GGRK1 Tiensesteenweg

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "GGRK1 Tiensesteenweg"

Transcriptie

1 Onderzoek tot milieueffectrapportage Verzoek tot raadpleging Gemeentelijk Gebiedsgericht Ruimtelijk Uitvoeringsplan GGRK1 Tiensesteenweg Stad Leuven Laatste aanpassing : 11/03/2013

2 Initiatiefnemer: Stad Leuven Afdeling Ruimtelijk en Duurzaamheidsbeleid Prof. Van Overstraetenplein Leuven Contactpersoon: Wim Vandevorst wim.vandevorst@leuven.be 2

3 Inhoud 0. INLEIDING Afbakening RUP Doelstelling en aard van het plan REFERENTIESITUATIE Fysiek bestaande toestand: bespreking van de samenhangende deelgebieden Tiensesteenweg stad Tiensesteenweg voorstad Tiensesteenweg park Tiensesteenweg periferie De getuigenheuvel Bestaande verkeersstructuur Biologische waarderingskaart Bodemonderzoeken Watertoets: overstromings- en infiltratiegevoeligheid JURIDISCHE TOESTAND Gewestplan Bijzondere plannen van aanleg Ruimtelijke uitvoeringsplannen Verkavelingen Beschermde monumenten, stadsgezichten en landschappen Habitat- en vogelrichtlijn Waterwinningsgebieden Atlas der buurtwegen RELATIE MET DE RUIMTELIJKE STRUCTUURPLANNEN (RSV, RSVB EN RSL) Wonen Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV) en het stedelijk afbakeningsproces Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan Vlaams-Brabant (RSVB) Ruimtelijk Structuurplan Leuven (RSL) Verkeersstructuur RSV en RSVB RSL Groenstructuur en landschapsstructuur RSV en RSVB RSL Economische en centrumstructuur RSV en RSVB RSL Gebiedsgerichte bepalingen in het RSL Stadsdeel oostelijk heuvellandschap (RG p. 41, 11.1) Deelruimte Korbeek-Lo (RG p. 54, 11.4) De Hagelandse heuvels maken deel uit van een grotere geomorfologische eenheid FLANKERENDE BELEIDSPLANNEN EN STUDIES Mobiliteitsplan Leuven Erosiebestrijdingsplan Leuven Landschapsstudie: het stedelijk landschap Tiensesteenweg en omgeving

4 5. VERANTWOORDING VAN HET PLAN Concepten Ruimtelijke vertaling concepten Wonen Handel Open ruimte Merkwaardige panden en landschap Mobiliteit NULALTERNATIEF ALTERNATIEVEN VOOR HET PLAN MOTIVATIE SCREENING METHODOLOGIE SCREENING SCREENING BESLUIT MER-SCREENING

5 0. INLEIDING 0.1 A f b a k e ning RU P Figuur 1: Situering van het plangebied in Leuven Het plangebied situeert zich in het oostelijk stadsdeel van Leuven aan en rond de Tiensesteenweg. Het plangebied beslaat ongeveer 107 ha en wordt in grote lijnen begrensd door de Predikherenberg (noord), de oostelijke grens van het grondgebied Leuven, de Oude Baan (zuid) en de Tiensevest (west). 0.2 D o e l s t e l l i n g e n aard van het pl a n Binnen de woonkernen stelt het voorgenomen plan een bestendiging en verdere invulling van het woonweefsel met wonen en niet-woonfuncties op buurtniveau voorop. Daarnaast wil het RUP structuur brengen in de kleinhandelsactiviteiten aan de Tiensesteenweg. Buiten de woonkernen bezit het oostelijk stadsdeel een aantal belangrijke landschappelijke kwaliteiten en groenwaarden. Ontwikkelingen gekoppeld aan de Tiensesteenweg vormen echter een bedreiging voor deze kwaliteiten. Het doel van het RUP Tiensesteenweg is daarom ook de openruimtegebieden en het karakter van de verschillende wijken te vrijwaren door het vertalen van de ontwikkelingsperspectieven geformuleerd in het RSL en conclusies uit de landschapsstudie naar concrete stedenbouwkundige voorschriften. Het voorgenomen plan zal zich hoofdzakelijk beperken tot het vastleggen van bestemmingen en hieraan gekoppeld de bouwmogelijkheden, bouwvolumes en de inplanting/ontsluiting van gebouwen. Voor het uitzicht en de kwaliteit van de woningen wordt verwezen naar de algemene bouwverordening geldend voor het gehele grondgebied. 5

6 1. Referentiesituatie Figuur 2: Plan bestaande toestand, luchtfoto Figuur 3: Plan bestaande toestand Figuur 4: Onderdelen plangebied Binnen het plangebied voor de Tiensesteenweg kan een onderscheid gemaakt tussen de delen stad, voorstad, park en periferie. Grenzend aan de Tiensesteenweg de delen aanpalende wijken en de getuigenheuvel. Onder de aanpalende wijken wordt een onderscheid gemaakt tussen de stedelijke, voorstedelijke en suburbane wijken met elk een eigen identiteit, voorkomen en relatie met de steenweg. 1.1 F ysiek bes taande toestand: bespreking van d e s a m e n h an g e nde deelgebi e d en Tiensesteenweg stad Dit deel van de steenweg bezit geen dominant waardevol patrimonium maar wel een aantal mooie en karaktervolle objecten. Kenmerkend is de pandsgewijze verticale opbouw van dit deel. Van een echte stedelijke ruimte is echter geen sprake vanwege o.a. de korte lengte en het isolement door de vesten en de spoorweg. Ook de verblijfskwaliteit is gering door de continue verkeersstroom en de slechte oversteekbaarheid. Hoewel het traditionele winkelaanbod wat verschraald is (opduiken van nachtwinkels, isolement, ) blijft er toch een kwalitatieve basisvoorziening voorhanden (kapper, krantenwinkel, ). Daarnaast bevinden er zich in dit deel ook 4 grote kleinhandelszaken. De aanpalende woonwijken binnen dit segment van de steenweg wordt gekenmerkt door hoofdzakelijk kleine huisjes (met uitzondering van de A. Delaunoislaan) met smalle straatjes. Deze straatjes vormen min of meer een entiteit rond de Tiensesteenweg. Hun geringe omvang vormt een onvoldoende basis om een handelsapparaat van dagelijkse goederen (bakker, slager, ) aan de steenweg te ondersteunen Tiensesteenweg voorstad De spoorweg vormt het scharnier naar het volgende deel Tiensesteenweg voorstad. Deze scharnier vormt tevens een belangrijk knooppunt in het fietsverkeer vanuit Kessel-Lo naar Heverlee. Het knooppunt werd opgenomen in het ontwerp van Park Belle-Vue gelegen aan de Martelarenlaan. Het ontwerp voorziet een ongelijkvloerse kruising van het fietsverkeer met de Tiensesteenweg. Het patrimonium van het deel voorstad is waardevol. Het bestaat uit heel wat interessante woningen daterend uit het interbellum en later. Kerk en park vormen een herkenbare centrale plaats in dit deel. De verblijfskwaliteit blijft ook hier een knelpunt. De breedte van de Tiensesteenweg is in dit deel beperkt. Dit maakt de combinatie van de verschillende functies (doorstroming autoverkeer, busverkeer, parkeren en inrichting als verblijfsomgeving) niet evident. Momenteel staat de aanleg van het openbaar domein niet in het teken van de woonfunctie maar wel van de verkeersfunctie. Dit deel bevat heel wat lokale voorzieningen op wijkniveau: buurtwinkels (beenhouwer, krantenwinkel, ) en publieke voorzieningen (school, kerk, buurtpark, ). De Colruyt gelegen Tiensesteenweg 237 bedient zowel het lokale als het bovenlokale voorzieningenniveau. De aanpalende wijken van deze sectie van de steenweg zijn voornamelijk opgebouwd uit woningen van begin de 20ste eeuw. Vaak gaat het om kleinere arbeiderswoningen. Her en der worden nog hoevetjes aangetroffen (o.a. in Korbeek-Losestraat en IJzerenpoortstraat), restanten van de vroegere rurale activiteit. 6

7 Door haar grootte ondersteunt deze wijk de handelszaken met dagelijkse verbruiksgoederen langs de steenweg. De wijk wordt via voetgangersbruggen over de spoorweg ontsloten richting het zuidelijke deel van Leuven. Ter hoogte van Colruyt situeert zich het scharnier naar het deel Tiensesteenweg park. Op dit punt is de omschakeling van een voorstadstypologie met gesloten bebouwing naar een meer villa-architectuur in halfopen en open bebouwing merkbaar. De onderbreking van de continue bouwlijn ter hoogte van Colruyt biedt ook een panoramisch zicht op de laatste getuigenheuvel, de Predikherenberg Tiensesteenweg park Deze stadstoegang heeft een sterk groen karakter: ondanks de grotere bebouwingsdichtheid die wat verder voorkomt in het voorstedelijke gedeelte, is het groen tastbaar aanwezig. Tiensesteenweg park bestaat uit een villapark uit het interbellum met een absoluut dominant waardevol patrimonium. Het oorspronkelijk monofunctionele villapark vertoont vandaag aanzienlijke transformaties: huizen worden bijeengevoegd tot een grotere handelszaak, vrije beroepen nemen intrek in de grotere villa s, een grootschalige campusvorming van kantoren (Indicator), De aanpalende wijk aan dit deel van de steenweg wordt gekenmerkt door interessante architectuur uit het interbellum (K. Elisabethlaan en de Philipslaan), net als op de steenweg. De overige straten zijn voornamelijk volgebouwd met typische suburbane huizen. Het kasteel De Bunswyck en de Mol (voormalige afspanning langs de steenweg en tolhuis) zijn onmiskenbare getuigen van de geschiedenis van de steenweg en vormen belangrijke elementen in het landschap van de steenweg. Deze locatie wordt dan ook geselecteerd als scharnierpunt naar het deel Tiensesteenweg periferie. Deze scharnierplek is vandaag echter volledig gebanaliseerd. Het is een eiland tussen de grootschalige kleinhandel in de delen park en periferie en bezit geen enkele herbergzaamheid en verblijfskwaliteit Tiensesteenweg periferie De Tiensesteenweg draagt een belangrijke rol als verbindingsweg met de omliggende gemeenten. Door passage is dit deel van de Tiensesteenweg uitgegroeid tot een herkenbaar en sterk verdichte, handelslint. De aaneenschakeling van grotere handelsdozen domineert volledig het beeld. Samen met het deel op grondgebied Bierbeek vormt het Leuvense deel een concentratiegebied van grootschalige detailhandel. Op Leuvens grondgebied gaat het voornamelijk over specifieke detailhandel (keuken, verwarming, elektro, speelgoed, ). Deze grootschalige kleinhandelszaken hebben werden één voor één opgericht waardoor bijna elke zaak apart aansluit op de Tiensesteenweg. Een globaal ontsluitingsconcept voor de gehele zone ontbreekt. De bestaande toestand heeft echter een belangrijk effect op enerzijds de doorstroming op de Tiensesteenweg en anderzijds de veiligheid omwille van de vele kruisbewegingen tussen autoverkeer en zacht verkeer en autoverkeer onderling. De ruimtelijke kwaliteit van de parkings scoort vaak ondermaats doordat de parkings vaak integraal werden verhard en weinig aandacht werd geschonken aan de inrichting van de niet verharde delen. Waar vroeger de gemeenteschool zich bevond werd recent een nieuwe kleinhandelszaak opgericht. Een tiental huizen, waarin soms een kleine handelszaak is gevestigd, staat verloren tussen de hallen met industrieel karakter. Enkele bomen roepen een vage herinnering op aan het vroegere beeld van de steenweg. Tussen de kleinhandelszaken bevindt zich de kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen De getuigenheuvel Als relict van de zandbanken van de diestiaan-zee is de Loberg, samen met de Kesselberg, Roeselberg, de Ijzerenberg en de Keizersberg nog duidelijk, als getuigenheuvel, leesbaar in het Leuvense landschap. Deze 7

8 vormen een bijzondere troef voor de stad. De Lobergen, uitlopers van de Hagelandse heuvels, rollen als het ware tot aan de historische cuype van Leuven. De beboste heuvelflanken vormen een groene achtergrond. Deze zijn op verschillende plaatsen doorheen vensters langs de Tiensesteenweg waarneembaar. Er kunnen twee deelstructuren onderscheiden worden: het versnipperde agrarisch open landschap en de bosrijke zones en parken. Het landbouwgebied van de Trolieberg is een agrarisch open landschap waarvan sommige delen evolueren naar hobbylandschap en vertuining. Het landschap is opgebouwd uit een patchwork van voornamelijk weilanden op de hellingen en enkele akkerlandpercelen op de heuvelrug met hier en daar groene perceelsranden. Vele steilranden zijn in de loop van de laatste 100 jaar verdwenen. De overgebleven steilranden komen vooral nog voor in de beboste zones. Momenteel wordt het landschap nog beheerd door landbouwers. De bosrijke zones en parken bevinden zich hoofdzakelijk op de hellingen van de getuigenheuvel tot aan de Tiensesteenweg. Hier en daar komen binnen de bos- en parkcomplexen ingesloten weilanden voor. In de beboste zone komen slechts weinig oude veldwegen voor. Als restanten van de vroegere zandgroeven zijn er in het gebied wel enkele ontsluitingswegen die de groeven op de heuvelrug met de Tiensesteenweg verbinden. De bossen en parken bezitten vandaag een privaat karakter en zijn ontoegankelijk, waardoor de belevingswaarde laag is. Vermeldenswaardig binnen het plangebied zijn: - parkdomein de Bunswuyck met landhuis, momenteel restaurant/congresruimte en kantoren; - kloosterpark van de zusters Clarissen; - boszones rond grote privéwoningen (Maisin, Devisscher-Velse, Horvat, ); - wijkpark park Michotte, dit is het enige publiek toegankelijke park binnen het plangebied. 1.2 Bestaande verkeersstructuur De Tiensesteenweg en Meerdaalboslaan vormen belangrijke invalswegen naar Leuven. Om het sluipverkeer door de straten aantakkend op de Tiensesteenweg te beperken werd in een groot aantal straten eenrichtingsverkeer ingesteld (bv. Oude Baan richting Molstraat). De achterliggende wijken worden op deze manier aan de hand van een lussensysteem naar de steenweg ontsloten. Daarnaast werd op bepaalde kruispunten met de Tiensesteenweg een verplichte rechtsafbeweging ingesteld (bv. kruispunt met Philipslaan) of afgesloten voor gemotoriseerd verkeer (Pellenbergstraat). De Tiensesteenweg en omgeving wordt door 4 buslijnen bediend. Enkel de lijn 380 (Leuven-Tienen) maakt doorheen het plangebied volledig gebruik van de Tiensesteenweg. De overige 3 lijnen (lijn 7, 8 en 9) doen dit slechts deels. Op die manier worden de woonwijken gekoppeld aan de Oude Baan bediend. Tussen het kruispunt met de Elisabethlaan en de vesten volgen de 4 lijnen de Tiensesteenweg. Enkel de Tiensesteenweg is voorzien van zowel voet- als van fietspaden. Met uitzondering van één cluster van 3 kleinhandelszaken ten oosten van de Meerdaalboslaan, zijn de kleinhandelszaken gelegen aan de Tiensesteenweg alleenstaand en hebben ze een individuele ontsluiting op de steenweg. Dit heeft een ongunstig effect op de verkeersafwikkeling op de Tiensesteenweg. De wijken gelegen in het deel stad van de Tiensesteenweg (Bierbeekstraat, Pleinstraat, Klein-Rijselstraat, Korenstraat, ) zijn bij de politie en stadsdiensten gekend als wijken met een hoge parkeerdruk. Om hierop te kunnen inspelen geldt op de Tiensesteenweg geldt betalend parkeren (max. 2u) tot aan de Albert Stainierstraat. Dit geldt eveneens voor de Alfred Delaunoislaan en Bierbeekstraat. De Klein-Rijselstraat, Korenstraat en Boulevardstraat zijn aangeduid als blauwe zone. 8

9 1.3 Biologische w aarderingskaart Binnen het plangebied wordt op de biologische waarderingskaart park Michotte geselecteerd als complex van biologisch waardevolle en zeer waardevolle elementen en het openruimtegebied van de Predikherenberg als complex van biologisch minder waardevolle tot complex van waardevolle en zeer waardevolle elementen. De open ruimte gelegen ter hoogte van Tiensesteenweg 296 (tussen Tiensesteenweg en Oude Baan) wordt geselecteerd als complex van biologisch minder waardevolle en waardevolle elementen. Het westelijke talud van de spoorweggeul wordt beschouwd als biologisch zeer waardevol, het oostelijke talud als complex van biologisch waardevolle en zeer waardevolle elementen. Het talud aan de Meerdaalboslaan wordt beschouwd als biologisch waardevol. 1.4 Bodemonderzoeken Figuur 5: Bodemkaart Figuur 6: Bodemdossierinformatie OVAM (d.d. 15/02/2013) Een groot deel van het plangebied wordt op de bodemkaart van het Agentschap voor Geografische Informatie Vlaanderen (AGIV) aangeduid als antropogeen. Het openruimtegebied van de Predikherenberg is deels opgebouwd uit droog zand, deels uit vochtig en droge zandleem en deels uit vochtige klei. Ten westen van de Philipslaan bevindt zich een zone met vochtig zandleem. Een groot deel van de hellingen van de Predikherenberg en de zone rond de Philipslaan en de Meerdaalboslaan worden aangeduid als erosiegevoelig. In het westelijk deel van het plangebied zijn m.u.v. de spoorweggeul de bodems uitsluitend weinig gevoelig voor grondwaterstroming (type 3). De spoorweggeul is matig gevoelig voor grondwaterstroming (type 2). De bodem kent een antropogene samenstelling. In het oostelijk deel zijn delen aan de Oudebaan matig gevoelig voor grondwaterstroming (type 2). Bepaalde delen van de Predikherenberg, delen ter hoogte van de Philipslaan en Meerdaalboslaan en het oostelijke deel van het plangebied zijn zeer gevoelig voor grondwaterstroming (type 1). Informatie betreffende bodemonderzoeken is terug te vinden in afgeleverde bodemattesten. De bodemdossierinformatie van OVAM geeft aan dat er een reeks dossiers binnen het plangebied bij OVAM lopende zijn. In het advies van OVAM n.a.v. het verzoek tot raadpleging werd aangegeven dat er 16 dossiers m.b.t. bodemverontreiniging binnen het plangebied gekend zijn. 1.5 Watertoets: overstromings - en infiltratiegevoeligheid Figuur 7: Infiltratiegevoeligheid Figuur 8: Natuurlijk overstromingsgebied Figuur 9: Overstromingsgevoeligheid Figuur 10: Zoneringsplan VMM Er stromen geen gecategoriseerde waterlopen doorheen of grenzend aan het plangebied. Het westelijk deel van het plangebied is niet overstromingsgevoelig. Ten westen van de spoorweggeul is net zoals andere gebieden in de binnenstad infiltratiegevoelig. Het overgrote deel van het plangebied is niet van nature overstroombaar. In het oostelijk deel bevinden zich twee mogelijk overstromingsgevoelige gebieden : - ten oosten van het klooster van de Clarissen op de helling van de Predikherenberg; - de laatste strook (ongeveer 500m) van de Meerdaalboslaan aansluitend op de Tiensesteenweg. De zone ten westen van de Grensstraat (doorlopend naar de zuidzijde van de Tiensesteenweg), ter hoogte van De Kikker en ten westen van de Molstraat zijn overstroombaar door afspoelend hemelwater. Volgens de gegevens van het AGIV zijn de zones ten oosten van het klooster van de Clarissen op de helling van de Predikherenberg en ten westen van de Philipslaan overstroombaar vanuit een waterloop. 9

10 Het overgrote deel van het plangebied is volgens het Zoneringsplan van de VMM reeds aangesloten (centraal gebied) of zullen in de toekomst worden aangesloten (collectief te optimaliseren en slechts zeer beperkt individueel te optimaliseren gebied) op het rioleringsstelsel en rioolwaterzuiveringsinstallatie. De Meerdaalboslaan is voorzien van RWA. De stad Leuven voorziet op termijn een omschakeling naar een gescheiden stelsel voor de Koning Albertlaan, Pellenbergstraat en Oudebaan tussen Vlinderlaan en Vier Vaantjes. Het ruimtelijk uitvoeringsplan voorziet t.o.v. de bestaande toestand geen grootschalige nieuwe ontwikkelingen waardoor het bestaande rioleringsnet voldoet. 2. Juridische toestand 2.1 G e w e s t pl a n Figuur 11: Gewestplan Het grootste deel van het plangebied valt volgens het gewestplan Leuven, vastgesteld bij het KB van 7 april 1977, in woongebied. De zuidelijke flank van de Predikherenberg en park Michotte liggen in parkgebied. 2.2 B i j z ondere pl a nnen van aanl e g Figuur 12: BPA Binnen het plangebied vallen (delen van) de BPA s: - BPA H04bis Tivolistraat, goedgekeurd bij MB van 23/10/1950; - BPA K15 Tiensevest, goedgekeurd bij MB van 25/07/1969; - BPA L22 Westelijke Spoorweggeul + herziening, resp. goedgekeurd bij MB van 15/12/1997 en 10/01/2003; - BPA L28 Stationsoverkapping, goedgekeurd bij MB van 22/03/2001; - BPA K11-I Koetsweg (deel I), goedgekeurd bij MB van 09/12/ Ruimtelijke uitvoeringsplannen Figuur 13: Ruimtelijke uitvoeringsplannen Gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Aan het plangebied grenzen volgende gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen: - RUP GGR-K2 Martelarenlaan; - RUP ORGB1, Gebieden voor open ruimte met geïntegreerde bebouwing fase 1; - RUP Woonfragmenten. Gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Het departement RWO heeft een voorontwerp van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Afbakening van het regionaalstedelijk gebied Leuven opgemaakt. De plenaire vergadering vindt plaats op 25 februari Het plan-mer werd op 29 november 2012 door de dienst MER goedgekeurd. Het plangebied valt binnen de afbakeningslijn van het regionaalstedelijk gebied Leuven. Het gewestelijk RUP doet geen (specifieke) uitspraken over het plangebied Tiensesteenweg. 2.4 Verkavelingen Figuur 3: Plan bestaande toestand Binnen het plangebied bevinden zich volgende verkavelingen: HEV 061, HEV 379, KOR 010, KOR 045, KOR 007, KOR 047, KOR 018, KOR 006, KES 431, KES 187, KES 073, KES 048, KES 577, KES 366. De voorschriften van deze verkavelingen zijn overbodig geworden door de voorschriften van de algemene bouwverordening van de stad Leuven en/of de verkaveling reeds werd gerealiseerd. Het RUP heft bovenvermelde verkavelingen dan ook op. 10

