Mathematics for Industry 13 JAARVERSLAG 2001

Transcriptie

1 Mathematics for Industry 13 JAARVERSLAG 2001 De opleiding is opgezet en wordt verzorgd door de faculteit Wiskunde en Informatica. De opleiding biedt afgestudeerd wiskundigen uit binnen- en buitenland en afgestudeerden op vakgebieden met nauwe verwantschap aan de wiskunde, met name de natuurkunde en de econometrie, een oriëntatie op industrieel wiskundige toepassingen en de daarbij benodigde wiskundige verbreding. De opleiding kent drie stromen die elk een oriëntatie bieden op een eigen toepassingsgebied: - de T-stroom gericht op het mathematisch fysisch toepassingsgebied; - de B-stroom gericht op het toepassingsgebied van bedrijfsvoering en bedrijfsprocessen; - de C/I-stroom gericht op het brede terrein van communicatie- en informatieprocessen. Elke stroom valt onder de verantwoordelijkheid van een stroomleider, respectievelijk, dr.ir. A.A.F. van de Ven voor de T-stroom, dr.ir. I.J.B.F. Adan voor de B-stroom en prof.dr.ir. H.C.A. van Tilborg voor de C/I-stroom. Samen met prof.dr.ir. J. van der Wal, directeur van de opleiding en de coördinator, dr.ir. S.J.L. van Eijndhoven, vormen zij het dagelijks bestuur. In de regel komt dit vijftal eens in de drie weken bijeen voor informeel overleg. Het aantal cursisten op 1 januari 2001 was 25 en steeg gedurende het jaar naar 31 op 1 maart Op 31 december 2001, waren er 29 cursisten in de opleiding. Van deze 29 cursisten komen er 17 uit het buitenland. De verdeling naar de stromen is als volgt: - 11 cursisten in de T-stroom; - 15 cursisten in de B-stroom; - 3 cursisten in de C/I-stroom. In 2001 zijn 12 cursisten aan de opleiding begonnen. Van deze 12 cursisten komen er 7 uit het buitenland. De verdeling naar de stromen is als volgt: - 6 cursisten in de T-stroom; - 5 in de B-stroom; - 1 in de C/I-stroom. Er zijn in 2001 zijn 7 MTD-diploma s uitgereikt, en wel 4 in de T-stroom en 3 in de C/I-stroom. We stellen een zorgelijke ontwikkeling vast betreffende het aantal cursisten in de C/I-stroom, dat een kennelijk dieptepunt heeft bereikt. Het is niet de verwachting dat hierin in de nabij toekomst enige verandering in zal optreden. Een gericht wervingsbeleid zou het tij wellicht kunnen keren. Deze ontwikkeling is des te navranter bezien in het licht van de groeiende vraag naar academici die geschoold zijn op het gebied van coderingtheorie, cryptologie en van signaal- en beeldverwerking. Het economische klimaat voor afgestudeerden op exacte vakgebieden is in Nederland nog steeds gunstig en leidt tot relatieve afname van het aantal Nederlandse cursisten in de opleiding. Anticipatie op een overwicht van buitenlandse cursisten is derhalve noodzaak. Omdat deze cursisten voor het merendeel afkomstig zijn uit Oost-Europa en een andere culturele en industriële traditie hebben dan de West-Europese, is zorgvuldige screening van kandidaten een zeer gewichtige zaak. Vanaf 1 oktober 2001 zullen alle buitenlandse sollicitanten voorafgaande aan hun sollicitatiegesprek als assessment een periode van tenminste drie dagen besteden aan een klein modelleringproject in groepsverband. Ook, na toelating tot de opleiding, is het aanleren van vaardigheden die niet typisch wiskundig van aard zijn, essentieel. Het "Professional Development" traject is zeker voor buitenlandse cursisten van uiterste importantie. 1

