Seksuele diversiteit. Lesbrief bij lespakket Lang Leve de Liefde



Vergelijkbare documenten
Werkblad Seksuele Diversiteit. KaartjesspeL voorkant

Veelgestelde vragen over homoseksualiteit

Seksuele diversiteit

Dat vinden wij niet raar dat vinden wij bijzonder

Seksuele gezondheid van holebi s

HET SPIEGELGESPREK. Een veilige setting

TOOLKIT HOLEBI EN TRANSGENDER

VOORTGEZET ONDERWIJS FIJN IN JE EIGEN LIJF

Grafiek 26.1a Het vóórkomen van verschillende vormen van discriminatie in Leiden volgens Leidenaren, in procenten 50% 18% 19% 17% 29%

Kijken door een roze bril Gewoon homo zijn?

VOORTGEZET ONDERWIJS MEER DAN HET VOOROORDEEL

Hoofdstuk 23 Discriminatie

Waar gaan we het over hebben?

Het Groninger Stadspanel over LGBT. Meningen over bi- en homoseksualiteit en transgender in Groningen stad

Inhoud. Mijn leven. de liefde en ik

Peer to peer interventie copyright Marieke Kroneman les 3 van 4 debat

Holebi. transgender. Je bent wie je bent!

Holebi. transgender. Je bent wie je bent!

Lesmethode Seksualiteit en Weerbaarheid. Module 1 What s Love

Omgaan met seksuele diversiteit in het basisonderwijs

Onderzoek Hoe homotolerant is Holland?

De Vlaamse overheid b(r)ouwt een diverse werkvloer

VOORTGEZET ONDERWIJS HELP HELPEN

VOORTGEZET ONDERWIJS TELT JOUW IDENTITEIT MEE?

Zijn roze gezinnen welkom op uw school?

Niet Normaal. Hetero s zijn niet normaal, ze zijn gewoon met meer.

VOORTGEZET ONDERWIJS MEER DAN EEN LABEL

In de les praten over relaties en seksualiteit. Hoe maak je het makkelijk en leuk!

Belangenbehartiging, ontmoeting, hulp, advies en voorlichting voor LHBTI s in Midden Gelderland.

Werkvormen: Lesdoelen: Filmpjes: Benodigdheden: Kinderboeken: Les 8: Verliefd. Lesoverzicht

Info. Aanraken, knuffelen en meer... Informatie voor cliënten. Expertisecentrum voor epilepsie en slaapgeneeskunde

IEMAND VAN JE FAMILIE

Week van de Lentekriebels

De toets van seksuele diversiteit

VOORTGEZET ONDERWIJS HET LAGERHUIS

Theorieboek. leeftijd, dezelfde hobby, of ze houden van hetzelfde. Een vriend heeft iets voor je over,

PAGINA BESTEMD VOOR DE INTERVIEWER. Interviewernummer : INTCODE. Module INTIMITEIT. (bij de vragenlijst volwassene lente 2002)

Onderzoek verplichte homolessen

Waar gaan we het over hebben?

Lessen en leerdoelen Kriebels in je buik

Voorbij de M/V binariteit

LLIANTIE EZONDHEIDSZORG P AAT

Werkstuk Levensbeschouwing Relaties

VOORTGEZET ONDERWIJS HELP JIJ OF NIET?

seksuele diversiteit op school

Factsheet Homofobie. Homofobie geeft een druk op jongens en mannen en vertelt ze hoe ze zich wel en niet moeten gedragen

Opvattingen van Amsterdammers over tolerantie jegens homoseksuelen

Les 1. Wensen & Grenzen. Praten over seks... Hoe en hoezo?

VOORTGEZET ONDERWIJS DE MENSENBIEB

Voor meer informatie over dit onderzoek kunt u contact opnemen met Lisette van Vliet:

Seksualiteit: Grenzen en Wensen

hetero - bi - of homo/lesbisch. het maakt geen donder uit.

Jeugd. Geloof Levensovertuiging

Stelling Wanneer een man met een ander geloof, of zonder geloof, in de synagoge komt, moet ook hij een keppeltje opzetten.

Een roze schoolkeuze? Vier vragen van lesbische, homo-, biseksuele en. basisschool van hun kind

Op zoek naar de vrouw áchter de lesbo

Bovenbouw HAVO / VWO. Onderdeel 4. Seksuele Diversiteit

ONDERZOEKSVERSLAG JEUGDRAADPANEL SEKSUALITEIT EN TOLERANTIE. Homo-emancipatie op school. Wie kunnen er beter hun mening geven dan jongeren zelf?

Dit product is een samenwerking tussen SchoolsOUT en Gay&School. Informatie: SchoolsOUT Nijmegen (onderdeel van GGD Gelderland Zuid)

Mathieu Heemelaar Onderwijssymposium Rotterdam Verkeert 31 maart 2010

Aanleiding. Kerndoel 43. aanvragen lespakket

Reality Reeks - Verwerkingsopdrachten. Hey Russel! Een bijzondere vriendschap

Seksuele identiteit en Genderdiversiteit op school en in de klas.

Danny s Parade. Bronnenblad. Inhoud. Regie: Anneke de Lind van Wijngaarden Jaar: 2007 Duur: 15 minuten Website:

VOORTGEZET ONDERWIJS RESPECT OR NO RESPECT, IS THAT THE QUESTION?

Analyse-instrument seksuele diversiteit in leermiddelen

Persoonlijk Plan Aandachtspunten omgangsvormen, verzorging, lichaamsbeleving, weerbaarheid relaties en seksualiteit

Tolerantieklimaat sportverenigingen Noord-Holland Noord Samenvatting I&O Research Art.1 Bureau Discriminatiezaken NHN Maart 2014

VOORTGEZET ONDERWIJS VOORDEEL ZONDER VOOROORDELEN

Op deze school is het heel normaal om uit de kast te komen

Onzichtbare Ouderen. "Nee, ik ken geen homo's, alleen van tv"

Seksuele diversiteit bespreekbaar maken in je klas:

Scheldwoorden inventariseren, werkvorm, filmpje en gesprek en uitbeelden, filmpje en gesprek en werkvorm, stellingen, handvaardigheidswerk

Veel gestelde vragen / Biseksualiteit en biseksuelen

Danny s Parade. Bronnenblad. Regie: Anneke de Lind van Wijngaarden Jaar: 2007 Duur: 15 minuten Website:

VOORTGEZET ONDERWIJS MAG IK ER BIJ HOREN?

5.4 Praten met ouders

Enkele gegevens evens over jezelf en de school:

Effectmeting onder leerlingen en leraren

Homoseksueel ouder worden Charles Picavet

Werkstuk Engels Enquete Seksualiteit onder jongeren

Ik ben verliefd. Benodigheden. Lesdoelen. Begrippen

J=Joris K=Karin. K: Je schrijft dat je licht autistisch bent. Kun je hier iets meer over vertellen?

Inhoudsopgave. Voorwoord. Dankwoord. Inleiding Kerndoelen Leeswijzer Opbouw Woordgebruik en begrippen Afkortingen en aanspreekvorm Website

Oplossingsgerichte vragen (Het Spel van Oplossingen IKB & TS)

In de klas: De Vloer Op Jr.

Onderzoeksverslag Tolerantie voor de LBHT-gemeenschap

Holebi. Niets verkeerds mee!

Ouderbijeenkomst Week van de Lentekriebels

Ouderbijeenkomst Basisschool Eerschot Week van de Lentekriebels

Feiten en cijfers Fryslân

Ouderavond lijf & relaties

Onderzoek Leraren en pesten

inhoud Inhoudsopgave Literatuur Trefwoorden register

Tot een geloofsgesprek komen. I Ontmoeten

Seksuele vorming: gave (op-)gave

Transcriptie:

Lang Leve de Liefde Seksuele diversiteit bij lespakket Lang Leve de Liefde

Inhoudsopgave Inleiding bladzijde 2 Deel 1: Achtergrondinformatie Begrippen bladzijde 4 Feiten & cijfers bladzijde 5 Identiteit en coming out bladzijde 6 Reacties uit de omgeving bladzijde 7 Reacties van leerlingen bladzijde 7 15 vragen van jongeren over seksuele diversiteit bladzijde 8 Deel 2: Aandachtspunten bij lessen over seksuele diversiteit Interessante websites voor jongeren bladzijde 14 Interessante websites voor docenten bladzijde 14 Deel 3: Les seksuele diversiteit Thema s bladzijde 16 Leerdoelen bladzijde 16 Benodigdheden bladzijde 16 Voorbereiding bladzijde 17 Opzet van de les bladzijde 17 Uitwerking van de les bladzijde 17 Geraadpleegde literatuur bladzijde 21 Leerlingenmateriaal: Kaartjes met vragen over seksuele diversiteit Informatieblad voor leerlingen: veel gestelde vragen van jongeren over homoseksualiteit Werkblad filmpje Coming Out 1 Seksuele Diversiteit

Inleiding 1 Deze lesbrief gaat over seksuele diversiteit. Het onderwerp homoseksualiteit kan veel vragen oproepen. Vooroordelen zijn soms lastig te bespreken. In deze verdiepingsles bij de lessenserie Lang Leve de Liefde wordt op deze aspecten ingegaan. Als er in les 1 al veel vragen van leerlingen zijn, kunt u de les meteen na deze les geven. U kunt er echter ook voor kiezen de verdiepingsles na de volledige lessenserie (zes lessen) Lang Leve de Liefde te geven. Het eerste van deze lesbrief bevat achtergrondinformatie voor de docent. Er worden onder andere feiten en cijfers gegeven, begrippen worden uitgelegd en de reacties van de omgeving op de coming-out van jongeren worden besproken. Ook komen aan bod de vragen die leerlingen soms stellen over homoseksualiteit of de stellingen die ze poneren waarop u als docent misschien niet zo snel weet te reageren. Hiernaast komen gendernormatief en homonegatief gedrag van leerlingen in de klas aan de orde. De gepresenteerde antwoorden kunnen dan van nut zijn. Daarna volgen aandachtspunten bij lessen over seksuele diversiteit. Tot slot volgt de uitwerking van de les over seksuele diversiteit. Daarin komen de volgende onderdelen aan bod: Lesdoelen: In het onder lesdoelen worden de kennis-, houding- en vaardigheidsdoelen beschreven waar tijdens de les naar toe gewerkt wordt. Benodigdheden: hierin wordt aangegeven welke materialen u nodig heeft voor deze les. Uitwerking van de les Per van de les wordt nauwkeurig omschreven waaruit dit onder bestaat, hoe u dit kunt behandelen en welk leerlingenmateriaal u nodig heeft (en moet vermenigvuldigen). Bij de beschrijving van de opdrachten zijn aandachtspunten en nabesprekingvragen geformuleerd. Docentenhandleiding 2 VOOR VMBO, HAVO en VWO

