Franse aardkastanje [Conopodium majus (Gouan) Loret], vermoedelijk. al enkele tientallen jaren inheems. (Antoniusstraat 13, 7044 AP Lengel)
|
|
- Vera Janssens
- 5 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Fig. Franse aardkastanje [Conopodium majus (Gouan) Loret], vermoedelijk al enkele tientallen jaren inheems in Nederland Niels Jeurink (Tauw Milieu, Postbus 133, 7400 AC Deventer) Manuel+(E.)+J. Kneepkens (Antoniusstraat 13, 7044 AP Lengel) André+J. Hertog (De Lijsterbes 76, 6942 TN Didam) Conopodiummajus (Gouan)Loret native in the some Netherlands,probably already during decades In 1995, Conopodium majus (Gouan) Loret was discovered in the Netherlands, simultaneously at two different localities. One site is located near Gendringen, in the East of the province of Gelderland, the other near Boxtel, in the province of Noord-Brabant. The woodland biotopes correspond with localities from abroad. Inleiding Nadat in eerdere publicaties een spoedige ontdekking zowel werd verwacht 1 als betwijfeld 2, zijn in 1995 twee verschillende populaties van Conopodium majus (Franse aardkastanje) ontdekt. Het zijn de eerste waarnemingen van deze soort in Nederland. De planten werden gevonden tijdens twee afzonderlijke excursies. De eerste daarvan was een inventarisatie van de pl anten werkgroep van KNNV afdeling Doetinchem op landgoed Landfort, drie kilometer ten zuidwesten van Gendringen. Op deze dag werden enkele exemplaren van de soort aangetroffen, zodat een tweedeexcursie werd georganiseerd om ter plekke een vegetatieopname te maken. Tijdens deze excursie, op 26 april 1995, werd een aantal nieuwe groeiplaatsen ontdekt, vooral toen de excursie toegang kreeg tot het gebied binnen de ringgracht van het landgoed. De verwaarloosde tuinrond het landhuis heeft een parkachtig karakter en teltallerlei exotische boomsoorten. Groot was de verrassing toen bleek datfranse aardkastanje hier overvloedig voorkomt. De andere excursie, van de Landelijke Jongeren van de KNNV, had plaats op 26 mei 1995 en voerde het naar bosgebied De Geelders, enkele kilometers ten zuidoosten van Boxtel. Tijdens deze laatsteexcursie werd Franse aardkastanje gevonden op een weinig belopen bospad door loofbos, dicht bij Kasteren. Het aantal planten is hier kleiner, waarschijnlijk zijn er enkele tientallen te vinden. Herkenning - 1 Conopodium majus is een betrekkelijk onopvallende maar overblijvende Schermbloemige, met een slank, rechtopstaand postuur. De plant, die zowel afstaand behaard als onbehaard kan zijn, laat zich identificeren aan de combinatie van de volgende kenmerken. Deze zijn ontleend aan eigen waarnemingen en aan literatuur De nietof ten hoogste weinig vertakte stengel is 10-60cm hoog en na de bloei duidelijk hol. Het ondergrondse deel daarvan vormt geen wortels en is bovendien buigzaam en opvallend kronkelig. De stengel loopt aan de onderkant uit in een priemvormige punt, wat tevens de aanhechtingsplaats is van een onregelmatig gevormd en 205
2 Fig. 1. Conopodium majus. Uit: T.G. Tutin, Umbellifers of the British Isles: 69. B.S.B.I. Handbook 2. Londen. eetbaar, donkerbruin knolletje. De op Landfort opgegraven knolletjes waren ten hoogste 1 cm in doorsnede en bevonden zich meestal diep onder het aardoppervlak. De blijkbaar zwakke aanhechting zorgt ervoor dat het knolletje bij het uittrekken van de plant (vrijwel) altijd in de bodem achterblijft (!). De bladstelen van de wortelbladen staan als een rozet op de knol en lijken dus los van de stengel uit de grond te komen. Ze zijn in omtrek breed-driehoekig en twee- tot drievoudig geveerd; de 206
3 blaadjes van de laatste orde zijn diep veerdelig en hebben lijn- tot lancetvormige slippen. Tegen de bloeitijd zijn de wortelbladen geheel afgestorven. De stengelbladen zijn kleiner en veerdelig, met lijnvormige slippen. De eind-slip is daarvan de langste. Deze bladen zijn zittend op een stengelomvattende, 1-8 mm lange schede; in omtrek zijn ze ruitvormig. In de vruchttijd zijn ook de stengelbladen afgestorven. Het aantal schermstralen bedraagt steeds De (eindstandige) schermen knikken in het knopstadium, waardoor de stengel als het ware een sierlijke, vraagtekenvormige knik maakt. Het omwindsel ontbreekt meestal of bestaat uit ten hoogste 2 blaadjes. Het aantal omwindseltjes bedraagt doorgaans 2-5, maar deze vallen snel af. Kelktanden ontbreken. Het stylopodium, het stijlkussen, is kegelvormig en ongeveer even lang als breed, wat de plant zijn wetenschappelijke naam (Conopodium, oftewel 'kegelvormige voet') heeft opgeleverd. De vruchten van de Franse aardkastanje zijn smalovaal van vorm en voorzien van een 2-tandige snavel; bij rijpheid zijn de vruchten zwart van kleur. De zaden worden in onze streken voor het einde van juni gevormd. De hoofdbloei van de twee tot nu toe bekende, Nederlandse populaties is omstreeks mei. Op een zonnige plek op Landfort bloeiden echter al eind april enkele planten volop, terwijl in de tweede helft van juni geen bloeiende plant meer werd gevonden. Ook bij Boxtel bloeidende planten eind mei; halverwege juli werd geen van de planten meer teruggevonden. Op Landfort is Conopodium majus in 1988 gedetermineerd als Carvum carvi (Echte karwij). De soort die in dat jaar talrijk was 8, werd ook (als Karwij) vermeld op een inventarisatielijst van het landgoed uit We veronderstellen dat Franse aardkastanje ook toen foutief gedetermineerd is, zodat de soort naar alle waarschijnlijkheid al zeker 25 jaar in Nederland voorkomt. Verspreiding Het areaal van Franse aardkastanje omvat het Atlantische en W.