Studiewijzer 2013-2014



Vergelijkbare documenten
Studiewijzer

Studiewijzer

Studiewijzer

Studiewijzer

Studiewijzer

Studiewijzer

Studiewijzer

Studiewijzer

Studiewijzer

Studiewijzer

Studiewijzer

Studiewijzer

Studiewijzer

Studiewijzer

Studiewijzer

Studiewijzer

Cultureel Organisator

Leidinggevende keuken jarig traject

Studiewijzer ALLROUND GRIMEUR. niveau 4. Leerweg BOL Crebonummer: MBO College Zuid Europaboulevard PC Amsterdam

Informatie voor studenten van de opleiding Artiest Theater niveau 4 Leerweg BOL Crebonummer: 90032

Specifiek deel Onderwijs- en examenregeling. College voor Toerisme

Zelfstandig werkend kok 95420

Studiewijzer

Studiewijzer

Onderwijs- en examenregeling

Studiewijzer

Examenplan , 2017, 2018, examenplan en diplomavereisten Medewerker human resource management (HRM), (P2) (HKS, vanaf augustus 2016)

Studiewijzer

Studiewijzer

Studiewijzer

Studiewijzer

Onderwijs- en Examenregeling

Studiewijzer

Leidinggevende keuken jarig traject

Studiewijzer Informatie voor studenten van de opleiding Artiest Dans niveau 4 Leerweg BOL Crebonummer: 90031

Specifiek deel Onderwijs- en examenregeling. College voor Brood en Banket. Zelfstandig werkend banketbakker

Studiewijzer Informatie voor studenten van de opleiding Interieuradviseur niveau 4 leerweg BOL Crebonummer: 90940

ED Graafschap College JURIDISCHE DIENSTVERLENING. Opleidingen. Juridische dienstverlening

Examenplan , 2018, examenplan en diplomavereisten Juridischadministratief. (HKS, vanaf augustus 2016)

Opleidingsinformatie ROC TOP cohort 2018

PTA School voor Economie en Juridische Beroepen Cohort 2013 (Regulier sep) Wat moet er in een examendossier zitten?

Studiewijzer Informatie voor studenten van de opleiding Filiaalmanager Sprintopleiding (1-jarig) Niveau 4 Leerweg BOL Crebonummer: 93492

Studiewijzer Deel 1 - Informatie voor studenten van alle opleidingen

Leidinggevende bediening 94161

Examenplan , 2016, examenplan en diplomavereisten Medewerker human resource management (HRM), (P2) (HKS, vanaf augustus 2016)

1.Overzicht. 1.1.Specifieke examens. Crebocode: Dossiercode: Dossierjaar: 2015 Leerweg: BOL

Examineren & Diplomeren doe je zo

Studiewijzer

PTA School voor Economie en Juridische Beroepen Cohort 2015 (Regulier sep) Plan van toetsing en afsluiting Formatief (= Voortgang)

Onderwijs- en Examenregeling

Studiewijzer

Leidinggevende bediening 94161

1.Overzicht. 1.1.Specifieke examens. Crebocode: 94891/94892 Dossiercode: Dossierjaar: 2015 Leerweg: BOL

ONDERWIJS- en EXAMENREGELING. ROC MONDRIAAN BRIN nummer: 27GZ

Examenplan examenplan en diplomavereisten Juridisch-administratief dienstverlener (P1) (HKS, vanaf augustus 2016)

Specifiek deel Onderwijs- en examenregeling. College voor Toerisme. Informatiemedewerker Niveau 3

Studiewijzer

Specifiek deel Onderwijs- en examenregeling. College voor Toerisme

Beveiliger BBL niv. 2

Studiewijzer

ONDERWIJS- en EXAMENREGELING

Onderwijs- en Examenregeling

Uw kind gaat naar het mbo HORIZONCOLLEGE.NL ALKMAAR HEERHUGOWAARD HOORN PURMEREND

Studiewijzer

Studiewijzer

EXAMENPLAN 2016 Crebocode: 23183, Leerweg: bol / bbl / Maatwerktrajecten

Studiewijzer

Examenplan , 2018, examenplan en diplomavereisten Facilitair leidinggevende. (HKS, vanaf augustus 2016)

Onderwijs- en Examenregeling

Studiewijzer

Studiewijzer

Onderwijs- en Examenregeling

Studiewijzer

Studiewijzer

EXAMENPLAN 2016 Crebocode: 23183, Leerweg: bol / bbl / Maatwerktrajecten

Studiewijzer

Onderwijs- en Examenregeling

PTA School voor Economie en Juridische Beroepen Cohort 2013 (Regulier sep) Plan van toetsing en afsluiting Formatief (= Voortgang)

Onderwijs- en examenregeling (nieuwe KD)

ROC MONDRIAAN BRIN nummer: 27GZ

EXAMENPLAN cohort 2017

Studiewijzer

Manager/ondernemer horeca 90303

Onderwijs- en examenregeling

Examenplan , 2016 t/m 2019, examenplan en diplomavereisten Klantmedewerker Bancaire Diensten, (P1) (HKS, vanaf augustus 2016)

Studiewijzer

Examenplan , 2017 en 2018, examenplan en diplomavereisten Sociaal-maatschappelijk dienstverlener (P1) (HKS, vanaf augustus 2016)

1. Wat is beroepspraktijkvorming

Uw kind gaat naar het mbo HORIZONCOLLEGE.NL ALKMAAR HEERHUGOWAARD HOORN PURMEREND

Examenplan , 2017 en 2018, examenplan en diplomavereisten Onderwijsassistent (p3) (HKS, vanaf augustus 2016)

EXAMENPLAN 2016 Crebocode: 23183, Leerweg: bol / bbl / Maatwerktrajecten

ONDERWIJS- en EXAMENREGELING. ROC MONDRIAAN BRIN nummer: 27GZ

Studiewijzer

Onderwijs- en Examenregeling

Hoofd Informatie niveau 4. crebo 94071

Opleidingsgids (Onderwijs- en examenregeling)

Make-up Art/Allround grimeur

Verkoper Reizen 94090

ONDERWIJS- en EXAMENREGELING

Onderwijs- en Examenregeling

Transcriptie:

Studiewijzer 2013-2014 Informatie voor studenten van de sprintopleiding medewerker Sociale zekerheid en medewerker Personeel & Arbeid niveau 4 leerweg BOL Crebonummer(s): 94910 Juridisch Medewerker Sociale Zekerheid 94900 Juridisch Medewerker Personeel & Arbeid Augustus 2013-2014 (vanaf aug.2013 semester 1) MBO College Zuid Europaboulevard 15 1079 PC Amsterdam

Inhoudsopgave 1. WELKOM... 3 2. JOUW SCHOOL: HET MBO COLLEGE... 4 2.1 Dit vinden wij belangrijk... 4 2.2 Wat zijn jouw rechten en plichten?... 4 3. HET BEROEP... 6 3.1 Inhoud beroep... 6 3.2 Kerntaken en werkprocessen... 7 3.3 Aanvullende eisen... 8 3.4 Verder studeren na je opleiding... 9 4. HET LEREN OP ONZE SCHOOL... 10 4.1 Leren en je ontwikkeling... 10 4.2 Leren in de praktijk... 10 4.3 Leren en beoordelen... 10 4.4 Het aantal uren onderwijs... 12 5. HET ONDERWIJSPROGRAMMA... 14 5.1 Studieonderdelen... 14 5.2 Curriculum Sprintopleiding... 16 CURRICULUM sprint SZ & PA - semester 4... 16 CURRICULUM sprint SZ & PA - semester 3... 18 CURRICULUM sprint SZ & PA - semester 2... 19 CURRICULUM Sprint SZ & PA - semester 1... 20 5.3 Ondernemerschap... 21 6. HET EXAMENPROGRAMMA... 22 6.1 De beroepsgerichte examinering... 22 6.2 Nederlands... 24 6.3 Rekenen... 24 6.4 Engels... 25 6.5 Loopbaan en burgerschap in het mbo... 25 6.6 BPV... 25 6.7 Diplomering... 26 6.8 Vrijstellingen voor Nederlands en rekenen... 27 6.9 Herkansingen... 27 7. BEGELEIDING BIJ ZORG OF HANDICAP... 28 8. TOPSPORTREGELING... 29 9. AANWEZIGHEID... 30 9.1 Wanneer moet ik op school aanwezig zijn?... 30 9.2 Wat moet ik doen als ik niet kan komen?... 30 9.3 Wat gebeurt er als ik zonder reden afwezig ben?... 30 10. STUDIEFINANCIERING EN STUDIEKOSTEN... 31-1 -

