Beheerplan natuurterreinen Gemeente Laarbeek

Transcriptie

1 Beheerplan natuurterreinen Gemeente Laarbeek Maart 2016 In opdracht van: Gemeente Laarbeek Postbus AD Beek en Donk t (0492) f (0492) Opdrachtnemer Bosgroep Zuid-Nederland Huisvenseweg VD Heeze Postbus AC Geldrop t (040) f (040)

2 Colofon Opdrachtgever: Gemeente Laarbeek Titel: Beheerplan natuurterreinen gemeente Laarbeek Status: Definitief Datum: Maart 2016 Auteur(s) Ing. N. de Kort-Langeveld Kaartmateriaal Ing. N. de Kort-Langeveld Contactpersoon: Ing. T. van Alphen Projectnummer: Coöperatieve Bosgroep Zuid-Nederland U.A, Maart 2016

3 Inhoudsopgave 1 Inleiding Aanleiding 2 Keelgras Huidige situatie 2.2 Beheermaatregelen 3 Compensatiegebied Clerxbos Huidige situatie 3.2 Beheermaatregelen 4 Laag Strijp Huidige situatie 4.2 Beheermaatregelen 5 de Hut Huidige situatie 5.2 Beheermaatregelen 6 Visvijver Herendijk Huidige situatie 6.2 Beheermaatregelen Bijlage 1: Begroting 18 Bijlage 2: Kaartmateriaal Keelgras 19 Bijlage 3: Kaartmateriaal compensatiegebied Clerxbos 20 Bijlage 4: Kaartmateriaal Laag Strijp 21 Bijlage 5: Kaartmateriaal de Hut 22 Bijlage 6: Kaartmateriaal visvijver Heerendijk 23 Beheerplan natuurterreinen Laarbeek 3

4 Bosgroep Zuid Nederland 1 Inleiding 1.1 Aanleiding Binnen de gemeente Laarbeek liggen een aantal bos- en natuurgebieden. In de opdracht van de gemeente Laarbeek heeft Bosgroep Zuid Nederland een beheerplan opgesteld voor de bosgebieden. Op verzoek wordt dit plan uitgebreid met een aantal losse natuurterreinen. Het betreft de volgende vijf natuurterreinen: 1. Keelgras; 2. Compensatiegebied Clerxbos; 3. Laag Strijp; 4. de Hut; 5. Visvijver Herendijk, incl. oeverzone. Het onderhavig beheerplan is beknopt en beschrijft per terrein de volgende aspecten; huidige situatie, beheermaatregelen, kosten en monitoring. Voor de beschrijving van de huidige situatie is op woensdag 18 juni 2008 door Dhr. R van der Burg en Mw. N. Langeveld een bezoek gebracht aan de vijf terreinen en zijn vegetatieopnames gemaakt. Vervolgens is een beheerplan voor de periode opgesteld. In 2014 zijn de terreinen opnieuw bezocht om de huidige situatie in beeld te brengen. Dit heeft niet geleid tot wijzigingen van beheermaatregelen, zoals die in het beheerplan zijn opgenomen. Wel zijn aanbevelingen gedaan om eenmalige aanvullende maatregelen uit te voeren. Dit beheerplan is dan ook in hoofdlijnen een voortzetting van het beheerplan uit

5 2 Keelgras 2.1 Huidige situatie Het Keelgras is een 5,7 ha. groot gebied bestaande uit bos, riet en wilgenstruweel. Het is gelegen aan de Broeksteeg, ten zuiden van Mariahout. Het zuidelijk deel van het Keelgras, gelegen op een voormalige stortplaats, is geheel bebost. Aan de oostzijde is enkele jaren geleden een uitkijktoren geplaatst en is een zichtas in het bos aangebracht. Aan de noord / noordwestzijde ligt een moerassig stuk. Een deel van het moerassige stuk is verbost. Hier heeft wilgenstruweel de overhand gekregen. In de ondergroei staat onder meer Stijve zegge, Egelboterbloem, Hennegras, Brandnetel, Smeerwortel en Riet. Dit zijn allen vrij algemene soorten. Het overige deel van de moerassige laagte bestaat uit overjarig Riet. Dit Riet is gemiddeld ongeveer 2 tot 2,5 meter hoog. Zonder beheer zal het rietmoeras uiteindelijk verbossen en ontstaat er wilgenstruweel en uiteindelijk elzenbroekbos. De moerassige laagte is verdroogd. Dit blijkt voornamelijk uit de dominantie van Brandnetel, Braam en Hennegras. Deze soorten zijn indicatief voor voedselrijke omstandigheden welke ontstaan door versnelde mineralisatie van organisch materiaal als gevolg van verdroging. Aan de westzijde van het Keelgras ligt een terrein van Staatsbosbeheer. Dit is een nat grasland en rietmoeras. Middels het beheer van het Keelgras wordt aansluiting gezocht bij dit terrein van Staatsbosbeheer. Uiteindelijk ontstaat op deze manier een aaneengesloten rietmoeras in het noordelijk deel met wilgenstruweel aan de zuidkant dat dient als overgang naar het bos. 2.2 Beheermaatregelen Het beheer van de moerassige laagte van het Keelgras wordt gericht op de ontwikkeling van rietruigte en wilgenhakhout. Rietruigte Het beheer van de rietruigte gaat plaatsvinden door middel van maaien en afvoeren. Zonder dit beheer zal het riet ontwikkelen tot wilgenstruweel. Gezien de waarde van (voornamelijk overigjarig) riet voor rietvogels, zoals de Karekiet en de Rietzanger, is het wenselijk riet te behouden. Door het maaiwerk gefaseerd om de twee jaar plaats te laten vinden, is altijd een deel overjarig riet aanwezig voor deze soorten. Periode Regelmaat Voorwaarden Oppervlakte Rietruigte igte Maaien en afvoeren Begin augustus In 4 jaar tijd geheel maaien; 1 x / 2 jr de helft Maaisel afvoeren; licht materieel 0,53 hectare Beheerplan natuurterreinen Laarbeek 5