-Mediterrane gebied. De soort is tot dusverre aangetroffen van N.-Marokko tot M.-Noorwegen (Nordland; enkele geïsoleerde vindplaatsen ten noorden van Trondheim). 10 Ook in Ierland komt de plant voor, hoewel minder algemeen dan in Groot-Brittannië. De oostelijke rand van het verspreidingsgebied loopt onder meer door M.-Frankrijk. Behalve in deze strook is de ook 11 soort aangetroffen op Corsica, waar ze zeldzaam is en op enkele plaatsen in Italië, zelfs tot op Sicilië. 12 Hoewel het areaal uitgestrekt is komt de soort maar in een beperkt deel min of meer algemeen voor. Zo is het aantal vondsten in België tot dusverre beperkt gebleven tot vijf 13 en ook in Duitsland is het aantal vindplaatsen tot nu toe gering. Nadat de soort in de Harz in 1958 werd ontdekt zijn in Duitsland maar enkele nieuwe vondsten bekend geworden. 14 Het aantal planten per vindplaats loopt sterk uiteen. Dat is ook het geval bij de beide nu bekende Nederlandse vindplaatsen: bij Boxtel ging het slechts om enkele tientallen planten, terwijl het bij Gendringen om een veel grotere populatie van duizenden planten ging. Het aantal exemplaren op een groeiplaats kan overigens ook per jaar verschillen. Zo werden van een in 1970in Frankrijk gevonden populatie pas in 1973 opnieuw sporen gevonden, ondanks grondig zoeken in een vergelijkbare periode in de tussengelegen jaren. 207
4 Standplaats De groeiplaatsen van de Franse aardkastanje in België en in Duitsland laten zich indelen in een tweetal grote groepen, namelijk (voorheen) verwaarloosde landgoederen en vochtige, matig voedselrijke en matig tot geheel beschaduwde plaatsen in loofbossen. Het karakter van de tot nu toe gevonden Nederlandse groeiplaatsen sluit bij deze tweedeling aan. Op Landfort groeit Conopodium majus zowel in verruigd grasland als op allerlei min of meer beschaduwde plaatsen. Het grasland wordt tegenwoordig niet meer als gazon beheerd en nog 'slechts' twee maal perjaar gemaaid. De groeiplaats bij Boxtel is daarentegen op een vochtig, matig voedselrijk en matig beschaduwd pad in loofbos gelegen. De vegetatie, waarbinnen de soort is gevonden, vertoont vrij sterke verschillen. Zo is Franse aardkastanje Landfort op aangetroffen in een beschaduwde,vrij intensief belopen berm met molshopen, in een Rietgrasruigte tussen bomen, in een bosplantenvegetatie onder een solitaire linde en in een onbeschaduwd en onbemest grasland. Op alle plaatsen is het bodemmateriaal lemig fijn zand. Veel voorkomende begeleiders op Landfort zijn Hondsdraf ( Glechoma hederacea), Gewoon struisgras (Agrostis capillaris) en Ruw beemdgras ( Poa trivialis). Abundante begeleidende soorten zijn er weinig, alleen Speenkruid (Ranunculus ficaria) en ' Gestreepte witbol (Holcus lanatus) zijn twee maal in aanzienlijke hoeveelheden gevonden. Veel van de overige gevonden soorten zijn soorten van plaatsen met een min of meer gestoorde bodem. De groeiplaats bij Boxtel vertoont qua soortensamenstelling enige overeenkomsten met één der groeiplaatsen Landfort. op Bossoorten die bij Boxtel werden gevonden waren onder meer Boskortsteel ( Brachypodium sylvaticum), Bosanemoon ( Anemone nemorosa), Slanke sleutelbloem ( Primula elatior), Bloedzuring (Rumex sanguineus) en Reuzenzwenkgras (Festuca gigantea). Ook deze groeiplaats bleek daarnaast rijk aan triviale soorten en bovendien aan soorten van vochtige tot natte standplaatsen, zoals Gewone engelwortel (Angelica sylvestris), Moerasspirea (Filipendula ulmaria), Gele lis ( Iris pseudacorus) en Rietgras (Phalaris arundinacea). Boskortsteel en Bosanemoon zijn ook op een groeiplaats bij Bad Bentheim aangetroffen; voor Engelse groeiplaatsen wordt naast deze beide bossoorten Groot heksenkruid ( Circaea lutetiana) karakteristiek genoemd. 15 De zowel op Landfort als bij Boxtel gevonden 'triviale' soorten geven de indruk dat beide groeiplaatsen tenminste enigszins zijn verstoord. Hoewel Conopodium majus te boek staat als een kalkmijdende soort is ze een enkele keer ook op kalkhoudende bodems aangetroffen. Meestal is de ph op de Franse groeiplaatsen echter lager dan 7 (meest zwak zure bodems) en is het milieu voedselarm. Ook in Groot-Brittannië is de soort alleen buiten de kalkgebieden en hoogvenen algemeen. In Frankrijk is de plant te vinden op tamelijk droge tot vochtige plaatsen, terwijl de soort in Duitsland bekend is van vochtige, matig voedselen basenrijke zand- en leembodems van extensief gebruikte bergweiden, parken en slootkanten. Bij Düsseldorf is de soort overigens, gedeeltelijk in tegenspraak hiermee, in een jong essenbos op zeer zure bodem aangetroffen. De ph van debodem bedroeg hier tussen 3.6 en
