Nederlandse Orde van Advocaten (hierna ook: de Orde ) verplicht een minimumtarief in rekening te brengen.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Nederlandse Orde van Advocaten (hierna ook: de Orde ) verplicht een minimumtarief in rekening te brengen."

Transcriptie

1 Autoriteit Consument en Markt Postbus BH DEN HAAG De Leuve Schiedamsedijk 46 Postbus BB Rotterdam T +31(0) F +31(0) wybenga-advocaten.nl Op voorhand per fax: Rotterdam, 16 oktober 2018 B. van Mieghem, advocaat Betreft: Melding verboden prijsafspraak advocatuur vanmieghem@wybenga-advocaten.nl Geachte heer, mevrouw, Hiermee maak ik melding van een verboden prijsafspraak. Ik verzoek u vriendelijk de melding te onderzoeken en vervolgens de maatregelen te treffen die u geboden acht, bijvoorbeeld het onverbindend verklaren van de bedoelde prijsafspraak. INLEIDING - WAT IS HET PROBLEEM? 1 Nederlandse advocaten zijn op grond van de Gedragsregels van de Nederlandse Orde van Advocaten (hierna ook: de Orde ) verplicht een minimumtarief in rekening te brengen. 2 Deze regel heeft concrete, nadelige gevolgen voor de consument die gebruik wil maken van de diensten van een advocaat. De regel en de wijze waarop de Orde deze handhaaft hebben een onnodig prijsopdrijvend effect, dat niet gerechtvaardigd wordt door het consumentenbelang of een algemeen belang. De gedragsregel is goedbedoeld, maar achterhaald en, anders dan de Orde kennelijk meent, niet in het belang van de consument. 3 Dit thema is vaker aan de orde geweest, bijvoorbeeld in jurisprudentie van het Hof van Justitie van de Europese Unie. Uit deze jurisprudentie blijkt een tamelijk helder kader. Een regeling die advocaten dwingt om minimumtarieven toe te passen is alleen maar toelaatbaar wanneer deze, Opdrachten worden uitsluitend aanvaard onder toepasselijkheid van onze algemene voorwaarden. Deze voorwaarden kunnen worden geraadpleegd op Onderdeel van de voorwaarden is het beding dat onze aansprakelijkheid beperkt is tot het bedrag dat onder onze beroepsaansprakelijkheidsverzekering wordt uitgekeerd. Assignments are accepted exclusively on the basis of our general conditions. The text of these conditions can be consulted on Part of our conditions is a provision limiting our liability to the amount which will be paid out by the partnership s professional liability insurer(s).

2 gelet op de wijze waarop zij in concreto wordt toegepast, daadwerkelijk beantwoordt aan de ter rechtvaardiging ervan aangevoerde doelstellingen van consumentenbescherming en een goede rechtsbedeling, en de uit die regeling voortvloeiende beperkingen niet aan deze doelstellingen onevenredig zijn. De wijze waarop de Orde advocaten dwingt een minimumtarief in rekening te brengen, past niet binnen dit kader. 4 Ik zal hieronder achtereenvolgens uiteenzetten wat de gedragsregel inhoudt, wat het juridisch kader is waarbinnen minimumtarieven toelaatbaar zijn, waarom de gedragsregel gelet op dit kader niet aanvaardbaar is en waarom de regel - als die al toelaatbaar zou zijn - veel te ver gaat en ten onrechte geen ruimte laat voor uitzonderingen. GEDRAGSREGEL 17 - MINIMUMTARIEF 5 Sinds 14 februari 2018 is bepaald in regel 17, lid 1 van de Gedragsregels Advocatuur: Bij het vaststellen van zijn declaratie behoort een advocaat een, alle omstandigheden in aanmerking genomen, redelijk honorarium in rekening te brengen. 6 Advocaten zijn op grond van artikel 46 van de Advocatenwet onderworpen aan tuchtrechtspraak ter zake van, kort gezegd, enig handelen of nalaten in strijd met de zorg die zij als advocaat behoren te betrachten ten opzichte van degenen wier belangen zij als zodanig behartigen of behoren te behartigen en ter zake van enig handelen of nalaten dat een behoorlijk advocaat niet betaamt. De Gedragsregels zijn een uitwerking zijn van de wettelijke betamelijkheidsnorm van artikel 46 Advocatenwet. De Gedragsregels worden vastgesteld door (de algemene raad van) de Orde. De Gedragsregels brengen normen onder woorden, die naar de heersende opvattingen in de kring van advocaten in acht behoren te worden genomen bij de uitoefening van het beroep van advocaat. De Gedragsregels worden door de beroepsgroep in het algemeen strikt nageleefd. In dit verband zal een rol spelen dat de disciplinaire rechtspraak ernstige gevolgen kan hebben voor de advocaat (bijvoorbeeld schorsing of schrapping van het tableau). De Gedragsregels dienen voor de tuchtrechter als (stevige) richtlijn. 7 Het spreekt vanzelf dat het onbetamelijk is om excessieve (te hoge) honoraria in rekening te brengen. Volgens de Orde (en in navolging van de Orde de tuchtrechter) heeft gedragsregel 17 echter ook een ondergrens. Deze ondergrens wordt bepaald door de eis dat het (uur)tarief van de - 2 -

3 advocaat in ieder geval kostendekkend moet zijn én (daar bovenop) voorziet in een bescheiden salaris voor de advocaat. 8 Deze ondergrens speelt vooral een rol in zaken waarin een declaratieafspraak wordt gemaakt die ertoe leidt dat bij het uitblijven van een positief resultaat wordt gedeclareerd op basis van een laag (uur)tarief, en bij een positief resultaat een hoger (uur)tarief zal gelden. De ondergrens wordt in dat geval dwingend voorgeschreven door de eis dat dit lage (uur)tarief in ieder geval kostendekkend moet zijn en (daarbovenop) voorziet in een bescheiden salaris voor de advocaat. In zaken met een vast uurtarief zal een advocaat minder snel geneigd zijn te werken op basis van een tarief op of onder de kostprijs, maar uitgesloten is dat zeker niet. 9 De regel moet worden gekwalificeerd als een besluit van een ondernemersvereniging met een mededingingsbeperkend effect. Uit deze regel vloeien onmiskenbaar mededingingsbeperkende gevolgen voort. Deze gevolgen zijn, anders dan de Orde meent, niet noodzakelijk voor de goede uitoefening van het beroep van advocaat. Opmerking verdient in dit verband bovendien dat de inhoud van de gedragsregels nog in februari 2018 opnieuw is vastgesteld. De Orde had deze gelegenheid kunnen en moeten gebruiken om tegemoet te komen aan de mededingingsrechtelijke bezwaren die sinds jaar en dag worden geuit over de gedragsregels. De Orde heeft dat (kennelijk bewust) niet gedaan. 10 De regel heeft nadelige gevolgen voor consumenten. Het gaat niet om een luxeprobleem of om een principekwestie zonder reëel belang, maar om (betaalbare) toegang tot het recht, in het bijzonder voor consumenten aan de onderkant van de markt. Nederlandse advocaten in dit segment van de markt zijn relatief duur De regel heeft bovendien nadelige gevolgen voor advocaten. Zij worden beperkt in hun concurrentiemogelijkheden met andere juridische dienstverleners (niet-advocaten). Accountantskantoren, bijvoorbeeld, zetten sinds een aantal jaar actief in op het veroveren van een (grotere) positie op de markt van juridische dienstverlening. Het aantal juristen in dienst van accountantskantoren groeit snel. Deze kantoren zijn directe concurrenten van advocatenkantoren. Het staat accountantskantoren vrij om, teneinde een positie op de markt te veroveren, (aanvankelijk) op of onder de kostprijs 1 In België en Duitsland zijn advocaten met een uurtarief tot 100 veelvoorkomend. Dergelijke advocaten zijn in Nederland niet of nauwelijks te vinden

4 te werken. Advocatenkantoren mogen dat niet. Zij ondervinden dus een concurrentienadeel. GEEN CONCREET MINIMUMTARIEF 12 De Orde schrijft geen concreet minimum uurtarief voor aan Nederlandse advocaten. Het minimumtarief is, blijkens de toelichting op Gedragsregel 17 en de tuchtrechtjurisprudentie hierover 2, bepaald op een bedrag dat kostendekkend is en voorziet in een bescheiden salaris voor de advocaat. Dat geen concreet bedrag wordt voorgeschreven, betekent uiteraard niet dat de mededinging niet nadelig beïnvloed zou worden. 13 Sterker nog: door het gebruik van termen als kostendekkend en bescheiden salaris wordt de prijs nog verder opgedreven dan bij het gebruik van een concreet bedrag het geval zou zijn. Deze termen zijn vaag en subjectief. Het is ondoenlijk om gedurende het jaar, zonder dat bekend is welke kosten en opbrengsten gerealiseerd zullen worden, te bepalen welk uurtarief kostendekkend is en voorziet in een bescheiden salaris. De gedragsregel bevat geen enkele indicatie voor de hoogte van een bescheiden salaris. Advocaten zullen, al was het maar om te ontkomen aan het reële gevaar van tuchtrechtelijke sancties, zekerheidshalve een ruime marge toepassen en met hun tarief aan de veilige kant gaan zitten (dat wil zeggen: te hoog). JURIDISCH KADER 14 Gedragsregel 17 heeft te gelden als besluit van een ondernemersvereniging 3. Dit besluit is in strijd met artikel 6 Mw. 2 Zie bijvoorbeeld Hof van Discipline 9 februari 1998, nr. 2474, Advocatenblad 19 maart 1999 waarin werd geoordeeld: Er bestaat echter, gelet op de strekking daarvan, volgens het hof, geen wezenlijk verschil tussen een declaratie-afspraak als zojuist genoemd, waarbij de verhoging van het lage uurtarief wordt gerelateerd aan het behaalde gevolg, en een declaratie-afspraak waarbij naast het lage uurtarief een percentage van de waarde van dat gevolg onderdeel van het salaris uitmaakt. Het hier bedoelde basis uurtarief moet in ieder geval kostendekkend zijn en voorzien in een zij het bescheiden salaris voor de advocaat, omdat bij een lager tarief het verschil met de in gedragsregel 25 verboden declaratie-afspraken in feite wegvalt. 3 Dat de Orde in dit verband te gelden heeft als ondernemersvereniging is al vastgesteld bij besluit van de directeur-generaal van NMa in de zaak met nummer 560/87 (Engelgeer/Nederlandse Orde van Advocaten)

