DE INTEGRITEITTEST ALS SELECTIEMETHODE; DE BELEVING VAN DE SOLLICITANT

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "DE INTEGRITEITTEST ALS SELECTIEMETHODE; DE BELEVING VAN DE SOLLICITANT"

Transcriptie

1 Faculty of Social and Behavioural Sciences Dpt. Human Resource Studies People Management Centre Postbus LE Tilburg Netherlands Phone: 0031 (0) WHITE PAPER SERIES DE INTEGRITEITTEST ALS SELECTIEMETHODE; DE BELEVING VAN DE SOLLICITANT Auteur: Babette van Poppel Begeleider: Drs. B. Kroon White Paper WP072006PMC 1

2 The aim of this study is; give insight into the current state of research about the impact of an integrity test on a job-applicant s perception. This perception is an important given, that organisations have to take into account when using these tests in the selection process. Using search terms related to integrity, literature was sought in six different data bases. Literature dates back from 1987 to Since there has been relatively little research carried out into the impact of an integrity test on the perceptions of an applicant and because the research has limitations, one must be careful adopting the results and conclusions from existing research. In research both negative and positive results exist, and for this reason future research on this subject is recommended. Researchers should reconsider research design and they must take all kinds of aspects in consideration which can influence an applicant s perception, such as the degree of work relevance of an integrity test, the degree of violation of privacy, received information on the selection method and matters such as stigmatization. Het doel van deze studie is het inzicht geven in de huidige stand van zaken van onderzoek naar het effect van een integriteittest op de beleving van de sollicitant. De beleving van een sollicitant omtrent het doen van een integriteittest tijdens het selectieproces is een belangrijk gegeven, waar organisaties rekening mee dienen te houden, wanneer zij een dergelijke test deel willen laten uitmaken van het selectieproces. Door gebruik te maken van zoektermen die gerelateerd zijn aan integriteit, is in zes databestanden gezocht naar bruikbare literatuur omtrent dit onderwerp. Literatuur dateert van omstreeks 1987 tot Aangezien er relatief weinig onderzoek is geweest naar het effect van de integriteittest op de beleving van een sollicitant en omdat er aan de bestaande onderzoeken beperkingen kleven, zal men moeten oppassen met het rechtstreeks aannemen van de resultaten en conclusies uit bestaande onderzoeken. In onderzoeken komen zowel negatieve als positieve resultaten naar voren over de beleving van sollicitanten, en daarom is toekomstig onderzoek omtrent dit onderwerp aanbevolen. Er zal dan rekening moeten worden gehouden met het ontwerp van het onderzoek en men dient allerlei aspecten in ogenschouw te nemen die de beleving van de sollicitant kunnen beïnvloeden, zoals de mate van werkrelevantie van een integriteittest, de mate van inbreuk op privacy, het ontvangen van informatie over de selectiemethode en zaken zoals stigmatisering. Key words: Integrity; Integrity test; Honesty test; Job-applicant reactions; Effect on jobapplicants; Personnel selection methods 2

3 1. Inleiding Integriteit vormt de basis van vertrouwen tussen werknemers en werkgevers, en daarom tevens de basis voor een goede werksfeer en reputatie van een organisatie. Het begrip integriteit wordt vaak gerelateerd aan eerlijkheid (Becker, 1998; Barrett, 2001), maar zou ook meer in kunnen houden dan eerlijkheid alleen (Ones, Viswesvaran & Schmidt, 1993; Becker, 1998). Uit onderzoek van Coyne en Bartram (2000) blijkt dat werkgevers integriteit van het personeel een belangrijke eigenschap vinden. Integriteit is onmisbaar voor het bedrijfsleven. Een onderneming of zelfs een hele bedrijfstak kan namelijk schade oplopen als zich frauduleuze praktijken voordoen, zoals het geval was bij de bouwfraude (van den Heuvel & Huberts, 2002). Preventieve maatregelen zoals een integriteittest bij de sollicitatieprocedure zou problemen op het gebied van integriteitschendingen kunnen voorkomen (Brown, Jones, Terris & Steffy, 1987; Coyne & Bartram, 2002). Een organisatie wil natuurlijk zo min mogelijk werknemers in dienst nemen, die counter-productief of oneerlijk gedrag vertonen (Barrett, 2001; Coyne & Bartram, 2002). Naast het plegen van fraude kan gedacht worden aan roddelen over collega s of leiding, te laat komen op het werk, diefstal van bedrijfseigendommen en het onvoldoende tonen van inzet (Kapitein, 2001). Daarnaast hebben oneerlijke werknemers wellicht een negatieve uitwerking op hun collega s affectie voor de organisatie. Op den duur kunnen dergelijke gedragingen hoge kosten met zich mee brengen, met als gevolg vermindering van de winst en wellicht op den duur verlies. Om de negatieve gevolgen voor de organisatie van het aannemen van niet integere personen zo veel mogelijk te voorkomen, kan het functioneel zijn om een integriteittest in te zetten in het selectieproces (Brown et al., 1987; Coyne & Bartram, 2002). Maar dan is het voor een organisatie wel verstandig om rekening te houden met eventueel negatieve gevoelens van de sollicitanten die in aanraking komen met een controversiële selectiemethode als de integriteittest (Coyne & Bartram, 2002). In de op de human resource management georiënteerde literatuur is veel aandacht voor allerlei methoden voor het selecteren van potentiële werknemers. Denk aan cognitieve testen; het interview; work samples; en de selectiemethode die in deze studie onder de loep wordt genomen, de integriteittest (Hausknecht, Day & Thomas, 2004). Dat er geen gebrek is aan aandacht voor selectiemethoden is op zich niet verwonderlijk, aangezien de opbouw van een personeelsbestand binnen een organisatie van aanzienlijk belang kan zijn voor de economische voortgang en uiteindelijk het voortbestaan van een organisatie. Deze aandacht voor selectiemethoden kan vanuit twee perspectieven benaderd worden, vanuit het organisatorische en het individuele perspectief. Het individuele perspectief is vergeleken met 3

4 het organisatorisch perspectief veel minder onderzocht, daarom komt in deze studie het individuele perspectief centraal te staan. Binnen de literatuur over selectiemethoden van personeel ligt de nadruk voornamelijk op het organisatorisch perspectief. Het gaat bedrijven vooral om het reduceren van grote aantallen sollicitanten en het selecteren van díe personen die het beste bij de organisatie passen (Anderson, 2004). Daarentegen komt het individuele perspectief, of te wel het perspectief van de sollicitant, vrij weinig aan bod in de literatuur (Holcombe Ehrhart & Ziegert, 2005). De laatste jaren wordt de aandacht echter steeds meer ook op dit individuele perspectief gevestigd. Hier zijn twee praktische redenen voor aan te dragen. Een organisatie zal rekening moeten houden met de gevolgen van een selectiemethode voor de sollicitant, omdat er ten eerste de kans bestaat dat de sollicitant zich gedurende het selectieproces terugtrekt (Anderson, 2004). Een eventuele terugtrekking uit dit proces kan te maken hebben met een negatieve ervaring van de sollicitant met het selectieproces of een specifieke selectiemethode. Een vroegtijdige terugtrekking van de sollicitant kan hoge kosten veroorzaken voor de desbetreffende organisatie. Ten tweede moet rekening gehouden worden met het spillover effect, hetgeen inhoudt dat een negatieve of positieve indruk van de selectiemethode en de daaruit volgende indruk van de organisatie, gevolgen kan hebben voor toekomstig gedrag van de sollicitant (Anderson, 2004). Bij een negatieve indruk kan de sollicitant bijvoorbeeld beslissen om geen producten meer te kopen van de organisatie of de organisatie zwart te maken bij kennissen. Dit gedrag zal een organisatie zoveel mogelijk willen voorkomen en zij zal daarom rekening houden met zaken die invloed kunnen hebben op de sollicitant, zoals de gebruikte selectiemethode. De al eerder aangehaalde integriteittest, is een selectiemethode waarover veel onduidelijkheid bestaat. Zowel positieve als negatieve reacties komen naar voren in de op het organisatorische perspectief georiënteerde literatuur over de bruikbaarheid van integriteittesten in het selectieproces, en samenvattend kan gezegd worden dat er geen eenduidige mening over deze vorm van selectie bestaat (Coyne & Bartram, 2002). Daarnaast is het individuele perspectief, het effect van deze selectiemethode op sollicitanten, niet uitgebreid onderzocht. Terwijl de praktische relevantie van een dergelijk onderzoek voor werkgevers aanzienlijk is (Anderson, 2004), en wel degelijk onderdeel uit zou moeten maken van onderzoek naar de bruikbaarheid van de integriteittest. Om toekomstig onderzoek vanuit het individuele perspectief te stimuleren, zal de doelstelling van deze studie als volgt worden geformuleerd: Inzicht geven in de huidige stand van zaken van onderzoek naar het effect van een integriteittest op de beleving van de sollicitant. De belangrijkste vraag die als leidraad dient om deze doelstelling te bereiken is: Welke effecten heeft een integriteittest op de beleving van de sollicitant? 4

5 Zoals al eerder aangegeven, is pas de laatste jaren aandacht gekomen voor het individuele aspect van het selectieproces. Literatuur over effecten van de integriteittest op de beleving van de sollicitant is schaars en de onderzoeken díe verschenen zijn op dit gebied laten uiteenlopende resultaten zien. Het loont zich om een gestructureerd overzicht te vormen van deze studies, zodat in de toekomst wellicht meer en beter onderzoek kan worden gedaan naar de beleving van de sollicitant omtrent de integriteittest als onderdeel van de selectieprocedure. Voor het bedrijfsleven is het van belang dat er onderzoek wordt gedaan naar de beleving van de sollicitant bij selectieprocedures, zoals de integriteittest. Wanneer er meer bekend wordt over dit onderwerp zal een organisatie bijvoorbeeld een beter besluit kunnen nemen wanneer gekozen moet worden tussen verschillende testen of weet zij de perfecte combinatie van selectiemethoden in haar specifieke situatie te vinden. Nadat eerst het onderwerp en doel geïntroduceerd zijn, wordt in de volgende paragraaf de manier waarop literatuur gezocht is, weergegeven. Vervolgens worden in het theoretisch kader de concepten integriteit, integriteittesten en de beleving van de sollicitant verder uitgediept. In dit stuk komt tevens de rode lijn, of te wel de kern, uit de gebruikte literatuur naar voren. De thesis eindigt met een discussie en conclusie, waarin eerst een kritische blik geworpen wordt op deze studie en op de gebruikte literatuur. De onderzoeksvraag wordt beantwoord en er volgen enkele aanbevelingen voor toekomstig onderzoek en aanbevelingen voor het bedrijfsleven. 5

6 2. Methode Het zoeken naar literatuur heeft plaatsgevonden door middel van het invoeren van allerlei combinaties van de zoektermen die in tabel 1 worden genoemd. De belangrijkste zoektermen waren, simpelweg integrity, integrity test, personnel selection en job-applicant reactions. De literatuur is afkomstig uit de bestanden ABI/Inform, Catalogus UvT, Online Contents UvT, Online Contents Landelijk, JSTOR en PsycINFO. Daarnaast is op internet gezocht met behulp van Google Scholar, door titels van díe artikelen in te voeren die niet via de bovengenoemde bestanden beschikbaar waren. In veel gevallen is op deze manier toch nog een artikel gevonden. De artikelen van Coyne en Bartram (2002) en Becker (2000) zijn verkregen na contact te hebben gehad met de auteurs. Zij hebben de artikelen beschikbaar gesteld. De gebruikte literatuur dateert van 1987 tot Na het invoeren van verschillende combinaties van de zoektermen is de eerste selectie van de artikelen gemaakt aan de hand van de titels en de samenvattingen. Aan de hand van de literatuuropgaven van de reviewartikelen, zijn daarnaast nog meer artikelen gezocht. Als laatste is gebruik gemaakt van Cited Reference Search, waar de meest bruikbare en de wat meer gedateerde artikelen, zijn ingevoerd om de meer recentere artikelen te vinden waarin deze belangrijke en oudere artikelen geciteerd zijn. Tabel 1: Gebruikte zoektermen Applicant reactions Big five Conscientiousness Effects on job-applicants fairness Honesty Honesty tests Integriteittest Integrity tests Job-seeker reactions Job-applicant Justice Overt integrity tests Personality based integrity tests Personality tests Personnel selection Privacy rights Test attitudes 6

