorderd, alsmede dat bij beleidsmaatregelen ter bevordering van elektrificatie van het vervoer de nadruk moet liggen op treinen, trams, elektrische bussen en elektrische fietsen en rekening moet worden gehouden met de hele levenscyclus, en dat die maatregelen gebaseerd moeten zijn op hernieuwbare elektriciteitsbronnen; 40 Ivo Belet Paragraaf 5 5. wijst er met klem op dat bij alle beleidsmaatregelen ter bevordering van elektrificatie van het vervoer de nadruk moet liggen op treinen, trams, elektrische bussen en elektrische fietsen en rekening moet worden gehouden met de hele levenscyclus, en dat die maatregelen gebaseerd moeten zijn op hernieuwbare elektriciteitsbronnen; 5. wijst er met klem op dat bij beleidsmaatregelen ter bevordering van elektrificatie van het vervoer rekening moet worden gehouden met de hele levenscyclus, en dat die maatregelen gericht moeten zijn op het volledig benutten van hernieuwbare elektriciteitsbronnen; 41 Bas Eickhout Paragraaf 5 bis (nieuw) 5 bis. benadrukt dat er actie moet worden AM\ doc 23/27 PE v01-00

24 ondernomen tegen andere schadelijke emissies in de gevoelige atmosfeer, zoals emissies van stikstofoxiden, zwaveloxiden, waterdamp en koolstofdeeltjes; wijst erop dat uit recente studies 1 bis is gebleken dat het klimaateffect van directe CO 2 -emissies uit de luchtvaart zelfs wordt overtroffen door het effect van voornoemde emissies, waarvan sommige met name teweeggebrachte condensatiesporen en vederwolken, evenals anderszins gemodificeerde wolken kunnen worden gereduceerd of zelfs geheel worden vermeden door nauwere coördinatie tussen meteorologische diensten en operationele vliegvoorschriften, bv. voor de vlieghoogte; 1 bis Studie van het Deutsches Zentrum für Luft- und Raumfahrt: "Inclusion of aviation in international climate protection protocols" van px/tabid-10122/333_read /#/gallery/19180 "In 2005 waren de CO 2 -emissies van de luchtvaart verantwoordelijk voor ongeveer 1,6 % van de wereldwijde opwarming; rekening houdend met de overige klimaateffecten van luchtvervoer, bedraagt dit cijfer 4,9 %." 42 Kosma Złotowski Paragraaf 6 6. wijst er nadrukkelijk op dat de klimaatimpact van het vervoer geleidelijk 6. wijst er nadrukkelijk op dat de klimaatimpact van het vervoer geleidelijk PE v /27 AM\ doc

25 geïnternaliseerd moet worden binnen een omvattend maatregelenpakket ten behoeve van een correcte prijsstelling in deze sector en eerlijke mededinging tussen vervoerswijzen. geïnternaliseerd moet worden binnen een omvattend maatregelenpakket ten behoeve van een correcte prijsstelling in deze sector en eerlijke mededinging tussen vervoerswijzen, alsmede efficiënte aanwending van het beschikbare vervoerspotentieel door in alle vervoerswijzen het gebruik te stimuleren van transportdiensten, inclusief cabotagediensten, die het verontreinigingsniveau beperken. Or. pl 43 Pavel Telička, Gesine Meissner Paragraaf 6 bis (nieuw) 6 bis. roept de Commissie op ervoor te zorgen dat de financiële instrumenten van de EU met name gericht zijn op projecten in de vervoersector die een positief milieueffect hebben, waarbij aan geen enkele vervoerswijze wordt voorbijgegaan; 44 Maria Grapini Paragraaf 6 bis (nieuw) 6 bis. wijst op de noodzaak van een uniforme toepassing van het vierde spoorwegpakket in de interne markt; Or. ro 45 AM\ doc 25/27 PE v01-00

26 Rolandas Paksas Paragraaf 6 bis (nieuw) 6 bis. wijst erop dat zowel kortetermijnstrategieën als langetermijnstrategieën voor vervoersmitigatie van cruciaal belang zijn als de EU haar vergaande ambities op het vlak van vermindering van broeikasgassen wil verwezenlijken; 46 Christine Revault D'Allonnes Bonnefoy, Theresa Griffin Paragraaf 6 bis (nieuw) 6 bis. wijst erop dat het gebruik van ruimte-infrastructuur moet worden overwogen bij de uitvoering van maatregelen ter vermindering van en aanpassing aan klimaatverandering, met name in de vorm van controle van en toezicht op broeikasgasemissies; vraagt de Commissie met klem actief bij te dragen aan een mondiaal systeem voor toezicht op CO 2 en CH 4 ; roept de Commissie op de inspanningen te bevorderen voor de ontwikkeling van een EU-systeem om broeikasgasemissies op autonome wijze te meten met behulp en onder uitbreiding van de missies van het Copernicusprogramma. PE v /27 AM\ doc

27 47 Pavel Telička, Gesine Meissner Paragraaf 6 ter (nieuw) 6 ter. beklemtoont dat de EU haar voortrekkersrol op verantwoordelijke wijze moet vertolken en erkent dat het concurrentievermogen van de EU kan worden belemmerd als de ambitie en de doelstellingen van de EU niet worden gedeeld in andere delen van de wereld. AM\ doc 27/27 PE v01-00