PROVINCIE FLEVOLAND. van der Wal - J. Lodders. Stray Animal Foundation Platform Mevrouw I. Sternheim Stichtstraat RB AMSTERDAM

Transcriptie

1 PROVINCIE FLEVOLAND Postbus AB Lelystad Stray Animal Foundation Platform Mevrouw I. Sternheim Stichtstraat RB AMSTERDAM Verzenddatum S OKT Bijlagen Uw kenmerk Onderwerp Wet natuurbescherming ontheffing artikel 3.34 voor het uitzetten van verwilderde huiskatten Telefoon (0320) Fax (0320) provincie@flevoland.nl Website Ons kenmerk 11 Geachte mevrouw Sternheim, Op 6 juni 2017 hebben wij uw aanvraag voor een ontheffing, in het kader van de Wet natuurbescherming ontvangen voor het vangen, onvruchtbaar maken en uitzetten van verwilderde huiskatten, inclusief de bijbehorende bijlagen. De Stray Animal Foundation onttrekt dieren tijdelijk aan hun leefomgeving, neutraliseert ze en plaatst ze dan terug in dezelfde leefomgeving. Op basis van artikel 3.34, eerste en derde lid, van de Wet natuurbescherming is het verboden dieren uit te zetten. Wij hebben besloten de door u aangevraagde ontheffing te verlenen. Hierbij treft u ons besluit aan. Verder willen wij u er op wijzen dat u voordat u gebruik van deze ontheffing kunt maken ook nog toestemming moet vragen aan de grondeigenaar voor het vangen en uitzetten van de katten. Hoogachtend, Gedeputeerde Staten van Flevoland, de voorzitter. van der Wal - J. Lodders inlichtingen bij N. Bolt Doorkiesnummer Bezoekadres Visarenddreef 1 Lelystad

2 2 Besluit van GEDEPUTEERDE STATEN van Flevoland op een verzoek voor een ontheffing op grond van artikel 3.3 Wet natuurbescherming Inhoudsopgave A. Onderwerp aanvraag B. Wettelijk kader Wet natuurbescherming C. Beleid Provincie Flevoland D. Inhoudelijk beoordeling E. Kennisgeving en afschriften F. Besluit G. Bezwaar H. Ondertekening Bijlage 1: Informatieblad bezwaarprocedure Gedeputeerde Staten van Flevoland A. Onderwerp aanvraag Op 6 juni 2017 hebben wij uw aanvraag voor een ontheffing, in het kader van de Wet natuurbescherming ontvangen voor het vangen, onvruchtbaar maken en uitzetten van verwilderde huiskatten (Felis silvestris catus). Bij de aanvraag horen de volgende bijlagen en aanvullingen: aanvraagformulier, gedragscode ZwerfkattenNederland Stray-AFP, Reactie Staatssecretaris aan 2e kamer RDA Zienswijze 'Vat op de Zwerfkat', Projectplan Zwerfkatten Nederland Stray-AFP en Uittreksel handelsregister Stray-AFP. In het kader van overlast bestrijding van verwilderde huiskatten, worden deze gevangen, geneutraliseerd (onvruchtbaar gemaakt) en weer op dezelfde plek losgelaten. Het is belangrijk om hierbij te vermelden dat de Stray Animal Foundation katten via de TNRCmethode (trap, neuter, return, care) niet uitplaatst in de "vrije natuur", maar terugplaatst op de zelfde locatie binnen de bebouwde kom (dan wel binnen een locatie waarbij minimaal tien woningen dicht bij elkaar staan, of op campings, bungalowparken en vakantieaccommodaties). De TNRC methode van de Stray Animal Foundation verloopt via een gedragscode. Deze beschrijft ook waar wel en niet gevangen en teruggeplaatst mag worden. Het gaat hierbij dus altijd om bebouwd gebied. Als tijdens dat proces blijkt dat een dier sociaal genoeg is, dan wordt het dier niet teruggeplaatst maar vindt bemiddeling plaats naar een nieuwe huissituatie. De gedragscode van Stray Animal Foundation (en daarvoor Dierenbescherming Nederland) was integraal onderdeel van de voorheen door RVO afgegeven ontheffing. Ontheffing wordt gevraagd van de verbodsbepalingen genoemd in de artikelen 3.5, lid 1 en 3.10, lid 1 sub a van de Wnb voor wat betreft het vangen van exemplaren van de verwilderde huiskat (Felis silvestris catus) met gebruikmaking van de middelen vangkooi en kastval. U voert deze activiteiten reeds een ruim aantal jaren uit en beschikt daarvoor over een ontheffing laatstelijk afgegeven door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland. Deze ontheffing loopt op 11 december 2017 af. Nu per 1 januari 2017 de Wnb in werking is getreden, verzoekt u ons om een nieuwe ontheffing om uw activiteiten voort te kunnen zetten. B. Wettelijk kader Wet natuurbescherming De Wet natuurbescherming (hierna Wnb) is het nationale wettelijke kader voor de soortbescherming van in Nederland in het wild levende planten en dieren. De Wnb geeft algemene beschermingsmaatregelen met de zorgplicht (artikel 1.11) en de actieve soortenbescherming (artikel 1.12) De verwilderde huiskat valt niet onder het regime van de artikelen 3.5 of 3.10.

