Titel brochure. Verslag over de economische conjunctuur in de voedings- en drankenindustrie

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Titel brochure. Verslag over de economische conjunctuur in de voedings- en drankenindustrie"

Transcriptie

1 Titel brochure Verslag over de economische conjunctuur in de voedings- en drankenindustrie Maart

2 De FOD Economie, KMO, Middenstand en Energie heeft als missie om de omstandigheden te creëren voor de competitieve, duurzame en evenwichtige werking van de markt van goederen en diensten in België. FOD Economie, KMO, Middenstand en Energie Algemene Directie Economische Analyses en Internationale Economie Dienst Conjunctuur en sectorale ontwikkelingen Vooruitgangstraat Brussel Verantwoordelijke uitgever: Jean-Marc Delporte Vooruitgangstraat Brussel 2

3 Inhoudsopgave Woord vooraf... 4 Executive summary Algemene context De conjunctuur in de voedingsindustrie (NACE 10) en de drankenindustrie (NACE 11) Conjunctuur Omzet, productie en productieprijzen Omzet volgens de btw-gegevens Productie volgens de Prodcom-indexen Productieprijzen Investeringen en bezettingsgraad van de productiecapaciteit Investeringen op basis van de btw-gegevens Bezettingsgraad van de productiecapaciteit Werkgelegenheid Tijdelijke werkloosheid Oprichtingen en stopzettingen van bedrijven Faillissementen Buitenlandse handel Bijlagen

4 Woord vooraf In de context van de identificatie en implementatie van synergieën tussen het secretariaat van de CRB (Centrale Raad voor het Bedrijfsleven) en de FOD Economie werd een gezamenlijk project op het gebied van sectorale conjunctuuranalyses opgestart. Deze samenwerking wordt overigens gestimuleerd door vice-eersteminister Kris Peeters. De FOD Economie zal onder meer haar expertise aanwenden om samen met de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven de conjunctuur van de sectoren, zoals de voedingssector, de chemische sector en de textielsector, in detail te onderzoeken en toe te lichten. Het huidige verslag "Economische conjunctuur in de voedingsindustrie - maart 2017" werd gerealiseerd door het team van de Algemene directie Economische analyses en internationale economie van de FOD Economie (Chantal Binotto, Vincent Vanesse, Richard Saka Sapu en David Restiaux). Het werd grondig nagelezen door de stuurgroep (Peter Van Herreweghe, Emmanuel De Béthune en Jean-Paul Denayer). De positieve ervaringen met deze samenwerking en de gerealiseerde synergieën bieden veel perspectieven om in de toekomst nog andere projecten en studies te realiseren via een samenwerking met de FOD Economie en het secretariaat van de CRB. Beide directies hebben overigens een protocol van overeenstemming gesloten om dit type van samenwerking op structurele wijze in te kaderen in beide instellingen en staan positief tegenover de uitbreiding van deze samenwerking in het kader van sectorale conjunctuuranalyses van de bijzondere raadgevende commissies (BRC) van de CRB. 4

5 Executive summary Algemene context De voedingsmiddelen- en drankensector (C10 + C11) is een sector in expansie; beide sectoren vertegenwoordigden samen immers 15,3 % van de toegevoegde waarde van de verwerkende industrie in Zowel de voedings- als de drankensector exporteren grotendeels hun productie, vooral binnen Europa. De relatief gunstige internationale conjunctuur stimuleert de economische activiteit, die evenwel wordt geconfronteerd met de nieuwe risico's van politieke aard die recent zijn opgedoken. De Brexit zal ongetwijfeld niet zonder gevolgen blijven voor beide sectoren, die belangrijke handelsrelaties onderhouden met het Verenigd Koninkrijk. In 2016 was de economische situatie in België eerder gunstig, met name dankzij de dynamiek van de binnenlandse vraag. De drankensector werd sterk getroffen door de maatregelen in het kader van de "tax shift" die onder andere een verhoging van de accijnzen op alcoholische dranken en de invoering van de zogenaamde "soda taks" inhield. Conjunctuur Het vertrouwen van de ondernemers nam toe gedurende het volledige jaar Deze gunstige dynamiek werd vooral gestimuleerd door de goede orderverwachtingen en werkgelegenheidsprognoses. De gecumuleerde omzet van de voedingssector, d.w.z. de combinatie van de voedingsindustrie (C10) en de drankenindustrie (C11) steeg in 2016 ten opzichte van 2015 en overschreedde kaap van 50 miljard euro. De omzet van de voedingsindustrie groeide op jaarbasis met gemiddeld 2,6 %, terwijl die van de drankenindustrie met 7,7 % steeg. Van de 7 onderzochte subsectoren van de voedingsindustrie, zag één sector zijn omzet in 2016 dalen ten opzichte van 2015, nl. de vleesverwerkende sector (de tweede opeenvolgende terugval). Gedreven door de sector verwerking van aardappelen, vertoonde de sector verwerking en conservering van groenten en fruit de sterkste vooruitgang in omzetpercentage van alle onderzochte sectoren sinds In waarde uitgedrukt ging de vervaardiging van zuivelproducten weer de goede richting uit na een plotse terugval in De vervaardiging van graanpreparaten knoopte opnieuw aan met een groei na drie opeenvolgende jaren van achteruitgang. De fabrikanten van bakkerijproducten en deegwaren bevestigen ook dit jaar het herstel van de verkoop, dat in 2015 begon na twee opeenvolgende zwakke jaren (2013 en 2014). 5

6 De groei in de subsector vervaardiging van chocolade blijft zich verderzetten, terwijl de vervaardiging van suiker opnieuw zijn omzet ziet dalen in In de sector vervaardiging van dranken, laat de productie van gedistilleerde alcoholhoudende dranken een forse omzetdaling optekenen in De sector vervaardiging van bier kent zoals de voorgaande jaren een groei van zijn omzet, terwijl de frisdranken- en mineraalwatersector opnieuw een positieve trend noteren na een tegenvallend jaar De gecumuleerde investeringen in de voedingsindustrie (dranken inbegrepen) kenden een dynamische groei in 2016 en kwamen uit op 1,6 miljard euro. De sectoren verwerking van aardappelen en vervaardiging van bakkerij- en deegwaren verklaren de investeringsdynamiek van de voedingsindustrie. De fabrikanten van bier, water en frisdranken hebben recordbedragen geïnvesteerd in 2016 voor de periode Werkgelegenheid De tewerkstelling in beide sectoren liep met 0,7 % terug in de periode , namelijk van werkposten in 2008 naar werkposten in In 2015 vertegenwoordigde de voedingsindustrie 89,2 % van de tewerkstelling van beide sectoren, terwijl de drankenindustrie 10,8 % voor haar rekening nam. Beide sectoren vertegenwoordigden in de eerste jaarhelft van 2016 samen gemiddeld directe banen, wat 0,6 % meer is dan in de overeenkomstige periode van In het eerste semester van 2016 waren vijf subsectoren verantwoordelijk voor 92,6 % van de tewerkstelling, namelijk 10.7 "Vervaardiging van bakkerijproducten en deegwaren", 10.8 "Vervaardiging van andere voedingsmiddelen", 10.1 "Verwerking en conservering van vlees en vervaardiging van vleesproducten", 11.0 "Vervaardiging van dranken" en 10.3 "Verwerking en conservering van groenten en fruit". De tewerkstelling in de voedingsindustrie (C10) daalde met 0,4 % in de periode maar steeg met 0,6 % in het eerste semester van 2016 ten opzichte van dezelfde periode in 2015, met 434 nieuwe directe werkposten. Ook in de drankenindustrie (C11) kende de werkgelegenheid een dip (-3,7 %) tussen 2008 en Maar in de eerste zes maanden van 2016 kende de sector opnieuw een tewerkstellingsgroei van 1,3 % ten opzichte van dezelfde periode in 2015 met de creatie van 124 directe arbeidsplaatsen. Tijdelijke werkloosheid De voedingssector (C10-C11) droeg in de drie eerste kwartalen van 2016 voor 13,3 % bij aan de tijdelijke werkloosheid in de verwerkende industrie. In dezelfde periode van 2015 was dit percentage slechts 11,4 %. De sector volgt aldus globaal de neerwaartse trend die sinds 2012 merkbaar is in de verwerkende industrie. 6

7 In de eerste negen maanden van 2016 kwamen gemiddeld mensen uit de voedingssector (C10-C11) terecht in de tijdelijke werkloosheid, t.o.v in de overeenkomstige periode van Dit betekent dat het aantal tijdelijk werklozen in de voedingssector op één jaar tijd is gestegen met 18,7 %. Oprichtingen en stopzettingen van bedrijven Het aantal ondernemingen (395) uit de voedingsmiddelenindustrie dat zijn activiteiten stopzette lag in ,6 % lager dan in 2015 (457 verdwenen ondernemingen). Het aantal ondernemingen dat verdween tussen 2008 en 2014 lag hoger dan het aantal ondernemingen dat werd opgericht (negatief saldo). Maar in 2015 en 2016 lag het aantal verdwenen ondernemingen lager dan het aantal nieuwe ondernemingen (positief netto saldo). Voor de drankensector ging het jaarlijks aantal nieuwe ondernemingen in stijgende lijn tussen 2008 en In 2016 bedroeg deze stijging 46,3 % ten opzichte van Het netto saldo is positief voor de gehele periode Faillissementen Het aantal faillissementen in de voedingsmiddelenindustrie bereikte een dieptepunt in 2013 met 145 bedrijven die de boeken neerlegden ten gevolge van een faillissement, met een overeenkomstig banenverlies van 725 personeelsleden. In 2016 daalde het aantal faillissementen tot 94, een daling met 19 % ten opzichte van 2015, met een banenverlies van 434 personeelsleden, tegen banen in 2015 (absoluut dieptepunt in banenverlies). In de drankensector is het aantal faillissementen in 2016 verviervoudigd ten opzichte van Dit heeft evenwel slechts geleid tot het verlies van één baan. Buitenlandse handel Wat betreft de buitenlandse handel, vertoonden de voedings- en drankindustrie een handelsoverschot van 3,9 miljard euro voor de eerste 10 maanden van 2016, wat voornamelijk toe te schrijven is aan het overschot op de intra-eu balans. De export van de voedingsmiddelenindustrie was goed voor 26,1 miljard euro in de eerste 10 maanden van 2016, terwijl de invoer 22,6 miljard euro bedroeg. In dezelfde periode exporteerde België vooral bereidingen van groenten (10,8 %), cacao en bereidingen op basis van cacao (10,4 %), bereidingen op basis van graan (10,1 %) en vlees (9,6 %). Aan importzijde waren het vooral eetbare vruchten (11,5 %) en melk en zuivelproducten (10,4 %). Onze grootste afzetmarkten voor voedingsproducten waren in 2015 Frankrijk (22 %), Nederland (20 %) en Duitsland (16,2 %). Wat dranken betreft werd voor 2,4 miljard euro geëxporteerd in de 10 eerste maanden van 2016, t.o.v. van 2 miljard euro aan importzijde voor dezelfde referentieperiode. 7

8 Tegenover ons grootste exportproduct, nl. bier van mout (goed voor 44 % van onze drankenexport), staat een niet onaanzienlijke import van verse wijnen (34 % van onze drankeninvoer) voor de tien eerste maanden van Tot slot waren onze belangrijkste handelspartners voor de export van dranken in 2015 Nederland (21,5 %), Frankrijk (16,9 %) en het Verenigd Koninkrijk (14,7 %). 8

9 1. Algemene context De voedings- en drankensectoren (NACE 10 + NACE 11) zijn belangrijke sectoren in België. Samen vertegenwoordigden zij 15,3 % van de toegevoegde waarde van de verwerkende industrie in Ter vergelijking: dit relatieve aandeel vertegenwoordigde 13,3 % van de toegevoegde waarde in 2008 en 12,1 % van de toegevoegde waarde in Het is dus een groeisector met een sterke dynamiek op de buitenlandse markten. Zowel de voedings- als de drankensector exporteren grotendeels hun productie. 1 De internationalisering wordt vaak beschouwd als een groeifactor. De export van de Belgische voedingsindustrie blijft evenwel hoofdzakelijk gericht op de Europese Unie (EU-28). De intra-europese conjunctuur blijft dan ook een bepalende factor voor de groei van de ondernemingen uit de voedingssector. De voedings- (NACE 10) en drankensector (NACE 11) opereert dus voornamelijk op de Europese markt. Uit onderzoek blijkt dat 86,3 % 2 van de uitvoer van de voedingssector bestemd is voor de Europese markt (intra-eu 28) waarvan 60,2 % voor onze 4 buurlanden (Frankrijk, Duitsland, Nederland en Luxemburg). De overige 13,7 % die buiten de Europese Unie wordt uitgevoerd (extra-eu 28) gaat vooral naar de Verenigde Staten (1,2 %), China (0,5 %) en Rusland(0,5 %). De rest van de wereld neemt het overige deel voor zijn rekening. In de voedingssector (C10) is onze export vooral bestemd voor onze buurlanden: Frankrijk (6,8 miljard euro), Nederland (6,2 miljard euro) en Duitsland (5 miljard euro). 1 Volgens de input-output tabellen 2 Er waren geen gegevens beschikbaar voor de buitenlandse handel volgens de NACE-code; daarom werden de gegevens van Eurostat betreffende de buitenlandse handel geconverteerd (EU handel sinds 1998 door HS2, 4, 6 en NC8). 9

10 Grafiek 1-1 Top 5 van de belangrijkste handelspartners van de voedingsmiddelenindustrie in 2015 (in miljoen euro) Bron: Eurostat. Tot slot, zoals blijkt uit grafiek 1-2 over de exportcijfers, heeft België in 2015 vooral bereidingen van groeten of fruit (3,1 miljard euro), vlees en eetbaar slachtafval (3,1 miljard euro) en cacao en bereidingen op basis van cacao (3,1 miljard euro) uitgevoerd. 10

11 Grafiek 1-2 Top 5 van de belangrijkste exportproducten van de voedingsmiddelenindustrie in 2015 (in miljoen euro) Bron: Eurostat. Wat de uitvoer van dranken betreft zijn, zijn de belangrijke markten niet dezelfde als die van de voedingsmiddelen. Zo is 77 % van de uitvoer bestemd voor de intra-eu markt (waarvan 52,5 % voor de 4 buurlanden) en 23 % voor de extra-eu markt. Daarvan gaat 9 % naar de Verenigde Staten en slecht 2,1 % naar China. De belangrijkste afzetmarkten voor de drankensector zijn Nederland, waar onze export 625 miljoen euro bedraagt, gevolgd door Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk, met respectievelijk 492 miljoen en 427 miljoen euro. 11

12 Grafiek 1-3 Top 5 van de belangrijkste handelspartners van de drankenindustrie in 2015 (in miljoen euro) Bron: Eurostat. De conjunctuurschommelingen en politieke context van de partnerlanden en -gebieden hebben aldus een impact op onze exporterende ondernemingen. Als we naar de actualiteit kijken, heeft de onzekerheid over het handelsbeleid van de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk (wanneer het de EU zal verlaten) een algemeen klimaat van wantrouwen gecreeerd. Daarbij komt nog dat het Russische embargo nog steeds zwaar weegt op de handel in bepaalde producten waaronder vlees, zuivel, groenten en fruit. Gelet op het belang van het Verenigd Koninkrijk in onze handelsrelaties, 8,7% van onze uitvoer van voedingsmiddelen en 14,7% van onze uitvoer van dranken gaat richting VK, kan het toekomstige handelsbeleid van het Verenigd Koninkrijk bij het verlaten van de Europese Unie niet anders dan een impact hebben op de respectieve uitwisseling van goederen en diensten. De cijfers van suggereren dat de sectoren "overige producten van dierlijke opsprong", waar het Verenigd Koninkrijk 20,4 % van de totale uitvoer absorbeert, gevolgd door "bereidingen van groenten of fruit" (17 %) en de "bereidingen op basis van graan" (12,6 %) of "vlees, vis of schaaldieren" (11, 8 %) mogelijk de meest getroffen sectoren zullen zijn. 3 Er werd gebruik gemaakt van de gegevens van Eurostat volgens het communautair concept. 12