11 2.5 Beschermde monumenten, stadsgezichten en landschappen Volgende gebouwen werden binnen het plangebied als monument beschermd: - Sint-Franciscuskerk, Tiensesteenweg, beschermd bij MB van 16/06/2009. Figuur 3: Plan bestaande toestand Er werden binnen of grenzend aan het plangebied geen elementen als stadsgezicht beschermd. De Inventaris van het Onroerend Erfgoed is nog niet beschikbaar voor Kessel-Lo, zodat de erfgoedwaarden nog niet formeel zijn geïnventariseerd. Het plangebied bevat geen (noch grenst het aan) relictzones, puntrelicten en ankerplaatsen opgenomen in de landschapsatlas. 2.6 Habitat- en vogelrichtlijn Figuur 14: Natura 2000 Het plangebied bevindt zich noch in een vogelrichtlijngebied, noch in een habitatrichtlijngebied. Het dichtst bijzijnde vogelrichtlijn- of habitatrichtlijngebied bevindt zich in vogelvlucht op ongeveer 0,5 km van het plangebied ter hoogte van de Molenbeekvallei (habitatrichtlijngebied). 2.7 Waterw inningsgebieden Figuur 15: Beschermingszone waterwinningsgebieden Volgens de Databank Ondergrond Vlaanderen bevinden er zich binnen het plangebied geen vergunde grondwaterwinningen. Binnen een straal van ongeveer 1 km rond het plangebied bevinden zich 4 vergunde grondwaterwinningen. Delen van het plangebied, hoofdzakelijk ten zuiden van de Tiensesteenweg, zijn gelegen binnen de beschermingszone type III. 2.8 Atlas der buurtw egen Figuur 3: Plan bestaande toestand Binnen het plangebied bevinden zich volgende buurt- en voetwegen opgenomen in de atlas der buurtwegen: - Pad nr Pad nr. 42bis - Pad nr

12 3. Relatie met de ruimtelijke structuurplannen ( R S V, R S V B e n R S L ) 3.1 W o n e n Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV) en het stedelijk afbakeningsproces Het ruimtelijk structuurplan Vlaanderen (RSV) zet de lijnen uit van een beleid gericht op een bundeling van bijkomende woongelegenheid in de stedelijke gebieden en de kernen van het buitengebied. Delen van de gemeente Leuven zullen opgenomen worden van het nog af te bakenen regionaalstedelijk gebied Leuven. Vanuit de doelstellingen voor bundeling van stedelijke functies in de woonkernen en stedelijke gebieden, worden voor de regionaalstedelijke gebieden taakstellingen gedefinieerd voor de realisatie van bijkomende wooneenheden binnen hun afbakeningslijn. In het kader van de uitvoering van het RSV is de afbakening van het regionaalstedelijk gebied lopende. De doelstellingen voor het regionaalstedelijk gebied Leuven zijn opgenomen in de eerste formele nota binnen dit proces, namelijk de nota voor publieke consultatie met het oog op de opstart van de plan-mer procedure voor het afbakeningsproces 1. In deze nota zijn de volgende doelstellingen, relevant voor de woonontwikkeling in Leuven, te vinden (p. 12). Bijkomende woningen komen in de eerste plaats binnen het bestaand woongebied, op terreinen die omgeven zijn door bestaand woongebied (zgn. inbreiding) en op sites die voorheen een andere bestemming hadden (reconversie). In een latere fase kunnen een aantal woonuitbreidingsgebieden geheel of gedeeltelijk ontwikkeld worden als woongebied: Roeselbergdal, Platte-Lostraat, Sint-Jansbergsesteenweg en Groenveld Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan Vlaams-Brabant (RSVB) De doelstellingen van het RSV om de bijkomende woningen prioritair te bundelen in de stedelijke gebieden en de kernen van het buitengebied, worden door het RSVB ondersteund. De provincie is niet bevoegd voor de selectie en afbakening van de groot- en regionaalstedelijke gebieden, waardoor de uitspraken over het regionaalstedelijke gebied Leuven beperkt zijn en onder voorbehoud worden gedaan. In het algemeen pleit het RSVB voor een verhoging van de dichtheid in de bestaande stedelijke woonkernen en de goed ontsloten geselecteerde buitengebiedkernen. Dit door inbreidingsprojecten, opdelingen van grote woningen, verhoging van het aantal bouwlagen en hergebruik van leegstaande gebouwen. Hierbij zal echter steeds aandacht besteed worden aan het verhogen van de kwaliteit van de woonomgeving; via kwalitatieve publieke ruimte, vermijden van verkrotting, aandacht voor het erfgoed, herwaarderen van stedelijke groenelementen, verhogen van de verkeersveiligheid. Het RSVB benadrukt de kansen van vernieuwende woontypologieën. Daarnaast wenst de provincie het sociaal woonbeleid (sociale huur- en koopwoningen) prioritair onder de aandacht te brengen. De provincie pleit voor gemengde projecten waar sociale huur- en koopwoningen gezamenlijk met andere woningen worden ontwikkeld Ruimtelijk Structuurplan Leuven (RSL) Figuur 16a-b: RSL, woonontwikkelingsgebieden en woonfragmenten In het RSL werden inzake wonen volgende uitdagingen geformuleerd: - De compacte stedelijke structuur behouden als troef voor Leuven als leefomgeving, door ontwikkelingen voornamelijk via inbreiding te realiseren; - Het voorzien van voldoende publiek groen met hoge belevingswaarde in de woonkernen; 1 Departement RWO Ruimtelijke Planning (2010), Plan-MER Gewestelijk RUP Afbakening Regionaalstedelijk Gebied Leuven, Nota voor Publieke Consultatie, april Provincie Vlaams-Brabant (2004), Ruimtelijk Structuurplan Vlaams-Brabant, 2.1 van het richtinggevend gedeelte (ruimtelijke principes voor de bebouwde omgeving), p. 223 ev 12

13 - De prijstoename van het vastgoed onder druk van de bevolkingsaangroei en de druk van de kamermarkt aanpakken door het tegengaan van omvorming van gezinswoningen naar kamers en door voldoende aanbod aan verschillende types woningen die best ruimtelijk verweven worden voorzien, met name: o grote gezinswoningen realiseren, tegen de markttendens in om steeds kleinere woningen aan te bieden; o woningen voor kleine gezinnen realiseren, inspelend op de tendens van gezinsverdunning; o in het bijzonder: wonen voor ouderen en zorgbehoevenden realiseren; o woningen voor passanten realiseren (die slechts enkele jaren in Leuven blijven plakken ); o o woongelegenheid voor studenten, bij voorkeur in grotere kamercomplexen; woningen voor gezinnen met een laag of gemiddeld inkomen realiseren: daar waar de lokale overheid zelf de gronden ter beschikking kan stellen of er een akkoord wordt bereikt met de private grondeigenaar, kan bijkomende sociale huisvesting worden ontwikkeld. Bij andere grote private projecten ziet de stad erop toe dat verschillende types en grootten van woningen worden aangeboden. Specifiek voor het plangebied worden Kessel-Lo en Korbeek-Lo in het RSL geselecteerd als woonkernen met resp. een gemiddelde stedelijke dichtheid en lage stedelijke dichtheid (Bestemming, inrichtingsprincipes en ontwikkelingsperspectieven, RG p. 100, 5.4.1). De Pellenbergstraat wordt geselecteerd als woonfragment (WF 20) (Bestemming, inrichtingsprincipes en ontwikkelingsperspectieven, RG p. 105, 5.4.3). Grafisch wordt de zone aan de Tiensesteenweg tussen park Maisin en De Mol eveneens als woonfragment geselecteerd. (RSL, fig. 2.08, nederzettingsstructuur). Een groot onbebouwd terrein met huidige gewestplanbestemming woongebied gelegen aan de Bierbeekstraat wordt geselecteerd als woonontwikkelingsgebied (WO 61) (Programmatie van het stedelijk woonontwikkelingsgebied, RG p. 125, 5.7) 3.2 V e r k e e r s s t ru c t u ur RSV en RSVB Het gewest en de provincie pleiten voor het selectief auto-arm maken van de stedelijke gebieden via een geschikt locatiebeleid, een gericht vergunningenbeleid in verband met parkeervoorzieningen, het stimuleren van zachte vervoersvormen, Er wordt gestreefd naar een duurzame mobiliteit vanuit een duurzame ruimtelijke ontwikkeling waarbij de economische, sociale en ecologische componenten ten volle onderkend worden. Door het versterken van alternatieven voor het wegverkeer (multimodaliteit) en de verbeterde verbinding van de modi (intermodaliteit) blijft de mobiliteit beheersbaar. In het bijzonder wenst de provincie de intermodaliteit tussen fiets en openbaar vervoer te versterken RSL Figuur 17a-b-c: RSL, wegcategorisering, bus- en fietsinfrastructuur In het RSL worden inzake de verkeersstructuur binnen het plangebied volgende selecties gemaakt: - Tiensesteenweg als regionale verbindingsweg en doortocht (definitie en ontwikkelingsperspectieven, RG p. 260 e.v., en 8.7.4) - Tiensesteenweg Elisabethlaan Oudebaan als tracé voor snelbus en tangentiële buslijn (definitie en ontwikkelingsperspectieven, RG p. 249, 8.5.3) - Tiensesteenweg, Korbeeklosestraat - Oudebaan en zijstraten als provinciale fietsroutes (RG p. 257, 8.6.1) De zone tussen Koningin Elisabethlaan en Tiensepoort wordt in het RSL geselecteerd als vrije busbaan (RG p. 263, 8.7.7). Het RSL geeft aan dat in de omgeving van de Korbeek-Losestraat en de Brugstraat zich een structureel parkeerprobleem stelt. De aanleg van collectieve bewonersparkings is wenselijk en moet op zijn haalbaarheid worden onderzocht. (RG p. 57, 11.4) 13

14 3.3 G r o e n s t ru c t u u r en l an d s chapsstructuur RSV en RSVB Het RSV stelt dat de stedelijke natuurelementen en randstedelijke groengebieden, omwille van hun belang voor de stedelijke leefbaarheid, moeten behouden en ontwikkeld worden. De randstedelijke gebieden binnen het stedelijk gebied komen in aanmerking voor de aanleg van bossen, uitbouw van parkgebieden en stedelijke groenprojecten. Vervolgens stelt het RSV dat de stedelijke landbouw een eigen karakter heeft en de nodige ontwikkelingsmogelijkheden moet behouden, rekening houdend met de draagkracht van het stedelijk gebied en de andere ontwikkelingsperspectieven voor de stedelijke gebieden. De provincie onderkent in haar structuurplan de verscheidenheid in vorm, functie en samenstelling van de openruimtefragmenten. Ze wenst hierop in te spelen door middel van een gedifferentieerd openruimtebeleid. De provincie wenst deze verschillende openruimtefragmenten onderling te verbinden via een fijnmazig netwerk en beoogt een openruimtegeheel bestaande uit verscheidene componenten. Vervolgens stelt de provincie dat in landbouwgebieden in de omgeving van de verstedelijkte gebieden het behoud van een open landschap zeer belangrijk is, en dat activiteiten die samenhangen met het stedelijk gebeuren, mogelijk zijn. Ze onderkent eveneens de belangrijke rol van de landbouw voor de vrijwaring van de open ruimte en het beheer ervan. Tenslotte wenst de provincie bijzondere geomorfologisch-landschappelijke reliëfelementen veilig te stellen en op te waarderen en ook de klassieke landschapspatronen te herstellen of in stand te houden RSL Figuur 18b-c: RSL, openruimtegebieden en multifunctionele assen In navolging van het RSV heeft het RSL een selectie gemaakt van de waardevolle openruimtegebieden. Binnen de selectie werd een categorisering vooropgesteld waaraan verschillende ontwikkelingsperspectieven werden gekoppeld. Binnen het plangebied resulteerde dit in volgende categorisering (RG p. 62, 4.5): - park Michotte (O13) en de bossen en parken op Predikherenberg (O27): gebied waar de natuurwaarde nevengeschikt is aan de gebruikswaarde, dit impliceert dat vanuit natuurontwikkeling randvoorwaarden opgelegd kunnen worden. - kloosterpark Clarissen (I22): gebied met geïntegreerde bebouwing, dit impliceert dat de mogelijkheden voor natuurontwikkeling in deze gebieden zullen onderzocht en toegepast worden, in zoverre ze de gebruikswaarde niet hypothekeren. De categorisering dient als basis bij de opmaak van een ruimtelijk uitvoeringsplan. Ook de waardevolle landschappelijke elementen werden geselecteerd en gecategoriseerd. Deze selectie zijn de elementen die volgens het RSL essentieel zijn voor het behoud van de landschappelijke kwaliteit binnen het plangebied. Met de selectie wordt de ruimtelijke samenhang van deze elementen beklemtoond en krijgen ze een waardering. Binnen het plangebied resulteerde dit in volgende categorisering (RG p. 309, 9.6): - omgeving Tiensesteenweg (VE20): vragend ensemble op schaal van het stadsdeel - Lobergen (BE15): beeldbepalend ensemble op schaal van de stad - spoorweggebied (VE40): vragend ensemble op schaal van de stad - zicht vanaf Meerdaalboslaan: zicht op schaal van het stadsdeel - villa s Tiensesteenweg: beeldbepalend fragment 3.4 E c o nomische en centrumstru c t u u r RSV en RSVB Binnen het RSV wordt Leuven geselecteerd als regionaal stedelijk gebied. Leuven maakt ook deel uit van het centraal stedelijk netwerk Antwerpen-Gent-Brussel-Leuven, ook wel de Vlaamse Ruit genoemd en komt prioritair in aanmerking om een deel van de toekomstige noden inzake economische ontwikkeling op te vangen. 14

15 De ontwikkelingsperspectieven voor stedelijke gebieden bevatten o.m. het versterken van de multifunctionaliteit (door verweving kan de sociale, economische en culturele slagkracht en dynamiek van het stedelijk gebied ten goede komen). Voor kleinhandelslinten en concentraties die structuurloos gegroeid zijn langs verkeerswegen is volgens het RSV een ruimtelijke herstructurering via inrichting van essentieel belang RSL Figuur 14a: RSL, openruimtegebieden en multifunctionele assen Het deel Tiensesteenweg tussen Tiensepoort en Grensstraat wordt in het RSL geselecteerd als multifunctioneel centrum (MC5). Dit deel komt namelijk vanwege de positie binnen de woonkern en de reeds aanwezige functies in aanmerking voor een multifunctionele ontwikkeling volgens de draagkracht van de woonkern (bestemming, inrichtingsprincipes en ontwikkelingsperspectieven, RG p. 172, ). De zone langs de Tiensesteenweg ten oosten van de Molstraat wordt als zone voor grootschalige detailhandel (D2) geselecteerd. Deze zone is één van de locaties die in het RSL weerhouden wordt voor de inplanting van grootschalige detailhandelszaken (ontwikkelingsperspectieven, RG p. 171, 6.4.9). 3.5 G e bi e d s g e ri chte b e p al i n g e n in het RSL Stadsdeel oostelijk heuvellandschap (RG p. 41, 11.1) Het RSL plaatst het behoud van de landschappelijke structuur gevormd door de afwisseling tussen heuvelruggen en valleien voorop. De aantasting van de geomorfologie door recente ontwikkelingen noodzaakt het behoud van de resterende kwaliteit. Volgens het RSL kan dit door opnieuw de geomorfologie sturend en grensstellend voor de ruimtelijke ontwikkelingen te laten werken. Om de open ruimte te vrijwaren moeten verdere woonontwikkelingen in drie kernen (Kessel-Lo, Korbeek-Lo en Beneden-Kessel) geconcentreerd worden. Tenslotte is volgens het RSL binnen dit stadsdeel vanuit de ruimtelijke inrichting een evenwicht tussen de centrumfunctie en de verkeersfunctie van de steenwegen nodig Deelruimte Korbeek-Lo (RG p. 54, 11.4) Visie - Tiensesteenweg als onderdeel van de woonkern Korbeek-Lo De Tiensesteenweg wordt als onderdeel van de woonkern Korbeek-Lo beschouwd. De woonfunctie (waar deze nog aanwezig is) is maatgevend voor de ruimtelijke ontwikkelingen. Evenmin mag de rol van de Tiensesteenweg als multifunctioneel centrum verder ondermijnd worden door de verkeersfunctie en de vestiging van baanwinkels. - Een krachtig beleid tegenover de vestiging van baanwinkels De aanwezigheid van baanwinkels, en in het bijzonder van distributie en grootschalige kleinhandel, is een ongewenste evolutie maar kan niet zomaar genegeerd worden. Omdat slechts weinig plaatsen in Leuven dezelfde karakteristieken kunnen bieden als de Tiensesteenweg, dienen er zich weinig mogelijkheden voor relocalisatie aan. Door de aanwezigheid van de handel te aanvaarden, kan een passend beleid de negatieve effecten minimaliseren. De functies mogen de concurrentiepositie van het commerciële centrum in de binnenstad niet ondermijnen en moeten een gepaste ruimtelijke aansluiting op de steenweg en de omgeving krijgen. - De Tiensesteenweg moet een drievoudige verkeersfunctie waarmaken Net als bij de Diestsesteenweg is de verkeersfunctie van de Tiensesteenweg drievoudig: de verbindingsfunctie op bovenlokaal niveau (van de buurgemeenten naar de stad en het hoofdwegennet); 15

16 de ontsluiting van de aanliggende woonwijken; het verlenen van toegang aan de aangrenzende functies. De verschillende functies moeten zo goed mogelijk georganiseerd worden, hoewel ze soms moeilijk verenigbaar zijn. Voor de regionale verbindingsfunctie voor openbaar vervoer en voor fietsers staat in het RSL de mogelijkheid van een alternatieve route ingeschreven. De lokale bediening voor bussen en fietsers moet evenwel op de Tiensesteenweg worden georganiseerd. Concepten Volgende concepten werden in het RSL opgenomen: - Grootschalige groene ruimten begrenzen de woonkern en de ontwikkelingen op de Tiensesteenweg Ontwikkelingsperspectieven: - Het verder bebouwen van de flanken van de Predikherenberg is niet wenselijk. De ontwikkelingen langs de noordzijde van de Tiensesteenweg worden gelimiteerd op basis van de mate waarin zij afbreuk doen aan het groen karakter van de hellingen van de Predikherenberg. - De Oudebaan als parallelle verbinding voor zacht verkeer en openbaar vervoer Ontwikkelingsperspectieven: (zie verkeersstructuur 8.5.4) - De Oudebaan wordt gereserveerd als route voor fietsverkeer en stedelijke en regionale snelbuslijnen. Autoverkeer is enkel nog mogelijk op het niveau van de lokale bediening. De fietsroute sluit aan op de brug tussen Tivolistraat en Brugstraat. - De Tiensesteenweg vormt de enige verzamelweg voor het ontsluitingsverkeer van de verschillende woonwijken. De verkeerscirculatie wordt zodanig aangepast dat doorgaand verkeer door de verschillende wijken van woonkern Korbeek-Lo (met inbegrip van de Oudebaan) niet langer mogelijk is. Het doorgaande autoverkeer moet op de Tiensesteenweg gehouden worden. Alternatieve sluiproutes moeten onmogelijk gemaakt worden. - In de omgeving van de Korbeek-Losestraat en de Brugstraat stelt zich een structureel parkeerprobleem. De aanleg van collectieve bewonersparkings is wenselijk en moet op zijn haalbaarheid worden onderzocht. - Multifunctionele centra langs de Tiensesteenweg Ontwikkelingsperspectieven: - Hoewel commerciële functies langs de hele steenweg mogelijk blijven, wordt een concentratie van stedelijke functies op bovenlokaal en op buurtniveau nagestreefd ter hoogte van Klein Rijsel en de Spaanse Kroon. In de gemeente Bierbeek vormt het huidige centrum van Korbeek-Lo een gelijkaardig multifunctioneel centrum. - Ter hoogte van de af te bakenen multifunctionele centra langs de Tiensesteenweg wordt de weg ingericht als doortocht. Er gaat meer aandacht naar de verblijfskwaliteit (o.a. voldoende ruimte voor voetgangers en fietsers) en de oversteekbaarheid. De verkeerssnelheid wordt aangepast. Er moeten de nodige kortparkeerplaatsen behouden blijven. - Inkapselen grootschalige ontwikkelingen langs de Tiensesteenweg, deelruimte Korbeek-Lo Ontwikkelingsperspectieven: - In de centrumstructuur, 6.4.9, worden een beperkt aantal grootschalige detailhandelszones aangeduid. De Tiensesteenweg is er één van. Buiten de afbakening (die later moet vastgelegd worden) zijn geen nieuwe grootschalige detailhandelszaken meer toegelaten. 16

17 - De huidige locatie van de cluster rond warenhuis Carrefour (grondgebied Bierbeek) wordt gesuggereerd als de oostelijke grens. De Molstraat wordt vastgelegd als westelijke begrenzing. - De organisatie en ontsluiting van bovenlokale projecten zijn uitsluitend gericht op de Tiensesteenweg en mogen niet interfereren met de woonkern. Het aantal inritten van op de steenweg wordt beperkt. - De ontwikkelingen worden gebufferd ten opzichte van de woonomgeving, waarbij een beperkt aantal doorgangen vanuit de woonkern voor voetgangers en fietsers gerealiseerd moeten worden. Bouwen in tweede en derde orde kan niet meer toegelaten worden. Er kunnen geen parkings of loskades voorkomen aan de zijde van de woonkern. Ook tussen de Meerdaalboslaan en de aangrenzende woonwijken moet een buffer gerespecteerd worden. - De bestaande grootschalige detailhandelszaken en bedrijven die buiten de zone gelegen zijn, worden als geïsoleerde functies beschouwd. - Binnen de afbakening wordt gestreefd naar een heroriëntatie van de commerciële activiteiten: van grootschalige detailhandel (met belangrijke verkeersattractie, concurrentieel met de multifunctionele centra en de binnenstad) naar gespecialiseerde detailhandel (met geringere verkeersattractie, complementair met de multifunctionele centra en de binnenstad). - De scharnierpunten op de steenweg stedenbouwkundig articuleren Ontwikkelingsperspectieven: - Een sterkere articulatie van overgang van de open ruimte naar de woonkern Korbeek-Lo is wenselijk (grondgebied Bierbeek). - De bebouwing langs de Tiensesteenweg ter hoogte van de Meerdaalboslaan moet een representatieve architectuur krijgen. - Langs de Tiensesteenweg is tussen de Martelarenlaan en de spoorweggeul een beperkte ontwikkeling mogelijk, met als doel de overgang tussen beide stadsdelen stedenbouwkundig te articuleren. Voorwaarde is dat deze bebouwing een hoogwaardige architectuur krijgt en aansluit op het park Belle Vue langs de Martelarenlaan. - Nieuwe projecten aan de Tiensepoort moeten de betekenis van deze plek als toegang tot de binnenstad ruimtelijk vertalen De Hagelandse heuvels maken deel uit van een grotere geomorfologische eenheid Visie - De bestaande landschappelijke kwaliteiten moeten bewaard of hersteld worden Verdere bebouwing op de heuvels en in de open valleien moet in de mate van het mogelijke vermeden worden om verdere teloorgang van de landschappelijke kwaliteit te voorkomen. De ruimtelijke inpassing in het landschap van de bestaande en nieuwe bebouwing moet maximaal worden nagestreefd. Dit kan door inrichtingsvoorschriften op te leggen aan de onbebouwde ruimte (bebouwing, vegetatie, verharding, afsluiting, ). De landschappelijke eigenheden (reliëf, vegetatie, open of gesloten landschappen, ) moeten worden gerespecteerd. - Natuurontwikkeling en landbouw als functies van de open ruimte In de lager gelegen valleigebieden en op de plateauvormige heuvelruggen komt nog relatief veel landbouw voor. Hierdoor wordt de landbouwer een belangrijke partner in het beheer van de open ruimte. 17

