Klachtenregeling Ongewenst gedrag medewerkers VluchtelingenWerk Noord-Nederland Stichting VluchtenlingenWerk Noord-Nederland Deze versie treedt in werking op 1 juli 2009
2
klachtenregeling ongewenst gedrag medewerkers VluchtelingenWerk Noord-Nederland inhoudsopgave pag. 4 klachtenregeling pag. 4 1. doelstelling pag. 5 2. begripsbepaling pag. 6 3. vertrouwenspersoon pag. 6 4. klachtencommissie pag. 7 5. benoeming vertrouwenspersoon pag. 8 6. benoeming van de klachtencommissie pag. 8 7. geheimhouding en registratie pag. 9 8. inwerktreding pag. 10 bijlage 1 regeling gewenst gedrag VluchtelingenWerk Noord-Nederland pag. 12 bijlage 2 klachtenregeling ongewenst gedrag medewerkers VluchtelingenWerk Noord-Nederland 3
klachtenregeling Uit algemeen onderzoek blijkt dat één op de drie werkende vrouwen last heeft of heeft gehad van vormen van (seksuele) intimidatie. Dit is niet de enige vorm van ongewenst gedrag, werknemers zijn slachtoffer van verbaal of fysiek geweld. Verder blijkt dat ongewenst gedrag vaak verborgen blijft, omdat slachtoffers meestal zwijgen. Een goede klachtenregeling kan hierbij drempelverlagend werken, omdat dit duidelijkheid en inzicht geeft over de gang van zaken en bij wie je terecht kan op zoek naar een oplossing. 1. doelstelling Deze interne klachtenregeling heeft als doel een individuele werknemer een middel te verschaffen een voor hem/haar ongewenste situatie ten aanzien van ongewenst gedrag te beëindigen. Door het bewerkstelligen van een oplossing voor een klacht van een individuele werknemer over/in de werksituatie, middels een zorgvuldige behandeling van de klacht. Tevens wordt met deze klachtenregeling beoogd willekeur en/ of een onzorgvuldige behandeling op dit terrein binnen de onderneming te voorkomen. 4
2. begripsbepaling werknermer: alle personen (m/v) die bij VluchtelingenWerk Noord-Nederland een dienstbetrekking hebben voor bepaalde of onbepaalde tijd. Zowel vrijwilligers, uitzendkrachten, gedetacheerde werknemers en stagiaires van VluchtelingenWerk Noord-Nederland kunnen een beroep doen op de klachtenregeling. werkgever: VluchtelingenWerk Noord-Nederland. bestuur: Bestuur van VluchtelingenWerk Noord-Nederland. klacht: een klacht heeft betrekking op een situatie die als ongewenst gedrag wordt beschouwd en die voor een individuele werknemer een probleem vormt in de werksituatie. In de klachtenregeling is sprake van een klacht indien de betreffende situatie als zodanig ingediend wordt bij de vertrouwenspersoon of de klachtencommissie. Ongewenst gedrag hoeft niet altijd direct betrekking te hebben op de persoon die een klacht indient, het getuige zijn van ongewenst gedrag tegen anderen gericht wordt hier ook onder verstaan. vertrouwenspersoon: een persoon tot wie de melder van ongewenst gedrag zich kan wenden voor advies en ondersteuning. Aanstelling van een vertrouwenspersoon is tevens bedoeld om de klachten- regeling laagdrempelig te houden. Dit houdt in dat men altijd bij de vertrouwenspersoon terecht kan. Ook als men nog onzeker is over de vraag of er met de klacht iets gedaan moet worden. klachtencommissie: de klachtencommissie is belast met de afhandeling van een klacht. De klachtencommissie is dezelfde commissie die ook functioneert in het kader van klachtenregeling t.a.v. de dienstverlening. De werknemer kan zich schriftelijk met een klacht wenden tot de klachtencommissie. De commissie onderzoekt de klacht en adviseert omtrent de te nemen maatregelen. melder: een werknemer die in de werksituatie een klacht ervaart en zich hiermee