Achtergrondinformatie 1 Waarom aandacht besteden aan seksuele diversiteit? Het is belangrijk dat u informatie geeft over seksuele diversiteit omdat u daarmee jongeren ondersteunt met lesbische, homo-, bi- of transgendergevoelens. De tweede reden is het verminderen van homonegativiteit en heteroseksuele jongeren meer tolerantie en respect krijgen voor mensen met homo-, lesbische, bi- of transgendergevoelens en men zich dus veilig kan voelen, bijvoorbeeld op school. Er wordt op school toch al voorlichting gegeven? Ongeveer tweederde van de scholieren in het voortgezet onderwijs geeft aan dat ze geen specifieke voorlichting over homo- en biseksualiteit hebben gehad. De voorlichting over transgenders en transgendergevoelens ontbreekt vrijwel helemaal. Is voorlichting over seksuele diversiteit verplicht? Ja. Sinds 1 december 2012 zijn scholen verplicht aandacht te besteden aan seksualiteit en seksuele diversiteit. Hiervoor is voor de onderbouw van het voortgezet onderwijs kerndoel 43 aangepast. Wat is een veilige school? Een veilige school is een plek waar leerlingen, docenten, ondersteunend personeel en ouders zich prettig voelen. Wanneer een school Lhb vriendelijk is voor leerlingen en medewerkers, neemt de tolerantie en acceptatie van homo-en biseksualiteit toe. De manier waarop op een school over homoseksualiteit wordt gesproken is een belangrijke indicator voor de veiligheid op scholen. Op de website www.schoolsoutweb.nl staan tien kenmerken van een veilige school voor lesbische, homoseksuele en biseksuele jongeren en de pijlers van een effectief integraal beleid. Is de school een veilige plek? Het voortgezet onderwijs/de middelbare school is niet altijd een veilige plek voor homo-en biseksuele jongeren. Jongeren leggen elkaar strikte gender-en seksuele normen op. Bijna een derde van de leerlingen in het voortgezet onderwijs denkt dat een homoseksuele leerling op school niet open kan zijn over zijn of haar seksuele voorkeur. En bijna een kwart van de leerlingen vindt het schoolklimaat onvriendelijk. Ook homoseksuele docenten zijn kwetsbaar voor pesten en intimidatie. Als leerlingen en personeelsleden systematisch (moeten) zwijgen over hun seksuele oriëntatie uit vrees voor reacties van anderen, is dat een signaal dat er een taboesfeer heerst. Onderbouw Voortgezet Onderwijs kerndoel 43: De leerling leert over overeenkomsten, verschillen en veranderingen in cultuur en levensbeschouwing in Nederland, leert eigen en andermans leefwijze daarmee in verband te brengen, leert de betekenis voor de samenleving te zien van respect voor elkaars opvattingen en leefwijzen, en leert respectvol om te gaan met seksualiteit en diversiteit binnen de samenleving, waaronder seksuele diversiteit. 3 Seksuele Diversiteit

Begrippen Wat is seksuele diversiteit? De uiteenlopende vormen waarmee mensen uiting geven aan hun seksualiteit in gedrag, sociale contacten en leefwijzen. Wat zijn holebi s? Verzamelnaam voor homoseksuelen, biseksuelen en lesbiennes. Van oorsprong Vlaamse afkorting. 1 Waar staat LHBT voor? LHBT staat voor lesbisch, homo, bi of transgender. Een jongen die meestal op jongens valt, noemen we homo. Een meisje dat meestal op meisjes valt, noemen we lesbisch. Val je op allebei, dus op jongens en meisjes, dan noemen we dat biseksueel. Een transgender is iemand die zich niet thuis voelt bij de sekse waarmee hij/zij is geboren. Waar staat gender voor? Gender betekent letterlijk geslacht. Maar wordt vooral gebruikt om te verwijzen naar de culturele, sociale en psychologische invullingen van mannelijkheid en vrouwelijkheid. Wat is genderrol? De manifestatie van mannelijkheid of vrouwelijkheid in gedrag. Of gedrag (en dus genderrol) als mannelijk of vrouwelijk wordt geïnterpreteerd, is sociaal cultureel bepaald. Wat is genderstereotype? Wanneer rollen, gedragingen en opvattingen etc. in overeenstemming zijn met de typische en klassieke man/vrouw rollen en verwachtingen. Wat is gender non-conformiteit? Wanneer de gedragingen, gevoelens en expressie van een persoon niet overeenkomen met wat we traditioneel verwachten bij het toegeschreven geboortegeslacht. Wat is genderidentiteit? Dit is de innerlijk beleefde manier van vrouw en/of man zijn. Dit staat los van geboortegeslacht, juridisch geslacht en lichamelijke kernmerken. Wat is genderdiversiteit? De term verwijst naar aandacht voor de verschillen en verscheidenheid binnen de aspecten van genderidentiteit, -rol en expressie. Gaat dus breder dan het onderscheid man/vrouw. Wat is een transgender? Een transgender is iemand die zich niet thuis voelt bij de sekse waarmee hij/zij is geboren. Iemand die als meisje is geboren, voelt zich van binnen een jongen of andersom. Er zijn ook transgenders die zich meer tussen jongen en meisje in voelen staan. Het gevoel dat je sekse niet klopt, heet ook wel genderdysforie. Letterlijk: onvrede met je geslacht/je lichaam. Sommige transgenders gaan een medisch traject in om hun lichaam via hormonen en soms operaties aan te laten passen, maar dat gebeurt niet altijd. Iemand die dit proces heeft doorlopen, wordt ook wel transseksueel genoemd. Transgenders kunnen net als niet-transgenders homo-, biof heteroseksueel zijn. Wat betekent gay? Met de uit het Engels overgenomen term gay (vrolijk) worden soms alle homoseksuele mannen, lesbische vrouwen en biseksuelen bedoeld (verzamelterm). Soms gaat het alleen over homomannen. Wat betekent homofiel? Homos betekent in het Grieks gelijk, philia betekent liefde. Het begrip homofilie werd vroeger vooral in religieuze kringen vaak gebruikt. Binnen veel religies mag je namelijk wel homoseksuele gevoelens hebben voor iemand van het eigen geslacht, maar je mag die gevoelens niet uiten/je mag geen seks hebben met het eigen geslacht. Homomannen en lesbische vrouwen gebruiken zelf liever het woord homoseksualiteit. Dat betekent dat je niet alleen die gevoelens hebt, maar er ook iets mee doet. Het woord homofilie roept bij veel homomannen en lesbische vrouwen een negatief gevoel op. Ze vinden dat daarmee wordt ontkend dat homoseksuelen ook seks hebben of dat het klinkt als een ziekte (homofilie werd lange tijd ook als ziekte gezien (tot 1973). Het woord homoseksualiteit vindt men prettiger en positiever. Wat is homofobie? Homofobie betekent: angst voor homoseksualiteit. Wat is coming out? Coming out betekent dat een homo, lesbo of biseksuele jongere anderen in de omgeving vertelt dat hij of zij zich aangetrokken voelt tot iemand van hetzelfde geslacht of beide geslachten. Dit wordt ook wel uit de kast komen genoemd. Voor bijna iedereen is een coming out een belangrijk moment. Er zijn mensen die een coming out niet altijd nodig vinden. Als de omgeving heel negatief is over homoen biseksualiteit is een coming out extra moeilijk, of soms onmogelijk. Het belangrijkste is dat iemand het vertelt op het moment dat hij/zij er klaar voor is, in het eigen tempo en op plekken waar hij/zij open wil zijn. Het woord coming out doet vermoeden dat het eenmalig is: als je eenmaal verteld hebt, dan ben je er klaar mee. Dat is niet zo. Bij iedere nieuwe ontmoeting, opleiding, woonomgeving etc besluiten homo s en lesbo s opnieuw of ze het wel of niet vertellen. Hetero s kennen geen coming out: je hoeft niet te vertellen dat je hetero bent, omdat dat vanzelfsprekend wordt gevonden. 4 Seksuele Diversiteit

