Stelling van Amsterdam



Vergelijkbare documenten
Stelling van Amsterdam

Stelling van Amsterdam en Nieuwe Hollandse. Waterlinie samen sterker!

B1 Hoofddorp pagina 1

Inleiding. Figuur 1 UNESCO Werelderfgoed

Liniepad Abcoude. Liniepad Abcoude / wandelroute (10 km) Wandelen langs de Stelling van Amsterdam. Horeca Forten in de omgeving.

Liniepad Abcoude. Liniepad Abcoude / wandelroute (10 km) Wandelen langs de Stelling van Amsterdam. Horeca Forten in de omgeving.

VOORBLAD STEUNBETUIGING. De tekst van de steunbetuiging bestaat uit:

De Rijp. Fort bij. Spijkerboor. De Woude. Fort bij. Marken-Binnen. Fort aan de. Jisperweg. Markenbinnen. Krommenie. Fort aan Den Ham 6.

Stelling van Amsterdam en Nieuwe Hollandse Waterlinie samen sterker!

Deel 1 Toen en nu 13

Rondje Plofsluis. Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden

Omschrijving. Informatie Kunstwerk. Titel: Kazemat Peel-Raamstelling. De Peel-Raamstelling

Algemene Monumenten informatie

Bij de behandeling van de Programmabegroting op 2 november 2006 nam u de volgende motie aan:

Waterlinies in Nederland

Industriegrond totaal circa m² in 1 koop of delen

Complexnummer:

Complexnummer:

Cultuurhistorische verkenning Zandwijksingel Woerden. Datum 2 mei 2011

Rondje Loevestein. Waterschap Rivierenland

Rondje Loevestein. Waterschap Rivierenland

Benutten en beschermen van een uniek historisch landschap

INLEIDING VAN DE LES. Spion in de Stelling

Restauratie Dubbele sluis Elshoutse Zeedijk

29 juni 2019: Landschapsfietstocht Stelling en Crommenije

Nieuwe Hollandse Waterlinie

CHAT TUSSEN PROVINCIE EN GEMEENTEN

De Vecht fortenfietsroute

Vind de mooiste fietsroutes op Fietsroute Badhoevedorp, Spaarndam en Haarlem

Benutten en beschermen van een uniek historisch landschap

ILPENDAM - locatie Ilpenhof. concept mei 2012

Parapluplan Nieuwe Hollandse Waterlinie

A&O ERFGOED PROVINCIE UTRECHT. 10 december 2015 Roland Blijdenstijn

Gemeenteraad Culemborg College van Burgemeester en Wethouders

Hoe werkt waterbergings-/inundatiegebied Blokhoven?

Onderstaand overzicht behoort tot het project Waddenarchieven, dat wordt gefaciliteerd door de Waddenacademie (

BEELDKWALITEITSPLAN BUITENGEBIED UITGEEST, GEDEELTELIJKE HERZIENING PERCEEL BUSCH EN DAM 8. Aanvrager: De heer R.P.M. van den Berg.

Route.nl - Meer dan 1900 gratis fietsroutes

PRACHTLANDSCHAP NOORD-HOLLAND! Leidraad Landschap & Cultuurhistorie. Provinciale structuur: Stelling van Amsterdam / Nieuwe Hollandse Waterlinie

Zuidelijke binnenstad

Leven op de Stelling

VERBODEN KRINGEN. Docentenhandleiding

Aanwijzingsprogramma Nieuwe Hollandse Waterlinie. Datum voltooid Laatste wijziging Projectleider Frank Buchner

ICOMOS Technisch rapport. Verbinding A8-A9, opstelterrein voor treinen en een nieuw te bouwen woning.

met historische gegevens. Nog meer gegevens kunt u vinden op: en dan klikken op Drenthe 3 t/m 7

Parapluplan Nieuwe Hollandse Waterlinie

Managementplan. Nationaal Project Nieuwe Hollandse Waterlinie. Bijeenkomsten 13, 15 oktober en 10 november 2015

De Nieuwe Hollandse Waterlinie herzien

: AKU-fontein : Arnhem : Arnhem. : Gele Rijdersplein to 41 :

Complexnummer:

Quickscan Inleiding Resultaten quickscan

Beheerplan Plantsoen Deel 1 Achtergrond

REDUIT FORT BIJ VECHTEN (FOTO LUUC JONKER).

