GRP Lingewaard achtergronddocument

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "GRP Lingewaard achtergronddocument"

Transcriptie

1 ontwerp revisie september 2016

2

3 Inhoudsopgave Blz. 1 Inleiding 1 2 De context van de gemeentelijke watertaken Begrippenkader De taakstellingen en verplichtingen van de betrokken partijen 9 3 Wettelijk kader; taken en plichten gemeente 11 4 Kwaliteitscatalogus Stedelijk afvalwater Hemelwater Grondwater Protocollen 28 5 Evaluatie vgrp en Waterplan vgrp Waterplan Resumé 32 6 De voorzieningen in Lingewaard Leeftijdsopbouw vrijverval riolering De huidige arealen Overzicht niet gerioleerde lozingen Verwachte areaaluitbreiding 36 7 Nulmeting Lingewaard De basis voor de nulmeting De resultaten van de nulmeting Stedelijk afvalwater Hemelwater Grondwater Budget 2016 (begroting) 42 8 Wat vinden wij belangrijk? Ambitieverkenning Wat is ambitie? Proces ambitieverkenning Uitgangsniveau Basis Kwaliteitsaccenten Uitwerking in ambitiescenario s Keuze scenario 46

4 9 Wat betekent dit? Ambitieprofiel Wat betekent dit? Activiteitenprogramma Kostendekkingplan Uitgangspunten en rekenmethode Ontwikkeling lasten Voorstel tariefsontwikkeling Raadsbesluit Reactie derden 63 Bijlage 1 Invulling protocollen kwaliteitscatalogus Bijlage 2 Grondwaterbeleid Bijlage 3 Detail evaluatie vgrp Waterplan 2008 Bijlage 4 Overzicht niet gerioleerde lozingen Bijlage 5 Onderbouwing nulmeting Bijlage 6 Kostendekkingplan

5 1 Inleiding Sinds de komst van riolering begin 1900 is de hygiëne van de Nederlandse huishoudens met sprongen vooruitgegaan. Ook het milieu is gebaat bij het bestaan van de huidige rioleringszorg. Het is nog niet zo heel lang geleden dat het verzamelde afvalwater rechtstreeks op sloten, vijvers en kanalen werd geloosd. Nu wordt al het afvalwater eerst gezuiverd voordat het in oppervlaktewater terecht komt. Hemelwater is daarentegen in principe schoon en kan op een sloot geloosd worden of worden geïnfiltreerd in de bodem. riolering dient drie belangen: 1. bescherming van de volksgezondheid en volkshygiëne; 2. bescherming van het milieu; 3. het instandhouden van de kwaliteit van de leefomgeving. De gemeentelijke watertaken Het inzamelen en verwerken van afvalwater en overtollig hemelwater is een taak van de gemeente. Het waterschap zorgt vervolgens voor de zuivering van het afvalwater. In 2008 zijn de gemeentelijke watertaken verbreed; de gemeente heeft toen ook een regierol gekregen in de aanpak van structurele grondwateroverlast in het stedelijk gebied. Deze gemeentelijke watertaken zijn verankerd in de Wet milieubeheer en de Waterwet. De watertaken van de gemeente gaan verder dan de buizen onder de grond. Ook drainage, sloten en greppels maken onderdeel uit van de gemeentelijke watertaken. Het geheel aan voorzieningen is een enorm kapitaalgoed. Zo ligt er in totaal circa 400 kilometer riolering, opgesplitst in ruim 300 kilometer aan buizen en 97 kilometer aan mechanische riolering onder de gemeentelijke grond. De totale vervangingswaarde is ingeschat op circa 195 mln. Alleen al aan het reguliere beheer van de riolering wordt jaarlijks circa 1,1 miljoen besteed. Onvoldoende beheer en onderhoud leidt tot kapitaalvernietiging. Het is daarom van belang dat de gemeentelijke watertaken serieus en efficiënt worden aangepakt, anders kan het grote gevolgen hebben voor de volksgezondheid, veiligheid en de financiën. In de Wet Milieubeheer is daarom sinds 1993 een planverplichting opgenomen tot het opstellen van een Gemeentelijk Rioleringsplan (hierna GRP). Het GRP geeft inzicht in de aanleg, tijdige vervanging, verbeteringen, beheer en onderhoud van de voorzieningen en natuurlijk in de kosten van al deze facetten. De termijn van het vigerend GRP Lingewaard is eind 2015 verlopen en daarna verlengd tot eind Om aan de wettelijke planverplichting te (blijven) voldoen is een nieuw GRP noodzakelijk. Doelstelling GRP Dit GRP beschrijft de beleidsvoornemens en (bijbehorende) maatregelen voor inzameling, transport en (lokale) verwerking van stedelijk afval-, hemel- en grondwater in de gemeente Lingewaard voor de periode Het beleidsplan vertaalt voorgenomen maatregelen in een kostendekkingplan en geeft aan welke gevolgen dit heeft voor de rioolheffing. Relatie GRP - Waterplan In 2008 hebben de gemeente Lingewaard en Waterschap Rivierenland gezamenlijk het Waterplan Lingewaard opgesteld. Dit plan is door beide besturen vastgesteld. Het doel van het Waterplan is het aangeven van oplossingsrichtingen en het afspreken van maatregelen voor waterhuishoudkundige problemen (tekort waterberging, waterkwaliteitsproblemen, etc). Daarbij ligt de nadruk op het pakken van kansen in stedelijk gebied. Het Waterplan bevat een uitvoeringsprogramma en een kostenraming. De kosten van de gemeente worden gedekt vanuit de rioolheffing. Daarom maakt het Waterplan onderdeel uit van dit GRP. Een groot deel van de maatregelen is reeds uitgevoerd. De resterende maatregelen zijn opgenomen in dit nieuwe GRP. Blad 1 van 96

6 Van beleidskader naar operationele plannen De gemeenteraad is verantwoordelijk voor het stellen van het beleidskader, het college is vervolgens verantwoordelijk voor de uitvoering van het beleidskader. Met dit GRP wordt het beleidskader voor de gemeentelijke watertaken vastgesteld voor de periode 2017 tot en met De komende jaren kunnen inzichten en planningen wijzigen. Daardoor dienen zich mogelijk nieuwe projecten aan. Deze ontwikkelingen worden in de operationele plannen meegenomen. De gehanteerde planperiode geeft echter over een redelijke termijn zekerheid voor een gericht rioleringsbeleid en biedt voldoende flexibiliteit voor een tijdige bijsturing. Planvorming, betrokken partijen Dit GRP is onder begeleiding van Antea Group en in nauwe samenwerking met de gemeente Lingewaard opgesteld. Hierbij is een zorgvuldig en gedegen proces doorlopen, met de start in november Onderstaand het gevolgde processchema. Technisch beheer (het rioolbeheerplan) Technisch functioneren (o.a. de basisrioleringsplannen en het waterplan) Grondwaterbeleid Kostendekkingsplan Er is gekozen voor het werken met een kernprojectgroep en een brede projectgroep. De brede projectgroep bestaat uit 12 leden met vertegenwoordigers van de verschillende afdelingen van de gemeente, het Waterschap Rivierenland/Rijkswaterstaat, de Omgevingsdienst Regio Arnhem en adviseurs van Antea Group. Op verschillende momenten in het proces is de brede projectgroep bij elkaar gekomen om het nieuwe GRP vorm te geven en in te richten. Blad 2 van 61

7 Op donderdag 21 april 2016 is de gemeenteraad van Lingewaard bijgepraat over het opstellen van dit nieuwe GRP. Met trots presenteren wij hierbij het resultaat van dit project. Leeswijzer Het GRP bestaat naast dit uit een hoofdrapport. Dit bevat de relevante en verplichte (technische) onderbouwing die benodigd is geweest om het hoofdrapport op te kunnen stellen. Het geeft achtereenvolgens inzage in: Wat moeten wij? Waar staan wij? Wat vinden wij belangrijk? Wat betekent dit? - De context van de gemeentelijke watertaken (hoofdstuk 2) - Het wettelijk kader, taken en plichten (hoofdstuk 3) - De kwaliteitscatalogus (hoofdstuk 4) - Een evaluatie van het huidig kader (hoofdstuk 5) - Een overzicht van de voorzieningen/ het areaal (hoofdstuk 6) - De nulmeting (hoofdstuk 7) - Een nadere toelichting op de ambitieverkenning en de resultaten hiervan (hoofdstuk 8) - Het ambitiesprofiel (hoofdstuk 9) - Het activiteitenprogramma van het beleidsscenario (hoofdstuk 10) - Uitwerking van de middelen en kostendekking (hoofdstuk 11) Blad 3 van 61

8 2 De context van de gemeentelijke watertaken De gemeentelijke watertaken omvatten meer dan de zorg voor een stelsel van buizen in de grond. Om de inhoud van dit GRP te kunnen begrijpen is kennis nodig van de (milieu) technische, financiële, organisatorische en juridische aspecten. Dit hoofdstuk beschrijft de context van de gemeentelijke watertaken. 2.1 Begrippenkader Het vakgebied van de gemeentelijke watertaken kent een eigen begrippenkader. De belangrijkste begrippen worden in deze paragraaf toegelicht. Verschillende soorten afvalwater Met de wetswijziging door de Wet gemeentelijke watertaken is het onderscheid in verschillende soorten afvalwater per 1 januari 2008 als volgt: Huishoudelijk afvalwater: afvalwater dat overwegend afkomstig is van menselijke stofwisseling en huishoudelijke werkzaamheden; Bedrijfsafvalwater: afvalwater dat vrijkomt bij bedrijfsmatige processen en dat geen huishoudelijk afvalwater, afvloeiend hemelwater of grondwater is; Glastuinbouw afvalwater: afvalwater dat vrijkomt bij de teelt van gewassen in kassen en dat geen huishoudelijk afvalwater, afvloeiend hemelwater of grondwater is. Het gaat hier onder andere om spoelwater, spuiwater, drainagewater, reinigingswater en condenswater; Stedelijk afvalwater: huishoudelijk afvalwater of een mengsel daarvan met bedrijfsafvalwater, hemelwater, glastuinbouw afvalwater, grondwater of ander afvalwater; Ander afvalwater: datgene wat niet onder een van voorgaande begrippen is te vatten. Een voorbeeld van 'ander afvalwater' is 'zwembadwater' bij een particulier huishouden dat geloosd moet worden. Te lozen zwembadwater van een professioneel zwembad is echter bedrijfsafvalwater. Particulier terrein De particulier is op eigen terrein verantwoordelijk voor de staat van zijn woning en perceel. Hieronder valt ook het in stand houden van de diverse leidingen (binnens- en buitenshuis) die gebruikt worden voor het inzamelen en afvoeren van afvalwater. Op de erfgrens gaat de verantwoordelijkheid over naar de gemeente. Op de erfgrens is veelal een zogenaamd ontstoppingsstuk aangebracht. Via dat ontstoppingsstuk wordt in geval van een verstopping nagegaan in welke deel van de riolering de verstopping aanwezig is (particulier of gemeente). In geval van een verstopping zoekt de particulier het ontstoppingsstuk op. Is de verstopping in het gemeentelijk deel van de riolering aanwezig dan lost de gemeente deze op. Bij een verstopping in het deel van de particulier is de particulier zelf verantwoordelijk voor het oplossen. Blad 4 van 61

9 Watersysteem Het watersysteem bestaat uit verschillende onderdelen waarbij water in zijn verschillende verschijningsvormen met elkaar samenhangt. Zo valt hemelwater op de grond en zakt in de bodem (grondwater) of loopt naar het zichtbare water in vijvers en sloten (oppervlaktewater). Het grootste deel komt uiteindelijk in zee terecht. Daar verdampt het, vormt het wolken die naar land drijven en opnieuw neerslag geven (hemelwater). Dit vormt de natuurlijke weg van het water - de natuurlijke waterkringloop - ook wel watersysteem genoemd. Rioolgemaal Om de stroomsnelheid te bewaren, lopen riolen schuin omlaag, dit noemen we vrijverval riolering. Wanneer de riolen circa 3 meter diep onder de grond liggen wordt een pomp (rioolgemaal) geplaatst dat het water omhoog pompt in een hoger gelegen deel van het rioolstelsel of over langere afstand transporteert. Dit is goedkoper dan het riool over grote afstand steeds dieper leggen. Rioolwaterwaterzuiveringsinstallatie (RWZI) Het ingezamelde afval- en hemelwater wordt via rioolgemalen en persleidingen afgevoerd naar de rioolwaterzuiveringsinstallatie (RWZI) waar het wordt gezuiverd. Overnamepunten In de rioleringszorg is sprake van een tweetal zogenaamde overnamepunten. Allereerst het punt waar de gemeente het stedelijk afvalwater (hemelwater + afvalwater) van de particulieren (woningen en bedrijven) overneemt. Het tweede punt betreft het punt waar het Waterschap het stedelijk afvalwater overneemt van de gemeente (aansluitpunt). Gemengd rioolstelsel Riolen zijn niets meer of minder dan middelen voor de inzameling en transport van afval- en hemelwater. Er bestaan verschillende typen rioolstelsels. In Lingewaard bestaat iets minder dan de helft van de vrijverval riolen uit gemengde rioolstelsels. Bij een gemengd rioolstelsel wordt overtollig hemelwater gezamenlijk met huishoudelijk en bedrijfsafvalwater ingezameld en afgevoerd. Het gemengde stelsel moet dus geschikt zijn om bij zware regenval aanzienlijke hoeveelheden hemelwater en afvalwater te bergen en af te voeren. Riooloverstort Het is niet doelmatig om het gemengde rioolstelsel zo groot te maken dat bij hevige regenval al het met hemelwater verdund afvalwater kan worden afgevoerd naar de RWZI. In het rioolstelsel zijn daarom op verschillende plaatsen riooloverstorten aanwezig. Via een overstort wordt het verdund afvalwater dat, in extreme gevallen, niet door de riolering kan worden verwerkt, afgevoerd naar oppervlaktewater. Het oppervlaktewater raakt hierdoor mogelijk vervuild waardoor risico's voor de volksgezondheid en aantasting van natuurwaarden kunnen optreden. Blad 5 van 61

10 Randvoorziening Om de omvang en schade van riooloverstortingen te verminderen zijn op diverse plekken in Lingewaard randvoorzieningen aangelegd bij de riooloverstorten. De randvoorzieningen zijn uitgevoerd als bergbezinkbassin of bergbezinkleiding. Dit is een grote betonnen bak waarin afvalwater tijdelijk wordt geborgen. Als de bui is overgetrokken en het riool niet meer vol is, stroomt het afvalwater en het vervuilde slib terug het rioolstelsel in naar de zuivering. Door deze extra inhoud aan het rioolstelsel toe te voegen, daalt het aantal riooloverstortingen. Daarnaast is de voorziening zo ontworpen dat het verontreinigde slib zo veel mogelijk bezinkt. Het water dat alsnog overstort vanuit de randvoorziening op oppervlaktewater is verdund en relatief schoon. Afkoppelen Een meer duurzame methode om riooloverstortingen te verminderen is voorkomen dat (te veel) schoon hemelwater in het gemengde rioolstelsel terecht komt. Dit kan door hemelwateraansluitingen van het gemengde rioolstelsel 'af te koppelen'. Bijkomend voordeel van afkoppelen is dat het rendement van de rioolwaterzuiveringsinstallatie toeneemt. Afgekoppeld hemelwater kan in de bodem worden geïnfiltreerd of direct worden afgevoerd naar oppervlaktewater. De afkoppelmogelijkheden zijn afhankelijk van de plaatselijke bodemopbouw, de grondwaterstand en de aanwezigheid van oppervlaktewater. Gescheiden en verbeterd gescheiden rioolstelsels Om overstortingen van afvalwater te voorkomen zijn in woonwijken en op bedrijventerreinen zogenaamde (verbeterd) gescheiden rioolstelsels aangelegd. Een verbeterd gescheiden stelsel bestaat uit een apart riool voor het afvalwater en een apart hemelwaterriool, die onderling gekoppeld zijn. Bij volledig gescheiden stelsels ontbreekt een koppeling en komt meegespoeld vuil van bijvoorbeeld wegen via het hemelwaterriool rechtstreeks in het oppervlaktewater terecht. Dit wordt de 'first flush' genoemd en gebeurt aan het begin van een regenbui, na een droge periode. In verbeterd gescheiden stelsels stroomt de first flush door de koppeling naar het afvalwaterriool en vandaar naar de RWZI. De koppeling is zo gemaakt dat alleen water van het hemelwaterstelsel naar het afvalwaterstelsel kan stromen en niet andersom. In veel gevallen is de scheiding tussen het afvalwater en hemelwaterriool tot in het gemaal doorgevoerd. Nadeel van verbeterd gescheiden stelsels is dat (op jaarbasis) een groot deel van het hemelwater naar de RWZI wordt getransporteerd. Om dit probleem te voorkomen zijn er de laatste jaren verbeteringen ontwikkeld die de afvoer van hemelwater beperken (o.a. draaitijdbeperking op de gemalen en het toepassen van automatisch afsluiten). Blad 6 van 61

11 Mechanische riolering (drukriolering of vacuümriolering) Is een riolering met natuurlijk verval niet mogelijk of in ieder geval onpraktisch of ondoelmatig, dan wordt mechanische riolering toegepast. In Lingewaard gaat het om drukriolering of vacuümriolering. Drukriolering wordt in het buitengebied toegepast om het afvalwater van verspreid liggende boerderijen en andere percelen naar een rioolwaterzuiveringsinrichting te vervoeren. Als het waterpeil in de put een bepaald niveau bereikt, dan zorgt het systeem er automatisch voor dat de put geleegd wordt. Bij drukriolering leegt een afvalwaterpomp één of enkele malen per etmaal de pompput en duwt het verzamelde afvalwater in de leiding. Bij vacuümriolering wordt de leiding door een hoofdstation vacuüm gezogen. Met mechanische riolering wordt uitsluitend afvalwater getransporteerd in verband met de beschikbare capaciteit. Hemelwater wordt lokaal afgevoerd naar de bodem of open water. Hemelwateroverlast Riolering Door de klimaatverandering zullen zeer zware regenbuien vaker en heftiger optreden. In alle KNMI-scenario s neemt de intensiteit van de buien toe. Het traditionele rioolstelsel kan deze grote hoeveelheden neerslag niet meteen op alle plaatsen verwerken. Daarvoor is het niet ontworpen. De riolering is bedoeld om bij normale regenbuien het water van wegen en daken af te voeren. Om bij grote hoosbuien schade te voorkomen, zijn aanvullende maatregelen nodig. Bijvoorbeeld infiltratie in de bodem, afvoer naar open water en kortdurende berging op straat of in de openbare ruimte. Maar ook kan de particulier gestimuleerd/gedwongen worden het water op eigen terrein te verwerken. Wel moeten we leren accepteren dat door toename van hevige buien vaker water op straat zal staan. Wat wel en niet acceptabel is en hoeveel geld aan maatregelen wordt uit gegeven, zijn lokale keuzes die in het GRP gemaakt zullen worden. Wat wordt verstaan onder overlast is nader toegelicht in de kwaliteitscatalogus (hoofdstuk 4). Oppervlaktewater Een belangrijke taak van het oppervlaktewatersysteem is het bergen en afvoeren van hemelwater. Indien onvoldoende ruimte voor water aanwezig is en de watergangen niet voldoende water kunnen afvoeren kan uiteindelijk het water buiten de oevers treden van de watergang bij zeer zware regenbuien. Voordat dit gebeurt, kan het waterpeil in de watergangen al zo gestegen zijn dat riooloverstorten en drainage niet meer onbelemmerd af kunnen stromen. Het peilbeheer in deze watergangen/rivieren is een verantwoordelijkheid die bij het waterschap en Rijkswaterstaat ligt. Blad 7 van 61

12 Grondwaterproblemen Hemelwater zakt de bodem in tot het niet verder kan. Dan stuit het op een laag grond die geen water doorlaat. Boven deze laag raakt de grond 'verzadigd'. Dit houdt in dat de grond geen water meer kan opnemen. De hoogte waar deze verzadiging optreedt, is de grondwaterstand (of het grondwaterpeil). Het water eronder noemen we grondwater. Als de grondwaterstand langere tijd te hoog of te laag is, kan dit problemen geven. Te diepe grondwaterstanden kunnen leiden tot zettingsproblemen (scheuren in woningen en riolering), droogval en aantasting van (houten)paalfunderingen en droogteschade aan planten en bomen. Te hoge grondwaterstanden kunnen leiden tot grondwater en vocht in de kruipruimten met optrekkend vocht in de woningen als gevolg. Waardoor gezondheidsproblemen kunnen ontstaan. Als gevolg van de klimaatveranderingen kunnen deze problemen verergeren of er kunnen zelfs nieuwe problemen ontstaan. Bij slecht doorlatende bodems (zoals klei of leem) kan door het traag weg trekken van hemelwater een schijngrondwaterstand ontstaan. Dit 'schijngrondwater' ontstaat vooral in het winterhalfjaar (dan is de verdamping laag). Het waterpeil van de rivieren heeft via de kwel periodiek invloed op de grondwaterstanden. Met name gebieden achter de dijken zijn kwelgevoelig. Dit is een natuurlijke situatie die kenmerkend is voor het gebied. Zie bijlage 2 voor verdere uitwerking van de grondwaterbeleid Lingewaard. Blad 8 van 61

13 2.2 De taakstellingen en verplichtingen van de betrokken partijen De zorg en verantwoordelijkheid voor water in de gemeente Lingewaard ligt, naast de gemeente, in handen van Waterschap Rivierenland, Rijkswaterstaat, de Provincie Gelderland, drinkwaterbedrijf Vitens en particulieren/ondernemers. De betrokkenen hebben verschillende taakstellingen en verplichtingen. Bovenstaande figuur geeft een indicatie van de verdeling van de verantwoordelijkheden. Sommige verplichtingen zijn wettelijk vastgelegd, een aantal verplichtingen zijn vastgesteld in Europees, landelijk, provinciaal of regionaal beleid, maar ook zijn er eigen gemeentelijke normen bepaald, vastgelegd (en bestuurlijk goedgekeurd) in uitvoerend beleid. In sommige gevallen gaat het daarbij om resultaatverplichtingen, in andere gevallen zijn 'slechts' werknormen aangegeven. De gemeente mag in principe zelf bepalen welke voorzieningen ze gebruikt en hoe ze deze beheert voor doelmatige inzameling, transport en (lokale) behandeling van het vrijkomend stedelijk afvalwater en het verwerken van overtollige hemelwater, uiteraard in overleg met de waterschappen en andere partijen. Hierbij hoort ook de afstemming van het waterbeleid met andere wateraspecten zoals bijv. bodemenergie, waterbeleving, grondwaterverontreinigingen etc. De gemeente heeft hiernaast een regierol in de aanpak van structurele grondwateroverlast. Dit betekent dat de gemeente het eerste aanspreekpunt is bij grondwateroverlast. Dit betekent echter niet dat de gemeente ook verantwoordelijk is voor grondwateroverlast. Dat kan per situatie verschillen. Blad 9 van 61

14 De vrijheid voor de gemeente om invulling te geven aan haar taken schept echter ook de verplichting naar de bewoners en bedrijven om helder te communiceren wat van de gemeente verwacht kan worden. Het onderstaand schema toont op hoofdlijn de taken en verplichtingen van de betrokkenen. grondeigenaar (particulier) De grondeigenaar is verantwoordelijk voor de staat van zijn woning en perceel. Dit betekent dat hij zelf verantwoordelijk is voor het op eigen perceel treffen van maatregelen voor de inzameling van stedelijk afvalwater en afwatering van hemel- en grondwater. Zo is hij in eerste instantie zelf verantwoordelijk voor het hemelwater wat op zijn terrein valt. Ook de gevolgen van overtollig grondwater of een lage grondwaterstand vallen onder de verantwoordelijkheid van de grondeigenaar. Pas als de particulier zich niet met redelijke inspanning van deze zorg kan ontdoen ligt er een taak voor de gemeente. Daarnaast heeft de particulier een zorgplicht. Hij/zij mag niets doen waarvan hij kan verwachten dat het problemen oplevert voor het riool, de zuivering of het (water)milieu. De voorschriften zijn in diverse besluiten vastgelegd. Gemeente en waterschap zien toe of hij/zij zich hier ook aan houdt. gemeente Het ingezamelde huishoudelijk afvalwater dient de perceelseigenaar af te voeren naar de erfgrens. Hier gaat de verantwoordelijkheid over naar de gemeente. Vaak is op de erfgrens een zogenaamd ontstoppingsstuk aangebracht. Hier kan in geval van een verstopping worden nagegaan in welke deel van de riolering de verstopping aanwezig is (particulier of gemeente). Vanaf de erfgrens verzorgt de gemeente de verdere inzameling en het transport van het huishoudelijk afvalwater (rioleringbeheer) tot het overnamepunt. Via een stelsel van ondergrondse leidingen en putten wordt het van huisaansluitingen en straatkolken afkomstig afval- en hemelwater ingezameld en afgevoerd naar de rioolgemalen. Via een persleiding wordt dit stedelijk afvalwater vervolgens verpompt naar een ander deel van het rioolstelsel of direct naar de rioolwaterzuiveringsinstallatie (RWZI). In dat laatste geval vormt het rioolgemaal het overnamepunt. Vanaf het overnamepunt is de waterkwaliteitsbeheerder (Waterschap Rivierenland) verantwoordelijk voor de verdere afvoer van het ingezamelde stedelijk afvalwater. Daarnaast is de gemeente verantwoordelijk voor de ontwatering van openbaar gebied en lokale opvang en afvoer van regenwater. Als onderdeel hiervan onderhoudt de gemeente een deel van de hiervoor noodzakelijke voorzieningen (watergangen). waterschap Rijkswaterstaat Provincie Vitens Rijk De gemeente draagt daarnaast nog zorg voor inrichting en beheer van gebieden en de integratie met andere beleidsterreinen. Waterschap Rivierenland zorgt ervoor dat we veilig achter de dijken kunnen leven, werken en recreëren en dat we over voldoende oppervlaktewater van goede kwaliteit beschikken. Dit betekent dat zij zorg draagt voor de waterkering, de aan- en afvoer van water, het peilbeheer, het zuiveren van rioolwater, bijdragen aan grondwaterbeheer, het oppervlaktewaterkwaliteitsbeheer en het gedelegeerd vaarwegbeheer. Rijkswaterstaat is de uitvoeringsorganisatie die in opdracht van de minister en de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu de nationale infrastructurele netwerken beheert en ontwikkelt. Dit betekent dat zij zorg draagt voor de nationale waterkering, de aan- en afvoer van water, het peilbeheer, het oppervlaktewaterkwaliteitsbeheer en het vaarwegbeheer. De Provincie Gelderland formuleert het overkoepelend beleid voor de omgeving (RO en Water) en is o.a. verantwoordelijk voor het beheer van het diepe grondwaterbeheer en de zwemwaterkwaliteit. Vitens is in de gemeente verantwoordelijk voor het drinkwater. Vitens haalt het drinkwater uit de grond of het oppervlaktewater. Het waterbedrijf zuivert hiervoor het water en pompt het naar hun klanten. Het Rijk bepaalt (o.a. op basis van de Europese Kaderrichtlijn Water) in het Nationaal Waterplan de hoofdlijnen van het landelijke beleid voor het waterbeheer en stelt de wettelijke kaders. Blad 10 van 61

15 3 Wettelijk kader; taken en plichten gemeente In dit hoofdstuk zijn de kaders vanuit wet- en regelgeving beschreven. Hierbij is specifiek aangegeven wat de taakstellingen/verplichtingen van de gemeente zijn. Onderstaand schema geeft aan op welke wijze dit GRP daar invulling aan geeft. wet/kader Europese kaderrichtlijn Water Waterwet Wet milieubeheer taakstellingen/ verplichtingen Uitvoeren maatregelen ter verbetering van de waterkwaliteit Samenwerken aan een samenhangend waterbeheer Zorgplicht voor doelmatige inzameling en verwerking van hemelwater Zorgplicht voor voorkomen/beperken van schade door grondwateroverlast Zorgplicht voor inzameling en transport van afvalwater Planverplichting opstellen GRP Lozingseisen hemel- en grondwater rol GRP Gemeente en waterschap dienen gezamenlijk afspraken te maken over de na te streven doelen en de wijze waarop deze bereikt worden. De maatregelen die de gemeente moet treffen worden in dit GRP opgenomen. In dit GRP worden de activiteiten in het waterbeheer tussen gemeente en waterschap afgestemd en geborgd. Dit GRP geeft aan op welke wijze de hemelwaterzorgplicht wordt ingevuld. Dit GRP geeft aan op welke wijze de grondwaterzorgplicht wordt ingevuld. Dit GRP geeft aan op welke wijze de afvalwaterzorgplicht wordt ingevuld. Met het opstellen en vaststellen van dit GRP wordt invulling gegeven aan deze planverplichting. Dit GRP vormt het platform voor het maken van afspraken en het eventueel opstellen van protocollen en/of verordeningen waarin is vastgelegd hoe particulieren het hemel- en grondwater op eigen terrein moeten verwerken en de wijze waarop dit water aangeleverd wordt aan de gemeente. Gemeentewet Rioolheffing Dit GRP geeft aan welke kosten toegerekend worden aan de rioolheffing en op welke wijze de rioolheffing wordt doorbelast aan de bewoners en ondernemers. Besluit lozen buiten inrichtingen Wet op de Informatieuitwisseling Ondergrondse Netten Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) Bestuursakkoord Water 2011 Besluit Begroting en Verantwoording Lozingen vanuit gemeentelijke voorzieningen Vastleggen gegevens kabels en leidingen Vergunningverlening indirecte lozingen Doelmatiger waterbeheer Kaders voor bekostiging en begroting In dit GRP wordt aangegeven hoe omgegaan wordt met lozingen vanuit gemeentelijke voorzieningen. In dit GRP worden de kaders vastgelegd voor de registratie van de kabels- en leidingen. Dit GRP vormt het platform voor het maken van afspraken en het eventueel opstellen van protocollen en/of verordeningen waarin is vastgelegd welke eisen er gelden voor lozingen op de riolering. Dit GRP vormt het platform voor het maken van afspraken ten aanzien van meer samenwerking in de waterketen (tussen gemeente en waterschap of regio). In het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten zijn de spelregels opgenomen voor de begroting en de jaarstukken van gemeenten. Het kostendekkingplan rioolheffing is conform deze spelregels opgesteld. Blad 11 van 61

16 Europese kaderrichtlijn Water Een goede waterkwaliteit vinden we belangrijk in Nederland. Omdat water zich weinig aantrekt van landsgrenzen, zijn internationale afspraken nodig. Sinds eind 2000 is daarom de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) van kracht. Deze moet ervoor zorgen dat de kwaliteit van het oppervlakte- en grondwater in Europa in 2015 op orde is. De concrete implementatie van de KRW vindt plaats in zogeheten stroomgebiedbeheersplannen. In deze plannen zijn de waterlichamen aangewezen, zijn doelen afgeleid voor de ecologische en chemische toestand. Ook zijn maatregelen benoemd om de doelen te bereiken, per achterlichaam en voor gebieden als geheel. taakstellingen/verplichtingen gemeente Uitvoeren maatregelen ter verbetering van de waterkwaliteit Gemeenten zijn verantwoordelijk voor het opstellen en uitvoeren van de benodigde maatregelen voor Dit zijn maatregelen aan de riolering (o.a. overstortingen, afkoppelen), inrichting en beheer openbare ruimte (o.a. onkruidbestrijding), baggeren en functiewijziging of gebruiksbeperkingen (bestemmingsplan). status verplicht Waterwet Op 22 december 2009 is de Waterwet van kracht geworden. De Waterwet regelt het beheer van oppervlaktewater en grondwater, en verbetert ook de samenhang tussen bijvoorbeeld het waterbeheer en de ruimtelijke ordening. Daarnaast levert de Waterwet een flinke bijdrage aan kabinetsdoelstellingen zoals vermindering van regels, vergunningstelsels en administratieve lasten. In de Waterwet is ook de overdracht van een deel van het operationele grondwaterbeheer van de provincies naar de waterbeheerders geregeld. Daarnaast introduceert de Waterwet de watervergunning, die een flink aantal vergunningen integreert. Voor alle handelingen in het watersysteem is nog slechts één vergunning nodig. Voor de regionale wateren wordt het waterschap verantwoordelijk voor de verlening van de watervergunning. taakstellingen/verplichtingen gemeente Samenwerken aan een samenhangend waterbeheer De Waterwet zorgt voor een duidelijke afbakening met de Wet milieubeheer. In tegenstelling tot z'n voorganger de Wvo, is de Waterwet niet van toepassing op lozingen op rioolstelsels, vuilwaterriolen, hemelwaterriolen en ontwateringstelsels (de zogeheten indirecte lozingen). De Waterwet is van toepassing op lozingen die direct in het oppervlaktewater plaatsvinden (bijvoorbeeld een lozing van een bedrijfshemelwaterriool op oppervlaktewater) en lozingen rechtstreeks op de RWZI. Alle overige lozingen vallen onder de Wet milieubeheer en in sommige gevallen nog onder de Wet Bodembescherming. Kortom de verhouding tussen gemeente en waterbeheerder bij indirecte lozingen verandert. Ondanks dat de waterbeheerder geen bevoegd gezag is heeft zij nog wel een aantal bevoegdheden. De Waterwet (art. 3.8) verplicht gemeente en waterbeheerder dan ook samen te werken aan een samenhangend waterbeheer, waarbij de nodige afstemming van taken en bevoegdheden moet plaatsvinden. Zorgplicht voor doelmatige inzameling en verwerking van hemelwater Vanuit de Waterwet heeft de gemeente een zorgplicht voor doelmatige inzameling en verwerking van hemelwater, dat perceelseigenaren redelijkerwijs niet zelf kunnen verwerken. De perceelseigenaar is verantwoordelijk voor hemelwater op eigen terrein. De zorgplicht legt de nadruk op een eerste verantwoordelijkheid van de perceelseigenaar om het hemelwater zoveel mogelijk zelf te verwerken. Als het redelijkerwijs niet mogelijk is voor de perceelseigenaar om het hemelwater zelf te verwerken, treedt de gemeentelijke zorgplicht in werking. Hierbij gaat het dus om het aanbieden van een voorziening. status wettelijk verplicht wettelijk verplicht Blad 12 van 61

17 Waterwet Zorgplicht voor voorkomen/beperken van schade door grondwateroverlast Vanuit de Waterwet heeft de gemeente tevens een zorgplicht voor het in het openbaar gemeentelijke gebied treffen van maatregelen om structureel nadelige gevolgen van de grondwaterstand voor de aan de grond gegeven bestemming zoveel mogelijk te voorkomen of te beperken. Voor zover gemeentelijke maatregelen doelmatig zijn en het niet de verantwoordelijkheid van het waterschap of de provincie is om maatregelen te nemen. wettelijk verplicht De zorgplicht heeft het karakter van een inspanningsplicht. Dat wil zeggen dat de gemeente niet verantwoordelijk is voor handhaving van het grondwaterpeil in bebouwd gebied. De zorgplicht werkt niet met terugwerkende kracht en leidt niet tot aansprakelijkheid voor schadesituaties uit het verleden. De wetgeving geeft aan dat de burger met grondwateroverlast bij de gemeente met zijn probleem terecht moet kunnen. De gemeente is het eerste aanspreekpunt (loket) voor de burger. De gemeente is echter geen probleemhouder en ook niet aansprakelijk. Wet milieubeheer Op 1 maart 1993 is de Wet milieubeheer (Wm) van kracht geworden Dit is de belangrijkste milieuwet in Nederland. In de wet is via diverse regels aangegeven hoe overheden zoals gemeenten en provincies het milieu moeten beschermen. taakstellingen/verplichtingen gemeente Planverplichting opstellen GRP Naast de zorgplichten hebben gemeenten vanuit de Wet milieubeheer ook een verplichting voor het opstellen van een Gemeentelijke Rioleringsplan (artikel 4.22). In dit plan moeten gemeenten beschrijven hoe zij invulling geven aan hun zorgplicht en wat zij de komende jaren op rioleringsgebied van plan zijn te doen. De Wet schrijft voor waaraan de inhoud van het plan ten minste moet voldoen en met welke partijen afstemming moet plaatsvinden. Zorgplicht voor inzameling en transport van afvalwater Vanuit de Wet milieubeheer heeft de gemeente een zorgplicht voor inzameling en transport van stedelijk afvalwater dat vrijkomt bij de binnen het grondgebied van de gemeente gelegen percelen. De gemeente kan zelf kiezen via welke voorzieningen (riolering of een lokale zuiverende voorziening (IBA)) ze haar zorgplicht invult, zowel voor de bebouwde kom als voor het buitengebied. status wettelijk verplicht wettelijk verplicht Gelet op de soms grote afstanden tussen bebouwing in het buitengebied is in de wet de mogelijkheid van ontheffing van de zorgplicht meegenomen. Wanneer aanleg van riolering niet als doelmatig wordt beschouwd kan Gedeputeerde Staten* voor een aangewezen gedeelte van het grondgebied van de gemeente voor een nader te bepalen termijn de gemeente ontheffen van haar zorgplicht. * In het Bestuursakkoord Water 2011 is de afspraak gemaakt de zorgplicht voor inzameling van stedelijk afvalwater aan te passen, zodat geen provinciale ontheffing nodig is wanneer de gemeente om doelmatigheidsoverwegingen besluit in een deel van het buitengebied geen afvalwater in te zamelen. Blad 13 van 61

18 Wet milieubeheer taakstellingen/verplichtingen gemeente Lozingseisen afvalwater op de riolering Om zowel het functioneren van de riolering én de RWZI als de bescherming van de omgeving (bodem en oppervlaktewater) te waarborgen kan de gemeente eisen stellen aan hoeveelheid en samenstelling van het door de particulier te lozen afvalwater middels een verordening. Voor lozingen zijn of worden verschillende lozingenbesluiten van toepassing (amvb's). Alle lozingsvoorschriften kennen een zorgplicht voor de lozer. Die mag niets doen waarvan hij kan verwachten dat het problemen oplevert voor het riool, de zuivering of het (water)milieu. Aanvullende voorschriften staan in de lozingsvoorschriften. Per doelgroep is (respectievelijk komt) er een amvb: 1. Voor particulieren: Regels voor het lozen op de riolering, de bodem en het oppervlaktewater zijn gebundeld in het Besluit lozing afvalwater huishoudens dat op 1 januari 2008 in werking is getreden. 2. Voor bedrijven: Op 1 januari 2008 is het Activiteitenbesluit in werking getreden waarin voor bedrijven het lozen op de riolering wordt geregeld. Voor landbouwbedrijven komt een apart besluit. 3. Lozen vanuit openbaar gebied: Dit is geregeld in het Besluit lozing afvalwater buiten inrichtingen (BLBI). Op 1 juli 2011 is het BLBI in werking getreden. 4. Voor glastuinbouw: Regels voor het lozen van afvalwater (o.a. spuiwater) op de riolering en het oppervlaktewater. Het besluit Glastuinbouw is op 1 april 2002 in werking getreden. status wettelijk mogelijk Door middel van een verordening kan de gemeente aanvullende eisen stellen aan hoeveelheid en samenstelling van het door de particulier te lozen afvalwater. Voorkeursvolgorde omgang afvalwater Ter bescherming van het milieu is in de Wet milieubeheer een voorkeursvolgorde voor de omgang met afvalwater opgenomen: 1. Het ontstaan van afvalwater wordt voorkomen of beperkt; 2. Verontreiniging van afvalwater wordt voorkomen of beperkt; 3. Afvalwaterstromen worden gescheiden gehouden, tenzij het niet gescheiden houden geen nadelige gevolgen heeft voor een doelmatig beheer; 4. Huishoudelijk afvalwater en, voor zover doelmatig en kostenefficiënt, afvalwater dat daarmee wat biologische afbreekbaarheid betreft overeenkomt, wordt ingezameld en afgevoerd naar een RWZI; 5. overige afvalwater wordt zo nodig na zuivering bij de bron: a. hergebruikt b. in het milieu gebracht c. afgevoerd naar een RWZI wettelijk mogelijk Afwijken van voorkeursvolgorde De voorkeursvolgorde omgang afvalwater is geen dogma. Dit betekent dat de uiteindelijke afweging lokaal moeten worden gemaakt, waarbij doelmatigheid van de oplossing centraal moet staan. Indien daartoe argumenten aanwezig zijn, kan van de bovenstaande voorkeursvolgorde worden afgeweken. Blad 14 van 61

