Varkensrechten: pand, beslag, lease en faillissement



Vergelijkbare documenten
Artikel 24. Artikel 24 lid 1 Pandrecht. Verkoop van verpande goederen

ALGEMENE VOORWAARDEN VOOR DE KOOPOVEREENKOMST GROND VOOR EENGEZINSHUIZEN, VERSIE

INHOUDSOPGAVE. Enige afkortingen Lijst van verkort aangehaalde werken

Huurrecht en faillissement

Overgang van fosfaatrechten; de Meststoffenwet

Uitleg en wenselijkheid van het cessieen verpandingsverbod

Bodem(voor)recht fiscus. De inhoud van artikel 22bis IW 1990

Executie van het retentierecht

8. Vormerkung definitie

Prof. mr. A.W. Jongbloed. Executierecht. Kluwer a Wotters Kluwer business. Kluwer - Deventer 20t I

RBC Failliet, wat gebeurt er met het veld? Nationaal Sportvelden Congres 24 november 2011 Ralf van der Pas advocaat / curator

Cumulatief beslag op aandelen op naam: tot welk moment?

BESLAG OP NIET-BENUTTE KREDIETRUIMTE EXIT Hoge Raad 29 oktober 2004, LJN: AP4504, C03/166HR (Van den Bergh B.V./Van der Walle en ABN-AMRO Bank N.V.

De formaliteiten voor overdracht verschillen naar gelang het over te dragen goed.

II. DE TOTSTANDKOMING VAN OBLIGATOIRE OVEREENKOMSTEN / 11

Workshop Insolventierecht FR&R. Deel 2: Tijdens faillissement

Actualiteiten bijzonder beheer voor banken

Verpanding van merken

ONTBINDINGSCLAUSULE HUUROVEREENKOMST GELDIG IN SURSÉANCE EN FAILLISSEMENT HR 13 mei 2005, RvdW 2005/72 (Curatoren BabyXL/Amstel Lease)

NIEUWE REGELS voor de RECHTSTREEKSE VORDERING EN HERVORMING van het EIGENDOMSVOORBEHOUD

Vastgoed-nieuws. 21 november Huur woonruimte naar zijn aard van korte duur

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Prof. mr. A.W. Jongbloed WAAROM ER NAUWELIJKS RECHTSPRAAK IS OVER BESLAGEN OP LEVENSVERZEKERINGEN

De vaststellingsovereenkomst. Prof. mr dr Edwin van Wechem

Vereniging voor Estate Planners in het Notariaat, ALV Amersfoort, 8 september Insolventie, verhaal en familievermogen

3.1 Goederenrecht. Kay Horsch 18 januari 2011

: De naamloze vennootschap United Green N.V., gevestigd en kantoorhoudende te (7101 BN) Winterswijk aan het Beatrixpark

Tweede Kamer der Staten-Generaal

14.1 Verhaal en voorrang algemeen Niet voor uitwinning vatbare goederen. Voorrang. Onderlinge rangorde voorrechten.

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer Der Staten-Generaal Postus EA DEN HAAG

VSO-cursus. Insolventierecht Voortgezet: Separatisten Johan Jol April 2009

De Nieuwe Pandwet: Het pand, het eigendomsvoorbehoud & het retentierecht

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

ANTWOORDEN PROEFTENTAMEN GOEDERENRECHT 2

Software en continuïteit

Drie stellingen. Rotterdam Institute of Private Law Accepted Paper Series. M.L. Tuil. Published in WPNR 2010 (6831), p

ALGEMENE VOORWAARDEN VOOR DE VERKOOP VAN BOUWTERREIN IN DE GEMEENTE BORSELE 2010

ARREST VAN HET HOF (Zesde Kamer) 8 februari 1990*

Wie is inningsbevoegd bij verpanding van een door pandrecht gesecureerde vordering?

Instantie. Onderwerp. Datum

Jutd 2015/0020 Overzicht van actuele ontwikkelingen op goederen- en faillissementsrechtelijk terrein

Levering juridische eigendom na economische eigendomsoverdracht en de onherroepelijke volmacht

Inhoud. Inleiding 13. Noordhoff Uitgevers bv

zaaknummer rechtbank Amsterdam : C/13/ KG ZA arrest van de meervoudige burgerlijke kamer van 22 juli 2014

ALGEMENE VOORWAARDEN VOOR DE VERKOOP VAN ONROERENDE ZAKEN DOOR DE GEMEENTE BEDUM

Derdenbescherming na een vernietiging op grond van de actio pauliana: vreemde eend in de bijt?