18 Concepten - Beboste heuvels en open valleien Ontwikkelingsperspectieven - De hellingen en de toppen van de heuvels moeten maximaal bebost blijven. Bijkomende ontbossing voor landbouw, voor bebouwing of voor tuinen moet zoveel mogelijk worden ingeperkt. - Ontboste percelen op de hellingen of op de toppen kunnen waar mogelijk herbebost worden met loofbomen. - Er mogen geen bijkomende verharde wegen worden aangelegd. - In de valleien wordt maximaal de landschappelijke continuïteit nagestreefd. Open zichten en kleine landschapselementen worden maximaal bewaard. Bebouwing in de open valleien moet worden voorkomen. - Netwerk van open ruimten en groencorridors Ontwikkelingsperspectieven (zie openruimtestructuur, 4.6 en figuur 2.05) - Predikherenberg (P21) wordt geselecteerd als één van de belangrijkste gebieden voor natuurontwikkeling. - Open ruimte stelt grenzen aan de kernen Ontwikkelingsperspectieven - Vanuit de kwaliteit van de open ruimte worden grenzen gesteld aan Holsbeek-Plein, Beneden- Kessel, Kessel-Lo en Korbeek-Lo. - De bestaande bebouwde fragmenten landschappelijk integreren Ontwikkelingsperspectieven - De woon- en bedrijvenfragmenten in de open ruimte worden geselecteerd en later afgebakend in een ruimtelijk uitvoeringsplan voor de nederzettingsstructuur en economische structuur. De bebouwing die buiten een woonkern of -fragment is gelegen wordt aangeduid als geïsoleerde bebouwing in een ruimtelijk uitvoeringsplan voor de open ruimte. - Minstens de bebouwing aan volgende straten zal tot een woonfragment behoren: Trolieberg en zijstraten (WF19) en Pellenbergstraat (WF20). Grafisch wordt de zone aan de Tiensesteenweg tussen park Maisin en De Mol eveneens als woonfragment geselecteerd. (zie figuur 2.08). - Voor de woonfragmenten gelegen aan de heuvelflanken kunnen wijzigingen van het reliëf en ontbossing omwille van de tuinaanleg niet toegelaten worden. - Publieke toegankelijkheid van de open ruimte verhogen Ontwikkelingsperspectieven - De open ruimte rond de woonkernen van het oostelijk stadsdeel wordt maximaal ontsloten door een recreatief netwerk van fiets- en wandelpaden. Dit netwerk sluit aan op de belangrijkste routes voor zacht verkeer binnen de betreffende kernen. Het provinciedomein Kessel-Lo, de Abdij van Vlierbeek en de Abdij van Park vormen belangrijke zwaartepunten in dit netwerk. - De toegankelijkheid van bossen en parken (Wimmershof, kloosterpark, ) moet worden verbeterd. Dat kan door gebieden te verwerven of overeenkomsten met de eigenaars af te sluiten. 18

19 4. Flankerende beleidsplannen en studies 4.1 Mobiliteitsplan Leuven Het mobiliteitsplan (2003) selecteerde de Tiensesteenweg als secundaire weg, type III. Op secundaire wegen type III gaat bijzondere prioriteit naar het fietsverkeer en de doorstroming van het openbaar vervoer. Met deze selectie als secundair III wou het mobiliteitsplan de nadruk voor het openbaar vervoer en de fiets aangeven. De secundaire wegen type III behoudden in het mobiliteitsplan evenwel naast de prioriteit voor openbaar vervoer en fiets ook een functie voor het autoverkeer (ze kunnen niet verkeersvrij gemaakt worden). Daarnaast stelde het mobiliteitsplan binnen het plangebied een aantal acties voor die het sluipverkeer onder andere tussen de Tiense- en Diestsesteenweg moet ontmoedigen. Een aantal acties werden reeds gerealiseerd. In afwachting van een goedkeuring van de uitwerkingsnota beschikt Leuven niet over een conform mobiliteitsplan. 4.2 Erosiebestrijdingsplan Leuven Figuur 19: Erosiebestrijdingsplan Leuven, bijgestuurde oplossingsscenario s Het erosiebestrijdingplan reikt voor de stad Leuven een plan aan waarin de probleemstelling van bodemerosie en de eventueel daarmee gepaard gaande modderoverlast, de prioritaire probleempunten en de brongerichte aanpak ervan, worden beschreven. Het plan werd opgesteld conform de Code van goede praktijk voor het opmaken van een gemeentelijk erosiebestrijdingplan. Dit betekent dat het voorliggend plan een integrale aanpak nastreeft, raakvlakken vertoont met verschillende beleidsdomeinen en rekening houdt met de verschillende doelgroepen. In het erosiebestrijdingsplan werden op basis van een knelpuntenanalyse per gebied een oplossingsscenario uitgewerkt. Het plan is momenteel in uitvoer waarbij de prioritaire gebieden eerst worden aangepakt. Binnen of grenzend aan het plangebied werden de gebieden Loberg en Paters Oblaten weerhouden als knelpuntgebied. Voor beide knelpuntgebieden worden teelttechnische maatregelen groep A vooropgesteld. Deze maatregelen omvatten onder andere het toepassen van niet-kerende bodembewerking en directzaai. 4.3 Landschapsstudie: het stedelijk landschap Tiensesteenw eg en omgeving Ter voorbereiding van voorliggend ruimtelijk uitvoeringsplan heeft de stad Leuven een landschapsstudie uitbesteed. Deze studie onderzoekt de voorwaarden, in te bouwen in het gebiedsgericht RUP Tiensesteenweg vanuit de landschappelijke kwaliteiten en problemen in dit gebied. De bebouwing aan de steenweg, met haar interbellumarchitectuur, heeft in deze studie veel aandacht gekregen. Hetzelfde geldt voor de open ruimte van de Predikherenberg met haar kasteel- en kloosterparken, jachtgebieden bij buitenverblijven, De resultaten van de studie werden waar mogelijk in het ruimtelijk uitvoeringsplan overgenomen. 19

20 5. Verantwoording van het plan 5.1 Concepten Vanuit het RSL en de landschapsstudie worden volgende concepten vooropgesteld: Afwisseling bebouwde en open ruimte scherp stellen De Tiensesteenweg wordt gekenmerkt door een afwisseling van dicht bebouwde delen, minder dicht bebouwde delen en zones waar de open ruimte tot aan de Tiensesteenweg reikt. Via een afbakening van de bebouwde zones en de zones met open ruimte worden ze scherpgesteld. Clusteren van handel en wonen Met het clusteren van handel enerzijds en het wonen anderzijds wordt duidelijk gesteld waar wonen de voorkeur geniet op handel en omgekeerd. Ontwikkelingsgebieden ter versterking van wijkkarakter Via het selecteren van een aantal ontwikkelingsgebieden kan het typische karakter van een wijk versterkt worden. Beschermen en versterken landschap Tiensesteenweg Enkele zeer kenmerkende onderdelen van het landschap van de Tiensesteenweg worden beschermd, enerzijds via bestemming per zone, anderzijds via pandsgewijze selectie. Mede door het beschermen ervan zal het landschap eveneens versterkt worden. Grootschalige detailhandel in een eenduidige verkeersstructuur en groene omgeving Via een afbakening van een zone voor grootschalige detailhandel en de bepalingen inzake inrichting en ontsluiting wordt een evolutie naar een kwalitatieve detailhandelszone nagestreefd. Een netwerk van zacht verkeer tussen groene spots Verbindingen voor zacht verkeer maken de verbinding tussen verschillende parkzones en openruimtegebieden. Het netwerk bestaat enerzijds uit bestaande fiets- en wandelpaden, anderzijds uit nieuwe die een reeks missing links invullen. 5.2 Ruimtelijke vertaling concepten Wonen Figuur 33: Grafisch plan RUP - concept Figuur 20: Afbakening projectzones Figuur 21: Inrichtingsplan projectzone 1: scenario woonontwikkeling Figuur 22: Inrichtingsplan projectzone2 Figuur 23: Inrichtingsplan projectzone 3 Algemeen Het overgrote deel van de bestaande woningen valt volgens het RUP binnen een zone voor wonen (RUP, zone voor wonen 1). Voor de delen binnen de huidige gewestplanbestemming woongebied blijven de bepalingen van de algemene bouwverordening van toepassing. Voor de delen in de huidige situatie vallend binnen een BPA dat met dit RUP wordt opgeheven, zullen de bepalingen van de algemene bouwverordening van toepassing worden. Voor bepaalde zones aan de Tiensesteenweg worden specifieke bepalingen opgenomen. Zo worden centraal in het plangebied de nodige bepalingen opgenomen ter bescherming en versterking van het villawijkkarakter 20

21 (RUP, zone voor wonen 2). Voor de woonzones gelegen aan de Meerdaalboslaan worden, gezien de minder goede ontsluitingsmogelijkheden, specifieke bepalingen naar bestemming en ontsluiting opgelegd (RUP, zone voor wonen 1). De zones geselecteerd in het RSL als woonfragment aan Tiensesteenweg en Pellenbergstraat vallen in het RUP beide binnen een zone waar enkel bebouwing in lage dichtheid mogelijk is, aandacht gaat naar de onbebouwde ruimte en beperkingen naar functies worden opgelegd (RUP, zone voor wonen 3). Tenslotte selecteert het RUP een aantal gebieden als zone voor gemeenschapsvoorzieningen (zone voor gemeenschapsvoorzieningen 2, 3 en 4). Hierbinnen vallen twee scholen en de parochiekerk. Er wordt ook een nieuwe site gereserveerd voor gemeenschapsvoorzieningen (zone voor gemeenschapsvoorzieningen 1). Deze vier sites concentreren zich centraal binnen de woonkern en liggen aan het park Michotte waardoor een interactie tussen de gemeenschapsvoorziening en het park mogelijk is. Deze sites zullen kernversterkend werken. Projectzones Daarnaast worden in navolging van het RSL voor het woonontwikkelingsgebied gelegen aan de Bierbeekstraat de nodige randvoorwaarden in het RUP opgenomen (projectzone 1). Het RUP voorziet twee ontwikkelingsscenario s. Enerzijds een scenario waarbij de site voor wonen kan ontwikkeld worden. In het binnengebied kunnen tussen 25 en 45 woningen met tuin, met twee à drie bouwlagen, dus afgestemd op het bestaande woonweefsel, gerealiseerd worden. Het gebied kan gefaseerd ontwikkeld worden. Het parkeren dient hierbij ondergronds. Op het aantal ondergrondse parkeerplaatsen bepaald door de verordening die het parkeren regelt moet een surplus voorzien worden als compensatie van de huidige bovengrondse parkeerplaatsen. Gezien de hoge parkeerdruk in deze buurt voorziet het RUP ook een tweede scenario waarbij de site verder ingevuld kan worden met bovengronds parkeren. Het RUP bevat een aantal bepalingen die voor dit scenario de nodige kwaliteiten garanderen (groen karakter, aansluiting bij bestaande woningen, kwalitatieve constructies, ). In navolging van het RSL wil het RUP vervolgens aan de hand van een uitdoofbeleid voor de aanwezige grootschalige kleinhandel binnen projectzone 3 een omvorming naar wonen bewerkstelligen. Het RSL stelt namelijk dat grootschalige kleinhandel ten oosten van Molstraat dient gesitueerd. De belasting en ontsluitingmoeilijkheden van en op de Tiensesteenweg enerzijds en de ligging binnen een waardevolle interbellumwijk anderzijds, pleiten namelijk voor een herontwikkeling van de site naar wonen afgestemd op de bestaande structuur van de omliggende wijk. Het parkeren zal bij meergezinswoningen grotendeels ondergronds worden gebracht. De uitbreidingsmogelijkheden van de bestaande activiteiten worden beperkt. De bestaande (niet-woon) activiteiten kunnen blijven bestaan tot de opstart van een nieuw (woon)project Handel Algemeen In navolging van het RSL wordt getracht de kleinhandelsactiviteiten ruimtelijk te ordenen. De zone tussen Tiensepoort en Grensstraat wordt in het RSL geselecteerd als multifunctioneel centrum. In het RUP wordt handel, indien rekening houdend met de draagkracht van de buurt, dan ook niet uitgesloten. Binnen de zone niet geselecteerd als multifunctioneel centrum, tussen Grensstraat en Molstraat wordt wél gefocust op wonen en worden mogelijkheden voor niet-woonbestemmingen beperkt en handel uitgesloten. Omwille van de moeilijke ontsluiting vanwege de ligging ten opzichte van het kruispunt wordt de zone tussen Molstraat en Meerdaalboslaan, afwijkend van het RSL, hierin ook meegenomen. Zo wordt bijvoorbeeld in het RUP aan de site binnen projectzone 3 een uitdoofbeleid voor de grootschalige kleinhandel en een herontwikkeling naar wonen, passend binnen de specifieke context, vooropgesteld. Tegelijkertijd wordt, in navolging van de selectie als zone voor grootschalige detailhandel in het RSL, in het deel van de Tiensesteenweg, zijde Korbeek-Lo, dat nu een belangrijk centrum van grootschalige kleinhandel vormt, op termijn een omschakeling van wonen naar commerciële activiteiten voorzien (RUP, zone voor grootschalige detailhandel). Om te garanderen dat deze zone wordt ingevuld met grootschalige detailhandel moet nieuwe detailhandel een oppervlakte bezitten van minimaal 750 m² en maximaal m². 21

22 Projectzones Tenslotte kan de grootschalige kleinhandel gelegen binnen projectzone 2 gezien haar buurtondersteunend karakter behouden en uitgebreid worden. Om te vermijden dat de projectzone zou ingevuld worden met een cluster van grootschalige kleinhandel (zoals in de bestaande toestand binnen projectzone 3) bepaalt het RUP dat er binnen de zone slechts één grootschalige handelsfunctie is toegelaten en wordt een maximale oppervlakte opgelegd. Bij uitbreiding, nieuwbouw of herbouw dient voldoende rekening gehouden te worden met de ruimtelijke inpassing van het hoofdvolume, ingroening van de parking en bijhorende constructies, waaronder reclamepanelen Open ruimte In navolging van het RSL bestemt het RUP het kloosterpark Clarissen tot open ruimte gebied met geïntegreerde bebouwing (RUP, zone voor open ruimte met geïntegreerde bebouwing 2). Hierbinnen krijgt de bestaande bebouwing nog beperkte uitbreidings- en herbestemmingmogelijkheden maar de omliggende open ruimte wordt beschermd. Aan de selectie van het RSL betreffende de open ruimte gebieden met geïntegreerde bebouwing worden in dit RUP eveneens het kasteelpark Maisin (RUP, zone voor open ruimte met geïntegreerde bebouwing 1) en de site van Bunswuyck en De Mol toegevoegd (RUP, zone voor open ruimte met geïntegreerde bebouwing 3). Op die manier wordt vermeden dat de flanken van de Predikherenberg verder bebouwd zullen worden. Een deel van het huidige park Michotte ligt binnen de gewestplanbestemming wonen. Om deze feitelijke situatie te bestendigen wordt, in navolging van het RSL, in het RUP een herbestemming naar parkgebied doorgevoerd (RUP, zone voor park 2). Tenslotte worden de hellingen van de predikherenberg, volgens gewestplan agrarisch gebied en in RSL geselecteerd als gebied waar natuurwaarde nevengeschikt is aan de gebruikswaarde, herbestemd naar gemengd open ruimte gebied (RUP, zone voor gemengde open ruimte). Hierbinnen blijven onder andere agrarische activiteiten mogelijk Merkwaardige panden en landschap Zowel binnen de zone voor wonen 1 (overgrote deel van het RUP) als de zone voor wonen 2 (interbellumwijk) worden in het RUP maatregelen genomen om de erfgoedwaarden te beschermen. Enerzijds door het specifiek aanduiden van waardevolle panden. Deze selectie gebeurde door de adviseur monumentenbeleid van de stad Leuven na een evaluatie van de beoordeling gemaakt in het kader van de landschapsstudie voor de Tiensesteenweg. Het RUP bepaalt dat de meest waardevolle panden dienen behouden. Daarnaast mogen ingrepen geen afbreuk doen aan de kenmerkende architecturale eigenschappen. Anderzijds worden in het RUP kwalitatieve bepalingen opgenomen die structuur en typologie van de Tiensesteenweg beschermen. In de deelgebieden stad en voorstad dient bij samenvoeging van woningen of vervangbouw rekening gehouden met de schaal en korrelgrootte van de omgeving met het oog op een harmonieuze inpassing van de gevels. De landschapsstudie schreef de villawijk eveneens een belangrijke waarde toe. Voor het deelgebied park worden dan ook, in navolging van het RSL, bepalingen in het RUP opgenomen die de bestendiging en verdere ontwikkeling van/binnen dit specifieke wijkkarakter garanderen (minimale perceelsoppervlaktes, lage bebouwingscoëfficiënt, typologie, ). Met de bepalingen van het RUP wordt bijgevolg ook tegemoet aan de selectie van de Tiensesteenweg binnen het RSL als vragend ensemble. 22

23 5.2.5 Mobiliteit In het RUP worden een aantal zacht verkeerverbindingen voorzien die het zacht verkeernetwerk binnen het plangebied vervolledigen. Op die manier kan er op termijn een west-oost-route die park Michotte via het project Green Gardens doorheen kasteelpark Maisin naar de Lemingberg ontstaan. Dwars hierop worden een aantal verbindingen met de Tiensesteenweg voorzien ter hoogte van park Michotte, Colruyt en doorheen het kloosterpark Clarissen. Door het clusteren van commerciële autogerichte ontwikkelingen via het vastleggen van bestemmingen in het RUP wordt het uitwaaieren van sterk verkeersgenererende activiteiten tegen gegaan. Het clusteren van grootschalige detailhandel zal de doorstroming op de Tiensesteenweg ten goede komen. Om de doorstroming op de Tiensesteenweg bijkomend te verbeteren wordt in het RUP bij aanleg of heraanleg van parkeerplaatsen opgelegd dat de inrichting van de onbebouwde ruimte een (eventueel latere) gemeenschappelijke ontsluiting voor clusters van handelszaken niet mag hypothekeren. Tenslotte sluit het RUP de doelstellingen van het RSL inzake mobiliteit niet uit. 6. Nulalternatief Zonder het RUP Tiensesteenweg worden de ontwikkelingsperspectieven van het plangebied bepaald door de aanwezige BPA s, het gewestplan en de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. Het overgrote deel van de percelen gelegen aan een uitgeruste weg en binnen een bebouwbare gewestplan- of BPA-zone zijn reeds bebouwd. Binnen de zone voor woongebied volgens het gewestplan vormt inzake mogelijke functies quasi enkel de toets van de goede ruimtelijke ordening het toetsingskader. Dit wil zeggen dat in theorie iedere locatie in aanmerking kan komen voor het vestigen van een handelsfunctie. Het verder verspreid ontwikkelen van grootschalige handelsfuncties geënt op de steenweg valt dus niet uit te sluiten. Dit heeft zijn effect op de verkeersafwikkeling op de Tiensesteenweg. De percelen die volgens het gewestplan en de BPA s nog niet bebouwd maar wel bebouwbaar zijn, kunnen verder ingevuld. Ook het op termijn publiek toegankelijk maken van parkgebieden, het vastleggen van zachtverkeer verbindingen, het verankeren van gemeenschapsfuncties, een duidelijk juridisch kader scheppen voor bepaalde zonevreemde constructies, enz. zal in het nulalternatief ruimtelijk niet vastgelegd worden. 7. Alternatieven voor het plan Voorliggend RUP geeft uitvoering aan een hele reeks doelstellingen geformuleerd in het RSL. De relatie van het plan met het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan werd reeds eerder in deze screening toegelicht. Bij de opmaak van het RSL werden reeds verschillende alternatieven tegen elkaar afgewogen. Er werden in kader van dit planningsproces dan ook geen alternatieven onderzocht. Bij de bespreking van mogelijke effecten vindt wel een toetsing plaats t.a.v. het nulalternatief. Hierin wordt het scenario geschetst van de ontwikkeling van het gebied bij het uitblijven van het planningsinitiatief. Dit komt neer op het verder invullen binnen het gewestplan en de voorschriften van BPA s. 23

24 8. Motivatie screening Nieuwe ontwikkelingen die een project uit bijlage I (overeenkomstig artikel , 1, MB 10/12/04) inhouden, worden in het RUP uitgesloten. Een toetsing aan de criteria van bijlage I is dan ook overbodig. De voorliggende plannen die als basis dienen voor de opmaak van het RUP vallen ook niet onder de criteria van bijlage II (overeenkomstig artikel , 1, MB 10/12/04) en in het bijzonder ook niet onder de criteria voor stadsontwikkelingsprojecten van deze bijlage: 1) De woonontwikkeling ligt ruimschoots onder de grens van woongelegenheden 2) De brutovloeroppervlakte van de handelsfunctie die wordt toegelaten ligt onder de grens van 5.000m² 3) De verkeersgenererende werking is lager dan personenauto-equivalenten per tijdsblok van 2 uur. Het RUP vormt een kader voor de toekenning van een vergunning voor een project opgesomd in bijlage I of bijlage II van het project-m.e.r.-besluit van 10 december 2004, of voor een project opgesomd in de bijlage bij Omzendbrief LNE 2011/1-22 juli 2011, namelijk voor de rubriek 10 (infrastructuurprojecten stadsontwikkelingsprojecten) van bijlage bij omzendbrief 2011/1. Zoals reeds aangehaald bestendigt het RUP enerzijds de bestaande situatie. Het RUP bepaalt daarnaast echter het gebruik van enkele gebieden op lokaal niveau of houdt een beperkte wijziging in ten opzichte van het huidige juridisch kader (in navolging van het RSL), en is dus screeningsgerechtigd. In de buurt van en binnen het plangebied bevindt zich geen habitat- of vogelrichtlijngebied, zodat er geen passende beoordeling vereist is. Gezien de aard en de reikwijdte van de milieueffecten van het voorgenomen plan worden er, mede door de afstand, geen directe of indirecte betekenisvolle effecten verwacht op de speciale beschermingszones, waardoor voor dit RUP geen passende beoordeling vereist is. Uit bovenstaande kan besloten worden dat het plan niet van rechtswege plan-mer-plichtig is, waardoor het plan aan een screening naar aanzienlijke milieueffecten dient onderworpen te worden. 9. Methodologie screening Per milieudiscipline wordt een kwalitatieve beschrijving en beoordeling gemaakt van de effecten van het voorgenomen plan gebaseerd op basis van gegevens van de stad Leuven en deze te vinden op de websites van de Vlaamse Overheid. Waar mogelijk worden milderende maatregelen vooropgesteld. 24