10.1 Studiefinanciering... 31 10.2 Wettelijke kosten... 31 10.3 Opleidingskosten... 31 11. VERZEKERINGEN... 34 11.1 Ongevallenverzekering... 34 11.2 Aansprakelijkheidsverzekering... 34 11.3 Schoolreisverzekering... 34 11.4 Verzekering bij BPV in het buitenland... 34 12. INSPRAAK... 35 12.1 Inspraak via het ROC van Amsterdam... 35 12.2 Inspraak van studenten... 35 12.3 Inspraak via JOB... 35 13. VAKANTIEROOSTER 2013-2014... 36 14. PROBLEMEN OF KLACHTEN... 37 14.1 Wat moet ik doen als ik een probleem heb?... 37 14.2 Wat moet ik doen als mijn eigen opleiding het probleem niet kan oplossen?... 37 14.3 Waar kan ik terecht?... 37 15. HET EXAMENREGLEMENT... 38 16. OVERIGE INFORMATIE... 44 Vastgesteld augustus 2013 door MT juridische dienstverlening namens de directie van het MBO College - 2 -

1. Welkom Welkom bij het ROC van Amsterdam en MBO College Zuid. Als je een opleiding gaat doen, heb je veel informatie nodig: Wat moet ik doen als ik ziek ben? Wanneer heb ik vakantie? Hoe ziet mijn studie eruit? Wie begeleidt mij tijdens mijn opleiding? Welke boeken moet ik kopen? In deze Studiewijzer vind je informatie die je nodig hebt voor je studie. Hierin vind je bijvoorbeeld: wat wij belangrijk vinden aan onderwijs hoe je als student kunt meepraten over het ROC wat je moet doen als je een klacht hebt wanneer je vakantie hebt Daarnaast vind je in deze Studiewijzer informatie over de opleiding die je bij ons gaat volgen. Hierin vind je bijvoorbeeld: hoe je opleiding is opgebouwd wanneer je stage loopt welke examens je moet doen en wanneer wat je moet kunnen aan het eind van je opleiding hoeveel geld je opleiding kost welke regels gelden Naast de studiewijzer is er ook een WEGWIJZER voor MBO College Zuid. Daarin vind je alle informatie over lestijden, faciliteiten (printen, wifi etc), de servicebalie, de kantines, de omgangsregels, de rocva passen, veiligheid etc. De studiewijzer van je opleiding en de wegwijzer van MBO College Zuid vind je ook op www.rocva.nl/zuidwijzer. Informatie over actuele zaken als roosterwijzigingen vind je op je opleidingswebsite www.mbozuidjd.nl of op blackboard. In de introductieperiode wordt uitgebreid aandacht besteed aan hoe je informatie krijgt over jouw specifieke opleiding. Je docenten en studieloopbaanbegeleiders zullen daar meer over vertellen. Veel succes met je opleiding! R. Brouwer, Opleidingsmanager Juridische Dienstverlening MBO College Zuid Europaboulevard 15-3 -

2. Jouw school: het MBO College Het is belangrijk dat jij goed onderwijs en een waardevol diploma krijgt. Daar willen we ons samen met jou voor inzetten. We hebben vijf uitgangspunten opgesteld, die je hieronder kunt lezen. Daarna vertellen we je waar je informatie kunt vinden over jouw rechten en plichten. 2.1 Dit vinden wij belangrijk 1. Je krijgt onderwijs gericht op de beroepspraktijk. Wij leiden je op voor een beroep, dus daar stemmen we het onderwijs op af. De lessen op school zijn gericht op de beroepspraktijk en je volgt tijdens je opleiding stage/beroepspraktijkvorming (BPV). 2. Het onderwijs sluit aan op wat jij nodig hebt. Aan het begin en tijdens je studie kijken we of en waar je ondersteuning nodig hebt en of we die kunnen bieden. Dit bespreek je met je studieloopbaanbegeleider. 3. Jouw school is jouw plek. We willen dat iedere student zich thuis voelt op school. Je studieloopbaanbegeleider kan je helpen bij problemen. 4. Jouw school is goed georganiseerd. Op het ROC werken we met een rooster en met onderwijsperiodes. Zo weet je precies welke lesonderdelen je wanneer en waar moet volgen. Dat geeft je structuur en houvast. 5. Doorstroming naar een hoger mbo niveau of hbo. Als je dat wilt en kunt, ga je na jouw opleiding door naar een hoger mbo niveau of naar het hbo. Wij stimuleren je om je te verdiepen in de mogelijkheden en begeleiden je bij het maken van een goede keuze. 2.2 Wat zijn jouw rechten en plichten? Je rechten en plichten zijn in verschillende documenten te vinden, zoals: het Studentenstatuut de Onderwijsovereenkomst de Praktijkovereenkomst deze Studiewijzer met het examenreglement de Wegwijzer van MBO College Zuid te vinden op www.rocva/zuidwijzer.nl voor specifieke schoolregels en gedragscode. Het Studentenstatuut In het Studentenstatuut staan de rechten en plichten van elke mbo-student bij het ROCvA. Voorbeelden zijn gelijke behandeling en bescherming van je privacy. Je vindt het Studentenstatuut op de site van het ROC van Amsterdam (www.rocva.nl, onder: Info voor studenten). De Onderwijsovereenkomst (OOK) Voordat je aan de opleiding begint, wordt er een Onderwijsovereenkomst opgesteld (afgekort OOK). In de OOK staan jouw rechten en plichten. Wij verwachten van je dat je op tijd aanwezig bent, de lessen volgt en bijdraagt aan een goede sfeer op school. De school verplicht zich tot het bieden van goed onderwijs, begeleiding, een stimulerende leeromgeving en adequate informatie. Ben je jonger dan 18, dan moet jouw ouder of verzorger de overeenkomst ondertekenen. Nadat alle partijen (jij, eventueel je ouder/verzorger en de school) handtekeningen hebben gezet, mag je de lessen volgen en begin je aan je opleiding! - 4 -

Praktijkovereenkomst (POK) of BPV-overeenkomst Voordat je aan de BeroepsPraktijkVorming (BPV) begint, wordt er een Praktijkovereenkomst opgesteld (afgekort POK). Hierin staat wat je leert in de praktijk, hoe je begeleid en beoordeeld wordt en door wie. De school, het stagebedrijf of instelling en jij als student moeten de POK ondertekenen. Pas als iedereen een handtekening heeft gezet kun je aan de BPV beginnen. - 5 -

