1 De camera (autofocus) versnellen... 2. 2 Gebruik de zonnekap... 5. 3 Front of backfocus bijstellen... 5



Vergelijkbare documenten
HDR- FOTOGRAFIE. Inleiding. Het digitale beeld - Bijlage

Welkom op deze Fotocursus

Ruud Gort

Grote voordelen van het fotograferen in RAW

Belichting. Bepaal je ISO-waarde altijd nadat je de diafragma en sluitertijd hebt bepaald.

Macro fotografie De eerste is de scherpstelafstand van de lens De tweede belangrijke waarde is de reproductiefactor

Het doel. is om een eerste inzicht te geven in de basis van de digitale fotografie.

Witbalans Camera RAW Photoshop

HANDMATIG FOTOGRAFEREN

Basisbegrippen in de fotografie

Bij de meeste camera s is de keuze van de belichtingsregelingen met een zogenaamd programmakeuzewiel

Uitleg opnamens met een digitale camera

WERKEN MET DE FLITSER

Test Nikon D3300 juni 2014

thema sport Sportfotografie Hoe doe

Algemene Camera techniek

Fotografie tips voor betere landschapsfoto's

E-pages van Beterelandschapsfoto

Spreekbeurten.info Spreekbeurten en Werkstukken

7 tips voor het fotograferen in een donkere kerk

De voordelen van de belichtingsregelingen onder creatief gebruik zijn in de meeste gevallen een juist belichte en creatievere foto.

Hoe maak je een HDR-foto?

Fotografie: van opname tot archivering deel 1. Bruno Vandermeulen

Tips voor avondfotografie

Belichtingsregelingen: Introductie

Leerdoelen. Techniek van de flitser en camera onder de knie krijgen met als doel betere flitsfoto s

GEBRUIK VAN EEN REPORTAGE FLITSER

Fotograferen op P, Av, Tv of M? Welke stand wanneer?

Cursus Fotograferen met je spiegelreflexcamera

8 tips voor lichtmeting

Fotografietips - Vuurwerk

Witbalans. Waarom zou je je bezighouden met WB?

Overwegingen bij het kopen van een digitale foto camera.

oplossen. Door meerdere belichtingen te maken en ze samen te voegen in Photoshop vergroot je de dynamiek in je foto.

Licht Belichting Lichtmeting

Uitgebreid naslagwerk bij. Fotografie Workshop. door. Boukje Canaan

Avond over Flitsfotografie 4 April 2011 Fotoclub Iris

INVULFLITS. Niet zo geslaagd hé!

Type D7000 D7100 D7200 introductie op: adviesprijs bij introductie

Welkom op de avond Basistechniek camera. Gerrit Valkenwoud

Productfotografie in je eigen thuisstudio

Programma s, onderwerpsstanden en andere instellingen voor de D600

Welkom workshop Portretfotografie

Belichting corrigeren

LOREO MACRO 3D LENS. Tips voor het gebruik

Het gebruik van filters bij landschapsfotografie. Myriam Vos

FOTOGRAFIE

Figuur 1: gekleurde pixels op een digitale sensor

Personen bij weinig licht

Extra Thema: Voedingsfotografie

Om op feestjes foto s te maken kun je voor lastige situaties komen te staan, vooral als er weinig licht aanwezig is.

Les 5. Histogram & Flitsen. Basiscursus Digitale Fotografie

Deel 1. Wat is HDR fotografie?.

OPDRACHTKAART. Thema: AV-technieken. Fotografie 2. De fotocamera AV Voorkennis: Geen

Alles over concertfotografie

Witbalanscorrectie: Ik vind de foto wat aan de blauwe kant en ga daarom op zoek naar iets dat grijs of wit zou moeten zijn zonder kleurzweem.

Diafragma, hoe werkt het

Licht op locatie. Inleiding:

Licht meten en lichtmeters

Inhoudsopgave. Inleiding

Instellingen. Afbeelding 3.1 Boven op een spiegelreflexcamera. draaiknop waarmee de M-stand kan worden ingesteld.

Digitale fotografie onder water

Wat zijn tussenringen?

Cursus Fotografie Les 2. Nu aan de slag

Fotograferen in een sporthal

Consequent scherpe foto's in 3 stappen

FOTOGRAFIE BASIS. Jelmer de Haas

7 tips voor zwart-wit fotografie

fotografie Aquarium Er E n r ö ö Dob Do ro r n o yi

Photo Hobby Club Werken met de witbalans

Peter Suijker Workshop flitsen, reflectieschermen en witbalans

Extra Thema: Manueel fotograferen De M-stand

SCHERPTEDIEPTE EN EXPOAPERTURE 2

Reader 37. Workshop Fotografie. September 2007 Mediatheek Moller Tilburg

Bronvermelding:

SENSOR op stof en vlekken controleren

Straatfotografie. Op jacht naar alledaagse maar bijzondere taferelen en mensen.

Test Nikon Df januari 2014

BASIS FOTOGRAFIE. Flits fotografie

7 stappen naar een onscherpe achtergrond

Wat is dynamisch bereik?

Creatief met tegenlicht fotograferen

2. Belichting aanpassen Om de overbelichting te verminderen kies ik voor belichting en herstel op 100. Die twee brengen de piek tegen de

Fotografie Basiskennis! 13 september 2005 Door Augustijn Buelens & Jeff Ceuppens

Nachtfotografie. de nacht geeft haar geheimen prijs. G. van Koppen

3 Autofocus modes, wanneer gebruik je ze?

Fotografie Pro 1 FLITSFOTOGRAFIE

Les 5. Histogram + High/Low Key + Flitsen. Basiscursus Digitale Fotografie

Welkom bij Foto van Beloois. Uitgangspunten. Werkwijze lessen van 2 uur. Oefeningen na elke les

Focus Stacking in Photoshop CC

BETER FOTO'S MAKEN tips voor beginnende fotografen

SCHERPSTELLEN DIGITALE FOTOGRAFIE VAN OPNAME TOT AFDRUK HOOFDSTUK 3

Met Darkroom beschikt u over krachtige gereedschappen waarmee u uw foto s kunt verbeteren en in dit hoofdstuk leert u hoe u dat kunt doen.

BETER FOTOGRAFEREN Sluitertijden

Tien tips voor vuurwerk fotograferen

AVOND OF NACHTFOTOGRAFIE

Fototechniek. Vuurwerk foto s Hoe krijg je mooie vuurwerkfoto s van een paar vuurpijlen met Oud en Nieuw.

Auteur: Tom Smit Focusstacking

Transcriptie:

Camera technieken. Updated: 29 december 2009. INHOUDSOPGAVE 1 De camera (autofocus) versnellen...................................................... 2 2 Gebruik de zonnekap................................................................ 5 3 Front of backfocus bijstellen........................................................... 5 4 Hoeveel opnamen heeft je camera gemaakt.............................................. 6 1. Opanda IExif.................................................................. 6 2. 3. Preview Extractor.............................................................. Kuso Exif..................................................................... 6 6 4. PhotoMe..................................................................... 7 5 Lezen van Exif data.................................................................. 8 6 Lichtmeting......................................................................... 9 1. Matrix meting................................................................. 11 2. Centrum meting.............................................................. 11 3. 4. Spot meting................................................................. 11 Grijskaart.................................................................... 11 7 Zelf even de witbalans van je camera instellen........................................... 13 8 Flitsen............................................................................ 17 1. 2. Invulflits..................................................................... 17 Gebruik een aparte flitser in plaats van de ingebouwde flitser......................... 17 3. Diffusor..................................................................... 17 4. 5. Rode ogen.................................................................. 18 Goedkopere flitser merken..................................................... 18 6. Richtgetal................................................................... 19 7. 8. Flits links.................................................................... 19 Grotere monitor.............................................................. 19 9. CLS........................................................................ 19 9 Handige software................................................................... 21 1. Nikon Transfer............................................................... 21 2. Nikon View NX............................................................... 21 Nikon Catalogus http://www.nikoncatalogus.tk/ pagina 1