3 3 Gedeputeerde Staten kunnen op grond van artikel 3.34, derde lid, van de Wet natuurbescherming ontheffing verlenen van het verbod als bedoeld in artikel 3:34, eerste lid, Wnb voor het uitzetten van dieren. C. Beleidsuitgangspunten Provinde Flevoland Verordening uitvoering Wet natuurbescherming Flevoland 2016 In de Verordening uitvoering Wet natuurbescherming Flevoland 2016 zijn door Provinciale Staten regels gesteld ter invulling van de taken die de Provincie Flevoland heeft voortvloeiende uit de Wnb. Beleidsregels Wet natuurbescherming De beleidsuitgangspunten voor het verlenen van ontheffingen van de Wnb zijn opgenomen in de Beleidsregels Wet natuurbescherming. Faunabeheerplan Het faunabeheerplan dat door Gedeputeerde Staten op 4 juni 2014 is goedgekeurd, richt zich op het proactief voorkomen en beperken van schade. In het faunabeheerplan is het volgende opgenomen met betrekking tot verwilderde huiskatten: De populatie verwilderde katten neemt sinds 2005 in Nederland in hoog tempo toe. In steeds meer steden vormen zij grote groepen van soms wel 25 dieren of meer. Organisaties van vrijwilligers (met name Dierenbescherming Nederland) proberen op een diervriendelijke manier de groei in te dammen. Gemeentelijke instanties onderkennen het probleem. Verwilderde katten kunnen grotendeels niet in een dierenasiel opgenomen worden, omdat ze niet bij mensen herplaatst kunnen worden. Het doden van de groepen heeft geen zin, omdat er op diezelfde plaats weer een nieuwe groep zal ontstaan. Uit studies is gebleken dat de effectiefste oplossing bestaat uit het vangen, onvruchtbaar maken en terugplaatsen van de groep katten. Om te voorkomen dat er te veel zwerfkatten in de steden komen, zou de stad als leefomgeving minder aantrekkeujk gemaakt moeten worden voor zwerfkatten. Dit kan door het voedselaanbod en de beschikbare schuil- en nestplaatsen te verminderen (dit zal in de meeste gevallen echter praktisch niet haalbaar zijn). Het verminderen van het voedselaanbod heeft het grootste effect, aangezien de populatiedichtheid en de leefwijze van de katten hiervan afhankelijk is. Dit betekent vooral dat de katten niet bijgevoerd mogen worden en dat vuilniszakken niet bereikbaar voor katten mogen zijn. Maar dit alleen is niet genoeg. In de bebouwde kommen van gemeenten in de provincie Flevoland is een stabiel tot Ucht groeiende populatie verwilderde katten aanwezig. De groei wordt hoofdzakeujk veroorzaakt omdat er steeds nieuwe dieren zwerven en verwilderen. Deze katten hebben als predator invloed op deprooidierfauna die in de bebouwde kommen leven (voornamelijk vogels en kleine zoogdieren). Het uitgangspunt van de gemeenten is ervoor zorg te dragen dat deze verwilderde katten niet komen tot voortplanting. De predatiedruk van de verwilderde katten wordt hierdoor zo beperkt mogeujk gehouden. Onder andere de Dierenbescherming draagt zorg voor voorlichting naar eigenaren van katten om te voorkomen dat er te veel zwerfkatten in de steden komen. Ook stelt de Dierenbescherming informatie over methoden ter beschikking aan de gemeenten om het voedselaanbod in bebouwde kommen te verminderen. De gemeenten zullen zo mogeujk in samenwerking met de Dierenbescherming (in Lelystad en Dronten zijn er al structurele afspraken) de verwilderde katten vangen en steriuseren en deze vervolgens weer terugplaatsen in de omgeving waar zij gevangen zijn.

