Vlaams stedenbouwrecht: the basics inzake vergunningen, planning en handhaving



Vergelijkbare documenten
Grondwet, artikel Bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, Artikel 6, 1,I 2

Inhoudstafel Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening

INHOUD. Inhoud. 3. Woord vooraf. 11

INHOUD. Inhoud 3. Woord vooraf 11

Aan de slag met ruimtelijke ordening: wegwijzer voor de milieucoördinator. Leo KERKSTOEL Sertius cvba

VLAAMSE CODEX RUIMTELIJKE ORDENING CONCORDANTIETABEL I

Titel IV. Vergunningenbeleid

Bouwmisdrijven. Toelichting VLN Oost-Vlaanderen 27 februari Afdeling Bouw- en woontoezicht Stad Gent

Samenhang tussen stedenbouwkundige voorschriften en decretale bepalingen bij een ruimtelijk uitvoeringsplan.

Ten geleide... Bronnen... Gebruikswijze... XXIV

INHOUDSOVERZICHT INLEIDING 5 VOORWOORD BIJ DE EDITIE OVER DE AUTEURS 11 OVERZICHT MODELDOCUMENTEN 24 AFKORTINGEN 25

Hof van Cassatie van België

stedenbouwhandhaving stedenbouwmisdrijven en in breuken en nogmaals over strijdig gebruik

HISTORIEK DRO EN VCRO

HISTORIEK DRO EN VCRO

Tijdelijk ruimtegebruik in de Vlaamse wetgeving en reglementering ruimtelijke ordening. Studienamiddag tijdelijk ruimtegebruik 23 februari 2016

1.2. De verkavelingsvergunning De geldigheidsduur van de stedenbouwkundige en de verkavelingsvergunning

Grondwet, artikel Bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, Artikel 6, 1,I 2

1. Vergunningsplicht. 2. Vergunningsaanvraag: - procedure - indiening. 3. Vergunbaarheid

Bijlage IV: Register van percelen waarop de regeling van planschade, planbaten, kapitaalschade of gebruikersschade van toepassing kan zijn

PAARDEN EN RUIMTELIJKE ORDENING

De Omgevingsvergunning

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

ordening en milieubeleid 19

gebieden voor toeristischrecreatieve

Wijzigen van het aantal woongelegenheden

Inhoudsopgave VOORWOORD 19

Thematisch RUP Mobiliteit 1 Parking en recreatiedomein Den Bruul

Bijlage IV: Register van percelen waarop de regeling van planschade, planbaten, kapitaalschade of gebruikersschade van toepassing kan zijn

23070_E_0141_V_000_00

2 Overzicht figuren Lijst van afkortingen... 13

meldings- en vergunningsplicht

Gemeentelijk gebiedsgericht ruimtelijk uitvoeringsplan GGR-L2 Benedenstad II Janseniushof

Dienst Dienst Ruimtelijke Ordening Datum 15 september Uw kenmerk Mail dd 18/08/2016 Tel. 02/ RO/RO/KJ/16. SU2016/0683 Fax 02/

naam: gedeeltelijke wijziging van het gewestplan Halle-Vilvoorde-Asse datum: 17/07/2000 met bestemming:

afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur

1. INLEIDING Historiek van de stedenbouwwetgeving De weg naar de Codextrein Opzet van deze publicatie 16

Bekendmaking volgens art. 286, 287 en 288 van het decreet lokaal bestuur.

IDENTIFICATIE VAN DE AANVRAGER IDENTIFICATIE VAN HET PERCEEL

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

zonevreemde woningen en gebouwen: Regularisatiemogelijkheden voor overtredingen

GEMEENTELIJK REGLEMENT INZAKE DE ACTIVERINGSHEFFING OP ONBEBOUWDE GRONDEN EN KAVELS VOOR DE PERIODE

23016_D_0145_X_003_00

STEDENBOUWKUNDIG UITTREKSEL INLICHTINGENFORMULIER VASTGOEDINFORMATIE

Trefwoordenregister. De cijfers verwijzen naar de paginanummers

ACTIVERINGSHEFFING OP ONBEBOUWDE BOUWGRONDEN EN KAVELS EN BELASTING OP BRAAKLIGGENDE INDUSTRIEGRONDEN

meldings- en vergunningsplicht

Omgeving - Omgevingsvergunningen

23016_D_0157_H_011_00

Stedenbouwkundig uittreksel Inlichtingenformulier vastgoedinformatie

Brussel, 11 september 2002 Advies_organisatie_RO 1. INLEIDING

Departement Omgeving Afdeling Beleidsontwikkeling en Juridische Ondersteuning. Datum: 3 juni 2019

ZONEVREEMDE CONSTRUCTIES. (meer info vindt u op

Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening

Definitief gewestelijk ruimtelijk uiitvoeringsplan Afbakening Regionaalstedelijk Gebied Hasselt - Genk

Ontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Petroleum-Zuid: gevangenis en technische schoolcampus

Hof van Cassatie van België

IDENTIFICATIE VAN DE AANVRAGER. Adres: Schuttershofstraat LANAKEN België IDENTIFICATIE VAN HET ONROEREND GOED

Ruimtelijke Ordening - Vergunningen

Hof van Cassatie van België

De verkavelingsvergunning: recente evoluties in de rechtspraak en bedenkingen

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

BEKENDMAKING MELDINGSAKTE

AGENDAPUNT VAN DE GEMEENTERAAD VAN HAMME IN ZITTING VAN 22/02/2017 Referentienummer agendapunt: GR/2017/012

uw bericht van uw kenmerk ons kenmerk afdrukdatum 07/11/2011 TP/ /11/2011

IDENTIFICATIE VAN DE AANVRAGER. Adres: Koolmijnlaan HEUSDEN-ZOLDER België IDENTIFICATIE VAN HET ONROEREND GOED

Historisch Gegroeid Bedrijf

Gemeentelijk gebiedsgericht ruimtelijk uitvoeringsplan GGR-W2 Aarschotsesteenweg 2, 3 en 4

Grondwet, artikel Bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, Artikel 6, 1,I 2