3. Het beroep De opleiding Medewerker SZ & PA is een beroepsopleiding. Aan het einde van je opleiding moet je het beroep waar je voor opgeleid wordt kunnen uitoefenen en kunnen functioneren in de Nederlandse samenleving. Het onderwijs is hier op gericht. 3.1 Inhoud beroep De inhoud van je beroep is vastgelegd in een kwalificatiedossier. Dit kwalificatiedossier wordt vastgesteld door het ministerie van OCW. In een kwalificatiedossier staan de kerntaken en werkprocessen van jouw beroep (zie paragraaf 3.2). Je kunt het volledige kwalificatiedossier van jouw opleiding vinden op kwalificatiesmbo.nl (onderdeel Kwalificatiedossiers). Binnen de sprintopleiding worden twee uitstroomrichtingen aangeboden en aan het einde van de opleiding ontvang je twee diploma s.. De sprintopleiding heeft de volgende uitstroomrichting(en): U1; Medewerker Personeel & Arbeid (crebo 94900) U2; Medewerker Sociale Zekerheid (crebo 94910) Hieronder volgt een korte beschrijving van je beroep uit het kwalificatiedossier: 3.1.1 Wat doet een medewerker Sociale zekerheid en Personeel & Arbeid? De werkzaamheden van een medewerker personeel en arbeid zijn zeer divers. Hij werft kandidaten, al dan niet in opdracht van bedrijven, bouwt relaties op met potentiële opdrachtgevers door de eigen organisatie en het producten-/dienstenpakket onder de aandacht te brengen, voert verschillende P&O regelingen uit en verricht beleidsondersteunende werkzaamheden. De medewerker personeel en arbeid werft, selecteert en bemiddelt en verricht o.a. acquisitieactiviteiten. De medewerker sociale zekerheid verricht werkzaamheden in een frontoffice, waarbij er sprake is van direct en persoonlijk klantcontact en verricht werkzaamheden op een backoffice, waarbij de nadruk ligt op werken aan dossiers en procedures. De medewerker sociale zekerheid legt de relevante gegevens en de gemaakte afspraken vast in het systeem. Opvallende zaken signaleert hij en geeft hij door aan zijn leidinggevende. De medewerker sociale zekerheid, werkzaam bij een gemeentelijke dienst voor Werk, Inkomen & Zorg, ondersteunt klanten bij het aanvragen van diverse regelingen en voorzieningen en vult samen met de klant relevante formulieren in. Ook verricht hij ondersteunende werkzaamheden bij de bemiddeling en re-integratie van werkzoekenden naar een passende baan. De medewerker sociale zekerheid, werkzaam in de schuldhulpverlening, verricht alle dagelijkse werkzaamheden ten behoeve van de financiële belangen van klanten. 3.1.2 Waar werkt een medewerker Sociale zekerheid en Personeel & Arbeid? De medewerker personeel en arbeid kan werkzaam zijn binnen elke organisatie met een personeelsafdeling, zowel in profit als non-profit organisaties. Ook kan de medewerker personeel en arbeid werken op een uitzendbureau. Medewerkers sociale zekerheid kunnen werkzaam zijn bij uitvoeringsinstellingen sociale zekerheid zoals de afdeling Werk, Inkomen & Zorg van een gemeente, Uitvoeringsorganisatie Werknemers-verzekeringen (UWV), Sociale Verzekeringsbank (SVB) en het Centrum voor Werk en Inkomen (CWI), maar ook bij andere organisaties binnen de sociale zekerheid waarbij klantcontacten en het omgaan met klantdossiers tot het takenpakket behoren. 3.1.3 Wat moet een medewerker Sociale zekerheid en Personeel & Arbeid kunnen? - 6 -

Allereerst moet een medewerker personeel en arbeid administratief, juridisch en communicatief vaardig zijn en gezien de veelheid en onvoorspelbaarheid van de werkzaamheden moet hij goed overzicht kunnen houden en prioriteiten kunnen stellen. Daarbij moet hij een balans weten te vinden in de toegestane tijdsinvestering per taak en het leveren van kwaliteit. Van de medewerker personeel en arbeid wordt verwacht dat hij een commerciële instelling heeft en er alles aan doet om bij te dragen aan de organisatiedoelstellingen. Dat betekent bijvoorbeeld op een uitzendbureau dat hij een goede balans moet weten te vinden in de hoeveelheid tijd die hij besteedt aan contacten met de klant en de opbrengsten van het betreffende contact. Verder moet de medewerker personeel en arbeid slagvaardig, onderzoekend van aard, proactief en assertief zijn en beschikken over uitstekende mondelinge en schriftelijke vaardigheden. Allereerst moet de medewerker Sociale Zekerheid administratief, juridisch en communicatief vaardig zijn en gezien de veelheid en onvoorspelbaarheid van de werkzaamheden moet hij goed overzicht kunnen houden en prioriteiten kunnen stellen. Daarbij moet hij een balans weten te vinden in de toegestane tijdsinvestering per taak en het leveren van kwaliteit. Klantgerichtheid is een sleutelwoord in de sociale zekerheid, maar tegelijkertijd mag de medewerker sociale zekerheid zijn eigen grenzen, de doelstellingen van de eigen organisatie en de eisen van wet- en regelgeving niet uit het oog verliezen. Zijn werkzaamheden zijn zeer divers; van het proactief informeren van klanten in een frontoffice, het verrichten van administratief ondersteunende werkzaamheden tot het opstellen van (juridische) documenten. 3.2 Kerntaken en werkprocessen In het kwalificatiedossier staan voor elk beroep verschillende kerntaken: belangrijke werkzaamheden die centraal staan in dat beroep. Elke kerntaak bestaat uit verschillende onderdelen. Deze onderdelen heten werkprocessen. Om een werkproces en dus een kerntaak uit te voeren heb je kennis, vaardigheden en de juiste houding nodig. In onderstaande tabel staan de kerntaken en werkprocessen van de opleiding personeel & arbeid.. Kerntaak Werkproces 1 Werft, selecteert en bemiddelt 2 Verricht acquisitieactiviteiten 3 Voert P&Oregelingen uit 4 Levert managementinformatie 1.1 Werft kandidaten 1.2 Selecteert kandidaten 1.3 Bemiddelt naar werk 2.1 Verwerft opdrachten 2.2 Verricht promotieactiviteiten 3.1 Berekent inkomen en vergoedingen 3.2 Stelt overeenkomsten op 3.3 Verricht administratieve werkzaamheden 3.4 Verstrekt informatie en advies 4.1 Genereert en verwerkt managementinformatie 4.2 Presenteert managementinformatie - 7 -

In onderstaande tabel staan de kerntaken en werkprocessen van de opleiding medewerker sociale zekerheid. Kerntaak 1 Verricht frontoffice werkzaamheden 2 Verricht backoffice werkzaamheden Werkproces 1.1 Verstrekt informatie en advies 1.2 Verricht de intake 1.3 Ondersteunt bij het invullen van formulieren 1.4 Verwijst door 2.1 Typeert, interpreteert en ordent dossiergegevens 2.2 Verifieert gegevens 2.3 Stelt documenten op 2.4 Bewaakt termijnen en procedures 2.5 2.6 Ondersteunt bij de uitvoering van trajecten werk en zorg Ondersteunt bij schuldhulpverlening en inkomensbeheer Het kwalificatiedossier stelt ook eisen aan de niveaus voor Nederlands, rekenen en moderne vreemde talen die je moet behalen. In onderstaande tabellen zijn die niveaus aangegeven. Nederlands Vaardigheid Gesprekken Luisteren Spreken Lezen Schrijven / Taalverzorging Niveau 3F 3F 3F 3F 3F Rekenen Vaardigheid Getallen Verhoudingen Meten en wiskunde Verbanden Niveau 3F 3F n.v.t. 3F Engels Vaardigheid Luisteren Lezen Gesprekken voeren Spreken Schrijven Niveau B1 B1 A2 A2 B1 3.3 Aanvullende eisen De wet stelt soms speciale eisen aan de uitoefening van je beroep. Als dat ook voor jouw beroep zo is, dan worden ze hieronder genoemd: Verklaring Omtrent het Gedrag - 8 -

Een werkgever kan bij indiensttreding om een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) vragen. Dit kan hij doen als je werkt met vertrouwelijke gegevens of kwetsbare personen. Studenten die stage lopen bij zo n bedrijf of instelling moeten vaak een VOG hebben. Je stagebegeleider informeert je of een VOG vereist is. 3.4 Verder studeren na je opleiding Na de sprintopleiding, kun je onder andere doorstromen naar de volgende vervolgopleidingen op het mbo en hbo: Hbo Human Resource Management Hbo Sociaal Juridisch Medewerker Hbo Maatschappelijk werk Hbo recht Hbo Management Economie en Recht Zie kwalificatiedossier deel B (2.4 loopbaanperspectief) - 9 -

