STICHTING PENSIOENFONDS VOOR DIERENARTSEN JAARRAPPORT 2009



Vergelijkbare documenten
Pension Fund Governance TRANSPARANTIE DOCUMENT UITLEG GEKOZEN PRINCIPES VOOR GOED PENSIOENFONDSBESTUUR

Beschrijving Pension Fund Governance Stichting Bedrijfspensioenfonds voor het Bakkersbedrijf

TRANSPARANTIEDOCUMENT

Terugblik 2011 in cijfers

Een overzicht van de kerncijfers vindt u op <pagina 8 en 9> van het volledige jaarverslag.

Bestuur. Deelnemers: 2 Pensioengerechtigden:3 Werkgevers 2. Verantwoording en medezeggenschap

Transparantiedocument organisatie van Stichting Pensioenfonds Wonen

Het jaarverslag 2012 in vogelvlucht

2013 verkort in beeld. Ontwikkelingen. Pensioenen Beleggingen Organogram

Stichting Pensioenfonds voor Dierenartsen. Jaarrapport 2013

Transparantiedocument

Stichting Pensioenfonds Wolters Kluwer Nederland. Reglement intern toezicht. In werking

Stichting Pensioenfonds SMIT. Bestuursreglement V120620

Reglement verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds voor Dierenartsen

Transparantiedocument

Reglement Raad van Toezicht. van de. Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf

Stichting Norit Pensioenfonds

VERKORT JAARVERSLAG 2016

Stichting Pensioenfonds voor Dierenartsen. Jaarrapport 2012

Verder in deze nieuwsbrief een samenvatting van het rapport van de visitatiecommissie.

Taakopdracht, bevoegdheden en samenstelling commissies. van het Bedrijfstakpensioenfonds voor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf

Informatiebijeenkomst Pensioenfonds KPN Pensioengerechtigden. Oktober 2013

Reglement voor de raad van toezicht

Reglement Verantwoordingsorgaan Stichting-Telegraafpensioenfonds 1959 Januari 2018

Reglement Verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds Equens

Profiel voor (kandidaat)leden van het Verantwoordingsorgaan PMT

Functieprofielen Algemeen Bestuur Stichting Pensioenfonds ING. Algemeen functieprofiel Bestuur Stichting Pensioenfonds ING

VERKORT JAARVERSLAG 2017

REGLEMENT RAAD VAN TOEZICHT. [Versie 1 januari 2019]

Geef pensioen de aandacht die het verdient. Jaarbericht Stichting Pensioenfonds

Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland

Regeling van werkzaamheden van het Verantwoordingsorgaan van de. lnstelling Pensioenfonds van de Nederlandse Bisdommen;

Later AOW en pensioen

Huishoudelijk Reglement Verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds Deutsche Bank Nederland.

Transparantiedocument Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Handel in Bouwmaterialen

Stichting Pensioenfonds voor Fysiotherapeuten

Persbericht. Kwartaalbericht: vierde kwartaal 2011

Stichting Pensioenfonds Wolters Kluwer Nederland. Reglement Verantwoordingsorgaan

Transparantiedocument organisatie van pensioenfonds VLEP

Stichting Voorzieningsfonds Getronics 5 februari Stand van zaken SVG. 1 van 20

Bijzondere deelnemersvergadering 29 januari 2015

Stichting Pensioenfonds voor Dierenartsen. Jaarrapport 2014

Stichting Pensioenfonds NEG Nederland Huishoudelijk Reglement

Reglement Verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds Autoriteit Financiële Markten

Transparantiedocument organisatie van Bedrijfstakpensioenfonds voor de Banden- en Wielenbranche

Bijzondere Deelnemersvergadering 24 april 2014

Functieprofiel lid bestuur met portefeuille vermogensbeheer en risicomanagement van Stichting Notarieel Pensioenfonds

Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland

Verslag bijeenkomst SVG 9 maart 2016

Reglement Verantwoordingsorgaan, d.d. 25 september Reglement Verantwoordingsorgaan. Stichting Pensioenfonds Equens

Deelnemersvergadering Stichting Pensioenfonds Thales Nederland. 20 juni 2013

2009: een actief jaar met interessante ontwikkelingen

SPNG. veranderingen. was voor. een jaar van grote. Verkort jaarverslag 2013 >

Reglement bestuur Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot

Wet versterking bestuur pensioenfondsen

10. Goed pensioenfondsbestuur

Transparantiedocument

Pensioen-Bijeenkomst. 23 maart 2017

stichting pensioenfonds wonen

Wanneer gaat u met pensioen: eerder of later? AOW-leeftijd verschuift opnieuw

Communicatieplan. Stichting Pensioenfonds PepsiCo Nederland November Versie

FUNCTIEPROFIEL BESTUUR VOOR LEDEN EN VOORZITTER (BELEGGINGSCOMMISSIE)

Stichting Pensioenfonds SABIC Innovative Plastics. Verkort Jaarverslag 2009

Verkort jaarverslag PHI 2012

DEELNEMERSVERGADERING 16 november Stichting Pensioenfonds Invista

Stichting Pensioenfonds Sligro Food Group. Reglement Verantwoordingsorgaan

REGLEMENT RAAD VAN TOEZICHT STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA

PENSIOENFONDS HORECA & CATERING DIRECTIESTATUUT INZAKE TOEDELING TAKEN, VERANTWOORDELIJKHEDEN EN BEVOEGDHEDEN AAN DE DIRECTIE

Stichting IKEA Pensioenfonds. Reglement Verantwoordingsorgaan

Communicatieplan Stichting Pensioenfonds Deutsche Bank Nederland

Stichting Metro Pensioenfonds Populair jaarverslag 2008

NOTULEN DEELNEMERSVERGADERING VAN DE STICHTING JAN HUYSMAN WZ. FONDS 25 september 2012 Datum : 25 september 2012 Steller : D.W. Slok-Uittenbogaard

Verkort jaarverslag 2013

In september 2016 werd het contract met Syntrus Achmea Pensioenbeheer opgezegd. In 2017 werd een nieuwe pensioenuitvoeringsorganisatie

Reglement Verantwoordingsorgaan. Stichting-Telegraafpensioenfonds 1959

voor de beleggingscommissie van Stichting Pensioenfonds voor Verloskundigen (hierna: SPV).

FUNCTIEPROFIEL VOOR: BESTUURSLID NAMENS DEELNEMERS EN LID GOVERNANCECOMMISSIE STICHTING PENSIOENFONDS GRONTMIJ 22 MEI 2015

STICHTING PENSIOENFONDS VOOR VERLOSKUNDIGEN JAARRAPPORT 2008

PF-UPDATE Nr 2 juni 2009 nieuwsbrief Pensioenfonds

Verkort jaarverslag PHI 2010

Verkort jaarverslag PHI 2011

Welkom namens. Stichting Pensioenfonds van de KAS BANK. AMSTERDAM, 26 juni 2014

Reglement Verantwoordingsorgaan

Reservetekort weggewerkt, pensioenen verhoogd

Verkort Jaarverslag 2014

4. Bestuurders van het fonds kunnen geen lid zijn van het Verantwoordingsorgaan.

Artikel 1 - Definities

Kamervragen van de leden Omtzigt en Van Hijum (beiden CDA)

Kwartaalbericht. 4e kwartaal 2014 Den Haag, 30 januari Samenvatting cijfers per 31 december 2014

Pensioen Nieuws. Lichte daling dekkingsgraad

Vereniging Nederlands Pensioenfonds voor de Sigarenindustrie en aanverwante Bedrijven

Profielschets lid Raad van Toezicht. 20 mei 2019

STICHTING PENSIOENFONDS VOOR VERLOSKUNDIGEN JAARRAPPORT 2009

Profiel Kandidaat Bestuurder. 1. Organisatie 2. Kerncijfers 3. Vacante functie 4. Kandidaat 5. Diversiteit 6. Bijzonderheden 7.

