Zondag 8 april Reglement

Transcriptie

1 Zondag 8 april 2018 Reglement

2 Inhoudsopgave Reglement 9 e SAAB Voorjaars Challenge 1. Programma Organisatie Definitie Secretariaat en Wedstrijdleiding Officials Algemene bepalingen Omschrijving van de wedstrijd Omschrijving van de route Kaarten Calamiteiten Milieu Telefonie Meet- en navigatieappratuur Toe te laten auto s Auto en bouwjaar Verzekering Veiligheidsvoorzieningen Toe te laten deelnemers Rijbewijs Klasse-indeling Maximum aantal Inschrijving Inschrijving en betaling Inschrijftermijn Overmacht en annulering Vrijwaringsclausule Documentencontrole Wat wordt gecontroleerd? Inzet JOKER Afwijkingen Verkeersveiligheid Verkeersregels Quiet-zones ( Q-zones ) Verkeersovertredingen Gevaarlijke situaties Gedrag deelnemers Controlekaarten en Routeboeken Uitreiking Verantwoordelijkheid Passeertijden Correcties Invullen controlekaart Verloop van het evenement Starttijden Startvolgorde Tijdcontroles Wedstrijdtijd Pauze, tijd inhalen...9 2

3 Inhoudsopgave Reglement 9 e SAAB Voorjaars Challenge 11. Controles Algemene bepalingen Openingstijden Plaatsing Herstelopdrachten Routecontroles (RC) Bemand en onbemand Strafpunten Tijdcontroles (TC) Locatie Melding Ideale Passeertijd (IPT) Strafpunten TC-IN Finish Regelmatigheidsproeven (RP) Gemiddelde snelheid Start RP GTC, Strafpunten Locatie GTC, einde RP Klassering en protesten Klassement en JOKER Ex-aequo en JOKER Protesten Prijsuitreiking Samenvatting van de straffen Reglementering Bol-Pijl (met of zonder afstanden) Reglementering Kaartlezen Algemene bepalingen Pijlen Gekleurde Wegen Kompaspunten Ingetekende Lijn (met of zonder barricades) Grensbenadering Pijlen kortste route, Punten op één na kortste route Voorbeelden van routemateriaal

4 1. Programma 4 februari 2018 Opening inschrijving. 1 april 2018 Sluiting inschrijving. 8 april 2018 Start-, pauze- en finishlocatie: Westcord Hotel De Veluwe, Oud Milligenseweg 62, 3886 MJ Garderen (tel ). vanaf uur Documentencontrole uur Welkomstwoord en briefing uur Start 1 e deelnemer etappe uur Finish 1 e deelnemer etappe 1 Lunchpauze uur Start 1 e deelnemer etappe 2 ±17.00 uur Finish laatste deelnemer etappe 2 ±17.15 uur Publicatie uitslag ±17.30 uur Prijsuitreiking Tanken Op nevenstaand kaartje de locatie van twee tankstations nabij de startlocatie: Shell: Koningweg 5 (N310), Garderen (geen LPG) en BP (wel LPG): Meervelderweg 143 (N302), Uddel 2. Organisatie 2.1 Definitie De Stichting SHRT (Saab Historic Rally Team) organiseert voor Saab Club Nederland, in samenwerking met de Stichting ABC-Rally, op zondag 8 april 2018 een regelmatigheidsrit voor Saab personenauto s, de 9 e SAAB Voorjaars Challenge. De rit is uitgezet volgens het URKLAS reglement 2014 van de NRF en worden verreden overeenkomstig het BRKLAS reglement 2015 van de NRF, dit Reglement en eventueel nog uit te geven bulletins. Daar waar van het URKLAS of BRKLAS wordt afgeweken is de reglementstekst in vette letters en onderstreept vermeld. De bepalingen van dit Reglement kunnen gewijzigd worden. Elke wijziging of toevoeging zal bekend gemaakt worden via bulletins, die een integraal onderdeel vormen van dit Reglement. In geval van onduidelijkheid, interpretaties enz. aangaande dit reglement en aanvullende bulletins, beslist de wedstrijdleiding. 2.2 Secretariaat en Wedstrijdleiding Rallysecretariaat tot zondag 8 april 2018 Evenementen Saab Historic Rally Team events@saabhistoricrallyteam.nl Rallysecretariaat op zondag 8 april 2018 Bart Wassingmaat, startlocatie Telefoon : Wedstrijdleiding op zondag 8 april 2018 Els Weiler, startlocatie Telefoon :