6 Bosgroep Zuid Nederland Wilgenstruweel Het beheer van het huidige wilgenstruweel gaat plaatsvinden in de vorm van hakhoutbeheer. Concreet betekent dit dat de bomen om de 10 jaar grotendeels worden afgezet. Enkele overstaanders worden hierbij gespaard. In het eerste jaar wordt al het hierbij vrijkomend hout uit het terrein afgevoerd. Dit omdat er veel materiaal bij vrij komt. De daaropvolgende keren wordt het takhout op rillen of hopen in het struweel achtergelaten. Het overige hout (stammen) wordt uit het terrein afgevoerd. Periode Regelmaat Voorwaarden Oppervlakte Wilgenstruweel Hakhoutbeheer + afvoeren Oktober 1 x per 10 jaar Enkele overstaanders sparen; deel van takhout op rillen achterlaten in het struweel, overige hout afvoeren 1,11 hectare Ten opzichte van het oude beheerplan zijn de grenzen tussen deze twee eenheden aangepast. Een zwaar met wilg begroeid deel van het riet is nu onder het wilgenstruweel geschaard. 6

7 3 Compensatiegebied Clerxbos 3.1 Huidige situatie Het compensatiegebied Clerxbos is gelegen aan de Kampenweg, ten noorden van Beek en Donk en ten westen van Gemert. Het deelgebied waarop dit plan betrekking heeft is circa 2,6 hectare groot en ligt ten noorden van het Clerxbos. Het betreft een grasland met daarin een poel van circa 20 x 15 meter en welke grotendeels omringd is door een houtsingel. Het grasland is vrij rijk aan voedingsstoffen, zo blijkt uit de vegetatie. Soorten als Veldbeemdgras, Italiaans raaigras, Gestreepte witbol, Timoteegras, Geknikte vossenstaart en Kruipende boterbloem. Plaatselijk komt Akkerdistel abundant voor. De oevers van de poel zijn begroeid met Blaaszegge, Veldrus, Gewone waterbies, Grote waterweegbree, Egelboterbloem, Lisdodde, Smeerwortel, Pitrus, Zomprus, Riet en Lidsteng. Aan de westzijde van het terrein ligt een rietruigte met daarin eveneens een poel. Deze is grotendeels begroeid met riet. Afgezien van Riet komen hier Braam, Brandnetel en Kleefkruid dominant voor. Het westelijk deel van dit deelgebied bestaat uit bos. 3.2 Beheermaatregelen Het beheer van het compensatiegebied Clerxbos wordt gericht op de ontwikkeling van de volgende natuurdoeltypen: Vochtig tot droog schraalgrasland Ter verschraling van het grasland wordt hooilandbeheer ingevoerd. Dit betekent dat het grasland 2 keer per jaar wordt gemaaid. Het maaisel moet uit het terrein worden afgevoerd. Het maaien vindt plaats vóór half juni en in september. Deze maaifrequentie is tijdelijk. Er wordt namelijk twee keer gemaaid ten behoeve van verschraling. Afhankelijk van de gerealiseerde verschraling, kan daarna met één keer maaien en afvoeren per jaar en nabeweiding worden volstaan. In mei worden de locaties met Akkerdistel handmatig gemaaid. Hierdoor wordt deze soort teruggedrongen en is het maaisel van de integrale maaibeurten interessanter om af te zetten bij boeren. Door de buitenranden slechts 1 keer per 3 jaar gefaseerd te maaien ontstaat een interessante zoom voor onder meer insecten. Beheerplan natuurterreinen Laarbeek 7