PROFIELSCHETS. Philips Pensioenfonds NIET UITVOEREND BESTUURDER 1/5. Stichting Philips Pensioenfonds

2011 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG

Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Schoen-, Leder- en Lederwarenindustrie. Reglement Verantwoordingsorgaan

Strengere regels voor pensioenfondsen

HUISHOUDELIJK REGLEMENT VAN HET VERANTWOORDINGSORGAAN

FUNCTIEPROFIEL VOOR: BESTUURSLID NAMENS PENSIOENGERECHTIGDEN STICHTING PENSIOENFONDS GRONTMIJ 8 SEPTEMBER 2016

Transcriptie:

STICHTING PENSIOENFONDS VOOR DIERENARTSEN JAARRAPPORT 2009

INHOUD A. Voorwoord 2 B. Kerncijfers 4 C. Karakteristieken van het pensioenfonds 7 D. Verslag van het verantwoordingsorgaan en reactie bestuur op het verslag 15 E. Bestuursverslag 22 ONTWIKKELINGEN 23 ALGEMENE ONTWIKKELINGEN 26 PENSIOENBELEID 27 VERMOGENSBEHEER 29 FINANCIELE POSITIE VAN HET FONDS 36 ANALYSE VAN HET RESULTAAT 36 RISICOPARAGRAAF 37 TOEKOMSTPARAGRAAF 38 F. Jaarrekening 39 BALANS PER 31 DECEMBER 2009 40 STAAT VAN BATEN EN LASTEN OVER 2009 41 KASSTROOMOVERZICHT 42 TOELICHTING BEHORENDE BIJ DE JAARREKENING 43 TOELICHTING OP DE BALANS 49 TOELICHTING OP DE STAAT VAN BATEN EN LASTEN 65 G. Overige gegevens 70 STATUTAIRE RESULTAATBESTEMMING 71 ACTUARIELE VERKLARING 72 ACCOUNTANTSVERKLARING 74 G. Bijlagen 76 RAPPORTAGE COMPLIANCE OFFICER 77 VERLOOPSTAAT AANTAL DEELNEMERS 79 STICHTING PENSIOENFONDS VOOR DIERENARTSEN 1

A. Voorwoord STICHTING PENSIOENFONDS VOOR DIERENARTSEN 2

Beste lezer, 2009 was weer een bewogen jaar voor de pensioenfondsen in Nederland. Net als 2008 stond 2009 vooral in het teken van de economische crisis. De combinatie van beursverliezen en lage rente zorgde ervoor dat veel pensioenfondsen begin 2009 in een situatie van onderdekking verkeerden. Ook Stichting Pensioenfonds voor Dierenartsen (SPD) kreeg hiermee te maken. Aan het einde van 2008 was de dekkingsgraad gedaald tot 98,3%. In 2009 zette de daling aanvankelijk voort, maar vanaf het tweede kwartaal trad het herstel in. Als bestuur konden we begin januari 2010 tot onze tevredenheid constateren dat de dekkingsgraad weer was gestegen naar een redelijk comfortabel niveau van rond de 108%. Helaas strooiden ontwikkelingen op het gebied van de levensverwachtingen roet in het eten. Het Centraal Bureau voor de Statistiek maakte bekend dat we met z n allen nog langer leven dan we eerder hadden gedacht, waarop De Nederlandsche Bank pensioenfondsen voorschreef rekening te houden met deze nieuwe kennis. Hierdoor stegen onze verplichtingen op de balans in één klap met 4% en werd het herstel dat we dachten gerealiseerd te hebben gehalveerd. Ondanks deze late tegenvaller sluiten we 2009 toch af met een positieve dekkingsgraad van 103,8%. 2009 was voor SPD ook het jaar van het afscheid. In juni namen we afscheid van onze adviseur en oudvoorzitter Karel Schipper en in het najaar trad Jaap Boersma af als bestuurslid. In oktober kwam er ook een eind aan de jarenlange samenwerking met onze actuaris Hein van Gemert. Op deze plaats wil ik hen hartelijk bedanken voor hun werkzaamheden en inzet voor het fonds. De komende jaren zullen in het teken staan van herstel. Op de eerste plaats natuurlijk herstel van de dekkingsgraad. Herstel van het vertrouwen in de financiële sector wereldwijd is daarvoor onontbeerlijk. En op Europees niveau is het herstel van de EU-economieën van het grootste belang voor het vertrouwen in de euro. Allemaal zaken waar je als pensioenfondsbestuurder mee geconfronteerd wordt, maar waar je eigenlijk geen invloed op hebt. De zaken waar we wel invloed op hebben, worden in 2010 uitgebreid tegen het licht gehouden. Om ons beleggingsbeleid goed te laten aansluiten bij de veranderende omstandigheden voeren we een ALM-studie uit. Verder bekijken we integraal de inhoud en financiële opzet van de pensioenregeling. Sluit de regeling nog aan bij de wensen van de beroepsgroep en hoe houden we de regeling toekomstbestendig? Al met al staan we voor grote uitdagingen. Maar met een deskundig en enthousiast bestuur en goede adviseurs gaan we die uitdagingen niet uit de weg. Stichting Pensioenfonds voor Dierenartsen Ton de Ruijter Voorzitter STICHTING PENSIOENFONDS VOOR DIERENARTSEN 3

B. Kerncijfers STICHTING PENSIOENFONDS VOOR DIERENARTSEN 4

Deelnemers, gewezen deelnemers en pensioengerechtigden 31-12-2009 31-12-2008 31-12-2007 31-12-2006 31-12-2005 Aantal % Aantal % Aantal % Aantal % Aantal % Deelnemers 3.200 60,4 3.088 60,0 2.983 59,3 2.947 57,9 2.935 59,0 Gewezen deelnemers 938 17,7 935 18,2 953 19,0 1.070 21,0 1.057 21,3 Pensioengerechtigden met uitstel van ingang pensioen 64 1,2 85 1,6 118 2,3 152 3,0 133 2,7 Pensioengerechtigden 1.100 20,7 1.037 20,2 973 19,4 922 18,1 846 17,0 Totaal 5.302 100,0 5.145 100,0 5.027 100,0 5.091 100,0 4.971 100,0 Premiebijdragen deelnemers, pensioenuitkeringen, saldo waardeoverdrachten en pensioenuitvoeringskosten (Bedragen x 1.000) 2009 2008 2007 2006 2005 Premiebijdragen deelnemers 15.881 14.686 14.232 17.895 17.160 Pensioenuitkeringen 17.197 15.411 13.884 12.169 10.963 Saldo waardeoverdrachten -88-1.248-309 - 1.215-430 Pensioenuitvoeringskosten 1.454 1.512 1.519 1.417 1.075 Technische voorzieningen, stichtingskapitaal en reserves, bezittingen en dekkingsgraad (Bedragen x 1.000) 31-12-2009 31-12-2008 31-12-2007 31-12-2006 31-12-2005 Technische voorzieningen 721.976 717.420 536.592 559.281 559.627 Stichtingskapitaal en reserves 27.649-11.854 109.322 125.028 90.440 Bezittingen Beleggingen 783.301 729.443 685.778 684.139 628.909 Herverzekeringen 3.717 3.672 3.477 3.933 3.890 Liquide middelen 318 342 776 1.095 11.434 Saldo overige activa en passiva -37.711-27.891-44.117-4.858 5.834 Totaal bezittingen 749.625 705.566 645.914 684.309 650.067 Dekkingsgraad APP-methode - - - 122,4% 116,3% FTK-methode 103,8% 98,3% 120,4% - - STICHTING PENSIOENFONDS VOOR DIERENARTSEN 5

Winstdeling c.q. toeslagen (in procenten) 2009 2008 2007 2006 2005 1 januari n.v.t. n.v.t. 3,2 nihil nihil 1 juli nihil 1,8 n.v.t. n.v.t. n.v.t. Verdeling beleggingsportefeuille (Bedragen x 1.000) 31-12-2009 31-12-2008 31-12-2007 31-12-2006 31-12-2005 % % % % % Vastgoed 58.986 7,8 53.945 7,7 51.006 7,9 68.455 10,0 59.015 9,4 Aandelen 188.915 25,1 110.483 15,8 180.344 27,8 174.451 25,5 176.659 28,1 Vastrentende waarden 470.744 62,6 436.359 62,2 437.593 67,5 436.309 63,8 393.235 62,5 Derivaten 1.061 0,1 86.814 12,4-32.143-5,0 640 0,1 - - Overige beleggingen 32.742 4,4 28.891 1,9 11.794 1,8 4.284 0,6 - - 752.448 100,0 716.492 100,0 648.594 100,0 684.139 100,0 628.909 100,0 Opgenomen onder schulden en overlopende passiva 30.853 12.951 37.184 - - Opgenomen onder beleggingen 783.301 729.443 685.778 684.139 628.909 Beleggingsresultaten (Bedragen x 1.000) 2009 2008 2007 2006 2005 Beleggingsresultaten 47.225 63.613-38.118 31.478 63.456 Beleggingsrendement (in procenten) 2009 2008 2007 2006 2005 Werkelijk (inclusief resultaat valuta- en rentehedge 6,8 10,3-5,1 7,1 11,3 Werkelijk (exclusief resultaat valuta- en rentehedge 13,3-8,9-0,4 7,1 11,3 Benchmark 13,7-7,2 0,6 7,0 11,1 STICHTING PENSIOENFONDS VOOR DIERENARTSEN 6