wendt tot de vertrouwenspersoon of klachtencommissie. veroorzaker: een werknemer over wiens gedrag een klacht is ingediend bij de vertrouwenspersoon of klachtencommissie. ongewenst gedrag: handelingen van een groep of van een individu, gericht tegen een werknemer die deze handelingen als bedreigend, vernederend of intimiderend ervaart en die vallen binnen de definitie van deze regeling. Hierbij worden de volgende hoofdvormen onderscheiden: --sociaal isoleren; --bespotten; --dreigen; --roddelen; --verbaal geweld; --lichamelijk geweld; --(seksuele) intimidatie en seksisme; --racisme; --werk onaangenaam en onmogelijk maken; --discriminatie op grond van seksuele geaardheid, levensovertuiging, leeftijd, ras, nationaliteit en godsdienst. 5
3. vertrouwenspersoon 4. klachtencommissie melding bij vertrouwenspersoon * De werknemer kan gebruik maken van de dienst van de vertrouwenspersoon. Deze vertrouwenspersoon is dezelfde vertrouwenspersoon die functioneert in het kader van klachtenregeling t.a.v. de dienstverlening 1. De melding kan mondeling en schriftelijk kenbaar gemaakt worden. De vertrouwenspersoon inventariseert de melding en bespreekt samen met de werknemer/melder op welke wijze de melding het beste kan worden afgehandeld. * Het kan zijn dat de werknemer ervoor kiest, na het luchten van zijn/haar hart bij de vertrouwenspersoon, om geen verdere stappen te (laten) ondernemen. indienen van een schriftelijke klacht bij klachtencommissie * Een klacht over ongewenst gedrag wordt door de werknemer die daarvan last beleeft en/of nadelige gevolgen van heeft ondervonden, schriftelijk ingediend bij de klachtencommissie. In dit schrijven dient vermeld te worden: de naam van de aangeklaagde, de aard van de klacht, de toedracht en de duur en data (zo nauwkeurig mogelijk). De vertrouwenspersoon kan, indien de werknemer dit wenst, helpen bij het beschrijven van de klacht ten behoeve van de klachten- commissie. Anonieme klachten worden niet in behandeling genomen. * Door het indienen van een klacht als zodanig zal de huidige of toekomstige positie van de klager niet worden benadeeld. * Indien gewenst onderzoekt de vertrouwenspersoon of bemiddeling mogelijk is. Wanneer er geen oplossing door bemiddeling gevonden kan worden of wanneer de werknemer geen bemiddeling wenst, kan een klacht worden ingediend voor onderzoek bij de klachtencommissie. In geval van strafbare vormen van o.a. seksuele intimidatie (ontucht, aanranding, verkrachting, etc.) zal de werknemer geadviseerd worden aangifte te doen bij politie. bemiddeling: Wanneer een werknemer zelf geen directe stappen richting de veroorzaker wil ondernemen (na melding bij de vertrouwenspersoon) maar wel wil dat er actie wordt ondernomen om het ongewenst gedrag te stoppen, kan een bemiddelingstraject worden ingezet. Bij bemiddeling vindt geen onderzoek plaats en wordt geen uitspraak gedaan over de aannemelijkheid van de inhoud van de klacht. Doel is stopzetting van het ongewenst gedrag. De vertrouwenspersoon bespreekt met melder wie een acceptabele bemiddelaar voor alie partijen kan zijn. De wijze van bemiddeling kan per situatie verschillen. In de bemiddeling wordt duidelijk gemaakt dat gedrag als ongewenst wordt ervaren en dat gedragsverandering verwacht wordt in de toekomst. * De klachtencommissie bevestigt de ontvangst van de klacht en bericht binnen een week aan de klager de te volgen procedure. * De klachtencommissie stelt een onderzoek naar de terechtheid van de klacht in, naar elke bij haar ingediende klacht omtrent ongewenst