8 Bosgroep Zuid Nederland Periode Regelmaat Voorwaarden Oppervlakte Vochtig tot droog schraalgrasland Maaien en afvoeren Vóór half juni en september 2 x / jaar; Randen 5m. breed 1x/3jr gefaseerd maaien Maaisel afvoeren Helft poel meemaaien 1,1 hectare Zoom 0,27 hectare Maatregel 2 Periode Voorwaarden Oppervlakte Handmatig maaien Akkerdistel Mei Distels afvoeren Variërend Riet Om het riet te behouden en verbossing te voorkomen is het noodzakelijk dat het riet in de winter wordt gemaaid. Wintermaaien vindt plaats in februari / maart. Het maaien vindt 1 keer per 2 jaar plaats. Per keer wordt de helft van de rietruigte gemaaid. Net als bij het Keelgras is ook hier de oppervlakte riet aangepast aan de werkelijke situatie. Met andere woorden, zwaar begroeide delen zijn buiten de oppervlakte riet gelaten. Periode Regelmaat Voorwaarden Oppervlakte Riet Maaien en afvoeren Februari / maart 1 x 2 jaar de helft Maaisel afvoeren; helft poel meemaaien 0,25 hectare Poelen De oostelijk gelegen poel is nog relatief jong, waardoor ingrijpende beheermaatregelen hier niet nodig zijn. Wél is het noodzakelijk de oevers 1 keer per 2 jaar met het grasland mee te maaien om dichtgroeien te voorkomen. Het meemaaien van de oevers gebeurt in september. Ook de westelijk gelegen poel moet worden meegemaaid om deze open te houden. Wintermaaien is hiervoor het meest geschikt. Dit betekent dat er in februari / maart gemaaid moet worden. Per keer wordt de helft van de poel gemaaid. 8

9 Poelen Maaien en afvoeren Periode Poel oost: september Poel west: februari / maart Regelmaat 1 x 2 jaar de helft Voorwaarden Maaisel afvoeren Oppervlakte 800 m 2 Bos Ten aanzien van het aangeplante bosje wordt hakhoutbeheer ingezet. Dit betekent dat om de 10 jaar het bosje wordt gekapt. Maximaal 5 overstaanders worden gespaard. Soorten als Meidoorn, Sleedoorn en Hondsroos worden eveneens gespaard. Houtsingel De houtsingel aan de buitenzijde van het grasland wordt, net als het bosje, beheerd als hakhout. Dit betekent dat het eens in de 5 jaar de helft wordt afgezet en maximaal 5 overstaanders worden gespaard. Soorten als meidoorn, sleedoorn en hondsroos worden eveneens gespaard. Bos en houtsingel Hakhoutbeheer; afzetten en enkele overstaanders sparen + afvoeren Periode Najaar Regelmaat 1 x 5 jaar de helft Voorwaarden Maximaal 5 overstaanders sparen en tak- en tophout deels afvoeren andere deel op rillen. Meidoorn, sleedoorn en hondsroos sparen. Oppervlakte 4100 m 2 Beheerplan natuurterreinen Laarbeek 9