5 15 Mij is geen concrete toelichting bekend op grond waarvan de Orde meent dat artikel 6 Mw ruimte zou laten voor het minimumtarief dat voortvloeit uit gedragsregel 17. Mogelijk meent de Orde dat de bepaalde wezenskenmerken van het beroep van advocaat het minimumtarief rechtvaardigen. Wezenskenmerken die in dit verband genoemd worden zijn onafhankelijkheid, partijdigheid en integriteit. 16 Voorstelbaar is dat niet slechts de Orde, maar ook de Nederlandse Staat een verwijt kan worden gemaakt van het minimumtarief nu de Staat het tot stand komen van deze mededingingsbeperkende regeling faciliteert door toe te staan dat artikel 46 van de Advocatenwet op deze wijze wordt ingevuld en de werking van deze regeling zelfs versterkt. 17 Indien en voor zover de Nederlandse staat inderdaad (mede)- verantwoordelijk zou zijn voor (de handhaving van) het minimumtarief, geldt evengoed dat dit mededingingsrechtelijk ontoelaatbaar is. Het HvJ EU heeft in het arrest Cipolla (C-94/04) vastgesteld dat minimumhonoraria voor advocaten een belemmering van het vrije verkeer van diensten kan opleveren. De eventuele belemmering van het vrije dienstenverkeer kán objectief worden gerechtvaardigd, maar dan dient overtuigend te worden aangetoond dat de regel inderdaad bijdraagt aan de doelstelling van algemeen belang en niet verder gaat dan wat noodzakelijk is ter bereiking van dit doel. 18 Het arrest Cipolla (C-94/04) bevat in dit verband enkele heldere uitgangspunten voor de beoordeling van de vraag of een rechtvaardiging bestaat voor het toestaan van door de overheid vastgestelde mededingingsbeperkende afspraken. (i) De nationale rechter zal moeten nagaan of er een verband bestaat tussen de hoogte van de honoraria en de kwaliteit van de door de advocaten geleverde diensten, en met name of de vaststelling van dergelijke minimumhonoraria een passende maatregel is waarmee de nagestreefde doelstellingen kunnen worden bereikt, namelijk de bescherming van de consument en een goede rechtsbedeling. (ii) Ook zal rekening moeten worden gehouden met de bijzondere eigenschappen van zowel de betrokken markt als met de betrokken diensten. (iii) Ook zal de rechter moeten nagaan of beroepsvoorschriften betreffende advocaten, met name regels voor de organisatie, de - 5 -

6 kwalificatie, de gedragscode, het toezicht en de aansprakelijkheid, als zodanig voldoende zijn om de doelstellingen van consumentenbescherming en een goede rechtsbedeling te bereiken. 19 Deze criteria zijn, naar het zich laat aanzien, niet rechtstreeks van toepassing omdat het minimumtarief in Nederland door de Orde zelf is vastgesteld, maar het is niettemin zinnig om stil te staan bij de criteria omdat blijkt dat ook daaraan in het onderhavige geval niet voldaan wordt. Motieven die niet direct samenhangen met de wezenskenmerken van de advocatuur - de goede kwaliteit van de dienstverlening bijvoorbeeld - blijken evenmin een rechtvaardigingsgrond te vormen voor het minimumtarief. DE NEDERLANDSE PRAKTIJK BEOORDEELD GEEN RECHTVAARDIGING OP GROND VAN WEZENSKENMERKEN ONAFHANKELIJKHEID, PARTIJDIGHEID EN INTEGRITEIT Onafhankelijkheid 20 Niet valt in te zien waarom een advocaat die een tarief hanteert dat lager is dan het minimumtarief van gedragsregel 17 niet in voldoende mate onafhankelijk zou zijn. Een risico is in dit verband pas denkbaar als een advocaat stelselmatig te weinig inkomsten zou hebben om een behoorlijke praktijk draaiende te houden. Een advocaat moet zodanige verdiensten hebben dat hij een behoorlijke praktijk in stand kan houden (dat wil zeggen noodzakelijke verzekeringen kan afsluiten, vakliteratuur kan aanschaffen, etc.). Een minimumtarief per cliënt per zaak biedt echter beslist geen garantie op een gezonde praktijkvoering. Voor een gezonde omzet is in de eerste plaats van belang dat de advocaat voldoende cliënten bedient. Voor een financieel gezonde praktijkvoering is daarnaast van belang dat de kosten beperkt blijven. Een adequate regel zou dus zijn, dat de advocaat een financieel gezonde praktijk dient te voeren. Zo n regel bestaat al, evenals een adequate methode om op te treden als daaraan niet wordt voldaan (artikel 60b Advocatenwet). Het minimumtarief is in dit verband overbodig en onzinnig. Het is immers zeer wel denkbaar dat een advocaat hoge tarieven in rekening brengt, maar niettemin een financieel ongezonde praktijk voert. Ook is denkbaar dat een advocaat een zeer gezonde praktijk voert, terwijl hij - 6 -

7 (juist dankzij zijn solide praktijk) incidenteel zaken kan behandelen tegen of onder de kostprijs. 21 De onafhankelijkheid van de advocaat zou bovendien in het geding kunnen komen als hij een te groot eigen belang heeft bij de uitkomst van een zaak. Of de advocaat al dan niet een te groot eigen belang heeft bij de uitkomst van de zaak met een resultaatafhankelijke beloning, hangt af van de vraag wat het verschil is tussen zijn minimale en zijn maximale beloning. Als daar een factor 40 verschil tussen zit, wordt wel aangenomen dat de advocaat een te groot eigen belang heeft. Een dergelijke afspraak is dus niet toegestaan, maar een minimumtarief is met het oog op dit doel niet nodig. Als een advocaat bij verlies van de zaak een honorarium ontvangt dat net niet voldoet aan de norm van kostendekkend zijn en voorzien in een bescheiden salaris, terwijl hij bij succes een honorarium ontvangt dat kostendekkend is en voorziet in een net iets minder bescheiden salaris, hoeft er voor zijn eigen belang en onafhankelijkheid niet gevreesd te worden. Partijdigheid 22 De partijdigheid van de advocaat wordt vanzelfsprekend niet aangetast wanneer het hem wordt toegestaan een lager tarief te hanteren. Integriteit 23 Het voorschrijven van een minimumtarief is niet van invloed op de integriteit van de advocaat. Het minimumtarief staat de beroepsgroep zelf ten dienste en niet de consument. Voor zover er al een verband is tussen het hanteren van een minimumtarief en de integriteit, is dat verband negatief. Het minimumtarief heeft logischerwijs een negatief effect op de toegankelijkheid tot de advocaat en dus tot het recht. Nadelig voor de consument is bovendien dat in het huidige stelsel ook voor kwalitatief mindere dienstverleners de beroepsuitoefening mogelijk blijft. Zij worden niet weggeconcurreerd door betere aanbieders. Een minimumtarief biedt, kortom, geen garantie op kwaliteit, maar wel een garantie op het behoud van mindere vakbroeders. 24 Welk probleem wordt met deze gedragsregel opgelost? Betoogd zou kunnen worden dat onder integriteit ook verstaan dient te worden het bieden van een zekere kwaliteit. De Orde onderbouwt het beweerdelijke causaal verband tussen borging van de kwaliteit van de advocatuur en het gebruik van een minimumtarief echter niet. Hoe de Orde het verband tussen een minimumtarief en de goede uitoefening van het beroep precies ziet, wordt - 7 -

8 niet duidelijk uit de toelichting op de betreffende gedragsregel. Voor een dergelijke onderbouwing kan, gelet op de jurisprudentie hierover, niet worden volstaan met hypotheses over mogelijke negatieve gevolgen voor de kwaliteit. Degene die een minimumtarief wil opleggen, zal moeten aantonen dat dit daadwerkelijk noodzakelijk is. 25 Correlatie tussen een (zeer) laag tarief en lage kwaliteit is wel denkbaar, maar een causaal verband tussen het hanteren van minimumhonoraria en een hoog kwaliteitsniveau van de door advocaten geleverde diensten is niet erg aannemelijk. Door een causaal verband te veronderstellen tussen een lage prijs en een te lage kwaliteit doet de Orde bovendien het deel van de beroepsgroep tekort dat uitsluitend of hoofdzakelijk werkzaam is op het terrein van gefinancierde rechtsbijstand. Dit deel van de beroepsgroep ontvangt in een wezenlijk deel van de zaken een vergoeding die niet (langer) voldoet aan het criterium van kostendekkendheid plus een bescheiden salaris. 26 Er bestaat bovendien al een doeltreffend en adequaat systeem voor de instandhouding van en controle op een goede beroepsuitoefening met inachtneming van de wezenskenmerken van de advocatuur. Advocaten zijn verplicht gedurende hun loopbaan opleidingen te blijven volgen en de Orde houdt actief toezicht op de geboden kwaliteit en de integriteit van advocaten. Deze controle is inhoudelijk en vindt plaats op individueel niveau. Advocaten bij wie het schort aan kwaliteit of integriteit worden geschorst of geschrapt van het tableau. Dit systeem functioneert. Het hanteren van een minimumtarief voegt hieraan niets toe. Een hoge prijs creëert geen integriteit. HET ARREST CIPOLLA (HOF VAN JUSTITIE EU) TOEGEPAST 27 Voor zover sprake zou zijn van door de overheid vastgestelde mededingingsbeperkende afspraken geldt dat deze alleen maar toelaatbaar als deze: (i) gelet op de wijze waarop zij in concreto wordt toegepast, (ii) daadwerkelijk beantwoordt aan de ter rechtvaardiging ervan aangevoerde doelstellingen van consumentenbescherming en een goede rechtsbedeling, (iii) en de uit die regeling voortvloeiende beperkingen niet aan deze doelstellingen onevenredig zijn