C. Karakteristieken van het pensioenfonds STICHTING PENSIOENFONDS VOOR DIERENARTSEN 7

Profiel Stichting Pensioenfonds voor Dierenartsen (SPD), statutair gevestigd te Utrecht is opgericht op 1 januari 1975. De laatste statutenwijziging was op 21 augustus 2007. De stichting is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel onder nummer 41178388. SPD is een beroepspensioenfonds en is aangesloten bij de koepelorganisatie Unie van Beroepspensioenfondsen (UvB). De stichting voert de pensioenregeling uit die op verzoek van de beroepspensioenvereniging Deelnemersvereniging Pensioenfonds Dierenartsen door de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid is verplichtgesteld voor iedere dierenarts die de praktijk in Nederland voert en in Nederland woonachtig is. SPD heeft tot doel uitvoering te geven aan het pensioenreglement, zoals dat geldt voor de praktiserende dierenartsen. SPD beperkt zijn activiteiten tot het uitvoeren van (een) pensioenregeling(en) en het verrichten van werkzaamheden die daar rechtstreeks verband mee houden en die het pensioenfonds in staat stellen zijn maatschappelijke functie het verzorgen van (gewezen) deelnemers voor de financiële gevolgen van pensionering, overlijden of arbeidsongeschiktheid op basis van solidariteit en collectiviteit zo goed mogelijk uit te voeren. Het pensioenfonds ontwikkelt géén activiteiten die niet behoren tot de kerntaken van een pensioenfonds en oefent geen nevenactiviteiten uit. Organisatie van het pensioenfonds Verdeling van taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden In het vervolg van dit hoofdstuk beschrijven wij de huidige organisatie van ons fonds aan de hand van onderstaand schema. Deelnemersvereniging (DPD) Bestuur Waarmerkend Actuaris Commissies Adviserend Actuaris Compliance Officer Accountant Herverzekeraar Overige adviseurs Verantwoordingsorgaan Pensioenbeheer Vermogensbeheer STICHTING PENSIOENFONDS VOOR DIERENARTSEN 8

Bestuur Het bestuur is verantwoordelijk voor het beheer van het pensioenfonds en het uitvoeren van de pensioenregeling, waaronder het doen van pensioenuitkeringen aan pensioengerechtigden. Onderdeel van deze verantwoordelijkheid is het uitvoeren van interne controlemaatregelen gericht op de juiste en volledige registratie van de gegevens van het pensioenfonds. Het bestuur heeft, krachtens de statuten en reglementen, bevoegdheden tot het verrichten van betalingen en het aangaan van contractuele verplichtingen met derden. Rooster van aftreden Het bestuur van het pensioenfonds bestaat uit ten minste vijf en maximaal zeven leden. Alle bestuursleden worden gekozen uit de deelnemers, gewezen deelnemers en gepensioneerden die lid zijn van de Deelnemersvereniging Pensioenfonds Dierenartsen (DPD) en wel door de algemene vergadering van deze deelnemersvereniging. Een bestuurslid kan niet tevens bestuurslid zijn van de DPD. Twee of drie van de bestuursleden dienen voort te komen uit de beroepsgroep Geneeskunde Landbouw Huisdieren en twee of drie bestuursleden uit de beroepsgroep Geneeskunde Gezelschapsdieren. Eén bestuurslid is voorgedragen door het bestuur van de Koninklijke Nederlandse Maatschappij voor Diergeneeskunde. Dit bestuurslid is aan het pensioenfonds verbonden als (gewezen) deelnemer of gepensioneerde, maar hoeft in afwijking van het hiervoor bepaalde geen lid te zijn van de DPD. De leden van het bestuur treden om de drie jaar af. Een aftredend lid kan tweemaal worden herkozen of benoemd. Een vierde termijn is uitsluitend mogelijk op expliciet verzoek van de DPD. In 2009 waren uit het bestuur van het pensioenfonds aftredend en herkiesbaar: mevrouw F. Haffmans de heer T. de Ruijter De Algemene Ledenvergadering DPD van 3 november 2009 is akkoord gegaan met de bekrachtiging van de benoeming van bovenstaande bestuursleden. Per 3 november 2009 is de heer J.M. Boersma op eigen verzoek afgetreden. Aan het eind van het verslagjaar is de samenstelling van het bestuur als volgt: In functie vanaf Aftredend per afkomstig uit de Groep Geneeskunde Gezelschapsdieren De heer T. de Ruijter (voorzitter) 20 september 2006 31 december 2012 (2 e termijn) Mevrouw F. Haffmans 16 september 2003 31 december 2012 (3 e termijn) De heer K.J. Broekhuizen 15 december 2005 31 december 2011 (2 e termijn) afkomstig uit de Groep Geneeskunde Landbouw Huisdieren De heer F.C.G.M. van den Nobelen (secretaris) 20 september 2001 31 december 2010 (3 e termijn) Mevrouw M.H. Oomen 19 september 2002 31 december 2011 (3 e termijn) afkomstig uit het bestuur van de KNMvD De heer H.R.C. Gostelie 1 oktober 2002 31 december 2011 (3 e termijn) STICHTING PENSIOENFONDS VOOR DIERENARTSEN 9

Het bestuur van SPD heeft de dagelijkse uitvoering van de werkzaamheden uitbesteed aan een uitvoeringsorganisatie. Deze werkzaamheden betreffen vermogensbeheer, pensioenadministratie en bestuursondersteuning. Uitgangspunt is dat het bestuur, conform de eisen van de Wet verplichte beroepspensioenregeling (Wvb), verantwoordelijk blijft voor de juiste uitvoering van de uitbestede taken. Dagelijks beleid De voorzitter en de secretaris zijn samen belast met de uitvoering van de besluiten van het bestuur van SPD. Zij vertegenwoordigen gezamenlijk SPD in en buiten rechte. Het bestuur heeft uitsluitend bevoegdheden conform de statuten en reglementen van SPD, in overeenstemming met de vastlegging in de actuariële en bedrijfstechnische nota (ABTN). Deelnemersvereniging Om het draagvlak van de verplichtgestelde pensioenregeling te kunnen toetsen is in 2006 de beroepspensioenvereniging opgericht onder de naam Deelnemersvereniging Pensioenfonds Dierenartsen (DPD). De DPD bepaalt de opzet van de regeling, benoemt onder meer de bestuursleden en heeft een adviserende rol bij reglementswijzigingen (statutair vastgelegd). Het bestuur van SPD overlegt minimaal eenmaal per jaar met het bestuur van DPD. Het bestuur van de DPD bestaat ultimo 2009 uit: de heer A.J.G. den Hertog, vertegenwoordiger van de KNMvD mevrouw C. Karens, secretaris mevrouw S.M. Nab, voorzitter de heer H. Vrieselaar, penningmeester de heer P.J. van de Werf Verantwoordingsorgaan Het bestuur legt jaarlijks verantwoording af over het gevoerde beleid aan het zogenaamde verantwoordingsorgaan. Het verantwoordingsorgaan is een orgaan van het pensioenfonds en is op 31 december 2009 als volgt samengesteld: Vertegenwoordiging van de actieve zelfstandige deelnemers: de heer A.J.G. den Hertog mevrouw C. Karens de heer H. Vrieselaar Vertegenwoordiging van de actieve deelnemers, werkzaam in loondienst: mevrouw S.M. Nab vertegenwoordiging van de pensioengerechtigden: de heer P.J. van de Werf Jaarlijks beoordeelt het verantwoordingsorgaan de werkwijze, het beleid en de keuzes van het bestuur van SPD. Het verantwoordingsorgaan geeft een schriftelijk en beargumenteerd oordeel. Vervolgens geeft het bestuur van SPD een schriftelijke en beargumenteerde reactie hierop. Zowel het oordeel van het verantwoordingsorgaan over boekjaar 2008 en het eerste half jaar van 2009, als de reactie van het bestuur, zijn opgenomen in hoofdstuk D van dit jaarverslag. Intern toezicht Acht beroepspensioenfondsen - waaronder SPD - hebben de handen ineen geslagen om gezamenlijk vanuit de Stichting Dienstverlening Beroepspensioenfondsen (SDB) het intern toezicht in het kader van Pension Fund Governance (PFG) te organiseren. SDB oefent het intern toezicht uit in het kader van PFG STICHTING PENSIOENFONDS VOOR DIERENARTSEN 10