5 2.3 Officials Els Weiler Joep Wanders Dave Hartsteen Bart en Helga Wassingmaat Frank Joost en Bart Prickarts Dennis Stoelinga en Arjan Moerman Fred en Carla Kemper wedstrijdleiding, rekenkamer, prijsuitreiking uitzetter, routechef, rekenkamer voorzitter SCN, prijsuitreiking rallysecretariaat, documentencontrole, official official official official 3. Algemene bepalingen 3.1 Omschrijving van de wedstrijd De 9 e SAAB Voorjaars Challenge (kortweg: SVC) is een regelmatigheidsrit voor SAAB automobielen, waarbij de snelheid niet bepalend is voor het klassement. Van doorslaggevend belang is het juist uitvoeren van de routeopdrachten in combinatie met een gemiddelde snelheid. De SVC telt mee voor de Per Eklund Trofee Omschrijving van de route De totale lengte van de Viking is ca. 190 km voor de Expertklasse, ca. 180 km voor de Sportklasse en ca. 170 km voor de Toerklasse. De rit bestaat uit 2 etappes en wordt verreden aan de hand van bol-pijl- en kaartleesopdrachten. Elke etappe bestaat uit 3 trajecten. De kaartleestrajecten hebben een vergelijkbare moeilijkheidsgraad, dit in verband met de inzet van de JOKER (zie art. 7.2, 15.1 en 15.2). 3.3 Kaarten Voor de routeconstructie van de kaartleessystemen wordt gebruik gemaakt van Nederlandse topografische kaarten, schaal 1: Het kaartmateriaal dat de organisatie verstrekt is bindend. Het is niet toegestaan eigen kaartmateriaal gedetailleerder dan 1: in de auto te hebben. Overtreding wordt bestraft met 150 strafpunten per constatering. 3.4 Calamiteiten Een equipe dat de rit staakt dient dat zo spoedig mogelijk aan de wedstrijdleiding te laten weten ( ). 3.5 Milieu Het is de equipes verboden om afval achter te laten; eventueel gemorste vloeistoffen dienen te worden opgeruimd. In geval van nalatigheid zullen opruimkosten op de equipe verhaald worden. In dit verband is het aanbevolen dat de equipes servicefolie (minimaal 2 x 4 meter) of een vloeistofopvangbak bij zich te hebben en onder de auto te leggen in geval van mogelijke vloeistoflekkage. 3.6 Telefonie Het gebruik van mobiele telefoons is niet toegestaan, behalve in geval van een calamiteit. Geconstateerde overtredingen worden bestraft met uitsluiting. 3.7 Meet- en navigatieappratuur Er mag gebruik worden gemaakt van zowel mechanische als elektronische meetapparatuur. De aanwezigheid, binnen handbereik van bestuurder en/of navigator en/of het gebruik van een GPS navigatiesysteem, in welke vorm dan ook (dus ook mobiele telefoons), wordt niet toegestaan. Overtreding van deze regel wordt bestraft met uitsluiting. Gedurende het evenement kan op het gebruik van GPS- en navigatieapparatuur gecontroleerd worden. 4. Toe te laten auto s 4.1 Auto en bouwjaar Toegelaten worden alle personenauto s van het merk Saab, ongeacht het bouwjaar. 5

6 4.2 Verzekering De auto s moeten voldoen aan alle wettelijke bepalingen en minimaal WA verzekerd te zijn. Men dient zich er bij de verzekeringsmaatschappij waar de auto verzekerd is van te overtuigen dat deelname aan regelmatigheidsritten gedekt is. Dit is de verantwoordelijkheid van de deelnemer zelf. 4.3 Veiligheidsvoorzieningen In alle deelnemende auto s dienen een gevarendriehoek en sleepkabel aanwezig te zijn. De aanwezigheid van een brandblusser van minimaal 2 kg en een EHBO-doos met BHV- en/of HACCP-vulling wordt aanbevolen maar is niet verplicht. 5. Toe te laten deelnemers 5.1 Rijbewijs Definitie van equipe: 2 personen (bestuurder en navigator) en 1 auto. Iedere houder van een geldig rijbewijs kan als bestuurder van een equipe worden toegelaten. 5.2 Klasse-indeling Equipes kunnen inschrijven in Expert-, Sport- of Toerklasse, waarbij de laatste klasse bedoeld is voor mensen met weinig of geen ervaring. In de Expert- en Sportklasse zijn géén extra inzittenden geoorloofd, in de Toerklasse wél. De organisator behoudt zich het recht voor om al te bescheiden deelnemers in een hogere klasse te plaatsen. 5.3 Maximum aantal Het maximum aantal deelnemende equipes is vastgesteld op Inschrijving 6.1 Inschrijving en betaling Inschrijving kan uitsluitend via de website van de Stichting Saab Historic Rally Team ( Het inschrijfgeld bedraagt 99 per equipe voor SCN-leden en 115 per equipe voor niet-scn-leden die met hun Saab willen deelnemen. Voor eventuele extra passagiers (alleen toegestaan in de Toerklasse) bedragen de kosten: a. jonger dan 12 jaar - 15,00 per persoon b. 12 tot 16 jaar - 30,00 per persoon c. 16 jaar en ouder - 49,50 per persoon Betaling van het inschrijfgeld kan uitsluitend door overmaking op de rekening van de Stichting Saab Historic Rally Team te Wijchen, IBAN NL35INGB , onder vermelding van SVC Inschrijftermijn Uiterste inschrijf- en betaaldatum: 1 april Startnummers worden toegewezen op volgorde van binnenkomst van de volledige betaling. Hoe eerder u het volledige inschrijfgeld betaalt, hoe lager uw startnummer. 6.3 Overmacht en annulering Indien de SVC door overmacht niet kan plaatsvinden, b.v. door vogelgriep, dan vindt geen terugbetaling van het inschrijfgeld plaats. Het inschrijfgeld wordt voor 100% terugbetaald aan equipes waarvan de inschrijving niet wordt geaccepteerd, bijvoorbeeld doordat het maximum aantal inschrijvingen bereikt is. Equipes die voor 25 maart 2018 annuleren krijgen het inschrijfgeld terugbetaald. Bij latere annulering vindt geen terugbetaling meer plaats. Wel mag een andere equipe in dezelfde klasse de inschrijving 'overnemen'. 6.4 Vrijwaringsclausule Beide leden van de equipe zijn, op straffe van niet starten, verplicht voor de start een vrijwaringsclausule te ondertekenen, met de volgende tekst: 6