7 3. Theoretisch kader Integriteit Er bestaat veel onduidelijkheid over het begrip integriteit bij onderzoekers. Vaak wordt in de literatuur naast het begrip integriteit, eerlijkheid gebruikt (Becker, 1998; Murphy, 2000; Barrett, 2001). Integriteittesten worden dan ook vaak eerlijkheidstesten genoemd (Camara & Schneider, 1994), maar in het artikel van Becker (1998) wordt de overeenkomst tussen beide begrippen genuanceerd. Alhoewel de twee begrippen aan elkaar zijn gerelateerd, zijn ze volgens Becker (1998) geen synoniemen van elkaar. Hij beargumenteert dat eerlijkheid een noodzakelijk, maar geen toereikend onderdeel uitmaakt van integriteit. Integriteit is een breder concept, zoals al eerder aangegeven in de inleiding. Om integer te zijn, zou een individu naast eerlijkheid over een aantal extra eigenschappen beschikken, zoals onafhankelijkheid; rechtvaardigheid; betrouwbaarheid; de wil om je aan te passen aan regels; betrokkenheid; openheid; loyaliteit in het werk; en zorgvuldigheid of plichtgetrouwheid, in de Angelsaksische literatuur conscientiousness genoemd (Ones et al., 1993; Becker, 1998, 2000). Consciëntieusheid is een persoonlijkheidskenmerk welke deel uit maakt van de Big Five Theory of Personality (de Raad & Perugini, 2002). Het begrip staat voor de wil om iets te bereiken of te presteren. Ones et al. (1993) komen in hun onderzoek dan ook tot de conclusie dat consciëntieusheid gerelateerd is aan werkprestatie. Kenmerken als afhankelijkheid, zorgvuldigheid en verantwoordelijkheid komen terug in dit moeilijk definieerbare begrip (Ones et al., 1993). Het blijft echter een vaag begrip en men moet oppassen, dat men het ene slecht gedefinieerde begrip integriteit niet vervangt met een ander vaag gedefinieerd begrip als consciëntieusheid (Becker, 1998). Er zijn hoe dan ook meerdere redenen om aan te nemen dat integriteittesten, het onderliggende construct, consciëntieusheid meten. Sackett, Burris en Callahan (1989) hebben onderzoek gedaan naar items van commercieel-ontwikkelde integriteittesten en deze vergeleken met items gebruikt om consciëntieusheid te meten. Er bleken sterke overeenkomsten te zijn. Daarnaast heeft onderzoek aangetoond dat er een significante correlatie is tussen integriteit en consciëntieusheid. Ones et al. (1993) beweerden al dat consciëntieusheid een onderliggend construct was van integriteit en dit werd door Hogan en Brinkmeyer (1997) en Neuman en Baydoun (1998) bevestigd in hun onderzoek naar integriteittesten. Onderzoekers zijn eensgezind over het idee dat integriteit een belangrijk aspect vormt van werkgedrag, maar wat integriteit exact inhoudt is nog steeds onduidelijk. Ook al blijft tot de dag van vandaag het begrip integriteit vaag gedefinieerd, het is heel aannemelijk dat 7

8 integriteit meer inhoudt dan eerlijkheid alleen (Sackett et al., 1989; Ones et al., 1993; Becker, 1998, 2000). Het is dan ook verstandig om de bredere definitie van integriteit te hanteren. Integriteit is meer dan eerlijkheid en een onderliggend construct zoals consciëntieusheid kan goed deel uit maken van integriteit. Noodzakelijk blijft het wel, dat naast het vele onderzoek dat er gedaan is in het verleden, meer onderzoek wordt verricht naar de conceptualisatie van integriteit. Het is namelijk nog steeds onduidelijk welke concepten integriteittesten precies meten (Camara & Schneider, 1994). Wanneer men weet welke concepten aan integriteit verbonden zijn, is het eenvoudiger om items voor integriteittesten te ontwikkelen. In de volgende paragraaf wordt ingegaan op het testen van integriteit Integriteittest Wat wordt er met een integriteittest gemeten en waarom neemt men een dergelijke test in gebruik? Dat er nog enige discussie bestaat over wat er met een integriteittest wordt gemeten is in de vorige paragraaf duidelijk geworden. Organisaties zouden het echter wel aantrekkelijk kunnen vinden om gebruik te maken van een integriteittest om counter-productief gedrag tegen te gaan (Brown et al., 1987; Barrett, 2001; Coyne & Bartram, 2002). Integriteittesten variëren in inhoud en focus, maar meestal hebben ze het voorspellen van gedrag gerelateerd aan het begrip integriteit als gemeenschappelijke doel. Omdat er heel veel verschillende integriteittesten bestaan kan in deze studie niet ingegaan worden op elke beschikbare integriteittest. In plaats daarvan wordt in deze studie wel een onderscheid aangegeven tussen twee soorten integriteittesten, de open-integriteittest en de bedekteintegriteittest (Sackett et al., 1989; Sackett & Wanek, 1996). Veel van de integriteittesten maken direct duidelijk dat het om het meten van counter-productief gedrag gaat. Er worden bijvoorbeeld vragen gesteld over hoe eerlijk het individu zichzelf acht, of er sprake is van een crimineel verleden en wat zijn of haar houding is ten opzichte van drugsgebruik. De assumptie bij deze open-integriteittesten is, dat naarmate iemand toleranter is ten opzichte van oneerlijk gedrag, iemand ook eerder oneerlijk gedrag vertoont (Coyne & Bartram, 2002). Er bestaan echter ook op persoonlijkheid gebaseerde integriteittesten. Bij deze integriteittesten is het niet meteen duidelijk voor de sollicitant wat met de test wordt gemeten. Deze vorm wordt daarom ook wel de bedekte-integriteittest worden genoemd. De vragen zijn in verdekte vorm opgesteld en schijnen meerdere persoonlijkheidstrekken te meten die gerelateerd zijn aan oneerlijkheid (Coyne & Bartram, 2002). Integriteittesten kunnen dus items bevatten die direct of indirect verwijzen naar onder andere, onwetmatige en twijfelachtige activiteiten of gedragingen; algemene persoonlijkheidstrekken en gedachtepatronen die gerelateerd zijn aan oneerlijkheid; reacties op hypothetische situaties 8

9 met betrekking tot zowel eerlijk als oneerlijk gedrag; daadwerkelijke situaties waarin oneerlijk gedrag is vertoond; tolerantie met betrekking tot oneerlijk gedrag; verleiding tot diefstal; en normen betreffende oneerlijk gedrag (Moore & Stewart, 1989). Voor zowel de open-integriteittesten als de bedekte-integriteittesten geldt dat onderzoek heeft aangetoond dat er bewijs is voor validiteit, betrouwbaarheid, eerlijkheid en bruikbaarheid van dergelijke testen (Ones et al., 1993; Neuman & Baydoun, 1998; Mumford, Connelly, Helton, Strange & Osburn, 2001; Coyne & Bartram, 2002). Als men het over de aanvaardbaarheid heeft van de integriteittest, dan wordt in literatuur duidelijk dat de testen zowel positief als negatief worden ervaren door sollicitanten (Coyne & Bartram, 2002). In de volgende paragraaf wordt aangegeven wat in deze studie onder de beleving van de sollicitant wordt verstaan Beleving van de sollicitant Met de beleving van de sollicitant wordt in deze studie bedoeld; hoe beleeft of ervaart de sollicitant een integriteittest. Er kan onderscheidt gemaakt worden tussen de pretest reacties en posttest reacties van een sollicitant. Bij de pretest reacties spelen algemene kennis en visie van een organisatie en de test een rol (Lievens, van Dam & Anderson, 2002). Bij de posttest reacties gaat het om de reacties van sollicitanten, nadat een integriteittest heeft plaatsgevonden. Reacties zijn in dit geval gerelateerd aan de waargenomen testprestaties (Lievens et al., 2002). Er bestaan nog veel onduidelijkheden over de verschillen tussen de pretest en posttest reacties en meer onderzoek over dit onderwerp is nog nodig (Ryan & Ployhart, 2000; Lievens et al., 2002; Hausknecht et al., 2004). In deze studie zal niet het onderscheid tussen reacties op verschillende tijdstippen centraal staan, maar er wordt een globaal overzicht gegeven van mogelijke reacties van sollicitanten op de integriteittest. Als leidraad voor de mogelijke reacties van sollicitanten op een integriteittest kan daarbij gebruik worden gemaakt van een theoretisch kader, zoals het model van Gilliland (1993). In dit model staan reacties van sollicitanten centraal. Aan de hand van de organizational justice theory (Lievens et al., 2002), construeert Gilliland (1993) zijn model. In deze theorie worden onder andere rechtvaardigheidsreacties op procedures, die gebruikt worden om besluiten te nemen binnen een organisatie, behandeld (Gilliland, 1993). Volgens Gilliland (1993) zijn het de percepties van sollicitanten over de rechtvaardigheid van een proces, zoals het selectieproces, die uiteindelijk hun reacties beïnvloeden. In de volgende paragraaf wordt kort ingegaan op een voor deze studie relevant onderdeel van het model van Gilliland (1993), zoals aangegeven in figuur 1. 9

10 Integriteittest Aspecten van procedurele rechtvaardigheid: werkrelevantie prestatiemogelijkheden mogelijkheid om invloed uit te oefenen op de uitkomst ontvangen van feedback inbreuk op privacy correctheid van vragen ontvangen van informatie over de selectiemethode en uitkomst Percepties van procedurele rechtvaardigheid Reacties van sollicitanten Figuur 1: Model van Gilliland (1993) Theorie omtrent reacties op integriteittesten Van de al eerder aangehaalde organizational justice theory maakt rechtvaardigheid van het proces een belangrijk deel uit. Procedurele vaardigheid heeft in deze studie betrekking op het beeld van de sollicitant over het selectieproces. Volgens Gilliland (1993) zou het type test, zoals de integriteittest, invloed uitoefenen op de procedurele rechtvaardigheid die sollicitanten ervaren tijdens het selectieproces. Procedurele rechtvaardigheid is volgens hem opgedeeld in verschillende aspecten, waaronder; werkrelevantie; prestatiemogelijkheden; mogelijkheid om invloed uit te oefenen op de uitkomst; ontvangen van feedback; inbreuk op privacy; correctheid van vragen; en het ontvangen van informatie over de selectiemethode en uitkomst. Deze aspecten bepalen de procedurele rechtvaardigheid, die op haar beurt invloed uitoefent op reacties van sollicitanten. In het vervolg van deze studie wordt, met het model van Gilliland (1993) als leidraad, een overzicht gegeven van de meest recente onderzoeken op het gebied van het effect van een integriteittest op de beleving van de sollicitant. Resultaten van onderzoeken die reeds gedaan zijn met betrekking tot de reacties van sollicitanten op het selectieproces, laten gevarieerde resultaten zien. Zie voor een schematisch overzicht van de gebruikte literatuur, tabel 2. De literatuur is in de eerste plaats ingedeeld naar resultaat. Respectievelijk, een positief, een neutraal en een negatief resultaat. Op de tweede plaats is gebruik gemaakt van de verschillende aspecten van procedurele vaardigheid, zoals deze terugkomen in het model van Gilliland (1993). De reden om gebruik te maken van deze aspecten in tabel 2, is dat deze indeling duidelijk maakt met welke aspecten nog rekening kan worden gehouden in toekomstig onderzoek naar de beleving van sollicitanten omtrent de integriteittest als selectiemethode. 10