Omgevingsvergunning voor kleinhandelsactiviteiten. Stap voor stap

uw bericht van uw kenmerk ons kenmerk afdrukdatum 24/08/2018 Veldstr /08/2018

Omgeving - Omgevingsvergunningen

BEKENDMAKING AKTENAME MELDING

uw bericht van uw kenmerk ons kenmerk afdrukdatum 15/06/2017 JBO/ /06/2017

afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur

Ruimtelijke Ordening - Vergunningen

2. Kavel: het in een verkavelingsvergunning van een niet vervallen verkaveling afgebakende perceel.

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

Ruimtelijke Ordening - Vergunningen

afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur

dienst financiën: Gemeentelijk belastingsreglement inzake de activeringsheffing op onbebouwde percelen en kavels ( )

Oost-Vlaanderen, strafzaken. Vonnis

Notaris Ines van Opstal

AGENDAPUNT VAN DE GEMEENTERAAD VAN HAMME IN ZITTING VAN 22/02/2017 Referentienummer agendapunt: GR/2017/011

Ruimtelijke Ordening - Vergunningen

afbakening van het VSGB en aansluitende open ruimtegebieden cluster C3 Reconversiegebied Vilvoorde Machelen

Ruimtelijke Ordening - Vergunningen

Notaris Hans Van Overloop

Winning van oppervlaktedelfstoffen zand- en steengroeve Balegro

Het Onroerenderfgoeddecreet: instanties en actoren, inventarisatie en bescherming Anne Mie Draye...1

Toezicht, proces-verbaal, stakingsbevel en administratieve geldboete

ontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Kustpolders tussen Oudenburg, Jabbeke en Stalhille

STEDENBOUWKUNDIG UITTREKSEL INLICHTINGENFORMULIER VASTGOEDINFORMATIE

1.1 Ontstaan. Waarom? Flagrante wanpraktijken blijven bestaan Sommige eigenaar blijven onbewoonbare woningen verhuren

Gebouwd maar niet vergund, wat nu? De nieuwe regelgeving inzake handhavingsbeleid stand maart 2006

vragen naar telefoon - fax Josée Verlooy - Annie Verlegh 03/ / notaria@stad.antwerpen.be

Ruimtelijke Ordening - Vergunningen

Transcriptie:

Jan Beleyn Günther L heureux Back - to - basics: milieuen stedenbouwrecht in de bedrijfswereld 27 september 2012 Vlaams stedenbouwrecht: the basics inzake vergunningen, planning en handhaving 1

Outline Korte verwelkoming en voorstelling Opzet van deze opleiding 2

Regelgeving RO in Vlaanderen? Eerder: Stedenbouwwet 1962 en het Coördinatiedecreet 1996 betreffende de ruimtelijke ordening Voor 10 jaar ook het Decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening (DORO of DRO) Sinds 1 september 2009 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) Meer info: www.ruimtelijkeordening.be 3

Vergunningenluik 4

Vergunningen? Twee vergunningen specifiek in het beleidsdomein van de ruimtelijke ordening de stedenbouwkundige vergunning (vroeger bouwvergunning ) de verkavelingsvergunning 5

Stedenbouwkundige vergunning Vergunningsplicht (4.2.1.): verschillende bouwwerken: het optrekken of plaatsen van een constructie, het functioneel samenbrengen van materialen waardoor een constructie ontstaat en het afbreken, herbouwen, verbouwen en uitbreiden van een constructie (4.1.1. 3 ) ontbossen bos in de zin van het Bosdecreet 1990 vellen van zogenaamde hoogstammige bomen reliëfwijziging zekere inrichtingswerkzaamheden voor o.m. het stationeren van voertuigen en het gewoonlijk gebruik van grond wijzigen van de hoofdfunctie van een bebouwd onroerend goed - verschillende functiecategorieën volgens een Besluit van de Vlaamse regering van 14 april 2000: (1) wonen (2) verblijfsrecreatie (3) dagrecreatie (4) landbouw in de ruime zin (5) handel, horeca, kantoorfunctie en diensten en (6) industrie en ambacht 6

Stedenbouwkundige vergunning Vergunningsplicht (4.2.1.): wijziging van het aantal woongelegenheden aanleggen of wijzigen van recreatieve terreinen en.zekere vergunningsplichtige handelingen uit provinciale en gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen (zie verder) 7

Stedenbouwkundige vergunning Eerste uitzondering: van stedenbouwkundige vergunning vrijgestelde handelingen (4.2.3.) decretale vrijstelling van onderhoudswerken (4.2.1.): werken, andere dan stabiliteitswerken (4.1.1.11 ), die het gebruik van een constructie voor de toekomst veilig stellen door het bijwerken, herstellen of vervangen van geërodeerde of versleten materialen of onderdelen (4.1.1.9 ) (nieuw) Vrijstellingsbesluit in werking getreden op 1 december 2010 modulering mogelijk op lokaal niveau (zie verder) 8

Stedenbouwkundige vergunning Tweede uitzondering: de meldingsplicht (4.2.2.) Vooral in het Besluit van de Vlaamse regering van 16 juli 2010 betreffende de meldingsplichtige handelingen procedure: melding per beveiligde zending (1.1.2.3 ) bij de gemeente. Het College van Burgemeester en Schepenen kan enkel akte nemen van de aangemelde handelingen. Handelingen mogen pas aangevat worden vanaf de twintigste dag na de datum van de melding. De aangemelde handelingen kunnen niet meer aangevat worden indien twee jaar na datum van melding verstreken zijn gelijkschakeling met de stedenbouwkundige vergunning modulering mogelijk op lokaal niveau (zie verder) o.m. niet in ruimtelijk kwetsbaar gebied (zie verder en 1.1.2.10 ) en niet wanneer in strijd met de ruimtelijke plannen (zie verder) 9

Verkavelingsvergunning Vergunningsplicht (4.2.15.) niemand mag zonder verkavelingsvergunning een stuk grond verkavelen (4.1.1. 14 ) voor woningbouw of voor het opstellen van vaste of verplaatsbare constructies die voor bewoning kunnen worden gebruikt recent bijgeschaafd verkaveling vs. verdeling als uiting van het eigendomsrecht Ook een mogelijkheid (4.2.15.) voor het verkavelen en het bebouwen van terreinen voor andere functies (klassiek: zogenaamde industriële verkavelingen bij de ontwikkeling van nieuwe bedrijventerreinen) De verkavelingsvergunning als stedenbouwkundige vergunning (4.2.17.) wegen, reliëfwijzigingen, ontbossen en afbraak 10