13 Tabel 1-1: Belang van het Verenigd Koninkrijk als exportpartner (ten opzichte van de wereldwijde export) Producten Belang van het VK 05: Andere producten van dierlijke oorsprong, elders genoemd noch elders onder begrepen 20,4% 20: Bereidingen van groenten, van vruchten en van andere plantendelen 17,0% 22: Dranken, alcoholhoudende vloeistoffen en azijn 14,7% 19: Bereidingen van graan, van meel, van zetmeel of van melk; gebak 12,6% 16: Bereidingen van vlees, van vis, van schaaldieren, van weekdieren of van andere ongewervelde waterdieren 11,8% 17: Suiker en suikerwerk 11,4% 21: Diverse producten voor menselijke consumptie 10,2% 07: Groenten, planten, wortels en knollen, voor voedingsdoeleinden 9,3% 18: Cacao en bereidingen daarvan 8,3% 12: Oliehoudende zaden en vruchten; allerlei zaden, zaaigoed en vruchten; planten voor industrieel en voor geneeskundig gebruik; stro en voeder 7,8% 15: Vetten en oliën (dierlijke en plantaardige) en dissociatieproducten daarvan; bewerkt spijsvet; was van dierlijke of van plantaardige oorsprong 7,7% 04: Melk en zuivelproducten; vogeleieren; natuurhonig; eetbare producten van dierlijke oorsprong, elders genoemd noch elders onder begrepen 7,4% 23: Resten en afval van de voedselindustrie; bereid voedsel voor dieren 6,3% 02: Vlees en eetbare slachtafvallen 5,8% 08: Fruit; schillen van citrusvruchten en van meloenen 5,6% 10: Granen 5,4% 13: Gommen, harsen en andere plantensappen en plantenextracten 3,5% 09: Koffie, thee, maté en specerijen 3,0% 03: Vis, schaaldieren, weekdieren en andere ongewervelde waterdieren 2,4% 11: Producten van de meelindustrie; mout; zetmeel; inuline; tarwegluten 2,2% 14: Stoffen voor het vlechten en andere producten van plantaardige oorsprong, elders genoemd noch elders onder begrepen 0,1% Bron: Eurostat. Het is echter nog te vroeg om de mogelijke effecten te meten, gelet op de onzekerheid rond deze afspraken. Het is bovendien moeilijk om nu al te bepalen welke producten door deze maatregelen getroffen zullen worden. Het klimaat van onzekerheid lijkt de economische activiteit niet te hebben afgeremd. Het goedkope pond heeft het concurrentievermogen van de ondernemingen in het Verenigd Koninkrijk versterkt maar de koopkracht van de huishoudens aangetast als gevolg van de geïmporteerde inflatie die het genereert. Europese economie Volgens de winterprognoses van de Europese Commissie die in februari werden gepubliceerd, kende het bbp van de Eurozone een groei van 1,9 % in 2016 en zou de activiteit een gelijkaardige groei kennen in 2017 (1,8 %) en in 2018 (1,8 %). In een onzekere internationale economische context geeft de Europese economie blijk van een zekere veerkracht, ondanks interne problemen (terroristische aanslagen) en externe kwesties zoals de geopolitieke spanningen (Brexit, vluchtelingencrisis, embargo tegen Rusland). Sterker nog, een aantal gunstige factoren, zoals de lage energiekosten en een accommoderend monetair beleid, 4 European Economic Forecast, winter

14 hebben, in combinatie met structurele hervormingen, bijgedragen tot een aanzienlijke groei en meer werkgelegenheid. De binnenlandse vraag heeft de economische bedrijvigheid aangetrokken. De particuliere consumptie was aldus de grootste motor van de economische activiteit in 2016 en zou dat moeten blijven in De investeringen zijn daarentegen maar heel licht gestegen in 2016 en er wordt geen sterke toename verwacht in de nabije toekomst. De bijdrage van de netto uitvoer viel licht negatief uit in 2016 en zou neutraal zijn in De rest van de wereld Volgens de Europese Commissie en het IMF zou de wereldhandel bij gelijk handelsbeleid moeten profiteren van de gunstige economische situatie in verschillende economische zones. De fiscale stimulans van de Verenigde Staten zou de binnenlandse en buitenlandse vraag een boost moeten geven. Bovendien zou de heropleving in China groter kunnen zijn dan verwacht. De stijgende prijs van grondstoffen zou de vraag kunnen stimuleren vanuit de uitvoerende landen die hun inkomsten zagen kelderen door de aanhoudende lage prijzen op de internationale markten. België De economische situatie in België is vrij gunstig. Ondanks de stijgende trend sinds 2014, zou het bruto binnenlands product (bbp) met slechts 1,2 % toenemen in 2016, na een groei van 1,5 % in 2015, om vervolgens weer met respectievelijk 1,4 % en 1,6 % toe te nemen. De economische groei werd in 2016 vooral ondersteund door de binnenlandse vraag (0,9 p.p.) en in het bijzonder door de consumptie van de huishoudens. Die zou in principe ook in 2017 en 2018 de belangrijkste groeimotor blijven. Na een overgangsperiode van loonmatiging zijn de lonen in 2016 weer beginnen te stijgen, een opwaartse trend die zich in 2017 zou moeten voortzetten. De versterking van de koopkracht, in combinatie met een gunstigere situatie op de arbeidsmarkt, zou de binnenlandse vraag moeten ondersteunen. Echter, de stijgende inflatie, die in België in 2016 sneller steeg dan in de omringende landen, zou enigszins de positieve effecten van de loonstijging beperken. De netto uitvoer heeft ook bijgedragen tot de groei van het bbp in 2016 (0,8 p.p.) terwijl de voorraadwijzigingen de groei met 0,5 p.p. heeft vertraagd. Volgens de Europese Commissie zijn de grootste risico's voor de Belgische economie exogeen. De Brexit, de onzekerheid van de uitslag van de nakende verkiezingen bij onze belangrijkste handelspartners (Duitsland, Frankrijk en Nederland) en de neiging tot een protectionistisch handelsbeleid (bevestigd of plausibel) van bepaalde historische handelspartners zullen bepaalde sectoren in meer of mindere mate beïnvloeden. In het kader van de "tax shift" heeft de overheid overigens een reeks maatregelen ingevoerd die de drankenproducenten rechtstreeks treffen. Deze maatregelen zijn in januari 2016 in voege getreden en houden onder andere een accijnsverhoging op alcoholische dranken en de invoering van een zogenaamde "soda taks" in. 14

15 Tabel 1-2: Groeiprognose van de Europese Commissie 5 (februari 2017) Vooruitzichten voor de groei van het BBP in % Eurozone 1,7 1,6 1,8 Verenigde Staten 1,6 2,3 2,2 W ereld 3 3,4 3,6 België 1,2 1,4 1,6 Binnenlandse vraag * 0,9 1,2 1,5 Veranderingen invoorraden * -0,5-0,1 0 Netto-uitvoer * 0,8 0,3 0,1 * = Bijdrage in procentpunt aan reële groei van het BBP 5 European Economic Forecast, winter

16 2. De conjunctuur in de voedingsindustrie (NACE 10) en de drankenindustrie (NACE 11) 2.1. Conjunctuur De conjunctuurcurve in de voeding 6 zoals weergegeven in de grafiek hieronder omvat de periode van , vanaf de aanvang van de economische en financiële crisis. Deze sector blijft redelijk gespaard van conjunctuurschommelingen in tegenstelling tot de rest van de verwerkende nijverheid. Door haar economisch belang draagt de voedingsindustrie bij tot de bewegingen van de conjunctuurcurve van de industrie in haar geheel, maar de golfbeweging is minder uitgesproken dan in andere sectoren. Grafiek 2-1 Conjunctuurcurve in de voedings- en verwerkende industrie (01/ /2016) Bron: BNB, conjunctuurenquêtes Sinds het dieptepunt in november 2014 (het laagste peil voor de periode , met uitzondering van de bodem van 2009) ging de afgevlakte voedingscurve, berekend tot en met augustus 2016, quasi onafgebroken in stijgende lijn. In september 2015 klom de afgevlakte vertrouwenscurve overigens terug boven het langetermijngemiddelde, waar zij zich vervol- 6 Zij omvat hier de voedings- en de drankenindustrie. 7 Afgevlakte curve van januari 2008 tot augustus 2016 en bruto curve van september 2016 tot december

17 gens handhaafde. Het herstel van deze afgevlakte indicator, ingezet in november 2014, is toe te schrijven aan de gunstigere vooruitzichten op het vlak van werkgelegenheid en de vraag. Pas vanaf februari 2015 zijn de orderverwachtingen gestaag verbeterd, terwijl de indicator van het voorraadniveau bleef verslechteren. Het voorraadniveau lag immers boven het gemiddelde voor 2015 (globaal genomen is er sprake van een verslechtering ten opzichte van 2014), met een piek in september 2015, meteen ook de meest uitgesproken voor de periode Sindsdien is het voorraadniveau verbeterd, behalve tegen het einde van de periode Zowel de orderverwachtingen als de werkgelegenheidsprognoses waren gunstiger in 2016 dan in Uit de bruto indicator blijkt evenwel een uitgesproken verzwakking van de werkgelegenheidsprognoses in december 2016, een daling die niettemin later moet worden bevestigd. 17

18 2.2. Omzet, productie en productieprijzen Omzet volgens de btw-gegevens 8 Volgens de voorlopige btw-gegevens groeide de gecumuleerde omzet voor de voedingsmiddelensector, d.w.z. de voedingsindustrie (C10) samengeteld met de drankenindustrie (C11) 9 met 3,1 % in 2016 ten opzichte van het jaar voordien - wat dus een snellere groei betekent t.o.v (1,1 %). Beide sectoren bevestigden zodoende de stijgende trend van hun respectieve omzet in 2016, maar in de drankensector was deze stijging meer uitgesproken. De gecumuleerde omzet voor de twee sectoren overschreed de kaap van 50 miljard euro. Grafiek 2-2: Omzet in voedingsmiddelen- en drankenindustrie (in miljoen euro) Bron: AD Statistiek - Statistics Belgium, voorlopige gegevens 8 Definitie AD Statistiek - Statistics Belgium: de omzet omvat alle bedragen (exclusief btw) die door de btwplichtige worden gefactureerd. Deze bedragen komen overeen met de verkoop van goederen en diensten aan derden in België of in het buitenland. Bovendien omvat de omzet alle andere kosten (vervoer, verpakking enz.) die aan de klant worden doorberekend, ook al worden ze apart in rekening gebracht. Kortingen, rabatten en disconto's moeten in mindering worden gebracht, evenals de waarde van teruggekomen producten (via creditnota s). Inkomen dat als overige bedrijfsopbrengsten, financieel inkomen of uitzonderlijke opbrengsten in de bedrijfsrekeningen voorkomt, wordt niet tot de omzet gerekend. 9 Sector C11 vertegenwoordigt 12,6 % van de gecumuleerde omzet van de twee sectoren ( ). 18

19 Tabel 2-1: Totale omzet 10 (in miljoen euro's, verandering* in %) NACE-code Vervaardiging van voedingsmiddelen ,2% 2,2% 15,1% 4,1% 1,2% -1,1% 1,2% 2,6% Vervaardiging van dranken ,4% -3,3% 11,9% 0,7% 3,8% 6,0% 0,4% 7,7% Totaal ,4% 1,6% 14,7% 3,8% 1,5% -0,3% 1,1% 3,1% *Bedrag uitgedrukt in miljoen euro en in groeipercentage ten opzichte van het jaar voordien Bron: AD Statistiek - Statistics Belgium, voorlopige gegevens Voedingsindustrie 11 Het omzetcijfer van de voedingsindustrie liet na een stijging van 1,2 % in 2015 opnieuw een groei optekenen in 2016 (+2,6 %). Van de 7 onderzochte subsectoren zagen 6 subsectoren hun omzet toenemen in 2016 ten opzichte van 2015, tegen 1 subsector die een daling kende. Subsector 10.1 "Verwerking en conservering van vlees en vervaardiging van vleesproducten" kende een tweede opeenvolgende daling in omzetwaarde (-4,6 % in 2016 en -0,8 % in 2015). Het betreft de tweede grootste subsector in termen van omzet van de voedingsindustrie (met een aandeel van 10 tot 13,3 % van de omzet in 2016, t.o.v. 15 % in 2008). Deze terugval in 2016 werd waargenomen over alle kwartalen van het jaar. Het is in het bijzonder subsector "Verwerking en conservering van vlees" die het lastig had. In die subsector was er in 10 opeenvolgende kwartalen, van het derde kwartaal van 2014 tot het derde kwartaal van 2016, een daling. De omzetdaling versnelde overigens tijdens de 2 eerste kwartalen van het onderzochte jaar. Subsector 10.3 "Verwerking en conservering van groenten en fruit" is bijzonder dynamisch en liet opnieuw een omzetstijging noteren in 2016 (+5,7 %, de zesde stijging op jaarbasis sinds 2010). Het is de subsector die het derde grootste aandeel inneemt van de voedingsindustrie, met 12,3 % van de totale omzet in 2016, tegenover 8,7% in In vergelijking met de overige subsectoren is deze sector de grootste stijger in termen van omzet sinds 2008 (+60,2 %). In subsector 10.5 "Vervaardiging van zuivelproducten" ging de verkoop in waarde in 2016 opnieuw de hoogte in (+ 0,3 %) na een forse daling in 2015 (-7,8 %), na twee jaar van vrij aan- 10 De verkoop is gebaseerd op de omzetstatistieken volgens de btw-gegevens. Het gaat om voorlopige gegevens. De wegingen toegepast op de sector zijn gebaseerd op de bijgevoegde niet-vertrouwelijke gegevens. Derhalve zijn subsectoren 10.2 en 10.4 niet opgenomen in de analyse. 11 Om de vertrouwelijkheid van de gegevens te waarborgen, worden de waarden van de activiteitstakken die uitgesplitst worden volgens de NACE-nomenclatuur met '4 digits' niet vermeld. Ook omvat de voedingsindustrie 9 subsectoren, maar om redenen van vertrouwelijkheid kunnen de gegevens met betrekking tot twee subsectoren, nl. sectoren 10.2 "Vervaardiging en conservering van vis en van schaal- en schelpdieren" en 10,4 "Vervaardiging van plantaardige en dierlijke oliën en vetten" niet worden gepubliceerd. De omzet van deze twee subsectoren is evenwel opgenomen in het totaal van sector

20 houdende groei. De verkoop van zuivelproducten steeg met 9,8 % sinds Binnen deze subsector zijn de resultaten eerder uiteenlopend, met een omzetdaling in de "Zuivelfabrieken en kaasmakerijen" (10.51) in 2015 en 2016 (respectievelijk -9,4 % en -0,2 %) terwijl subsector "Vervaardiging van consumptie-ijs" zijn verkoop voor het derde jaar op rij zag toenemen (+5,3 % en 2016). Na drie opeenvolgende jaren van omzetdaling liet subsector 10.6 "Vervaardiging van maalderijproducten; zetmeel en zetmeelproducten" opnieuw een stijging noteren. De verkoop steeg met 17,6 % in Deze subsector is de kleinste binnen de voedingsindustrie, met een omzetaandeel van 6,5 % in Sinds 2008 is de omzet evenwel met 19,4 % gedaald, wat de grootste omzetdaling van alle onderzochte sectoren is. Subsector 10.7 "Vervaardiging van bakkerijproducten en deegwaren" bevestigt de in 2015 (+1 %) ingezette heropleving na een dip in 2013 en 2014, met een omzetstijging van 1,5 % in Zo komt de totale terugval in de verkoop sinds 2008 op 13,4 %. Subsector 10.8 '"Vervaardiging van andere voedingsmiddelen", de subsector die het sterkst doorweegt (23,8 % van de omzet in 2016), zag de verkoop voor het derde jaar op rij toenemen (+10,6 % in 2016 tegenover 3,2 % in 2015 en 0,4 % in 2014). In vergelijking met 2008 is deze subsector er van alle onderzochte subsectoren het sterkst op vooruitgegaan (+ 29,9 %). Van de grootste subsectoren die deze heterogene sector uitmaken, liet de "Vervaardiging van suiker" (C10.81) een nieuwe omzetdaling noteren in 2016 (-4,9 %, na -15,6 % in 2015 en -24,2 % in 2014). Zo komt de totale terugval sinds 2011, het jaar met het sterkste resultaat, uit op 47,8 %. De groei in de sector van de vervaardiging van chocolade (10.82 "Vervaardiging van cacao, chocolade en suikerwerk") blijft zich verderzetten (+7,6 % en 2016) wat bijdraagt tot de stijging van subsector 10.8 (+15,8 % sinds 2008). Ook in de "vervaardiging van specerijen, sauzen en kruiderijen" (10.84) steeg de verkoop in 2016 (+22 % t.o.v. 22,7 % in 2015). De omzetstijging in subsector 10.9 "Vervaardiging van diervoeders", ingezet in 2015, zette zich ook door in 2016 (+0,6 % in 2016 t.o.v. +2,7 % in 2015) na de omzetdaling van 2014 (-8 %). Ten opzichte van de 2008 gaat de verkoop in stijgende lijn (+16,2 %). 20