7 Door ondertekening verklaart de equipe aan de organisatoren van de 9 e SAAB Voorjaars Challenge op 8 april 2018 dat: a. de equipe bestaat uit een bestuurder, een navigator en andere inzittenden. b. de equipe de organisatie van deze rit en de regionale en nationale rittensport organisaties waarbij deze organisatie aangesloten is, zal vrijwaren van elke aansprakelijkheid ten opzichte van derden, voortkomend uit het deelnemen aan deze rit; c. de equipe deze organisaties niet aansprakelijk zal stellen voor enige schade die de equipe lijdt als gevolg van het deelnemen aan de rit; d. de equipe evenzo de personen die op enigerlei wijze betrokken zijn bij de organisatie van deze rit, zal vrijwaren van elke aansprakelijkheid jegens derden en dat zij deze personen niet voor enige schade als gevolg van het deelnemen aan de rit en voortkomend uit de rit aansprakelijk zal stellen; e. de equipe zich akkoord verklaart met de reglementen zoals die tijdens deze rit van kracht zijn en dat zij afziet van elk beroep op rechterlijke instanties die niet in deze reglementen zijn vermeld; f. het voertuig waarin (of waarop) aan de rit wordt deelgenomen, WA verzekerd is in de zin van het gestelde in de Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen en dat dit voertuig voldoet aan alle door de wet gestelde eisen; g. de bestuurder in het bezit is van een geldig rijbewijs; h. de equipe zich zal houden aan de verkeersregels. 7. Documentencontrole 7.1 Wat wordt gecontroleerd? Alvorens te kunnen starten dient iedere equipe zich bij de documentencontrole te melden. Fotokopieën van de gevraagde documenten worden niet geaccepteerd. Gecontroleerd wordt op: Geldigheid rijbewijs bestuurder Betaling van het inschrijfgeld (eventueel ter plekke contant te voldoen indien nog plaatsen beschikbaar; e.e.a. volledig voor risico van de aanmelder) Ondertekening van de vrijwaringsclausule (zie artikel 6.4) 7.2 Inzet JOKER Bij de documentencontrole dient elke equipe aan te geven voor welk kaartleessysteem de JOKER wordt ingezet. Zie verder artikel Afwijkingen Iedere afwijking tijdens de documentencontrole kan leiden tot het niet toelaten tot de start. 8. Verkeersveiligheid 8.1 Verkeersregels Gedurende het gehele evenement dienen de equipes de verkeersregels in acht te nemen. Equipes dienen zich te gedragen op een wijze, die de (historische) rallysport en het evenement niet in diskrediet brengen. Voor alle duidelijkheid: u bent geen Bestemmingsverkeer. 8.2 Quiet-zones ( Q-zones ) In zogenaamde Q-zones dient u extra aandacht te besteden aan uw rijgedrag (maximum snelheid 30 km/uur) om geen overlast te veroorzaken voor omwonenden en andere weggebruikers. Q-zones zijn in het veld herkenbaar aan een geel bord met een zwarte Q (begin Q-zone). Het einde van een Q-zone wordt aangegeven met zo n zelfde bord met diagonale strepen. Als op de kaartfragmenten Q-zones zijn aangegeven dan gebeurt dat met een afbeelding van het bord Q-zone met daarbij een pijl (of pijlen) die (het begin en het eind van) de plaats waarvoor de Q-zone geldt aangeeft (aangeven). Q Q 7

8 8.3 Verkeersovertredingen Deelnemers dienen zich strikt aan de verkeersregels te houden en zich zodanig te gedragen dat de overige deelnemers daar geen hinder van ondervinden. Deelnemers dienen te allen tijde andere voertuigen, die willen passeren, ruimte te verlenen. De officials van het evenement hebben (mede) tot taak op het verkeersgedrag van de equipes toe te zien. Er kunnen specifieke verkeerscontroles gehouden worden. Bij een stopbord dient minimaal 1 seconde stilgestaan te worden. Overtreding Bestraffing Snelheidsovertreding: 11 t/m 20 km te snel 30 strafpunten 21 t/m 30 km te snel 90 strafpunten 31 km of meer te snel 150 strafpunten Andere verkeersovertreding: 30 strafpunten 8.4 Gevaarlijke situaties Specifieke, gevaarlijke verkeerssituaties kunnen op de kaartfragmenten als zodanig zijn aangeduid met een rood omcirkeld uitroepteken. Tevens kunnen in het veld hiervoor als waarschuwing RODE vlaggen zijn geplaatst. 8.5 Gedrag deelnemers Elk incorrect, frauduleus of onsportief gedrag van deelnemers zal worden bestraft met 150 strafpunten. Bij herhaling van dit gedrag volgt uitsluiting. 9. Controlekaarten en Routeboeken 9.1 Uitreiking Elk equipe meldt zich in de minuut voorafgaand aan de geplande vertrektijd (zie startlijst) voor een etappe bij de TC-UITtafel. De bemanning van TC-UIT plaatst een eerste stempel op de controlekaart. Daarna krijgt u op uw vertrektijd de controlekaart samen met het routeboek voor de betreffende etappe uitgereikt. 9.2 Verantwoordelijkheid Elke equipe is zelf verantwoordelijk voor haar controlekaarten en de volledigheid van de uitgereikte routeboeken. 9.3 Passeertijden De controlepostofficial is de enige persoon die de passeertijd op de controlekaart mag invullen bij een (geheime) tijdcontrole ((G)TC). 9.4 Correcties Elke op de controlekaart aangebrachte correctie wordt bestraft met uitsluiting, tenzij zo n correctie is geparafeerd door een daartoe bevoegde official. 9.5 Invullen controlekaart Het invullen van de controlekaart dient te worden gedaan met een blauw- of zwartschrijvende balpen. Het invullen met een andere kleur inkt, met potlood of ander (uitwisbaar) materiaal is NIET toegestaan. Overtreding wordt bestraft met uitsluiting. 10. Verloop van het evenement 10.1 Starttijden De definitieve starttijd van elke equipe staat vermeld op de startlijst op het publicatiebord nabij de starttafel. 8