Verkavelingsvergunning Het reglementaire karakter van de verkavelingsvergunning: ruimtelijke planning in microformaat een verkavelingsvergunning omvat reglementaire voorschriften aangaande de wijze waarop de verkaveling ingericht wordt en de kavels bebouwd worden (4.2.15.) een eigenaar van een in een niet-vervallen verkavelingsvergunning begrepen kavel kan een wijziging van de verkavelingsvergunning aanvragen. De wijziging van de verkavelingsvergunning moet worden geweigerd als de eigenaars van meer dan de helft van de in de oorspronkelijke vergunning toegestane kavels een ontvankelijk, gegrond en op ruimtelijke motieven gesteund bezwaar indienen (4.6.7.) ook beperkte mogelijkheden om te verzaken aan de uit een verkavelings - vergunning verkregen rechten (4.6.8.) ook zekere afwijkingsmogelijkheden (zie verder) 11

Vergunningen: enkele kenmerken Een vergunning verleent rechten, maar nooit een subjectief recht op vergunningen Aan de vergunning kunnen voorwaarden en lasten gekoppeld worden voorwaarden (4.2.19.): begrip en voorbeelden lasten (4.2.20.): begrip en voorbeelden Vergunningen hebben een zakelijk karakter (4.2.22.) vergunning slaat op de vergunde handeling, niet op de vergunningsaanvrager EXCURSUS: korte vergelijking met andere vergunningen en toelatingen Fasering van vergunningen (4.2.21.) ook relevant voor geldingsduur van de vergunning (zie verder) 12

Vergunningen in de tijd Stedenbouwkundige vergunning (4.6.2.) bijna steeds voor onbepaalde duur. Quid tijdelijke vergunningen? gemeenrechtelijke vervalregeling: werken moeten (daadwerkelijk) worden gestart binnen de twee jaar na afgifte van de vergunning én de werken mogen niet onderbroken zijn gedurende meer dan twee jaar én het vergunde gebouw moet winddicht zijn binnen de drie jaar na de aanvang van de werken uitzondering: beroep bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen aard van het verval: van rechtswege maar partieel overmacht speelt niet fasering 13

Vergunningen in de tijd Verkavelingsvergunning (4.6.4.) ratio legis: vermijden van speculatie en ophoping van onbebouwde percelen onderscheid tussen verkavelingsvergunningen zonder ( kleine verkavelingen ) en met ( grote verkavelingen ) wegeniswerken vervalregeling voor kleine verkavelingen : binnen een termijn van vijf jaar na afgifte van de vergunning moeten 1/3 van de loten verkocht of verhuurd zijn (voor meer dan negen jaar) of bezwaard zijn met een erfpacht of opstalrecht. Binnen een termijn van tien jaar moeten 2/3 van de loten verkocht of verhuurd zijn (voor meer dan negen jaar) of bezwaard zijn met een erfpacht of opstalrecht vervalregeling voor grote verkavelingen : binnen een termijn van vijf jaar na de afgifte van de vergunning moet overgegaan worden tot oplevering van de onmiddellijk uit te voeren lasten / moet een waarborg verschaft zijn. Daarna geldt opnieuw wat t.a.v. kleine verkavelingen wordt vooropgesteld, maar nu 1/3 binnen de tien jaar en 2/3 binnen de vijftien jaar 14

Excursus: band met milieuvergunning Koppeling stedenbouwkundige vergunning / stedenbouwkundige melding en milieuvergunning / milieumelding (4.5.1. en artikel 5 Milieuvergunningsdecreet) milieuvergunning en milieumelding spiegelconstructie: stedenbouwkundige vergunning (of melding) wordt geschorst tot de milieuvergunning bekomen werd of milieumelding gedaan werd. Stedenbouwkundige vergunning (of melding) vervalt van rechtswege (of is onuitvoerbaar) als de milieuvergunning definitief geweigerd wordt. Omgekeerd wordt de milieuvergunning (of melding) geschorst zolang de stedenbouwkundige vergunning (of melding) niet bekomen werd (of gedaan werd) en de milieuvergunning (of melding) vervalt van rechtswege (of is onuitvoerbaar) als de stedenbouwkundige vergunning definitief geweigerd wordt 15

Vergunningen: procedure Onderscheid tussen een reguliere en een bijzondere procedure (4.7.1.) bijzondere procedure voor handelingen van algemeen belang of voor aanvragen ingediend door publiekrechtelijke rechtspersonen hierna bekijken we enkel de reguliere procedure Onderscheid tussen ontvoogde en niet-ontvoogde gemeente (4.7.1.) ontvoogde gemeente: gemeente beschikt over een goedgekeurd (volledig) ruimtelijk structuurplan, een gemeentelijke stedenbouwkundige ambtenaar, een plannenregister, een vergunningenregister en een register van onbebouwde percelen (7.2.1.) welke gemeenten zijn ontvoogd (www.ruimtelijkeordening.be)? relevantie: voornamelijk de tussenkomst van de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar 16

Vergunningen: procedure in 10 stappen (1) Vooraf: soms een projectvergadering (5.3.2.) voor belangrijke bouw- of verkavelingsprojecten. Besluit van 19 maart 2010 van de Vlaamse regering (2) Aanvraag (4.7.13.) wordt ingediend bij het bevoegde College van Burgermeester en Schepenen Besluit van de Vlaamse regering: verschillende regels aangaande de samenstelling van het bouwdossier en de al dan niet verplichte tussenkomst van een architect (3) Ontvankelijkheidsonderzoek (4.7.14.) eerst een ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek. Het resultaat hiervan wordt binnen de 30 dagen (ordetermijn) meegedeeld aan de aanvrager per beveiligde zending. Recent hierbij ook een complex MER-verhaal (4) Openbaar onderzoek (4.7.15.)? Besluit van de Vlaamse regering 17

Vergunningen: procedure in 10 stappen (5) Adviesverlening (4.7.16.) Besluit van de Vlaamse regering onderscheid tussen bindende en niet-bindende adviezen? niet-ontvoogde gemeenten behoeven nog steeds het advies van de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar dat bindend is in geval het negatief is of voorwaarden oplegt facultatief advies van de GECORO 18