1 De camera (autofocus) versnellen Bij een aantal fotografische onderwerpen kan het van belang zijn dat je camera en autofocus sneller werken. Even een straaljager op de plaat zetten die laag en snel overvliegt. Een motorcrosser die boven je in de lucht lijkt te hangen. Een roofvogel ie op een show langs je komt vliegen. En zo kom je vast meer situaties tegen waarin je denkt, zou ik dat met mijn reflex camera ook kunnen vastleggen. Het verhaal hieronder is geschreven naar aanleiding van een Nikon Workshop met enkele fotografen van FotoNatura. Met een compactcamera kun je voorbij rennende hond niet eens op de foto krijgen. De ontspanvertraging maakt dat je hooguit het staartje er op krijgt. Je hebt dus een spiegelreflex camera nodig. Er zijn vier zaken die van belang zijn om de autofocus te kunnen versnellen: 1. AF objectieven zijn veelal sneller in autofocus dan manuele objectieven die je met de hand scherp stelt. 2. Een AF-S objectief is weer sneller dan een AF of AF-D objectief. Tenminste als je geen appels met peren gaat vergelijken. Een AF 300 f2,8 IF ED is minder snel dan een AF-S 300 f/2,8 G ED. Ga je echter dit laatste objectief met een AF DX 10,5 f/2,8 G ED vergelijken, dan zou de 10,5, die geen AF-S heeft, toch wel sneller kunnen zijn. Langere objectieven hebben veelal een veel langere slag om van dichtbij naar oneindig te kunnen. AF-S objectieven zijn sneller door de ingebouwde Silent Wave motor en het feit dat ze bijna altijd ook IF zijn. Een AF-S 50mm f/1.4 G heeft bijvoorbeeld geen IF. (Voor IF, zie 4) Een goedkoop AF-S kit objectief voor de D40 of D3000 is lang niet zo snel als een professioneel AF-S objectief. 3. De AF snelheid van je objectieven is afhankelijk van de camera. Een D50 is met een AF, AF-D of AF-S objectief langzamer dan als je deze objectieven op een D3 gebruikt. Eigenlijk bepaalt de (prijs van de) camera ook de AF snelheid van de gebruikte objectieven. Er is ook een andere tendens, nieuwere camera s focussen sneller dan de oudere. De AF VR 80-400 f/4,5-5,6 D ED is op een D80 langzamer dan op een D90. En de D80 en de D90 zijn toch vergelijkbare camera s. Je ziet dat ook met de D200 en de D300, de laatste is aanmerkelijk sneller. 4. Een objectief met IF (Internal Focusing) is sneller dan een objectief zonder IF. Vroeger stelde je scherp door met de scherpstelring te draaien om hierdoor de voorste lenzen groep naar voor of achteren te verplaatsen. Met name bij eenvoudige vast brandpunt tele-objectieven was dat het geval. Meestal stel je nu scherp door het complete optische systeem in een schroefgang te verplaatsen. Met name bij tele objectieven heb je soms een heel eind te draaien en dat duurt lang. Bij een manueel objectief is de scherpstelslag vaak langer dan bij een AF objectief. De IF objectieven zijn er in manueel en autofocus en er wordt scherpgesteld door een groepje lenzen in het midden van het objectief te verschuiven. Dit heeft twee voordelen: deze lenzen zijn meestal kleiner en lichter, waardoor het verschuiven sneller gaat dan bij de grote en zware front lenzen of een hele groep van lenzen. En de afstand waarover de lenzen worden verschoven is korter. Resultaat: sneller. De AF-S 28-70 f/2,8 D ED, de kleinste groep is de IF groep lenzen die wordt bewogen. Van IF objectieven wordt gezegd dat de frontlens niet naar voren of achteren beweegt en verdraait, dat klopt, maar is de helft van het verhaal. De AF versnelling en het minder aanzuigen van stof zijn andere voordelen. Objectieven met IF zijn leverbaar vanaf 1977, de manuele Ai (N) 200mm f/2,0 Nikkor ED IF was de eerste. De tips om de camera-snelheid te verhogen: 1. Gebruik NEF, dat is duidelijk. Zet NEF+JPG in de camera uit, dat vergt rekenkracht. Zet ook compressie uit, normaal heb ik die altijd wel aan staan, maar het vraagt rekenkracht. Bij de actuele camera's zal je het aan de snelheid niet direct merken, maar bij een D100 scheelt het heel veel tijd. Nikon Catalogus http://www.nikoncatalogus.tk/ pagina 2

2. Zet de camera op de meervelden lichtmeting (matrixmeting). Andere metingen zullen met een vogel, vliegtuig of ander onderwerp midden in het beeld (spotmeting) misschien beter zijn, het gaat echter zo snel, dat de belichting er vaak naast zit. 3. Zet de schakelaar voor de Scherpstelstand op Continue. Zelf gebruik ik normaal Single, dat is lekker zuinig. De schakelaar zit op mijn camera aan de voorkant, onder de ontgrendelknop voor het objectief. Met Continue AF activeert de camera automatisch de anticiperende scherpstelling als het onderwerp zich verplaatst terwijl de ontspanknop half wordt ingedrukt. Tijdens de scherpstelling volgt de camera de scherpstelling en probeert te voorspellen waar het onderwerp zich zal bevinden op het moment dat de sluiter wordt ontspannen. 4. Zet het instelwiel op Opnamestand Ch (Continu, hoge snelheid). Bij goedkope camera s gaat deze instelling via het menu. De camera maakt, zolang je de afdrukknop ingedrukt houdt opnamen met een snelheid van 2,5 tot 11 beelden per seconde (afhankelijk van de camera). Deze stand heb je nodig om bewegende onderwerpen te fotograferen. Op mijn camera kan ik dit instellen door het instelwiel te verdraaien, dat links van de zoeker, boven op de camera zit. Heb je geen instelwiel, kijk in de handleiding. Bij de D80 is het in te stellen met een klein knopje in de buurt van de afdrukknop, dat je in moet drukken om de instelling te wijzigen. Met een D40 kun je in het menu opnamestand naar de Continu instelling. 5. De AF-veldstand bepaalt hoe het scherpstel-veld wordt geselecteerd in de autofocusstand. Op mijn camera zit er een knopje voor in het midden van de achterwand. Kies de Dynamische AF stand, want dan kunnen de scherpstelzones in de camera de vliegende vogel volgen. De geselecteerde stand wordt aangegeven door een pictogram op het LCD-venster. Met mijn camera kan ik ook kiezen voor Dynamische AF met prioriteit op het dichtstbijzijnde onderwerp. De camera selecteert dan automatisch het scherpstelgebied met het onderwerp dat zich het dichtst bij de camera bevindt. Daardoor voorkom je onscherpe foto's bij onderwerpen die zich grillig verplaatsen. De vogel vliegt voor verschillende achtergronden maar is altijd dichterbij, gemakkelijker kan het niet. Bij goedkopere camera s is er niet altijd de mogelijkheid om te kiezen voor Dynamische AF. 6. Selecteer zo min mogelijk scherpstelzones. In de Dynamische AF stand kun je met een D200 kiezen uit zeven (breed) in plaats van 11 scherpstelvelden. Het is daardoor voor de camera gemakkelijker om het onderwerp in het scherpstelveld te plaatsen. Het aantal scherpstelzones is afhankelijk van de camera. Met een D50 heb je er 5 tot wel 51 bij de D90, D300 en D3's. Als je minder zones gebruikt kan de camera sneller werken, er hoeft minder gerekend te worden. Bij de D3000, D5000, D90, D300, D700 en D3 heb je ook een mogelijkheid van 3D tracking. Dit werkt met de kleuren van het onderwerp. Als je de ontspanknop half indrukt, worden de kleuren in Opname met een D200 en een AF 180 f2,8 Nikkor. Sluitertijd het gebied rond 1/180, diafragma f7,1. Opname stand CH, AF stand Continue, 7 het scherpstelpunt in de camera scherpstelzones. Dit was de enige opname waarbij het opgeslagen. Als de voetballer, of je onderwerp nog te herkennen is. Maar scherp is wat anders. rennende zoontje het geselecteerde Anderen die mee deden met de workshop hadden een D3 en scherpstelpunt verlaat, gebruikt de een AF-S objectief en bij hen lukten vrijwel alle opnamen. camera de 3D-tracking om je onderwerp te volgen en wordt zo nodig een nieuw scherpstelpunt geselecteerd. Met de 3D tracking wordt dus het geel van het t-shirt door het beeld gevolgd en daar wordt op scherp gesteld. Met de D300, D700 en de D3 gebruik je dan 51 scherpstelvelden. Met de D90, D3000 en de D5000 heb je 3D tracking met 11 scherpstelpunten. De 3D tracking is goed te zien als je de camera op statief hebt staan. En je onderwerp beweegt door het beeld. Je ziet dan de scherpstelpunten oplichten waar je onderwerp zich bevindt. 3D tracking versneld het focuseren wel, maar als het echt snel moet, niet gebruiken. Kies dan voor zo min mogelijk scherpstelpunten. Zal ook een beetje van het onderwerp afhangen of je 3D wel of niet gebruikt. Nikon Catalogus http://www.nikoncatalogus.tk/ pagina 3