op de besturen van aangesloten beroepspensioenfondsen. De basis voor het intern toezicht is neergelegd in de Code Pension Fund Governance van de Stichting van de Arbeid en wettelijk verankerd in de Wvb. Het toezicht richt zich met name op het beoordelen van de beleids- en bestuursprocedures en -processen, op de checks and balances, de wijze waarop de uitvoering van de regeling wordt bestuurd en aangestuurd en op de wijze waarop wordt omgegaan met de risico s op de langere termijn voor het pensioenfonds. Voor de inrichting van het intern toezicht heeft het bestuur gekozen voor intern toezicht door een visitatiecommissie. Deze visitatiecommissie, die bestaat uit 3 leden en een secretaris, bezoekt eens in de drie jaar het bestuur van SPD. SPD is voor de eerste maal getoetst in 2008. In 2009 heeft geen toetsing plaatsgevonden. Uitvoeringsorganisatie Het bestuur heeft met inachtneming van de Beleidsregel uitbesteding pensioenfondsen er voor gekozen om de uitvoering van het pensioenbeheer, de beleidsvoorbereiding hiervoor en de ondersteuning van het bestuur uit te besteden. Het pensioenbeheer en de bestuursondersteuning zijn uitbesteed aan Syntrus Achmea Pensioenbeheer te Tilburg (SA). Ook de fondsmanager wordt van deze organisatie ingehuurd. Het vermogensbeheer en de vermogensadministratie zijn uitbesteed aan Syntrus Achmea Vermogensbeheer te De Meern (SAVB). Zowel SA als SAVB zijn voor de uitvoering van de werkzaamheden van het pensioenfonds in het bezit van een SAS70-verklaring. Voor SA geldt dat het gaat om een SAS70-verklaring type II en voor SAVB gaat het om een SAS70-verklaring type II vanaf de tweede helft 2009. De verklaringen zijn rapportages van de accountant van de uitvoeringsorganisatie, dat betreffende organisatie de procedures volgt die het moet volgen. SPD heeft met alle uitvoeringsorganisaties overeenkomsten en Service Level Agreements vastgelegd. De afzonderlijke SLA s zijn zodanig ingericht dat het bestuur inzicht heeft in de wijze van inrichting en uitvoering van de uitbestede bedrijfsprocessen en de daarin door de uitvoeringsorganisatie verankerde maatregelen van interne controle en risicobeheersing inclusief maatregelen gericht op fraudepreventie. Handhaving van de getroffen maatregelen gericht op een beheerste en integere bedrijfsvoering vindt plaats via interne en/of externe audits bij de uitvoeringsorganisaties. Over de uitkomsten van deze audits wordt het bestuur geïnformeerd. Daarnaast heeft de externe accountant van SPD toegang tot alle gegevens en informatie betreffende de aan de pensioen- en vermogensbeheerders uitbestede werkzaamheden. Commissies Om zijn werkzaamheden optimaal te kunnen uitvoeren heeft het bestuur commissies en werkgroepen ingesteld die onder meer tot taak hebben besluiten die het bestuur moet nemen voor te bereiden en genomen besluiten op verzoek van het bestuur uit te voeren. Zij kunnen ook toezien op de uitvoering van door het bestuur genomen besluiten. Het bestuur kan besluiten dat externe deskundigen en niet-bestuursleden deel uit maken van een commissie. Op basis van actualiteit wordt gewerkt met werkgroepen (tijdelijke aard) en voor langdurige aandachtsgebieden met commissies (permanent). Op dit moment kent het bestuur een tweetal vaste commissies, te weten: - Communicatiecommissie; - Commissie Beleggingen. Beide commissies werken op basis van een reglement met daarin een vastgestelde taakopdracht. Deze commissies bestaan uit bestuursleden van het pensioenfonds en worden ondersteund door adviseurs vanuit de administrateur respectievelijk de vermogensbeheerder. STICHTING PENSIOENFONDS VOOR DIERENARTSEN 11

Commissie Beleggingen Na de overdracht van het vermogensbeheer naar een externe partij heeft het bestuur een beleggingscommissie opgericht met als mandaat het: monitoren van de uitvoering van het beleggingsbeleid door de vermogensbeheerder; nader invullen van het strategische beleggingsbeleid; formuleren van beleidsvoorstellen ter besluitvorming voor het bestuur, in samenspraak met de vermogensbeheerder. De commissie adviseert het bestuur gevraagd en ongevraagd over alle zaken die de beleggingen van SPD betreffen. De commissie is samengesteld uit leden van het bestuur (de heren Broekhuizen, Gostelie en De Ruijter), aangevuld met een deskundige van SAVB. In 2009 is de commissie uitgebreid met de heer L. Sibbing als extern lid. Er is een reglement voor de beleggingscommissie opgesteld waarin onder meer de taakopdracht is vermeld. Communicatiecommissie Het bestuur kent een communicatiecommissie die aandacht besteedt aan alle vormen en middelen van communicatie rondom de pensioenregeling en het pensioenfonds. Mede in het kader van de uitvoerige eisen van de Wet verplichtstelling beroepspensioenregeling (Wvb) is het bestuur van mening dat het thema communicatie extra aandacht verdient en in de toekomst blijft verdienen. Het bestuur heeft een communicatiebeleid vastgesteld ten behoeve van de (verbetering van) de informatieverstrekking en vergroting van kennis en acceptatie van de pensioenregeling bij de deelnemers. De uitvoering van dit beleid is door het bestuur gedelegeerd aan de communicatiecommissie. Zowel de taak als de samenstelling van de commissie is in een reglement vastgelegd. In de commissie hebben zitting de bestuursleden de heer Van den Nobelen en de dames Oomen en Haffmans. Zij worden in hun werkzaamheden bijgestaan door een externe communicatieadviseur van SA. Werkgroepen De werkgroepen hebben, in tegenstelling tot de hierboven genoemde commissies, een tijdelijk karakter en voeren een door het bestuur geformuleerde opdracht uit. Naast bestuursleden kunnen (externe) adviseurs deel uitmaken van de werkgroepen. De volgende werkgroepen waren in 2009 actief: Werkgroep Bestuursleden Opdracht Werkgroep Contracten, Statuten en Reglementen De heer K.J. Broekhuizen De heer J.M. Boersma (*) De heer T. de Ruijter De heer H.R.C. Gostelie Het voeren van contractsonderhandelingen; resultaten worden ter definitieve goedkeuring voorgelegd aan het bestuur. Het volgen van ontwikkelingen met betrekking tot wettelijk toezicht en wetgeving en het voorbereiden van wijziging van statuten en (pensioen-) reglement(en) die het gevolg zijn van die ontwikkelingen of van bestuursbeleid. STICHTING PENSIOENFONDS VOOR DIERENARTSEN 12

Werkgroep Pension Fund Governance Werkgroep arbeidsongeschiktheid Mevrouw F. Haffmans De heer H.R.C. Gostelie Mevrouw M.H. Oomen De heer J.M. Boersma (*) De heer K.J. Broekhuizen De heer H.R.C. Gostelie Voorbereiding van de invulling van wetsvoorschriften met betrekking tot zorgvuldig pensioenfondsbestuur. Het vormen van een gefundeerd standpunt omtrent vrijstelling van premiebetaling als onderdeel van de pensioenregeling. (*) In verband met zijn aftreden als bestuurslid maakt de heer Boersma per 3 november 2009 geen deel meer uit van de werkgroepen contracten, statuten & reglementen en arbeidsongeschiktheid. Commissie voor Geschillen Het bestuur van SPD heeft een heldere klachtenprocedure en geschillenprocedure opgesteld. Deze procedures zijn ook op de website geplaatst zodat het voor alle belanghebbenden eenvoudig te vinden is hoe en waar men een klacht of geschil kan indienen. Een belanghebbende kan bij een geschil met het pensioenfonds vanaf 2008 in beroep gaan bij de Commissie van Geschillen, conform de bepalingen in het pensioenreglement. De Commissie voor Geschillen bestaat uit een jurist, een actuaris en een dierenarts. Zo nodig kan de Commissie, per individueel geschil, een deskundige benoemen. De Commissie voor Geschillen is per 31 december 2009 als volgt samengesteld: Mr. A.L. Asscher, advocaat te Amsterdam, voorzitter Mevrouw drs. S. Beelen, dierenarts 1 vacature 2 Aan de Commissie is een griffier verbonden, welke geen deel uitmaakt van de Commissie. De leden van de Commissie worden benoemd en ontslagen door het Bestuur van het pensioenfonds. Met inachtneming van de bepalingen in de statuten, de reglementen en de betreffende geschillenprocedure is de Commissie bevoegd tot het doen van uitspraak in geschillen tussen het pensioenfonds en een bezwaarmaker. De geschillencommissie oordeelt in volstrekte onafhankelijkheid. De commissie van Geschillen hoefde in het boekjaar 2009 geen geschillen te behandelen. Compliance officer Met ingang van 1 maart 2008 heeft SPD het Nederlands Compliance Instituut (NCI) aangewezen als externe compliance officer. De compliance officer ziet toe op de naleving van de gedragscode, welke jaarlijks door het bestuur wordt ondertekend, en rapporteert hier ook jaarlijks over. De rapportage over 2009 is te vinden in de bijlagen. 1 Mevrouw Beelen is in 2010 afgetreden omdat zij niet meer werkzaam is als dierenarts. Het bestuur is in overleg met een kandidaat om de opengevallen positie in te vullen. 2 Mevrouw Notebaard heeft in 2009 haar positie ter beschikking gesteld. Zij is in de loop van 2010 opgevolgd door mevrouw Slabbers, actuaris bij Shell. STICHTING PENSIOENFONDS VOOR DIERENARTSEN 13