21 Grafiek 2-3: Evolutie van de relatieve aandelen van de subsectoren binnen de voedingsindustrie. Bron: AD Statistiek - Statistics Belgium, voorlopige gegevens Drankenindustrie De sector van "vervaardiging van dranken" omvat 7 subsectoren. Vier van deze subsectoren werden evenwel uitgesloten uit dit onderzoek omwille van vertrouwelijkheidsparameters 12. Subsector "Vervaardiging van sterk alcoholische dranken door distilleren, rectificeren en mengen" zag de verkoop fors dalen in 2016 (-28,1 %), wat in schril contrast staat met de opeenvolgende stijgingen van 2013 (17,6 %) en 2014 (9 %), en de lichte terugval in 2015 (-2 %). Subsector "Vervaardiging van bier", die met een aandeel van 54,4 % in 2016 een zwaargewicht is in termen van omzet binnen de sector van de vervaardiging van dranken (C11) noteerde een stijging ten opzichte van 2008 (45,3 %) en ziet zijn omzet fors toenemen in 2016 (+17,6 % t.o.v. 3,2 % in 2015). In subsector "Vervaardiging van frisdranken; productie van mineraalwater en ander gebotteld water", de tweede meest invloedrijke subsector, steeg de omzet in 2016 met 2,7 % na een daling van 3,2 % in Het betreft subsectoren "Vervaardiging van wijn (van druiven)", "Vervaardiging van cider en andere vruchtenwijnen", "Vervaardiging van andere niet-gedistilleerde alcoholhoudende dranken en "Vervaardiging van mout". 21

22 Grafiek 2-4: Evolutie van de omzet van de subsectoren binnen de voeding- en drankenindustrie. Bron: AD Statistiek - Statistics Belgium, voorlopige gegevens 22

23 Productie volgens de Prodcom-indexen 13 In België zette de opwaartse trend in de voedingsproductie zich verder in 2016, terwijl de drankenproductie zich herstelde na een daling in Grafiek 2-5: Productie-index (Prodcom) in de vervaardiging van voedingsmiddelen (C10) en dranken (C11) (2010 = 100) in België Bron: AD Statistiek - Statistics Belgium, gegevens in volume, gecorrigeerd voor werkdagen Voedingsindustrie Volgens Eurostat is de productie (in volume) van de voedingsindustrie in de eurozone in 2016 licht toegenomen ten opzichte van 2015 (+ 0,9 %), en ook ten opzichte van 2008 ligt het productiepeil duidelijk hoger (+ 5,3 %). In het laatste kwartaal van 2016 is de productie met 2 % gestegen ten opzichte van hetzelfde kwartaal in In Duitsland ging de voedingsproductie opnieuw de hoogte in 2016 (+1,1 % na een lichte daling van -0,3 % in 2015) na drie opeenvolgende positieve kwartalen (+0,7 % in het vierde kwartaal van 2016 ten opzichte van dezelfde periode van het jaar voordien). Sinds 2008 is de 13 Prodcom is de maandelijkse enquête naar de industriële productie. In het kader van de samenwerking tussen de EG-landen wordt gestreefd naar een betere vergelijkbaarheid van de statistische gegevens. Het statistisch bureau van de Europese Gemeenschap heeft daarom het initiatief genomen om de gegevens inzake industriële productie in alle lidstaten te verzamelen met dezelfde productlijst, in dezelfde sectoren, enzovoort. Dit initiatief kreeg de naam "Prodcom", wat staat voor " PRODuction COMmunautaire " (Community Production). Meer info op de website van de FOD Economie: 23

24 productie slechts met 3,1 % gestegen, wat de kleinste stijging is, na Frankrijk, van de vier onderzochte landen. In Frankrijk wordt een negatieve groei genoteerd in 2016 (-1,5 %), onder invloed van drie opeenvolgende negatieve kwartalen ten opzichte van Met uitzondering van 2015 gaat de voedingsproductie er jaarlijks systematisch op achteruit in de vijf laatste jaren. Vergeleken met 2008 is de productie stabiel gebleven, wat de slechtste prestatie is van de referentielanden. In Nederland, met uitzondering van de productiedaling in 2012 (-2,2 %), zit de activiteit in de voedingsindustrie sinds 2008 in een onafgebroken opwaartse spiraal (ook tijdens de crisis van 2009). Ze is toegenomen met 16,2 %, de sterkste groei van de vier buurlanden voor die lange periode ( ). In 2016 klokt de stijging af op 3,8 %, een lichte toename ten opzichte van heel 2015 (2,2 %). In het laatste kwartaal van 2016 nam de productie toe met 2,4 % vergeleken met dezelfde periode een jaar eerder. Tabel 2-2: Evolutie in % van de voedingsproductie (C10) in België, in de eurozone en in de buurlanden C10 Δ2008- Δ2015- ΔQ Q 4 16 Eurozone 5,1% 0,9% 0,7% België 10,5% 2,3% -0,5% Duitsland 3,1% 1,1% 0,7% Frankrijk 0,0% -1,5% -2,1% Nederland 16,2% 3,8% 2,4% Bron: Eurostat, gegevens in volume, gecorrigeerd voor werkdagen In België kende de productie een iets minder dynamische groei van 2,3 % in 2016, ten opzichte van +3,3 % in Met een productiestijging van 10,5 % sinds 2008 presteert België beter dan het gemiddelde van de eurozone, en van Duitsland en Frankrijk over de beschouwde periode. Naar het voorbeeld van de vorige jaren viel de productiepiek ook nu in het laatste kwartaal van het jaar. De meeste subsectoren deden het beter dan in In drie subsectoren kwam het productieniveau evenwel lager uit dan in De eerste daarvan is subsector 10.2 "Verwerking en conservering van vis en van schaal- en weekdieren", die zijn productie opnieuw zag afnemen met 9,9 %, na de sterke dalingen van 2013 (-7,3 %), 2014 (-12,3 %) en 2015 (-2,5 %). Sinds 2008 is de productie met 15,7 % gedaald, wat de grootste terugval is voor deze periode. De tweede subsector is 10.3 "Verwerking en conservering van groenten en fruit" waar de productie voor het eerst sinds 2012 is teruggelopen (-3,6 %) na een piek in Tot slot is subsector 10.6 "Vervaardiging van maalderijproducten, zetmeel en zetmeelproducten" de derde subsector die een productiedaling registreert in 2016 (-2,4 %). Ten opzichte van 2008 kende deze subsector een productiedaling van 9 %. Zes subsectoren zagen hun productie toenemen. Subsector 10.1 "Verwerking en conservering van vlees en vervaardiging van vleesproducten" kende een derde opeenvolgende productiegroei op jaarbasis (+3,7 % in 2016, wat een minder goed resultaat is dan in 2015, toen de productie met 8 % toenam). In 2016 piekte de productie voor de periode

25 Subsector 10.4 "Vervaardiging van plantaardige en dierlijke oliën en vetten" liet opnieuw een activiteitstoename noteren in 2016 (+5 %) na de neerwaartse trend tussen 2012 en Het productievolume van subsector 10.5 "vervaardiging van zuivelproducten" was in 2016 hoger (+2,7 %) dan in 2015 (+6,6 %). In 2016 piekte de productie voor de beschouwde periode. De productiegroei in subsector 10.7 "Vervaardiging van bakkerijproducten en deegwaren" was opnieuw positief in 2016 (+5,6 %) na vier opeenvolgende jaren van inkrimping. Twee andere subsectoren lieten een versnelde groei optekenen in 2016 ten opzichte van 2015 en bereikten hun productiepiek voor de periode Het zijn subsector 10.8 "Vervaardiging van andere voedingsmiddelen" (+2,3 %, onder invloed van de chocoladeproductie) en subsector 10.9 "Vervaardiging van diervoeders" (+3,2 %). Drankenindustrie De drankproductie in de eurozone steeg in 2016 met 0,7 % ten opzichte van Onze economie en die van onze buurlanden vertonen op dat vlak weliswaar sterke contrasten. In Frankrijk was er sprake van een productiedaling (-0,6 %), terwijl Nederland (+0,1 %), Duitsland (+,03 %) en België (+9,8 %) daarentegen een productiestijging lieten optekenen. Tabel 2-3: Evolutie in % van de drankproductie (C11) in België, in de eurozone en in de buurlanden C11 Δ2008- Δ2015- ΔQ Q 4 16 Eurozone -2,2% 0,7% 2,9% België 19,3% 9,8% 18,4% Duitsland -4,6% 0,3% -1,6% Frankrijk 14,7% -0,6% 2,0% Nederland -3,2% 0,1% 4,0% Bron: Eurostat, gegevens in volume, gecorrigeerd voor werkdagen De productiedaling die België liet optekenen in 2015 (-2,3 %) was slechts van korte duur. In 2016 ging de productie er weer fors op vooruit (+9,8 %) wat volledig te verklaren is door de dynamiek van de meest invloedrijke subsector in termen van gewicht, namelijk "Vervaardiging van bier". De jaar-op-jaar stijging van de productie bedroeg 19,8 % in 2016, terwijl de industriële activiteit van de overige sectoren achteruit gingen. Subsector "Vervaardiging van frisdranken, productie van mineraalwater en ander gebotteld water" haalde de rest van de sector onderuit (-6,0 % op jaarbasis, met een daling gedurende 8 opeenvolgende kwartalen). Ook subsector "Vervaardiging van sterk alcoholische dranken door distilleren, rectificeren en mengen" zag zijn productie opnieuw dalen in 2016 (-4,4 %) onder invloed van vier opeenvolgende negatieve kwartalen ten opzichte van

26 Subsector "Vervaardiging van mout" kende dan weer een heropleving (+1,9 %) na twee opeenvolgende mindere jaren Productieprijzen In België blijven de productieprijzen in de drankenindustrie de hoogte ingaan, terwijl de productieprijzen in de voedingsindustrie zich hebben gestabiliseerd na de neerwaartse trend van de afgelopen twee jaar. Deze evolutie vertoont evenwel een veel dynamischer kwartaalprofiel. Hoewel grondstoffen slechts één element van de kostenstructuur van de verwerkende ondernemingen zijn, kunnen prijsveranderingen min of meer significante effecten op de productieprijzen hebben. Volgens het jaarverslag 2016 van het prijzenobservatorium kwamen "in vergelijking met een jaar voordien de grondstoffennoteringen voor bewerkte levensmiddelen in 2016 gemiddeld 5,4 % lager uit (uitgedrukt in euro). De dalende trend die eind 2012 werd ingezet, zette zich in de eerste helft van 2016 dus nog steeds verder. In augustus 2016 keerde het tij daarentegen: in december 2016 noteerden de grondstoffen voor bewerkte levensmiddelen al 9,7 % hoger ten opzichte van augustus. De prijsdalingen op de grondstoffenmarkt in 2016 zijn voornamelijk te danken aan de afgenomen prijzen voor graan, eetbare oliën (vooral olijfolie) en zuivelproducten op de Europese markt. De ommekeer sinds augustus 2016 is daarentegen ook te wijten aan diezelfde grondstoffen: in december 2016 noteerden deze respectievelijk 5,8 %, 21,2 % en 23,8 % hoger dan 4 maanden eerder." Grafiek 2-6: Indexcijfer van de productieprijzen in de voedings- en drankenindustrie (totale markt, 2010 = 100) Bron: AD Statistiek - Statistics Belgium, bruto gegevens Voedingsindustrie In de eurozone daalden de productieprijzen van de voedingsmiddelenindustrie in 2016 met 0,5 % ten opzichte van Met uitzondering van Nederland, waar de prijzen met 0,7 % ste- 26

27 gen, kenden alle onderzochte buurlanden een daling van de productieprijzen in In Frankrijk daalden de productieprijzen met 1,5 %, terwijl Duitsland een minder uitgesproken daling liet optekenen (-0,1 %) en België een status quo kende. Vergelijkt men het laatste kwartaal van 2016 met het overeenkomstige kwartaal van 2015, dan is de prijsstijging meer uitgesproken in de buurlanden dan in de eurozone en Frankrijk, waarbij Frankrijk zelfs een daling van de productieprijzen in de voedingsindustrie laat optekenen in het vierde kwartaal ten opzichte van een jaar eerder (-1 %). Tabel 2-4: Evolutie in % van de productieprijzen in de voedingsindustrie (C10) in België, in de eurozone en in de buurlanden (totale markt, 2010 = 100) De stijging van de productieprijzen in subsector "Vervaardiging van cacao, chocolade en suikerwerk" bedroeg 4,5 % (het vijfde jaar van ononderbroken groei) en verklaart meteen de toename in de heterogene subsector 10.8 "Vervaardiging van andere voedingsmiddelen" (+ 2,5 % in 2016). Sinds 2008 namen de productieprijzen met 20,8 % toe (31,4 % voor de chocolade). C10 Δ2008- Δ2015- ΔQ Q 4 16 Eurozone 5,5% -0,5% 1,0% België 11,5% 0,0% 3,4% Duitsland 7,5% -0,1% 2,1% Frankrijk -3,2% -1,5% -1,0% Nederland 10,2% 0,7% 4,4% Bron: Eurostat, bruto gegevens In België stabiliseerden de productieprijzen zich in 2016, na een daling in 2015 (-3,9 %). Deze evolutie is te danken aan een stijging van de prijzen in het derde en vierde kwartaal van 2016, na acht opeenvolgende negatieve kwartalen in vergelijking met de voorgaande jaren. In de helft van de subsectoren stegen de productieprijzen in 2016, terwijl dit in 2015 slechts het geval was voor subsector 10.2 "Verwerking en conservering van vis en van schaal- en schelpdieren". De hoogste toename van de productieprijzen werd waargenomen in subsector 10.2 "Verwerking en conservering van vis en van schaal- en schelpdieren" (+15,2 % op een jaar tijd, wat de stijging sinds 2008 op 32 % brengt) en subsector 10.3 "Verwerking en conservering van groenten en fruit" (+10,2 % op jaarbasis en +2,8 % sinds 2008). De aanzienlijke toename in 2016 is grotendeels toe te schrijven aan de stijging van de productieprijzen in subsector "Verwerking en conservering van aardappelen" (+ 13,9% in 2016 tegen 0,9 % in 2015 ). Subsector 10.6 "Vervaardiging van maalderijproducten zetmeel en zetmeelproducten" zag zijn productieprijzen met 5,9 % stijgen in Sinds 2008 zijn de prijzen slechts in beperkte mate toegenomen (+3,6 %). De sterkste daling was er in de subsector 10.4 "Vervaardiging van plantaardige en dierlijke oliën en vetten" (-8,7 % in 2016 ten opzichte van 2015, hetzij een derde opeenvolgende daling op jaarbasis). Er is echter een lichte stijging van de productieprijzen in het laatste kwartaal van 2016 na acht opeenvolgende dalingen op kwartaalbasis (t.o.v. de voorgaande jaren). 27