25 10. Screening Grens- of gewestgrensoverschrijdende effecten Er worden geen grens- of gewestgrensoverschrijdende effecten verwacht ten gevolge van voorgenomen plan. Fauna en flora Figuur 24: Biologische waarderingskaart Biologische waarderingskaart Voor de zones die op de biologische waarderingskaart als waardevol worden beschouwd vallen volgens het gewestplan voor een overgroot deel binnen de bestemming parkgebied. Het RUP neemt deze openruimtebestemming van het gewestplan over door een herbestemming naar parkgebied, gebieden voor open ruimte met geïntegreerde bebouwing of openruimtegebied. Bij elk van deze bestemmingen vormt de bescherming van de landschappelijke en natuurwaarden het uitgangspunt. De RUP-voorschriften houden onder andere een beperking van de bebouwingsmogelijkheden, verhardingen, in en stellen dus duidelijk wat wel en wat niet kan. Effecten ten gevolge van voorliggend plan zijn dus voor deze zones eerder positief. Het aandeel van de zones aangeduid als biologisch waardevol maar waarvoor geen openruimtebestemming wordt voorzien, is zeer beperkt. In de meeste gevallen geldt hiervoor de algemene bouwverordening waarin reeds beperkingen ten aanzien van verhardingen staan opgenomen. Effecten ten gevolge van voorliggend plan zullen dan ook beperkt zijn. Ecosysteemkwetsbaarheid Figuur 25: Ecosysteemkwetsbaarheid: ecotoopverlies Figuur 26: Ecosysteemkwetsbaarheid: verzuring Figuur 27: Ecosysteemkwetsbaarheid: verdroging Figuur 28: Ecosysteemkwetsbaarheid: eutrofiëring Een groot deel van het plangebied is niet kwetsbaar voor eutrofiëring, ecotoopverlies, verzuring of verdroging. Effecten binnen deze zones tengevolge van voorliggend plan zullen dan ook beperkt zijn. Volgende gebieden zijn (weinig) kwetsbaar: De zone tussen de Grensstraat en de Overwinningstraat (weinig kwetsbaar voor eutrofiëring, kwetsbaar voor ecotoopverlies) is in haar bestaande toestand reeds grotendeels bebouwd en deels verhard. Het ruimtelijk uitvoeringsplan verandert de bestemming (woongebied) voor deze zone niet. Effecten binnen deze zones tengevolge van voorliggend plan zullen dan ook beperkt zijn. Binnen de zone met gewestplanbestemming parkgebied (kwetsbaar voor verzuring, ecotoopverlies en eutrofiëring en weinig tot niet kwetsbaar voor verdroging) voorziet het ruimtelijk uitvoeringsplan zoals reeds vermeld een bestemming die uitgaat van de bescherming van de landschappelijke en natuurwaarden. Effecten binnen deze zones tengevolge van voorliggend plan zullen dan ook eerder positief zijn. Een beperkt deel van Tiensesteenwegnl. nrs Dit deel wordt herbestemd naar zone voor wonen. Deze zone is echter reeds bebouwd en het RUP voorziet bijgevolg een consolidatie van de bestaande toestand waardoor het effect beperkt zal zijn. Park Michotte (weinig kwetsbaar voor verdroging en kwetsbaar voor verzuring, ecotoopverlies en eutrofiëring) wordt in het ruimtelijk uitvoeringsplan behouden als parkgebied (en zelfs beperkt uitgebreid). Effecten binnen deze zones tengevolge van voorliggend plan zullen dan ook eerder positief zijn. 25

26 Een deel van projectzone 3 van het ruimtelijk uitvoeringsplan en aangrenzende zone ter hoogte van de Bierbeekstraat samen met het kerkhof is aangeduid als weinig kwetsbaar voor verzuring, ecotoopverlies, verdroging of eutrofiëring. In de bestaande toestand is deze zone grotendeels verhard en/of bebouwd. Het niet bebouwde deel bestaat hoofdzakelijk uit grasvelden. Binnen de huidige gewestplanbestemming (woongebied) kan deze ruimte reeds worden bebouwd. Het ruimtelijk uitvoeringsplan voert hierin geen wijziging. Via het definiëren van specifieke bepalingen voor een ontwikkeling verfijnt het RUP wel de bepalingen van het gewestplan. Deze omvatten bepalingen naar bouwvolume, verharding, aantal woningen, enz. Het effect ten gevolge van voorliggend plan zal dan ook beperkt zijn. De zone binnen het plangebied ten oosten van de Meerdaalboslaan (weinig tot niet kwetsbaar voor ecotoopverlies) is reeds hoofdzakelijk bebouwd. Het ruimtelijk uitvoeringsplan specificeert onder andere deze zone als zone voor grootschalige detailhandel. Het mogelijk verlies van groene ruimte in de bestaande toestand (hoofdzakelijk tuinen en voortuinen bij bestaande woningen) wordt gemilderd door de verplichting tot groene inrichting van de parkings in de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan. Op die manier wordt het effect enigszins beperkt. Aangezien overgrote delen van het plangebied niet of weinig kwetsbaar voor verzuring, ecotoopverlies, verdroging of eutrofiëring liggen worden er geen aanzienlijke milieueffecten voor deze zones verwacht. De delen van het plangebied wel kwetsbaar of zelfs zeer kwetsbaar voor verzuring, ecotoopverlies, eutrofiëring en/of verdroging worden in het RUP bestendigd als openruimtegebied waardoor ook voor deze zones geen aanzienlijke milieueffecten te verwachten vallen. Voor de overige zones bezit het RUP voldoende garanties om de milieueffecten te beperken. Conclusie: Inzake de milieudiscipline fauna en flora worden ten gevolge van voorliggend plan geen significante effecten verwacht. Bodem Figuur 5: Bodemkaart Figuur 29: Erosiegevoeligheid Figuur 30: Grondwaterstromingsgevoeligheid Antropogeen Een groot deel van het plangebied wordt op de bodemkaart van het Agentschap voor Geografische Informatie Vlaanderen (AGIV) aangeduid als antropogeen. De bodem kent een antropogene samenstelling. Er valt een verdere verstoring te verwachten door de bouw van nieuwe constructies en de aanleg van verharding voor wegenis. Het effect hiervan zal beperkt zijn. Niet-antropogeen Het openruimtegebied van de Predikherenberg is deels opgebouwd uit droog zand, deels uit vochtig en droge zandleem en deels uit vochtige klei. Ten westen van de Philipslaan bevindt zich een zone met vochtig zandleem. Erosiegevoeligheid Een groot deel van de hellingen van de Predikherenberg en de zone rond de Philipslaan en de Meerdaalboslaan worden aangeduid als erosiegevoelig. Deels binnen en grenzend aan het plangebied worden de gebieden Loberg (ten noorden van de straat Predikherenberg) en Paters Oblaten (ten noorden van de Pellenbergstraat) in het erosiebestrijdingsplan weerhouden als knelpuntgebied. Voor beide knelpuntgebieden worden teelttechnische maatregelen groep A vooropgesteld. Deze maatregelen omvatten onder andere het toepassen van niet-kerende bodembewerking en directzaai. Het RUP sluit deze maatregelen niet uit. Ook de landschappelijke eigenheden (reliëf, vegetatie, open of gesloten landschappen, ) vormen een belangrijk element in de bestrijding van (hellings)erosie. Het behoud van deze elementen vormen een belangrijk uitgangspunt in het RUP (oa door verdere bebouwing van de Predikherenberg zeer sterk te beperken). 26

27 Grondwaterstromingsgevoeligheid In het westelijk deel van het plangebied zijn m.u.v. de spoorweggeul de bodems uitsluitend weinig gevoelig voor grondwaterstroming (type 3). De spoorweggeul is matig gevoelig voor grondwaterstroming (type 2). In het oostelijk deel zijn delen aan de Oudebaan matig gevoelig voor grondwaterstroming (type 2). Bepaalde delen van de Predikherenberg, delen ter hoogte van de Philipslaan en Meerdaalboslaan en het oostelijke deel van het plangebied zijn zeer gevoelig voor grondwaterstroming (type 1). Het RUP sluit de realisatie van ondergrondse bouwlagen niet uit. Bij eventuele bemaling van ondergrondse constructies zoals bijvoorbeeld kelders of garages zal de verwachte impact op de grondwaterstroming beperkt zijn. Het toepassen van specifieke bemalingstechnieken kunnen het effect enigszins reduceren. Het verplichten van deze technieken vormt echter geen RUP-materie. Voor projectzones 1 en 3 wordt ondergronds parkeren (al dan niet grotendeels) opgelegd. Beide projectzones bevinden zich binnen een zone die weinig gevoelig is voor grondwaterstroming (type 3) waardoor het effect van de ondergrondse parkings/constructies op de grondwaterstroming beperkt zal zijn. Voor de gebieden gelegen aangeduid als zeer gevoelig voor grondwaterstroming (type 1) is er mogelijks een impact van ondergrondse constructies op de grondwaterstromingen. Indien er in type 1 gebied een ondergrondse constructie gebouwd wordt met een diepte van meer dan 3 m of een horizontale lengte van meer dan 50 m dient bij de latere vergunningsaanvragen steeds advies aangevraagd te worden bij de bevoegde adviesinstantie. Bodemverontreiniging Informatie betreffende bodemonderzoeken is terug te vinden in afgeleverde bodemattesten. De bodemdossierinformatie van OVAM geeft aan dat er een reeks dossiers binnen het plangebied bij OVAM lopende zijn. In het advies van OVAM n.a.v. het verzoek tot raadpleging werd aangegeven dat er 16 dossiers m.b.t. bodemverontreiniging binnen het plangebied gekend zijn. De wetgeving van het Bodemdecreet, regels van het grondverzet en Vlarebo zijn van toepassing. Het ruimtelijk uitvoeringsplan doet hier geen uitspraken over en heeft hierop geen effect. Conclusie: Inzake de discipline bodem worden ten gevolge van voorliggend plan geen significante effecten verwacht. Water Figuur 31: Infiltratiegevoeligheid Figuur 32: Natuurlijk overstromingsgebied Figuur 33: Overstromingsgevoeligheid Figuur 34: Zoneringsplan VMM Overstromingsgevoeligheid Het overgrote deel van het plangebied is niet van nature overstroombaar. Het westelijk deel van het plangebied is niet overstromingsgevoelig. In het oostelijk deel bevinden zich binnen het plangebied twee mogelijk overstromingsgevoelige gebieden : - ten oosten van het klooster van de Clarissen op de helling van de Predikherenberg; - zeer beperkt deel binnen het plangebied: de laatste strook (ongeveer 500m) van de Meerdaalboslaan aansluitend op de Tiensesteenweg. Beide zones blijven ook in het RUP onbebouwbaar. Binnen de RUP-zonering zone voor wonen blijft de algemene bouwverordening van kracht. Deze verordening legt onder andere beperkingen op aan de verharding van de tuinzones. De zone ten westen van de Grensstraat (doorlopend naar de zuidzijde van de Tiensesteenweg), ter hoogte van De Kikker en ten westen van de Molstraat zijn overstroombaar door afspoelend hemelwater. 27

28 Zoals reeds vermeld vormt het behoud van de landschappelijke en natuurwaarden een belangrijk uitgangspunt in het RUP. Dit heeft niet enkel een positief effect op het beperken van hellingserosie, daarnaast kan dit anderzijds gunstige effecten hebben op het infiltratie- en waterbergend vermogen van deze zone. Daarnaast worden vanuit het flankerend beleid (erosiebestrijdingsplan stad Leuven) door de opmaak van het erosiebestrijdingsplan in twee zones (Loberg en Paters Oblaten) op termijn maatregelen genomen om hellingserosie tegen te gaan. Op die manier kan ook afspoelend hemelwater in westelijke richting enigszins beperkt worden. Ook binnen het RUP blijven dergelijke ingrepen mogelijk. Volgens de gegevens van het AGIV zijn de zones ten oosten van het klooster van de Clarissen op de helling van de Predikherenberg en ten westen van de Philipslaan overstroombaar vanuit een waterloop. De zones ten oosten van het klooster zijn volgens het gewestplan gelegen in parkgebied. De percelen ten westen van de Philipslaan zijn grotendeels bebouwd. De zones ten oosten van het klooster blijven in het RUP openruimtegebied, dus zonder bijkomende bebouwingsmogelijkheden. De percelen ten westen van de Philipslaan zijn grotendeels bebouwd. Het RUP maakt echter wel onderscheid tussen de percelen gelegen aan Philipslaan waar bebouwing enigszins beperkt wordt en de percelen gelegen aan de Molstraat waar het RUP naar bebouwingsmogelijk ten opzichte van de bestaande toestand niets verandert. Er zijn dan ook ten gevolge van voorliggend plan aanzienlijke effecten op de overstromingsgevoeligheid te verwachten. Infiltratiegevoeligheid Ten oosten van de spoorweggeul is net zoals andere gebieden op het grondgebied Leuven infiltratiegevoelig. De zone is deels bebouwd met woningen met tuin, deels openruimtegebied. Het RUP bevat een reeks bepalingen die verharding van de onbebouwde ruimte beperkt. Zo worden binnen de zones voor open ruimte met geïntegreerde bebouwing slechts een beperkt verhardingspercentage toegelaten. Binnen de zone voor grootschalige detailhandel moet de verharding beperkt blijven tot de noodzakelijk voor toegang, parkings en hun ontsluiting. Dit is ook het geval binnen projectzone 1 (scenario parkeren) en projectzone 2 waar bovengronds parkeren het uitgangspunt vormt. Daarnaast gelden binnen de meeste zones de bepalingen van de algemene bouwverordening van de stad Leuven. Hierin wordt bepaald dat minimaal 50% van de voortuin onverhard blijft en dat grotere tuinen slechts 10% mogen worden verhard. In voorliggend RUP wordt dus aan de infiltratiegevoeligheid van grote delen van het plangebied tegemoet gekomen door specifieke bepalingen op te nemen waardoor de effecten van nieuwe ontwikkelingen eerder beperkt en niet significant zullen zijn. Om eventuele effecten op onder andere infiltratie te beperken worden inzake hergebruik, infiltratie en buffering van hemelwater de provinciale en gewestelijke regelgeving toegepast. Zoneringsplan Het overgrote deel van het plangebied is volgens het Zoneringsplan van de VMM reeds aangesloten (centraal gebied) of zullen in de toekomst worden aangesloten (collectief te optimaliseren en slechts zeer beperkt individueel te optimaliseren gebied) op het rioleringsstelsel en rioolwaterzuiveringsinstallatie. De Meerdaalboslaan is voorzien van RWA. De stad Leuven voorziet op termijn een omschakeling naar een gescheiden stelsel voor de Koning Albertlaan, Pellenbergstraat en Oudebaan tussen Vlinderlaan en Vier Vaantjes. Het ruimtelijk uitvoeringsplan voorziet t.o.v. de bestaande toestand geen grootschalige nieuwe ontwikkelingen, waardoor het bestaande rioleringsnet voldoet. Waterwinningsgebieden Delen van het plangebied, hoofdzakelijk ten zuiden van de Tiensesteenweg (incl. projectzone 3), zijn gelegen binnen een beschermingszone voor waterwinningsgebieden type III. Het Besluit van de Vlaamse Executieve, 27/03/1985, houdende reglementering van de handelingen binnen de watergebieden en de beschermingszones legt voor deze gebieden bepaalde voorwaarden en beperkingen op. In het toelichtende deel van de bepalingen van de zones die hierbinnen vallen wordt naar deze sectorale wetgeving verwezen. 28

29 Conclusie: Inzake de milieudiscipline water worden ten gevolge van voorliggend plan geen significante effecten verwacht. Landschap, bouwkundig erfgoed en archeologie Figuur 35: Landschapsatlas Landschap Het plangebied bevat geen (noch grenst het aan) relictzones, puntrelicten en ankerplaatsen opgenomen in de landschapsatlas. Nochtans vormt de Predikherenberg als onderdeel van de Hagelandse heuvelruggen en de stedelijke open ruimte een belangrijk element in het Leuvense landschap. Binnen het parkdomein de Bunswyck ligt een weiland met hoogstamfruitbomen. Hoewel deze site niet is opgenomen in de biologische waarderingskaart bezit het toch een bepaalde landschappelijke waarde. De park- en boszones bezitten een hoge structurerende waarde en vormen een duidelijk afgebakende grens met de bebouwde zones. In navolging van het RSL vormt de bescherming van alle gebieden met waardevolle landschappelijke en natuurwaarden dan ook een belangrijk uitgangspunt van het RUP. De voorschriften van het RUP bepalen enerzijds dat de cultuurhistorische, landschappelijke en natuurwaarden moeten bewaard blijven. Anderzijds biedt het RUP de mogelijkheden om ingrepen uit te voeren voor het herstel en de ontwikkeling van landschaps- en natuurwaarden. Bijgevolg heeft het plan een matig positief effect op de discipline landschap. Bouwkundig erfgoed Daarnaast vertoont de Tiensesteenweg een opmerkelijke staalkaart van architecturale stijlen. Vanaf het einde van de negentiende eeuw en in het begin van de twintigste worden een aantal mooie burgerwoningen opgetrokken in eclectische stijl. Na de eerste wereldoorlog worden in Leuven tussen 1918 en 1928 grote middelen ingezet om de stad her op te bouwen. De wederopbouwstijl is gekenmerkt door verwijzingen naar het eclectisme, art nouveau, Vlaamse neo-renaissance en art-déco. Nieuwe woningen langs de steenweg worden in die periode opgetrokken in deze herkenbare wederopbouwstijl. Vanaf eind de jaren twintig breekt een regionale variant van het modernisme door. Geen van deze waardevolle woningen werden beschermd of opgenomen in de inventaris van Onroerend Erfgoed. In eerste fase werd in de landschapsstudie van de Tiensesteenweg een evaluatie gemaakt van het bouwkundig erfgoed. Dit resulteerde in een lijst met quotering van 1 t.e.m. 5. Deze lijst werd door de adviseur monumentenbeleid getoetst aan onderstaande waarden en criteria. Bijkomend werden enkele panden die aangeduid werden als minder waardevol geëvalueerd omwille van de aanwezigheid van historische en architectuurhistorische waarden. Waarden Historische waarde: de zuivere historische waarde (de ouderdom) van het pand of de belangrijke personen die bouwheer of bewoner waren van het pand. Architectuurhistorische waarde: belang van het object voor: de geschiedenis van de architectuur en of de bouwtechniek; het oeuvre van een bouwmeester, architect of kunstenaar; wegens de hoogwaardige esthetische kwaliteiten van het ontwerp; wegens het bijzondere materiaalgebruik, de ornamentiek en/of monumentale kunst; wegens de bijzondere samenhang tussen exterieur en interieur (gesamtkunstwerk). Artistieke waarde: het object wordt gekenmerkt door de rijke uitwerking (bv. materiaalgebruik of volumespel) of het werd gebouwd als een gesamtkunstwerk Socioculturele waarde: het belang van het object als bijzondere uitdrukking van culturele, sociaaleconomische en/of bestuurlijke/beleidsmatige en/of geestelijke ontwikkeling(en) geografisch landschappelijke en/of historisch ruimtelijke ontwikkeling technische en/of typologische ontwikkeling(en); innovatieve waarde of pionierskarakter; 29

30 bijzondere herinneringswaarde. Criteria Zeldzaamheid: het schaars of uitzonderlijk voorkomen van een pand in architectuurhistorisch, bouwtechnisch, typologisch of functioneel opzicht. Gaafheid: de mate van aantasting van het object en zijn onderdelen. architectonische gaafheid en/of herkenbaarheid van ex- en/of interieur; materiële, technische en/of constructieve gaafheid; duidelijk herkenbare oorspronkelijke en of belangrijke historische functie; Authenticiteit: het object bevindt zich nog in zijn oorspronkelijke vorm, vorm en structuur zijn nagenoeg dezelfde als bij het moment van ontstaan / oorspronkelijk concept is behouden meer dan representatief Representativiteit: het object vertegenwoordigt door zijn karakteristieke elementen een bepaalde bouwstijl of bepaalde typologie Ensemblewaarde: belang van het object als essentieel onderdeel van een geheel Contextwaarde: het object heeft een belangrijke beeldbepalende waarde bijzondere betekenis voor de omgeving Deze evaluatie van de resultaten van de landschapsstudie vanuit het oogpunt erfgoed leverde een volgende indeling in 3 groepen: 1. panden zonder of met beperkte erfgoedwaarde (worden niet opgenomen); 2. panden met beeldbepalende gevelwaarde; deze panden zijn belangrijk voor het straatbeeld, hun behoud is van belang in functie van de context- en ensemblewaarde; 3. panden met grote erfgoedwaarde, deze verdienen een bescherming op lokaal of bovenlokaal niveau. De twee laatste categorieën worden in het ruimtelijk uitvoeringsplan opgenomen als merkwaardig pand. Voor de laatste categorie wenst de stad Leuven in overleg te gaan met Onroerend Erfgoed ter bescherming op Vlaams niveau. De landschapsstudie en de evaluatie ervan door de adviseur monumentenbeleid van de stad Leuven hebben geleid tot de opstelling van een inventaris van merkwaardige panden gelegen aan de Tiensesteenweg. Op basis van deze inventaris maakt het RUP een selectie van merkwaardige panden. Het RUP wil het behoud van de merkwaardige panden garanderen. Voor de geselecteerde panden bepaalt het RUP onder andere dat ingrepen geen afbreuk mogen doen aan de kenmerkende architecturale eigenschappen en het pand dient behouden te worden. Tuin- en voortuinstructuren maken integraal deel uit van de architectuur. In een verklarende nota kan een omstandige analyse gemaakt van de specifieke architecturale kenmerken van het pand en/of het geheel en wordt aangegeven hoe de ingreep inspeelt op deze kenmerken. Bijgevolg heeft het plan een matig positief effect op de discipline bouwkundig erfgoed. Archeologie De bodems binnen het plangebied hoofdzakelijk antropogeen. De stad Leuven heeft geen informatie over de aanwezigheid van bijzonder archeologisch patrimonium in de ondergrond. Dit wil echter niet zeggen dat er per definitie geen archeologisch erfgoed aanwezig kan zijn. Het decreet houdende de bescherming van het archeologisch patrimonium van 1993 is van toepassing. Binnen een zeer groot deel van de gebieden die tot op heden niet bebouwd zijn geweest, laat het RUP slechts beperkt bouwmogelijkheden toe. Een significant effect op de discipline archeologie valt dan ook niet te verwachten. Conclusie: Inzake de milieudiscipline landschap, bouwkundig erfgoed en archeologie worden ten gevolge van voorliggend plan geen significante effecten verwacht. 30

31 Mens: socio-organisatorische, ruimtelijke aspecten en hinder Sociaal en bescheiden woonaanbod Inzake sociaal en bescheiden wonen gelden de normen overeenkomstig het decreet betreffende het grond- en pandenbeleid. Duurzaamheid Verschillende aspecten van duurzaamheid (groendaken, fotovoltaïsche cellen, ) vormen geen onderdeel van het RUP maar worden meegenomen in de besprekingen rond de architecturale uitwerking van de verschillende projecten. Wijzigingen in bestemming Binnen de zone stad en de zone voorstad worden er slechts beperkt wijzigingen aan de bestaande bestemming doorgevoerd. Een deel van het park Michotte (deel Platte Lostraat) bevindt zich momenteel binnen de gewestplanbestemming woongebied en is bijgevolg bebouwbaar. Dit deel wordt via het ruimtelijk uitvoeringsplan ondergebracht binnen een zone voor park en aan de straatzijde een zone voor gemeenschapsvoorzieningen. Binnen de zone park wordt een deel van de gewestplanbestemming parkgebied gelegen aan de Oude Baan bestendigd. Aangezien de woningen gelegen aan de Tiensesteenweg binnen deze gewestplanbestemming onderdeel uitmaken van de interbellum villawijk wordt voor dit deel een herbestemming doorgevoerd naar zone voor wonen 2 (W2). Binnen deze zone voor wonen 2 (W2) wordt aan de hand van het definiëren van een projectzone een uitdoofbeleid voor de grootschalige kleinhandel vooropgesteld. Op die manier kan deze zone omschakelen naar wonen passend binnen de bestaande structuur van de interbellum villawijk (matig positief). Binnen de zone periferie wordt een bestemmingswijziging van woongebied naar zone voor grootschalige kleinhandel voorzien. Dit betekent dat bij een maximale invulling op termijn 8 woningen zullen verdwijnen (matig negatief). Het verplichten van onder andere een buffer tussen de zone voor grootschalige detailhandel en de omliggende woningen, aandachtspunt organisatie laden en lossen, heeft een positief effect op de omliggende woningen. Daar het RUP de bestaande ruimtelijke structuur aan de Tiensesteenweg ordent rekening houdend met de ruimtelijke context, wordt hieromtrent een matig positief effect verwacht. Dit heeft eveneens een positief effect op de ruimtelijke samenhang en kwaliteit binnen en buiten het plangebied. Hinder Het RUP laat geen activiteiten toe die ten opzichte van de referentietoestand bijkomende hinder zouden veroorzaken. Specifiek voor de zone voor grootschalige detailhandel wordt in het RUP bepaald dat inrichtingen die de buurt hinderen door geur, rook, stof, geluid, trillingen, ioniserende stralingen, licht en dergelijke niet zijn toegelaten. Als referentiekader gelden de Vlarem II normen en voorschriften. Hinderlijke inrichtingen klasse 1 en 2 (Vlarem I) zijn verboden in deze zone. Er worden ten gevolge van voorliggend RUP geen significante effecten verwacht. Gezondheid en veiligheid Figuur 36: Overzicht SEVESO-bedrijven binnen perimeter van 2 km Het RUP omvat geen bestaande Seveso-bedrijvigheid. Er bevindt zich een Seveso-bedrijf JSR Micro, Technologielaan 8, 3001 Heverlee, binnen een straal van 2km rond het plangebied. Het RUP laat geen toekomstige Seveso-bedrijvigheid toe. Er zijn geen uitgesproken negatieve effecten op de gezondheid of veiligheid van de mens (omwonenden en eventuele toekomstige bewoners) te verwachten. Conclusie: Inzake de discipline mens: socio-organisatorische, ruimtelijke aspecten, hinder en externe veiligheid worden ten gevolge van voorliggend plan geen significante effecten verwacht. 31