Externe deskundigen Het bestuur laat zich bijstaan door externe adviseurs op actuarieel, juridisch en fiscaal terrein. Het bestuur blijft evenwel te allen tijde eindverantwoordelijk voor alle activiteiten van het pensioenfonds. SPD heeft een overeenkomst met enkele externe deskundigen. Adviserend Actuaris: - tot 31 oktober 2009 de heer H.W.J. van Gemert, Watson Wyatt B.V. te Eindhoven - vanaf 1 november 2009 de heer R. Kruijff van Towers Watson te Apeldoorn Waarmerkend Actuaris: - tot 31 oktober 2009 de heer J. Smolenaers, Watson Wyatt B.V. te Eindhoven - vanaf 1 november 2009 de heer R. de Vries van Towers Watson te Apeldoorn De waarmerkend actuaris rapporteert jaarlijks over de financiële positie van SPD en geeft een actuariële verklaring af. De accountant controleert de jaarrekening en de verslagstaten ten behoeve van De Nederlandsche Bank (DNB) en doet verslag van zijn werkzaamheden in de vorm van een accountantsverklaring en een verslag aan het bestuur. Hierin zijn opmerkingen en aanbevelingen over de administratieve organisatie en interne controle van SPD opgenomen. De adviserend actuaris, verder in dit verslag aangeduid als actuaris geeft het bestuur advies rondom uiteenlopende onderwerpen, gerelateerd aan hun werkgebied. Volgens de wet dient er wettelijk een scheiding te zijn van kantoren tussen de waarmerkend actuaris en de adviserend actuaris. Indien een actuariskantoor beschikt over een gedragscode die door DNB goedgekeurd is, mogen de waarmerkend en adviserend actuaris van hetzelfde kantoor komen. Er moet echter altijd sprake zijn van twee verschillende personen. De actuaris van SPD is Towers Watson. Dit geldt voor zowel de waarmerkend actuaris als voor de adviserend actuaris. De werkzaamheden worden goed gescheiden en het fondsbestuur is in het bezit is van een heldere taakverdeling. Het werken met één kantoor is voor SPD kostenbesparend. Accountant: De accountant van SPD is de heer S.A. van Kempen, PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. te Rotterdam. De administrateur maakt het jaarverslag en de accountant controleert dit. De accountant geeft op verzoek advies aan het bestuur, hoewel niet in dezelfde mate als de actuaris. Herverzekering Het overlijdensrisico en het arbeidsongeschiktheidsrisico zijn sinds 2004 volledig herverzekerd bij Aegon Levensverzekering N.V. STICHTING PENSIOENFONDS VOOR DIERENARTSEN 14

D. Verslag van het verantwoordingsorgaan en reactie van het bestuur op het verslag STICHTING PENSIOENFONDS VOOR DIERENARTSEN 15

Inleiding In 2007 heeft het SPD bestuur de bestuursstructuur van het fonds in overeenstemming gebracht met de Principes voor Goed Pensioenfondsbestuur. De nieuwe bestuursstructuur is sinds begin 2008 van kracht en omvat drie organen: het Bestuur, het Verantwoordingsorgaan en het Intern Toezicht. Het SPD Bestuur leidt de Stichting en geeft daarvan rekenschap aan het Verantwoordingsorgaan (VO). Het VO bestaat uit de vijf bestuursleden van de Deelnemersvereniging Pensioenfonds Dierenartsen. Taken VO Het VO heeft tot taak te oordelen over het handelen van het bestuur,over het door het bestuur uitgevoerde beleid en over de beleidskeuzes van het bestuur voor de toekomst. In het VO hebben vijf vertegenwoordigers zitting: drie namens de deelnemers, een namens de pensioengerechtigden en een namens de gewezen deelnemers en beroepsgroep. De taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van het VO zijn vastgelegd in een afzonderlijk reglement. Het VO baseert het oordeel op: - het jaarrapport 2008; - de bevindingen van het intern toezicht; - overige verstrekte informatie. Voor de vervulling van haar taak heeft het VO recht op overleg met het bestuur en het recht om de externe accountant of de externe actuaris te raadplegen. Het VO kan, na een uitspraak van het intern toezicht over het niet naar behoren functioneren van het bestuur, een nader onderzoek laten bevelen door de ondernemingskamer. Bijeenkomsten in 2008 en 2009 Op 22 januari 2008 is het VO voor een kennismaking met elkaar en een delegatie van het SPD bestuur bijeengekomen. In deze bijeenkomst is uitgebreid gesproken over de taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van het VO. Op 27 mei 2008 is het VO bijeen geweest om de klachtenprocedure en communicatie te bespreken. Op 1 september 2009 is men bijeen geweest om het jaarrapport 2008 te beoordelen. Op 22 september 2009 heeft er een overleg plaatsgevonden tussen het bestuur en het VO. In dit overleg is met name het jaarrapport 2008 en actuele zaken besproken. Tijdens dit overleg zijn door het bestuur ook vragen van het VO beantwoord. Het VO heeft kennis genomen van het jaarrapport 2008, het actuariële rapport van Watson Wyatt over het jaar 2008, de klachtenregistratie, communicatie-uitingen tot heden en de notulen van de bestuursvergaderingen gehouden in 2008 en 2009. Op basis van de gesprekken en de documenten is het VO gekomen tot de navolgende bevindingen en aanbevelingen. STICHTING PENSIOENFONDS VOOR DIERENARTSEN 16

Algemene indruk Het VO heeft over het algemeen een positieve indruk over het handelen van het bestuur en het uitgevoerde beleid in het afgelopen kalenderjaar. Ook ten aanzien van de wijze van aansturen door het bestuur bestaat een positieve indruk. Hieronder geeft het VO op specifieke onderdelen zijn bevindingen weer. Bevindingen Boekjaar 2008 Het VO heeft haar oordeel gebaseerd op de notulen van de bestuurvergaderingen, het jaarrapport, het accountantsverslag en het actuarieel rapport. Dankzij het afdekken van het renterisico is er een fraai rendement behaald. Het VO heeft het bestuur wel geadviseerd kritisch te kijken naar de premie. Sinds 2007 zijn de premieinkomsten fors gedaald, waardoor de bijdragen van de deelnemers in de kosten gedaald zijn. Ook blijft het VO aandacht vragen voor de beleggingen en de overeenkomsten die het fonds heeft afgesloten met uitvoerders en adviseurs. Bestuur Het VO heeft kennisgenomen van het voorstel om op termijn het bestuur te verkleinen van 7 naar 5 bestuursleden. Dit om ook aan bestuurderszijde de kosten te drukken. Het VO oordeelt dat veranderingen van bestuurssamenstelling op een juiste wijze worden opgepakt, maar vraagt het bestuur wel te bewaken dat bestuursleden niet overbelast gaan worden. Communicatie Het VO ziet dat het bestuur nog steeds werkt aan een verbetering van de communicatie. Wel adviseert ze het bestuur om ook bij bijvoorbeeld het jaarrapport rekening te houden met de lezers en daar het taalgebruik op af te stemmen. Het VO zou daarbij graag zien dat er onder andere minder gebruik van afkortingen wordt gemaakt, betere uitleg wordt gegeven van bepaalde stukken tekst en bij afwijkende getallen een verklaring wordt toegevoegd. Toeslag Hoewel de regeling in principe geen toeslagen verleent, adviseert het VO het fonds om de gevolgen hiervan duidelijk met haar deelnemers te communiceren. Dekkingsgraad De dekkingsgraad is in 2008 sterk gedaald. Deze daling in 2008 is voornamelijk veroorzaakt door de verslechterende omstandigheden op de financiële markten. Eind 2008 is er een reserve- en dekkingstekort. Het VO waardeert de extra berichtgeving die het pensioenfonds hierover begin 2009 uit heeft laten gaan. Het pensioenfonds heeft tijdig een herstelplan ingediend. Het VO is in het overleg van 22 september 2009 geïnformeerd over de ontwikkeling van de dekkingsgraad in 2009. Compliance Het VO is van mening dat het SPD-bestuur voldoet aan zijn verantwoordelijkheid jegens de deelnemers om juist te handelen (compliant te zijn). STICHTING PENSIOENFONDS VOOR DIERENARTSEN 17

