bulletin Samenvatting jaarverslag WFZ 2013 Algemene Ontwikkelingen Waarborgfonds voor de Zorgsector Jaargang 16, nummer 1, april 2014 Special



Vergelijkbare documenten
Jaarverslag 2012 Stichting Waarborgfonds voor de Zorgsector

Samenvatting jaarverslag 2011

Resultaten herbeoordeling WFZ-deelnemers 2014

Periodieke beoordeling WFZ-deelnemers 2017

Jaarverslag 2013 Stichting Waarborgfonds voor de Zorgsector

Periodieke beoordeling WFZ-deelnemers 2018

Samenvatting jaarverslag 2012

Periodieke beoordeling WFZ-deelnemers 2016

Samenvatting jaarverslag 2010

Investeringskasstroom: Investeringen maatschappelijk nut -25,5 Investeringen economisch nut -83,4 Investeringen grondexploitaties (netto) -0,6

-PERSBERICHT- Utrecht, 15 december Zorgsector negatief over verkrijgen van financiering -

Jaarverslag 2018 Stichting Waarborgfonds voor de Zorgsector

-PERSBERICHT- Utrecht, 30 maart ZORGINSTELLINGEN DURVEN WEER TE INVESTEREN -

Stuknummer: AM

Jaarverslag 2016 Stichting Waarborgfonds voor de Zorgsector

Jaarverslag 2017 Stichting Waarborgfonds voor de Zorgsector

Memorandum bij reglementen Raad van Toezicht en Directie WFZ

KOOPKRACHT OUDERENZORG STIJGT, KOOPKRACHT GGZ DAALT

Onderwerp Achtervangovereenkomst Woonzorg Nederland verzorgingshuis St Jozeph

FLO/U Lbr. 12/057

Jaarverslag 2014 Stichting Waarborgfonds voor de Zorgsector

Jaarverslag 2011 Stichting Waarborgfonds voor de Zorgsector

Borgstelling geldlening SPPiLL tbv aankoop langgevelboerderij Barrierweg 4.

Financiële Zorgthermometer - 3 e kwartaal

Financiële kengetallen vastgoed gehandicaptenzorg

Nadere uitwerking van het treasurystatuut voor het verstrekken van leningen en garantie aan derden, inclusief toelichting (januari 2010).

Leningen en kasstromen

RAPPORT VAN BEVINDINGEN (DEFINITIEF) FINANCIEEL CONTINUITEITSTOEZICHT

ZORGSECTOR KENT FINANCIERINGSBEHOEFTE VAN 2 MILJARD

Invulling voorwaarden huurverlaging Willem II

Schaatsen op dun ijs in het nieuwe zorglandschap. Nieuwe financieringsmogelijkheden voor zorgvastgoed - Rotterdam 12 december 2012

algemene vergadering van aandeelhouders nv zeeland seaports

Nota Borgtocht/ verstrekken geldleningen Hoogheemraadschap van Delfland

PROGRAMMABEGROTING

Financieren in de zorgmarkt

Klaar voor een veranderende zorgmarkt? Themabijeenkomst PT Finance, DHK Tax & Legal en InterCare management 27 november 2014

Jaarverslag 2010 Stichting Waarborgfonds voor de Zorgsector

-PERSBERICHT- Utrecht, 19 maart ZORGFINANCIALS VERWACHTEN ACCOUNTANTSVERKLARING MET BEPERKING-

RAADSVOORSTEL. TITEL Verstrekking werkkapitaal aan Kredietbank Nederland

Aan de gemeenten in de GR Breed Griffier ter attentie van gemeenteraad. Datum: 31 maart 2014 Onderwerp: gewijzigde begroting 2015

Tweede Kamer der Staten-Generaal

ZorgRating. Financiële gezondheid ziekenhuizen

Collegevoorstel. De achtervangovereenkomst voor de bestaande lening van De Alliantie met BNG-leningnummer FRL aan te gaan.