5 De grote variatie in de Nederlandse groeiplaatsen maakt het lastig de soort in vegetatiekundig opzicht te typeren. Dit is ook het geval in Duitsland 17 en in Frankrijk, waar een groot aantal vegetatietypen wordt genoemd waarin de soortkan voorkomen. Besluit De vraag waarom Conopodium majus eigenlijk zo schaars is in NW.-Europa (met uitzondering van Groot-Brittannië) is gerechtvaardigd. Op Landfort vormde naar schatting slechts één op de honderd planten een bloeistengel. Ook in Boxtel werd een aantal nietbloeiende planten waargenomen, hoewel op die vindplaats een groter percentage van de planten bloeide. De blijkbaar geringe zaadproduktie, die ook werd geconstateerd bij een populatie bij Düsseldorf, verklaart wellicht waardoor de verbreiding van de soort zo traag verloopt. Daarmee is de vraag naar het waarom van de spaarzame bloei nog onbeantwoord. Mogelijk brengen nieuwe vondsten van de plant hierin meer duidelijkheid. Opvallend blijft dat veel van de groeiplaatsen, vooral die op oude landgoederen, een op de een of andere wijze gestoorde bodem hebben. Op Landfort lijkt bodemverstoring, zoals vergraving (mollen, woelmuizen) of (soms intensieve) betreding de soort weinig te deren. Wellicht bevordert het gewroetin onze contreien juist de verspreiding van de knolletjes. Het zou ons niet verbazen als Franse aardkastanje zich op meer plaatsen in Nederland schuil houdt. Het ontdekken van de soort kan alleenin het vroege voorjaar plaatsvinden! 1. E.J. Weeda, De Franse aardkastanje [Conopodium majus (Gouan) Loret] nadert de Nederlandse grenzen. Gorteria 18: P.A. Slim & G. Londo, Nogmaals de Franse aardkastanje [Conopodium majus (Gouan) Loret]. Gorteria 19: A.R. Clapham, T.G. Tutin & D.M Flora of the British Isles. Third ed. Cambridge. Moore, 4. G. Hegi, Illustrierte Flora von Mitteleuropa, Band V, 2. Teil. München. 5. J.C. Rameau, D. Mansion & G. Dumé, Flora forestière Guide écologique illustré. Deel 1, Plaines et collines: Parijs. 6. T.G. Tutin, Umbellifers ofthe British Isles. BSBI-serie nr. 2. Londen. 7. T.G. Tutin, et al., Flora Europaea, vol. 2. Cambridge. 8. Mondelinge mededeling H.G. Kreeftenberg. 9. KNNV, Inventarisatie van het landgoed 'Landfort' bij Gendringen, eigendom van Stichting 'Het Geldersch Landschap' te Arnhem. 10. J. Lid, Norsk, Svensk, Finsk Flora. Oslo. 11. M. Conrad, Au sujet du Conopodium denutatum Koch. Le Monde des Plantes 70 (384): J.R. Wattez, J.C. Thomas & M. Douchet, Conopodium denutatum Koch., plante inedite dans le département de la Somme. Le Monde des Plantes 70 (381): L. Andriessens & C. Nagels, Een vijfde groeiplaats vanconopodium majus (Gouan) Loret in België. Dumortiera 47: E. Garve, Atlas der gefahrdeten Farn- und Blütenpflanzen in Niedersachsen und Bremen. Kartierung Teil: A-K. Hannover. 15. J. Bielen, De Franse aardkastanje in Bentheim. Onder de Loep: E. Riickert & B. Bader, Ein neuer Fundort der Erdkastanie (Apiaceae) in Nordrein-Westfalen. Naturund Heimat 45: E. Oberdorfer, Pflanzensociologische Exkursions Flora. Stuttgart. 209
RESTANT PRESENTATIES LEERLINGEN SOORTENKENNIS
RESTANT PRESENTATIES LEERLINGEN SOORTENKENNIS Milieu MO41B 2017-2018 KLEINE ZONNEDAUW (DROSERA INTERMEDIA) KENMERKEN SOORTNAAM Soortgroep/familie Hoofd-biotoop Uiterlijke kenmerken Extra foto s Zonnedauwfamilie
Boterbloem (Ranunculus)
Boterbloem (Ranunculus) LPW-Florasleutel samengesteld door Johan Geusens ALGEMENE SLEUTEL Boterbloemen van natte, vochtige plaatsen : Grote boterbloem Blaartrekkende boterbloem Egelboterbloem Boterbloemen
Basterdwederik (Epilobium)
ALGEMENE SLEUTEL Basterdwederik (Epilobium) LPW-Florasleutel samengesteld door Bert Berten Bladen verspreid Gewoon wilgenroosje Bladen tegenoverstaand; stempel in kruis of knotsvormig Stempel in 4 gespleten,
Prachtanjer (Dianthus superbus L.) terug. in Nederland, maar... via natuurlijke weg? Inleiding
Prachtanjer (Dianthus superbus L.) terug in Nederland, maar... via natuurlijke weg? Barbara Gravendeel & Kees+(C.)+G. Koops (De La Reystraat 30, 2332 XX Leiden) Dianthus superbus L. back in the Netherlands,but...
Boerenwormkruid (Tanacetum vulgare)
Boerenwormkruid (Tanacetum vulgare) Boerenwormkruid is een overblijvende plant. De plant heeft een kantige donkerbruin gekleurde stengel en kan 60-120 cm lang worden. Bloeit met platte schermen, die uit
1. Status. Groenknolorchis (Liparis loeselii) H Kenschets. 3. Ecologische vereisten. 4. Huidig voorkomen
Dit profiel dient gelezen, geïnterpreteerd en gebruikt te worden in combinatie met de leeswijzer, waarin de noodzakelijke uitleg van de verschillende paragrafen vermeld is. Groenknolorchis (Liparis loeselii)
Notitie. Inventarisatie Rapunzelklokje op locatie Platveld 4 te Meijel (gemeente Peel en Maas)
Notitie Inventarisatie Rapunzelklokje op locatie Platveld 4 te Meijel (gemeente Peel en Maas) Door: G.M.T. Peeters Notitienummer: 174 Datum: 16 september 2011 In opdracht van: Aelmans Ruimtelijk Ordening
Kleine schorseneer aan het infuus voortgang herstelplan in Drenthe
Kleine schorseneer aan het infuus voortgang herstelplan in Drenthe WFD-dag, 28 februari 2015 Edwin Dijkhuis Dit project wordt uitgevoerd en mogelijk gemaakt door: Foto: Peter Meininger Portret: Kleine
Polder Stein, Reeuwijk; PKN-excursie; perceel oostelijk van kade Polder Kort Roggebroek
Vegetatieopnamen Kievitsbloem-associatie Polder Stein periode 1992-2012 2003 => Opnamenummer: 66108 Datum (jaar/maand/dag) : 2003/04/25 X-coordinaat : 113.098000 Y-coordinaat : 448.244000 Bloknummer :
NIEUWSBRIEF FLORON-FWT, NR.2, APRIL 1990
NIEUWSBRIEF FLORON-FWT, NR.2, APRIL 1990 Kruidkers (Lepidium) in Twente. O.G. Zijlstra Door de Floristische Werkgroep Twente zijn tot op heden zeven soorten van het geslacht Kruidkers (Lepidium) gevonden;
Tandzaad (Bidens) Veerdelig tandzaad (B. tripartita) Smal tandzaad (B. connata) 3-5 tallig met gesteelde blaadjes. 3-5 tallig, donkergroen
Tandzaad (Bidens) LPW-Florasleutel samengesteld door Marc Meert ALGEMENE SLEUTEL Bidens Zwart tandzaad (B. frondosa) Riviertandzaad (B. radiata) Veerdelig tandzaad (B. tripartita) Knikkend tandzaad (B.