STICHTING WERELDERFGOED.NL

JURYRAPPORT PRIJSVRAAG WATERLINIECENTRUM NIEUWE HOLLANDSE WATERLINIE FORT VECHTEN

Nationaal Landschap Nieuwe Hollandse Waterlinie

4 Groenstructuur 4 GROENSTRUCTUUR

Beschermde stads- en dorpsgezichten en wederopbouwgebieden,

Provincie Noord-Holland

OCW, provincie Zuid-Holland, provincie Noord-Holland, gemeente Leiden, gemeente Haarlem

Verder met de Vesting Muiden. Thema-uur 1 juni 2016

Parapluplan Nieuwe Hollandse Waterlinie

Waterlinie in Utrecht Programmamanager Maryann Glorie

VERBODEN. KRINGEN Opdrachtbladen

Buitendijks erfgoed Congresgebouw de Doelen, Leeuwarden Buitendijks erfgoed in het kust gebied en het gemeentelijk beleid

Rondje Vecht. Waterschap Amstel, Gooi en Vecht

Cultuurhistorische verkenning en advies De Hoge Dijk Stadsdeel Zuidoost

Rapportage vondstmelding Oostende, Wellingtonrenbaan

Drie mobilisaties. NIMH Ben Schoenmaker. Ministerie van Defensie. Drie mobilisaties

Informatiebrochure provinciale monumentenlijst Drenthe voor eigenaren gebouwde monumenten voor Monumenten vertellen het verhaal van Drenthe

Projectinformatie. Kruisweg 459. Rozenburg (NH)

THIS IS HOLLAND IN DE KLAS / LES 3 - WERKBLAD 1

B&W voorstel Nr. : Onderwerp: Ruimtelijke onderbouwing Vliertwijksestraat 61. 1) Status

CentreNL. = uitzichtpunt over de Viaanse oversteek = draaiend restaurant en inspiratielocatie

Buitengebied. Beeldkwaliteitsplan Schermer 26 augustus concept en inhoud: la4sale - Amsterdam

Buitengebied Parapluplan Nieuwe Hollandse Waterlinie VASTGESTELD

Route.nl - Meer dan 1900 gratis fietsroutes

Verplaatst herbouwen stolp Mijzerweg 1a Beemster. Planbeoordeling ruimtelijke kwaliteit

Complexnummer:

Nummer archiefinventaris: 4.OITB

VERKOOPINFORMATIE LIVE VEILING BIJ OPBOD EN AFSLAG

Beschermd stadsgezicht Noordwestelijk Villagebied

De inundaties 1944/1945 in de Vechtstreek

Te koop wegens vrede

De Staatssecretaris van Onderwijs,

Stelling van Amsterdam en Nieuwe Hollandse Waterlinie samen sterker!

Afdeling en nummer RIJSWIJK (ZH) O./M.A DE MINISTER VAN CULTUUR, RECREATIE EN MAATSCHAPPELIJK WERK

OMnummer: Datum: Archeologische Quickscan Klaprozenweg (QSnr ) Opdrachtgever (LS01)

SPELREGELS EHS. Een gezamenlijke uitwerking van rijk en provincies. Ministeries van LNV en VROM en de provincies

Een wal van zand, klei of steen die mensen beschermt tegen hoog water. De plek waar het rivierwater in de zee uitkomt.

Overleg en inspraak. 1 Waterschap Hunze en Aa's

Handleiding voor de Archeologische Monumentenkaart

Bijlage 1: Ambitie en kader

Gelselaar Beschermd Dorpsgezicht Wat betekent dat?

Besluit tot aanwijzing gemeentelijk monument

KORTE GESCHIEDENIS VAN HET GELDERS RIVIERENGEBIED

DE WATERSTAAT IN DE 19E EEUW IN RELATIE TOT DE WATERLINIES

MOOI LINIELAND, HET LANDSCHAP TUSSEN DE FORTEN EN WERKEN IS ZEER DE MOEITE WAARD (FOTO MARTIN VAN LOKVEN).