7. Met mijn camera had ik ook in het menu Persoonlijke Instelling > a5 > Focus Tracking met Lock-On, kunnen gebruiken. Daardoor voorkom je dat de camera opnieuw gaat scherpstellen als het onderwerp tijdelijk niet zichtbaar is. 8. Kies in > Persoonlijke Instelling A1 de Selectie prioriteit in AF-C stand. Hierbij kun je kiezen of je in de stand Continue AF altijd een foto wilt maken middels de ontspanprioriteit of alleen als de camera scherpgesteld staat (scherpstel prioriteit). Kies voor de ontspanprioriteit. Standaard kan je bij de meeste Nikon camera's geen foto maken als de camera niet heeft kunnen scherpstellen, in de stand AF-S. Je zult zelf moeten uitzoeken hoe een en ander werkt voor je eigen camera. Ook hier is de prijs van de camera weer van belang. Bij een professionele camera zijn de meeste functies met een knopje in te stellen. Bij de D40 en D80 is het meeste middels een menu in te stellen. Bij de D50 kies je voor het sport menu, meer mogelijkheden heb je bijna niet. In de sportstand zal de camera anticiperen op het onderwerp in het centrale scherpstelveld. Als het onderwerp uit het middelste scherpstelveld beweegt, zal de camera doorgaan met scherpstellen op basis van informatie uit andere scherpstelvelden. Als je dit nu alles hebt ingesteld, kun je bijvoorbeeld roofvogels gaan fotograferen, die voorbij vliegen. Vliegtuig spotten, een motorcrosser toch scherp op de foto krijgen. Dan nog kan er veel mis gaan. Andere tips: A. Kies een ISO waarde, zodat je een sluitertijd krijgt van minstens tweemaal de objectieflengte. En als je een DX camera gebruikt, houdt rekening met de DX factor. Met een 50mm objectief hoor je sluitertijd minimaal 1/150 te zijn. Anders heb je misschien het onderwerp wel scherp in beeld, maar wordt dat weer teniet gedaan door de bewegingsonscherpte. B. Zet de WB (Wit Balans) op Automatisch, buiten is dat meestal het gemakkelijkst. C. Sommige camera s hebben ook een AF-ON knop. Een D3 heeft er zelfs 2. Door deze knop te gebruiken kun je droog-oefenen zonder een opname te maken. Volg eens meerdere keren een snel onderwerp door je zoeker en zie wat de AF doet. D. Gebruik een diafragma van zeg 2 stops. Hierdoor zal de achtergrond wazig blijven. In 2005 schreven Nico van Dijk en ondergetekende in het NCN herfst clubblad een artikel over de D50 en de D70s, die we voor een test te leen hadden: Snelheid. We hebben geprobeerd om een vliegende meeuw op het havenhoofd van Scheveningen met een redelijk tele-objectief (180 of 210mm: digitaal dus 270 of 315mm) te fotograferen. Dat bleek moeilijk. Want we hadden beide camera s op de standaard fabrieks-instellingen gezet. Daardoor gebruik je alleen het autofocus scherpstelveld in het midden van het zoekerbeeld. In iets meer dan de helft van het aantal keren dat we op de afdrukknop drukten, maakten de D50 en de D70s geen opname. De camera vertikt het als er geen correcte scherpstelling is. De eerste wijziging die we aanbrachten was de dynamische autofocus. Er wordt dan niet op één, maar op meerdere velden scherp gesteld. De focustracking van bewegende onderwerpen wordt dan ook geactiveerd. Nu weigerde de camera eigenlijk niet meer. Maar omdat een meeuw eigenlijk te snel is voor de focustracking waren meerdere opnamen toch onscherp. We hebben deze zeer zware test ook uitgevoerd met een D100 en een D1, ook die camera s gaven dezelfde tekortkomingen te zien. De meeuwentest uit 2005 is een handige test om te zien hoe snel het normaal kan. Als je meerdere van de hierboven genoemde mogelijkheden instelt op je camera, dan gaat het aanmerkelijk sneller. Gemaakt met de D50 met een 180mm (crop 270mm) f5,6 Nikon Catalogus http://www.nikoncatalogus.tk/ pagina 4

2 Gebruik de zonnekap 3 Front of backfocus bijstellen Dat kun je zelf doen met een van de volgende camera s: D3, D3x, D300, D700 Links: http://www.rawworkflow.com/lensalign/ Nikon Catalogus http://www.nikoncatalogus.tk/ pagina 5