4. Het leren op onze school 4.1 Leren en je ontwikkeling De maatschappij verandert, beroepen passen zich aan of verdwijnen. Het onderwijs verandert mee. Het uitgangspunt van je studie is jouw loopbaan. Elke student draagt zelf verantwoordelijkheid voor zijn of haar leertraject, maar met ondersteuning van een studieloopbaanbegeleider. Leerlingvolgsysteem Al jouw resultaten worden bijgehouden in ons leerlingvolgsysteem. Daarin is te zien welke onderdelen jij met succes hebt afgerond en welke nog niet. Het is een handvat voor gesprekken met je studieloopbaanbegeleider, waarin je samen bekijkt hoe het gaat en hoe jouw traject er verder uit ziet. 4.2 Leren in de praktijk Om een beroep goed te leren moet je natuurlijk in de praktijk aan de slag, bij een bedrijf of instelling. We noemen dit Beroepspraktijkvorming (BPV) of stage. Op de stage voer je opdrachten uit. Deze opdrachten staan beschreven in het BPV-boek van je opleiding. De school maakt met het bedrijf of de instelling afspraken over wat jij in de praktijk gaat leren en hoe je begeleid wordt. Tijdens BPV doe jij veel ervaring op. De school en het bedrijf/instelling zorgen er samen voor dat wat je op school en in de praktijk leert op elkaar is afgestemd. 4.3 Leren en beoordelen Je ontvangt minimaal twee keer per jaar een overzicht van de voortgang van je studie. Deze bespreek je met jouw studieloopbaanbegeleider. Het is voor jou, je docenten en begeleiders belangrijk om te weten hoe je ervoor staat, of je voldoende voortgang boekt, of je extra ondersteuning nodig hebt en of je verder mág met je opleiding. Er zijn twee manieren van beoordelen: ontwikkelingsgericht (opdrachten, toetsen) en kwalificerend (examen). Ontwikkelingsgericht beoordelen/voortgang Als we ontwikkelingsgericht (of formatief) beoordelen, willen we vooral inzicht krijgen in hoe jij je ontwikkelt. Het gaat er dan niet om dat je een bepaald niveau haalt, maar dat je te horen krijgt wat je al beheerst en waar je je verder in moet ontwikkelen. Met die informatie kun jij dan verder aan de slag. Zo n beoordeling, bijvoorbeeld een toets, telt dus niet mee voor het behalen van je diploma of voor een certificaat, maar bepaalt wel of je niveau voldoende is om verder te kunnen naar een volgende opleidingsfase. Aan het eind van de basisfase en de beroepsvoorbereidende fase wordt gekeken of je voldoet aan de eisen om die fase met voldoende resultaat af te sluiten. De basisfase heb je doorlopen met goed gevolg als: - je het project hebt behaald (voldoende aanwezigheid, voldoende beroepshouding, 80% totaal aantal opdrachten voldoende). Ten aanzien van de aanwezigheid gaan wij ervan uit dat je 100% deelneemt aan de projectdagen. Er is een marge van 20%, waarin ruimte is voor bijzondere omstandigheden. Uiteraard moet jouw mentor daar tijdig van op de hoogte zijn gesteld. Minder dan 80% aanwezigheid is daarom per definitie een onvoldoende voor het project. - je niet meer dan 2 vakken onvoldoende hebt, niet lager dan een 4.0. - 10 -

De beroepsvoorbereidende fase heb je doorlopen met goed gevolg als: - je het project hebt behaald (voldoende aanwezigheid, voldoende beroepshouding, 80% totaal aantal opdrachten voldoende). Ten aanzien van de aanwezigheid gaan wij ervan uit dat je 100% deelneemt aan de projectdagen. Er is een marge van 20%, waarin ruimte is voor bijzondere omstandigheden. Uiteraard moet jouw mentor daar tijdig van op de hoogte zijn gesteld. Minder dan 80% aanwezigheid is daarom per definitie een onvoldoende voor het project. - je niet meer dan 2 vakken onvoldoende hebt, niet lager dan een 4.0. - het vak BPV-voorbereiding moet voldoende zijn; - alle examens uit de basisfase moeten voldoende zijn. Iedere periode word je door middel van je rapport en een brief geïnformeerd over hoe jij er voor staat. Bij minderjarigen wordt de brief naar de ouders/verzorgers verstuurd. In de brief staan drie opties opgenomen: 1. Het gaat goed, als dit het rapport zou zijn van het einde van de fase, kun je door naar de volgende fase 2. Met je huidige rapport zou je nog niet door kunnen naar de volgende fase, je zult er wat harder aan moeten trekken. Met je mentor wordt besproken wat, de gemaakte afspraken hierover worden vastgelegd in Trajectplanner. 3. De behaalde resultaten en/of beroepshouding staan zo ver af van de gestelde eisen, dat de verwachting is dat je aan het einde van het schooljaar niet door kunt gaan met de opleiding. Je bent verplicht om je voor het einde van het schooljaar ingeschreven te hebben bij een andere opleiding en kunt daarbij gebruik maken van de tweedelijnsbegeleiders. Met je mentor volgt hier een gesprek over, de gemaakte afspraken hierover worden vastgelegd in Trajectplanner. Als een semester na doublure wederom niet is behaald, wordt de opleiding beëindigd. Herkansen voortgangstoetsen Herkansingen zijn aan het eind van iedere periode. Wanneer je het project voldoende hebt, mag je gebruik maken van de mogelijkheid om te herkansen. Je mag dan alle vakken die je onvoldoende hebt één keer herkansen. Hier is maar één gelegenheid voor. Mis je die dan kun je niet meer herkansen. Herkansingen beslaan in principe de lesstof van het hele semester. Deeltoetsen kunnen dus niet worden herkanst. Herkansing van het project vindt zoveel mogelijk binnen het project plaats. Voor waar geen tijd en ruimte meer was op de projectdagen zelf, kan ruimte worden gereserveerd in de toetsweek. Het totale project kan niet herkanst worden. Onderdelen uit het project, worden tijdens het project herkanst met toestemming van de projectdocenten. - 11 -

Herkansen examens De examens die je onvoldoende haalt kun je herkansen in de volgende examenweek. Bezwaar en beroep voortgangstoetsen Wanneer je het niet eens bent met de beslissing van het docententeam, kun je binnen 1 week schriftelijk bezwaar maken. In je bezwaarschrift geef je aan waarom jij denkt dan de beslissing van de vergadering niet juist is. Ook vermeld je duidelijk de datum, je naam, je klas, je telefoonnummer en je e-mailadres. Je levert het bezwaarschrift in bij de opleidingscoördinator. Uiterlijk 1 week na het indienen van je bezwaar ontvang je antwoord. Ben je het met dit antwoord nog steeds niet eens, dan kun je schriftelijk beroep aantekenen bij de opleidingsmanager. Je vermeldt duidelijk de datum, de reden van beroep en jouw persoonlijke gegevens. Wat je moet doen als je het niet eens bent met de uitslag van een examen, volg je de procedure uit het examenreglement. Kwalificerend beoordelen Als de uitslag van een beoordeling meetelt voor het diploma, noemen we dat kwalificerend beoordelen. Het gaat dan om een examen. In deze studiewijzer staat precies welke examens je krijgt (zie hoofdstuk 6). Als je alle examens van de opleiding met voldoende resultaat hebt afgesloten, ontvang je een diploma met daarbij een lijst van je resultaten. Niet alleen de examens op school bepalen trouwens of je een diploma krijgt. De beoordeling van je BPV telt ook mee bij de examinering (zie paragraaf 6.7 Diplomering). De Inspectie van het Onderwijs bewaakt de kwaliteit van de examens. Examenreglement De regels rond examinering staan in het examenreglement van het ROC (zie Hoofdstuk 15). In het examenreglement staat bijvoorbeeld waar je je aan moet houden, maar ook wat je moet doen als je het niet eens bent met de uitslag van een examen. Extraneus of examendeelnemer Als je alleen een examen of een examenonderdeel wilt doen, kun jij je inschrijven als extraneus of examendeelnemer. Je volgt dan geen onderwijs en je hebt geen recht op loopbaanbegeleiding. Het kan zijn dat je aan het eind van semester 6 nog niet alle examens voldoende hebt. Je bent dan nog niet geslaagd. Als je meer dan twee onvoldoendes hebt en je wilt alsnog proberen te slagen, moet je je opnieuw inschrijven. Je bent dan verplicht de lessen bij te wonen en lesgeld te betalen. Als je niet meer dan twee examens onvoldoende hebt kun je je inschrijven als extraneus. Je volgt dan geen lessen meer, maar doet alleen nog examens. Je betaalt dan ook alleen een bedrag om die examens te mogen doen en geen schoolgeld. De kosten in schooljaar 2013-2014 bedragen 150,-. Als extraneus krijg je vanaf het laatste examenmoment maximaal een jaar de tijd om de twee onvoldoendes op te halen. Je gebruikt dan dus de twee examenperiodes in dat schooljaar. 4.4 Het aantal uren onderwijs Het aantal uren onderwijs dat je per studiejaar krijgt, verschilt per leerweg. Het middelbaar onderwijs beroepsonderwijs kent twee leerwegen: Beroepsopleidende leerweg (BOL) Beroepsbegeleidende leerweg (BBL) De school is wettelijk verplicht te voldoen aan een vastgesteld aantal onderwijsuren: Studiebelastingsuren Elke week ben je fulltime bezig met je opleiding: op school, in de praktijk en thuis. Een schooljaar bestaat meestal uit 40 weken. - 12 -