28 Subsector 10.1 "Verwerking en conservering van vlees en vervaardiging van vleesproducten" kende een derde opeenvolgende daling op jaarbasis (-2,8 % in 2016) en een lichte toename sinds 2008 (+1,6 %). Deze daling van de productieprijzen in de afgelopen drie jaar wordt waargenomen in de vleessector, de pluimveesector en de vervaardiging van vleesproducten. In 2016 blijven de productieprijzen in de subsector 10.5 "vervaardiging van zuivelproducten" hun neerwaartse trend volgen (-1,8 %), na een daling van 10 % in 2015 als gevolg van de daling van de productieprijzen van melk- en kaasproducten. De melkprijs bij de melkproducenten daalde in 2015 en een deel van 2016 om een dieptepunt te bereiken in juli 2016 en vervolgens opnieuw te stijgen. Subsector 10.9 "Vervaardiging van diervoeders" zag zijn prijzen met 3,7 % dalen in 2016, voor het derde opeenvolgende jaar. Sinds 2008 is de prijsevolutie evenwel positief, met een stijging van 16,3 %. Tot slot kenden de productieprijzen in subsector 10.7 "Vervaardiging van bakkerijproducten en deegwaren" een lichte terugval met 0,2 %, net als in De totale daling van de productieprijzen sinds 2008 bedroeg toch zo'n 21,6 %. Drankenindustrie In 2016 zijn in de eurozone de productieprijzen in de drankensector gestegen met 0,8% ten opzichte van het voorgaande jaar. Duitsland (+0,4 %), Frankrijk (+1,4 %), België (+1,7 %) en Nederland (+1,8 %) kenden evenwel een stijging van de productieprijzen. Tabel 2-5: Evolutie in % van de productieprijzen in de drankenindustrie (C11) in België, in de eurozone en in de buurlanden (totale markt, 2010 = 100) C11 Δ Δ ΔQ Q 4 16 Eurozone 11,5% 0,8% 1,1% België 12,3% 1,7% 1,4% Duitsland 9,2% 0,4% 0,8% Frankrijk 15,2% 1,4% 1,3% Nederland 14,0% 1,8% 3,5% Bron: Eurostat, bruto gegevens Ook in 2016 zette de opwaartse trend in de productieprijzen binnen de Belgische drankenindustrie zich door met een stijging van 1,7 %, de zevende opeenvolgende stijging van de productieprijzen. De prijzen hebben aldus een nieuwe piek bereikt voor de periode Tussen 2015 en 2016 zijn de productieprijzen toegenomen in de subsectoren "Vervaardiging van sterk alcoholische dranken door distilleren, rectificeren en mengen" (+0,5 %, de vijfde opeenvolgende stijging) en "Vervaardiging van frisdranken; productie van mineraalwater en ander gebotteld water" (+1 %, de zevende opeenvolgende stijging). In subsector "Vervaardiging van bier" bereikte de prijsstijging 3,1 %, de tweede hoogste stijging sinds

29 In alle 3 de subsectoren bereikten de productieprijzen het hoogste niveau van de periode De stijging van de productieprijzen komen uit op zo'n 10 % in de drie sectoren (+9,7 % voor de alcoholische dranken, + 11,4 % voor het bier en +10,7 % voor mineraalwaters en frisdranken) Investeringen en bezettingsgraad van de productiecapaciteit Investeringen op basis van de btw-gegevens 14 Uit voorlopige gegevens blijkt dat de gecumuleerde investeringen in de voedingsindustrie (inclusief dranken) met 11,4 % zijn toegenomen in 2016 om op 1,6 miljard euro uit te komen, wat meteen het hoogste niveau is voor de periode Terwijl de investeringsgroei in de voedingsindustrie (C10) versnelde (+8,4 % in 2016 t.o.v. 6,1 % in 2015), verliep hij heel wat trager in de drankenindustrie (C11), maar hij blijft al bij al nog steeds bijzonder dynamisch (van 46,4 % in 2015 tot 21,4 % in 2016). Grafiek 2-7: Investeringen in de voedings- en drankenindustrie (in miljoen euro) Bron: AD Statistiek - Statistics Belgium 14 Definitie AD Statistiek - Statistics Belgium: Investeringen zijn de uitgaven (exclusief btw) door de btwplichtige voor de verwerving van goederen en diensten die een bedrijfsmiddel uitmaken. Het gaat dus om oprichtingskosten, immateriële vaste activa, terreinen en gebouwen, installaties, machines en uitrusting, meubilair en rollend materieel, vaste activa in leasing en overige vaste activa. De lonen van het personeel (dat b.v. zou worden ingezet om een gebouw op te trekken of te verbouwen) en andere sociale lasten en de aankopen van andere diensten, werk en studies (b.v. ereloon architect) behoren dus niet tot de investeringen. 29

30 Tabel 2-6: Totaal investeringen15 16 (in miljoen euro's, verandering* in %) NACE-code Vervaardiging van voedingsmiddelen ,3% -12,2% 12,9% 18,6% -12,2% 11,2% 6,1% 8,4% Vervaardiging van dranken ,0% 4,5% 33,5% -6,7% 0,3% 14,8% 46,4% 21,4% Totaal ,8% -9,9% 16,3% 13,8% -10,3% 11,8% 13,2% 11,4% *Bedrag uitgedrukt in miljoen euro en in groeipercentage ten opzichte van het jaar voordien Bron: AD Statistiek - Statistics Belgium, voorlopige gegevens Voedingsindustrie 17 De investeringen in de voedingsindustrie kenden een dynamische groei in 2016 en kwamen uit op 1,2 miljard euro, het hoogste peil in de periode Met 151 miljoen euro aan investeringen, vertraagde de investeringsgroei in subsector 10.1 "Verwerking en conservering van vlees en vervaardiging van vleesproducten" in 2016 met een stijging van 3,9 % ten opzichte van 5,9 % in De investeringen voor subsector "gevogelte" waren minder in 2016 (-34,8 %) na de forse toename in 2014 (+59,8%), terwijl de investeringsuitgaven voor subsector "vlees" voor het tweede jaar op rij minder uitgesproken waren. De investeringen in subsector "'vervaardiging van vleesproducten" zijn gegroeid in 2016 (+4,7 %) om uit te komen op bijna 80 miljoen euro. Subsector 10.3 "Verwerking en conservering van groenten en fruit" investeerde 337 miljoen euro en trekt de hele sector naar boven in termen van investeringsuitgaven. Deze groeiden met 46,6 %, wat een sterke toename betekent ten opzichte van een jaar eerder (+27,8 %). Het gaat om de eerste subsector in termen van investeringsuitgaven in Vooral de investeringen in subsector "Verwerking en conservering van aardappelen" verklaren dit resultaat. De investeringsgraad tikte er immers af op 68 % in 2016, t.o.v. 57 % in Subsector 10.5 "Vervaardiging van zuivelproducten" investeerde minder in 2016, met een terugval van 150 miljoen euro in 2015 naar 105 miljoen euro in Die mindere prestatie moet weliswaar gezien worden tegen het licht van de sterke investeringstoename in 2014 (+20,1 %). In 2016 zag subsector "Zuivelfabrieken en kaasmakerijen" zijn investeringen immers met gemiddeld met 33,7 % slinken over het hele jaar. 15 Het gaat om voorlopige gegevens. De wegingen toegepast op de sector zijn gebaseerd op de bijgevoegde niet-vertrouwelijke gegevens. Derhalve zijn subsectoren 10.2 en 10.4 niet opgenomen in de analyse. 16 Op basis van de voorlopige gegevens van Statistics Belgium. Het is dan ook mogelijk dat de cijfers van de analyse verschillen van de cijfers die gepubliceerd worden op de website van Statistics Belgium. 17 Om de vertrouwelijkheid van de gegevens te waarborgen, worden de NACE-waarden met '4 digits' niet vermeld. 30

31 Subsector 10.6 "Vervaardiging van maalderijproducten, zetmeel en zetmeelproducten" investeerde aan een trager tempo in 2016 (+10,5 %, hetzij 43 miljoen euro) dan in 2015 (32,5 %). Subsector 10.7 "Vervaardiging van bakkerijproducten en deegwaren" investeerde opnieuw in 2016 (ter waarde van 254 miljoen euro), wat een toename van 34,2 % ten opzichte van het voorgaande jaar vertegenwoordigt, na de toename met 6 % in Deze subsector is de tweede grootste in termen van investeringsuitgaven. Met een uitgesproken toename in 2016 ten opzichte van 2015 (+33 %) hebben de investeringen in subsector "Vervaardiging van brood en van vers banketbakkerswerk" het hoogste niveau bereikt voor de waarnemingsperiode Ook de investeringen in subsector "Vervaardiging van beschuit en biscuit en van ander houdbaar banketbakkerswerk" namen toe in 2016 (met 33,4 %), na een voorzichtige groei van 0,3 % in De investeringen in subsector 10.8 "Vervaardiging van andere voedingsmiddelen" zijn lichtjes gekrompen ten opzichte van 2015 (-9,1 %) en vertegenwoordigden 243 miljoen euro. Deze subsector is de derde grootste in termen van investeringen. In deze subsector zijn de investeringen in de "Vervaardiging van suiker" (10.81) met 6,4 % gekrompen na de forse stijging in 2015 (+74,1 %). Ze zijn evenwel voor het tweede jaar op rij gedaald in de "Vervaardiging van cacao, chocolade en suikerwerk" (-10,5% in 2016, wat het geïnvesteerde totaalbedrag op 114 miljoen euro brengt). Voor deze subsector was 2014 het meest dynamische jaar in de periode (134 miljoen euro aan investeringen). Na het duizelingwekkende resultaat in 2012 voor subsector 10.9 "Vervaardiging van diervoeders" (+165,5 %), bleef het investeringsbedrag in deze subsector schommelen in de voorbije jaren om uiteindelijk op 62 miljoen euro uit te komen in 2016 (een jaarlijkse krimp van 22 %). Drankenindustrie De investeringen in de drankenindustrie vertraagden in 2016 (+21,4 % tegenover +46,4 % in 2015) tot 409 miljoen euro (het hoogste peil voor de periode ). In subsector "Vervaardiging van sterk alcoholische dranken door distilleren, rectificeren en mengen", liepen de investeringen terug met 20,4% in Subsector "Vervaardiging van bier" is traditioneel de subsector binnen sector C11 waarin het sterkst geïnvesteerd wordt. In 2016 stegen de investeringsuitgaven voor het zevende achtereenvolgende jaar (+ 25,7% op jaarbasis) tot 294 miljoen euro, t.o.v. 233 miljoen euro een jaar eerder. Zij kenden hun hoogste peil tijdens de onderzochte periode. In subsector "Vervaardiging van frisdranken; productie van mineraalwater en ander gebotteld water" werd opnieuw geïnvesteerd in 2016 (+20,3 %), maar minder massaal dan in 2015 (toen de investeringen met niet minder 141 % stegen op jaarbasis). Met een totaalbedrag van 102 miljoen euro hebben de investeringen in deze sector een nieuwe piek bereikt voor de periode

32 Grafiek 2-8: Evolutie van de investeringen in de subsectoren binnen de voeding- en drankenindustrie. Bron: AD Statistiek - Statistics Belgium, voorlopige gegevens Bezettingsgraad van de productiecapaciteit De bezettingsgraad van de productiecapaciteit in de verwerkende nijverheid tijdens het eerste kwartaal van 2017 (enquête afgenomen in januari) schommelt rond de 80 % (meer bepaald 80,7 %), wat beter is dan het gemiddelde voor de periode 2008-begin 2017 (78,3 %). Dit is het hoogste percentage sinds de enquête afgenomen werd in april Hoewel de bezettingsgraad van de productiecapaciteit nog steeds onder het pre-crisis niveau blijft, hetzij 83,9 % in het eerste kwartaal van 2008, is hij toch hoger dan zijn gemiddelde op lange termijn. De opwaartse tendens die kenmerkend was voor 2016 weerspiegelt de steeds toenemende druk op de productiecapaciteit, wat doet vermoeden dat de uitbreidingsinvesteringen een nieuwe impuls zullen krijgen. 32

33 Grafiek 2-9: Seizoensgezuiverde bezettingsgraad van de productiecapaciteit (in %) Bron: BNB, conjunctuurenquêtes De bezettingsgraad in de voedingsindustrie (vervaardiging van voedingsmiddelen en dranken) schommelt dan weer sterker. In het laatste kwartaal van 2016 piekte de bezettingsgraad voor de volledige beschouwde periode (78,2 %). In het eerste kwartaal van 2017 werd een lichte terugval waargenomen (77,9 %) maar de sector kan globaal genomen goede resultaten voorleggen voor 2016, met een bezettingsgraad die lichtjes hoger uitkomt dan het gemiddelde voor de periode 2008-begin 2017 (75,7 %), wat ook hier wijst op een verhoogde behoefte aan uitbreidingsinvesteringen. 33

34 2.4. Werkgelegenheid Tabel 2-7: Werkgelegenheid in de voedings- en drankenindustrie M M Vervaardiging van voedingsmiddelen ,3% -0,2% 0,4% 0,3% -0,3% -0,6% -0,2% 0,6% Vervaardiging van dranken ,0% -1,4% 0,1% -1,0% 0,4% 0,2% 1,0% 1,3% Totaal ,1% -0,4% 0,3% 0,2% -0,3% -0,5% 0,0% 0,6% Het weergegeven percentage toont de evolutie ten opzichte van het voorgaande jaar. Bron: Gecentraliseerde statistieken van de RSZ Voor de periode vertoont de tewerkstellingscurve van beide sectoren samengeteld een neerwaartse tendens (hetzij een krimp van 0,7 %). De voedings- en de drankensectoren vertegenwoordigden in de eerste jaarhelft van 2016 samen gemiddeld directe banen, wat 0,6 % meer is dan in de overeenkomstige periode van In de hele voedingsmiddelen- en drankenindustrie blijven subsectoren 10.7 "Vervaardiging van bakkerijproducten en deegwaren", 10.8 "Vervaardiging van andere voedingsmiddelen", 10.1 'Verwerking en conservering van vlees en vervaardiging van vleesproducten", 11.0 "Vervaardiging van dranken" en 10.3 "Verwerking en conservering van groenten en fruit" de vijf grootste werkverschaffers: ze waren in de eerste jaarhelft van 2016 goed voor gemiddeld 92,6 % van de arbeidsplaatsen in beide industrieën (voeding en drank). De directe tewerkstelling in de voedingsindustrie (C10) daalde met 0,4 % in de periode Maar in de eerste zes maanden van 2016 steeg de directe tewerkstelling met 0,6 % ten opzichte van de overeenstemmende periode van 2015, met 434 extra directe arbeidsplaatsen. Subsectoren 10.4 "Vervaardiging van plantaardige en dierlijke oliën en vetten" (296 extra arbeidsplaatsen), 10.1 "Verwerking en conservering van vlees en vervaardiging van vleesproducten" (295 extra arbeidsplaatsen), 10.8 "Vervaardiging van andere voedingsmiddelen" (142 extra arbeidsplaatsen) en 10.3 "Verwerking en conservering van groenten en fruit" (139 extra arbeidsplaatsen) genereerden de meeste directe arbeidsplaatsen in de eerste jaarhelft van 2016 ten opzichte van dezelfde periode van Daarentegen verloren subsectoren 10.7 "Vervaardiging van bakkerijproducten en deegwaren" (541 arbeidsplaatsen) en 10.2 "Verwerking en conservering van vis en van schaal- en schelpdieren" (16 arbeidsplaatsen) directe arbeidsplaatsen in de eerste jaarhelft van 2016, ten opzichte van De drankenindustrie (C11) verloor op haar beurt 372 directe arbeidsplaatsen in de periode , wat een daling van -3,7 % betekent. In de eerste zes maanden van 2016 kende de sector daarentegen opnieuw een tewerkstellingsgroei van 1,3 % ten opzichte van de eerste zes maanden van 2015, met de creatie van 124 directe banen. 34

35 2.5. Tijdelijke werkloosheid Grafiek 2-10: Tijdelijke werkloosheid in de industrie en in de voeding Bron: Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening Sinds de piek in het eerste kwartaal van 2013 ( tijdelijk werklozen) blijft de tijdelijke werkloosheid in de verwerkende nijverheid dalen (-37,03 % tussen het eerste kwartaal van 2013 en het eerste kwartaal van 2016). In de eerste negen maanden van 2016 steeg de tijdelijke werkloosheid in de verwerkende industrie (met gemiddeld 562 eenheden, hetzij een stijging van 1,6 %) in vergelijking met de eerste negen maanden van 2015, met een gemiddelde van geregistreerde werklozen in de eerste negen maanden van 2015 t.o.v in dezelfde periode van In het derde kwartaal van daalde het aantal personen dat in de tijdelijk werkloosheid terechtkwam met 4,4 % t.o.v. een jaar eerder, al was de terugval veel meer uitgesproken in het derde kwartaal van 2015 voor dezelfde referentieperiode (-22,7 %). In het derde kwartaal van , nam de tijdelijke werkloosheid af ten opzichte van het voorgaande kwartaal, met ten opzichte van tijdelijk werklozen (hetzij een daling van 36,1 %), een gunstigere evolutie dan in het derde kwartaal van 2015, dat een daling van 28,8 % liet optekenen ten opzichte van het tweede kwartaal van Het gaat hier om voltijds equivalenten. 19 De tijdelijke werkloosheid kent een seizoensgebonden verloop. Het gebruik van tijdelijke werkloosheid stijgt in het eerste kwartaal van het jaar, terwijl het in het derde kwartaal het laagste peil bereikt. Deze indicator moet aldus jaar op jaar worden beschouwd. 35