plant langs de Ratumse beek bij Winterswijk Klein heksenkruid (Circaea x intermedia Ehrh.), een algemene Louis-Jan van den Berg & Benno+H.
Klein heksenkruid (Circaea x intermedia Ehrh.), een algemene plant langs de Ratumse beek bij Winterswijk Louis-Jan van den Berg & Benno+H. te Linde * Van Basten Batenburgstraat 4, 7131 CC Lichtenvoorde;
Gagea minima (L.) Ker-Gawl. nieuw in Nederland een erfenis van Linnaeus?
Gagea minima (L.) Ker-Gawl. nieuw in Nederland een erfenis van Linnaeus? Jaco Diemeer (Donkerelaan 56, 2061 JP Bloemendaal; e-mail: jacodiemeer@planet.nl) Gagea minima (L.) Ker-Gawl. nieuw in Nederland
Nachtschade (Solanum)
Nachtschade (Solanum) LPW-Florasleutel samengesteld door Ilse Plessers ALGEMENE SLEUTEL 4 soorten, 1 ondersoort: Solanum Bitterzoet (S. dulcamara) Driebloemige nachtschade (S. triflorum) Glansbesnachtschade
Bijen en Landschapsbeheer
Bijen en Landschapsbeheer Hoe maken we het landschap bijenvriendelijk Wat betekent dat voor de biodiversiteit en de kwaliteit van het landschap Een selectie van de mogelijkheden Arie Koster -- www.bijenhelpdesk.nl
LPW-Florasleutel samengesteld door Bert Berten. Klokje (Campanula)
Klokje (Campanula) LPW-Florasleutel samengesteld door Bert Berten ALGEMENE SLEUTEL Bloemen zittend, gegroepeerd bovenaan Kluwenklokje Bloemen met lange of korte bloemsteeltjes Blad minstens 5 x zo lang
Vegetatie-ontwikkeling in bossen op rijke bodem. Patrick Hommel en Rein de Waal Alterra; Wageningen-UR
Vegetatie-ontwikkeling in bossen op rijke bodem Patrick Hommel en Rein de Waal Alterra; Wageningen-UR Onderwerpen voordracht bostypen in Nederland verschillen tussen rijke bossen en arme bossen de rol
hoofdjes, dat langer is dan deze (Rijksherbarium, Leiden) Bij het gereedmaken van het verspreidingskaartje van Filago pyramidata L.
De Filago vulgaris-groep in Nederland door F. Adema (Rijksherbarium, Leiden) Bij het gereedmaken van het verspreidingskaartje van Filago pyramidata L. voor de Atlas van de Nederlandse Flora (MENNEMA, 1976)
Lang bloeiende inheemse vaste planten voor bijen en vlinders
www.bloembergecologie.com Lang bloeiende inheemse vaste planten voor bijen en vlinders Bakkers, Sanne; Bloemberg, Mark HAS Hogeschool s-hertogenbosch, 26 juni 2015 Bloemberg M.S. 07-05-2017 1 Lang bloeiende
Voorbeelden van indeling van levensstadia of levensfasen bij verschillende planten en plantengroepen.
Voorbeelden van indeling van levensstadia of levensfasen bij verschillende planten en plantengroepen. Gatsuk et al. (1980) geven de volgende standaardindeling voor in Rusland onderzochte soorten: Ontogenetische
Wat hebben bijen nodig?
Wat hebben bijen nodig? Plek om te nestelen en te schuilen Genoeg voedsel Bijen zijn volledig afhankelijk van bloemen: stuifmeel (bouwstof) en nectar (brandstof). Hoe meer floristische diversiteit, hoe
Respect voor schoonheid. Oog voor detail
Schoonheid van geheel van vegetatie Respect voor schoonheid Details van landschap & bodem Oog voor detail Optimale omstandigheden > verscheidenheid aan Streven soorten die naar zich langs diversiteit hun
Bermenplan Assen. Definitief
Definitief Opdrachtgever: Opdrachtgever: Gemeente Assen Gemeente Mevrouw Assen ing. M. van Lommel Mevrouw M. Postbus van Lommel 30018 Noordersingel 940033 RA Assen 9401 JW T Assen 0592-366911 F 0592-366595
Inleiding. Thuidium tamariscinum in Friesland. meldingen van Thuidium tamariscinum. Van. meldingen. Buxbaumiella 33 (
Buxbaumiella 33 (19941 61 Thuidium tamariscinum in Friesland Jacob Koopman & Karst Meijer A preliminary distribution map of Thuidiumtamariscinum in Friesland is presented. This map has been based 2 on
Wespenorchis (Epipactis)
Wespenorchis (Epipactis) LPW-Florasleutel samengesteld door Felix Baeten ALGEMENE SLEUTEL Onderste lip met smalle insnoering Beweeglijk eindstuk (epichiel), bloem bruin en wit Moeraswespenorchis Geen smalle
CGM/ Advies Inperkingsmaatregelen voor werkzaamheden met genetisch gemodificeerde Geranium robertianum en Geranium pyrenaicum
Aan de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu Mevrouw W.J. Mansveld Postbus 20901 2500 EX Den Haag DATUM 18 mei 2015 KENMERK ONDERWERP CGM/150518-01 Advies Inperkingsmaatregelen voor werkzaamheden
Paardenstaart (Equisetum)