BPV-uren zijn de uren waarin je stage loopt. Je loopt in het tweede jaar stage, 24 uur per week verdeeld over drie werkdagen. Begeleide onderwijsactiviteiten (BGL) zijn uren die je onder begeleiding van een docent, instructeur of praktijkopleider doorbrengt. Dat zijn dus de lessen, de toets-uren, de beroepspraktijkvorming en de examenuren. Een studiejaar is verdeeld in vier periodes van zo n tien weken. Elke onderwijsperiode heb je minimaal 220 contacturen. Elke week breng je (gemiddeld) 22 uur door onder begeleiding op school en/of op een leerwerkplek. - 13 -

5. Het onderwijsprogramma Het onderwijsprogramma bestaat uit een beroepsgericht en een algemeen vormend deel. Wat je precies moet kunnen in je beroep, is vastgelegd in een kwalificatiedossier (zie blz 7). De inhoud van het beroepsgerichte deel is gebaseerd op dit kwalificatiedossier. Naast het beroepsgerichte deel is er algemeen vormend deel. Het onderdeel Loopbaan en burgerschap (L&B) moet ervoor zorgen dat je goed kunt functioneren in de Nederlandse samenleving. Binnen Loopbaan en burgerschap komen onderwerpen aan bod zoals de eigen loopbaan sturen, een baan zoeken, vitaal burgerschap, het maken van politieke keuzes, als kritisch consument kunnen functioneren, etc.. Om je diploma te behalen, moet je voldoen aan de eisen voor L&B. Naast de eisen die het kwalificatiedossier aan Nederlands en Rekenen stelt moet je voldoen aan algemene (generieke) eisen voor Nederlands en Rekenen. Voor de niveau-4-opleidingen zijn er eisen voor Engels. Nederlands, Rekenen en Engels maken deel uit van je onderwijsprogramma. Bij een aantal opleidingen krijg je les in vakken als ondernemerschap, en doorstroomprogramma s voor het HBO. 5.1 Studieonderdelen De opleiding bestaat uit verschillende fases: de basisfase, de beroepsvoorbereidende fase, hoofdfase en de afsluitende fase. Per fase zijn er steeds drie onderdelen waaraan gewerkt wordt: je arbeidsidentiteit (hoe sta ik tegenover werk), beroepsidentiteit (wat houdt het beroep in, hoe functioneer ik binnen het beroep) en persoonlijke identiteit (wie ben ik, wat kan ik, wat wil ik). In de basisfase werk je aan opdrachten uit de twee verschillende opleiding. In onderstaand schema kun je zien in welke fase van de opleiding de verschillende kerntaken en werkprocessen centraal staan. De fases doorloop je in een vaste volgorde. 4 Uitstroomfase Doel: Kwalificeren/ verzilveren KT 1 LL KT 2 LL Examenproject, eindscriptie, doorstroom, theorie-examens BPV: Doormiddel van praktijkopdrachten rondt de leerling zoveel mogelijk kerntaken af in de praktijk. P&A, KT4, 4.1, 4.2 3 Hoofdfase Doel: kerntaken inoefenen op eindniveau. BPV: Praktijkopdrachten per werkproces van alle kerntaken TKO: ondersteunend aan de lopende praktijkopdrachten Theorielessen; examenvoorbereiding 2 Beroepsvoorbereidende fase Doel: Leerling gaat de kennis, houding en vaardigheden die horen bij het werkveld inoefenen. De leerling rondt zoveel mogelijk theorie af om de kerntaken op eindniveau te kunnen gaan inoefenen. KT 1 LL KT 2 LL KT 4 LL KT 1 LL KT 2 LL P&A KT1, 1.1, 1.2, 1.3 / KT2, 2.1, 2.2 / KT3, 3.3, 3.4 / KT4, 4.1, 4.2 SZ KT1, WP1.1, 1.2,1.3, 1.4 / KT 2, 2.1, 2.2, 2.3, 2.4, 2.5, 2.6-14 -

1 Basisfase Doel: Basis leggen voor de rest van de opleiding met aandacht voor de vragen wat wil ik wat kan ik wie ben ik en vooral gericht op oriëntatie op de werkvelden. Ontwikkeling studievaardigheden en sociale vaardigheden krijgt veel aandacht. Past deze opleiding bij mijn kwaliteiten? Doel 2: krijgt inzicht in wat het werkveld waar hij voor gekozen heeft inhoudt op het gebied van kennis, houding, vaardigheden en functies en werkplekken. Leert hierin zijn eigen krachten, verbeterpunten en interesses kennen KT 1 LL KT 2 LL P&A KT1, 1.1, 1.2, 1.3 / KT3, 3.3, 3.4 SZ KT1, WP1.1, 1.2,1.3, 1.4 / KT 2, 2.3, 2.4 Project II Oriëntatie op het werkveld. KT 2 LL Project I Wie ben ik wat wil ik, wat kan ik? Studievaardigheden. KT 1 en 2 LL Elk studiejaar bestaat uit 4 onderwijsperiodes van ongeveer 10 weken. Elke periode komen leereenheden, leeractiviteiten en beroepspraktijkvorming (bpv/stage) aan bod. In de tabel op de volgende bladzijden zie je hoe jouw opleiding is opgebouwd. (Het programma kan tijdens je opleiding worden bijgesteld.) Een gedetailleerd rooster ontvang je voorafgaand aan iedere onderwijsperiode. - 15 -

Uitstroomfase kwalificerend gegeoefend De gehele opleiding bestaat uit een aantal leereenheden en de beroepspraktijkvorming (BPV). In de onderstaande tabellen zie je uit welke leereenheden en BPV-periodes ieder semester bestaat. Per leereenheid en BPV-periode is ook aangegeven welke kerntaken, werkprocessen en competenties aan bod komen. Je vindt in de tabellen ook in welk semester, welke toetsen en of examens plaatsvinden. 5.2 Curriculum Sprintopleiding CURRICULUM sprint SZ & PA - semester 4 Sem. KT/ WP Theorieonderdeel in project of les/ onderwijseenheid 4 P2 Onderzoek Voortgangstoets/ voorwaardelijk Examen Onderzoeksverslag (voorwaarde examen Nederlands interactie) klokuren pw Naam op roost 1.5 Onderzoek Statistiek Statistiek 1.5 Statistiek WP 3.1 t/m 3.4 WP 1.1 t/m 1.3 en 2.1 en 3.1, 3.4, 4.1, 4.2 Recht AP Arbeid, inkomen & registratie 1.5 Recht AP Praktijksimulatie Arbeidsmarkt, scholing en re-integratie Studieles recht 3 Recht extra 7 Nederlands 1. Lezen COE 1.5 Nederlands 2. Schrijven 3. Luisteren COE 4. interactie Engels Lezen 1.5 Engels Rekenen Pilot herexamen Cito rekenen 1.5 rekenen Totaal aantal klokuren: 19-16 -

Uitstroomfase kwalificerend gegeoefend Sem. KT/ WP Theorieonderdeel in project of les/ onderwijseenheid 4 P 1 Voortgangstoets/ voorwaardelijk Examen KT1 t/m 4 BPV Proeve van bekwaamheid 24 WP 1.1, 1.2, 1.3, 3.3 en 3.4 WP 1.1 t/m 1.3 en 2.1 en 3.1, 3.4, 4.1, 4.2 klokuren pw Naam op roost Statistiek Statistiek 1.5 Statistiek Recht AP Personeelswerk 1.5 Recht AP Praktijksimulatie Intervisie / onderzoek Nederlands Engels Arbeidsmarkt, scholing en re-integratie Onderzoeksverslag (voorwaarde examen Nederlands interactie) 1. Lezen COE 2. Schrijven 3. Luisteren COE 4. interactie Spreken Gesprekken 1.5 1.5 Intervisie 1.5 Nederlands 1.5 Engels Rekenen Pilot herexamen Cito rekenen 1.5 rekenen Totaal aantal klokuren: 34.5-17 -