2 We noemen een aantal ontwikkelingen die in 2001 zijn opgestart of hun voltooiing hebben bereikt en een aantal activiteiten die hebben plaatsgevonden. - De opleiding heeft in haar beginjaren veel profijt gehad van het samenwerkingsverband ECMI. Het opstarten van een na-doctorale opleiding Wiskunde voor de Industrie is geen triviale zaak. Een aantal Europese universiteiten besloten destijds opleidingen op te zetten met een oriëntatie op industriële wiskunde. Er werd een studieprogramma ontwikkeld dat inmiddels op een negental universiteiten (Kaiserslautern, Linz, Grenoble, Milaan, Lyngby, Trondheim, Lund, Göteborg en Graz) in het eigen curriculum is geïntegreerd. Ook in Eindhoven is het ECMI-programma lange tijd de voornaamste leidraad geweest bij het vaststellen van de individuele opleidingsplannen, en werden de eindprojecten getoetst aan de hand van de criteria van ECMI. We hebben echter moeten vaststellen dat de ontwikkeling rondom het programma Wiskunde voor de Industrie, en zeker die van de laatste jaren, niet gevolgd werden door de andere ECMI-partners. Waar in Eindhoven wiskunde een voornaam middel ter oplossing van een concreet probleem is, blijft voor de andere partners wiskunde het doel, met als drijfveer en bron van inspiratie een concreet probleem. Eindhoven werd binnen het ECMI-programma steeds meer een buitenbeentje en onttrok zich aan de strakke regie die de andere partners voorstonden. Het Eindhovense programma bleek niet langer in te passen en hield geen gelijke tred met de ontwikkeling in de partner universiteiten. De opleiding zal derhalve niet langer deel uit maken van het onderwijsprogramma van ECMI. Overigens zijn daarmee de individuele contacten, die in het verleden zijn opgebouwd, niet verloren. - Door voornoemd samenwerkingsverband wordt jaarlijks een modelleringweek georganiseerd. Wij hebben dit ECMI-concept gedeeltelijk overgenomen. Het programma organiseerde gedurende de afgelopen drie jaren zelf een modelleringweek voor eigen cursisten en belangstellenden. Voor de cursisten maakt de modelleringweek onderdeel uit van hun onderwijsprogramma, voor sollicitanten biedt zij een assessment voorafgaande aan het sollicitatiegesprek en voor belangstellenden in de opleiding een uitgelezen mogelijkheid kennis te maken met aspecten van industriële wiskunde die een standaard universitair curriculum niet belicht. In 2001 vond de modelleringweek plaats van 24 september tot en met 1 oktober. Er waren 27 deelnemers waarvan 14 eigen cursisten en 7 sollicitanten. In het totaal waren er slechts 2 belangstellenden uit Nederland, ondanks gerichte wervingsacties en aankondiging op de website van de opleiding. Vooral het ontbreken van iedere belangstelling vanuit de eigen Eindhovense eerste fase studentengeleding is ronduit teleurstellend. - De opleidingsduur van de eerste fase curricula van de technische universiteiten en beta-faculteiten is verruimd met één jaar. Dit brengt veranderingen teweeg in de relatie tussen de tweede fase opleiding Wiskunde voor de Industrie en de eerste fase opleiding Technische Wiskunde van TU/e. Het management van de opleiding heeft een voorstel geformuleerd voor een alternatief vijfde jaar van de eerste fase opleiding dat tegelijk het eerste jaar is van de tweede fase opleiding, een zogenaamde opstijgvariant. Geschikte Eindhovense kandidaten worden zo in staat gesteld in zes jaar zowel het ingenieursdiploma als het MTD-diploma te verwerven. In het jaar 2002 zal een discussie gevoerd moeten worden aangaande de eventuele integratie en in welke vorm, van de ontwerpersopleiding en de in te richten master opleidingen. - Er is een start gemaakt met de standaardisering van de evaluatie van cursisten. Gedacht wordt aan een constructie waarin iedere cursist een logboek bijhoudt waarin verslag gedaan wordt van ontplooide activiteiten zoals cursussen, seminaria en projectwerk. Na zes maanden vanaf de aanvangsdatum vindt een formele evaluatie plaats van de cursist, waarin de betreffende stroomleider, de opleidingsdirecteur en de coördinator betrokken zijn. Deze evaluatie zal leiden tot een besluit de cursist wel of niet binnen de opleiding te houden. Belangrijke criteria hierbij zijn wiskundige kwaliteit en sociale en communicatieve vaardigheden en, meer in het bijzonder, uitvoering van projecten in het kader van het modellenseminarium en afronding van een aantal kerncursussen. - Tot ons genoegen mogen we vaststellen dat de leergang Professional Development nu volledig is geïntegreerd in het curriculum en een voor cursisten en staf herkenbare positie heeft verworven. In 2001 zijn meer programma-onderdelen gekoppeld aan PD. Zo heeft in de voorbereiding van de modelleringweek PD een herkenbare rol vervuld: iedere groep had een groepleider met duidelijk taken; middels rollenspelen is nadruk gelegd op de werking van een groep. Ter verbetering van de uitvoering van eindprojecten zijn twee terugkeer momenten georganiseerd voor cursisten die op eindproject zijn. Eén na zo'n drie maanden en één na zo'n zes maanden na aanvang van het eindproject. Hierin kunnen de cursisten reflecteren ten aanzien van hun sterke punten en leerpunten en hun ervaringen naar elkaar toe uitwisselen. 2