Wat is coming in? Coming in is het moment waarop een homo of lesbo het eerste contact heeft met andere homo s en lesbo s en bi s. Wat zijn Gay-Straight Alliances? Een Gay-Straight Alliance (letterlijk een Homo-Hetero Alliantie) oftewel een GSA, is een groep waarin homo, lesbische, hetero-, biseksuele, en transgenderleerlingen en docenten samenwerken aan een LHBT-vriendelijke school met een tolerante sfeer. Ook buiten het onderwijs zijn GSA s actief, bijvoorbeeld in sport,bedrijven. GSA s worden ondersteund door het COC. Voor meer informatie: www.gaystraightalliance.nl Wat is Paarse Vrijdag? Paarse Vrijdag is een initiatief van Gay Straight Alliances waarin iedereen die tegen homonegativiteit is, wordt opgeroepen om op een aangewezen vrijdag paars te dragen. Waar staat de regenboogvlag voor? Dit is een veelkleurige vlag bestaande uit strepen met de kleuren van de regenboog. De vlag is het (internationale) symbool van de homobeweging en symboliseert dat iedereen, lesbische vrouwen, homoseksuele mannen, biseksuelen en transgenders, zichzelf moeten kunnen zijn, zich geaccepteerd en (sociaal) veilig voelen, op school, op straat, op het werk, in de sport of waar dan ook. De vlag wordt o.a. gehesen op Coming Out Dag. Wat is het GSA Docentennetwerk? Het GSA Docentennetwerk is een netwerk van docenten die zich voor het onderwerp seksuele diversiteit op scholen en de GSA interesseren. Doelen: verstevigen van de banden tussen docenten die het belangrijk vinden dat seksuele diversiteit bij hen op school op de agenda staat. het uitwisselen van kennis over hoe dit kan worden aangepakt. Meer informatie op: www.gaystraightalliance.nl, GSA voor docenten. 1 Feiten & cijfers Hoeveel mensen zijn er homo- of biseksueel? Uit onderzoek van de Rutgers WPF uit 2006 blijkt dat zo n vier procent van de mannen zich homo noemt en drie procent van de mannen zich bi noemt. Zo n drie procent van de vrouwen noemt zich lesbisch en drie procent noemt zich bi. Uit in 2011 uitgevoerd onderzoek door Rutgers WPF onder 15- tot en met 70-jarigen blijkt dat 3,8 procent van de mannen zich uitsluitend aangetrokken voelt tot mannen en 1,2 procent van de vrouwen zich uitsluitend aangetrokken voelt tot vrouwen. 4,8 procent van de mannen en 10,1 procent van de vrouwen voelt zich zowel aangetrokken tot zowel mannen als vrouwen. Het grootste van deze groep valt vooral op het andere geslacht. 8,7 procent van de mannen en 8,0 procent van de vrouwen heeft wel eens seks gehad met iemand van het eigen geslacht. Hoeveel jongeren zijn homo- of biseksueel? Van alle jongeren zegt 2,7 procent van de jongens en 1,5 procent van de meisjes dat ze vooral of alleen op seksegenoten vallen. Van de jongens valt 0,3 procent en van de meisjes 0,9 procent net zoveel op jongens als op meisjes. Er is ook een groep die vooral op het andere geslacht valt maar ook een beetje op seksegenoten. Dat geldt voor 1,7 procent van de jongens en 4,8 procent van de meisjes. 1 op de 11 jongens en 1 op de 5 meisjes heeft wel eens seks gehad met iemand van eigen geslacht of zou dat willen proberen. Bij de meisjes heeft de meerderheid dat (nog) niet gedaan, bij de jongens ongeveer de helft wel en de andere helft niet. Dit blijkt uit het onderzoek Seks onder je 25e van Rutgers WPF en Soa Aids Nederland in 2012. Op een school met 1000 jongeren (met ongeveer evenveel jongens als meisjes) zullen ongeveer 65 jongeren zich later homo, lesbisch of bi noemen. Maar veel meer leerlingen, mogelijk wel 155 voelt zich (ook) aangetrokken tot leden van de eigen sekse. 5 Seksuele Diversiteit

Op welke leeftijd ontdekken jongeren dat ze zich aangetrokken voelen tot seksegenoten? Meisjes zijn gemiddeld 13,5 jaar als ze ontdekken dat ze zich tot seksegenoten aangetrokken voelen. Jongens zijn gemiddeld 12,6 jaar als zij ontdekken dat ze zich tot seksegenoten aangetrokken voelen. Een van hen doet in deze periode al wat seksuele ervaringen op met partners van het eigen geslacht. Hoeveel jongeren vrijen wel eens met iemand van het eigen geslacht? Bijna zes procent van de jongens en bijna zeven procent van de meisjes heeft wel eens gevreeën met iemand van het eigen geslacht. Voor ruim vier procent van de meisjes en ruim drie procent van de jongens geldt dit voor meer dan één keer. Dertien procent van de meisjes en vijf procent van de jongens heeft dit nog nooit gedaan maar zou het wel willen proberen. Hoe is het gesteld met de psychosociale gezondheid van homoseksuele en biseksuele jongeren? De psychosociale gezondheid van jonge homo s, lesbische meiden en biseksuele jongeren laat te wensen over. Uit onderzoek onder ruim 1600 homojongeren van 16 tot 25 jaar, blijkt dat één op de zeven lesbische of biseksuele meisjes en één op de acht homo- of biseksuele jongens (heel) vaak last heeft van depressieve klachten. De eenzaamheid, het gevoel anders te zijn, gepest worden en/of geen toekomst zien, kan in het ergste geval aanleiding zijn tot suïcide. De helft van de homojongeren denkt wel eens aan suïcide. Van de homo- of biseksuele jongens heeft 9 procent ooit een zelfmoordpoging gedaan. Onder de lesbische of biseksuele meisjes is dat 16 procent. Ook onder transgenderjongeren lijkt suïcide veel voor te komen, hoe vaak is niet bekend. Onder homo-lesbische en bi-jongeren is het aantal zelfmoordpogingen vier tot vijf maal zo hoog als onder hun heteroseksuele leeftijdgenoten. Jongeren die religieus zijn opgevoed hebben vaker een zelfmoordpoging gedaan. Homo-lesbische en biseksuele jongeren die meer homonegativiteit meemaken, zijn vaker suïcidaal. Hoeveel mensen met transgender gevoelens zijn er in Nederland? Ongeveer 6% van de mensen die als man zijn geboren, voelt zich getelijk of geheel vrouw. Van alle als vrouw geborenen voelt ongeveer 4% zich getelijk of geheel man. Een klein van deze mensen voelt onvrede met het lichaam en heeft behoefte aan een geslachtsaanpassende behandeling, resp. 0,6% en 0,25%. In totaal gaat het naar schatting om 48.000 transgenders. Het is niet precies bekend hoeveel jongeren transgendergevoelens hebben. Er zijn jaarlijks 40 kinderen en jongeren die zich melden voor diagnostiek en behandeling bij de genderteams van het VUmc in Amsterdam en het LUMC in Leiden. Transvisie Zorg in Amsterdam biedt psychosociale hulp aan kinderen en jongeren met transgender gevoelens en heeft per jaar contact met circa 120 kinderen en hun ouders. Niet alle kinderen die zich voor begeleiding en diagnostiek melden, blijven die transgendergevoelens houden. 1 Identiteit en coming out Op welke leeftijd komen jongeren uit de kast? De leeftijd waarop jongens voor het eerst aan iemand vertellen dat ze (ook) op seksegenoten vallen, is gemiddeld 16,6 jaar. Bij meisjes is dat 15,9 jaar. Dit proces van coming out duurt vaak enkele jaren. Ook hier geldt dat de duur afhankelijk is van de persoon en diens culturele en religieuze achtergrond. Jongens vertellen dat nu gemiddeld ruim een jaar eerder dan zeven jaar terug. Jongeren zitten steeds vaker nog op de middelbare school. Religieuze jongeren zitten vaker dan niet-religieuze jongeren in de kast en ervaren minder acceptatie van hun ouders. Veel jongeren benoemen de periode waarin ze erachter komen dat ze (ook) op hetzelfde geslacht vallen als een periode van verwarring en onzekerheid. Pas als ze er zelf over uit zijn wat ze zijn wordt dit aan anderen verteld. Vinden jongeren het lastig om uit de kast te komen? 63 procent van de jongens en 76 procent van de meisjes vindt het geen probleem om te vertellen dat ze homo, lesbisch of bi zijn. 67 procent van de jongens en 85 procent van de meisjes geeft ook eerlijk antwoord als andere mensen ernaar vragen. De meeste homoseksuele en biseksuele leerlingen hebben het moeilijker met de twijfel om niet geaccepteerd te worden dan met hun homoseksuele gevoelens. Worstelen homo s, lesbo s en bi s met hun identiteit? Veel homo- en bi-jongens wel. Dertig procent van de jongens zou liever hetero zijn en 22 procent vindt het niet fijn om als homo of bi te leven. Bij meisjes geldt dit voor tien en acht procent. Jongens vinden het minder vaak dan meisjes normaal dat ze homo of bi zijn. 6 Seksuele Diversiteit

Reacties uit de omgeving Wordt homo- en biseksualiteit geaccepteerd door jongeren? Bijna alle jongeren vinden het oké als een jongen en een meisje elkaar zoenen op straat. Maar 16 procent van de jongens en 24 procent van de meisjes keurt dit af als het om twee meisjes gaat. Maar liefst 51 procent van de jongens en 25 procent van de meisjes keurt dit af als het om twee jongens gaat. Ook zegt twaalf procent van de jongens en drie procent van de meisjes dat ze een vriendschap zouden verbreken als een van hun vrienden homoseksueel of lesbisch zou zijn, omdat men bang is dat de ander seks met hen wil. Veel jongeren denken dat homoseksualiteit besmettelijk is. Welke jongeren keuren homoseksualiteit af? Homonegativiteit speelt vooral sterk bij jongens. Homonegativiteit komt vooral voor bij jonge jongeren, bij jongeren met een Turkse of Marokkaanse achtergrond, bij streng christelijke en islamitische jongeren en bij lager opgeleide jongeren. Is biseksualiteit bij jongeren bekend? Onder heterojongeren is biseksualiteit zo goed als onbekend. Toch komt biseksualiteit onder meisjes meer voor dan lesbisch zijn. Er bestaan veel vooroordelen over biseksualiteit, bijvoorbeeld biseksuelen kunnen niet kiezen of het is een fase in iemands leven. Kunnen homoseksuele leerlingen open zijn over hun voorkeur? Bijna een derde van de leerlingen in het voortgezet onderwijs denkt dat een homoseksuele leerling niet open kan zijn over zijn of haar seksuele voorkeur. Heterojongeren hebben een ambivalente houding als het gaat om de openheid van homoseksuelen. Zij hechten veel belang aan authenticiteit: iemand die echt zichzelf is dwingt respect af. Maar tegelijkertijd moeten jongeren zich wel houden aan gendernormen. Homojongens die zich vrouwelijk gedragen zijn volgens de jongeren nep en niet zichzelf. De meerderheid van de transgenders heeft wel eens te maken met negatieve reacties in hun omgeving. 1 Reacties van leerlingen Hoe reageren leerlingen in de klas op homo- en biseksualiteit? Jongens denken over het algemeen negatiever over homoseksualiteit dan meisjes. Homoseksuele jongens gaan dan ook vaak meer met meiden om of met andere homoseksuele jongens. Soms zijn leerlingen van mening dat in hun cultuur homoseksualiteit niet bestaat. Jongeren associëren homoseksualiteit vooral met vrouwelijk gedrag: homo s gedragen zich vrouwelijk en vrouwelijke mannen zijn allemaal homo. Meisjes zien net als jongens homomannen als vrouwelijk, maar voor meisjes is dit een neutraal of zelfs positief gegeven. Heteromeisjes zijn eigenlijk nauwelijks bang om als lesbo of pot te worden gezien. Jongeren waarvan men weet of denkt te weten dat ze homoseksueel zijn, kunnen soms te maken krijgen met pesterijen. Als er wel sprake is van tolerantie, is dit vaak een schijntolerantie: Van mij mogen ze er zijn, als ze maar van mij afblijven of Ze moeten dat zelf maar weten. Er is veel onbegrip over biseksualiteit. Biseksualiteit onder meisjes wordt bijvoorbeeld vooral spannend en sexy gevonden door jongens, en daarmee niet erg serieus genomen. Wanneer heterojongeren wél homoseksuele mannen of vrouwen in hun directe familie- of vriendenkring hebben, is er een grote kans dat zij positiever staan tegenover homo- en biseksualiteit. Waarom reageren leerlingen negatief? Het afwijzen van homoseksualiteit heeft er vaak mee te maken dat jongeren in een levensfase zitten waarin ze sterk met hun eigen seksualiteit bezig zijn en zich afvragen of ze zelf homo-, hetero- of biseksueel zijn. Daarnaast geeft een negatieve houding naar homoseksualiteit ook status in groepen waar mannelijkheid en intimiderend heteroseksueel gedrag hoog in aanzien staan. Wanneer iemand zou laten merken dat hij/zij (ook) homo-of biseksuele gevoelens heeft, wijkt hij/zij af van de hetero-norm. In conservatief georiënteerde kringen kan de afweer van jongeren ook gevoed worden door religieuze voorschriften die seksualiteit tussen mannen verbieden. Als een school in de sociale omgang ruimte geeft aan deze mechanismen, kan het zijn dat de school ook wellicht impliciet - institutioneel steun geeft aan negatief gedrag. Waarom laten veel leerlingen niet merken dat ze homoseksuele gevoelens hebben? De angst voor stigmatisering en het risico om buiten de groep te vallen, zijn de belangrijkste redenen om niets te laten merken van homoseksuele gevoelens. Zij zijn ook bang dat medeleerlingen en docenten erachter komen dat zij homoseksuele gevoelens hebben. Daarnaast zijn veel leerlingen niet zeker over hun gevoelens. 7 Seksuele Diversiteit