9 10.2 Startvolgorde Er zal in volgorde van wedstrijdnummer gestart worden. Het laagste nummer eerst. De Expertklasse gaat als eerste van start, daarna volgen de Sport- en Toerklasse. In elke klasse wordt gestart met een interval van één minuut Tijdcontroles Equipes zijn verplicht hun doorkomsttijd te laten noteren op hun controlekaart bij bemande routecontroles na een GTC en bij de TC's Wedstrijdtijd Als wedstrijdtijd geldt de atoomtijd Pauze, tijd inhalen Na de 1e etappe kunt u van de lunch genieten. Ook als u te laat arriveert in de pauzelocatie wordt u geacht op uw tevoren vastgestelde tijd te starten voor de 2e etappe. Te laat vertrekken bij een TC-UIT levert geen strafpunten op, maar maakt het natuurlijk wél moeilijker om de betreffende etappe binnen de aangegeven tijd af te leggen. 11. Controles Algemene bepalingen 11.1 Openingstijden Om te controleren of de equipes de juiste route volgen en ter bepaling van de werkelijke passeertijden zijn langs de route routecontroles en tijdcontroles opgesteld. De controles zijn voor iedere equipe geopend van 15 minuten vóór de ideale passeertijd (IPT) tot 30 minuten ná de IPT. Het buiten deze marge aandoen van controles wordt als het missen van de controle aangemerkt Plaatsing Route- en tijdcontroles (RC en (G)TC) staan in principe rechts van de route. Uitzondering op deze regel: routecontroles kunnen links geplaatst zijn om het zicht erop weg te nemen voor deelnemers die een nabijgelegen (foute) route rijden. Algemeen geldt dat waar dat kritisch is, routecontroles enigszins verstopt kunnen zijn opgesteld, zodat deze alleen zichtbaar zijn als u de juiste route rijdt. Duidelijk achterwaartse routecontroles, bedoeld om aan te doen als men van de andere kant nadert, dienen te worden genegeerd Herstelopdrachten Herstelopdrachten opgesteld of gegeven bij een controle, dienen met voorrang op de opdracht waarmee men bezig is te worden uitgevoerd. Herstelopdrachten zijn (meestal) in code vermeld. Hieronder treft u de mogelijke herstelcodes aan, waarbij in plaats van de vermelde cijfers elk ander getal en in plaats van de R (rechts) ook een L (links) kan voorkomen. Een herstelopdracht kan worden voorafgegaan door (een) klasseletter(s); een E (Expert), S (Sport) of T (Toer). Zo'n herstelopdracht is dan alleen bestemd voor de aangegeven klasse(n). HK = hier keren 1R = eerste weg rechts AR = asfaltweg rechts ER = einde weg rechts VR = voorrangskruising rechts XR = viersprong rechts DMP.. = niet (verder) omrijden, vanaf dit punt doorgaan met bol-pijlsituatie/pijl/punt..(nummer) DMIL = niet (verder) omrijden, vanaf dit punt doorgaan met de ingetekende lijn DMG = niet (verder) omrijden, vanaf dit punt doorgaan met de grensbenadering 9

10 12. Routecontroles (RC) 12.1 Bemand en onbemand Routecontroles kunnen in 3 verschillende vormen voorkomen: als een zelfschrijver, als een zelfstempelaar of als een bemande controle (voorbeelden: zie art. 21). Zelfschrijvers zijn herkenbaar aan een oranje bord met een zwarte letter of een zwart cijfer. Zelfstempelaars zijn herkenbaar aan een oranje bord met een afbeelding van een stempel én een oranje bord, met daaraan een stempelkussen en een stempel. Iedere equipe dient zelf over een goed werkend stempelkussen te beschikken, voor het geval het stempelkussen bij de stempelaar ontbreekt. Bij een zelfstempelaar kan een oranje vlag staan. Bemande routecontroles zijn herkenbaar aan een oranje bord met een afbeelding van een stempel én een oranje vlag De letter (of het cijfer) van een zelfschrijver of de stempelafdruk van een zelfstempelaar dient u in het eerstvolgende vrije vakje van uw controlekaart aan te brengen. Bij een bemande controle wordt e.e.a. voor u verzorgd als u uw controlekaart afgeeft aan de official Strafpunten Er kunnen foutcontroles geplaatst zijn (routecontroles die buiten de juiste route staan opgesteld). Het missen van een RC langs de juiste route en het noteren van een RC buiten de juiste route wordt bestraft met 30 strafpunten. 13. Tijdcontroles (TC) 13.1 Locatie De TC s-in en -UIT van de etappes bevinden zich in of nabij de startlocatie. De TC's 'in het veld' zijn herkenbaar aan een blauwe vlag Melding Bij de tijdcontrole noteert de official het tijdstip in uren en minuten waarop de controlekaart werd aangereikt. Melden bij de TC is strafpuntloos tijdens de lopende minuut van de ideale passeertijd (IPT) Ideale Passeertijd (IPT) Uw ideale passeertijd (IPT) per traject wordt bepaald door uw starttijd vermeerderd met het aantal minuten dat voor het traject staat (trajecttijd) plus eventuele tijdsoverschrijding uit eerdere trajecten in de betreffende etappe. Verloren tijd mag worden ingehaald, maar kost 1 strafpunt per ingehaalde minuut! 13.4 Strafpunten Te vroeg of te laat melden bij een tijdcontrole wordt bestraft met 1 strafpunt per minuut afwijking van de ideale passeertijd (evt. vermeerderd met de opgelopen achterstand bij de vorige niet gemiste TC). Het missen van een tijdcontrole (meer dan 15 minuten te vroeg, meer dan 30 minuten te laat of in het geheel niet aandoen) wordt bestraft met 30 strafpunten TC-IN U mag zich ongestraft te vroeg melden bij een TC-IN. U dient in dat geval echter wel de (voor u) ideale passeertijd te melden aan de TC-official. Als dat tijdstip in de toekomst ligt, dan wordt die tijd genoteerd; anders wordt het tijdstip van aanreiken genoteerd Finish Bij de laatste TC dient u zich niet meer dan 30 minuten na uw OORSPRONKELIJKE ideale passeertijd te melden. Doet u dat wel, dan wordt u NIET GEKLASSEERD. Dreigt u in tijdnood te raken, dan kunt u beter een stuk van de route afsnijden om dit te voorkomen. 10