Overeenkomst van (ver)koop van aandelen. [naam vennootschap]

FORMULIER OVERDRACHT AANDE(E)L(EN) Burgerlijke staat : gehuwd / ongehuwd / geregistreerd partner *

De overeenkomst in het insolventierecht

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

Boek 7 Bijzondere overeenkomsten Titel 1 Koop en ruil

De blokkerende werking van het beslag

Tussentijdse vervreemding van het melkquotum in het zicht van afschaffing

Kluwer Online Research

Bijlage * Modelakte derde recht van hypotheek 2014 HYPOTHEEK

Volgens het overgangrecht blijven de huidige regels gelden als voor de datum van inwerkingtreding de executie is aangezegd

Vermogensrechtelijke waardebeperkingen

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. D.P. van Strien, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr (mr. A.M.T. Wigger, voorzitter en mr. R.P.W. van de Meerakker, secretaris)

Algemene Voorwaarden voor Interim Management en Advies Diensten van Direttore B.V.

Algemene Bepalingen voor de verkoop en levering van bloot eigendom van gronden der gemeente s-gravenhage 2008

Edelachtbaar college,

Vindplaatsen Rechtspraak.nl. Uitspraak

Algemene voorwaarden Robivo Trading B.V. d.d. oktober 2015 tevens raadpleegbaar via:

Terughoudendheid gepast bij openen kwaliteitsrekening

TWEEDE FAILLISSEMENTSVERSLAG. in het faillissement van. Datum faillissement: 8 oktober faillissementsnummer: 557/2003

ALGEMENE VERKOOPVOORWAARDEN bloot eigendom van gronden GEMEENTE 'S-GRAVENHAGE

AKTE VAN VESTIGING HYPOTHEEK EN PANDRECHTEN

De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend. De moeder van belanghebbende (hierna: erflaatster) is op [ ] 2010 overleden.

: coöperatieve Rabobank Emmen-Coevorden U.A., gevestigd te Emmen, verder te noemen de Bank

Leidraad inschrijvingen in het octrooiregister. Versie 2.4

KOOPOVEREENKOMST OP GROND VAN ARTIKEL 3:268 LID 2 BURGERLIJK WETBOEK

sr...

Actualiteiten over het retentierecht van de aannemer

gewijzigd j/n Koop is de overeenkomst waarbij de een zich verbindt een zaak te geven en de ander om daarvoor een prijs in geld te betalen.

FORMULIER AANDELENOVERDRACHT. 2. Achternaam : Burgerlijke staat : gehuwd / ongehuwd / geregistreerd partner *

1 Inleiding Uitwinbaarheid en verhaalsbevoegdheid Executoriale titel en verhaalsbeslag 13

ECLI:NL:RBOVE:2014:2411

N.C. van Oostrom-Streep, 'De kwalitatieve verplichting' Woord vooraf Lijst van afkortingen

Advies geldlening en zekerheden inzake doordecentralisatie primair onderwijs

Pandrecht op aandelen

1. Inleiding Hieronder volgen de belangrijkste wijzigingen van de wet Wijziging artikel 516 lid 1 Burgerlijke Rechtsvordering (Rv)

AKTE VAN VERPANDING VAN ROERENDE ZAKEN DATUM: 10 MAART tussen STICHTING OBLIGATIEHOUDERSBELANGEN (ALS PANDHOUDER) NOODLEBAR CENTRAAL B.V.

Beleidsregels Verhaal WWB en WIJ. Wetstechnische informatie. Gegevens van de regeling. Opmerkingen m.b.t. de regeling. Grondslagen

ECLI:NL:RBROT:2017:5084

BENOEMDE OVEREENKOMSTEN

1. Object van deze overeenkomst.

Programma. Inleiding: Te onderscheiden gevallen: Wat is verrekening? Functies van verrekening Hoe verreken je?

Bijzondere Bepalingen (BB) voor voorraadfinanciering

Ontslag na doorstart faillissement

Pandgever en Pandhouder hierna tevens gezamenlijk te noemen Partijen en ieder afzonderlijk Partij ;

BIJLAGE *** (ontwerp) HYPOTHEEK *** te Appingedam (uitsluitend ter discussie van partijen)

GERECHTSHOF TE AMSTERDAM PRESIDENT

NOTULEN VAN DE ALGEMENE VERGADERING VAN: Vennootschap :. B.V. (hierna te noemen: de vennootschap ) gevestigd te :.

FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer : 8 Datum : 17 september 2013

Naar aanleiding van uw brief van 8 februari 2012 heb ik de eer het volgende op te merken.