4 4 Mocht in de beheerperiode blijken dat het aantal verwilderde katten in de bebouwde kommen sterk zal toenemen, dan zullen de gemeenten in overleg met de FBE, als grond voor een eventuele ontheffingsaanvraag, nieuwe uitgangspunten voor beheer formuleren. Een en ander als grond voor eventueel ingrijpen in de populatie verwilderde katten. Buiten de bebouwde kom is tot december 2013 gebruik gemaakt van de provinciale aanwijzing voor het doden van verwilderde katten. In dit kader is het afschot van verwilderden katten als volgt geweest: 07/08 08/09 09/10 10/11 11/12 Verwilderde kat NOP OFL ZF De aanwijzing ex. Artikel 67 (Ffwet) is op 3 december 2013 door GS ingetrokken naar aanleiding van een motie van Provinciale Staten Flevoland. Mocht in de beheerperiode bujken dat het beheer van verwilderde katten noodzakeujk wordt geacht, dan zal de FBE overgaan tot aanvraag van een aanwijzing. Een en ander als grond voor ingrijpen in de populatie verwilderde katten. Overige overwegingen In principe zijn exoten en verwilderde dieren niet beschermd onder de Wnb, katten vallen onder de categorie "gehouden dieren". Desondanks is voor de bestrijding of het beheer van (invasieve) exoten en verwilderde diersoorten toch besluitvorming door GS nodig. Omdat voor de bestrijding of het beheer, de inzet van handelingen of middelen nodig is die enkel gereguleerd kan worden via de Wnb. Het opzettelijk loslaten of laten ontsnappen van dieren of het niet de benodigde zorg bieden aan gedomesticeerde dieren waardoor deze zich uiteindelijk in de natuur vestigen en verwilderen is in principe ongewenst en niet toegestaan. Indien diersoorten (maar ook plantensoorten) in de natuurlijke omgeving worden aangetroffen, waarbij voldoende zeker is dat deze geen (wettelijk) eigenaar hebben of niet onder de zorg van een eigenaar vallen, dan dienen deze soorten bij voorkeur direct uit de natuurlijke omgeving te worden verwijderd. Dit is echter niet altijd mogelijk. Veel soorten zijn prima in staat om in een natuurlijke omgeving te overleven en zich zelfs te vermenigvuldigen. Dit kan tot nadelige risico's leiden voor de inheemse natuur, maar ook tot schade aan economische belangen, waaronder landbouw, visserij, openbare veiligheid, etc. GS hanteren over het algemeen de beleidslijn dat voor soorten waarvan voldoende aannemelijk is dat deze zijn te beschouwen als 'exoot' of 'verwilderd', er een opdracht zal worden verleend om deze dieren met de daartoe geschikt geachte (en wettelijk toegestane) middelen te bestrijden. Een uitzondering hierop is vooralsnog de verwilderde kat. Bij motie van PS is de eerder verleende aanwijzing voor afschot ingetrokken. Met de decentralisatie van taken na 1 januari 2017 zal het provinciale beleid met betrekking (invasieve) exoten en verwilderde dieren nog nader moeten worden uitgewerkt. Vooruitlopend hierop zullen GS wel onder strikte voorwaarden ontheffing verlenen aan de Stray Animal Foundation om gevangen en gesteriliseerde zwerfkatten, als onderdeel van de TNRC (trap, neuter, return, care) methode, weer uit te zetten. Dit is ook in lijn met de ontheffingen die hiervoor tot nu toe door RVO werden afgegeven. De voorwaarden zullen onder meer toezien op een goede administratie en het controleren op ziekten. Vanwege het feit dat met betrekking tot dit onderwerp, nieuw beleid in ontwikkeling is, achten wij het wenselijk om een ontheffing voor een beperkte periode van twee jaar te verlenen. Hierna zal evaluatie van doel en gebruik van de ontheffing plaatsvinden. Inhoudelijk beoordeling