10 Bosgroep Zuid Nederland 4 Laag Strijp 4.1 Huidige situatie Laag Strijp is een gebied, gelegen ten zuidwesten van Aarle-Rixtel. Het is een jong natuurontwikkelingsgebied tegen een ruim opgezette nieuwbouwwijk. Het bestaat uit uit graslanden, een retentievijver, enkele bosjes en drie poelen. Laag Strijp heeft een totale oppervlakte van 5,5 hectare. Laag Strijp is ingedeeld in 5 percelen die op verschillende wijzen zijn ingericht. Alle percelen zijn voormalige akkers die door verschraling soortenrijk moeten worden. Perceel A is ingerasterd, er heeft geen bodembewerking plaatsgevonden en moet door begrazing verschraald worden. Perceel B is, samen met perceel C, eveneens ingerasterd en er is geplagd. Perceel C heeft van oorsprong een veel dikkere voedselrijke bovenlaag en hier is daarom een groot aandeel struweel aangelegd. Op perceel D hebben geen maatregelen plaats gevonden: het wordt periodiek als parkeerplaats gebruikt. Perceel E is ingericht als retentievijver en daarvoor is het maaiveld fors verlaagd. De laagste delen vallen alleen in droge zomers droog. De vegetatie van perceel A bestaat uit soortenarme grassenmix met dominantie van Gewoon struisgras, Kruipende boterbloem en Gestreepte witbol. De dominant voorkomende Gestreepte witbol zit in het zaad en neemt inmiddels af in vitaliteit, wat er op duidt dat er niet tijdig gemaaid is om verschraling te krijgen. De graslanden van B en C bestaan onder meer uit Gestreepte witbol, Ridderzuring, Witte klaver, Kruipende boterbloem, Gewoon struisgras en Ruw beemdgras. De vegetatie is al duidelijk veel gevarieerder en schraler dan A. Voor ontwikkeling van soortenrijke droge heischrale graslanden is een verdere verschraling wenselijk. In perceel B liggen drie poelen. De oevers van de poelen zijn grotendeels begroeid met wilgenopslag. Verder is hier Veldrus en Hazenzegge aangetroffen. Met name Veldrus duidt op invloed van basenarm, jong grondwater. Op de oevers van de retentievijver groeit Schietwilg, Grauwe wilg, Schildereprijs, Pitrus, Lisdodde, Riet, Veldrus, Pinksterbloem, Gewone waterbies, Hoge cyperzegge, Grote kattenstaart en Watermunt. Aan de westzijde van de vijver ligt een smalle strook schraalgrasland. Hier komen enkele bijzondere soorten voor zoals Grasklokje, Heelblaadjes, Moerasrolklaver, Duizendguldenkruid, Zandblauwtje, Grote pimpernel en Knoopkruid. Met name Schildereprijs, Veldrus, Grote kattenstaart en Grote pimpernel zijn soorten van heischrale graslanden. De soorten zijn geen alledaagse verschijnen en de combinatie, maar vooral ook de Grote pimpernel, doet vermoeden dat hier is ingezaaid. Op een van de oevers van de retentievijver groeit Grote waternavel. Dit is een exoot die door zijn groeisnelheid andere planten verdringt. Op een andere oever groeit Alsemambrosia en daarnaast komt in het gebied Reuzenberenklauw voor. Deze laatste twee planten zijn exoten die bij bewoners en recreanten overlast kunnen veroorzaken in de vorm van allergische reacties (hooikoorts cq. brandblaren). 10

11 Verspreid door het gebied zijn meerdere bosjes en boomgroepen aangeplant. Deze bestaan hoofdzakelijk uit Els/berk. Aan de westzijde van het gebied is een braamstruweel aanwezig. 4.2 Beheermaatregelen Het beheer van Laag Strijp wordt gericht op de ontwikkeling van de volgende natuurdoeltypen: Beweid grasland Het oostelijk gelegen grasland wordt begraasd met schapen. Koeien zijn echter ook mogelijk en zijn waarschijnlijk zelfs nog beter. Koeien brengen namelijk meer diversiteit door hun graasgedrag dan schapen. Er zijn rassen die geschikt zijn voor schrale graslanden zoals Aberdeen angus. De begrazing moet bij voorkeur extensief zijn dat wil zeggen max. 1 koe per 3 ha en 3 schapen per 3 ha. Vanwege de geringe oppervlakte zou er gedurende een kortere periode een hoger aantal ingeschaard kunnen worden. Ten behoeve van verschraling dienen enkele delen echter nog een aantal jaren voor half juni gemaaid te worden. Het maaisel moet worden afgevoerd. Daarna kan met nabeweiding worden gestart. Periode Regelmaat Voorwaarden Oppervlakte Grasland Maaien en afvoeren Mei/juni Jaarlijks 1,7 hectare Periode Regelmaat Voorwaarden Oppervlakte Grasland Begrazing Seizoensbegrazing (juni-okt) Jaarlijks Begrazing met schapen/koeien 1,7 hectare Droog schraalgrasland De overige graslanden worden als hooiland beheerd. Dit betekent dat ze in eerste instantie twee keer per jaar gemaaid worden. Het vrijkomende maaisel moet uit het terrein worden afgevoerd. Om daadwerkelijk verschraling te bewerkstelligen dient de eerste maaibeurt in mei / begin juni plaats te vinden en de tweede in september. Bij de eerste maaibeurt wordt selectief gemaaid. Hierbij wordt ongeveer de helft van de totale oppervlakte gemaaid. Op de lange termijn, afhankelijk van de gerealiseerde verschraling, kan met 1 keer per jaar maaien en afvoeren, al dan niet in combinatie met nabeweiding, worden volstaan. Door de buitenranden slechts 1 keer per 2 jaar gefaseerd te maaien ontstaat een interessante zoom voor onder meer insecten. Beheerplan natuurterreinen Laarbeek 11