Vergunningen: procedure in 10 stappen (6) Beslissing in eerste aanleg (4.7.18.) na een verslag van de gemeentelijke stedenbouwkundige ambtenaar (4.7.17.) neemt het College van Burgemeester en Schepen een beslissing binnen de 75 dagen indien het aangevraagde gelegen is in een ontvoogde gemeente, over de aanvraag geen openbaar onderzoek moet gevoerd worden en niet samen met een milieuaanvraag moet ingediend worden (zie verder) anders: 105 dagen verkavelingsaanvraag steeds binnen de 150 dagen bij gebreke aan een tijdige beslissing wordt de aanvraag geacht afgewezen te worden (stilzwijgende weigeringsbeslissing) (7) Mededeling beslissing in eerste aanleg (4.7.19.) binnen een ordetermijn van 10 dagen formaliteit: aanplakking uitvoerbaarheid: wachttermijn van 35 dagen te rekenen vanaf de aanplakking 19

Vergunningen: procedure in 10 stappen (8) Schorsend administratief georganiseerd beroep (4.7.21-25.) wordt ingediend bij de Deputatie binnen de 30 dagen wie kan beroep indienen? belangrijke formaliteiten (ontvankelijkheidsvereisten ook in een Besluit van de Vlaamse regering) beslissing binnen een vervaltermijn van 75 dagen / 105 dagen (hoorrecht) + opnieuw mededeling binnen een ordetermijn van 10 dagen bij gebreke aan een tijdige beslissing wordt de aanvraag geacht afgewezen te worden (stilzwijgende weigeringsbeslissing) formaliteit: aanplakking opnieuw de wachttermijn (36 ste dag na de dag van de aanplakking) (9) Raad voor Vergunningsbetwistingen (4.8.1-31.) administratief rechtscollege (o.m.) beroep tegen vergunningsbeslissing in laatste administratieve aanleg beroepstermijn: 45 dagen 20

Vergunningen: procedure in 10 stappen niet-schorsend, wel mogelijkheid om schorsing te vragen schets van de (recent gewijzigde) procedure onderscheid tussen een administratief en een juridisch beroep hoelang loopt een dergelijke procedure? verleent niet zelf de vergunningen (10) Enkel nog cassatieberoep bij de Raad van State cassatieberoep? 21

Excursus: procedure Afstemming aanvraagprocedure stedenbouwkundige vergunning en milieuvergunning middels het zogenaamde uniek loket (4.7.3. e.v.) enkel wanneer de gemeente in beide gevallen bevoegd is in te dienen op een uniek gemeentelijk loket gezamenlijke mededeling van het ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek gezamenlijke adviesaanvragen gezamenlijk openbaar onderzoek gezamenlijke weerlegging van stedenbouwkundige en milieugebonden bezwaren gelijktijdige beslissing 22

Uitsmijter: het stedenbouwkundig attest Dient steeds een ganse vergunningsprocedure doorlopen te worden om te weten of mijn project kans maakt? Nee, er is ook het zogenaamde stedenbouwkundig attest (5.3.1.) het stedenbouwkundig attest geeft op basis van een plan aan of een overwogen project in redelijkheid de toets aan de stedenbouwkundige voorschriften, de eventuele verkavelingsvoorschriften en een goede ruimtelijke ordening zal kunnen doorstaan bindend bij algemene status quo maar is geen vergunning procedure blijft 2 jaar geldig 23

Planningsluik 24

Ruimtelijke planning: inleiding Beknopt en ter ingeleide: wat zijn ruimtelijke plannen? omschrijving en ratio legis stedenbouwkundige voorschriften (1.1.2.13 ) de ruimtelijke plannen s.s. houdende bestemmingsvoorschriften (4.1.1.1 ) ook stedenbouwkundige verordeningen EXCURUS: voorbeelden van andere dan ruimtelijke plannen van belang bij de beoordeling van een zeker project (www.gisvlaanderen.be) ter herinnering: ook in verkavelingsvergunningen staan zekere reglementaire voorschriften Overgangsfase (zie hoger) tot op heden zitten we nog steeds in een overgangsfase tussen het oude planinstrumentarium uit de Stedenbouwwet 1962 / het Coördinatiedecreet 1996 en het nieuwe planinstrumentarium uit het Decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening 25

Oude planinstrumentarium Plannen van aanleg op gewestelijk niveau: de gewestplannen op gemeentelijk niveau: algemene en bijzondere plannen van aanleg 26

Gewestplannen Gewestplannen zijn klassieke bestemmingsplannen voor de verschillende gewesten bindende en verordenende kracht K.B. 28/12/1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen juncto Omzendbrief 8/7/1997 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen (www.ruimtelijkeordening.be) 27

Gewestplannen Consulteerbaar op www.gisvlaanderen.be 28

Gemeentelijke plannen van aanleg Meer gedetailleerde bestemmings- en inrichtingsplannen: de algemene plannen van aanleg (APA s) en (vooral) de bijzondere plannen van aanleg (BPA s) bindende en verordenende kracht geen uniform begrippenkader 29

Gemeentelijke plannen van aanleg Steeds navraag doen bij lokale overheid! 30

Plannen van aanleg: verhouding Het lagere plan moet steeds het hogere plan in acht nemen. Er dient in principe enkel rekening gehouden te worden met het lagere plan (dat een verfijning moet uitmaken van het hogere plan) voorbeelden MAAR: Steeno-doctrine (de vaststelling van een later hoger plan heft automatisch van rechtswege het lager strijdig plan op, zelfs impliciet) MAAR: Heylen-doctrine (artikel 14, vierde lid Coördinatiedecreet 1996: met lagere plannen kan desnoods afgeweken worden van het gewestplan) MAAR: vroeger nog andere mogelijkheden om af te wijken van het hogere plan van aanleg (artikel 14, vijfde lid Coördinatiedecreet 1996, sectorale BPA s) 31

Nieuwe planinstrumentarium Twee nieuwe soorten plannen op drie verschillende planniveaus volgens het subsidiariteitsbeginsel: de Vlaamse, provinciale en gemeentelijke ruimtelijke structuur- en uitvoeringsplannen ratio legis? subsidiariteitsbeginsel= elke bevoegde overheid houdt zich bezig met zaken die best op het desbetreffend niveau geregeld worden. Het hoger niveau treedt maar op als de zaken niet op het lager niveau kunnen geregeld worden verfijning planologisch subsidiariteitsbeginsel. Een planningsniveau kan met instemming van alle op grond van de ruimtelijke structuurplanning bevoegde planningsniveaus een planningsinitiatief nemen voor de totaliteit van een bepaald gebied, ook al beschikt het daartoe niet over de noodzakelijke planningsbevoegden (2.2.1.) 32