11 Tabel 2: Schema literatuur over reacties van sollicitanten op het selectieproces Reactie sollicitanten Aspecten die procedurele rechtvaardigheid beïnvloeden (Gilliland, 1993) artikel resultaat soort artikel land N bijzonderheden Positief Werkrelevantie Whitney., Diaz, Mineghino & Powers (1999) Positieve reactie op de open integriteittest wegens werkrelevantie. Empirisch onderzoek VS N=t1 260 N=t2 126 studenten Steekproef niet echt goed, generaliseerbaarheid onduidelijk. Neuman & Baydoun (1998) Open integriteittesten meer gewaardeerd dan de bedekte integriteittesten, wegens meer werkrelevantie. Empirisch onderzoek VS N = 105 Rosse, Ringer & Miller (1996) Wanneer open testen werden gebruikt waren mensen meer tevreden dan wanneer een bedekte test werd gebruikt. Empirisch onderzoek VS N = 702 studenten Drugtesting Jones (1991) Testen die werkrelevant zijn worden minder snel beschouwd als een schending privacy, dus meer gewaardeerd dan niet-werkrelevante integriteittesten. Pilot study N = 34 Het onderzoek van was een pilot study en het werd aanbevolen om meer en andere items te gebruiken bij een vervolgonderzoek. Maar drie testen onderzocht met weinig respondenten. Prestatiemogelijkheden Mogelijkheid om invloed uit te oefenen op de uitkomst Ontvangen van feedback Inbreuk op privacy Jones, Ash & Soto (1990) Correctheid van vragen Sollicitanten beschouwen de open integriteittest over het algemeen niet als een schending privacy, maar de bedekte integriteittest geeft minder eenduidige resultaten. Reviewartikel Ontvangen van informatie over de selectiemethode en de uitkomst Rosse, Ringer & Miller (1996) Wanneer open testen werden gebruikt waren mensen meer tevreden dan wanneer een bedekte test werd gebruikt, dit veranderde niet zelfs al werd er uitleg gegeven. Empirisch onderzoek VS N = 702 studenten Drugtesting Algemene reactie, dus niet met specifiek één van de bovengenoemde aspecten als grondslag. Ryan & Sackett (1987) Merendeel van de respondenten vond het gepast voor een werkgever om een integriteittest te gebruiken. Empirisch onderzoek VS N = 148 studenten (drie groepen met verschillende instructies) Gebruik van een controlegroep Neutraal Werkrelevantie Sackett & Wanek (1996) Reacties op integriteittesten zijn over het algemeen neutraal Reviewartikel Prestatiemogelijkheden Mogelijkheid om invloed uit te oefenen op de uitkomst Ontvangen van feedback Inbreuk op privacy Ryan & Sackett (1987) Men was verdeeld over de integriteittest als inbreuk op privacy. Geen eenduidige reactie. Empirisch onderzoek VS N = 148 studenten (drie groepen met verschillende instructies) Gebruik van een controlegroep Correctheid van vragen Ontvangen van informatie over de selectiemethode en de uitkomst Algemene reactie, dus niet met specifiek één van de bovengenoemde aspecten als grondslag. Steiner & Gilliland (1996) Neutrale tot negatieve reacties over de rechtvaardigheid van integriteittesten Empirisch onderzoek Frankrijk en VS N = 259 studenten Negatief Werkrelevantie Prestatiemogelijkheden 11

12 Mogelijkheid om invloed uit te oefenen op de uitkomst. Ontvangen van feedback Inbreuk op privacy Correctheid van vragen Ontvangen van informatie over de selectiemethode en de uitkomst Algemene reactie, dus niet met specifiek één van de bovengenoemde aspecten als grondslag. Hausknecht, Day & Thomas (2004). Reacties van sollicitanten op meerdere selectiemethoden, waaronder de integriteittest. De integriteittest wordt negatief beoordeeld vergeleken met bijvoorbeeld het interview en de cognitieve test. Meta-analyse. Studenten N = De integriteittest is maar een van de vele andere selectiemethode en er wordt niet echt aandacht aan besteed. Tevens waren de onderzochte mensen niet echt aan het solliciteren en hoefden ze de integriteittesten niet daadwerkelijk in te vullen. Uit tabel 2 blijkt dat er bij de enkele onderzoeken díe gedaan zijn op het gebied van reacties van sollicitanten op een integriteittest, zeer gevarieerde resultaten naar voren komen. Er zijn zowel positieve en neutrale, als negatieve reacties. Door Ryan en Sackett (1987) werd aanvankelijk aangenomen dat reacties op integriteittesten voornamelijk negatief zouden uitvallen wegens het controversiële karakter van de integriteittest, maar na het testen van respondenten en hun reacties op de integriteittest werd duidelijk dat het merendeel van de respondenten de integriteittest een geschikte methode vond in het selectieproces. Men vond het echter niet leuk om een dergelijke test te maken. De respondenten waren verdeeld over de vraag of integriteittesten een schending van de privacy zijn en of deze testen hun kijk op een organisatie zou veranderen. Ondanks dat de reacties van respondenten in dit onderzoek niet uitermate positief waren, kan gezegd worden dat reacties zeker niet zo negatief waren als aanvankelijk verwacht werd. De testen bevinden zich volgens Sacket en Wanek (1996) in het midden van het continuüm waarin selectiemethoden worden gerangschikt. Onderzoeken geven over het algemeen een vrij neutrale evaluatie van de integriteittest weer. Zo ook in onderzoek van Steiner en Gilliland (1996), waarin reacties van sollicitanten op een aantal selectiemethoden werden onderzocht met behulp van respondenten uit Frankrijk en de Verenigde Staten. In het onderzoek bleek dat reacties op een integriteittest neutraal tot negatief waren. Bij veel van de onderzoeken, is echter gebruik gemaakt van studenten en het zou kunnen dat het onderzoek daardoor niet generaliseerbaar is naar werkelijke settings. Hier zijn echter meningsverschillen over (Ryan & Sackett, 1987; Hausknecht et al., 2004). Het feit dat er in het onderzoek van Ryan en Sackett (1987) gebruik is gemaakt van een controlegroep, maakt 12

13 dat het onderzoek methodisch beter in elkaar zit dan andere onderzoeken, waar geen gebruik gemaakt is van een vergelijkingsgroep. Ondanks de voornamelijk neutrale visie van sollicitanten omtrent integriteittesten, die in onderzoeken naar voren komt, kan er wellicht onderscheid worden gemaakt tussen de reacties op de twee soorten integriteittesten. In tabel 2 komt dan wel naar voren dat er in onderzoek vooral positieve reacties zijn van sollicitanten op de integriteittest, maar dit gegeven moet echter genuanceerd worden. Er blijkt namelijk in onderzoek van Jones, Ash en Soto (1990) en Whitney, Diaz, Mineghino en Powers (1999) dat er verschil bestaat tussen reacties van sollicitanten op open- en bedekte integriteittesten. Reacties van sollicitanten zouden positiever zijn voor de open-integriteittest vergeleken met de bedekte-integriteittest (Jones et al., 1990; Rosse, Ringer & Miller, 1996; Neuman & Baydoun, 1998; Whitney et al., 1999). In onderzoek van Jones et al. (1990) werd gevonden, dat 92% van de respondenten de open integriteittest niet aanstootgevend vinden. Neuman en Baydoun (1998) beweren dat de open integriteittest meer gewaardeerd wordt door respondenten, omdat de vragen in een open-integriteittest meer werkrelevantie vertonen. Waarschijnlijk is dit het geval, omdat de relevantie van de vragen in bedekte-integriteittesten moeilijker valt te identificeren door sollicitanten. Ook in het geval dat mensen getest worden op drugsgebruik, blijkt dat de sollicitanten een open integriteittest meer waarderen dan een bedekte-integriteittest (Rosse et al., 1996). Wanneer er in een onderzoek gebruik is gemaakt van een specifieke soort integriteittest kan het zijn, dat dit aspect het resultaat van het onderzoek beïnvloed. Zeker als er geen rekening is gehouden met het verschil in reacties op de open- en bedekte vorm van integriteittesten. Vaak is dit in onderzoek niet te achterhalen. Er ligt dus ook hier een weg open voor toekomstig onderzoek. In onderzoek naar reacties van sollicitanten op verschillende selectiemethoden van Hausknecht et al. (2004), komt naar voren dat integriteittesten toch relatief negatief beoordeeld worden, wanneer vergeleken met andere selectiemethoden. Het gaat hier om de beleving van sollicitanten en niet om de validiteit van de integriteittest, welke wel relatief positief wordt gewaardeerd door onderzoekers (Ones et al., 1993; Robertson & Smith, 2001). Alleen de methode grafologie werd door sollicitanten negatiever beoordeeld dan integriteittesten. Reden voor het negatieve beeld van integriteittesten kan bijvoorbeeld zijn, dat het wordt ervaren als een inbreuk op de privacy van sollicitanten. Hier is echter niet veel onderzoek naar geweest. Meerdere aspecten kunnen de beleving van sollicitanten beïnvloeden, maar daarover meer in de volgende paragraaf. 13

14 Theorie omtrent aspecten die beleving beïnvloeden Aangezien in deze studie de nadruk ligt op de beleving van de sollicitant, wordt in het vervolg van deze paragraaf ingegaan op dié aspecten die de beleving van sollicitanten zou kunnen beïnvloeden. Gedacht kan worden aan, schending van de privacy en mate van werkrelevantie, zoals gehanteerd in het model van Gilliland (1993) en de kwestie omtrent sociale stigmatisering of te wel, labeling (Camara & Schneider, 1994; Sackett & Wanek, 1996). In het komende stuk wordt dieper ingegaan op déze, en nog eventueel andere mogelijke aspecten, zoals geformuleerd in de literatuur. Het is de vraag of integriteittesten wel ethisch verantwoord zijn (Coyne & Bartram, 2002). Een zorg waar organisaties daarom vooral mee zitten is dat sollicitanten negatief kunnen reageren op het gebruik van een integriteittest in het selectieproces, omdat ze de test bijvoorbeeld als schending van hun privacy ervaren (Ryan & Sackett, 1987). Dit is te verwachten, omdat er in dergelijke testen regelmatig persoonlijke vragen worden gesteld, welke niet gerelateerd zijn aan het werk of aan werkprestatie. Werkrelevantie is dus een belangrijk aspect, zoals Neuman en Baydoun (1998) ook al aangaven. Open-integriteittesten worden dan ook vaak meer gewaardeerd dan de bedekte-integriteittesten (Jones, 1991; Rosse et al., 1996; Neuman & Baydoun, 1998; Whitney et al., 1999). In tabel 2 is te zien dat werkrelevantie een aspect is dat in onderzoek naar reacties van sollicitanten op de integriteittesten, het meest gebruikt is. Integriteit kan in sommige werksituaties, zoals in winkels, een dimensie zijn waar het bedrijf veel waarde aan hecht, zodat diefstal zoveel mogelijk kan worden voorkomen. Maar voor sommige functies is integriteit minder relevant en dan is de vraag of het ethisch verantwoord is om ook in dergelijke situaties gebruik te maken van een integriteittest bij het selecteren van potentiële werknemers (Coyne & Bartram, 2002). Integriteittesten mogen volgens Hogan en Brinkmeyer (1997) niet voor elke functie gebruikt worden. Volgens Jones et al. (1990) mag men echter ook niet vergeten dat bijna alle selectiemethoden noodzakelijke persoonlijke aspecten in het proces betrekken. Als organisaties maar werkrelevante en niet aanstootgevende integriteittesten gebruiken (Jones, 1991). Integriteittesten zijn bijvoorbeeld minder aanstootgevend dan de meer fysiologische testen, zoals de leugen detectietest of de urineanalyse (Moore & Stewart, 1989; Jones et al., 1990). Naast de inbreuk op privacy, bestaat er ook een kritiekpunt voor sollicitanten dat bekend staat onder de term labeling. Labeling kan als een serieuze bedreiging worden ervaren door sollicitanten. Het gaat hier om de situatie waarin een sollicitant bang is om laag te scoren op een integriteittest, omdat hij of zij dan als het ware een etiket oneerlijk opgeplakt krijgt. Een 14