gedrag. De klachtencommissie heeft recht op alle informatie van de zijde van de werkgever die ze bij de vervulling van haar taak nodig heeft. Binnen één maand na ontvangst van de klacht hoort de klachtencommissie afzonderlijk de werknemer die de klacht heeft ingediend en eventueel andere aangeklaagde betrokkenen. Op verzoek van de werknemer kan deze zich laten bijstaan door de vertrouwenspersoon of door iemand anders van binnen of buiten de onderneming. * De klachtencommissie brengt binnen vier weken nadat de klacht is ingediend een schriftelijke verklaring uit aan het bestuur. De verklaring bevat in elk geval een uitspraak over de volgende punten: -- of en zo ja in welke mate de klacht ontvankelijk is; -- wie door het ongewenst gedrag is/zijn getroffen; -- een advies aan de directie inzake de te nemen maatregelen en -- indien de klacht gegrond is, de naam van de aangeklaagde(n). Mocht in verband met zorgvuldigheid van de afhandeling meer tijd nodig zijn, dan wordt dit aan de aangeklaagde meegedeeld. 1 Vastgesteld door de Afdelingsroad VluchtelingenWerk Frysldn te Leeuwarden op 9 november 2004. 6
* Afhankelijk van de ernst en herhaling van de klacht kan door de directie op grond van het gestelde artikel XVL1 (schorsing en ontslag op staande voet) en XVL2 (op nonactiefstelling en ontslagprocedure via CWI of kantonrechter) CAO Welzijn sancties worden toegepast. * Binnen veertien dagen na ontvangst van de verklaring van de klachtencommissie neemt het bestuur een besluit over eventueel te nemen maatregelen en dient dit schriftelijk mee. Daarbij worden geen maatregelen genomen die de klager/ klaagster benadelen. Indien het bestuur een beslissing neemt die geen sancties inhoudt terwijl de klacht door de commissie wel ontvankelijk en gegrond is verklaard, dan wel indien door de klachtencommissie maatregelen zijn voorgesteld die door het bestuur niet worden overgenomen, dient dit uitdrukkelijk en met redenen omkleed in de beslissing te worden vermeld. Een afschrift van de beslissing wordt aan de direct betrokkenen gestuurd. * De vertrouwenspersoon, de klachtencommissie en andere betrokkenen bij de klachtenprocedure handelen in deze procedure zodanig dat de privacy van de klager/klaagster en andere betrokkenen voldoende wordt gewaarborgd. Gedurende de gehele procedure geldt geheimhouding voor alle betrokkenen. 5. benoeming vertrouwenspersoon Het bestuur wijst een vertrouwenspersoon aan. Deze is geen lid van de klachtencommissie. De vertrouwenspersoon zal worden belast met de eerste opvang van de werknemers die ongewenst gedrag ervaren en daarover willen praten. Deze vertrouwenspersoon zal in elk geval het vertrouwen moeten genieten van het personeel binnen de arbeidsorganisatie. Zij/hij moet gemakkelijk aanspreekbaar zijn, vertrouwelijk met informatie om kunnen gaan en bij voorkeur kennis en ervaring hebben op het terrein van individuele hulpverlening. De vertrouwenspersoon heeft geheimhoudingsplicht. taken * Zorgdragen voor een snelle, eerste opvang van de klager. * De melding ontvangen/ernaar luisteren. * Het samen zoeken naar een oplossing. De vertrouwenspersoon verricht geen handelingen ter uitvoering van zijn/haar taak zonder toestemming van de werknemer die de melding doet. * Onderzoeken of via bemiddeling de melding af te wikkelen is op verzoek van en samen met de melder. * Zonodig de klacht op schrift stellen van t.b.v. de klachtencommissie en desgewenst ondersteuning bieden bij het indienen van een klacht bij de klachtencommissie en/of indien het een strafbaar