GENIEPARK: militair historisch erfgoed wordt modern stadspark

Transcriptie:

.. R............ rdmz Rijksdienst i n f o.. architectuur en stedenbouw. voor de Monumentenzorg........... 3... AANLEIDING TOT DEZE BROCHURE In 1995 heeft Nederland de Stelling van Amsterdam voorgedragen voor de Lijst van het Werelderfgoed. Sinds december 1996 staat de Stelling op de Lijst van het Werelderfgoed van de UNESCO, de Cultuurorganisatie van de Verenigde Naties. De brochure is ingedeeld in een aantal onderdelen. In de eerste plaats wordt in het kort de ontstaansgeschiedenis van de Stelling van Amsterdam belicht. Op de bijgevoegde kaart is de ligging van de Stelling aangegeven. Twee aspecten, het inunderen en de Kringenwet, zijn apart toegelicht. Vervolgens wordt ingegaan op de reden van de plaatsing op de Lijst van het Werelderfgoed. Ten slotte komt de toekomst van de Stelling aan de orde. De laatste pagina bevat informatie over Nederlandse inbreng wat betreft de Lijst van het Werelderfgoed, literatuurverwijzingen en adressen. Stelling van Amsterdam De Stelling van Amsterdam is een stelsel van verdedigingswerken dat tussen 1880 en 1920 is aangelegd. Op gemiddeld 15 kilometer afstand van de hoofdstad vormen tientallen forten, dammen en sluizen, onderling verbonden door dijken en liniewallen, een ring van 135 kilometer. Binnen 48 uur was het omliggende terrein onder water te zetten (te inunderen), en werd het in militair opzicht vrijwel onneembaar. HET ONTSTAAN VAN DE STELLING Op onderliggende kaart, verkend De Stelling van Amsterdam is aangelegd naar aanleiding van in 1892 en gedeeltelijk herzien in ervaringen in de Frans-Duitse oorlog van 1870-1871, als vervanging van de kringstelling die in het begin van de 19de eeuw rond Markenbinnen geheim gehouden. 1904, is de ligging van het fort bij de hoofdstad was gebouwd. Gebleken was dat een zogenoemd Het is alleen te herkennen aan de centraal reduit van groot belang was, een deel van het land dat de omtrek. (Chromotopografische tot het allerlaatst verdedigd kon worden door middel van een stelling, zoals dat bij Parijs gebeurd was. De bestaande kringstelling De Rijp) Kaart des Rijks, kaart nr. 295, lag echter te dicht bij Amsterdam en de vestingwerken bleken niet bestand tegen de krachtige uitwerking van nieuwe geschutstechnieken, zodat werd besloten tot de aanleg van een geheel nieuwe stelling. Het plan werd vastgelegd in de Vestingwet van 1874 en in 1880 werd begonnen met de aanleg. Het fort bij Markenbinnen is gebouwd om de accessen, gevormd door de Markervaart en de Stierop, te verdedigen, zoals te zien is op deze luchtfoto uit 1925. De aanvaller kwam in deze situatie uit het noorden, de bovenkant van de foto. (Bron: Sectie Militaire Geschiedenis Koninklijke Landmacht) 3