15 dergelijk etiket heeft een zwaardere en meer negatieve lading dan een etiket laag IQ, verkregen bij een lage score op een cognitieve test. Men is bang om als oneerlijk te worden getypeerd (Camara & Schneider, 1994; Sackett & Wanek, 1996). Bij het gebruik van integriteittesten worden dus etiketten, zoals oneerlijk of counter-productief gebruikt wanneer laag gescoord wordt op een integriteittest. Het sociale stigma dat kan resulteren van dergelijke negatieve etiketten is voor veel mensen beangstigend, maar wordt door testontwikkelaars weggewuifd, door te zeggen dat de sollicitant de resultaten toch niet te zien krijgt. Als dit echter wel het geval zou zijn, dan bestaat de kans dat de sollicitant in zijn zekerheid en moraal wordt aangetast (Sackett & Wanek, 1996; Coyne & Bartram, 2002). Labeling is wellicht ook een aspect waar onderzoekers in de toekomst rekening mee zouden kunnen houden bij het ontwerp van een onderzoek. Naast deze kritiekpunten, schending van privacy, werkrelevantie en labeling, kan er nog gedacht worden aan een aantal andere minpunten van integriteittesten. Anderson (2004) geeft aan dat selectiemethoden in het algemeen een negatief effect teweeg kunnen brengen op de mentale gezondheid van sollicitanten. Hij spreekt over negatieve psychologische effecten, die vooral optreden als sollicitanten niet worden aangenomen. In deze studie gaan we hier niet op in, aangezien dit aspect niet is onderzocht in relatie tot de selectiemethode, integriteittest. Voor toekomstig onderzoek is het wellicht wel raadzaam om de mentale gezondheid van een sollicitant na een afwijzing te meten. Kritiek kan tevens gegeven worden op het feit dat veel testgebruikers de resultaten niet goed weten te interpreteren. Vaak worden resultaten simpelweg in aangenomen of afgewezen verdeeld en kunnen organisaties door een gebrek aan psychologische of statistische training de meer subtiele resultaten niet interpreteren (Camara & Schneider, 1994). Als er fouten worden gemaakt bij het interpreteren van de testen, kan dit leiden tot het afwijzen van eerlijke en dus geschikte personen, met alle gevolgen van dien voor bijvoorbeeld sollicitanten en indirect ook de organisatie. In de Angelsaksische literatuur spreekt men van false-positve rates, het afwijzen van sollicitanten die in werkelijkheid wel geschikt zouden zijn voor een functie (Jones et al., 1990). Volgens Jones et al. (1990) is de voorspellingsfout van de integriteittest echter vrij acceptabel vergeleken met andere selectiemethoden. Het risico van misbruik en wangebruik van integriteittesten kan worden gereduceerd door testgebruikers te trainen in het gebruik van de test en het interpreteren van de resultaten (Camara & Schneider, 1994; Coyne & Bartram, 2002). De aspecten van het model van Gilliland (1993) en de mogelijk daaraan toe te voegen aspecten, zoals labeling, hebben allemaal te maken met de kwestie van rechtvaardigheid. 15

16 Alhoewel veel testontwikkelaars het aan te bevelen vinden om de integriteittest onderdeel te laten uitmaken van het gehele selectieproces, waarin nog andere selectiemethoden dienen te worden gebruikt zoals een test voor algemene cognitieve vaardigheid (Ones et al., 1993; Schmidt & Hunter, 1998), wordt in de praktijk de score op een dergelijke test als beslissende factor gebruikt voor het wel of niet aannemen van de sollicitant (Barrett, 2001). Ook Wanek (1999) herhaalt dat de integriteittest nooit de enige basis mag zijn voor een selectiebeslissing. Dit kan onrechtvaardig en nadelig zijn voor de sollicitant, in die zin dat hij of zij wellicht wel zou zijn aangenomen als het selectieproces er anders uit zou hebben gezien en er een andere indeling van scores gehanteerd werd. Testontwikkelaars stappen dan ook steeds vaker af van het hanteren van standaardgrenzen bij integriteitscores (Sackett & Wanek, 1996). Tenslotte nog een opmerking over onrechtvaardige discriminatie. Als vanzelfsprekend is een selectieproces discriminerend, een bedrijf wil tenslotte alleen de meest geschikte mensen aannemen. Wat echter niet mag is onrechtvaardige discriminatie (Moore & Stewart, 1989). Onderzoekers zien steeds meer het belang in van het rekening houden met rechtvaardigheid van gebruik integriteittest. Er kan bijvoorbeeld sprake zijn van verschil in scores als gevolg van verschillen in geslacht, afkomst en leeftijd (Coyne & Bartram, 2002). Resultaten van onderzoek van Ones en Viswesvaran (1998) geven aan dat het gebruik van openintegriteittesten geen nadelig effect hebben op achtergestelde groepen, zoals sollicitanten met een andere afkomst. Sackett et al. (1989) beweren dat dit geldt voor zowel de openintegriteittest als de bedekte vorm. Ras en integriteitscores zouden niet met elkaar correleren (Ones et al., 1993). In de voorgaande paragraaf over de beschikbare literatuur omtrent integriteittesten en de beleving van sollicitanten is duidelijk geworden dat onderzoek schaars is en dat er zeer gevarieerde resultaten, zowel positief als negatief en neutraal, naar voren komen. Veel van de aspecten die mogelijk de beleving van de sollicitant zouden kunnen beïnvloeden worden niet betrokken in onderzoek. Daarom is vervolgonderzoek noodzakelijk. In de discussie zal hier verder op worden ingegaan en zal er tevens een conclusie volgen. 16

17 4. Discussie en conclusie 4.1. Kritische blik op deze studie Het doel van deze literatuurstudie was; het inzicht verschaffen in de huidige stand van zaken op het gebied van onderzoeken naar reacties van sollicitanten op integriteittesten. Aan de hand van de vraag; Welke effecten heeft een integriteittest op de beleving van de sollicitant? is geprobeerd om aan de doelstelling te voldoen. In deze studie is begonnen met het uitleggen van het begrip integriteit. Het blijkt dat er grote onduidelijkheid bestaat over het begrip in de literatuur. Daarna is er een uitleg gegeven van soorten integriteittesten en is aangegeven wat in deze studie wordt bedoeld met de beleving van de sollicitant. Omdat er heel veel verschillende soorten integriteittesten zijn, is er in deze studie gekozen om een onderscheid te maken tussen open- en bedekte-integriteittesten. Wellicht had er ook gekozen kunnen worden voor een andere indeling van de testen, zoals een indeling op lengte en duur, maar het onderscheid dat gemaakt is in deze studie ligt het meest voor de hand als het gaat over invloed van een test op de sollicitant (Wanek, Sackett & Ones, 2003). Met de beleving van de sollicitant werd in deze studie bedoeld; hoe beleeft of ervaart de sollicitant een integriteittest. Om de beleving van een sollicitant te kunnen onderzoeken is in deze studie gebruik gemaakt van het model van Gilliland (1993), waarin percepties over rechtvaardigheid een rol spelen. Met behulp van een model als dat van Gilliland (1993) zou in de toekomst specifiek onderzoek kunnen worden gedaan met betrekking tot de integriteittest, en niet alleen tot selectiemethoden in het algemeen. Ook zou er in toekomstig onderzoek een onderscheid kunnen worden gemaakt tussen de open- en bedekte- integriteittest, om te zien of er verschillen bestaan in de percepties van sollicitanten over de procedurele rechtvaardigheid van de verschillende soorten testen. Bij het model van Gilliland (1993) wordt uitgegaan dat reacties van sollicitanten worden beïnvloed door percepties over rechtvaardigheid, maar in werkelijkheid is het niet duidelijk of sollicitanten altijd kijken naar rechtvaardigheid van een selectiemethode (Hausknecht et al., 2004). Het kan zijn dat een sollicitant gewoon negatief is over de duur van de test of de moeilijkheidsgraad ervan, onrechtvaardigheid heeft dan niets te maken met het negatieve beeld van de sollicitant. Aan de hand van het zoeken in de bestanden ABI/Inform, Catalogus UvT, Online Contents UvT, Online Contents Landelijk, JSTOR en PsycINFO is gezocht naar literatuur omtrent de beleving van sollicitanten, of te wel de reactie van een sollicitant, op een selectiemethode zoals de integriteittest. Daarnaast is met behulp van Google Scholar naar artikelen gezocht. Twee artikelen zijn via de auteurs zelf verkregen. Na het invoeren van verschillende 17

18 combinaties van de zoektermen, integrity, integrity tests, applicant reactions en personnel selection is een eerste selectie van de artikelen gemaakt aan de hand van de titels en de samenvattingen. Ook via Cited Reference Search is nog naar artikelen gezocht. In de literatuur zijn een aantal onderzoeken gevonden, ook al is het maar een beperkt aantal, waarin zeer verscheidene resultaten naar voren komen over de beleving van de sollicitant. Onderzoek rapporteert zowel een negatief (Hausknecht et al., 2004) als een neutraal en een positief resultaat. Het positieve resultaat is vooral afkomstig van onderzoek naar het verschil in open- en bedekte-integriteittesten. Sollicitanten reageren namelijk positief op de openintegriteittesten en zij waarderen de bedekte-integriteittesten veel minder (Jones et al., 1990; Rosse et al., 1996; Neuman & Baydoun, 1998; Whitney et al., 1999). Een algemeen positieve reactie van sollicitanten op de integriteittest is door Ryan en Sackett (1987) gevonden. Vergeleken met de andere onderzoeken had deze studie als voordeel, dat zij gebruik maakten van een controle groep. Aan de hand van de gevonden literatuur zijn eventuele kritiekpunten van sollicitanten op integriteittesten geformuleerd. Aspecten als, inbreuk op de privacy van een sollicitant, stigmatisering en werkrelevantie (Ryan & Sackett, 1987; Gilliand, 1993; Camara & Schneider, 1994; Sacket & Wanek, 1996; Neuman & Baydoun, 1998) kunnen wellicht negatieve gevolgen hebben voor beleving van de sollicitant, omdat deze de percepties van de procedurele rechtvaardigheid van een selectieproces kunnen beïnvloeden (Gilliland, 1993). Deze percepties kunnen uiteindelijk invloed hebben op de reacties van sollicitanten Kritische reflectie op literatuur Het enigszins beperkte aantal bruikbare artikelen díe gevonden zijn na een uitgebreide zoektocht, laten zeer gevarieerde resultaten zien. Reacties van sollicitanten op een integriteittest zouden zowel positief, neutraal, als negatief zijn. Duidelijk is in dit geval dat er meer onderzoek zal moeten worden gedaan om duidelijkheid te creëren over de werkelijke reactie van sollicitanten. Voordat er onderzoek wordt gedaan naar reactie van sollicitanten op integriteittesten is het wellicht verstandig om het begrip integriteit verder te conceptualiseren (Becker, 2000). Er is namelijk niet duidelijk wat integriteit nu precies is. In onderzoek is vaak geen rekening gehouden met aspecten die de beleving van de sollicitant kunnen beïnvloeden. Gilliland (1993) heeft zo een aantal aspecten geformuleerd, zoals prestatiemogelijkheden, mogelijkheid om invloed uit te oefenen op de uitkomst, correctheid 18