feit betreft (aanranding, verkrachting, mishandeling) tevens bij het doen van aangifte bij de politie. * De melder begeleiden tijdens de procedure, eventueel ook bij nazorg. * Opstellen van een jaarlijkse rapportage in samenwerking met de klachtencommissie voor het bestuur. De rapportage bestaat uit een anonieme samenvatting van de meldingen, achtergronden van de binnengekomen klachten en de wijze van afwikkeling. * De directie gevraagd en ongevraagd adviseren op het gebied van preventie en bestrijding van ongewenst gedrag. De vertrouwenspersoon is voor de uitvoering van zijn/haar taken uitsluitend verantwoording schuldig aan het bestuur, waarbij de vertrouwelijkheid van informatie gerespecteerd wordt. 7
6. benoeming van de klachtencommissie 7. geheimhouding en registratie Zie artikel 5, 6, 7 en 8 van de Klachtenregeling 2. Taken * De klacht wordt schriftelijk ingediend bij de klachtencommissie. * De voorzitter van de klachtencommissie neemt zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen één week contact op met de klager en met de leden van de klachtencommissie. * De klachtencommissie stelt een onderzoek in naar de gegrondheid van de klacht, naar elke bij haar ingediende klacht omtrent ongewenst gedrag. * Als de (bijvoorbeeld juridische) deskundigheid naar de mening van de leden van de klachtencommissie niet voldoende aanwezig is om de desbetreffende klacht te behandelen en vervolgens eventueel aanbevelingen te kunnen doen over te nemen maatregelen, dan kan men een beroep doen op andere deskundigen (Deskundigen vallen ook onder de regelgeving van de klachtencommissie qua plichten over zorgvuldigheid en geheimhouding). * De zittingen van de klachtencommissie zijn besloten en vinden niet plaats op één van de kantoren van VluchtelingenWerk Noord-Nederland. Van elke zitting wordt een schriftelijk rapport opgemaakt dat door alle betrokkenen voor gezien wordt ondertekend. Indien een betrokkene dit weigert, wordt de reden daarvan in het rapport vermeld. worden gesteld, vertrouwelijk te behandelen. Deze geheimhouding geldt niet voor het advies van de klachtencommissie en de uiteindelijke beslissing van de werkgever, tenzij de werknemer schriftelijk te kennen geeft ook hiervan geheimhouding te willen. b. Bij een formele klachtenbehandeling door de klachtencommissie wordt de schriftelijke uitspraak en het besluit van de werkgever bewaard in het personeelsdossier van de klager en eventueel aangeklaagde, in een gesloten enveloppe. Dit gesloten gedeelte van het personeelsdossier is uitsluitend ter inzage voor de leden van de klachtencommissie indien er een vermoeden bestaat van relevantie met betrekking tot een nieuwe klacht. Voor zover gegevens aan derden verstrekt worden, kan dat alleen geschieden met instemming van het desbetreffende personeelslid, dan wel op basis van een bevoegdheid of plicht opgenomen in een wettelijke regeling of de desbetreffende VluchtelingenWerk regeling c. Binnen twee jaar nadat een personeelslid het dienstverband met VluchtelingenWerk Noord-Nederland heeft beëindigd, worden de desbetreffende gegevens vernietigd. * Het bewaken van de voortgang, met name tijdsplanning en informatievoorziening aan alle betrokken partijen. * Na afronding van het onderzoek doet de voorzitter van de commissie een afschrift van de schriftelijke rapportage toekomen aan de leden van de klachtencommissie en de andere direct betrokkenen. * Het jaarlijks aan het bestuur uitbrengen van een anonieme samenvatting van de achtergronden van de binnengekomen klachten en de wijze van afwikkeling. a. Alle betrokkenen dienen de gegevens die hen ter kennis 2 Klachtenregeling, vastgesteld door de Afdelingsraad VluchtelingenWerk Noord-Nederland te Leeuwarden op 9 november 2004. 8