Klachten Het VO blijft de klachten nauwlettend volgen. Het VO verwacht dat er altijd wel klachten blijven komen. Met het nieuwe incassobeleid is een betere oplossing voor de klachten gekomen, welke haar vruchten lijkt af te werpen. Het VO heeft geconstateerd dat er veel meer klachten zijn over de deelnemersadministratie dan er door Interpolis worden geregistreerd. Pensioenpremie Sinds de invoering van de nieuwe regeling zijn de premie-inkomsten fors gedaald. Er zijn meer jonge dan oude deelnemers, waardoor de gemiddeld betaalde premie sterk gedaald is. Dat heeft gevolgen voor de bijdragen van deelnemers in de kosten. Daarnaast zijn de opslag voor administratiekosten en vooral ook de solvabilteitsopslag in 2009 flink gestegen. Hierdoor blijft er minder premie voor de deelnemer over om pensioen in te kopen en is de toekomstige opbouw wederom verlaagd. Dit baart het VO zorgen. Zorgwekkend is dat het aantal openstaande bedragen een stijgende lijn vertoont. Aanbevelingen vorig verslagjaar Het VO heeft gezien dat het bestuur met verschillende aanbevelingen aan de slag is gegaan. Nog niet alles is geheel opgelost en/of afgewerkt, maar eerste stappen zijn duidelijk gezet. Het VO vindt het positief dat het bestuur sinds 2009 een voorlichting aan studenten geeft, om zo potentiële deelnemers tijdig op de hoogte te brengen van de pensioenregeling. Ook het taalgebruik is verbeterd en de nieuwe website lijkt een verbetering te worden. Verder heeft het VO gezien dat het bestuur aan de slag is gegaan met het evalueren van al haar overeenkomsten. Zowel de overeenkomst met de uitvoerder, de vermogensbeheerder als met haar adviseurs worden stuk voor stuk geëvalueerd en besproken. Vanaf 2009 komt er een kostenoverzicht per kwartaal, zodat op tijd bijgestuurd kan worden. Positief is dat een deel van het vermogensbeheer extern gaat plaatsvinden. Hierdoor wordt het fonds minder afhankelijk van de stijl van 1 manager. Het baart het VO zorgen dat het resultaat op uitkeringen ook dit jaar negatief is ( er is meer uitgekeerd dan verwacht). In 2008 vallen de premiebijdragen wederom tegen, waardoor de bijdragen in de kosten lager uitvallen. Aanbevelingen Op basis van de bevindingen beveelt het VO ten behoeve van het bestuurlijk functioneren aan: - Het deskundigheidsplan voor de bestuursleden verder te actualiseren; - De teksten van alle communicatie-uitingen, zoals de nieuwsbrieven op het niveau van de lezer te schrijven (vermijden van te lange artikelen en technische begrippen); - De regeling in heldere taal uit te leggen aan de deelnemers; - De kosten die uit de premie betaald worden duidelijk en volledig te vermelden; - Afkortingen te vermijden ten gunste van de leesbaarheid; - Periodiek de contracten met de uitvoeringsorganisaties te analyseren met het oog op de kosteneffectiviteit. - Jaarlijks aan te geven wat het rendement van de inleg voor de deelnemer is (marktrente + toeslag). - Duidelijk te communiceren welk bedrag er aan rente en incassokosten moet worden voldaan bij te late betaling van de premie. - De klachtenregistratie door Interpolis te verbeteren. - Het aantal openstaande bedragen te evalueren. - Bij het betalen van extra premie worden dezelfde opslagen verwerkt als bij de normale premie. Het VO zou graag zien dat dit helder wordt gecommuniceerd aan de leden. STICHTING PENSIOENFONDS VOOR DIERENARTSEN 18

Voortgang Het VO heeft hierbij op 3 november 2009 zijn oordeel gegeven. Dit oordeel zal worden gepubliceerd op de website www.pensioenfondsdierenartsen.nl. Het oordeel zal met een reactie van het bestuur worden opgenomen in het jaarrapport 2009. Houten, 3 november 2009 Stichting Pensioenfonds voor Dierenartsen Het verantwoordingsorgaan STICHTING PENSIOENFONDS VOOR DIERENARTSEN 19

Reactie van het bestuur op het oordeel van het verantwoordingsorgaan Het bestuur heeft kennis genomen van de bevindingen en aanbevelingen van het verantwoordingsorgaan (VO) ten aanzien van het gevoerde beleid in 2008. Over het algemeen onderschrijft het bestuur de bevindingen en kan het zich vinden in de aanbevelingen. Daar waar nodig of wenselijk wordt hieronder een reactie op enkele specifieke onderwerpen gegeven. Reactie op bevindingen klachten Net als het VO verwacht het bestuur dat er altijd klachten zullen blijven, hoe zeer iedereen ook zijn best blijft doen dit te voorkomen. Het is wel van belang om alle klachten goed in beeld te hebben en op een nette manier af te handelen. Het bestuur heeft daarom een aparte klachtenfunctionaris aangesteld die het klachtenproces bewaakt. Het is natuurlijk mogelijk dat niet alle klachten het bestuur bereiken. Daarom is ook aan de deelnemersvereniging gevraagd om klachten die zij ontvangen en die betrekking hebben op de inhoud dan wel de uitvoering van de pensioenregeling aan de klachtenfunctionaris te melden. pensioenpremie Het VO spreekt zijn zorgen uit over de gedaalde premie-inkomsten waardoor de kosten procentueel zijn gestegen. Het bestuur deelt die zorgen. De daling van het premievolume is een gevolg van de nieuwe regeling. In 2010 wordt daarom de inhoud en opzet van de pensioenregeling geëvalueerd. Hierbij wordt uitdrukkelijk ook gekeken naar de samenstelling van de premie en de vaststelling van de inkoopfactoren, die bepalend zijn voor de hoogte van de aanspraken die voor de premie kunnen worden aangekocht. Reactie op aanbevelingen communicatie Het VO doet in totaal 11 aanbevelingen. Daarvan hebben er 7 in meer of mindere mate betrekking op de communicatie naar deelnemers. Het gaat daarbij niet alleen over de inhoud van de communicatie (welke kosten, welk rendement), maar ook over de wijze waarop gecommuniceerd wordt (heldere taal, leesbaarheid). Uiteraard onderkent het bestuur het belang van een duidelijke en volledige communicatie. Om dit goed te organiseren is daarom een aparte communicatiecommissie opgericht. Deze heeft ervoor gezorgd dat de website is vernieuwd en dat ook de nieuwsbrieven een opfrisbeurt hebben gekregen. Maar naast de uiterlijke veranderingen, richt de commissie zich met name op de inhoud. Over kosten en opslagen is open gecommuniceerd naar de deelnemers. Getracht wordt dit om in zo helder mogelijke bewoordingen te doen. Daarbij loopt de commissie echter ook regelmatig tegen de voorschriften van de toezichthouder aan. Voorwaardelijkheidsverklaringen en toeslagenlabels maken het, hoe goed bedoeld ook, niet altijd begrijpelijker. Communicatie blijft daarom een van de speerpunten van het beleid en het bestuur neemt de aanbevelingen van het VO dan ook zeker ter harte. overige aanbevelingen In 2009 is het deskundigheidsplan aangepast. Een nadere invulling volgt in 2010. Verder zijn, zoals het VO al constateert, in 2009 de uitvoeringsovereenkomsten met zowel de vermogensbeheerder als de uitvoerder besproken en aangescherpt. Daarnaast is er naar aanleiding van de evaluatie van de dienstverlening een overeenkomst gesloten met een nieuwe adviserende en certificerende actuaris. STICHTING PENSIOENFONDS VOOR DIERENARTSEN 20