12 Bosgroep Zuid Nederland Grasland Maatregel 2 Maaien en afvoeren Periode Mei/ juni en september Regelmaat 2 keer per jaar Randen 5m. breed 1x/2jr gefaseerd maaien Voorwaarden Maaisel afvoeren; randen van braamstruweel aan binnenzijde mee maaien evenals de oevers van de poelen en de vijver Oppervlakte 2,5 hectare Poelen en vijver De oevers van de poelen worden 1 keer per 2 jaar gefaseerd mee gemaaid met het grasland in september. Per keer wordt de helft van de oevers gemaaid. Het maaisel wordt uit het terrein afgevoerd. Door deze maaifrequentie te hanteren wordt de opslag van onder meer wilg tegengegaan. De vijver wordt elk jaar één keer voor de helft gemaaid, in september. Het maaisel wordt afgevoerd. De frequentie is tijdelijk. Na verschraling zal de frequentie afnemen naar 1 keer per 2 jaar. Het centrale deel wordt jaarlijks gemaaid. Dit gebeurd om voldoende open water te behouden voor het beeld en als schaatsvijver. Het grasland rondom de vijver is niet in dit beheerplan opgenomen. Poelen Maaien en afvoeren Periode September Regelmaat 1 x 2 jaar de helft Braamstruweel Voorwaarden Maaisel afvoeren Oppervlakte 550 m 2 Vijver Maaien en afvoeren Periode September Regelmaat 1 x jaar de helft tijdelijk Voorwaarden Maaisel afvoeren Oppervlakte 6000 m 2 Vijver Maaien en afvoeren Periode September Regelmaat Jaarlijks Voorwaarden Maaisel afvoeren Oppervlakte 3000 m 2 12

13 Braamstruweel Het braamstruweel moet, ter voorkoming van verdere uitbreiding van het struweel, 1 keer per jaar worden gemaaid, gelijktijdig met het grasland. Dit kan worden gedaan door de randen van het braamstruweel mee te maaien. Aan de buitenzijde van het raster, moet het 1 keer per jaar met een bosmaaier handmatig worden gemaaid. Periode Regelmaat Voorwaarden Oppervlakte Braamstruweel Maaien Juni 1 x per jaar Binnenzijde maaien met grasland, buitenzijde maaien met bosmaaier. 200 meter Bosjes en boomgroepen Het aangeplante bos en boomgroepjes worden beheerd als hakhout. Dit betekent dat het eens in de 5 jaar de helft wordt afgezet en maximaal 5 overstaanders worden gespaard. Soorten als meidoorn, sleedoorn en hondsroos worden eveneens gespaard. Bosjes en boomgroepen Hakhoutbeheer + afvoeren Periode Oktober Regelmaat 1x/5 jaar de helft Voorwaarden -- Oppervlakte 0,3 hectare Exoten De aanwezige exoten Grote waternavel, Alsemambrosia en Reuzenberenklauw dienen bestreden en onder controle gehouden worden. Grote waternavel is in 2015 intensief bestreden en lijkt redelijk onder controle. Regelmatige controle (vanaf maart) en vroegtijdig ingrijpen is nodig. Bestrijding handmatig plaats vanaf april tot en met oktober en dient indien nodig een paar keer maand gedaan te worden. De planten dienen zo volledig mogelijk verwijderd te worden en fragmentatie dient voorkomen te worden. Alsemambrosia dient bestreden te worden door de planten uit te trekken of begin september te maaien. De planten dienen niet als groenafval afgevoerd te worden in verband met mogelijke verspreiding van zaden via compost. Het bestrijden van Reuzenberenklauw kan het beste plaatsvinden door de penwortel onder de grond af te steken. Beheerplan natuurterreinen Laarbeek 13

14 Bosgroep Zuid Nederland Beheertype Exoten Controle op aanwezigheid exoten Periode Maart - november Regelmaat 10x/jaar Voorwaarden -- Maatregel 2 Verwijderen Grote waternavel Periode April November Regelmaat 16x / jaar Voorwaarden Handmatig Maatregel 3 Uittrekken /maaien Alsemambrosia Periode April - November Regelmaat 16x / jaar Voorwaarden Niet als groenafval afvoeren Maatregel 4 Afsteken Reuzenberenklauw Periode Mei - november Regelmaat 2 x / jaar Voorwaarden -- 14