15 vragen van jongeren over seksuele diversiteit Soms kunnen leerlingen over homoseksualiteit vragen stellen of stellingen poneren, waarop u als docent misschien niet zo snel weet te reageren. Te denken valt aan de volgende vragen. De antwoorden zijn een handreiking voor eventuele gesprekken met leerlingen over homoseksualiteit/seksuele diversiteit. Wanneer ben je homo, lesbi of bi? Je bent homo, hetero of bi als je zelf vindt dat je homo, hetero of bi bent. Als je jezelf vaak aangetrokken voelt tot iemand van hetzelfde geslacht, vind je het misschien prettig om jezelf homo of lesbisch te noemen. Of bi, als je soms op het ene en soms op het andere geslacht valt. Zijn homoseksuele mensen te herkennen? Nee, net als heteroseksuelen kunnen homoseksuelen dik, lang, aardig, onaardig, zacht, stoer, slim, dom, verwijfd, mannelijk, kortharig of langharig zijn. Waarom gedragen homo s zich soms vrouwelijk? Er zijn bepaalde regels/verwachtingen over hoe mannen en vrouwen, jongens en meisjes moeten zijn. Verwacht wordt dat jongens zich jongensachtig en meisjes zich meisjesachtig voelen en gedragen. Bijvoorbeeld dat jongens stoer zijn, nooit huilen en geen jurk of geen sieraden dragen, zich niet opmaken. En dat meisjes lief/zacht zijn en niet van voetbal houden. Toch zijn er jongens die vaak huilen en meisjes die van voetballen houden. Er zijn ook jongens die meisjesachtige kleren dragen en meisjes die jongensachtige kleren dragen. Er zijn ook meisjes die zich stoer gedragen en sterk zijn. Die jongens en meisjes kunnen homo of hetero zijn, dat kan allebei. Jongens die te meisjesachtig of meisjes die te jongensachtig zijn, wijken dus af van deze gendernormen of genderstereotypen en krijgen vaak te maken met negatieve opmerkingen van de omgeving. Vooral jongens die zich niet als een echte man gedragen. Ze vinden dan dat ze op een vrouw lijken. Dit beoordelen ze als minder, vinden dit een teken van zwakte. Dat heeft allemaal dus op zich niets met homoseksualiteit te maken. Er zijn wel mensen die denken dat homojongens geen echte mannen zijn en lesbische meiden geen echte vrouwen. Maar die mensen halen mannelijkheid, vrouwelijkheid en homoseksualiteit door elkaar. Hoe reageren ouders als ze horen dat hun zoon of dochter homo of lesbisch is? Veel ouders reageren positief en hadden het eigenlijk wel verwacht. Andere ouders hebben tijd nodig om te wennen aan het idee. Dat betekent dat in die periode de steun vanuit ouders vaak ontbreekt. Er zijn ook ouders die het in het begin moeilijk vinden en teleurgesteld zijn. Ze hadden verwacht dat hun zoon of dochter zou gaan trouwen en een gezin zou stichten. Soms denken ouders dat zij gefaald hebben in hun opvoeding. Sommige ouders worden boos of negeren de gevoelens van hun zoon of dochter. De meeste ouders accepteren het op den duur wel. In sommige gevallen wordt iemand door de ouders en andere familieleden verstoten. In bepaalde culturen kan de familie-eer daarbij een rol spelen. LHBT-ers tasten de familie-eer aan en kunnen daardoor zelfs te maken krijgen met geweld. Voor jongeren die uitgestoten dreigen te worden, bestaan opvangmogelijkheden Is homoseksualiteit meer geaccepteerd bij vrouwen dan bij mannen? Intieme vriendschappen en relaties tussen meisjes/vrouwen worden inderdaad eerder geaccepteerd. Bij vrouwen wordt het toegestaan dat ze emoties tonen en elkaar aanraken. Bij mannen/jongens wordt dat minder goed aanvaard. Hierdoor lijkt het alsof homoseksualiteit meer bij mannen voorkomt. Toch is het voor meisjes meestal moeilijk om hun liefde voor vrouwen echt te laten blijken. Ze worden dan vaak niet serieus genomen. We kunnen hierdoor eigenlijk spreken van een dubbele discriminatie van meisjes/vrouwen die op vrouwen vallen. Hoe wordt iemand homo- of biseksueel? Je wordt geboren met homoseksuele gevoelens. Je kunt homoseksualiteit dus niet aanleren of afleren. Het hoort bij je. Vaak is het moeilijk om die gevoelens onder ogen te zien en een plek te geven, omdat homoseksualiteit vaak onzichtbaar wordt gehouden (bijvoorbeeld in de media, boeken, tv series, reclame, films, popmuziek, clips). En als er over homoseksualiteit gepraat wordt, gebeurt dat nogal eens op een negatieve manier. Voor homo jongeren is het moeilijker dan voor heterojongeren om zich een positief beeld van hun toekomst voor te stellen: er zijn immers weinig positieve rolmodellen en verhalen die een realistisch maar positief beeld geven van het opgroeien als homojongere. 1 Wanneer ontdekt iemand dat hij/zij homoseksueel is? Meestal weten jongens en meisjes al op erg jonge leeftijd dat ze homo/lesbisch zijn, bijvoorbeeld omdat ze vaak over personen van het eigen geslacht fantaseren. Anderen merken het in de loop van hun leven. Echter, het openlijk uiting geven aan deze gevoelens onderdrukken ze vaak, uit angst dat anderen dit niet accepteren. Soms laten mensen deze gevoelens pas toe nadat ze al jaren getrouwd zijn. 8 Seksuele Diversiteit