36 De voedingssector (dranken inbegrepen) droeg in de drie eerste kwartalen van 2016 voor 13,3 % bij aan de tijdelijke werkloosheid in de verwerkende industrie. In dezelfde periode van 2015 was dit percentage slechts 11,4 %. De sector volgt aldus globaal de neerwaartse trend die sinds 2012 merkbaar is in de verwerkende industrie. Met een gemiddelde van tijdelijk werklozen in de eerste negen maanden van 2016 (t.o.v in de overeenkomstige periode van 2015), steeg het aantal tijdelijk werklozen in de voedingssector op één jaar tijd (+18,7 %) evenwel méér dan in de verwerkende industrie (+1,6 %). De tijdelijke werkloosheid nam er immers met 9,8 % toe in het derde kwartaal van 2016 (t.o.v. een jaar eerder). In 2015 bedroeg deze daling 17,4 % voor dezelfde referentieperiode. 36

37 2.6. Oprichtingen en stopzettingen van bedrijven Voedingsindustrie Grafiek 2-11: Oprichtingen en stopzettingen van ondernemingen in de voedingsindustrie (C10) Bron: AD Statistiek - Statistics Belgium In de periode , heeft de voedingsindustrie een stijging met 27,1% van het aantal nieuwe bedrijven laten optekenen (van 376 nieuwe ondernemingen in 2008 naar 478 nieuwe ondernemingen in 2016). In dezelfde periode daalde het aantal stopzettingen met 22,1 % (van 507 stopzettingen in 2008 tot 395 in 2016). Van 2008 tot 2014 bleef het aantal nieuwkomers onder de grens van 400, met een piek in 2011 (391 nieuwe ondernemingen). In 2015 bleek de voedingsindustrie haar ondernemingsdynamiek te hebben teruggevonden en bereikte het de kaap van 400 nieuwe ondernemingen. Het aantal nieuwe ondernemingen in de voedingssector steeg in 2016, met 2,6 % ten opzichte van 2015 (van 466 ondernemingen in 2015 naar 478 in 2016). De drijvende kracht achter deze dynamiek, zijn voornamelijk drie subsectoren. Dat zijn, in volgorde van belang, subsector 10.7 "Vervaardiging van bakkerijproducten en deegwaren", subsector 10.8 "Vervaardiging van andere voedingsmiddelen" en subsector 10.1 "Verwerking en conservering van vlees en vervaardiging van vleesproducten", die respectievelijk 44,4 %, 26,6 % en 9,6 % van het totaal aantal nieuwe ondernemingen voor hun rekening namen. Wat het aantal stopzettingen betreft, kon de voedingsindustrie in 2016 een daling van 13,6 % laten optekenen ten opzichte van

38 Van 2008 tot 2014 lag het aantal ondernemingen dat verdween hoger dan het aantal ondernemingen dat werd opgericht, wat aldus een negatief saldo opleverde voor de voedingsindustrie. Maar in 2015 keerde de situatie en werd de voedingsindustrie gekenmerkt door een positief netto saldo van 9 ondernemingen in 2015 en 83 ondernemingen in Drankenindustrie Grafiek 2-12: Oprichtingen en stopzettingen van ondernemingen in de drankenindustrie (C11) Bron: AD Statistiek - Statistics Belgium In de drankensector kende het jaarlijks aantal nieuwe ondernemingen een gestage groei vanaf 2008, met een stijging van 875 % tussen 2008 en 2016 (van 12 nieuwe ondernemingen in 2008 naar 117 in 2016). In dezelfde periode ging ook het aantal verdwenen ondernemingen in stijgende lijn, met een toename van 90,9 % (van 11 stopzettingen in 2008 naar 21 in 2016). Het aantal nieuwe ondernemingen in de drankensector steeg in 2016 met 46,3 % ten opzichte van 2015 (van 88 nieuwkomers in 2015 naar 117 in 2016). Ook het aantal stopzettingen groeide in 2016, met een toename van 5 % ten opzichte van Over de volledige periode kende de drankensector een positief netto saldo, met een curve die voortdurend in stijgende lijn gaat, behalve in De sector klom zo van een positief netto saldo van 1 eenheid in 2008 naar 96 eenheden in 2016 (tegen 60 eenheden in 2015). 38

39 2.7. Faillissementen Voedingsindustrie Het aantal faillissementen in de voedingsmiddelenindustrie daalde in 2016, van 116 bedrijven die de boeken neerlegden in 2015 naar 103 faillissementen in 2016, wat een daling is van 11,2 %. Deze faillissementen leidden tot het verlies van 551 arbeidsplaatsen, een daling van 52,4 % 20 in 2016, wat 52,4 % minder is dan in 2015, een recordjaar voor de periode met geschrapte arbeidsplaatsen. In de periode volgde het baanverlies als gevolg van faillissementen in de voedingsindustrie een schommelende maar steeds opwaartse curve, met een groei van 31,5% in de bestudeerde periode. Het recordaantal verdwenen arbeidsplaatsen in 2015 blijft evenwel drukken op deze progressie. De sectoren 10.7 "Vervaardiging van bakkerijproducten en deegwaren" en 10.1 "Verwerking en conservering van vlees en vervaardiging van vleesproducten" worden het hardst getroffen door faillissementen en door het daarmee gepaard gaande banenverlies. Beide hogergenoemde sectoren vertegenwoordigden 83,5 % van de faillissementen in 2016 (waarbij 68,0 % voor rekening van subsector 10.7 en 15,5 % voor subsector 10.1) en 89,1 % van de verdwenen arbeidsplaatsen in de voedingsindustrie (waarbij 55,9 % in subsector 10.7 en 33,2 % in subsector 10.1). Grafiek 2-11: Faillissementen en overeenkomstig banenverlies in de voedingsindustrie (C10) (in aantallen) 20 Het aangegeven jobverlies is theoretisch: het is gebaseerd op het aantal tewerkgestelde personen volgens de laatste beschikbare RSZ-cijfers op het moment van het faillissement. Er wordt echter geen rekening gehouden met evoluties in individuele ondernemingen vóór (b.v. jobverlies t.g.v. een herstructurering die het faillissement voorafgaat) of ná het faillissement (b.v. overname van een deel van het personeel door een concurrent), terwijl dat wel belangrijk is voor de evolutie van de werkgelegenheid in de sector. 39

40 Drankenindustrie Bron: AD Statistiek - Statistics Belgium Na een zekere stagnering van het aantal faillissementen sinds 2009 (behalve in 2012 en 2015) was er in 2016 binnen de drankenindustrie een verslechtering van het aantal faillissementen, dat steeg ten opzichte van In 2016 vervierdubbelde het aantal faillissementen ten opzichte van 2015; in de drankensector legden immers vier ondernemingen de boeken neer in 2016, tegen slechts één in 2015, met banenverlies tot gevolg. 40

41 Grafiek 2-12: Faillissementen en overeenkomstig banenverlies in de drankenindustrie (C11) (in aantallen) Bron: AD Statistiek - Statistics Belgium 41

42 2.8. Buitenlandse handel In dit deel worden de cijfers van de buitenlandse handel van België voor de producten van de voedings- en drankenindustrie voorgesteld. Er werd gebruik gemaakt van de gegevens van Eurostat (communautair concept 21 ) volgens de gecombineerde nomenclatuur (CN8). Deze hebben het voordeel dat men de handelsstromen kan vergelijken met die van de buurlanden, maar ook het nadeel dat ze zowel de uitvoer als de invoer van België overschatten. De uitvoer van een andere lidstaat die via een Belgische haven verloopt (doorvoer), wordt namelijk aan België toegerekend. Gelet op het belang van de haven van Antwerpen, is de invloed daarvan op de overschatting van de gegevens voor België niet gering. Een korte blik op de nationale cijfers van 2016, zonder transit, geeft aan dat bepaalde voedingsproducten meer worden doorgevoerd dan andere. 22. Populaire doorvoerproducten zijn koffie, thee, gommen, oliehoudende zaden en vruchten en vis. Anderzijds worden bepaalde producten amper doorgevoerd, zoals vetten, groenten en vlees, die voor 90 % van de uitvoer in België worden vervaardigd en dus niet doorgevoerd worden. Aan invoerzijde zijn de meest doorgevoerde producten ook koffie en thee, terwijl de minst doorgevoerde producten graanproducten zijn. Tabel 2-8: Saldo van de handelsbalans van de voedings- en drankenindustrie (in miljoen euro) M M Wereld 2.287, , , , , , , , , ,4 Extra EU , , , , , , , , , ,5 Intra EU , , , , , , , , , ,9 Bron: Eurostat De Belgische voedings- en drankenindustrie vertoonden net als de voorgaande jaren ook in 2015 een positief handelssaldo (3,8 miljard euro). In 2015 worden overigens de beste resultaten geboekt voor de onderzochte periode, vooral door de groei van het intra-europese handelssaldo. Tijdens de eerste 10 maanden van 2016 groeide het handelssaldo bovendien sterk ten opzichte van dezelfde periode van 2015 (+21 %) om een overschot van 3,9 miljard euro te bereiken, uit een uitvoer van 28,6 miljard euro en een invoer van 24,6 miljard euro. Wanneer een onderscheid gemaakt wordt op basis van bestemming valt op dat het intracommunautair handelssaldo van de voedingsindustrie positief is (6,7 miljard euro en 2015), terwijl de extracommunautaire balans negatief is (2,9 miljard euro en 2015) en er dus meer wordt ingevoerd dan uitgevoerd buiten de EU Het communautair concept omvat de import en exportoperaties waarbij een inwoner in de ruime zin van het woord betrokken is (ook niet-inwoners onderworpen aan de Belgische btw) en de transitoperaties tussen een intracommunautaire niet-inwoner en een extracommunautaire niet-inwoner. 22 Om te weten hoeveel doorvoer deze productcategorieën vertegenwoordigen, werden de cijfers van het nationaal concept vergeleken met de cijfers van het communautair concept. Voor elk product geldt dat hoe hoger het relatieve aandeel van het nationaal concept is, des te minder dit product wordt doorgevoerd. 42

43 Voedingsindustrie Grafiek 2-13: Buitenlandse handel van België voor de voedingsindustrie 23 (in miljoen euro) Bron: Eurostat De voedingssector draagt positief bij tot het totale handelssaldo van België. De uitvoer overtrof de invoer wat een handelssaldo opleverde van 3,5 miljard euro tijdens de eerste 10 maanden van Dit positieve resultaat is volledig te verklaren door de buitenlandse handel met andere EU-lidstaten, die in de eerste tien maanden van 2016 een handelssaldo van 6 miljard euro opleverde. De handelsbalans met landen buiten de EU is immers negatief (-2,5 miljard euro voor dezelfde referentieperiode). De handelsbalans van de voedingssector groeide met 18 %, hetzij 533 miljoen euro tijdens de eerste 10 maanden van 2016 in vergelijking met dezelfde periode een jaar eerder. Dit komt enerzijds door de uitvoer die met 2,2% gestegen is, terwijl, anderzijds de invoer enigszins stagneerde (+ 0,1%) op jaarbasis voor dezelfde referentieperiode. De export van de voedingsmiddelenindustrie was goed voor 26,1 miljard euro in de eerste 10 maanden van 2016, terwijl de invoer 22,6 miljard euro bedroeg. De uitvoer van voedingsproducten ging voor 86,2% naar landen binnen de EU, en slechts voor 13,8 % naar landen buiten de EU. De categorieën "Bereidingen van groenten, van vruchten en van andere plantendelen" en "Bereidingen van graan, van meel, van zetmeel of van melk; gebak" zijn onze meest uitgevoerde voedingsproducten met een aandeel van meer dan 10 %, nl. respectievelijk 10,8 % voor de eerste categorie en 10,1 % voor de tweede. In tegenstelling tot een jaar eerder, blij- 23 De opsplitsing is bijgevoegd als bijlage, tabel

44 ven "Vlees en eetbare slachtafvallen" onder de drempel van 10 % en komen zo op de derde plaats, en niet langer op de tweede, voor de eerste 10 maanden van De uitvoer van "Bereidingen van groenten" en "Bereidingen van graan" nam toe tijdens de eerste 10 maanden van 2015 en de eerste 10 maanden van De eerste categorie liet een groei van 9,1 % optekenen en de tweede een groei van 8,4 %. In dezelfde periode nam de uitvoer van de productcategorie "Oliehoudende zaden en vruchten; allerlei zaden, zaaigoed en vruchten; planten voor industrieel en voor geneeskundig gebruik; stro en voeder sterk toe, nl. 13,4 %, terwijl de uitvoer van "graanproducten" een terugval kende van 10 %. De onderstaande tabel geeft een overzicht van de evolutie van onze export voor een aantal belangrijke productcategorieën, voor een vergelijking op korte termijn ( ) en op lange termijn ( ). Voor meer leesbaarheid werd de volledige tabel in de bijlage opgenomen. Tabel 2-9: Opsplitsing van de uitvoer per productgroep (in miljoen euro) Product M M Δ Δ M M Relatief gewicht M Totaal voeding , , , ,6 21,6% 2,2% 100% waarvan: Vlees en eetbare slachtafvallen 2.815, , , ,9 10,9% -3,7% 9,6% Melk en zuivelproducten; vogeleieren; natuurhoning; eetbare producten van dierlijke oorsprong, elders genoemd noch elders 2.421, , , ,7 21,7% -3,4% 9,1% onder begrepen Producten van de meelindustrie; mout; zetmeel; inuline; tarwegluten 1.020, ,0 856,7 897,2 1,3% 4,7% 3,4% Bereidingen van graan, van meel, van zetmeel of van melk; gebak 2.036, , , ,0 44,5% 8,4% 10,1% Bereidingen van groenten, van vruchten en van andere plantendelen 2.272, , , ,2 38,1% 9,1% 10,8% Bron: Eurostat De invoer bedroeg 22,6 miljard euro tijdens de eerste 10 maanden van 2016, wat een lichte daling is van 0,1 % ten opzichte van de overeenstemmende periode een jaar eerder. 72,9 % van de invoer van voedingsproducten is afkomstig uit landen binnen de EU28, en slechts 27,1 % van buiten de EU. Fruit; schillen van citrusvruchten en van meloenen waren de belangrijkste ingevoerde producten. De export van deze categorie, die een toename van 1,9 % kende, vertegenwoordigde 11,5 % van onze export van voedingsmiddelen in de 10 eerste maanden van Melk en zuivelproducten; vogeleieren; natuurhoning; eetbare producten van dierlijke oorsprong, elders genoemd noch elders onder begrepen vormt eveneens een belangrijke categorie van invoerproducten (10,4 %), hoewel de invoer afnam met 4,9 % tussen de eerste 10 maanden van 2016 en dezelfde periode in De invoercijfers van twee productcategorieën gingen fors de hoogte in tijdens de 10 eerste maanden van 2015 en Het gaat om de categorie "suiker en suikerwerk" die een aanzienlijke stijging van 22,3 % liet optekenen en de categorie "Cacao en bereidingen op basis van cacao", waarvan de export met 15,8 % steeg in de onderzochte periode. De categorie die de grootste daling liet optekenen, was "Koffie, thee, maté en specerijen", met een terugval van 12,3 %. 44