15 5 de Hut 5.1 Huidige situatie Gebied de Hut ligt ten noorden van Helmond, direct aan de oostzijde van de Zuid- Willemsvaart. Het gebied is ongeveer 3 hectare groot en bestaat uit grasland, enkele bosjes, twee poelen en een meanderende beek (Broek Aa). Het gebied is enkele jaren geleden opnieuw ingericht. Het grasland is in het verleden ingezaaid met een akkermengsel. Dit blijkt uit de aangetroffen vegetatie. De volgende planten zijn hier aanwezig; Kweek, Bolderik, Klaproos, Korenbloem, Kamille, Grote windhalm, Kleine leeuwenklauw, Margriet, Kleine pimpernel en Rode steenanjer. Plaatselijk komt veel Akkerdistel voor. De vegetatie rond de aangebrachte poelen duidt op schralere omstandigheden. Hier groeit onder meer Hoge cyperzegge, Moeraswolfsklauw (Rode-lijstsoort), Bosbies, Hazezegge, Schapengras, Veldrus, Vogelpootje, Dwergzegge, Riet, Knolrus, Biezenknoppen en Grote Tijm. Plaatselijk is veel opslag van onder meer wilg en berk aanwezig. De aangeplante bosjes bestaan hoofdzakelijk uit Vlier en Els. 5.2 Beheermaatregelen Het beheer van de Hut wordt gericht op de ontwikkeling van de volgende natuurdoeltypen: Heischraalgrasland Het grasland wordt als hooiland beheerd. Dit betekent dat het twee keer per jaar wordt gemaaid (half juni en september). Nadat de Gestreepte witbol uit het grasland is verdwenen kan worden overgegaan naar 1 keer per jaar maaien en afvoeren. Het vrijkomende maaisel moet uit het terrein worden afgevoerd. Plaatselijk is veel Akkerdistel en Jacobskruiskruid aanwezig. Deze plekken moeten in mei met een bosmaaier handmatig worden gemaaid. Bosjes en boomgroepjes Periode Regelmaat Poelen Voorwaarden Oppervlakte Heischraalgrasland rasland Maaien en afvoeren Half juni en september 2 keer per jaar Maaisel afvoeren; oevers van de poelen en Broek Aa 1 keer per jaar mee maaien 1,5 ha. Maatregel 2 Periode Regelmaat Voorwaarden Oppervlakte Handmatig maaien Akkerdistel en Jacobskruiskruid Mei 1 keer per jaar Variërend Beheerplan natuurterreinen Laarbeek 15

16 Bosgroep Zuid Nederland Bos / doornstruweel De aangeplante bosjes worden als hakhout beheerd. Dit betekent dat ze eens in de 5 jaar de helft worden afgezet. Maximaal 5 overstaanders worden gespaard. Door het hakhoutbeheer moeten doornsoorten zoals Meidoorn en Sleedoorn worden bevoordeeld. Deze moeten dan ook worden gespaard. Bos / doornstruweel Hakhoutbeheer + afvoeren Periode Oktober Regelmaat 1 keer per 5 jaar de helft Voorwaarden Enkele overstaanders en doornsoorten sparen. Oppervlakte 7600 m 2 Poelen en Broek Aa De oevers van de poel direct achter het sportveld wordt 1 keer per jaar gemaaid met een maaikorf. Dit in verband met de veiligheid voor kinderen. De andere poel wordt jaarlijks voor de helft gemaaid. Dit moet in september gebeuren. De oevers van de Broek Aa worden jaarlijks gemaaid door het waterschap in september/oktober. Het maaisel wordt door de gemeente afgevoerd. Poelen en Broek Aa Maaien en afvoeren oevers poelen Periode September Regelmaat 1 keer per jaar en 1x per jaar de helft Voorwaarden Maaisel afvoeren Oppervlakte 400 m 2 ] Maatregel 2 Periode Regelmaat Voorwaarden Oppervlakte afvoeren maaisel Broek Aa September 1 keer per jaar Maaisel afvoeren 16

17 6 Visvijver Herendijk 6.1 Huidige situatie Ten noorden van Lieshout ligt visvijver Herendijk. De visvijver ligt temidden van grasland (zowel recreatiegras als natuurgras ), bosjes en verschillende knotbomen. Het gras rond de visvijver bestaat hoofdzakelijk uit Raaigras. Het recreatiegras blijft hier buiten beschouwing, aangezien de gemeente dit intensief maait. Dit zijn de eerste meters gras vanaf de waterlijn. Aan de rand van de visvijver staat plaatselijk riet. Her en der zijn rond de visvijver bosjes aanwezig. Deze bestaan onder meer uit Meidoorn en Sleedoorn. Ten westen en noorden van de visvijver is eveneens bos aanwezig. 6.2 Beheermaatregelen Het beheer van Visvijver Herendijk wordt gericht op de ontwikkeling van de natuurdoeltypen riet, bos en knotbomen. Aangezien er vrijwel geen sprake is van natuurlijk grasland, is dit buiten beschouwing gelaten. Riet Één keer per jaar wordt de helft van de lage oeverzone (het riet) met de graslanden (recreatiegras) mee gemaaid. Periode Regelmaat Voorwaarden Oppervlakte Riet Maaien en afvoeren September 1 keer per jaar de helft Maaisel afvoeren 0.06 ha. Knotbomen In het terrein staan 56 knotbomen. Deze worden om de drie jaar geknot. Periode Regelmaat Voorwaarden Oppervlakte Knotbomen Knotten Oktober 1 keer per 3 jaar Afvoeren hout 56 stuks Beheerplan natuurterreinen Laarbeek 17