32 Mens: mobiliteit Zacht verkeer Doorsteken voor zacht verkeer binnen het plangebied beperken zich momenteel tot het park Michotte. Zoals reeds vermeld worden in het RUP de nodige bepalingen opgenomen om een zacht verkeernetwerk gekoppeld aan de verschillende openruimtegebieden binnen het plangebied uit te bouwen. Concreet gaat het van west naar oost over volgende doorgangen voor zacht verkeer: - binnen park Michotte: tussen de Onafhankelijkheidstraat en de Platte Lostraat ter hoogte van de Jan Vandeveldelaan, de Onafhankelijkheidstraat en de zone voor gemeenschapsvoorzieningen 1 (GV1), de Tiensesteenweg en de Platte Lostraat ter hoogte van de Jan Vandeveldelaan; - tussen de Overwinningstraat en de Grensstraat; - tussen de Tiensesteenweg en de doorgang tussen de Overwinningstraat en de Grensstraat; - tussen de Grensstraat en de Predikherenberg doorheen de zone ORGB1; - tussen de zone voor open ruimte met geïntegreerde bebouwing 2 (ORGB2) en de Tiensesteenweg. Hierdoor vergroot de doorwaadbaarheid van het gebied en worden er logische verbindingen gerealiseerd voor zacht verkeer. Gemotoriseerd verkeer De Tiensesteenweg, secundaire weg type III, vormt een belangrijke invals- en verbindingsweg naar Leuven. Het RUP laat het mogelijk deze rol van de Tiensesteenweg te behouden. Aan de hand van differentiatie binnen de gewestplanbestemming woongebied tracht het RUP te sturen in nieuwe ontwikkelingen en bijgevolg de belasting van de Tiensesteenweg. Zo wordt gestreefd naar concentratie van (grootschalige) detailhandelszaken. De rechtstreekse aantakkingen op de Tiensesteenweg dienen tot een minimum beperkt en de inrichting van de onbebouwde ruimte mag een gemeenschappelijke ontsluiting voor clusters van de handelsfuncties niet hypothekeren. Daarnaast worden bij nieuwe woonontwikkelingen, bv. projectzone 2, geen rechtstreekse aantakkingen vanuit tweede orde naar de Tiensesteenweg toegelaten. Binnen het RUP worden ten opzichte van het bestaande juridische kader geen nieuwe sterk verkeersgenererende ontwikkelingen mogelijk gemaakt. Op bepaalde locaties, bv. projectzone 2, wordt een uitdoofbeleid van de bestaande handel vooropgesteld gecombineerd met een omschakeling naar wonen. Het RUP legt geen concrete inrichting vast van de weginfrastructuur. Wel worden alle werken, handelingen en wijzigingen toegelaten voor de aanleg, het functioneren of aanpassing van die voor wegeninfrastructuur en aanhorigheden toegelaten. Openbaar vervoer Het RUP regelt geen openbaar vervoerverbindingen. Parkeren Zoals reeds vermeld is er een grote parkeerdruk binnen het deel stad van de Tiensesteenweg. Om hieraan tegemoet te komen werd reeds deels betalend parkeren en blauwe zone ingevoerd. In het ruimtelijk uitvoeringsplan worden hieromtrent bijkomende voorschriften rond opgenomen. Zo bijvoorbeeld in projectzone 1 waarvoor twee ontwikkelingsscenario s worden voorzien. Beide scenario s zijn binnen de gewestplanbestemming woongebied ook reeds mogelijk: - scenario 1: omvorming tot een zone voor bovengronds parkeren; - scenario 2: woonontwikkeling waarbij de bestaande bovengrondse parkeerplaatsen (130) ondergronds moeten gerecupereerd worden bovenop het aantal parkeerplaatsen te voorzien volgens de verordening. Beide scenario s kunnen een belangrijk element vormen om de parkeerdruk op het openbaar domein naar beneden te halen. Dit kan ook mogelijks het zoekverkeer in de omliggende straten verminderen. 32

33 Binnen het plangebied is de verordening die het aanleggen van parkeerplaatsen en fietsenstallingen regelt, van toepassing. Binnen projectzone 3 dient grotendeels ondergronds geparkeerd worden. Binnen de zones voor park (P1, P2 en P3) geldt om de parkfunctie voldoende kansen te geven een parkeerverbod. Conclusie: Het geheel van maatregelen zorgen inzake de discipline mobiliteit noch voor een negatief, noch voor een positief effect. Geluid Binnen het plangebied zullen geen lawaaiproducerende activiteiten toegelaten worden. Slechts een eventuele lichte verhoging van het aantal verplaatsingen ten gevolge van voorgenomen plan is mogelijk. Inzake geluid worden dan ook geen significante effecten verwacht. Conclusie: Voorliggend plan veroorzaakt inzake de discipline geluid geen aanzienlijke effecten. Lucht Wat betreft de impact van de emissies gebouwverwarming, zullen nieuw op te richten woningen moeten voldoen aan de recente EPB-regelgeving. Dit zou moeten leiden tot beter geïsoleerde gebouwen en dus een beperktere emissie. Binnen het voorgenomen plan zijn ten opzichte van de referentiesituatie slechts beperkt nieuwe verkeersgenererende ontwikkelingen mogelijk. Een grote toename van het aantal verplaatsingen van gemotoriseerd verkeer gelinkt aan voorgenomen plan wordt dan ook niet verwacht, waardoor de verkeersemissies dan ook slechts beperkt zullen toenemen. Conclusie: Voorliggend plan veroorzaakt inzake de discipline lucht geen aanzienlijke effecten. 33

34 11. Besluit MER-screening Zoals vermeld onder motivatie screening is het RUP screeningsgerechtigd. De vertaling van de concepten naar voorliggend RUP is volledig in navolging van het richtinggevend en bindend gedeelte van het RSL. In dit screeningsdocument werden de milieudisciplines bodem, water, fauna en flora, landschap, bouwkundig erfgoed en archeologie, sociaalorganisatorische ruimtelijke aspecten en hinder, mobiliteit, geluid en lucht bestudeerd. De MER-screening werd aangevuld en/of aangepast op basis van de opmerkingen van Landbouw en Visserij, OVAM, MOW en Onroerend Erfgoed. Daarnaast worden op basis van de opmerkingen van Landbouw en Visserij en Onroerend Erfgoed bijkomende milderende maatregelen meegenomen bij de verdere uitwerking van het ruimtelijk uitvoeringsplan: - In de stedenbouwkundige voorschriften zal worden opgenomen dat landbouw binnen de zone voor gemengd openruimtegebied en de zone voor open ruimte met geïntegreerde bebouwing is toegelaten. - In de voorschriften voor de zone voor wonen 2 zal opgenomen worden dat bij de inrichting van de onbebouwde ruimte dient uitgegaan van de bestaande groenwaardes. Algemeen kan uit de ontvangen adviezen afgeleid worden dat de mogelijke gevolgen op het leefmilieu op een correcte wijze in het verzoek tot raadpleging zijn beschreven na opname van bijkomende milderende maatregelen, dat er bijgevolg geen aanzienlijke milieueffecten verwacht worden en bijgevolg volgens de inschatting van de stad Leuven niet plan-mer-plichtig is. 34

35

36

37

38

39

40

41 SAMil«MAKENWE MORGEN MOOIER BB-D-NH Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij Stationsstraat 110 B-2800 Mechelen T: F: uw BERICHT VAN UW KENMERK Stad Leuven Ruirntelijk- en duurzaamheidsbeleid Dê"heer vvim Vandevorst Professor Van Overstraetenplein LEUVEN ro RUP/GGRKl MECHELEN AFDELING Bodembeheer DIENST Databeheer CONTACTPERSOON Natalie Hoffmann (015/284453) ONS KENMERK BB-D-NH L. TOBBACK C. DEVLIBS D. ROBBEETS D, VANSINA D. VANDEVOORT M. FANNES M. RIDOUANI E. VAN HOOF B. VERLINDEN G. VRIENS L. PEETERS "Verzoek tot raadpleging" in het kader van een onderzoek tot milieueffectrapportage van een plan of programma - RUP "GGRKl Tiensesteenweg" Geachte heer Vandevorst, Aansluitend bij uw schrijven van 10 december 2012 met referentie ro_rup/ggrkl willen wij u het volgende meedelen. Het bodemdecreet, in voege sinds 1 juni 2008, voorziet niet dat er door de OVAM advies wordt verleend bij de opmaak van BPA's en/of MER-studies. Concreet kan in dit dossier verwezen worden naar de bodemattesten die,afgeleverd werden in het thans geviseerde gebied. Desgevallend kan u ook via de website " / bodem / beleid / statistieken en kaarten / waar is al bodemonderzoek gebeurd?" een kaart raadplegen met informatie betreffende de locatie waarvoor bij de OVAM reeds onderzoeksgegevens beschikbaar zijn, en de fase waarin deze zich bevinden. Als bijkomende informatiebron kan verwezen worden naar de bodemattesten die zijn afgeleverd geweest aan het college van burgemeester en schepenen van de gemeenten waar de gronden zijn gelegen. Deze gegevens zijn aldaar raadpleegbaar. Verder moet rekening gehouden worden met de volgende standaardopmerkingen: indien er calamiteiten optreden die impact kunnen hebben op de bodem, dienen zo snel mogelijk de nodige acties ondernomen te worden om de verontreiniging weg te nemen. De nodige controlestalen dienen genomen te worden. Indien de calamiteit valt onder het toepassingsgebied van een schadegeval, dienen deze specifieke bepalingen nageleefd te worden (artikel 74 ev van het Bodemdecreet); indien gronden worden overgedragen, dienen de bepalingen van het Bodemdecreet te worden gevolgd (artikel 101 ev van het Bodemdecreet); indien gronden dienen onteigend te worden, dienen de bepalingen van het Bodemdecreet te worden gevolgd (artikel 119 ev van het Bodemdecreet); de nodige aandacht dient te worden geschonken aan de regels van het grondverzet de nodige aandacht dient te worden geschonken aan de voorgenomen bestemming (wijziging) op 1/2 Dit is 100% gerecycleerd papier.

42 reeds vastgestelde bodemverontreiniging:. artikel 38 van het Bodemdecreet: indien een beschrijvend bodemonderzoek werd uitgevoerd op deze grond kan een mogelijk andere bestemming impact hebben op de ernst van de bodemverontreiniging/saneringsnoodzaak en urgentie; artikel 64 van het Vlarebo: indien het bestemmingstype van de grond in die zin wijzigt dat een lagere bodemsaneringsnorm van toepassing wordt, dient een nieuw oriënterend bodemonderzoek te worden uitgevoerd bij overdracht van de risicogrond. Wat het luik 'bodem' betreft, heeft de OVAM ook nog onderstaande opmerkingen: Dossier 248: Tiensesteenweg 1 te Korbeek-Lo - Bierbeek: de minerale olie-verontreiniging ter hoogte van de stookolietank moet verder onderzocht worden in een beschrijvend bodemonderzoek om de aard en ernst van de verontreiniging na te gaan. Bij grondverzet moet rekening worden gehouden met verhoogde concentraties. Voor wat betreft dossier 3943 (NMBS Leuven-Delek tankstation) werd nagekeken wat het bestemmingstype is waarin in het laatste oriënterend bodemonderzoek werd getoetst. Dit was woongebied (bestemmingstype III).Op basis van de plannen gevoegd bij het rapport rond MER screening blijkt dat het grootste gedeelte als woongebied (rood) blijft ingekleurd. Bijgevolg voldoet het oriënterend bodemonderzoek aan deze bestemming. Uit dit oriënterend bodemonderzoek bleek dat er geen bodemverontreiniging aanwezig is waarvoor verder onderzoek noodzakelijk is. Op p. 26 van het rapport wordt gemeld dat de stad Leuven geen informatie heeft met betrekking tot bodemverontreiniging. Voor dit RUP zijn er echter 16 bodemdossiers gekend bij de OVAM. U kân op onze site via de link steeds nagaan of er dossiers gekend zijn bij de OVAM en,hiermee eventueel rekening houden bij het opstellen van het RUP. Tevens willen wij ook nog aangeven dat het voorstel tot opmaak van een plan van aanleg of MER geen onderzoeksverplichting meebrengt in het kader van het Bodemdecreet. In de hoop u met deze informatie van dienst te zijn geweest, verblijven wij. Hoogachtend, Eddy Van Dyck Afdelingshoofd 2/2

43 Agentschap uoor Natuur en Bos Stadsbestuur Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid T.a.v. Wim Vandevorst Prof. Van Overstraetenplein Leuven uw kenmerk Ro_RUP/GGRKl vragen naar / Ir. Bart Van der Aa Bart.vanderaa@lne.vlaanderen.be ons kenmerk AVES/12_3811/bva Telefoonnummer 010-6S6 322 bijlagen datum 24 januari 2013 L. TOBBACK J C. DEVLIES D. ROBBEETS D. VANSINA D. VANDEVOORT M. FANNES M. RIDOUANI E. VAN HOOF B. VERLINDEN G. VRIENS L. PEETERS Betreft : MER-screening gemeentelijk RUP 'GGRKl Tiensesteenweg' geachte Heer, Hierbij bezorgen wij u het advies vanwege het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB) met betrekking tot hogervermeid dossier. Het voorgenomen RUP omschrijft het gebied langsheen de Tiensesteenweg vanaf de Tiense poort tot de grens met de gemeente Bierbeek. Het plan heeft de doelstellingen een verdere invulling te verzekeren van het woonweefsel, structuur te brengen in de kleinhandelsactiviteiten en de open ruimtegebieden en het karakter van de aanpalende woonwijken te vrijwaren. Het gemeentelijk RUP omvat geen gebieden met een bijzondere bescherming omwille van natuurwaarden en ligt evenmin in de onmiddellijke nabijheid van dergelijke gebieden. Binnen de planperimeter zijn een aantal parken en parkzones gelegen. Het park Michotte wordt in zijn huidige bestemming als parkgebied bestendigd. Een kleine bijkomende oppervlakte wordt herbestemd als parkgebied, zodat de planologische bestemming in overeenstemming is met de feitelijke toestand. Een tweede pai'kzone bevindt zich tussen de Tiensesteenweg en de Oudebaan. Van deze zone wordt een gedeelte langs de Tiensesteenweg herbestemd als woongebied. In deze zone bevindt zich actueel al verspreide bebouwing. Een derde parkzone bevindt zich op de zuidflank van de Predikherenberg, tussen de Tiensesteenweg, grensstraat en de straat Predikherenberg. Hoewel de nota geen inzage verschaft in de planologische voorschriften die horen bij het nieuwe RUP kan uitgaande van de gebiedscategoriën wel in alle redelijkheid geoordeeld worden dat dit plan geen aanleiding kan geven tot significant negatieve milieueffecten. Het ANB treedt dan ook de conclusie bij dat de opmaak van een MER niet noodzakelijk is. Het ANB wenst de initiatiefnemer in deze fase toch al een aantal inhoudelijke opmerkingen op het plan zelf mee te geven: De zone Predikherenberg kent actueel de bestemming parkgebied, daar waar de nota vermeld dat het gebied deels een agrarische bestemming kent. Het ANB is van mening dat de voorschriften die voorzien zullen worden voor de gebiedscategorieën "zone voor open ruimte met geïntegreerde bebouwing" en "zone voor gemengde open ruimte" geen versoepeling mogen inhouden ten opzichte van de bestaande voorschriften die horen bij het parkgebied. AGENTSCHAP VOOR NATUUR EN BOS» PROVINCIALE DIENST VLAAMS-BRABANT» DIESTSEPOORT 6, BUS LEUVEN TEL » FAX VBR.ANBWLAANDEREN.BE» WEB BE ^ff

44 Rond een aantal bestaande gebouwen wordt telkens een zone voorzien voor vervangende nieuwbouw. Ook hier lijkt ons dat de voorschriften geen versoepeling mogen inhouden ten opzichte van de actuele voorschriften. Verder kan vastgesteld worden dat in het gemengd open ruimtegebied zich minstens één bedrijfsgebouw bevindt (voorheen het carrosseriebedrijf Cells). Vermits het RUP tot doel heeft de landschappelijke kwaliteiten van de Predikherenberg te vrijwaren en de kleinhandelsactiviteiten te structureren, lijkt het ons aangewezen voor dit gebouw de toekomstperspectieven beperkt te houden of zelfs te voorzien in een uitdoofscenario. Eén van de concepten in het ruimtelijk structuurplan Leuven omvat het netwerk van open ruimten en groencorridors. De Predikherenberg wordt binnen dat concept geselecteerd als één van de belangrijkste gebieden voor natuurontwikkeling. Dit wordt beschreven op pag. 17 in de nota. Dit wordt echter niet doorvertaald in het RUP. Op pag. 21 wordt zelfs gesteld dat de natuurfunctie nevengeschikt is aan de gebruikswaarde en dat agrarische activiteiten mogelijk blijven. Het ANB vraagt dat de natuurontwikkelingsfunctie meer expliciet opgenomen wordt in het RUP. hoogachtend. Tapfa Coosemans Tovinciaal Directeur ANB - Afdeling Vlaams-Brabant

45 L. TOBBACK I C. DEVLIES r- 0. ROBBEETS D. VANSINA D. VANDEVOORT M. FANN M. RIDOUANI E. VAN HOOF B, VERLINDEN G, VRIENS L. PEETERS STAD LEUVEN Collage van Burgemeester en Schepenen Prof. R. Van Overstraetenplein LEUVEN uw bericht van 10/12/2012 uw kenmerk ro_rup/ggrk1 contactgegevens Jan Van Ormelingen jan.vanormelingen@rwo.vlaanderen.be ons kenmerk 4.002/24062/ datum 3 O JAN bijlagen Betreft: LEUVEN (Heverlee, Kessel-Lo, Korbeek-Lo): Verzoek tot raadpleging in het kader van een onderzoek tot milieueffectrapportage van het RUF 'GGRK1 Tiensesteenweg'. Geachte, In toepassing van artikel van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid (D.A.B.M), zoals aangepast door het decreet van 27 april 2007, en van artikel 3 van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 oktober 2007 betreffende de milieueffectrapportage over plannen en programma's, verzocht u Onroerend Erfgoed Vlaams-Brabant om advies. Onroerend Erfgoed heeft bovenvermelde adviesvraag ontvangen op 19 december M.b.t. de discipline "Monumenten, Landschappen en archeologie" worden volgende bemerkingen gemaakt: Discipline archeologie: Er zijn geen archeologische sites bekend in het plangebied, dit wil echter niet zeggen dat er geen archeologisch erfgoed aanwezig kan zijn. Op blz. 28 wordt er verwezen naar de Conventie van Valetta, dit moet vervangen worden door het 'Decreet houdende de bescherming van het archeologisch patrimonium van 1993'. Discipline landschappen: Binnen het plangebied komen heel wat waardevolle groene ruimtes voor. Het gaat om historische parken en tuinen (Michottepark, Park Maisin, Kasteeldomein van de Mol (de Bunswyck), Les Conifères,...), niet bebouwde landschappen met erfgoedwaarde, tuinen die van belang zijn als context van waardevol bouwkundig erfgoed en voortuinen en andere open ruimtes die van belang zijn voor het straatbeeld. Wij pleiten ervoor om de groene ruimtes planologisch te beschermen. Met name in de zones voor wonen kan dat een probleem zijn. De opname van de straatzijde van 'Les Conifères' binnen de woonzone kan niet onze goedkeuring wegdragen omdat hierdoor het parkkarakter van de site helemaal dreigt te verdwijnen. Wij stellen ook vast dat de zones ORGB ruim zijn afgebakend en vrezen dat binnen deze bestemming verspreide verbouwing mogelijk zal worden. Wij stellen voor om het woongebied dat binnen Park Maisin valt, om te zetten in een groene bestemming. Veel zal afhangen van de stedenbouwkundige voorschriften. Wij pleiten ervoor om deze voorschriften strikt en duidelijk genoeg te maken zodat een duurzaam behoud van de waardevolle groene ruimtes verzekerd is. Vlaamse Overheid - Onroerend Erfgoed Vlaams-Brabant - Dirk Bóutsgebouw - Diestsepoort 6 bus Leuven Tel Fax vlaams-brabarit@onroerenderfgoed.be -

46 2/2 Discipline monumenten: Onroerend Erfgoed stelt vast dat er ten opzichte van de aanvankelijke voorstudie (voorgelegd aan Onroerend Erfgoed op 13 juni 2012 via mailverkeer) een aantal wijzigingen werden doorgevoerd. Bepaalde panden worden in huidig voorstel niet langer als merkwaardig pand aangeduid. Onroerend Erfgoed vraagt zich af wat het afwegingskader hiervoor is. Tevens viel de bepaling uit het voorontwerp weg die stelde dat tuin- en voortuinstructuren integraal deel uitmaken van de architectuur. Vanuit het oogpunt van de monumentenzorg blijft deze bepaling beter behouden. Conclusie Onroerend Erfgoed De verschillende disciplines van Onroerend Erfgoed hebben aangegeven dat het plan in zijn huidige vorm aanzienlijke milieueffecten kan teweeg brengen. Het aanpassen van het plan aan bovenvermelde opmerkingen kan erjoor zorgen dat de milieueffecten niet meer als "aanzienlijk" beschouwd worden voor onroerend erfgoed,. HoogacHÏend, Kristin Van dèrk^i^ëele Coördinator Er^oedbeheer Vlaamse Overheid - Tel Onroerend Erfgoed Vlaams-Brabant - Dirk Boutsgebouw - Diestsepoort 6 bus Leuven Fax vlaams-brabant@onroerenderfgoed.be -

47 {^J:^ stadsbestuur LEUVEN Afdeling ruimteijjk en duurzaamheidsbeleid tav. de heer WIM Vandevorst Prof. Van Overstraetenplein LEUVEN departement Mobiliteit en Openbare Werl<en Algemeen Beleid Koning Albert Il-laan 20 bus Brussel Tel Fax beleid@mow.vlaanderen.be uw bericht van uw kenmerk ro_rup/ggrk1 ons kenmerk ABA'VP/U/2013/00050 bijlagen 1 vragen naar / Tim De Backer telefoonnummer datum - 6 FEB. 20Î3 Betreft: LEUVEN - gebiedsgericht ruimtelijk uitvoeringsplan GGRK1 - Tiensesteenweg - gecoördineerd advies Geachte heer, Als antwoord op uw brief van 31 januari jl. met betrekking tot het verzoek tot raadpleging betreffende het gebiedsgericht RUP "GGRK1 Tiensesteenweg", deel ik u mede dat het Departement Mobiliteit en Openbare Werken meent dat het plan in zijn huidige vorm geen aanzienlijke milieueffecten zal genereren voor wat betreft de discipline mobiliteit. Het departement geeft evenwel enige aandachtspunten mee. Het betreft een gecoördineerd advies van de afdeling Beleid Mobiliteit en Verkeersveiligheid en de afdeling Algemeen Beleid. Hoogachtend, Desmyter -generaal afschrift ter kennisgeving aan : ir. Yvan Verbakei, afdelingshoofd, afdeling Beleid Mobiliteit en Verkeersveiligheid f V,,

48 bijlage bij brief ABA^P/U/2013/00050 Betreft: LEUVEN - gebiedsgericht ruimtelijk uitvoeringsplan GGRK1 Tiensesteenweg - gecoördineerd advies Het Departement Mobiliteit en Openbare Werken formuleert volgende aandachtspunten : - Het rapport maakt onder 4.1 gewas van het mobiliteitsplan, maar de Stad Leuven heeft geen mobiliteitsplan, derhalve begrijpen we niet naar waar verwezen wordt. - De stelling op pagina 30 : "conclusie : het geheel van maatregelen zorgt inzake de discipline mobiliteit voor een matig positief effect" wordt door het Departement Mobiliteit en Openbare Werken niet onderschreven.