Hoe vrijen homo s en lesbo s? Net als bij hetero s zijn er tientallen manieren waarop een homo/lesbo kan laten zien dat hij/zij om iemand geeft: samen uitgaan, elkaar (tong)zoenen, omhelzen, vingeren, elkaar aftrekken, likken, enzovoort. Vaak wordt gedacht dat lesbo s niet buiten dildo s of vibrators kunnen om een bevredigende seksuele relatie met elkaar te hebben. Maar dat is slechts één van de vele manieren waarop vrouwen seks met elkaar kunnen hebben. Mannelijke homoseksualiteit wordt meestal met (anale) seks geassocieerd. Anale seks is één van de vele manieren om met elkaar te vrijen. Dit geldt ook voor hetero s. De manier waarop homo s/lesbo s een ander liefhebben, is dus net als bij hetero s afhankelijk van wat iemand prettig vindt. Kunnen homo s en lesbo s ook kinderen krijgen? Jazeker! Een groot van de homo s en lesbo s heeft kinderen. Het ouderschap kan op verschillende manieren ontstaan. Bijvoorbeeld: twee vrouwen kunnen een kind krijgen door kunstmatige inseminatie (met sperma van een donor). Homoseksuele mannen kunnen een kind adopteren of een vrouw als draagmoeder vragen. Homoseksuele mannen kunnen ook vader worden door als co-ouder mee te doen aan de opvoeding van het kind van lesbische vrouwen. Komt homoseksualiteit in bepaalde beroepen meer voor? Homoseksualiteit komt in alle beroepsgroepen voor: onder vrachtwagenchauffeurs, politieagenten, priesters, artiesten, imams, nonnen, leraren, kamerleden, ministers enzovoort. Wel is het zo dat iemand er soms in bepaalde beroepen of in een bepaalde werkomgeving gemakkelijker voor uitkomt. Bedrijven waar meer vrouwen werken (en bedrijven die een diversiteitsbeleid hebben), zijn vaak prettiger om te werken voor iedereen die niet voldoet aan de standaard. Een beroep als kapper is daar een voorbeeld van. Dat betekent overigens niet dat alle mannelijke kappers homoseksueel zijn. Komt homoseksualiteit meer bij mannen dan bij vrouwen voor? Nee, het lijkt alleen of het bij mannen meer voorkomt. Dat komt omdat intieme vriendschap tussen vrouwen meer wordt geaccepteerd. Bij mannen wordt dit minder goed aanvaard. Komt homoseksualiteit alleen voor in het westen? Homoseksualiteit komt overal ter wereld voor. In sommige landen is homoseksualiteit verboden. Daardoor denkt men dat het daar niet voorkomt, maar dat is niet waar. Er wordt meestal gewoon niet over gepraat. Homoseksualiteit is van alle tijden. Kwam bijvoorbeeld ook al in de Griekse oudheid voor (blijkt uit gevonden teksten en tekeningen). Heb je als biseksueel altijd behoefte aan een jongen en een meisje? Nee, je wordt verliefd op iemand en meestal niet tegelijk ook op iemand anders. Er zijn mensen die verliefd kunnen zijn op twee mensen en met beiden seks willen hebben, maar dat heeft niets te maken met biseksualiteit. Dat hangt van de persoon af. Maar wat wel gebeurt is dat een meisje dat op de middelbare school bijvoorbeeld een vriendje had, op haar twintigste een relatie met een vrouw krijgt. Ook kun je als biseksueel een sterkere voorkeur hebben voor of mannen of vrouwen. 1 Hoe denken moslims, christenen, joden en hindoes over homo, lesbisch en biseksueel zijn? Er is niet één visie van moslims, christenen, joodse gelovigen en hindoes op homo, lesbisch en biseksueel zijn, maar er zijn verschillende visies. Per stroming, gemeenschap en per persoon verschillen de meningen over homo, lesbisch en biseksueel zijn. In de Bijbel, de Koran en de Torah staat dat mannen geen seks met elkaar mogen hebben en niet mogen masturberen. Dit zijn er twee uit een serie van religieuze verboden. De meeste van deze verboden worden niet meer nageleefd omdat ze van toepassing zijn op de tijd waarin Joden, Christenen en Moslims kleine woestijnvolkeren waren. In sommige religieuze groepen wordt het verbod op seks tussen mannen de laatste tijd juist benadrukt en uitgebreid naar vrouwen - uit angst dat traditionele familiewaarden verloren zullen gaan. In steeds meer religieuze gemeenschappen en kerken ontstaan groepen van homoseksuele en lesbische gelovigen die vinden dat zij ook recht hebben om een volwaardig lid van hun kerk of gemeenschap te zijn. Zij overtuigen de anderen in hun religieuze gemeenschap vaak daarvan. In veel kerken is het nu mogelijk om als homo te trouwen of dominee of voorganger te zijn. Er zijn zelfs al een paar homoseksuele imams en pandits. Is homoseksualiteit wel natuurlijk gedrag? Vaak veroordelen jongeren homoseksueel gedrag met het argument dat het in de natuur niet voorkomt. Dat is echter niet waar: wetenschappers hebben bij veel zoogdieren en vogels homoseksueel gedrag ontdekt. Er zijn dieren die met een ander dier van het eigen geslacht seks hebben, samenleven en samen de zorg voor jonge dieren dragen. Onder bepaalde aapsoorten, zoals Bonobo s en Makaken, komen seks en relaties tussen twee vrouwtjes of twee mannetjes voor. Ook zijn er vrouwelijke albatros-, flamingo-, pinguïn- en ooievaarstellen die samen eieren uitbroeden en jongen grootbrengen. Sommige mensen denken dat homoseksualiteit niet natuurlijk is omdat het minder voorkomt dan heteroseksualiteit. Ook zijn er mensen die het onnatuurlijk vinden, omdat mannen en vrouwen elkaar beter zouden aanvullen. Sommigen vinden dat een mannenlichaam en vrouwenlichaam beter bij elkaar passen dan de lichamen van twee mannen of twee vrouwen. Weer anderen gaan ervan uit dat seks alleen natuurlijk is wanneer er kinderen van kunnen komen. Feit is dat homoseksuele gevoelens menselijke gevoelens zijn en dus natuurlijk. 9 Seksuele Diversiteit

Aandachtspunten bij lessen over seksuele diversiteit 2 Doorbreek de norm van heteroseksualiteit Hoe er rekening mee dat er in iedere klas jongens en meisjes met homoseksuele of biseksuele gevoelens (kunnen) zitten. Ook kan er een transgenderjongere in de klas zitten. Probeer hier in uw woordkeus en aanpak rekening mee te houden. Bijvoorbeeld door jongens en meisjes sekse neutraal /open te vragen; stel dat je verliefd wordt op een jongen of een meisje? Of: stel dat je beste vriend verliefd wordt op een jongen? Vraag dus ook niet standaard aan een meisje of zij een vriendje heeft en aan een jongen of hij een vriendinnetje heeft. Vraag bijvoorbeeld eerder of er iemand is die hij/zij leuk of bijzonder vindt. Gebruik bij voorbeelden in de lessen ook eens Caspar & Dave of Ilse & Monique. Vertel dat je als meisje ook verliefd kunt worden op een meisje en als jongen op een jongen, of op allebei en dat het niet uitmaakt. Geef ook aan dat er jongeren zijn die tussen een jongen en meisje inzitten. Zo bevorder je acceptatie en doorbreek je de vanzelfsprekende norm van heteroseksualiteit. Besteed ook aandacht aan genderstereotypen Seksisme en homofobie blijken sterk samen te hangen. Daarom is alleen voorlichting geven over homoseksualiteit te beperkt. Het is effectiever om ook heteronormativiteit en seksistische stereotypen (m.b.t. man/vrouwrollen) te bespreken dan alleen voorlichting over homoseksualiteit te geven. Stel duidelijke normen Omdat er in de klas jongens of meisjes (kunnen) zitten die homoseksuele of biseksuele gevoelens hebben, worden kwetsende meningen en oordelen van medeleerlingen niet getolereerd. U als docent kunt de klas uitleggen waarom u geen discriminerende opmerkingen toestaat. Voor homoseksuelen is het schelden voor homo kwetsend. Hoe men het ook wendt of keert, het heeft de klank van watje en zwakkeling. Ga er niet te makkelijk van uit dat elkaar homo noemen wellicht niet kwaad bedoeld is en dus geen kwaad kan. Dat doet u immers ook niet met zwartje of hoer. Het kwetsende karakter kan ook teruggespeeld worden: hoe zou je het zelf vinden als er iets kwetsends over jou wordt gezegd? Als u op de hoogte bent van de homoseksuele voorkeur van een leerling, is het bij uitstek van belang daar rekening mee te houden, zodat de desbetreffende leerling niet in de problemen komt. Overigens kunnen ook hetero jongens en meisjes die zich niet volgens de normen van mannelijkheid en vrouwelijkheid gedragen evengoed onderwerp van homo- en lesbische discriminatie zijn. Dit staat los van hun seksuele voorkeur. Uiteraard gelden dezelfde gedragsregels ten opzichte van deze jongeren. Zorg voor veiligheid Probeer te vermijden dat de leerlingen in hun klas proberen uit te vinden wie de homoseksueel is. Eventueel kunt u de vraag terugspelen door te zeggen dat veel jongeren (dus ook de desbetreffende leerlingen die dit zo graag willen weten) het vaak van zichzelf nog niet beseffen. Geef ook aan dat het heel normaal is dat je soms nog niet precies weet wat je seksuele voorkeur is. Rechtstreeks vragen naar de seksuele voorkeur kan afschrikken. Belangrijk is dat een leerling gerespecteerd wordt in het wel of niet vertellen of het vaag houden van zijn of haar seksuele voorkeur. Zegt een jongen bijvoorbeeld dat hij ook op jongens valt, noem hem dan niet meteen bi of homo, maar ga mee in de zelfbenoeming van de jongere. Door de gesprekken algemeen te houden, krijgen leerlingen die eventueel worstelen met hun seksuele gevoelens, indirect een steuntje in de rug, zonder dat zij hun privé-situatie hoeven te delen. Neem bij een transgender jongere niet de lichamelijke situatie als uitgangspunt, maar de identiteit van de jongere. Wanneer je praat over van geslacht veranderen, spreek dan van transitie en gebruik nooit termen als ombouwen of verbouwen. 10 Seksuele Diversiteit