HET BENELUX-GERECHTSHOF. in de zaak A 94/2

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

Economische eigendomsoverdracht en de verhoging overdrachtsbelasting per 1 juli Een reactie

ECLI:NL:GHAMS:2010:932 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

Transcriptie:

Varkensrechten: pand, beslag, lease en faillissement mr. P.H.N. van Spanje 1 Over de status van varkensrechten bij pand, beslag, lease en faillissement bestaat in de juridische literatuur en praktijk veel onduidelijkheid. Hoewel productierechten in de landbouw al decennia worden gebruikt, zijn nog steeds belangrijke vermogensrechtelijke vragen niet uitgekristalliseerd. Vragen als: is beslag mogelijk op varkensrechten, kan een varkensrecht tijdelijk worden gebruikt en valt een varkensrecht in een faillissementsboedel van de houder van het varkensrecht als een derde recht heeft op dat varkensrecht van de gefailleerde maar registratie niet heeft plaatsgevonden. Onder varkensrechten 2 worden in dit artikel ook pluimveerechten 3 verstaan. Het belang van varkensrechten ligt niet alleen in het belang van de veehouder om te mogen produceren. Varkensrechten vertegenwoordigen ook een economische waarde omdat zij worden verhandeld. Daarmee hebben financiers en andere schuldeisers van de veehouder belang bij duidelijkheid over de juridische status van varkensrechten. Een gemiddeld varkensbedrijf anno 2015 heeft ongeveer 1.350 varkensrechten. 4 Hoewel de marktprijs medio 2015 70,- per varkensrecht bedroeg, heeft deze in 2008 zelfs boven 180,- gelegen. 1. Karakter en overdracht varkensrecht Het is verboden om varkens te houden zonder varkensrechten, aldus art. 19 Meststoffenwet (hierna: Mw). Daarmee is een varkensrecht een publiekrechtelijk vermogensrecht 5, net als andere vergunningen, ontheffingen of concessies. Er wordt aan bepaalde personen toegestaan om iets te doen wat algemeen verboden is. Voor het karakter en de vermogenswaarde van een publiekrechtelijk vermogensrecht is bepalend of een recht kan worden overgedragen. Een varkensrecht kan volgens art. 25 Mw 6 overgaan onder welke titel dan ook naar een ander bedrijf overeenkomstig het bepaalde in art. 25 tot en met 31 Mw. 7 1. Mr. P.H.N. van Spanje is advocaat bij A&S advocaten in Wageningen. 2. Voor wat betreft de ontstaansgeschiedenis wordt verwezen naar Bruil en Bezemer Varkensrechten herleven, Agr.r. 2000, nr. 1, p 2-12. 3. Pluimveerechten hebben het volstrekte hetzelfde juridische kader in de Meststoffenwet waarin deze zijn gedefinieerd als productierechten. 4. Afname aantal varkensbedrijven zet voort Boerderij 29 januari 2015. 5. Zie ook Asser/Bartels en Van Mierlo 3-IV 2013/3. 6. Art. 25 Mw: Een productierecht kan, onder welke titel dan ook, overgaan naar een ander bedrijf, overeenkomstig het bepaalde in deze paragraaf en artikel 32. 7. De kernbepaling is art. 27 Mw: (1.) De belanghebbende naar wiens bedrijf het productierecht, of gedeelte daarvan, moet overgaan en de belanghebbende van wiens bedrijf het productierecht, of gedeelte daarvan, af komstig is, geven van de overgang kennis aan Onze Minister. (2) Er kan pas aanspraak worden gemaakt op het van het andere bedrijf af komstige productierecht, of gedeelte daarvan, met ingang van het tijdstip van registratie van de kennisgeving door Onze Minister. Daarmee is het varkensrecht een vergunning verbonden aan de zaak, het varkensbedrijf, en niet direct aan de persoon, de veehouder. Ook is een varkensrecht niet gebonden aan de locatie, maar overdraagbaar naar andere locaties. De Meststoffenwet kent geen gebruiks- of licentierechten op varkensrechten. De veel gebruikte lease van varkensrechten is dan ook zo geconstrueerd dat de verleaser de varkensrechten laat registreren op naam van de leaser onder de verplichting tot teruglevering aan het einde van de leasetermijn, op straffe van een boete. 2. Pand en varkensrechten Het antwoord op de vraag of op varkensrechten een pandrecht kan worden gevestigd is af hankelijk van de mogelijkheden binnen het goederenrechtelijke systeem van de boeken 3 en 5 Burgerlijk Wetboek (hierna: BW). De basisregel is dat pandrecht alleen mogelijk is op alle goederen die voor overdracht vatbaar zijn, aldus art. 3:228 BW. Met goederen worden bedoeld zaken en vermogensrechten (art. 3:1 BW). Varkensrechten zijn vermogensrechten. Bij de overdracht onderscheidt de wetgever vier categorieën. Overdraagbaar zijn: (1) Eigendom, (2) beperkte rechten en (3) vorderingsrechten (art. 3:83 BW). Alle (4) andere rechten zijn slechts overdraagbaar als de wet dit bepaalt (art. 3:83 lid 3 BW). Eigendom is alleen mogelijk op zaken, oftewel voor menselijke beheersing vatbare stoffelijk objecten (art. 5:1 en 3:2 BW). Beperkte rechten kunnen alleen zijn afgeleid van zaken of aldus aangewezen vermogensrechten. Varkensrechten zijn ook geen vorderingsrechten maar vallen onder de restcategorie andere rechten. De wet moet dus bepalen dat de rechten overdraagbaar zijn. 324 Tijdschrift voor AGRARISCH RECHT TvAR_2015_06.indb 324 29/06/2015 15:22:37