19 Gemeentewet De Gemeentewet is een Nederlandse wet uit 1851 die het bestuur van de gemeenten regelt. Deze wet vormt feitelijk de grondslag waarop de gemeente haar opgedragen taken uit kan voeren. taakstellingen/verplichtingen gemeente Inning rioolheffing Vanuit de Gemeentewet kunnen gemeenten onder de naam rioolheffing een belasting heffen voor de kosten die verbonden zijn aan de uitvoering van de drie zorgplichten. status wettelijk mogelijk Besluit lozen buiten inrichtingen Op 1 juli 2011 is het Besluit lozen buiten inrichtingen in werking getreden. Het besluit is gebaseerd op de Wet milieubeheer, de Waterwet en de Wet bodembescherming. Dit besluit bevat regels voor een groot aantal categorieën van lozingen die het gevolg zijn van activiteiten die plaatsvinden buiten huishoudens of inrichtingen in de zin van de Wet milieubeheer. taakstellingen/verplichtingen gemeente Voorkomen verontreiniging van afstromend wegwater en kunstwerken Als eigenaar van de weg of een kunstwerk is de gemeente verplicht te voldoen aan de zorgplicht om vervuiling van bodem, het grondwater en het oppervlaktewater door afstromend wegwater tegen te gaan. Voorkomen van verontreiniging door gemeentelijke lozingen Met dit besluit wordt ook het lozen dat plaatsvindt door of namens de gemeente in het kader van de uitvoering van de gemeentelijke zorgplichten geregeld. Het gemeentelijk rioleringsplan (GRP) heeft hierbij een centrale rol. Het gaat hier om de volgende gemeentelijke lozingen: vanuit een schoonwaterstelsel in de bodem of het oppervlaktewater vanuit overstorten van vuilwaterstelsels en vanuit alternatieve systemen (bijvoorbeeld IBA's). status wettelijk verplicht wettelijk verplicht Voorwaarde in deze artikelen is dat de voorzieningen worden genoemd in en beheerd volgens het GRP en het lozen conform het GRP wordt uitgevoerd. Wet op de Informatie-uitwisseling Ondergrondse Netten Per 1 juli 2008 is de 'Wet op de Informatie-uitwisseling Ondergrondse Netten' (ook bekend als de 'Grondroerdersregeling' of WION-regeling) in werking getreden. Het doel van de wet is het voorkomen van graafschade en de verschillende verantwoordelijkheden juridisch vast te leggen. taakstellingen/verplichtingen gemeente Vastleggen gegevens kabels en leidingen De wet verplicht gemeenten als kabel- en leidingbeheerder al hun (ondergrondse) kabels en leidingen binnen vastgestelde nauwkeurigheid (tot 1m aan weerszijden van de leiding) digitaal beschikbaar, up-to-date en uitwisselbaar te hebben en melden bij het Kadaster. status wettelijk verplicht Blad 15 van 61

20 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) De Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) bepaalt dat de vergunningverlening voor indirecte lozingen (lozingen op de riolering), afhankelijk van de grootte van de lozing, zal plaatsvinden door gemeente of provincie. Daarnaast bepaalt de Wabo dat de bevoegde overheid de lokale waterbeheerder de gelegenheid moet geven om advies uit te brengen indien een indirecte lozing een groot risico oplevert voor de rioolwaterzuiveringsinstallatie of oppervlaktewater. taakstellingen/verplichtingen gemeente Vergunningverlening indirecte lozingen De gemeente is, afhankelijk van de grootte van de lozing, de vergunningverlener voor indirecte lozingen, waarbij de lokale waterbeheerder de gelegenheid moet krijgen advies uit te brengen indien een indirecte lozing een groot risico oplevert voor de rioolwaterzuiveringsinstallatie of oppervlaktewater. status wettelijk verplicht Bestuursakkoord Water 2011 Rijk, provincies, gemeenten, waterschappen en drinkwaterbedrijven hebben op 23 mei 2011 het Bestuursakkoord Water 2011 ondertekend. In het akkoord staan concrete afspraken over een doelmatiger waterbeheer. De belangrijkste afspraken in het Bestuursakkoord Water gaan over: Waterveiligheid: Nederland beschermen tegen overstromingen en wateroverlast door neerslag; Beschermen van waterkwaliteit en zoetwatervoorziening; Doelmatig samenwerken in de waterketen. taakstellingen/verplichtingen gemeente Doelmatig waterbeheer Doelmatigheid is de term die centraal staat in het Bestuursakkoord Water Dit GRP biedt de mogelijkheid om invulling te geven aan deze term. Naast de Stedelijke wateropgave vraagt het bestuursakkoord van gemeente en waterschap invulling te geven aan het doelmatig samenwerken in de waterketen, het thema waterveiligheid en de bescherming van de waterkwaliteit en de zoetwatervoorziening. Dit GRP geeft invulling aan de samenwerking in de waterketen en biedt de mogelijkheid om invulling, in de vorm van beleid en maatregelen, te geven aan de genoemde thema's. status landelijke afspraak Besluit Begroting en Verantwoording In het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) provincies en gemeenten zijn de spelregels opgenomen voor de begroting en de jaarstukken van gemeenten. taakstellingen/verplichtingen gemeente Kaders bekostiging uitgaven gemeentelijke watertaken Binnen het BBV zijn kaders vastgelegd met betrekking tot het activeren van investeringsuitgaven en doorbelasting van btw, rente en overhead naar beleidsprogramma s (zie o.a. notitie riolering van november 2014). status wettelijk verplicht Blad 16 van 61

21 4 Kwaliteitscatalogus Het beleidskader voor de gemeentelijke watertaken is opgedeeld in de drie zorgplichten van de gemeente (stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater). De zorgplichten zijn ieder uitgewerkt naar onderdelen: zorgplicht stedelijk afvalwater hemelwater grondwater onderdeel inzameling van stedelijk afvalwater transport van stedelijk afvalwater inzameling van overtollig hemelwater verwerking van overtollig hemelwater in riolen verwerking van overtollig hemelwater in de openbare ruimte inzameling van grondwater verwerking van grondwater De kwaliteitscatalogus is per onderdeel opgebouwd en geeft voor elk onderwerp meetlatten weer. Kwaliteitsniveaus De kwaliteitsnormen worden uitgedrukt in drie kwaliteitsniveaus: status kwaliteitscatalogus: Antea Group werkt al jaren volgens het principe van kwaliteiten procesgestuurd beheren. In lijn met de Leidraad Riolering, NEN-publicaties en CROWnormeringen zijn door Antea Group normbladen en beelden voor de gemeentelijke watertaken samengebracht in drie kwaliteitsniveaus; de kwaliteitscatalogus. Deze catalogus vormt de liniaal waarmee wordt gemeten waar wij nu staan (nulmeting) en waar wij uiteindelijk naar toe willen (ambitie). H hoog: goed onderhouden, bijna niets op aan te merken, geen overlast B basis: voldoende onderhouden, hier en daar wel wat op aan te merken, af en toe hinder L laag: sober tot wettelijk minimum, achterstand bij het onderhoud, af en toe kapot, soms overlast Blad 17 van 61

22 4.1 Stedelijk afvalwater Binnen de categorie afvalwater wordt onderscheid gemaakt in twee onderdelen. De gemeente heeft een wettelijke zorgplicht voor de inzameling en het transport van stedelijk afvalwater. Met deze zorgplicht wordt invulling gegeven aan Europese regelgeving (de EUrichtlijn stedelijk afvalwater). Daarnaast sluit de zorgplicht aan op de zorgplicht van de waterschappen om het stedelijk afvalwater te zuiveren alvorens het terug in het milieu wordt gebracht. De zorgplicht is een resultaatsverplichting. Maar de gemeente heeft hierin een bepaalde keuzevrijheid. Ondermeer in de inrichting van het inzamelsysteem, de wijze waarop de afvalwaterstromen gescheiden worden en de voorwaarden en regels die opgelegd worden aan de gebruikers. Daarnaast kan in het buitengebied in bepaalde situaties in plaats van een openbaar vuilwaterriool gekozen worden voor afzonderlijke systemen die lokaal het afvalwater zuiveren. Deze keuzes worden vastgelegd in het onderdeel "inzameling van stedelijk afvalwater". Het onderdeel "transport van stedelijk afvalwater" heeft betrekking op het transport van het stedelijk afvalwater naar het overnamepunt van het waterschap. Voor het transport van het stedelijk afvalwater moeten de buizen, putten, etc. in goede staat zijn. Regulier onderhoud en tijdige vervanging is daarbij noodzaak. Daarnaast moeten de riolen groot genoeg zijn en moet het stedelijk afvalwater door de riolen onder vrij verval naar het gemaal of uitlaat binnen een bepaalde tijd kunnen afstromen. De gemalen moeten voldoende capaciteit hebben om het stedelijk afvalwater te kunnen verpompen en bedrijfszeker zijn. Hiermee wordt voorkomen dat stankoverlast en aantasting van de rioolbuizen plaats vindt. Voor beide onderdelen zijn op de volgende pagina s de kwaliteitsbladen opgenomen. Blad 18 van 61

23 Blad 19 van 61

24 Blad 20 van 61

25 4.2 Hemelwater Binnen de categorie hemelwater wordt onderscheid gemaakt in drie onderdelen. In de hemelwaterzorgplicht hebben perceeleigenaren nadrukkelijk een eigen verantwoordelijkheid bij de verwerking van hemelwater. De eigenaar dient het hemelwater op eigen perceel te verwerken door het in oppervlaktewater of in de bodem te brengen. Maar een perceeleigenaar kan niet altijd alles zelf regelen, bijvoorbeeld als er geen watergang in de buurt is of infiltratie in de bodem niet mogelijk is. Dan zal de gemeente een voorziening (bijvoorbeeld een riool) moeten aanbieden waarin het overtollig hemelwater kan worden afgevoerd. Wanneer de gemeente dit overtollig hemelwater overneemt moet voorkomen worden dat dit 'schone' water vervuild raakt (bijvoorbeeld door vermenging met afvalwater uit huishoudens en bedrijven). Hiertoe kan een gemeente een verordening opstellen met regels om dit te voorkomen. Maar ook in openbaar gebied moet vervuiling van het hemelwater voorkomen worden. Bewuste keuzes in het omgaan met overtollig hemelwater zijn dus noodzakelijk. Deze keuzes worden vastgelegd in het onderdeel "inzameling van overtollig hemelwater ". Het onderdeel "verwerking van overtollig hemelwater in riolen" heeft betrekking op de afvoercapaciteit van de riolen. De riolen dienen voldoende groot gedimensioneerd te zijn zodat het water goed afgevoerd kan worden. Vuiluitstoot vanuit de riolering richting het oppervlaktewater behoort ook bij dit onderdeel. In overleg met de waterkwaliteitsbeheerder worden afspraken gemaakt en doelstellingen vastgelegd, en worden eventuele maatregelen bepaald (zoals het afkoppelen van verhard oppervlak, de realisatie van bergbezinkbassins of de realisatie van lamellenfilters). Ook moeten de buizen, putten, etc. in goede staat moeten verkeren. Regulier onderhoud en tijdige vervanging is daarbij noodzaak. Om wateroverlast te voorkomen of op te lossen moeten er voldoende mogelijkheden voor waterberging zijn. Het openbare gebied biedt hiervoor mogelijkheden, zoals bijvoorbeeld verlaagde groenstroken of waterberging op parkeervoorzieningen. Maar tevens wordt hiervoor het watersysteem gebruikt. Watergangen maken ook onderdeel uit van het openbaar hemel- en ontwateringsstelsel, en zijn van groot belang voor de aan- en afvoer van hemelwater. Bij gescheiden hemelwaterriolen wordt het ingezamelde hemelwater rechtstreeks in sloten en vijvers geloosd. Daarnaast lozen gemengde en verbeterd gescheiden hemelwaterriolen bij zware buien het overtollig water via de overstorten eveneens op de sloten en vijvers. Op deze wijze wordt voorkomen dat water op straat komt te staan. Naast voldoende areaal aan oppervlaktewater is ook regulier onderhoud van de watergangen en bijbehorende oevervoorzieningen nodig om fluctuatiemogelijkheden in het waterpeil te behouden en controleren. Al deze keuzes worden vastgelegd in het onderdeel "verwerking van overtollig hemelwater in de openbare ruimte". Voor de drie onderdelen zijn op de volgende pagina s de kwaliteitsbladen opgenomen. Blad 21 van 61

26 Blad 22 van 61

27 Blad 23 van 61

28 Blad 24 van 61

29 4.3 Grondwater Binnen de categorie grondwater wordt onderscheid gemaakt in twee onderdelen. Bij de grondwaterzorgplicht hebben perceeleigenaren nadrukkelijk een eigen verantwoordelijkheid bij het voorkomen van grondwaterproblemen. De eigenaar moet zelf voor ontwatering van zijn perceel zorgen en bouwkundige maatregelen treffen om vochtoverlast te voorkomen. Maar als de grondwaterstand te zeer wordt bepaald door factoren buiten zijn perceel dan zal de gemeente, in samenspraak met waterbeheerder en provincie, maatregelen treffen om structurele grondwaterproblemen te voorkomen of te beperken. Deze keuzes worden vastgelegd in het onderdeel "inzameling van grondwater". Hierin wordt vastgelegd wanneer sprake is van structurele problemen en inzameling van het grondwater nodig wordt geacht. In het onderdeel "verwerking van grondwater" worden de keuzes vastgelegd omtrent het doelmatig verwerken van het ingezamelde grondwater. Voor beide onderdelen is in bijlage 2 het grondwaterbeleid van de gemeente Lingewaard nader uitgewerkt. Voor de twee onderdelen zijn op de volgende pagina s de kwaliteitsbladen opgenomen. Blad 25 van 61

30 rotocollen Blad 26 van 61

31 Blad 27 van 61

32 4.4 Protocollen In de kwaliteitscatalogus zijn voor bepaalde kwaliteitsnormen protocollen gedefinieerd. Hierin is een gebiedsspecifieke uitwerking van de normen opgenomen. Protocol beoordeling rioolinspecties vrijverval riolering Om inzicht te krijgen en houden in de technische staat van de vrijverval riolering worden periodiek rioolinspecties uitgevoerd. De resultaten van deze inspecties worden verwerkt in het rioolbeheersysteem, waardoor de informatie optimaal bereikbaar en bewerkbaar is. Periodiek wordt met het rioolbeheersysteem een onderhoudsplanning gegenereerd. Hieruit volgen (op basis van de laatste inspectiegegevens) de onderhoudsmaatregelen voor de korte en middellange termijn. In bijlage 1 is het beoordelingsprotocol opgenomen wat Lingewaard hierbij hanteert. Protocol aansluiten hemelwater Vanuit de Waterwet zijn particulieren in eerste instantie zelf verantwoordelijk geworden voor het omgaan met vrijkomend hemelwater op hun eigen perceel (zie kader rechts). Pas wanneer de particulier redelijkerwijs niet in staat is het hemelwater op eigen terrein te verwerken treedt de gemeentelijke zorgplicht in werking. In het protocol aansluiten hemelwater worden de kaders vastgelegd voor de begrippen "doelmatig" en "redelijkerwijs". zorgplicht hemelwater volgens Artikel 3.5 Waterwet: De gemeenteraad of het college van burgemeester en wethouders dragen zorg voor een doelmatige inzameling en verwerking van het afvloeiend hemelwater, voor zover van degene die zich daarvan ontdoet, voornemens is zich te ontdoen of zich moet ontdoen, redelijkerwijs niet kan worden gevergd het afvloeiend hemelwater op of in de bodem of in het oppervlaktewater te brengen. Momenteel beschikt Lingewaard (nog) niet over een protocol aansluiten hemelwater. Protocol ontwatering Vanuit de Waterwet zijn particulieren in eerste instantie zelf verantwoordelijk geworden voor de ontwatering van hun eigen perceel (zie kader rechts). Pas wanneer de ontwatering in openbaar gebied leidt tot "structurele" problemen voor de "aan de grond gegeven bestemming" treedt de gemeentelijke zorgplicht in werking, voor zover dit niet tot de zorg van het waterschap en provincie behoren. In het ontwateringsprotocol worden zorgplicht grondwater volgens Artikel 3.6 Waterwet: De gemeenteraad of het college van burgemeester en wethouders dragen zorg voor het in het openbaar gemeentelijke gebied treffen van maatregelen teneinde structureel nadelige gevolgen van de grondwaterstand voor de aan de grond gegeven bestemming zoveel mogelijk te voorkomen of te beperken, voor zover het treffen van die maatregelen doelmatig is en niet tot de zorg van het waterschap of de provincie behoort. de kaders vastgelegd voor de begrippen "structureel nadelige gevolgen", "bestemming van de gronden" en "doelmatig". Voor de gemeente Lingewaard is dit vastgelegd in het Grondwaterbeleid (zie bijlage 2). Blad 28 van 61

33 5 Evaluatie vgrp en Waterplan vgrp De doelen Het vgrp Lingewaard is op 27 juni 2013 door de Raad vastgesteld. Doelstelling van dit GRP was het continueren van het beleid van het voorgaande GRP , uitgebreid met de nieuwe zorgplichten voor hemel- en grondwater. Een specifiek doel voor de periode is het vergroten van het inzicht in het functioneren van het rioolstelsel en de technische staat (toestand) van het rioolstelsel. Dit inzicht is noodzakelijk om de juiste maatregelen te kunnen nemen en een efficiënte invulling te geven aan de beleidsopgave. Eind 2015 is het GRP verlengd met de periode van 1 jaar (2016). De geplande inspanningen wat is bereikt? Om aan de gestelde doelen en de voorwaarden te voldoen zijn inspanningen noodzakelijk. Deze inspanningen zijn onderverdeeld in: 1. Aanleg van voorzieningen; 2. Onderzoek; 3. Beheermaatregelen. 1. Aanleg van voorzieningen De laatste jaren is op een aantal locaties de gemengde riolering vervangen door een gescheiden stelsel, dit is mede uitgevoerd in het kader van de basisinspanning. Het gaat hier onder andere om de Molenstraat e.o. te Angeren, de Van Voorststraat te Huissen en een aantal kleine projecten in Bemmel, Haalderen en Gendt. Daarnaast zijn op het bedrijventerrein Gendt Bemmel de foutieve aansluitingen opgelost en is het bestaande stelsel gerenoveerd, vervangen en/ of verbeterd. Tevens is de afgelopen jaren veel energie gestoken om inzicht te vergaren in het functioneren van het rioolstelsel en de technische staat (toestand) van het rioolstelsel. Om de goede dingen te doen, en niet onnodig kosten te maken, is een aantal maatregelen uitgesteld. Zo is met de verbetermaatregelen in t Zand te Huissen gewacht tot het basisrioleringsplan is afgerond. De maatregel in de Anna Vaecstraat wordt gekoppeld met een groot vervangingsproject in de wijk. Naast het vergroten van het inzicht is er veel inspanning verricht in de renovatie en vervanging van de mechanische voorzieningen (gemalen, pompunits e.d.). Er is inmiddels geen sprake meer van een achterstand op dit gebied. Met de renovatie van de IBA s is vooralsnog gewacht. Een groot deel van de IBA s wordt in het kader van het project Gendtsche Polder vervangen door drukriolering. Voor de resterende IBA s ontbrak de noodzaak. Aandacht verdienen de 30 percelen die vooralsnog niet zijn aangesloten op gemeentelijke riolering of een gemeentelijke IBA. Voor een volledig beeld van de uitgevoerde verbeter- en vervangingsmaatregelen wordt verwezen naar bijlage 3. Blad 29 van 61

34 2. Onderzoek De gemeente heeft in 2008 vanuit de Waterwet een aantal nieuwe taken toegedeeld gekregen. Te noemen zijn: de zorgplicht voor de doelmatige inzameling van hemelwater; verwerking van hemelwater en de zorgplicht voor het grondwater. Nieuwe wet- en regelgeving en een aantal onderzoeken is noodzakelijk om invulling te geven aan deze zorgplichten, een deel van deze onderzoeken is in het vgrp opgenomen. Daarnaast zijn er de reguliere onderzoeksinspanningen zoals de vergunningverlening en -handhaving en het jaarlijks aanpassen van de rioolrechtverordening. Bovenstaande heeft voor het GRP geleid tot een zeer omvangrijk onderzoekspakket. Er is geëvalueerd in hoeverre deze onderzoeksinspanning gerealiseerd is: a. Vastleggen rioolgegevens In 2013 is de gemeente overgegaan op een nieuw beheersysteem (GBI 6). Eind 2015 is het beheersysteem op het onderdeel riolering geheel gevuld. b. Plantoetsing nieuwbouw Bij de beoordeling van nieuwbouw- en reconstructieplannen is in samenspraak met het waterschap het watertoetsproces gevolgd. Hiermee zijn de consequenties voor het rioolstelsel, de zuiveringsinstallaties, waterkeringen en het watersysteem tijdig inzichtelijk gemaakt. Als deel van deze toetsing is onderzoek verricht naar de mogelijkheden en noodzaak van afkoppelen, de (eventuele) grondwaterproblematiek, de noodzaak om terreinen op te hogen en de noodzaak van drainagevoorzieningen. c. Opstellen BRP s Huissen, Bemmel en Gendt In 2013 is gestart het met herzien van diverse basisrioleringsplannen (BRP). De basisrioleringsplannen van Bemmel, Huissen, Gendt en bedrijventerrein Gendt-Bemmel zijn gereed. De overige basisrioleringsplannen zijn in voorbereiding. Na afronding van alle basisrioleringsplannen stellen Waterschap Rivierenland en Gemeente Lingewaard een afvalwaterakkoord op. Op dat moment vervallen de aansluitvergunningen. d. Rioolvreemd water en foutieve aansluitingen In nagenoeg alle kernen is in de periode onderzoek gedaan naar de op de riolering aangesloten verharde oppervlakken. Hierbij is gebruik gemaakt van geluidsgolven (Riosonic). De verkregen info is tevens als input gebruikt voor de op te stellen basisrioleringsplannen. Inzichtelijk is welke verharde oppervlakken zijn aangesloten op de te onderscheiden rioolstelsels. Dit vormt de basis voor eventuele afkoppelprojecten. Tevens is plaatselijk onderzoek gedaan naar eventuele foutaansluiting. Waar geconstateerd zijn deze hersteld. Ook hiervoor is gebruik gemaakt van Riosonic. e. Terugstroom riolering Op diverse locaties komt bij neerslag het oppervlaktewater dusdanig hoog dat oppervlaktewater het rioolsysteem in komt. Gevolg is dat de berging in het rioolstelsel afneemt en schoon oppervlaktewater via de rioolgemalen wordt afgevoerd naar de RWZI. Dit is een ongewenste situatie die de gemeente na afronding van de basisrioleringsplannen nader wil onderzoeken en oplossen. f. Ongerioleerde percelen Er zijn binnen de gemeente Lingewaard nog zeventig ongerioleerde percelen, waarvan veertig zijn uitgevoerd als gemeentelijke IBA. Vooralsnog heeft geen onderzoek plaatsgevonden of, en zoja op welke wijze de overige percelen hun afvalwater lozen. Blad 30 van 61

35 g. Onderzoek naar overlast inprikpunten Huissen Op een vijftal locaties in Huissen wordt overlast ervaren als gevolg van het inprikken van drukriolering op het vrijvervalstelsel. De locaties waar veel schade/overlast werd ervaren zijn aangepakt. h. Benchmark Rioleringszorg Evenals in 2010 heeft de gemeente Lingewaard deelgenomen aan de nationale Benchmark Rioleringszorg. Hierbij zijn zoveel mogelijk gegevens aangeleverd, voor een doelmatige toets. i. Rioolincidentenplan Er is geen rioolincidentenplan opgesteld. Om bij calamiteiten wel snel en gericht te kunnen handelen is de samenwerking zodanig dat men elkaar goed weet te vinden. j. Grondwatermeetnet Het grondwatermeetnet is in 2013 aangelegd door Vitens. Ook het beheer en onderhoud wordt door Vitens verzorgd. De meetresultaten van het gemeentelijke grondwatermeetnet worden in het DINOloket van TNO gepresenteerd. k. Glastuinbouw op riolering Vooralsnog is er geen onderzoek gedaan of de glastuinbouw aangesloten is of aangesloten kan worden op de mechanische riolering. Wel loopt er een onderzoek naar de waterkwaliteit van het te lozen proceswater van de glastuinbouwsector in Lingewaard. l. Samenwerking De samenwerking met andere partijen op het gebied van waterbeheer is gedurende de planperiode geïntensiveerd. Bij planvorming wordt intensief samengewerkt met het waterschap. Dit heeft geleid tot forse besparingen op uitvoeringsmaatregelen. Binnen het samenwerkingsverband Rijn6 wordt met buurgemeenten en waterschappen kennis uitgewisseld en waar mogelijk samen gewerkt. Resultaat hiervan is o.a. de deelname aan een samenwerkingsverband voor onderzoek en analyse van meetgegevens binnen de waterketen. De gemeente is hiervoor door middel van een dienstverleningsovereenkomst aangesloten bij het Netwerk Waterketen regio Rivierenland (NwRR). Voor een volledig beeld van het uitgevoerde onderzoek wordt verwezen naar bijlage Beheermaatregelen Voor de instandhouding van het aanwezige rioolstelsel dient er frequent gereinigd en klein onderhoud gepleegd te worden. Het betreft hierbij elementen als kolken, riooloverstorten, rioolstrengen, zinkers, kolkaansluitingen pompputten en diverse overige voorzieningen. a. Rioolreiniging De reiniging van het riool is zoveel mogelijk tegelijkertijd met de inspectie uitgevoerd. In de periode is in totaal 34 kilometer gereinigd en geïnspecteerd. In de periode is in totaal 127 km riolering gereinigd en geïnspecteerd. Dit betekent dat in de afgelopen 7 jaar 42% van het vrijverval riool gereinigd is. Blad 31 van 61

36 5.2 Waterplan Resumé b. Onderhoud pompen en gemalen Technische wijkbeheer (TWB) controleert jaarlijks de pompen, gemalen en randvoorzieningen, TWB voert waar nodig reparaties zelf uit. Om storingen en calamiteiten te voorkomen worden de grote gemalen en de pompen van de randvoorziening 2x per jaar gereinigd door een externe partij. De minigemalen worden door de eigen dienst 1x per jaar gereinigd. De vacuümkleppen van de vacuümputten worden 4x per jaar door de eigen dienst gereinigd. c. Storingsonderhoud De meeste gemalen van het vrijvervalstelsel zijn aangesloten op telemetrie. De kasten van pompen in het drukrioleringssysteem zijn allen voorzien van storingssignaleringen middels rode lampen. In eerste instantie worden klachten opgelost door de eigen calamiteitendienst. Het aantal storingsmeldingen is de afgelopen jaren sterk gedaald. Dit komt doordat een groot deel van het oorspronkelijke achterstallig onderhoud (renovatie gemalen en minigemalen) is uitgevoerd en door het uitvoeren van preventief onderhoud (onder andere aan de vacuümriolering). d. Straatvegen en kolken zuigen Straatvegen werd in de vorige planperiode nog niet bekostigd vanuit de gemeentelijke watertaken. De frequentie van het straatvegen is de afgelopen jaren verlaagd. De rioolbeheerder geeft aan dat dit heeft geresulteerd in meer vuil (o.a. zand) in het riool. Reiniging van kolken vindt jaarlijks plaats. Langs hoofdontsluitingswegen en industriegebieden is de gehanteerde frequentie 2 maal per jaar. Reiniging van kolken op moeilijk bereikbare plaatsen is overgegaan naar de eigen dienst (TWB). Dit heeft gezorgd voor een kwaliteitsverbetering. In 2008 is samen met waterschap Rivierenland het Waterplan Lingewaard opgesteld. Het waterplan is voorzien van een uitvoeringstabel en een planning. De planning gaat uit van afronding van de maatregelen is Een groot deel van de maatregelen is inmiddels uitgevoerd, of momenteel in uitvoering. In diverse kernen is extra waterberging aangelegd of is de afvoersituatie verbeterd. Ook is er veel (extra) verhard oppervlak afgekoppeld. Door watereducatie hebben leerlingen van basisscholen meer geleerd over het watersysteem en de riolering en rioleringsprojecten bezocht. Enkele maatregelen zijn, vanwege het ontbreken van noodzaak of op basis van nieuwe inzichten komen te vervallen. Voor een volledig beeld van de uitgevoerde waterplanmaatregelen wordt verwezen naar bijlage 3. De resterende maatregelen uit het Waterplan zijn gepland in de periode De afgelopen planperiode is er enorm veel energie gestoken in het: uitvoeren van verbetermaatregelen, vervangingsmaatregelen en resterende maatregelen in het kader van de basisinspanning en Waterplan; op orde brengen van de beheerdata, door het eenduidig vastleggen van de voorzieningen in het beheersysteem (GBI); terugbrengen van de achterstanden op het gebied van beheer en onderhoud; inzicht verkrijgen in het functioneren en de technische staat van het stelsel; het inzichtelijk maken en voorbereiden van de resterende opgaves in het kader van de basisinspanning en het waterplan. Blad 32 van 61

37 De afgelopen jaren is er veel werk verzet waarmee een goede basis is gelegd voor de komende jaren. Diverse verbeter- en vervangingsmaatregelen zijn uitgevoerd en ook de maatregelen in het kader van de basisinspanning zijn grotendeels gereed. Daarnaast is er veel tijd besteed aan onderzoek en planvorming. Hiermee is het inzicht in het functioneren van het stelsel en de toestand (technische staat) van het stelsel vergroot. De komende jaren zal in het teken staan van uitvoering en het voorbereiden / plannen van nieuwe maatregelen op basis van dit nieuw verkregen inzicht. Het regulier beheer en onderhoud van de voorzieningen is, na de inhaalslag die de afgelopen jaren, goed op de rit. Dit blijkt ook uit het afnemende aantal klachten, storingen en calamiteiten (zie hoofdstuk nulmeting). Blad 33 van 61

38 6 De voorzieningen in Lingewaard De afgelopen jaren is er een inhaalslag gemaakt in het vastleggen van de aanwezige voorzieningen voor het inzamelen en verwerken van stedelijk afvalwater, hemelwater en overtollig grondwater. De voorzieningen zijn grotendeels vastgelegd in het beheerpakket GBI. Ontbrekende data zijn middels onderzoek aangevuld. In dit hoofdstuk is een overzicht van de voorzieningen weergegeven. 6.1 Leeftijdsopbouw vrijverval riolering De oudste, nog bestaande, vrijverval riolen in de gemeente Lingewaard stammen uit de jaren '40 (1947 en 1949). Het gaat hier om gemengde riolen in het centrum van Huissen (o.a. de Burchtstraat en Kloosterlaan). Tot eind jaren 60 zijn hoofdzakelijk gemengde rioolstelsels aangelegd. Sinds de jaren zeventig is gestart met de aanleg van gescheiden rioolstelsels. In onderstaand figuur is de leeftijdsopbouw van de riolering per type weergegeven. Van circa 4,5 km vrijvervalriool is de leeftijd onbekend. Onderstaand schema en figuur toont een nadere verdeling van de arealen vrijverval riolering (lengtes in meters), dit is exclusief de meters mechanische riolering. Stelseltype Periode van aanleg Eindtotaal onbekend heden gemengd hemelwater GS hemelwater VGS vuilwater GS vuilwater VGS Eindtotaal Figuur 6-1: leeftijdsopbouw vrijverval riolering Lingewaard [bron rioolbeheersysteem, januari 2016] Blad 34 van 61

39 6.2 De huidige arealen Een gedetailleerde beschrijving van de gemeentelijke voorzieningen in de Lingewaard is opgenomen in de basisrioleringsplannen en het rioolbeheersysteem. Onderstaand schema toont een samenvatting. Rioolaansluitingen: woningen niet woningen eenheid st. st. Lingewaard IBA-aansluitingen: st. 40 ongerioleerde percelen (exclusief IBA aansluitingen): st. 30 SStraat- en trottoirkolken st Lijngoten m¹ 815 Vrijverval riolering stedelijk gebied: Gemengd riool km 128,7 Hemelwaterriool km 77,9 Vuilwaterriool km 22,1 VGS-vuilwater km 52,5 VGS-hemelwater km 20,1 totaal km 301,3 Hoofdgemalen stedelijk gebied en buitengebied: Rioolgemaal waterschap st. 9 Rioolgemaal gemeente st. 57 Vacuümgemaal gemeente st. 2 Watergemaal gemeente st. 8 Persleiding km 25,1 Mechanische riolering buitengebied: Minigemalen/pompunits drukriolering st. 349 Vacuümputten/kleppen st. 154 Drukriolering km 60,0 Vacuümriolering km 12,2 Lozingswerken: Overstort [gemengd riool], excl. randvoorz. st. 29 Overstort [verbeterd gescheiden riool] st. 33 Uitlaat st. 169 Randvoorzieningen st. 9 Spoel- en ledigingspompen randvoorzieningen st. 15 Zuiverende voorziening st. 2 Infiltratievoorzieningen st. 16 Voorzieningen voor ontwatering en afwatering in stedelijk gebied: Duikers st. 695 Duikers km 16,5 Wadi s st. 38 Wadi s m Drainage km ntb Voor gedetailleerde kenmerken van de overstorten en randvoorzieningen wordt verwezen naar de actuele basisrioleringsplannen (BRP). In deze basisrioleringsplannen zijn/worden op basis van inmetingen de gegevens van de lozingswerken vastgelegd. Onderstaande lijst geeft inzicht in de actuele BRP s. Blad 35 van 61

40 Basisrioleringsplan Bemmel (Antea, april 2014) Basisrioleringsplan Gendt (Antea, oktober 2015) Basisrioleringsplan bedrijventerrein Gendt-Bemmel (MWH, november 2013) Basisrioleringsplan Huissen (Antea, eind 2016) Basisrioleringsplan Bergerden (Van der Waal en Partners, januari 2004) Afkoppelplan bedrijventerrein Pannenhuis (MWH, september 2011) Basisrioleringsplan Doornenburg (MWH augustus 2008) Basisrioleringsplan Pannenhuis II, Bemmel (Grontmij, maart 2005) Basisrioleringsplan Haalderen (Grontmij, december 2004) Basisrioleringsplan Angeren (Syncera Water, april 2005) Afkoppelplan Angeren (MWH juli 2012) Na afronding van alle basisrioleringsplannen stellen Waterschap Rivierenland en Gemeente Lingewaard een afvalwaterakkoord op. Op dat moment vervallen de huidige aansluitvergunningen. 6.3 Overzicht niet gerioleerde lozingen Er zijn binnen de gemeente Lingewaard nog circa zeventig ongerioleerde percelen, waarvan veertig zijn uitgevoerd als gemeentelijke IBA. In bijlage 4 is een lijst opgenomen van de niet gerioleerde lozingen. 6.4 Verwachte areaaluitbreiding De komende jaren zijn diverse nieuwbouwprojecten gepland in de gemeente Lingewaard. Gedurende de planperiode is voorzien in een uitbreiding van het areaal met circa 525 nieuwe aansluitingen. Kern Verwachtte uitbreiding woningen Angeren 33 Bemmel 80 Doornenburg 30 Gendt 52 Haalderen 16 Huissen 314 Ressen - Totaal 525 Deze aantallen zijn gebaseerd op huidige verwachtingen. Areaaluitbreiding betekent meer aansluitingen en hierdoor meer inkomsten uit rioolheffing. Areaaluitbreiding betekent tevens een uitbreiding van het te onderhouden en op termijn te repareren en vervangen areaal. Blad 36 van 61

41 7 Nulmeting Lingewaard Om de huidige situatie in de gemeente Lingewaard te kunnen beoordelen heeft begin 2016 een 'nulmeting' plaatsgevonden. Hierbij wordt het huidig kwaliteitsniveau van de riolering in kaart gebracht. De resultaten van de nulmeting zijn geanalyseerd en beschreven in dit hoofdstuk. 7.1 De basis voor de nulmeting Het werkveld van de gemeentelijke watertaken is complex. Om juiste keuzes te kunnen maken is inzicht en begrip in de toestand en het functioneren van de riolering en watergangen nodig. Dit vraagt enerzijds om actuele en betrouwbare gegevens en informatie. Anderzijds is ook specialistische kennis nodig om de informatie op de juiste wijze te interpreteren en op die wijze de juiste afwegingen te kunnen maken. Voor de nulmeting is, naast het huidig GRP en Waterplan, gebruik gemaakt van de volgende gegevens: Basisrioleringsplan bedrijventerrein Klachten en meldingen 2014 en 2015 Gendt-Bemmel (2013) Interne interviews d.d. 15 februari 2016 Basisrioleringsplan Gendt (2015) Knelpuntenanalyse Bemmel, Haalderen, Basisrioleringsplan Bemmel (2014) Gendt en Doornenburg en Basisrioleringsplan Huissen (in wording) herberekening wateropgave voor de Gegevens rioolbeheersysteem kernen Gendt en Doornenburg (2013) (peildatum jan 2016) Knelpuntenanalyse kernen Huissen en Onderzoek naar foutaansluitingen Angeren en herberekening (periode ) waterberging kern Angeren (2012) Benchmark Rioleringszorg 2013 Diverse gegevens met betrekking tot het areaal (wadi s, drainage, pompen, IBA s, e.d.) Parallel aan het opstellen van onderhavig GRP wordt het rioolbeheerplan, het grondwaterbeleid, en basisrioleringsplan Huissen opgesteld. Daar waar mogelijk en noodzakelijk is deze informatie meegenomen in de nulmeting. Blad 37 van 61

42 7.2 De resultaten van de nulmeting Onderstaand schema toont het totaalbeeld van de nulmeting. kernen buitengebied afvalwater inzameling van afvalwater B L > B transport van stedelijk afvalwater B B inzameling van overtollig hemelwater B - hemelwater verwerking van hemelwater in riolen L > B - verwerking van hemelwater in de openbare ruimte L > B - grondwater inzameling van grondwater B - verwerking van grondwater L > B - Op een aantal onderdelen is het basisniveau nog (net) niet bereikt L > B. Redenen voor deze kwaliteitsscore zijn onder andere: In het buitengebied zijn 30 percelen nog niet aangesloten op een gemeentelijke voorziening voor de inzameling en verwerking van stedelijk afvalwater. Of deze percelen afvalwater hebben, en zoja, op welke wijze zij hun afvalwater lozen, is onbekend. De technische staat van de vrijverval riolering is voor een deel inzichtelijk (57% van het totale areaal). Op basis van dit inzicht dient een deel van dit stelsel gerepareerd of vervangen te worden. De afvoercapaciteit van het stelsel is plaatselijk onvoldoende, waardoor er risico s zijn op hinder en wateroverlast. De verwachte klimaatveranderingen versterken dit effect. Het watersysteem heeft plaatselijk nog onvoldoende afvoer- en bergingscapaciteit. Er is nog een resterende opgave (afkoppelen t Zand) in het kader van de basisinspanning. Hierdoor voldoet de vuiluitworp niet aan de door het waterschap gestelde normen. Van een groot deel van de gemalen is de geïnstalleerde capaciteit te laag of te hoog. Dit leidt tot onnodige vuiluitworp dan wel tot energieverspilling. Het grondwaterbeleid is nog niet vormgegeven en vastgesteld. De ligging van drainage is niet geheel bekend en daar waar wel bekend is dat drainage aanwezig is wordt deze niet structureel onderhouden. Op diverse onderdelen zal, na het uitvoeren van de maatregelen voor het planjaar 2016/2017, het kwaliteitsniveau van Laag naar Basis verschuiven. In de volgende paragrafen wordt per categorie dieper gekeken naar de resultaten van de nulmeting. De totale Nulmeting is opgenomen in bijlage 5. Blad 38 van 61

43 7.2.1 Stedelijk afvalwater Voor inzameling en transport van het stedelijk afvalwater wordt gebruik gemaakt van vrijverval riolering en mechanische riolering. Bij vrijverval riolering lopen de buizen een klein beetje schuin. Hierdoor stroomt het water vanzelf naar het laagste punt. Bij mechanische riolering duwt een pomp het afvalwater met kracht de buis (persleiding) in of zuigt een pomp het afvalwater aan. Dit principe wordt vooral gebruikt als grote afstanden overbrugd moeten worden, in Lingewaard wordt mechanische riolering met name gebruikt buiten de kernen. Aansluitgraad In het buitengebied in de gemeente Lingewaard zijn 70 percelen niet op het riool aangesloten. Bij 40 van deze percelen loost het afvalwater via een zuiverende voorziening (IBA) van de gemeente lokaal in de bodem of in de sloot. Het komende jaar worden 31 van deze 40 IBA s aangesloten op drukriolering. Bij de resterende 30 percelen regelt de perceeleigenaar op eigen wijze de afvoer van afvalwater. In hoeverre dit voldoet aan de wettelijke eisen is niet bekend. Hierop is tot op heden niet gehandhaafd. Bovendien hebben sommige percelen mogelijk geen afvalwater. Bedrijfszekerheid gemalen De rioolgemalen zijn een kritisch onderdeel binnen het rioleringsstelsel. Uitval van een rioolgemaal kan al snel leiden tot overlast en schade. In het rioolstelsel van Lingewaard zijn in totaal 432 gemalen toegepast (66 opvoergemalen, 2 vacuümgemalen, 15 lediging-/spoelgemalen bij de randvoorzieningen en 349 minigemalen of pompunits). Van de opvoergemalen zijn er 9 in eigendom van het waterschap. Deze opvoergemalen vormen ook de overnamepunten. Van de 59 rioolgemalen van de gemeente zijn er 52 voorzien van twee pompen (oftewel een reservepomp). Om storingen te voorkomen worden de opvoergemalen en de pompen van de randvoorziening 2x per jaar gereinigd door een externe partij. De minigemalen (pompunits buitengebied) worden door de eigen dienst 1x per jaar gereinigd. De vacuümkleppen van de vacuümputten worden 4x per jaar door de eigen dienst gereinigd. Telemetrie De opvoergemalen, vacuümgemalen en de pompen van de randvoorzieningen zijn aangesloten op een geautomatiseerd signaleringssysteem. Door deze aansluiting is sprake van een continue controle op de werking van de rioolgemalen. Storingen en calamiteiten worden binnen 24 uur verholpen door de eigen buitendienst. Hiermee wordt de bedrijfszekerheid gewaarborgd. Bij de drukrioleringsgemalen vindt signalering plaats middels een rode lamp. Jaarlijks worden circa 100 meldingen van storingen bij de minigemalen geregistreerd. Na constatering van storing wordt de klacht binnen 24 uur verholpen door de eigen buitendienst. Het aantal meldingen neemt jaarlijks af. Inspectiegraad Circa 171 km (57%) van de vrijverval riolering is geïnspecteerd, waarvan 127 km (42%) de laatste zeven jaar. Onderstaande grafiek toont de verdeling van de inspectiegraad over de leeftijd van de vrijverval riolering. Blad 39 van 61