Paardenstaart (Equisetum) LPW-Florasleutel samengesteld door Bieke Geukens ALGEMENE SLEUTEL Stengel ros of bruin Stengel na rijping groen wordend Bospaardenstaart Stengel na rijping afstervend 6 12 tanden
Rupsklaver (Medicago)
Rupsklaver (Medicago) LPW-Florasleutel samengesteld door Veerle Cielen ALGEMENE SLEUTEL Bloemen groot (> 7 mm), in trossen Kroon geel Sikkelklaver Kroon paarsblauw Luzerne Kroonkleur varieert van paars
LUTTENBERG BELEVINGSROUTE
LUTTENBERG BELEVINGSROUTE ROUTE 2,8 km 20 18 Leuke familieroute door bos en heide in natuurgebied de Luttenberg. Met onderweg speeltoestellen, zoals een touwbrug en klauterkeien, en informatie over planten
Vrouwenmantel (Alchemilla)
Vrouwenmantel (Alchemilla) LPW-Florasleutel samengesteld door Hilde Stulens ALGEMENE SLEUTEL Planten zonder stekels, bloemen zonder kroonbladeren, maar met 4 groenachtige bloemdekbladen, bloemen in bijschermen,
HYPERICUM 11, maart 2013
HYPERICUM 11, maart 2013 Aspecten van de Twentse flora Equisetum (Paardenstaart) in Twente J.W. Bielen In Twente komen zes soorten van het plantengeslacht Equisetum (Paardenstaart) voor. Op de verspreidingskaartjes
Examenlijst onkruiden open teelten. Beeldenbank
Examenlijst onkruiden open teelten Beeldenbank Exported on 02/03/2018 1 Table of Contents 1 Table of Contents...2 Table of Contents 2 Akkerdistel 1 De akkerdistel is een overblijvende plant tot een hoogte
Cercis canadensis. rond tot afgeplat bolvormig
Cercis canadensis Als hoogstamvorm gekweekt groeit C. canadensis uit tot een mooie, middelhoge solitairboom. De stam is grijs en ondiep gegroefd, op latere leeftijd kan de schors in kleine plaatjes loslaten.
Determineren van planten
Determineren van planten Determineren van bloemdragende, wilde planten families geslachten soorten Bruikbaar : flora / loep / pincet of mesje r.gesquiere@telenet.be 1 Enkele belangrijke plantenfamilies
Matig voedselrijk tot voedselrijk Zwak zuur tot neutrale, humeuze grond
Winterlinde Tilia cordata Zonnig tot licht beschaduwd Vochtig Matig voedselrijk tot voedselrijk Zwak zuur tot neutrale, humeuze grond Tillia cordata (Winterlinde) Veengrond PH>4 Matige tot slechte groei
Dovenetel (Lamium) ALGEMENE SLEUTEL
Dovenetel (Lamium) LPW-Florasleutel samengesteld door Bert Berten ALGEMENE SLEUTEL Plant eenjarig, 10-30 cm hoog; bloemkroon 10-20 mm, met rechte buis + Bovenste bladen zittend, stengelomvattend, schotelvormig
foto inzet: Staf de Roover
foto inzet: Staf de Roover 1 2 3 4 Het woord grasland doet veronderstellen dat grassen het grootste aandeel van de vegetatie moeten vormen. Veelal is dit zo, maar er zijn graslanden waarin andere dan grassen
Achtergrondinformatie
1 Achtergrondinformatie Planten groeien niet willekeurig door elkaar. Afhankelijk van verschillende milieufactoren (grondsoort, waterstand, zon, schaduw, betreding, bemesting, enz.) kunnen we verschillende
Veldbezoeken Het gebied is op 16 juli 2014 bezocht door Menno Reemer (EIS) samen met Hendrik Baas (gemeente Zoetermeer).
Bijenvraagbaak casus 1: Zoetermeer Westerpark Menno Reemer (EIS Kenniscentrum Insecten) & Robbert Snep (Alterra) 6 oktober 2014 Vraagsteller: Hendrik Baas (Gemeente Zoetermeer) Gebied: Zoetermeer, Westerpark,
W O O R D E N B O E K V A N D E V L A A M S E D I A L E C T E N
W O O R D E N B O E K V A N D E V L A A M S E D I A L E C T E N UNIVERSITEIT GENT Vragenlijst 104 Vakgroep Nederlandse Taalkunde DECEMBER 1998 Blandijnberg 2 9000 Gent PLANTEN 1 Dialect van :..................................................(stad,
Warkruid (Cuscuta) LPW-Florasleutel samengesteld door Bert Berten
Warkruid (Cuscuta) ALGEMENE SLEUTEL Stempels lang en smal Kelk wijd klokvormig; slippen los om de kroon Kelk minder wijd; slippen tegen kroon Stijl + stempel & kroonschubben > vruchtbeginsel; schubben
Monitoren van klein zeegras, Oosterschelde, september 2008
Monitoren van klein zeegras, Oosterschelde, 25-26 september 2008 - Wim Giesen, 2 oktober 2008 25-26 september is een bezoek gebracht aan de mitigatielocaties op Tholen (Dortsman Noord en Krabbenkreek Zuid),
LPW-Florasleutel samengesteld door Liliane Dedroog. Vetkruid (Sedum)
Vetkruid (Sedum) LPW-Florasleutel samengesteld door Liliane Dedroog ALGEMENE SLEUTEL Bladen rolrond (halfrond), hoogstens 2 cm lang + kroon wit Wit vetkruid + kroon geel Bladen max. 9 mm lang, stompe top.