Ruimtelijke structuurplannen Het ruimtelijk structuurplan is een beleidsdocument van en gericht tot de overheid hetwelk als onmiddellijke basis dient voor de ruimtelijke uitvoeringsplannen (2.1.1. e.v.) opzet telkens onderscheid tussen informatief, richtinggevend en bindend gedeelte een ruimtelijk structuurplan verwoordt een beleidsvisie en ontbeert verordenende kracht: GEEN beoordelingskader bij vergunningverlening (2.1.2.) bindend gedeelte is wel bindend t.o.v. de overheid (absolute hiërarchie) en het richtinggevend gedeelte moet principieel (relatieve hiërarchie) gevolgd worden, tenzij omwille van onvoorziene ontwikkelingen van de ruimtelijke behoeften of omwille van dringende sociale, economische of budgettaire redenen (2.1.2.). Uitzondering: verwezenlijking van bindend sociaal objectief aangrenzende gemeenten kunnen voor de totaliteit van hun grondgebieden ook een gezamenlijk ruimtelijk structuurplan opmaken (2.1.1.) 33

Ruimtelijke structuurplannen Onderlinge verhouding afwijkingen t.a.v. het bindend gedeelte zijn uitgesloten. Opnieuw relatieve hiërarchie t.a.v. het richtinggevend gedeelte het hoger ruimtelijk structuurplan dat later komt dan het lager ruimtelijk structuurplan moet aangeven welke bindende bepalingen van het lagere plan worden opgeheven (geen impliciete opheffing) Steeds consulteerbaar op internet 34

Ruimtelijke uitvoeringsplannen In wezen de opvolgers van de plannen van aanleg Ruimtelijke uitvoeringsplannen vanaf het moment dat de desbetreffende overheid over een goedgekeurd ruimtelijk structuurplan beschikt (7.4.3. inzake gemeenten) Regelen het grondgebruik op een gebiedsgerichte en / of thematische wijze (opnieuw) bindende en verordenende kracht gebiedcategorieën conform het Besluit van de Vlaamse regering van 11 april 2008 m.b.t. de vorm en inhoud van ruimtelijke uitvoeringsplannen 35

Ruimtelijke uitvoeringsplannen Verhouding tot structuurplannen het is op basis van de structuurplannen dat de ruimtelijke uitvoeringsplannen tot stand komen. Opnieuw geldt een absolute hiërarchie in de relatie tot het bindend gedeelte en een relatieve hiërarchie aangaande het richtinggevend gedeelte Geïntegreerde plannings- en uitvoeringsprocedure bij zogenaamde grootschalige stedenbouwkundige projecten (3.1.1. e.v.) Verhouding tot plannen van aanleg de bestaande plannen van aanleg blijven van kracht tot ze vervangen worden door een ruimtelijk uitvoeringsplan (tenzij het ruimtelijk uitvoeringsplan het anders bepaalt) Onderlinge verhouding ruimtelijke uitvoeringsplannen absolute hiërarchie van het hoger plan op het lager plan expliciete of impliciete opheffing van het strijdige lagere plan (2.2.2.) 36

Praktisch: welke plannen zijn er? Vragen staat steeds vrij Ook een formeel instrument: het stedenbouwkundig uittreksel (5.2.7.) niet te verwarren met stedenbouwkundig attest (zie hoger) dit is of wordt in de toekomst een uittreksel uit het plannenregister en vergunningenregister 37

Stedenbouwkundige verordeningen? Verordeningen op gewestelijk, provinciaal en gemeentelijk niveau bevattende voorschriften van stedenbouwkundige aard verschillende zaken nieuw inhoud (2.3.1.) mogelijkheid tot uitsluiting van normaliter toegestane functiewijzigingen en het regelen van de woongelegenheden invloed op de vergunningsplicht en meldingsplicht (4.2.5.): de verordeningen kunnen de vergunningsplichtige handelingen aanvullen, voor meldingsplichtige handelingen een vergunningsplicht invoeren en voor vrijgestelde handelingen een meldingsplicht invoeren mogelijkheid van verdere uitwerking van gewestelijke verordeningen op provinciaal en gemeentelijk niveau wat bij strijdigheid met ruimtelijke uitvoeringsplannen (2.3.3.)? onderlinge hiërarchie? 38

Planschade Een beperkte schadevergoeding wanneer door een ruimtelijk uitvoeringsplan een bouwverbod of verkavelingsverbod tot stand komt (2.6.1. e.v.) in welke gevallen (2.6.1.) uitgesloten gevallen (2.6.1.) hoegrootheid van de schadevergoeding (2.6.2.) Aankoopplicht (2.4.14.) in welke gevallen? band met de planschade? Ook een afzonderlijk Decreet houdende vaststelling van de gebruikerscompensatie bij bestemmingswijzigingen, overdrukken en erfdienstbaarheden tot openbaar nut 39

Planbatenheffing Verschuldigde heffing wanneer een in werking getreden ruimtelijk uitvoeringsplan of bijzonder plan van aanleg zekere gunstige bestemmingswijzigingen doorvoert aard: verhaalbelasting gunstige planwijziging: enkele voorbeelden (2.6.4.) uitgesloten gevallen (2.6.5.) heffingsplichtige (2.6.8.) bedrag van de heffing (2.6.10-12.) wanneer moet betaald worden (2.6.14.) toewijzing en aanwending van de heffing (2.6.17.) Besluit van de Vlaamse regering 40

Toepassing ruimtelijke planning Regel: reglementaire voorschriften uit de verordenende ruimtelijke planning moeten nageleefd worden. Deze vormen samen met enkele andere decretale beoordelingselementen en de goede ruimtelijke ordening het beoordelingskader bij vergunningsaanvragen (4.3.1.) decretale beoordelingselementen (4.3.5. e.v.), waaronder de watertoets, zoals recent nog gewijzigd opvallende afbakening van het begrip goede ruimtelijke ordening (4.3.1.) ook dwingende en facultatieve eisen uit andere beleidsdomeinen dan de ruimtelijke ordening (4.3.3-4.) 41

Toepassing ruimtelijke planning Excursus: toepassing van ruimtelijke planning ook buiten het beleidsdomein van de ruimtelijke ordening? de milieuvergunning 42