5 5 De provincie is het bevoegd gezag voor het afgeven van een ontheffing in het belang van de bescherming van de wilde flora en fauna. Het terugzetten van gesteriliseerde verwilderde huiskatten heeft tot doel om op de langere termijn de druk op in het wild levende beschermde soorten, zoals zangvogels en bodembroeders te verminderen. Doordat teruggeplaatste katten niet meer voor nageslacht kunnen zorgen, zal de druk van de populatie verwilderde katten afnemen ten opzichte van de oude situatie. De gecastreerde en gesteriliseerde verwilderde katten bezetten bovendien territoria die anders ingenomen kunnen worden door 'nieuwe' verwilderde huiskatten. Gelet hierop wordt het vangen en terugplaatsen van de verwilderde katten volgens de TNRC methode op dit moment gezien als de beste oplossing om het probleem van verwilderde katten beheersbaar te houden. Het beleid van de Stray Animal Foundation is erop gericht om verwilderde huiskatten te vangen, steriel te maken en terug te plaatsen. Deze methode is volgens de Stray Animal Foundation, de meest effectieve en diervriendelijke, om zowel overlast als dierenleed te bestrijden. Sinds 1980 propageert de Dierenbescherming deze methode die ontleend is aan de Engelse bioloog Roger Tabor. Wanneer katten in een populatie niet gedood maar gevangen worden (trap) en vervolgens gecastreerd (neuter) en weer teruggezet (return) draagt dit bij aan de inperking van de overlast en het welzijn van de dieren. De Dierenbescherming heeft inmiddels al tientallen jaren goede ervaring met deze methode. De aanvraag is onder andere ingediend voor het vangen van verwilderde katten binnen de bebouwde kom. Daar de verwilderde kat niet is opgenomen als beschermde soort in de Wet natuurbescherming is hier verder geen ontheffing voor benodigd. Conclusie Gelet op bovenstaande overwegingen kan de gevraagde ontheffing verleend worden. Besloten is zoveel mogelijk aan te sluiten bij de voorwaarden uit de oude ontheffing verleend door de Staatssecretaris van EZ. Daarnaast worden nog de volgende specifieke voorwaarden opgenomen: Specifieke voorwaarden Uitvoering dient plaats te vinden conform de "Gedragscode ZwerfkattenNederland Stray-AFP" zoals dat bij de aanvraag als bijlage is toegevoegd. In afwijking van de gedragscode is bijvoeren van verwilderde katten na uitzetting niet toegestaan. Voor een juist en diervriendelijk beleid t.a.v. verwilderde huiskatten is het van groot belang dat er op een adequate manier geadministreerd wordt. Hoeveel katten worden gevangen en hoeveel teruggeplaatst, op welke locatie. Deze gegevens moeten jaarlijks bij voorkeur digitaal aan ons worden doorgegeven via met een afschrift aan Alle katten worden gevaccineerd en ontwormd alvorens ze worden teruggeplaatst. Ernstig zieke dieren en/of infectueuze dieren, zulks ter beoordeling van een dierenarts, worden niet teruggeplaatst. De gebieden waarvoor de ontheffing geldt dienen te zijn gelegen: binnen de bebouwde kom in de zin van de Wet natuurbescherming, dan wel buiten de bebouwde kom, binnen een locatie waarbij minimaal tien woningen dicht bij elkaar staan, of op campings, bungalowparken en vakantieaccommodaties. Definitie 'bebouwde kom'