11 14. Regelmatigheidsproeven (RP) 14.1 Gemiddelde snelheid Tijdens een regelmatigheidsproef (RP) moet de equipe zo exact mogelijk met een bepaalde gemiddelde snelheid rijden. De tijd over het regelmatigheidstraject wordt bepaald door de tijd benodigd voor de afgelegde afstand bij de aangegeven gemiddelde snelheid. Het kan voorkomen dat de gemiddelde snelheid wisselt tijdens de RP Start RP Het startpunt van een RP wordt aangegeven in de routeopdracht en kan bemand of onbemand zijn. Bij een bemande start treft u op het in de routeopdracht of op de kaart aangegeven punt een bemande controle aan, voorzien van een geel bord met een witte vlag (zie nevenstaand voorbeeld). De bemande controle geeft aan wanneer u kunt starten voor de RP en tekent dat aan op de controlekaart. Bij een onbemande start treft u op het in de routeopdracht of op de kaart aangegeven punt een geel bord met witte vlag aan, die het exacte startpunt van de RP markeert. Daar staat bij op welk tijdstip u geacht wordt van start te gaan voor de RP. Voorbeeld: in de rijopdracht en/of op de kaart staat dat de start van de RP 8 minuten na de passage van TC2 moet plaatsvinden. Als de op de controlekaart genoteerde tijd bij TC2 11:23 is, dan wordt u geacht om 11:31:00 (dus op de hele minuut!) van start te gaan voor de RP GTC, Strafpunten Ergens tijdens de RP wordt uw passeertijd opgenomen door de Geheime Tijd Controle (GTC). Verderop passeert u een bemande routecontrole die herkenbaar is aan een gele vlag die uw passeertijd bij de GTC in uren, minuten en seconden op uw controlekaart noteert. Per seconde afwijking van de ideale passeertijd wordt 1 strafpunt toegekend. Het missen van de GTC (meer dan 1 minuut te vroeg of te laat aandoen of het in het geheel niet aandoen) wordt bestraft met 60 strafpunten Locatie GTC, einde RP Er staat geen GTC opgesteld binnen 1 km na de start van een RP, een beweegbare brug, een spoorwegovergang of verkeerslicht. Bovendien staan géén GTC s langs grote doorgaande routes (bijv. N-wegen) opgesteld. Het einde van de RP bevindt zich bij de bemande routecontrole na de GTC Klassering en protesten 15.1 Klassement en JOKER Per klasse wordt een klassement opgemaakt aan de hand van het aantal opgelopen strafpunten, waarbij de strafpunten behaald in het traject met het kaartleessysteem waarvoor de JOKER is ingezet dubbel geteld worden. De equipe met het laagste totaal aantal strafpunten wordt tot winnaar van de betreffende klasse uitgeroepen. De naast hogere als tweede, enz Ex-aequo en JOKER In het geval dat 2 of meer equipes gelijk eindigen wordt de equipe met het laagste aantal strafpunten in het kaartleessysteem waarvoor de JOKER is ingezet het hoogst geklasseerd. Geeft dat geen uitsluitsel, dan wordt de equipe met de minste afwijking van de ideale rijtijd bij de RP het hoogst geklasseerd. Geeft ook dat geen uitsluitsel, dan wordt de equipe met de oudste auto het hoogst geklasseerd Protesten Er kunnen wel route- en rekentechnische vragen gesteld worden, maar er kunnen geen protesten worden ingediend. 16. Prijsuitreiking In de finishlocatie zal ca. 30 minuten na het binnenkomen van de laatste deelnemer de prijsuitreiking plaatsvinden. Het verlaten van de finishlocatie vóór de prijsuitreiking, zonder dat de organisatie daarvan in kennis is gesteld, leidt tot verwijdering uit het klassement. 11