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 16 februari 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

ARCHIEF * * Corsa-nr Datum 15 april 2013 Onderwerp Bijlage 2 behorend bij DB-voorstel Project

VASTGOEDFINANCIERING IN DE ZORG

POSITION PAPER INZET RENTEDERIVATEN BIJ KREDIETVERLENING AAN HET MKB

Financierbaarheid zorgvastgoed. Peter Bakker, Derk Jan Postema Vastgoedconferentie Utrecht, 16 november 2017

FINANCIEEL CONTINUÏTEITSTOEZICHT. bij Stichting Scholengroep Primato te Hengelo

VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD

Statenfractie D66 Gelderland

Onderwerp : overbruggingsfinanciering Helmond Sport

Financiering van zorgvastgoed

Financiële Zorgthermometer - 4 e kwartaal

Financiële Zorgthermometer - 1 e kwartaal

Addendum bij Standaardovereenkomst van Geldlening met standaard borgtochtovereenkomst (met algemene bepalingen)

Kanttekeningen bij de Begroting Paragraaf 4 Financiering

Rekenkamercommissie. !! Hofhoek 5!!! 3176 PD Poortugaal! Onderzoek rekenkamercommissie!!! naar gemeentelijke garantstellingen!

GEMEENTEBLAD. Nr

Nota reserves, weerstandsvermogen en solvabiliteit RAD Hoeksche Waard

Bijlage - Omvang Bruto EMU-schuldreductie

Doordecentralisatie. Inleiding

Aan de Commissie Algemeen Bestuur en Middelen

EXPERTS OP DE TOEKOMST VAN VASTGOED ZORGMARKT

Sterke toename van beleggingen in Duits en Frans schuldpapier. Grafiek 1 - Nederlandse aankopen buitenlandse effecten

* * Variant A. Beleid t.a.v. leningen en garanties. 1. Inleiding en aanleiding.

Collegevoorstel. Onderwerp. Samenvatting. Voorstel. Besluit Reg. nr.: Afdeling: Maatschappelijke Ontwikkeling

Rapportage integrale risicoanalyse herziening Governance Havenschap Moerdijk

Versie Pagina 1

- PERSBERICHT - -ZORGINSTELLINGEN IN DE AWBZ ZIEN OMZET KRIMPEN-

Financiering op basis van Roll-Over leningen

Onderwerp Gemeentegarantie IJsselsteinse Stichting Sportfaciliteiten (IJSS) voor realisatie nieuw clubgebouw

Jaarverslag 2015 Stichting Waarborgfonds voor de Zorgsector

c. De beleidsregel Rente met nummer CI-974 eindigt op 31 december d. Deze beleidsregel kan worden aangehaald als 'Beleidsregel rente'.

Heerenstede Vastgoed B.V., Herengracht 562, 1017 CH Amsterdam, T , I

Tijdelijke regeling hypothecair krediet Geldend van t/m heden

VOORSTEL AAN HET COLLEGE VAN DIJKGRAAF EN HEEMRADEN

Bijzonder Beheer Rabobank Groep (BBR) Presentatie NVTZ

Algemene Vergadering van Aandeelhouders Zeeland Seaports

Raadsvoorstel. Raadsvergadering : 11 april 2017 Voorstel : Agendapunt :

ONDERZOEK OMVANG FINANCIËLE BUFFER. Vereniging Algemeen Onderwijs Kockengen e.o /70033

Richtlijn borgingsplafond

Lening en subsidie Tafeltennis Nijmegen

Reglement van Deelneming Stichting Waarborgfonds voor de Zorgsector (WFZ)

Datum 7 januari Obligobeleid WSW. Uitwerking artikel 18 Reglement van Deelneming. Waarborgfonds Sociale Woningbouw

GEMEENTE BERGEN DE ROL VAN DE GEMEENTE ALS BANKIER

j a a r v e r s l a g

Schuldpositie gemeente Purmerend. Presentatie commissie AZ 15 mei 2017

Reserve Ontwikkelingsprojecten Spelregels. Gemeente Albrandswaard

Grip op Financiën. 13 januari 2015 Sector Control

RAADSVOORSTEL Rv. nr.: B&W-besluit d.d.: B&W-besluit nr.:

Hierna zal de berekening van de compensatie overkreditering worden toegelicht.