6 6 Aan het begrip 'bebouwde kom' dient met betrekking tot de Wet natuurbescherming een zelfstandige betekenis te worden toegekend, los van bijvoorbeeld de betekenis van dit begrip in de Wegenverkeerswet en de Algemeen Plaatselijke Verordeningen. Aansluiting dient te worden gezocht bij het begrip 'bebouwde kom' in relatie tot het gebruik van een geweer, dat opgenomen is in artikel 3.21, derde lid van de Wet natuurbescherming en de jurisprudentie die hierover is ontwikkeld. - Wij gaan er van uit dat de aanvrager voordat gebruik van deze ontheffing wordt gemaakt, toestemming heeft gevraagd aan de grondeigenaar voor het vangen en uitzetten van de (behandelde) verwilderde huiskatten. E. Kennisgeving en afschriften Van dit besluit zal conform artikel 3:42 tweede lid van de Algemene wet Bestuursrecht door ons kennis worden gegeven door middel van publicatie in een huis-aan-huisblad en op de website van de Provincie Flevoland. Afschriften van dit besluit worden verzonden aan: Dierenbescherming, Faunabeheereenheid, Dierbaar Flevoland, Vogel- en Natuurwacht Flevoland, Omgevingsdienst Flevoland Gooi & Vechtstreek, Regiopolitie Midden Nederland, Gemeente Lelystad, Gemeente Almere, Gemeente Zeewolde, Gemeente Dronten, Gemeente Noordoostpolder, Gemeente Urk F. Besluit Gedeputeerde Staten van Flevoland hebben besloten om Stray Animal Foundation Platform gelet op artikel 3.34, eerste en derde lid, van de Wet natuurbescherming, ontheffing te verlenen van de verbodsbepalingen genoemd in artikel 3.34 van de Wet natuurbescherming voor het: terugplaatsen van verwilderde huiskatten (Felis silvestris catus) binnen de navolgende gebieden, gelegen binnen de begrenzing van de provincie Flevoland: binnen de bebouwde kom in de zin van de Wet natuurbescherming, dan wel; buiten de bebouwde kom, binnen een locatie waarbij minimaal tien woningen dicht bij elkaar staan, of; op campings, bungalowparken en vakantieaccommodaties. De ontheffing wordt verleend voor een periode van 2 jaar na verzending van onderhavig besluit. Aan deze ontheffing worden de volgende voorwaarden verbonden: Voorwaarden 1. De ontheffing wordt slechts verleend voor het uitzetten van de vèrvi/ildérde huiskat (Felis silvestris catus). 2. Uitvoering dient plaats te vinden conform de "Gedragscode ZwerfkattenNederland Stray- AFP", zie bijlage 1. In afwijking van de gedragscode moeten kastvallen dagelijks worden gecontroleerd en moeten katten worden teruggeplaatst op de plek waar ze zijn gevangen.

7 7 3. Het vangen van verwilderde katten mag alleen plaats vinden met behulp van een kastval. 4. Er mag niet permanent voer aanwezig zijn op de voederplekken. Binnen een uur na het bijvoeren moeten eventuele voedselresten zijn verwijderd. 5. De gebruiker van de ontheffing is verplicht, bij gebruik van de ontheffing, een kopie van de gewaarmerkte ontheffing, de schriftelijke toestemming van de grondgebruiker voor het betreden van de gronden of opstallen en een geldig identiteitsbewijs bij zich te houden en deze op eerste verzoek van een toezichthouder te tonen. 6. Deze ontheffing kan uitsluitend gebruikt worden door (medewerkers van) de ontheffinghouder of haar rechtsopvolgers of in opdracht van de ontheffinghouder handelende (rechts-)personen. De ontheffinghouder of haar rechtsopvolgers blijven daarbij verantwoordelijk en aansprakelijk voor de juiste naleving van deze ontheffing.. 7. Ook voor de uitvoering, bekostiging en het beheer van deze maatregelen is de ontheffinghouder primair verantwoordelijk en aansprakelijk. 8. Deze ontheffing kan op grond van de criteria genoemd in artikel 5.4, lid 1 en 3 van de Wet natuurbescherming worden gewijzigd c.q. ingetrokken. 9. Het niet conform de voorwaarden uitvoeren van een ontheffing is een overtreding van de Wet natuurbescherming en daarmee een economisch delict. 