Vergeet-mij-nietje (Myosotis)
Vergeet-mij-nietje (Myosotis) LPW-Florasleutel samengesteld door Lily Gora ALGEMENE SLEUTEL Kelk met afstaande haren, onderaan met haakvormige top; droge plaatsen Zoom bloemkroon vlak, middellijn 5 mm
HYPERICUM 4, maart 2005
HYPERICUM 4, maart 2005 Determineerhulp bij de gesplitste taxa van de Standaardlijst 2003 O.G. Zijlstra In de Standaardlijst 2003 zijn een aantal taxa van de voorgaande Standaardlijst gesplitst. De nieuwe
Notitie Ontwikkeling TBT en aanwezigheid van de das
Notitie Ontwikkeling TBT en aanwezigheid van de das Vliegveld Twente, Enschede Projectnummer: 6629 Datum: 21-2-2017 Opgesteld: Gerard Lubbers Inleiding De gebiedsregisseur Area Development Twente (ADT)
Uitbreiding van Corydalis solida (L.) Clairv. (Vinger helmbloem) in een wegberm in de Gelderse Vallei
Uitbreiding van Corydalis solida (L.) Clairv. (Vinger helmbloem) in een wegberm in de Gelderse Vallei Ger Londo (Proeftuin 13, 3925 BJ Scherpenzeel; e-mail: glondo@hetnet.nl) Uitbreiding van Corydalis
De teelt van zonnebloemen
De teelt van zonnebloemen De zonnebloem heeft als wetenschappelijke naam: Helianthus annuus. Deze naam komt van de Griekse woorden voor zon (helios) en bloem (anthos). De plant behoort tot de grote familie
(on)kruiden kennen. Datum: woensdag 8 februari Leerjaar 1 en 2 Tuin, Park en Landschap
(on)kruiden kennen Datum: woensdag 8 februari 2017 Leerjaar 1 en 2 Tuin, Park en Landschap 2 Denk aan de toets Aan het einde van deze presentatie gaan we na of je de belangrijke termen die besproken worden
Soortensamenstelling van de Kamgrasweiden
Soortensamenstelling van de Kamgrasweiden Grassen Kruiden Vlinderbloemigen Kamgras Madeliefje Witte klaver Engels raaigras Paardenbloem Rode klaver Beemdlangbloem Scherpe boterbloem Kleine klaver Ruw beemdgras
1 De iep of olm (Ulmus sp.)
Lieven Decrick Inleiding Recent ontstond uit de Natuurpunt afdeling Pajottenland, de afdelingskern Natuurpunt Pepingen. Binnen die kern werd bijna onmiddellijk ook een lokale vlinderwerkgroep in het leven
Advies betreffende de verspreiding van het kruipend moerasscherm langs de Grote Geule (Beveren-Waas)
Advies betreffende de verspreiding van het kruipend moerasscherm langs de Grote Geule (Beveren-Waas) Nummer: INBO.A.2013.103 Datum advisering: 24 oktober 2013 Auteur(s): Contact: Kenmerk aanvraag: Wouter
Potamogeton bastaardering veelvuldig voorkomt en meestal wordt er een groot. (Sneek)
Een drietal Potamogeton-hybriden in Friesland, waaronder Potamogeton x sparganifolius Laest. ex Fries nieuw voor Nederland door D.T. E. van der Ploeg (Sneek) 1. Inleiding Flora's van de ons omringende
Van G7 was het met name het subtype: - G7b Matig voedselrijke tot voedselrijke, vochtige bodem; voedselrijk tot zeer voedselrijk
Koninklijke Nederlandse Natuurhistorische Vereniging KNNV afdeling Delfland Postbus 133 2600 AC DELFT afdelingdelfland@knnv.nl www.knnv.nl/afdelingdelfland twitter: KNNVafdDelfland facebook: KNNV-afdeling-Delfland
9. SCHADUWTUIN. Op het einde van de dag kunt u dan het aantal uren zon berekenen. Minder dan 3 uur zon:
9. SCHADUWTUIN De meeste groenten en kruiden hebben nood aan zon, maar in de stad hebt u niet altijd zon in uw tuin. In deze fiche bekijken we wat de mogelijkheden zijn in de schaduw of halfschaduw. Om
KNOLLATHYRUS. heischrale zoomplant in vrije val. Eddy Weeda
KNOLLATHYRUS heischrale zoomplant in vrije val Eddy Weeda meest Atlantische v/d Euraziatische Lathyrussen Nederland centrale gat in areaal?? bestuiving, vruchtzetting fam. Vlinderbloemigen bestuiving door
Grasland en Heide. Hoofdstuk 2.2 en 2.4
Grasland en Heide Hoofdstuk 2.2 en 2.4 Planning Grasland Voedselweb opdracht Heide Voedselweb opdracht Grasland Grasland is een gebied van enige omvang met een vegetatie die gedomineerd wordt door grassen
Plantenkennis. Bol en knolgewassen. lijst 1 G41-G31-GB1+2
Plantenkennis lijst 1 Bol en knolgewassen G41-G31-GB1+2 Algemene informatie Bol en knolgewassen Bollen en knollen vormen een aparte groep omdat ze een lange periode van het jaar in rust zijn, weggedoken
Sedum acre (muurpeper)
, vak 11 en 12 Sedum acre (muurpeper) Muurpeper komt in het wild voor in heel Europa, Noord Afrika en noord en west Azië. Het groeit op de meest onwaarschijnlijke plaatsen: op muren, daken, in de bermen
De Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 3 mei 2016. Beste natuurliefhebber/-ster,
De Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 3 mei 2016 Beste natuurliefhebber/-ster, Het was een heel aangename dag, maar er was minder te zien dan ik had gehoopt/verwacht. Twee dagen eerder waren we in de Hortus
Broedvogels. NatuurBeleven bv. Oostermeerkade TV Amstelveen
NatuurBeleven bv. Oostermeerkade 6 1184 TV Amstelveen 020-4727777 info@natuurbeleven.nl OGA T.a.v. Cees Bruijns Postbus 1104 1000 BC Amsterdam Datum: 8 augustus 2011 e-mail van 3 augustus (mail van Juan-Mei
Monitoren van klein zeegras, Oosterschelde, 31 augustus - 2 september 2009
Monitoren van klein zeegras, Oosterschelde, 31 augustus - 2 september 2009 - Wim Giesen, Kris Giesen, Wouter Suykerbuyk, 19 september 2009 31 augustus 2 september 2009 is een bezoek gebracht aan de mitigatielocaties
De Wiershoeck- Kinderwerktuin, dinsdag 14 en woensdag 15 april 2015 vervolg. Dit is het vervolg op het eerste deel van mijn verslag.
De Wiershoeck- Kinderwerktuin, dinsdag 14 en woensdag 15 april 2015 vervolg Beste natuurliefhebber/- ster, Dit is het vervolg op het eerste deel van mijn verslag. Een week geleden zag ik alleen nog maar
Smeerwortel (Symphytum)
Smeerwortel (Symphytum) LPW-Florasleutel samengesteld door Georges Peters ALGEMENE SLEUTEL Planten met uitlopers; hoogte 20-60 cm; bladschijf 6-18 cm lang; cultuurplanten Kelk voor 1/3-1/4 ingesneden;
De grond waarop wij wonen.