Stichting Vrienden van Kompaan en De Bocht te Goirle. Jaarrekening 2014

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

BUREAU VOOR DE STAATSSCHULD. Suriname Debt Management Office. Kosten en Risico analyse van de Surinaamse schuldportefeuille per ultimo 2012

Probleemstelling: Berekening benodigde bedrag voor de herfinanciering: Financieringsmemo juni 2015 nr.

Uitvoeringsregels Treasury 2018 Gemeente Tilburg

Onderdeel Risico Kans op risico Maatregelen Schade worst case Kans x schade Conclusie risico

Risicobeheersing en achtervang September / oktober Erik Terheggen

Onderhoudskosten; Bezoekersaantallen en opbrengsten; Substantiële bijdrage / subsidie van de gemeente(n); Personeelskosten.

Transcriptie:

Waarborgfonds voor de Zorgsector Jaargang 16, nummer 1, april 214 Special bulletin Algemene Ontwikkelingen Samenvatting jaarverslag WFZ 213 In de zorgsector voltrekken zich ingrijpende veranderingen. De cijfers over de door het WFZ verstrekte garanties reflecteren deze veranderingen en de gevolgen hiervan op het gebied van de financiering van investeringen. Minder garanties verleend Het WFZ heeft in 213 voor ruim 754 miljoen aan garanties op langlopende leningen verstrekt, een daling ten opzichte van de 872 miljoen in 212. Daarmee kwam het totaal aan WFZ-garanties op langlopende leningen eind 213 op 8,7 miljard. Voor het jaar 214 wordt in de begroting van het WFZ uitgegaan van een totaal aan garanties op langlopende leningen van 7 miljoen. De gemiddelde looptijd van de gegarandeerde leningen was in 213 24,2 jaar, een toename ten opzichte van de 23,9 jaar in 212. De daling van het WFZ-garantievolume hangt vooral samen met een daling in het investeringsvolume met betrekking tot intramurale voorzieningen. Hierbij is een aantal factoren van belang. In de eerste plaats is momenteel sprake van veel onzekerheid. Zowel de inhoud als de tijdsfasering van de ingrijpende beleidswijzigingen die op stapel staan, zijn voortdurend aan veranderingen onderhevig. In deze context is het voor zorginstellingen moeilijk om verantwoorde beslissingen te nemen over omvangrijke investeringen. Het aangaan van grote en onomkeerbare financiële verplichtingen, vaak voor tientallen jaren, is bijzonder risicovol geworden. Voor zover zorginstellingen zich toch genoodzaakt voelen om investeringen te verrichten, worden zij geconfronteerd met een strenge risicobeoordeling door de banken en het WFZ. De beoordelingscriteria bij verlening van krediet of garantie zijn door de jaren heen steeds verder aangescherpt. Immers, de rode draad in de systeemwijzigingen is dat de risico s voor zorginstellingen verder toenemen. Bovendien distantieert de overheid zich steeds nadrukkelijker van verantwoordelijkheid voor de continuïteit van individuele zorgaanbieders. Ook in 213 was sprake van een faillissement van een zorginstelling. Dergelijke incidenten onderstrepen de nieuwe realiteit voor financiers, leiden tot een aangescherpte risicoperceptie, en een toenemende terughoudendheid bij bancaire kredietverlening en garantieverlening. Daarnaast is van belang dat een zorginstelling om een financiering rond te krijgen, bij de banken en het WFZ toch altijd een zekere mate aan vertrouwen en houvast moet kunnen bieden. In een sterk veranderlijke omgeving, waar de toekomst in hoge mate ongewis is, wordt het moeilijker voor zorginstellingen om financiers te overtuigen van nut, noodzaak en financiële haalbaarheid van de plannen. Omvang garanties daalt, belang neemt toe WFZ bulletin - Samenvatting jaarverslag 213 1