44 Figuur 7-1: inspectiegraad vrijverval riolering Lingewaard [bron rioolbeheersysteem, januari 2016] Technische staat vrijverval riolering Op basis van het uit inspecties verkregen beeld in combinatie met de leeftijd van het stelsel verdient de technische staat van het stelsel aandacht. De technische staat is echter vooralsnog niet zorgwekkend. Wel zijn in een deel van het stelsel grootschalige reparaties of vervangingen de komende jaren noodzakelijk. Op basis van de leeftijd van het stelsel valt dit in de lijn der verwachtingen. Glastuinbouw Op dit moment is het in de Nederlandse glastuinbouw gangbaar om het huishoudelijk afvalwater op de riolering te lozen. De afvalwaterstromen die bij de productie in de glastuinbouwbedrijven vrijkomen, dienen volgens de Wet Milieubeheer eveneens op de riolering geloosd te worden. In den lande wordt productiewater van glastuinbedrijven in veel gevallen echter direct geloosd op oppervlaktewater. Hiervoor is in het verleden veelal gekozen omdat: de aanwezige capaciteit van de riolering onvoldoende was om het aanbod te verwerken; de meeste rioolwaterzuiveringsinstallaties niet over de zuiveringstechnieken beschikken om de specifieke verontreinigende stoffen afkomstig uit de glastuinbouw uit het afvalwater te halen. Het extra aanbod afkomstig van de glastuinbouw leidt bovendien tot een lager zuiveringsrendement van het overige afvalwater. Op welke wijze de glastuinbouwbedrijven in de gemeente Lingewaard hun productiewater afvoeren is vooralsnog onbekend. Wel zijn er reeds maatregelen/acties gepland om dit inzicht te verkrijgen. Blad 40 van 61

45 7.2.2 Hemelwater Riolering In de kernen van de gemeente is 301 kilometer vrijvervalriool toegepast. Hiervan is 98 kilometer specifiek aangelegd ten behoeve van de afvoer van hemelwater (78 km hemelwaterriool en 20 km VGS-stelsel). In het gemengde stelsel (circa 129 km) wordt het hemelwater gezamenlijk met het vuilwater afgevoerd. Technische staat vrijverval riolering Van de rioolbuizen die specifiek zijn aangelegd voor de verwerking van hemelwater is slechts een beperkt deel geïnspecteerd. Het gegeven dat dit stelsel relatief jong is en een aantal geconstateerde schadebeelden beperkt is wordt verwacht dat het stelsel op korte termijn niet grootschalig gerepareerd of vervangen dient te worden. Vuiluitworp Lingewaard De laatste jaren zijn de resterende maatregelen in het kader van de basisinspanning uitgevoerd. Enkel het terugbrengen van de vuiluitworp vanuit het bemalingsgebied t Zand resteert. Het basisrioleringsplan is momenteel (begin 2016) in de afrondende fase. Vervolgens worden ook de noodzakelijke maatregelen om t Zand te laten voldoen aan de basisinspanning uitgevoerd. De maatregelen worden gecombineerd met het reduceren van de wateroverlastsituaties in het bemalingsgebied. Tevens zal, wanneer mogelijk, een aantal ongewenste overstorten gesloten worden. Uit de basisrioleringsplannen komt naar voren dat de ingestelde capaciteit van vele gemalen te laag of te hoog is. Door het aanpassen van deze geïnstalleerde capaciteiten kan de vuiluitworp sterk verlaagd worden. Dit heeft tevens een positief effect op het stroomverbruik. Om de vuiluitworp te beperken en de bedrijfszekerheid van de randvoorzieningen te vergroten worden de randvoorzieningen 2 x per jaar gereinigd. Afvoercapaciteit riolering De riolering is bedoeld om bij normale buien probleemloos het water van wegen en daken af te voeren. Het rioleringssysteem is hiervoor, conform de landelijke normen, gedimensioneerd op een hevige bui met een herhalingstijd van eens per twee jaar. Op basis van de basisrioleringsplannen zijn er in Huissen, Gendt en Bemmel meerdere locaties waar het stelsel gevoelig is voor water-op-straat situaties met hinder en overlast tot gevolg. In Gendt gaat het onder andere om het gebied rondom de Dorpstraat. In Bemmel om het gebied in de omgeving Oostervelden en in Huissen om bemalingsgebied t Zand. Alle genoemde kernen kennen ook kleine lokale overlastlocaties. 'water-op-straat' situatie Door de klimaatveranderingen zal het aantal hevige buien, met name in de zomer, toenemen. De kans op hinder en wateroverlast, met materiele en immateriële schade tot gevolg, wordt hierdoor groter. Blad 41 van 61

46 Waterberging in watergangen en openbare ruimte Voor de gemeente Lingewaard is de stedelijke wateropgave bepaald. Na een herberekening in 2012 en 2013 blijken er een aantal locaties waar de afvoer- en bergingscapaciteit van het oppervlaktewatersysteem niet voldoet aan de gestelde normen. Inmiddels is een aantal van de benodigde maatregelen uitgevoerd. Er resteren nog een aantal maatregelen. Een groot aantal van deze maatregelen is reeds in de periode gepland Grondwater Het grondwaterbeleid wordt parallel met het opstellen van dit GRP opgesteld en vervolgens verankerd in het GRP. Op basis van de meldingenregistratie van de afgelopen jaren is er nauwelijks sprake van grondwateroverlast of grondwateronderlast. Wel is het zo dat de grondwaterstand periodiek, bij hoogwater in de rivieren, erg hoog kan komen te staan. Het gaat hier dan niet om een structurele situatie, en de inwoners zijn zich daarvan over het algemeen bewust. Men is gewend om in een rivierenlandschap te leven. Per jaar wordt een enkele overlast locatie gemeld. Om beter inzicht te krijgen in de grondwatersituatie is een grondwatermeetnet ingericht. Op diverse locaties zijn ontwaterende voorzieningen in de vorm van drainage aangelegd. Niet al deze voorzieningen zijn in beeld (circa 80% wel). Drainage wordt tot dusver niet structureel onderhouden. Dit vormt een aandachtspunt. Tevens is onbekend in welke staat (toestand) de drainage verkeerd. Naast drainage zijn er locaties waar het gemengde riool (onbedoeld) ook als drainage werkt. Bij vervanging of relining van dergelijke drainerende buizen kan de grondwaterstand na vervanging/reparatie stijgen. Voorkomen moet worden dat dit leidt tot grondwateroverlast. 7.3 Budget 2016 (begroting) Via de inkomsten van de rioolheffing dekt de gemeente de kosten die verbonden zijn aan de uitvoering van de afvalwater-, hemelwater- en grondwaterzorgplicht. Onderstaand schema, gebaseerd op de begroting 2016, toont een nadere specificatie van deze kosten. reguliere exploitatie personeel & overhead kapitaallasten De jaarlijkse terugkerende uitgaven die nodig zijn voor het in stand houden van het huidig areaal. Zoals het reinigen en inspecteren van riolen, klein onderhoud aan riolen, onderhoud aan gemalen, kolken zuigen, stroomkosten gemalen, etc. Om gemeentelijke watertaken te kunnen uitvoeren is een organisatie met deskundig personeel en materieel nodig. De kapitaallasten voor eenmalige projectmatige onderhoudswerkzaamheden voor het in stand houden van en/of verbeteren van het bestaande areaal. subtotaal rioolexploitatie begroting riolering ,14 mln. (30%) 0,87 mln. (23%) 1,81 mln. (47%) 3,82 mln. overig Compensabele btw en kwijtschelding. 0,56 mln. totaal budget 4,38 mln. Blad 42 van 61

47 Circa een derde deel is bestemd voor reguliere exploitatie (klein) onderhoud. Krap een kwart wordt besteed aan personeelskosten en overhead. Hierin zijn ook de kosten inbegrepen voor het innen van de rioolheffing. Naast regulier (klein) onderhoud zijn ook eenmalige projectmatige uitgaven nodig voor groot onderhoud (vervanging) dan wel verbetering van bestaande voorzieningen. Deze investeringsuitgaven worden geactiveerd en omgezet in kapitaallasten (rente en afschrijving). Dit vormt circa de helft van de begroting en daarmee verreweg de grootste kostenpost. Toe te rekenen kosten aan de rioolheffing De riolering maakt onderdeel uit van de openbare ruimte en staat daarbij dus niet op zichzelf. Bepaalde activiteiten kunnen daarom niet sectoraal beschouwd en bekostigd worden. Dit noemen we gemengde activiteiten (activiteiten die meerdere doelen dienen). Een voorbeeld is het vervangen van riolen, waarbij de volledige wegverharding (van erfgrens tot erfgrens) wordt opgebroken en vernieuwd in plaats van alleen de verharding die boven de riolering is gesitueerd. Maar ook het straatvegen en onderhoud aan vijvers en watergangen in stedelijk gebied zijn integrale activiteiten. In de Gemeentewet, richtlijnen vanuit de commissie BBV (Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten) en de handreikingen van de VNG (Model kostenonderbouwing rioolheffing januari 2010) zijn de kaders met betrekking tot het toerekenen van kosten aan de rioolheffing vastgelegd. Binnen deze voorwaarden is ruimte voor differentiatie. Zo zijn er verschillende mogelijkheden voor het toerekenen van budgetten bij integrale projecten. De gemeente Lingewaard rekent de kosten van de wegverharding die boven de rioolsleuf wordt opgebroken en hersteld, toe aan de rioolheffing. Voor andere activiteiten, zoals straatvegen, onkruidbestrijding en dergelijk geldt dit in het huidig beleid niet. Blad 43 van 61

48 8 Wat vinden wij belangrijk? Ambitieverkenning Dit hoofdstuk gaat in op de ambitie voor de gemeentelijke watertaken. 8.1 Wat is ambitie? Ambitie is niets anders dan het gewenste kwaliteitsniveau voor riolering en water in de gemeente Lingewaard. De ambitie stelt een doel en geeft aan wat voor product (wensbeeld) wordt geboden aan bewoners, ondernemers maar ook aan bezoekers (o.a. toeristen). Bij het bepalen van de ambitie zijn er keuzemogelijkheden in kwaliteit (de drie kwaliteitsniveaus). Elk kwaliteitsniveau heeft bijbehorende consequenties en kosten. Oftewel: elke kwaliteit heeft z'n prijskaartje. 8.2 Proces ambitieverkenning Op 12 mei 2016 zijn tijdens het brede projectgroepoverleg de ambities verkend. Aan de hand van de uitdagingen in de (afval)waterketen (zie kader rechts) zijn met de leden de ambities verkend: Mogen straten na een hevige regenbui korte tijd blank staan? Is water in de kruipruimte erg? Is water afvoeren via de straat een goed alternatief voor de afvoer via de riolering? Volstaat het huidig niveau of moet het (nog) beter? Waar willen we heen met Lingewaard in de toekomst? Alle projectgroepleden hebben hierbij hun ambities uitgesproken en gepresenteerd. Deze ambities zijn vertaald in kwaliteitsaccenten bovenop het uitgangsniveau. In de volgende paragraaf wordt het uitgangsniveau besproken. In de paragraaf daarna de kwaliteitsaccenten vanuit de brede projectgroep. De uitdagingen in de (afval)waterketen: Binnen de waterketen krijgen we de komende jaren te maken met uitdagingen. Eén van de uitdagingen is de verandering van het klimaat. Zo verandert bijvoorbeeld de manier waarop het regent in Nederland. Het regent vaker en harder, maar vooral lokaal. Dat betekent dat er meer buffers moeten worden aangelegd om dat regenwater goed op te kunnen vangen. Daarnaast bevat het afvalwater steeds meer nieuwe milieuvreemde stoffen zoals medicijnresten, hormonen en microplastics. Dat vraagt dus mogelijk om andere manieren van inzameling en nieuwe manieren van zuivering om ervoor te zorgen dat de kwaliteit van het water goed blijft Ook verandert langzaamaan onze visie op afvalwater. Het afvalwater zit namelijk vol schaarse en waardevolle grondstoffen. Veel van deze grondstoffen worden op dit moment nog geloosd met het gezuiverde afvalwater. Dat gaat de komende jaren veranderen. Ook wordt de infrastructuur die wij gebruiken alsmaar ouder. De komende jaren is een aanzienlijk deel ervan aan vervanging toe. Tenslotte krijgen de inwoners meer verantwoordelijkheid doordat de overheid een stapje terug doet op het gebied van ruimtelijke ordening. Er is steeds meer ruimte voor burgerparticipatie of overheidsparticipatie. Blad 44 van 61

49 8.3 Uitgangsniveau Basis De gemeente Lingewaard heeft de afgelopen jaren gewerkt met een kwaliteitsambitie Basis. Nog niet op alle punten is dit bereikt, maar men is wel hard op weg om dit voor alle onderdelen te bereiken (zie ook Nulmeting, hoofdstuk 7). Ambtelijk wordt dit gezien als ondergrens/uitgangsniveau. Ook uit de politieke contacten is naar voren gekomen dat kwaliteitsniveau Basis uitgangpunt is voor het beleid. Dit kwaliteitsniveau is in beelden, beschrijving en normen beschreven in de kwaliteitscatalogus (hoofdstuk 4). 8.4 Kwaliteitsaccenten In de brede projectgroep zijn de ambities verkend. Deze hebben per thema een aantal kwaliteitsaccenten opgeleverd. In deze paragraaf worden deze per thema toegelicht. Inzameling van stedelijk afvalwater Binnen de brede projectgroep zijn bij dit onderdeel de volgende kwaliteitsaccenten naar voren gekomen: Aanpak van medicijnresten in het afvalwater (bijvoorbeeld afvoer van afvalwater op maat bij zorglocaties); Grondstoffen terugwinnen uit het afvalwater. Transport van stedelijk afvalwater Binnen de brede projectgroep zijn bij dit onderdeel de volgende kwaliteitsaccenten naar voren gekomen: Energie terugwinnen uit afvalwater; Duurzame energie inzetten bij de gemalen (bijvoorbeeld zonnepanelen). Effect- en risicogestuurd rioolbeheer, verschillende riolen op verschillende manier beheren op basis van het risico (kans x effect). Inzameling van overtollig hemelwater Binnen de brede projectgroep zijn bij dit onderdeel de volgende kwaliteitsaccenten naar voren gekomen: Nog meer participatie bij de inwoners (terugdringen afvoer particulier terrein); Meer groen, minder beton; Water zichtbaar bovengronds afkoppelen; Hergebruik van hemelwater; Minder schoon water naar de zuivering (kwantiteit); Blijvende inzet op afkoppelen. Verwerking van overtollig hemelwater in riolen Binnen de brede projectgroep zijn bij dit onderdeel de volgende kwaliteitsaccenten naar voren gekomen: Anticiperen op klimaatveranderingen; Hergebruik van (hemel)water; Duidelijk communiceren over klimaatveranderingen (bewustwording vergroten); Inwoners bewust maken van eigen verantwoordelijkheid. Verwerking van overtollig hemelwater in de openbare ruimte Binnen de brede projectgroep zijn bij dit onderdeel de volgende kwaliteitsaccenten naar voren gekomen: Blad 45 van 61

50 Groen/natuur als waterberging; Water zichtbaar; Ruimte voor innovatie bij herstructurering; Meer open water, oude duikers weer toegankelijk maken. Inzameling van grondwater De achterliggende jaren heeft de gemeente een basisambitie (actieve rol) aangehouden. Enerzijds omdat er weinig meldingen van grondwaterproblemen zijn anderzijds vanwege de lokale situatie als gevolg van het rivierenlandschap. De komende planperiode is het voorstel deze ambitie door te zetten. Er zijn geen kwaliteitsaccenten voor grondwater naar voren gekomen. 8.5 Uitwerking in ambitiescenario s Bovenstaande kwaliteitsaccenten zijn uitgewerkt in een drietal ambitiescenario s: A, B en C. Hierbij staan de letters A, B en C niet voor kwaliteitsniveau Hoog, Basis of Laag. Het uitgangspunt Basis is verwerkt in scenario A (Huidig beleid voortzetten). In scenario B zijn een aantal kwaliteitsaccenten opgenomen die zorgen voor anticiperen op de klimaatveranderingen. Scenario C is het meest ambitieus, hierin zijn alle kwaliteitsaccenten verwerkt. scenario A scenario B scenario C Huidig beleid voortzetten basis ambitie In scenario A wordt het beleid van het huidig GRP en Waterplan voortgezet. Dit scenario richt zich op in stand houden wat goed functioneert en datgene verbeteren wat nog niet goed functioneert. Anticiperen op de klimaatveranderingen In scenario B is meer ruimte opgenomen om het functioneren van de riolen en voorzieningen robuuster te maken en daarmee te anticiperen op de klimaatveranderingen. Klaar voor de waterketen van de toekomst Bij scenario C staat aanvullend het duurzamer en gezonder maken van de leefomgeving centraal. In dit scenario is meer ruimte opgenomen om het functioneren van de riolen en voorzieningen duurzamer en toekomstbestendig te maken. In deze planperiode betreft het met name extra onderzoeksactiviteiten, op basis hiervan kan in volgende planperiodes daadwerkelijk uitvoering worden gegeven. 8.6 Keuze scenario De scenario s zijn uitgewerkt in de beleidskeuzenotitie. Hierin zijn de effecten, activiteiten en financiële consequenties grofmazig in beeld gebracht. Ambtelijk is voorgesteld voor de komende beleidsperiode minimaal invulling te geven aan scenario B. Ook vanuit duurzaamheid en kostenoverweging lijkt dit de beste keuze. De beleidskeuzenotitie is 17 augustus 2016 in het college behandeld. Het college heeft besloten scenario C nader uit te werken als beleidsscenario in dit nieuwe GRP In hoofdstukken 9, 10 en 11 worden op basis van deze keuze achtereenvolgens de effecten, de activiteiten en financiële consequenties uitgewerkt. Blad 46 van 61

51 9 Wat betekent dit? Ambitieprofiel In dit hoofdstuk wordt het effect van scenario C vertaald in een ambitiesprofiel. Vervolgens is vanuit dit ambitiesprofiel aangegeven hoe de gebruikers van de openbare ruimte deze kwaliteit gaan ervaren. Wat merken zij óf wat merken zij juist niet! Scenario C: klaar voor de waterketen van de toekomst Kwaliteitsprofiel kernen buitengebied afvalwater inzameling van afvalwater B > H B > H transport van stedelijk afvalwater B B inzameling van overtollig hemelwater B > H - hemelwater verwerking van hemelwater in riolen H - verwerking van hemelwater in de openbare ruimte H - grondwater inzameling van grondwater B > H - verwerking van grondwater B - Wat merken gebruikers van de openbare ruimte? Nagenoeg al het afvalwater wordt ingezameld via riolering en centraal gezuiverd. Op die locaties in het buitengebied waar het afvalwater niet via riolen wordt ingezameld wordt dit lokaal verwerkt (gezuiverd). Stankklachten en of verontreinigingen van sloten en bodem komen hierdoor nauwelijks voor. Daar waar mogelijk winnen wij grondstoffen terug uit het afvalwater. De vuilwaterriolering verkeert in een goede technische staat. Aantasting van het riool komt beperkt voor. De risico's op beschadigde riolen zijn daardoor beperkt. Overlast voor bewoners bij storingen of calamiteiten aan de riolering wordt tot een minimum beperkt. stedelijk afvalwater hemelwater Inzetten op meer groene oplossingen, inzet van de totale openbare ruimte. Minder ondergrondse betonnen oplossingen. Actief inzetten op minder schoon water naar de zuivering. Als in de buurt wat gebeurt (rioolvervanging, wegreconstructie) wordt getoetst of sprake is van knelpunten en/of overlast. Indien dit het geval is, is scheiden van het hemelwater van het afvalwater (afkoppelen) uitgangspunt. Bij hoosbuien wordt het overtollig hemelwater opgevangen en afgevoerd. De straat zal slechts zelden blank staan. De omgeving ondervindt hier dan korte tijd hinder. Maar van overlast is geen sprake. Het water loopt niet de woningen en tuinen in. Bij extreme hoosbuien moeten wij leren accepteren dat de straat enige tijd blank staat. Dit leidt wellicht tot hinder voor de omgeving. Overlast en schade als gevolg van extreme hoosbuien wordt zoveel mogelijk voorkomen. Bij buien wordt het afvalwater afdoende opgevangen in bergingsbakken. Er kan dan verdund afvalwater in sloten en vijvers stromen. Incidenteel leidt dit tot stank en vervuiling. Dit leidt echter niet tot gezondheidsproblemen. Sloten en vijvers zijn in staat bij uitzonderlijke buien het overtollig hemelwater afdoende te bergen, vast te houden en af te voeren. De sloten treden pas bij uitzonderlijke hoosbuien buiten hun oevers. Dit leidt wellicht tot ernstige hinder maar niet tot schade. Hittestress wordt in beeld gebracht en hier wordt actief op gestuurd. Blad 47 van 61

52 grondwater Problemen met grondwater in de gemeente worden grotendeels veroorzaakt door de stand van de rivieren. Gemeente is aanspreekpunt voor grondwaterproblemen maar in beginsel niet aansprakelijk. Bij nieuwbouwlocaties wordt bij het ontwerp al rekening gehouden met een goede ontwatering. Hiermee worden problemen in de toekomst voorkomen. In bestaand gebied kan incidenteel sprake zijn van hoge grondwaterstanden(bijvoorbeeld bij hoogwater op de rivieren) die tot hinder en/of overlast kan zorgen. Welke inspanningen worden hiervoor gedaan? Nagenoeg alle percelen (99,9%) zijn aangesloten op het riool of een gemeentelijk IBA. De resterende percelen hebben een eigen voorziening getroffen (IBA). De riolering voldoet aan de (landelijke) normering voor inzameling, transport, afvoercapaciteit van afvalwater. De grootste en belangrijkste gemalen zijn aangesloten op een geautomatiseerd signaleringssysteem. Daarmee kan de werking van de gemalen continu worden gecontroleerd en tijdig worden ingegrepen wanneer er iets mis gaat. Door optimaal en vroegtijdig onderhoudsmaatregelen te treffen wordt het ontstaan van stankoverlast en het risico op instortende riolen voorkomen. Daar waar mogelijk winnen wij grondstoffen terug uit het afvalwater. De gemalen draaien op duurzame energie. Wanneer de werking van de riolering onder de maat is door slijtage of schades wordt deze gerepareerd of vervangen. Bij nieuwbouwlocaties worden bij de aanleg meteen duurzame systemen toegepast, waarbij vuil en schoon water zoveel mogelijk gescheiden blijft. De gegevens van de voorzieningen zijn actueel en digitaal uitwisselbaar. Vermenging van schoon hemelwater met het vieze afvalwater wordt actief aangepakt. Als in de buurt dus wat gebeurt (rioolvervanging, wegreconstructie) is scheiden van schoon hemelwater van het vuile afvalwater (afkoppelen) uitgangspunt. Bij nieuwbouwlocaties worden bij de aanleg meteen systemen toegepast, waarbij afval- en hemelwater gescheiden blijft. Door optimaal en vroegtijdig onderhoudsmaatregelen te treffen wordt het ontstaan van wateroverlast en het risico op instortende riolen voorkomen. Wanneer de werking van de riolering onder de maat is door slijtage of schades wordt deze gerepareerd of vervangen. De riolering is bij normale buien probleemloos in staat het water van wegen en daken af te voeren. Bij hoosbuien (die statistisch eens per 2 jaar voorkomen) is sprake van water op straat. Dit water mag leiden tot hinder, maar komt niet boven de trottoirbanden uit. De knelpuntlocaties waar bekend is dat ernstige hinder ontstaat, worden actief aangepakt. Bij zwaardere buien is het rioolstelsel niet in staat de grote hoeveelheden neerslag meteen op alle plaatsen te verwerken. Daarvoor is het oorspronkelijk ook niet ontworpen. In deze gevallen wordt het water opgevangen in de openbare ruimte. Op enkele locaties is momenteel onvoldoende bergingscapaciteit. Hier voeren wij de komende planperiode verbeteringen door. Vanuit weg- en groenbeheer wordt structureel onderhoud verricht aan de wegen, watergangen en bijbehorende voorzieningen. De gegevens van de voorzieningen zijn actueel en digitaal uitwisselbaar. De inwoner is in eerste instantie zelf aan zet bij grondwaterproblemen. De perceelseigenaar is zelf verantwoordelijk voor de afwatering en aansluiting op eigen terrein. Voor de inwoner is de gemeente aanspreekpunt voor eventuele grondwaterproblemen. Bij meldingen wordt onder regie van de gemeente lokaal onderzoek verricht naar aard en omvang. Bij structurele hoge grondwaterstanden en daarbij structurele nadelige gevolgen, is de gemeente aan zet (zie bijlage 2 Grondwaterbeleid). De gemeente treft dan maatregelen in openbaar gebied, mits kosten efficiënt en doelmatig en niet de verantwoordelijkheid van het Waterschap of de Provincie is. Deze maatregel wordt daar waar mogelijk gecombineerd met geplande werken in de openbare ruimte. Er is een grondwatermeetnet ingericht om beter inzicht te krijgen in de grondwatersituatie. Er wordt structureel onderhoud verricht aan de ontwaterende voorzieningen. stedelijk afvalwater hemelwater grondwater Dit ambitiesprofiel is in hoofdstuk 10 uitgewerkt in activiteiten. Blad 48 van 61

53 10 Wat betekent dit? Activiteitenprogramma Om het beoogd ambitieprofiel te realiseren c.q. handhaven zal de gemeente diverse activiteiten uit moeten voeren, namelijk: planvorming, onderzoek & facilitair onderhoud (regulier & eenmalig) maatregelen personeel & overhead Jaarlijks zijn activiteiten nodig om het beoogd kwaliteitsniveau te borgen. Actueel inzicht in omvang, toestand en functioneren van het areaal is daarbij noodzakelijk. De reguliere en eenmalige activiteiten die nodig zijn voor het feitelijk in stand houden van het areaal. Zoals het reinigen van riolen, onderhoud aan gemalen, kolkenzuigen, renoveren en vervangen van riolen. Eenmalige activiteiten die nodig zijn om het beoogd kwaliteitsniveau te bereiken. Zoals afkoppelen van verhard oppervlak of het verhelpen van 'water-op-straat' situaties. Om het scenario te realiseren is een organisatie met deskundig personeel en materieel nodig. Voor het beleidsscenario zijn de geraamde uitgaven van de activiteiten over de periode bepaald. Alle bedragen zijn gebaseerd op prijspeil Er is geen rekening gehouden met inflatie. Bij toekomstig gebruik (in bijvoorbeeld begrotingen en budgetten) dienen de bedragen altijd te worden aangepast aan het dan geldende prijspeil. De ramingen zijn grotendeels gebaseerd op de Leidraad Riolering, derhalve is rekening gehouden met een percentage voor planvoorbereiding en directie en toezicht op de werken. Activiteiten: planvorming, onderzoek en facilitair Ten opzichte van de afgelopen planperiode is er meer aandacht voor educatie en communicatie met de gebruikers (inwoners en bedrijven). Door middel van educatie en communicatie worden inwoners en bedrijven bewust gemaakt van hun eigen verantwoordelijkheid. Zij kunnen een belangrijke bijdrage leveren aan het reduceren van wateroverlast en ongewenste lozingen. Educatie zal zich ook richten op de kleinste gebruikers, de schoolkinderen. Daarnaast zal er de komende periode aandacht zijn voor de impact van de klimaatveranderingen. De afgelopen planperiode is onderzocht hoe het riool- en oppervlaktewatersysteem functioneert bij hevige neerslag. Maar wat gebeurt er als het harder regent dan de capaciteit van het riool toelaat? Ontstaat er dan hinder of overlast? En hoe kan de openbare ruimte en in het bijzonder het openbare groen ingezet en aangepast worden om eventuele overlast te reduceren. Een derde accent ligt op het onderdeel duurzaamheid. De afvalindustrie is de laatste jaren sterk veranderd. Waar vroeger afval geld kostte levert het steeds vaker geld op doordat het gebruikt kan worden aks grondstof. Dit geldt ook voor afvalwater. In afvalwater zijn unieke grondstoffen aanwezig die teruggewonnen kunnen worden. Ook kan afvalwater aangewend worden om energie te winnen. In de komende planperiode vinden verkenningen plaats of het terugwinnen van grondstoffen en het benutten van het afvalwater als energiebron rendabel is voor Lingewaard. Naast het terugwinnen van energie is het terugdringen van het energieverbruik en het inzetten van duurzame energie een speerpunt. Het energiegebruik wordt gereduceerd door het aantal draaiuren van de gemalen terug te dringen. Dit wordt gedaan door vuilwater en schoon hemelwater te scheiden. Onderzocht wordt of het mogelijk is om duurzame bronnen in te zetten (bijvoorbeeld zonnepanelen) als energiebron voor de gemalen. Blad 49 van 61

54 Vuilwater naar de zuivering en schoon water naar de sloot blijft een speerpunt. Het scheiden van schoon en vuil water heeft meerdere voordelen. Naast het energiegebruik zal het oppervlaktewater minder belast worden door vuilwaterlozingen. Bovendien neemt het zuiveringsrendement van de rioolwaterzuiveringsinstallatie (RWZI) toe. Een laatste verkenning op het onderdeel duurzaamheid is de aanpak van medicijnresten in het afvalwater. Medicijnresten zijn door de rioolwaterzuiveringsinstallatie zeer moeilijk uit het afvalwater te verwijderen. Hierdoor komen de resten in het milieu terecht en vervolgens ons drinkwater. Is dit terug te dringen? Verkenningen vinden plaats, waarbij ook nadrukkelijk naar de aanpak van andere (gemeenten) wordt gekeken. In de planperiode zal samenwerking met andere partijen een speerpunt blijven. Dit in lijn met de afspraken die gemaakt zijn in het Bestuursakkoord Water. Doelen van de samenwerking zijn beperking van de kostenstijging, vergroten van kwaliteit en verminderen van de kwetsbaarheid. De samenwerking op het gebied van onderzoek en analyse van meetgegevens binnen de waterketen is een belangrijk onderdeel hiervan. Deze zal in de planperiode verdere ingevuld gaan worden. In het kader van Rijn6 wordt de gezocht naar mogelijke samenwerking op het gebied van communicatie en beheer en onderhoud van IBA s. Samen met Waterschap Rivierenland en de ODRA zal onderzocht worden of er extra aandacht geschonken moet worden aan de indirecte lozingen. In het kader van het afvalwaterakkoord zal bekeken worden op welke wijze invulling gegeven moet worden aan het calamiteitenplan. In de volgende tabel staan de op te stellen plannen, uit te voeren onderzoeken en facilitaire activiteiten voor de planperiode. Voorbereiding van projecten (vervanging of verbetering) maakt onderdeel uit van de betreffende activiteiten en zijn in dit overzicht buiten beschouwing gelaten. Jaarlijks vind een evaluatie plaats van de uitgevoerde activiteiten en het gevoerde beleid, waarbij ook nadrukkelijk naar de uitgaven en de doelmatigheid van de uitgaven wordt gekeken. Aan de hand van deze evaluatie (analyse planvorming) vind eventuele bijstelling van het activiteitenprogramma plaats. planvorming planning totale uitgave planperiode (5 jaar) analyse planvorming jaarlijks beheer grondwatermeetnet jaarlijks samenwerking Rijn 6 jaarlijks watereducatie + communicatie jaarlijks GRP planvorming klimaatbestendigheid (o.a. stresstest jaarlijks klimaat en ) planvorming duurzaamheid (o.a. van afval naar jaarlijks grondstof en terugwinnen energie) onderzoek rioleringsberekeningen jaarlijks beoordelen rioolinspecties jaarlijks algemene kosten rioolbeheer jaarlijks meten en monitoren jaarlijks onderzoek waterplan jaarlijks onderzoek afvalwaterstudie en droog weer afvoer planperiode analyse systematiek grondwater onderzoek jaarlijks onderzoek ongerioleerde percelen Blad 50 van 61

55 facilitair belastingen jaarlijks verzekeringen jaarlijks voorziening gebouwen jaarlijks bestandsbeheer jaarlijks perceptiekosten jaarlijks toerek. btw comp. uurtarief jaarlijks totaal planvorming, onderzoek en facilitair Activiteiten: onderhoud In onderstaande tabellen zijn de uit te voeren onderhoudsactiviteiten voor de planperiode weergegeven. Binnen onderhoud wordt onderscheid gemaakt in 4 categorieën: onderhoud: ongewijzigd handhaven reparatie: beperkte toestandswijziging renovatie: ingrijpende toestandswijziging (evenaren nieuw aanleg) vervanging: verwijderen bestaand object, plaatsen nieuw object onderhoud /reparatie planning totale uitgave planperiode (5 jaar) klein onderhoud vv riool jaarlijks reiniging randvoorz. jaarlijks slibverwerking jaarlijks reiniging en inspectie jaarlijks schadeherstel vv riool jaarlijks onderh.contracten huisaansl. jaarlijks kolken reinigen jaarlijks nieuwe aansluitingen jaarlijks nutskosten gemalen jaarlijks telefoonkosten gemalen jaarlijks onderhoud gemalen en MR jaarlijks onderhoud IBA's jaarlijks onderhoud wadi's jaarlijks onderhoud duikers + sloten jaarlijks bijdrage straatvegen jaarlijks bijdrage bladruimen jaarlijks totaal onderhoud regulier De budgetten voor onderhoud en reparatie komen grotendeels overeen met de kosten van de afgelopen planperiode. Aanvullend is er budget opgenomen voor het straatvegen en bladruimen. Blad in de riolering en voor de kolken heeft een negatief effect voor het functioneren van de riolering. In het riool leidt blad tot verstoppingen en ophopingen. Voor de kolken leidt blad bij hevige neerslag tot wateroverlast. Aanpak aan de bron, door de straat te vegen en het blad te ruimen, is dan ook zeer effectief. Blad 51 van 61

56 renovatie/vervanging cyclische vervanging IBA's planperiode vervanging vrijverval riool planperiode vervanging duikers planperiode vervanging randvoorz. elektromechanisch planperiode vervanging randvoorz. bouwkundig - * vervanging gemalen elektromechanisch planperiode vervanging gemalen bouwkundig planperiode vervanging persleidingen planperiode vervanging pompputten elektromechanisch planperiode vervanging pompputten bouwkundig - * vervanging bufferputten elektromechanisch - * vervanging bufferputten bouwkundig - * vervanging vacuümstation elektromechanisch - * vervanging vacuümstation bouwkundig - * vervanging wadi's planperiode totaal onderhoud eenmalig * in planperiode is geen renovatie/vervanging voorzien De budgetten voor renovatie en vervanging zijn gebaseerd op de kenmerken van de aanwezige voorzieningen. Op basis van de leeftijd en/of de technische staat is een inschatting gemaakt van de benodigde budgetten voor vervanging in de komende planperiode. Voorafgaand aan de een eventuele vervanging wordt beoordeeld of vervangen noodzakelijk is of dat volstaan kan worden met renovatie van de voorziening. Vervanging van riolering wordt zoveel mogelijk afgestemd op de vervanging en/of renovatie van de wegen, zodat werk met werk gemaakt kan worden. In de kostenramingen zijn onderzoekskosten voor voorbereiding inbegrepen. Uit de tabel komt naar voren dat een groot deel van het budget van ruim 10 miljoen nodig is voor de vervanging van het vrijverval riool. Een groot deel van het vrijverval riool is inmiddels bijna 60 jaar oud en blijkt op basis van rioolinspecties aan vervanging toe. De komende jaren voert de gemeente Lingewaard een verkenning uit naar de meerwaarde van risico gestuurd rioolbeheer. Risico gestuurd rioolbeheer gaat ervan uit dat niet elk riool voor het functioneren van het rioolsysteem en de bovenliggende openbare ruimte even belangrijk is. De gevolgen van het falen van het rioolsysteem, bijvoorbeeld bij het instorten van een rioolbuis, zijn niet op elke locatie gelijk. Door het beheer, het onderhoud, renovatie en het vervangen van riolering op de functie van het riool en de bovenliggende openbare ruimte af te stemmen kan het beschikbare budget efficiënter en doelmatiger worden ingezet. Activiteiten: maatregelen Om het beoogd kwaliteitsniveau van dit scenario te bereiken zijn de komende planperiode verbeteringsmaatregelen aan het aanwezige rioolstelsel en watersysteem nodig. Ten opzichte van de voorgaande planperiode wordt ingezet op het scheiden van de waterstromen. Daar waar riolering wordt vervangen wordt, wanneer technische mogelijk en doelmatig vuilwater en hemelwater gescheiden. Hierbij wordt de openbare ruimte en het particulier oppervlak, voor zover mogelijk, afgekoppeld. Waar mogelijk wordt de afvoer van hemelwater zichtbaar (bovengronds) uitgevoerd door in het verleden gedempte sloten in ere te herstellen en het openbare groen tevens in te zetten voor de verwerking van hemelwater. De gemeente zal stimuleren dat ook particulieren zoveel mogelijk de waterstromen scheiden. Door voorlichting zal het belang van anders omgaan met hemelwater benadrukt worden. Bij rioleringswerkzaamheden in de openbare ruimte wordt gestimuleerd dat ook het aanliggend Blad 52 van 61

57 particulier verhard oppervlak afgekoppeld wordt. De werkzaamheden op particulier terrein kunnen in dat geval voor rekening van de gemeente uitgevoerd worden. Voorwaarde is wel dat het afkoppelen technisch haalbaar en doelmatig is. De geplande rioolprojecten zijn er op gericht de kans op wateroverlast en het lozen van vuilwater op oppervlaktewater te reduceren. Een deel van deze noodzakelijke maatregelen is bepaald in de uitgevoerde basisrioleringsplannen. De maatregelen aan de riolering zijn zoveel mogelijk gepland op locaties waar de riolering op korte termijn ook technisch aan vervanging toe is. Ook het stedelijk watersysteem wordt plaatselijk vergroot om het hemelwater en het overstortende stedelijk afvalwater te kunnen verwerken. Het aantal van deze maatregelen betreffen resterende maatregelen uit het Waterplan. In onderstaande tabel zijn de maatregelen voor de planperiode weergegeven. In de kostenramingen zijn onderzoekskosten voor voorbereiding inbegrepen. planning totale uitgave planperiode (5 jaar) projecten Waterplan planperiode geplande rioolprojecten planperiode rioolprojecten obv uitgevoerde basisrioleringsplannen planperiode anticiperen klimaatverandering (o.a. afkoppelen) planperiode extra waterberging in de openbare ruimte planperiode totaal onderhoud eenmalig Activiteiten: personeel & overhead De gemeentelijke watertaken wordt binnen de gemeente Lingewaard uitgevoerd door de teams Projectrealisatie (PR), Openbare Ruimte en Vastgoed (ORV) en Technisch Wijkbeheer (TWB/buitendienst). Blad 53 van 61

58 Huidige formatie Onderstaand schema toont de beschikbare huidige formatie: Taakveld Tijdsbesteding Tijdsbesteding Functie Uren/jaar FTE's/jaar Onderzoek en beleid Beleidsmedewerker PR 670 0,50 Beleidsmedewerker PR ,80 Rioolbeheerder ORV 402 0,30 Totaal ,60 Beheer en onderhoud Rioolbeheerder ORV 938 0,70 Diverse ORV 50 0,04 Diverse TWB ,10 Totaal ,84 Maatregelen en investeringen Projectleider PR ,90 Projectleider PR 268 0,20 Projectleider ORV 402 0,30 Toezichthouder ORV 804 0,60 Diverse ORV 986 0,74 Totaal ,74 Totaal ,18 Benodigde formatie Aan de hand van de Leidraad Riolering module D2000 is een indicatie gegeven van de gemiddelde jaarlijkse benodigde formatie. benodigde capaciteit op jaarbasis (fte) onderzoek & beleid 1,04 beheer & onderhoud 4,04 maatregelen/investeringen 3,34 totaal 8,42 Uit de analyse blijkt dat de eigen organisatie net niet over voldoende capaciteit beschikt om de activiteiten uit het beleidsscenario uit te voeren. De komende planperiode wordt jaarlijks bij het opstellen van het operationeel plan bekeken hoe en met welke personele invulling (competenties) de eigen organisatie het beleidsscenario efficiënt uit kan voeren. De reguliere kosten voor personeel & overhead bedragen de komende planperiode ,00 ( ,00 per jaar). Deze kosten zijn gebaseerd op de huidige formatie en de huidige toerekening van personeelskosten. planning totale uitgave planperiode (5 jaar) uren huidige formatie jaarlijks totaal personeel & overhead Blad 54 van 61