Varkensrechten: pand, beslag, lease en faillissement Voor varkensrechten geldt een uitdrukkelijk verpandingsverbod. In afwijking van (art. 3:228 BW) kan op het productierecht geen pandrecht worden gevestigd, aldus art. 30 Mw. Deze bepaling is alleen noodzakelijk als ergens in de Meststoffenwet de overdraagbaarheid van varkensrechten al geregeld is. Dat zal dan zijn art. 25 Mw waarin de wetgever spreekt over overgaan en daarmee (ook) bedoelt overdracht. De motivering van de wetgever voor dit verpandingsverbod is dat een pandrecht niet past bij de wijze van overdracht van het varkensrecht waarbij niet de civielrechtelijke titel van belang is, maar alleen de registratie door de minister. 8 Ook zou het bedrijfsgebonden karakter van het varkensrecht aan de (parate) executie in de weg staan. Hierna zal ik onderbouwen dat dat (inmiddels) een onjuiste stelling is. 3. Het tijdelijke blokkaderecht Om de hypotheekhouder op een varkensstal tegemoet te komen wegens het gemis aan een pandrecht op varkensrechten heeft de wetgever het tijdelijke blokkaderecht bedacht 9. De hypotheekhouder zou bij overdracht kunnen worden geconfronteerd met een sterk verminderde onderpandwaarde van het bedrijf, aldus de wetgever. Het is een merkwaardige regeling en een soortgelijke regeling komt verder nergens in andere wetgeving voor. 8. (..) Een dergelijk recht verhoudt zich slecht met de wijze waarop het productierecht overgaat, waarbij de civielrechtelijke titel niet van belang is maar uitsluitend de registratie door de Minister (..). De overheid staat volledig buiten de civielrechtelijke verbintenissen die de partijen jegens elkaar of jegens derden, bijvoorbeeld een pandhouder, zijn aangegaan en heeft op dat punt dan ook een volstrekt lijdelijke rol. Het zou gelet op deze invulling van de wijze van overgang van het productierecht en gelet op het bedrijfsgebonden karakter van dat recht ook moeilijk zijn om invulling aan het recht van parate executie te geven. Een en ander zou een afzonderlijke wettelijke regeling behoeven die de uitvoerbaarheid van het systeem niet ten goede komt. Daarvoor is dan ook niet gekozen. (Kamerstukken II 2004/05, 30 004, nr. 3 p.41). 9. (..) Om echter toch tegemoet te komen aan de gerechtvaardigde belangen van met name hypotheekhouders die door de overdracht van het betrokken productierecht immers zouden kunnen worden geconfronteerd met een sterk verminderde onderpandwaarde van het bedrijf zal, overeenkomstig de bestaande regeling op dat punt, een voorziening worden getroffen die de vorm heeft van een tijdelijk blokkaderecht (art. 58i, tweede en derde lid). Het blokkaderecht betekent dat de Minister (..)bij vooraf door de derde- belanghebbende aan te geven bedrijven gedurende een bepaalde periode de registratie van de kennisgeving van overgang van het productierecht opschort, zodat de hypotheekhouder, indien deze dat wenst, in de gelegenheid wordt gesteld om de betrokken veehouder van de voorgenomen overdracht af te doen zien, zo nodig via een civielrechtelijke procedure. Het tijdelijke blokkaderecht is opgenomen in art. 