De grootste verdedigingskracht van de Stelling kwam voort uit de mogelijkheid om rond Amsterdam polders te inunderen. Deze inundatiegebieden lagen op een afstand van ongeveer 15 kilometer rond de hoofdstad en waren breed genoeg om het vijandelijk geschut en de troepen op voldoende afstand te houden. De zwakke plekken in deze vestingmuur waren de plaatsen die droogbleven, zoals wegen, dijken en spoorwegen, en de bevaarbare waterwegen. Deze zogenoemde accessen werden dan ook versterkt door forten. De forten waren voorzien van geschut, waarmee zowel de accessen verdedigd werden als flankerend vuur naar de naastgelegen forten kon worden gegeven. De nevenbatterij nabij het fort bij Vijfhuizen, waarachter het zware geschut werd opgesteld. (foto: Paul Paris 1997) In totaal telde de Stelling van Amsterdam meer dan 40 forten. Met een tussenafstand van zo n drie kilometer vormden zij een ring van in totaal 135 kilometer lang, beginnend bij Edam, via Haarlem, en eindigend bij Muiden. Het zwaardere geschut, bedoeld om over de inundatiegebieden heen de aanvaller op afstand te houden, zou pas in oorlogstijd worden opgesteld in nevenbatterijen. Om het schootsveld rond de vestingwerken vrij te houden golden er op grond van de Kringenwet uit 1853 beperkende maatregelen voor het bouwen en planten van bomen. Uiteindelijk is de Stelling in 1920 gereedgekomen. Uit de ervaringen met de Eerste Wereldoorlog was inmiddels gebleken dat het centraal reduit als verdedigingsprincipe had afgedaan. In 1922 ging de Stelling van Amsterdam op in de Vesting Holland, het nieuwe verdedigingsplan van Nederland. Hoewel de Stelling tijdens de mobilisatie van 1914-1918 in paraatheid is gebracht, is er nooit gevochten. Wel zijn zowel in 1940 als in 1944 ten noorden van het Noordzeekanaal verschillende polders geïnundeerd. Onder andere dit deel van de Stelling van Amsterdam is in 1940 en 1944 onder water gezet. Op de voorgrond ligt het fort bij Krommeniedijk en op de achtergrond het fort aan de Ham, verbonden door een kronkelende dijk die dienst deed als inundatiekering. De polder rechts van deze dijk werd geïnundeerd. (foto: Paul Paris 1997) In de jaren vijftig verloren de forten die tot de Stelling behoorden de status van vestingwerk. Het Ministerie van Defensie bleef de forten gebruiken als opslagruimte. In de jaren zeventig zijn de meeste forten afgestoten en in handen gekomen van verenigingen, zoals de Vereniging Natuurmonumenten, Staatsbosbeheer, gemeenten of particulieren. DE STELLING VAN AMSTERDAM OP DE LIJST VAN HET WERELDERFGOED De Nederlandse overheid heeft de Stelling van Amsterdam voor plaatsing voorgedragen vanwege haar bewaard gebleven historische eenheid, ligging in het landschap, haar architectuur en militairtechnische innovaties en vanwege haar gebruik van nieuwe bouwmaterialen. Bovendien is het oorspronkelijke concept voor de Stelling nagenoeg onveranderd bewaard gebleven. Door de aanwezigheid van de Stelling is de ruimtelijke structuur van het gebied sindsdien grotendeels ongewijzigd gebleven, ondanks het feit dat het hier een gebied betreft met een hoge bevolkingsdichtheid. De Stelling van Amsterdam vormt als militair landschap als het ware een tweede, bindend en ordenend element in het cultuurlandschap van Holland.

Het Werelderfgoedcomité van de UNESCO erkende de waarde van de Stelling als samenhangend gebied en achtte het van uitzonderlijke universele waarde. Die waarde komt voort uit het feit dat de Stelling van Amsterdam een bijzonder voorbeeld is van een uitgebreid, modern verdedigingsstelsel dat behouden gebleven is sinds het aan het eind van de 19de eeuw is aangelegd. Het gebruik van water bij een verdedigingsstelsel van deze omvang is uniek. Bovendien is de Stelling ook nu nog als samenhangend geheel te herkennen. Vooral het feit dat het grootste deel van het terrein vrijwel onbebouwd is gebleven, bepaalt de structurele en ruimtelijke eenheid van het gebied. De begrenzing van de Stelling van Amsterdam volgens de Lijst van het Werelderfgoed is gebaseerd op de ligging van de militaire structuur als geheel, zoals die nu nog herkenbaar is aan de openheid van de voormalige schoots- en inundatievelden en de aanwezigheid van historische militaire werken. Dit betekent dat niet het hele oorspronkelijke gebied van de Stelling hierin begrepen is, maar dat er gekozen is voor een strook die nu nog als eenheid te herkennen is. Daarnaast maken ook de afzonderlijke onderdelen, zoals de forten, deel uit van de Lijst van het Werelderfgoed. De meeste van deze objecten zijn door de Provincie Noord-Holland al beschermd door plaatsing op de provinciale monumentenlijst. kleine kring Op deze kaart is de invloed van de Kringenwet goed zichtbaar: de Vondelweg in Haarlem loopt precies langs de grote middelbare kring grote kring kring rond het fort bezuiden Spaarndam. 0 1 km Spaarndam Vondelweg D E K R I N G E N W E T V A N 1 8 5 3 Het doel van de wet was het vrijhouden van het schootsveld rond de vestingwerken. Het slopen, bouwen, rooien en beplanten binnen de Verboden Kringen was hierin geregeld. Uit de Verzamelstaat van de geklassificeerde vestingwerken uit 1910 blijkt dat de forten, nevenbatterijen en liniewallen van de Stelling van Amsterdam allemaal tot de eerste klasse gerekend worden. Afhankelijk van het strategisch belang waren alle Nederlandse vestingwerken ingedeeld in drie klassen. De klasse van het vestingwerk bepaalde binnen de kringen de beperkingen voor het bouwen, het planten van houtgewassen en het maken van enig werk. Op grond van de Kringenwet waren om elk vestingwerk drie verboden kringen getrokken. Op een afstand van 300 m, de kleine kring, op een afstand van 600 m, de middelbare kring en op een afstand van 1000 m, de grote kring. Tussen een vestingwerk van eerste klasse en de kleine kring mocht slechts met toestemming van de minister van Oorlog gebouwd worden, en dan slechts met brandbare materialen, zoals hout en riet. Er golden bovendien beperkende bepalingen voor beplantingen. Tussen de kleine en de middelbare kring was er om te bouwen geen toestemming van de minister nodig en was het toegestaan om voor de fundering, schoorsteen en dakbedekking steen te gebruiken. In het gebied tot 1000 m vanaf de hoofdverdedigingslijn was het verboden om zonder toestemming van de minister van Oorlog infrastructurele werken aan te leggen of te veranderen. De houten huizen konden in geval van oorlog snel worden gesloopt. Een aantal van deze kringenwetwoningen is nu nog aanwezig. fort bezuiden Spaarndam Ondergrond Topografische Dienst Emmen 1999 De meeste vestingwerken van de Stelling werden in de jaren vijftig gedeclassificeerd, zodat de Kringenwet hierop geen invloed meer had. De Kringenwet werd opgeheven op 28 november 1963.