18 Bosgroep Zuid Nederland Bijlage 1: Begroting Zie totaalbegroting Natuurterreinen 18

19 Bijlage 2: Kaartmateriaal Keelgras - doeltypenkaart - kaart beheermaatregelen Beheerplan natuurterreinen Laarbeek 19

20 Doeltypen Keelgras Meter Projectie: Rijksdriehoekstelsel Legenda nm nm Bos Wilgenstruweel Boomgroep # # # Knotbomen # # # \\\ \\\ Braamstruweel Grasland Houtsingel Poel Riet Vijver Datum afdruk: Gewijzigd: Auteur: NL Projectnr.: Status: Definitief Kaartnr.: 1 van 1 Schaal: 1:3.500 Ondergrond: Topografische Dienst, Emmen 2003 T

21 Beheermaatregelen Keelgras nm nm nm nm Meter Projectie: Rijksdriehoekstelsel Legenda Maaien en afvoeren; 1 x / 2 jr gefaseerd Maaien en afvoeren; 1 x / 3 jr gefaseerd Maaien en afvoeren; 1 x / 4 jr D D Maaien en afvoeren; 1 x / jr Maaien en afvoeren; 1x/ jr gefaseerd Maaien en afvoeren; 2 x / jr geheel Hakhoutbeheer Dunnen Knotten Oevers maaien Begrazing Datum afdruk: Gewijzigd: Auteur: NL Projectnr.: Status: Definitief Kaartnr.: 1 van 1 Schaal: 1:3.500 Ondergrond: Topografische Dienst, Emmen 2003 T

22 Bosgroep Zuid Nederland Bijlage 3: Kaartmateriaal compensatiegebied Clerxbos - doeltypenkaart - kaart beheermaatregelen 20

23 Doeltypen compensatiegebied Clerxbos \\\\\\\\\\ \\\\\\\\\\ \\\\\\\ \\ \\\\\\\\\\ \\\\\\\\\\\ \\\\\\\\\\ \\\\\\\\\\ \\\\\\\\\\ Meter Projectie: Rijksdriehoekstelsel Legenda nm nm Bos Wilgenstruweel Braamstruweel \\\ \\\ Grasland Riet Vijver Datum afdruk: Gewijzigd: Auteur: NL Projectnr.: Status: Definitief Kaartnr.: 1 van 1 Schaal: 1:3.500 Ondergrond: Topografische Dienst, Emmen 2003 Boomgroep # # # Knotbomen # # # Houtsingel Poel T

24 Beheermaatregelen compensatiegebied Clerxbos nm nm nm nm nm nm nm Meter Projectie: Rijksdriehoekstelsel Legenda Maaien en afvoeren; 1 x / 2 jr gefaseerd Maaien en afvoeren; 1 x / 3 jr gefaseerd Maaien en afvoeren; 1 x / 4 jr D D Maaien en afvoeren; 1 x / jr Maaien en afvoeren; 1x/ jr gefaseerd Maaien en afvoeren; 2 x / jr geheel Hakhoutbeheer Dunnen Knotten Oevers maaien Begrazing Datum afdruk: Gewijzigd: Auteur: NL Projectnr.: Status: Definitief Kaartnr.: 1 van 1 Schaal: 1:3.500 Ondergrond: Topografische Dienst, Emmen 2003 T

25 Bijlage 4: Kaartmateriaal Laag Strijp - doeltypenkaart - kaart beheermaatregelen Beheerplan natuurterreinen Laarbeek 21