19 van vragen, ontvangen van feedback, ontvangen van informatie over de selectiemethode, inbreuk op privacy en werkrelevantie. Werkrelevantie is een aspect dat wèl door onderzoekers wordt gebruikt (Jones, 1991; Neuman & Baydoun, 1998; Whitney et al., 1999), maar de overige aspecten zouden ook meegenomen kunnen worden in onderzoek. Voor toekomstige onderzoekers die de reacties van sollicitanten op de integriteittest willen onderzoeken ligt hier een weg open. Daarnaast is een aspect zoals stigmatisering of te wel labeling ook een factor waar onderzoekers rekening mee zouden moeten houden. Heeft de angst voor stigmatisering invloed op de beleving van de sollicitant? In onderzoek van Camara en Schneider (1994) en Sackett en Wanek (1996) komt naar voren dat hier serieus rekening mee zou moeten worden gehouden. Als kanttekening moet wel worden vermeld, dat veel sollicitanten in werkelijkheid het resultaat van een integriteittest niet te zien krijgen (Sackett & Wanek, 1996; Coyne & Bartram, 2002). De vraag is dan of de stigmatiseringkwestie wel relevant is. Als men echter secuur te werk wil gaan, is het aan te bevelen om tevens rekening te houden met dit aspect. Het is in de literatuur gebleken dat een open-integriteittest meer waardering bij sollicitanten te weeg brengt dan een bedekte-integriteittest (Jones et al., 1990; Whitney et al., 1999). Er zijn allerlei speculaties te doen over waar die waardering vandaan komt, zoals bijvoorbeeld dat de werkrelevantie duidelijker is bij een open-intgeriteittest vergeleken bij een bedekteintegriteittest (Neuman & Baydoun, 1998). Hier is echter geen concreet onderzoek naar gedaan. Toekomstig onderzoek kan hier eventueel een verandering in brengen. In onderzoek dient ook meer rekening te worden gehouden met verschillen in reacties op open- en bedekteintegriteittesten. Wanneer er in een onderzoek gebruik is gemaakt van een specifieke soort integriteittest kan het zijn, dat dit aspect het resultaat van het onderzoek beïnvloedt. Zeker als er geen rekening is gehouden met een eventueel verschil in reacties op de open- en bedekte vorm van integriteittesten. Vaak is dit in onderzoek niet te achterhalen. Er ligt dus ook hier een weg open voor toekomstig onderzoek. Dan is het misschien nog mogelijk dat de open integriteittest alleen positief gewaardeerd wordt onder bepaalde omstandigheden (Whitney et al., 1999). De vraag is dan, onder welke condities worden open integriteittesten positief gewaardeerd en in welke situaties hebben bedekte-integriteittesten de voorkeur? In deze studie komt naar voren dat onderzoek waarbij gebruik is gemaakt van studenten als onderzoekspopulatie wellicht problemen zou kunnen veroorzaken op het gebied van generaliseerbaarheid van resultaten. Studenten kunnen verschillen van sollicitanten als het bijvoorbeeld gaat om ervaring met het zoeken naar werk (Hausknecht et al., 2004). Die 19

20 onderzoeken die wel gebruik maken van studenten geven aan, dat het probleem van generaliseerbaarheid niet zo heel groot is, studenten zijn namelijk de toekomstige sollicitanten op de arbeidsmarkt. Ryan en Sackett (1987) geven aan dat studenten de toekomstige sollicitanten zijn voor juist díe functies waarvoor integriteittesten worden gebruikt in het selectieproces. Toch is het raadzaam om onderzoek te doen waarbij de respondenten uit werkelijke sollicitanten bestaan, in echte selectiesituaties binnen organisaties. Ook interessant voor onderzoek is het onderzoeken van de lange termijn effecten van het maken van een integriteittest en dan met name voor hen die werden afgewezen na het maken van een integriteittest. Er moet gebruik worden gemaakt van follow-up studies, zodat verschillen tussen pretest en posttest reacties duidelijk worden. Een kritisch punt van de onderzoeken gebruikt in deze studie is, dat de meesten geen gebruik maken van een controle groep. Behalve het onderzoek van Ryan en Sackett (1987). Het is een aanbeveling voor onderzoekers om een controle groep te hanteren, zodat allerlei neveneffecten kunnen worden uitgesloten. Bestaand onderzoek omtrent de beleving van sollicitanten is met name afkomstig uit de Verenigde Staten. Misschien bestaat er wel een verschil in reacties tussen mensen uit Europa en de Verenigde Staten. Er heerst in Europa minder een cultuur van aanklagen vergeleken met de cultuur in de Verenigde Staten. Daardoor voelen sollicitanten wellicht minder snel de behoefte om zich benadeeld te voelen en als gevolg daarvan een organisatie aan te klagen. Coyne en Bartram (2000) en Ones et al. (1993) geven aan dat organisaties ook wel combinaties gebruiken van selectiemethoden om integriteit te meten, maar welke combinatie het meest effectief is voor het voorspellen van integriteit is onduidelijk. Onderzoek op dit gebied zou meer helderheid kunnen verschaffen. Ook kan rekening worden gehouden met de validiteit van het selectieproces. Deze kan namelijk verhoogd worden als gebruik gemaakt wordt van een combinatie van selectiemethoden. Schmidt en Hunter (1998) hebben in hun onderzoek bijvoorbeeld gevonden dat een combinatie van een algemene cognitieve vaardigheidstest en een integriteittest, de predictieve validiteit van een selectieproces kan verhogen. De praktische implicatie van deze studie voor het bedrijfsleven is, dat niet alleen bedrijven werknemers selecteren, sollicitanten selecteren op hun beurt ook een bedrijf waar ze graag willen werken (Hausknecht et al., 2004). Vanuit het bedrijfsleven bekeken, zijn reacties op selectieprocedures daarom belangrijk (Gilliland, 1993). Het is zeker interessant om de 20

Testattitudes van Sollicitanten: Faalangst en Geloof in Tests als. Antecedenten van Rechtvaardigheidspercepties

Testattitudes van Sollicitanten: Faalangst en Geloof in Tests als. Antecedenten van Rechtvaardigheidspercepties Testattitudes van Sollicitanten: Faalangst en Geloof in Tests als Antecedenten van Rechtvaardigheidspercepties Test-taker Attitudes of Job Applicants: Test Anxiety and Belief in Tests as Antecedents of

Nadere informatie

Wat motiveert u in uw werk?

Wat motiveert u in uw werk? Wat motiveert u in uw werk? Begin dit jaar heeft u kunnen deelnemen aan een online onderzoek naar de motivatie en werktevredenheid van actuarieel geschoolden. In dit artikel worden de resultaten aan u

Nadere informatie

Wat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten?

Wat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten? De Modererende rol van Persoonlijkheid op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten 1 Wat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve

Nadere informatie

Moderatie van de Big Five Persoonlijkheidsfactoren op de Relatie tussen. Gepest worden op het Werk en Lichamelijke Gezondheidsklachten en

Moderatie van de Big Five Persoonlijkheidsfactoren op de Relatie tussen. Gepest worden op het Werk en Lichamelijke Gezondheidsklachten en Moderatie van de Big Five Persoonlijkheidsfactoren op de Relatie tussen Gepest worden op het Werk en Lichamelijke Gezondheidsklachten en Ziekteverzuim Moderation of the Big Five Personality Factors on

Nadere informatie

De Relatie tussen Angst en Psychologische Inflexibiliteit. The Relationship between Anxiety and Psychological Inflexibility.

De Relatie tussen Angst en Psychologische Inflexibiliteit. The Relationship between Anxiety and Psychological Inflexibility. RELATIE ANGST EN PSYCHOLOGISCHE INFLEXIBILITEIT 1 De Relatie tussen Angst en Psychologische Inflexibiliteit The Relationship between Anxiety and Psychological Inflexibility Jos Kooy Eerste begeleider Tweede

Nadere informatie

GOAL-STRIVING REASONS, PERSOONLIJKHEID EN BURN-OUT 1. Het effect van Goal-striving Reasons en Persoonlijkheid op facetten van Burn-out

GOAL-STRIVING REASONS, PERSOONLIJKHEID EN BURN-OUT 1. Het effect van Goal-striving Reasons en Persoonlijkheid op facetten van Burn-out GOAL-STRIVING REASONS, PERSOONLIJKHEID EN BURN-OUT 1 Het effect van Goal-striving Reasons en Persoonlijkheid op facetten van Burn-out The effect of Goal-striving Reasons and Personality on facets of Burn-out

Nadere informatie

Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten?

Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten? Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten? Does Gentle Teaching have Effect on Skills of Caregivers and Companionship and Anxiety

Nadere informatie

Geven en ontvangen van steun in de context van een chronische ziekte.

Geven en ontvangen van steun in de context van een chronische ziekte. Een chronische en progressieve aandoening zoals multiple sclerose (MS) heeft vaak grote consequenties voor het leven van patiënten en hun intieme partners. Naast het omgaan met de fysieke beperkingen van

Nadere informatie

De Rotterdamse Ambtenaar: Bevroren of Bevlogen. Over de Invloed van Procedurele Rechtvaardigheid, Empowering Leiderschap en

De Rotterdamse Ambtenaar: Bevroren of Bevlogen. Over de Invloed van Procedurele Rechtvaardigheid, Empowering Leiderschap en De Rotterdamse Ambtenaar: Bevroren of Bevlogen. Over de Invloed van Procedurele Rechtvaardigheid, Empowering Leiderschap en Identificatie met de Organisatie op Status en Zelfwaardering. The Civil Servant

Nadere informatie

De Relatie tussen Mindfulness en Psychopathologie: de Mediërende. Rol van Globale en Contingente Zelfwaardering

De Relatie tussen Mindfulness en Psychopathologie: de Mediërende. Rol van Globale en Contingente Zelfwaardering De Relatie tussen Mindfulness en Psychopathologie: de Mediërende Rol van Globale en Contingente Zelfwaardering The relation between Mindfulness and Psychopathology: the Mediating Role of Global and Contingent

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch) Het managen van weerstand van consumenten tegen innovaties

Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch) Het managen van weerstand van consumenten tegen innovaties Nederlandse samenvatting (Summary in Dutch) Het managen van weerstand van consumenten tegen innovaties De afgelopen decennia zijn er veel nieuwe technologische producten en diensten geïntroduceerd op de

Nadere informatie

Onderzoeksopzet. Marktonderzoek Klantbeleving

Onderzoeksopzet. Marktonderzoek Klantbeleving Onderzoeksopzet Marktonderzoek Klantbeleving Utrecht, september 2009 1. Inleiding De beleving van de klant ten opzichte van dienstverlening wordt een steeds belangrijker onderwerp in het ontwikkelen van

Nadere informatie

Het Effect van Gender op de Relatie tussen Persoonlijkheidskenmerken en Seksdrive

Het Effect van Gender op de Relatie tussen Persoonlijkheidskenmerken en Seksdrive Gender, Persoonlijkheidskenmerken en Seksdrive 1 Het Effect van Gender op de Relatie tussen Persoonlijkheidskenmerken en Seksdrive Gender Effect on the Relationship between Personality Traits and Sex Drive

Nadere informatie

De ontwikkeling van een video-

De ontwikkeling van een video- De ontwikkeling van een video- based Situational Judgment Test Lonneke A. L. de Meijer en Marise Ph. Born Erasmus Universiteit Rotterdam Jaap van Zielst De Politieacademie Henk T. van der Molen Erasmus

Nadere informatie

Fysieke Activiteit bij 50-plussers. The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and. Physical Activity among Adults Aged over 50

Fysieke Activiteit bij 50-plussers. The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and. Physical Activity among Adults Aged over 50 De relatie tussen eigen-effectiviteit 1 De Relatie tussen Eigen-effectiviteit, Intrinsieke Motivatie en Fysieke Activiteit bij 50-plussers The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and