Stelling van Amsterdam Beverwijk Purmerend Edam Haarlem Amsterdam Muiden Hoofddorp Uithoorn 0 5 10 km. inundatiegebieden De Stelling van Amsterdam volgens de Lijst van het Werelderfgoed RDMZ Zeist 1999 forten en batterijen

I N U N D A T I E S In de onafhankelijkheidsstrijd tegen de Spaanse overheersing in de 16de eeuw is het inundatieprincipe voor het eerst toegepast in de zogeheten Hollandse Waterlinie. Lange tijd is de verdediging in het midden en het westen van het land op deze wijze georganiseerd geweest. De Stelling van Amsterdam en de Nieuwe Hollandse Waterlinie zijn hiervan de twee omvangrijkste latere voorbeelden. Het principe van inundatie is als volgt. Het terrein waar het om gaat bestaat uit polders en droogmakerijen die een gesloten waterhuishouding hebben. Wil men nu bepaalde gebieden onder water zetten, dan is voor iedere polder een aparte voorziening nodig. De hoogte van het onderwaterzetten is ook van belang: de inundatievelden moeten zoveel water krijgen dat een aanvaller er niet doorheen kan waden, maar ook niet zoveel dat er een schip of schuit kan varen. Het waterpeil ligt daarom tussen de 0,5 m en 1 m. Het peil wordt onderhouden via inlaatsluizen en damsluizen. Inlaatsluizen zijn in vredestijd gesloten en laten bij inundatie het water in de polder lopen. Damsluizen vormen in vredestijd doorgangen voor het water, maar worden bij inundatie gesloten om water in een bepaald gebied juist vast te houden ze vormen een waterkering. Voor de aanvoer van water voor de inundaties bestond er een fijnmazig systeem, dat zich tot ver in het land uitstrekte. Aan bestaande zee- en riviersluizen zijn daarvoor aanpassingen gepleegd en kregen een militaire bestemming in oorlogstijd. Ook zijn er kanalen en waterlopen voor gegraven. De zeesluizen bij IJmuiden waren van groot belang voor het op peil houden van de inundaties. Door de sluizen bij elke vloed open te zetten zou de vijand de inundaties van de Stelling kunnen overvoeren. Deze sluizen waren dan ook beveiligd met een extra fort. De Geniedijk: inundatiekering door de Haarlemmermeer. (foto: Paul Paris 1996) Proef met inundatie in 1939. (foto: Sectie Militaire Geschiedenis Koninklijke Landmacht) Het fort bij Nigtevecht ligt aan het Amsterdam- Rijnkanaal en is door een liniewal verbonden met de twee batterijen aan het Gein, te zien op de achtergrond. Het gebied links van de liniewal kon onder water gezet worden. (foto: Paul Paris 1996)