8. inwerktreding Deze klachtenregeling treedt in werking op 1 oktober 2005. In verband met de fusie tot VluchtelingenWerk Noord-Nederland per 1 januari 2009 is de klachtenregeling geactualiseerd. De vernieuwde versie treedt in werking op 1 juli 2009. 9
bijlage 1 regeling gewenst gedrag VluchtelingenWerk Noord-Nederland visie van VluchtelingenWerk Noord-Nederland op gewenst gedrag. 1. aanleiding Uitgangspunt voor VluchtelingenWerk Noord-Nederland is dat medewerkers op een respectvolle, integere manier met elkaar omgaan en dat medewerkers in een veilige omgeving kunnen werken. De basisnormen en -waarden van VluchtelingenWerk Noord-Nederland die van toepassing zijn op gewenst gedrag zijn: respect, integriteit, en veiligheid. VluchtelingenWerk Noord- Nederland is van mening dat het onmogelijk is om limitatief vast te leggen wat wel en niet is toegestaan. Welke gedrag als ongewenst wordt ervaren, verschilt per individu en per situatie. Ongewenst gedrag vormt een behoorlijke belasting voor de werknemers en dient per definitie serieus genomen te worden. De oorspronkelijke aanleiding om beleid te ontwikkelen om ongewenst gedrag tegen te gaan, ligt in de wens van de organisatie om een veilige werkomgeving te realiseren en als geheel een daartoe strekkend beleid wenste. Daarnaast geven de Ondernemingsraad en de Arbo-werkgroep dit onderwerp eveneens hoge prioriteit. Bovendien is een werkgever verplicht om beleid te voeren tegen ongewenst gedrag op het werk (Art 3. Arbo-wet). De ondernemingsraad heeft instemmingsrecht, omdat het een regeling op het terrein van Veiligheid, Gezondheid en Welzijn (VGW) is. 2. preventief beleid De basis van het beleid van VluchtelingenWerk vormt het stimuleren van gewenst gedrag. Op de tweede plaats komt het duidelijk aangeven welk gedrag pertinent niet wordt getolereerd. Preventie staat daarbij voorop. Mocht zich ongewenst gedrag voordoen, dan wordt onmiddellijk actie ondernomen. Van de werkgever mag worden verwacht dat deze, in redelijkheid, de werkorganisatie en werkomgeving zodanig inricht, dat ongewenst gedrag wordt voorkomen. omschrijving van ongewenst gedrag: handelingen van een groep of van een individu, gericht tegen een werknemer die deze handelingen als bedreigend, vernederend of intimiderend ervaart. Hierbij worden de volgende hoofdvormen onderscheiden: --sociaal isoleren; --bespotten; --dreigen; --verbaal geweld; --racisme; --werk onaangenaam en onmogelijk maken; --roddelen; --lichamelijk geweld; --(seksuele) intimidatie en seksisme; --discriminatie op grond van seksuele geaardheid, levensovertuiging, leeftijd, ras, nationaliteit en godsdienst. instrumenten om gewenst gedrag te stimuleren en ongewenst gedrag te voorkomen. Hierbij is allereerst van belang dat het management zelf het gewenste gedrag vertoont en stelling neemt tegen ongewenst gedrag. Om dit te kunnen doen, vormt bekendheid met het onderwerp een vereiste. Informatieverstrekking en het onderwerp bespreekbaar maken via de website en de verschillende overleggen zodat leidinggevenden met hun eigen medewer kers over het onderwerp overleggen en afspraken kunnen maken over de manier van omgaan met elkaar. Tenslotte kan een actief diversiteitenbeleid bijdragen aan het voorkomen van ongewenst gedrag. Uit wetenschappelijk onderzoek komt naar voren dat ongewenst gedrag het minst voorkomt op afdelingen waar mensen met verschillende achtergronden vertegenwoordigd zijn en waar een open cultuur bestaat waarbij de onderlinge verschillen bespreekbaar zijn en waar hiervoor begrip bestaat. Een meer evenwichtige (machts) verhouding tussen verschillende groepen helpt om ongewenst gedrag te voorkomen. 10