4 Hoeveel opnamen heeft je camera gemaakt De amateur en semi professionele spiegelreflexcamera s van Nikon kunnen zo zonder problemen 100.000 opnamen maken. Of te wel 2.777 filmpjes met 36 opnamen per stuk. Destijds gebruikte ik 10 filmpjes voor een vakantie en zeg 5 filmpjes per maand. Dan zou je dus zo 34 jaar met zo n camera kunnen werken. Met een professionele camera kun je 150.000 opnamen maken. Daarna laat je goedkoop alleen de sluiter vervangen. Als je dat 2 keer hebt gedaan, koop je een andere camera. Het aantal opnamen van een camera is in Capture NX niet te vinden. Hoe weet je nu hoeveel opnamen je camera heeft gemaakt. In België hebben ze het over het aantal clicks. Als je de camera hebt ingesteld op een doortellende naam, dan kun je het aan het nummer in je laatste opname zien. 1. Opanda IExif Een andere manier is wellicht het software gereedschap Opanda IExif downloaden (gratis). Deze ga je installeren. Daarna zoek je in Windows verkenner (Windows toets - E) de laatste foto op die je gemaakt hebt. Daar klik je met de rechtermuisknop. Daar is dan een optie: View Exit with IExif. Klik daarop en je ziet de Exif gegevens van je foto. Bijna onderaan de lijst die je dan te zien krijgt staat: Total Number of Shutter Releases for Camera. In dit geval dus 296. 2. Preview Extractor Je kunt ook een foto bekijken met Preview Extractor. Normaal gebruik je dat om even heel snel een hele groep NEF opnamen om te zetten naar JPG. Maar je kunt ook zien hoeveel opnamen de camera gemaakt heeft. De JPG kwaliteit van Preview Extractor is matig. Alleen geschikt om even met bijvoorbeeld de viewer van de Verkenner je opnamen te kunnen bekijken. http://drchung.new21.net/previewextractor/ Je kunt met Preview Extractor gemakkelijk een hele map NEF omzetten naar JPEG. Dat gaat zeer snel. Deze JPG s zijn alleen te gebruiken voor een keuze bewaren of weggooien. Een 2e functie is de shuttercount. Je laatste NEF inladen en je ziet het aantal clicks. 3. Kuso Exif Je hebt ook een Kuso Exif viewer, klik met de rechtermuisknop op de foto en "open with Kuso Exif Viewer, alle nuttige en minder nuttige info komt te voorschijn. Nikon Catalogus http://www.nikoncatalogus.tk/ pagina 6

4. PhotoMe Een andere mogelijkheid gaat via PhotoMe. Die is (gedeeltelijk) Nederlandstalig en laat ook andere info zien. Je vindt Image Count en Shutter Count in het veld Fabrikant Informatie. PhotoMe geeft aanzienlijk meer informatie dan Opanda IExif. Opanda werkt niet met RAW (NEF) files, daar moet je de pro versie voor hebben. Nikon Catalogus http://www.nikoncatalogus.tk/ pagina 7

5 Lezen van Exif data PhotoME is een uitgebreid pakket om allerlei exif-data te bekijken. http://www.photome.de/ Er zijn ook veel ander paketten zoals Capture NX2, Opanda, etx, maar PhotoMe werkt ook in het Nederlands. Nikon Catalogus http://www.nikoncatalogus.tk/ pagina 8

6 Lichtmeting Doe nu zelf eerst even een test met je camera. Zet de camera op volledig automatisch en maak 3 opnamen. Fotografeer beeldvullend een velletje wit, dan een grijs en als laatste een zwart papier. Als je dan daarvan het resultaat bekijkt dan zul je zien dat je drie ongeveer gelijke foto s als resultaat hebt gekregen. Alle foto s vertonen ongeveer hetzelfde grijs. De verschillen komen door een net niet gelijke beeldhoek, verschil in opname of geen helder wit, 18% grijs of diep zwart van het A4 papier. Je krijgt grijs omdat de lichtmeter van je camera de helderheid van het beeld vertaald naar grijs. Dat doet dus de automatiek in de camera. Ga je nu de sluitertijd en het diafragma noteren van de grijze opname, en gebruik je deze gegevens in de manuele stand voor het witte en het zwarte papier, dan zullen deze papieren er wel wit en zwart op komen. Gelukkig maakt de automatische lichtmeter in de camera niet alles grijs, Als er op een foto meerdere tinten voorkomen dan worden deze ook allemaal vertaald en zie je meerdere grijzen of meerdere kleuren naast elkaar. De camera gaat de mist in als het contrastomvang van het beeld hoger is dan dat de camera aan kan. Met je ogen kun je veel meer verschil in contrast zien dan dat een camera dat kan. Op een foto zul je zelden last hebben van te veel donker in een opname. Het onderwerp is meestal niet donker, als het dat wel het geval is zal de lichtmeter van de camera het onderwerp vanzelf weer lichter maken. Donker op foto en beeldscherm stoort niet. Je hebt wel last van hoge lichten. Of te wel uitgevreten delen van het beeld waar geen doortekening in zichtbaar is. Een uitgevreten lampje bij een binnenhuis opname is acceptabel. Dat veracht je ook. Geen probleem. Maar een uitgevreten lucht bij een landschap is storend. Is een foto te donker, dan is dat gemakkelijk met beeldbewerkingssoftware te herstellen. Kijk eens naar de mogelijkheden van D-ligting in Capture NX. Heeft een foto uitgevreten delen dan is dan eigenlijk nooit meer goed te herstellen. Als er niks is kun je er ook niks mee doen. Het bedekken van de hoge lichten geeft eigenlijk alleen maar ruis en verkeerde kleuren. Bij Photoshop Elements lijkt het of personen te lang onder de hoogtezon hebben gezeten, een lelijk bruin op het gelaat. Nu zijn er 3 manieren om beter te belichten: Vooraf. Je ziet vooraf het maken van een opname dat er wel veel donkere tinten in een onderwerp zitten. Je camera zal in de automatiek ook een relatief langzamere sluitertijd en groter diafragma voorstellen. Wat let je om daar eens 2 stops over te te belichten. In plaats van sluitertijd 1/30 seconde neem je 1/125 seconde. Die correctie stel je in met het meest kleine knopje van je camera, als je al een wat duurdere camera hebt. Bij de goedkoopste camera s is het knopje in het menu opgenomen. Druk op het knopje en draai aan het duimwiel, in de zoeker zie je de waarde van de lichtmeting-correctie die je instelt. Maak je nu een opname op het zon overgoten strand, corrigeer dan de lichtwaarde met minstens 2 en ga dus fors onderbelichten. Een sluitertijd van 1/4000 gaat dan omlaag naar 1/1000 seconde. Toch nog snel genoeg. Wil je dit beter doen, gebruik dan de bracketing mogelijkheid op je camera. Achteraf 1. Gebruik de knipper mogelijkheid van de monitor op de camera om je te waarschuwen voor uitgevreten hoge lichten. Bij de meeste camera s krijg je de hoge lichten te zien als je meerdere keren op onder of bovenkant van het instelwiel naast de monitor druk. Heb je een opname met te veel aan hoge lichten, dan zullen de hoge lichten gaan knipperen van wit naar zwart. Zijn er meerdere delen in een opname die knipperen, gebruik dan de lichtmetercorrectie van de camera, en maak de opname overnieuw totdat het wel goed is. Daarna zul je de donkere tinten in de opname misschien iets moeten oplichten. Achteraf 2. Knipperende hoge lichten is een waarschuwing voor delen uitgevreten licht. Dat wil niet zeggen dat de foto zelf overbelicht is. Dat is te controleren met het histogram. Een histogram is de grafische weergave van de frequentieverdeling van de licht-en kleur details uit een foto. Voor een goed belichte foto hoort het histogram een lichte piek in het midden te hebben. Als de meeste info aan de linker kant zit zal de foto te donker zijn, alhoewel RGB histogram uit Capture, lekker donker een foto met veel donkere tinten ook links hoort te zitten. met doortekende lichten. Als de meeste info aan de rechterkant zit zal de foto te licht zijn, tenzij er veel wit of lichte tinten op de foto staan. Een prima (Engelse) uitleg over het histogram staat hier: http://www.luminous-landscape.com/tutorials/understanding-series/understanding-histograms.shtml Een histogram praktijkvoorbeeld. De oranje opname hieronder is gemaakt met een groen en een roodfilter samen op een groothoeklens. Gemaakt in 2008 tijdens een forumwandeling in het prachtige Nikon Catalogus http://www.nikoncatalogus.tk/ pagina 9

s Hertogenbosch. Omdat ik alle medewandelaars er niet op wilde hebben, had ik van te voren geoefend om een sluitertijd van 30 seconden te kunnen halen. De schuifelende mede-fotografen zijn hooguit als een vlekje te zien en zelfs een rondvaartboot is nu een witte vlek op het water. Het histogram laat veel rood en groen zien. Logisch met een rood en groenfilter samen op het objectief. Tijdens de opname zag ik op het histogram op de camera, dat de belichting wel goed zat. Het histogram is veel te smal en aan de lichte kant. De foto hierboven omgezet naar zwart-wit met Capture NX. Met Capture NX contrast omhoog en licht omlaag. Het histogram is behoorlijk breder geworden. Het eindresultaat is eigenlijk niet om aan te zien. Met fotobewerkingsoftware is het nog wel op te krikken, maar 2 filters (niet van Nikon) samen op een zoom-objectief, is vragen om problemen. Het grootste probleem is dat door de aberratie alles onscherp is. Met een stevig grijsfilter dat rond de 15 stops onderbelichting geeft ben je er eigenlijk, maar zoiets bestaat niet. Nikon Catalogus http://www.nikoncatalogus.tk/ pagina 10