Vergeet de lesbo s en de bi s niet Het is van belang dat er tijdens de les zowel over mannelijke als vrouwelijke homoseksualiteit wordt gesproken. Dit voor de identificatie van leerlingen, maar ook omdat er meestal over homo s wordt gepraat en bijna nooit over lesbiennes. Lesbiennes worden daardoor dubbel gediscrimineerd: als lesbo en als vrouw worden ze niet serieus genomen. Verder mag biseksualiteit niet ontbreken. Veel jongeren voelen zich aangetrokken tot zowel jongens als meisjes en noemen zich biseksueel. Geef positieve informatie Besteed in de les geen overmatige aandacht aan discriminatie. Het is voor homoseksuele leerlingen met name van belang informatie over de plezierige kanten van homoseksualiteit en biseksualiteit te krijgen en over het leven als homo/lesbienne/ bi. Als u zelf moeite heeft om positieve kanten van homoseksualiteit te benoemen, kies er dan voor om te benoemen dat iedereen anders is, en dat daar ruimte voor moet zijn. Vermijd wij en zij Probeer in het taalgebruik het onderscheid tussen wij hetero s en zij homo s te vermijden. Dit schept een ongewenste tegenstelling en afstand. Jij niet, maar anderen wel Soms proberen leerlingen de aandacht voor het onderwerp homoseksualiteit af te doen met opmerkingen als: Ze doen er zelf zo moeilijk over of Waarom moeten we het zo nodig over homo s hebben, ik heb er geen moeite mee of Het maakt toch niet uit of je homo bent. U kunt in dit soort situaties reageren door te zeggen dat de desbetreffende leerling er misschien geen moeite mee heeft, maar heel veel andere mensen wel. Verdiep u in het thema Ter voorbereiding op de les is het van belang dat u zich verdiept in de leefstijl van homoseksuelen en lesbische vrouwen en de vooroordelen die er leven rond homo- en biseksualiteit. Dit betekent ook dat u als docent uw eigen normen en waarden herkent en bereid bent om deze ter discussie te stellen. Geef correcte informatie Geef leerlingen de ruimte om te zeggen wat ze vinden, zonder dat er een waardeoor aan wordt verbonden. De ideeën over homoseksualiteit zijn echter vaak gestoeld op een gebrek aan kennis. Homoseksualiteit wordt bijvoorbeeld door sommige leerlingen wel eens vergeleken met pedofilie, misbruik en ongewenste seks. Geef als docent de leerlingen in dit soort situaties de juiste informatie. Doorbreek de mythen en aannames die er over homo s en lesbo s leven. Voorkom hierbij ook stereotypering over homo s en lesbo s. Zorg voor ervaringsverhalen en breng het thema dichterbij Omdat leerlingen over het algemeen niet uit zichzelf hun homoseksuele of biseksuele ervaringen zullen delen, zult u als docent voorbeelden moeten geven van homoseksuele en biseksuele ervaringen van jongeren. Nodig heteroseksuele leerlingen uit te vertellen over hun eigen ervaringen of die van hun familie, vrienden of kennissen. Het blijkt dat de acceptatie stijgt wanneer jongeren iemand kennen die LHBT is en zich ook als zodanig identificeert, ze voelen zich dan eerder op hun gemak wanneer ze omgaan met homo s en lesbiennes en zien het uitschelden of pesten van homo s en lesbiennes eerder als onjuist. Overigens vinden heterojongeren de verhalen van homojongeren die eerst zwegen over hun seksuele voorkeur maar hier nu open over zijn, de zogenoemde coming-outverhalen, vaak erg interessant. Dan durf je namelijk jezelf te zijn. Kijk op www.sense.info. Stel niet te ambitieuze doelen Ga er niet vanuit dat leerlingen met een negatieve houding na één of twee lessen volledig van houding zijn veranderd. De lessen kunnen echter wel een proces in werking zetten en er op zijn minst toe leiden dat deze jongeren respect opbrengen voor mensen met homoseksuele of biseksuele gevoelens. Bereid u voor op heftige emoties Leerlingen kunnen soms heftig reageren bij bespreking van het thema homoseksualiteit. Bereid u voor hoe u daarmee kunt omgaan. Emoties tegenhouden of emotioneel getinte uitspraken weerleggen, werkt niet goed: het komt over als belerend en alsof u de mening van leerlingen niet serieus neemt. Leerlingen laten uitspreken en daarna (neutraal) bevragen op wat zij bedoelen, of waarom ze zo heftig reageren, werkt beter. Alleen als leerlingen beledigend worden, moet u dat stoppen; daarom is het van belang in het begin van zulke lessen afspraken te maken over hoe je de discussie wilt voeren (als de school daar geen centrale regels voor heeft). Het omgaan met emotionele reacties van leerlingen kan lastig zijn als u zelf ook emotioneel (geïntimideerd of boos) wordt door de reacties van leerlingen. Dat kan gebeuren bij uitspraken als: homo s, bah!!, nooit bukken als je een homo ziet!, of homo s zijn geen mensen en verdienen geen respect. Als u zich laat meeslepen door uw eigen emoties, kunt u niet goed meer lesgeven en raakt u makkelijk in een wellus-nietus gesprek. EduDivers (kenniscentrum onderwijs en seksuele diversiteit) adviseert vier stappen die u na zo n heftige reactie kunt zetten: (1) haal diep adem en realiseer uzelf wat u voelt, (2) richt uw aandacht op de leerling en observeer zijn/haar emotie, (3) benoem rustig en zonder 2 11 Seksuele Diversiteit

interpretatie of oor wat u ziet ( ik zie dat je opgewonden bent ), (4) vraag, nadat de leerling heeft gereageerd, door naar de gevoelens en gedachten van de leerlingen. Als het goed is, duurt dit stappenplan gemiddeld dertig seconden. Tegen deze tijd zijn de hoogste emoties weggeëbd en kunt u een meer inhoudelijke dialoog aangaan. Als emoties blijven terugkeren, herhaalt u de vier stappen tot het gesprek inhoudelijk hanteerbaar wordt. Linken leggen Het kan soms effectief zijn om het onderwerp homoseksualiteit breder te trekken om meer begrip te creëren, zodat het voor leerlingen beter herkenbaar is. Bijvoorbeeld door te linken naar situaties die gaan over niet geaccepteerd worden, bijvoorbeeld als je een Marokkaanse afkomst hebt, of dat je een bepaald geloof hebt, met daarna een brug naar homoseksualiteit. Laat leerlingen anoniem vragen stellen Geef leerlingen de gelegenheid anoniem vragen te stellen. Gebruik hiervoor bijvoorbeeld de Lang Leve de Liefdevragendoos. Deze vragendoos is onder van het lespakket Lang leve de Liefde. Leerlingen kunnen vragen anoniem op een briefje schrijven en in de vragendoos stoppen. Bestellen via www.langlevedeliefde.nl. Maak het onderwerp niet te zwaar Het onderwerp homoseksualiteit is weliswaar een serieus onderwerp, maar maak het niet te beladen. Leerlingen doen dan mogelijk minder gemakkelijk mee in discussies. Doe meer dan voorlichting geven De gelijkwaardigheid van homo- hetero-en biseksualiteit kan ook tot uiting komen in bijvoorbeeld het bestand van de schoolbibliotheek, dvd s en in artikelen in de schoolkrant. Verder kan bij de keuze van theatervoorstellingen, films en andere cultuuruitingen op school gelet worden op uitingen die getuigen van een gelijkwaardige opstelling tegenover homo- hetero-en biseksualiteit. Op de website www.gayandschool.nl staan verschillende boekenlijsten met (jeugd) romans en filmlijsten over jongeren die ontdekken dat zij homoseksueel of lesbisch zijn en geliefden van gelijke sekse. Laat zien dat jongens-en meisjesliefde bestaat en bespreekbaar is door posters op te hangen van homo-emancipatieorganisaties en-jongerengroepen. 2 Werk aan schoolbeleid Het schoolmanagement kan in zijn beleid over de omgang met elkaar en met regels over discriminatie de visie van de school expliciteren en een veilige sfeer bevorderen. De school heeft door haar pedagogische opdracht bij uitstek een taak in het aanleren van respect, tolerantie en goede omgangsvormen. Gelijkwaardigheid van homoseksuele, heteroseksuele en biseksuele leerlingen en personeelsleden, betekent dat personeelsleden/schoolleiding direct ingrijpen als leerlingen of collega s homoseksuelen uitschelden, bedreigen, moppen vertellen of roddels verspreiden (bijvoorbeeld op internet) over hun seksualiteit. Stop bijvoorbeeld het uitschelden voor homo. Homojongeren ervaren dit nooit als grap. Deze gedragsregel kan ook uit maken van een antipestcontract in de mentorklas (meer info: www.pestweb.nl). Vermeld e.e.a.ook op de website/intranet van uw school. De begeleiding van leerlingen met problemen op dit gebied vereist een specifieke deskundigheid van mentoren, leerlingenbegeleiders en zorgcoördinatoren. Een minimale vereiste is dat men beschikt over adressen en contactgegevens van belangenorganisaties en verwijzingen naar betrouwbare websites voor ondersteuning en informatie. Tips voor schoolleiders voor hoe zij homoseksualiteit procesmatig kunnen opbouwen in hun schoolbeleid vindt u in het boekje De roze draad in veiligheid op school (www.edudivers.nl/producten/publicaties/de_roze_draad). Het boekje Gewoon homo in het voortgezet onderwijs. Een veilig school voor iedereen. biedt praktische handreikingen om seksuele diversiteit zichtbaar en bespreekbaar te maken, in de school, in de klas, en in de zorgstructuur. (http://www.gayandschool.nl/). 12 Seksuele Diversiteit

Vergroot de deskundigheid van collega s Veel informatie over homoseksuele jongeren is niet bekend bij docenten. Denk bijvoorbeeld aan informatie over de psychosociale gezondheid van LHBT ers, het proces van coming out etc. Vaak zijn docenten niet op de hoogte van hulp/verwijsadressen als jongeren in de knel zitten met hun identiteit, niet geaccepteerd worden of zichzelf niet accepteren. Het is aan te bevelen om de deskundigheid van collega s hierover te vergroten. Dit kan bijvoorbeeld door een presentatie tijdens een docentenbijeenkomst, of een workshop op een teamdag. Een deskundige van de GGD of Sense kan hierbij ondersteuning bieden. Gastles Naast de verdiepingsles in deze lesbrief kunt u er ook voor kiezen een gastspreker van de plaatselijke afdeling van het COC uit te nodigen. Deze ervaren voorlichters vertellen over allerlei aspecten van homo- en biseksualiteit. U kunt hierover informatie vinden op de website: www.voorlichtingindeklas.nl. Het is raadzaam om de gastles bij leerlingen aan te kondigen en samen met hen voor te bereiden. Bijvoorbeeld door leerlingen van tevoren (anoniem) vragen te laten bedenken die ze aan de voorlichters zouden willen stellen. U als docent bereidt de gastles met de voorlichters voor. Aandachtspunten hierbij zijn: wat is er al in de les behandeld?, vragen van leerlingen, de sfeer in de klas, de aanpak van de gastspreker en de rol van u als docent tijdens de gastles. 2 13 Seksuele Diversiteit