Hoofdfase kwalificerend gegeoefend CURRICULUM sprint SZ & PA - semester 3 Sem. KT/ WP Theorieonderdeel in project of les/ onderwijseenheid 3 KT1 t/m 4 BPV: inoefenen kerntaken d.m.v. praktijkopdrachten per werkproces en afronden d.m.v. proeve van bekwaamheid per kerntaak. Voortgangstoets/ voorwaardelijk Voortgangsportfolio Examen Proeve van bekwaamheid per kerntaak Klokuren Per week 24 BPV Naam op roost Intervisie 1.5 intervisie Nederlands Presenteren 1.5 Nederlands WP1.1 t/m 1.3 en 2.1 t/m 2.6 WP 1.1, 1.2, 1.3, 3.3 en 3.4 Rekenen Pilot examen Cito rekenen 1.5 Rekenen Verdieping SZ Verdieping SZ 3 Verdieping SZ Recht AP Totaal aantal klokuren: 33 1.5 Recht AP - 18 -

Beroepsvoorbereidende fase CURRICULUM sprint SZ & PA - semester 2 Sem. KT/ WP Theorieonderdeel in project of les/ onderwijseenheid 2 KT1, 2, 4 WP 1.1,1.3,2.2 t/m 2.5, 3.1,3.2 LL 1en2 WP 1.1, 2.2, 2.3 Project beroepsvoorbereidende fase Incl. methodiek Bestuursrecht en bestuursprocesrecht, Voortgangstoets/ voorwaardelijk Opdrachten, portfolio, toets, en beroepshouding Examen Schuldhulpverlening &inkomensbeheer Bestuursrecht en bestuursprocesrecht Klokuren Per week 6 Project Naam op rooster 1,5 Bestuursrecht en bestuurs-procesrecht WP1.1 t/m Verdieping SZ 4,5 Verdieping SZ 1.3 en 2.1 t/m 2.6 2.1 en 3.4 privaatrecht privaatrecht 3 privaatrecht KT 1,2 en 4 LLB BPV-voorbereiding/mentor Logboek 1.5 BPV Voorbereiding Nederlands Engels Schriftelijke toets en opdrachten P1: Schriftelijke toets P2: Mondeling 1. Schrijven 2. Luisteren 3 Nederlands 1.5 Engels KT6en7 LLB LLB 1,5 LLB rekenen 1.5 Rekenen 24-19 -

Basisfase CURRICULUM Sprint SZ & PA - semester 1 1 LL KT1 en 2 Project basis SZ, PA oriëntatie op het werkveld. Opdrachten, portfolio, beroepshouding 7,5 Project Alle WP s WP 1.1, 2.2, 2.3 KT 3,5 LLB Systeem van het recht Inleiding recht Personen- en familierecht en erfrecht Burgerschap LLB Politiek Burgerschap P1 LLB Economisch Burgerschap P2 Nederlands schrijven, spreken taalverzorging Nederlands Lezen, luisteren, woordenschat Engels P1: Schriftelijke toets P2: Schriftelijke toets Schriftelijke toets en opdrachten Schriftelijke toets en opdrachten P1: Schriftelijke toets P2: Mondeling Systeem van het recht, Personen- en familierecht en erfrecht 3 Systeem van het recht 1.5 LLB 1,5 Nederlands schrijven/spreken/ taalverzorging 1,5 Nederlands Lezen/luisteren 1.5 Engels Rekenen Getallen, hoeveelheden en maten P1: Schriftelijke toets P2: Schriftelijke toets 1.5 Rekenen WP 1.3, 2.1, 2.2, 3.1, 3.2, 3.4 WP 3.1, 3.4 ICT tekstverwerken, typevaardigheid en PowerPoint Arbeidsrecht & inleiding sociale zekerheid Sociale vaardigheden basisberoepshouding Aftekendossier 1.5 ICT Arbeidsrecht Inleiding SZ 3 arbeidsrecht Dossier en reflectieverslag 1.5 Sova Mentorles & leerstrategieën 1.5 Mentorles Totaal aantal klokuren: 25.5-20 -

5.3 Ondernemerschap Ondernemerschap Alle opleidingen besteden aandacht aan ondernemerschap, omdat het bedrijfsleven hier waarde aan hecht en om je een extra keuze te bieden. In je opleiding neem je deel aan een inleiding in ondernemersvaardigheden. Je leert hier onder andere hoe je een bedrijf moet opzetten en hoe je kunt werken aan je ondernemersvaardigheden. - 21 -

6. Het Examenprogramma Het examen van de opleiding bestaat uit de volgende onderdelen: Beroepsgericht deel Nederlands Rekenen Engels Loopbaan en burgerschap Om het diploma van de opleiding te behalen moet je daarbij voldoen aan de eisen die de school stelt voor de BPV. Voordat je aan je examens begint, krijg je de richtlijnen rond examinering. In deze richtlijnen staat wat je rechten en plichten zijn bij het maken van examens (zie hoofdstuk 15). 6.1 De beroepsgerichte examinering Vanaf semester één vinden er examens plaats. Examens zijn kwalificerende toetsen. Dit betekent dat je met een voldoende resultaat voor deze toetsen het theoretische deel van je opleiding afsluit. De voortgangstoetsen zijn geen onderdeel van het examenprogramma. Deze toetsen zijn om jouw ontwikkeling te meten en te bepalen of je op het gewenste niveau zit. Tijdens de Beroepspraktijkvorming doe je ook praktijkexamens. Je laat dan zien d.m.v. een proeve van bekwaamheid of je de kerntaken op eindniveau beheerst. Je krijgt pas je diploma als je zowel theorie als praktijkexamen met goed gevolg hebt doorlopen. Alle rechten en plichten met betrekking tot de examens vind je in het examenreglement. In de BPV-gids kun je lezen hoe dat zit ten aanzien van de praktijkexamens (proeve van bekwaamheid). In het curriculum van jouw opleiding vind je wanneer, welke examens staan gepland en bij welke kerntaak ze horen. Voordat je aan je examens begint, krijg je de richtlijnen rond examinering. In deze richtlijnen staat wat je rechten en plichten zijn bij het maken van examens. Beoordeling op driepuntschaal Het eindoordeel van de kerntaak wordt uitgedrukt in een driepuntschaal: goed, voldoende of onvoldoende. In onderstaande tabel zie je op welke beroepsgerichte examenonderdelen geëxamineerd wordt. In de tabel kun je lezen in welke vorm het examen wordt afgenomen, waar en op welk moment van de opleiding. - 22 -

Hieronder kun je zien welke theoretische examens, op welk moment worden afgenomen per opleiding of uitstroomrichting. Vak Theoretisch onderdeel Tijdstip Recht Privaatrecht Semester 2 Systeem van het recht Semester 1 Personen en familierecht Semester 1 Schuldhulpverlening en Semester 2 inkomensbeheer Bestuursrecht en Semester 2 bestuursprocesrecht Arbeidsrecht Semester 1 Inleiding SZ / Sociale Semester 1 Kaart Verdieping SZ Semester 3 Personeelswerk personeelswerk Semester 3 Arbeid inkomen en Semester 4 registratie Arbeidsmarkt, scholing Semester 4 en re-integratie Economie/rekenen Statistische Semester 4 gegevensverwerking Getallen, hoeveelheden, maten. Ruimte en vorm Gegevensverwerking en onzekerheid. Verbanden en veranderingen Semester 3 pilot Cito Semester 3 pilot Cito Nederlands Presenteren Semester 3 gesprekken Semester 4 Lezen Semester 3 COE Schrijven Semester 4 Luisteren Semester 3 COE Engels Lezen Semester 4 Schrijven Semester 2 Luisteren Semester 2 Spreken Semester 4 gesprekken Semester 4-23 -