Omdat met name de hoge lichten een doortekeningprobleem hebben is er nog een andere truc om dat op te lossen. Zet de camera op spotmeting en richt dan het middengedeelte op een stuk van de opname waar veel hoge lichten zitten. Sla de dan gevonden meting van sluitertijd en diafragma op middels de AE-L functie en maak daarna de werkelijke opname. Mijn camera heeft een knop voor zone- midden of matrix-meting, en ook een knop voor de AE-L functie. Heeft je camera dat niet, zoek het dan even op in het menu. Gelukkig ben ik nog geen Nikon camera zonder AE-L knopje tegen gekomen. Om de AE-L knop te gebruiken, meet je op het onderwerp, daarna druk je op de AE-L knop om belichting en focus vast te houden, compositie veranderen en klik. Zolang belichtingsvergrendeling actief is, wordt de aanduiding AE-L in de zoeker weergegeven. (Is dit bij alle Nikon camera s??) Soorten lichtmeting. Alle Nikon camera s hebben sinds 1982 meestal 3 soorten lichtmeting: Je kunt kiezen uit spot-, zone- en matrix-meting. Alleen al om al die mogelijkheden koop je een Nikon. Maar of al die mogelijkheden ook gebruikt worden, is de vraag. Weet je niks van lichtmeting, gebruik dan de matrixmeting. 1. Matrix meting De allereerste matrixmeting zat in de FA camera uit 1984. Het licht werd gemeten op 5 verschillende velden en het gewogen gemiddelde ervan bepaalde de meting. Daarbij werd er rekening gehouden dat lucht meestal boven aan een foto zit en dat het onderwerp rond het midden wordt geplaatst. Veelal worden zelfs tegenlicht opnamen perfect gemeten. In 1996 kwam Nikon met de 1005 velden meting in de 3 RGB kleuren. En die is nu nog te vinden in de D200, D300, D700, D2, D3. De 1005 velden zijn wel verder geëvalueerd middels de 3D meting. Bij de D90 zie je een goedkopere 420-pixel RGB sensor. Daardoor heb je wel weer 3D meting. De matrix meting is een betere automatische meting, weinig fouten, en breed inzetbaar. Maar het blijft een automaat die alles 18% grijs wil maken. Je weet als gebruiker niet precies welke correcties er worden toegepast. Het blijft dus zaak om het histogram te raadplegen. 2. Centrum meting Deze licht meting houdt voor 60 tot 75% rekening met het licht dat in het midden van het beeld gemeten wordt. Bij de meeste camera s wordt dat midden begrenst door een ruime cirkel die in de zoeker te zien is. Bij een D90 is (voorbeeld) deze cirkel te variëren naar 6, 8 of 10 millimeter. De centrum meting is uitstekend te gebruiken bij snel reportage werk. Het onderwerp staat bij een reportage veelal in het midden, en dan meet je dan ook dat licht. 3. Spot meting De spotmeting heeft Nikon ingebouwd sinds de F-4 uit 1988. Dat was toen een dure camera, maar een goede aparte spotmeter kostte ook zo 1000 gulden. Bij spotmeting meet de camera op de binnenste kleine cirkel van het matglas met een diameter van ongeveer 4 mm (je meet dan slechts op een punt van 1,5 (duur) tot 2,5% (goedkoper) van het het beeld. Deze cirkel bevindt zich in het midden van het matglas, maar kan soms ook gekoppeld worden aan het AF scherpstelpunt, zodat ook onderwerpen kunnen worden gemeten die zich niet in het midden van het beeld bevinden. Je gebruikt spotmeting om het onderwerp goed te belichten, ook als de achtergrond veel lichter of donkerder is. Bij theater fotografie is dat bijna altijd het geval. 4. Grijskaart De 1005 sensors voor RGB meting uit de D3, D300 etc http://www.imaging-resource.com/prods/d3/zrgbsensor.jpg Nikon Catalogus http://www.nikoncatalogus.tk/ pagina 11

Een grijskaart weerkaatst 18% van het licht en is kleurneutraal. Een lichtmeter in de camera is hier op afgesteld. Maak eens een beeldvullende opname van een wit velletje A4. Het resultaat zal grijs zijn. Doe hetzelfde eens met een geheel zwart velletje en je krijgt hetzelfde grijze resultaat. Je gebruikt tegenwoordig een grijskaart met name om kleuwzwemen te verwijderen. Je maakt twee opnamen: één met ergens een grijskaart in het beeld en één zonder die grijskaart. Met Capture NX2 haal je in de foto met de grijskaart de kleurzweem er uit. En die instelling kopieer je naar de opname zonder de grijskaart. Heb je een hele serie op een locatie met steeds hetzelfde licht, dan kun je de instellingen ook naar de hele groep opnamen kopiëren. Ben je in een keer klaar. Je kunt een grijs kaart ook gebruiken in moeilijk licht omstandigheden. Zet de grijskaart in het beeld bij je onderwerp. Meet met de spotmeting de sluitertijd en diafragma van de grijskaart. Zet de gevonden waarden manueel om naar de camera. Zo'n grijskaart is geschikt om te meten wanneer je onderwerp veel lichte tinten of juist veel donkere tinten heeft. Je kunt het zelf sneller doen door bij veel lichte tinten eens 2 stops over te belichten. Bij lichte tinten zal de sluitersnelheid hoog zijn, zet die gerust lager. En bij veel donkere tinten zal de lichtmeter een langzame sluitersnelheid voor stellen. Zet die gerust 2 stops sneller. Een belichtingscorrectie kun je maken door aan het instelwiel te draaien en tegelijk de +/- knop in te drukken. Nikon Catalogus http://www.nikoncatalogus.tk/ pagina 12