59 11 Kostendekkingplan In het vorig hoofdstuk is het activiteitenprogramma van het beleidsscenario op hoofdlijn gepresenteerd. De gemeentelijke uitgaven van deze programma s worden gedekt vanuit de rioolheffing. In dit hoofdstuk worden de uitgangspunten van het kostendekkingplan beschreven. Allereerst wordt een beschrijving gegeven van de uitgangspunten en rekenmethode. Vervolgens wordt ingegaan op de heffingsgrondslag. Als laatste wordt de tariefsontwikkeling behandeld. Voor de overzichtelijkheid zijn de getallen in de tabellen afgerond. Het kostendekkingsplan is in detail als bijlage 6 opgenomen Uitgangspunten en rekenmethode Algemeen Alle bedragen zijn gebaseerd op prijspeil Er is geen rekening gehouden met inflatie. Bij toekomstig gebruik (in bijvoorbeeld begrotingen en budgetten) dienen de bedragen altijd te worden aangepast aan het dan geldende prijspeil. De ramingen zijn grotendeels gebaseerd op de Leidraad Riolering, derhalve is rekening gehouden met een percentage voor planvoorbereiding en directie en toezicht op de werken. De btw is separaat inzichtelijk gemaakt. Lasten Bij de lasten wordt onderscheid gemaakt tussen exploitatiekosten, kwijtschelding & oninbaar, investeringen en compensabele btw. Exploitatiekosten De kosten voor het jaarlijks operationeel beheer en onderhoud (onderzoekskosten, planvorming, facilitatie, reinigen van de riolen, reparatie van riolen, onderhouden van sloten en onderhoud aan pompen en gemalen) alsmede de personeelskosten vormen de exploitatiekosten. Veelal zijn dit kosten die in de praktijk jaarlijks niet al te veel zullen schommelen. Deze kosten worden in één keer ten laste van de rioolexploitatie in het betreffende jaar gebracht. Onderstaand schema toont het verloop van de exploitatiekosten in de planperiode (gebaseerd op begroting 2016 en afgerond op 1.000,00). jaar operationeel beheer & onderhoud exploitatiekosten personeel & overhead totaal totaal Bij de bepaling van de tariefontwikkeling van de rioolheffing is geen rekening gehouden met een stijging van de exploitatiekosten door groei van het aantal rioolaansluitingen. Blad 55 van 61

60 Kwijtschelding & oninbaar Op jaarbasis wordt ,00 aan kwijtschelding toegerekend aan de rioolheffing. Daarnaast wordt als gevolg van leegstand jaarlijks rekening gehouden met 2,5% oninbaar op de inkomsten rioolheffing woningen ( ,00). Investeringen Bij de investeringsuitgaven wordt onderscheid gemaakt in groot onderhoud en vervanging van het bestaande areaal (onderhoud eenmalig) en verbetering van bestaand areaal wat niet goed functioneert (maatregelen). De uitgaven voor groot onderhoud en vervanging zijn gebaseerd op de nieuwste gegevens vanuit het rioolbeheersysteem (februari 2016). De verbeteringsmaatregelen die reeds voor de komende jaren zijn gepland, zijn aangeleverd door de gemeente. Onderstaand schema toont een voorlopige specificatie van de investeringen in de komende planperiode. In totaal wordt er jaarlijks ruim 4 miljoen per jaar geïnvesteerd. Op basis van de opgestelde planning en begrotingen wordt verwacht dat dit investeringsniveau tot 2030 circa gelijk blijft aan deze 4 miljoen per jaar. Na 2030 is de verwachting dat de investeringen die noodzakelijk zijn om het stelsel op orde te houden verder stijgen als gevolg van een vervangingspiek. jaar onderhoud eenmalig investeringen maatregelen totaal Wijze van afschrijven en kapitaliseren investeringen De investeringsuitgaven worden volgens de annuïteiten methode afgeschreven (rentepercentage 1,5%) en als kapitaallasten ten laste van de rioolexploitatie gebracht. Hiermee worden uitgaven gelijkmatiger ten laste van de rioolexploitatie afgevlakt en worden pieken in tariefstijging beperkt. De afschrijvingsperiode varieert per type investering. Blad 56 van 61

61 De volgende afschrijvingsperioden worden gehanteerd: investering technische levensduur financiële afschrijvingstermijn renovatie riolering (putten en buizen) 60 jaar 60 jaar > 40 jaar vervanging riolering (putten en buizen) 60 jaar 60 jaar > 40 jaar rioolgemaal bouwkundig 45 jaar 45 jaar > 40 jaar pompstation rioolgemaal - elektromechanisch pompstation 15 jaar pompstation 15 jaar pompstation drukriool - bouwkundig pompstation 45 jaar pompstation 45 jaar > 40 jaar pompstation drukriool - elektromechanisch pompstation 15 jaar pompstation 15 jaar pompstation bufferputten vac.riool bouwkundig pompstation 45 jaar pompstation 45 jaar > 40 jaar pompstation bufferputten vac.riool - elektromechanisch pompstation 15 jaar pompstation 15 jaar pompstation pompstation vac.riool - bouwkundig pompstation 45 jaar pompstation 45 jaar > 40 jaar pompstation pompstation vac.riool - elektromechanisch pompstation 15 jaar pompstation 15 jaar pompstation randvoorziening - bouwkundig pompstation 60 jaar pompstation 60 jaar > 40 jaar pompstation randvoorziening - elektromechanisch pompstation 15 jaar pompstation 15 jaar pompstation persleidingen/drukriolering pompstation 45 jaar pompstation 45 jaar > 40 jaar pompstation IBA s pompstation 10 jaar pompstation 10 jaar pompstation pompstation pompstation Voor een aantal bestaande investeringsuitgaven geldt dat de financiële afschrijvingstermijnen met de nieuwe nota activabeleid zijn gewijzigd (gemaximaliseerd op 40 jaar). Kapitaallasten Bij de kapitaallasten is onderscheid te maken tussen kapitaallasten voortvloeiend uit toekomstige investeringen en kapitaallasten als gevolg van investeringen uit het verleden. De kapitaallasten uit het verleden zijn aangeleverd door de afdeling financiën. In de volgende tabel zijn de kapitaallasten uit het verleden en de nieuwe kapitaallasten weergegeven (afgerond op 100,00). jaar kapitaallasten kapitaallasten verleden nieuwe kapitaallasten totaal totaal Blad 57 van 61

62 Compensabele btw Sinds de invoering van het btw-compensatiefonds in 2003 (zie kader rechts) belast de gemeente de btw door in de rioolheffing. De doorbelaste btw bestaat uit 3 componenten: 1. Btw op de reguliere exploitatie 2. Btw op de afschrijvingslasten van investeringen uit het verleden 3. Btw op de afschrijvingslasten van nieuwe investeringen Btw-compensatiefonds Met de invoering van het btw-compensatiefonds (BCF) vanaf 1 januari 2003 hebben gemeenten en provincies de mogelijkheid om de door hen betaalde btw op een groot aantal activiteiten, waarbij zij een overheidstaak uitoefenen, te verrekenen met het BCF. Het btw-compensatiefonds is gevuld met gelden die zijn onttrokken aan het gemeentefonds. Gemeentegeld dus; feitelijk een sigaar uit eigen doos. De VNG is daarom van mening dat de compensabele btw op rioolactiviteiten uit de rioolheffing zou moeten worden gehaald. jaar exploitatie afschrijving investeringen verleden compensabele btw afschrijving nieuwe investeringen totaal totaal Voorziening Om schommelingen in de lasten op te vangen wordt gebruik gemaakt van een voorziening. Hiermee hoeft het tarief niet steeds aangepast te worden wanneer sprake is van een piek (of dal) in de uitgaven. Bij een positieve of negatieve stand wordt geen rente toegerekend aan de voorziening. Eind 2015 had de voorziening een stand van circa 3,4 miljoen. Baten De exploitatielasten, kwijtschelding & oninbaar, kapitaallasten en compensabele btw vormen samen de totale kosten. Tegenover de kosten staan de opbrengsten uit de rioolheffing. Naast de rioolheffing zijn er nog inkomsten vanuit aanleg van nieuwe aansluitingen (jaarlijks ,00). Eventuele subsidies worden in mindering gebracht op de betreffende investeringen. Blad 58 van 61

63 Heffingseenheden Op dit moment wordt van alle percelen die direct dan wel indirect zijn aangesloten op de gemeentelijke riolering rioolheffing geheven. Deze heffing betreft een gebruikersheffing. In 2016 is sprake van de volgende differentiatie: Woningen: eenheden Niet woningen: (bedrijfs)aansluitingen waarvan 117 aanslagen grootverbruik aansluitingen Toename heffingseenheden als gevolg van areaaluitbreiding Er is vooralsnog geen rekening gehouden met een toename van de heffingseenheden Ontwikkeling lasten De onderstaande figuur geeft het beeld van de ontwikkeling van de lasten voor de lange termijn. Een groot deel van het bestaande riool zal op termijn vervangen worden door gescheiden riolering. Deze vervanging leidt samen met de verbetermaatregelen tot stijging van de totale kapitaallasten (kapitaallasten verleden en nieuwe) kapitaallasten en daarmee tot een stijging van de totale lasten. Blad 59 van 61

64 11.3 Voorstel tariefsontwikkeling Planperiode Voor de tariefsontwikkeling in de komende planperiode is het voorstel als volgt: Perceel, uitsluitend in gebruik als woonhuis, ongeacht m 3 afgevoerd afvalwater Perceel, niet of niet uitsluitend in gebruik als woonhuis en afvoer afvalwater van 0 tot 350 m 3 Perceel, niet of niet uitsluitend in gebruik als woonhuis en afvoer afvalwater van 351 m 3 en meer ,40 225,00 (excl. inflatiecor.) 233,40 225,00 (excl. inflatiecor.) 233, ,65 voor elke volle eenheid van 100 m 3 die boven de hoeveelheid van 350 m 3 wordt afgevoerd 225,00 (excl. inflatiecor.)+ 31,65 (excl. inflatiecor.) voor elke volle eenheid van 100 m 3 die boven de hoeveelheid van 350 m 3 wordt afgevoerd De voorziening is ingericht ter egalisatie van de jaarlijkse inkomsten en uitgaven. Het is geen spaarvoorziening. Gezien de huidige hoogte van de voorziening (circa 3,4 miljoen) en de verwachte lasten voor de komende planperiode, wordt een verlaging van de rioolheffing geadviseerd. De bijstelling van de heffing ten opzichte van het vorige GRP is een direct gevolg van de verlaging van de rente over de gekapitaliseerde investeringen en te kapitaliseren investeringen. Door de verlaging van deze rente nemen de lasten af. In onderstaande tabel/grafiek is de ontwikkeling van de hoogte van de rioolheffing en voorziening weergegeven. Hierbij is de hoogte van de rioolheffing gepresenteerd voor een standaard aanslag (huishouden). De voorziening heeft naar verwachting aan het eind van 2016 een hoogte van 3,8 miljoen (afhankelijk van werkelijk rentelasten en afschrijving). In 2017 en 2018 zijn de inkomsten vanuit rioolheffing en baten groter dan de lasten. De voorziening zal hierdoor oplopen naar circa 4,4 miljoen. Vanaf 2019 zijn de inkomsten lager dan de lasten. Vanaf dat moment wordt de voorziening aangewend om tekorten op te vangen. Jaar Hoogte rioolheffing [ ] Inkomsten minus lasten [ 1.000] eindsaldo voorziening [ 1.000] , , , , , Blad 60 van 61

65 Lange termijn Op basis van de geprognotiseerde lasten zal de rioolheffing op de lange termijn moeten stijgen. Bij een rioolheffing van 225,00 per huishouden is de voorziening naar verwachting in 2028 leeg Verwacht wordt dat na de planperiode van dit GRP de rioolheffing gemiddeld jaarlijks met 2% zal moeten stijgen om kostendekkend te blijven. Blad 61 van 61

66 12 Raadsbesluit Blad 62 van 61

67 13 Reactie derden Blad 63 van 61

68 Bezoekadres De Blomboogerd 1, 4003 BX Tiel Postadres Postbus 599, 4000 AN Tiel T (0344) F (0344) E info@wsrl.nl I Bank IBAN NL93 NWAB BIC NWABNL2G INGEKOMEN 2 8 SEP Waterschap Rivierenland College van burgemeester en wethouders van de gemeente Lingewaard Postbus AA BEMMEL 16BIN04174 VERZONDEN 2 7 SEP 2016 Datum: Uw kenmerk: Ons kenmerk: Behandeld door: 26 september 2016 Mail d.d / P.T. de Haas Team Projectrealisatie Onderwerp: Doorkiesnummer/ Reactie WSRL op ontwerp Gemeentelijk Rioleringsplan Lingewaard (GRP 2017 t/m (0344) ) p.de.haas@wsrl.nl Geacht college, Op 15 september 2016 ontvingen wij van u per het ontwerp 'Gemeentelijk Rioleringsplan, planperiode 2017 t/m 2021' d.d , door uw college vastgesteld op 12 september In uw verzoekt u ons te reageren op dit ontwerpplan, dat bestaat uit het hoofdrapport GRP versie 3.0 en het versie 3.0. In deze brief geven wij onze reactie mede namens Rijkswaterstaat Oost-Nederland. In het voortraject heeft u ons diverse malen in de gelegenheid gesteld om mee te denken over de beleidskeuzes van uw gemeente en hebben wij reacties gegeven op de conceptversies van het GRP en het. De wijze waarop het proces is doorlopen verdient onze complimenten. Ook hebben wij veel waardering voor de door u omschreven visie en de ambities in het GRP met betrekking tot de gemeentelijke watertaken. Resteren nog enkele opmerkingen: Een aandachtspunt is de niet gerioleerde lozingen. Zowel Rijkswaterstaat als het waterschap zijn van mening dat de ongezuiverde lozingen in oppervlaktewater in de planperiode moeten worden beëindigd. In de planperiode van het nieuwe GRP willen wij graag afspraken met uw gemeente maken over de aansluiting op de riolering, dan wel een andere adequate voorziening. In het GRP heeft u een overzicht opgenomen van de technische basisrioleringsplannen van de woonkernen van uw gemeente, waar de gemeente overeenstemming over heeft met het waterschap en Rijkswaterstaat. Conform het Besluit lozen buiten inrichtingen (Blbi) is op deze wijze formeel overeenstemming met de waterbeheerders over locaties en het lozingsgedrag van de rioollozingswerken. Conform het besluit gelden na vaststelling van het GRP algemene lozingen voor deze lozingen. Wij gaan er vanuit dat het hoofdrapport en het tezamen het Gemeentelijk Rioleringsplan vormen en integraal ter besluitvorming worden voorgelegd aan de gemeenteraad. Wij verzoeken u het besluit van de gemeenteraad betreffende het GRP aan ons waterschap en Rijkswaterstaat toe te sturen.

69 Ons kenmerk / Pagina 2 van 2 Wij vertrouwen erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Een afschrift van deze brief sturen wij naar Rijkswaterstaat Oost-Nederland en provincie Gelderland. Hoogachtend, namens ge-van dijkgraaf en heemraden va terschap Rivierenland, 1 Riemersma amleider Plannen Oost Bijlagen: Afschrift: Geen Archief; T-PLO/PdH ; T-PLO/FJ; Gemeente Lingewaard, T.a.v. de heer C. de Jong, Postbus 15, 6680 AA Bemmel Rijkswaterstaat Oost-Nederland, T.a.v. de heer P. Bielen, Postbus 25, 6200 MA Maastricht Provincie Gelderland, T.a.v. de heer D. Corpel, Postbus 9090, 6800 GX Arnhem Wij verzoeken u vriendelijk bij verdere correspondentie ons kenmerk te vermelden, zodat wij uw brief sneller kunnen beantwoorden.

70 Bijlagen Blad 64 van 96

71 Bijlage 1 Invulling protocollen kwaliteitscatalogus Protocol beoordeling rioolinspecties vrijverval riolering De kwalitatieve beheerstrategie is gericht op het opheffen van aanwezige schades die de ingrijpmaatstaf hebben bereikt/overschreden. De kwalitatieve beheerstrategie maakt hiervoor gebruik van de schadebeelden verkregen uit de inspectieresultaten. Voor het inspecteren van riolering wordt de leidraad NEN3398 gebruikt. Op basis hiervan wordt conform de kwalitatieve rekenmotor een maatregel voorgesteld. Hierbij wordt rekening gehouden met: Het type schade De ernst van de schade De omvang van de schade (percentage van strenglengte) Onderstaand figuur geeft inzicht in de kwalitatieve rekenmotor van Lingewaard. Deze sluit grotendeels aan bij landelijke standaarden (NEN/RIONED). maatgevende toestandaspecten overige toestandaspecten Toestandaspecten Ernst Omvang Toestandaspecten conform NEN3399 planjaar 1-3 planjaar 4-6 code Toestandsaspect streng functionele eis Ingrijpnorm Ingrijpnorm 1% 100% BAA Deformatie stabiliteit > 1% BAB Scheur stabiliteit 4-5 n.v.t. > 1% 33% BAC Breuk/instorting stabiliteit 2, 4 of 5 n.v.t. > 1% 33% BAD* Defectieve bakstenen of defectief metselwerk waterdichtheid 4-5 n.v.t. > 1% 33% BAE* Ontbrekende metselspecie waterdichtheid 4-5 n.v.t. > 1% 33% BAF Oppervlakteschade stabiliteit 5 4 > 1% 33% BAG Instekende inlaat afstroming 3 of 5 n.v.t. > 1% BAI Indringend afdichtingsmateriaal afstroming 5 n.v.t. > 1% BAJ* Verplaatste verbinding stabiliteit 5 n.v.t. > 1% 33% BAK* Defectieve lining stabiliteit 3 of 5 n.v.t. > 1% 33% BAL* Defectieve reparatie stabiliteit 2, 3 of 5 n.v.t. > 1% 33% BBA Wortels afstroming > 1% BBB Aangehechte afzettingen afstroming > 1% BBC Bezonken afzettingen afstroming > 1% BBD Binnendringen van grond waterdichtheid 2-5 n.v.t. > 1% 33% BBE Andere obstakels afstroming 3-5 n.v.t. > 1% BBF Infiltratie waterdichtheid > 1% 33% BAD* Defectieve bakstenen of defectief metselwerk waterdichtheid BAE* Ontbrekende metselspecie waterdichtheid BAH Defectieve aansluiting waterdichtheid BAJ* Verplaatste verbinding stabiliteit BAK* Defectieve lining stabiliteit = verwijderen obstakel BAL* Defectieve reparatie stabiliteit BAN* Poreuze buis waterdichtheid = wortels verwijderen BAO* Grond zichtbaar door defect nvt BAP* Holle ruimte zichtbaar door defect nvt = renoveren van een gedeelte van de streng BAM Lasfouten stabiliteit BBG Exfiltratie waterdichtheid = vervangen BBH Ongedierte nvt BCA Aansluiting nvt BCB Plaatselijke reparatie nvt BCC Kromming in riool nvt BCD Begin knooppunt nvt BCE Eindknooppunt nvt BDA Algemene foto nvt BDB Algemene opmerking nvt BDC Inspectie afgebroken nvt BDE Vloeistofstroom in binnenkomende buis nvt BDF Atmosfeer in leiding nvt BDG Verlies van beeld nvt * Wordt niet meegenomen;er wordtingegrepen op degevolgschade: 'Infiltratie' of 'Binnendringen van grond' Blad 65 van 96

72 Bijlage 2 Grondwaterbeleid Blad 66 van 61

73 Grondwaterbeleidsnotitie gemeente Lingewaard Definitief

74

75 Grondwaterbeleidsnotitie gemeente Lingewaard Definitief Uitgebracht aan: Gemeente Lingewaard T.a.v. de heer K. de Jong Postbus AA BEMMEL Auteur ir. J.H. Bouma Kenmerk BR01 RAP Vrijgave ir. J.H. Bouma Datum Status Definitief

76 Grondwaterbeleidsnotitie gemeente Lingewaard Wareco is het Nederlandse ingenieursbureau op het gebied van water, bodem en funderingen. Onze kracht is de integratie en combinatie van de specialisaties. We doen onderzoek en geven advies. We maken plannen en begeleiden de uitvoering. Enthousiast, persoonlijk en innovatief. Al 35 jaar leveren we maatwerk, met als resultaat hoge kwaliteit en duurzame, kostenbesparende oplossingen. Vanuit haar vestigingen in Deventer en Amstelveen bedient Wareco met circa 60 professionals overheden, bedrijfsleven en particulieren. Wareco beschikt over een ISO 9001 gecertificeerd kwaliteitssysteem en een ISO gecertificeerd milieumanagementsysteem. Daarin worden de kwaliteit van onze adviseurs, de producten die we leveren en het adviesproces duurzaam geborgd. BR01 RAP

77 Grondwaterbeleidsnotitie gemeente Lingewaard Inhoudsopgave Tekst pagina 1. Inleiding Aanleiding Grondwater Begrippen Vormen van grondwateroverlast Eerste analyse resultaten grondwatermeetnet Afbakening Beleidskader Algemeen Waterwet - grondwaterzorgplicht Taakverdeling en verantwoordelijkheden Grondwatervisie Missie en visie Strategie maatregelen Mogelijke maatregelen tegen grondwateroverlast Voorkeursvolgorde maatregelen Ontvangst particulier aangeboden grondwater Gewenste ontwatering Achtergrond Ontwateringsdiepte Structurele grondwateroverlast Uitzonderingen structurele grondwateroverlast Bebouwing vanaf Invloed van de rivieren - kwelgebieden Doelmatig Aanpak Inleiding Huidige grondwateroverlast aanpakken BR01 RAP

78 Grondwaterbeleidsnotitie gemeente Lingewaard Onderzoek bij uitvoeringsprojecten Onderzoek naar aanleiding van klachten en meldingen Ontwerp en aanleg gemeentelijke maatregelen Toekomstige grondwaterproblemen voorkomen Beheer voorzieningen Grondwatermeetnet Beheer drainage Grondwaterbeschermingsgebied Bijlagen 1. Kaart infiltratiemogelijkheden, uit rapport Infiltratiekansen in gemeente Lingewaard, Wareco, kenmerk BR01 RAP , 13 juni Kaart potentiële kwelgebieden 3. Grondwaterbeschermingsgebied ir. H. Sijmons BR01 RAP

79 Grondwaterbeleidsnotitie gemeente Lingewaard 1. Inleiding 1.1. Aanleiding In de waterwet is de gemeentelijke grondwaterzorgplicht opgenomen. De kern hiervan is als volgt: Het in het openbare gemeentelijke gebied treffen van maatregelen teneinde structureel nadelige gevolgen van de grondwaterstand voor de aan de grond gegeven bestemming zoveel mogelijk te voorkomen of te beperken, voor zover het treffen van die maatregelen doelmatig is en deze niet tot de verantwoordelijkheid van het waterschap of de provincie behoort. (Artikel 3.6 Waterwet) De Waterwet geeft bewust beleidsruimte voor regionale invulling van dit artikel. In voorliggende grondwaterbeleidsnotitie geeft de gemeente Lingewaard aan hoe zij haar grondwaterzorgplicht invult Grondwater Begrippen De stijghoogte van het freatisch grondwater, het grondwaterpeil, is van belang voor het grondgebruik en eventueel te nemen maatregelen bij dit gebruik. Dit geldt voor bouwen (kruipruimten), voor aanleg en onderhoud van oppervlaktewater, groen en wegen en voor de kansen voor ecologie en natuur. Hoge grondwaterstanden kunnen leiden tot vochtoverlast in woningen, beperkingen in het groenbeheer en verhoogde kosten in het wegbeheer. Enkele hydrologische begrippen, genoemd in de volgende hoofdstukken, zijn schematisch weergegeven in figuur 1. BR01 RAP Definitief 1

80 Grondwaterbeleidsnotitie gemeente Lingewaard Figuur 1: Hydrologische begrippen Vormen van grondwateroverlast Overlast op het particulier terrein Grondwateroverlast bij woningen heeft vaak betrekking op natte of vochtige kruipruimtes, of optrekkend vocht door muren. Hierdoor kunnen in de woningen problemen ontstaan zoals schimmelvorming en een te vochtig binnenklimaat. Ook natte tuinen kunnen het gevolg zijn van te hoge grondwaterstanden. Stabiliteitsverlies wegen Door hoge grondwaterstanden is sprake van een vergrote kans op stabiliteitsverlies (spoorvorming) van wegen. Hierdoor zal de weg vaker opnieuw geprofileerd dienen te worden dan bij een goede ontwatering. Kabels en leidingen in het grondwater Door te hoge grondwaterstanden kan bij aanleg en vervanging van kabels en leidingen een tijdelijke bemaling nodig zijn voor uitvoering in den droge. Kosten zijn met name voor nutsbedrijven (maatschappelijke kosten). Groenbeheer Door te hoge grondwaterstanden groeien bomen minder goed. Directe kosten zitten in het vervangen van bomen en het verbeteren van de groeicondities. Ook kunnen andere boomsoorten worden geplaatst. Voor de bomen is het daarnaast van belang dat de grondwaterstand niet structureel gaat stijgen. Hierdoor zullen boomwortels afsterven, waardoor de conditie van de bomen vermindert. Uiteindelijk kan dit resulteren in sterfte. 2 Definitief BR01 RAP

81 Grondwaterbeleidsnotitie gemeente Lingewaard Eerste analyse resultaten grondwatermeetnet Het grondwatermeetnet is in de eerste helft van 2013 aangelegd. De meetresultaten zijn opgenomen in het Dinoloket van TNO. Bekend is dat hoge grondwaterstanden vooral voorkomen bij hoge rivierstanden. Het waterpeil van de rivieren heeft via de kwel grote invloed op de freatische grondwaterstanden. Met name de gebieden achter de dijken zijn kwelgevoelig, zie ook paragraaf en bijlage 2. Afkoppelen en infiltreren naar het freatische grondwater is in de gemeente vaak lastig omdat de deklaag veelal bestaat uit klei en de grondwaterstand hoog is. In delen van de gemeente is het echter wel mogelijk om te infiltreren naar het eerste watervoerende pakket. De mogelijkheden voor infiltreren zijn aangegeven in de rapportage infiltratiekansen in de gemeente Lingewaard, Wareco, kenmerk BR01 RAP , 13 juni In dit rapport is een infiltratiekansenkaart opgesteld, deze is ook opgenomen in bijlage Afbakening Deze grondwaterbeleidsnotitie heeft betrekking op het ondiepe, freatische grondwater binnen de bebouwde kom van de gemeente. Het gaat dus om het grondwater dat zich in de bovenste meters van de bodem bevindt. Het freatische grondwaterpeil wordt sterk beïnvloed door neerslag en door de kweldruk in het eerste watervoerende pakket. Dit grondwaterplan is gericht op de grondwaterkwantiteit. Grondwaterkwaliteitsaspecten en Warmte Koude Opslag (WKO) komen niet aan bod. Te hoge grondwaterstanden kunnen leiden tot overlast bij woningen, wegen en groen. Deze beleidsnotitie geeft aan hoe de gemeente om wil gaan met grondwateroverlast. Te lage grondwaterstanden kunnen leiden tot versnelde maaivelddaling in zettinggevoelige gebieden. Daarnaast kunnen houten paalfunderingen worden aangetast met schade aan panden tot gevolg. Voor zover bekend bij de gemeente zijn houten paalfunderingen niet/nauwelijks toegepast. Ook zijn er geen schadegevallen ten aanzien van houten paalfunderingen bij de gemeente bekend. Deze notitie gaat daarom niet in op te lage grondwaterstanden. Het beleidskader op basis waarvan dit plan tot stand is gekomen, is samengevat weergegeven in hoofdstuk 2. BR01 RAP Definitief 3

82 Grondwaterbeleidsnotitie gemeente Lingewaard 2. Beleidskader 2.1. Algemeen De werkzaamheden van de gemeente Lingewaard zijn er primair op gericht om de veiligheid en de leefbaarheid (leefomgeving) van haar inwoners en bedrijven te waarborgen en waar mogelijk te verbeteren. Grondwateroverlast kan het woongenot en daarmee de leefbaarheid van de inwoners aantasten. Daarnaast kan de gemeente, als beheerder van de openbare ruimte, zelf ook last ondervinden van hoge grondwaterstanden bij wegen en groen Waterwet - grondwaterzorgplicht De taakverdeling en verantwoordelijkheid voor het beheer van het ondiepe grondwaterbeheer was tot 2008 niet eenduidig in wet- en regelgeving vastgelegd. Om deze onduidelijkheid op te heffen is de Wet Verankering en Bekostiging Gemeentelijke Watertaken (hierna te noemen: Wet Gemeentelijke Watertaken) opgesteld, die per 1 januari 2008 in werking is getreden. Deze wet is per 22 december 2009 geïntegreerd in de nieuwe Waterwet. Deze wet gaat overigens niet alleen over grondwater maar ook over regenwater. De wet bevat onder meer de nieuwe rioolheffing en introduceert gemeentelijke zorgplichten voor afvloeiend hemelwater en voor het grondwater. De zorgplicht werkt niet met terugwerkende kracht. Dit betekent dat de zorgplicht voor oude grondwateroverlastsituaties niet zonder meer tot aansprakelijkheid kan leiden. De gemeentelijke grondwaterzorgplicht bestaat uit de volgende 2 delen (art 3.6 Waterwet): 1. De gemeenteraad en het college van burgemeester en wethouders dragen zorg voor het in het openbaar gemeentelijke gebied treffen van maatregelen teneinde structureel nadelige gevolgen van de grondwaterstand voor de aan de grond gegeven bestemming zoveel mogelijk te voorkomen of te beperken, voor zover het treffen van die maatregelen doelmatig is en niet tot de zorg van het waterschap of de provincie behoort. 2. De maatregelen, bedoeld in het eerste lid, omvatten mede de verwerking van het ingezamelde grondwater, waaronder in ieder geval worden begrepen de berging, het transport, de nuttige toepassing en het, al dan niet na zuivering, op of in de bodem of in het oppervlaktewater brengen van ingezameld grondwater, en het afvoeren naar een zuiveringtechnisch werk. De volgende elementen zijn hiervoor van belang (bron: Van rioleringszaak naar gemeentelijke watertaak, VNG 2007). 4 Definitief BR01 RAP

83 Grondwaterbeleidsnotitie gemeente Lingewaard Structureel nadelige gevolgen De gemeentelijke taak begint als er sprake is van structureel nadelige gevolgen van de grondwaterstand. Bij incidentele grondwaterproblemen (bijvoorbeeld bij extreme regenval) heeft de gemeente dus geen taak en die zal de perceeleigenaar moeten accepteren c.q. zelf maatregelen nemen. In hoofdstuk 4 wordt hieraan nadere invulling gegeven. Bestemming Voorwaarde voor maatregelen is dat de grondwaterstanden negatieve gevolgen moeten hebben voor de bestemming (bijvoorbeeld woonfunctie). Er moet dus een probleem zijn. Inspanningsplicht De grondwaterstand is zeker in bebouwd gebied- niet volledig te sturen, daarom heeft de grondwaterzorgplicht van de gemeente het karakter van een inspanningsverplichting ( zoveel mogelijk ) en is de gemeente niet verantwoordelijk voor de grondwaterstand. Doelmatigheid In de afweging van gemeentelijke maatregelen moeten de financiële implicaties, de omvang en de duur van de problemen meegenomen worden, alsmede de verschillende mogelijke oplossingen om grondwateroverlast tegen te gaan (beïnvloeden van het grondwaterpeil in probleemgebieden versus laten nemen van bouwkundige maatregelen). Niet de verantwoordelijkheid van andere overheden De gemeentelijke zorgplicht geldt alleen voor maatregelen die niet tot de verantwoordelijkheid van het waterschap of de provincie behoren. Zo kan een verlaging van het oppervlaktewaterpeil in bepaalde gevallen ook bijdragen aan het bestrijden van de grondwateroverlast. Dit is dan een taak van het waterschap Taakverdeling en verantwoordelijkheden De volgende partijen hebben een gedeelde verantwoordelijkheid en taken aangaande de kwantiteit van het stedelijk en ondiep grondwater: de perceeleigenaar, de gemeente, het waterschap en de provincie. Het waterleidingbedrijf heeft als primaire taak het leveren van drinkwater en heeft geen wettelijke verantwoordelijkheid ten aanzien van de grondwaterstand of de handhaving van de grondwaterkwaliteit. Hieronder worden per verantwoordelijke de taken en verantwoordelijkheden benoemd. BR01 RAP Definitief 5

84 Grondwaterbeleidsnotitie gemeente Lingewaard a. De perceeleigenaar: Is primair verantwoordelijk voor de ontwatering van zijn terrein. Van de perceeleigenaar mag worden verwacht dat hij de vereiste (waterhuishoudkundige en/of bouwkundige) maatregelen neemt om grondwaterproblemen te voorkomen of te bestrijden. Hierbij horen ook eigen maatregelen c.q. wensen ten aanzien van het object, zoals wonen in de kelder. Hij houdt bij grondwaterstandverlagende maatregelen rekening met het gemeentelijk grondwaterbeleid en belangen van aangrenzende percelen. Hij kan de gemeente verzoeken het water te mogen lozen op een gemeentelijke voorziening of het oppervlaktewater. De gemeente maakt daarbij een doelmatigheidsafweging. De gemeente stemt dit verzoek dan zo nodig verder af met het waterschap. De perceeleigenaar is uiteraard verantwoordelijk voor de bouwkundige staat en het onderhoud van zijn bouwwerken. b. De gemeente Lingewaard: Is verantwoordelijk voor de ontwatering van openbaar terrein. Biedt particulieren de mogelijkheid zich te ontdoen van grondwater, voor zover deze daartoe geen andere mogelijkheden hebben en dit passend is binnen het gemeentelijk grondwaterbeleid. Draagt zorg voor de aanleg en het onderhoud van de benodigde voorzieningen en aansluitpunten in de openbare ruimte voor de ontwatering van het particuliere terrein voor zover passend binnen het gemeentelijke beleid. Neemt naar herhaalde meldingen over (grond)wateroverlast het initiatief om onderzoek te verrichten naar aard en omvang. Stelt als initiatiefnemer in ruimtelijke plannen een waterparagraaf op. Hierin worden de aspecten van het grondwater meegenomen. Het waterschap heeft een adviserende rol voor respectievelijk het oppervlakte- en grondwater. c. Waterschap Rivierenland: Heeft haar verantwoordelijkheid voor het kwantitatieve en kwalitatieve oppervlaktewater, voor zover in haar beheer. Zij heeft tevens een (afgeleide) rol in het beheer van het ondiepe grondwater. Het waterschap kan namelijk via de peilen in de watergangen de grondwaterstand in de nabije omgeving beïnvloeden. Het waterschap is echter niet in directe zin verantwoordelijk voor de grondwaterstanden. Het waterschap betrekt als integraal waterbeheerder de grondwateraspecten bij het oppervlaktewaterbeheer en omgekeerd. Is verantwoordelijke voor het operationele grondwaterbeheer. Het waterschap zorgt voor vergunningverlening voor onttrekkingen en infiltraties, voor zover de provincie geen vergunningverlener is. Daarnaast geeft de keur aan bij welke grondwateronttrekkingen en -infiltraties sprake is van een plicht tot melding of vergunning. Voorts behandelt zij meldingen van grondwateronttrekkingen, en houdt zij een adequaat grondwatermeetnet in stand. 6 Definitief BR01 RAP

85 Grondwaterbeleidsnotitie gemeente Lingewaard Het waterschap stuurt op het duurzaam gebruik van het grondwater. Hierbij wordt het onttrekken van grondwater zodanig gereguleerd dat er sprake is van een duurzaam gebruik van grondwater en negatieve effecten van onttrekkingen zoveel mogelijk worden beperkt. Heeft een adviserende rol, zowel ten behoeve van het uitvoeren van de watertoets c.q. waterparagraaf, als bij het aanpakken van problemen in bestaand bebouwd gebied. In het watertoetsproces worden de grondwateraspecten meegewogen. Het waterschap heeft een en ander vastgelegd in haar grondwaterbeleidsplan , bijgewerkte versie H d. Provincie Gelderland: De provincie is strategisch beleidsbepaler voor het kwantitatieve en kwalitatieve grondwaterbeheer. De provincie is met de invoering van de Waterwet (2009) geen grondwaterbeheerder meer. Het beheer van grondwater is met de Waterwet in handen gelegd van de waterschappen, uitgezonderd winningen voor de openbare drinkwatervoorziening, industriële onttrekkingen groter dan m 3 /jaar en warmte-koude opslag (WKO). Voor deze onderdelen is de provincie verantwoordelijk en bevoegd gezag. De provincie is bevoegd gezag voor de bescherming van de kwaliteit van het grondwater op grond van de Waterwet (Kaderrichtlijn Water en Grondwaterrichtlijn) en de Wet Milieubeheer. De provincie heeft een centrale rol in het grondwaterbeschermingsbeleid. De gebieden waar grondwater voor drinkwater aan de bodem wordt onttrokken en de gebieden die daarvoor in reserve worden gehouden worden afdoende beschermd. De provincie stelt beperkingen aan activiteiten en ruimtelijke functies in het zogeheten grondwaterbeschermingsgebied. In de gemeente is sprake van één grondwaterbeschermingsgebied. De ligging hiervan is opgenomen in bijlage 3. BR01 RAP Definitief 7

86 Grondwaterbeleidsnotitie gemeente Lingewaard 3. Grondwatervisie 3.1. Missie en visie Onder de missie wordt verstaan een strategische doelstelling voor de lange termijn, waarbij de continuïteit wordt geborgd. De gemeente Lingewaard streeft in haar gebied een grondwaterstand na, welke geen structurele overlast veroorzaakt bij inwoners en bedrijven. Onder de visie wordt verstaan de wijze waarop de missie kan worden bereikt. De grondwatervisie van de gemeente Lingewaard luidt als volgt: De gemeente streeft ernaar om samen met inwoners en bedrijven de eventueel aanwezige structurele grondwateroverlast op termijn op doelmatige wijze te bestrijden. Daarnaast wil de gemeente zoveel mogelijk voorkomen dat toekomstige grondwateroverlast kan gaan ontstaan. Ook wil de gemeente een duidelijk aanspreekpunt zijn voor burgers en bedrijven betreffende grondwaterproblematiek en vragen over het grondwater. In hoofdstuk 4 is aangeven wat de gemeente verstaat onder structurele grondwateroverlast en doelmatige maatregelen. De grondwatervisie is op de volgende wijze ingevuld: 1. De gemeente wil de aanwezige structurele grondwateroverlast gaan verminderen. Door perceeleigenaren te stimuleren om zelf maatregelen te treffen, en waar doelmatig door maatregelen op gemeentelijk terrein. 2. Het bestrijden van grondwateroverlast start namelijk op het betreffende perceel. De perceeleigenaar is hier primair zelf voor verantwoordelijk. Indien de perceeleigenaar de overlast niet (alleen) kan oplossen, kan een beroep gedaan worden op de overheden. 3. Bij grondwateroverlast wil de gemeente meewerken met perceeleigenaren aan oplossingen in de openbare ruimte. De gemeente past de grondwaterstand in openbaar terrein aan tot een voor die locatie passend niveau als dit doelmatig is. 4. De gemeente wil voorkomen dat toekomstige grondwateroverlast gaat ontstaan. Bij nieuwbouw en grootschalige onderhoudswerkzaamheden wordt grondwateroverlast proactief voorkomen en er wordt al in een vroeg stadium (in het planproces) aandacht gegeven aan grondwater. 8 Definitief BR01 RAP

87 Grondwaterbeleidsnotitie gemeente Lingewaard 5. Er wordt een voorkeursprincipe voor maatregelen gehanteerd: zoveel mogelijk aansluiting op de natuurlijke omstandigheden waarbij zo weinig mogelijk water wordt afgevoerd. Maatregelen met een lange levensduur en onderhoudsarm. 6. De gemeente wil een duidelijk aanspreekpunt zijn voor burgers en bedrijven betreffende grondwaterproblematiek en vragen over het grondwater. Bij vragen en meldingen over grondwateroverlast denkt de gemeente mee met inwoners en bedrijven en helpt hen met informatie op weg bij het bestrijden van wateroverlast. 7. De gemeente neemt ten aanzien van het ondiepe grondwater de regie in het proces, waarin problemen naar aanleiding van klachten en oplossingen worden verkend. Als metingen (grondwatermeetnet), klachtenregistratie of gemeentebrede analyses daar aanleiding toe geven, voert de gemeente locatiespecifieke onderzoeken uit om de aard, omvang, mogelijke oorzaken en oplossingsrichtingen te begrijpen. 8. De gemeente werkt samen met het waterschap om te komen tot een efficiënte uitvoering van haar grondwatertaken. 9. De gemeente beheert haar grondwatervoorzieningen (drainages). De gemeente heeft nazorg bij uitgevoerde maatregelen op openbaar terrein en bij de monitoring van effecten van deze maatregelen Strategie maatregelen Mogelijke maatregelen tegen grondwateroverlast Om grondwateroverlast tegen te gaan worden de volgende type maatregelen onderscheiden: 1. Ophogen van het maaiveld. 2. Aanleggen van extra oppervlaktewater. 3. Treffen van bodemkundige maatregelen 4. Treffen van grondwatertechnische maatregelen. 5. Bouwtechnische maatregelen. Ad 1. Ophogen van het maaiveld Bij nieuwbouw en binnenstedelijke renovatieprojecten kan het betreffende terrein worden opgehoogd. Hierdoor neemt de ontwateringsdiepte toe en vermindert de kans op grondwateroverlast. Ad 2. Aanleggen van extra oppervlaktewater Door het aanleggen van nieuwe waterlopen of vijvers verbeteren de afwateringen ontwateringmogelijkheden in een wijk. Daarnaast nemen hierdoor de mogelijkheden voor afkoppelen toe. Ook kan open water worden gebruikt voor bluswater. BR01 RAP Definitief 9