9 28 Het minimumtarief is niet noodzakelijk voor de goede uitoefening van het beroep van advocaat, consumentenbescherming of een goede rechtsbedeling. De Orde lijkt van mening te zijn dat een minimumtarief in het belang is van de consument (de rechtzoekende) omdat de kwaliteit van de dienstverlening in geval van vrije prijsvorming in het geding zou komen. In zaken met een resultaatafhankelijke beloning komt daar volgens de Orde nog bij dat de advocaat een te groot eigen belang bij de zaak zou krijgen als het hem zou worden toegestaan een te laag tarief te hanteren. 29 De vraag is, gelet op de bovengenoemde jurisprudentie, of er daadwerkelijk een verband bestand tussen de gedragsregel en de (mogelijke) doelstellingen en met name of de gedragsregel hiervoor een passende maatregel is. De Orde zou dus aannemelijk moeten maken dat de regel noodzakelijk is voor een goede uitoefening van het beroep. De Orde onderbouwt de noodzaak van de gedragsregel niet met concrete feiten of onderzoeksresultaten, maar uitsluitend met aannames. 30 De gedragsregel bevat geen (nauwkeurige) criteria aan de hand waarvan kan worden gewaarborgd dat het minimumtarief billijk en in het algemeen belang gerechtvaardigd is. 31 Niet valt in te zien op welke wijze consumenten beschermd worden door het hanteren van een minimumtarief of waarom een minimumtarief zou bijdragen aan een goede rechtsbedeling. Integendeel, het minimumtarief leidt ertoe dat advocaten beperkt worden in de mogelijkheden hun diensten aan te bieden. Het gaat hierbij niet slechts om een theoretische beperking. In (collectieve) zaken met een resultaatafhankelijke beloning (waarover hierna meer) zou een basistarief onder het minimumtarief beslist een drempelverlagend effect hebben op de mogelijkheid voor consumenten om een advocaat in te schakelen. Het minimumtarief heeft een averechts effect. 32 Het loslaten van het minimumtarief zal voor de consument en het algemeen belang geen negatieve gevolgen hebben. Nederlandse notarissen zijn sinds 1 oktober 1999 vrij in het bepalen van hun tarieven (uitgezonderd bepaalde maximumtarieven). Deze maatregel heeft niet geleid tot kwaliteitsproblemen in het notariaat of tot een race naar de bodem. Integendeel, de maatregel heeft voor de consument alleen maar positieve effecten gehad. Notarissen zijn betaalbaarder geworden, terwijl de kwaliteit gehandhaafd is. Het is lastig voorstelbaar dat zich in de advocatuur een - 9 -

10 geheel andere ontwikkeling zou voordoen als daar de minimumtarieven worden losgelaten. 33 De gedragsregel op grond waarvan een minimumtarief in rekening moet worden gebracht is bovendien uitsluitend vastgesteld door vertegenwoordigers van de beroepsgroep zelf, niet (mede) door vertegenwoordigers van consumenten. Als het de Orde werkelijk te doen zou zijn om het belang van de consument, had het voor de hand gelegen vertegenwoordigers van consumenten te betrekken in het opstellen en uitwerken van de regel. REGEL GAAT VERDER DAN NOODZAKELIJK IS 34 Als de regel al gerechtvaardigd zou worden door een legitieme doelstelling dan moet worden vastgesteld dat de regel veel verder gaat dan noodzakelijk is. Immers: (i) de regel laat ten onrechte geen ruimte voor een materiële afweging van belangen; (ii) de regel dwingt ten onrechte om per individuele cliënt per zaak een minimumtarief in rekening te brengen en schiet daarmee het doel voorbij; (iii) de regel dwingt tot het in rekening brengen van een onnodig hoog uurtarief. GEEN RUIMTE VOOR FLEXIBILITEIT/AFWEGING VAN BELANGEN 35 Gedragsregel 17 laat ten onrechte geen expliciete ruimte voor advocaten om aan te tonen dat zij, afhankelijk van de omstandigheden van het geval, de goede uitoefening van hun beroep kunnen garanderen bij een tarief dat op of onder de kostprijs ligt. 36 Het door de Orde bewerkstelligde verbod op het in rekening brengen van een tarief dat lager is dan het minimumtarief is niet beperkt tot de eis dat de praktijk op zodanige wijze gevoerd wordt dat de kosten gedekt zijn en er een bescheiden salaris resteert. Een dergelijke benadering zou nog wel denkbaar zijn met het oog op het algemeen belang. Het beleid van de Orde is echter gericht op individuele zaken. Advocaten mogen in individuele zaken geen tarief in rekening brengen dat te laag is. Dit beleid laat zich overig lastig rijmen met het feit dat de Orde advocaten wél toe lijkt te staan om een zaak geheel gratis ( pro bono ) te behandelen (zo blijkt uit de toelichting bij Gedragsregel 17). Het is onbegrijpelijk waarom het in het belang van de

11 consument zou zijn dat een uurtarief van 0 is toegestaan, maar een uurtarief van 50,00 niet, ook niet in uitzonderingsgevallen. Dat is uiteraard niet in het belang van de consument. De regel belemmert advocaten uit ideële overwegingen een zaak te behandelen tegen kostprijs en dus af te zien van een bescheiden salaris. 37 De Orde zal naar aanleiding van deze melding hopelijk betogen dat met de regel niet bedoeld is advocaten ervan te weerhouden uit ideële motieven werkzaamheden te verrichten tegen een sterk gereduceerd tarief. Dat is echter wel het effect van de regel. De inhoud van de regel is ten slotte niet dat de advocaat een financieel solide praktijk moet voeren en moet waken voor goede kwaliteit, maar dat hij een tarief in rekening moet brengen dat kostendekkend is en een bescheiden salaris biedt. Voorstelbaar is dat de advocaat die handelt uit ideële motieven door de tuchtrechter niet of niet zo zwaar gestraft wordt, maar dat doet niet af aan het schadelijke effect van de gedragsregel voor de prijsontwikkeling op de markt. WIJZE VAN TOEPASSING MINIMUMTARIEF: OP HET NIVEAU VAN DE INDIVIDUELE CLIENT 38 De Orde houdt actief toezicht op tarieven die te laag zouden zijn. Of het gehanteerde tarief te laag is, wordt niet beoordeeld aan de hand van bijvoorbeeld de vraag of de betrokken advocaat financieel nog in staat is om op behoorlijke wijze een praktijk in stand te houden. Getoetst wordt of individuele cliënten genoeg kosten maken. 39 Illustratief is in dit verband de zaak die leidde tot de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Arnhem-Leeuwarden van 8 januari 2018 in de zaak , nadien bevestigd door het Hof van Discipline in de beslissing van 7 september 2018 in de zaak D. Deze zaak begon met een zogenaamd dekenbezwaar. De deken van de orde van advocaten in het arrondissement Noord-Nederland maakte een tuchtrechtelijke procedure aanhangig tegen een tweetal advocaten en een advocatenkantoor onder meer omdat zij een te laag tarief in rekening zouden brengen. Het dekenbezwaar met betrekking tot de vermeende overtreding van deze gedragsregel (toen nog gedragsregel 25.1, thans artikel 17 lid 1) hield in dat: (i) de gehanteerde financiële constructie niet toelaatbaar zou zijn omdat deze niet-kostendekkend zou zijn;

12 (ii) de beoordeling hiervan plaats zou moeten vinden op het niveau van de individuele afspraken met de cliënten in de betreffende zaak. Het ging in deze zaak om duizenden cliënten (slachtoffers van aardbevingsschade in Noord-Nederland) die allen 100,00 betaalden. Zowel de Raad als het Hof van Discipline bevestigden het standpunt van de deken dat de beoordeling van de prijs plaats moet vinden op het niveau van de afspraken met individuele cliënten. Het kan zo zijn dat het honorarium in een zaak met meerdere cliënten zonder meer kostendekkend is (dat zal bij een zeer groot aantal cliënten met een of min of meer gelijk belang al snel het geval zijn), maar daarmee is in de ogen van de Orde en de tuchtrechter nog niet voldaan aan de gedragsregel. Om te voldoen aan de gedragsregel moet de individuele bijdrage van iedere cliënt kennelijk kostendekkend zijn en voorzien in een bescheiden salaris voor de specifieke zaak van de cliënt. Deze eis heeft een onnodig mededingingsbeperkend effect. MINIMUMTARIEF IS TE HOOG 40 Als met de gedragsregel daadwerkelijk beoogd is een zeker kwaliteitsniveau te handhaven, is niet noodzakelijk dat advocaten steeds een tarief in rekening brengen dat kostendekkend is én voorziet in een bescheiden salaris. Het element bescheiden salaris is overbodig. Wanneer het tarief kostendekkend is, is daarmee al voorzien in alle voorzieningen in het algemeen belang (verzekeringen, vakliteratuur etc.), daar hoeft geen opslag bovenop te komen. Voor de advocaat is het vanzelfsprekend wenselijk dat hij het jaar kostendekkend afsluit met daarbovenop een bescheiden salaris, maar het is niet noodzakelijk om cliënten te verplichten dat mogelijk te maken. 41 De eis dat het tarief per se méér dan kostendekkend moet zijn, heeft bovendien een verlammend effect op innovatie en kostenefficiency. Nu de norm dwingend ruim boven het bestaande kostprijsniveau ligt, worden advocaten niet geprikkeld om te innoveren en te besparen. SITUATIES WAARVOOR HET MINIMUMTARIEF IN HET BIJZONDER SCHADELIJK IS 42 Het minimumtarief heeft concrete schadelijke gevolgen voor rechtzoekenden. Het is daarom van belang dat de regel zo spoedig mogelijk buiten werking wordt gesteld. De vraag zou kunnen rijzen in hoeverre de gedragsregel in de dagelijkse