6.2 Nederlands Nederlands Alle MBO-deelnemers moeten examen Nederlands doen. Voor niveau 1, 2 of 3 is dat op niveau 2F, voor niveau 4 is dat op niveau 3F. Tijdens je opleiding wordt uitgelegd wat dit niveau inhoudt. Cijferbeoordeling De beoordelingen bij Nederlands bij onderstaande examenonderdelen worden uitgedrukt in voldoende/onvoldoende. Diplomering 2012/2013 of 2014/2015 Nederlands Examentoets of -onderdeel Examenvorm Plaats van afname Periode van afname Examentoets of -onderdeel Examenvorm Plaats van afname Periode van afname: Examentoets of -onderdeel Examenvorm Plaats van afname Periode van afname Examentoets of -onderdeel Examenvorm Plaats van afname Periode van afname Examentoets of -onderdeel Examenvorm Plaats van afname Periode van afname Eindwaardering Nederlands Korte omschrijving Luisteren 3F Schoolexamen - digitaal School S4 Lezen 3F Schoolexamen - schriftelijk/digitaal School S4 Schrijven 3F Schoolexamen schriftelijk/digitaal School S4 Spreken 3F (presenteren) Schoolexamen - mondeling School S3 Gesprekken 3F Schoolexamen - mondeling School S4 Van de 5 vaardigheden, mag één vaardigheid met een onvoldoende worden afgesloten. De rest moet voldoende zijn. Alle onderdelen moeten wel gemaakt zijn. 6.3 Rekenen Alle MBO-deelnemers moeten het examen Rekenen doen. Voor niveau 1, 2 of 3 is dat op niveau 2F, voor niveau 4 op niveau 3F. Tijdens je opleiding wordt uitgelegd wat dit niveau inhoudt. Cijferbeoordeling De beoordeling bij Rekenen worden uitgedrukt in een cijfer. Rekenen Korte omschrijving Examentoets of -onderdeel Rekenen 3F Examenvorm Centraal examen of pilot centraal examen - digitaal Plaats van afname School Periode van afname Semester 4 Eindwaardering Rekenen Het eindcijfer is een heel cijfer en is de uitslag voor dit examenonderdeel - 24 -

6.4 Engels Alle deelnemers van een MBO niveau 4-opleiding moeten examen Engels doen. De onderdelen Lezen en Luisteren op niveau B1, de onderdelen Spreken, Gesprekken voeren en Schrijven op niveau A2. Tijdens je opleiding wordt uitgelegd wat deze niveaus inhouden. In de beroepsgerichte examinering zoals beschreven wordt in paragraaf 4.1 wordt aangegeven of en op welke wijze moderne vreemde talen worden geëxamineerd. De beoordelingen bij Engels bij onderstaande examenonderdelen uit de tabel worden uitgedrukt in cijfers. Engels Korte omschrijving Examentoets of -onderdeel Luisteren B1 Examenvorm Schoolexamen - digitaal Plaats van afname School Periode van afname Semester 2 Examentoets of -onderdeel Lezen B1 Examenvorm Schoolexamen - digitaal Plaats van afname School Periode van afname Semester 4 Examentoets of -onderdeel Schrijven A2 Examenvorm Schoolexamen - schriftelijk Plaats van afname School Periode van afname Semester 2 Examentoets of -onderdeel Spreken A2 Examenvorm Schoolexamen - mondeling Plaats van afname School Periode van afname Semester 4 Examentoets of -onderdeel Gesprekken A2 Examenvorm Schoolexamen - mondeling Plaats van afname School Periode van afname Semester 4 Eindwaardering Engels Het eindcijfer (een heel cijfer) voor Engels is het gemiddelde van de cijfers voor de vijf onderdelen. 6.5 Loopbaan en burgerschap in het mbo Als student moet je minimaal voldoen aan de inspanningsverplichting die de opleiding hiervoor heeft gesteld. Dit onderdeel wordt niet geëxamineerd. Op de resultatenlijst bij je diploma is het resultaat voor dit vak wel opgenomen. De eindwaardering voor Loopbaan & Burgerschap is voldaan of niet voldaan. In het curriculum kun je lezen welk onderdeel van het vak LB op welk aangeboden en getoetst wordt. 6.6 BPV Om het diploma van de opleiding te behalen moet je voldoen aan de eisen die de school stelt voor de BPV. Het minimum aantal door de school gestelde uren en/of dagen aan BPV moet zijn behaald. De stage of BPV moet met een voldoende zijn beoordeeld. In de stage rond je de kerntaken af met een proeve van bekwaamheid per kerntaak. Wanneer het niet mogelijk is om op je stageplek te doen, krijg je een examenproject aangeboden in semester 4. - 25 -

6.7 Diplomering Het ministerie van OCW stelt per niveau algemene eisen aan Nederlands, Rekenen en voor niveau 4 ook aan Engels. Er zijn totdat alle eisen volledig bij de diplomering meetellen overgangsregels bepaald, waardoor de zak-slaagregeling per schooljaar en niveau verschilt. Op grond van de laatste overgangsregeling (24 april 2013) gelden de volgende regels: Diplomering in 2015/2016 of 2016/2017 Je bent geslaagd voor je opleiding als voldaan is aan de volgende eisen: 1. Elke kerntaak als eindbeoordeling minimaal een voldoende heeft waarbij ook alle kwalificerende examens met een voldoende (hoger dan 5.5.) behaald zijn 2. Je een voldoende hebt voor 4 van de 5 vaardigheden Nederlands. 3. Je een voldoende hebt voor alle onderdelen Engels 4. Voldaan is aan de inspanningsverplichting voor loopbaan & burgerschap. Daarnaast moet zijn voldaan aan de eisen die de school stelt ten aanzien van de BPV. Bij studievertraging kunnen andere slaagregels gelden! Informatie daarover is verkrijgbaar bij de examencommissie. - 26 -

6.8 Vrijstellingen voor Nederlands en rekenen Studenten die de examenonderdelen algemeen Nederlands en/of Rekenen binnen het mbo hebben behaald, kunnen voor die examenonderdelen vrijstelling krijgen, als zij een nieuwe mbo opleiding gaan volgen. Voorwaarden daarvoor zijn: - het niveau van de reeds behaalde onderdelen is minimaal gelijk aan het vereiste taal- of rekenniveau van de nieuwe opleiding - de nieuwe opleiding wordt binnen twee studiejaren afgerond, na het studiejaar waarin de examens zijn behaald - het betreffende examenonderdeel is aantoonbaar reeds afgelegd en daarvoor is ten minste een 6 behaald. Een vrijstelling voor Nederlands en Rekenen kan verkregen worden voor het gehele examen of voor de onderdelen van het centraal examen dan wel het schoolexamen. Studenten met een havo- of vwo-opleiding die het diploma hebben behaald vanaf 2014 kunnen in aanmerking komen voor een vrijstelling. Zij kunnen vrijstelling krijgen als zij een mbo-opleiding afronden binnen twee studiejaren na het studiejaar waarin zij voor het eindexamenvak Nederlands of de rekentoets een 6 hebben behaald. Verzoeken voor vrijstelling moeten bij de examencommissie worden ingeleverd. Indien de examencommissie vrijstelling verleent voor het examenonderdeel Nederlandse taal of Rekenen, telt de eindwaardering van het eerder afgelegde examenonderdeel of het eindcijfer van de eerder afgelegde rekentoets respectievelijk het eind- of staatsexamen in het vak Nederlandse taal en literatuur mee bij het bepalen van de uitslag. 6.9 Herkansingen Volgens het examenreglement heeft de student recht op drie toetsgelegenheden. Verzoeken tot extra herkansingen worden behandeld door de team-examencommissie. - 27 -