Interessante websites voor jongeren www.sense.info Website met betrouwbare informatie over seksualiteit, liefde en relaties voor jongeren tussen 12 en 25 jaar. Bevat ook informatie voor lesbische, homo-, en biseksuele jongeren. Inclusief ervaringsverhalen en filmpjes. Zie www.sense.info/ ontdek-jezelf/homo-lesbisch-bi-hetero/ervaringsverhalen/. De site biedt jongeren de mogelijkheid om hulp te vragen via telefoon, e-mail en chat of een afspraak te maken voor een Sense-spreekuur in de buurt. forum.sekswoordenboek.nl Forum met een afgeschermde, veilige plek waar jongeren andere lesbische, bi- en homojongeren kunnen tegenkomen. www.jongenout.nl Website, opgezet door COC Nederland, biedt jonge homo s, lesbische meiden, bi s en transgender jongeren van 12-18 jaar de mogelijkheid elkaar in een afgeschermde omgeving te ontmoeten. Jong&Out organiseert ook bijeenkomsten in de buurt. www.iedereenisanders.nl Website met informatie over homo, lesbisch, bi en transgender zijn, en tips over anders zijn, bijvoorbeeld hoe je anderen kunt ontmoeten. www.gaystraightalliance.nl Site met informatie om een GSA tot een succes te maken, mogelijkheid om in contact te komen met andere GSA s, gratis GSA-materiaal bestellen. www.allesovergay.nl Website die antwoord geeft op de 100 meeste gestelde vragen over homoseksualiteit. www.switchboard.nl Gay & lesbian Switchboard: landelijk informatie en adviespunt voor alle vragen over homoseksualiteit, biseksualiteit en transgender leefstijl. www.respect2love.nl Website en campagne over homoseksualiteit en etniciteit, allochtone (heteroseksuele) jongeren. www.stapoptegenhomofobie.nl Site waarop je filmpjes met een statement tegen homofobie kunt uploaden. www.expreszo.nl Tijdschrift en online community voor en door homo-, lesbo-, bi-en transjongeren. www.hehomo.nl Webzine met interviews met jongeren die homo, lesbi, bi of transgender zijn. Ze vertellen over hun passie, hun comingout, hoe daarop werd gereageerd thuis en op school en op welke manier ze omgaan met hun seksuele oriëntatie. Interessante websites voor docenten www.voorlichtingindeklas.nl Als u op zoek bent naar voorlichters die lesgeven over seksuele diversiteit in de buurt. www.gayandschool.nl Verzamelsite over allerlei aspecten rondom homoseksualiteit/diversiteit en onderwijs. Van lesmateriaal tot schoolbeleid. Van You tube filmpjes en reclames die een link hebben met seksuele diversiteit tot tv programma s, documentaires en bioscoopfilms. www.edudivers.nl Website van EduDivers, kenniscentrum seksuele diversiteit in het onderwijs. Met diverse producten, projecten en ondersteunende diensten voor homo-tolerante scholen. www.holebi.onderwijsweb.net Website met informatie over homoseksualiteit en het onderwijs. www.seksuelevorming.nl Deze site bevat een overzicht van lesmateriaal over seksuele vorming, waar seksuele diversiteit ook onder van uitmaakt. De website biedt informatie over seksuele vorming, doelen, uitgangspunten met ondersteuningsmogelijkheden en tips voor de klas. www.schoolsoutweb.nl Website voor leerlingen en docenten van SchoolsOUT, een samenwerkingsverband tussen het voortgezet onderwijs, homojongerengroep DITO!, COC Nijmegen, GGD Regio Nijmegen en de gemeente Nijmegen. Schoolsoutweb ondersteunt medewerkers in het voortgezet onderwijs in Nijmegen bij het verder verbeteren van de sociale veiligheid van gayleerlingen en medewerkers. www.uitdekast.kro.nl Website met coming out-verhalen en de tv-uitzendingen waarin Arie Boomsma jongeren begeleidt met hun coming out. www.uitdekastwerktbeter.nl (Roze) netwerk van het FNV voor succesvolle LHBT acceptatie op de werkvloer, o.a. in het onderwijs. 2 14 Seksuele Diversiteit

www.movisie.nl Website van MOVISIE, kenniscentrum lesbisch en homo-emancipatiebeleid. MOVISIE informeert, adviseert en ondersteunt overheden en organisaties hoe zij de situatie van lesbische, homo, biseksuele en transgender burgers kunnen verbeteren. 2 www.homogeschiedenis.nl Bevat een ruime verzameling van lesbo-,homo-, bi-en transgenderthema s uit de geschiedenis. Voor leerlingen die een werkstuk maken en voor leraren die hun lessen willen verrijken. www.transvisiezorg.nl Transvisie Zorg is een landelijke organisatie die psychosociale hulpverlening biedt aan mensen met genderidentiteitsvragen en hun omgeving. Ook adviseert en begeleidt Transvisie Zorg scholen en professionals die te maken hebben met een genderdysfore leerling en organiseert jongerengroepen. Naast de les in deze lesbrief (zie pag.16) zijn er andere lespakketten beschikbaar. What s up?! Een GSA is een groep op een school die gericht is op het verbeteren van de positie van homo s, lesbo s, bi s en transgenders en wil het schoolklimaat positief beïnvloeden. Het lespakket What s up van de Gay Straight Alliance wil het onderwerp LHBT/seksuele diversiteit bespreekbaar maken in de klas en wil zo een bijdrage leveren aan een positiever klimaat in de school ten aanzien van LHBT-jongeren. Aan de hand van videofragmenten, verhalen van jongeren en stellingen krijgen de leerlingen informatie over het onderwerp en worden ze aangezet erover na te denken. Het lespakket is specifiek gericht op het starten en versterken van Gay-Straight Alliances (GSA S) op school. Het lespakket What s up is geschikt voor de onderbouw van het voortgezet onderwijs (leerjaar 1 en 2) en bestaat uit vier modules van 1 lesuur (à 50 minuten). De modules kunnen los van elkaar worden gebruikt. De lessen kunnen worden ingezet tijdens het mentoruur, lessen maatschappijleer of biologie en zijn geschikt om te gebruiken als voorbereiding op een COC-voorlichtingsles. De Ruben Les Voorlichtingsles tegen homopesten. In deze film van EduDivers en de daarbij gemaakte muziekclip wordt het verhaal verteld van de 15-jarige Ruben, die gepest wordt omdat hij homo is en uiteindelijk hulp vindt. De les van 90 minuten kan zowel op vmbo, als op havo/vwo worden gegeven. Meer informatie en bestellen: www.edudivers.nl/lesgeven/ voortgezetonderwijs/rubenles. 15 Seksuele Diversiteit

Les seksuele diversiteit 3 Thema s Verschillen in gevoelens Jezelf zijn: (niet) conformeren Coming out Discriminatie Respect Reactie ouders/omgeving Leerdoelen Kennis Leerlingen kunnen aangeven dat in Nederland discriminatie op basis van geslacht, cultuur of seksuele oriëntatie verboden is. Leerlingen kunnen uitleggen dat seksuele oriëntatie geen keuze is, maar hoe je omgaat met die gevoelens wel iemands eigen keuze is (uit de kast komen, dubbelleven, ontkennen etc). Leerlingen kunnen benoemen dat seksuele diversiteit overal voorkomt en van alle tijden is. Leerlingen kunnen aangeven dat de manier (sekstechnieken) waarop heteroseksuelen en homoseksuelen seks hebben niet van elkaar verschilt. Leerlingen kunnen uitleggen dat tijdelijke homoseksuele gevoelens onder kunnen zijn van de heteroseksuele ontwikkeling. Leerlingen kunnen uitleggen dat er verscheidenheid bestaat in gedrag en leefstijlen van homoseksuele mannen en vrouwen. Leerlingen kunnen uitleggen wat de verschillen zijn tussen homoseksualiteit, biseksualiteit, transgender en travestie. Leerlingen kunnen drie organisaties/websites noemen waar zij voor betrouwbare informatie over seksuele diversiteit en voor problemen mbt seksuele diversiteit/ zelfacceptatie terecht kunnen. Leerlingen weten wat de impact kan zijn van homonegatief gedrag op jongeren. Houding Leerlingen onderkennen dat omgang met homoseksuelen geen risico met zich meebrengt voor de eigen seksuele oriëntatie en niet tot seksuele toenaderingspogingen hoeft te leiden. Leerlingen geven aan jongeren, die in hun gedrag, hun uiterlijk en/of hun innnerlijke beleving niet zijn zoals we van een jongen of meisje standaard verwachten (gendernormen), te respecteren. Leerlingen onderkennen dat alle vormen van discriminatie op basis van seksuele oriëntatie risico s meebrengen voor de mentale en fysieke gezondheid van mensen wie het betreft. Leerlingen onderkennen het belang van kunnen zijn wie je bent en respecteren de integriteit van anderen. Leerlingen onderkennen dat er verschillende manieren zijn om met homoseksuele gevoelens om te gaan. Leerlingen onderkennen dat homoseksualiteit in alle culturen voorkomt. Leerlingen geven aan andere jongeren te respecteren ongeacht hun seksuele oriëntatie. Vaardigheden Leerlingen kunnen aangeven welke acties zij kunnen ondernemen bij respectloze uitingen ten opzichte van lhbt jongeren en discriminatie (op grond van seksuele oriëntatie). Benodigdheden Kaartjes met vragen (zie bijlage). Werkblad Filmpje Coming Out Filmpje Coming Out (op lesgevenindeliefde.nl en www.langlevedeliefde.nl onder extra modules) Informatieblad voor leerlingen: Homoseksualiteit, vragen van jongeren 16 Seksuele Diversiteit

Voorbereiding Bekijk het filmpje Coming Out, lees de informatie in deze lesbrief en het informatieblad voor leerlingen. Zorg voor een beamer (filmpje Coming Out ) Plak voorkant en achterkant van de 4 werkbladen van het kaartjesspel tegen elkaar en knip 32 (4x8) kaartjes. Plastificeer/lamineer de kaartjes eventueel. Maak voor alle leerlingen kopieën van het informatieblad Veelgestelde vragen over homoseksualiteit en het invulwerkblad Coming Out. Wil je weten hoe andere docenten met het onderwerp homoseksualiteit omgaan? Kijk op www.lesgevenindeliefde.nl. Flappen en post-its (voor associatiespel) Opzet van de les 1. Inleiden van de les 2. Eventueel associatiespel 3. Bespreken vragen op de kaartjes (kaartjesspel) 4. uitdelen informatieblad Veel gestelde vragen over homoseksualiteit. 5. Kijken filmpje Coming Out 6. Invullen werkvel Coming Out 7. Bespreken werkvel Coming Out 8. Meegeven Veel gestelde vragen over homoseksualiteit. 9. Afsluiten van de les. Uitwerking van de les 1. Inleiden les Vertel in uw eigen woorden ongeveer het volgende. Deze les gaat over seksuele diversiteit. Homoseksualiteit hoort daar bij. Op de dvd, aflevering 1, vertelt Anderson dat hij homo is en Erin dat zij op meisjes valt. In het leerlingenmagazine (pag.4) vertelt Oscar dat hij al een tijdje wist dat hij homo was, maar het niet durfde te vertellen waarschijnlijk omdat hij bang was voor negatieve reacties. Er waren veel vragen en opmerkingen in de klas. Daarom gaan we in deze les dieper in op hoe dat bij andere jongeren is gegaan. Als u er achter wil komen welke ideeën er bestaan ten aanzien van het thema homoseksualiteit/seksuele diversiteit kunt u starten met het associatiespel. Als de ideeën van leerlingen al ter sprake zijn gekomen, kunt u deze opdracht overslaan en beginnen met het kaartjesspel. 2. Associatiespel Introductie Als introductie op het associatiespel vraagt u de leerlingen voorbeelden te geven van homoseksuele mannen en vrouwen die ze kennen. Vaak weten leerlingen in eerst instantie vooral voorbeelden van opvallende (media) figuren te noemen, bijvoorbeeld omdat die persoon zich stereotype gedraagt of er openlijk voor uit komt. Na wat langer nadenken komen er ook wel wat minder opvallende voorbeelden, of voorbeelden die wat dichterbij staan dan iemand uit de media. Meestal weten leerlingen ook aanzienlijk minder lesbische voorbeelden dan homoseksuele mensen te noemen. Als leerlingen geen voorbeelden noemen, kunt u beginnen met zelf wat voorbeelden te geven van homo s die u kent (persoonlijk of uit de media). Voorbeelden van bekende Nederlanders die (zichtbaar) homoseksueel zijn: Paul de Leeuw, Gordon en Carlo Boszhard. Voorbeelden van bekende Nederlanders die minder zichtbaar homoseksueel zijn: Minister de Jager van Financiën (kabinet Rutte 1, 2010-2012, CDA), Cornald Maas (presentator), Claudia de Breij (cabaretière), Marieke Wijsman (schaatster), Barry Paf (radio 538), Paul Groot (Koefnoen), Barbara Barend (sportverslaggeefster), Ireen Wüst (schaatsster), Hans Klok (illusionist, goochelaar), Wouter Hamel (zanger), Dominique van der Heyde (tv presentator), Freek Bartels (musicalacteur, zanger). Vraag leerlingen of ze homoseksuele mannen/jongens of vrouwen/meisjes kennen uit hun woonomgeving, familie, kennissenkring. Werkwijze Hang twee flappen op. Teken een cirkel op de flappen en schrijf hierin op flap 1 het woord homoseksualiteit en op flap 2 het woord heteroseksualiteit. Elke leerling krijgt max. 2 x 3 post-its en schrijft daarop (viltstift) een opmerking/woord die hem/haar te binnen schiet bij het woord homoseksualiteit en heteroseksualiteit. De post-its worden om de cirkel geplakt. Na 5 minuten leest de docent de associaties hardop voor. Het valt dan waarschijnlijk al op dat veel vragen en opmerkingen elkaar overlappen. Rubriceer de post-its in categorieën. 3 17 Seksuele Diversiteit