49 Onderzoek tot milieueffectrapportage Geïntegreerd Advies Gemeentelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan GGRK1 Tiensesteenweg Stad Leuven februari 2013

50 Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid 1 Adviesvraag De adviesvraag ten behoeve van het verzoek tot raadpleging voor het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan GGRK1 Tiensesteenweg werd op 17 december 2012 verzonden aan de instanties zoals aangegeven in de adressenlijst van de dienst Begeleiding Gebiedsgerichte Planprocessen (cf. bijlage bij mail van 23 oktober 2012). De gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar liet weten door tijdsgebrek geen advies uit te brengen. Alle overige instanties hebben advies uitgebracht. Alle briefwisseling alsook de adviezen zijn toegevoegd als bijlage. Geraadpleegde instanties Ingekomen op Volgnummer Ruimtelijke Ordening Vlaams-Brabant Departement Landbouw en Visserij Departement LNE Provinciebestuur Vlaams-Brabant Agentschap Ondernemen Agentschap Wonen- Vlaanderen VMM Departement LNE OVAM VAC Diestsepoort 6 bus Leuven Duurzame landbouwontwikkeling Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Dienst Ruimtelijke Ordening Entiteit Ruimtelijke Economie Ellips, 6 de verdieping Koning Albert II-laan, 35, bus Brussel Graaf de Ferrarisgebouw Koning Albert II-laan 20 bus Brussel Provincieplein Leuven Ellipsgebouw Koning Albert II-laan 35, bus Brussel Afdeling Wonen Koning Albert II-laan 19 bus Brussel Afdeling Operationeel Waterbeheer Dienst Land en Bodembescherming Afdeling Bodembeheer, Dienst Databeheer t.a.v. Natalie Hoffmann Graaf de Ferrarisgebouw Koning Albert II-laan 20 bus Brussel Koning Albert II-laan 20 bus Brussel Stationsstraat Mechelen ANB Vlaams-Brabant VAC Diestsepoort 6 bus Leuven Onroerend Erfgoed Vlaams-Brabant Departement MOW VAC Diestsepoort 6 bus Leuven Graaf de Ferrarisgebouw Koning Albert II-laan 20 bus Brussel Na rappel Adviezen en bespreking De nummers tussen haakjes verwijzen naar het desbetreffende advies, bijgevoegd als bijlage. Departement RWO, Ruimtelijke ordening Vlaams-Brabant heeft wegens tijdsgebrek geen advies uitgebracht. Volgende instanties verwachten geen aanzienlijke milieueffecten : - Deputatie provincie Vlaams-Brabant (4) - Agentschap Ondernemen (5) - Agentschap Wonen-Vlaanderen (6) - LNE, Land- en bodembescherming, ondergrond en natuurlijke rijkdommen (8) Verzoek tot raadpleging: RUP GGRK1 Tiensesteenweg 2

51 Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid Volgende instanties verwachten geen aanzienlijke milieueffecten maar hebben in het kader van dit verzoek tot raadpleging aandachtspunten geformuleerd: - Departement landbouw en visserij: Een herbestemming naar GOR en ORGB2 van de gebieden die een geregistreerd landbouwgebruik in parkgebied kennen, moet deze landbouwactiviteiten mogelijk maken (2). In de stedenbouwkundige voorschriften zal worden opgenomen dat landbouw binnen de zone voor gemengd openruimtegebied en de zone voor open ruimte met geïntegreerde bebouwing is toegelaten. - LNE, dienst veiligheidsrapportering: Het aspect externe veiligheid dient eveneens in het voorontwerp van het RUP voor de plenaire vergadering behandeld te worden (3). Deze opmerking wordt meegenomen in het RUP. - VMM: In de voorschriften bij het RUP dient voor de bouw van grotere ondergrondse constructies opgenomen dat een bemalingsnota aan de stedenbouwkundige vergunningsaanvraag dient toegevoegd. (7) Het Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstantie en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid bepaalt voor welke ondergrondse constructies in het kader van stedenbouwkundige vergunningen of verkavelingsvergunningen advies moet worden gevraagd bij de bevoegde adviesinstantie. Daarnaast bepaalt het Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning van 28 mei 2004 en verkavelingsvergunning van 29 mei 2009 de dossiersamenstelling van stedenbouwkundige vergunningen en verkavelingsvergunningen. Een bemalingsnota wordt hierin niet verplicht. De stad Leuven is dan ook van oordeel dat de sectorale wetgeving (integraal waterbeleid) voldoende garanties biedt en het verplichten van de opmaak van een bemalingsnota via de stedenbouwkundige voorschriften niet wenselijk is. - OVAM: o Informatie kan bekomen worden in de afgeleverde bodemattesten (9) De MER-screening wordt in die zin aangevuld. Aspecten rond bodemverontreiniging dienen verder uitgeklaard in de stedenbouwkundige en/of verkavelingsvergunningen. o Er dient rekening gehouden met het Bodemdecreet, regels van het grondverzet en Vlarebo (9) De MER-screening wordt in die zin aangevuld. Aangezien het bodemdecreet, regels van het grondverzet en Vlarebo per definitie van toepassing zijn, dient het ruimtelijk uitvoeringsplan hieromtrent geen verdere bepalingen rond op te nemen. o Er is bijkomend onderzoek noodzakelijk Tiensesteenweg 1, Korbeek-Lo naar de minerale olieverontreiniging ter hoogte van de stookolietank. (9) Tiensesteenweg 1, Korbeek-Lo valt buiten het plangebied. o Het mer-screeningsdossier dient aangepast, p. 26, m.b.t. bodemverontreiniging: Er zijn 16 bodemdossiers gekend bij de OVAM (9) De MER-screening wordt in die zin aangevuld. Aspecten rond bodemverontreiniging dienen verder uitgeklaard in de stedenbouwkundige en/of verkavelingsvergunningen. - Agentschap voor natuur en bos: o De voorschriften die voorzien zullen worden voor de gebiedscategorieën zone voor open ruimte met geïntegreerde bebouwing en zone voor gemengde open ruimte mogen geen versoepeling inhouden ten opzichte van de bestaande voorschriften die horen bij het parkgebied. (10) Rond een aantal bestaande gebouwen wordt telkens een zone voorzien voor vervangende nieuwbouw. Ook hier lijkt ons dat de voorschriften geen versoepeling mogen inhouden ten opzichte van de actuele voorschriften. Verder kan vastgesteld worden dat in het gemengd open ruimtegebied zich minstens één bedrijfsgebouw bevindt (voorheen carrosseriebedrijf Celis). Vermits het RUP tot doel heeft de landschappelijke kwaliteiten van de Predikherenberg te vrijwaren en de kleinhandelsactiviteiten te structureren, lijkt het ons aangewezen voor dit gebouw de toekomstperspectieven beperkt te houden of zelfs te voorzien in een uitdoofscenario. (10) Verzoek tot raadpleging: RUP GGRK1 Tiensesteenweg 3

52 Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid De Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening voorziet inzake zonevreemde woningen en constructies heel wat mogelijkheden (verbouwen, herbouw, ) aangezien parkgebied niet onder de categorie ruimtelijk kwetsbaar gebied wordt geplaatst. Voor het overgrote deel van de zonevreemde woningen en constructies zal deze wetgeving van toepassing blijven en zal er ten gevolge van het RUP dus geen versoepeling optreden. Voor 4 geselecteerde gebouwen binnen de zones voor open ruimte met geïntegreerde bebouwing zal duidelijk aangegeven worden dat herbouw enkel mogelijk is binnen een strikt aangeduide zone en zal slechts een beperkte uitbreiding toegelaten worden aansluitend bij de bestaande bebouwing. Dit net om te vermijden dat binnen de mogelijkheden van de zonevreemde wetgeving die anders van toepassing zou zijn het waardevolle openruimtegebied zou worden aangesneden. 3 van de 4 gebouwen worden eveneens geselecteerd als waardevol pand. o Eén van de concepten in het ruimtelijk structuurplan Leuven omvat het netwerk van open ruimten en groencorridors. De Predikherenberg wordt binnen dat concept geselecteerd als één van de belangrijkste gebieden voor natuurontwikkeling. Dit wordt beschreven op p. 17 in de nota. Dit wordt echter niet doorvertaald in het RUP. Op p. 21 wordt zelfs gesteld dat de natuurfunctie nevengeschikt is aan de gebruikswaarde en dat agrarische activiteiten mogelijk blijven. Het ANB vraagt dat de natuurontwikkelingsfunctie meer expliciet wordt in het RUP. (10) Net zoals binnen de bestaande gewestplanbestemming parkgebied is natuurontwikkeling binnen de RUP-bestemmingen toegelaten. De selectie van de openruimtegebieden binnen de zone voor open ruimte met geïntegreerde bebouwing en zone voor gemengd openruimtegebied is volgens de stad Leuven in overeenstemming met de selecties gemaakt in het ruimtelijk structuurplan Leuven (art B, p.63 richtinggevend gedeelte). Natuurontwikkeling op zich vormt echter geen RUP-materie. Hiervoor wordt verwezen naar sectorale beleidsinitiatieven. - MOW: o Het rapport maakt onder 4.1 gewas van het mobiliteitsplan, maar de stad Leuven heeft geen mobiliteitsplan, derhalve begrijpen we niet naar waar verwezen wordt. (12) Het klopt dat de stad Leuven momenteel niet beschikt over een conform mobiliteitsplan. De MER-screening wordt in die zin aangepast. o De stelling op p. 30: conclusie: het geheel van maatregelen zorgt inzake de discipline mobiliteit voor een matig positief effect wordt door het Departement Mobiliteit en Openbare Werken niet onderschreven. (12) Hoewel de stad Leuven er van overtuigd is dat een planmatige herstructurering van de kleinhandelsactiviteiten enig positief effect kan hebben, wordt de conclusie van de MERscreening inzake mobiliteit op basis van het advies van MOW aangepast in het geheel van maatregelen zorgt inzake de discipline mobiliteit noch voor een negatief, noch voor een positief effect. Volgende instanties verwachten aanzienlijke milieueffecten tenzij het plan aangepast wordt op basis van in het kader van dit verzoek tot raadpleging geformuleerde opmerkingen: - Onroerend Erfgoed: o Er zijn geen archeologische sites bekend in het plangebied, dit wil echter niet zeggen dat er geen archeologisch erfgoed aanwezig kan zijn. (11) p. 28 van de MER-screening wordt in die zin aangevuld. o Op p.28 wordt verwezen naar de Conventie van Valetta, dit moet vervangen worden door het Decreet houdende de bescherming van het archeologisch patrimonium van (11) p. 28 van de MER-screening wordt in die zin aangepast. o Binnen het plangebied komen waardevolle groene ruimte voor (historische parken en tuinen, niet bebouwde landschappen met erfgoedwaarde, tuinen die van belang zijn als context van waardevol bouwkundig erfgoed en voortuinen en andere open ruimtes die van belang zijn voor het straatbeeld). Onroerend Erfgoed pleit voor een planologische bescherming van deze groene ruimtes. Specifiek de bescherming van het parkkarakter van de straatzijde van Les Conifères. (11) De stad Leuven is van oordeel dat met de aanduiding van de bestaande openruimtegebieden als zone voor park, zone voor open ruimte met geïntegreerde bebouwing en zone voor gemengd openruimtegebied voldoende garanties geboden worden om hieraan tegemoet te komen. Het pand Les Conifères bevindt zich volgens het RUP binnen de zone voor wonen 2. De voorschriften bepalen dat Voor de volledige zone wordt een parkachtige aanleg vooropgesteld. Dit zal worden aangevuld met Hierbij dient uitgegaan te worden van de bestaande groenwaardes. o Er bestaat de vrees dat binnen de zone voor open ruimte met geïntegreerde bebouwing verspreide bebouwing mogelijk zal zijn. (11) Binnen de zone voor open ruimte met geïntegreerde bebouwing is er enkel bijkomende beperkte uitbreiding mogelijk binnen de gearceerde bebouwbare zone onmiddellijk aansluitend bij de bestaande bebouwing. Dit net om verspreide bebouwing tegen te gaan. Verzoek tot raadpleging: RUP GGRK1 Tiensesteenweg 4

53 Stad Leuven Afdeling ruimtelijk en duurzaamheidsbeleid o Er wordt voorgesteld om het woongebied binnen Park Maisin om te zetten in een groene bestemming. De voorschriften dienen strikt en duidelijk genoeg gemaakt zodat een duurzaam behoud van de waardevolle groene ruimtes verzekerd is. (11) Het RUP neemt in dit specifieke geval de contour van het woongebied zoals vastgelegd in het gewestplan gewoon over. Aangezien er inzake bestemming geen wijziging gebeurt ten opzichte van het bestaande juridisch kader, zijn er in dit specifieke geval ten gevolge van het RUP geen 3 Conclusie aanzienlijke milieueffecten te verwachten. o Onroerend Erfgoed stelt vast dat er ten opzichte van de aanvankelijke voorstudie een aantal wijzigingen werden doorgevoerd. Bepaalde panden worden in huidig voorstel niet langer als merkwaardig pand aangeduid. Onroerend Erfgoed vraagt zich af wat het afwegingskader hiervoor is. Tevens viel de bepaling uit het voorontwerp weg die stelde dat tuin- en voortuinstructuren integraal deel uit maken van de architectuur. Vanuit het oogpunt van de monumentenzorg blijft deze bepaling beter behouden. (11) In de stedenbouwkundige voorschriften horende bij het RUP zal voor de panden geselecteerd als waardevol vermeld worden dat tuin- en voortuinstructuren integraal deel uitmaken van de architectuur. De evaluatie van de erfgoedwaarden wordt in de MER-screening verduidelijkt. De MER-screening werd aangevuld en/of aangepast op basis van de opmerkingen van Landbouw en Visserij, OVAM, MOW en Onroerend Erfgoed. Daarnaast worden op basis van de opmerkingen van Landbouw en Visserij en Onroerend Erfgoed bijkomende milderende maatregelen meegenomen bij de verdere uitwerking van het ruimtelijk uitvoeringsplan: - In de stedenbouwkundige voorschriften zal worden opgenomen dat landbouw binnen de zone voor gemengd openruimtegebied en de zone voor open ruimte met geïntegreerde bebouwing is toegelaten. - In de voorschriften voor de zone voor wonen 2 zal opgenomen worden dat bij de inrichting van de onbebouwde ruimte dient uitgegaan van de bestaande groenwaardes. Algemeen kan uit de ontvangen adviezen afgeleid worden dat de mogelijke gevolgen op het leefmilieu op een correcte wijze in het verzoek tot raadpleging zijn beschreven na opname van bijkomende milderende maatregelen, dat er bijgevolg geen aanzienlijke milieueffecten verwacht worden en de opmaak van een planmer niet nodig geacht wordt. Verzoek tot raadpleging: RUP GGRK1 Tiensesteenweg 5

54 STAD LEUVEN Gemeentelijk gebiedsgericht ruimtelijk uitvoeringsplan GGR-K1 Tiensesteenweg Onderzoek tot milieueffectrapportage Verzoek tot raadpleging Figurenbundel Laatste aanpassing: 11/03/2013 Stad Leuven dienst ruimtelijk beleid Onderzoek tot MER - GGR-K1 Tiensesteenweg Figurenbundel 1

55 Initiatiefnemer stad Leuven dienst ruimtelijk beleid Prof. Van Overstraetenplein Leuven Contactpersoon: Wim Vandevorst 016/ wim.vandevorst@leuven.be Lijst van de figuren Figuur 1: Situering van het plangebied in Leuven Figuur 2: Plan bestaande toestand, luchtfoto Figuur 3: Plan bestaande toestand Figuur 4: Onderdelen plangebied Figuur 5: Bodemkaart Figuur 6: Bodemdossierinformatie OVAM Figuur 7: Gewestplan Figuur 8:BPA Figuur 9: Ruimtelijke uitvoeringsplannen Figuur 10:Natura 2000 Figuur 11:Beschermingszones waterwinningsgebieden Figuur 12:RSL, woonontwikkelingsgebieden, woonfragmenten en grote ensembles Figuur 13:RSL, wegcategorisering, bus- en fietsinfrastructuur Figuur 14:RSL, openruimtegebieden en multifunctionele assen Figuur 15:Erosiebestrijdingsplan Leuven, bijgestuurde oplossingsscenario s Figuur 16:Afbakening projectzones Figuur 17: Inrichtingsplan projectzone 1: scenario woonontwikkeling Figuur 18: Inrichtingsplan projectzone 2 Figuur 19: Inrichtingsplan projectzone 3 Figuur 20: Biologische waarderingskaart Figuur 21: Ecosysteemkwetsbaarheid: ecotoopverlies Figuur 22: Ecosysteemkwetsbaarheid: verzuring Figuur 28: Natuurlijk overstromingsgebied Figuur 23: Ecosysteemkwetsbaarheid: verdroging Figuur 29: Overstromingsgevoeligheid Figuur 24: Ecosysteemkwetsbaarheid: eutrofiëring Figuur 30: Zoneringsplan VMM Figuur 25: Erosiegevoeligheid Figuur 31: Landschapsatlas Figuur 26: Grondwaterstromingsgevoeligheid Figuur 32: Overzicht SEVESO-bedrijven Figuur 27: Infiltratiegevoeligheid Figuur 33: Grafisch plan RUP - concept Stad Leuven dienst ruimtelijk beleid Onderzoek tot MER - GGR-K1 Tiensesteenweg Figurenbundel 2

56 RUP Tiensesteenweg a) DeelRUP Stad en Voorstad b) DeelRUP Park c) Grootschalige Detailhandel Figuur 1: Situering van het plangebied in Leuven Stad Leuven dienst ruimtelijk beleid Onderzoek tot MER - GGR-K1 Tiensesteenweg Figurenbundel 3

57 Figuur 2: Plan bestaande toestand, luchtfoto Contour RUP Stad Leuven dienst ruimtelijk beleid Onderzoek tot MER - GGR-K1 Tiensesteenweg Figurenbundel 4

58 School De Ark Green Gardens Kerk Park Michotte Kasteel Maisin Klooster Clarissen Figuur 3: Plan bestaande toestand School De Ark De Mol Kasteel Bunswyck Stad Leuven dienst ruimtelijk beleid Onderzoek tot MER - GGR-K1 Tiensesteenweg Figurenbundel 5

59 Figuur 4: Onderdelen plangebied Contour RUP Stad Leuven dienst ruimtelijk beleid Onderzoek tot MER - GGR-K1 Tiensesteenweg Figurenbundel 6

60 Figuur 5: Bodemkaart (bron: Figuur 6: Bodemdossierinformatie OVAM (bron: ovam.be/geoloket) Stad Leuven dienst ruimtelijke planning Gebiedsgericht ruimtelijk uitvoeringsplan GGR-L2 Benedenstad II Janseniushof Figurenbundel 7

61 Contour RUP Figuur 7: Gewestplan Stad Leuven dienst ruimtelijk beleid Onderzoek tot MER - GGR-K1 Tiensesteenweg Figurenbundel 8

62 BPA K15 Tiensevest BPA L22 Westelijke spoorweggeul BPA H04bis Tivolistraat BPA L28 - Stationsoverkapping BPA K11-I Koetsweg (deel 1) Figuur 8: BPA Contour RUP Stad Leuven dienst ruimtelijk beleid Onderzoek tot MER - GGR-K1 Tiensesteenweg Figurenbundel 9

63 RUP ORGB1 RUP GGR-K2 Martelarenlaan RUP Woonfragmenten Figuur 9: Ruimtelijke uitvoeringsplannen Contour RUP Stad Leuven dienst ruimtelijk beleid Onderzoek tot MER - GGR-K1 Tiensesteenweg Figurenbundel 10

64 Contour RUP Figuur 10: Natura 2000 (bron: Figuur 11: Beschermingszone waterwinningsgebieden (bron: dov.vlaanderen.be) Stad Leuven dienst ruimtelijk beleid Onderzoek tot MER - GGR-K1 Tiensesteenweg Figurenbundel 11

65 a) Niet-limitatieve selectie van woonontwikkelingsgebieden in Leuven (RSL, kaartenbundel, 2.09) b) Niet-limitatieve selectie van woonfragmenten in Leuven (RSL, kaartenbundel, 2.08) Figuur 12: RSL, woonontwikkelingsgebieden en woonfragmenten Stad Leuven dienst ruimtelijk beleid Onderzoek tot MER - GGR-K1 Tiensesteenweg Figurenbundel 12

66 a) Wegcategorisering (RSL, kaartenbundel, 2.17) b) Niet-limitatieve selectie van businfrastructuur en centrumlijnen (RSL, kaartenbundel, 2.15R) c) Niet-limitatieve selectie van fietsinfrastructuren (RSL, kaartenbundel, 2.16) Figuur 13: RSL, wegcategorisering, bus- en fietsinfrastructuur Stad Leuven dienst ruimtelijk beleid Onderzoek tot MER - GGR-K1 Tiensesteenweg Figurenbundel 13

67 a) Selectie van openruimtegebieden in Leuven (RSL, kaartenbundel, 2.05) b) Niet-limitatieve selectie van het kernwinkelgebied en multifunctionele assen (RSL, kaartenbundel, 2.12) c) Niet-limitatieve selectie van grote ensembles in Leuven (RSL, kaartenbundel, 2.19) Figuur 14: RSL, openruimtegebieden en multifunctionele assen Stad Leuven dienst ruimtelijk beleid Onderzoek tot MER - GGR-K1 Tiensesteenweg Figurenbundel 14

68 Contour RUP Figuur 15: Erosiebestrijdingsplan Leuven, bijgestuurde oplossingsscenario s Stad Leuven dienst ruimtelijk beleid Onderzoek tot MER - GGR-K1 Tiensesteenweg Figurenbundel 15