26 Doeltypen Laag Strijp ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ E ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ \ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ ÔÕ \\\ nm \ ÔÕ ÔÕ ÔÕ \ ÔÕ \\\ \\\\\\\\\\\\\\\\\\\\ nm \\\ nm \\\\\\\\\\\\\\\\\\\\ nm \\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\ \\\ \\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\ A \\\ \\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\ \\\ \\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\ nm \\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\ nm \\\ C\\\\\\\\\\ \\\ \\\\ nm \\\\\\\\\\ B \\\ nm \\\\\\\\\\ \\\ \\\\\\\\\\\ nm \\\\\\\\\\\\ \\\ nm \\\\\\\\\\ nm \ nm \\\\\\\\\ nm nm \\\ \\\\\\\\ \\\ \\\\\\\ \\ \\\\\\\ \\\\\ \\\\\ \\\\\\\\ \\\\\\\\ D \\\\\\ \\\ \\ Meter Projectie: Rijksdriehoekstelsel Legenda Bos ÔÕ ÔÕ Vijver ÔÕ ÔÕ Knotbomen Poel \\ Grasland Boomgroep Braamstruweel Datum afdruk: Gewijzigd: Auteur: MM Projectnr.: Status: Definitief Kaartnr.: 1 van 1 Schaal: 1:3.000 Ondergrond: Topografische Dienst, Emmen 2003 T

27 Beheermaatregelen Laag Strijp nm nm nm nm nm nm nm nm nm nm nm nm nm nm Meter Projectie: Rijksdriehoekstelsel Legenda Maaien en afvoeren; 1 x / 2 jr gefaseerd Maaien en afvoeren; 1 x / jr Maaien en afvoeren; 1x / jr gefaseerd Maaien en afvoeren; 2 x / jr geheel nm Hakhoutbeheer nm Knotten Oevers maaien Maaien 1x / jr en begrazing Datum afdruk: Gewijzigd: Auteur: MM Projectnr.: Status: Definitief Kaartnr.: 1 van 1 Schaal: 1:3.000 Ondergrond: Topografische Dienst, Emmen 2003 T

28 Bosgroep Zuid Nederland Bijlage 5: Kaartmateriaal de Hut - doeltypenkaart - kaart beheermaatregelen 22

29 Doeltypen de Hut \\ nm \\ \ \\ \\\\\\\\\\\\\\\ \\\\\ \\\\\\\\\\\ nm \\\\\\ \\\\\\\\\\\ \\ nm \\\\\\\\\\\\\\\\\\ \\ nm \\\\\\\\\\\\\\\\\\ \\\\\ \ \\\\\\\ \\ \\\ nm \ \ nm \\ nm \\\ \\ nm \\\\ nm \\\ nm \\ \\\\\ nm \\\\\ \\\\ nm \\\\ \\\\ \\\ nm \\ \\ \ \\\\ nm \\\\ nm \\\ \\ \\ \\ nm nm \\ \\\\\\ \\\\\ \\\\ \\\\ \\ \\ \\ Meter Legenda Projectie: Rijksdriehoekstelsel natuurdoeltypen hut Bos Poel / water \\ Grasland Datum afdruk: Gewijzigd: Auteur: MM Projectnr.: Status: Definitief Kaartnr.: 1 van 1 Schaal: 1:2.500 Ondergrond: Topografische Dienst, Emmen 2003 T

30 Beheermaatregelen de Hut nm nm nm nm nm nm nm nm nm nm nm nm nm nm nm nm nm Meter Projectie: Rijksdriehoekstelsel Legenda Maaien en afvoeren; 2 x / jr geheel Hakhoutbeheer Oevers maaien Datum afdruk: Gewijzigd: Auteur: MM Projectnr.: Status: Definitief Kaartnr.: 1 van 1 Schaal: 1:2.500 Ondergrond: Topografische Dienst, Emmen 2003 T

31 Bijlage 6: Kaartmateriaal visvijver Heerendijk - doeltypenkaart - kaart beheermaatregelen Beheerplan natuurterreinen Laarbeek 23

32 Doeltypen visvijver Herendijk # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # Meter Projectie: Rijksdriehoekstelsel Legenda nm Bos Braamstruweel nm \\\\ Wilgenstruweel \\\\ Grasland Riet Vijver Datum afdruk: Gewijzigd: Auteur: NL Projectnr.: Status: Definitief Kaartnr.: 1 van 1 Schaal: 1:2.500 Ondergrond: Topografische Dienst, Emmen 2003 # # # # # # # # Boomgroep Knotbomen Houtsingel Poel T

33 Beheermaatregelen visvijver Herendijk Meter Projectie: Rijksdriehoekstelsel Legenda nm Maaien en afvoeren; 1 x / 2 jr gefaseerd Hakhoutbeheer nm Maaien en afvoeren; 1 x / 3 jr gefaseerd Maaien en afvoeren; 1 x / 4 jr D D D Maaien en afvoeren; 1 x / jr D D D Maaien en afvoeren; 1x/ jr gefaseerd Maaien en afvoeren; 2 x / jr geheel Dunnen Knotten Oevers maaien Begrazing Datum afdruk: Gewijzigd: Auteur: NL Projectnr.: Status: Definitief Kaartnr.: 1 van 1 Schaal: 1:2.500 Ondergrond: Topografische Dienst, Emmen 2003 T