13 praktijk relevant is en bijgevolg hoe dringend of noodzakelijk het buiten werking stellen daarvan is. Voorstanders van het minimumtarief zouden kunnen betogen dat bij afschaffing daarvan advocaten niet ineens massaal op of onder de kostprijs zullen gaan werken. Gedacht zou kunnen worden dat de markt niet wezenlijk verandert als de gedragsregel wordt losgelaten. Die gedachte is onjuist. In ieder geval in de volgende situaties vormt de gedragsregel nu een concrete belemmering in het nadeel van consumenten. Consumenten hebben in deze situaties een direct en concreet belang bij opheffing daarvan. COLLECTIEVE CLAIMS MET RESULTAATAFHANKELIJKE BELONING 43 Consumenten die collectief schade hebben geleden, maken in toenemende mate gebruik van het fenomeen collectieve claim ter verhaal van hun schade. Een collectieve claim is voor consumenten een adequate en relatief voordelige mogelijkheid om hun recht te halen. Consumenten moeten in deze mogelijkheid niet onnodig belemmerd, maar juist gefaciliteerd worden. 44 Consumenten die deelnemen aan een collectie actie hebben belang bij en behoefte aan deelname op basis van een vaste, betrekkelijk lage bijdrage, vermeerderd met een percentage van de eventueel te verkrijgen schadevergoeding. Een dergelijke werkwijze biedt zekerheid en is overzichtelijk. 45 Advocaten die een dergelijke regeling willen aanbieden, hebben duidelijkheid nodig over wat toelaatbaar is. De wijze waarop de Orde en de tuchtrechters gedragsregel 17 hebben toegepast in de hierboven aangehaalde zaak van de slachtoffers van aardbevingsschade biedt bepaald geen duidelijkheid. Uit de beslissing van de Raad en later het Hof van Discipline lijkt te moeten worden opgemaakt dat de advocaten in eerste instantie door de deken werd aangesproken op de vermeende overtreding van gedragsregel 17 (toen nog 25.1) op de enkele grond dat zij cliënten een bedrag in rekening brachten van slechts 100,00. De deken had op dat moment nog geen inzicht in de kostenstructuur en het beschikbare budget (dat afhankelijk is van het aantal deelnemers). 46 Uit de beslissingen van de Raad en het Hof van Discipline lijkt te moeten worden opgemaakt dat het totaal beschikbare budget niet zo relevant wordt geacht, omdat het zou gaan om het tarief per cliënt. Dat is problematisch. Het is zeer wel mogelijk dat de vordering van één of enkele cliënten veel tijd in beslag neemt, waarna de (soortgelijke) vorderingen van andere cliënten

14 vlot afgewikkeld kunnen worden. Dat is nu juist het voordeel van een collectieve actie. 47 Gedragsregel 17 gaat volledig voorbij aan het principe dat bij collectieve claims de kosten gedeeld worden. In de zaak die leidde tot de beslissing van het Hof van Discipline van 7 september 2018 betoogden de betrokken advocaten dat de inleg per deelnemer geen inzicht geeft in de vraag of het advocatenkantoor een zodanig financieel risico op zich heeft genomen dat zijn onafhankelijkheid in gevaar is gebracht. Daarvoor is immers relevant wat het totale budget is en dat is afhankelijk van het aantal deelnemers. Het Hof van Discipline heeft geoordeeld dat deze redenering niet juist is. Het gaat wel om de inleg per deelnemer. Overweging 5.2 van de beslissing luidt: Deze redenering gaat om verschillende redenen mank. Allereerst is de ondergrens niet een kostendekkend tarief maar kostendekkend én voorziend in een bescheiden salaris voor de advocaat. Belangrijker is echter de denkfout dat de bijstand aan drie verschillende doelgroepen alleen als een geheel beoordeeld wordt. Zoals hiervoor is toegelicht verleent het advocatenkantoor van verweerders rechtsbijstand aan een groot aantal te onderscheiden cliënten met wie afzonderlijke (prijs)afspraken zijn gemaakt. Bij de beoordeling van de vraag of de door verweerders ontwikkelde en gehanteerde constructie al of niet toelaatbaar is, moet ook gekeken worden naar de individueel aangenomen opdrachten. 48 Het oordeel van de Raad en het Hof van Discipline is op het punt van het minimumtarief behoorlijk verbeten, maar niet erg duidelijk. Uit het oordeel blijkt niet waarom of in hoeverre het gehanteerde tarief te laag zou zijn. Mistig blijft ook wat bedoeld is met de eis dat gekeken moet worden naar de individueel aangenomen opdrachten. Waartoe zou dat kijken moeten leiden? Dit oordeel laat zich bovendien lastig rijmen met de (algemeen aanvaarde) praktijk van advocaten actief op het gebied van de gefinancierde rechtsbijstand en advocatenkantoren die arrangementen overeenkomen met rechtsbijstandsverzekeraars voor de behandeling van grote aantallen zaken per jaar. In beide situaties worden zaken behandeld tegen een min of meer vast tarief. In sommige zaken resulteert dat in een zeer laag gerealiseerd uurtarief, maar andere zaken zijn juist lucratief. Gemiddeld genomen wordt een redelijk tarief gerealiseerd. Strikt genomen zou deze werkwijze ook niet toelaatbaar zijn op grond van gedragsregel Advocaten zullen als gevolg van deze gedragsregel en de onduidelijke maar scherpe wijze waarop deze wordt toegepast niet meer zo snel bereid zijn

15 collectieve claims te behandelen tegen een aantrekkelijk instaptarief. Om te ontkomen aan tuchtrechtelijke vervolging, zal de advocaat moeten kunnen laten zien dat bij het tarief voor deelname ook is gekeken naar de individuele opdracht. Kennelijk moet het gevolg daarvan zijn dat het tarief zodanig hoog is dat met dat tarief alle (eventuele) bijzonderheden van de zaak gedekt zijn. De advocaat wordt daardoor gedwongen om de realiteit van het collectief buiten beschouwing te laten. De realiteit is immers dat bij een collectieve actie enkele zaken bewerkelijk zullen blijken te zijn, andere zaken wat minder tijd vergen en een groot aantal zaken niet of nauwelijks tijd kost, omdat het pad inmiddels geplaveid is door het collectief. De advocaat ziet zich niettemin gedwongen zijn tarief te bepalen op de individueel aangenomen opdrachten. Dat is schadelijk voor de consument. CONCURRENTIE MET ANDERE JURIDISCHE DIENSTVERLENERS 50 De gedragsregel belemmert advocaten om ten volle te concurreren met andere juridische dienstverleners. 51 Grote accountantskantoren zijn bezig een deel van de markt voor juridische dienstverlening te veroveren die nu wordt bediend door (veelal grote) advocatenkantoren. Het ligt niet erg voor de hand dat deze accountantskantoren hun diensten stelselmatig en langdurig onder de kostprijs zullen aanbieden, maar een dergelijke benadering is wel uitermate geschikt voor wie zich wil invechten op een bepaalde markt of bij bepaalde cliënten. Advocatenkantoren hebben op dit punt een ongerechtvaardigd concurrentienadeel. Aanbieders in dit segment van de markt zijn uitstekend in staat in te schatten hoe ver zij kunnen gaan in het aanbieden van tarieven onder de kostprijs. Zij beschikken doorgaans over voldoende buffers en overige inkomsten om de tijdelijk tegenvallende resultaten op te vangen. Voor het voortbestaan van de kantoren hoeft dus niet te worden gevreesd. ZAKEN OP IDEËLE BASIS 52 In weerwil van het commerciële imago van de beroepsgroep, wenst ten minste een deel van de advocatuur maatschappelijk verantwoord te ondernemen. Van oudsher worden zaken die daarom vragen in voorkomende gevallen pro bono behandeld (gratis). Tegen gratis werken bestaat blijkens de toelichting op de gedragsregel geen tuchtrechtelijk bezwaar

16 53 Op grond van gedragsregel 17 is het (kennelijk) wel verboden om uit ideële motieven een zaak te behandelen tegen een tarief dat voor de cliënt nog op te brengen is, maar dat voor de advocaat niet voorziet in een honorarium dat kostendekkend is en ook nog eens voorziet in een bescheiden salaris. 54 Commerciële advocatenkantoren zouden niet belemmerd moeten worden wanneer zij zich bereid tonen cliënten bij te staan die daarvoor niet het minimumtarief kunnen opbrengen. Dergelijke bereidheid kan zijn ingegeven door ideële motieven (de wens om goede rechtshulp te bieden aan cliënten die dat niet kunnen betalen), maar kan ook (mede) een praktische reden hebben, bijvoorbeeld de wens om jonge advocaten ervaring op te laten doen. Het is onwenselijk en onzinnig om te eisen dat de rechtshulp in zulke gevallen helemaal gratis moet zijn. Volledig gratis dienstverlening komt het commitment aan beide kanten doorgaans niet ten goede. 55 Als de plannen van de Minister voor Rechtsbescherming worden uitgevoerd, wordt de gefinancierde rechtsbijstand de komende jaren sterk beperkt. Ook zonder uitvoering van deze plannen, staat het stelsel al onder druk. Eén van de mogelijke bijdragen aan goede rechtsbijstand, zou kunnen zijn dat (commerciële) advocaten een aantal zaken per jaar behandelen tegen een sterk gereduceerd tarief, of bijvoorbeeld een tarief dat nog wel kostendekkend is, maar niet voorziet in een bescheiden salaris. Dat mag nu niet. Niet valt in te zien welk belang daarmee gediend wordt

17 AFSLUITING EN VERZOEK 56 Regel 17 van de gedragsregels van de Orde heeft concrete nadelige gevolgen voor consumenten die gebruik willen maken van de diensten van advocaten en overigens ook voor advocaten zelf. De gedragsregel wordt niet gerechtvaardigd door een consumentenbelang of een algemeen belang. Integendeel. De gedragsregel heeft een onnodig prijsopdrijvend effect. Het gevolg daarvan is niet slechts dat consumenten te veel betalen. Een reëel gevaar is dat consumenten als gevolg van dit effect geen advocaat kunnen betalen en dus geen toegang hebben tot het recht. 57 Ik verzoek u deze melding te onderzoeken en de maatregelen te nemen die u geboden acht. Desgewenst ben ik graag bereid een en ander nader toe te lichten. 58 Een kopie van deze brief zend ik aan de Algemene Raad van de Nederlandse Orde van Advocaten. Met vriendelijke groet, Bert van Mieghem

Samenvatting: Tariefregulering in de advocatuur

Samenvatting: Tariefregulering in de advocatuur Samenvatting: Tariefregulering in de advocatuur Aanleiding In het kader van de beleidsvoornemens rond het stelsel van gesubsidieerde rechtsbijstand, heeft de staatssecretaris verzocht de mogelijke voor-

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Onderwerp Antwoorden Kamervragen over de pilot van Legal Guard, de

Nadere informatie

(Uit het antwoord moet blijken dat de cursist de stof heeft begrepen en juist heeft toegepast; een enkel ja of nee is niet voldoende)

(Uit het antwoord moet blijken dat de cursist de stof heeft begrepen en juist heeft toegepast; een enkel ja of nee is niet voldoende) Leidraad voor het nakijken van de toets GEDRAGSRECHT 8 FEBRUARI 2013 (Uit het antwoord moet blijken dat de cursist de stof heeft begrepen en juist heeft toegepast; een enkel ja of nee is niet voldoende)

Nadere informatie

Besluit van de Autoriteit Consument en Markt tot het niet opleggen van een last onder dwangsom aan de Nederlandse Orde van Advocaten.