7 Zelf even de witbalans van je camera instellen Bij zonlicht buiten, kunstlicht binnen, flitslicht, in de regen buiten en dergelijke situaties zal de automatische witbalans van de camera moeite hebben om de verschillende hoeveelheden groen, rood en blauw licht, te corrigeren naar normaal wit. Normaal wit noemen we 5600 graden Kelvin, of te wel standaard daglicht. Kaarslicht is zeer geel van aard en heeft meestal 1200 graden Kelvin. Met een gewone gloeilamp zit je rond de 2800 graden Kelvin. Het licht van flitsers varieert tussen de 5000 en 7000 graden Kelvin. En bij zware bewolking zit je zo tussen 7000 en 10000 graden Kelvin. En dat ziet er dan ook behoorlijk blauw uit. De witbalans kan door de camera automatisch ingesteld worden, maar zelfs als je in Raw werkt is het handiger om zelf met de camera de witbalans even in te stellen. Las je de witbalans van de camera instelt op flits, zonlicht of bewolkt heb je al een veel betere witbalans dan als je altijd de automaat zou gebruiken. De automaat werkt het beste buiten overdag bij half bewolkt weer. Maar het kan beter: De witbalans instellen. In 2008 waren er meerdere momenten op de NCN clubdagen, dat ik met m n neus op de feiten van een correcte witbalans werd gedrukt. Op de cursus Colormanagement die Onno Feringa gaf op 15 november 2008 vertelde hij: We kunnen niet kijken met onze ogen, we kunnen er slechts mee zien. Zien is helaas een interpretatie van wat we met de ogen waarnemen door middel van onze hersenen. Dat wat we waarnemen wordt verwerkt door onze hersenen, en op die manier herkennen we vormen en kleuren. Als we dan de bestaande kleuren zo goed als mogelijk willen weergeven, dan kunnen we dus helaas niet op onze ogen vertrouwen. Ook in de cursus Capture NX2 van Gerrit de Pater op 25 oktober en 22 november 2008 komt de kleur weergave aan bod. Gerrit begint bij het begin en legt wat uit over de kleur, welke kleuren zijn er en wat ziet de camera er van. Daarna een kleine opsomming van de door hem gebruikte camera instellingen. Allemaal in te stellen met het menu van je camera: zet de witbalans van de camera op automatisch. Nadat de foto s zijn gemaakt kun je dan met Capture NX2 altijd de witbalans weer aanpassen. En dat doe je dan met de monitor van je computer voor je, met je eigen ogen. Dezelfde ogen dus die volgens Onno niet echt betrouwbaar zijn. Gerrit liet in z n cursus ook zien hoe hij het zelf doet. Hij fotografeert een opvouwbare grijskaart mee in de opname. Gebruikt dat stukje grijs in Capture NX2 om de witbalans mee af te stemmen en verwerkt met de dan gemeten witbalans alle opnamen die op dezelfde locatie en met hetzelfde licht zijn gemaakt. Gerrit vertrouw z n ogen dus ook niet. Zelf heb ik op 22 juni 2008 meegeholpen met de workshop Portretfotografie van Marco Boots in Utrecht. Toen heb ik ook wat verteld over de manier die ik zelf gebruik om de witbalans in te stellen. Vrijwel alle Nikon camera's staan standaard op de automatische witbalans ingesteld. Dat voldoet voor snel en wisselend werk, maar als je op één locatie blijft, doe het dan beter door de WB zelf even in te stellen. Zelfs als je met NEF werkt, is een gemeten WB beter en gemakkelijker dan achteraf in NEF de witbalans te veranderen. Een foute witbalans kan zelfs in NEF enige ruis veroorzaken. De automatische witbalans gaat de fout in als in het onderwerp één kleur veel aanwezig is. Ook is het handiger om bij flits of om bij een donkere bui de witbalans hier handmatig op te zetten. Als je in RAW werkt kun je wat gemakkelijker met de witbalans omgaan, omdat deze achteraf weer te veranderen is. Maar er zijn grenzen. Het is veel gemakkelijker om vooraf de witbalans in te stellen, dan om deze achteraf te corrigeren. Nikon Catalogus http://www.nikoncatalogus.tk/ pagina 13

Er zijn meerdere methoden om de witbalans in te stellen: Het beste gaat het met een grijskaart (18% grijs). Het gaat prima met een wit A4 papier. Een A4tje zal nooit exact wit zijn, maar dat kleine verschil vindt je later niet meer terug. En het gaat iets minder met een Expodisc, want de Expodisc is er in twee kleuren: normaal en warm. Welke is nu wit. En je moet een maat hebben die precies op je objectief past. Dat betekend veelal dat je er meerdere nodig hebt. http://www.expoimaging.net Dan is er ook nog de CBL-lens. Ook hiermee krijg je vrijwel altijd een beter resultaat dan als je de camera op de auto-witbalans laat staan. http://www.cbllens.nl Zelf vind ik dit ding heftig aan de prijs. Als je een witbalans meting doet, kun je deze steeds gebruiken totdat de situatie veranderd. Werk je binnen met bewolkt weer, dan wordt het licht anders als de zon even door de wolken komt. Doe je s morgens een meting dan kun je die s middags niet meer gebruiken. Je maakt een opname van dat witte A4tje middels de mogelijkheden van de WB knop op je camera. Soms is die knop er niet, dan zit de WB knop ergens in een menu. Pak zelf de gebruiksaanwijzing van je camera er bij en kijk aldaar. D40 via opname menu, pagina 70 en 71; D60 via opname menu, pagina105 en 106; D80 via WB knop, pagina 58; D90 via WB knop, pagina 100; D200 via WB knop, pagina 39 en 40; D300 via WB knop, pagina 136; D700 via WB knop, pagina 148; D3 via WB knop, pagina 154 en 155. Meestal is de werkwijze hetzelfde. Je houdt de knop WB ingedrukt en je draait aan het duimwiel totdat PRE in het LCD-venster verschijnt. (Met een menu gebruik je de multi-selector op de achterwand) Als je de nieuwe waarde voor witbalans preset direct wilt gebruiken, selecteer je preset d-0 door de knop WB ingedrukt te houden en te draaien aan het wijsvingerwiel tot d-0 verschijnt. Laat daarna de knop WB even los en je drukt vervolgens op de knop totdat het PRE pictogram begint te knipperen. Een knipperend PrE zal ook in het LCD-venster en de zoeker verschijnen. Richt de camera zo dat het referentievoorwerp de zoeker vult en druk de ontspanknop helemaal in. De camera zal een witbalanswaarde meten en deze waarde gebruiken wanneer witbalans preset wordt geselecteerd. Er wordt geen foto opgenomen; ook wanneer de camera niet scherpgesteld staat, kan de witbalans nauwkeurig worden gemeten. Als de camera in staat is een witbalanswaarde te meten, zal GooD in het LCD-venster knipperen en zal in de zoeker circa 3 seconden een knipperende Gd te zien zijn voordat de camera terugkeert naar de opnamestand. Als de verlichting te donker of te fel is, is de camera mogelijk niet in staat de witbalans te meten. Een knipperende nogd verschijnt circa vier seconden in het LCD-venster en de zoeker. De nieuwe waarde voor witbalans wordt opgeslagen in preset d-0, waarbij de vorige waarde voor deze preset automatisch wordt vervangen (er zal geen bevestigingsscherm verschijnen). Wil je daarna weer terug, zet middels de WB knop je witbalans weer op A oid. Ook als je in NEF werkt, is het toch aan te bevelen de WB in te stellen. Zit je er in de praktijk ver naast, krijg je toch ruis in NEF, als je het hersteld. De WB préset meting kan doordat er geen kleur in het witte papier zit een perfecte witbalans meting uitvoeren en opslaan in het geheugen van de camera. De gemeten waarde kan worden opgeslagen (hoe duurder de camera, des te meer verschillende waarden kunnen worden opgeslagen), of wordt gewoon onthouden zolang de camera aan blijft staan. Blijf je op één plek, met één soort licht, dan is één meting voldoende. Een aangepaste witbalans is een handig hulpmiddel dat ervoor zorgt dat je bij de nabewerking minder tijd kwijt bent om kleurzwemen te corrigeren. Als je regelmatig fotografeert bij dezelfde lichtomstandigheden, kun je bij de iets duurdere camera s verschillende witbalans instellingen opslaan als preset om testtijd te besparen, bijvoorbeeld bij studiofotografie. Zelf doe ik dat niet, want dan moet ik weer onthouden wat ik waar heb opgeslagen. Zelf even het WB knopje gebruiken is zo eenvoudig, dat ik gewoon per keer een nieuwe meting maak. Nikon Catalogus http://www.nikoncatalogus.tk/ pagina 14