Opmerkingen Duidelijk zal worden dat de meeste associaties die worden genoemd voor zowel hetero s als homo s, voor zowel heteroseksuele als homoseksuele relaties gelden. In beide relatievormen gaat het om liefde, verliefdheid, elkaar helpen, intimiteit, samen dingen doen, uitgaan, vertrouwen, seks etc. Mogelijk noemen de leerlingen de volgende stereotype beelden van homo s: Vrouwelijke(r), meisjesachtig, kleding, bewegingen (slap handje, heupwiegen, nichterig lopen), hoge stem. modebewust. Bij lesbiennes: (soms) wat mannelijk(er), meer als een jongen, erg vrouwelijk, meer zelfverzekerd. Waarschijnlijk heeft het meren van de belangrijkste stereotypen die leerlingen over homo s en lesbiennes noemen betrekking op gendernonconformisme ( je niet als een echte jongen/echt meisje gedragen ). Met dit gendernonconformisme hebben ze moeite en keuren ze soms af. Bij het bespreken van deze opdracht is het dus belangrijk zowel aandacht te besteden aan diversiteit in (homo) seksuele voorkeur en aan mensen die hun vrouwelijkheid of mannelijkheid op een andere manier uiten dan volgens de norm en aan mensen die zichtbaar afwijken van die norm. 3 Wat betreft stereotypering van homo s en lesbiennes: Vraag leerlingen welke stereotypen voor (hetero) mannen gelden: bijvoorbeeld alle mannen houden van voetbal, auto s etc. En voor heteroseksuele vrouwen: houden van winkelen, kiezen voor verzorgende beroepen etc. Leerlingen weten dat dit lang niet in alle gevallen geldt. Maar ook de stereotypen over homo s, lesbiennes en biseksuelen kloppen vaak niet/zijn ongegrond. Meestal ontdekken leerlingen dat pas als ze (meer) mensen kennen die homo, lesbisch of bi zijn. Dan blijken er heel wat niet-verwijfde homo s te zijn, hippe lesbiennes met lang haar en biseksuelen die heel goed weten wat ze willen. Hoe komt het dat die vooroordelen blijven bestaan? Als je bijvoorbeeld denkt dat alle homo s verwijfd zijn en je komt een man tegen die zich naar jouw idee (te) vrouwelijk gedraagt, dan kun je denken: zie je nu wel dat alle homo s verwijfd zijn. Maar niet alle mannen die zich in bepaalde opzichten vrouwelijk gedragen zijn daarmee per se homoseksueel, en veel homoseksuele mannen gedragen zich niet vrouwelijk. Je kunt dus gemakkelijk tot een cirkelredenering vervallen. Vervolgens kan de vraag worden gesteld wat er mis mee als iemand, een jongen of meisje zogenaamd anders is, zich anders gedraagt/doet, kleedt dan wat de (hetero) norm is, dan wat de meeste mensen/ jongeren doen. Hoe belangrijk is het dat je jezelf kunt zijn? Ps. Wanneer de groep groot is of je de tijdsduur van deze werkvorm wilt beperken, kun je ervoor kiezen om de post-its te laten invullen in groepjes van twee of drie leerlingen. Dit heeft als voor dat leerlingen nadrukkelijk van gedachten kunnen wisselen over hun beweegreden en achter de keuze. 18 Seksuele Diversiteit

3. Kaartjesspel In de klas zelf vragen stellen over seks en seksuele diversiteit kan soms voor leerlingen lastig zijn. Door iets te vragen, geven ze zich bloot of laten zien dat ze iets niet weten. Ze kunnen bang zijn uitgelachen te worden. Daarom worden veel vragen over seks niet gesteld. Om leerlingen toch met vragen naar voren te laten komen, kan het kaartjesspel goed werken. Leerlingen hoeven daarbij niet rechtstreeks hun eigen vragen in te brengen; ze kunnen op een niet-bedreigende manier informatie en meningen uitwisselen. Werkwijze De stapel kaartjes ligt ondersteboven in het midden van de kring/voor de klas. Leg de spelregels uit. Het is het leukst om het kaartjesspel in een kring te spelen, dan kan er gemakkelijk met elkaar worden gepraat. Vertel dat u een aantal kaartjes hebt met vragen van jongeren over homoseksualiteit. Een leerling die wil, pakt van de stapel het bovenste kaartje. Hij of zij leest de uitspraak in stilte. Als de leerling een kaartje niet kan of wil beantwoorden, wordt het kaartje onder in de stapel geschoven. De vraag blijft dan geheim. De leerling mag dan een nieuw bovenste kaartje pakken. Ook dat mag weer in de stapel worden gestopt. Het derde kaartje is een must: daar moet de leerling een antwoord op geven. Wanneer de leerling wel een antwoord wil geven op de vraag, kan hij of zij gaan zitten en wordt het kaartje voorgelezen en de vraag beantwoord. Een kaartje dat behandeld is, komt op de stapel afgewerkte kaartjes. De andere leerlingen kunnen desgewenst kort iets toevoegen. Het spel is voorbij als alle kaartjes op zijn of de tijd op is. Vraag leerlingen welke informatie nieuw voor ze was. Aandachtspunten Bij gevoelige onderwerpen als seksualiteit/seksuele diversiteit is het belangrijk dat de leerlingen vrij kunnen beslissen of ze de vraag beantwoorden. Op deze manier kunnen leerlingen, veilig discussiëren en hebben ze de mogelijkheid persoonlijke ervaringen af te schermen. Het gaat er niet om dat leerlingen in een zo n hoog mogelijk tempo zoveel mogelijk kaartjes afwerken. De bedoeling van de kaartjes is gesprekken in gang te zetten waarbij leerlingen zich betrokken voelen. P.s. let ook op lichaamstaal. Hoe reageert men op elkaar? Hoe ziet u of iemand zich ongemakkelijk voelt. 4. Uitdelen infoblad Homoseksualiteit, vragen van jongeren. Dit informatieblad bevat een aantal vragen van het kaartjesspel met de antwoorden. Leerlingen kunnen dit blad nog eens nalezen of gebruiken bij de volgende opdracht. 5. Kijken filmpje Coming Out Op de docentensite www.lesgevenindeliefde.nl staat het filmpje Coming Out (3.35 minuten). Verschillende jongeren, homoseksueel, lesbisch en biseksueel vertellen over hun coming out, aan wie ze het hebben verteld, hoe ze dat hebben gedaan en hoe de reacties van de omgeving (ouders en vrienden) waren. Leerlingen bekijken het filmpje Coming Out. In korte tijd wordt er veel informatie in het filmpje gegeven. Daarom kunt u het filmpje eventueel nog een keer laten zien. 6. Leerlingen vullen individueel het werkblad Coming Out in Suggestie: U kunt ervoor kiezen het werkblad in tweetallen te laten invullen. 7. Bespreken antwoorden leerlingen Bespreek klassikaal wat de leerlingen hebben ingevuld. Het filmpje bevat verschillende typen reacties. Manieren waarop jongeren ontdekt hebben dat ze homo, lesbisch of bi zijn: - Meisje: ik liep meer warm voor vrouwelijke filmsterren. - Jongen: als ik op straat naar meisje keek dacht ik dat wordt niks. Hoe aan ouders verteld dat ze homo, lesbisch of bi zijn? - naar ouders gestapt, mama ik moet je wat vertellen: ik val op jongens. - tv uitgedrukt en ouders verteld: ik moet jullie wat vertellen, ik ben homo/ik val op meisjes. Reacties van ouders? - Zal wel een fase in je leven zijn. - Zijn de hormonen. - Wisten we al, fijn voor je. - Dachten we al. Heel goed dat je het vertelt. - niet verteld aan (islamitische) ouders) omdat die er heel veel moeite mee zouden hebben. - vader sloeg dicht, werd boos, daarna lang niet meer met elkaar gesproken. Reacties vrienden/ leerlingen op school - Wisten we al, hadden we wel verwacht. - Wel even wennen, leuk voor je. Op het einde van het filmpje vertelt een meisje Je ontdekt wie je echte vrienden zijn. Niet iedereen zal zo positief zijn. Laat leerlingen reageren op deze uitspraak. 3 19 Seksuele Diversiteit