3 - Er is een aanvang gemaakt met het opzetten van twee nieuwe onderwijsblokken, en wel een Blok Optimalisering en een Blok Numerieke Wiskunde. Het SAI zal verzocht worden de financiële middelen te verschaffen voor deze onderwijs- vernieuwingen. Momenteel zijn we aangewezen op eerste fase cursussen op genoemde terreinen. Daarmee komt het aantal onderwijsblokken op 9. Het voeren van eigen onderwijs is belangrijk want zodoende heeft de opleiding controle over vorm en inhoud van haar onderwijs. Eigen onderwijs is natuurlijk kostbaar maar ook hier gaan de kosten naar wij hopen voor de baat. - Voor het cursusjaar 2001/2002 is er een pilot aangaande Technical Writing and Editing (TWE). Gedurende dit cursusjaar heeft de opleiding de beschikking over een TWE-coach, in de persoon van dr. Judith Strother. Naast het uitzetten van een TWE-traject zal zij de nodige impulsen genereren om het schrijven van industriële rapporten op een kwalitatief hoger plan te brengen. Zij zal betrokken zijn bij de beoordeling van alle rapporten die in het kader van het modellenseminarium tot stand komen. - Het eindproject van ir. Dave Bekers, afgerond in april 2001, heeft een vervolg gekregen in een promotie op proefontwerp. Daarmee is het aantal promoties op proefontwerp dat door de opleiding is geïnitieerd gekomen op 5. - In augustus 2001 zijn de ruimten HG voorzien van nieuw meubilair. Met deze facelift kunnen we de cursisten gedurende een reeks van jaren ergonomisch verantwoorde werkruimten bieden. Ook het secretariaat is in deze facelift betrokken. 3

4 WETENSCHAPPELIJKE PUBLICATIES Batina, Lejla M.Sc. Power Analysis Attacks on Cryptographic Algorithms Eindverslag Ontwerpersopleiding Wiskunde voor de Industrie (COPRO 00.90) SAI, Eindhoven april 2001, ISBN Ulicevic, Tatjana MSc. Skin effect in a gradient coil Eindverslag Ontwerpersopleiding Wiskunde voor de Industrie (COPRO 00.91) SAI, Eindhoven maart 2001, ISBN Hagman, Friso ir. Foot Kinematics described from Pressure Measurement Data Eindverslag Ontwerpersopleiding Wiskunde voor de Industrie (COPRO 00.92) SAI, Eindhoven maart 2001, ISBN Bekers, Dave J. ir. Finitely Large Phased Arrays of Microstrip Antennas Analysis and Design Eindverslag Ontwerpersopleiding Wiskunde voor de Industrie (COPRO 00.93) SAI, Eindhoven april 2001, ISBN Zegers, Martijn W.M. ir. Document Image Matching Eindverslag Ontwerpersopleiding Wiskunde voor de Industrie (COPRO 00.94) Vollebregt, Martijntje H.M. ir. Modelling the effect of Cross-Flow on the Climate in T ransport Containers for Perishable Goods Eindverslag Ontwerpersopleiding Wiskunde voor de Industrie (COPRO 01.01) SAI, Eindhoven september 2001, ISBN X Ketelaars, Nicole J.J.P. drs Automated License Plate Recognition Eindverslag Ontwerpersopleiding Wiskunde voor de Industrie (COPRO 01.02) SAI, Eindhoven september 2001, ISBN