7. Begeleiding bij zorg of handicap Het ROC vindt dat iedere student de beste begeleiding en zorg verdient. Natuurlijk heeft niet iedereen evenveel begeleiding en zorg nodig. Sommige studenten hebben een handicap of een chronische ziekte. Andere studenten hebben leerproblemen of problemen met bijvoorbeeld wonen, geld, veiligheid of justitie. We proberen onze begeleiding en zorg daarom af te stemmen op de vraag van iedere student. LEC, het Loopbaan Expertise Centrum Als jouw loopbaanbegeleider vindt dat je specialistische ondersteuning of begeleiding nodig hebt, kun je doorverwezen worden. Er is specialistische begeleiding mogelijk voor loopbaanoriëntatie, leerproblemen als dyslexie, psychosociale- en gedragsproblematiek en (school-) maatschappelijk werk. Daarnaast is er expertise op het gebied van studenten met een handicap of chronische ziekte. Alle mbo colleges hebben een LEC. Op MBO College Zuid is het LEC gevestigd op de tweede verdieping. Je kunt er altijd binnenlopen voor het maken van een afspraak. Zorg Advies Team Soms is de problematiek rond je ondersteuning te ingewikkeld voor één afdeling. Dan bespreken we jouw ondersteuningsvraag in het ZAT, het Zorg Advies Team. In het ZAT zitten hulpverleners als schoolmaatschappelijk werk en een jeugdarts maar ook de wijkagent, de leerplichtambtenaar en schuldhulpverlening. Bij zo n bespreking ben je zelf niet aanwezig. Als we het nodig vinden om een hulpvraag in het ZAT in te brengen vragen we altijd eerst toestemming aan de student. Handicap, langdurige ziekte, stoornis Volgens de Wet Educatie en Beroepsonderwijs en de Wet Gelijke Behandeling moet een ROC voor iedereen toegankelijk zijn. Dat geldt dus ook voor studenten met een lichamelijke, psychische of verstandelijke beperking. Voor deze studenten bestaat de Leerlinggebonden Financiering (LGF of rugzak). Met een rugzak krijgt de school geld voor extra begeleiding van een student met een beperking. De rugzak geldt bijvoorbeeld bij doof- of slechthorendheid, bij langdurige ziekte, een motorische beperking, meervoudige handicaps en psychiatrische of gedragsstoornissen. Een indicatie voor de rugzak, vraag je zelf - of samen met je ouders - aan. De school helpt je met de aanvraag! Meer informatie hierover vind je op www.rugzakinmbo.nl of bij het LEC. Als je op je vorige school al een rugzak had, dan kun je die meenemen naar je nieuwe school als de indicatie nog geldig is. Neem daarvan een kopie mee bij aanmelding. Dit geldt ook als je van het speciaal onderwijs komt. - 28 -

8. Topsportregeling Doe je aan topsport of sport jij op het hoogste niveau in jouw sport? Dan kun je extra begeleiding krijgen tijdens je opleiding bij je MBO College. Er is een speciale regeling voor jou, zodat je je sport en opleiding kunt combineren. Zo heb jij straks naast je sportcarrière ook een mbo-diploma op zak! In overleg met je studieloopbaanbegeleider en de topsportbegeleider maken we een aangepast studieprogramma. Het MBO College houdt daarbij zoveel mogelijk rekening met je trainingen en wedstrijden. Meer informatie over de topsportregeling vind je op de website, www.rocva.nl/sport - 29 -

9. Aanwezigheid 9.1 Wanneer moet ik op school aanwezig zijn? Je moet 100% van de tijd, dus altijd, aanwezig zijn bij onderwijsactiviteiten. Onderwijsactiviteiten zijn lessen, gastlessen, workshops, BPV en examens. Verder zorg je ervoor dat je altijd op tijd komt en dat je de onderwijsactiviteiten volgens het rooster volgt. Kom je te laat of houd je je niet aan het rooster? Dan volgt een gesprek met je studieloopbaanbegeleider. 9.2 Wat moet ik doen als ik niet kan komen? Soms kun je niet naar school komen, bijvoorbeeld omdat je ziek bent. Dat heet verzuim. De school heeft duidelijke regels over verzuim. Verzuim moet je melden op de eerste dag dat je afwezig bent en voor 10.00 uur in de ochtend. Elke opleiding heeft een eigen telefoonnummer of mailadres waar je je moet melden. Voor de opleiding Juridische Dienstverlening geldt dat je belt naar het volgende nummer:020-5791866. Voor bijzondere omstandigheden, zoals een begrafenis of het bijwonen van een huwelijk, kun je vooraf een verlofaanvraag indienen bij de opleidingscoördinator. Hij beslist of je verlofaanvraag wordt goedgekeurd. Als je langere tijd niet naar school kunt komen, dan loop je mogelijk een achterstand op. Denk je dat dit het geval is, neem dan zo snel mogelijk contact op met je studieloopbaanbegeleider. Jullie bespreken dan samen hoe je achterstand zoveel mogelijk kunt voorkomen en later kunt inhalen. 9.3 Wat gebeurt er als ik zonder reden afwezig ben? Als jij je verzuim niet meldt, belt de school jou of je ouders om te vragen wat er aan de hand is. Bij verzuim krijg je een gesprek met je studieloopbaanbegeleider. Ben je jonger dan 18 jaar, dan zijn wij wettelijk verplicht om het verzuim te melden aan de leerplichtambtenaar. Ben je tussen de 18 en 23 jaar, dan zijn we wettelijk verplicht dit te melden bij het Regionaal Meld- en Coördinatiepunt. Langdurig of regelmatig ongeoorloofd verzuim leidt tot intrekking van je studiefinanciering of een boete door de overheid. - 30 -

10. Studiefinanciering en studiekosten Een opleiding volgen kost geld. Er zijn verschillende soorten kosten: de wettelijke kosten en de schoolbijdrage. 10.1 Studiefinanciering Ben je op 1 augustus 18 jaar of ouder? Je hebt recht op studiefinanciering en een ov-jaarkaart. Als je een niveau 1- of 2-opleiding volgt, dan is de studiefinanciering een gift. Je hoeft dan niets terug te betalen. Volg je een niveau 3- of 4-opleiding, dan is de studiefinanciering een prestatiebeurs. Dat betekent dat je het terug moet betalen als je de opleiding niet afrondt. DUO (Dienst Uitvoering Onderwijs) van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap bepaalt hoeveel studiefinanciering jij krijgt. De hoogte van je studiefinanciering is afhankelijk van je thuissituatie. Ben je op 1 augustus jonger dan 18 jaar? Dan kunnen je ouders een deel van de kosten die je maakt terugkrijgen volgens de Wet Tegemoetkoming Studiekosten. De voorwaarden hiervoor vind je op de website van DUO: www.ib-groep.nl Je hoeft nog geen lesgeld te betalen als je jonger dan 18 jaar bent. 10.2 Wettelijke kosten Lesgeld Ben je op 1 augustus 2013 18 jaar of ouder en volg je een voltijd BOL-opleiding? Dan moet je lesgeld betalen. Het lesgeld wordt jaarlijks door de overheid vastgesteld, zie 12.3 Specificatie van kosten opleiding. Dit bedrag moet je rechtstreeks betalen aan de DUO. Half oktober ontvang je hiervoor een betalingsverzoek van DUO. Cursusgeld Ben je op 1 augustus 2013 18 jaar of ouder en volg je een deeltijd BOL-opleiding of een BBL-opleiding? Dan moet je cursusgeld betalen. Het cursusgeld wordt jaarlijks vastgesteld, zie 12.3 Specificatie van kosten opleiding. Je moet het cursusgeld aan het ROC betalen. Wij sturen jou hiervoor een rekening. Wanneer je ons betaald hebt, zorgen wij dat het geld bij het Ministerie van OC&W terecht komt. Teruggave les- of cursusgeld In een aantal gevallen kun je in aanmerking komen voor een (gedeeltelijke) terugbetaling van het betaalde lesgeld. Dat kan als je je diploma eerder behaalt. Of als je voortijdig stopt met de opleiding. We verwijzen voor een volledig overzicht naar de site van www.ib-groep.nl. 10.3 Opleidingskosten Sommige kosten moet je zelf betalen. Dit is de schoolbijdrage. Als je de onderwijsovereenkomst afsluit, krijg je een overzicht van de schoolbijdragen. Leermiddelen en materialen Dit zijn kosten die jij of je ouders/verzorgers moeten betalen, omdat ze noodzakelijk zijn om je opleiding te kunnen volgen. Voordat je begint aan je opleiding, krijg je een lijst met leermiddelen en materialen die je nodig hebt, zoals boeken, licenties, gereedschappen of werkkleding. Je moet deze leermiddelen verplicht - 31 -