DE TOEKOMST VAN DE STELLING VAN AMSTERDAM ALS SAMENHANGEND GEHEEL Het gebied heeft een specifieke ruimtelijke kwaliteit die vooral is gelegen in zijn groene en open karakter. Tot voor kort werd dit in stand gehouden door de militaire functie. Nu deze functie is vervallen, is het zaak het behoud van de specifieke kwaliteit ook in toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen te waarborgen. Hiervoor zijn zowel rijk, provincies als gemeenten verantwoordelijk. Voor het merendeel is het gebied nog steeds weinig bebouwd. De agrarische functie overheerst, hoewel op een aantal plaatsen de druk van de verstedelijking merkbaar is, zoals tussen Haarlem en Beverwijk en rond Aalsmeer. DE RDMZ EN DE STELLING Het is evident dat bij toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen het bijzondere karakter van de Stelling van Amsterdam, dat nu van uitzonderlijke en universele betekenis is verklaard, een zwaarwegende factor zal zijn. De RDMZ onderzoekt in dit verband de mogelijkheid de Stelling te beschermen op grond van de Monumentenwet 1988. Daartoe wordt in de tweede helft van 1999 een beschrijving afgerond met een voorstel voor de begrenzing van het te beschermen gebied. Als uitgangspunt wordt hierbij de begrenzing volgens de Lijst van het Werelderfgoed gehanteerd. Het resultaat van het onderzoek zal de basis vormen voor nader overleg met de betrokken overheden. LITERATUUR Dam van Isselt, W.E. van (1910) De Stelling van Amsterdam, Utrecht Kant, P., P. Saal, R. Schimmel en J. de Zee (19XX) De Stelling van Amsterdam -Vestingwerken rond de hoofdstad 1880-1920, Beetsterzwaag Provincie Noord-Holland (1998) Stelling van Amsterdam Concept-register, Haarlem Rijksdienst voor de Monumentenzorg en Provincie Noord- Holland (1995) The Stelling van Amsterdam (Defence line of Amsterdam) /Water as a stronghold Submission for nomination to the World Heritage List by the state of the Netherlands, Zeist/Haarlem NUTTIGE ADRESSEN Rijksdienst voor de Monumentenzorg Saartje de Bruijn, tel. 030 69 83 216 (informatie over de brochure) Provincie Noord-Holland, afdeling Zorg, Welzijn en Cultuur Postbus 3007, 2001 DA Haarlem, tel. 023 51 43 143 (onder andere informatie over provinciale monumenten) Stichting Stelling van Amsterdam Postbus 3322, 2001 DH Haarlem, tel. 023 53 40 363 (onder andere informatie over bezoek en openstelling forten) Nationale UNESCO Commissie Postbus 29777, 2502 LT Den Haag, tel. 070 42 60 263 (voor algemene informatie over de UNESCO en het Werelderfgoed, zie ook www.unesco.org/whc) UNESCO EN DE LIJST VAN HET WERELDERFGOED In 1972 is onder auspiciën van de UNESCO (United Nations Educational, Scientific and Cultural Organization) een internationale overeenkomst gesloten inzake de bescherming van het cultureel en natuurlijk erfgoed van de wereld. Nederland ratificeerde deze overeenkomst in 1992. Landen die de overeenkomst hebben geratificeerd kunnen monumenten en gebieden, zoals die worden omschreven in de overeenkomst, voordragen voor plaatsing op de Lijst van het Werelderfgoed. Door de voordracht erkent het land dat in eerste instantie op hem de verplichting rust de identificatie, het toegankelijk maken en het overdragen aan komende generaties van het betreffende cultureel of natuurlijk erfgoed te waarborgen. Het Koninkrijk der Nederlanden heeft nu vijf wereldmonumenten :. Het voormalig eiland Schokland (1995). De Stelling van Amsterdam (1996). Het molencomplex van Kinderdijk (1997). De historische binnenstad van Willemstad Curaçao (1997). Het Ir. D.F. Woudagemaal bij Lemmer (1998). Nederland zal de komende jaren nog meer specifiek Nederlandse monumenten voordragen. Verminderde openheid door oprukkende bebouwing rond het fort bij De Kwakel. (foto: Paul Paris 1998) R IJKSDIENST VOOR DE M ONUMENTENZORG Broederplein 41 3703 CD Zeist Postbus 1001 3700 BA Zeist RDMZ Info Architectuur en Stedenbouw nr. 3, juni 1999 tekst Saartje de Bruijn en Theo van Oeffelt lay-out B@seline, Utrecht druk Van Soest Amsterdam Aan deze uitgave kunnen geen rechten worden ontleend. 030 69 83 211 030 69 83 456 voorlichting fax 030 69 16 189 w internet www.monumentenzorg.nl e-mail info@monumentenzorg.nl