Een tweede factor die een drukkend effect heeft op de omvang van de WFZgarantieverlening in de afgelopen jaren, en die ook in de komende jaren zal doorwerken, is de inhoud van de systeemwijzigingen. Extramuralisering staat centraal in het overheidsbeleid. De algemene trend is om patiënten zoveel mogelijk buiten de intramurale instellingen te houden. In tegenstelling tot enkele jaren geleden is capaciteitsuitbreiding hier dus niet meer aan de orde. In de sector ziekenhuizen is nauwelijks nog sprake van grootschalige nieuwbouwplannen en worden bestaande plannen steeds vaker uitgesteld of afgeblazen. De andere zorgsectoren geven een zelfde beeld. In de geestelijke gezondheidszorg wordt stevig ingezet op reductie van bedden. In de ouderenzorg en gehandicaptenzorg speelt het scheiden van wonen en zorg. Leegstandsproblematiek staat hierdoor veelal hoger op de agenda dan een investeringsnoodzaak. Voor de laatstgenoemde sectoren geldt verder dat, voor zover er de komende jaren sprake zal zijn van een investeringsbehoefte, deze minder zal worden ingevuld door de zorginstellingen en meer door private investeerders en woningcorporaties. Zekerheid in onzekere tijden Bezien we de omvang van de in 213 door het WFZ verleende garanties in het licht van deze marktomstandigheden, dan mag 754 miljoen een zeer aanzienlijke bijdrage aan de financieringsbehoefte genoemd worden. De toegenomen gemiddelde looptijd van de garantieleningen onderstreept dat het WFZ - ook in deze meer turbulente tijden - zijn faciliterende rol jegens de aangesloten deelnemers naar vermogen invulling geeft. De commerciële banken gaan in het kader van risico beperkend gedrag over tot steeds kortere looptijden van leningen en kortere rentevast perioden. Het WFZ kiest vanuit zijn publieke functie nadrukkelijk voor een andere benadering. Door langlopende garanties biedt het WFZ de zorginstellingen een vaste kern in de financiering en langdurige zekerheid over (een deel van) de toekomstige financieringslasten. De positieve bijdrage van WFZ-garantie aan de continuïteit van financiering en zorgverlening en het laag houden van de financieringslasten vormen smeerolie voor het beleidsmatige transitieproces. Zekerheid in onzekere tijden In het verlengde van deze doelstelling zal het WFZ zich in de komende tijd blijven bezinnen op zijn rol en werkwijze in het licht van de beleidsmatige veranderingen. Het risicobeheer wordt daarbij van steeds toenemend belang. Risicobeheer WFZ Het risicobeheer van het WFZ is er op gericht om zowel de kans op claims, als de gevolgen daarvan te beperken (zie kader op pagina 3). Wat gebeurt er als een zorginstelling onverhoopt toch failliet gaat en het WFZ garantieclaims krijgt? Het WFZ neemt dan de rente- en aflossingsverplichtingen van de betreffende instelling over. De lening wordt dus niet in één keer afgelost. Een claim voor een gegarandeerde lineaire lening van 2 miljoen met een looptijd van twintig jaar betekent daardoor voor het WFZ twintig jaar achtereen een aflossing van 1 miljoen (plus rente). Het WFZ-risicovermogen (ultimo 213: 235,5 miljoen) biedt in dit licht meer bescherming dan op het eerste gezicht lijkt. Mocht dit risicovermogen in het extreme geval toch niet voldoende zijn, dan vraagt het WFZ de deelnemers om een financiële bijdrage van maximaal 3% van de lopende geborgde leningen per instelling (het obligo). Deze bijdrage is ongeveer gelijk aan het rentevoordeel van slechts twee jaar borging via het WFZ. Bovendien heeft de obligobijdrage het karakter van een renteloze lening; als het WFZ financieel weer opklimt, wordt de obligoheffing terugbetaald aan de deelnemers. Mocht het ech- Beperkt risico voor deelnemers WFZ bulletin - Samenvatting jaarverslag 213 2