88 Grondwaterbeleidsnotitie gemeente Lingewaard Ad 3. Treffen van bodemkundige maatregelen Het doorsteken van slecht doorlatende klei of leemlagen kan bijdragen aan het verlagen van de grondwaterstand. In een deel van de gemeente zijn er mogelijkheden om te infiltreren naar het eerste watervoerende pakket. In andere delen van de gemeente kan infiltratie niet zonder mee worden toegepast vanwege de kweldruk, zie rapport infiltratiekansen in gemeente Lingewaard en bijlage 1. Ook het bezanden of verschralen van een kleiige/lemige toplaag kan de overlast aan maaiveld verminderen. Deze laatste vorm van overlast is eerder als regenwateroverlast te betitelen dan grondwateroverlast. Ad 4. Treffen van grondwatertechnische maatregelen Om de ontwatering in bestaand bebouwd gebied te verbeteren zijn grondwatertechnische maatregelen mogelijk. Gedacht wordt aan drainagesystemen (horizontale, verticale) of gecombineerde drainage-infiltratie-systemen. Ook kruipruimtebemaling op het particuliere terrein valt hieronder, zie paragraaf 3.3. Ad 5. Bouwtechnische maatregelen De meest voorkomende bouwtechnische maatregelen om grondwateroverlast in de woning tegen te gaan zijn: het dampdicht maken van de begane grond vloer; het aanbrengen / weer openmaken van voldoende ventilatieroosters; het injecteren van bouwmuren om optrekkend vocht tegen te gaan; opvullen kruipruimte, bijvoorbeeld met schelpen of thermische PS chips. Indien de woningen voldoen aan de wettelijke eisen van het Bouwbesluit (sinds 1992 van kracht) zal een geringe ontwatering niet leiden tot vochtoverlast in het pand. Bij nieuwbouw, renovatie- en herstelprojecten dienen panden conform het Bouwbesluit waterdicht gemaakt te worden. Nadat bouwtechnische maatregelen zijn uitgevoerd kan de grondwaterstand natuurlijker gaan fluctueren zonder dat dit tot wateroverlast in de panden behoort te leiden. Dit zijn over het algemeen duurzame maatregelen. Het uitvoeren van bouwtechnische maatregelen is een taak van de eigenaar van het pand en wordt daarom in dit beleidsplan niet verder behandeld, zie ook paragraaf 2.3. De gemeente ziet voor haarzelf hierin geen taak Voorkeursvolgorde maatregelen Onderstaande voorkeursvolgorde streeft de gemeente na om grondwateroverlast bij nieuwbouw te voorkomen: 1. Ophogen van het maaiveld met goed doorlatende grond. 2. Het aanleggen van extra oppervlaktewater. 3. Het treffen van bodemkundige maatregelen. 4. Het aanleggen van grondwatertechnische maatregelen. 10 Definitief BR01 RAP

89 Grondwaterbeleidsnotitie gemeente Lingewaard Er wordt uitgegaan van het duurzaamheidsprincipe. Duurzaam betekent in dit geval dat de bij een gebied behorende natuurlijke hydrologische situatie zo veel mogelijk wordt gehandhaafd. Tevens betekent dit dat zo min mogelijk technische voorzieningen worden gebruikt om de grondwaterstand te reguleren. Het verhogen van het maaiveldniveau, bodemkundige maatregelen of de aanleg van meer open water heeft dan ook de voorkeur boven de aanleg van drainage of het op een andere manier structureel verlagen van de grondwaterstand. In bestaand bebouwd gebied geldt dezelfde voorkeursvolgorde. In bestaand bebouwd gebied is het verhogen van het maaiveld of het aanleggen van extra open water vaak lastig realiseerbaar, zeker op korte termijn. Dit neemt niet weg dat per project de mogelijkheden hiervan moeten worden nagegaan. Indien deze maatregelen niet doelmatig te realiseren zijn, is de gemeentelijk aan zet om de structurele grondwateroverlast in het bestaand openbaar bebouwd gebied op te lossen via de aanleg van drainage in openbaar gebied. Bij nieuwbouwplannen geldt dezelfde voorkeursvolgorde. In de praktijk zal dit betekenen dat bij nieuwbouw het maaiveld voldoende moet worden opgehoogd met goed doorlatende grond, in combinatie met de aanleg van open water Ontvangst particulier aangeboden grondwater De gemeente biedt haar inwoners de mogelijkheid zich te ontdoen van het te veel aan grondwater, als de grondwaterstand op het particuliere terrein structureel te hoog is. Dit kan bijvoorbeeld door een kruipruimtebemaling of een particulier drainagesysteem aan te laten sluiten op het gemeentelijk drainagesysteem of een regenwaterriolering. In uitzonderingsgevallen mag het drainagewater tijdelijk worden geloosd op het gemengde rioolstelsel of VGS stelsel. Dit is alleen toegestaan als aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: in de straat is geen drainagesysteem of regenwaterriool aanwezig waarop kan worden aangesloten; er is geen watergang grenzend aan het perceel waarop geloosd kan worden; de aansluiting dusdanig dient te zijn uitgevoerd, dat geen rioolwater de drainageleiding in kan stromen. BR01 RAP Definitief 11

90 Grondwaterbeleidsnotitie gemeente Lingewaard 4. Gewenste ontwatering 4.1. Achtergrond De ontwateringdiepte (afstand van het maaiveld tot het grondwater, zie onderstaande figuur) is een belangrijk item in de aanpak van de grondwateroverlast. Bij een te geringe ontwatering kan overlast ontstaan. Afhankelijk van de gebruiksfunctie kan een andere ontwatering gewenst zijn. Bij woningen in woonwijken leidt een hoge grondwaterstand in het algemeen eerder tot overlast dan op een bedrijventerrein. Ook de ouderdom van de bebouwing speelt hierin een rol. Bij oudere bebouwing kan eerder grondwateroverlast door optrekkend vocht worden ervaren dan bij nieuwbouw. Het is daarom van belang aan te geven welke grondwatersituatie de gemeente nastreeft. Het grondwaterpeil reageert op neerslag en verdamping en is daarom niet op een vast peil te handhaven. De gemeente heeft dan ook geen resultaatsverplichting om het gewenste grondwaterpeil te handhaven. Middels het nemen van maatregelen kan de gemeente in het openbaar gebied een inspanning leveren om de gewenste situatie te bereiken. De gemeente is niet verantwoordelijk voor het bereiken van een bepaalde grondwatersituatie op het particuliere terrein. Figuur 2: Drooglegging, ontwatering, opbolling en uitzakking 4.2. Ontwateringsdiepte Bestaand bebouwd gebied De gemeente Lingewaard is, als beheerder van de openbare ruimte, verantwoordelijk voor een voldoende ontwateringsdiepte van haar terrein. De gemeente streeft naar een ontwateringsdiepte onder wegen van ten minste 0,7 m, zie onderstaande figuur. 12 Definitief BR01 RAP

91 Grondwaterbeleidsnotitie gemeente Lingewaard Voor oudere bebouwing is de hoogst gewenste grondwaterstand 0,9 m vloerpeil. Dit is gebaseerd op een standaard bouwwijze met een vloerpeil van 0,2 m boven de as van de weg, een vloerdikte van 0,20 m en een kruipruimte van 0,50 m hoog, zie onderstaande figuur. Door te streven naar een ontwateringsdiepte van 0,7 m beneden de as van de weg, wordt het particuliere belang nadrukkelijk meegenomen: een kruipruimte is dan minder snel vochtig dan bij een geringere na te streven ontwateringsdiepte. Figuur 3: Hoogst gewenste grondwaterstand bij wegen en woningen gebouwd voor Nieuwbouw De gemeente streeft bij in- en uitbreidingsplannen naar een vergelijkbare ontwateringsdiepte als in het bestaande bebouwde gebied. Dit betekent dat een minimale ontwateringsdiepte van 0,7 m beneden de as van de weg wordt nagestreefd. Bij nieuwbouw geldt een vloerpeil van minimaal 0,3 m boven de as van de weg. De begane grondvloeren zijn veelal geïsoleerd waardoor deze nieuwe vloeren dikker zijn dan 0,2 m. Om een droge kruipruimte (vrije kruipruimte van 0,5 m) te houden is dan een lagere grondwaterstand nodig. Echter, een natte kruipruimte leidt bij nieuwbouw niet tot vochtproblemen in de woonruimte (Bouwbesluit 1992). Daarom streeft de gemeente voor zowel nieuwbouw als voor bestaande bouw naar een gewenste ontwatering van 0,7 m ten opzichte van de weg. Groengebieden Voor openbare groengebieden en parken wordt gestreefd naar een ontwateringdiepte van ten minste 0,5 m minus maaiveld. BR01 RAP Definitief 13

92 Grondwaterbeleidsnotitie gemeente Lingewaard Bovenstaande streefwaarden moeten worden gezien als een minimaal na te streven ontwateringsdiepte, ofwel een hoogst gewenste grondwaterstand. Deze ontwateringsdiepte kan tijdelijk worden overschreden. Dit gebeurt dan meestal als gevolg van neerslag en kwel. Een tijdelijke hogere grondwaterstand heeft geen structureel karakter. Grondwateroverlast kan ontstaan als de grondwaterstanden structureel hoger zijn dan bovenstaande ontwateringsnormen Structurele grondwateroverlast De gemeentelijke zorgplicht treedt in werking als er sprake is van structureel nadelige gevolgen (overlast of schade) voor de bestemming als gevolg van een te hoge of te lage grondwaterstand. Grondwater dat structureel hoger is 0,7 m beneden as van de weg kan leiden tot structurele grondwateroverlast. Onderstaande definitie voor structurele grondwateroverlast wordt gehanteerd: Grondwateroverlast wordt als structureel beschouwd als er: - én structureel te hoge grondwaterstanden zijn - én meldingen over structurele aantoonbare nadelige gevolgen zijn (overlast of schade). Structureel te hoge grondwaterstanden Een grondwaterstand in het openbare gebied wordt als structureel te hoog gedefinieerd als deze, ten minste voor drie opeenvolgende jaren, voor meer dan 10%, ofwel 36 dagen per jaar hoger is dan 0,7 meter beneden maaiveld. Toelichting: Om te bepalen of een grondwaterstand in 10% van de tijd hoger is dan 0,7 m beneden maaiveld wordt gebruik gemaakt van de Representatieve Hoge Grondwaterstand (RHG). De RHG is de 90 percentielwaarde van een reeks aan gemeten grondwaterstanden. Dat wil zeggen dat 10 % van de metingen een hogere waarde heeft dan de RHG. De RHG dient dus niet hoger te zijn dan 0,7 m beneden maaiveld. Met deze methodiek leiden tijdelijk hogere grondwaterstanden door neerslag of door kwel vanuit de rivieren niet direct tot structureel te hoge grondwaterstanden. Structurele aantoonbare nadelige gevolgen (overlast of schade) Van structurele aantoonbare nadelige gevolgen (overlast of schade) voor de gegeven bestemming is sprake als de overlast wederkerend is (tenminste jaarlijks) en gedurende ten minste drie jaar optreedt. Daarnaast moet de overlast of schade het gevolg zijn van een structureel te hoge grondwaterstand. 14 Definitief BR01 RAP

93 Grondwaterbeleidsnotitie gemeente Lingewaard Toelichting: Voorbeelden van structurele nadelige gevolgen bij woningen: schimmels op de muren in woonkamers, optrekkend vocht, te hoge luchtvochtigheid in de woonkamer door grondwater et cetera. Deze verschijnselen kunnen leiden tot gezondheidsproblemen. Daarnaast is ook aantasting van de houten beganegrondvloer als gevolg van een natte kruipruimte een structureel nadelig gevolg. Zie ook paragraaf Enkel een natte kruipruimte wordt niet als een structureel nadelig gevolg gezien Uitzonderingen structurele grondwateroverlast Bebouwing vanaf 1992 Vanaf 1992 is het Bouwbesluit van kracht. Een natte kruipruimte bij woningen gebouwd na 1992 mag niet leiden tot vochtoverlast in de verblijfsruimten. Anders is sprake van een bouwkundig gebrek. Afhankelijk van de toegepaste bouwwijze kan een natte kruipruimte bij woningen gebouwd voor 1992 wel leiden tot vochtoverlast in de verblijfsruimten Invloed van de rivieren - kwelgebieden Het waterpeil van de rivieren heeft via de kwel periodiek grote invloed op de freatische grondwaterstanden. Met name de gebieden achter de dijken zijn kwelgevoelig. Dit is een natuurlijke situatie die kenmerkend is voor het gebied. Het is dan ook niet logisch om voor dergelijke situaties te spreken over structurele grondwateroverlast conform de definities uit paragraaf 4.3, ondanks het feit dat periodiek zeer hoge grondwaterstanden voorkomen. In bijlage 2 zijn ter indicatie de potentiële kwelgebieden weergegeven. Dit zijn de gebieden waarbij de stijghoogte van het eerste watervoerende pakket hoger komt dan 0,7 m beneden maaiveld bij een T=1 rivierstand. Bij meldingen over grondwateroverlast gaat de gemeente na of er daadwerkelijk sprake is van een kwelsituatie Doelmatig Pas als sprake is van structurele grondwateroverlast neemt de gemeente maatregelen in de openbare ruimte. De maatregel moet wel doelmatig zijn. De volgende criteria voor doelmatige maatregelen worden gehanteerd: De maatregel is effectief. Met de maatregelen worden de problemen voorkomen of beperkt. De kosten van de maatregelen staan in verhouding tot de nadelige gevolgen. De maatregelen worden indien mogelijk in samenloop met andere werken uitgevoerd. Het verlagen van een hoge grondwaterstand alleen maakt een maatregel in de openbare ruimte dus niet doelmatig. BR01 RAP Definitief 15

94 Grondwaterbeleidsnotitie gemeente Lingewaard Voorbeeld doelmatige invulling grondwaterzorgplicht De zorgplicht kan bijvoorbeeld inhouden dat, nadat is vastgesteld dat sprake is van structurele overlast, de gemeente pas maatregelen gaat treffen als er een samenloop is met andere maatregelen (doelmatigheidseis). Dit zou ook pas over bijvoorbeeld 20 jaar kunnen zijn, doordat dan het riool vervangen gaat worden. Structurele overlast impliceert derhalve niet dat door de gemeente meteen maatregelen worden genomen. 16 Definitief BR01 RAP

95 Grondwaterbeleidsnotitie gemeente Lingewaard 5. Aanpak 5.1. Inleiding In het algemeen zijn er bij de gemeente weinig klachten over grondwateroverlast bekend. De periodiek hoge grondwaterstand is kenmerkend voor het gebied. Waarschijnlijk is een groot deel van de inwoners zich bewust dat er af en toe hoge grondwaterstanden voorkomen en dat dit een relatie heeft met de rivierstanden. Desondanks komt grondwateroverlast wel voor. Dit hoofdstuk omschrijft de gemeentelijke aanpak om de overlast te verminderen Huidige grondwateroverlast aanpakken Indien sprake is van structurele grondwateroverlast in bebouwd gebied werkt de gemeente waar mogelijk mee aan oplossingen door het uitvoeren van doelmatige maatregelen in openbaar gebied. Hiervoor wordt de volgende aanpak gevolgd: 1. Onderzoek: a. in kader van voorgenomen projecten, zie paragraaf b. naar aanleiding van klachten, zie paragraaf Ontwerp en aanleg gemeentelijke maatregelen, zie paragraaf Onderzoek bij uitvoeringsprojecten Een project in de openbare ruimte biedt een goede kans om bestaande problemen met het grondwater aan te pakken, dan wel om problemen te voorkomen. Het is een doelmatige aanpak om bij projecten in de openbare ruimte ook de grondwateroverlast aan te pakken (het werk-met-werk principe). Daarom worden de grondwateraspecten bij de projecten te betrokken. Bepaalde werkzaamheden beïnvloeden de grondwaterstand. Voorkomen moet worden dat hierdoor een stijging van de grondwaterstand optreedt. Voorbeelden van werkzaamheden die invloed kunnen hebben op de grondwaterstand zijn: Vervanging van een lekkend riool door een nieuw waterdicht riool. Relinen van een oud, lekkend riool. Afkoppelprojecten. Herinrichting van de openbare ruimte. De aanleg van een ondergrondse parkeergarage. Aanleg overige ondergrondse constructies, bouwkuipen, damwanden. Voorafgaand aan uitvoeringsprojecten wordt de huidige grondwatersituatie en de verwachte grondwatersituatie na de uitvoering van het project nagegaan. Op basis hiervan wordt besloten om eventueel maatregelen mee te nemen om de grondwatersituatie ter plaatse te verbeteren (of om te voorkomen dat zij zal verslechteren). BR01 RAP Definitief 17

96 Grondwaterbeleidsnotitie gemeente Lingewaard Voorbeeld rioolvervanging: Bij rioolvervanging kan sprake zijn van een lek geraakt riool, dat drainerend is gaan werken. Deze instroom van grondwater is ongewenst: het schone grondwater verdund het afvalwater en wordt naar de zuivering getransporteerd. Door een oud, lek riool te vervanging (of te relinen) kan de grondwaterstand gaan stijgen, met mogelijk grondwateroverlast tot gevolg. Daarom wordt voorafgaand aan rioolvervangingsprojecten een risico-scan uitgevoerd. In deze risico-scan wordt de grondwaterstand na rioolvervanging bepaald en wordt onderbouwd om wel of geen drainages mee aan te leggen Onderzoek naar aanleiding van klachten en meldingen Deze paragraaf beschrijft de wijze waarop de gemeente meldingen behandeld. Beoogd wordt hiermee voor inwoners, bedrijven en medewerkers van de gemeente duidelijk te bieden over wanneer de gemeente aan zet is en wanneer de inwoners/bedrijven. De gemeente is aanspreekpunt voor eventuele grondwaterproblemen. Inwoners worden niet doorverwezen, maar krijgen van de gemeente een antwoord. Bij herhaalde meldingen wordt onder regie van de gemeente lokaal onderzoek verricht. De volgende vragen worden dan beantwoord: Hangt de overlast samen met de grondwaterstand? Hiervoor wordt informatie uit het grondwatermeetnet (Dinoloket) en (geohydrologische) gebiedskennis gebruikt. Eventueel wordt aanvullend een onderzoek ter plaatse verricht. Is sprake van structurele grondwateroverlast? Conform het gemeentelijke grondwaterbeleid Welke maatregelen zijn doelmatig? Conform het gemeentelijke grondwaterbeleid, met onderscheid tussen mogelijke gemeentelijke maatregelen en particuliere maatregelen. Welke maatregelen kan de bewoner zelf nemen om de overlast te bestrijden? Bij particuliere maatregelen: globaal advies geven over mogelijke maatregelen. De gemeentelijke website wordt uitgebreid met een pagina met informatie over grondwateroverlast en het gemeentelijke grondwaterbeleid. Hiernaast is een stroomschema weergegeven hoe de gemeente omgaat met een melding over grondwateroverlast. 18 Definitief BR01 RAP

97 Grondwaterbeleidsnotitie gemeente Lingewaard BR01 RAP Definitief 19

98 Grondwaterbeleidsnotitie gemeente Lingewaard Ontwerp en aanleg gemeentelijke maatregelen Drainagesystemen Voor gebieden met structurele grondwateroverlast, en waarvan is vastgesteld dat de voorgenomen maatregelen doelmatig zijn, worden drainageplannen opgesteld. Dit kan een drainageplan zijn voor een straat, of voor een hele gebied. Een gebiedsgericht drainageplan bestaat uit een technisch ontwerp waarin wordt aangegeven in welke straten horizontale drainage wordt geadviseerd en op welke aanlegdiepte. Daarnaast worden het instelniveau, het materiaal, de locatie van de putten, de diameter en de lozingspunten aangegeven. Daar waar mogelijk wordt aangesloten op reeds aanwezige drainages. Het resultaat is dat een basisontwerp beschikbaar is, zodat bij uitvoeringswerken snel kan worden geschakeld. De aanleg van drainages wordt uitgevoerd indien meegelift kan worden met andere relevante werkzaamheden. Dit geldt als een doelmatige, kosteneffectieve uitvoering. Infiltreren In delen van de gemeente Lingewaard is het ook mogelijk om te infiltreren naar de ondergrond. Door het doorbreken van de kleiige toplaag kan het freatische grondwater infiltreren naar het onderliggende zandpakket. In bijlage 1 is een infiltratiekansenkaart opgenomen, zoals deze is opgesteld in het rapport Infiltratiekansen in gemeente Lingewaard. Hierin zijn de gebieden opgenomen waar het infiltreren naar de ondergrond kansrijk is. Per locatie wordt nagegaan of de hoge grondwaterstanden worden bestreden door de aanleg van horizontale drainages, of door het versneld infiltreren naar de ondergrond Toekomstige grondwaterproblemen voorkomen Door de verplichte Watertoets, waarin ook het grondwater moet worden betrokken, wordt beoogd in de bestemmingsfase de juiste keuzes te maken voor de locatie en het toekennen van de bestemmingen. Dit betekent dus dat vóóraf het hydrologisch onderzoek naar de locatiekeuze moet plaatsvinden. In de inrichtingsfase wordt het bouw- en woonrijp maken van grond gebaseerd op de ontwateringseisen uit paragraaf 4.2. Voor nieuwbouwwijken worden een minimale ontwatering van 0,7 m beneden de as van de weg geëist. Berekeningen van de initiatiefnemer moeten aantonen dat deze minimale ontwateringseis wordt gehaald. 20 Definitief BR01 RAP

99 Grondwaterbeleidsnotitie gemeente Lingewaard Voor nieuwbouwplannen is de voorkeursvolgorde voor de maatregelen uit hoofdstuk toepasbaar. Er is dan sprake van een duurzame wijze van het bouwrijp maken. Dit betekent ondermeer dat zoveel mogelijk een integrale ophoging van het maaiveld plaatsvindt en dat aandacht wordt besteed aan de beheersbaarheid en levensduur van de technieken. Hiermee kan worden voorkomen dat in de beheersfase overlast ontstaat door het onjuist bouwrijp maken Beheer voorzieningen Grondwatermeetnet Het gemeentelijke grondwatermeetnet bestaat uit 29 meetlocaties en is sinds 2013 operationeel. De meetresultaten zijn opgenomen in het Dino-loket van TNO. De meetgegevens kunnen worden gebruikt in de voorbereiding van diverse projecten zoals bijvoorbeeld drainageaanleg, rioolvervanging, bouwrijp maken, het inventariseren van mogelijkheden ten behoeve van afkoppelen en infiltreren, bodemsaneringen en bouwputbemalingen. Daarnaast leveren de metingen waardevolle informatie naar de inwoners op. De meetgegevens bieden de basis voor de toetsing aan het grondwaterbeleid. De aanpak is erop gericht om het grondwatermeetnet in stand te houden, dan wel gericht uit te breiden naar locaties waar overlast wordt ervaren Beheer drainage De gemeente draagt zorg voor het beheer en onderhoud van haar voorzieningen. In een klein deel van de gemeente ligt reeds een drainagestelsel, zoals in de wijken Klein Rome, Klaverkamp en Essenpas in Bemmel en in de Halden in Haalderen Grondwaterbeschermingsgebied Binnen de gemeente is sprake van een grondwaterbeschermingsgebied: ir. H. Sijmons, zie bijlage 3. Infiltreren van water naar de ondergrond (eerste watervoerende pakket) is binnen het grondwaterbeschermingsgebied verboden. Indien binnen de grenzen van het grondwaterbeschermingsgebied sprake is van structurele grondwateroverlast, dan wordt ingezet op de aanleg van horizontale drainages, voor zover doelmatig. BR01 RAP Definitief 21

100 BIJLAGEN

101

102

103 Grondwaterbeleidsnotitie gemeente Lingewaard Bijlage 3: Grondwaterbeschermingsgebied: ir. H. Sijmons Bron: Beschermingsgebieden Grondwater, provincie Gelderland, september BR01 RAP Definitief 1

104 Bijlage 3 Detail evaluatie vgrp Waterplan 2008 Blad 67 van 61

105 Verbetermaatregelen Geraamde uitgave Uitgevoerd? Jaar van (geplande) Opmerking/toelichting uitvoering Bedrijventerrein Gendt-Bemmel ombouwen stelsel ja 2015 project is eind 2015 afgerond. Vanwege onderhoudstermijn wordt het project pas financieel afgerond in Kapitaallasten gaan vanaf 2017 lopen. Door slimmer werken is en forse besparing gehaald tov raming in GRP.. Totale kosten voor GRP 1,16 miljoen. Aanleg riolering of IBA bij ongerioleerde percelen Gedeeltelijk ( ) in voorbereiding 2016 (ged.) Er is in de planperiode geen actie ondernomen ten aanzien van de aanleg van riolering of IBA bij ongerioleerde percelen. Er is geen prioriteit aan dit onderwerp gegeven en er was geen directe aanleiding. In het kader van het project Gendtsche Polder wordt en aantal ongerioleerde percelen aangesloten op de drukriolering. Uitvoering van dit project is waarschijnlijk in 2016/2017. Bij de financiering van dit project is uitgegaan van inzet van ,- uit dit budget. Dit is wel afgetikt door het college, maar het geld is nog niet gevoteerd. Anna Vaecstraat in Bemmel In voorbereiding 2016/2017 In planperiode is uitgekristaliseerd welke maatregelen uitgevoerd moeten worden. Op dit moment is alleen voorbereidingskrediet gevoteerd ( ,-). Voor de uitvoering is gekozen om de maatregelen mee te laten lopen met de rioleringswerkzaamheden in Bosweistraat eo. Deze maatregelen worden momenteel voorbereid en uitvoering start in de tweede helft van De geraamde kosten binnen dit project voor de Anna Vaecstraat zijn ,. Renoveren rioolgemaal van Voorststraat Inhaalslag renovatie/vervanging drukriolering - pompen Inhaalslag renovatie/vervanging drukriolering - kasten Zie hieronder bij verantwoording vervangingsinvesteri ngen. Zie hieronder bij verantwoording vervangingsinvesteri ngen. Zie hieronder bij verantwoording vervangingsinvesteri ngen. Ja 2014 Meegenomen bij investeringen/hoger. Rioolgemaal Van Voorststraat is gerenoveerd. Kosten zijn betaald uit budget vervangen hoofdgemalen mechanisch elektrisch. Uit dit budget zijn ook renovatiekosten betaald voor andere gemalen. Daarom niet zondermeer inzichtelijk wat kosten voor Van Voorststraat zijn geweest. Zie hieronder bij verantwoording vervangingsinvesteringen. In uitvoering Meegenomen bij investeringen/hoger. Er is in de planperiode heel hard gewerkt aan de vervanging van kasten en pompen bij de drukriolering. Naar verwachting wordt in 2016 de inhaalslag voor drukriolering uit de jaren 80 afgerond. Zie hieronder bij verantwoording vervangingsinvesteringen. In Uitvoering Meegenomen bij investeringen/hoger. Zie hierboven

106 Verbetermaatregelen Geraamde uitgave Uitgevoerd? Jaar van (geplande) Opmerking/toelichting uitvoering Vervangen IBA's Zie hieronder bij verantwoording vervangingsinvesteri ngen. Nee Bij investeringen opgenomen. In 2014 en 2015 was in totaal ,- opgenomen voor het vervangen van IBA's. Reden hiervoor is dat de IBA's allemaal aan het einde van hun levensduur zijn. Dit bedrag is uiteindelijk niet gebruikt omdat er nog geen IBA's zijn vervangen. Reden hiervoor is dat we erg ongelukkig zijn met de IBA's en zoekend waren naar alternatieven. Dit heeft er toe geleid dat er 5 IBA's inmiddels omgebouwd zijn tot drukriolering (betaald uit exploitatiebudgetten + eigen bijdrage bewoners). 25IBA's in de Gendtsche Polder worden in 2016/2017 omgebouwd. Daarbij aangenomen dat ,- van dit budget hiervoor ingezet wordt. Project is opgenomen als nieuwe investering. Voor de resterende IBA's, ca. 15, is op dit moment overleg gaande met het waterschap voor overname van beheer en onderhoud. Vervangen IBA's door drukriolering In voorbereiding 2016/2017 In het kader van het project Gendtsche Polder wordt en aantal ongerioleerde percelen aangesloten op de drukriolering. Uitvoering van dit project is waarschijnlijk in 2016/2017. Bij de financiering van dit project is uitgegaan van inzet van dit budget van ,-. Dit is wel afgetikt door het college, maar het geld is nog niet gevoteerd. Verbetermaatregelen bemalingsgebied 2 t Zand (Huissen) Nee 2018 In GRP is bedrag van vorige GRP overgenomen. Daarbij is aangegeven dat BRP eerst herzien moet worden. Herziening BRP heeft op zich laten wachten, daardoor is project nog niet uitgevoerd. Rioolvervanging/afkoppelen Molenstraat e.o. Angeren Ja 2014/2015 Project is begin 2015 afgerond. Door aanbestedingsvoordeel is een flink kostenvoordeel behaald en zijn de kosten voor het GRP uiteindelijk 2 miljoen. Rioolvervanging en herinrichting Van Voorstraat Huissen Ja 2014/2015 Project is in 2015 uitgevoerd. Kosten voor het GRP ,-. Voor dat bedrag is ook nog een deel van de bestaande riolering vervangen (was in de raming van die ,-) niet meegenomen. Afkoppelen/rioolvervanging 4 kleine projecten in Bemmel/Haalderen/Gendt Ja 2014/2015 Project is grotendeels uitgevoerd. Totale kosten voor GRP ,- In GRP werd uitgegaan van 4 projecten, er zijn er uiteindelijk 3 uitgevoerd. 1 project is niet uitgevoerd omdat het onvoldoende milieurendement opleverde. De 4e is gedeeltelijk uitgevoerd. Het resterende deel is uitgesteld om tijd te hebben om extra gelden te regelen voor de bovenbouw.(opgenomen als project de Plakin Bemmel)

107 Verbetermaatregelen Geraamde uitgave Uitgevoerd? Jaar van (geplande) Opmerking/toelichting uitvoering Aanvullend BML-OBR Afkoppelen Oostervelden en Dorpsstraat Bemmel In voorbereiding 2016 In 2014 is het BRP van Bemmel herzien. Hierin is een aantal (mogelijke) verbeteringsmaatregelen gedefinieerd. Het afkoppelen van Oostervelden en Dorpsstraat is al in voorbereiding en de uitvoering zal in 2016 starten. Het opstellen van de planning van de overige maatregelen zal onderdeel uitmaken van het nieuwe GRP. DNB-OBR Riolering en rijbaan Rijnstraat buiten de bebouwde kom Ja 2014/2015 In 2014 is een deel van de riolering in de Rijnstraat (buiten de bebouwde kom) gerelined. Daarnaast is afgekoppeld en ook de overstort ter plaatse is aangepast zodat de vuiluitworp verminderd. GND-OBR Basisinspanning Gendt - Afkoppelen In uitvoering 2015/2016 In het GRP was aangegeven dat nog ca 1,75 ha afgekoppeld moest worden en een aantal maatregelen aan overstorten uitgevoerd moest worden. Als verbetermaatregel was al opgenomen om af te koppelen bij 4 kleine projecten. Een daarvan is het afkoppelen in het project t Hof. Deze werkzaamheden zijn uitgevoerd. Momenteel zijn er rioleringswerkzaamheden in uitvoering in Gendt-centrum. Daarbij wordt riolering vervangen en verhard oppervlak afgekoppeld. Als deze werkzaamheden gereed zijn is ca. 6,5 ha verhard oppervlak afgekoppeld. Hiermee wordt ruimschoots voldaan aan de eisen voor de basisinspanning. In 2015 is het BRP voor Gendt herzien. De geplande maatregelen wat betreft de overstortdrempels zijn hierin opnieuw bekeken. Het BRP heeft geresulteerd in een lijst met (mogelijke) verbeteringsmaatregelen. Het opstellen van de planning van de maatregelen zal onderdeel uitmaken van het nieuwe GRP; in het buitengebied wordt op dit moment al verhard oppervlak afgekoppeld. HSN-OBR Afkoppelen Pannenhuis Ja 2014/2015 In 2013 waren de werkzaamheden op het bedrijventerrein in volle gang.(hierdoor was het project niet opgenomen in het BRP ) Inmiddels zijn deze werkzaamheden afgerond en is een groot deel van het verhard oppervlak afgekoppeld van het gemengde stelsel. Hiermee voldoet het stelsel aan alle eisen.doordat er gewacht moet worden op de financiele afhandeling van subsideigelden van de provincie is het project financieel nog niet afgerond en lopen de kapitaallasten nog niet.

108 Verbetermaatregelen Geraamde uitgave Uitgevoerd? Jaar van (geplande) Opmerking/toelichting uitvoering Waterplan Algemeen Aanleg grondwatermeetnet Ja 2013 Angeren Realiseren voldoende waterberging In voorbereiding 2016 Deze 2 maatregelen worden gecombineerd opgepakt in een nieuw te graven watergang. Dit project is behoorlijk vertraagd door stagnatie bij de grondaankoop. De aankoop van grond is inmiddels gelukt (nog wel enkele ontbindende voorwaarden van toepassing). Angeren Realiseren nieuwe waterberging tussen BBB en voldoende afvoercapaciteit In voorbereiding 2016 Bemmel Creëren structuur voor afkoppelen regenwater en vergroting retentie Deels in voorbereiding Dit bedrag is o.a. gereserveerd voor het afkoppelen en aanbrengen van een afkoppelstructuur m.b.t. project: 'BML-OBR Afkoppelen Oostervelden en Dorpsstraat Bemmel' (in voorbereiding) en het aanleggen van een regenwaterriool in de Loostraat (in voorbereiding). Bemmel Kwelwatergang laten afvoeren naar het oosten In voorbereiding 2017 Deze 2 maatregelen worden gecombineerd opgepakt. De Hydraulische berekeningen hebben plaatsgevonden en de onderhandelingen voor de aankoop van grond zijn nu gaande. Bemmel Opwaarderen Bemmelse Zeeg ten westen van Zandsestraat In voorbereiding 2017 Bemmel Afkoppelen directe omgeving gemeentehuis Bemmel t.b.v. waterpeil gracht In voorbereiding 2017 Dit bedrag is gereserveerd met name gereserveerd voor het afkoppelen binnen het project 'BML-OBR Wegen en riolering omgeving Bosweistraat Bemmel' (in voorbereiding). Doornenburg Realisatie waterberging in combinatie met woongebied Doornenburg Oost en natuurontwikkeling langs Linge In voorbereiding 2016 Deze 2 maatregelen worden gecombineerd opgepakt. De grond is aangekocht en de civieltechnishe voorbereidingen zijn opgepakt. Het waterschap is trekker. Doornenburg Opwaarderen / herinrichten A-watergang In voorbereiding 2016 Doornenburg Afkoppelen bij rioolvervangingen Ja 2014 Bedrag is gebruikt voor afkoppelen binnen project 'DNB-OBR Riolering en rijbaan Rijnstraat buiten de bebouwde kom' Gendt Realiseren waterberging in combinatie met natuurontwikkeling bij de In voorbereiding 2016 De civieltechnische voorbereidingen zijn gaande. Smidstraat en RO ontwikkelingen Gendt west Gendt Afvoer kwel verbeteren Hulhuizen Nee 2017 Dit project is nog niet opgestart. Gendt Afkoppelen bij rioolvervanging (oa kern en buitengebied) In uitvoering 2016 Dit project wordt is in het voorjaar van 2016 afgerond.

109 Verbetermaatregelen Geraamde uitgave Uitgevoerd? Jaar van (geplande) Opmerking/toelichting uitvoering Gendt Herstel afvoer water via oude slotenpatroon dmv duikers Deels in voorbereiding Dit bedrag is onder andere gereserveerd voor het project 'GND-OBR Opwaarderen watergang Langstraat-Vleumingen- Kruisstraat' (in voorbereiding). Daarnaast zal mogelijk het budget worden gebruikt voor nog op te starten projecten 'Verbeteren afvoer kwelwater van gracht rondom Poelwijlaan 5' en 'Verbeteren situatie hofje Europalaan (verbetermaatregel BRP)' en Waterplanmaatregel G3: Afvoer kwel verbeteren van Hulhuizen en G6: EV Gendt Linge (aanleg NVO's). Huissen Aanleg stuwvoorziening tbv retentie (Zilverkamp en Loovelden) Nee 2018 Dit project is nog niet opgestart. Huissen Afkoppelen (oa bij rioolvervangingen) Nee 2018 Dit budget is gereserveerd voor maatregelen n.a.v. BRP Huissen (voor 't Zand) Aanvullend Waterbergingsbank: 6 locaties x Deels in voorbereiding Het betreft 6 aan te leggen waterbergingsbanklocaties: Angeren, Bemmel, Doornenburg, Gendt, Haalderen en Huissen. Daar waar mogelijk worden deze bergingen gecombineerd met de berging t.b.v. de stedelijke wateropgave. Alle locaties zijn in voorbereiding en worden in 2016 aangelegd. Alleen locatie Haalderen niet; getracht wordt deze in 2017 aan te leggen. Er zijn in principe geen kosten voor de gemeente. De kosten worden namelijk gedekt door de opbrengsten van de participanten.

110 Onderzoek Geraamde uitgave Uitgevoerd? Jaar van (geplande) Opmerking/toelichting uitvoering Werkzaamheden m.b.t. tot de organisatie van de afvalwaterketenzorg Extra kosten Revisies Ja De kosten zijn opgevoerd om de achterstand in de revisie verwerking in te lopen. Inmiddels is de achterstand ingelopen. Wion-uitwisseling In exploitatie Ja Jaarlijks Toezicht en handhaving In exploitatie Ja Jaarlijks Plantoetsing nieuwbouw en reconstructiewerken In exploitatie Ja Jaarlijks Bechmarkriolering In exploitatie Ja Jaarlijks Aansluitverordening vernieuwen Binnen samenwerking Rijn6 Nee 2016 Aansluitverordening is nog niet vernieuwd. Afspraak is dat we dat dit jaar oppakken. Hoeft dus niet opgenomen te worden in GRP. Samenwerking waterketen Rijn Ja Jaarlijks Dit budget is cyclisch in huidige GRP. Het budget wordt gebruikt voor inhuur van een projectleider voor de samenwerking RIJN6 en incidentele inhuur van ondersteuning Opstellen rioolincidentenplan In exploitatie Ja 2013 Is op lowbudget manier uitgevoerd: uitwisseling contactgegevens.ter discussie stellen of we dit opnieuw in GRP op willen nemen (actualiseren cq uitbreiden) Extra x Onderzoeksmaatregelen Inspectieprogramma In exploitatie Nee Opstellen meetplan overstorten Nee 2017 Dit oppakken nadat alle bestaande meetlocaties zijn aangesloten op de software van het samenwerkingsverband NWrR. Daarna oordelen of er een nog een meetplan moet worden opgesteld. In de planperiode is wel geinvesteerd in het sluiten van een overeenkomst om deel te gaan nemen in het samenwerkingsverband NWrR. Bewust nog niet geinvesteerd in een meetplan in afwachting van overeenkomst. In toekomst gebruik maken van kennis NWrR. Meten en analyseren meetresultaten overtorten In exploitatie Ja Jaarlijks Dit wordt verzorgd door het samenwerkingsverband NWrR (zie hierboven). Jaarlijkst is beschikbaar (vanaf 2015). Het budget van 2015 is gebruikt voor het opstarten van project. Vanaf 2016 worden de budgetten gebuikt voor de kosten van de dienstverleningsovereenkomst. Actualiseren BRP's - Pannenhuis en Bergerden Nee Opstellen BRP's is langzamer gegaan dan gehoopt. Zat vooral in aanloopfase waarin GBI nog niet compleet gevuld was. Actualiseren BRP's - Gendt Ja 2016 BRP is afgerond Actualiseren BRP's - Haalderen, Doornenburg, Angeren Nee Doordat opstellen BRP's langzamer is gegaan dan gedacht, zijn deze BRP's nog niet aan de beurt gekomen. Onderzoek inprikpunten persleidingen gedeeltelijk Er is geen gestructureerd onderzoek gedaan naar inprikpunten. Maar de reeds bekende inprikpunten waar veel schade/overlast waren zijn wel aangepakt. Kosten grotendeels geboekt bij vervangingsbudgetten gemalen

111 Onderzoek Geraamde uitgave Uitgevoerd? Jaar van (geplande) Opmerking/toelichting uitvoering Onderzoek ongerioleerde percelen nee? Onderzoek is niet gedaan. Is geen prioriteit aangegeven. Moet door naar volgend GRP Onderzoek glastuinbouw op mech. Riolering nee Onderzoek is niet gedaan. Is geen prioriteit aangegeven. Loopt momenteel een project voor waterkwaliteit glastuinbouw. In dat kader kijken naar aansluitingen van glastuinbouw op riolering. Gewenst om in nieuw GRP bedrag hiervoor op te nemen. Opstellen nieuw vgrp In uitvoering 2016 Bijdrage in beheer grondwatermeetnet In exploitatie Ja Jaarlijks Jaarlijkst beschikbaar. Dit bedrag is de afgelopen jaren gebruikt voor beheer grondwatermeetnet. In praktijk blijkt benodigd budget ca 7.000,- te zijn. In nieuwe GRP dit bedrag opnemen. Aanvullend Op orde brengen rioolbeheersysteem In exploitatie Ja Na de aanschaf van de nieuwe software GBI in 2013, is veel energie gestoken in het vullen en op orde brengen van de data in dit rioolbeheersysteem. Onderzoek naar rioolvreemd water Binnen budget BRP's Gedeeltelijk Deze 2 maatregelen worden gecombineerd opgepakt. De grond is aangekocht en de civieltechnishe voorbereidingen zijn opgepakt. Het waterschap is trekker. Waterplan Onderzoek inrichten en beheren veilige oevers Nee x Grondwateroverlast: problematiek inzichtelijk maken en opzetten grondwaterloket In uitvoering 2016 Concretiseren maatregelen waterkwaliteitsspoor Nee Watereducatie op scholen In exploitatie Ja Jaarlijks t/m 2019 (Doornenburg) Maatregelen bepalen tav grondwatervervuiling op basis van monitoringsgegevens Nee? (Doornenburg) Onderzoek effect overstorten op Linge Nee College heeft besloten deze maatregel te laten vervallen (15INT00876). E.e.a. in overleg met het waterschap. Dit budget wordt besteed aan het project 'GEM-OBR (X2) Opzetten grondwaterloket en tevens grondwaterbeleid en infiltratiekansen' (deel budget is afkomstig van post ' Algemeen rioolbeheer / Planvorming Onderdeel: Onderzoek en analyse'). Gepland in aansluiting op afronden BRP s. Waterschap is trekker. Jaarlijks beschikbaar.dit budget wordt jaarlijks gebruikt voor watereducatie. Financiele horizon waterplan is Is behoefte aan om dit budget jaarlijks beschikbaar te houden. Dit is een zeer onduidelijke maatregel. Zeer waarschijnlijk komt deze maatregel te vervallen. Deze twee maatregelen worden gezamenlijk opgepakt. Waterschap is trekker. Het is nog niet duidelijk of dit onderzoek nog nodig is. Ten tijde van opstellen waterplan waren richtlijnen voor lozen op de Linge nog niet helder. Er Lijkt nu niet zoveel aan de hand, daarom wordt voorgesteld eerst herziening BRP af te wachten. (Doornenburg) Onderzoek aanvullende maatregelen KRW bij overstort Linge Nee Aanvullend

112 Beheer en Onderhoud Geraamde uitgave Uitgevoerd? Jaar van (geplande) Opmerking/toelichting uitvoering Regulier onderhoud Onderhoud pompen en gemalen In exploitatie Ja Jaarlijks Wordt grotendeels gedaan door eigen mensen van Technisch wijkbeheer. Daar is zeer veel kennis en kunde aanwezig. Storingsonderhoud In exploitatie Ja Jaarlijks Aantal uren storingsdienst is afgelopen jaren flink omlaag gegaan door wegwerken achterstallig onderhoud en beter preventief onderhoud. Straatvegen en kolken zuigen In exploitatie Ja Jaarlijks Straatvegen wordt nu niet vanuit GRP betaalt. Reiniging riooloverstorten en andere voorzieningen In exploitatie Ja Jaarlijks Deel van reinigingswerkzaamehden wordt tegenwoordig door eigen deinst gedaan. Betreft met name het handmatige maatwerk: kolkenzuigen bij moeilijk te bereiken kolken, reingen lijngoten en kolkleidingen. Dit heeft tot kwaliteitsverbetering van onderhoud geleid.hierdoor zijn kosten voor inzet aannemers omlaag gegaan. Staat tegenover dat er meer interne uren worden geschreven. Rioolreiniging In exploitatie Ja Jaarlijks Grootschalig onderhoud Vervangingsbudget hoofdgemalen bouwkkundig Vervangingsbudget hoofdgemalen mech-elek Vervangingsbudget minigemalen bouwkundig Vervangingsbudget minigemalen mech-elektrisch Vervangingsbudget drukriolering Vervangingsbudget randvoorzieningen Gedeeltelijk 2013 t/m 2016 Deze budgetten zijn gevoteerd en vallen onder beheer van de rioolbeheerder. Hij gebruikt deze budgetten voor werkzaamheden aan de gemalen en drukriolering die niet vallen onder de gewone werkzaamheden (exploitatiebudgetten). Op dit moment is er gebruikt. Voor dit bedrag zijn heel veel drukrioolgemaaltjes voorzien van een nieuwe kast en nieuwe pomp. maar ook gemaal van Voorststraat is gerenoveerd. Daarnaast is het geld gebruikt voor het optimaliseren van de werking van de gemalen/het stelsel. Oa door plaatsing debietmeters en luchtinblaasunits. Naar verwachting wordt de rest van het budget gebruikt voor renovatie van de overige drukrioleringsgemaaltjes. Er is geen heel strak onderscheid gemaakt naar de verschillende posten Vervangingsbudget hoofdgemalen mech-elek Vervangingsbudget hoofdgemalen mech-elek Vervangingsbudget minigemalen mech-elektrisch Vervangingsbudget minigemalen mech-elektrisch Vervangingsbudget IBA's gedeeltelijk in voorbereiding Nee Budgetten zijn niet benut omdat gelden van 2013 nog niet op zijn (zie boven). Voor het nieuwe GRP uitgaan van nieuw vervangingsplan. 2016/2017 Er zijn nog geen IBA's vervangen. Maar een gedeelte van het budget ( ,-) is al toebedacht voor de vervanging van de IBA's in de Gendtsche Polder door drukriolering (zie nieuwe kapitaallasten). Voor de resterende 15 IBA's dient in het nieuwe GRP een vervangingsbudget te worden opgenomen.