Besluit van de Autoriteit Consument en Markt tot het niet opleggen van een last onder dwangsom aan de Nederlandse Orde van Advocaten. Openbaar Besluit Ons kenmerk Zaaknummer ACM/UIT/361981 ACM/03/019857 Den Haag, 4 december 2017 Besluit van de Autoriteit Consument en Markt tot het niet opleggen van een last onder dwangsom aan de Nederlandse

Nadere informatie

Datum 9 februari 2010 Onderwerp Kamervragen van het lid Gerkens (SP) inzake de praktijken van letselschadebureaus

Datum 9 februari 2010 Onderwerp Kamervragen van het lid Gerkens (SP) inzake de praktijken van letselschadebureaus > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag

Nadere informatie

- dat de advocaat zich in woord en geschrift niet onnodig grievend dient uit te laten,

- dat de advocaat zich in woord en geschrift niet onnodig grievend dient uit te laten, AA000l17.dok Deken der Orde van Advocaten in het arrondissement Roermond mr. A.F.Th.M. Heutink De heer J.J.E. Dulfer 6,,Les Marchais" St. Pierre à Champ F-79290 CERSAY France Postbus 107 6590 AC Gennep

Nadere informatie

De Commissie heeft vastgesteld dat tussenkomst van de Ombudsman Financiële Dienstverlening niet tot oplossing van het geschil heeft geleid.

De Commissie heeft vastgesteld dat tussenkomst van de Ombudsman Financiële Dienstverlening niet tot oplossing van het geschil heeft geleid. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 21 d.d. 2 april 2009 (mr. M.M. Mendel, voorzitter, mr. E.M. Dil - Stork en mr. B. Sluijters) 1. Procedure De Commissie beslist met inachtneming

Nadere informatie

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer: 3758-32 Betreft zaak: Tariefstructuur Arbodiensten Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot nietontvankelijkheidsverklaring

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/jenv

Nadere informatie

De algemene raad van de Nederlandse orde van advocaten;

De algemene raad van de Nederlandse orde van advocaten; Besluit van de algemene raad van 3 november 2014 tot vaststelling van de beleidsregel inzake ontheffing kantoorhouden in één arrondissement op één locatie vanwege kantoorvestiging buiten Nederland (Beleidsregel

Nadere informatie

b) Neen, het zou kunnen dat meneer te veel vermogen heeft om voor een toevoeging in aanmerking te komen (2 punten), artikel 34 lid 2 Wrb (1 punt).

b) Neen, het zou kunnen dat meneer te veel vermogen heeft om voor een toevoeging in aanmerking te komen (2 punten), artikel 34 lid 2 Wrb (1 punt). LEIDRAAD BIJ HET NAKIJKEN VAN DE TOETS GEDRAGSRECHT 17 februari 2010 (Uit het antwoord moet blijken dat de cursist de stof heeft begrepen en juist heeft toegepast; een enkel ja of nee is niet voldoende)

Nadere informatie

2. Bij besluit van de d-g NMa van 5 september 2001 (hierna: het bestreden besluit) is de klacht afgewezen.

2. Bij besluit van de d-g NMa van 5 september 2001 (hierna: het bestreden besluit) is de klacht afgewezen. BESLUIT Nummer 2600/ 41 Betreft zaak: Ralet vs CZ en VGZ Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot ongegrondverklaring van het bezwaar gericht tegen zijn besluit van

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2016

Nadere informatie

Regel 2 De zaakwaarnemer dient te vermijden dat zijn vrijheid en onafhankelijkheid in de uitoefening van zijn beroep in gevaar zouden kunnen komen.

Regel 2 De zaakwaarnemer dient te vermijden dat zijn vrijheid en onafhankelijkheid in de uitoefening van zijn beroep in gevaar zouden kunnen komen. De gedragsregels brengen hedendaagse maatschappelijke normen en waarden onder woorden die naar de heersende opvatting van ProAgent behoren te worden inachtgenomen bij de uitoefening van het beroep van

Nadere informatie

De audit. mr. Bart van t Grunewold, Van Boven van der Bruggen Advocaten

De audit. mr. Bart van t Grunewold, Van Boven van der Bruggen Advocaten De audit mr. Bart van t Grunewold, Van Boven van der Bruggen Advocaten Eindhoven, 5 november 2015 Van Boven & Van der Bruggen Advocaten Roermond opgericht in 1920 7 advocaten 1 adviseur (oud advocaat)

Nadere informatie

Openbaar. Besluit. 1 Inleiding. 2 Inhoud van het handhavingsverzoek. Besluit op handhavingsverzoek Legal Dutch

Openbaar. Besluit. 1 Inleiding. 2 Inhoud van het handhavingsverzoek. Besluit op handhavingsverzoek Legal Dutch Besluit Besluit op handhavingsverzoek Legal Dutch Ons kenmerk : ACM/UIT/505535 Zaaknummer : ACM/17/012061 Datum : 14 december 2018 1 Inleiding 1. Op 25 september 2017 ontving de Autoriteit Consument en

Nadere informatie

GEZAMENLIJKE VERKLARING VAN DE RAAD EN DE COMMISSIE BETREFFENDE DE WERKING VAN HET NETWERK VAN MEDEDINGINGSAUTORITEITEN

GEZAMENLIJKE VERKLARING VAN DE RAAD EN DE COMMISSIE BETREFFENDE DE WERKING VAN HET NETWERK VAN MEDEDINGINGSAUTORITEITEN GEZAMEIJKE VERKLARING VAN DE RAAD EN DE COMMISSIE BETREFFENDE DE WERKING VAN HET NETWERK VAN MEDEDINGINGSAUTORITEITEN "1. De vandaag vastgestelde verordening betreffende de uitvoering van de mededingingsregels

Nadere informatie

mr. Beutener en mr. Staal hebben ieder hun eigen algemene voorwaarden die zijn te raadplegen op de website www.beutenerstaal.nl.

mr. Beutener en mr. Staal hebben ieder hun eigen algemene voorwaarden die zijn te raadplegen op de website www.beutenerstaal.nl. Algemene voorwaarden van mr. M.B.W.G. Beutener, advocaat Artikel 1 Algemeen Beutener Staal advocaten is een kantoorcombinatie, geen maatschap, tussen mr. M.B.W.G. Beutener, gevestigd in Deventer, en mr.

Nadere informatie

Tuchtzaken & dekenbezoeken. Inge Schouwink, ISACT

Tuchtzaken & dekenbezoeken. Inge Schouwink, ISACT Tuchtzaken & dekenbezoeken Inge Schouwink, ISACT KEIgoed! 5 november 2015 Tuchtzaken Klachten van cliënten of anderen Dekenbezwaren Procedures ex artikel 60b ev Dekenbezoeken Onderwerpen van gesprek/controle

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2008 2009 31 385 Wijziging van de Advocatenwet en de Wet op het notarisambt in verband met het verruimen van de mogelijkheden tot het spoedshalve tuchtrechtelijk

Nadere informatie

Algemene voorwaarden voor dienstverlening Advocatenkantoor Tamer, gevestigd te Den Haag.

Algemene voorwaarden voor dienstverlening Advocatenkantoor Tamer, gevestigd te Den Haag. Algemene voorwaarden Algemene voorwaarden voor dienstverlening Advocatenkantoor Tamer, gevestigd te Den Haag. 1. Definitie In deze algemene voorwaarden wordt verstaan onder: i. Advocaten: is een samenwerkingsverband

Nadere informatie

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit.

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit. Nummer 6486/62 Betreft zaak: Easyjet v. N.V. Luchthaven Schiphol 1. Inleiding 1. Op

Nadere informatie

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit. I. Het verloop van de procedure

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit. I. Het verloop van de procedure Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 2260-108 Betreft zaak: Vereniging Vrije Vogel vs. KLM Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op het bezwaar van Vereniging

Nadere informatie

ECLI:NL:TADRARL:2016:295 RAAD VAN DISCIPLINE. Beslissing in de zaak onder nummer van:

ECLI:NL:TADRARL:2016:295 RAAD VAN DISCIPLINE. Beslissing in de zaak onder nummer van: 15-633 ECLI:NL:TADRARL:2016:295 RAAD VAN DISCIPLINE Beslissing in de zaak onder nummer van: 15-633 Beslissing van de raad van discipline in het ressort Arnhem-Leeuwarden van 19 december 2016 in de zaak

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD. Nr

GEMEENTEBLAD. Nr GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Bodegraven-Reeuwijk. Nr. 83924 31 december 2014 Regeling PGB jeugdhulp Bodegraven-Reeuwijk 2015 Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Bodegraven-Reeuwijk;

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 19/11/2015

Datum van inontvangstneming : 19/11/2015 Datum van inontvangstneming : 19/11/2015 Vertaling C-538/15-1 Zaak C-538/15 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 15 oktober 2015 Verwijzende rechter: Juzgado de Primera Instancia

Nadere informatie

ACCOUNTANTSKAMER. BESLISSING ex artikel 38 Wet tuchtrechtspraak accountants (Wtra) in de zaak met nummer 15/352 Wtra AK van 20 juli 2015 van