ter onverhoopt niet beter gaan en daalt het risicovermogen opnieuw naar,25%, dan kan door WFZ een beroep worden gedaan op de achterborg van het Rijk. Risicobeheer WFZ 1. Selectieve toelating 2. Garanties alleen op vertrouwenwekkende investeringen 3. Het reglement van WFZ telt meerdere bepalingen voor risicobeheersing 4. Periodieke herbeoordeling 5. Zo nodig verscherpt toezicht WFZ 6. Totale garanties per deelnemer zijn altijd kleiner dan het WFZ-risicovermogen 7. Garantie op betaling periodieke rente en aflossing 8. Het WFZ vestigt zekerheden 9. Doorgaans slechts gedeeltelijke garantie Financiële situatie WFZ-deelnemers De financiële situatie van de WFZ-deelnemers wordt minimaal een keer per jaar opnieuw beoordeeld. Een van de factoren die de kredietwaardigheid van zorginstellingen bepaalt, is de omvang van de financiële reserves. In grafiek 1 wordt het eigen vermogen van alle WFZ-deelnemers weergegeven als percentage van de totale inkomsten, gerangschikt naar oplopende omvang. De gemiddelde vermogenspositie is in 212 verbeterd ten opzichte van het voorgaande jaar. Grafiek 1 WFZ-deelnemers ingedeeld naar weerstandsvermogen (eigen vermogen als percentage van de totale inkomsten; ultimo 211 en 212) 1 Aantal wfz-deelnemers 9 8 7 6 5 4 3 211 212 2 1 < % -5% 5-1% 1-15% 15-2% 2-25% 25-3% 3-35% 35-4% 4-45% 45% weerstandsvermogen In verband met de toenemende risico s en onzekerheden is voor zorginstellingen een adequate financiële buffer om tegenvallers te kunnen opvangen belangrijker geworden. Het WFZ acht voor zorginstellingen een vermogen van 15 à 2% wenselijk. Ongeveer 86% van de WFZ-deelnemers heeft eind 212 een vermogen dat 15% of meer bedraagt. In tabel 1 wordt een overzicht gegeven van de ontwikkeling per deelsector. WFZ bulletin - Samenvatting jaarverslag 213 3

Tabel 1 Gemiddeld weerstandsvermogen WFZ-deelnemers per deelsector (eigen vermogen als percentage van de totale inkomsten; ultimo 211 en 212) Verandering in Sector 211 212 procentpunt Ziekenhuizen (alg. en cat.) 17,% 18,5% 1,5 Gehandicaptenzorg 21,% 22,2% 1,2 GGZ 17,8% 18,6%,8 Ouderenzorg 24,3% 25,2%,9 Totaal 19,7% 21,% 1,3 Het gewogen gemiddelde exploitatieresultaat van WFZ-deelnemers in 212 was 2,3% (211: 2,2%). De gemiddelde exploitatieresultaten waren in alle deelsectoren positief (ziekenhuizen: 2,3%; gehandicaptenzorg: 2,9%; GGZ: 1,%; ouderenzorg: 2,5%). De bandbreedte in de resultaten is fors: het grootste exploitatietekort was 11,4%, het grootste overschot 15,4%. 22 WFZ-deelnemers hadden een negatief exploitatieresultaat. Grafiek 2 WFZ-deelnemers ingedeeld naar exploitatieresultaat (als percentage van de totale inkomsten; ultimo 211 en 212) 14 12 211 212 Aantal wfz-deelnemers 1 8 6 4 2 < -8% -8 - -6% -6 - -4% -4 - -2% -2 - % - 2% 2-4% 4-6% 6-8% 8-1% 1% exploitatieresultaat Vanuit het oogpunt van risicomanagement is vooral de combinatie van vermogenspositie en exploitatieresultaat op instellingsniveau van belang. Dit wordt weergegeven in grafiek 3. WFZ bulletin - Samenvatting jaarverslag 213 4