30 lid 2 en 3 Mw (voorheen: 58i lid 2 en 3 Mw) en is verder uitgewerkt in art. 105 Uitvoeringsregeling Meststoffenwet. Het recht houdt in dat een hypotheekhouder zijn zekerheidsrecht kan registreren bij de Minister. Als de varkenshouder dan kennis geeft van de overgang van het varkensrecht naar een ander bedrijf, meldt de Minister dat aan de zekerheidsgerechtigde. Die kan dan binnen 30 dagen verzoeken om die periode van niet in behandeling nemen te verlengen met 90 dagen. Die termijn kan nog eens worden verlengd met 90 dagen als de hypotheekhouder een rechterlijke uitspraak kan overleggen waaruit blijkt dat de overgang geen doorgang kan vinden of een verklaring van de notaris dat hij de opdracht heeft van de hypotheekhouder om het registergoed (de varkensstal) openbaar te verkopen. Het tijdelijk blokkaderecht bevriest slechts de registratie van de overgang. De hypotheekhouder moet zelf de varkenshouder van de overdracht af houden zo nodig via een civielrechtelijke procedure. De vraag is of de hypotheekhouder een overdracht kan tegenhouden. Een varkenshouder kan zonder meer beschikken over het varkensrecht het kan ook niet worden verpand- en dit dus ook vervreemden. Een hypotheekhouder kan dan alleen een overdracht tegenhouden als een verbod tot overdracht contractueel, dus bijvoorbeeld in algemene voorwaarden, is overeengekomen. De vraag is echter of een door een financier opgelegd overdrachtsverbod van varkensrechten in de praktijk wel wenselijk is. Een andere vraag is hoever het tijdelijke blokkaderecht van de hypotheekhouder gaat bij vennootschapsstructuren. In de praktijk komt het veel voor dat de eigenaar van de varkensstal een ander is dan de houder van de varkens (exploitant) daarvan. Dat komt veel voor in een holdingstructuur waarbij in de beheervennootschap de varkensstal en ander onroerende zaken zijn ingebracht en de exploitatie geschiedt in een werkvennootschap die de varkensstal weer huurt of pacht. In die werkvennootschap moeten ook de varkensrechten zitten omdat deze als exploitant de houder is. In de Meststoffenwet wordt niet nader gedefinieerd wie hypotheekhouder is. Een hypotheekrecht omvat alleen daaraan onderworpen goederen, aldus art. 3:227 BW. Daarom kan de hypotheekhouder van de beheervennootschap in mijn visie geen tijdelijk blokkaderecht uitoefenen op de varkensrechten van de werkvennootschap. Ook krijgt in de praktijk de hypotheekhouder, meestal de bank, een groter recht toebemeten dan deze juridisch gezien heeft. Vaak wordt de hypotheekhouder ten aanzien van varkensrechten ten onrechte beschouwd als separatist dat wil zeggen dat deze de volledige waarde van de varkensrechten kan opeisen. Ook gedragen hypotheekhouders (lees: banken) zich zo. In het kader van een financiële reorganisatie door de bank worden dan de rechten verkocht waarbij de hypotheekhouder zich de volledige opbrengst toe-eigent. Gezien het karakter van het tijdelijke blokkaderecht is dat onjuist en moet de opbrengst van de varkensrechten in begin- Tijdschrift voor AGRARISCH RECHT 325 TvAR_2015_06.indb 325 29/06/2015 15:22:37