45 De onderstaande tabel geeft een overzicht van de evolutie van onze import voor een aantal belangrijke productcategorieën, voor een vergelijking op korte termijn ( ) en op lange termijn ( ). Deze tabel wordt ook volledig weergegeven in de bijlage. Tabel 2-10: Opsplitsing van de invoer per productgroep (in miljoen euro) Product M M In volume evolueerde de buitenlandse handel op dezelfde wijze maar op grotere schaal: de uitvoer in volume steeg met 2,4 % (t.o.v. 2,2 % in waarde), terwijl de invoer in volume met 1,6 % steeg (t.o.v. 0,1 % in waarde). De grootste verschillen zijn echter merkbaar wanneer een onderscheid gemaakt wordt tussen de handel intra- en extra-eu28. Wat de handel met EUlanden betreft, nam de uitvoer sterker toe in volume dan in waarde. De evolutie was net omgekeerd voor de invoer in volume. Extra-EU bleek de uitvoer gedaald in volume, hoewel deze in waarde steeg, voor de invoer was dit het omgekeerde. Tabel 2-11: Vergelijking van het verloop van de buitenlandse handel in waarde en in hoeveelheid voor de voedingssector Δ Δ M M Relatief gewicht M Totaal voeding , , , ,5 20,5% 0,1% 100% waarvan: Vlees en eetbare slachtafvallen 1.223, , , ,9 13,4% -9,6% 4,6% Melk en zuivelproducten; vogeleieren; natuurhoning; eetbare producten van dierlijke oorsprong, elders genoemd noch elders 2.464, , , ,5 22,8% -4,9% 10,4% onder begrepen Fruit; schillen van citrusvruchten en van meloenen 2.974, , , ,5 3,0% 1,9% 11,5% Bereidingen van graan, van meel, van zetmeel of van melk; gebak 1.172, , , ,4 25,9% 3,1% 5,5% Bereidingen van groenten, van vruchten en van andere plantendelen 1.328, , , ,2 45,7% -11,3% 6,4% Bron: Eurostat Δ M M Δ M M in waarde in hoeveelheid Intra-EU Uitvoer 2,1% 2,8% Invoer 1,5% 0,9% Extra-EU Uitvoer 2,9% -0,2% Invoer -3,4% 4,2% Bron: Eurostat Binnen de EU daalden dus de uitvoerprijzen terwijl de invoerprijzen stegen. Buiten de EU echter, kon er een stijging van de uitvoerprijzen vastgesteld worden, terwijl de invoerprijzen afnamen. Dit prijseffect vertaalt zich in een toename van de extra-eu28-handelsbalans, die desondanks negatief blijft. Wat de handel met landen buiten de EU betreft, steeg de invoerprijs binnen de categorie "Groenten, planten, wortels en knollen, voor voedingsdoeleinden", terwijl de invoerprijzen binnen de categorieën "Producten van de meelindustrie; mout; zetmeel; inuline; tarwegluten" en "graanproducten" kelderden. Ook de exportprijs van "vetten en oliën (dierlijke en plantaardige) en dissociatieproducten daarvan; bewerkt spijsvet; was van dierlijke of van plantaardige oorsprong" daalde, terwijl de exportprijs van "Suiker en suikerwerk" steeg. 45

46 Wat de import binnen de EU betreft, stegen de prijzen van de categorie "Vis, en schaaldieren, weekdieren en andere ongewervelde waterdieren", terwijl in de categorie "Melk en zuivelproducten; vogeleieren; natuurhoning; eetbare producten van dierlijke oorsprong, elders genoemd noch elders onder begrepen" de importprijzen een neerwaartse trend kenden. De uitvoerprijs van "graanproducten" ging ook naar beneden, terwijl de exportprijs van "Suiker en suikerwerk" stegen. De onderstaande grafiek geeft, voor de voedingssector, de procentuele verdeling van de totale Belgische uitvoer volgens haar handelspartners voor Grafiek 2-16: Belangrijkste exportpartners van de voedingsindustrie in 2015 (in %) Bron: Eurostat In 2015 was Frankrijk de belangrijkste afzetmarkt van België voor de voedingsindustrie, met een aandeel van 22% van de uitvoer van deze sector. Frankrijk wordt gevolgd door Nederland en Duitsland. De drie landen samen vertegenwoordigen dus meer dan de helft van onze totale export van voedingsproducten. Met een aandeel van 8,7 % komt het Verenigd Koninkrijk op de vierde plaats als afzetmarkt voor onze voedingsproducten in Het is evenwel niet ondenkbaar dat die aandeel in de komende jaren vermindert als gevolg van de Brexit. Met uitzondering van de Verenigde Staten, die op de tiende plaats staan in de ranglijst van onze exportpartners, zijn onze belangrijkste exportpartners vooral landen binnen de EU28. De onderstaande grafiek toont de procentuele verdeling van de totale Belgische invoer in de voedingsindustrie op basis van het land van oorsprong in

47 Grafiek 2-17: Belangrijkste importpartners van de voedingsindustrie in 2015 (in %) Bron: Eurostat In 2015, voerde België voornamelijk voedingsproducten in uit Nederland, dat goed was voor 25,8 % van onze totale invoer van voedingsproducten. Ook Frankrijk en Duitsland zijn belangrijke leveranciers, met een respectief aandeel van 20 % en 11,2 % van onze invoer van voedingsmiddelen. Dit betekent dat meer dan de helft van onze totale invoer (57 %) afkomstig is van deze drie buurlanden. Het Verenigd Koninkrijk staat ook in onze top 10 van belangrijkste handelspartners in termen van invoer, zij het wel met een kleiner aandeel, nl. 2,4 %. Tot slot behoren ook landen buiten de Europese Unie, waaronder Brazilië, Ivoorkust, de Verenigde Staten en Colombia ook tot de top 10 van onze grootste leveranciers van voedingsmiddelen. 47

48 Drankenindustrie Grafiek 2-18: Buitenlandse handel van België voor de drankindustrie 24 (in miljoen euro) Bron: Eurostat Net als de voedingssector vertoonde ook de drankensector een positief handelssaldo. Dat bedroeg 446,3 miljoen euro in de eerste 10 maanden van 2016, wat een stijging met 51,3% is ten opzichte van dezelfde periode van een jaar eerder. Terwijl de invoercijfers een aanzienlijke daling kenden (-6,2 % in de eerste tien maanden van 2016 t.o.v. een jaar eerder) als gevolg van een sterke daling van de intra-eu28 invoer (-7 %), stagneerde de export bijna, met een groei van 0,8 % ten opzichte van dezelfde vergelijkingsperiode, onder meer als gevolg van de exporttoename extra EU28 (+ 10,7 %). De totale uitvoer van dranken steeg in de eerste 10 maanden van 2016 tot 2.425,3 miljoen euro, hetzij 0,8 % meer dan in dezelfde periode van Bijna driekwart (74,5 %) van onze export van dranken gaat naar landen binnen de EU, wat een lichte daling is ten opzichte van het voorgaande jaar (76,8 %). Het aandeel van de niet-eu-uitvoer neemt echter toe tot 25,5 %, ten opzichte van23,2 % in Het belangrijkste uitvoerproduct is "Bier van mout": de uitvoer ervan bedraagt net geen 40 % van de totale drankenuitvoer vanuit België. De export van bier steeg met 11,1 % tijdens de eerste 10 maanden van 2016, in vergelijking met dezelfde periode in "Water, mineraalwater en spuitwater daaronder begrepen, met toegevoegde suiker of andere zoetstoffen, dan wel gearomatiseerd, alsmede andere alcoholvrije dranken, andere dan de vruchten- en groentesappen bedoeld bij post 2009", eveneens een belangrijke exportcategorie (22,8 % 24 De opsplitsing is bijgevoegd als bijlage, tabel

49 tijdens de 10 eerste maanden van 2016), vertoonde evenwel een daling van 11,3 % tijdens de eerste 10 maanden van 2016 ten opzichte van Tabel 2-12: Opsplitsing van de uitvoer per productgroep (in miljoen euro) Product M M Δ Δ M M Relatief gewicht M Totaal dranken 2.055, , , ,3 41,5% 0,8% 100% waarvan: Water, natuurlijk of kunstmatig mineraalwater en spuitwater daaronder begrepen, zonder toegevoegde suiker of andere 222,5 231,6 197,0 178,0 4,1% -9,6% 7,3% zoetstoffen, noch gearomatiseerd; ijs en sneeuw Water, mineraalwater en spuitwater daaronder begrepen, met toegevoegde suiker of andere zoetstoffen, dan wel gearomatiseerd, alsmede andere alcoholvrije dranken, 516,4 744,9 624,7 554,1 44,3% -11,3% 22,8% andere dan de vruchten- en groentesappen bedoeld bij post 2009 Bier van mout 631, ,9 963, ,8 82,5% 11,1% 44,2% Ethylalcohol, niet gedenatureerd, met een alcoholvolumegehalte van 80 % vol of meer; ethylalcohol en 70,7 316,2 243,7 259,0 347,4% 6,3% 10,7% gedistilleerde dranken, gedenatureerd, ongeacht het gehalte Bron: Eurostat De invoer van dranken daalde fors tijdens de eerste tien maanden van 2016 ten opzichte van een jaar eerder (-6,2 %) en kwam uit op 2 miljard euro. Deze invoer is grotendeels afkomstig uit de EU (92,9 % van de totale invoer), terwijl het aandeel van de invoer uit niet-eu-landen in 2016 steeg tijdens de eerste tien maanden van 2016 (7,1 %) ten opzichte van dezelfde periode in 2015 (6,3 %). De invoer van dranken wordt gedomineerd door "Wijn van verse druiven, wijn waaraan alcohol is toegevoegd daaronder begrepen; druivenmost, andere dan die bedoeld bij post " (34 %) hoewel tijdens de eerste 10 maanden van 2016 de invoer ervan afnam (-11,5 %) ten opzichte van een jaar eerder. "Water, mineraalwater en spuitwater daaronder begrepen, met toegevoegde suiker of andere zoetstoffen, dan wel gearomatiseerd, alsmede andere alcoholvrije dranken, andere dan de vruchten- en groentesappen bedoeld bij post 2009" blijkt eveneens een belangrijke invoercategorie (29,7 %) en vertoonde een stijging van de invoer met 3,4 % tijdens de eerste 10 maanden van 2016 ten opzichte van Merk op dat de kloof tussen beide categorieën verkleinde tijdens de eerste tien maanden van 2015 en Code 2009 van de gecombineerde nomenclatuur herneemt deze categorie: "Ongegiste vruchtensappen (druivenmost daaronder begrepen) en ongegiste groentensappen, zonder toegevoegde alcohol, ook indien met toegevoegde suiker of andere zoetstoffen". 49

50 Tabel 2-13: Opsplitsing van de invoer per productgroep, in miljoen euro Product M M De onderstaande grafiek geeft de procentuele verdeling van de totale Belgische uitvoer van dranken volgens haar handelspartners voor Δ Grafiek 2-19: Belangrijkste exportpartners voor de drankenindustrie (in %) Δ M M Relatief gewicht M Totaal dranken 2.451, , , ,9 4,0% -6,2% 100% waarvan: Water, mineraalwater en spuitwater daaronder begrepen, met toegevoegde suiker of andere zoetstoffen, dan wel gearomatiseerd, alsmede andere alcoholvrije dranken, 416,4 661,7 568,4 587,5 58,9% 3,4% 29,7% andere dan de vruchten- en groentesappen bedoeld bij post 2009 Wijn van verse druiven, wijn waaraan alcohol is toegevoegd daaronder begrepen; druivenmost, andere 1.115,1 955,5 759,0 671,9-14,3% -11,5% 34,0% dan die bedoeld bij post 2009 Bron: Eurostat Bron: Eurostat In 2015 exporteerde België voornamelijk dranken naar Nederland, dat 21,5 % van de totale Belgische uitvoer van dranken voor zijn rekening neemt. Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk zijn ook belangrijke afzetmarkten, met een respectief aandeel van 16,9 % et 14,7 % van de Belgische export. Ook hier is het best mogelijk dat de Brexit de drankenindustrie negatief beïnvloedt. De Belgische drankenexport was in 2015 vooral bestemd voor intra- EU28 landen. Enkel de Verenigde Staten (9 %) en China (2,1 %) zijn belangrijke afzetmarkten buiten de EU28. De onderstaande grafiek toont de procentuele verdeling van de totale Belgische invoer in de drankenindustrie op basis van het land van oorsprong in

Verslag over de economische conjunctuur in de voedings- en drankenindustrie

Verslag over de economische conjunctuur in de voedings- en drankenindustrie Titre brochure Verslag over de economische conjunctuur in de voedings- en drankenindustrie FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie Algemene Directie Economische Analyses en Internationale Economie

Nadere informatie

Verslag over de economische conjunctuur in de textiel- en kledingindustrie

Verslag over de economische conjunctuur in de textiel- en kledingindustrie Titre brochure Verslag over de economische conjunctuur in de textiel- en kledingindustrie FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie Algemene Directie Economische Analyses en Internationale Economie

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 5 december 2014

PERSBERICHT Brussel, 5 december 2014 01/2010 05/2010 09/2010 01/2011 05/2011 09/2011 01/2012 05/2012 09/2012 01/2013 05/2013 09/2013 01/2014 05/2014 09/2014 Inflatie (%) PERSBERICHT Brussel, 5 december 2014 Geharmoniseerde consumptieprijsindex

Nadere informatie

BOORDTABELLEN HORECA SYNTHESE: OVERZICHT: MAART /03/2017

BOORDTABELLEN HORECA SYNTHESE: OVERZICHT: MAART /03/2017 07/03/2017 SYNTHESE: Er is een opmerkelijke versnelling van de omzetgroei in het derde kwartaal bij restaurants en drinkgelegenheden. Hotels en catering kennen nog steeds een dalende omzet. De horecaprijzen

Nadere informatie

memorandum CRB Een sterke voedingsindustrie als motor van onze economie

memorandum CRB Een sterke voedingsindustrie als motor van onze economie memorandum CRB 2019-1099 Een sterke voedingsindustrie als motor van onze economie CRB 2019-1099 Memorandum Een sterke voedingsindustrie als motor van onze economie Brussel 6.06.2019 2 CRB 2019-1099 1

Nadere informatie

Studie over uitvoerpotentieel agrovoedingssector

Studie over uitvoerpotentieel agrovoedingssector Studie over uitvoerpotentieel agrovoedingssector Brussel, 20 januari 2016 Uit een studie van de FOD Economie over de Belgische agrovoedingsindustrie blijkt dat de handel tussen 2000 en 2014 binnen de Europese

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 15 maart 2016

PERSBERICHT Brussel, 15 maart 2016 01/2010 05/2010 09/2010 01/2011 05/2011 09/2011 01/2012 05/2012 09/2012 01/2013 05/2013 09/2013 01/2014 05/2014 09/2014 01/2015 05/2015 09/2015 01/2016 Inflatie (%) PERSBERICHT Brussel, 15 maart 2016 Geharmoniseerde

Nadere informatie

Verslag over de economische conjunctuur in de chemische nijverheid, de life sciences en de verwerking van kunststof en rubber

Verslag over de economische conjunctuur in de chemische nijverheid, de life sciences en de verwerking van kunststof en rubber Titel brochure CRB-CCE 2016-0133 CHS JPD/T/NB/NM 19 januari 2016 Verslag over de economische conjunctuur in de chemische nijverheid, de life sciences en de verwerking van kunststof en rubber Oktober 2017

Nadere informatie

Rapport samengesteld door: Lilong Mei Tom Vansteenkiste. Juni 2013. Nederlandse Kamer van Koophandel voor België en Luxemburg

Rapport samengesteld door: Lilong Mei Tom Vansteenkiste. Juni 2013. Nederlandse Kamer van Koophandel voor België en Luxemburg De Belgische Voedingsindustrie Rapport samengesteld door: Lilong Mei Tom Vansteenkiste Juni 2013 Nederlandse Kamer van Koophandel voor België en Luxemburg Tervurenlaan 168 bus 2 1150 Brussel +32-2-219-11-74

Nadere informatie

ANALYSE VAN DE PRIJZEN DERDE KWARTAALVERSLAG 2017 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN

ANALYSE VAN DE PRIJZEN DERDE KWARTAALVERSLAG 2017 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN Instituut voor de nationale rekeningen ANALYSE VAN DE PRIJZEN DERDE KWARTAALVERSLAG 2017 VAN HET INSTITUUT VOOR DE NATIONALE REKENINGEN PRIJZENOBSERVATORIUM Meer informatie: FOD Economie, K.M.O., Middenstand

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 11 september 2015

PERSBERICHT Brussel, 11 september 2015 01/2010 05/2010 09/2010 01/2011 05/2011 09/2011 01/2012 05/2012 09/2012 01/2013 05/2013 09/2013 01/2014 05/2014 09/2014 01/2015 05/2015 Inflatie (%) PERSBERICHT Brussel, 11 september 2015 Geharmoniseerde

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 29 maart 2018

PERSBERICHT Brussel, 29 maart 2018 01/2007 07/2007 01/2008 07/2008 01/2009 07/2009 01/2010 07/2010 01/2011 07/2011 01/2012 07/2012 01/2013 07/2013 01/2014 07/2014 01/2015 07/2015 01/2016 07/2016 01/2017 07/2017 01/2018 Index (2013 = 100)