bestrijding van ongewenst gedrag VluchtelingenWerk heeft drie uitgangspunten voor het beleid tegen ongewenst gedrag: * oplossing wordt in eerste instantie in de lijn gezocht; * vertrouwenspersoon kan worden ingeschakeld; * er is een klachtenregeling en een klachtencommissie. 3. inwerkingtreding Deze klachtenregeling treedt in werking op 1 oktober 2005. In verband met de fusie tot VluchtelingenWerk Noord-Nederland per 1 januari 2009 is de klachtenregeling geactualiseerd. De vernieuwde versie treedt in werking op 1 juli 2009. Ter bestrijding van ongewenst gedrag is een interne klachtenprocedure opgesteld. Indien een werknemer het ongewenst gedrag om wat voor reden dan ook niet bij zijn/haar leidinggevende wil of kan aankaarten, dan kan hij/zij zich rechtstreeks wenden tot de vertrouwenspersoon of klachtencommissie. Alle werknemers worden op de hoogte gesteld van het bestaan van dit beleid en de klachtenregeling. Tevens wordt bekend gemaakt wie de vertrouwenspersoon is en wie de leden van de klachtencommissie zijn. Deze regeling en de klachtenregeling zullen worden geplaatst op Vluchtweb. Afhankelijk van de ernst en herhaling van de klacht kan door de directie op grond van het gestelde in artikel XVI.1 (schorsing en ontslag op staande voet) en XVI.2 (op nonactiefstelling en ontslagprocedure via CWI of kantonrechter) van de CAO Welzijn en Maatschappelijke Dienstverlening sancties worden toegepast. 11
bijlage 2 klachtenregeling ongewenst gedrag medewerkers VluchtelingenWerk Noord-Nederland respect voor de grenzen van een ander Respect voor de grenzen van een ander is voor de meeste mensen een normale omgangsvorm. Ook medewerkers van Vluchtelin - g enwerk Noord-Nederland zullen in het algemeen die grenzen niet overschrijden, vooral niet wanneer ze weten dat ze daar een ander veel pijn mee kunnen doen. Af en toe gaat er iets mis. Iemand wordt lastiggevallen met gedrag waar hij of zij absoluut niet van gediend is of wordt gekrenkt tot op het bot. Er iets van zeggen kan helpen, maar soms is dat gewoon moeilijk of trekt iemand zich er niets van aan. (Seksuele) intimidatie, agressie (waaronder pesten), geweld en discriminatie zijn gedragsvormen waar niemand de dupe van wil worden. Maar wat als dat ongewenste gedrag zich toch voordoet? Wat kun je doen? Wanneer je met ongewenst gedrag te maken krijgt, kun je uiteraard de hulp inroepen van een collega. Je kunt echter ook contact opnemen met de vertrouwenspersoon van VluchtelingenWerk Noord-Nederland. Zij is onafhankelijk en helpt bij het zoeken naar een oplossing. Haar werkwijze wordt gekenmerkt door omzichtigheid en vertrouwelijkheid: er wordt niets gedaan zonder expliciete toestemming van de betrokken medewerker. Wat je zeker niet moet doen! Blijf er niet mee rondlopen. Ga er niet van uit dat je zelf schuldig bent aan het gedrag. Ga er al helemaal niet van uit dat het vanzelf wel over gaat. Dit soort gedrag wordt meestal alleen maar erger wanneer je het geen halt toeroept. Ga er ook niet van uit dat er niets aan te doen valt. De ervaring leert dat aanpakken werkt. Werkwijze vertrouwenspersoon Bij seksuele intimidatie staat de vertrouwenspersoon altijd aan de kant van degene die daarmee wordt geconfronteerd en