De grond waarop wij wonen. GROEP 7/8 Doel: Planten horen bij de grond waarop wij wonen. Dit onderdeel gaat over het onderzoekend verkennen van de vegetatie in de omgeving van de kinderen van de bovenbouw.
EENDENKOOI SCHIPLUIDEN
EENDENKOOI SCHIPLUIDEN 2015-16 C.J. Nonhof F. Severijn KNNV afdeling Delfland Koninklijke Nederlandse Natuurhistorische Vereniging KNNV afdeling Delfland Postbus 133 2600 AC DELFT afdelingdelfland@knnv.nl
De grond waarop wij wonen
GROEP 5/6 De grond waarop wij wonen Doel: Planten horen bij de grond waarop wij wonen. Dit onderdeel gaat over het onderzoekend verkennen van de vegetatie in de omgeving van de kinderen van de middenbouw.
Aponogeton rara ' Door : Liesbeth van Bruggen
WWW.WATERPLANTEN.ORG Aponogeton rara ' Door : Liesbeth van Bruggen Dit verhaal gaat niet over een nieuw-ontdekte Aponogeton. Het gaat ook niet over een zeldzame Aponogeton (dan had het verhaal 'Aponogeton
Bijlage VMBO-GL en TL-COMPEX 2006
Bijlage VMBO-GL en TL-COMPEX 26 tijdvak 1 BIOLOGIE CSE GL EN TL COMPEX Deze bijlage bevat informatie. 613-1-589b DUINEN INFORMATIE 1 DUINGEBIEDEN Het grootste deel van de Nederlandse kust bestaat uit duingebieden.
Bermbeheerplan voor een ecologisch waardevolle berm langs te Elingen
Bermbeheerplan voor een ecologisch waardevolle berm langs te Elingen 1. Inleiding In het dichtbebouwde Vlaanderen zijn bermen overal te vinden. Meestal vervullen ze een vrij belangrijke ecologische rol,
Wat hebben bijen nodig?
[Naam docent] Wat hebben bijen nodig? Een zoemende tuin biedt: Nestelgelegenheid Variatie in soorten (en dus in bloeitijden) Variatie in structuur (hoog, laag) Variatie in onderhoud (in ruimte en in tijd)
BILAN. RAPPORT 2006 Nijmegen - (GLD) - Nijmegen, Winckelsteegh DEFINITIEF CONCEPT. Veldonderzoek naar rode eekhoorn
BILAN RAPPORT 2006 Nijmegen - (GLD) - Nijmegen, Winckelsteegh Veldonderzoek naar rode eekhoorn DEFINITIEF CONCEPT in opdracht van Pluryn Werkenrode Groep Rapport-ID Titel Nijmegen (GLD) - Nijmegen, Winckelsteegh
Ontwikkeling en beheer van natuurgraslanden in Utrecht: Nat schraalland
Provincie Utrecht, afdeling FLO, team NEL, 5 februari 2015 Nat is zeer laagproductief hooiland op natte, onbemeste, basenrijke veen- en zandgrond dat gewoonlijk een keer per jaar worden gemaaid in de nazomer.
Inhaalslag Verspreidingsonderzoek. De mossen van de Habitatrichtlijn: Geel schorpioenmos & Tonghaarmuts. BLWG Rapport 2004.07.
Inhaalslag Verspreidingsonderzoek De mossen van de Habitatrichtlijn: Geel schorpioenmos & Tonghaarmuts BLWG Rapport 2004.07 Oktober 2004 In opdracht van Expertisecentrum LNV Inhaalslag verspreidingsonderzoek,
Bermbesluit. Aard : Besluit van de Vlaamse regering Over : maatregelen inzake natuurbehoud op de bermen beheerd door publiekrechtelijke rechtspersonen
Bermbeheer Beveren Bermbesluit Aard : Besluit van de Vlaamse regering Over : maatregelen inzake natuurbehoud op de bermen beheerd door publiekrechtelijke rechtspersonen Datum : 27/06/1984 Pagina B.S. :13392
Gemeente Amsterdam Ingenieursbureau. Openbare Ruimte
Bezoekadres Weesperstraat 430 1018 DN Amsterdam Gemeente Amsterdam Postbus 12693 1100 AR Amsterdam Telefoon 020 251 1111 Fax 020 251 1199 www.iba.amsterdam.nl Openbare Ruimte Notitie Datum 15 november
Boterbloemen in het gras
Boterbloemen in het gras Achtergrondinformatie De boterbloem behoort tot de familie der ranonkelachtigen. De wetenschappelijke naam Ranunculus betekent in het Latijn: kikkertje. Veel soorten hebben namelijk
Plantekennis. Naam: Teun Laureijs. Klas: G42. Vak: Plantenkennis.
Plantekennis. Naam: Teun Laureijs. Klas: G42. Vak: Plantenkennis. Inhouds opgave. Bomen: - Robinia pseudoacacia Frisa - Robinia pseudoacacia Umbraculifera - Tilia platyphyllos - Tilia tomentosa brabant
Winterharde Buiten Varens.