Grafiek 3 Exploitatieresultaat 212 ten opzichte van het weerstandsvermogen 212 exploitatieresultaat 18% 16% 14% 12% 1% 8% 6% 4% 2% -2% -1% -2% 1% 2% 3% 4% 5% 6% 7% 8% 9% 1% 11% -4% -6% -8% -1% -12% weerstandsvermogen De grafiek laat zien dat in 212 slechts in twee gevallen sprake was van een negatief vermogen; en beide in combinatie met een positief exploitatieresultaat. Duidelijk is ook dat een aantal deelnemers met een relatief beperkt vermogen zorgwekkend forse exploitatietekorten heeft. Deze instellingen staan vanzelfsprekend onder verscherpte bewaking van het WFZ. Risico classificatie deelnemers Ultimo 213 staan 3 deelnemers onder verhoogde bewaking van het WFZ (9,2% van het totale aantal deelnemers). Het totaalbedrag aan uitstaande garanties bij de deelnemers onder verhoogde aandacht is 825,3 miljoen (9,5% van het totaal) op langlopende leningen. De deelnemers onder verhoogd toezicht worden onderscheiden naar gelang de ernst van de situatie. Code rood De meest risicovol geachte deelnemers kenmerken zich door een negatief eigen vermogen, een eigen vermogen lager dan 5% in combinatie met meerjarig aaneengesloten negatieve exploitatieresultaten (zonder een duidelijke kentering in de negatieve ontwikkeling) of een onbalans in de exploitatie van zodanig grote omvang en/of structurele aard dat deze op afzienbare termijn een bedreiging kan vormen voor de continuïteit van de organisatie. Deze categorie betreft 8 deelnemers (212: 4 deelnemers), met langlopende garanties van in totaal 11,9 miljoen. Het WFZ berekent de gevolgen voor het theoretisch meest negatieve scenario als alle code rood deelnemers in het komende boekjaar tegelijk in betalingsproblemen zouden komen en het WFZ op de leningsverplichtingen zou worden aangesproken. Uitgaande van deze veronderstelling zouden de verplichtingen aan rente en aflossing op de leningen in het eerste jaar 13,1 miljoen bedragen. Mogelijke schadevermindering door verkoop van de panden waarop een hypotheek rust, is buiten beschouwing gelaten. Bij garantieschade van deze omvang zou de obligoregeling niet in werking treden, niet op de korte en niet op de lange termijn. De totale garantieschade is immers kleiner dan het WFZ-risicovermogen. Risicovermogen zelfs in worst case scenario voldoende Code oranje Het WFZ onderscheidt een tweede categorie van deelnemers die niet aan de kredietwaardigheidseisen van het WFZ voldoen. Het gaat hier om instellingen, waar WFZ bulletin - Samenvatting jaarverslag 213 5

sprake is van minder urgente problematiek. Te denken valt aan zorginstellingen met een zwak vermogen van 6 à 7%, die er al meerdere jaren niet in slagen financiële verbeteringen te realiseren of waar langdurig exploitatietekorten aan de orde zijn. In deze categorie bevinden zich 8 deelnemers (212: 15 deelnemers), met langlopende garanties van in totaal 32,5 miljoen. De rente- en aflossingsverplichtingen op deze leningen bedragen in het eerste jaar 32,3 miljoen. Code geel Voor de overige deelnemers onder verhoogde bewaking geldt dat de situatie minder zorgelijk is, maar het WFZ wel voldoende redenen aanwezig acht om vooralsnog geen additionele garanties te verstrekken en goed de vinger aan de pols te houden. In deze categorie bevinden zich 14 deelnemers (212: 5 deelnemers) met langlopende garanties van in totaal 42,9 miljoen. De rente- en aflossingsverplichtingen op deze leningen bedragen in het eerste jaar 46,6 miljoen. Naast de omvang is vanzelfsprekend ook de tijdsduur van de langlopende garantieverplichtingen van belang. Beide aspecten worden voor de genoemde categorieën in grafiek 4 weergegeven. Elk jaar dat het worst case -scenario voor de deelnemers onder verhoogde bewaking niet optreedt (en mits er geen nieuwe bewakingsgevallen bijkomen), wordt de maximale garantieschade voor het WFZ automatisch kleiner (door de reguliere aflossingen op de leningen). Grafiek 4 Verloop restschuld monitor-deelnemers naar risicocategorie 9 8 7 6 code geel code oranje code rood miljoen euro 5 4 3 2 1 213 215 217 219 221 223 225 227 229 231 233 235 237 239 241 243 245 247 249 251 253 255 257 259 Risicovermogen Het WFZ stelt zich tegenover geldgevers garant voor de betaling van rente en aflossing van de geborgde leningen. Vanuit de positie van de financier bezien is vooral van belang dat - linksom of rechtsom - het WFZ altijd kan voldoen aan de garantieverplichtingen. Vanuit het perspectief van de risicodragende WFZ-deelnemers echter is de absolute en relatieve omvang van de eerste zekerheidslaag, het risicovermogen, van groot belang. Deze is immers van invloed op de kans dat het deelnemersobligo en vervolgens de overheids-achterborg ingeroepen worden. Ultimo 213 bedroeg het risicovermogen 235,5 miljoen. Dit is 2,6% van de restschuld van langlopende leningen en kasgeldleningen. WFZ bulletin - Samenvatting jaarverslag 213 6