Varkensrechten: pand, beslag, lease en faillissement sel naar evenredigheid van de vordering worden verdeeld tussen de schuldeisers op grond van art. 3:277 BW ( paritas creditorum ). 4. Beslag en varkensrechten De wetgever spreekt niet over de (on)mogelijkheden van beslag op varkensrechten. Biemans 10 heeft herhaaldelijk betoogd dat het niet mogelijk is om beslag te leggen op varkensrechten. 11,12 Hij onderbouwt het beslagverbod met de toelichting uit de parlementaire geschiedenis op het verpandingsverbod. 13 Hij voert aan dat daaruit zou blijken dat evenmin bedoeld is dat productierechten vatbaar zijn voor beslag. Biemans gaat hij er echter aan voorbij dat er geen expliciet beslagverbod in de wet staat opgenomen. Ook kan ik dit niet lezen in de parlementaire geschiedenis. Belangrijk is dat de (juridische) praktijk anders is. De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland 14 (hierna: RVON) registreert de beslagen en geeft aan de beslaglegger kennis van het aantal varkensrechten waarover de beslagen varkenshouder beschikt. Ook worden varkensrechten executoriaal verkocht. 15 Publiekrechtelijke vermogensrechten als varkensrechten vallen in het kader van beslag en executie onder de restbepaling van art. 474bb lid 1Rv. Daarin is bepaald dat: Rechten waarvan de executie niet elders geregeld is, (..), kunnen met overeenkomstige toepassing van de eerste afdeling worden geëxecuteerd (roerende zaken), tenzij uit de wet of de aard van het recht anders volgt. De functie van dit artikel is dus tweeledig, het bepaalt om welke rechten het gaat en op welke wijze deze kunnen worden verkocht en wel overeenkomstig de wijze waarop roerende zaken worden verkocht. 10. Prof. mr. drs. J.W.A. Biemans, sinds 2013 hoogleraar Burgerlijk recht in het bijzonder Goederenrecht en Notarieel recht aan de Universiteit Utrecht. 11. Biemans Beslag op en executie van bijzondere vermogensrechten in: Faber e.a. in Knelpunten bij beslag en executie Kluwer 2009, serie Onderneming en recht nr. 49 en met name p. 151. 12. En zijn noten onder Hof Arnhem 29 maart 2011 (Van Ruler I) JOR 2011/242 en Hof Arnhem-Leeuwarden (Van Ruler II) 7 januari 2014 JOR 2014/116. 13. met name de zin Het zou gelet op deze invulling van de wijze van overgang van het productierecht en gelet op het bedrijfsgebonden karakter van dat recht ook moeilijk zijn om invulling aan het recht van parate executie te geven. (Kamerstukken II 2004/05, 30 004, nr. 3 p.41). 14. De minister heeft zijn taken gedelegeerd aan de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland en voorheen werd dat gedaan door het Bureau heffingen te Assen. 15. Zie Boerderij 28 september 2012 Hoge prijs voor varkensrechten De executieverkoop van varkensrechten geschiedt daarom overeenkomstig art. 473 Rv in het openbaar of op een markt of een beurs via tussenpersoon. Varkensrechten worden veel aangeboden op internet via tussenhandelaren waarbij ook een marktnotering wordt vermeld. Na executoriale verkoop kan de deurwaarder het proces-verbaal van verkoop laten betekenen aan de RVON die dan aan de registratie mee moet werken. Het executoriale beslag, en daarmee ook het conservatoire beslag, op varkensrechten is daarmee zonder meer mogelijk. 5. Samenloop tijdelijk blokkaderecht en beslag Het tijdelijke blokkaderecht lijkt de hypotheekhouder bescherming te bieden. Toch biedt het de hypotheekhouder geen zekerheid dat het recht niet wordt overgedragen aan een derde. Dat komt het sterkst naar voren op het moment dat executoriaal beslag wordt gelegd op een varkensrecht en tot uitwinning wordt overgegaan. De beslaglegger kan zonder meer het varkensrecht executoriaal verkopen en van de overgang aan de RVON kennisgeven. De vraag is of op dat moment de hypotheekhouder zijn tijdelijk blokkaderecht kan uitoefenen en de RVON de kennisgeving tijdelijk buiten behandeling moet laten. Dat zal de RVON naar mijn mening moeten doen. Echter, het tijdelijke blokkaderecht is na 30, of op verzoek van de hypotheekhouder, na 90 dagen uitgewerkt. Bovendien kan de bank de varkenshouder niet meer van overdracht af houden, want na de executie heeft de varkenshouder de beschikking over de varkensrechten al verloren. Ook zie ik niet in hoe een vordering tot een leveringsverbod van een hypotheekhouder bij de rechter kan slagen na een executoriale verkoop. Stel dat de hypotheekhouder een verkoop- en leveringsverbod heeft opgenomen in een overeenkomst met de varkenshouder dan heeft dat geen werking ten opzichte van derden (goederenrechtelijke werking) en zeker niet bij een executoriale verkoop. Wat zijn de mogelijkheden dan nog voor een hypotheekhouder om in het geval van beslag mee te delen in de opbrengst? Dat kan alleen door zelf (conservatoir) beslag te leggen. Dan moet de varkenshouder wel in verzuim zijn en als de hypotheekhouder niet een notariële titel voor de executie kan gebruiken, zal deze een eis (dagvaardingsprocedure) moeten instellen. Ook is er dan al een eerste beslaglegger die verder de verkoop in de hand heeft. 6. Varkensrechten, lease en faillissement De lakmoesproef voor de houdbaarheid van een juridische regeling is op het moment dat de regeling wordt getest in faillissement. Voor varkensrechten 326 Tijdschrift voor AGRARISCH RECHT TvAR_2015_06.indb 326 29/06/2015 15:22:37