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 7 november 2014

PERSBERICHT Brussel, 7 november 2014 01/2010 05/2010 09/2010 01/2011 05/2011 09/2011 01/2012 05/2012 09/2012 01/2013 05/2013 09/2013 01/2014 05/2014 09/2014 Inflatie (%) PERSBERICHT Brussel, 7 november 2014 Geharmoniseerde consumptieprijsindex

Nadere informatie

De agrarische handel van Nederland in 2012

De agrarische handel van Nederland in 2012 De agrarische handel van Nederland in 2012 1. Opvallende ontwikkelingen Totale wereldhandel in agrarische producten groeit voor tweede opeenvolgende jaar met ruim 10% Nederlandse agrarische export groeit

Nadere informatie

POLSSLAG VLAAMSE HORECA

POLSSLAG VLAAMSE HORECA 13/06/2017 SYNTHESE: De omzetgroei vertraagt in het laatste kwartaal van 2016 bij restaurants en drinkgelegenheden. De omzetdaling bij hotels loopt ten einde. De horecaprijzen stijgen minder snel dan vorige

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 19 januari 2016

PERSBERICHT Brussel, 19 januari 2016 01/2010 05/2010 09/2010 01/2011 05/2011 09/2011 01/2012 05/2012 09/2012 01/2013 05/2013 09/2013 01/2014 05/2014 09/2014 01/2015 05/2015 09/2015 Inflatie (%) PERSBERICHT Brussel, 19 januari 2016 Geharmoniseerde

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 14 december 2016

PERSBERICHT Brussel, 14 december 2016 PERSBERICHT Brussel, 14 december 2016 Een al bij al zeer moeilijk jaar voor landbouwers De heeft samen met de gewestelijke overheden en deskundigen ter zake de voorlopige schattingen van de Belgische landbouweconomische

Nadere informatie

ECONOMISCH JAARVERSLAG RAPPORT ÉCONOMIQUE ANNUEL

ECONOMISCH JAARVERSLAG RAPPORT ÉCONOMIQUE ANNUEL ECONOMISCH JAARVERSLAG 2016-2017 RAPPORT ÉCONOMIQUE ANNUEL 2016-2017 1. Kerncijfers Omzet Export Werkgelegenheid en werkgevers Investeringen Innovatie Conjunctuurvooruitzichten Kerncijfers Omzet Omzet:

Nadere informatie

De agrarische handel van Nederland in 2013

De agrarische handel van Nederland in 2013 De agrarische handel van Nederland in 2013 1. Opvallende ontwikkelingen Totale handelsoverschot groeit met 4,5 miljard; aandeel agrarische producten 2 miljard Nederlandse agrarische export neemt in 2013

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 11 december 2015

PERSBERICHT Brussel, 11 december 2015 PERSBERICHT Brussel, 11 december 2015 Geharmoniseerde consumptieprijsindex - november 2015 De Belgische inflatie volgens de Europees geharmoniseerde consumptieprijsindex stijgt in november naar 1,4%, ten

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 14 januari 2015

PERSBERICHT Brussel, 14 januari 2015 PERSBERICHT Brussel, 14 januari 2015 Geharmoniseerde consumptieprijsindex - december 2014 o De Belgische inflatie volgens de Europees geharmoniseerde consumptieprijsindex daalt in december naar -0,4%,

Nadere informatie

De agrarische handel van Nederland in 2014

De agrarische handel van Nederland in 2014 De agrarische handel van Nederland in 1. Opvallende ontwikkelingen Totale Nederlandse handelsoverschot is in gelijk gebleven aan het niveau van ( 47,6 mld.); handelsoverschot agrarische producten komt

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 12 november 2015

PERSBERICHT Brussel, 12 november 2015 01/2010 05/2010 09/2010 01/2011 05/2011 09/2011 01/2012 05/2012 09/2012 01/2013 05/2013 09/2013 01/2014 05/2014 09/2014 01/2015 05/2015 09/2015 Inflatie (%) PERSBERICHT Brussel, 12 november 2015 Geharmoniseerde

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 16 januari 2017

PERSBERICHT Brussel, 16 januari 2017 PERSBERICHT Brussel, 16 januari 2017 Geharmoniseerde consumptieprijsindex - december 2016 o De Belgische inflatie volgens de Europees geharmoniseerde consumptieprijsindex bedraagt in december 2,2% ten

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 13 oktober 2016

PERSBERICHT Brussel, 13 oktober 2016 PERSBERICHT Brussel, 13 oktober 2016 Geharmoniseerde consumptieprijsindex - september 2016 o De Belgische inflatie volgens de Europees geharmoniseerde consumptieprijsindex bedraagt in september 1,8% ten

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 14 december 2016

PERSBERICHT Brussel, 14 december 2016 PERSBERICHT Brussel, 14 december 2016 Geharmoniseerde consumptieprijsindex - november 2016 o De Belgische inflatie volgens de Europees geharmoniseerde consumptieprijsindex bedraagt in november 1,7% ten

Nadere informatie

De agrarische handel van Nederland in 2013

De agrarische handel van Nederland in 2013 De agrarische handel van Nederland in 1. Opvallende ontwikkelingen Totale handelsoverschot groeit met 4,5 miljard; aandeel agrarische producten 2 miljard Nederlandse agrarische export neemt in opnieuw

Nadere informatie

CRB CCR SR/LVN Conclusies van de sociale gesprekspartners op basis van de documentatienota Macro economische context

CRB CCR SR/LVN Conclusies van de sociale gesprekspartners op basis van de documentatienota Macro economische context CRB 2016-0510 SR/LVN 03.02.2016 Conclusies van de sociale gesprekspartners op basis van de documentatienota Macro economische context 2 CRB 2016-0510 Overzicht groei sinds 1996 Onder invloed van de conjuncturele

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 27 februari 2018

PERSBERICHT Brussel, 27 februari 2018 01/2007 07/2007 01/2008 07/2008 01/2009 07/2009 01/2010 07/2010 01/2011 07/2011 01/2012 07/2012 01/2013 07/2013 01/2014 07/2014 01/2015 07/2015 01/2016 07/2016 01/2017 07/2017 01/2018 Index (2013 = 100)

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 13 mei 2015

PERSBERICHT Brussel, 13 mei 2015 01/2010 05/2010 09/2010 01/2011 05/2011 09/2011 01/2012 05/2012 09/2012 01/2013 05/2013 09/2013 01/2014 05/2014 09/2014 01/2015 Inflatie (%) PERSBERICHT Brussel, 13 mei 2015 Geharmoniseerde consumptieprijsindex

Nadere informatie

De buitenlandse handel van België

De buitenlandse handel van België De buitenlandse handel van België 1 ste kwartaal 2010 1 De buitenlandse handel van België na het eerste kwartaal van 2010 (Bron: NBB communautair concept*) Analyse van de cijfers van het eerste kwartaal

Nadere informatie

Impact van de Russische boycot op de prijzen en de uitvoer van bepaalde landbouwproducten

Impact van de Russische boycot op de prijzen en de uitvoer van bepaalde landbouwproducten Impact van de Russische boycot op de prijzen en de uitvoer van bepaalde landbouwproducten FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie Algemene Directie Economische Analyses en Internationale Economie

Nadere informatie

De agrarische handel van Nederland in 2010

De agrarische handel van Nederland in 2010 De agrarische handel van Nederland in 1. Opvallende ontwikkelingen Wereldhandel in agrarische producten daalde in met ruim 10%, maar vertoont in weer herstel Nederlandse agrarische export groeit in naar

Nadere informatie

Bilaterale handel Vlaanderen - Colombia

Bilaterale handel Vlaanderen - Colombia Bilaterale handel Vlaanderen - Colombia Handelsbalans Vlaanderen - Colombia Onze handel met Colombia is steevast in een handelstekort geëindigd. Dat tekort was op zijn hoogst in 2008: zowat een half miljard

Nadere informatie

Statistisch Product. Omzet en investeringen volgens de btw-aangiften (absolute cijfers)

Statistisch Product. Omzet en investeringen volgens de btw-aangiften (absolute cijfers) Metadata Statistisch Product Omzet en investeringen volgens de btwaangiften (absolute cijfers) De omzet omvat alle bedragen (exclusief BTW) die overeenkomen met de verkoop door de BTWplichtige van goederen

Nadere informatie

De economische groei bedroeg 0,2 % in het eerste kwartaal van Over het hele jaar 2018 nam het bbp met 1,4 % toe

De economische groei bedroeg 0,2 % in het eerste kwartaal van Over het hele jaar 2018 nam het bbp met 1,4 % toe Instituut voor de nationale rekeningen PERSCOMMUNIQUÉ 2019-04-29 Links: Publicatie NBB.Stat Algemene informatie De economische groei bedroeg 0,2 % in het eerste kwartaal van 2019 Over het hele jaar 2018

Nadere informatie

IMPACTANALYSE RUSLAND

IMPACTANALYSE RUSLAND Studiedienst Stafmedewerkers Diestsevest 40 3000 Leuven T (016) 28 64 11 F (016) 28 64 09 PERSNOTA Datum 31 juli 2015 Betreft: IMPACTANALYSE RUSLAND 1 ALGEMENE CONTEXT De EU-28 exporteerde in 2013 voor

Nadere informatie

Impact van de Russische boycot. op de prijzen en de uitvoer. van bepaalde landbouwproducten. september 2015

Impact van de Russische boycot. op de prijzen en de uitvoer. van bepaalde landbouwproducten. september 2015 Impact van de Russische boycot op de prijzen en de uitvoer van bepaalde landbouwproducten september 2015 FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie Algemene Directie Economische Analyses en Internationale

Nadere informatie

Voorjaarsprognoses : Europees herstel houdt aan ondanks nieuwe risico's

Voorjaarsprognoses : Europees herstel houdt aan ondanks nieuwe risico's IP/11/565 Brussel, 13 mei 2011 Voorjaarsprognoses 2011-2012: Europees herstel houdt aan ondanks nieuwe risico's Het geleidelijke herstel van de EU-economie zet door, zo blijkt uit de vooruitzichten voor

Nadere informatie

Verslag over de economische conjunctuur in de chemische nijverheid, de life sciences en de verwerking van kunststof en rubber

Verslag over de economische conjunctuur in de chemische nijverheid, de life sciences en de verwerking van kunststof en rubber Titre brochure Verslag over de economische conjunctuur in de chemische nijverheid, de life sciences en de verwerking van kunststof en rubber FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie Algemene Directie

Nadere informatie

Productiegroei industrie afgenomen in derde kwartaal

Productiegroei industrie afgenomen in derde kwartaal Derde kwartaal 214 groei industrie afgenomen in derde kwartaal Industrie Voedings- en genotmiddelenindustrie Aardolie-, chemische, rubber- en kunststofproductenindustrie Basismetaal- en metaalproductenindustrie

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 13 december 2017

PERSBERICHT Brussel, 13 december 2017 PERSBERICHT Brussel, 13 december 2017 Inhaalbeweging voor de landbouwers in 2017 De heeft samen met de gewestelijke overheden en deskundigen de voorlopige schattingen van de Belgische landbouweconomische

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 14 september 2017

PERSBERICHT Brussel, 14 september 2017 PERSBERICHT Brussel, 14 september 2017 Geharmoniseerde consumptieprijsindex - augustus 2017 o De Belgische inflatie volgens de Europees geharmoniseerde consumptieprijsindex bedraagt in augustus 2,0% ten

Nadere informatie

Statistisch Magazine Internationale economische ontwikkelingen in de periode 2010 tot en met 2012

Statistisch Magazine Internationale economische ontwikkelingen in de periode 2010 tot en met 2012 Internationale economische ontwikkelingen in de periode 2010 tot en met 2012 Inleiding Lorette Ford De economische ontwikkeling van een land kan door middel van drie belangrijke economische indicatoren

Nadere informatie

Omzet industrie daalt

Omzet industrie daalt Tweede kwartaal 21 industrie daalt Industrie Voedings- en genotmiddelenindustrie Aardolie-, chemische, rubber- en kunststofproductenindustrie Basismetaal- en metaalproductenindustrie Elektrotechnische

Nadere informatie

PERSCONFERENTIE. Technologische industrie blijft groeien

PERSCONFERENTIE. Technologische industrie blijft groeien PERSCONFERENTIE Technologische industrie blijft groeien Groei activiteit en werkgelegenheid versterkt nog in 2016......maar verslechterende wereldconjunctuur...en we mogen aandacht voor herstel concurrentievermogen

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie in september 2,0 procent. Inflatie afgelopen halfjaar vrijwel stabiel

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie in september 2,0 procent. Inflatie afgelopen halfjaar vrijwel stabiel Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB03-195 30 oktober 2003 9.30 uur Inflatie in september 2,0 procent De inflatie in Nederland is in september 2003 uitgekomen op 2,0 procent. Dat is een lichte

Nadere informatie

Herstel in de industrie zet door. Samenvatting. Totale industrie. Omzet stijgt. Eerste kwartaal 2014

Herstel in de industrie zet door. Samenvatting. Totale industrie. Omzet stijgt. Eerste kwartaal 2014 Eerste kwartaal 214 Herstel in de industrie zet door Samenvatting Totale industrie Voedings- en genotmiddelenindustrie Aardolie-, chemische, rubber- en kunststofproductenindustrie Basismetaal- en metaalproductenindustrie

Nadere informatie

De economische groei bedraagt 0,4 % in het eerste kwartaal van 2014

De economische groei bedraagt 0,4 % in het eerste kwartaal van 2014 Instituut voor de nationale rekeningen 2014-04-30 Links Publicatie BelgoStat On-line Algemene informatie De economische groei bedraagt 0,4 % in het eerste kwartaal van 2014 Bij een stijging van 0,3 % in

Nadere informatie

Titel brochure. Verslag over de economische conjunctuur in de textiel- en kledingindustrie

Titel brochure. Verslag over de economische conjunctuur in de textiel- en kledingindustrie Titel brochure Verslag over de economische conjunctuur in de textiel- en kledingindustrie December 2017 De FOD Economie, KMO, Middenstand en Energie heeft als missie om de omstandigheden te creëren voor

Nadere informatie

Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003

Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 niet correct zijn. Dientengevolge zijn de CPI-cijfers

Nadere informatie

Persbericht. Inflatie in december gedaald. Centraal Bureau voor de Statistiek. Prijzen in december gedaald. Inflatie naar laag niveau

Persbericht. Inflatie in december gedaald. Centraal Bureau voor de Statistiek. Prijzen in december gedaald. Inflatie naar laag niveau Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB04-002 8 januari 2004 9.30 uur Inflatie in december gedaald De inflatie in Nederland is in december 2003 uitgekomen op 1,7 procent. Dit is de laagste uitkomst

Nadere informatie

HANDELSBETREKKINGEN VAN BELGIË MET SURINAME

HANDELSBETREKKINGEN VAN BELGIË MET SURINAME HANDELSBETREKKINGEN VAN BELGIË MET SURINAME De handelsbetrekkingen van België met Suriname 0 Bron: CIA World Factbook De handelsbetrekkingen van België met Suriname 1 1 Enkele economische indicatoren -

Nadere informatie

Werkloosheid in de Europese Unie

Werkloosheid in de Europese Unie in de Europese Unie Diana Janjetovic en Bart Nauta De werkloosheid in de Europese Unie vertoont sinds 2 als gevolg van de conjunctuur een wisselend verloop. Door de economische malaise in de jaren 21 23

Nadere informatie

Belgische kledingsector : redelijk goed klimaat in 2007 maar dreigende onweerswolken in 2008

Belgische kledingsector : redelijk goed klimaat in 2007 maar dreigende onweerswolken in 2008 PERSBERICHT Belgische kledingsector : redelijk goed klimaat in 2007 maar dreigende onweerswolken in 2008 Het jaar 2007 kan voor de kledingsector worden samengevat als een stabiel jaar. De omzetdaling was

Nadere informatie

2003/10A. Conjunctuur: recent verloop en verwachtingen* 7 e jaar. Door Economische Analyses, Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie

2003/10A. Conjunctuur: recent verloop en verwachtingen* 7 e jaar. Door Economische Analyses, Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie 2003/10A Conjunctuur: recent verloop en verwachtingen* Door Economische Analyses, Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie *Analyse afgesloten op 19 september 2003 1. Driemaandelijks bruto