113 Beheer en Onderhoud Geraamde uitgave Uitgevoerd? Jaar van (geplande) Opmerking/toelichting uitvoering Vervangingsbudget vrij verval riolering Ja 2014/2015/2016 Budget gebruikt voor diverse rioolvervangingsprojecten: (mn Gendtcentrum, Rijnstraat DNB). Voor de kapitaallasten niet dit bedrag gebruiken, maar de bedragen bij de betreffende projecten! Vervangingsbudget vrij verval riolering In voorbereiding 2015/2016 Dit budget wordt met name gebruikt voor de uitvoering van de projecten Bosweistraat en Oostervelden. Voor de kapitaallasten niet dit bedrag gebruiken, maar de bedragen bij de betreffende projecten! Vervangingsbudget vrij verval riolering In voorbereiding 2016/2017 Gedeelte van dit budget wordt gebruikt voor de uitvoering van project Bosweistraat en centrumplan (Bemmel). Voor de kapitaallasten niet dit bedrag gebruiken, maar de bedragen bij de betreffende projecten! Aanvullend x

114 Bijlage 4 Overzicht niet gerioleerde lozingen Blad 68 van 61

115 Overzicht ongerioleerde percelen Lingewaard d.d vooziening afvalwater kern straat nr typer lozer type beheerder bodem/ buitendijks opmerking opp. water Angeren Hogeweg 10 woning? nee drukriolering aanwezig, waarschijnlijk niet aangesloten. Angeren Kamervoort 14 woning? nee riolering aanwezig. Waarschijnlijk al aangesloten. Angeren Kraaienstraat 2 woning IBA 3A gemeente opp water nee Angeren Kraaienstraat 3 woning IBA particulier nee particuliere IBA Angeren Kraaienstraat 4 bedrijf? nee onduidelijk of er afvalwater vrijkomt Angeren Kraaienstraat 8 melkveebedrijf met woning gierkelder particulier gierkelder nee Loost op gierkelder Angeren Kraaienstraat 1a bedrijf met woning? nee geen voorziening bekend Angeren Kraaienstraat 2a bedrijf (veehouderij), geen woning? nee onduidelijk of er (huishoudelijk) afvalwater vrijkomt Angeren Leutsestraat 21 woning IBA 3A gemeente opp water nee wordt mogelijk drukriolering Angeren Leutsestraat 2B woning zinkput met overloop particulier opp water nee Angeren Lodderhoeksestraat 26 woning IBA 3A gemeente opp water nee Angeren Rijndijk 3 woning IBA 3A gemeente opp water nee Angeren Scherpekamp 3 bedrijf IBA 3A gemeente opp water ja Angeren Scherpekamp 15 bedrijf IBA 3A gemeente opp water ja Angeren Scherpekamp 17 woning met boten onderhoudsbedrijf? ja heel lastig aan te sluiten, ondanks ligging in de kern. 17 is woning 17 a t/m c zijn loodsen voor botenonderhoud. Hoort bij elkaar. Bemmel Karstraat 44a woning IBA 3A gemeente opp water nee wordt drukriolering 2016 Bemmel Zandsestraat 12 woning IBA 3A gemeente opp water nee Bemmel Zandsestraat 12a woning IBA 3A gemeente opp water nee Doornenburg Kerkstraat 38 woning? nee Doornenburg Koffiemolen 2a bedrijfsgebouw? nee Doornenburg Krakkedel 4b woning IBA 3A gemeente opp water nee drukriolering aanwezig, waarschijnlijk niet aangesloten. drukriolering aanwezig, waarschijnlijk niet aangesloten. Doornenburg Molenstraat 6b woning IBA 3A gemeente opp water nee wordt drukriolering 2016 Doornenburg Molenstraat 6c woning IBA 3A gemeente opp water nee wordt drukriolering 2016 Gendt Broeksestraat 9 woning IBA 3A gemeente opp water nee Gendt Broeksestraat 18 woning? nee woning staat mogelijk leeg Gendt Broeksestraat 30 woning IBA 3A gemeente opp water nee Gendt Broeksestraat 32 agrarisch bedrijf? opp water nee WSRL is op de hoogte van lozing Gendt Olyhorststraat 5/5a woning septictank particulier nee woningen ca 120 meter van doorgaande weg Gendt Olyhorststraat 5a woning septictank particulier nee Gendt Poelwijklaan 3, 3a, 5, 5a woning met 3 bijgebouwen (monumentaal)? nee Gendt Polder 4 woning IBA 3A gemeente bodem ja betreft 1 woning met 3 bijgebouwen met functie kantoorruimte/bijeenkomstgebouw. wordt drukriolering 2017, project Gendtsche Polder

116 Overzicht ongerioleerde percelen Lingewaard d.d vooziening afvalwater kern straat nr typer lozer type beheerder bodem/ buitendijks opmerking opp. water Gendt Polder 6 woning IBA 3A gemeente bodem ja wordt drukriolering 2017, project Gendtsche Polder Gendt Polder 8 woning IBA 3A gemeente bodem ja wordt drukriolering 2017, project Gendtsche Polder Gendt Polder 11 woning IBA 3A gemeente bodem ja wordt drukriolering 2017, project Gendtsche Polder Gendt Polder 12 woning IBA 3A gemeente bodem ja wordt drukriolering 2017, project Gendtsche Polder Gendt Polder 13 woning IBA 3A gemeente bodem ja wordt drukriolering 2017, project Gendtsche Polder Gendt Polder 14 woning IBA 3A gemeente bodem ja wordt drukriolering 2017, project Gendtsche Polder Gendt Polder 15 woning IBA 3A gemeente bodem ja wordt drukriolering 2017, project Gendtsche Polder Gendt Polder 16 woning IBA 3A gemeente bodem ja wordt drukriolering 2017, project Gendtsche Polder Gendt Polder 18 woning IBA 3A gemeente bodem ja wordt drukriolering 2017, project Gendtsche Polder Gendt Polder 20 woning IBA 3A gemeente bodem ja wordt drukriolering 2017, project Gendtsche Polder Gendt Polder 22 woning IBA 3A gemeente bodem ja wordt drukriolering 2017, project Gendtsche Polder Gendt Polder 24 woning IBA 3A gemeente bodem ja wordt drukriolering 2017, project Gendtsche Polder Gendt Polder 25 woning IBA 3A gemeente bodem ja wordt drukriolering 2017, project Gendtsche Polder Gendt Polder 26 woning IBA 3A gemeente bodem ja wordt drukriolering 2017, project Gendtsche Polder Gendt Polder 27 bedrijfsgebouw? ja wordt gesloopt in kader Gendtsche Polder Gendt Polder 30 woning? ja Gendt Polder 31 woning IBA 3A gemeente bodem ja Gendt Polder 32 woning IBA 3A gemeente bodem ja Gendt Polder 33 woning? ja Gendt Polder 35 manege? ja Gendt Polder 36 woning? ja Gendt Polder 37 woning IBA 3A gemeente bodem ja Gendt Polder 38 woning IBA 3A gemeente bodem ja Gendt Polder 39 woning IBA 3A gemeente bodem ja Gendt Polder 40 woning IBA 3A gemeente bodem ja Gendt Polder 42 woning IBA 3A gemeente bodem ja Gendt Polder 44 woning IBA 3A gemeente bodem ja Gendt Polder 48 dienstgebouw RWS? Waal ja Gendt Polder 32a woning IBA 3A gemeente bodem ja Gendt Polder 8a bedrijf IBA 3A gemeente bodem ja Gendt Zandvoortsestraat 11 bedrijfsgebouw (agrarisch)? nee wordt drukriolering 2017, project Gendtsche Polder wordt drukriolering 2017, project Gendtsche Polder wordt drukriolering 2017, project Gendtsche Polder wordt drukriolering 2017, project Gendtsche Polder wordt drukriolering 2017, project Gendtsche Polder wordt drukriolering 2017, project Gendtsche Polder wordt drukriolering 2017, project Gendtsche Polder wordt drukriolering 2017, project Gendtsche Polder wordt drukriolering 2017, project Gendtsche Polder wordt drukriolering 2017, project Gendtsche Polder wordt drukriolering 2017, project Gendtsche Polder wordt drukriolering 2017, project Gendtsche Polder wordt drukriolering 2017, project Gendtsche Polder wordt drukriolering 2017, project Gendtsche Polder wordt drukriolering 2017, project Gendtsche Polder ligt ca. 140 meter van doorgaande weg, waar wel drukriolering ligt.

117 Overzicht ongerioleerde percelen Lingewaard d.d vooziening afvalwater bodem/ kern straat nr typer lozer type beheerder buitendijks opmerking opp. water Haalderen Van der Mondeweg 2 woning? nee Huissen Badweg 6 surfclub gesloten septictank Huissen Brouwketel 1 woning IBA 3A gemeente opp water ja Huissen Looveer 14 agrarisch bedrijf + woning septictank particulier ja Huissen Looveer 16 woning septictank particulier ja particulier n.v.t. ja gesloten septictank, geen lozing. loost op septictank. Feitelijk 1 bedrijf met 2 woningen Huissen Looveer 14a woonwagen/boot? opp water ja is een woonwagen/boot Ressen Bouwlustlaan 1 woning + bedrijf? nee potplantenkwekerij met bedrijfswoning. Ressen Bouwlustlaan 3 woning IBA 3A gemeente opp water nee Ressen Oude Postweg 1 woning IBA 3A gemeente opp water nee wordt mogelijk drukriolering 2016 Ressen Stationsweg 4 woning IBA 3A gemeente opp water nee Ressen Woerdsestraat 5 bedrijfsgebouw? nee Ressen Woerdsestraat 7 woning? nee onduidelijk of er afvalwater is. Loods van fruitbedrijf

118 Bijlage 5 Onderbouwing nulmeting In het voorjaar van 2016 heeft een nul meting plaatsgevonden. In deze bijlage is de onderbouwing van deze nulmeting opgenomen. Ten behoeve van deze onderbouwing zijn de kwaliteitsniveaus uit de kwaliteitscatalogus gekoppeld aan een technisch normenkader. Door te toetsen aan dit technisch normenkader is het per item het kwaliteitsniveau bepaald. Inzameling van afvalwater totaal L > B a ans luitingen s cheiden van de s tromen gebruik van de aansluitingen L B B Aansluitingen L Vanuit de Wet milieubeheer heeft de gemeente een zorgplicht voor inzameling en transport van al het afvalwater wat binnen het grondgebied van de gemeente vrijkomt. Hiertoe worden de percelen waar het afvalwater vrijkomt veelal aangesloten op de riolering. In plaats van riolering kan ook gebruik gemaakt worden voor afzonderlijke systemen (IBA-systemen). De gemeente kan ervoor kiezen de zorg voor deze IBA-systemen op zich te nemen maar kan de verantwoordelijkheid hiervoor ook bij de burger houden. In dit laatste geval is het dan wel noodzakelijk dat de provincie de gemeente een ontheffing voor de zorgplicht verleend. technisch normenkader H B L Alle percelen waar afvalwater vrijkomt zijn aangesloten op de riolering of een lokale zuiveringsvoorziening (IBA ); minimaal klasse II. Voor de percelen die aangesloten zijn op een IBA beschikt de gemeente over een ontheffing van de zorgplicht. De lozing vanuit de IBA's voldoet aan de doelstellingen voor de oppervlaktewaterkwaliteit. Alle percelen waar afvalwater vrijkomt zijn aangesloten op de riolering of een lokale zuiveringsvoorziening (IBA). Voor de percelen die aangesloten zijn op een IBA beschikt de gemeente over een ontheffing van de zorgplicht. De lozing vanuit de IBA's voldoet aan de doelstellingen voor de oppervlaktewaterkwaliteit. Niet alle percelen waar afvalwater vrijkomt zijn aangesloten op de riolering of IBA. Voor de percelen die aangesloten zijn op een lokale voorziening beschikt de gemeente over een ontheffing van de zorgplicht. De lozing vanuit de IBA's voldoet niet aan de doelstellingen voor de oppervlaktewaterkwaliteit. Blad 69 van 61

119 Kernen In de kernen zijn (voor zover bekend) alle percelen aangesloten op de riolering. Buitengebied In de voorgaande jaren is de laatste fase van de sanering van de ongerioleerde percelen in het buitengebied afgerond. Dit betekent dat alle percelen in het buitengebied zijn aangesloten op drukriolering dan wel voorzien van een lokale zuiveringsinstallatie (IBA). In het buitengebied zijn in totaal 40 IBA s aanwezig, waarvan 27 buitendijks gelegen. De IBA s zijn allen van het Klasse IIIa. Tot op heden zijn 30 percelen niet aangesloten op de gemeentelijke riolering of een IBA van de gemeente. Van deze 30 percelen is ten dele onbekend of daadwerkelijk afvalwater geloosd wordt (van een aantal van deze percelen is reeds bekend dat er geen afvalwater wordt geproduceerd op het perceel) en op welke wijze het afvalwater op dit moment gezuiverd en geloosd wordt. Scheiden van de stromen B In gemengde riolen wordt naast het afvalwater ook overtollig hemelwater via dezelfde buis ingezameld en afgevoerd. Dit houdt in dat bij zwaardere buien het rioolstelsel volledig volloopt. Via de overstorten wordt het (verdund) afvalwater dat niet door de riolering kan worden verwerkt, geloosd in vijvers of sloten. Dat kan tot milieuvervuiling leiden. Om de kans hierop te verminderen is het gewenst vermenging van schoon hemelwater met afvalwater zoveel mogelijk terug te dringen (ontvlechten). technisch normenkader H B L Bestaand gebied: scheiden van waterstromen indien technisch uitvoerbaar. Nieuwbouw: scheiden van waterstromen in woningen, bedrijven en overige gebouwen is verplicht. Bestaand gebied: scheiden van waterstromen indien technisch uitvoerbaar én kosteneffectief. Nieuwbouw: scheiden van waterstromen in woningen, bedrijven en overige gebouwen is verplicht. Bestaand gebied: geen scheiding van de waterstromen. Nieuwbouw: scheiden van waterstromen in woningen, bedrijven en overige gebouwen is verplicht. Bestaand gebied In lijn met het huidig GRP en het Waterplan is het streven vermenging van schoon hemelwater met afvalwater zoveel mogelijk terug te dringen (ontvlechten). Het actief scheiden van de waterstromen kost veel geld en levert bij de realisatie veel overlast voor omwonenden. Daarom geldt een praktische invulling door meeliften met riool- en wegreconstructies. Oftewel "afkoppelen is geen doel op zich". Nieuwbouw In lijn met de landelijke inzichten/voorschriften worden bij nieuwbouwlocaties bij de aanleg meteen duurzame systemen toegepast, waarbij vuil en schoon water zoveel mogelijk gescheiden blijft en wordt gezorgd dat schoon water ook echt schoon water blijft (bronmaatregelen). Blad 70 van 61

120 Gebruik van de aansluitingen B De riolering is bedoeld voor inzameling en afvoer van afvalwater en overtollig hemelwater. Toch komt het voor dat ook ander water met de riolering afgevoerd naar de RWZI. Dit water wordt veelal rioolvreemd water genoemd. Belangrijke bronnen van rioolvreemd water zijn: drainages, bodemsaneringen, intredend oppervlaktewater (negatieve overstorten), koelwater, bronneringen bij bouwwerkzaamheden, lekkende riolen. Aangezien het rioolvreemde water meestal schoon water is, is de afvoer naar een RWZI ongewenst. Lozing(en) van rioolvreemd water moet daarom worden tegengegaan. technisch normenkader H B L Er wordt jaarlijks onderzoek verricht naar mogelijke bronnen van rioolvreemd water. Indien sprake is van rioolvreemd water wordt gehandhaafd. Er vindt periodiek controle plaats van de lozings- en aansluitverordeningen bij alle aansluitingen. Indien sprake is van overtreding van de lozings- en aansluitverordeningen wordt gehandhaafd. Naar aanleiding van meldingen wordt onderzoek verricht naar bronnen van rioolvreemd water. Indien sprake is van rioolvreemd water wordt gehandhaafd. Er vindt periodiek controle plaats van de lozings- en aansluitverordeningen bij de Wmvergunningplichtige/Wm-meldingsplichtige aansluitingen. Indien sprake is van overtreding van de lozings- en aansluitverordeningen wordt gehandhaafd. Er vindt geen onderzoek plaats naar bronnen van rioolvreemd water. Indien sprake is van rioolvreemd water wordt alleen bij overlast gehandhaafd. Er vindt geen periodieke controle plaats van de lozings- en aansluitverordeningen bij de Wmvergunningplichtige/Wm-meldingsplichtige aansluitingen. Indien sprake is van overtreding van de lozings- en aansluitverordeningen wordt niet gehandhaafd. Resultaten onderzoek foutaansluiting In nagenoeg alle kernen is in de periode onderzoek gedaan naar de op de riolering aangesloten verharde oppervlakken. Hierbij is gebruik gemaakt van geluidsgolven (Riosonic). De verkregen info is tevens als input gebruikt voor de op te stellen basisrioleringsplannen. Inzichtelijk is welke verharde oppervlakken zijn aangesloten op de te onderscheiden rioolstelsels. Hiermee is beter inzichtelijk geworden hoeveel hemelwater nu daadwerkelijk afstroomt naar het rioolstelsel en de rioolwaterzuiveringsinstallatie. Dit vormt de basis om verhard oppervlak af te kunnen koppelen van het gemengde stelsel. Naar aanleiding van klachten is onderzoek gedaan naar eventuele foutaansluiting. Waar geconstateerd zijn deze hersteld. Ook hiervoor is gebruik gemaakt van Riosonic. Terugstroom riolering Op diverse locaties komt bij neerslag het oppervlaktewater dusdanig hoog dat oppervlaktewater het rioolsysteem in komt. Gevolg is dat de berging in het rioolstelsel afneemt en schoon oppervlaktewater via de rioolgemalen wordt afgevoerd naar de RWZI. Dit is een ongewenste situatie die de gemeente, samen met het waterschap, na afronding van de basisrioleringsplannen nader wil onderzoeken. Blad 71 van 61

121 Handhaving lozings- en aansluitverordeningen Vergunningverlening en handhaving milieu is in Lingewaard belegd bij de Omgevingsdienst Regio Arnhem (ODRA)). Jaarlijks wordt in samenspraak met ODRA een werkprogramma vastgesteld, waarin wordt vastgesteld welke werkzaamheden op o.a. het gebied van vergunningverlening en handhaving milieu worden uitgevoerd door de ODRA. In het kader van toezicht wordt zo jaarlijks een deel van de bedrijven in de gemeente bezocht en gecontroleerd. Onderdeel hiervan is toezicht op lozingen op riolering en in de bodem. Getoetst wordt o.a. of voorzieningen als vet- en olieafscheiders op de juiste wijze functioneren. ODRA voert ook controles uit naar aanleiding van calamiteiten of (klachten) over foutieve lozingen. ODRA behandelt daarnaast aanvragen om vergunningen en meldingen af waarbij ook het aspect riolering en water wordt betrokken. ODRA legt ieder kwartaal verantwoording af of de uitgevoerde werkzaamheden/uren in relatie tot het vastgestelde werkprogramma. Blad 72 van 61

122 Transport van stedelijk afvalwater totaal B afvoerca pa citeit bedrijfs zekerheid gema len afs troming technische staat B B > H B L > B Afvoercapaciteit B Afvalwater is een uitermate geschikte voedingsbodem voor de groei van bacteriën. Door groei van bacteriën daalt het zuurstofgehalte. Door het dalen van het zuurstofgehalte ontstaat H₂S-gas. Het gevaar van H₂S -gas is ernstige aantasting van de put en het leidingwerk enerzijds, terwijl anderzijds het gas stankoverlast veroorzaakt voor omwonenden en het een direct gevaar voor de gezondheid kan zijn. Een juiste afvoercapaciteit voorkomt het optreden van lange verblijftijden. Rioolstelsels raken naar verloop van tijd vervuild. Door deze vervuiling zal het transport van het afvalwater gehinderd worden en neemt de kans op rioolverstoppingen toe. Regelmatig de werking controleren evenals het uitvoeren van preventieve rioolreinigingswerkzaamheden voorkomt nare gevolgen. De frequentie waarmee dat dient te geschieden is afhankelijk van het rioolsysteem en van het 'zelfreinigende vermogen' van het stelsel. technisch normenkader H De maximale gemiddelde vullingsgraad in de vuilwater en gemengde riolen bedraagt 20%. De verblijftijd van het afvalwater in de vrijverval riolen is maximaal 12 uur. De maximale gemiddelde vervuilingsgraad in de vuilwater en gemengde riolen bedraagt 10%. B De maximale gemiddelde vullingsgraad in de vuilwater en gemengde riolen bedraagt 30%. De verblijftijd van het afvalwater in de vrijverval riolen is meer dan 12 uur, doch maximaal 20 uur (overeenkomstig het beleid van het waterschap). De maximale gemiddelde vervuilingsgraad in de vuilwater en gemengde riolen bedraagt 20%. L De maximale gemiddelde vullingsgraad in de vuilwater en gemengde riolen is meer dan 30%. De verblijftijd van het afvalwater in de vrijverval riolen is meer dan 20 uur. De maximale gemiddelde vervuilingsgraad in de vuilwater en gemengde riolen is meer dan 20%. Om de afstroming te waarborgen worden de riolen preventief gereinigd. In Lingewaard wordt dit gecombineerd met de inspectie. Dit betekent dat er de afgelopen 7 jaar 42% gereinigd is. Separate reiniging heeft niet plaatsgevonden. Vullingsgraad In de basisrioleringsplannen heeft geen toetsing op de vullingsgraad plaats gevonden. Blad 73 van 61

123 Verblijftijd In het BRP Gendt, het BRP Bemmel en het BRP Huissen is geconstateerd dat de geïnstalleerde capaciteit van een deel van de gemalen te laag of te hoog is. Dit heeft gevolgen voor de verblijftijd (te laag of te hoog). Daar waar de gemaalinstellingen eenvoudig te wijzigen zijn, zijn deze direct aangepakt. Vervuilingsgraad Het streven is het riool 1 x per 7 jaar te reinigen en inspecteren. Deze frequentie is de afgelopen decennia niet gehaald. De rioolbeheerder verwacht op basis van uitgevoerde reinigingen dat de vervuilingsgraad, bij een reinigingsfrequentie van 1 x per 7 jaar, minder is dan 20%. Bedrijfszekerheid gemalen B > H De rioolgemalen zijn een kritisch onderdeel binnen het rioleringsstelsel. Uitval van een rioolgemaal kan al snel leiden tot overlast en schade. Daarom is het noodzakelijk tijdig en adequaat te handelen in geval van een storing. Om de overlast en schade door uitval van een rioolgemaal te beperken is het zaak gemalen snel te kunnen voorzien van een reservepomp. Mocht een pomp om wat voor reden dan ook uitvallen dan is de werking spoedig weer gewaarborgd. technisch normenkader H rioolgemalen minigemalen - storingen: gemiddeld minder dan 2 x per jaar gemiddeld minder dan 5 x per jaar - inzet reservepomp binnen 24 uur (incl. stroomvoorz.) binnen 48 uur - aanwezigheid telemetrie: alle gemalen in gemengde rode lamp deelgebieden met een overstort B rioolgemalen minigemalen - storingen: gemiddeld minder dan 4 x per jaar gemiddeld minder dan 10 x per jaar - inzet reservepomp binnen 24 uur binnen 72 uur - aanwezigheid telemetrie: % v/d gemalen in gemengde rode lamp deelgebieden met een overstort L rioolgemalen minigemalen - storingen: gemiddeld vaker dan 4 x per jaar gemiddeld vaker dan 10 x per jaar - inzet reservepomp langer dan 24 uur langer dan 72 uur - aanwezigheid telemetrie: minder dan 80% v/d gemalen in rode lamp gemengde deelgebieden met een overstort In het gemeentelijk rioolstelsel zijn 59 rioolgemalen toegepast. Van deze rioolgemalen van de gemeente zijn er 52 voorzien van twee pompen (oftewel een reservepomp). Om storingen en calamiteiten te voorkomen worden de grote gemalen en de pompen van de randvoorziening 2x per jaar gereinigd door een externe partij Alle rioolgemalen zijn aangesloten op een signaleringssysteem (volledig geautomatiseerd en ontsloten via Mouse Aquaweb). Bij aansluiting op een volledig geautomatiseerd systeem is sprake van een continue controle op de werking van de gemalen en kunnen storingen/calamiteiten spoedig worden verholpen. Hiermee wordt de bedrijfszekerheid Blad 74 van 61

124 gewaarborgd. Het aantal meldingen per gemaal is gemiddeld minder dan 4 per jaar. Binnen 24 uur is het mogelijk een reservepomp inclusief stroomvoorziening in te zetten. Bij de drukrioleringsgemalen vindt signalering plaats middels een rode lamp. Jaarlijks worden circa 100 meldingen van storingen bij de minigemalen geregistreerd. Na constatering van storing wordt de klacht binnen 24 uur verholpen door de eigen buitendienst. Het aantal meldingen neemt jaarlijks af. De minigemalen worden door de eigen dienst 1x per jaar gereinigd. De vacuümkleppen van de vacuümputten worden 4x per jaar door de eigen dienst gereinigd. Afstroming B Door zettingen in de bodem kan een riool naar verloop van tijd verzakken. Als deze zettingen onregelmatig plaats vinden wordt de afstroming belemmerd en ontstaat verloren berging. Door verloren berging zal eerder/vaker sprake zijn van overstortsituaties en een verhoogde belasting op de RWZI. Daarnaast is op de locaties met verloren berging het rioolstelsel meestal extra vuil wat kans op aantasting/beschadiging van het riool vergroot. Daarnaast kan een verminderde afstroming leiden tot stankoverlast voor de omgeving. technisch normenkader H B L Er is geen sprake van stankoverlast in openbaar gebied. Er is geen sprake van verloren berging in de vrijverval riolen. Wanneer sprake is van stankoverlast in openbaar gebied wordt dit binnen een week verholpen. De verloren berging in de vrijverval riolen bedraagt maximaal 5% (gemiddeld per deelgebied). Wanneer sprake is van stankoverlast in openbaar gebied wordt dit niet binnen een week verholpen. De verloren berging in de vrijverval riolen bedraagt meer dan 5% (gemiddeld per deelgebied). Stankoverlast Om de afstroming te waarborgen worden de riolen preventief gereinigd. In Lingewaard wordt dit gecombineerd met de inspectie. Dit betekent dat er de afgelopen 7 jaar 42% gereinigd is. Separate reiniging heeft niet plaatsgevonden. In de meldingenregistratie van 2014 en 2015 zijn vier locatiemeldingen van stankoverlast geregistreerd. Drie van deze locaties zijn verholpen. Een resterende locatie is de Gasthuisstraat te Huissen. De aangebrachte voorziening leidt tot verbeteringen, er resteren echter nog klachten. In het buitengebied is overwegend mechanische riolering toegepast. Deze leidingen beschikken over een behoorlijk 'zelfreinigend vermogen'. Deze riolen worden daarom ook niet preventief gereinigd. Pompputten en pompkelders worden wel gereinigd, dit gebeurt één of twee keer per jaar. De vacuümkleppen in het vacuümriool worden 4 x per jaar gereinigd om het aantal storingen te beperken. Verloren berging In de basisrioleringsplannen is geen analyse naar verloren berging uitgevoerd. Blad 75 van 61

125 Technische staat L > B Een rioolbuis zal na verloop van tijd slijten. Naast slijtage als gevolg van het dagelijks gebruik wordt de werking van de riolering ook beperkt door lekkende buisverbindingen, zettingen in de bodem of aantasting door in het riool aanwezige gassen. Zodra de afstroming, stabiliteit of waterdichtheid van het riool in gevaar is en hiermee de werking van het rioolstelsel wordt bedreigd moet ingegrepen worden. technisch normenkader H B L Meldingen over slecht functionerende aansluitleidingen zijn binnen 24 uur verholpen. Waarschuwingsmaatstaven volgens het beoordelingsprotocol komen niet voor. Meldingen over slecht functionerende aansluitleidingen zijn binnen 48 uur verholpen. Ingrijpmaatstaven volgens het beoordelingsprotocol komen niet voor. Meldingen over slecht functionerende aansluitleidingen zijn niet binnen 48 uur verholpen. Ingrijpmaatstaven volgens het beoordelingsprotocol komen voor. Op basis van het uit inspecties verkregen beeld in combinatie met de leeftijd van het stelsel verdient de technische staat van het stelsel aandacht. De technische staat is echter vooralsnog niet zorgwekkend. Wel zijn in een deel van het stelsel grootschalige reparaties of vervangingen de komende jaren noodzakelijk. Op basis van de leeftijd van het stelsel valt dit in de lijn der verwachtingen. Het geschetste beeld wordt herkend door de medewerkers belast met rioleringsbeheer. De technische staat is tot op heden (de afgelopen jaren) beperkt aanleiding geweest voor direct ingrijpen. Blad 76 van 61

126 Toelichting technische staat vrijverval riolering De volgende figuur geeft inzicht in de gemelde schades vanuit de geïnspecteerde riolering. De hoogte van het schadecijfer geeft de ernst van de schade weer. Opgemerkt wordt dat veelal de combinatie van schadebeelden bepaald of een buis gerepareerd of vervangen moet worden. Over het algemeen kent de riolering een redelijke kwaliteit. Een aantal zaken vallen op: Er is sprake van relatief veel scheurvorming (klasse 4 en 5). Dit kunnen zowel radiale scheuren als lengte scheuren zijn; Matige Oppervlakteschade komt voor in 40% van de strengen. Ernstige Oppervlakteschade komt beperkt voor; Er wordt in circa 20% van de strenglengte Verplaatste verbinding hoekverdraaiing klasse 5 geconstateerd. Dit schadebeeld verdient alleen in combinatie met andere schadebeelden aandacht; Infiltratie en Hoogte waterpeil komen in grote mate in verschillende schadeklasses voor. Op verschillende plekken kan dit worden veroorzaakt door instromend (grond)water (bijvoorbeeld via scheuren, defecte inlaten of verplaatste verbindingen). Blad 77 van 61

127 Inzameling van overtollig hemelwater totaal inzameling in openbaar gebied inzameling bij particulieren gebruik va n de aansluitingen B B B B Inzameling in openbaar gebied B Bij zware buien kunnen de gemengde riolen overlopen. Dan komt er behalve hemelwater ook vies afvalwater in vijvers of sloten terecht. Dat kan tot milieuvervuiling leiden. Om de kans hierop te verminderen is het gewenst het hemelwater wat van schone verharde oppervlakken afstroomt niet te vermengen met het vuile afvalwater. technisch normenkader H B L Nieuwbouw: scheiden van afval- en hemelwater in woningen, bedrijven en overige gebouwen is verplicht. Bestaand openbaar gebied: afkoppelen van verhard oppervlak indien technisch uitvoerbaar én toelaatbaar voor het milieu. Afkoppelen mag niet leiden tot overbelasting van het watersysteem. Nieuwbouw: scheiden van afval- en hemelwater in woningen, bedrijven en overige gebouwen is verplicht. Bestaand gebied: afkoppelen van verhard oppervlak indien technisch uitvoerbaar, toelaatbaar voor het milieu én kosteneffectief. Afkoppelen mag niet leiden tot overbelasting van het watersysteem. Nieuwbouw: scheiden van afval- en hemelwater in woningen, bedrijven en overige gebouwen indien kosteneffectief. Bestaand gebied: geen verhard oppervlak afkoppelen. Afkoppelen mag niet leiden tot overbelasting van het watersysteem. Nieuwbouw In lijn met de landelijke inzichten/voorschriften worden bij nieuwbouwlocaties bij de aanleg meteen duurzame systemen toegepast, waarbij vuil en schoon water zoveel mogelijk gescheiden blijft. Bestaand gebied In lijn met het huidig GRP en Waterplan is het streven vermenging van schoon hemelwater met afvalwater zoveel mogelijk terug te dringen (ontvlechten). Het actief scheiden van de waterstromen kost veel geld en levert bij de realisatie veel overlast voor omwonenden. Daarom geldt een praktische invulling door meeliften met riool- en wegreconstructies. Oftewel "afkoppelen is geen doel op zich". In het buitengebied is overwegend drukriolering toegepast. Deze mechanische riolen zijn niet bedoeld voor inzameling en afvoer van hemelwater. Blad 78 van 61

128 Inzameling bij particulieren B Vanuit de Waterwet zijn particulieren in eerste instantie zelf verantwoordelijk voor het omgaan met vrijkomend water op hun eigen perceel. Pas wanneer de particulier redelijkerwijs niet in staat is dit hemelwater op eigen terrein te verwerken dan heeft de gemeente de zorg voor een doelmatige inzameling en verwerking van het afvloeiend hemelwater. technisch normenkader H B L Bij een goed doorlatende ondergrond (conform het aansluitprotocol hemelwater) en géén storende lagen in de ondergrond wordt de particulier proactief gestimuleerd hemelwater op eigen terrein te verwerken. Indien percelen grenzen aan oppervlaktewater wordt de particulier proactief gestimuleerd hemelwater hierop af te voeren. Bij een goed doorlatende ondergrond (conform het aansluitprotocol hemelwater) en géén storende lagen in de ondergrond wordt de particulier gestimuleerd hemelwater op eigen terrein te verwerken. Indien percelen grenzen aan oppervlaktewater wordt de particulier gestimuleerd hemelwater hierop af te voeren. De gemeente stimuleert particulieren niet om hemelwater op eigen terrein te verwerken. De gemeente zamelt het overtollig hemelwater van de particulier in. In de gemeente Lingewaard wordt van eigenaren van nieuwe initiatieven (nieuwbouw) gevraagd het vrijkomende water zelf af te voeren naar oppervlaktewater of waar mogelijk te infiltreren in de bodem. Is dit niet mogelijk dan zorgt de gemeente dat de perceeleigenaar het overtollig hemelwater kwijt kan. Voor het bestaand stedelijk gebied is er geen proactief beleid om perceeleigenaren te stimuleren hemelwater op eigen terrein te bergen/infiltreren. Dit proactieve beleid wordt wel gevoerd bij afkoppelprojecten. Bij afkoppelprojecten worden perceeleigenaren benaderd/gestimuleerd om ook hun verhard oppervlak af te koppelen. Dit is op vrijwillige basis. Blad 79 van 61

129 Gebruik van de aansluitingen B Ondanks de vele voordelen heeft afkoppelen van verhard oppervlak ook nadelen. Het grootste nadeel is de gevoeligheid voor eventuele verontreiniging van de bodem of oppervlaktewater door incorrect ontwerp, aanleg, beheer of gebruik van het hemelwatersysteem. Factoren die de gevoeligheid bepalen zijn onder andere: - verkeerde aansluitingen tussen het afval- en hemelwaterriool - verontreiniging van de oppervlakken door uitlogende materialen, verkeer, zwerfvuil etc; - gebruik van verontreinigende stoffen zoals (gladheid)bestrijdingsmiddelen, autowasmiddelen - illegale lozingen zoals motorolie en frituurvet - calamiteiten zoals brand en verkeersongelukken technisch normenkader H B L Er wordt jaarlijks onderzoek verricht naar mogelijk onjuist gebruik van de voorzieningen. Indien sprake is van onjuist gebruik van de voorzieningen wordt gehandhaafd. Er vindt periodiek controle plaats van de lozings- en aansluitverordeningen bij alle aansluitingen. Indien sprake is van overtreding van de lozings- en aansluitverordeningen wordt gehandhaafd. Naar aanleiding van meldingen wordt onderzoek verricht naar onjuist gebruik van de voorzieningen. Indien sprake is van onjuist gebruik van de voorzieningen wordt gehandhaafd. Er vindt periodiek controle plaats van de lozings- en aansluitverordeningen bij de Wmvergunningplichtige/Wm-meldingsplichtige aansluitingen. Indien sprake is van overtreding van de lozings- en aansluitverordeningen wordt gehandhaafd. Er vindt geen onderzoek plaats naar onjuist gebruik van de voorzieningen. Indien sprake is van onjuist gebruik van de voorzieningen wordt niet gehandhaafd. Er vindt geen periodieke controle plaats van de lozings- en aansluitverordeningen bij de Wmvergunningplichtige/Wm-meldingsplichtige aansluitingen. Indien sprake is van overtreding van de lozings- en aansluitverordeningen wordt niet gehandhaafd. Resultaten onderzoek foutaansluiting In nagenoeg alle kernen is in de periode onderzoek gedaan naar de op de riolering aangesloten verharde oppervlakken. Hierbij is gebruik gemaakt van geluidsgolven (Riosonic). De verkregen info is tevens als input gebruikt voor de op te stellen basisrioleringsplannen. Inzichtelijk is welke verharde oppervlakken zijn aangesloten op de te onderscheiden rioolstelsels. Hiermee is beter inzichtelijk geworden hoeveel hemelwater nu daadwerkelijk afstroomt naar het rioolstelsel en de rioolwaterzuiveringsinstallatie. Dit vormt de basis om verhard oppervlak af te kunnen koppelen van het gemengde stelsel. Naar aanleiding van klachten is onderzoek gedaan naar eventuele foutaansluitingen. Waar geconstateerd zijn deze hersteld. Ook hiervoor is gebruik gemaakt van Riosonic. Aansluit- en lozingsverordening De gemeente beschikt niet over een rioolaansluitverordening. Handhaving Vergunningverlening en handhaving milieu is in Lingewaard belegd bij de Omgevingsdienst Regio Arnhem (ODRA)). Jaarlijks wordt in samenspraak met ODRA een werkprogramma vastgesteld, Blad 80 van 61