Periode van oordeelsvorming Het blijft in de ogen van het bestuur vreemd om het oordeel van het VO over 2008 op te nemen in het jaarverslag van 2009. Daarom is in september 2009 aan het VO voorgesteld om in het jaarverslag 2009 ook het oordeel over het desbetreffende jaar op te nemen. Dit betekent dat het VO vooraf niet over het definitieve jaarrapport en de rapporten van de actuaris en de accountant kan beschikken. Gelet op de taak van het VO, een oordeel geven over het gevoerde beleid, hoeft dit volgens het bestuur geen probleem te zijn. Het bestuur accepteert de tegenwerpingen van het VO die met name van praktische aard zijn en gaat akkoord met de publicatie van het oordeel van enig jaar in het daaropvolgende jaarverslag. Tot slot Het bestuur spreekt zijn dank en waardering uit voor de werkzaamheden van het VO. Het pensioenfonds is gebaat bij een constructieve samenwerking tussen alle betrokken partijen en de aanbevelingen van het VO dragen zeker bij tot een optimalisatie van de wijze waarop het pensioenfonds in deze roerige tijden kan blijven functioneren. Houten, 9 juni 2010 Het bestuur van Stichting Pensioenfonds voor Dierenartsen STICHTING PENSIOENFONDS VOOR DIERENARTSEN 21

E. Bestuursverslag STICHTING PENSIOENFONDS VOOR DIERENARTSEN 22

Ontwikkelingen Financiële crisis en gevolgen voor SPD Het jaar 2009 stond in het teken van de economische crisis als gevolg van de kredietcrisis. Aan het begin van 2009 waren er forse verliezen op de beurzen. Daarnaast was sprake van een lage rente. Als gevolg hiervan verkeerden enkele honderden pensioenfondsen begin 2009 in onderdekking. De Pensioenwet stelt regels voor het geval de dekkingsgraad van een pensioenfonds onvoldoende is. Pensioenfondsen zijn verplicht een dekkingstekort of reservetekort direct te melden bij de toezichthouder, De Nederlandsche Bank (DNB). Het pensioenfonds heeft een dekkingstekort als de dekkingsgraad lager is dan ongeveer 105% en een reservetekort als de dekkingsgraad lager is dan de vereiste dekkingsgraad, welke per pensioenfonds kan verschillen. Vanwege de onderdekking moesten bijna alle pensioenfondsen een kortetermijnherstelplan bij de toezichthouder DNB indienen. De deadline daarvoor was 1 april 2009. Volgens de Pensioenwet moet een pensioenfonds binnen drie jaar weer een dekkingsgraad van meer dan 105% hebben. Begin 2009 zag het er naar uit dat veel pensioenfondsen pensioenaanspraken en pensioenrechten zouden moeten korten om te voldoen aan de eis dat binnen drie jaar de dekkingsgraad weer 105% zou zijn. Dat vond minister Donner van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) een onevenredig zwaar gevolg van het hanteren van een termijn van drie jaar. Daarom werd de hersteltermijn tijdelijk verlengd naar vijf jaar. Pensioenfondsen moesten voor 1 april 2009 een plan voor realistisch herstel in vijf jaar indienen bij DNB. Daarin staan ook de maatregelen die het fonds neemt als het niet lukt om binnen vijf (drie) jaar een dekkingsgraad van 105% te bereiken. DNB toetst jaarlijks of het voldoende lukt om te herstellen. Minister Donner heeft besloten dat eventuele korting op pensioenen en aanspraken kan worden uitgesteld tot 1 april 2012. Daardoor wordt een eventuele korting niet overhaast en overbodig doorgevoerd. Bij het opstellen van het herstelplan moet het bestuur zich laten leiden door een evenwichtige belangenafweging. Dat betekent dat de belangen van degenen die nu pensioen opbouwen en de gepensioneerden evenwichtig in het herstelplan verwerkt moeten zijn. DNB beoordeelde de herstelplannen ook daarop. Herstelplan SPD De dekkingsgraad van SPD per 31 december 2008 bedroeg 98,3%. Er was dus sprake van een dekkingsen reservetekort. In verband hiermee heeft het bestuur in maart 2009 een herstelplan ingediend bij DNB. Uit de continuïteitsanalyse die onderdeel uitmaakt van het herstelplan blijkt dat zonder aanpassing van het beleid en zonder aanvullende maatregelen het dekkingstekort naar verwachting binnen vijf jaar is weggewerkt. Naar verwachting binnen acht jaar is ook het reservetekort weggewerkt. Op 29 juni 2009 heeft DNB het herstelplan goedgekeurd. Begin 2010 heeft het bestuur het herstelplan geëvalueerd. De gerealiseerde ontwikkeling van de dekkingsgraad heeft in 2009 steeds voor gelegen op de in het herstelplan verwachte stijging. In het derde kwartaal steeg de dekkingsgraad boven de 105%, zodat het dekkingstekort (virtueel) was weggewerkt. Eind 2009 bedroeg de voorlopige dekkingsgraad 108,4%. Hierbij was echter nog geen rekening gehouden met de ontwikkelingen met betrekking tot de gestegen levensverwachtingen. Stijgende levensverwachtingen Om de hoogte van de voorziening te bepalen hanteert het pensioenfonds bepaalde grondslagen voor verwachte sterfte. Tot en met 2009 werd hiervoor de Actuarieel Genootschap prognosetafel 2005-2050 gehanteerd. In het eerste kwartaal van 2010 werden pensioenfondsen echter geconfronteerd met voorschriften van De Nederlandsche Bank om rekening te houden met de nieuwe door het CBS gepubliceerde sterftetafels. Omdat er nog geen nieuwe prognosetafels van het Actuarieel Genootschap STICHTING PENSIOENFONDS VOOR DIERENARTSEN 23

beschikbaar zijn, heeft het bestuur op advies van de adviserend actuaris en met instemming van de certificerend actuaris en de accountant besloten om de voorziening te verhogen met 4%. Dit is in lijn met de richtlijnen die Nivra hiervoor heeft afgegeven. Als de nieuwe AG-prognosetafels bekend zijn zal het bestuur de grondslagen opnieuw vaststellen. Waardeoverdrachten De financiële crisis had ook zijn invloed op de waardeoverdrachten. Is de dekkingsgraad van een pensioenfonds lager dan 100%, dan mag het pensioenfonds waardeoverdrachten niet uitvoeren. Het moet deze volgens de Pensioenwet opschorten. Veel fondsen, waaronder ook SPD, hebben in 2009 een aantal maanden een dekkingsgraad van minder dan 100% gehad; sommige fondsen hebben daar nog steeds mee te maken. Hierdoor lagen de waardeoverdrachten in 2009 voor een groot gedeelte nagenoeg stil. Communicatie In het boekjaar is weer veel aandacht besteed aan communicatie. Hiervoor is een communicatieplan opgesteld. Dit plan kent de volgende uitgangspunten: communicatie zo veel mogelijk gericht op de ontvanger (segmenteren; doelgroepgericht); communicatiemomenten faseren; communicatie via verschillende kanalen (multi-channeling); communicatie op een verrassende wijze brengen (uit de financiële context gehaald). Speerpunt voor de communicatie voor de komende jaren is om de communicatie beter aan te laten sluiten bij de beleving van de deelnemers. Hierbij zal meer gebruik gemaakt gaan worden van elektronische communicatiemiddelen zoals e-mail. De communicatiecommissie bewaakt de uitvoering van het communicatieplan. Zij zijn het eerste aanspreekpunt voor communicatieonderwerpen. De commissie beoordeelt of en wanneer informatie over het pensioenfonds naar interne en/of externe betrokkenen moet worden gestuurd. In 2009 zijn er twee edities van de nieuwsbrief verschenen. Verder heeft de communicatiecommissie veel aandacht gehad voor de website. Deze heeft een opfrisbeurt gehad en is ondergebracht bij een andere provider. In het najaar van 2009 is er naar aanleiding van een discussie die is ontstaan in het Tijdschrift voor Diergeneeskunde een uitgebreid artikel in datzelfde tijdschrift gepubliceerd dat een uitleg over de opzet van de pensioenregeling geeft. Een presentatie van gelijke strekking is verzorgd bij de Algemene Ledenvergadering van de deelnemersvereniging. Toeslagenlabel Voor een begrijpelijke communicatie over het toeslagbeleid van het pensioenfonds voerde de Wet verplichte beroepspensioenregeling een toeslagenlabel in. Dit label staat op bijna alle communicatiemiddelen. Hiermee maken pensioenfondsen en verzekeraars duidelijk of de pensioenen de komende jaren kunnen stijgen met de prijsstijgingen, met andere woorden of de koopkracht op peil blijft. Naast het toeslagenlabel moet het fonds een voorwaardelijkheidsverklaring gebruiken. Daarin wordt het toeslagbeleid verder uitgelegd. Het toeslagenlabel valt onder het toezicht van de Autoriteit Financiële Markten (AFM). Vanwege de bijzondere economische situatie in 2009 besloot minister Donner dat het toeslagenlabel in 2009 niet gebruikt hoefde te worden. In plaats daarvan ontwikkelde de pensioensector, in overleg met de toezichthouder AFM, een modelbrief. In 2010 is het toeslagenlabel wel verplicht. SPD heeft het toeslagenlabel echter al in het tweede kwartaal van 2009 ingevoerd. UPO s AFM constateerde in 2008 dat pensioenfondsen een eigen invulling geven aan de open norm 'tijdig' bij het STICHTING PENSIOENFONDS VOOR DIERENARTSEN 24