Nadere informatie

COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS

COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS Gezondheidsgedrag als compensatie voor de schadelijke gevolgen van roken COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS Health behaviour as compensation for the harmful effects of smoking

Nadere informatie

Personeelsselectie: Van de theorie naar de praktijk

Personeelsselectie: Van de theorie naar de praktijk Personeelsselectie: Van de theorie naar de praktijk Janneke K. Oostrom 01-10-2015 NOA Symposium 1 Interviews Personnel Psychology, 1949 01-10-2015 NOA Symposium 2 Gestructureerde interviews Baseer vragen

Nadere informatie

De sociale psychologie van waargenomen rechtvaardigheid en de rol van onzekerheid

De sociale psychologie van waargenomen rechtvaardigheid en de rol van onzekerheid Kees van den Bos De sociale psychologie van waargenomen rechtvaardigheid en de rol van onzekerheid In deze bijdrage wordt sociaal-psychologisch onderzoek naar sociale rechtvaardigheid besproken. Sociaal-psychologen

Nadere informatie

Onderzoek burgerinitiatief. Tevredenheid van indieners

Onderzoek burgerinitiatief. Tevredenheid van indieners Onderzoek burgerinitiatief Tevredenheid van indieners In opdracht van: De Raadsgriffier Uitgevoerd door: Team Beleidsonderzoek en Informatiemanagement Gemeente Purmerend Denise Floris Bert Mentink April

Nadere informatie

Het executief en het sociaal cognitief functioneren bij licht verstandelijk. gehandicapte jeugdigen. Samenhang met emotionele- en gedragsproblemen

Het executief en het sociaal cognitief functioneren bij licht verstandelijk. gehandicapte jeugdigen. Samenhang met emotionele- en gedragsproblemen Het executief en het sociaal cognitief functioneren bij licht verstandelijk gehandicapte jeugdigen. Samenhang met emotionele- en gedragsproblemen Executive and social cognitive functioning of mentally

Nadere informatie

het laagste niveau van psychologisch functioneren direct voordat de eerste bestraling begint. Zowel angstgevoelens als depressieve symptomen en

het laagste niveau van psychologisch functioneren direct voordat de eerste bestraling begint. Zowel angstgevoelens als depressieve symptomen en Samenvatting In de laatste 20 jaar is er veel onderzoek gedaan naar de psychosociale gevolgen van kanker. Een goede zaak want aandacht voor kanker, een ziekte waar iedereen in zijn of haar leven wel eens

Nadere informatie

De Relatie Tussen de Gehanteerde Copingstijl en Pesten op het Werk. The Relation Between the Used Coping Style and Bullying at Work.

De Relatie Tussen de Gehanteerde Copingstijl en Pesten op het Werk. The Relation Between the Used Coping Style and Bullying at Work. De Relatie Tussen de Gehanteerde Copingstijl en Pesten op het Werk The Relation Between the Used Coping Style and Bullying at Work Merijn Daerden Studentnummer: 850225144 Werkstuk: Empirisch afstudeeronderzoek:

Nadere informatie

Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën

Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën The Relation between Personality, Education, Age, Sex and Short- and Long- Term Sexual

Nadere informatie

Werkt confrontatie met eigen vooroordelen tegen discriminatie op de arbeidsmarkt?

Werkt confrontatie met eigen vooroordelen tegen discriminatie op de arbeidsmarkt? Werkt confrontatie met eigen vooroordelen tegen discriminatie op de arbeidsmarkt? Februari 2016 SEPTEMBER 2016 ONDERZOEK NAAR DE PLAUSIBILITEIT VAN TRAININGEN GERICHT OP BEWUSTWORDING VAN VOOROORDELEN

Nadere informatie

LinkedIn Profiles and personality

LinkedIn Profiles and personality LinkedInprofielen en Persoonlijkheid LinkedIn Profiles and personality Lonneke Akkerman Open Universiteit Naam student: Lonneke Akkerman Studentnummer: 850455126 Cursusnaam en code: S57337 Empirisch afstudeeronderzoek:

Nadere informatie

De Invloed van Persoonlijke Doelen en Financiële Toekomst perspectieven op Desistance van. Criminaliteit.

De Invloed van Persoonlijke Doelen en Financiële Toekomst perspectieven op Desistance van. Criminaliteit. Running head: Desistance van Criminaliteit. 1 De Invloed van Persoonlijke Doelen en Financiële Toekomst perspectieven op Desistance van Criminaliteit. The Influence of Personal Goals and Financial Prospects

Nadere informatie

Invloed van het aantal kinderen op de seksdrive en relatievoorkeur

Invloed van het aantal kinderen op de seksdrive en relatievoorkeur Invloed van het aantal kinderen op de seksdrive en relatievoorkeur M. Zander MSc. Eerste begeleider: Tweede begeleider: dr. W. Waterink drs. J. Eshuis Oktober 2014 Faculteit Psychologie en Onderwijswetenschappen

Nadere informatie

Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive. Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive

Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive. Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive 1 Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive Femke Boom Open Universiteit Naam student: Femke Boom Studentnummer: 850762029 Cursusnaam: Empirisch afstudeeronderzoek:

Nadere informatie

Samenvatting (Summary in Dutch)

Samenvatting (Summary in Dutch) Samenvatting (Summary in Dutch) Het aantal eerste en tweede generatie immigranten in Nederland is hoger dan ooit tevoren. Momenteel wonen er 3,2 miljoen immigranten in Nederland, dat is 19.7% van de totale

Nadere informatie

Applicant reactions to selection events: interactive effects of fairness, feedback and attributions

Applicant reactions to selection events: interactive effects of fairness, feedback and attributions UvA-DARE (Digital Academic Repository) Applicant reactions to selection events: interactive effects of fairness, feedback and attributions Schinkel, S. Link to publication Citation for published version

Nadere informatie

13.6. Onderzoeksresultaten: Betekenis voor verander- en

13.6. Onderzoeksresultaten: Betekenis voor verander- en Inhoudsopgave Dankwoord 5 Lijst van gebruikte Afkortingen 9 Lijst van figuren 15 Lijst van tabellen 16 1. Algemene inleiding 19 1.1. Inspiraties voor het onderzoek 24 1.2. Praktische relevantie van het

Nadere informatie

Effecten van een Mindfulness-Based Stressreductie Training. op Existentiële Voldoening. Effects of a Mindfulness-Based Stress Reduction Program

Effecten van een Mindfulness-Based Stressreductie Training. op Existentiële Voldoening. Effects of a Mindfulness-Based Stress Reduction Program Effecten van een Mindfulness-Based Stressreductie Training op Existentiële Voldoening Effects of a Mindfulness-Based Stress Reduction Program on Existential Fulfillment Y. Ducaneaux-Teeuwen Eerste begeleider:

Nadere informatie

Onderzoek naar de werving en het behoud van vrijwilligers toegepast op de theorie van Psychologisch Eigenaarschap.

Onderzoek naar de werving en het behoud van vrijwilligers toegepast op de theorie van Psychologisch Eigenaarschap. Onderzoek naar de werving en het behoud van vrijwilligers toegepast op de theorie van Psychologisch Eigenaarschap. Master thesis onderzoek van Mandy Ziel, Merel van der Mark & Chrisje Seijkens. Universiteit

Nadere informatie

Handelen in overeenstemming met wetenschappelijke evidentie, ook voor A&O psychologen

Handelen in overeenstemming met wetenschappelijke evidentie, ook voor A&O psychologen Handelen in overeenstemming met wetenschappelijke evidentie, ook voor A&O psychologen Karin Proost Hogeschool-Universiteit Brussel KULeuven Open Universiteit Nederland Karin.Proost@hubrussel.be Bron: Bron:

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/38701 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Visschedijk, Johannes Hermanus Maria (Jan) Title: Fear of falling in older patients

Nadere informatie

Invloed van Mindfulness Training op Ouderlijke Stress, Emotionele Self-Efficacy. Beliefs, Aandacht en Bewustzijn bij Moeders

Invloed van Mindfulness Training op Ouderlijke Stress, Emotionele Self-Efficacy. Beliefs, Aandacht en Bewustzijn bij Moeders Invloed van Mindfulness Training op Ouderlijke Stress, Emotionele Self-Efficacy Beliefs, Aandacht en Bewustzijn bij Moeders Influence of Mindfulness Training on Parental Stress, Emotional Self-Efficacy

Nadere informatie

Relatie Tussen Organisatie-Onrechtvaardigheid, Bevlogenheid en Feedback. The Relationship Between the Organizational Injustice, Engagement and

Relatie Tussen Organisatie-Onrechtvaardigheid, Bevlogenheid en Feedback. The Relationship Between the Organizational Injustice, Engagement and Onrechtvaardigheid, bevlogenheid en feedback 1 Relatie Tussen Organisatie-Onrechtvaardigheid, Bevlogenheid en Feedback The Relationship Between the Organizational Injustice, Engagement and Feedback Nerfid

Nadere informatie

Invalshoeken bij beoordelen

Invalshoeken bij beoordelen Invalshoeken bij beoordelen Invalshoeken bij Beoordelen Persoonlijkheidseigenschappen Met persoonlijkheidskenmerken wordt bedoeld: intelligentie, flexibiliteit, aanpassingsvermogen, leiderschap, integriteit,

Nadere informatie

Kwaliteitsmanagement theoretisch kader

Kwaliteitsmanagement theoretisch kader 1 Kwaliteitsmanagement theoretisch kader Versie 1.0 2000-2009, Biloxi Business Professionals BV 1 1. Kwaliteitsmanagement Kwaliteitsmanagement richt zich op de kwaliteit organisaties. Eerst wordt het begrip

Nadere informatie

Het Verband Tussen Persoonlijkheid, Stress en Coping. The Relation Between Personality, Stress and Coping

Het Verband Tussen Persoonlijkheid, Stress en Coping. The Relation Between Personality, Stress and Coping Het Verband Tussen Persoonlijkheid, Stress en Coping The Relation Between Personality, Stress and Coping J.R.M. de Vos Oktober 2009 1e begeleider: Mw. Dr. T. Houtmans 2e begeleider: Mw. Dr. K. Proost Faculteit

Nadere informatie

BISEKSUALITEIT: DE ONZICHTBARE SOCIALE IDENTITEIT. Biseksualiteit: de Onzichtbare Sociale Identiteit met Zichtbare Gezondheidsgevolgen

BISEKSUALITEIT: DE ONZICHTBARE SOCIALE IDENTITEIT. Biseksualiteit: de Onzichtbare Sociale Identiteit met Zichtbare Gezondheidsgevolgen Biseksualiteit: de Onzichtbare Sociale Identiteit met Zichtbare Gezondheidsgevolgen Bisexuality: the Invisible Social Identity with Visible Health Consequences Maria Verbeek Eerste begeleidster: dr. N.