69 Contour RUP Contour Projectzones Figuur 16: Afbakening projectzones Stad Leuven dienst ruimtelijk beleid Onderzoek tot MER - GGR-K1 Tiensesteenweg Figurenbundel 16

70 b) Fasering a) Inrichtingsplan Figuur 17: Inrichtingsplan projectzone 1: scenario woonontwikkeling Stad Leuven dienst ruimtelijk beleid Onderzoek tot MER - GGR-K1 Tiensesteenweg Figurenbundel 17

71 Doorgang zacht verkeer Handelsruimte Groene buffer Ingegroende parking Permanente publieke parkeerplaatsen Figuur 18: Inrichtingsplan projectzone 2 Stad Leuven dienst ruimtelijk beleid Onderzoek tot MER - GGR-K1 Tiensesteenweg Figurenbundel 18

72 Figuur 19: Inrichtingsplan projectzone 3 Stad Leuven dienst ruimtelijk beleid Onderzoek tot MER - GGR-K1 Tiensesteenweg Figurenbundel 19

73 Figuur 20: Biologische waarderingskaart (bron: Stad Leuven dienst ruimtelijk beleid Onderzoek tot MER - GGR-K1 Tiensesteenweg Figurenbundel 20

74 Figuur 21: Ecosysteemkwetsbaarheid: ecotoopverlies (bron: Contour RUP Figuur 22: Ecosysteemkwetsbaarheid: verzuring (bron: Stad Leuven dienst ruimtelijke planning Onderzoek tot MER - GGR-K1 Tiensesteenweg Figurenbundel 21

75 Figuur 23: Ecosysteemkwetsbaarheid: verdroging (bron: Contour RUP Figuur 24: Ecosysteemkwetsbaarheid: eutrofiëring (bron: Stad Leuven dienst ruimtelijk beleid Onderzoek tot MER - GGR-K1 Tiensesteenweg Figurenbundel 22

76 Contour RUP Figuur 25: Erosiegevoeligheid (bron: Stad Leuven dienst ruimtelijk beleid Onderzoek tot MER - GGR-K1 Tiensesteenweg Figurenbundel 23

77 Contour RUP Figuur 26: Infiltratiegevoeligheid (bron: Contour RUP Figuur 27: Grondwaterstromingsgevoeligheid (bron: Stad Leuven dienst ruimtelijk beleid Onderzoek tot MER - GGR-K1 Tiensesteenweg Figurenbundel 24

78 Figuur 28: Natuurlijk overstromingsgebied (bron: Contour RUP Figuur 29: Overstromingsgevoeligheid (bron: Stad Leuven dienst ruimtelijk beleid Onderzoek tot MER - GGR-K1 Tiensesteenweg Figurenbundel 25

79 Contour RUP Figuur 30: Zoneringsplan (VMM) Stad Leuven dienst ruimtelijk beleid Onderzoek tot MER - GGR-K1 Tiensesteenweg Figurenbundel 26

80 Contour RUP Figuur 31: Landschapsatlas (bron: Stad Leuven dienst ruimtelijk beleid Onderzoek tot MER - GGR-K1 Tiensesteenweg Figurenbundel 27

81 Perimeter 2 km Plangebied SEVESO bedrijven IMEC JSR Micro VWR International Figuur 32: Overzicht SEVESO-bedrijven binnen perimeter van 2 km (bron: 12/09/2012) Stad Leuven dienst ruimtelijk beleid Onderzoek tot MER - GGR-K1 Tiensesteenweg Figurenbundel 28

82 Figuur 33: Grafisch plan RUP - concept Stad Leuven dienst ruimtelijk beleid Onderzoek tot MER - GGR-K1 Tiensesteenweg Figurenbundel 29

GGR-K4, K5, K6 Tiensesteenweg Stad en voorstad/park/grootschalige kleinhandel

GGR-K4, K5, K6 Tiensesteenweg Stad en voorstad/park/grootschalige kleinhandel STAD LEUVEN Gemeentelijk gebiedsgericht ruimtelijk uitvoeringsplan GGR-K4, K5, K6 Tiensesteenweg Stad en voorstad/park/grootschalige kleinhandel Definitief Deel1: Toelichtingsnota Figurenbundel Stad Leuven

Nadere informatie

GGR-K4,K5,K6 TIENSESTEENWEG STAD EN VOORSTAD/PARK/GROOTSCHALIGE KLEINHANDEL. Toelichtingsnota STAD LEUVEN GEBIEDSGERICHT RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN

GGR-K4,K5,K6 TIENSESTEENWEG STAD EN VOORSTAD/PARK/GROOTSCHALIGE KLEINHANDEL. Toelichtingsnota STAD LEUVEN GEBIEDSGERICHT RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN STAD LEUVEN GEBIEDSGERICHT RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN GGR-K4,K5,K6 TIENSESTEENWEG STAD EN VOORSTAD/PARK/GROOTSCHALIGE KLEINHANDEL Toelichtingsnota Definitief Voorlopig vastgesteld door de gemeenteraad

Nadere informatie

Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan AFBAKENING VAN HET STRUCTUURONDERSTEUNEND KLEINSTEDELIJK GEBIED KNOKKE-HEIST

Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan AFBAKENING VAN HET STRUCTUURONDERSTEUNEND KLEINSTEDELIJK GEBIED KNOKKE-HEIST Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan AFBAKENING VAN HET STRUCTUURONDERSTEUNEND KLEINSTEDELIJK GEBIED KNOKKE-HEIST DEFINITIEVE VASTSTELLING SEPTEMBER 2011 STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN Inhoudstafel

Nadere informatie

gewenste ruimtelijke structuur in het definitief gemeentelijk ruimtelijk structuurplan

gewenste ruimtelijke structuur in het definitief gemeentelijk ruimtelijk structuurplan gewenste ruimtelijke structuur in het definitief gemeentelijk ruimtelijk structuurplan gemeente zoersel - RUP herziening BPA gemeenschapsvoorzieningen achterstraat - kaart 1 elementen van bovenlokaal belang

Nadere informatie

N16 Scheldebrug Temse-Bornem

N16 Scheldebrug Temse-Bornem gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Bijlage III: toelichtingsnota tekst colofon Vlaams Ministerie Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed Departement RWO - Ruimtelijke Planning Phoenixgebouw

Nadere informatie

gewenste ruimtelijke structuur voor Sint-Truiden

gewenste ruimtelijke structuur voor Sint-Truiden gewenste ruimtelijke structuur voor Sint-Truiden stad sint-truiden - rup recastrip brustem - kaart 1 secundaire verbindingsweg met laanbeplanting beekvalleien te ontwikkelen als natuurlijke dragers met

Nadere informatie

13 Bedrijventerrein voor kantoren en kantoorachtigen en bedrijven van lokaal belang Keppekouter

13 Bedrijventerrein voor kantoren en kantoorachtigen en bedrijven van lokaal belang Keppekouter 13 Bedrijventerrein voor kantoren en kantoorachtigen en bedrijven van lokaal belang Keppekouter 84 A Relatie met het afbakeningsproces In de hypothese van gewenste ruimtelijke structuur van het regionaalstedelijk

Nadere informatie

Verzoek tot raadpleging

Verzoek tot raadpleging Onderzoek tot milieueffectrapportage Verzoek tot raadpleging Gemeentelijk Gebiedsgericht Ruimtelijk Uitvoeringsplan GGRH2 - Philipsterrein en omgeving Gedeeltelijke herziening Stad Leuven Laatste aanpassing:

Nadere informatie

Kaart 36: plangebied en omgeving grondwaterstromingsgevoelige gebieden Kaart 37: plangebied en omgeving infiltratiegevoelige gebieden Kaart 38:

Kaart 36: plangebied en omgeving grondwaterstromingsgevoelige gebieden Kaart 37: plangebied en omgeving infiltratiegevoelige gebieden Kaart 38: scopingsnota bijlages stad Ieper RUP Jan Yperman en omgeving KAARTEN Kaart 1: situering plangebied en afbakening kleinstedelijk gebied Ieper topografische kaart Kaart 2: situering plangebied en afbakening

Nadere informatie

Bijlage III. De bespreking van deze deelgebieden is hieronder weergegeven.

Bijlage III. De bespreking van deze deelgebieden is hieronder weergegeven. Bijlage III De N43 is een belangrijk structuurbepalend element in de ruimte tussen Gent en Kortrijk, en situeert zich als historische ontwikkelingsas tussen de oude as van de Leie en de nieuwe as van de

Nadere informatie

Gemeentelijk gebiedsgericht ruimtelijk uitvoeringsplan GGR-K6 Tiensesteenweg, grootschalige kleinhandel

Gemeentelijk gebiedsgericht ruimtelijk uitvoeringsplan GGR-K6 Tiensesteenweg, grootschalige kleinhandel STAD LEUVEN Gemeentelijk gebiedsgericht ruimtelijk uitvoeringsplan GGR-K6 Tiensesteenweg, grootschalige kleinhandel Definitief Deel 3: de stedenbouwkundige voorschriften Gezien en voorlopig vastgesteld

Nadere informatie

BPA CENTRUM ZUID, WIJZIGING A,

BPA CENTRUM ZUID, WIJZIGING A, 1 BPA CENTRUM ZUID, WIJZIGING A, herziening en uitbreiding 2 1. SITUERING VAN HET BPA Het Bpa is gesitueerd in de deelgemeente Dadizele, ten zuidwesten van de kerk en de Marktplaats, meer bepaald ten zuiden

Nadere informatie

antwoord op de uitgebrachte adviezen van de screeningsnota

antwoord op de uitgebrachte adviezen van de screeningsnota antwoord op de uitgebrachte adviezen van de screeningsnota RUP Koeisteerthofdreef stad Mortsel februari 2010 NOTA Inhoud 1. Inleiding... - 3-2. Advies provincie Antwerpen... - 3-3. Advies Agentschap R-O

Nadere informatie

RUP Zonevreemde recreatie. Toelichting Bevolking

RUP Zonevreemde recreatie. Toelichting Bevolking RUP Zonevreemde recreatie Toelichting Bevolking 11 juni 2018 RUP Is een uitvoering van het Gemeentelijke Ruimtelijke Structuurplan (GRS) Vervangt het gewestplan Bestaat uit een grafisch plan en bijhorende

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 25 januari 2014 betreffende het onroerend erfgoed;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 25 januari 2014 betreffende het onroerend erfgoed; Besluit van de Vlaamse Regering houdende de voorlopige vaststelling van het ontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Scheldepolders Hingene in Bornem DE VLAAMSE REGERING, Gelet op de Vlaamse

Nadere informatie

Ontwerp RUP s Tiensesteenweg stad en voorstad, park, grootschalige kleinhandel. 4 oktober 2013

Ontwerp RUP s Tiensesteenweg stad en voorstad, park, grootschalige kleinhandel. 4 oktober 2013 Ontwerp RUP s Tiensesteenweg stad en voorstad, park, grootschalige kleinhandel 4 oktober 2013 0. Inleiding INLEIDING SCHEPEN DIRK VANSINA schepen van burgerzaken, monumentenzorg, jeugd, toerisme en feestelijkheden

Nadere informatie

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 22 februari 2018 Verslag van de deputatie Bevoegd deputatielid: Luk Lemmens Telefoon: 03 240 52 65 Agenda nr. 2/1 Uitvoering RSPA : PRUP Afbakening kleinstedelijk

Nadere informatie

RUP Kanaalzone West Wielsbeke. Bewonersvergadering OC Leieland 24/08/2016

RUP Kanaalzone West Wielsbeke. Bewonersvergadering OC Leieland 24/08/2016 RUP Kanaalzone West Wielsbeke Bewonersvergadering OC Leieland 24/08/2016 Inhoud Wat is een ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP)? Welke plannen worden vervangen? Situering van het plangebied Hoger beleidskader

Nadere informatie

R.U.P in de eigen leefomgeving:

R.U.P in de eigen leefomgeving: Academiejaar 2014-2015 R.U.P in de eigen leefomgeving: Dorpskern Lubbeek. Naam: Stefanie Cortoos VAK:AARDRIJKSKUNDE, ACTUELE TOPICS LECTOR: HANNELORE VERSTAPPEN Inhoudstafel 1.Situering van het gebied.p2

Nadere informatie

Provincieraadsbesluit

Provincieraadsbesluit directie Ruimte dienst Ruimtelijke Planning dossiernummer: 1505496 Provincieraadsbesluit betreft verslaggever Stekene en Sint-Gillis-Waas - PRUP 'Reconversie verblijfsrecreatie Stekene en Sint-Gillis-Waas

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 25 januari 2014 betreffende het onroerend erfgoed;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 25 januari 2014 betreffende het onroerend erfgoed; Besluit van de Vlaamse Regering houdende voorlopige vaststelling van het ontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Openruimtegebieden Beneden-Nete DE VLAAMSE REGERING, Gelet op de Vlaamse Codex

Nadere informatie

provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan

provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan LEEMSTRAAT Hoogstraten Stedenbouwkundige voorschriften Ruimtelijke planner: Peter Peeters Dienst Ruimtelijke Planning Gezien en definitief vastgesteld door de provincieraad

Nadere informatie

RUP Hernieuwenburg Wielsbeke. Bewonersvergadering OC Hernieuwenburg 24/08/2015

RUP Hernieuwenburg Wielsbeke. Bewonersvergadering OC Hernieuwenburg 24/08/2015 RUP Hernieuwenburg Wielsbeke Bewonersvergadering OC Hernieuwenburg 24/08/2015 Inhoud Wat is een ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP)? Situering van het plangebied Aanleiding aan te pakken ruimtelijke vraagstukken

Nadere informatie

situering en afbakening van het plangebied

situering en afbakening van het plangebied situering en afbakening van het gemeente kalmthout - RUP 'woonbos' - kaart 1 bron: digitale versie gewestplan, toestand 01012002, a.r.o.h.m. oc-gisvlaanderen OMGEVING - mei 2013-08019_GUN_PL_016 gewenste

Nadere informatie

Provincieraadsbesluit

Provincieraadsbesluit directie Ruimte dienst Ruimtelijke Planning dossiernummer: 1602849 Provincieraadsbesluit betreft verslaggever Sint-Gillis-Waas - PRUP 'Reconversie verblijfsrecreatie Sint-Gillis-Waas fase 1' Definitieve

Nadere informatie

1. KORTENBERG ALS VERZAMELING VAN STERKE KERNEN

1. KORTENBERG ALS VERZAMELING VAN STERKE KERNEN 1. KORTENBERG ALS VERZAMELING VAN STERKE KERNEN Kortenberg bestaat uit verschillende kernen, de 5 deelgemeentes; Meerbeek, Everberg, Kwerps, Erps en Kortenberg. De deelkernen worden omkaderd door de nog

Nadere informatie

23016_D_0157_H_011_00

23016_D_0157_H_011_00 IDENTIFICATIE VAN DE AANVRAGER Naam: Gemeentebestuur Dilbeek Beroep: Gemeentebestuur Adres: Gemeenteplein 1 1700 Dilbeek Datum van aanvraag: 23 februari 2017 IDENTIFICATIE VAN HET PERCEEL Gemeente: DILBEEK

Nadere informatie

PROVINCIE VLAAMS-BRABANT. Provinciaal RUP Afbakening kleinstedelijk gebied Halle verordenend deel. Directie infrastructuur dienst ruimtelijke ordening

PROVINCIE VLAAMS-BRABANT. Provinciaal RUP Afbakening kleinstedelijk gebied Halle verordenend deel. Directie infrastructuur dienst ruimtelijke ordening PROVICIE VLAAMS-BRABAT Directie infrastructuur dienst ruimtelijke ordening Vragen naar Daan Demey Telefoon fax 0-7 07 / 0- e-mail ruimtelijkeplanning@vlaamsbrabant.be Dossiernummer Ons kenmerk 000_0 Datum

Nadere informatie

23016_D_0145_X_003_00

23016_D_0145_X_003_00 IDENTIFICATIE VAN DE AANVRAGER Naam: Dirk Van Den Haute Beroep: Notaris Adres: Gustaaf Vandersteenstraat 10 1750 Sint-Kwintens-Lennik Datum van aanvraag: 31/08/2017 IDENTIFICATIE VAN HET PERCEEL Gemeente:

Nadere informatie

Melle Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan

Melle Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Melle Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Definitief ontwerp Kaartenbundel richtinggevend gedeelte september 2011 Gent 20-02-2008 Ontwerpteam: Annelies De Clercq Cindy Van Caeneghem port arthurlaan 11!

Nadere informatie

RUP Kachtem Izegem. Bewonersvergadering te Meilief 14/09/2016

RUP Kachtem Izegem. Bewonersvergadering te Meilief 14/09/2016 RUP Kachtem Izegem Bewonersvergadering te Meilief 14/09/2016 Inhoud Procedure Wat is een ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP)? Welke plannen worden vervangen? Situering van het plangebied Aanleiding tot het

Nadere informatie

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 25 september 2014 Verslag van de deputatie Bevoegd deputatielid: Luk Lemmens Telefoon: 03 240 52 65 Agenda nr. 2/2 Uitvoering RSPA : PRUP Oude kanaalarm Puurs

Nadere informatie

provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan

provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan ZUID-OOST CENTRUM Hoogstraten Stedenbouwkundige voorschriften Ruimtelijke planner: Peter Peeters Dienst Ruimtelijke Planning Gezien en definitief vastgesteld door

Nadere informatie

PRUP Regionaal bedrijventerrein Jagersborg te Maaseik - Herziening RUP's. Kaart 1 Situering

PRUP Regionaal bedrijventerrein Jagersborg te Maaseik - Herziening RUP's. Kaart 1 Situering Kaart 1 Situering 1. Vectoriële versie van Streetnet, versie 2003 3. Kadastrale gegevens van GRB 1 / 14 Kaart 2 Landschapsatlas Maasland 1. Vectoriële versie van de Landschapsatlas, MVG-LIN-AMINAL Monumenten

Nadere informatie

MODEL INLICHTINGENFORMULIER VASTGOEDINFORMATIE IDENTIFICATIE VAN DE AANVRAGER. Beroep: Datum van aanvraag:

MODEL INLICHTINGENFORMULIER VASTGOEDINFORMATIE IDENTIFICATIE VAN DE AANVRAGER. Beroep: Datum van aanvraag: 1 MODEL INLICHTINGENFORMULIER VASTGOEDINFORMATIE Voorliggend formulier is slechts een model dat aangepast kan worden aan de specifieke wensen en noden van de gemeente vak in te vullen door de aanvrager

Nadere informatie

HET POORTJE; Toelichting stedenbouwkundige inpassing Datum:

HET POORTJE; Toelichting stedenbouwkundige inpassing Datum: HET POORTJE; Toelichting stedenbouwkundige inpassing Datum: 14-4-2009 Huidige situatie De locatie maakt deel uit van het ontwikkelingsgebied Heerenveen Noordoost; een langgerekt gebied tussen grofweg de

Nadere informatie

MASTERPLAN LO Workshop

MASTERPLAN LO Workshop MASTERPLAN LO 2020 Workshop 3 04.02.2009 Verloop van de avond Welkom Informatie Terugkoppeling workshop 2 Stand van zaken ontwerp Waar gaat er nu aan gewerkt worden? Bespreking Goed wonen Goede woonomgeving

Nadere informatie

p r o v i n Ruimte College van burgemeester en schepenen Maastrichterstraat TONGEREN Geacht college

p r o v i n Ruimte College van burgemeester en schepenen Maastrichterstraat TONGEREN Geacht college 2015-04-16 p r o v i n Directie Ruimte College van burgemeester en schepenen Maastrichterstraat 10 3700 TONGEREN Dienst Ruimtelijke Planning en Beleid Geacht college Betreft: uw verzoek tot raadpleging

Nadere informatie

13/ / Informatief deel

13/ / Informatief deel 13/183 43-03/26000512 DEEL 2 Informatief deel Leeswijzer Het is de bedoeling dat het informatief gedeelte de bestaande ruimtelijke structuur van de gemeente schetst, met inbegrip van de ruimtelijk relevante

Nadere informatie

Kaart 1: Ruimtelijke visie op Vlaanderen (RSV)

Kaart 1: Ruimtelijke visie op Vlaanderen (RSV) Kaart 1: Ruimtelijke visie op Vlaanderen (RSV) PRUP regionaal bedrijventerrein Kaart 2: Selectie economische knooppunten en economisch netwerk (RSV) PRUP regionaal bedrijventerrein Kaart 3: Planningsprocessen

Nadere informatie

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN 1.1. Het bedrijventerrein is bestemd voor bedrijven met de volgende hoofdactiviteiten: productie, opslag, bewerking en verwerking van goederen; productie van energie; onderzoeks-

Nadere informatie

Gemeente Wevelgem Ruimtelijk Uitvoeringsplan 7-1 Marremstraat. september 2011, ontwerp 1

Gemeente Wevelgem Ruimtelijk Uitvoeringsplan 7-1 Marremstraat. september 2011, ontwerp 1 Gemeente Wevelgem Ruimtelijk Uitvoeringsplan 7-1 Marremstraat september 2011, ontwerp 1 Colofon Formele procedure Dit document is een publicatie van: Intercommunale Leiedal President Kennedypark 10 - BE-8500

Nadere informatie

MODEL INLICHTINGENFORMULIER VASTGOEDINFORMATIE IDENTIFICATIE VAN HET ONROEREND GOED

MODEL INLICHTINGENFORMULIER VASTGOEDINFORMATIE IDENTIFICATIE VAN HET ONROEREND GOED 1 MODEL INLICHTINGENFORMULIER VASTGOEDINFORMATIE Voorliggend formulier is slechts een model dat aangepast kan worden aan de specifieke wensen en noden van de gemeente vak in te vullen door de aanvrager

Nadere informatie

DEEL 3: BINDEND GEDEELTE

DEEL 3: BINDEND GEDEELTE DEEL 3: BINDEND GEDEELTE GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN MEISE Deel 3: Bindend gedeelte Ontwerp Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Meise 1 september 2006 167 Deel 3: Bindend gedeelte Ontwerp Gemeentelijk

Nadere informatie

nederzettingsstructuur GGR-L9 Donkerstraat STAD LEUVEN GEBIEDSGERICHT RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN Toelichtingsnota

nederzettingsstructuur GGR-L9 Donkerstraat STAD LEUVEN GEBIEDSGERICHT RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN Toelichtingsnota STAD LEUVEN GEBIEDSGERICHT RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN nederzettingsstructuur GGR-L9 Donkerstraat Toelichtingsnota Voorlopig vastgesteld door de gemeenteraad van 28 maart 2011. Voor definitieve vaststelling

Nadere informatie

LAR- Zuid - Tracé- wijziging buurtwegen Toelichting. Menen / Kortrijk : Buurtwegen SRBT LAR- Zuid 1

LAR- Zuid - Tracé- wijziging buurtwegen Toelichting. Menen / Kortrijk : Buurtwegen SRBT LAR- Zuid 1 LAR- Zuid - Tracé- wijziging buurtwegen Toelichting Menen / Kortrijk : Buurtwegen SRBT LAR- Zuid 1 Situering : De projectzone opgenomen in voorliggend dossier is gelegen op de grens tussen de stad Kortrijk

Nadere informatie

naam: gedeeltelijke wijziging van het gewestplan Halle-Vilvoorde-Asse datum: 17/07/2000 met bestemming:

naam: gedeeltelijke wijziging van het gewestplan Halle-Vilvoorde-Asse datum: 17/07/2000 met bestemming: naam: gedeeltelijke wijziging van het gewestplan Halle-Vilvoorde-Asse datum: 17/07/2000 met bestemming: bufferzones 1.1.1.2 een algemeen plan van aanleg (A.P.A) Niet van toepassing in Dilbeek 1.1.1.3 een

Nadere informatie

IDENTIFICATIE VAN DE AANVRAGER IDENTIFICATIE VAN HET PERCEEL

IDENTIFICATIE VAN DE AANVRAGER IDENTIFICATIE VAN HET PERCEEL IDENTIFICATIE VAN DE AANVRAGER Naam: Berquin Notarissen Beroep: Notaris Adres: Lloyd Georgelaan 11 1000 brussel Datum van aanvraag: 15/09/2017 IDENTIFICATIE VAN HET PERCEEL Gemeente: DILBEEK Postnummer:

Nadere informatie

Structuurplan Herne. PRESENTATIE GRS Herne

Structuurplan Herne. PRESENTATIE GRS Herne PRESENTATIE GRS Herne Wat komt aan bod: Wat is een gemeentelijk ruimtelijk structuurplan? Hoe past het gemeentelijk structuurplan in het structuurplan van de provincie Vlaams-Brabant en de Vlaamse overheid?