130 waarin wordt vastgesteld welke werkzaamheden op o.a. het gebied van vergunningverlening en handhaving milieu worden uitgevoerd door de ODRA. In het kader van toezicht wordt zo jaarlijks een deel van de bedrijven in de gemeente bezocht en gecontroleerd. Onderdeel hiervan is toezicht op lozingen op riolering en in de bodem. Getoetst wordt o.a. of voorzieningen als vet- en olieafscheiders op de juiste wijze functioneren. ODRA voert ook controles uit naar aanleiding van calamiteiten of (klachten) over foutieve lozingen. ODRA behandelt daarnaast aanvragen om vergunningen en meldingen af waarbij ook het aspect riolering en water wordt betrokken. ODRA legt ieder kwartaal verantwoording af of de uitgevoerde werkzaamheden/uren in relatie tot het vastgestelde werkprogramma. Verwerking van overtollig hemelwater in riolen totaal L > B afvoerca pa citeit kolken - afvoerca pa citeit riolering technische staat vuiluitworp L L > B L > B Afvoercapaciteit kolken - Het hemelwater wat op weg- en terreinverhardingen valt zal uiteindelijk via de straat- en trottoirkolken afstromen naar het riool. De kolken zijn in de regel voorzien van een zandvang. Dit is een verdiept gedeelte waar zand en andere bezinkende delen (o.a. bladeren,en zwerfvuil) achterblijven. Zo wordt voorkomen dat het riool vervuild raakt. technisch normenkader H B L Plasvorming dient binnen een half uur na een normale regenbui (4 mm/uur) weg te zijn. Plasvorming mag bij maximaal 2% van de kolken voorkomen. Incidenteel verstopte kolken zijn binnen een week verholpen. Plasvorming dient binnen één uur na een normale regenbui (4 mm/uur) weg te zijn. Plasvorming mag bij maximaal 5% van de kolken voorkomen. Incidenteel verstopte kolken zijn binnen een week verholpen. Plasvorming is na een normale regenbui (4 mm/uur) niet binnen één uur weg. Bij meer dan 5% van de kolken komt plasvorming voor. Incidenteel verstopte kolken zijn niet binnen een week verholpen. Blad 81 van 61

131 In het stedelijk gebied zijn circa straat-/trottoirkolken toegepast. Deze kolken worden minimaal één maal per jaar gereinigd. Bij doorgaande routes en bladgevoelige locaties 2 x per jaar. In de periode zijn op jaarbasis gemiddeld 100 meldingen m.b.t. afvoercapaciteit van de kolken geregistreerd. De afhandeltijd van de meldingen is circa 1 dag. Naast kolken zijn er in Lingewaard op diverse locaties lijngoten toegepast. Deze worden 2 x per jaar gereinigd. In welke mate er sprake is van plasvorming wordt niet specifiek bijgehouden/gemonitoord. Een exacte kwaliteitsniveau is dan ook niet af te geven. Afvoercapaciteit riolering L Als het heel hard regent, lopen de rioolbuizen vol en draaien de gemalen op volle kracht. Waar nodig lopen de riolen over via de overstorten. Soms blijft er water op straat staan. Bijvoorbeeld als het een korte tijd héél hard regent. De weg vangt dan het extra water tijdelijk op. Daarvoor zijn de wegen in principe ook ontworpen. Zo voorkomen ze dat het water de huizen in loopt. Of dat belangrijke wegen onderlopen en niet meer bruikbaar zijn. Dankzij de overstorten is het water gewoonlijk binnen een uur weer weg. Om overlast en of schade te voorkomen dient de afvoercapaciteit van het rioolstelsel op orde te zijn. technisch normenkader H B L De vrijverval riolering moet in staat zijn een bui met een herhalingstijd van 1 x per 5 jaar te verwerken. Theoretisch berekende 'water-op-straat' situaties mogen niet leiden tot wateroverlast. De vrijverval riolering moet in staat zijn een bui met een herhalingstijd van 1 x per 2 jaar te verwerken zonder dat dit tot theoretische 'water-op-straat' situaties leidt. Theoretisch berekende 'water-op-straat' situaties mogen niet leiden tot wateroverlast. De vrijverval riolering is niet in staat een bui met een herhalingstijd van 1 x per 2 jaar te verwerken; er is sprake van theoretische 'water-op-straat' situaties. Theoretisch berekende 'water-op-straat' situaties leiden tot wateroverlast. De afvoercapaciteit van de vrijverval rioolstelsels in stedelijk gebied is bepaald in de basisrioleringsplannen (BRP's). Voor deze nulmeting is gebruik gemaakt van BRP Gendt, BRP Bemmel, BRP Huissen en BRP bedrijventerrein Gendt/Bemmel. De riolering is bedoeld om bij normale buien probleemloos het water van wegen en daken af te voeren. Het rioleringssysteem is hiervoor, conform de landelijke normen, gedimensioneerd op een hevige bui met een herhalingstijd van eens per twee jaar. Op basis van de basisrioleringsplannen zijn er in Huissen, Gendt en Bemmel meerdere locaties waar het stelsel gevoelig is voor water-op-straat situaties met hinder en overlast tot gevolg. In Gendt gaat het onder andere om het gebied rondom de Dorpstraat. In Bemmel om het gebied in de omgeving Oostervelden en in Huissen om bemalingsgebied t Zand. Alle genoemde kernen kennen ook kleine lokale overlastlocaties. Blad 82 van 61

132 Door de klimaatveranderingen zal het aantal hevige buien, met name in de zomer, toenemen. De kans op hinder en wateroverlast, met materiele en immateriële schade tot gevolg, wordt hierdoor groter. In het buitengebied van mechanische riolering toegepast. Deze mechanische riolen zijn niet bedoeld voor inzameling en afvoer van hemelwater. Derhalve is een toetsing van de afvoercapaciteit niet van toepassing. Technische staat L > B Een rioolbuis zal na verloop van tijd slijten. Naast slijtage als gevolg van het dagelijks gebruik wordt de werking van de riolering ook beperkt door lekkende buisverbindingen, zettingen in de bodem of aantasting door in het riool aanwezige gassen. Zodra de afstroming of stabiliteit van het riool in gevaar is en hiermee de werking van het rioolstelsel wordt bedreigd moet ingegrepen worden. technisch normenkader H B L Waarschuwingsmaatstaven volgens het inspectie beoordelingsprotocol komen niet voor. Ingrijpmaatstaven volgens het beoordelingsprotocol komen niet voor. Ingrijpmaatstaven volgens het beoordelingsprotocol komen voor. Riolering Voor inzameling en transport van overtollig hemelwater in het stedelijk gebied wordt gebruik gemaakt van 229 km vrijverval riolering. Via dit riool wordt het hemelwater wat op stoepen, daken, wegen, parkeerplaatsen en pleinen valt afgevoerd. In een groot deel van de vrijverval riolering (circa 127 km) wordt het 'schone' hemelwater samen met het vuile afvalwater in één buis afgevoerd naar de RWZI. Bij de overige 100 km riolering wordt het hemelwater (verbeterd) gescheiden ingezameld en afgevoerd naar oppervlaktewater of in de bodem. Bij de verwerking van afvalwater is het onderdeel technische staat reeds uitgewerkt. Het merendeel van de geïnspecteerde buizen voert afvalwater en hemelwater af. Zoals aangegeven verdiend de technische staat van deze gemengde stelsel aandacht, doch is vooralsnog niet zorgwekkend. Wel zijn in een deel van het stelsel grootschalige reparaties of vervangingen de komende jaren noodzakelijk. Op basis van de leeftijd van het stelsel valt dit in de lijn der verwachtingen. Van de rioolbuizen die specifiek zijn aangelegd voor de verwerking van hemelwater is slechts een beperkt deel geïnspecteerd. Het gegeven dat deze stelsel relatief jong zijn en dat voor deze stelsels een aantal geconstateerde schadebeelden (o.a. hoekverdraaiing, waterdichtheid) minder negatieve gevolgen heeft, is de verwachting dat slechts een beperkt deel van de hemelwaterstelsels op korte termijn grootschalig gerepareerd of vervangen dient te worden. Vuiluitworp L > B Blad 83 van 61

133 Het is niet doelmatig om de rioolstelsels zo groot te maken dat bij hevige regenval al het met hemelwater verdund afvalwater kan worden afgevoerd naar de RWZI. In het rioolstelsel zijn daarom op verschillende plaatsen riooloverstorten aanwezig. Via een overstort wordt het verdund afvalwater dat niet door de riolering kan worden verwerkt, afgevoerd naar oppervlaktewater. Voorkomen moet worden dat het oppervlaktewater hierdoor vervuild raakt waardoor risico's voor de volksgezondheid en aantasting van natuurwaarden kunnen optreden. technisch normenkader H B L De vuiluitworp uit de rioolstelsels voldoet ruimschoots aan de doelstellingen voor de oppervlaktewaterkwaliteit (emissiespoor en waterkwaliteitsspoor). Alle overstorten van gemengde stelsels zijn voorzien van meetregistratie. Er is geen sprake van risicovolle overstorten. De vuiluitworp uit de rioolstelsels voldoet aan de doelstellingen voor de oppervlaktewaterkwaliteit (emissiespoor en waterkwaliteitsspoor). Niet alle overstorten van gemengde stelsels zijn voorzien van meetregistratie. Er is geen sprake van risicovolle overstorten. De vuiluitworp uit de rioolstelsels voldoet niet aan de doelstellingen voor de oppervlaktewaterkwaliteit (emissiespoor en waterkwaliteitsspoor). De overstorten van gemengde stelsels zijn niet voorzien van meetregistratie. Er is sprake van risicovolle overstorten. Vuilemissie (Update afspraken in relatie tot basisinspanning) Angeren In 2013 waren nog niet alle maatregelen voor de basisinspanning uitgevoerd. In een groot deel van Angeren-noord is in 2013/2014 de riolering vervangen en een hemelwaterriool aangelegd. Deze werkzaamheden waren als verbetermaatregel opgenomen in het VGRP. Er is veel verhard oppervlak afgekoppeld. De exacte hoeveelheid is niet bekend, maar het is zeker meer dan de vereiste 3,5 ha. Bij deze werkzaamheden is ook de overstort aan de Jan Joostenstraat dichtgezet. De overstort aan de Zahnstraat is nog niet dichtgezet aangezien de afvoercapaciteit van de watergang vanaf de BBB onvoldoende is. Na aanleg van de nieuwe watergang kan de overstort alsnog dicht. In 2016/2017 zal het BRP herzien worden. Bemmel Bemmel voldeed in 2013 al aan de basisinspanning. Voor 2014 stonden maatregelen gepland aan de Anna Vaecstraat in Bemmel. Doel van deze maatregelen is het maken van en structurele oplossing voor het tegengaan van de wateroverlast in deze straat. Deze maatregelen zijn nog niet uitgevoerd, maar worden momenteel voorbereid. Uitvoering zal in 2016 starten, in combinatie met rioolvervanging in een gedeelte van de wijk. Langs de Plakselaan is het dakoppervlak van een aantal woningen afgekoppeld. Hierdoor wordt het stelsel van t Hoog minder belast met regenwater. Deze werkzaamheden vielen onder de noemer afkoppelen 4 kleine projecten zoals genoemd in het GRP. In 2014 is het BRP van Bemmel herzien. Hierin is een aantal (mogelijke) verbeteringsmaatregelen gedefinieerd. Het afkoppelen van Oostervelden en Dorpsstraat is al in voorbereiding en de uitvoering zal in 2016 starten. Het opstellen van de planning van de overige maatregelen zal onderdeel uitmaken van het nieuwe GRP. Blad 84 van 61

134 Doornenburg Doornenburg voldeed in 2013 al aan de basisinspanning. Sindsdien zijn er geen rioleringsmaatregelen uitgevoerd. Alleen het waterschap moet mogelijk de capaciteit van het hoofdgemaal nog aanpassen. In 2016/2017 zal het BRP herzien worden. In 2014 is een deel van de riolering in de Rijnstraat (buiten de bebouwde kom) gerelined. Ook de overstort ter plaatse is aangepast zodat de vuiluitworp verminderd is en dakwater afgekoppeld. Gendt In het GRP was aangegeven dat nog ca 1,75 ha afgekoppeld moest worden en een aantal maatregelen aan overstorten uitgevoerd moest worden. Als verbetermaatregel was al opgenomen om af te koppelen bij 4 kleine projecten. Een daarvan is het afkoppelen in het project t Hof. Deze werkzaamheden zijn uitgevoerd. Momenteel zijn er rioleringswerkzaamheden in uitvoering in Gendt-centrum. Daarbij wordt riolering vervangen en verhard oppervlak afgekoppeld. Als deze werkzaamheden gereed zijn is ca. 6,5 ha verhard oppervlak afgekoppeld. Hiermee wordt ruimschoots voldaan aan de eisen voor de basisinspanning. In 2015 is het BRP voor Gendt herzien. De geplande maatregelen wat betreft de overstortdrempels zijn hierin opnieuw bekeken. Het BRP heeft geresulteerd in een lijst met (mogelijke) verbeteringsmaatregelen. Het opstellen van de planning van de maatregelen zal onderdeel uitmaken van het nieuwe GRP; in het buitengebied wordt op dit moment al verhard oppervlak afgekoppeld. Bedrijventerrein Gendt-Bemmel In het GRP is het ombouwen van het gescheiden stelsel naar een verbeterd gescheiden stelsel als verbetermaatregel genoemd. In de afgelopen periode is onderzoek gedaan naar de doelmatigheid van deze oplossing en naar alternatieve oplossingsmogelijkheden. In goed overleg met het waterschap is gekozen voor een sobere variant waarbij de foutieve aansluitingen opgelost zijn en het bestaande stelsel gerenoveerd/vervangen/verbeterd wordt. Deze maatregelen zijn inmiddels allemaal uitgevoerd. Haalderen Haalderen voldeed in 2013 al aan basisinspanning. In 2015 is het verhard oppervlak van de Bouwcommissie afgekoppeld (alleen de weg). Hierdoor gaat het regenwater rechtstreeks naar de sloot en functioneert het rioolstelsel van het onderbemalingsgebied beter. In het GRP was ook sprake van het afkoppelen van Klein Baal. Bij nadere beschouwing bleek het niet doelmatig om deze straat al af te koppelen doordat de kosten per m2 te hoog waren. Huissen In 2013 is al geconstateerd dat alleen onderbemalingsgebied t Zand in Huissen nog niet voldoet aan de basisinspanning. In het VGRP is een indicatief bedrag opgenomen voor de maatregelen met als opmerking dat eerst het BRP herzien zou worden. De herziening van het BRP heeft op zich laten wachten, met name door tegenvallers bij het operationeel maken van het rioolbeheersysteem. Inmiddels is de herziening van het BRP opgestart. In het VGRP is als verbetermaatregel opgenomen dat de riolering in de Van Voorststraat vervangen wordt. Deze werkzaamheden zijn inmiddels afgerond. Blad 85 van 61

135 Bedrijventerrein t Pannenhuis In 2013 waren de werkzaamheden op het bedrijventerrein in volle gang. Inmiddels zijn deze werkzaamheden afgerond en is een groot deel van het verhard oppervlak afgekoppeld van het gemengde stelsel. Hiermee voldoet het stelsel aan alle eisen. Bijzondere overstortsituaties Bij het opstellen van de verschillende basisrioleringsplannen zijn een aantal bijzondere overstortsituaties geconstateerd, te weten: De randvoorziening Hofmeesterij te Huissen beschikt niet over een interne overstortmuur. Dit gaat ten koste van het zuiveringsrendement van de voorziening. Bovendien leidt het tot slibophoping in de voorziening. Eén van riooloverstorten in Doornenburg is slecht bereikbaar en hierdoor niet op te schonen. Hierdoor stort er relatief veel vuil over vanuit het rioolstelsel naar oppervlaktewater. Ook een aantal andere overstorten is slecht bereikbaar. Een aantal overstorten bevinden zich in stedelijk gebied, waarna het water via watergangen en/of duikerriolen het stedelijk gebied verlaten. Dit is geen wenselijke situatie. Waterkwaliteitsspoor Vooralsnog is het waterkwaliteitsspoor nog niet uitgevoerd. Er zijn dan ook nog geen knelpunten benoemd. Het waterkwaliteitsspoor wordt uitgevoerd na afronding van de basisrioleringsplannen. Meetregistratie overstorten Ter plaatse van de randvoorzieningen is meetapparatuur geplaatst om het aantal overstorten, terugstroom vanuit oppervlaktewater en de hoeveelheid overstortend stedelijk afvalwater te bepalen. Hiermee haakt de gemeente Lingewaard aan bij de initiatieven Regio Rivierenland. Vooralsnog is er met de middels monitoring verzamelde gegevens nog weinig gedaan. Blad 86 van 61

136 Verwerking van overtollig water in watergangen berging/ a fvoercapaciteit totaal L > B L > B technische staat - Berging/ afvoercapaciteit L > B In het stedelijk gebied is vaak sprake van veel verhard oppervlak en (te) weinig open water. Hierdoor krijgen sloten en vijvers bij zeer zware buien veel water te verwerken. Soms leidt dit tot peilstijgingen waarbij de sloten en vijvers buiten hun oevers treden met schade en overlast als gevolg. technisch normenkader H B L Bij buitengewone omstandigheden vindt waterberging plaats in daarvoor ingerichte locaties zoals watergangen en groenvoorzieningen. De openbare ruimte is zodanig ingericht dat bij extreme omstandigheden (eens per 100 jaar) geen hinder voor de omgeving optreedt. De maximale peilstijging van het oppervlaktewater in stedelijk gebied bedraagt: o dagelijkse praktijk T=1: water stijgt niet tot boven het niveau van de overstorten o ontwerp situatie T=10: water stijgt niet tot boven het niveau van de overstorten o extreme situatie T=100: watergangen treden niet buiten hun oevers Bij buitengewone omstandigheden vindt waterberging plaats in daarvoor ingerichte locaties zoals watergangen en groenvoorzieningen. De openbare ruimte is zodanig ingericht dat bij extreme omstandigheden (eens per 100 jaar) geen overlast voor de omgeving optreedt. De maximale peilstijging van het oppervlaktewater in stedelijk gebied bedraagt: o dagelijkse praktijk T=1: water stijgt niet tot boven het niveau van de overstorten o ontwerp situatie T=10: water stijgt tot boven het niveau van de overstorten, terugslagkleppen voorkomen instroom van oppervlaktewater o extreme situatie T=100: watergangen treden buiten hun oevers, dit leidt niet tot overlast Bij buitengewone omstandigheden vindt in beperkte mate waterberging plaats in daarvoor ingerichte locaties zoals watergangen en groenvoorzieningen. De openbare ruimte is onvoldoende ingericht om bij buitengewone omstandigheden (eens per 100 jaar) overlast voor de omgeving te voorkomen. De maximale peilstijging van het oppervlaktewater in stedelijk gebied bedraagt: o dagelijkse praktijk T=1: water stijgt tot boven het niveau van de overstorten, water stroomt via overstorten het riool in, dit leidt tot overlast o ontwerp situatie T=10: water stijgt tot boven het niveau van de overstorten, water stroomt via overstorten het riool in, dit leidt tot overlast o extreme situatie T=100: watergangen treden buiten hun oevers, dit leidt tot overlast/economische schade Voor de gemeente Lingewaard is de stedelijke wateropgave bepaald. Na een herberekening in 2012 en 2013 blijken er een aantal locaties waar de afvoer- en bergingscapaciteit van het oppervlaktewatersysteem niet voldoet aan de gestelde normen. Inmiddels is een aantal van de benodigde maatregelen uitgevoerd. Er resteren nog een aantal maatregelen, onder andere: Blad 87 van 61

137 Realisatie waterberging Angeren (in voorbereiding, uitvoering 2016) Creëren structuur voor afkoppelen regenwater en vergroten berging te Bemmel (in voorbereiding, uitvoering ) Opwaarderen Bemmelse Zeeg (in voorbereiding, uitvoering 2017) Afkoppelen omgeving gemeentehuis Bemmel ten behoeve van waterpeil gracht (in voorbereiding, uitvoering 2017) Realisatie waterberging Doornenburg in combinatie met natuurontwikkeling en realisatie woongebied (in voorbereiding, uitvoering 2016). Opwaarderen watergang Doornenburg (in voorbereiding, uitvoering 2016). Realiseren waterberging Gendt in combinatie met natuurontwikkeling en realisatie woongebied (in voorbereiding, uitvoering 2016). Afvoer kwel verbeteren Hulhuizen Afkoppelen bij rioolvervanging Gendt Herstel afvoer water via oude slotenpatroon Gendt Aanleg stuwvoorziening bij retentie Huissen Afkoppelen bij rioolvervanging Huissen Zes aan te leggen waterbergingslocaties (aanvullend op waterplan) Bij de bepaling/herberekening van de stedelijke wateropgave zijn de volgende normen gehanteerd: In de herberekening wateropgave is gesteld dat er tot een neerslaggebeurtenis die 1 x per 100 jaar voorkomt (inclusief 10% voor verwachte klimaatsverandering) geen inundatie vanuit het oppervlaktewater mag plaatsvinden. Bij een situatie die gemiddeld één keer per tien jaar optreedt (T=10+10%) is gesteld dat de maximale peilstijging 0,4 meter ten opzichte van zomerpeil mag bedragen. Bij een situatie die gemiddeld één keer per tien jaar optreedt (T=10+10%) is gesteld dat het waterpeil niet verder mag stijgen als het niveau van de riooloverstorten. Terugstroom riolering Op diverse locaties wordt de afvoercapaciteit van de riolering belemmerd doordat het waterpeil in oppervlaktewater te snel stijgt (in combinatie met een beperkte waking tov het waterpeil). Dit leidt tot tegendruk en terugstroom. Het betreft de volgende locaties: Rijnstraat Doornenburg; Klaphek Huissen; Van de Mondeweg Haalderen; BBL Haalderen BBB Gendt; BBL Gendt. Onderhoud en baggeren De hoofdwatergangen (A-watergangen) zijn in beheer van het waterschap. Het onderhoud en de baggerwerkzaamheden worden door het waterschap uitgevoerd. De watergangen die in bezit zijn van de gemeente (B, C en bermsloten) worden door de gemeente onderhouden en gebaggerd. Cyclisch worden de sloten onderhouden. Baggerwerkzaamheden vinden ad-hoc plaats. Hiervan wordt jaarlijks besteed aan het baggeren ter plaatse van riooloverstorten en riooluitlaten. Blad 88 van 61

138 Technische staat - In het stedelijk gebied vormen de sloten en vijvers belangrijke voorzieningen voor de afvoer van overtollig hemelwater en de ontwatering van openbaar gebied. Om de aan- en afvoerfunctie van de watergangen te borgen dienen de voorzieningen in een goede staat te verkeren. technisch normenkader H B L Bij meer dan 75% van de duikers is het doorstroomprofiel schoon. Bij meer dan 75% van de roosters is het doorstroomprofiel schoon. Het minimaal benodigd vrije profiel van de watergang is het gehele jaar gewaarborgd, ondanks de aanwezigheid van bagger en plantengroei op bodem en oever. Bij 50% tot 75% van de duikers is het doorstroomprofiel schoon. Bij 50% tot 75% van de roosters is het doorstroomprofiel schoon. Het minimaal benodigd vrije profiel van de watergang is 50 tot 75% van het jaar gewaarborgd, ondanks de aanwezigheid van bagger en plantengroei op bodem en oever Minder dan 50% van de duikers is het doorstroomprofiel schoon. Minder dan 50% % van de roosters is het doorstroomprofiel schoon; Het minimaal benodigd vrije profiel van de watergang is minder dan 50 % van het jaar gewaarborgd als gevolg van de aanwezigheid van bagger en plantengroei op bodem en oever Oevervoorzieningen, kunstwerken en waterbodems Het stedelijk waterbeheer valt (vooralsnog) onder de verantwoordelijkheid van groen- en wegbeheer en valt derhalve buiten de scope van dit GRP. Het vervangen van duikers valt wel onder het GRP. Blad 89 van 61

139 Inzameling van grondwater totaal B loketfunctie inzicht/meten inzameling B B B Loketfunctie B Jarenlang was onduidelijk bij wie de bewoners terecht konden als sprake was van grondwaterproblemen. Zij werden doorverwezen van het kastje naar de muur. Met het inwerking treden van de zorgplicht grondwater is hier verandering in gekomen. De gemeente is nu het eerste aanspreekpunt voor de bewoners met grondwaterproblemen (loketfunctie). technisch normenkader H B L Geregistreerde meldingen worden binnen een week naar melding onderzocht. Binnen een maand na binnenkomst van de melding wordt een locatiebezoek uitgevoerd en wordt een klein buurtonderzoek verricht (vaststellen of er meer bewoners zijn met een grondwaterprobleem). Geregistreerde meldingen worden binnen een maand naar melding onderzocht. Binnen twee maanden na binnenkomst van de melding wordt een locatiebezoek uitgevoerd. Er wordt geen buurtonderzoek verricht. Geregistreerde meldingen worden pas na een maand naar melding onderzocht. Er wordt geen locatiebezoek uitgevoerd. Vragen over aard en omvang van de melding worden telefonisch afgehandeld. Na een melding omtrent grondwateroverlast wordt door de gemeente contact gelegd met de melder. Vervolgens neemt de gemeente, indien noodzakelijk, het initiatief voor een onderzoek. Dit onderzoek resulteert in een advies en/of maatregel. Het grondwaterbeleid is, ten tijde van het opstellen van deze nulmeting (maart 2016) nog in de maak. Dit betekent dat een duidelijke definitie van grondwateroverlast (een normenkader) vooralsnog ontbreekt. Blad 90 van 61

140 Inzicht/meten B Vanuit de zorgplicht grondwater is de gemeente het eerste aanspreekpunt voor de burger (loketfunctie) maar dit betekent niet dat zij ook meteen probleemhouder is. Pas wanneer sprake is van 'structurele problemen' die 'nadelige gevolgen (overlast)' opleveren is de gemeente aan zet om invulling te geven aan de zorgplicht en vast te stellen of de problemen 'doelmatig' zijn op te lossen en of het een gemeentelijke taak is om maatregelen te treffen. Bij deze afweging is inzicht in de grondwaterstand een pre. technisch normenkader H B L Rondom locaties die gevoelig zijn voor hoge of lage grondwaterstanden is een grondwatermeetnet ingericht. De grondwaterstanden worden maandelijks uitgelezen. Halfjaarlijks vindt een validatie van de data plaats. Rondom de probleemlocaties met hoge of lage grondwaterstanden is een grondwatermeetnet ingericht. De grondwaterstanden worden eens per kwartaal uitgelezen. Jaarlijks vindt een validatie van de data plaats. Er is geen grondwatermeetnet ingericht. Het gemeentelijke grondwatermeetnet is in 2013 aangelegd door Vitens. Het vult daarmee de blinde vlekken op in het DINOloket van TNO. Ook het beheer en onderhoud wordt door Vitens verzorgd. De dataloggers worden 4 keer per jaar uitgelezen. De meetresultaten worden voor Vitens gecontroleerd en gevalideerd en vervolgens aangeleverd bij het DINOloket van TNO. De gemeente benut de info om beter inzicht te krijgen in de grondwatersituatie. Blad 91 van 61

141 Inzameling B Als de grondwaterstand in bebouwd gebied langere tijd te hoog of te laag is, kan dit problemen geven. Te diepe grondwaterstanden kunnen leiden tot zettingsproblemen (scheuren in woningen en riolering), droogval en aantasting van (houten)paalfunderingen en droogteschade aan planten en bomen. Te hoge grondwaterstanden kunnen leiden tot grondwater en vocht in de kruipruimten met optrekkend vocht in de woningen als gevolg. Waardoor gezondheidsproblemen kunnen ontstaan. Als gevolg van de klimaatveranderingen kunnen deze problemen verergeren of er kunnen zelfs nieuwe problemen ontstaan. technisch normenkader H B L De gemiddeld hoogste of laagste grondwaterstand (conform het ontwateringprotocol) wordt niet overschreden. Er zijn geen meldingen bekend omtrent water in de kruipruimten. Er is sprake van structurele grondwaterproblemen wanneer binnen een straat sprake is van meerdere locaties met grondwaterproblemen. De gemiddeld hoogste of laagste grondwaterstand (conform het ontwateringprotocol) wordt gedurende maximaal 30 dagen op jaarbasis overschreden. Er zijn meldingen bekend omtrent water in de kruipruimten; water staat minder dan 30 dagen per jaar in de kruipruimte. Er is sprake van structurele grondwaterproblemen wanneer binnen een wijk sprake is van meerdere locaties met grondwaterproblemen. De gemiddeld hoogste of laagste grondwaterstand (conform het ontwateringprotocol) wordt op jaarbasis meer dan 30 dagen overschreden. Er zijn meldingen bekend omtrent water in de kruipruimten; water staat meer dan 30 dagen per jaar in de kruipruimte. Er is sprake van structurele grondwaterproblemen wanneer binnen een wijk sprake is van meerdere locaties met grondwaterproblemen. Er is nauwelijks sprake van grondwateroverlast of grondwateronderlast. Wel is het zo dat de grondwaterstand periodiek, bij hoogwater in de rivieren, erg hoog kan komen te staan. Het gaat hier dan niet om een structurele situatie, en de inwoners zijn zich daarvan over het algemeen bewust. Men is gewend om in een rivierenlandschap te leven. Blad 92 van 61

142 Verwerking van grondwater totaal verwerking i n bestaand gebi ed verwerking bij nieuwbouw technische sta at L > B B B L Verwerking in bestaand gebied B Wanneer aanpak van grondwaterproblemen onder de zorgplicht grondwater vallen zal de gemeente een afweging moeten maken om tot de meest doelmatige oplossing(en) te komen. technisch normenkader H B L Aanpak van de grondwaterproblemen vindt bij voorkeur plaats bij de eerstvolgende weg- of rioolvervanging. Indien deze vervanging zich pas na 5 jaar voordoet worden eerder autonome maatregelen getroffen. Bij rioolvervanging wordt altijd drainage mee gelegd. Zodat deze bij meldingen van grondwaterproblemen in bedrijf gesteld kan worden Getroffen maatregelen moeten minimaal 30 jaar kunnen functioneren. Aanpak van de grondwaterproblemen vindt bij voorkeur plaats bij de eerstvolgende weg- of rioolvervanging. Indien deze vervanging zich pas na 10 jaar voordoet worden eerder autonome maatregelen getroffen. Alleen bij locaties met hoge grondwaterstanden wordt bij rioolvervanging drainage mee gelegd. Getroffen maatregelen moeten minimaal 30 jaar kunnen functioneren. Aanpak van de grondwaterproblemen vindt pas plaats bij de eerstvolgende rioolvervanging. Alleen bij locaties met grondwaterproblemen wordt bij rioolvervanging drainage mee gelegd. Er gelden geen eisen aan de duurzaamheid van de getroffen maatregelen. Op dit moment (maart 2016) is het grondwaterbeleid nog in wording. Dit betekent dat een eenduidige aanpak van grondwaterproblemen vooralsnog ontbreekt. Het grondwaterbeleid wordt geïmplementeerd in de GRP. Blad 93 van 61

143 Verwerking bij nieuwbouw B Wanneer aanpak van grondwaterproblemen onder de zorgplicht grondwater vallen zal de gemeente een afweging moeten maken om tot de meest doelmatige oplossing(en) te komen. technisch normenkader H B L In de waterparagraaf van de bestemmingsplannen maakt het grondwater een vast onderdeel uit. Als het risico aanwezig is op hoge of lage grondwaterstanden worden vooraf maatregelen getroffen. In de waterparagraaf van de bestemmingsplannen maakt het grondwater een vast onderdeel uit. Bij locaties met hoge grondwaterstanden is het verplicht ontwaterende voorzieningen aan te leggen. In de bestemmingsplannen wordt geen aandacht aan grondwater gegeven. Er gelden geen voorschriften voor de verplichte aanleg van ontwaterende voorzieningen. Bij nieuwbouw wordt de watertoets doorlopen. Bij het doorlopen van de watertoets is aandacht voor het onderdeel grondwater. Waarbij het doel is grondwateronderlast (droogte) of overlast in en rondom het plangebied te voorkomen. Technische staat L Om de ontwatering van openbaar gebied te borgen dienen de voorzieningen in een goede staat te verkeren. technisch normenkader H B Aanwezige voorzieningen worden structureel (conform het gemeentelijk ontwateringprotocol) onderhouden. Er vindt geen structureel onderhoud van de aanwezige voorzieningen plaats. Alleen naar aanleiding van meldingen wordt onderhoud uitgevoerd. L Er vindt geen structureel onderhoud van de aanwezige voorzieningen plaats. In de gemeente is op diverse plaatse drainage toegepast. Er vind geen structureel onderhoud aan deze drainage plaats. Blad 94 van 61

144 Bijlage 6 Kostendekkingplan Onderstaande tabel geeft inzicht in de resultaten van het kostendekkingsplan. Blad 95 van 61

145 Scenario : C: klaar voor de waterketen van de toekomst rekenperiode: jaarlijkse indexatie 0,0% investeringen: afschrijven via kapitaallasten gemiddelde rioolheffing per heffingseenheid in ,40 afschrijvingsmethode: annuïteiten rente: 1,5% jaarlijkse tariefsstijging (met ingang van 2022) 2,0% rente voorziening [bij positieve stand]: 0,00% rente voorziening [bij negatieve stand]: 0,00% maximale stijging 19,10 stand voorziening maximaal tarief 270,00 stand voorziening kentallen lasten baten benodigde dekking voorgestelde dekking ontwikkeling voorziening jaar fictieve directe kap.lasten operationeel personeel kwijtschel. kap.lasten subtotaal comp. btw extra te dekken te dekken rioolheffing stijging stijging inkomsten dekkings- startsaldo mutatie rente eindsaldo heffings- afboeking invest. beheer & onderh. & overhead & oninbaar verleden baten saldo per eenheid per eenheid rioolheffing rioolheffing rioolheffing graad toevoeging eenheden [ 1.000] [ 1.000] [ 1.000] [ 1.000] [ 1.000] [ 1.000] [ 1.000] [ 1.000] [ 1.000] [ 1.000] [ ] [ ] [ ] [%] [ 1.000] [%] [ 1.000] [ 1.000] [ 1.000] [ 1.000] ,45 233,40 0,00 0,0% % ,34 233,40-0,0% % ,10 225,00 8,40- -3,6% % ,47 225,00-0,0% % (71) ,22 225,00-0,0% % (128) ,20 225,00-0,0% % (270) ,78 229,50 4,50 2,0% % (67) ,24 234,09 4,59 2,0% % (85) ,20 238,77 4,68 2,0% % (50) ,00 243,55 4,78 2,0% % (71) ,59 248,42 4,87 2,0% % (147) ,17 253,39 4,97 2,0% % (139) ,38 258,45 5,07 2,0% % (162) ,13 263,62 5,17 2,0% % (31) ,70 268,90 5,27 2,0% % (78) ,09 274,27 5,38 2,0% % (99) ,78 279,76 5,49 2,0% % (82) ,35 285,35 5,60 2,0% % (143) ,22 291,06 5,71 2,0% % (229) ,86 296,88 5,82 2,0% % (307) ,94 302,82 5,94 2,0% % (412) ,00 308,88 6,06 2,0% % (453) ,67 315,05 6,18 2,0% % (484) ,34 321,36 6,30 2,0% % 729 (512) ,09 327,78 6,43 2,0% % 217 (539) - (322) ,03 334,34 6,56 2,0% % (322) (567) - (889) ,27 341,02 6,69 2,0% % (889) (579) - (1.468) ,36 347,85 6,82 2,0% % (1.468) (625) - (2.093) ,14 354,80 6,96 2,0% % (2.093) (683) - (2.776) ,61 361,90 7,10 2,0% % (2.776) (732) - (3.508) ,82 369,14 7,24 2,0% % (3.508) (834) - (4.341) ,91 376,52 7,38 2,0% % (4.341) (868) - (5.209) ,75 384,05 7,53 2,0% % (5.209) (813) - (6.023) ,19 391,73 7,68 2,0% % (6.023) (727) - (6.749) ,39 399,57 7,83 2,0% % (6.749) (673) - (7.422) ,64 407,56 7,99 2,0% % (7.422) (637) - (8.059) ,91 415,71 8,15 2,0% % (8.059) (557) - (8.616) ,43 424,02 8,31 2,0% % (8.616) (562) - (9.177) ,90 432,50 8,48 2,0% % (9.177) (377) - (9.554) ,23 441,15 8,65 2,0% % (9.554) (391) - (9.945) ,59 449,98 8,82 2,0% % (9.945) (402) - (10.347) ,79 458,97 9,00 2,0% % (10.347) (160) - (10.507) ,97 468,15 9,18 2,0% % (10.507) 45 - (10.462) ,20 477,52 9,36 2,0% % (10.462) (10.107) ,18 487,07 9,55 2,0% % (10.107) (9.577) ,21 496,81 9,74 2,0% % (9.577) (8.930) ,74 506,75 9,94 2,0% % (8.930) (8.110) ,57 516,88 10,13 2,0% % (8.110) (7.182) ,56 527,22 10,34 2,0% % (7.182) (6.062) ,20 537,76 10,54 2,0% % (6.062) (4.658) ,22 548,52 10,76 2,0% % (4.658) (3.217) ,54 559,49 10,97 2,0% % (3.217) (1.641) ,14 570,68 11,19 2,0% % (1.641) ,21 582,09 11,41 2,0% % ,45 593,73 11,64 2,0% % ,56 605,61 11,87 2,0% % ,93 617,72 12,11 2,0% % ,41 630,07 12,35 2,0% % ,56 642,68 12,60 2,0% % ,17 655,53 12,85 2,0% % ,67 668,64 13,11 2,0% %

146 Over Antea Group Van stad tot land, van water tot lucht; de adviseurs en ingenieurs van Antea Group dragen in Nederland sinds jaar en dag bij aan onze leefomgeving. We ontwerpen bruggen en wegen, realiseren woonwijken en waterwerken. Maar we zijn ook betrokken bij thema s zoals milieu, veiligheid, assetmanagement en energie. Onder de naam Oranjewoud groeiden we uit tot een allround en onafhankelijk partner voor bedrijfsleven en overheden. Als Antea Group zetten we deze expertise ook mondiaal in. Door hoogwaardige kennis te combineren met een pragmatische aanpak maken we oplossingen haalbaar én uitvoerbaar. Doelgericht, met oog voor duurzaamheid. Op deze manier anticiperen we op de vragen van vandaag en de oplossingen van de toekomst. Al meer dan 60 jaar. Contactgegevens Zutphenseweg 31D 7418 AH DEVENTER Postbus AH DEVENTER T E. niels.ijsseldijk@anteagroup.com Copyright 2016 Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar worden gemaakt door middel van druk, fotokopie, elektronisch of op welke wijze dan ook, zonder schriftelijke toestemming van de auteurs.

Colofon. Projectgroep bestaande uit: Tekstbijdragen: - Fotografie: - Vormgeving: Antea Group. Datum van uitgave: 7 mei 2015

Colofon. Projectgroep bestaande uit: Tekstbijdragen: - Fotografie: - Vormgeving: Antea Group. Datum van uitgave: 7 mei 2015 Colofon Projectgroep bestaande uit: Gert-jan Warrink Ooststellingwerf Willem de Vries Weststellingwerf Siebrand Hulshoff Opsterland Heerco Bergsma Opsterland Hans Valk Aale Boek Niels IJsseldijk Melle

Nadere informatie

De Veranderende Zorgplicht

De Veranderende Zorgplicht De Veranderende Zorgplicht Ede 23 april 2015 Frans Debets Debets b.v. i.s.m. Een korte versie van een cursus op 14 juni 1- De Veranderende Waterwetwetgeving 1. Achtergronden en betekenis van de veranderingen

Nadere informatie

Achtergronddocument Water- en Rioleringsplan Bommelerwaard

Achtergronddocument Water- en Rioleringsplan Bommelerwaard Water- en Rioleringsplan Bommelerwaard projectnr. 241219 revisie 06 11 april 2012 auteur(s) G. Huisman S.P.H.W. Lenders N.J. IJsseldijk Opdrachtgever Gemeente Zaltbommel Postbus 10002 5300 DA Zaltbommel

Nadere informatie

Tubbergen o. gemeente. Aan de gemeenteraad. Vergadering: 8 september 2014. Nummer: Tubbergen, 28 augustus 2014

Tubbergen o. gemeente. Aan de gemeenteraad. Vergadering: 8 september 2014. Nummer: Tubbergen, 28 augustus 2014 gemeente Tubbergen o Aan de gemeenteraad Vergadering: 8 september 2014 Nummer: 9A Tubbergen, 28 augustus 2014 Onderwerp: Vaststellen verordening op de afvoer van hemelwater en grondwater. Samenvatting

Nadere informatie

Achtergronddocument Water en Rioleringsplan Bommelerwaard

Achtergronddocument Water en Rioleringsplan Bommelerwaard fff Achtergronddocument Water en Rioleringsplan Bommelerwaard projectnr. 241219 revisie 08 10 oktober 2012 auteur(s) G. Huisman S.P.H.W. Lenders N.J. IJsseldijk Opdrachtgever Gemeente Zaltbommel Postbus

Nadere informatie

Colofon. Projectgroep bestaande uit: Vormgeving: Oranjewoud. Datum van uitgave: 27 augustus 2013

Colofon. Projectgroep bestaande uit: Vormgeving: Oranjewoud. Datum van uitgave: 27 augustus 2013 Colofon Projectgroep bestaande uit: Wim van Ommeren Nicole Aarts Khaled Sa'ad Henny Schippers Niels IJsseldijk Gerlof Huisman gemeente gemeente waterschap Rivierenland waterschap Rivierenland Oranjewoud

Nadere informatie

BergBezinkBassin Zie toelichting in begrippenlijst bij bergbezinkbassin.