10. Alle gevangen verwilderde katten worden gevaccineerd en ontwormd voordat ze worden teruggeplaatst. Ernstig zieke dieren en/of infectueuze dieren, zulks ter beoordeling van een dierenarts, worden niet teruggeplaatst. 11. Er dient een administratie te worden bijgehouden waarin tenminste wordt bijgehouden hoeveel katten er in Flevoland worden gevangen, hoeveel er worden teruggeplaatst en op welke locatie. Deze gegevens moeten jaarlijks voor 1 september bij voorkeur digitaal aan ons worden doorgegeven via wetnatuurbescherming@flevoland.nl, met een afschrift aan handhaving@ofgv.nl. G. Bezwaar Tegen dit besluit kunt u binnen zes weken na datum van verzending van deze brief schriftelijk bij ons bezwaar maken. Uw bezwaarschrift dient ondertekend te zijn en voorzien van uw naam en adres, de datum, een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht en de gronden van het bezwaar. Nadere informatie over de bezwaarprocedure treft u aan in het hierna volgende informatieblad. H. Ondertekening Hoogachtend, Gedeputeerde Staten van Flevoland, de secretarisp^ de voorzitter. mr.drs. T. van der Wal - J. Lodders

8 Bijlage 1: Gedragscode ZwerfkattenNederland Stray-AFP ZWERFKATTENNEDERLAND Gedragscode voor TNRC (Trap Neuter Return Care) Zwerfkatten Nederland zet zich in om Nederland zwerfkattenarm te maken op een diervriendelijke manier. TNRC is daarbij een essentiële aanpak. Ten aanzien van TNRC is het belangrijk dat op de juiste wijze gewerkt wordt. Zwerfkatten Nederland zet zich tevens in om organisaties die zich inzetten voor zwerfkatten te laten samenwerken en te faciliteren. Dit kan o.a. op de volgende manieren: Vermelding op onze website Gebruik maken van vangmateriaal Gebruik maken van netwerk Gebruik maken tegen gereduceerd tarief van centrale database. Gebruik maken van de ontheffing vergunning uitzetten Zwerfkatten Nederland is een samenwerkingsverband van stakeholders van het zwerfkattenprobleem. Partners zijn o.a. De Dierenbescherming, Nederlandse Federatie van Dieren Opvangcentra (NFDO), KNMvD, verschillende zwerfkattenorganisaties, Dierenpolitie etc. TNRC TNRC wordt met meerdere doelen ingezet: 1. om het aantal zwerfkatten te verminderen en het welzijn te verbeteren door permanente monitoring van zwerfkattengroepen (bijvoeren, schuilplaatsen bieden, periodiek ontwormen, veterinaire hulp indien noodzakelijk, TNR bij nieuwe dieren) 2. als enige oplossing bij het binnen krijgen van gezonde verwilderde katten in een dierenasiel of-opvang (en niet te euthanaseren) 3. om het publiek bewust te maken van hun verantwoord eigenaarschap. Om van bovenstaande mogelijkheden gebruik te maken dient de organisatie te werken op een door de stuurgroep van het project Zwerfkatten Nederland voorgestelde werkwijze. In het Handboek Zwerfkatten Nederland vindt u een verdere praktische uitwerking van het beleid en de werkwijze. Hieronder treft u de protocollen van de verschillende fases van TNR Aangesloten organisatie verklaart volgens onderstaande protocollen te werken: ^ 1. Vangen van de katten (TRAP) 1.1 Voorbereiding Middels een buurtonderzoek wordt het vanggebied in kaart gebracht op aantal katten, voederplekken en geschikte vanglocaties. Er wordt een contactpersoon voor communicatie tussen omwonenden en de vangende organisatie benoemd. Er wordt een planning gemaakt met alle noodzakelijke informatie (aantal katten, contactpersonen, voedertijden en beschrijving van de omgeving) en het tijdbestek waarbinnen de vangacties zullen plaatsvinden (streefdatum). De contactpersoon/kattenvrouwtjes worden geïnformeerd over tijden waarop niet gevoerd mag worden en wanneer eigen katten moeten worden binnengehouden of van een merkteken voorzien. Omwonenden worden geïnformeerd. Voor het vangen en uitzetten van de venwilderde katten op campings, bungalowparken en vakantieaccommodaties wordt eerst toestemming gevraagd van de grondgebruiker/eigenaar beheerders van deze campings, bungalowparken en vakantieaccommodaties. 