Als je deze WB functie bij een Coolpix-camera wilt gebruiken, wordt aanbevolen een wit in plaats van een neutraal grijs voorwerp te gebruiken. Plaats het witte voorwerp dicht bij het onderwerp, zodat dit wordt verlicht door dezelfde lichtbron. Wanneer je de witbalansoptie Preset selecteert, zoomt de camera in. Neem het witte voorwerp zo in beeld dat dit het vierkant in het midden van het venster vult. Selecteer 'Meten' om de vooringestelde witbalans te berekenen. Als de vooringestelde witbalans wordt geselecteerd, worden de belichting en alle instellingen door de camera bepaald. De oorspronkelijke zoompositie van de camera wordt hersteld. De praktijk. Op 22 november 2008 zou ik aanwezig zijn bij de Capture les van Gerrit de Pater. Had al bedacht dat het aanwezig licht zo rond 08.15 voldoende zou zijn om eens foto s te kunnen maken van de molens bij Kinderdijk. Daar was ik nog nooit geweest en kon me al die molens in het echt niet voorstellen. Die dag lag er voor het eerst in dat jaar op mijn woonplek al een behoorlijke laag sneeuw. En in Kinderdijk moest dat allemaal nog komen. Ik had dus een half bewolkte lucht voor me en achter me dat donkere grijs van de naderende sneeuw buien. Net een kleurtemperatuur waarbij ook de A in de mist gaat. De witbalans van de camera staat standaard ingesteld op Automatisch. De foto die hierboven staat is ontzettend blauw, dat houdt je bijna voor onmogelijk. Nikon Catalogus http://www.nikoncatalogus.tk/ pagina 15

Dezelfde opname, maar nu met een gemeten WB waarde. De foto die hierboven staat is eigenlijk wat te gelig. Dat zag ik al bij de opname. En wist ook meteen waarom de foto eigenlijk iets te gelig is. Voor de Capture workshop had ik een aantekeningen blok bij me van de firma Zeiss, ooit een keer van hun gekregen. Handig om op te schrijven met heel licht blauwe lijntjes, waardoor het schrijven wat gemakkelijker gaat. En om dat iets blauw te corrigeren maakt m n Nikon daar weer zacht geel van. Een andere opname met de gemeten WB waarde. Nikon Catalogus http://www.nikoncatalogus.tk/ pagina 16

8 Flitsen Met een standaard flits krijg je ook een standaard resultaat. Het onderwerp is fel verlicht, heeft een hoog contrast en de achtergrond is pikkedonker. Met een Nikon camera en Nikon flitser kan dat veel beter. Probeer eens wat uit. Voor alle volgende trucs: de camera op P en de flitser op DDL. 1. Invulflits Gebruik de flitser alleen als invullicht, naast bestaand licht. Je kunt de meeste camera s met een druk op het flitsknopje aan de voorkant van de camera en het duimwiel op slow of rear zetten. De camera gaat in die stand gewoon flitsen maar zal ook rekening houden met aanwezige licht zoals kaarsen, lamp en of bestaand licht. De camera meet het bestaande licht en zal met de voorgestelde sluitertijd en diafragma ook de flits aan het werk zetten. De flitser weet middels de D functie op welke zone er scherp gesteld is. De camera neemt aan dat in die zone ook het onderwerp is. De camera zal tegen de flitser zeggen dat de flitser met 1/3 van de normale flits opbrengst het onderwerp moet belichten. Het resultaat is dan dat je een foto krijgt met doortekening in de achtergrond. De sfeer, middels kaarsen of lampen is ook behouden gebleven. Het onderwerp wordt echter netjes uitgelicht. En niet met een te hoog contrast omdat er slechts een beperkt deel van het flitslicht wordt gebruikt. Let even op, je kunt in de zoeker zien welke sluitertijd er gebruikt wordt. Sluitertijden vanaf 1/15 seconde zou je uit de hand kunnen maken (uitgaande van een 50mm objectief, bij meer tele, heb je een snellere tijd nodig). De langzamer sluitertijd zal waarschijnlijk wel enige bewegingsonscherpte laten zien, maar de flitser maakt door de korte tijd van het flitslicht wel het onderwerp scherp. Wil je geen beweging of is de sluitertijd langzamer dan 1/60 seconde, gebruik dan een statief. Zelf heb ik altijd een klein tafelstatie bij me. Opgevouwen neemt het geen ruimte in. In de woonkamer zet ik de camera ook wel eens op een tafel of stoel(leuning) of duw de camera met de achterwand tegen een muur of deur. Dan staat de boel ook stil. Ook als je buiten aan het werk bent, gebruik slow of rear. Veelal kun je de camera instellen op een 1/250 seconde voor gewone flitssynchronisatie. Ook dan werkt de invulflits en het resultaat zal zijn: betere kleuren, minder schaduw en een betere uitlichting van het onderwerp. De invulflits is voor mij de oplossing van 2 uitgangspunten: a: flits nooit binnen als het donker is en b: flits altijd buiten in de zon. 2. Gebruik een aparte flitser in plaats van de ingebouwde flitser Op de meeste spiegelreflexcamera s en uitgebreide compactcamera s kunt je een grote externe flitser schuiven. Een extra flitser heeft altijd een aanzienlijk hoger richtgetal. Een ingebouwde flitser heeft meestal een richtgetal van rond de 12. En dat is te weinig voor een goed gebruik. Met de grote flitser kan makkelijk indirect via een witte muur of plafond veel minder contrastrijke en dus vaak sfeervollere foto s worden gemaakt. Bij een portret zet ik de flitser veelal op een groot diascherm. Op een rommelmarkt kun je dingen voor een habbekrats aanschaffen en ze zijn witter dan een muur of een plafond. 3. Diffusor Flitslicht heeft één groot nadeel, het is punt-licht. Dat wil zeggen dat het licht, net als de zon uit een punt komt en daardoor krijg je een harde schaduwrand. Wil je minder of geen schaduw dan moet je de flitser een groter oppervlak laten belichten en dat licht gebruiken voor je onderwerp. De al eerder genoemde mogelijkheden van een muur, plafond of diascherm zijn al voorbeelden van een indirecte diffusor. Een directe diffusor gaat tussen de flits en het onderwerp. Je kunt de losse flitser en zelfs de ingebouwde flitser combineren met een diffusor. Hierdoor krijg je zachter licht met minder scherpe Doe het zelf diffusor voor de opklapflitser. (bron: http://www.studiolighting.net/wp-content/images/diffuser2.jpg) Nikon Catalogus http://www.nikoncatalogus.tk/ pagina 17