12 17. Samenvatting van de straffen Artikel Reden Straf 3.3 ongeoorloofd kaartmateriaal in de auto 150 strafpunten 3.6 ongeoorloofd gebruik mobiele telefoon uitsluiting 3.7 gebruik computer/laptop/navigatieapparatuur 150 strafpunten 6.4 vrijwaringsclausule niet ondertekend niet starten 7.2 documentencontrole niet OK niet starten 8.3 verkeersovertredingen zie tabel art incorrect c.q. onsportief gedrag/frauderen (1 e constatering) 150 strafpunten 8.5 incorrect c.q. onsportief gedrag/frauderen (2 e constatering) uitsluiting 9.4 corrigeren in de controlekaart uitsluiting 9.5 gebruik van potlood of uitwisbaar materiaal uitsluiting 12.2 missen van een RC of noteren van een foute RC 30 strafpunten 13.3 te laat of te vroeg melden aan TC 1 strafpunt per minuut 13.4 missen van een TC 30 strafpunten 13.6 meer dan 30 minuten te laat bij de laatste TC (finish) niet geklasseerd 14.3 te late cq. te vroege passage aan GTC in RP 1 strafpunt per seconde 14.3 missen van GTC in RP 60 strafpunten 16 vóór de prijsuitreiking zonder kennisgeving vertrekken niet geklasseerd 18. Reglementering Bol-Pijl (met en/of zonder afstanden) a. Door middel van situatieschetsen (niet op schaal) dient u een route te rijden van de bol naar de pijl. b. De situatieschetsen dienen in nummervolgorde te worden afgewerkt. c. Bij de situatieschetsen kan de afstand tussen de vorige en deze situatieschets zijn aangegeven. Tevens kan de totaalafstand vermeld zijn. Het meetpunt kan in de tekening aangegeven zijn met een sterretje (*). Als een afstand gegeven is, dan voert u de bol-pijlopdracht op die afstand uit. Als er géén afstand gegeven is, dan voert u de bol-pijlopdracht uit op de eerste situatie die overeenkomt met de situatieschets. d. U dient de langste route te rijden van de bol (dat is de plaats waar u het rijden van de bol-pijlopdracht begint) naar de punt van de pijl. De route over de pijlpunt dient uiteraard in de richting van de pijl te worden gereden. e. De bol-pijl situaties zijn gestileerd weergegeven, dat wil zeggen haaks getekend, óók als dat in het veld anders is. In voorkomende gevallen kunnen de situaties echter zoveel mogelijk overeenkomstig de werkelijke ligging van de wegen getekend zijn. f. De ononderbroken lijnen in de situatieschetsen geven verharde wegen aan. g. De onderbroken lijnen (stippellijnen) in de situatieschetsen geven onverharde wegen aan. h. Per situatieschets mogen wegen slechts éénmaal in de route opgenomen worden. i. Inritten naar huizen, bedrijven of boerderijen, eigen wegen, zichtbaar doodlopende wegen, wegen die verboden zijn in te rijden en wegen die zijn voorzien van een verkeersbord aanduidende doodlopende weg mogen niet worden bereden. j. In de situatieschetsen zijn alle verharde wegen die op de situatie uitkomen getekend. Onverharde wegen kunnen wel, maar hoeven niet getekend te zijn. Wegen die niet bereden mogen worden hoeven niet in de schets te zijn opgenomen; is dat toch het geval, dan is zo n weg in de situatieschets voorzien van een blokkeringssymbool (blokje). k. Zolang nog niet de volgende situatieschets is bereikt dient men zoveel mogelijk de doorgaande route te kiezen. l. Bij de situatieschetsen kunnen ter verduidelijking aanvullende symbolen en teksten gebruikt worden. Van de gebruikte symbolen is een legenda opgenomen in het (eerste) routeboek. 12

13 19. Reglementering Kaartlezen In onderstaande (sub)artikels is aangegeven aan welke regels u zich dient te houden bij het kaartlezen en hoe u dient te handelen bij de verschillende kaartleessystemen. In de rijopdracht (die op de kaartfragmenten vermeld staat) wordt aangegeven wat u precies dient te doen (bijv. welke punten/pijlen gereden moeten worden of in welke richting een grensbenaderingsroute gereden moet worden) Algemene bepalingen a. Voor de constructie van de route moet gebruik worden gemaakt van op de kaart voorkomende wegen in Nederland, die voorzien zijn van 2 ononderbroken bermlijnen (in het vervolg kaartwegen genoemd). Bermlijnen zijn de lijnen die de buitenste begrenzing van wegen aanduiden. b. Kaarttekens en kaartteksten blokkeren de doorgang niet. Dat geldt echter niet voor doorgetrokken bermlijnen en kaarttekens wegafsluiting, die blokkeren de doorgang wel. Door de organisatie op de kaart aangebrachte blokkeringskruisen/stippen, vlagsymbolen en "stickers" met nummers en/of teksten blokkeren de doorgang ook. c. Wanneer uit kaarttekens blijkt dat twee wegen elkaar op ongelijk niveau kruisen, dan worden beide wegen geacht doorlopend te zijn zonder aansluiting op elkaar te hebben. d. Een pijl wordt aangegeven door een lijnstuk met een pijlpunt, dat niet altijd aan het eind van het lijnstuk hoeft te staan. De pijl wordt echter geacht de volledige lengte van het lijnstuk te hebben. e. Een punt is herkenbaar aan een blauwe cirkel eromheen. Het te berijden punt is het punt in de cirkel. De cirkel is bedoeld om het punt eenvoudig te kunnen vinden en blokkeert de route niet. f. Onder elke pijl, onder elk punt en onder de ingetekende lijn (IL) wordt geacht een kaartweg te liggen. g. Indien men reglementair de keuze heeft uit twee evenlange routes, dan dient de route linksom (tegen de draairichting van de wijzers van de klok in) gereden te worden. h. Keren op de route is niet toegestaan, tenzij daartoe opdracht wordt gegeven of in geval van onvoorziene wegversperringen volgens art s. i. Indien een situatie op de kaart zwart omcirkeld is, dan dient te worden aangenomen dat de werkelijke situatie exact met de kaartsituatie overeenkomt (de cirkels blokkeren de route niet). U hoeft hier dus op afwijkingen niet om te rijden. Binnen een zwarte cirkel is de route vrij en zijn geen controles geplaatst. j. In alle gevallen dient de voorgenomen route zo nauwkeurig mogelijk gereden te worden. Van kleine verschillen tussen wegaansluitingen op de kaart en in werkelijkheid hoeft u geen probleem te maken, waar het om gaat is dat u de juiste weg rijdt. Voorbeeld: Kaartsituatie Werkelijkheid-1 Werkelijkheid-2 Werkelijkheid-3 voorgenomen route doorgaande weg loopt haaks links kan niet, haaks links kan niet, loopt haaks links rond, maar op de plaats via (enige) werkelijke zoveel mogelijk van van de haakse kaartweg- wegaansluiting de de voorgenomen route aansluiting ligt een weg: voorgenomen route rijden en via tweede de kaartweg vervolgen ingang route vervolgen k. Nieuwe wegaansluitingen in de vorm van rotondes mogen worden gebruikt, voor zover de voorgenomen route niet berijdbaar is. l. Indien op een kaartfragment bij een kaartlas (waar 2 kaarten aan elkaar "gelast" zijn) wegen niet perfect aansluiten, wordt dit geacht wél het geval te zijn. Kaartlassen staan op de kaarten aangegeven. m. Weggedeelten met daaraan een TC mogen slechts éénmaal in de route worden opgenomen. 13