Winterharde Buiten Varens. Als we het hebben over winterhardevarens dan spreken we over Buitenvarens welke Nederlandse winters zonder probleem kunnen overleven. Varens groeien vaak op schaduwrijke plaatsen
Bureauonderzoek natuurwaarden wijzigingsplan Boekenrode
Bureauonderzoek natuurwaarden wijzigingsplan Boekenrode Natuurwaardenkaart Voor het inventariseren van de natuurwaarden van Heemstede zijn in het rapport Natuurwaardenkaart van Heemstede Waardering van
Kevers van de Habitatrichtlijn,
Indicator 19 juni 2012 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Het oorspronkelijke areaal van
Waterlepeltje (Ludwigia)
Waterlepeltje (Ludwigia) LPW-Florasleutel samengesteld door Veerle Cielen Ludwigia Kleine waterteunisbloem (Ludwigia peploides) Waterteunisbloem (Ludwigia grandiflora) kroonbladen 7-17 mm (12-)15-25 mm
Libelleninventarisatie Natuurmonumentengebied Hollands Ankeveen
Libelleninventarisatie Natuurmonumentengebied Hollands Ankeveen In 2013 W.J.A. Hoeffnagel Ankeveen Copyright 2013 W.J.A. Hoeffnagel (Willem-Jan) Mr. J.C. Buhrmannlaan 54 1244 PH Ankeveen 035-6919356 w.j.a.hoeffnagel@hccnet.nl
Bollen en knollen Les 1: bollen en knollen... 2 Werkblad bol en knol... 4 Bol en knol stripverhaal... 5 Achtergrondinformatie... 6
INHOUD Bollen en knollen Les 1: bollen en knollen... 2 Werkblad bol en knol... 4 Bol en knol stripverhaal... 5 Achtergrondinformatie... 6-1 - Les 1: Bollen en knollen Nodig: Van Milieueducatie: - Aardappel(en)
Veldverslag zeegrasmitigatielocaties: begin augustus 2009. Wouter Suykerbuyk en Laura Govers
Veldverslag zeegrasmitigatielocaties: begin augustus 2009 Wouter Suykerbuyk en Laura Govers Op 3 t/m 6 augustus 2009 is een bezoek gebracht aan de mitigatie- en een aantal natuurlijke zeegraslocaties.
Korte mededeling. Geschubde mannetjesvaren in Nederland voor het eerst op een muur gevonden
Korte mededeling Geschubde mannetjesvaren in Nederland voor het eerst op een muur gevonden Raymond (R.J.W.M.) van der Ham (Nederlands Centrum voor Biodiversiteit Naturalis (sectie Nationaal Herbarium Nederland)
De meldingen van flinke sijzenvangsten op Ringersnet was een aanleiding om
Op het Vinkentouw Nr.127 september 2013 Vangsten en terugmeldingen van sijzen Gijs van Tol De meldingen van flinke sijzenvangsten op Ringersnet was een aanleiding om eens nader te kijken naar de variatie
SOORTENKENNIS M41B 2 E DEEL PRESENTATIES LEERLINGEN
SOORTENKENNIS M41B 2 E DEEL PRESENTATIES LEERLINGEN Toegepaste biologie M41 2016-2017 AMERIKAANS KRENTENBOOMPJE AMELANCHIER LAMARCKII Soortgroep Hoofd-biotoop Uiterlijke kenmerken Een elliptisch blad van
Vegetatie van Nederland
Vegetatie van Nederland Vegetatie van Nederland Met Bosanemoon: Zomereik Gewone es Klimop Eenbes Daslook Bosvergeet-mij-nietje Slanke sleutelbloem Met scherpe boterbloem Grote vossenstaart Gestreepte witbol
Beleid Natuurvriendelijk maaien gestart in 2015.
Beleid Natuurvriendelijk maaien gestart in 2015. Natuurvriendelijk maaien is in 2015 opgestart en heeft zich steeds verder ontwikkeld. Het heeft geresulteerd in het onderstaande maaiplan dat in het voorjaar
Acer freemanii Armstrong
1 Acer freemanii Armstrong Naam: Esdoorn Hoogte: 9-12 meter, strak zuil- tot ovaalvormige kroonvorm : smalle straten en lanen : verdraagt verharding, zeer goed windbestendig Bodem: niet te natte grond,
QUICKSCAN EDESEWEG 51 WEKEROM
QUICKSCAN EDESEWEG 51 WEKEROM Colofon Opdrachtgever: Tulp-Bijl B.V. Titel: Quickscan Edeseweg 51 Wekerom Status: Definitief Datum: Februari 2013 Auteur(s): Ir. M. van Os Foto s: M. van Os Kaartmateriaal:
Toorts (Verbascum) LPW-Florasleutel samengesteld door Johan Geusens
Toorts (Verbascum) LPW-Florasleutel samengesteld door Johan Geusens ALGEMENE SLEUTEL Alle 5 meeldraden met paars behaarde helmdraden + Bloemen enkelvoudige tros, alleenstaand op lange stelen; kroon geel
Ooievaarsbek (Geranium)
Ooievaarsbek (Geranium) LPW-Florasleutel samengesteld door Bert Berten ALGEMENE SLEUTEL deel 1 Kroon: nagel = plaat; kelkbladen +/- buisvormig tegen elkaar Plant 1- of 2-jarig Kelk kaal; blad glanzend,
ID-tabel voor de Europese Satermieren, Coptoformica-soorten
ID-tabel voor de Europese Satermieren, Coptoformica-soorten werksters, koninginnen (gynes), mannen Peter Boer, 30-12-2017 Satermieren zijn relatief gezien middelgrote mieren. Dus zou je kunnen veronderstellen
MUIZENINVENTARISATIE KAPPERSBULTEN. Guido Lek & Harold Steendam november 2009
MUIZENINVENTARISATIE KAPPERSBULTEN 2009 Guido Lek & Harold Steendam november 2009 Inleiding In het kader van de nieuwe zoogdierenatlas van Nederland zijn diverse onderzoeken opgestart om zoogdieren in
De Groenzoom Struweelvogels
De Groenzoom Struweelvogels 1 Inhoudsopgave Zanglijster Struweelvogels - Zanglijster 3 - Roodborsttapuit 4 - Kneu 5 - Blauwborst 6 - Patrijs 7 - Rietzanger 8 Zanglijster - Lichte borst met pijlpuntige
Quick scan archeologie, gemeente Loon op Zand, Kaatsheuvel Van Heeswijkstraat / Horst
Quick scan archeologie, gemeente Loon op Zand, Kaatsheuvel Van Heeswijkstraat / Horst Opsteller: B. van Sprew Opdrachtgever: H. de Jongh (H. de Jongh Advies) Datum: 22-8-2012 Aanleiding en doelstelling
OPKOMST VAN DE HALSBANDPARKIET IN NEDERLAND EN UTRECHT André van Kleunen
OPKOMST VAN DE HALSBANDPARKIET IN NEDERLAND EN UTRECHT André van Kleunen De halsbandparkiet (Psittacula krameri) komt van oorsprong voor in Afrika, in een gordel ten zuiden van de Sahara en op het Indisch