Nadere informatie

BIJLAGE 3: AFBAKENING GEBIEDEN. 1 Hiërarchie. 2 Afbakening gebieden. 2.1 Kwetsbare gebieden

BIJLAGE 3: AFBAKENING GEBIEDEN. 1 Hiërarchie. 2 Afbakening gebieden. 2.1 Kwetsbare gebieden BIJLAGE 3: AFBAKENING GEBIEDEN In onderstaande tekst wordt de afweging gemaakt tussen juridische toestand van een gebied, de toestand op het terrein en de visie van het GRS. Daaruit wordt een conclusie

Nadere informatie

In kader van het onderzoek tot milieueffectrapportage werden op basis van een lijst aangeleverd door de dienst MER volgende instanties geraadpleegd:

In kader van het onderzoek tot milieueffectrapportage werden op basis van een lijst aangeleverd door de dienst MER volgende instanties geraadpleegd: N o t a b e t r e f f e n d e d e b e h a n d e l i n g v a n d e a d v i e z e n i n k a d e r v a n h e t o n d e r z o e k t o t m i l i e u e f f e c t r a p p o r t a g e v a n de R U P s V r o e

Nadere informatie

PROVINCIE ANTWERPEN STAD HERENTALS GEMEENTE GROBBENDONK RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN HAZENPAD VERZOEK TOT RAADPLEGING BIJLAGE BUNDELING ADVIEZEN

PROVINCIE ANTWERPEN STAD HERENTALS GEMEENTE GROBBENDONK RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN HAZENPAD VERZOEK TOT RAADPLEGING BIJLAGE BUNDELING ADVIEZEN PROVINCIE ANTWERPEN STAD HERENTALS GEMEENTE GROBBENDONK RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN HAZENPAD VERZOEK TOT RAADPLEGING BIJLAGE BUNDELING ADVIEZEN bvba Advies Ruimtelijke Kwaliteit (bvba ARK) Augustijnenlaan

Nadere informatie

MODEL INLICHTINGENFORMULIER VASTGOEDINFORMATIE IDENTIFICATIE VAN DE AANVRAGER. Beroep: Datum van aanvraag: IDENTIFICATIE VAN HET ONROEREND GOED

MODEL INLICHTINGENFORMULIER VASTGOEDINFORMATIE IDENTIFICATIE VAN DE AANVRAGER. Beroep: Datum van aanvraag: IDENTIFICATIE VAN HET ONROEREND GOED 1 MODEL INLICHTINGENFORMULIER VASTGOEDINFORMATIE Voorliggend formulier is een model dat aangepast kan worden aan de specifieke wensen en noden van de gemeente vak in te vullen door de aanvrager IDENTIFICATIE

Nadere informatie

AANVULLENDE NOTA VERZOEK TOT ONTHEFFING VAN DE PLAN-MER PLICHT

AANVULLENDE NOTA VERZOEK TOT ONTHEFFING VAN DE PLAN-MER PLICHT Aanvullende nota screeningsnota PRUP Regionaal bedrijf Waeyaert - Vermeersch - Kortemark PROVINCIE WEST-VLAANDEREN Dienst Ruimtelijke Planning AANVULLENDE NOTA VERZOEK TOT ONTHEFFING VAN DE PLAN-MER PLICHT

Nadere informatie

VOETWEG 65 AANVRAAG TOT GEDEELTELIJKE AFSCHAFFING

VOETWEG 65 AANVRAAG TOT GEDEELTELIJKE AFSCHAFFING VOETWEG 65 AANVRAAG TOT GEDEELTELIJKE AFSCHAFFING GEGEVENS Atlasgemeente: Kortrijk Detailplan 9 Buurtweg: (deel van) nr. 65 INHOUD Met het oog op het indienen van de omgevingsvergunningsaanvraag voor de

Nadere informatie

Een blik op de ruimtelijke planning in Vlaanderen

Een blik op de ruimtelijke planning in Vlaanderen Een blik op de ruimtelijke planning in Vlaanderen Departement Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed Afdeling ruimtelijke planning Een blik op de ruimtelijke planning in Vlaanderen 1. Krijtlijnen

Nadere informatie

Wonen in multifunctionele woonkernen

Wonen in multifunctionele woonkernen Herziening RSL2 Ontwerp 7 maart 2017 Wonen in multifunctionele woonkernen Inleiding Kernnota Thema s Stadsdelen & Deelruimten Prioritaire Projecten 99 Wonen in multifunctionele woonkernen B. Bestaande

Nadere informatie

23070_E_0141_V_000_00

23070_E_0141_V_000_00 IDENTIFICATIE VAN DE AANVRAGER Naam: Carl Ockerman Beroep: Notaris Adres: Lloyd Georgelaan 11 1000 Brussel Datum van aanvraag: 25 september 2015 IDENTIFICATIE VAN HET PERCEEL Gemeente: DILBEEK Postnummer:

Nadere informatie

KAART 1 LUCHTFOTO. groep Aertssen. planologisch attest. bron AGIV orthofoto middenschalig winteropname (2013) studiegebied

KAART 1 LUCHTFOTO. groep Aertssen. planologisch attest. bron AGIV orthofoto middenschalig winteropname (2013) studiegebied OMGEVING. 3 februari 2015. 15011_PL_001_luchtfoto KAART 1 LUCHTFOTO groep Aertssen. planologisch attest. bron AGIV orthofoto middenschalig winteropname (2013) 0 100 200 m OMGEVING. 3 februari 2015. 15011_PL_002_topografie

Nadere informatie

Raadpleging startnota en procesnota Ruimtelijk Uitvoeringsplan (RUP) Groen

Raadpleging startnota en procesnota Ruimtelijk Uitvoeringsplan (RUP) Groen Raadpleging startnota en procesnota Ruimtelijk Uitvoeringsplan (RUP) Groen Het Gentse stadsbestuur maakt een thematisch ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) op, het RUP Groen. Dit RUP wil de bestaande groengebieden

Nadere informatie

PROVINCIAAL RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN

PROVINCIAAL RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN PROVINCIAAL RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN " Afbakening kleinstedelijk gebied Waregem op het grondgebied Zulte " Deel 2: Grafisch plan Stedenbouwkundige voorschriften mei 2012 Deel 2: Grafisch plan en stedenbouwkundige

Nadere informatie

Sint-Niklaas - Lokeren

Sint-Niklaas - Lokeren Sint-Niklaas - Lokeren 1. Valleigebieden (KB 7/11/78) 0911 De agrarische gebieden met landschappelijke waarde die op kaart welke de bestemmingsgebieden omschrijven overdrukt zijn met de letter V hebben

Nadere informatie

RUP Quintyn gebroeders bvba Gemeente Zulte. Stedenbouwkundige voorschriften en grafisch plan November 2017

RUP Quintyn gebroeders bvba Gemeente Zulte. Stedenbouwkundige voorschriften en grafisch plan November 2017 RUP Quintyn gebroeders bvba Gemeente Zulte Stedenbouwkundige voorschriften en grafisch plan November 2017 Gemeentelijk RUP 'Quintyn Gebroeders bvba' te Zulte Verordenend grafisch plan 267V2 269Z 271S2

Nadere informatie

RUP Klaverblad Zuid-Oost Gemeente Lummen Kaart 1 Situering

RUP Klaverblad Zuid-Oost Gemeente Lummen Kaart 1 Situering Kaart 1 Situering 1. Vectoriële versie van Streetnet, versie 2003 3. Kadastrale gegevens van GRB 1 / 14 Kaart 2 Landschapsatlas Zuiderkempen Dijle-Gete-Demeras 1. Vectoriële versie van de Landschapsatlas,

Nadere informatie

7 ARTIKEL 7: CLUSTER S GRAVENWEZEL

7 ARTIKEL 7: CLUSTER S GRAVENWEZEL 7 ARTIKEL 7: CLUSTER S GRAVENWEZEL ART.7.0. BASISRECHTEN Deze cluster situeert zich binnen de perimeter noordelijke en oostelijke open ruimte. De zonevreemde woningen zijn gelegen in ruimtelijk kwetsbaar

Nadere informatie

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 26 januari 2017 Verslag van de deputatie Bevoegd deputatielid: Luk Lemmens Telefoon: 03 240 52 65 Agenda nr. 2/1 Uitvoering RSPA : PRUP De Beunt Lier voorlopige

Nadere informatie

Leuven Noord. gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan BIJLAGE 1: GRAFISCH PLAN BIJLAGE 2: STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN

Leuven Noord. gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan BIJLAGE 1: GRAFISCH PLAN BIJLAGE 2: STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Leuven Noord BIJLAGE 1: GRAFISCH PLAN BIJLAGE 2: STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap colofon Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap

Nadere informatie

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Kruishoutem

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Kruishoutem Gemeente Kruishoutem Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Kruishoutem Ontwerp Bindend gedeelte Uitgave Datum 1 november 2004 2 februari 2005 3 mei 2005 4 oktober 2005 5 april 2006 Studiebureau VDS b.v.b.a.

Nadere informatie

Wonen in multifunctionele woonkernen

Wonen in multifunctionele woonkernen Herziening RSL2 Ontwerp 27 november 2017 Wonen in multifunctionele woonkernen Inleiding Kernnota Thema s Stadsdelen & Deelruimten Prioritaire Projecten 101 Wonen in multifunctionele woonkernen B. Bestaande

Nadere informatie

RUP MOLENBEEK SPORT & RECREATIE

RUP MOLENBEEK SPORT & RECREATIE RUP MOLENBEEK SPORT & RECREATIE PLAN-MER SCREENINGSNOTA (deel II kaartenbundel) Adviesverlening en begeleiding Ruimtelijke ordening Januari 2015 (ontheffingsaanvraag) Projectnr. IL: 506.016 MER-dossiernr.:

Nadere informatie

Richtinggevend gedeelte

Richtinggevend gedeelte 116/183 43-03/26000512 DEEL 3 Richtinggevend gedeelte Leeswijzer In het voorgaande informatief gedeelte werd een analyse van de bestaande ruimtelijke structuur gemaakt door vanuit een globale en sectorale

Nadere informatie

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 22 september 2016 Verslag van de deputatie Bevoegd deputatielid: Luk Lemmens Telefoon: 03 240 52 65 Agenda nr. 2/1 Uitvoering RSPA : PRUP Afbakeningslijn Heist-op-den-

Nadere informatie

Infovergadering woensdag 15 september 2010

Infovergadering woensdag 15 september 2010 Infovergadering woensdag 15 september 2010 RUP Mussenhoeve 1 Overzicht Verwelkoming Koen T Sijen, burgemeester Situering Ria Van Den Heuvel, schepen ruimtelijke ordening Voorstelling RUP Etienne Symens,

Nadere informatie

Ingevolge de wet op de ruimtelijke ordening en stedenbouw dd. 29 maart Nog steeds hét juridisch planninginstrument in Watou

Ingevolge de wet op de ruimtelijke ordening en stedenbouw dd. 29 maart Nog steeds hét juridisch planninginstrument in Watou Structuurplan "De Watounaar" Bewonersplatform Watou. Ruimtelijke Ordening Watou. De diverse planinstrumenten van toepassing op het grondgebied van Poperinge. Ingevolge de wet op de ruimtelijke ordening

Nadere informatie

GEMEENTE GAVERE GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN DEEL 3: BINDEND GEDEELTE

GEMEENTE GAVERE GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN DEEL 3: BINDEND GEDEELTE GEMEENTE GAVERE GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN DEEL 3: BINDEND GEDEELTE GRS GAVERE - BINDEND GEDEELTE 1 INHOUD 1. VOORSTEL BINDENDE BEPALINGEN 3 1.1. RUIMTELIJKE NEDERZETTINGSSTRUCTUUR 3 1.2. RUIMTELIJK-ECONOMISCHE

Nadere informatie

Info-avond. WUG Ommegang

Info-avond. WUG Ommegang Info-avond WUG Ommegang 17.06.2016 VOORSTELLING - collectief van inwoners, buren en vrienden - ontstaan naar aanleiding van opmaak verkavelingsplan WUG Ommegang - bezorgd omwille van de grote impact op

Nadere informatie

Besluit van de Deputatie

Besluit van de Deputatie 3e Directie Dienst 33 Ruimtelijke ordening en Stedenbouw aanwezig André Denys, gouverneur-voorzitter Besluit van de Deputatie Alexander Vercamer, Marc De Buck, Peter Hertog, Jozef Dauwe, Eddy Couckuyt,

Nadere informatie

Motivatienota Onteigeningsplan. Recreatiezone Melsbroek

Motivatienota Onteigeningsplan. Recreatiezone Melsbroek Motivatienota Onteigeningsplan Recreatiezone Melsbroek 1. LIGGING PLANGEBIED De gemeente Steenokkerzeel is gelegen in Vlaams-Brabant, ten noord-oosten van Brussel, tussen de gemeenten Machelen, Zaventem,

Nadere informatie

Aanpak problematiek van de weekendverblijven. Provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan (PRUP) Leugenboombos

Aanpak problematiek van de weekendverblijven. Provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan (PRUP) Leugenboombos Inleiding Aanpak problematiek van de weekendverblijven Provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan (PRUP) Leugenboombos Verdere stappen Vragen? 6 mei 2009 dienst ruimtelijke planning - PRUP Leugenboombos 1

Nadere informatie

Provincieraadsbesluit

Provincieraadsbesluit directie Ruimte dienst Ruimtelijke Planning dossiernummer: 1505760 Provincieraadsbesluit betreft verslaggever Zwalm - provinciaal RUP Reconversie verblijfsrecreatie Rekegemstraat Definitieve vaststelling.

Nadere informatie

BPA ZUSSEN: situering plangebied

BPA ZUSSEN: situering plangebied BPA ZUSSEN: situering plangebied BPA ZUSSEN: situering plangebied BPA ZUSSEN: analyse plangebied 7,15ha BPA ZUSSEN: analyse plangebied bestaande woningen 40 woningen 10 open bebouwing (ca. 5-6 are per

Nadere informatie

Ruimtelijk Uitvoeringsplan Azelhof

Ruimtelijk Uitvoeringsplan Azelhof Ruimtelijk Uitvoeringsplan Azelhof Startnotafase Participatiemoment, 8 oktober 2018 Koen Janssens Ruimtelijk planner Inhoud Wat is een Ruimtelijk Uitvoeringsplan (RUP)? Procedure Situering van het plangebied

Nadere informatie

RUP Torhout-Noord Stad Torhout Kaart 1 Situering

RUP Torhout-Noord Stad Torhout Kaart 1 Situering Sint-Rembertlaan Kaart 1 Situering Koningsdreef Wegverbinding Pottebezemstraat Berg-op-Zoomstraat Bruggestraat Keibergstraat Keibergstraat P.P.Rubenslaan 1. Vectoriële versie van Streetnet, versie 2003

Nadere informatie

ERFGOED IN MIJN STRAAT. Over de inventaris van het bouwkundig erfgoed

ERFGOED IN MIJN STRAAT. Over de inventaris van het bouwkundig erfgoed ERFGOED IN MIJN STRAAT Over de inventaris van het bouwkundig erfgoed http://inventaris.vioe.be ID 39170 VIOE, Kris Vandevorst 2 WAT IS DE INVENTARIS VAN HET BOUWKUNDIG ERFGOED? Een online inventaris De

Nadere informatie

Informatiemoment PRUP Zonevreemd Jeugdverblijf De Horizon (Bredene) Infomoment 6 september 2018

Informatiemoment PRUP Zonevreemd Jeugdverblijf De Horizon (Bredene) Infomoment 6 september 2018 Informatiemoment PRUP Zonevreemd Jeugdverblijf De Horizon (Bredene) Infomoment 6 september 2018 Algemeen - Tijdens de periode van publieke inspraak van 12 maart 2018 tot en met 12 mei 2018 zijn er verschillende

Nadere informatie

RUP GGR-K4 Tiensesteenweg, stad en voorstad

RUP GGR-K4 Tiensesteenweg, stad en voorstad Bijlage: Adressen panden geselecteerd als beschermenswaardig bouwkundig erfgoed, waardevol gebouw en/of waar devol architecturaal geheel RUP GGR-K4 Tiensesteenweg, stad en voorstad Straat Nummer Selectie

Nadere informatie

PlanMer Regenboogstadion Waregem Situering plangebied op macroschaal Legende

PlanMer Regenboogstadion Waregem Situering plangebied op macroschaal Legende plangebied Vijfseweg Noorderlaan Noorderlaan Oosterlaan Oosterlaan Noorderlaan Kruishoutemsew Westerlaan Zuiderlaan Expresweg Jozef Duthoystraat Westerlaan Stormestraat Meersstraat Zuiderlaan Zuiderlaan

Nadere informatie

Provincie Vlaams Brabant

Provincie Vlaams Brabant 122 Provincie Vlaams Brabant VOORZIENINGEN Voorzieningen zoals scholen, winkels, ziekenhuizen en sportvelden vormen een belangrijk onderdeel van onze leefomgeving. Het beschikbaar stellen van een voldoende

Nadere informatie

VERWERKING ADVIEZEN VERZOEK TOT RAADPLEGING

VERWERKING ADVIEZEN VERZOEK TOT RAADPLEGING GEMEENTE HEIST-OP-DEN-BERG RUP KERN WIEKEVORST VERWERKING ADVIEZEN VERZOEK TOT RAADPLEGING Dossiernr. SCRPL17072 Adviesinstanties en uitgebrachte adviezen Het verzoek tot Raadpleging voor het RUP Kern

Nadere informatie

Gebied voor stedelijke activiteiten

Gebied voor stedelijke activiteiten Provincie Antwerpen Stad Antwerpen gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Gebied voor stedelijke activiteiten Kievit fase II te Antwerpen Bijlage II: stedenbouwkundige voorschriften gewestelijk ruimtelijk

Nadere informatie

Verzoek tot raadpleging

Verzoek tot raadpleging Onderzoek tot milieueffectrapportage Verzoek tot raadpleging Gemeentelijk Gebiedsgericht Ruimtelijk Uitvoeringsplan Donkerstraat Stad Leuven Versie: definitief - juli 2010 Initiatiefnemer: stad Leuven

Nadere informatie

gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Kelsbeek Nieuwenhoven

gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Kelsbeek Nieuwenhoven AFBAKENING GEBIEDEN NATUURLIJKE EN AGRARISCHE STRUCTUUR REGIO HASPENGOUW - VOEREN gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Kelsbeek Nieuwenhoven startvergadering 31 maart 2015 1 agenda startvergadering kennismaking

Nadere informatie

3. Hoeveel van het WUG op het gewestplan valt onder de volgende categorieën:

3. Hoeveel van het WUG op het gewestplan valt onder de volgende categorieën: SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 180 van LYDIA PEETERS datum: 1 december 2016 aan JOKE SCHAUVLIEGE VLAAMS MINISTER VAN OMGEVING, NATUUR EN LANDBOUW Woonuitbreidingsgebieden en woonreservegebieden - Ontwikkeling

Nadere informatie

Bestaande Ruimtelijke Structuur op Macroschaal Synthese

Bestaande Ruimtelijke Structuur op Macroschaal Synthese Kaart 2.1 : Bestaande Ruimtelijke Structuur op Macroschaal Synthese Kaart 2.2 : Bestaande Ruimtelijke Structuur op Mesoschaal Fysisch Systeem. Bron: pro Gis Vlaams-Brabant, Vlaamse Hydrografische Atlas,

Nadere informatie

Daarnaast zijn er verschillende, versnipperde groenzones, bossen, waarvan de Markettebossen het dichtst gelegen zijn naast het kasteelpark.

Daarnaast zijn er verschillende, versnipperde groenzones, bossen, waarvan de Markettebossen het dichtst gelegen zijn naast het kasteelpark. bijlage 12. LANDSCHAPPELIJKE SITUERING : blz. 1/5 LANDSCHAPPELIJKE SITUERING MACROSITUERING buro voor vrije ruimte, landschapsarchitecten BVTL MACROSITUERING Bellem is als deelgemeente van Aalter gelegen

Nadere informatie

MODEL INLICHTINGENFORMULIER VASTGOEDINFORMATIE IDENTIFICATIE VAN DE AANVRAGER. Beroep: Datum van aanvraag: IDENTIFICATIE VAN HET ONROEREND GOED

MODEL INLICHTINGENFORMULIER VASTGOEDINFORMATIE IDENTIFICATIE VAN DE AANVRAGER. Beroep: Datum van aanvraag: IDENTIFICATIE VAN HET ONROEREND GOED 1 MODEL INLICHTINGENFORMULIER VASTGOEDINFORMATIE Voorliggend formulier is een model dat aangepast kan worden aan de specifieke wensen en noden van de gemeente vak in te vullen door de aanvrager IDENTIFICATIE

Nadere informatie

RUP Leestenburg Brugge

RUP Leestenburg Brugge DIENST RUIMTELIJKE ORDENING SECTOR UNESCO RUP Leestenburg Brugge Bewonersvergadering conferentiezaal stadhuis 30/09/2015 Inhoud Wat is een ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP)? Situering van het plangebied

Nadere informatie

Gemeente Wevelgem Ruimtelijk Uitvoeringsplan Warandestraat

Gemeente Wevelgem Ruimtelijk Uitvoeringsplan Warandestraat 17 18 Fotoreportage figuur 4 Gemeente Wevelgem Ruimtelijk Uitvoeringsplan Warandestraat 9 2 Weergave van de feitelijke en juridische toestand 2.1 Bebouwing 2.1.1 Bouwtypologie & functies In het plangebied

Nadere informatie

GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN ASSENEDE. ONTWERP GRS Bindend deel

GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN ASSENEDE. ONTWERP GRS Bindend deel GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN ASSENEDE ONTWERP GRS Bindend deel Identificatienummer : 104792414/kja Datum Status/beschrijving revisie Paraaf 21.05.2007 Voorontwerp GRS 2007 jpa 20.03.2008 Ontwerp

Nadere informatie

ADVIES VAN 28 JUNI 2017 OVER HET VOORONTWERP RUP GOLFTERREIN BOSSENSTEIN TE RANST

ADVIES VAN 28 JUNI 2017 OVER HET VOORONTWERP RUP GOLFTERREIN BOSSENSTEIN TE RANST ADVIES VAN 28 JUNI 2017 OVER HET VOORONTWERP RUP GOLFTERREIN BOSSENSTEIN TE RANST SARO KONING ALBERT II-LAAN 19 BUS 24 1210 BRUSSEL INHOUD I. SITUERING... 1 II. ALGEMENE BEOORDELING... 2 III. BELEIDSCONTEXT

Nadere informatie