Nadere informatie

Summary 124

Summary 124 Summary Summary 124 Summary Summary Corporate social responsibility and current legislation encourage the employment of people with disabilities in inclusive organizations. However, people with disabilities

Nadere informatie

Hoofdstuk 2: Kritisch reflecteren 2.1. Kritisch reflecteren: definitie Definitie: Kritisch reflecteren verwijst naar een geheel van activiteiten die

Hoofdstuk 2: Kritisch reflecteren 2.1. Kritisch reflecteren: definitie Definitie: Kritisch reflecteren verwijst naar een geheel van activiteiten die Hoofdstuk 2: Kritisch reflecteren 2.1. Kritisch reflecteren: definitie Definitie: Kritisch reflecteren verwijst naar een geheel van activiteiten die worden uitgevoerd om uit het gevonden bronnenmateriaal

Nadere informatie

Samenvatting. Leeftijd en Psychologisch Contractbreuk in Relatie tot Werkuitkomsten

Samenvatting. Leeftijd en Psychologisch Contractbreuk in Relatie tot Werkuitkomsten Samenvatting Leeftijd en Psychologisch Contractbreuk in Relatie tot Werkuitkomsten De beroepsbevolking in Nederland, maar ook in andere westerse landen, vergrijst in een rap tempo. Terwijl er minder kinderen

Nadere informatie

Samenvatting. Mensen creëren hun eigen, soms illusionaire, visie over henzelf en de wereld

Samenvatting. Mensen creëren hun eigen, soms illusionaire, visie over henzelf en de wereld Samenvatting Mensen creëren hun eigen, soms illusionaire, visie over henzelf en de wereld om hen heen. Zo hebben vele mensen een natuurlijke neiging om zichzelf als bijzonder positief te beschouwen (bijv,

Nadere informatie

Samenvatting, conclusies en discussie

Samenvatting, conclusies en discussie Hoofdstuk 6 Samenvatting, conclusies en discussie Inleiding Het doel van het onderzoek is vast te stellen hoe de kinderen (10 14 jaar) met coeliakie functioneren in het dagelijks leven en wat hun kwaliteit

Nadere informatie

De Relatie Tussen Persoonskenmerken en Ervaren Lijden bij. Verslaafde Patiënten met PTSS

De Relatie Tussen Persoonskenmerken en Ervaren Lijden bij. Verslaafde Patiënten met PTSS Persoonskenmerken en ervaren lijden bij verslaving en PTSS 1 De Relatie Tussen Persoonskenmerken en Ervaren Lijden bij Verslaafde Patiënten met PTSS The Relationship between Personality Traits and Suffering

Nadere informatie

Mentaal Weerbaar Blauw

Mentaal Weerbaar Blauw Mentaal Weerbaar Blauw de invloed van stereotypen over etnische minderheden cynisme en negatieve emoties op de mentale weerbaarheid van politieagenten begeleiders: dr. Anita Eerland & dr. Arjan Bos dr.

Nadere informatie

Summary in Dutch. Samenvatting

Summary in Dutch. Samenvatting Samenvatting In de theorie van het menselijk kapitaal zijn kennis en gezondheid uitkomsten van bewuste investeringsbeslissingen. Veel van de keuzes hieromtrent lijken in de praktijk echter niet weldoordacht.

Nadere informatie

Geloof in een Rechtvaardige Wereld en Afkeuring van Geweldsslachtoffers: De Invloed

Geloof in een Rechtvaardige Wereld en Afkeuring van Geweldsslachtoffers: De Invloed Geloof in een Rechtvaardige Wereld en Afkeuring van Geweldsslachtoffers: De Invloed van Sociale Categorisering, Persoons-identificatie, Positie-identificatie en Retributie Belief in a Just World and Rejection

Nadere informatie

Denken is Doen? De cognitieve representatie van ziekte als determinant van. zelfmanagementgedrag bij Nederlandse, Turkse en Marokkaanse patiënten

Denken is Doen? De cognitieve representatie van ziekte als determinant van. zelfmanagementgedrag bij Nederlandse, Turkse en Marokkaanse patiënten Denken is Doen? De cognitieve representatie van ziekte als determinant van zelfmanagementgedrag bij Nederlandse, Turkse en Marokkaanse patiënten met diabetes mellitus type 2 in de huisartsenpraktijk Thinking

Nadere informatie

Validatie van de Depressie lijst (DL) en de Geriatric Depression Scale (GDS-30) bij Verpleeghuisbewoners

Validatie van de Depressie lijst (DL) en de Geriatric Depression Scale (GDS-30) bij Verpleeghuisbewoners Validatie van de Depressie lijst (DL) en de Geriatric Depression Scale (GDS-30) bij Verpleeghuisbewoners van Somatische en Psychogeriatrische Afdelingen Validation of the Depression List (DL) and the Geriatric

Nadere informatie

Pesten op het werk en de invloed van Sociale Steun op Gezondheid en Verzuim.

Pesten op het werk en de invloed van Sociale Steun op Gezondheid en Verzuim. Pesten op het werk en de invloed van Sociale Steun op Gezondheid en Verzuim. Bullying at work and the impact of Social Support on Health and Absenteeism. Rieneke Dingemans April 2008 Scriptiebegeleider:

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting 119 120 Samenvatting 121 Inleiding Vermoeidheid is een veel voorkomende klacht bij de ziekte sarcoïdose en is geassocieerd met een verminderde kwaliteit van leven. In de literatuur

Nadere informatie

Keuzetwijfels in de Emerging Adulthood rondom Studie- en Partnerkeuze. in Relatie tot Depressie

Keuzetwijfels in de Emerging Adulthood rondom Studie- en Partnerkeuze. in Relatie tot Depressie 1 Keuzetwijfels in de Keuzetwijfels in de Emerging Adulthood rondom Studie- en Partnerkeuze in Relatie tot Depressie Open Universiteit Nederland Masterscriptie (S58337) Naam: Ilse Meijer Datum: juli 2011

Nadere informatie

Het Verband Tussen Negatieve Levensgebeurtenissen, 5-HTTLPR en Reactieve. Agressie. Pien S. Martens. Open Universiteit Heerlen

Het Verband Tussen Negatieve Levensgebeurtenissen, 5-HTTLPR en Reactieve. Agressie. Pien S. Martens. Open Universiteit Heerlen REACTIEVE AGRESSIE Het Verband Tussen Negatieve Levensgebeurtenissen, 5-HTTLPR en Reactieve Agressie Pien S. Martens Open Universiteit Heerlen Naam student: Pien Sophie Martens Studentnummer: 850945172

Nadere informatie

Ben ik Lid van de Groep? Ervaren inclusie als Moderator van de Relatie tussen Procedurele Rechtvaardigheid en Organizational Citizenship Behavior.

Ben ik Lid van de Groep? Ervaren inclusie als Moderator van de Relatie tussen Procedurele Rechtvaardigheid en Organizational Citizenship Behavior. Ben ik Lid van de Groep? Ervaren inclusie als Moderator van de Relatie tussen Procedurele Rechtvaardigheid en Organizational Citizenship Behavior. Do I belong to the Group? Experienced Inclusion as a Moderator

Nadere informatie

THE POSITIVE FEEDBACK TRAINER MANAGER AND EMPLOYEE VERSION

THE POSITIVE FEEDBACK TRAINER MANAGER AND EMPLOYEE VERSION THE POSITIVE FEEDBACK TRAINER MANAGER AND EMPLOYEE VERSION VRIJE UNIVERSITEIT AMSTERDAM Roy van de Vathorst (2556746) Thomas Gruben (2554243) Informatie, Multimedia en Management Project Interactive Multimedia

Nadere informatie

Dutch summary (Samenvatting van hoofdstukken)

Dutch summary (Samenvatting van hoofdstukken) Dutch summary (Samenvatting van hoofdstukken) 101 102 Hoofdstuk 1. Algemene introductie Het belangrijkste doel van dit proefschrift was het ontwikkelen van de Interactieve Tekentest (IDT), een nieuwe test

Nadere informatie

Summary in Dutch 179

Summary in Dutch 179 Samenvatting Een belangrijke reden voor het uitvoeren van marktonderzoek is het proberen te achterhalen wat de wensen en ideeën van consumenten zijn met betrekking tot een produkt. De conjuncte analyse

Nadere informatie

- Geplaatst in VISUS EBM IN DE OPTOMETRIE: HOE PAS JE HET TOE?

- Geplaatst in VISUS EBM IN DE OPTOMETRIE: HOE PAS JE HET TOE? - Geplaatst in VISUS 4-2017 - EBM IN DE OPTOMETRIE: HOE PAS JE HET TOE? Om de verschillen tussen de kennis uit het laatste wetenschappelijk bewijs en de klinische praktijk kleiner te maken is de afgelopen

Nadere informatie

SSamenvatting. 1. Introductie

SSamenvatting. 1. Introductie S 1. Introductie PowerPoint is niet meer weg te denken bij presentaties. Het programma kende wereldwijd meer dan 200 miljoen gebruikers in 2012. Sommigen wenden het aan voor hun colleges, anderen voor

Nadere informatie

Rapportgegevens Marketing en sales potentieel test

Rapportgegevens Marketing en sales potentieel test Rapportgegevens Marketing en sales potentieel test Respondent: Jill Voorbeeld Email: voorbeeld@testingtalents.nl Geslacht: vrouw Leeftijd: 39 Opleidingsniveau: wo Vergelijkingsgroep: Normgroep marketing

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting Het is een uitdaging om ouderen te identificeren die baat kunnen hebben bij een interventie gericht op de preventie van beperkingen in het dagelijks leven op het moment dat dergelijke

Nadere informatie

ONDERZOEKSRAPPORT CONTENT MARKETING EEN ONDERZOEK NAAR DE BEHOEFTE VAN HET MKB IN REGIO TWENTE AAN HET TOEPASSEN VAN CONTENT MARKETING

ONDERZOEKSRAPPORT CONTENT MARKETING EEN ONDERZOEK NAAR DE BEHOEFTE VAN HET MKB IN REGIO TWENTE AAN HET TOEPASSEN VAN CONTENT MARKETING ONDERZOEKSRAPPORT CONTENT MARKETING EEN ONDERZOEK NAAR DE BEHOEFTE VAN HET MKB IN REGIO TWENTE AAN HET TOEPASSEN VAN CONTENT MARKETING VOORWOORD Content marketing is uitgegroeid tot één van de meest populaire

Nadere informatie

Running head: EFFECT VAN IB-CGT OP SEKSUELE DISFUNCTIES BIJ VROUWEN

Running head: EFFECT VAN IB-CGT OP SEKSUELE DISFUNCTIES BIJ VROUWEN Running head: EFFECT VAN IB-CGT OP SEKSUELE DISFUNCTIES BIJ VROUWEN Het Effect van Online Cognitieve Gedragstherapie op Seksuele Disfuncties bij Vrouwen The Effectiveness of Internet-based Cognitive-Behavioural

Nadere informatie

Emotioneel Belastend Werk, Vitaliteit en de Mogelijkheid tot Leren: The Manager as a Resource.

Emotioneel Belastend Werk, Vitaliteit en de Mogelijkheid tot Leren: The Manager as a Resource. Open Universiteit Klinische psychologie Masterthesis Emotioneel Belastend Werk, Vitaliteit en de Mogelijkheid tot Leren: De Leidinggevende als hulpbron. Emotional Job Demands, Vitality and Opportunities

Nadere informatie

De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een. Vaste Relatie

De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een. Vaste Relatie De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een Vaste Relatie The Association between Daily Stress, Emotional Intimacy and Affect with Partners in a Commited

Nadere informatie

De Modererende Invloed van Sociale Steun op de Relatie tussen Pesten op het Werk. en Lichamelijke Gezondheidsklachten

De Modererende Invloed van Sociale Steun op de Relatie tussen Pesten op het Werk. en Lichamelijke Gezondheidsklachten De Modererende Invloed van Sociale Steun op de Relatie tussen Pesten op het Werk en Lichamelijke Gezondheidsklachten The Moderating Influence of Social Support on the Relationship between Mobbing at Work

Nadere informatie

De Invloed van Religieuze Coping op. Internaliserend Probleemgedrag bij Genderdysforie. Religious Coping, Internal Problems and Gender dysphoria

De Invloed van Religieuze Coping op. Internaliserend Probleemgedrag bij Genderdysforie. Religious Coping, Internal Problems and Gender dysphoria De Invloed van Religieuze Coping op Internaliserend Probleemgedrag bij Genderdysforie Religious Coping, Internal Problems and Gender dysphoria Ria de Bruin van der Knaap Open Universiteit Naam student:

Nadere informatie

Academisch schrijven Inleiding

Academisch schrijven Inleiding - In this essay/paper/thesis I shall examine/investigate/evaluate/analyze Algemene inleiding van het werkstuk In this essay/paper/thesis I shall examine/investigate/evaluate/analyze To answer this question,

Nadere informatie

Running Head: INVLOED VAN ASE-DETERMINANTEN OP INTENTIE CONTACT 1

Running Head: INVLOED VAN ASE-DETERMINANTEN OP INTENTIE CONTACT 1 Running Head: INVLOED VAN ASE-DETERMINANTEN OP INTENTIE CONTACT 1 Relatie tussen Attitude, Sociale Invloed en Self-efficacy en Intentie tot Contact tussen Ouders en Leerkrachten bij Signalen van Pesten

Nadere informatie

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/20358 holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/20358 holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/20358 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Witsenburg, Tijn Title: Hybrid similarities : a method to insert relational information

Nadere informatie

Summery. Effectiviteit van een interventieprogramma op arm-, schouder- en nekklachten bij beeldschermwerkers

Summery. Effectiviteit van een interventieprogramma op arm-, schouder- en nekklachten bij beeldschermwerkers ummery amenvatting Effectiviteit van een interventieprogramma op arm-, schouder- en nekklachten bij beeldschermwerkers 207 Algemene introductie Werkgerelateerde arm-, schouder- en nekklachten zijn al eeuwen

Nadere informatie

Programma. - Construct-> dimensies -> indicatoren -> items vragenlijst. - Pilot met de vragenlijst. - Plannen van het onderzoek.