ACCOUNTANTSKAMER. BESLISSING ex artikel 38 Wet tuchtrechtspraak accountants (Wtra) in de zaak met nummer 15/352 Wtra AK van 20 juli 2015 van ACCOUNTANTSKAMER BESLISSING ex artikel 38 Wet tuchtrechtspraak accountants (Wtra) in de zaak met nummer 15/352 Wtra AK van 20 juli 2015 van mr. X, wonende en kantoorhoudende te [plaats1], K L A G E R,

Nadere informatie

TUCHTRAAD FINANCIELE DIENSTVERLENING

TUCHTRAAD FINANCIELE DIENSTVERLENING TUCHTRAAD FINANCIELE DIENSTVERLENING U I T S P R A A K Nr. 2008/001 i n d e k l a c h t nr. [nummer] ingediend door: hierna te noemen 'klager', tegen: hierna te noemen aangeslotene'. De Tuchtraad Financiële

Nadere informatie

Algemene Voorwaarden Van Ekelen & Poort advocaten & mediators

Algemene Voorwaarden Van Ekelen & Poort advocaten & mediators Algemene Voorwaarden Van Ekelen & Poort advocaten & mediators Algemeen 1. Van Ekelen & Poort advocaten & mediators is een kostenmaatschap, ingeschreven bij de KvK onder nummer 56945744, van twee zelfstandig

Nadere informatie

RAAD VAN DISCIPLINE. mr. [ ] in zijn hoedanigheid van deken van de orde van advocaten in het arrondissement Noord- Nederland klager

RAAD VAN DISCIPLINE. mr. [ ] in zijn hoedanigheid van deken van de orde van advocaten in het arrondissement Noord- Nederland klager 51/13 ECLI:NL:TADRARL:2013:16 RAAD VAN DISCIPLINE Beslissing in de zaak onder nummer van: 51/13 Beslissing van 22 november 2013 in de zaak 51/13 naar aanleiding van de klacht van: mr. [ ] in zijn hoedanigheid

Nadere informatie

Algemene Voorwaarden Heemraad Advocatuur

Algemene Voorwaarden Heemraad Advocatuur Algemene Voorwaarden Heemraad Advocatuur 1. Definities a. Heemraad Advocatuur is een naar Nederlands recht opgericht eenmanszaak van mevr. S. Kara, gevestigd te Rotterdam en ingeschreven in het Handelsregister

Nadere informatie

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN. Uit de stukken is, voor zover voor de beoordeling van de klacht van belang, het navolgende gebleken.

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN. Uit de stukken is, voor zover voor de beoordeling van de klacht van belang, het navolgende gebleken. RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN U I T S P R A A K Nr. i n d e k l a c h t nr. 2006.2849 (066.06) ingediend door: hierna te noemen 'klaagster', tegen: hierna te noemen 'verzekeraar'. De Raad van Toezicht

Nadere informatie

Algemene voorwaarden PLUS Schuldhulp

Algemene voorwaarden PLUS Schuldhulp Algemene voorwaarden PLUS Schuldhulp Artikel 1. Begripsbepaling 1.1 Opdrachtnemer: PLUS Schuldhulp gevestigd te Venlo-Tegelen. Kamer van Koophandel nummer: 65310004, BTW nummer: NL8560.60.288B01 1.2 Klant:

Nadere informatie

KAMER VOOR HET NOTARIAAT KAMER VOOR HET NOTARIAAT IN HET RESSORT ARNHEM-LEEUWARDEN

KAMER VOOR HET NOTARIAAT KAMER VOOR HET NOTARIAAT IN HET RESSORT ARNHEM-LEEUWARDEN AL/2015/106 ECLI:NL:TNORARL:2015:39 KAMER VOOR HET NOTARIAAT Beslissing in de zaak onder nummer van: AL/2015/106 KAMER VOOR HET NOTARIAAT IN HET RESSORT ARNHEM-LEEUWARDEN Kenmerk: AL/2015/106 Beslissing

Nadere informatie

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 2157-66 Betreft zaak: VNI Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op het bezwaar van de Vereniging van Nederlandse

Nadere informatie

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 2962-12 Betreft zaak: Van der Post-overheidssteun politieke partijen Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot nietontvankelijkverklaring

Nadere informatie

GEDRAGSCODE. voor leden van de Nederlandse Vereniging van Rechtskundige Adviseurs (NVRA)

GEDRAGSCODE. voor leden van de Nederlandse Vereniging van Rechtskundige Adviseurs (NVRA) 2015 GEDRAGSCODE voor leden van de Nederlandse Vereniging van Rechtskundige Adviseurs (NVRA) INLEIDING In deze Gedragscode worden regels geformuleerd, die naar de heersende opvatting door de leden van

Nadere informatie

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel van de Mededingingswet.

BESLUIT. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel van de Mededingingswet. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel van de Mededingingswet. Nummer 4445-51 Betreft zaak: 4445/ Aannemingsbedrijf

Nadere informatie

14-400/DB/OB ECLI:NL:TADRSHE:2016:37 RAAD VAN DISCIPLINE. Beslissing in de zaak onder nummer van: /DB/OB

14-400/DB/OB ECLI:NL:TADRSHE:2016:37 RAAD VAN DISCIPLINE. Beslissing in de zaak onder nummer van: /DB/OB 14-400/DB/OB ECLI:NL:TADRSHE:2016:37 RAAD VAN DISCIPLINE Beslissing in de zaak onder nummer van: 14-400/DB/OB Beslissing van 7 maart 2016 in de zaak 14-400/DB/OB naar aanleiding van het bezwaar van: de

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Directie Wetgeving en Juridische Zaken Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag

Nadere informatie

MEDEDELING AAN DE LEDEN

MEDEDELING AAN DE LEDEN EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie verzoekschriften 28.11.2014 MEDEDELING AAN DE LEDEN Betreft: Verzoekschrift nr. 0824/2008, ingediend door Kroum Kroumov (Bulgaarse nationaliteit), gesteund door zestien

Nadere informatie

Pagina. De Minister van Economische Zaken De heer H.G.J. Kamp Postbus EK 'S-GRAVENHAGE. Den Haag,

Pagina. De Minister van Economische Zaken De heer H.G.J. Kamp Postbus EK 'S-GRAVENHAGE. Den Haag, De Minister van Economische Zaken De heer H.G.J. Kamp Postbus 20401 2500 EK 'S-GRAVENHAGE Den Haag, Uw kenmerk: Ons kenmerk: ACM/DE/2017/205229 Contactpersoon: [vertouwelijk] Onderwerp: 17.0309.01 Advies

Nadere informatie

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN U I T S P R A A K Nr. i n d e k l a c h t nr. 191.99 ingediend door: wonende te hierna te noemen 'klaagster', vertegenwoordigd door te tegen: gevestigd te hierna te noemen

Nadere informatie

4. Tegen het afwijzende besluit van 25 juli 2018 hebben LOBCM c.s. op 31 augustus 2018 proforma bezwaar gemaakt.

4. Tegen het afwijzende besluit van 25 juli 2018 hebben LOBCM c.s. op 31 augustus 2018 proforma bezwaar gemaakt. Openbaar Besluit Besluit op bezwaar als bedoeld in artikel 7:11 van de Algemene wet bestuursrecht tegen afwijzing handhavingsverzoek Wet Markt en Overheid inzake beschermingsbewind Groningen Ons kenmerk

Nadere informatie

<naam kantoor en vennoten invullen> Corporate Finance Support B.V. te Rhenen/Veenendaal.

<naam kantoor en vennoten invullen> Corporate Finance Support B.V. te Rhenen/Veenendaal. Strijdlust Advocaten T.a.v. de heer/mevrouw Straat en nummer Postcode en plaats Rhenen/Veenendaal, [..] Betreft: Doorverwijzerscode met Corporate Finance Support B.V. Geachte heer/mevrouw.., In verband

Nadere informatie

I n z a k e: T e g e n:

I n z a k e: T e g e n: HOGE RAAD DER NEDERLANDEN Datum : 1 juni 2018 Zaaknr. : 18/01151 VERWEERSCHRIFT MET VOORWAARDELIJK INCIDENTEEL CASSATIEBEROEP I n z a k e: 1 Stichting SDB Gevestigd te Stichtse Vecht 2 Stichting Euribar

Nadere informatie

Beleidsregels inzake verzoek tot goedkeuring stage en patroon in de zin van artikel 3.5 VodA in het geval van een stagiaire ondernemer

Beleidsregels inzake verzoek tot goedkeuring stage en patroon in de zin van artikel 3.5 VodA in het geval van een stagiaire ondernemer Beleidsregels inzake verzoek tot goedkeuring stage en patroon in de zin van artikel 3.5 VodA in het geval van een stagiaire ondernemer De Raad van de Orde in het arrondissement Limburg, In aanmerking nemende

Nadere informatie

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK

AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Raad van State 201200615/1/V4. Datum uitspraak: 13 november 2012 AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op

Nadere informatie

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 3779-31 Betreft zaak: Van Winkel/KNGF Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op het bezwaar gericht tegen zijn besluit

Nadere informatie

BESLUIT. Openbare versie. 1 Verloop van de procedure. Openbaar

BESLUIT. Openbare versie. 1 Verloop van de procedure. Openbaar Openbare versie Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 6944/91 Betreft zaak: Zegelverbreking LHV Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op de bezwaren gericht

Nadere informatie

Nieuwsbrief NOvA Tuchtrecht Updates

Nieuwsbrief NOvA Tuchtrecht Updates Nieuwsbrief NOvA Tuchtrecht Updates 2019-1 Nummer 1, 2019 INHOUDSOPGAVE 1. Wat een behoorlijk advocaat betaamt Raad van Discipline Amsterdam, ECLI:NL:TADRAMS:2019:28 05-02-2019 Dekenbezwaar. Verweerster

Nadere informatie

Zaak T-228/97. Irish Sugar plc tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen

Zaak T-228/97. Irish Sugar plc tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen Zaak T-228/97 Irish Sugar plc tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen Artikel 86 EG-Verdrag (thans artikel 82 EG) Machtspositie en collectieve machtspositie Misbruik Geldboete" Arrest van het Gerecht

Nadere informatie

De Commissie heeft vastgesteld dat tussenkomst van de Ombudsman Financiële Dienstverlening niet tot oplossing van het geschil heeft geleid.