Afwijkingen? Beperkte afwijkingen (4.4.1.) Stabiliteitswerken (4.4.2.) Afwerkingsregel (4.4.3.) Sociaal-cultureel en recreatief medegebruik en medegebruik inzake natuurschoon (4.4.4-5.) Monumenten en stads- en dorpsgezichten (4.4.6.) Temporele afwijkingen (4.4.7. en 4.3.2.) Handelingen van algemeen belang (4.4.7.-4.4.8.) Overgangsregel: handelingen sorterend onder voorschriften plan van aanleg (4.4.9.) Zonevreemdheid (4.4.10. e.v.) 43

Afwijkingen? Sinds 1 september 2009 vooral een zeer ernstige uitbreiding van het toepassingsgebied van de verschillende afwijkingen. De afwijkingen zijn niet langer beperkt tot deze of andere plannen maar hebben een algemene draagwijdte 44

Beperkte afwijkingen Afwijking van stedenbouwkundige voorschriften (en verkavelingsvoorschriften) enkel inzake de perceelsafmetingen, de afmeting en de inplanting van constructies, de dakvorm en de gebruikte materialen afwijkingen kunnen niet toegestaan worden inzake bestemming, maximaal toegelaten vloerterreinindex en aantal bouwlagen 45

Stabiliteitswerken Afwijking van stedenbouwkundige voorschriften (en verkavelings - voorschriften) enkel ten behoeve van bestaande, hoofdzakelijk vergunde (4.1.1.7 ) en nietverkrotte (4.1.1.15 ) constructies stabiliteitswerken: werken die betrekking hebben op de constructieve elementen van een constructie zoals (a) het vervangen van dakgebintes of dragende balken van het dak, met uitzondering van plaatselijke herstellingen en (b) het geheel of gedeeltelijk herbouwen of vervangen van buitenmuren of dragende binnenmuren, zelf met recuperatie van de bestaande stenen (4.1.1.11 ) 46

Afwerkingsregel Afwijking van een andere bestemming dan woningbouw indien het perceel niet voor woningbouw bestemd is, kan toch een vergunning worden afgeleverd voor (eengezins)woningen opvulregel bij wachtgevel voorwaarden? niet in ruimtelijk kwetsbaar gebied (zie verder en 1.1.2.10 ) 47

Medegebruik Afwijking van bestemmingen sociaal-cultureel of recreatief medegebruik? Tijdelijk gebruik in afwachting van realisatie van bestemming? medegebruik inzake natuurschoon? 48

Monumenten Afwijking van stedenbouwkundige voorschriften beschermd monument, stads- of dorpgezichten? advies vanuit het beleidsveld onroerend erfgoed als doorslaggevende factor 49

Temporele afwijkingen Positieve anticipatie voor werken van algemeen belang handelingen van algemeen belang: Besluit van de Vlaamse regering Negatieve anticipatie ratio legis? 50

Handelingen van algemeen belang Afwijking van stedenbouwkundige voorschriften voor handelingen van algemeen belang met beperkte ruimtelijke impact handelingen van algemeen belang: Besluit van de Vlaamse regering Specifiek in een zone voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen 51

Overgangsregel Afwijking van bestemmingsvoorschriften van een plan van aanleg indien het aangevraagde vergund kan worden op grond van een vergelijkbare categorie of subcategorie van gebiedsaanduiding 52

Zonevreemdheid Zonevreemdheid initieel: basisrechten als oplossing voor een historisch passief maar met de laatste grotere decreetswijziging uitgebreid tot een algemene bestemmingsafwijking misverstand: zonevreemd is onvergund zonevreemde constructie (4.1.1.17 ) wel: afwijkingsmogelijkheden inzake bestemming inzake bestaande hoofdzakelijk vergunde niet-verkrotte constructies 53

Zonevreemdheid: drieluik (1) Zonevreemde werken aan bestaande constructies (4.4.10-22.) steeds onderscheid woningen en andere constructies verbouwen (4.1.1.12 ) herbouwen (4.1.1.6 ) - uitbreidingen - aanpassingswerken - bijzondere regeling bij vernietiging door een vreemde oorzaak (4.4.21.). Ook van toepassing in ruimtelijk kwetsbare gebieden (2) Zonevreemde functiewijzigingen (4.4.23.) Besluit van de Vlaamse regering van 28 november 2003 tot bepaling van de toelaatbare functiewijzigingen voor gebouwen, gelegen buiten de geëigende bestemmingszone enkele voorbeelden nader bekeken: van landbouw naar wonen en van industrie naar handel 54

Zonevreemdheid: drieluik (3) Planologische oplossing middels planologisch attest (4.2.24-29.) niet te verwarren met stedenbouwkundig attest (zie hoger) een planologisch attest vermeldt of een bestaand, hoofdzakelijk vergund en nietverkrot bedrijf al dan niet behouden kan worden op de plaats waar het gevestigd is toepassingsvoorwaarden procedure doel: prelude van een verplichte planwijziging voordeel: anticipatieve vergunningverlening 55

Excursus: andere beleidsdomeinen De mogelijkheden of verplichtingen om af te wijken van stedenbouwkundige voorschriften of om rekening te houden met ontwerpen van stedenbouwkundige voorschriften gelden ook in andere beleidsdomeinen (5.6.7.) milieuvergunning onteigening natuurbehoud bos 56

Handhavingsluik 57

De vier (sub)handhavingsluiken Repressieluik: de straffen Reparatieluik: het herstel Transactieluik: het vergelijk Preventieluik: de staking 58

Repressieluik: de misdrijven (6.1.1.) Handelingen zonder of in strijd met een (uitvoerbare) vergunning handelingen = werkzaamheden, wijzigingen of activiteiten met ruimtelijke implicaties Handelingen in strijd met een ruimtelijk uitvoeringsplan / plan van aanleg / verordening uitzonderingen Inbreuken op de informatieplicht Eigenaarsmisdrijf Miskenning van de staking van wederrechtelijke handelingen (zie verder, preventieluik) Quid instandhoudingsmisdrijf? Miskenning van de meldingsplicht? nee, op grond van artikel 119bis van de N. Gem. (GAS) 59