overige onderwerpen Faillissement WFZ-deelnemer In 213 is voor het eerst in de geschiedenis van het WFZ een faillissement van een WFZ-deelnemer aan de orde. De financiële gevolgen van het incident worden probleemloos opgevangen binnen de bestaande zekerheidsstructuur van het WFZ, zonder dat hierbij een beroep behoeft te worden gedaan op het deelnemersobligo of de Rijksachterborg. Dit neemt niet weg dat dit faillissement illustreert hoezeer de risico s voor zorgaanbieders - en als afgeleide hiervan voor het WFZ - in de afgelopen jaren zijn toegenomen. Tevens wordt hiermee het belang onderstreept van een adequate risicobeoordeling bij toelating en garantieverlening. Vennootschapsbelasting Het onderwerp vennootschapsbelasting heeft in 213 de nodige aandacht gevraagd. De Belastingdienst heeft zich eind 211 op het standpunt gesteld dat het WFZ belastingplichtig is voor vennootschapsbelasting. Het WFZ wijst deze belastingplicht af. Door de Belastingdienst zijn inmiddels aanslagen opgelegd over de jaren 26 tot en met 29. Uitgaande van de huidige benadering van de Belastingdienst zou dit tot en met 213 neerkomen op een totale vennootschapsbelastinglast van 3,4 miljoen. In 213 heeft een uitvoerige uitwisseling van argumenten en zienswijzen plaatsgevonden tussen de Belastingdienst en het WFZ. Dit heeft echter niet geleid tot gewijzigde standpunten of een vorm van overeenstemming. Het WFZ heeft daarom eind 213 een formeel bezwaarschrift ingediend bij de Belastingdienst. Hierop is nog geen formele reactie van de Belastingdienst ontvangen. Afhankelijk van deze reactie zal het WFZ de kwestie voorleggen aan de rechter. Voornemens 214 Belangrijke onderwerpen voor het WFZ in 214 zijn onder meer: Herbezinning op de rol en positie van het WFZ in het licht van de fundamentele stelselwijzigingen die gaande zijn, zoals het scheiden van wonen en zorg. Uitwerking van de risico-beperkende voorwaarden van het WFZ bij verandering van de juridische structuur bij WFZ-deelnemers. Actualisering van de documentatie inzake de vestiging van hypothecaire zekerheden bij garantieverlening. Evaluatie van de externe communicatie, in het verlengde van het in 213 uitgevoerde klanttevredenheidsonderzoek onder WFZ-deelnemers. Verdere verbetering van de uniformiteit en kwaliteit van de risicobeoordeling en de risicobewaking. Verbetering van de interne informatievoorziening (enerzijds de beschikbaarheid en toegankelijkheid van de reeds aanwezige informatie, anderzijds de managementinformatie inzake de voortgang van beoordelingsprocessen). Samenstelling Raad van Toezicht De samenstelling van de Raad van Toezicht bestond gedurende het jaar 213 uit de volgende leden: drs. J. Hamel, voorzitter; drs. V.I. Goedvolk; R. de Jong RA en prof. dr. W.P.M.M. van de Ven, vicevoorzitter. Inmiddels is, in overeenstemming met het rooster van aftreden, afscheid genomen van de heren Van de Ven en De Jong. In de vergadering van 25 maart 214 zijn mevrouw drs. A.C. van Huffelen en de heer dr.ir. P.C.J. Leijh tot nieuwe leden in de Raad van Toezicht van het WFZ benoemd. WFZ bulletin - Samenvatting jaarverslag 213 7