Varkensrechten: pand, beslag, lease en faillissement waren dat de zaken Van Ruler I 16 en II. 17 De vraag bij die zaken was of varkensrechten die door een verleaser waren verkocht aan een derde, maar nog geregistreerd op naam van de leaser, in de faillissementsboedel vielen van de leaser. Het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden kwam daarbij tot twee volstrekt tegenstrijdige uitspraken. In Van Ruler I (kort geding) werd bepaald dat de varkenrechten in de boedel vielen en in Van Ruler II (bodemprocedure) dat dat niet zo was. De casus was dat De Peter I B.V. (een beheersvennootschap van Van Ruler sr.) in 1998 haar varkensrechten had verleast met registratie- aan De Peter II (de werkvennootschap) tegelijk met de verpachting van een varkensstal. In het kader van een financiële reorganisatie had De Peter I in december 2008 de varkensrechten bij akte verkocht aan Van Ruler jr. In februari 2009 ging de Peter II failliet maar van de overdracht aan Van Ruler jr. was nog niet aan de RVON kennisgegeven. De curator trof de varkensrechten aan in de boedel van De Peter II en heeft deze na het Van Ruler I arrest verkocht. Van Ruler jr. vorderde vervolgens in Van Ruler II een schadevergoeding omdat de curator ten onrechte de varkensrechten had verkocht. In de zaak Van Ruler I volgde het hof de weg van het visrechten-arrest (Agin/Libosan). 18 De kernoverweging daarin is dat een wijziging in de privaatrechtelijke verhoudingen niet beslissend is maar slechts of een wijziging langs publiekrechtelijke weg is geëffectueerd. Volgens prof. Biemans had het hof het in deze zaak bij het rechte eind. In Van Ruler II oordeelde het hof echter dat in 1998 bij het verpachten van de stal en daarmee het verleasen van de varkensrechten door Peter I aan Peter II de varkensrechten in het vermogen van Peter I zouden zijn gebleven. Het hof komt tot die overweging, omdat (a) bij lease geen sprake is van geldige en noodzakelijke titel en overdracht in de zin van art. 3:84 BW en (b) op een varkensrecht een zakelijk of persoonlijk gebruiksrecht kan worden gegeven. 6.1. Is een rechtsgeldige titel tot overdracht vereist? In Van Ruler II oordeelt het hof dat een geldige titel, in deze een verbintenis die tot overdracht verplicht van het ene vermogen naar het andere vermogen, ontbreekt. Het hof komt tot dit oordeel op basis van de uitleg van de overeenkomst ( Haviltex -maatstaf). Daardoor zijn de varkensrechten in kwestie volgens het hof nimmer van Peter I naar Peter II ge- gaan. Een geldige titel tot overdracht in de zin van art. 3:84 BW is volgens het hof noodzakelijk. Uit de parlementaire geschiedenis volgt dat in het stelsel van de Meststoffenwet (uiteindelijk) alleen registratie van belang is, aldus Biemans in zijn noot onder Van Ruler II. Ook heeft de Hoge Raad dat duidelijk overwogen in de visrechten-zaak. Biemans meent dat de regel dat een geldige titel om overdracht te bewerkstelligen (art. 3:84 BW) bij varkensrechten niet nodig is. Het publiekrecht prevaleert. Bruil schrijft dat net als het hof in Van Ruler II wel een titel tot overdracht noodzakelijk is 19. Zijn argument is dat privaatrecht iets anders is dan publiekrecht. Ook sluit dat beter aan bij de praktijk omdat daarin de lease of huur van varkensrechten aan de orde van de dag is en het niet de bedoeling is dat de varkensrechten in het vermogen van de huurder vallen. Maar hij geeft wel aan dat het gewenst is om voortaan uitdrukkelijk aandacht te besteden aan de privaatrechtelijke levering. De redenering van Bruil overtuigt (mij) niet. Stel dat een verkoper van varkensrechten afspreekt met een koper om deze rechten over te dragen. De koper betaalt al voor de rechten. De partijen verzoeken de RVON om de overgang van de rechten te registreren. De RVON weigert dat echter omdat sprake is van verschillende concentratiegebieden. Er is op zich een geldige titel volgens het privaatrecht alleen het publiekrecht houdt de overgang van rechten tegen. Het is voor de koper ook onmogelijk om nakoming te vorderen. Hieruit volgt naar mijn mening dat het publiekrecht prevaleert. Hoe een verleaser met een leaser een afdwingbare overeenkomst kan sluiten waarbij het varkensrecht in het vermogen van de verleaser blijft maar slechts wordt gebruikt door de leaser, is zonder faciliteit in de Meststoffenwet naar mijn mening niet mogelijk. De enige afspraak als basis voor de lease van varkensrechten is de verplichting tot teruglevering of een overdracht onder ontbindende voorwaarde. Bij een faillissement van een leaser kan een curator niet worden verplicht tot teruglevering of registratie bij de RVON. Daaraan staat art. 35 Faillissementswet 20 in de weg, zoals de Hoge Raad ook overwoog in het visrechten-arrest. Ook bij een overdracht onder ontbindende voorwaarde van faillissement moet de curator terugleveren en daarvoor geldt dus hetzelfde. Het is voor de praktijk spijtig dat in Van Ruler II geen cassatie bij de Hoge Raad is ingesteld omdat ondanks deze uitspraak de onduidelijkheid blijft. 16. Hof Arnhem 29 maart 2011 (Van Ruler I) Agr.r. 2012/5701 en JOR 2011/242 m.nt. Biemans. 17. Hof Arnhem-Leeuwarden (Van Ruler II) 7 jan 2014 TvAR 2014/02 rechtspraak 5754 m.nt. Bruil en JOR 2014/116 m.nt. Biemans. 18. HR 9 april 2004, NJ 2004/331 nt. JOR 2004/181 in vervolg op HR 16 mei 1997, (Dircks c.s./peters-dircks) NJ 1998/238 en JB 1997/148 ook aangehaald in CBB 4 juli 2007, LJN BB0119. 19. Zie Agr.r. 2012/5701. 20. Art 35 Fw lid 1 luidt: Indien op de dag van de faillietverklaring nog niet alle handelingen die voor een levering door de schuldenaar nodig zijn, hebben plaatsgevonden, kan de levering niet geldig meer geschieden. Tijdschrift voor AGRARISCH RECHT 327 TvAR_2015_06.indb 327 29/06/2015 15:22:37