De Commissie heeft vastgesteld dat tussenkomst van de Ombudsman Financiële Dienstverlening niet tot oplossing van het geschil heeft geleid. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 142 d.d. 12 juli 2010 (mr. B. Sluijters, voorzitter, mr. drs. M.L. Hendrikse en drs. A.I.M. Kool) 1. Procedure De Commissie beslist met inachtneming

Nadere informatie

BESLUIT. 3. Tegen het besluit hebben Witteveen, Erdo en Esha Building tijdig bezwaar aangetekend.

BESLUIT. 3. Tegen het besluit hebben Witteveen, Erdo en Esha Building tijdig bezwaar aangetekend. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 3692-158 Betreft zaak: 3692 / Dakwerkzaamheden Philips Drachten Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op de bezwaren

Nadere informatie

Nederlandse Mededingingsautoriteit

Nederlandse Mededingingsautoriteit Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 3802-59 Betreft zaak: Waldeck (verzoek intrekking VLOD) Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot niet ontvankelijk

Nadere informatie

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit. Verloop procedure en feitelijke achtergrond

BESLUIT. Openbaar. Nederlandse Mededingingsautoriteit. Verloop procedure en feitelijke achtergrond Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 4040-31 Betreft zaak: Klacht Van der Brugge tegen Raden voor Rechtsbijstand en NOvA Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit

Nadere informatie

hypotheken verzekeringen pensioenen

hypotheken verzekeringen pensioenen Dienstverleningsdocument Spaak Assurantiën Wie zijn wij? Wij zijn Spaak Assurantiën, uw adviseur in verzekeren. Wij zijn gevestigd in Groningen sinds 1958. Het is van oudsher een familiebedrijf, en dat

Nadere informatie

Zaak C-446/04. Test Claimants in the FII Group Litigation tegen

Zaak C-446/04. Test Claimants in the FII Group Litigation tegen Zaak C-446/04 Test Claimants in the FII Group Litigation tegen Commissioners of Inland Revenue [verzoek van de High Court of Justice (England & Wales), Chancery Division, om een prejudiciële beslissing]

Nadere informatie

BESLUIT. pagina 1 van 5. file://e:\archief1998\besluiten\bcm\44304opb.htm

BESLUIT. pagina 1 van 5. file://e:\archief1998\besluiten\bcm\44304opb.htm pagina 1 van 5 BESLUIT Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet. Datum: 12 mei 1998 Nummer: 443/4.B95 Betreft:

Nadere informatie

Nieuwsbrief Zorg. 10 december 2015. De verhouding tussen de zorgverzekeraar en de zorgaanbieders bij inkoopprocedures

Nieuwsbrief Zorg. 10 december 2015. De verhouding tussen de zorgverzekeraar en de zorgaanbieders bij inkoopprocedures Nieuwsbrief Zorg 10 december 2015 De verhouding tussen de zorgverzekeraar en de zorgaanbieders bij inkoopprocedures Inleiding Het Gerechtshof van Den Bosch heeft in het arrest van 12 mei 2015 bij wijze

Nadere informatie

Concurrentiebeding - werkgevers

Concurrentiebeding - werkgevers Concurrentiebeding - werkgevers Waarom een concurrentiebeding opnemen? Met een concurrentiebeding wordt een werknemer beperkt in zijn bevoegdheid om na het einde van de arbeidsovereenkomst op zekere wijze

Nadere informatie

De Commissie heeft vastgesteld dat tussenkomst van de Ombudsman Financiële Dienstverlening niet tot oplossing van het geschil heeft geleid.

De Commissie heeft vastgesteld dat tussenkomst van de Ombudsman Financiële Dienstverlening niet tot oplossing van het geschil heeft geleid. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 12 d.d. 25 februari 2009 (mr. M.M. Mendel, voorzitter, mr. E.M. Dil - Stork en mr. B. Sluijters) 1. Procedure De Commissie beslist met inachtneming

Nadere informatie

mr. Beutener en mr. Staal hebben ieder hun eigen algemene voorwaarden, die zijn te raadplegen op de website www. beutenerstaal.nl.

mr. Beutener en mr. Staal hebben ieder hun eigen algemene voorwaarden, die zijn te raadplegen op de website www. beutenerstaal.nl. Algemene voorwaarden van mr. M.B.W.G. Beutener, advocaat Artikel 1 Algemeen Beutener Staal advocaten zijn twee zelfstandige advocatenkantoren, de eenmanszaak mr. M.B.W.G. Beutener, gevestigd in Deventer

Nadere informatie

Nadere voorschriften inzake de continuïteit van de beroepsuitoefening door de openbaar accountant

Nadere voorschriften inzake de continuïteit van de beroepsuitoefening door de openbaar accountant Nadere voorschriften inzake de continuïteit van de beroepsuitoefening door de openbaar accountant Het bestuur van de Orde Koninklijk Nederlands Instituut van Registeraccountants, Gelet op artikel 25, derde

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 14/06/2013

Datum van inontvangstneming : 14/06/2013 Datum van inontvangstneming : 14/06/2013 Vertaling C-258/13-1 Zaak C-258/13 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 13 mei 2013 Verwijzende rechter: Varas Cíveis de Lisboa (Portugal)

Nadere informatie

Algemene voorwaarden van mr. W.A.J.M. Staal, advocaat en mediator

Algemene voorwaarden van mr. W.A.J.M. Staal, advocaat en mediator Algemene voorwaarden van mr. W.A.J.M. Staal, advocaat en mediator Artikel 1 Algemeen Beutener Staal advocaten zijn twee zelfstandige advocatenkantoren: de eenmanszaak mr M.B.W.G. Beutener, gevestigd in

Nadere informatie

BELEIDSREGELS INZAKE DE UITVOERING VAN HOOFDSTUK 3 VAN DE VERORDENING OP DE ADVOCATUUR

BELEIDSREGELS INZAKE DE UITVOERING VAN HOOFDSTUK 3 VAN DE VERORDENING OP DE ADVOCATUUR BELEIDSREGELS INZAKE DE UITVOERING VAN HOOFDSTUK 3 VAN DE VERORDENING OP DE ADVOCATUUR Paragraaf 1. Goedkeuring stage en patroon Artikel 1 Aanvraag goedkeuring stage en patronaat 1. Een verzoek om goedkeuring

Nadere informatie

BESLUIT. 2. De d-g NMa heeft wegens de hiervoor genoemde overtreding aan bovengenoemde ondernemingen een boete opgelegd.

BESLUIT. 2. De d-g NMa heeft wegens de hiervoor genoemde overtreding aan bovengenoemde ondernemingen een boete opgelegd. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 4363-134 Betreft zaak: 4363 Dijkers & Pijl B.V. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit op de bezwaren gericht tegen

Nadere informatie

I. Algemeen 1. DijkmansBergJeths Advocaten (hierna: DBJ ) is de handelsnaam van DijkmansBergJeths Advocaten B.V. gevestigd te Eindhoven.

I. Algemeen 1. DijkmansBergJeths Advocaten (hierna: DBJ ) is de handelsnaam van DijkmansBergJeths Advocaten B.V. gevestigd te Eindhoven. Algemene Voorwaarden van DijkmansBergJeths Advocaten I. Algemeen 1. DijkmansBergJeths Advocaten (hierna: DBJ ) is de handelsnaam van DijkmansBergJeths Advocaten B.V. gevestigd te Eindhoven. 2. Deze Algemene

Nadere informatie

Algemene voorwaarden Corten & Schepers Advocaten. 1. Algemeen

Algemene voorwaarden Corten & Schepers Advocaten. 1. Algemeen Algemene voorwaarden Corten & Schepers Advocaten 1. Algemeen 1.1 Corten en Schepers Advocaten B.V. (hierna: het kantoor) is een naar Nederlands recht opgerichte besloten vennootschap die zich ten doelt

Nadere informatie

DAS Nederlandse Rechtsbijstand Verzekeringmaatschappij N.V., gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen Aangeslotene.

DAS Nederlandse Rechtsbijstand Verzekeringmaatschappij N.V., gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen Aangeslotene. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2014-287 d.d. 28 juli 2014 (mr. A.W.H. Vink, voorzitter, drs. W. Dullemond en mr. B.F. Keulen, leden en mr. I.M.L. Venker, secretaris) Samenvatting

Nadere informatie

Werkplan 2015 College van toezicht van de Nederlandse orde van advocaten

Werkplan 2015 College van toezicht van de Nederlandse orde van advocaten Werkplan 2015 College van toezicht van de Nederlandse orde van advocaten College van toezicht van de Nederlandse orde van advocaten Postbus 97862 2509 GH Den Haag 070 335 35 05 www.collegevantoezichtnova.nl

Nadere informatie

L ECLI:NL:TADRSHE:2015:144 RAAD VAN DISCIPLINE. Beslissing in de zaak onder nummer van: L

L ECLI:NL:TADRSHE:2015:144 RAAD VAN DISCIPLINE. Beslissing in de zaak onder nummer van: L L 38-2015 ECLI:NL:TADRSHE:2015:144 RAAD VAN DISCIPLINE Beslissing in de zaak onder nummer van: L 38-2015 Beslissing van 15 juni 2015 in de zaak L38-2015 naar aanleiding van het bezwaar van: deken tegen:

Nadere informatie

CR 12/2415 DE CENTRALE RAAD VAN TOEZICHT VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS O.G. EN VASTGOEDDESKUNDIGEN NVM.