BergBezinkBassin Zie toelichting in begrippenlijst bij bergbezinkbassin. Bijlage 1 Afkortingen en begrippen Afkortingen AWZI Zie RWZI BBB (v)brp CZV DWA DOB GRP HWA / RWA IBA KRW MOR NBW (-Actueel) OAS RIONED BergBezinkBassin Zie toelichting in begrippenlijst bij bergbezinkbassin.

Nadere informatie

12 Hemelwateruitlaat of riooloverstort

12 Hemelwateruitlaat of riooloverstort 12 Hemelwateruitlaat of riooloverstort 12.1 Inleiding Gemeenten hebben de taak om hemelwater en afvalwater in te zamelen. Het hemelwater wordt steeds vaker opgevangen in een separaat hemelwaterriool. Vanuit

Nadere informatie

Omgang met hemelwater binnen de perceelgrens

Omgang met hemelwater binnen de perceelgrens Omgang met hemelwater binnen de perceelgrens Ir. Emil Hartman Senior adviseur duurzaam stedelijk waterbeheer Ede, 10 april 2014 Inhoud presentatie Wat en hoe van afkoppelen Wat zegt de wet over hemelwater

Nadere informatie

Aan de gemeenteraad Gemeente Steenwijkerland Vendelweg XE Steenwijk Steenwijk, 19 mei 2009 Nummer voorstel: 2009/58

Aan de gemeenteraad Gemeente Steenwijkerland Vendelweg XE Steenwijk Steenwijk, 19 mei 2009 Nummer voorstel: 2009/58 Voorstel aan de raad Aan de gemeenteraad Gemeente Steenwijkerland Vendelweg 1 8331 XE Steenwijk Steenwijk, 19 mei 2009 Nummer voorstel: 2009/58 Voor raadsvergadering d.d.: 02-06-2009 Agendapunt: Onderwerp:

Nadere informatie

Bouwlokalen INFRA. Het riool in Veghel. Veghel in cijfers en beeld (1) Veghel in cijfers en beeld (2) Veghel in cijfers en beeld (3)

Bouwlokalen INFRA. Het riool in Veghel. Veghel in cijfers en beeld (1) Veghel in cijfers en beeld (2) Veghel in cijfers en beeld (3) Bouwlokalen INFRA Innovatie onder het maaiveld / renovatie van rioolstelsels Het riool in Veghel Jos Bongers Beleidsmedewerker water- en riolering Gemeente Veghel 21 juni 2006 Veghel in cijfers en beeld

Nadere informatie

Onderwerp: Vaststellen Watertakenplan DAL-W en verordening op de afvoer van hemelwater en grondwater in gemeente Delfzijl

Onderwerp: Vaststellen Watertakenplan DAL-W en verordening op de afvoer van hemelwater en grondwater in gemeente Delfzijl Vergadering gemeenteraad d.d. 21 december 2017 Agenda nummer 8 Portefeuillehouder: wethouder de heer IJ.J. Rijzebol Onderwerp: Vaststellen Watertakenplan DAL-W 2 2018-2022 en verordening op de afvoer van

Nadere informatie

Vragen en antwoorden Aanpak Agniesebuurt

Vragen en antwoorden Aanpak Agniesebuurt Vragen en antwoorden Aanpak Agniesebuurt Waarom aan de slag in de Agniesebuurt? Oude stadswijken zoals de Agniesebuurt, die dichtbebouwd zijn met veel verharding en weinig open water en groen, zijn kwetsbaar

Nadere informatie

Basisopleiding Riolering Module 1

Basisopleiding Riolering Module 1 Basisopleiding Riolering Module 1 Cursusboek Nieuwegein, 2013 w w w. w a t e r o p l e i d i n g e n. n l Stichting Wateropleidingen, augustus 2013 Groningenhaven 7 3433 PE Nieuwegein Versie 1.1 Niets

Nadere informatie

Samenvatting Gemeentelijk Rioleringsplan Wormerland. planperiode 2013 t/m 2017

Samenvatting Gemeentelijk Rioleringsplan Wormerland. planperiode 2013 t/m 2017 Samenvatting Gemeentelijk Rioleringsplan Wormerland planperiode 2013 t/m 2017 13 maart 2012 1.1 Inleiding De gemeente is wettelijk verplicht een Gemeentelijk Rioleringsplan (hierna te noemen: GRP) op te

Nadere informatie

Raadsvoorstel Reg. nr : 1010217 Ag nr. : Datum : 18-05-10

Raadsvoorstel Reg. nr : 1010217 Ag nr. : Datum : 18-05-10 Ag nr. : Onderwerp Verordening op de afvoer van hemelwater en grondwater Status besluitvormend Voorstel 1. Vast te stellen de Verordening op de afvoer van hemelwater en grondwater; 2. De kosten van het

Nadere informatie

Raadsvergadering : 20 juni 2011 Agendanr. 13

Raadsvergadering : 20 juni 2011 Agendanr. 13 Raadsvergadering : 20 juni 2011 Agendanr. 13 Voorstelnr. : R 6837 Onderwerp : Gemeentelijk Rioleringsplan 2010-2015 Stadskanaal, 1 juni 2011 Beslispunten 1. Het Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) 2010-2015

Nadere informatie

Presentatie GRP Commissievergadering 6 oktober Peter Borkus, Susanne Naberman

Presentatie GRP Commissievergadering 6 oktober Peter Borkus, Susanne Naberman Presentatie GRP 2016-2020 Commissievergadering 6 oktober Peter Borkus, Susanne Naberman Programma Inhoud Waarom een nieuw GRP? Evaluatie afgelopen planperiode Een gezonde leefomgeving Een veilige leefomgeving:

Nadere informatie

Samenhang en samenvatting vgrp+, Waterplan, BRP

Samenhang en samenvatting vgrp+, Waterplan, BRP Samenhang en samenvatting vgrp+, Waterplan, BRP Uden gastvrij voor water Kenmerk: 11-10044-JV 14 september 2011 Ingenieursbureau Moons 1 Inhoudsopgave 1 SAMENHANG... 3 2 SAMENVATTING... 4 2.1 KOERSWIJZIGINGEN...

Nadere informatie

Bijlage 1. Lijst met afkortingen en begrippen

Bijlage 1. Lijst met afkortingen en begrippen Bijlage 1. Lijst met afkortingen en begrippen VERKLARENDE WOORDENLIJST Afkortingen AMvB... Algemene Maatregel van Bestuur BARIM... Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer BBB... Bergbezinkbassin

Nadere informatie

Raadsvergadering 29 januari Nr.: 11. AAN de gemeenteraad. Onderwerp: Vaststellen Watertakenplan DAL/W²

Raadsvergadering 29 januari Nr.: 11. AAN de gemeenteraad. Onderwerp: Vaststellen Watertakenplan DAL/W² Raadsvergadering 29 januari 2018 Nr.: 11 AAN de gemeenteraad Onderwerp: Vaststellen Watertakenplan DAL/W² 2018-2022. Portefeuillehouder: Wethouder P. Prins. Ter inzage liggende stukken: Collegebesluit

Nadere informatie

TOETSING VERBREED GRP

TOETSING VERBREED GRP Dit document beschrijft de toetsing van het verbreed GRP op hoofdlijnen. De toetsing is op volledigheid en niet op inhoud. Het is een hulpmiddel bij het maken van afspraken over het proces van het opstellen

Nadere informatie

: gemeente Heerde : Evert de Lange : Rob Boshouwers (DHV), Jasper Timmer (Waterschap Veluwe)

: gemeente Heerde : Evert de Lange : Rob Boshouwers (DHV), Jasper Timmer (Waterschap Veluwe) ogo MEMO Aan Van Kopie Dossier Project Betreft : gemeente Heerde : Evert de Lange : Rob Boshouwers (DHV), Jasper Timmer (Waterschap Veluwe) : BA7950-100-100 : Bedrijventerrein Wapenveld Noord : Watertoetsnotitie

Nadere informatie

SONENBREUGEL GEMEENTE

SONENBREUGEL GEMEENTE GEMEENTE SONENBREUGEL De raad der gemeente van de gemeente Son en Breugel. Overwegende, dat de Wet milieubeheer de bevoegdheid biedt bij verordening regels te stellen over het brengen van afvloeiend hemelwater

Nadere informatie

Water in Tiel. 1 Naast regionale wateren die in beheer zijn bij de waterschappen, zijn er rijkswateren (de hoofdwateren

Water in Tiel. 1 Naast regionale wateren die in beheer zijn bij de waterschappen, zijn er rijkswateren (de hoofdwateren Water in Tiel Waterbeleid Tiel en Waterschap Rivierenland Water en Nederland zijn onafscheidelijk. Eigenlijk geldt hetzelfde voor water en Tiel, met de ligging langs de Waal, het Amsterdam Rijnkanaal en

Nadere informatie

Uitwerking hemelwaterbeleid gemeente Leeuwarderadeel

Uitwerking hemelwaterbeleid gemeente Leeuwarderadeel Uitwerking hemelwaterbeleid gemeente Leeuwarderadeel Voor: Opgesteld door: Versie 1 (14-06-2012) Uitwerking hemelwaterbeleid gemeente Leeuwarderadeel Dit document bevat 11 bladzijden. Ons kenmerk: 19312RA-MW-LED

Nadere informatie

Bijlage IV Watertoets. Uitgevoerd door R. Zuidema, 14 juni 2014

Bijlage IV Watertoets. Uitgevoerd door R. Zuidema, 14 juni 2014 Bijlage IV Watertoets Uitgevoerd door R. Zuidema, 14 juni 2014 datum 14-6-2014 dossiercode 20140614-4-9150 Geachte heer / mevrouw R. Zuidema, U heeft een watertoets uitgevoerd op de website http://www.dewatertoets.nl//.

Nadere informatie

BERGBEZINKBASSIN (BBB) WEERSELO

BERGBEZINKBASSIN (BBB) WEERSELO BERGBEZINKBASSIN (BBB) WEERSELO INHOUDSOPGAVE - AANLEIDING - HUIDIGE SITUATIE - GEVOLGEN RIOOLOVERSTORT - OVERSTORTREDUCTIE - BERGING EN BEZINKING OVERTOLLIG RIOOLWATER - WERKING BBB - WERKING (schematisch)

Nadere informatie

VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD

VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD Onderwerp: Gemeentelijk rioleringsplan Registratienummer: 00538296 Op voorstel B&W d.d.: 31 maart 2015 Datum vergadering: 26 mei 2015 Portefeuillehouder: Helm Verhees Rol gemeenteraad:

Nadere informatie

Raadsvoorstel. drs A.J. Ditewig 18 februari 2010. 05 januari 2010. De raad wordt voorgesteld te besluiten:

Raadsvoorstel. drs A.J. Ditewig 18 februari 2010. 05 januari 2010. De raad wordt voorgesteld te besluiten: Portefeuillehouder Datum raadsvergadering drs A.J. Ditewig 18 februari 2010 Datum voorstel 05 januari 2010 Agendapunt Onderwerp Gemeentelijke watertaken De raad wordt voorgesteld te besluiten: het bijgaande

Nadere informatie

BELEIDSREGEL ONTHEFFING GEMEENTELIJKE ZORGPLICHT STEDELIJK AFVALWATER FLEVOLAND Gedeputeerde Staten van Flevoland,

BELEIDSREGEL ONTHEFFING GEMEENTELIJKE ZORGPLICHT STEDELIJK AFVALWATER FLEVOLAND Gedeputeerde Staten van Flevoland, ^ PROVINCIE FLEVOLAND Provinciaal Blad 2011/09 Nummer 1120019 Beleidsregel ontheffing gemeentelijke zorgplicht stedelijk afvalwater 2011 Gedeputeerde Staten van Flevoland maken overeenkomstig artikel 136

Nadere informatie

Water- en Rioleringsplan Neerijnen 2013 t/m 2017 Hoofdrapport

Water- en Rioleringsplan Neerijnen 2013 t/m 2017 Hoofdrapport 2013 t/m 2017 Hoofdrapport projectnr. 245654 revisie 03 12 augustus 2013 auteur(s) N.J. IJsseldijk Opdrachtgever Gemeente Neerijnen Postbus 30 4180 A WAARDENURG datum vrijgave beschrijving revisie 03 goedkeuring

Nadere informatie

Gezien het voorstel van het college, nr d.d.1 december 2015;

Gezien het voorstel van het college, nr d.d.1 december 2015; GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Epe. Nr. 28087 9 maart 2016 Verordening op de afvoer van afvloeiend hemelwater en grondwater Epe De raad der gemeente Epe Gezien het voorstel van het college,

Nadere informatie

Voorstel voor de Raad

Voorstel voor de Raad Voorstel voor de Raad Datum raadsvergadering : 26 november 2015 Agendapuntnummer : XV, punt 5 Besluitnummer : 1952 Portefeuillehouder : Wethouder Jan van 't Zand Aan de gemeenteraad Onderwerp: Watertakenplan

Nadere informatie

Water- en Rioleringsplan

Water- en Rioleringsplan Water- en Rioleringsplan 2017-2021 Inleiding Hemelwater Oppervlaktewater overstort Afvalwater Grondwater Drinkwater Beleidskader Wet Milieubeheer afname- en zorgplicht voor afvalwater verplichting WRP

Nadere informatie

Bijlage 1 Watertoets en (standaard) waterparagraaf

Bijlage 1 Watertoets en (standaard) waterparagraaf Bijlage 1 Watertoets en (standaard) waterparagraaf datum 2-3-2017 dossiercode 20170302-4-14760 Geachte heer / mevrouw R. Zuidema, U heeft een watertoets uitgevoerd op de website http://www.dewatertoets.nl//.

Nadere informatie

Samenvatting van de watertoets. Hieronder vindt u een samenvatting van de door u ingevulde gegevens.

Samenvatting van de watertoets. Hieronder vindt u een samenvatting van de door u ingevulde gegevens. Samenvatting van de watertoets De toets is uitgevoerd op een ruimtelijke ontwikkeling in het beheergebied van het waterschap Regge en Dinkel. Voor algemene informatie over de watertoets van Regge en Dinkel

Nadere informatie

Omgevingswet en het stedelijk waterbeheer / waterketen

Omgevingswet en het stedelijk waterbeheer / waterketen Communicatie 2016 #Samenwaw Omgevingswet en het stedelijk waterbeheer / waterketen KNW 25 januari 2018 Gert Dekker De Omgevingswet De Omgevingswet, kerninstrumenten Doelen Maatregelen Regels Waterbeheerprogramma

Nadere informatie

Memo. Figuur 1 Overzicht plangebied en omgeving (bron: googlemaps) blad 1 van 7

Memo. Figuur 1 Overzicht plangebied en omgeving (bron: googlemaps) blad 1 van 7 Memo nummer water 1 datum 15 juli 2013 aan Arno Derks Croonen van Arjan van Beek Oranjewoud kopie Ruud van Hoek Oranjewoud project Haalbaarheidsstudie Prodrive Ekkersrijt gemeente Son projectnummer 252510

Nadere informatie

Bijlage 3. Doelen functionele eisen en maatstaven

Bijlage 3. Doelen functionele eisen en maatstaven Bijlage 3. Doelen functionele eisen en maatstaven Tabel 3-1 Doelen, functionele eisen en maatstaven voor de rioleringszorg (stedelijk afvalwater en regenwater) Doelen Functionele Eisen Maatstaven 1. Inzameling

Nadere informatie

Bijlage 7. Wetgeving en Beleid

Bijlage 7. Wetgeving en Beleid Bijlage 7. Wetgeving en Beleid Wet milieubeheer Aanpassingen op grond van Wet gemeentelijke watertaken (Artikel III) Artikel 1.1 Eerste lid wordt als volgt gewijzigd: de begrippen huishoudelijk afvalwater

Nadere informatie

U heeft een watertoets uitgevoerd op de website http://www.dewatertoets.nl//. Op basis van deze toets volgt u de normale procedure.

U heeft een watertoets uitgevoerd op de website http://www.dewatertoets.nl//. Op basis van deze toets volgt u de normale procedure. datum 31-3-2014 dossiercode 20140331-63-8729 Geachte heer/mevrouw Jeroen Overbeek, U heeft een watertoets uitgevoerd op de website http://www.dewatertoets.nl//. Op basis van deze toets volgt u de normale

Nadere informatie

CVDR. Nr. CVDR305377_1

CVDR. Nr. CVDR305377_1 CVDR Officiële uitgave van Nieuwegein. Nr. CVDR305377_1 22 mei 2018 Verordening regelende de voorwaarden voor de aansluiting, de wijziging, het onderhoud en de instandhouding van aansluitleidingen op het

Nadere informatie

Bijlage 1: Afkortingen en begrippen

Bijlage 1: Afkortingen en begrippen Bijlage 1: Afkortingen en begrippen Afkortingen AWZI Zie RWZI BBB (v)brp CZV DWA DOB GRP HWA IBA KRW NBW NW4 BergBezinkBassin Zie toelichting in begrippenlijst bij bergbezinkbassin. (verbreed) BasisRioleringsPlan

Nadere informatie

b/a GH verbreed GRP Hoogeveen planperiode 2010 t/m 2014 Achtergronddocument Opdrachtgever Postbus PA HOOGEVEEN

b/a GH verbreed GRP Hoogeveen planperiode 2010 t/m 2014 Achtergronddocument Opdrachtgever Postbus PA HOOGEVEEN verbreed GRP Hoogeveen planperiode 2010 t/m 2014 Achtergronddocument projectnr. 196830 revisie 02 25 mei 2009 Opdrachtgever Postbus 20000 7900 PA HOOGEVEEN datum vrijgave beschrijving revisie 02 goedkeuring

Nadere informatie

Op basis van de door u verstrekte informatie zijn de volgende wateraspecten van belang in het plangebied.

Op basis van de door u verstrekte informatie zijn de volgende wateraspecten van belang in het plangebied. datum 10-11-2015 dossiercode 20151110-9-11911 Uitgangspuntennotitie WSRL U heeft een digitale watertoets uitgevoerd via de website www.dewatertoets.nl. Op basis van deze toets volgt u de normale watertoetsprocedure.

Nadere informatie

datum dossiercode Samenvatting watertoets (korte procedure)

datum dossiercode Samenvatting watertoets (korte procedure) datum 14-9-2015 dossiercode 20150914-63-11571 Samenvatting watertoets (korte procedure) In dit document vindt u een samenvatting van de door u ingevulde gegevens op de website www.dewatertoets.nl. De toets

Nadere informatie

Het waterbeleid van de provincie Limburg is beschreven in het Provinciaal Waterplan Limburg, dd. 20 november 2009.

Het waterbeleid van de provincie Limburg is beschreven in het Provinciaal Waterplan Limburg, dd. 20 november 2009. Memo Ter attentie van Project management Den Dekker B.V. Datum 03 januari 2013 Distributie Projectnummer 111850-01 Onderwerp Parkeerterrein Jumbo Heythuysen Geachte heer Bosman, 1 WATERBELEID Het streven

Nadere informatie

Rioleringsbeheerplan Terschelling

Rioleringsbeheerplan Terschelling Rioleringsbeheerplan Terschelling 2016-2020 augustus 2016 Team Techniek en Uitvoering 1 2 Inhoudsopgave 1 Samenvatting...4 2 Inleiding...5 2.1 Doelen...5 2.2 Afvalwater...5 2.3 Hemelwater...5 2.4 Grondwater...6

Nadere informatie

Omgevingswet en gezamenlijk investeringsprogramma

Omgevingswet en gezamenlijk investeringsprogramma Communicatie 2016 #Samenwaw Omgevingswet en gezamenlijk investeringsprogramma Gert Dekker Inhoudsopgave Omgevingswet in vogelvlucht Consequenties stedelijk waterbeheer Hoe anticiperen in organisatie en

Nadere informatie

Bijlage 1: Toelichting achtergronden en gebruik modelverordening voor de afvoer van hemelwater en grondwater

Bijlage 1: Toelichting achtergronden en gebruik modelverordening voor de afvoer van hemelwater en grondwater Bijlage 1: Toelichting achtergronden en gebruik modelverordening voor de afvoer van hemelwater en grondwater Met de inwerkingtreding van de Wet Gemeentelijke Watertaken per 1 januari 2008 is o.a. de Wet

Nadere informatie

datum 27-2-2016 dossiercode 20160227-4-12526 Geachte heer / mevrouw R.G. Zuidema,

datum 27-2-2016 dossiercode 20160227-4-12526 Geachte heer / mevrouw R.G. Zuidema, datum 27-2-2016 dossiercode 20160227-4-12526 Geachte heer / mevrouw R.G. Zuidema, U heeft een watertoets uitgevoerd op de website http://www.dewatertoets.nl//. Op basis van deze toets volgt u de korte

Nadere informatie

Programma van de avond: vgrp 2015-2019 Inwonersbijeenkomst. Positie vgrp5 gemeentebeleid. Even voorstellen. Relaties met beleid / plannen

Programma van de avond: vgrp 2015-2019 Inwonersbijeenkomst. Positie vgrp5 gemeentebeleid. Even voorstellen. Relaties met beleid / plannen vgrp 2015-2019 Inwonersbijeenkomst 8 Januari 2015 19:45 20:00 20:05 20:15 22:00 Programma van de avond: Welkom en voorstelronde Toelichting doel bijeenkomst Wat is een vgrp? Gesprek met de inwoners adv

Nadere informatie

^ T^ 2 5UOV2008 \Q5 S. 1. Inleiding

^ T^ 2 5UOV2008 \Q5 S. 1. Inleiding E E R H U CB O W A A Raadsvergadering: Besluit: Voorstelnummfif R D 2 5UOV2008 ^ T^ \Q5 S Agendanr. Voorstelnr. Onderwerp Aan de Raad, 2008-105 Formulering beleid voor zorgplichten hemel- en grondwater,

Nadere informatie

Notitie. 1. Beleidskader Water

Notitie. 1. Beleidskader Water Notitie Ingenieursbureau Bezoekadres: Galvanistraat 15 Postadres: Postbus 6633 3002 AP Rotterdam Website: www.gw.rotterdam.nl Van: ir. A.H. Markus Kamer: 06.40 Europoint III Telefoon: (010) 4893361 Fax:

Nadere informatie

Verordening Eenmalig Rioolaansluitrecht 2015

Verordening Eenmalig Rioolaansluitrecht 2015 Verordening Eenmalig Rioolaansluitrecht 2015 Artikel 1 Begripsomschrijvingen deze verordening wordt verstaan onder: a. aansluitleiding: het particulier riool, het aansluitpunt en de perceelaansluitleiding

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 25 september 2018, raadsvoorstel 18bb7158; raadsstuk 18bb7150;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 25 september 2018, raadsvoorstel 18bb7158; raadsstuk 18bb7150; Verordening rioolheffing 2019 De raad van de gemeente Rotterdam, gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 25 september 2018, raadsvoorstel 18bb7158; raadsstuk 18bb7150; gelet

Nadere informatie

Managementsamenvatting. Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan Bladel

Managementsamenvatting. Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan Bladel Managementsamenvatting Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan Bladel 2010-2014 Inhoud 1 Over afvalwater 1 2 Verbreed gemeentelijk rioleringsplan Bladel 4 3 Doelstellingen verbreed gemeentelijk Rioleringsplan

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD. Officiële publicatie van Gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude

GEMEENTEBLAD. Officiële publicatie van Gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude RUI15/016 Verordening Rioolaansluiting, verordening eenmalig rioolaansluitrecht De raad van de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude; Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 18 augustus

Nadere informatie

dat het met name in het buitengebied, wijken met een apart vuilwaterriool en op bedrijventerreinen wenselijk is om dit verbod te laten gelden;

dat het met name in het buitengebied, wijken met een apart vuilwaterriool en op bedrijventerreinen wenselijk is om dit verbod te laten gelden; CONCEPT Besluit gebiedsaanwijzing afvoer hemelwater (artikel 4:44 APV) Het college van burgemeester en wethouders van Apeldoorn; Overwegende dat artikel 4:44, eerste lid jo artikel 4:43 van de Algemene

Nadere informatie

Impressie(informatieavond(rioolvervanging(Straatweg( Datum:(8(september(2015( Opstelling(verslag:(Tineke(van(Oosten(en(Sieb(de(Jong((cgOH)(

Impressie(informatieavond(rioolvervanging(Straatweg( Datum:(8(september(2015( Opstelling(verslag:(Tineke(van(Oosten(en(Sieb(de(Jong((cgOH)( Impressie(informatieavond(rioolvervanging(Straatweg( Datum:(8(september(2015( Opstelling(verslag:(Tineke(van(Oosten(en(Sieb(de(Jong((cgOH)( Indeling(van(de(avond:(van(19.00(uur(tot(21.00(uur(konden(bewoners(van(de(Straatweg(informatie(

Nadere informatie

Gemeente Nijkerk - Verordening afvoer regenwater en grondwater

Gemeente Nijkerk - Verordening afvoer regenwater en grondwater GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Nijkerk. Nr. 87172 30 juni 2016 Gemeente Nijkerk - Verordening afvoer regenwater en grondwater Raadsbesluit nummer 2016-011 De raad van de gemeente Nijkerk;

Nadere informatie

Gemeente Bergen Noord-Holland. Gemeentelijke Rioleringsplan 2011-2015. Samenvatting. Bergingskelder onder het Pompplein, Egmond aan Zee (2011)

Gemeente Bergen Noord-Holland. Gemeentelijke Rioleringsplan 2011-2015. Samenvatting. Bergingskelder onder het Pompplein, Egmond aan Zee (2011) Gemeente Bergen Noord-Holland Gemeentelijke Rioleringsplan 2011-2015 Bergingskelder onder het Pompplein, Egmond aan Zee (2011) Samenvatting Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan Gemeente Bergen (NH) 1\11

Nadere informatie

GRP 2014-2018 Gemeente Tynaarlo. Naar een nieuw gemeentelijk rioleringsplan.

GRP 2014-2018 Gemeente Tynaarlo. Naar een nieuw gemeentelijk rioleringsplan. GRP 2014-2018 Gemeente Tynaarlo Naar een nieuw gemeentelijk rioleringsplan. Landelijk beleid en ontwikkelingen Gemeentelijke zorgplicht watertaken: Zorgen voor een doelmatige inzameling en een doelmatig

Nadere informatie

Aansluitverordening riolering gemeente Overbetuwe Onderwerp: Aansluitverordening riolering gemeente Overbetuwe 2012

Aansluitverordening riolering gemeente Overbetuwe Onderwerp: Aansluitverordening riolering gemeente Overbetuwe 2012 CVDR Officiële uitgave van Overbetuwe. Nr. CVDR252238_1 13 februari 2018 Aansluitverordening riolering gemeente Overbetuwe 2012 Onderwerp: Aansluitverordening riolering gemeente Overbetuwe 2012 Ons kenmerk:

Nadere informatie

datum dossiercode Samenvatting van de watertoets (normale procedure)

datum dossiercode Samenvatting van de watertoets (normale procedure) datum 14-4-2014 dossiercode 20140414-63-8811 Samenvatting van de watertoets (normale procedure) In dit document vindt u een samenvatting van de door u ingevulde gegevens op de website www.dewatertoets.nl.

Nadere informatie

Wateradvies voor ruimtelijke plannen met een klein waterbelang (korte procedure)

Wateradvies voor ruimtelijke plannen met een klein waterbelang (korte procedure) Notitie Contactpersoon Paul Lammers Datum 10 maart 2016 Kenmerk N002-1233768PTL-evp-V01-NL Watertoets Paleis t Loo Inleiding Eén van de milieuthema s die in het bestemmingsplan voor Paleis t Loo en het

Nadere informatie

Conserverend Drijber, 8 nieuwe woningen

Conserverend Drijber, 8 nieuwe woningen WATERTOETSDOCUMENT Conserverend Drijber, 8 nieuwe woningen Doel en inhoud van het document Het watertoetsdocument is opgesteld op basis van het door u op 20 mei 2010 ingediende digitale formulier. Op 6

Nadere informatie

Bijlagen: Gemeentelijk Rioleringsplan , inclusief samenvatting

Bijlagen: Gemeentelijk Rioleringsplan , inclusief samenvatting svoorstel Onderwerp: Vaststellen Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) 2010-2015 Portefeuillehouder: J. Kuper Dienst Gebied Inrichting en beheer J. Vos, telefoon (0591-68 52 82) Aan de gemeenteraad Voorgesteld

Nadere informatie

U heeft een watertoets uitgevoerd op de website Op basis van deze toets volgt u de normale procedure.

U heeft een watertoets uitgevoerd op de website   Op basis van deze toets volgt u de normale procedure. datum 26-2-2014 dossiercode 20140226-63-8538 Geachte heer/mevrouw L. Smoors, U heeft een watertoets uitgevoerd op de website http://www.dewatertoets.nl//. Op basis van deze toets volgt u de normale procedure.

Nadere informatie

Notitie. Visiedocument GRP/BRP Brummen. 1 Inleiding - 15.004012 -

Notitie. Visiedocument GRP/BRP Brummen. 1 Inleiding - 15.004012 - Notitie Contactpersoon Gwendolijn Vugs Datum 1 mei 2015 Kenmerk N001-1229319GBV-avd-V02-NL Visiedocument GRP/BRP Brummen 1 Inleiding Het huidig Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) van de gemeente Brummen

Nadere informatie

Van rioleringszaak naar gemeentelijke watertaak. De Wet gemeentelijke watertaken toegelicht

Van rioleringszaak naar gemeentelijke watertaak. De Wet gemeentelijke watertaken toegelicht Van rioleringszaak naar gemeentelijke watertaak De Wet gemeentelijke watertaken toegelicht Van rioleringszaak naar gemeentelijke watertaak De Wet gemeentelijke watertaken toegelicht Inhoudsopgave Samenvatting

Nadere informatie

Verordening hemelwater en grondwater s-hertogenbosch 2017

Verordening hemelwater en grondwater s-hertogenbosch 2017 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente 's-hertogenbosch Nr. 229214 22 december 2017 Verordening hemelwater en grondwater s-hertogenbosch 2017 De gemeenteraad van s-hertogenbosch heeft op 31 januari

Nadere informatie

Projectnummer 111769 Bedrijventerrein Smilde aspect Water"

Projectnummer 111769 Bedrijventerrein Smilde aspect Water Memo Ter attentie van Gemeente Midden-Drenthe Datum 4 december 2012 Opgesteld door Maarten van Vierssen Projectnummer 111769 Onderwerp Bedrijventerrein Smilde aspect Water" In deze memo zijn de watertoetsen

Nadere informatie

Gemeentelijk Rioleringsplan Achtergronden bij het definitieve GRP

Gemeentelijk Rioleringsplan Achtergronden bij het definitieve GRP Gemeentelijk Rioleringsplan 5 2013-2017 Achtergronden bij het definitieve GRP Gemeente Uithoorn Achtergronden bij het definitieve GRP Opdrachtgever Gemeente Uithoorn Postbus 8 1420 AA Uithoorn datum vrijgave

Nadere informatie

Zoals aangegeven zijn de gemeente Lelystad en het havenbedrijf Amsterdam de ontwikkelaars van het bedrijventerrein.

Zoals aangegeven zijn de gemeente Lelystad en het havenbedrijf Amsterdam de ontwikkelaars van het bedrijventerrein. Notitie Contactpersoon Jeroen Lasonder Datum 24 mei 2013 Kenmerk N008-1213242JLO-gdj-V022 Flevokust: Watertoets 1 Inleiding De gemeente Lelystad en Havenbedrijf Amsterdam ontwikkelen samen bedrijventerrein

Nadere informatie

Aansluitverordening Riolering gemeente Westerwolde

Aansluitverordening Riolering gemeente Westerwolde No. De raad van de gemeente Westerwolde; gelet op het voorstel van burgemeester en wethouders inzake het vaststellen van een verordening voor het aansluiten op de openbare riolering; gelet op artikel 124

Nadere informatie

Raadsvoorstel. Aan de gemeenteraad. Onderwerp: Gemeentelijk Rioleringsplan

Raadsvoorstel. Aan de gemeenteraad. Onderwerp: Gemeentelijk Rioleringsplan Raadsvoorstel jaar stuknr. categorie agendanr. Stuknr. Raad B. en W. 2017 RA17.0069 A 5 17/575 Onderwerp: Gemeentelijk Rioleringsplan 2018 2023 Portefeuillehouder: R. van der Weide Team: Inrichting Openbare

Nadere informatie

4 Beleid voor afvalwater, grondwater, hemelwater en oppervlaktewater.

4 Beleid voor afvalwater, grondwater, hemelwater en oppervlaktewater. 4 Beleid voor afvalwater, grondwater, hemelwater en oppervlaktewater. Sinds enkele jaren heeft rioleringsbeheer een duidelijke wettelijke basis. De Wet gemeentelijke watertaken geeft gemeenten 3 zogenaamde

Nadere informatie

Paraaf secretaris. Paraaf direct leidinggev snde, ADVIES VAN. Datum. 150 ktobe L. Heeren R.van der Schaaf. Opsteller. Telefoon 440 BW12.

Paraaf secretaris. Paraaf direct leidinggev snde, ADVIES VAN. Datum. 150 ktobe L. Heeren R.van der Schaaf. Opsteller. Telefoon 440 BW12. G E M E E N T E N O O R D E N V E L D Paraaf secretaris li Paraaf direct leidinggev snde, t ADVIES VAN Datum i ï t t ff 150 ktobe 2012 Afdeling OW&A Opsteller L. Heeren R.van der Schaaf. Telefoon 440 ADVIES

Nadere informatie

Code van goede praktijk voor het ontwerp, de aanleg en het onderhoud van rioleringssystemen. Deel 2: Afwateringssysteem

Code van goede praktijk voor het ontwerp, de aanleg en het onderhoud van rioleringssystemen. Deel 2: Afwateringssysteem Code van goede praktijk voor het ontwerp, de aanleg en het onderhoud van rioleringssystemen Deel 2: Afwateringssysteem De Code van goede praktijk voor het ontwerp, de aanleg en het onderhoud van rioleringssystemen

Nadere informatie

Uitleg deze workshop. Succes! Geschiedenis

Uitleg deze workshop. Succes! Geschiedenis Uitleg deze workshop. Wetgeving wordt vaak als droge kost ervaren. Erg moeilijk door te lezen en soms vrij onbegrijpelijk. Toch hebben we in de procesindustrie ook met wetgeving te maken. In deze workshop

Nadere informatie

Gemeentelijk rioleringsplan Leusden

Gemeentelijk rioleringsplan Leusden Gemeentelijk rioleringsplan Leusden Planperiode 2009-2013 Stedelijk afvalwater, hemelwater en grondwater Ontwerp Gemeente Leusden postbus 150 3830 AD LEUSDEN Grontmij Nederland B.V. Houten, 2 december

Nadere informatie

Gelet op artikel 10.32a Wet Milieubeheer en artikel 154 van de Gemeentewet;

Gelet op artikel 10.32a Wet Milieubeheer en artikel 154 van de Gemeentewet; De raad der gemeente Hoogeveen Gezien het voorstel van het college; Gelet op artikel 10.32a Wet Milieubeheer en artikel 154 van de Gemeentewet; Overwegende: dat de gemeenteraad van Hoogeveen een Gemeentelijk

Nadere informatie

Code: Datum: Samenvatting van de watertoets

Code: Datum: Samenvatting van de watertoets Code: 20120223-5-4281 Datum: 2012-02-23 Samenvatting van de watertoets De toets is uitgevoerd op een ruimtelijke ontwikkeling in het beheergebied van het waterschap Regge en Dinkel. Voor algemene informatie

Nadere informatie

EEN BODEM VOOR WATER

EEN BODEM VOOR WATER EEN BODEM VOOR WATER Hemel en grondwaterbeleid Breda 2011 RWZI De gemeente is verantwoordelijk voor de afvoer van afvalwater naar de rioolwaterzuivering (RWZI: een soort wasmachine voor water). RWZI De

Nadere informatie

Vragen: Gaat het plan uitsluitend over functiewijziging van bestaande bebouwing zonder fysieke aanpassingen van de bebouwing en de ruimte?

Vragen: Gaat het plan uitsluitend over functiewijziging van bestaande bebouwing zonder fysieke aanpassingen van de bebouwing en de ruimte? datum 24-7-2014 dossiercode 20140724-9-9338 Samenvatting In deze paragraaf worden puntgewijs de resultaten van de toetsing samengevat. Tekenen: Heeft u een toetslaag geraakt? In welke gemeente ligt uw

Nadere informatie

verbreed Gemeentelijk RioleringsPlan 2013 2016 Gemeente Hof van Twente Achtergronden bij revisie 08

verbreed Gemeentelijk RioleringsPlan 2013 2016 Gemeente Hof van Twente Achtergronden bij revisie 08 2013 2016 Gemeente Hof van Twente Achtergronden bij revisie 08 projectnr. 245107 revisie 08 november 2012 auteur(s) ing. B.J. Steentjes Opdrachtgever Gemeente Hof van Twente Postbus 54 7470 AB Goor datum

Nadere informatie

UITGANGSPUNTEN NOTITIE. Plan: Algemene projectgegevens:

UITGANGSPUNTEN NOTITIE. Plan: Algemene projectgegevens: UITGANGSPUNTEN NOTITIE Plan: Algemene projectgegevens: Projectomschrijving: 8 woningen Holtenweg Vries Oppervlakte plangebied: 2185 m2 Toename verharding in plangebied: 400 m2 Kaartlagen geraakt: Ja Aanvrager

Nadere informatie

Module A1000 Beleid en regelgeving op hoofdlijnen. Inhoud

Module A1000 Beleid en regelgeving op hoofdlijnen. Inhoud Module A1000 Beleid en regelgeving op hoofdlijnen Inhoud 1 Inleiding 3 1.1 Verantwoording 3 1.2 Wat is veranderd? 5 1.3 Opstellers en begeleidingscommissie 5 1.4 Leeswijzer 6 2 Rioleringszorg in haar beleidscontext

Nadere informatie

In de directe omgeving van de Ir. Molsweg is geen oppervlaktewater aanwezig.

In de directe omgeving van de Ir. Molsweg is geen oppervlaktewater aanwezig. Waterparagraaf Algemeen Huidige situatie De Ir. Molsweg tussen de Pleijweg en de Nieland bestaat uit een enkele rijbaan met twee rijstroken. Via een rotonde sluit de Ir. Molsweg aan op de Nieland. De rijbaan

Nadere informatie

3 JUL mi. Afd. Pt) Opbergen 2 9 JUNI Hoogheemraadschap van Rijnland ingekomen:

3 JUL mi. Afd. Pt) Opbergen 2 9 JUNI Hoogheemraadschap van Rijnland ingekomen: ingekomen: uw kenmerk: uw mail van: ons kenmerk: bijlagen: Inlichtingen: doorkiesnummer: onderwerp: 4-06-20 12.3594 Team Planloefiml en' Vergunningverlening 071-3063494 Woubrugseweg 82 Gemeente Alphen

Nadere informatie

Managementsamenvatting. Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan Valkenswaard

Managementsamenvatting. Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan Valkenswaard Managementsamenvatting Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan Valkenswaard 2013-2017 mei 2012 Inhoudsopgave 1. Waarom een verbreed GRP? 5 2. Wat zijn de kaders van het vgrp? 7 3. Wat willen we bereiken?

Nadere informatie

Raadsvoorstel Reg. nr : Ag nr. : Datum : 18 mei 2010

Raadsvoorstel Reg. nr : Ag nr. : Datum : 18 mei 2010 Raadsvoorstel Reg. nr : Ag nr. : Onderwerp Verordening op de afvoer van hemelwater en grondwater Status besluitvormend Voorstel 1. Vast te stellen de Verordening op de afvoer van hemelwater en grondwater;

Nadere informatie

Verordening hemelwater en grondwater 's- Hertogenbosch 2017

Verordening hemelwater en grondwater 's- Hertogenbosch 2017 Zoek regelingen op overheid.nl Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl! 's-hertogenbosch Verordening hemelwater en grondwater 's- Hertogenbosch 2017 Wetstechnische informatie

Nadere informatie

Infoblad Bouwbesluit 2012

Infoblad Bouwbesluit 2012 Infoblad Bouwbesluit 2012 Riolering en gemeentelijke watertaken ISSO NEN Rijksoverheid Stichting RIONED Uneto-Vni 1. Inleiding 2. Reikwijdte: het gehele perceel 2 < Vanaf 1 april 2012 is het Bouwbesluit

Nadere informatie

Voorstel besluit Samenvatting toelichting

Voorstel besluit Samenvatting toelichting Raadsvoorstel nr. : 2002/168 Aan de gemeenteraad. Raadsvergadering : 19 november 2002 Agendapunt : 5 Steenwijk, 5 november 2002. Onderwerp: Het opheffen van ongezuiverde lozingen van huishoudelijk afvalwater.

Nadere informatie