Varkensrechten: pand, beslag, lease en faillissement 6.2. Kan op een varkensrecht een zakelijk of persoonlijk gebruiksrecht worden gegeven? Volgens het hof in Van Ruler II is dat mogelijk omdat uit art. 25 Meststoffenwet volgt dat een varkensrecht onder welke titel dan ook, (kan) overgaan naar een onder bedrijf. De vraag is of de zinsnede onder welke titel dan ook in enge of ruime zin moet worden gezien. In enge zin kan daar slechts onder worden verstaan de wijze van verkrijging van goederen, die mogelijk is onder algemene titel (o.a. vererving) of bijzondere titel (o.a. koop) van art. 3:80 BW. In ruime zin wordt dan onder een titel naast de verkrijging ook begrepen een tijdelijke overdracht door middel van gebruiksrechten, zoals het hof dus doet in Van Ruler II. Naar mijn mening moet onder welke titel dan ook in enge zin worden gezien en passen gebruiksrechten niet in het wettelijk systeem. Voor een persoonlijk gebruiksrecht komt bij varkensrechten als bijzondere overeenkomst alleen in aanmerking de huurovereenkomst (als een vergoeding is bedongen) of anders een bruikleenovereenkomst (als geen vergoeding is bedongen). Als zakelijk gebruiksrecht kan een vermogensrecht als een varkensrecht alleen in vruchtgebruik worden gegeven, nu de andere zakelijke gebruiksrechten alleen op zaken kunnen rusten. De aard van het varkensrecht verzet zich er naar mijn mening tegen dat het recht wordt verhuurd of in bruikleen of vruchtgebruik wordt gegeven. In de Meststoffenwet worden zakelijke of persoonlijke gebruiksrechten verder niet geregeld. Ook is er geen wettelijke grondslag voor de RVON om deze rechten te registreren en dit gebeurt dan ook niet. Bij andere vermogensrechten zoals octrooien en auteursrechten heeft de wetgever de mogelijkheid van tijdelijke gebruiksrechten wel geregeld door licenties mogelijk te maken. Daarmee blijft het recht in het vermogen van de licentiegever en bij faillissement van de licentienemer eindigt blijft het recht bij de licentiegever al dan niet onder gestanddoening van de curator van de licentieovereenkomst 21. Van belang is dat de licentie pas tegenover derden werkt wanneer haar titel (licentiecontract) in het octrooiregister is ingeschreven (art. 56 lid 2 ROW). Nu het gebruiksrecht door de wetgever in de Meststoffenwet verder niet wordt benoemd of gefaciliteerd, is naar mijn mening het verlenen van een gebruiksrecht niet mogelijk. Op het moment dat een verleaser zijn varkensrecht verleast en dat registreert verlaat het varkensrecht zijn vermogen en heeft hij slecht een aanspraak op de leaser tot teruglevering in zijn vermogen op het moment als contractueel is overeengekomen. 7. Slot De wetgever heeft door het pandrecht op varkensrechten te verbieden terwijl (executoriaal) beslag wel mogelijk is, een onevenwichtigheid laten ontstaan. De hypotheekhouder wordt door het tijdelijke blokkaderecht maar tijdelijk beschermd. Een Een kwaadwillende schuldeiser kan de varkensrechten executoriaal verkopen waarbij de varkensstal maar ook de varkenshouder zonder rechten achterblijft. In het kader van een zorgvuldige financiering en ter behoud van het onderpand van een varkensbedrijf is dat onwenselijk. Daarom zou het mogelijk moeten zijn om ook op varkensrechten een pandrecht te vestigen. Tot veel extra administratieve lasten ten opzichte van registratie van het tijdelijke blokkaderecht leidt dit naar mijn mening niet. De verleaser van varkensrechten blijft, ondanks het arrest van Ruler II, het risico lopen dat bij faillissement van de leaser de rechten in de boedel vallen. Een andere juridische constructie dan de verplichting tot teruglevering door de leaser op straffe van een boete is er niet. De wetgever zou toch eens moeten gaan nadenken over een faciliteit. De behoefte is er gezien de jarenlange praktijk van het leasen. Verder zijn er behoorlijke (financiële) belangen mee gemoeid en is het redelijk dat de verleaser zijn varkensrechten kan beschermen tegen faillissement van de leaser. 21. Zie over deze problematiek HR 3 november 2006, NJ 2007/155 (Nebula) en Rb. Amsterdam 16 augustus 2007 JOR 2007/258 m.nt. Van Andel. 328 Tijdschrift voor AGRARISCH RECHT TvAR_2015_06.indb 328 29/06/2015 15:22:37