schaduwranden. Het verlies aan licht door de diffusor wordt weer gecompenseerd door het hogere richtgetal van een aparte flitser. Nu zal niet iedereen weten wat een diffusor is. Ga naar google, typ flash diffusor en klik op afbeeldingen. Een plaatje zegt meer dan heel veel tekst. En door de plaatjes krijg je zelf vast andere ideeën. Mijn simpelste diffusor bestaat uit het witte kapje dat een slagroombus afdekt. Met een elastiekje houdt ik het op de plek. Helemaal in de mode is de Lightsphere van Gary Fong. Lijkt handig bij portretten. De LS neem de schaduw iets weg, maar niet zoals Gary beloofd. Bedenk: hoe groter de diffusor, des te beter het werkt. Ik zie al grote wasmiddelflessen boven op de pop-up flitser. Met een WB meting is het kleur verschil tussen echt wit het wasmiddel-wit makkelijk weg te werken. 4. Rode ogen Een flitser kan bij personen rode ogen veroorzaken. Dit zie je met name als de (ingebouwde) flitser vlak bij het objectief is. De simpelste oplossing is dus de flitser wat verder van de camera te zetten. Of laat een te portretteren persoon niet in de camera kijken. Met een compactcamera heb je bij Nikon veelal al een menu om de rode ogen te verwijderen en de nieuwste compact doen dit al helemaal automatisch. Veel camera s hebben een zogenaamde anti-rode ogen instelling waarbij de flitser enkele voorflitsjes geeft en waardoor de pupillen van de geportretteerde kleiner zullen worden. Het gevolg is minder of soms zelfs geen rode ogen. De voorflitsjes zijn wel storend en ze voorkomen de rode ogen niet helemaal. Ik zal het nooit gebruiken. Met fotobewerkingssofware op de computer kun je altijd de rode ogen netjes verwijderen. 5. Goedkopere flitser merken Bijvoorbeeld een Tumax DPT 386 voor Nikon lijkt al heel wat, maar is ondanks wat men voorspiegelt niet hetzelfde als een SB-600. Dezelfde flitser wordt onder verschillende andere namen verkocht door Cullmann, Sakar en vast nog wel meer. Het i-ddl flitsen werkt wel maar je hebt geen CLS. Manueel alleen in 1/1 of 1/16 instelbaar. Het richtgetal van de Tumax is gebaseerd op een brandpuntsafstand van 85mm, niet erg netjes, overdrijven is dan geen kunst. Andere alternatieven: Metz Mecablitz 44 AF 4i Metz Mecablitz 36 AF 3 Metz Mecablitz 54 MZ 4i Sigma EF-500 DG Super Sigma EF-500 DG ST Sunpak PZ 40x Om kort te zijn, ga voor een Nikon. Sinds de SB-24 van Nikon loopt Nikon vooraan in de flitstechniek. Heb je een oudere camera dan de F-801, ga voor Metz. Zelf heb ik de indruk dat de Nikon flitsers goedkoop zijn, gezien de mogelijkheden die ze hebben. Andere merken flitsers hebben het voordeel dat ze soms goedkoper zijn dan de Nikon's. Maar vraag of dat ding 100% compatible is met de CLS en i-ddl functies van je camera. Test het zelf: - kan de flitser mee zoomen met het objectief. (kijk eens op een fotografica beurs naar hoeveel mensen op zoek gaan naar een leuke flitser bij hun camera en die dan de camera en objectief niet bij zich hebben) - kan de flitser werken met de synchronisaties op de 2de gordijn, langzame en high-speed synchronisatie. - kan de flitser werken met de SU-800. - kan de flitser ander iddl compatible flitsers aansturen. - heeft de andere flitser het zelfde richtgetal. Richtgetal is het diafragma op 1 meter met een 100 ASA instelling. Veel merken gebruiken hier andere waarden en komen dan op een ander richtgetal uit. Nikon werkt zelf ook wel eens met 200 ASA. En dan wordt het richtgetal hoger. - heeft de andere flitser de zelfde beeldhoek. De SB-600 haalt 24-85 mm; en 14 mm met het schijfje. De SB-800 doet hetzelfde maar zoomt mee tot 105 mm. Nikon heeft het wereld record flits belichtings meting. Alle testers zijn het er over eens dat de lichtmeting van de flitser, samen met de camera uitstekend is. Dat doet niemand ze na. Vandaar dat ik zeg dat Nikon veel kwaliteit geeft voor weinig geld. Nikon Catalogus http://www.nikoncatalogus.tk/ pagina 18

Het kan zijn dat je nu al die mogelijkheden van de nieuwe flitser nog niet nodig hebt, maar... 6. Richtgetal Richtgetal is het diafragma dat je nodig hebt als je een flitser een onderwerp op een afstand van 1 meter laat belichten. Bij 100 ASA-ISO, 20 Celsius, 50 millimeter objectief op 24x36mm formaat. In Wiki staat : http://nl.wikipedia.org/wiki/richtgetal Veel fabrikanten geven hogere waarden op, bij 200 ASA/ISO, omdat de camera niet lager kan, of bij een 85mm objectief op een kleinere beeldsensor. Dat levert wel een hoger getal, maar geen krachtigere flitser op. 7. Flits links Veel te zien en te leren is er op Stroboïst: http://strobist.blogspot.com/ En kijk eens naar: http://www.dtowntv.com/category/episodes/ bij episode 4 en 5. http://www.nikonusa.com/assets/common-assets/pdf/fasttrack_to_wirelessspeedlights.pdf Guide to Nikon TTL Flashes door Shun Cheung: http://photo.net/equipment/nikon/guide-to-ttl-flashes/ Video stukjes uit Nikon s Creative Lighting System DVD: http://press.nikonusa.com/2008/10/sample_video_excerpts_from_nik.php Mark Dickson: Nikon CLS video: http://dicksonphotography.co.uk/dickson_photography_beta/wirelesscls.html Russell MacDonald: http://nikonclspracticalguide.blogspot.com/2008/01/nikon-flash-two-separate-metering.html In het Nederlands: http://www.photofacts.nl/fotografie/rubriek/strobist/nikon_cls_nikon_ttl_flits_meet_system.asp Alle andere links: http://www.nikonlinks.com/equipment_flash.htm 8. Grotere monitor Soms is het handig om een grotere monitor te gebruiken dan de monitor die op je camera zit. Met een grotere monitor wordt het beoordelen van een compositie makkelijker. En al die andere dingen waar je thuis gekomen je PC monitor voor gebruikt. Bij het maken van zelfportretten lijk het met helemaal handig. Ook als ik portret foto s maak. Laat ik de persoon meekijken op de monitor. Dat geeft een directe feedback over de bedoeling van een opname. Op de NCN bijeenkomsten sluiten we wel eens een Nikon camera direct aan op een beamer, zodat we in de zaal direct het resultaat van een opname kunnen zien. In plaats van een beamer zou je ook een TV kunnen gebruiken. Geen idee hoe het werkt, kijk er alleen maar naar. Weet zo niet of dit ook werkt met de Live View mogelijkheid die enkele Nikon camera's hebben. De D40 heeft het niet. Zelf gebruik ik veelal een Coolpix en in plaats van de monitor op de camera, gebruik ik dan een TV. Dan heb je live beeld. Dat zal denk ik wel lukken met alle compact camera's, want de aansluiting naar een TV is niet bijzonder. 9. CLS De CLS flitsers zijn: SB400, SB600, SB800, SB900 en de SB-R200. (Alleen op een CLS camera) De SB400 kan niet draadloos werken. De SB600 kan zelf niet andere flitsers aansturen (geen commander). De SB800 en SB900 kunnen ook als commander op de camera draadloos andere flitsers aansturen. CLS camera s zijn D3X, D3, D700, D2XS, D2X, D2HS, D2H, D300, D200, D90, D80, D70S, D70, D5000, D50, D60, D40X, D40 digitale camera s en de F6 35mm film camera. (Alleen met een CLS flitser) Draadloos flitsen. De volgende camera's kunnen met de ingebouwde flitser een SB-600 / 800 of 900 draadloos aansturen middels de i-ddl techniek. Nikon Catalogus http://www.nikoncatalogus.tk/ pagina 19

D700 Custom Setting: e3 D300 Custom Setting: e3 D200 Custom Setting: e3 D90 Custom Setting: e2 D80 Custom Setting: 22 Heb je een D3X, D3, D700, D2XS, D2X, D2HS, D2H, D300, D200, D90, D80, D70S, D70, D50, D60, D40X, D40 of de F6, dan kan dat ook middels de SU-800. Nikon Catalogus http://www.nikoncatalogus.tk/ pagina 20