5 STUDENT REPORTS Student Report Bed Assignment and Changing Funding Policy at Rijnstate Hospital, Arnhem Larissa Kotova and Vitali Romanov (Modeling project 00.07) Student Report Design of a Programme Coding Scheme Gergely Alpár and Gido Schmitz (Modeling project 00.12) Student Report A Model for the Rolling of a Cigar Florin Mezei and Gido Schmitz (Modeling project 00.05) Student Report The modeling of a job shop mproving an Axxicon production plant Larissa Kotova and Johan van Leeuwaarden (Modeling project 00.15) Student Report Project Grote Beek Dawi Janse van Rensburg and Jan Willem Weenink (Modeling project 00.09) Student Report Improving planning policy of patients and resources for the St. Maartens Gasthuis hospital in Venlo Alena Belitskaya and Jan Willem Weenink (Modeling project 00.02) Student Report Pressure distribution through the fat layer of the foot Jan Kroot and Evgueni Chtcherbakov (Modeling project 00.08) Student Report Analysis of the impedance spectrum of a piezoelectric crystal Evgueni Chtcherbakov and Jan Kroot (Modeling project 00.13) Student Report Effective stock utilization for producing LED-based lighting devices Ioana Deac and Vladimir Milosserdov (Modeling project 00.11) Student Report Plastic Flow Heat Control Vincent van Antwerpen and Xiaogang Mao (Modeling project 00.14) Student Report The Funding of Research Proposals Bram Kranenburg and Sander de Putter (Modeling project 01.01) Student Report Visualization of the tuning process design of microlithography systems Pavel Iljin and Valeriy Voitischuck (Modeling project 01.02) Student Report Failure prediction for copying machines Larissa Kotova, Bram Kranenburg and Vladimir Milosserdov (Modeling project 01.09) Student Report Mass Center Approach for Document Retrieval Xiaogang Mao and Natalia Rosca (Modeling project 01.10) Student Report Classification of prepaid mobile phones users Talia Figarella and Pavel Iljin (Modeling project 01.11) Student Report An inventory model for the Axxicon production plant Ioana Deaca and Alin Rosca (Modeling project 01.12) 5

6 MODELLERINGPROJECTEN Modeling project Bram Kranenburg and Sander de Putter NWO Exacte Wetenschappen (Den Haag) (Student Report 01-01, The Funding of Research Proposals) Modeling project Pavel Iljin and Valeriy Voitishchuk ASML (Veldhoven) (Student Report 01-02, Visualization of the tuning process design of microlithography systems) Modeling project Gergely Alpar and Valeriy Voitishchuk Philips Research (Eindhoven) Modeling project Suzanne van der Linden and Johan van Leeuwaarden Prismant (Utrecht) Modeling project Gido Schmitz TU/e (Eindhoven) Modeling project is vervallen Modeling project Evgenia Balmashnova and Vincent van Antwerpen Modeling project Alexei Balmashnov and Sander de Putter Modeling project Larissa Kotova, Vladimir Milosserdov and Bram Kranenburg Eurandom/Xerox (Eindhoven) (Student Report 01-09, Failure prediction for copying machines) Modeling project Natalia Rosca and Xiaogang Mao (Student Report 01-10, Mass Center Approach for Document Retrieval) Modeling project Talia Figarella and Pavel Iljin Libertel Vodafone (Maastricht) (Student Report 01-11, Classification of prepaid mobile phones users) Modeling project Ana Ioana Deac and Alin Rosca Axxicon (Helmond) (Student Report 01-12, An inventory model for the Axxicon production plant) Modeling project Shirley Ortega, Evgueny Chtcherbakov and Esther Vinken Philips Medical Systems (Best) Modeling project Esther Bongenaar and Pavel Iljin Shell Nederland Chemie B.V. (Moerdijk) Modeling project Suzanne van der Linden and Natalia Rosca Philips ASA Lab (Eindhoven) 6

7 Modeling project Sander de Putter and Roel Hermans TNO (Eindhoven) Modeling project Vincent van Antwerpen and Bram Kranenburg JDS Uniphase (Eindhoven) Modeling project Willem Dijkstra and Xiaogang Mao Innovation Handling (Eindhoven) Modeling project Talia Figarella and Lucie van der Logt St. Maartens Gasthuis (Venlo) Modeling project Shirley Ortega and Esther Vinken Academisch Ziekenhuis (Leiden) 7

8 EINDPROJECTEN Copro Martijntje Vollebregt ATO BV (Wageningen) Copro Nicole Ketelaars Beltech B.V. (Eindhoven) Copro Florin Mezei Toolex (Eindhoven) Copro Vitali Romanov Philips Research (Eindhoven) Copro Valeriy Voitishchuck Philips Research (Eindhoven) Copro Elena Belitskaya Copro Dawi Janse van Rensburg ASML (Veldhoven) Copro Jan Kroot Philips Medical Systems (Best) Copro Gido Schmitz Nationaal Bureau voor Verbindingsbeveiliging (Den Haag) Copro Gergely Alpar Philips Research (Eindnoven) Copro Vladimir Milosserdov ATO-DLO (Wageningen) Copro Ioana Deac Beltech (Eindhoven) Copro Larissa Kotova TU/e (Eindhoven) Copro Evgueny Chtcherbakov 8