CR 12/2415 DE CENTRALE RAAD VAN TOEZICHT VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS O.G. EN VASTGOEDDESKUNDIGEN NVM. CR 12/2415 DE CENTRALE RAAD VAN TOEZICHT VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS O.G. EN VASTGOEDDESKUNDIGEN NVM. Niet-ontvankelijkheid klager. Al eerder over feiten geoordeeld. Tijdsverloop van acht

Nadere informatie

Voorstellen om de administratieve lasten te verminderen en de uitvoerbaarheid van de Wet zorg en dwang te verbeteren

Voorstellen om de administratieve lasten te verminderen en de uitvoerbaarheid van de Wet zorg en dwang te verbeteren Bijlage 2 len om de administratieve lasten te verminderen en de uitvoerbaarheid van de Wet zorg en dwang te verbeteren Voorkom dat bij vrijwillige beperking van bewegingsvrijheid vijf deskundigen geraadpleegd

Nadere informatie

Datum 21 april 2017 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over de kwaliteit van dienstverlening door rechtsbijstandsverzekeraars

Datum 21 april 2017 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over de kwaliteit van dienstverlening door rechtsbijstandsverzekeraars 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

DIENSTVERLENINGSDOCUMENT - NOVEMBER 2012 - All Finance BV, dienstverleningsdocument september 2012 / Abonnementen

DIENSTVERLENINGSDOCUMENT - NOVEMBER 2012 - All Finance BV, dienstverleningsdocument september 2012 / Abonnementen DIENSTVERLENINGSDOCUMENT - NOVEMBER 2012 - Inleiding U oriënteert zich op de mogelijkheden van een advies over een financieel product, zoals bijvoorbeeld een hypothecaire geldlening, kapitaal- of lijfrenteverzekering,

Nadere informatie

Samenvatting. 1. Procesverloop. De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken:

Samenvatting. 1. Procesverloop. De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken: Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2019-620 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter, mr. dr. S.O.H. Bakkerus, mr. J.S.W. Holtrop, leden en mr. C.J.M. Veltmaat, secretaris) Klacht

Nadere informatie

Nederlandse Mededingingsautoriteit

Nederlandse Mededingingsautoriteit Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit naar aanleiding van een aanvraag tot beschikking in de zin van 56, lid 1, van de Mededingingswet.

Nadere informatie

Gelet op artikel 11, eerste lid van de Ziekenfondswet; De Raad van State gehoord (advies van.., nummer..); Hebben goedgevonden en verstaan:

Gelet op artikel 11, eerste lid van de Ziekenfondswet; De Raad van State gehoord (advies van.., nummer..); Hebben goedgevonden en verstaan: Besluit van houdende vaststelling van de wijze waarop de hoogte van de restitutie, bedoeld in artikel 11 van de Ziekenfondswet, wordt vastgesteld (Vergoedingsbesluit Ziekenfondswet) Op de voordracht van

Nadere informatie

De Commissie beslist met inachtneming van haar reglement en op basis van de volgende stukken:

De Commissie beslist met inachtneming van haar reglement en op basis van de volgende stukken: Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2012-151 d.d. 11 mei 2012 (mevrouw mr. E.M. Dil-Stork, voorzitter, mevrouw mr. A.M.T. Wigger en mevrouw. mr. J.W.M. Lenting, leden, met de heer

Nadere informatie

BESLUIT. 2. Bij brief van 21 oktober 2002 heeft P. Abegg tegen dit besluit bezwaar gemaakt.

BESLUIT. 2. Bij brief van 21 oktober 2002 heeft P. Abegg tegen dit besluit bezwaar gemaakt. Nederlandse Mededingingsautoriteit BESLUIT Nummer 2960/ 24 Betreft zaak: Abegg - CZ Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse Mededingingsautoriteit tot ongegrondverklaring van het tegen zijn

Nadere informatie

Beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Amsterdam van 10 april 2018 in de zaak /A/A naar aanleiding van de klacht van:

Beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Amsterdam van 10 april 2018 in de zaak /A/A naar aanleiding van de klacht van: Beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Amsterdam van 10 april 2018 in de zaak 17-826/A/A naar aanleiding van de klacht van: klager [ ] over: verweerder [ ] gemachtigde [ ] advocaat te Amsterdam

Nadere informatie

DIENSTVERLENINGSDOCUMENT

DIENSTVERLENINGSDOCUMENT DIENSTVERLENINGSDOCUMENT Wft nummer 12008346 Pagina 1 van 8 Geachte cliënt, U oriënteert zich op de mogelijkheden van een hypothecaire geldlening en/of diverse verzekeringen. Ons kantoor kan u hierbij

Nadere informatie

Gedragscode. Branchevereniging VvE Beheerders

Gedragscode. Branchevereniging VvE Beheerders Gedragscode Branchevereniging VvE Beheerders Inhoud 1. Inleiding... 3 2. BVVB Gedragscode 2.1 Communicatie. 3 2.1.1 Informatie.. 3 2.1.2 Geheimhouding 3 2.1.3 Acquisitie.. 3 2.1.4 BVVB. 4 2.2 Betrouwbaarheid

Nadere informatie

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties Den Haag, 21 april 2017 dossiernummer: 103601 uw kenmerk: telefoonnummer: +31 (0)70 335 35 61 e-mail: m.deregt@advocatenorde.nl Betreft: consultatie

Nadere informatie

VERSCHONINGSRECHT COHEN-ADVOCAAT

VERSCHONINGSRECHT COHEN-ADVOCAAT VERSCHONINGSRECHT COHEN-ADVOCAAT MR. M.M. (MAÏTE) OTTES, 28 MAART 2013 INHOUD Algemene beginselen Uitspraken HvJ EG, Akzo Nobel/Commissie, C-550/07 P Rechtbank Groningen, LJN: BV7149 Hoge Raad, LJN: BY6101

Nadere informatie

Het verschil tussen zorgplicht aanbieder en adviseur

Het verschil tussen zorgplicht aanbieder en adviseur Het verschil tussen zorgplicht aanbieder en adviseur Wat is de impact op een vonnis van een rechtbank als het gaat om zorgplicht van de adviseur en zorgplicht van de aanbieder? In hoeverre heeft deze uitspraak

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2009 222 Wet van 25 mei 2009 tot wijziging van de Advocatenwet en de Wet op het notarisambt in verband met het verruimen van de mogelijkheden tot

Nadere informatie

TUCHTRAAD FINANCIËLE DIENSTVERLENING (ASSURANTIËN) UITSPRAAK in de zaak nr. [nummer] mevrouw [naam klaagster], hierna te noemen klaagster,

TUCHTRAAD FINANCIËLE DIENSTVERLENING (ASSURANTIËN) UITSPRAAK in de zaak nr. [nummer] mevrouw [naam klaagster], hierna te noemen klaagster, TUCHTRAAD FINANCIËLE DIENSTVERLENING (ASSURANTIËN) UITSPRAAK 18-015 in de zaak nr. [nummer] ingediend door: met betrekking tot: mevrouw [naam klaagster], hierna te noemen klaagster, [naam aangeslotene

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den

Nadere informatie

Nederlandse Mededingingsautoriteit

Nederlandse Mededingingsautoriteit Nederlandse Mededingingsautoriteit Nummer 4468-52 Betreft zaak: 4468/ Joost Visser Aannemingsbedrijf B.V. en Visser en Kuyper Beheer B.V. Besluit van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 107 d.d. 7 juni 2010 (mr. P.A. Offers, voorzitter, mr. E.M. Dil Stork en mr. B.F.

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 107 d.d. 7 juni 2010 (mr. P.A. Offers, voorzitter, mr. E.M. Dil Stork en mr. B.F. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 107 d.d. 7 juni 2010 (mr. P.A. Offers, voorzitter, mr. E.M. Dil Stork en mr. B.F. Keulen) 1. Procedure De Commissie beslist met inachtneming

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2002 2003 28 740 Wijziging van de Algemene wet bestuursrecht, de Wet tarieven in burgerlijke zaken en enkele andere wetten ter verhoging van de opbrengst

Nadere informatie

ALGEMENE VOORWAARDEN

ALGEMENE VOORWAARDEN Artikel 1 Definities 1.1. In deze algemene voorwaarden worden de hiernavolgende termen in de navolgende betekenis gebruikt, tenzij uitdrukkelijk anders is aangegeven. 1.2. DIGI HR: DIGI HR. 1.3. Opdrachtgever:

Nadere informatie

Concurrentiebeding - werknemers

Concurrentiebeding - werknemers Concurrentiebeding - werknemers Wat is een concurrentiebeding? Een werkgever kan er groot belang bij hebben dat bepaalde werknemers niet bij een (directe) concurrent of als zelfstandige gaan werken. Dit

Nadere informatie

Noot onder Vzr. Rb. Amsterdam 25 november 2010, B (Nestlé/Mars)

Noot onder Vzr. Rb. Amsterdam 25 november 2010, B (Nestlé/Mars) De art. 6:193a e.v. BW, art. 6:194 BW en art. 6:194a BW Paul Geerts, Rijksuniversiteit Groningen Noot onder Vzr. Rb. Amsterdam 25 november 2010, B9 9243 (Nestlé/Mars) 1. In Vzr. Rb. Amsterdam 25 november

Nadere informatie

2.2 Pasveer Pensioenadvies behoudt zich het recht voor opdrachten zonder opgave van redenen te weigeren.

2.2 Pasveer Pensioenadvies behoudt zich het recht voor opdrachten zonder opgave van redenen te weigeren. ALGEMENE VOORWAARDEN VAN PASVEER PENSIOENADVIES 1. ALGEMEEN. 1.1 Deze algemene voorwaarden zijn van toepassing op overeenkomsten waarbij door Pasveer Pensioenadvies, verder ook opdrachtnemer te noemen,

Nadere informatie

BELEIDSREGELS INZAKE DE UITVOERING VAN DE STAGEVERORDENING 2012

BELEIDSREGELS INZAKE DE UITVOERING VAN DE STAGEVERORDENING 2012 BELEIDSREGELS INZAKE DE UITVOERING VAN DE STAGEVERORDENING 2012 Paragraaf 1. Goedkeuring stage en patroon Artikel 1 Aanvraag goedkeuring stage en patronaat 1. Een verzoek om goedkeuring van de stage en

Nadere informatie

BIJZONDERE VOORWAARDEN MOTORRIJTUIGENVERZEKERING VERHAALSRECHTSBIJSTAND VERSIE MEI 2006 ZEKER IS ZEKER

BIJZONDERE VOORWAARDEN MOTORRIJTUIGENVERZEKERING VERHAALSRECHTSBIJSTAND VERSIE MEI 2006 ZEKER IS ZEKER BIJZONDERE VOORWAARDEN MOTORRIJTUIGENVERZEKERING VERHAALSRECHTSBIJSTAND VERSIE MEI 2006 INHOUDSOPGAVE Deze bijzondere voorwaarden vormen één geheel met de algemene voorwaarden en de woordenlijst. Artikel

Nadere informatie