Repressieluik: de misdrijven Inzake het vermoeden van vergunning (4.2.14.) constructies waarvan is aangetoond dat ze gebouwd werden voor 22 april 1962 worden onweerlegbaar geacht vergund te zijn constructies waarvan is aangetoond dat ze gebouwd werden na 22 april 1962 maar voor de inwerkingtreding van het eerste gewestplan worden geacht vergund te zijn, behoudens wanneer zulks wordt tegengesproken door een proces-verbaal of een niet anoniem bezwaarschrift telkens opgesteld binnen de 5 jaar na het optrekken of plaatsen van de constructie. Maximale betwistingsperiode van één jaar na opname (registratie) in het vergunningenregister. Dit alles behoudens ligging in ruimtelijk kwetsbaar gebied mogelijkheden tot betwisting voor de Raad voor Vergunningsbetwistingen (4.8.1.) 60

Repressieluik: regularisatievergunning Vergunning na de feiten vergunning is in principe een voorafgaandelijke toelating maar toch mogelijk om achteraf een vergunning te bekomen het later bekomen van een vergunning ontneemt het strafbare karakter niet van het eerder gebrek aan vergunning. Wel kan geen herstel meer bevolen worden (zie hierna) er moet rekening gehouden worden met het regelgevend kader dat speelt op het moment van de beoordeling van de vergunningsaanvraag decretale basis (4.2.24.) 61

Repressieluik: as-built attest IN DE TOEKOMST: belang van het as-built attest (4.2.7.) een as-built attest is een attest waarin wordt verklaard dat handelingen betreffende een constructie of een gebouwencomplex niet of slechts marginaal afwijken van de plannen die het voorwerp uitmaken van de stedenbouwkundige vergunning of melding 62

Repressieluik: de sancties (6.1.1.) Gevangenisstraf en / of geldboete gevangenisstraf van 8 dagen tot 5 jaar (theorie) geldboete van 26 400.000 Minimumstraf voor professionele overtreders gevangenisstraf van minimaal 15 dagen (theorie) en / of geldboete van minimaal 2.000 Vermogensvoordelen? [Repressie aangaande het preventieluik administratieve geldboete bij overtreding stakingsbevel GAS inzake de meldingsplicht] 63

Repressieluik: de verjaring Stedenbouwmisdrijven zijn wanbedrijven Verjaringstermijn van 5 jaar maar mogelijke stuitings- (5+5 jaar) en schorsingsdaden stuiting van de verjaring? schorsing van de verjaring? voorbeelden Aanvang verjaringstermijn: belangrijk onderscheid tussen aflopende, voortdurende en voortgezette misdrijven De uitzonderingen: het gewoontemisdrijf en het gebruiksmisdrijf? Opgepast ook voor eenheid van opzet bij opeenvolgende stedenbouwmisdrijven 64

Reparatieluik: begrip Fysiek of pecuniair herstel van de stedenbouwkundige overtreding (herstelmaatregel) Op vordering van het College van Burgemeester en Schepenen / stedenbouwkundige inspecteur (publieke herstelvordering) of op vordering van derde benadeelden (private herstelvordering) Het advies van de Hoge Raad voor het Handhavingsbeleid als ontvankelijkheidsvereiste bij de publieke herstelvordering Mogelijk voor de strafrechter en / of de burgerlijke rechter opeenvolgende publieke herstelvordering behoeft het advies van de Hoge Raad voor het Handhavingsbeleid 65

Reparatieluik: de maatregelen Het concrete herstel van het publiekrechtelijk misdrijf (6.1.41.) Nog steeds drie soorten herstelmaatregelen: herstel in de vorige toestand bouw of aanpassingswerken meerwaarde 66

Reparatieluik: de maatregelen Het herstel in de vorige toestand fysiek herstel meest volmaakte vorm van herstel herstel in een niet-wederrechtelijke staat veelal sloop, maar verschillende varianten denkbaar: vb. heropbouw, herbebossen belangrijke variant: staking van het strijdige gebruik 67

Reparatieluik: de maatregelen Bouw- of aanpassingswerken ook fysiek herstel kan zowel bestaan uit positieve handelingen (uitvoering van opgelegde maar niet gerealiseerde werken) als negatieve handelingen (gedeeltelijke sloop) 68

Reparatieluik: de maatregelen Meerwaarde pecuniair herstel bedrag gelijk aan de meerwaarde die het onroerend goed verkregen heeft door het bouwmisdrijf Besluit van de Vlaamse regering van 5 mei 2000 maar rechter legt finaal autonoom het bedrag van de meerwaarde vast 69

Reparatieluik: de maatregelen Richtlijnen inzake de keuze van de (publieke) herstelmaatregel (6.1.41.): herstel in de vorige toestand / staking strijdig gebruik bij miskenning van het stakingsbevel (zie verder) of wanneer de handeling in strijd is met de stedenbouwkundige voorschriften aangaande de voor het gebied toegelaten bestemmingen. In die gevallen zijn ook bouw- of aanpassingswerken mogelijk, maar enkel wanneer zulks kennelijk volstaat om de plaatselijke ordening te herstellen. Recent werd hier ook de meerwaarde mogelijk wanneer het gevolg van het misdrijf kennelijk verenigbaar is met een goede ruimtelijke ordening. in alle overige gevallen: meerwaarde, behoudens bij onevenredige miskenning van de goede plaatselijke ordening 70

Reparatieluik: de maatregelen Voorrangsregel (6.1.41-42.): bij de publieke herstelvordering primeert steeds de vordering van de stedenbouwkundige inspecteur op deze van het CBS (ook al is het door hem gevorderde minder zwaar) in combinatie met een private herstelvordering kiest de rechter de maatregel die hem passend lijkt 71

Reparatieluik: verjaring Quasi - onmogelijk geworden vraagstuk in de ruimtelijke ordening Pro memorie: situatie voor het decreet van 4 juni 2003 Pro memorie: het decreet van 4 juni 2003 Pro memorie: chaos na het decreet van 4 juni 2003 Oplossingen in de VCRO? 72

Reparatieluik: verjaring Geen publieke herstelvordering meer (enkel) gegrond op (eerdere) strafbare feiten van instandhouding tenzij in ruimtelijk kwetsbaar gebied (6.1.1.) een herstelvordering die door de stedenbouwkundige inspecteur of het college van burgermeester en schepenen is ingesteld op grond van de instandhouding van handelingen, kan vanaf 1 september 2009 niet langer worden ingewilligd indien deze instandhouding op het ogenblik van de uitspraak niet meer strafbaar is gesteld 73