14 n. Wegen met aan het begin een omlaagwijzende routepijl (zie art. 20.6), een bord "Verboden toegang voor Onbevoegden", "Eigen weg", "Eigen terrein", "Bestemmingsverkeer", "Wandelgebied" of borden van soortgelijke strekking mogen niet worden bereden. o. Wegen met aan het begin een verkeersbord aanduidende doodlopende weg mogen bereden worden als de situatie op de kaart daar aanleiding toe geeft (bij Bol-Pijl geldt dit niet, zie art. 18.h). p. Voor de Toerklasse geldt dat de (juiste!) voorgenomen route in z'n geheel te rijden is. In de Expert- en Sportklasse kan het voorkomen dat de voorgenomen route niet te rijden is, bijvoorbeeld doordat de weg die men wil inrijden niet (meer) aanwezig is of verboden is om in te rijden. In zo'n geval dient vanaf dat punt via kaartwegen een zo kort mogelijke omrijroute te worden geconstrueerd, waarbij zo min mogelijk van de voorgenomen route gemist wordt. Bij de constructie van de omrijroute blijven de bepalingen van art én de trajectbepalingen aangaande het wel/niet mogen berijden, raken en kruisen van (samenkomsten van) wegen en het wel/niet mogen rijden, raken en kruisen van punten, pijlen, ingetekende lijnen en grenslijnen van kracht. q. Indien een omrijroute niet (verder) te rijden is, dan vervalt die omrijroute en construeert u een nieuwe omrijroute die voldoet aan de bepalingen van art p. Tijdens het omrijden onthoudt u welke wegen niet te berijden zijn (voorkennis). Deze voorkennis vervalt zodra u de voorgenomen route heeft hervat. r. Bij onvoorziene wegversperringen die door de organisatie zijn waargenomen is met behulp van omleidingspijlen (zie art. 20.7) een omleiding aangeven. Twee onder/naast elkaar geplaatste pijlen (zie art. 20.8) geven het einde van de omleiding aan. Vanaf dat punt dient u de voorgenomen route te vervolgen, dus vanaf dat punt niet (verder) omrijden. s. Bij onvoorziene wegversperringen die niet door de organisatie zijn waargenomen (bijv. bij een ongeval) dient u een vrije route te kiezen naar het punt zo dicht mogelijk achter de wegversperring. Daar vervolgt u de voorgenomen route. Tijdens het rijden van de vrije route dient u eventuele routecontroles langs de route te negeren Pijlen Gekleurde Wegen a. Van het begin tot het eind van het routegedeelte waarvoor dit kaartleessysteem geldt dient een aaneengesloten route te worden geconstrueerd, waarin alle in de routeopdracht aangegeven pijlen geheel en in nummervolgorde zijn opgenomen. b. Pijlen mogen zijdelings op- en afgereden, geraakt en gekruist worden, mogen bereden worden als ze niet aan de beurt zijn, maar mogen niet tegengesteld in de route opgenomen worden. c. Onder een pijl wordt geacht een gele kaartweg te liggen. d. Het kruisen of raken van een gekleurde weg wordt niet beschouwd als het berijden van een gekleurde weg (en is dus onbeperkt toegestaan). e. Wegen mogen meerdere malen in de route opgenomen worden, maar alleen in de richting waarvoor gekozen is toen de weg voor het eerst in de route opgenomen werd (in dit traject). f. Construeer met in achtneming van het bovenstaande op weg naar een pijl of TC steeds de kortst mogelijke route, waarbij in volgorde van belangrijkheid geldt dat: 1. geen gebruik gemaakt mag worden van witte, grijze en paarse weggedeelten 2. zo min mogelijk gebruik gemaakt moet worden van rode weggedeelten 3. zo min mogelijk gebruik gemaakt moet worden van oranje weggedeelten. Ideaal is (dus) een zo kort mogelijke route die uitsluitend over gele weggedeelten voert. Is het niet mogelijk om alleen via gele wegen naar de volgende pijl of TC te rijden, kies dan voor (een zo kort mogelijke afstand over) oranje wegen; gaat dat ook niet (meer), kies dan voor (een zo kort mogelijke afstand over) rode wegen Kompaspunten a. Van het begin tot het eind van het routegedeelte waarvoor dit kaartleessysteem geldt dient een aaneengesloten route te worden geconstrueerd, waarin alle in de routeopdracht aangegeven punten in nummervolgorde zijn opgenomen. b. De punten die moeten worden aangedaan zijn tevens opgenomen in een tabel op het kaartfragment, voorzien van de (wind)richting waarin je moet rijden als je het punt benadert (aanrijdrichting) en/of waarin je moet rijden als je van het punt wegrijdt (vertrekrichting). Als geen (wind)richting is aangegeven (--), dan is men vrij in de keuze van de rijrichting. c. De punten mogen maar eenmaal in de route opgenomen worden. In alle andere gevallen blokkeren ze de route. d. Wegen mogen meerdere malen in de route worden opgenomen, maar alleen in de richting waarvoor gekozen is toen de weg voor het eerst in de route opgenomen werd (in dit traject). e. Construeer met inachtneming van het bovenstaande steeds de kortst mogelijke route naar een punt of TC. 14