dat bij haar meldt. Indien mogelijk zoekt de vertrouwenspersoon in eerste instantie naar een informele oplossing, waarbij eventueel een bemiddelaar (bijvoorbeeld een leidinggevende) wordt ingeschakeld. Wanneer een informele oplossing echter niet tot het gewenste resultaat leidt (of niet tot de mogelijkheden behoort), kan de melding veranderen in een klacht die formeel wordt afgehandeld door de Regionale Klachtencommissie Stichting VluchtelingenWerk Noord-Nederland. De vertrouwenspersoon kan de klager hierbij begeleiden. Bij alle andere vormen van ongewenst gedrag is de vertrouwenspersoon minder partijdig. Haar werkwijze is gericht op het bespreekbaar maken van de problemen en bestaat vooral uit advisering en/of bemiddeling. Soms leidt haar advisering of bemiddeling echter niet tot een adequate oplossing. Zij kan dan o.a. adviseren om een klacht in te dienen bij de Klachtencommissie en daarbij ondersteuning aanbieden. over de klachtenprocedure Hoe dien je je klacht in? Je kunt je klacht schriftelijk indienen bij de Regionale Klachtencommissie. Deze commissie bestaat uit tenminste drie leden. Minimaal twee van de drie leden, onder wie de voorzitter, zijn onafhankelijk. Dat wil zeggen dat zij noch in het verleden noch op dit moment verbonden zijn (geweest) met Vluchteling enwerk Noord-Nederland. Een mondelinge klacht geef je door aan de klachtenbemiddelaar c.q. vertrouwenspersoon. Die schrijft het voor je op, zodat de klacht schriftelijk bij de commissie terecht komt. Je vermeldt o.a. je naam en adres, de naam van dege-ne(n) tegen wie je een klacht indient en de inhoud van de klacht. Het adres van de Regionale Klachtencommissie staat achter in deze folder vermeld. Ook vind je daar hetr adres van de klachtenbemiddelaar c.q. vertrouwenspersoon. Bij de indiening en de behandeling van de klacht kun je hulp of ondersteuning vragen van anderen, bijvoorbeeld een familielid. Ook degene tegen wie de klacht is gericht, kan zich laten bijstaan door anderen. Hoe wordt je klacht behandeld? De behandeling van je klacht door de commissie duurt ongeveer drie maanden. De commissie werkt met het principe van hoor en wederhoor. De commissie oordeelt onafhankelijk over de gegrondheid van je klacht en doet aanbevelingen aan het bestuur van VluchtelingenWerk Noord-Nederland over te nemen maatregelen. Jij en degene over wie je geklaagd hebt, krijgen daarvan ook bericht. Als je klacht is afgewezen Als je niet tevreden bent met het uiteindelijke oordeel over en de afhandeling van je klacht door VluchtelingenWerk Noord-Nederland, dan kun je een beroep doen op de rechter. 12
hulp en informatie Bij het indienen en tijdens de behandeling van de klacht kun je advies en hulp vragen van anderen, bijvoorbeeld een familielid, advocaat of andere personen in wie je vertrouwen stelt. Eventuele kosten die dat met zich meebrengt, worden niet vergoed door VluchtelingenWerk Noord-Nederland. Ook de klachtenbemiddelaar c.q. vertrouwenspersoon van VluchtelingenWerk Noord- Nederland kan jou terzijde staan. Deze hulp is gratis. Wilt u contact opnemen met de Klachtenbemiddelaar, Vertrouwenspersoon of Regionale Klachtencommissie stuur dan een brief naar: Stichting VluchtelingenWerk Noord-Nederland t.a.v. Regionale Klachtencommissie Postbus 70212 9704 AE Groningen Of email: klachtencommissie@vwnn.nl De officiële en volledige klachtenregeling Ongewenst gedrag medewerkers is bij elk kantoor van VluchtelingenWerk Noord- Nederland aanwezig. Je kunt het daar inzien. Ook kun je tegen kostprijs een exemplaar verkrijgen. 13