Programma. - Construct-> dimensies -> indicatoren -> items vragenlijst. - Pilot met de vragenlijst. - Plannen van het onderzoek. Bijeenkomst 3 1 Programma Mini-presentaties Vragenlijst maken Kwaliteit van de vragenlijst: betrouwbaarheid en validiteit Vooruitblik: analyse van je resultaten Aan de slag: - Construct-> dimensies ->

Nadere informatie

Onderwijs in programmeren in het voortgezet onderwijs: een benadering vanuit de Pedagogical Content Knowledge

Onderwijs in programmeren in het voortgezet onderwijs: een benadering vanuit de Pedagogical Content Knowledge 153 Samenvatting Onderwijs in programmeren in het voortgezet onderwijs: een benadering vanuit de Pedagogical Content Knowledge Informatica is een vak dat de laatste 20 jaar meer en meer onderwezen wordt

Nadere informatie

Hardell: mobiel bellen en hersentumoren aan de belzijde

Hardell: mobiel bellen en hersentumoren aan de belzijde Hardell: mobiel bellen en hersentumoren aan de belzijde Kennisbericht over een publicatie in een wetenschappelijk tijdschrift: Hardell L, Carlberg M, Söderqvist F, Hansson Mild K, Meta-analysis of long-term

Nadere informatie

Onderzoek tevredenheid medewerkers FICTIEF. 2012 Rapportage. Walvis ConsultingGroep Amersfoort, maart 2012 Onderzoeker: drs.

Onderzoek tevredenheid medewerkers FICTIEF. 2012 Rapportage. Walvis ConsultingGroep Amersfoort, maart 2012 Onderzoeker: drs. Onderzoek tevredenheid medewerkers FICTIEF 2012 Rapportage Walvis ConsultingGroep Amersfoort, maart 2012 Onderzoeker: drs. Ronald Zwart Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleiding en leeswijzer... 3 1.1 Inleiding:

Nadere informatie

Stigmatisering van Mensen met Keelkanker: de Rol van Mindfulness van de Waarnemer

Stigmatisering van Mensen met Keelkanker: de Rol van Mindfulness van de Waarnemer Met opmaak: Links: 3 cm, Rechts: 2 cm, Boven: 3 cm, Onder: 3 cm, Breedte: 21 cm, Hoogte: 29,7 cm Stigmatisering van Mensen met Keelkanker: de Rol van Mindfulness van de Waarnemer Stigmatisation of Persons

Nadere informatie

How to present online information to older cancer patients N. Bol

How to present online information to older cancer patients N. Bol How to present online information to older cancer patients N. Bol Dutch summary (Nederlandse samenvatting) Dutch summary (Nederlandse samenvatting) Goede informatievoorziening is essentieel voor effectieve

Nadere informatie

Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch. en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa. Physical factors as predictors of psychological and

Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch. en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa. Physical factors as predictors of psychological and Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa Physical factors as predictors of psychological and physical recovery of anorexia nervosa Liesbeth Libbers

Nadere informatie

Samenvatting. The Disability Assessment Structured Interview, Its reliability and validity in work disability assessment, 2010

Samenvatting. The Disability Assessment Structured Interview, Its reliability and validity in work disability assessment, 2010 Samenvatting The Disability Assessment Structured Interview, Its reliability and validity in work disability assessment, 2010 Als werknemers door ziekte hun werk niet meer kunnen doen betaalt de werkgever

Nadere informatie

Relatie tussen Cyberpesten en Opvoeding. Relation between Cyberbullying and Parenting. D.J.A. Steggink. Eerste begeleider: Dr. F.

Relatie tussen Cyberpesten en Opvoeding. Relation between Cyberbullying and Parenting. D.J.A. Steggink. Eerste begeleider: Dr. F. Relatie tussen Cyberpesten en Opvoeding Relation between Cyberbullying and Parenting D.J.A. Steggink Eerste begeleider: Dr. F. Dehue Tweede begeleider: Drs. I. Stevelmans April, 2011 Faculteit Psychologie

Nadere informatie

De relatie tussen Stress Negatief Affect en Opvoedstijl. The relationship between Stress Negative Affect and Parenting Style

De relatie tussen Stress Negatief Affect en Opvoedstijl. The relationship between Stress Negative Affect and Parenting Style De relatie tussen Stress Negatief Affect en Opvoedstijl The relationship between Stress Negative Affect and Parenting Style Jenny Thielman 1 e begeleider: mw. dr. Esther Bakker 2 e begeleider: mw. dr.

Nadere informatie

Uitwisseling tussen teamleden in sociale teams cruciaal voor prestatie

Uitwisseling tussen teamleden in sociale teams cruciaal voor prestatie Uitwisseling tussen teamleden in sociale teams cruciaal voor prestatie Voorlopige resultaten van het onderzoek naar de perceptie van medewerkers in sociale (wijk)teams bij gemeenten - Yvonne Zuidgeest

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse Samenvatting 220 Nederlandse Samenvatting Summary in Dutch Teams spelen een belangrijke rol in moderne organisaties (Devine, Clayton, Phillips, Dunford, & Melner, 1999; Mathieu, Marks, & Zaccaro, 2001). Doordat teams

Nadere informatie

Ontwikkeling De invloed van gedrag op prestatie

Ontwikkeling De invloed van gedrag op prestatie Ontwikkeling De invloed van gedrag op prestatie Een People Analytics onderzoek door Belangrijkste bevindingen De resultaten uit het onderzoek onder de accountmanagers geven duidelijk verschillende patronen

Nadere informatie

De Samenhang tussen Dagelijkse Stress en Depressieve Symptomen en de Mediërende Invloed van Controle en Zelfwaardering

De Samenhang tussen Dagelijkse Stress en Depressieve Symptomen en de Mediërende Invloed van Controle en Zelfwaardering De Samenhang tussen Dagelijkse Stress en Depressieve Symptomen en de Mediërende Invloed van Controle en Zelfwaardering The Relationship between Daily Hassles and Depressive Symptoms and the Mediating Influence

Nadere informatie

Citation for published version (APA): Verbakel, N. J. (2007). Het Chronische Vermoeidheidssyndroom, Fibromyalgie & Reuma.

Citation for published version (APA): Verbakel, N. J. (2007). Het Chronische Vermoeidheidssyndroom, Fibromyalgie & Reuma. University of Groningen Het Chronische Vermoeidheidssyndroom, Fibromyalgie & Reuma. Verbakel, N. J. IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite

Nadere informatie

Huiswerk, het huis uit!

Huiswerk, het huis uit! Huiswerk, het huis uit! Een explorerend onderzoek naar de effecten van studiebegeleiding op attitudes en gedragsdeterminanten en de bijdrage van de sociale- en leeromgeving aan deze effecten Samenvatting

Nadere informatie

De impact van HR op de business. Jaap Paauwe, Job Hoogendoorn en HR compliance

De impact van HR op de business. Jaap Paauwe, Job Hoogendoorn en HR compliance De impact van HR op de business Jaap Paauwe, Job Hoogendoorn en HR compliance Inhoudsopgave Heeft HR impact op de business? (interview met Jaap Paauwe) Certificering HR is must (interview met Job Hoogendoorn)

Nadere informatie

Leiderschap De invloed van teamleiders op de teamprestaties

Leiderschap De invloed van teamleiders op de teamprestaties Leiderschap De invloed van teamleiders op de teamprestaties Een People Analytics onderzoek door Introductie: Waarom onderzoek naar leidinggevenden in een callcenter? Een organisatie ontwikkelt wanneer

Nadere informatie

Inhoudsopgave Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.

Inhoudsopgave Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Validatie van het EHF meetinstrument tijdens de Jonge Volwassenheid en meer specifiek in relatie tot ADHD Validation of the EHF assessment instrument during Emerging Adulthood, and more specific in relation

Nadere informatie

Q1000 Richtlijnen voor verantwoord testgebruik

Q1000 Richtlijnen voor verantwoord testgebruik Q1000 Richtlijnen voor verantwoord testgebruik Inleiding Tests vormen een belangrijk hulpmiddel bij het adviseren aan en het selecteren van personen. Voor de geteste personen kunnen de resultaten verstrekkende

Nadere informatie

Positieve, Negatieve en Depressieve Subklinische Psychotische Symptomen en het Effect van Stress en Sekse op deze Subklinische Psychotische Symptomen

Positieve, Negatieve en Depressieve Subklinische Psychotische Symptomen en het Effect van Stress en Sekse op deze Subklinische Psychotische Symptomen Positieve, Negatieve en Depressieve Subklinische Psychotische Symptomen en het Effect van Stress en Sekse op deze Subklinische Psychotische Symptomen Positive, Negative and Depressive Subclinical Psychotic

Nadere informatie

TMA 360º feedback Flexibel en online. TMA 360º feedback werkboek. Dank u voor het gebruiken van de TMA 360º feedback competentie-analyse

TMA 360º feedback Flexibel en online. TMA 360º feedback werkboek. Dank u voor het gebruiken van de TMA 360º feedback competentie-analyse Haal het maximale uit de TMA 360º fb competentieanalyse Dank u voor het gebruiken van de TMA 360º feedback competentie-analyse 360º feedback is een krachtig instrument, maar dient op de juiste wijze gebruikt

Nadere informatie

Wervings- en selectieprocedures en discriminatie: een bevraging van HRpersoneel. Lieve Eeman en Miet Lamberts - HIVA

Wervings- en selectieprocedures en discriminatie: een bevraging van HRpersoneel. Lieve Eeman en Miet Lamberts - HIVA Wervings- en selectieprocedures en discriminatie: een bevraging van HRpersoneel Lieve Eeman en Miet Lamberts - HIVA OVERZICHT 1. Situering en onderzoeksvragen 2. Methode 3. Wervings- en selectieprocedures

Nadere informatie

Sekseverschillen in Huilfrequentie en Psychosociale Problemen. bij Schoolgaande Kinderen van 6 tot 10 jaar

Sekseverschillen in Huilfrequentie en Psychosociale Problemen. bij Schoolgaande Kinderen van 6 tot 10 jaar Sekseverschillen in Huilfrequentie en Psychosociale Problemen bij Schoolgaande Kinderen van 6 tot 10 jaar Gender Differences in Crying Frequency and Psychosocial Problems in Schoolgoing Children aged 6

Nadere informatie

De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag. The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior

De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag. The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior Martin. W. van Duijn Student: 838797266 Eerste begeleider:

Nadere informatie