15 19.4 Ingetekende Lijn (met of zonder barricades) a. Van het begin tot het eind van het routegedeelte waarvoor dit kaartleessysteem geldt is op de kaart een lijn ingetekend. Deze lijn dient u zo nauwkeurig mogelijk in de aangegeven richting te berijden. Onder de lijn worden geacht kaartwegen te liggen. b. Het kan voorkomen dat delen van de kaart waarop de lijn is ingetekend helemaal blanco gemaakt zijn of in het geheel niet overeenkomen met de werkelijkheid (zgn. Blinde Lijn). Ook dan dient u de lijn zo nauwkeurig mogelijk te blijven volgen in de aangegeven richting! c. De ingetekende lijn mag nimmer in tegengestelde richting bereden worden. d. In de ingetekende lijn kunnen zogenaamde barricades (genummerde streepjes haaks op de ingetekende lijn) zijn aangebracht. Een weggedeelte voorzien van een barricade mag nimmer bereden worden. Om elke barricade dient u een nevenroute te construeren, waarbij in volgorde van belangrijkheid geldt dat: 1. de ingetekende lijn op de laatst mogelijke samenkomst van kaartwegen vóór de barricade wordt verlaten 2. de ingetekende lijn op de eerst mogelijke samenkomst van kaartwegen ná de barricade in voorwaartse richting wordt voortgezet 3. de nevenroute zo kort mogelijk is. d. De ingetekende lijn mag in de nevenroute opgenomen worden, maar (uiteraard) uitsluitend in voorwaartse richting. Andere wegen mogen meerdere malen in de route worden opgenomen, maar alleen in de richting waarbij bij het voor de eerste maal berijden gekozen is. e. Het samenstel van ingetekende lijn en nevenroutes vormt de voorgenomen route Grensbenadering a. Van het begin tot het eind van het routegedeelte waarvoor dit kaartleessysteem geldt dient over kaartwegen een aaneengesloten route geconstrueerd en gereden te worden, waarbij de op de kaart aangegeven grenslijn zo dicht mogelijk benaderd moet worden in de in de rijopdracht aangegeven richting zonder de grenslijn te kruisen. b. "Licht is rijden", wat betekent dat indien tenminste één bermlijn van de kaartweg de grenslijn niet raakt, deze kaartweg gebruikt mag worden. c. Het benaderen van de grenslijn dient zodanig te geschieden dat in volgorde van belangrijkheid: 1. géén witte en grijze weg(gedeelt)en in de route opgenomen worden 2. het oppervlak tussen de grenslijn en de te rijden route zo klein mogelijk is 3. de route zo kort mogelijk is. d. Wegen mogen meerdere malen en in beide richtingen in de route opgenomen worden. e. Met inachtname van het bovenstaande ontstaat de voorgenomen route Pijlen kortste route, Punten op één na kortste route a. Van het begin tot het eind van het routegedeelte waarvoor dit kaartleessysteem geldt dient over kaartwegen een aaneengesloten route te worden geconstrueerd en gereden, waarin alle in de rijopdracht genoemde pijlen en punten in de aangegeven volgorde zijn opgenomen. b. Pijlen dienen als ze aan de beurt zijn in hun geheel en in de door de pijlpunt aangegeven richting in de route te worden opgenomen en moeten zo nauwkeurig mogelijk worden bereden. c. Het is toegestaan om pijlen zijdelings op te rijden, pijlen zijdelings te verlaten, pijlen te raken en pijlen en punten te berijden als ze niet aan de beurt zijn. Het is niet toegestaan om pijlen tegengesteld in de route op te nemen of te kruisen. d. Wegen mogen meerdere malen in de route worden opgenomen, maar alleen in de richting waarbij bij het voor de eerste maal berijden gekozen is. e. Op weg naar een pijl of TC dient steeds de kortste route te worden geconstrueerd, op weg naar een punt dient steeds de op één na kortste route te worden geconstrueerd. Zo ontstaat de voorgenomen route. 15

16 20. Voorbeelden van routemateriaal 20.1 Zelfschrijver 20.2 Zelfstempelaar (met of zonder vlag) A 20.3 Bemande routecontrole 20.4 TC 20.5 GTC 20.6 Verboden in te rijden 20.7 Omleidingspijl 20.8 Einde omleiding 20.9 Zelfstart RP Q-zone Einde Q-zone Q Q 16