Reparatieluik: verjaring Verjaringsregel voor de publieke herstelvordering (6.1.41.) in ruimtelijk kwetsbaar gebied: door verloop van TIEN jaren te rekenen vanaf de dag waarop het misdrijf gepleegd werd. Maar instandhouden blijft strafbaar dus nog steeds nultolerantie in openruimtegebied: door verloop van TIEN jaren te rekenen vanaf de dag waarop het misdrijf gepleegd werd. Openruimtegebied= landelijke en recreatiegebieden aangewezen op plannen van aanleg en de gebieden aangewezen op ruimtelijk uitvoeringsplan die sorteren onder de categorieën landbouw, recreatie of de subcategorie gemengd openruimtegebied (behoudens VEN) buiten ruimtelijk kwetsbaar gebied en buiten openruimtegebied: door verloop van VIJF jaren, te rekenen vanaf de dag waarop het misdrijf gepleegd werd maar zonder dat afbreuk gedaan wordt aan de gemeenrechtelijke stuitingsof schorsingsgronden of aan artikel 26 V.T.Sv. Tevens wordt voorzien in een bijkomende schorsingsgrond n.a.v. de minnelijke schikking en de 74 bemiddelingspogingen (zie verder)

Reparatieluik: verjaring 75

Reparatieluik: verjaring Overgangsbepaling voor de nieuwe verjaringsregels (7.7.4.) nieuwe termijnen gelden slechts vanaf 1 september 2009. De totale duur van de verjaringstermijn mag evenwel niet meer bedragen dan de termijnen vermeld in artikel 2262bis, 1, tweede en derde van het Burgerlijk Wetboek (5-20 jaar) indien het recht om de herstelvordering in te stellen ontstaan is voor 1 september 2009, opnieuw zonder afbreuk te doen aan de gemeenrechtelijke stuitings- of schorsingsgronden en aan artikel 26 V.T.Sv. analyse 76

Reparatieluik: verjaring Nieuwe regels grondwettig bevonden door het Grondwettelijk Hof (zie o.m. Grondwettelijk Hof nr. 83/2010 van 29 juli 2010) Maar diverse nieuwe vragen in de rechtspraktijk: een bloemlezing 77

Reparatieluik: verjaring Verjaring van de private herstelvordering? de private herstelvordering wordt in wezen ongemoeid gelaten een dergelijke vordering steunt op artikel 1382 B.W. zodoende enkel toepassing van artikel 2262bis, 1 tweede en derde lid B.W., artikel 26 V.T.Sv. en de gemeenrechtelijke stuitings- en schorsingsgronden 78

Reparatieluik: redelijke termijn Onderscheid redelijke termijn verjaring? Arrest EHRM Hamer (27 november 2007). De herstelmaatregel het herstel in de vorige toestand - als straf in Europeesrechtelijke zin van artikel 6 EVRM Invloed op de herstelvordering? 79

Reparatieluik: uitvoering Advies van de Hoge Raad voor het Handhavingsbeleid vereist bij ambtshalve uitvoering (6.1.46. en 6.1.7.) Specifieke bevoegdheid van de Hoge Raad voor het Handhavingsbeleid inzake de invordering van dwangsommen (6.1.21.) Advies inzake betekening van oude vonnissen of arresten (6.1.17.) 80

Transactieluik: begrip Recent nog bijgeschaafd (6.1.51.) Minnelijke schikking = vergelijk tussen de stedenbouwkundige inspecteur en de overtreder waarvan de uitvoering leidt tot het verval van de strafvordering en de herstelvordering Het vergelijk kan bestaan uit de betaling van een geldsom en / of de uitvoering van door de stedenbouwkundige inspecteur opgelegde aanpassingwerken (dit laatste behoudens bij regularisatie van het onvergunde of spontaan herstel in de vorige toestand / staking van het strijdige gebruik) 81

Transactieluik: uitgesloten gevallen Niet bij professionele opdrachtgevers Niet in ruimtelijk kwetsbaar gebied Niet bij gevallen waarin het misdrijf bestaat, of ondermeer bestaat, uit het verrichten van handelingen in strijd met een stakingsbevel 82

Transactieluik: wanneer? Voor dagvaarding voor correctionele rechtbank of inleiding van de herstelvordering Soms na tussenkomst van de Hoge Raad voor het Handhavingsbeleid Ook de rechter kan een bemiddelingspoging bevelen Soms ook nog akkoord van derden nodig 83

Transactieluik: modaliteiten Besluit van de Vlaamse Regering van 29 mei 2009 betreffende de minnelijke schikking in de ruimtelijke ordening: bedragen tussen de 150 en 5000 voor geregulariseerde en nietgeregulariseerde misdrijven afhankelijk van de objectieve zwaarte van het stedenbouwmisdrijf en de omstandigheden waaronder dat misdrijf is begaan aanvullend bedrag voor niet-geregulariseerde misdrijven: meerwaarde! aanvraagprocedure 84

Transactieluik: impact verjaring Aanvragen tot minnelijke schikking en bemiddeling van de aanvrager schorsen de verjaring van de strafvordering en de herstelvordering (zie hoger en 6.1.53.) 85

Preventieluik: begrip en inleiding Staking van de in overtreding verrichte werken / handelingen of het strijdig gebruik (6.1.47. e.v.) De stakingsfiguur bleef behouden in de nieuwe Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en werd niet wezenlijk gewijzigd 86

Preventieluik: procedure Onmiddellijke staking der werken Kennisgeving van proces-verbaal van vaststelling binnen 8 dagen per beveiligde zending of deurwaardersexploot Binnen 8 dagen na kennisgeving bekrachtiging door de bevoegde stedenbouwkundige inspecteur en mededeling van de bekrachtiging binnen de twee werkdagen per beveiligde zending Vordering tot opheffing Miskenning stakingsbevel: administratieve geldboete 87

Vragen? Fire away! 88

Gegevens Jan Beleyn jbeleyn@publius.be PUBLIUS Pres. Kennedypark 6/24 8500 Kortrijk Belgium t +32 (0)56 74 56 00 f +32 (0)56 74 56 01 www.publius.be Günther L heureux glheureux@publius.be PUBLIUS Wetstraat 26/7 1040 Brussel T+32 (0)2 234 66 00 f+ (0)2 234 66 01 www.publius.be 89