versturen van een Uniform Pensioenoverzicht (UPO). De verzending is in de praktijk afhankelijk van de doorlooptijden van administratieve processen. Om een einde te maken aan de discussie over de vraag wanneer sprake is van tijdige verstrekking van UPO s, kwam de AFM met een beleidsregel. Hierin staat dat een pensioenuitvoerder voldoet aan de eis van 'tijdigheid' als de deelnemer zijn UPO uiterlijk op 30 september ontvangt. Deze nieuwe norm geldt voor het eerst voor de UPO s over het jaar 2009. SPD heeft in 2009 aan deze norm voldaan. Zorgvuldig bestuur Het pensioenfondsbestuur is zich bewust van zijn verantwoordelijkheden. Daarnaast weet het bestuur hoe het deze verantwoordelijkheden moet dragen en aan wie het verantwoording aflegt. Onder de verantwoordelijkheden van het bestuur valt het naleven van de statuten, de reglementen, de relevante wet- en regelgeving en het beheersen van de risico s. Daarbij stelt het bestuur zich onafhankelijk op ten opzichte van de (gewezen) deelnemers en pensioengerechtigden. Het fonds heeft een klachten- en geschillenprocedure. De eindverantwoordelijkheid voor de administratieve organisatie en de externe uitvoerders ligt tot slot ook bij het bestuur. Deskundigheidsbevordering Elk bestuurslid zorgt voor het verwerven en onderhouden van voldoende kennis op pensioengebied om zijn verantwoordelijkheid als bestuurslid te kunnen dragen. Waar nodig zal een bestuurslid zijn kennis uitbreiden door het volgen van gecertificeerde opleidingen en cursussen, zoals de opleidingen van de Unie voor Beroepspensioenfondsen (UvB), en het bezoeken van seminars en bijeenkomsten waar actuele pensioenonderwerpen aan de orde komen. Daarnaast worden aan bestuursleden vakbladen aangeboden. In de uitvoering van zijn taken laat het bestuur zich bijstaan door adviseurs op diverse gebieden (accountancy, actuariële zaken, juridische zaken, communicatie). In het afgelopen jaar is veel aandacht besteed aan de deskundigheid van het bestuur. Het bestuur is aan de slag gegaan met het aanpassen en actualiseren van het deskundigheidsplan. Om de aanwezige deskundigheid op objectieve wijze in kaart te brengen, hebben alle bestuursleden begin 2010 de UVBtoets gemaakt. Bestuursondersteuning en advies Om de deskundigheid binnen het pensioenfonds op niveau te houden, maakt het bestuur gebruik van verschillende adviseurs. In 2009 heeft een aantal wijzigingen plaatsgevonden. Per 1 juli heeft het bestuur afscheid genomen van de heer Schipper (oud voorzitter van het pensioenfonds) als extern adviseur. In juli 2009 is de heer Sibbing, directeur van het pensioenfonds van Unilever, toegetreden tot de beleggingscommissie. In de tweede helft van 2009 is het bestuur op zoek gegaan naar een nieuwe adviserende en certificerende actuaris. Na een uitgebreid traject heeft het bestuur gekozen voor Towers Perrin, dat later fuseerde met Watson Wyatt tot Towers Watson. Beoordeling van functioneren van bestuurders Het bestuur bespreekt jaarlijks zijn eigen functioneren en het functioneren van de door het bestuur ingestelde commissies. Elk jaar vindt verder een aparte bestuursevaluatie plaats binnen het bestuur als geheel. Hierin wordt ook de rapportage van de externe compliance officer over de naleving van de gedragscode betrokken. Tevens worden functioneringsgesprekken met alle individuele bestuursleden gepland. Voor een correcte gang van zaken is er een helder protocol opgesteld. In juli 2009 heeft het bestuur de sessie gehouden waarbij het functioneren van het bestuur als geheel is besproken. Gedragscode Ter voorkoming van belangenconflicten en van misbruik of oneigenlijk gebruik van de bij SPD aanwezige informatie heeft SPD een gedragscode opgesteld. Deze gedragscode geldt voor de bestuursleden en de STICHTING PENSIOENFONDS VOOR DIERENARTSEN 25

door het bestuur aangewezen personen en instanties. In 2008 is een nieuwe gedragscode ingevoerd waarin onder andere een regeling koersgevoelige informatie is opgenomen. Naleving wet- en regelgeving Voor zover bekend bij het bestuur zijn geen overtredingen van wet- en regelgeving die het pensioenfonds betreffen voorgekomen. DNB heeft geen aanwijzingen, dwangsommen of boetes opgelegd. Algemene ontwikkelingen AOW naar 67 In 2009 was sprake van een economische recessie en een toenemende werkloosheid. Aan de andere kant ontstaat de komende jaren door vergrijzing en ontgroening juist een verminderd arbeidsaanbod en een verwacht tekort aan beschikbare arbeid. Daarnaast is sprake van een stijgende levensverwachting van mannen en vrouwen. Redenen voor het kabinet om de AOW-leeftijd te willen verhogen naar 67 jaar. Werkgevers en werknemers vertegenwoordigd in de Sociaal Economische Raad (SER) kregen tot eind september 2009 de gelegenheid te komen met een (betaalbaar) alternatief plan voor de verhoging van de AOW-leeftijd. Dat is niet gelukt. Sociale partners zijn het niet eens geworden over de AOW-leeftijd en de gevolgen voor aanvullende pensioenen. Het kabinet wil de AOW-leeftijd in twee stappen verhogen: in 2020 naar 66 jaar en in 2025 naar 67 jaar. Ook wil het kabinet dat in 2020 het fiscaal gefaciliëerde maximale opbouwpercentage per dienstjaar wordt aangepast voor de aanvullende pensioenen (2 e pijler). Daarnaast wordt de premieruimte in de vrijwillige aanvullende pensioenen (3 e pijler) aangepast. Op 2 december 2009 dienden minister Donner en staatssecretaris Klijnsma van SZW het wetsvoorstel in bij de Tweede Kamer. De Raad van State adviseerde de AOW-plannen te herzien omdat volgens haar de AOW-leeftijd sneller omhoog kan. Ook vindt de Raad van State dat de financiële onderbouwing van het wetsvoorstel tekort schiet. Verder adviseert zij de vervroeging van de AOW niet te koppelen aan het arbeidsverleden. De verhoging in twee stappen met een overgangsperiode van 10 jaar geeft betrokken partijen volgens de minister en de staatssecretaris de tijd om maatregelen te treffen. Het advies van de Raad van State, en de reactie van het kabinet hierop, zijn meegestuurd naar de Tweede Kamer. Het kabinet heeft aangegeven dat zij op een later tijdstip een tweede wetsvoorstel indient. In dat voorstel staan de begeleidende maatregelen voor het verhogen van de AOW-leeftijd. Het gaat bijvoorbeeld om zware beroepen en om de mogelijkheid om met 65 jaar te stoppen na 42 jaar werk. Overigens wel tegen een lagere AOW. Na de val van het kabinet in het eerste kwartaal van 2010, werd de verhoging van de AOW-leeftijd controversieel verklaard. Daarmee is verdere behandeling van het wetsvoorstel voorlopig van de baan. Inmiddels is er een akkoord tussen werkgevers en vakbonden om de AOW leeftijd te verhogen naar 66 jaar. Flexibilisering van de AOW-leeftijd In de Tweede Kamer ligt een wetsvoorstel dat het mogelijk maakt om vanaf 2010 de ingangsdatum van het AOW-pensioen uit te stellen. Het AOW-pensioen kan maximaal vijf jaar - geheel of gedeeltelijk worden uitgesteld ten opzichte van de huidige AOW-leeftijd van 65 jaar. Het kabinet verwacht dat 5% van de nieuwe AOW-gerechtigden kiest voor uitstel. Gaat de AOW-uitkering later in, dan wordt de uitkering ook hoger. Het kabinet wil hiermee een flexibeler systeem van pensionering introduceren. Daarnaast hoopt het kabinet op een cultuuromslag, waarbij mensen 65 jaar niet meer als definitief eindpunt zien van hun STICHTING PENSIOENFONDS VOOR DIERENARTSEN 26