1.2 Vangen Gebruik kastvallen. Een kastval kenmerkt zich door een vallend element en eenmalig gebruik. Zodra een dier de kastval binnenkomt sluit een vallend element de ingang af Het dier zit gevangen en er kunnen geen andere dieren meer bij. De kastval moet aan de volgende voorwaarden voldoen: a. Degelijk en goed onderhouden (val heeft de juiste spanning) b. Voorzien van naam en telefoonnummer van de eigenaar ZWERFKATTENNEDERLAND

9 c. Dichtklappen met een uitsparing van 1 a 2 cm vanwege staarten, de vallen zijn voorzien van een (wigvormige) vergrendeling (valluikblokkering) om ontsnappen te voorkomen. De kastval wordt regelmatig gecontroleerd zodat een gevangen kat zo kort mogelijk opgesloten zit.. - -De-kastval-wordt^zo.spoedig.mogeliik.met.een-deken bedekt zodra er een kat in zit ter voorkoming van verdere stress. De kat dient zo spoedig mogelijk meegenomen te worden. Na de vangst wordt de kooi tegen regen, en wind beschermt en wordt de kooi uit het zicht gezet. 1.3 Locatie vangen Binnen de bebouwde kom (volgens definitie Flora&FaunaWet) zijnde minimaal een tiental dicht bij elkaar staande woningen en op campings, bungalowparken en vakantieaccommodaties. Op campings, bungalowparken en vakantieaccommodaties (na toestemming van beheerder camping, bungalowpark of vakantieaccommodatie). 1.4 Na vangst De kat dient zo min mogelijk aangeraakt te worden. De kat wordt gecontroleerd op merktekens (eartip, chip, tatoeage of ander merkteken). VVanneer een poes zogende is wordt geprobeerd om de kittens ook te vangen en indien dit niet lukt wordt de poes direct losgelaten. 2. Neutraliseren (NEUTER) Met de term neutralisatie wordt de veterinaire term castratie bedoeld. De term Is de letterlijke vertaling van het Engelse 'neuter'. Alhoewel het woord wellicht uitleg behoeft, is het bij het gangbaar raken van de term, eenduidiger dan de woorden sterilisatie en castratie. Bij een TNRC-actie dienen voor het vangen van de zwerfkatten goede afspraken gemaakt te zijn met de dierenarts of manager van de dierenkliniek over: Te verwachten aantal zwerfkatten in welk tijdsspanne. Financiële afspraken. Maak vooraf heldere afspraken waarbij vooral resultaatafspraken gemaakt worden. 3. Het terugplaatsen (RETURN) Na het neutraliseren worden de katten teruggeplaatst in hun oude leefomgeving. Tijdens de operatie is een merkteken aangebracht (voorkeur eartip en chip). 3.1 Wanneer terugplaatsen Het terugplaatsen kan pas plaatsvinden nadat de dieren zijn hersteld van de neutralisatie (gezonde katers na 24 uur) of sterilisatie (gezonde poezen na 4 nachten). Het terugplaatsen kan het beste in de schemering plaatsvinden. De buurtcoördinator of contactpersoon wordt ingelicht over het terugzetten van de dieren, zodat weer beperkt bijgevoerd kan worden. 3.2 Waar terugplaatsen Op de locatie waar de katten zijn gevangen (zie 1.3). 4. Zorg en monitoring (CARE) 4.1 Wanneer niet terugplaatsen De verwilderde katten niet terugplaatsen in de volgende situaties: ernstig zieke dieren, zulks ter beoordeling van een dierenarts, omgeving van de populatie is niet veilig of niet meer geschikt, ih andere dan de onder 3.2 genoemde gebieden, Ingeval de katten mogelijk herplaatsbaar zijn. 4.2 Monitoring ZWERFKATTENNEDERLAND