Nadere informatie

Productie licht gedaald in vierde kwartaal

Productie licht gedaald in vierde kwartaal Vierde kwartaal 14 Productie licht gedaald in vierde kwartaal Industrie Voedings- en genotmiddelenindustrie Aardolie-, chemische, rubber- en kunststofproductenindustrie Basismetaal- en metaalproductenindustrie

Nadere informatie

Omzet industrie daalt, productie vrijwel gelijk

Omzet industrie daalt, productie vrijwel gelijk Derde kwartaal 2 industrie daalt, productie vrijwel gelijk Industrie Voedings- en genotmiddelenindustrie Aardolie-, chemische, rubber- en kunststofproductenindustrie Basismetaal- en metaalproductenindustrie

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Economie groeit 1,4 procent in Beperkte opwaartse bijstelling economische groei 2004

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Economie groeit 1,4 procent in Beperkte opwaartse bijstelling economische groei 2004 Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB05-037 31 maart 2005 9.30 uur Economie groeit 1,4 procent in 2004 De Nederlandse economie is in 2004 met 1,4 procent gegroeid. Dat is een licht herstel

Nadere informatie

Macro-economische Ontwikkelingen

Macro-economische Ontwikkelingen Macro-economische Ontwikkelingen e kwartaal 1 Bijlage II Overall conclusie De Nederlandse economie groeit naar verwachting met 1¾% in 1 en met 1½% in 11. De toename van het bbp komt bijna volledig voor

Nadere informatie

Rapport samengesteld door: Lilong Mei Tom Vansteenkiste. Mei 2013. Nederlandse Kamer van Koophandel voor België en Luxemburg

Rapport samengesteld door: Lilong Mei Tom Vansteenkiste. Mei 2013. Nederlandse Kamer van Koophandel voor België en Luxemburg De Belgische Voedingsindustrie Rapport samengesteld door: Lilong Mei Tom Vansteenkiste Mei 2013 Nederlandse Kamer van Koophandel voor België en Luxemburg Tervurenlaan 168 bus 2 1150 Brussel +32-2-219-11-74

Nadere informatie

Regionale verdeling van de vastgoedactiviteit

Regionale verdeling van de vastgoedactiviteit notarisbarometer Vastgoed, vennootschappen, familie www.notaris.be A B C D n 1 Juli - september Trimester 3-211 Vastgoedactiviteit in België Prijsevolutie Registratierechten Vennootschappen A Vastgoedactiviteit

Nadere informatie

Factsheet 1 WAAROM EEN INVESTERINGSPLAN VOOR DE EU?

Factsheet 1 WAAROM EEN INVESTERINGSPLAN VOOR DE EU? Factsheet 1 WAAROM EEN INVESTERINGSPLAN VOOR DE EU? Als gevolg van de wereldwijde economische en financiële crisis heeft de EU met een laag investeringsniveau te kampen. Alleen met gezamenlijke gecoördineerde

Nadere informatie

Omzet industrie daalt door lagere prijzen

Omzet industrie daalt door lagere prijzen Eerste kwartaal 21 Omzet industrie daalt door lagere prijzen Industrie Voedings- en genotmiddelenindustrie Aardolie-, chemische, rubber- en kunststofproductenindustrie Basismetaal- en metaalproductenindustrie

Nadere informatie

De economische groei bedraagt 0,3 % in het eerste kwartaal van 2015. De economische activiteit stijgt met 1,1 % over het hele jaar 2014

De economische groei bedraagt 0,3 % in het eerste kwartaal van 2015. De economische activiteit stijgt met 1,1 % over het hele jaar 2014 Instituut voor de nationale rekeningen 2015-04-29 Links: Publicatie NBB.stat Algemene informatie De economische groei bedraagt 0,3 % in het eerste kwartaal van 2015 De economische activiteit stijgt met

Nadere informatie

Agrohandelsrapport 2005

Agrohandelsrapport 2005 Agrohandelsrapport 2005 Januari 2007 Johan Janssens Jonathan Platteau Vlaamse Overheid Beleidsdomein Landbouw en Visserij Afdeling Monitoring en Studie (AMS) Leuvenseplein 4 1000 Brussel Inhoudstafel Samenvatting...

Nadere informatie

Internationale varkensvleesmarkt 2012-2013

Internationale varkensvleesmarkt 2012-2013 Internationale varkensvleesmarkt 212-213 In december 212 vond de jaarlijkse conferentie van de GIRA Meat Club plaats. GIRA is een marktonderzoeksbureau, dat aan het einde van elk jaar een inschatting maakt

Nadere informatie

Persbericht. Economie groeit 0,9 procent in eerste kwartaal Centraal Bureau voor de Statistiek. Kwartaal-op-kwartaalgroei aangetrokken

Persbericht. Economie groeit 0,9 procent in eerste kwartaal Centraal Bureau voor de Statistiek. Kwartaal-op-kwartaalgroei aangetrokken Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB04-103 1 juli 2004 9.30 uur Economie groeit 0,9 procent in eerste kwartaal 2004 De Nederlandse economie is in het eerste kwartaal van 2004 met 0,9 procent

Nadere informatie

De buitenlandse handel van België - 2009 -

De buitenlandse handel van België - 2009 - De buitenlandse handel van België - 2009 - De buitenlandse handel van België in 2009 (Bron: NBB communautair concept*) Analyse van de cijfers van 2009 Zoals lang gevreesd, werden in 2009 de gevolgen van

Nadere informatie

Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003

Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 niet correct zijn. Dientengevolge zijn de CPI-cijfers

Nadere informatie

HANDELSBETREKKINGEN VAN BELGIË MET MONGOLIË

HANDELSBETREKKINGEN VAN BELGIË MET MONGOLIË HANDELSBETREKKINGEN VAN BELGIË MET MONGOLIË De handelsbetrekkingen van België met Mongolië 0 Inhoudstafel 1. Enkele economische indicatoren... 3 2. Index van de eenheidsprijs van goederen in de import

Nadere informatie

Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003

Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 niet correct zijn. Dientengevolge zijn de CPI-cijfers

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 26 juni 2017

PERSBERICHT Brussel, 26 juni 2017 PERSBERICHT Brussel, 26 juni 2017 Vastgoedprijsindex 1ste kwartaal 2017 Volgens voorlopige cijfers bedroeg het jaarlijkse inflatiecijfer voor de vastgoedprijzen 5,4% in het eerste kwartaal van 2017 tegenover

Nadere informatie

Kwartaaloverzicht arbeidsmarkt 2005/2

Kwartaaloverzicht arbeidsmarkt 2005/2 Hans Langenberg In het tweede kwartaal van 2005 vond voor het eerst in twee jaar geen verdere daling plaats van het aantal banen. Ook is de werkloosheid gestabiliseerd. Wel was er een stagnatie in de toename

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 26 september 2016

PERSBERICHT Brussel, 26 september 2016 PERSBERICHT Brussel, 26 september 2016 Vastgoedprijsindex 2de kwartaal 2016 o Volgens voorlopige cijfers bedraagt de geschatte jaarlijkse inflatie van de vastgoedprijzen 2,4% in het tweede kwartaal 2016

Nadere informatie

Persbericht. Inflatie hoger door duurdere kleding. Centraal Bureau voor de Statistiek. Technische toelichting. Zomercollectie kleren duurder

Persbericht. Inflatie hoger door duurdere kleding. Centraal Bureau voor de Statistiek. Technische toelichting. Zomercollectie kleren duurder Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB07-027 5 april 2007 9.30 uur Inflatie hoger door duurdere kleding De inflatie is in maart 2007 uitgekomen op 1,8 procent. Dat is 0,3 procentpunt hoger dan

Nadere informatie

Facts & Figures. over de lokale besturen n.a.v. de gemeenteraadsverkiezingen van 14 oktober 2018

Facts & Figures. over de lokale besturen n.a.v. de gemeenteraadsverkiezingen van 14 oktober 2018 Facts & Figures over de lokale besturen n.a.v. de gemeenteraadsverkiezingen van 14 oktober 2018 Facts & figures De lokale overheden zijn een zeer belangrijke speler in ons land. De bevoegdheden die ze

Nadere informatie

Marktontwikkelingen varkenssector

Marktontwikkelingen varkenssector Marktontwikkelingen varkenssector 1. Inleiding In de deze nota wordt ingegaan op de marktontwikkelingen in de varkenssector in Nederland en de Europese Unie. Waar mogelijk wordt vooruitgeblikt op de te

Nadere informatie

Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003

Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 Consumentenprijsindex In de persmededeling van 5 augustus 2003 heeft het CBS gemeld dat de uitkomsten over de periode juni 2002 tot en met juni 2003 niet correct zijn. Dientengevolge zijn de CPI-cijfers

Nadere informatie

Persbericht. Inflatie gestegen naar 1,9 procent. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Inflatie gestegen naar 1,9 procent. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB11-001 6 januari 2011 9.30 uur Inflatie gestegen naar 1,9 procent Duurdere autobrandstoffen verhogen inflatie Inflatie in 2010 gemiddeld 1,3 procent Inflatie

Nadere informatie

Crisismonitor Drechtsteden

Crisismonitor Drechtsteden Crisismonitor Januari 211 (cijfers t/m oktober 21) Hoe staan de er voor op de arbeidsmarkt en de woningmarkt? Dat leest u in deze zesde editie van de crisismonitor, die het OCD eens in de twee maanden

Nadere informatie

De economische groei bedraagt 0,2 % in het eerste kwartaal van 2016

De economische groei bedraagt 0,2 % in het eerste kwartaal van 2016 Instituut voor de nationale rekeningen PERSCOMMUNIQUÉ 28-4-2016 Links: Publicatie NBB.Stat Algemene informatie De economische groei bedraagt 0,2 % in het eerste kwartaal van 2016 Over het hele jaar 2015

Nadere informatie

30.3.2010 Publicatieblad van de Europese Unie C 83/329 BIJLAGEN

30.3.2010 Publicatieblad van de Europese Unie C 83/329 BIJLAGEN 30.3.2010 Publicatieblad van de Europese Unie C 83/329 BIJLAGEN 30.3.2010 Publicatieblad van de Europese Unie C 83/331 BIJLAGE I LIJST GENOEMD IN ARTIKEL 38 VAN HET VERDRAG BETREFFENDE DE WERKING VAN

Nadere informatie

Consumptieprijsindex en inflatie in september 2012

Consumptieprijsindex en inflatie in september 2012 Consumptieprijsindex en inflatie in september 2012 1. Consumptieprijsindex Brussel, 27 september 2012 De consumptieprijsindex stijgt in september 2012 met 0,21 punt ten opzichte van vorige maand en bedraagt

Nadere informatie

Atradius Landenrapport

Atradius Landenrapport Atradius Landenrapport Nederland November 214 Overzicht Algemene informatie Belangrijkste sectoren (213, % van bbp) Hoofdstad: Amsterdam Diensten: 72% Regeringsvorm: Constitutionele monarchie Industrie:

Nadere informatie

De jonge uitkeringstrekkers ten laste van de RVA

De jonge uitkeringstrekkers ten laste van de RVA De jonge uitkeringstrekkers ten laste van de RVA Vooraf Door de aanbevelingen van de Europese Unie is de aandacht momenteel vooral gericht op de werkgelegenheidsgraad van de oudere uitkeringstrekkers.

Nadere informatie

Internationale handel visproducten

Internationale handel visproducten Internationale handel visproducten Marktmonitor ontwikkelingen 27-211 en prognose voor 212 Januari 213 Belangrijkste trends 27-211 Ontwikkelingen export De Nederlandse visverwerkende industrie speelt een

Nadere informatie

Persbericht. Consumentenprijsindex juni

Persbericht. Consumentenprijsindex juni Persbericht PB99-176 9 juli 1999 10.30 uur Consumentenprijsindex juni De consumentenprijzen zijn tussen mei en juni met 0,4 procent gedaald. Dit blijkt uit cijfers van het CBS. Vergeleken met vorig jaar

Nadere informatie

Een goed 2015, een aarzelend

Een goed 2015, een aarzelend Een goed 2015, een aarzelend 2016 Conjunctuurenquête Expeditiesector 1e kwartaal 2016 Een goed 2015, een aarzelend 2016 Conjunctuurenquête Expeditiesector 1e kwartaal 2016 De 3-maandelijkse conjunctuurenquête

Nadere informatie

Persbericht. Inflatie loopt in april licht op. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Inflatie loopt in april licht op. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB00-107 12 mei 2000 10.30 uur Inflatie loopt in april licht op De inflatie is in april 2000 iets hoger uitgekomen dan in het eerste kwartaal dit jaar. Ten

Nadere informatie

De handelsbetrekkingen van België met Bolivia

De handelsbetrekkingen van België met Bolivia De handelsbetrekkingen van België met Bolivia Algemeen: 2010 (schattingen) BBP 19,4 miljard USD Groeipercentage van het BBP 4,2% Inflatie 7,2% Uitvoer van goederen (FOB) Invoer van goederen (FOB) Handelsbalans

Nadere informatie

Persbericht. Inflatie iets lager. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Inflatie iets lager. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB10-016 4 maart 2010 9.30 uur Inflatie iets lager Kleding en brandstoffen drukken inflatie Beltarieven hoger Nederlandse inflatie blijft duidelijk onder

Nadere informatie

verslag Crb 2015-0841

verslag Crb 2015-0841 verslag Crb 2015-0841 De economische conjunctuur in de voedings- en drankenindustrie maart 2015 CRB 2015-0841 Verslag over de economische conjunctuur in de voedings- en drankenindustrie maart 2015 Contactpersonen

Nadere informatie

Notarisbarometer Vastgoed - familie - vennootschappen Juli - September 2013

Notarisbarometer Vastgoed - familie - vennootschappen Juli - September 2013 Notarisbarometer Vastgoed - familie - vennootschappen Juli - September 2013 n 18 T/3 www.notaris.be VASTGOEDACTIVITEIT IN BELGIË 87,7 101,6 100 99,8 101 102,1 102,6 106,4 106,8 101,7 99,2 99,2 102,8 94,1

Nadere informatie

Technische toelichting

Technische toelichting Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB00-080 7 april 2000 10.30 uur Inflatie ook in maart stabiel De inflatie is in maart 2000 uitgekomen op 1,9 procent. Dat is ongeveer even hoog als in de

Nadere informatie

Persbericht. Dure benzine verhoogt inflatie. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Dure benzine verhoogt inflatie. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB10-026 8 april 2010 9.30 uur Dure benzine verhoogt inflatie Inflatie in maart omhoog door prijsstijging benzine Groenteprijzen stijgen door strenge winter

Nadere informatie

Rapport samengesteld door: Jolanda van Essen. Tom Vansteenkiste. Januari 2016. Tervurenlaan 168 bus 2. 1150 Brussel

Rapport samengesteld door: Jolanda van Essen. Tom Vansteenkiste. Januari 2016. Tervurenlaan 168 bus 2. 1150 Brussel De Belgische Voedingsindustrie 2016 Rapport samengesteld door: Jolanda van Essen Tom Vansteenkiste Januari 2016 Nederlandse Kamer van Koophandel voor België en Luxemburg Tervurenlaan 168 bus 2 1150 Brussel

Nadere informatie

Prijzen houden stand, maar de activiteit daalt. derde trimester met 5,1% naar beneden ten opzichte van de derde trimester van 2009.

Prijzen houden stand, maar de activiteit daalt. derde trimester met 5,1% naar beneden ten opzichte van de derde trimester van 2009. Vastgoed, familie, vennootschappen juli - september Trimester 3-21 www.notaris.be 1. Index van de vastgoed-activiteit in België n 6 12 12 11 18,2 11 1 11,1 11,6 1 99,2 1 99,7 99,8 94,3 94,4 94,1 1 9 86,3

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie weer onder 3 procent

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Inflatie weer onder 3 procent Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB08-072 6 november 2008 9.30 uur Inflatie weer onder 3 procent Inflatie lager door sterkste daling benzineprijs in dertig jaar Ook inflatie eurozone flink

Nadere informatie

De handelsbetrekkingen van België met Moldavië

De handelsbetrekkingen van België met Moldavië De handelsbetrekkingen van België met Moldavië Algemeen: 2009 BBP (schatting) 5,4 miljard USD Groeipercentage van het BBP -6,5% Inflatie -0,1% Uitvoer van goederen (FOB) Invoer van goederen (FOB) Handelsbalans

Nadere informatie