Nota van Inlichtingen Achmea Inkoopprocedure add-ongeneesmiddelen 2015



Vergelijkbare documenten
Juridische aspecten van behandel- en vergoedingsbeslissingen

VRAGEN & ANTWOORDEN GEZAMENLIJKE INKOOP ADD-ON GENEESMIDDELEN 2016 LEUSDEN, OKTOBER IC Farma Zilveren Kruis 1

GENEESMIDDELEN Veel gestelde vragen en antwoorden. Augustus 2008

VRAAG EN ANTWOORD VOORKEURSBELEID GENEESMIDDELEN

BELEIDSREGEL BR/CU-2018

Inkoop vanuit meerdere perspectieven. Mirjam de Bruin. Perspectief kosten

Vragen en antwoorden geneesmiddelenprijzen

Nota van Inlichtingen Zilveren Kruis Inkoopprocedure add-ongeneesmiddelen 2016

Aanwijsprocedure artikelpreferente geneesmiddelen juli 2015 december 2016 CZ, Delta Lloyd en OHRA

Transparantie-eisen aan apotheken

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

BELEIDSDOCUMENT VOORKEURSBELEID 2015 CZ, Delta Lloyd en OHRA

Dure Geneesmiddelen in 2017:een rol voor de industrieapotheker? mr. drs. N.U.N. Kien, advocaat te Rotterdam

Onderwerp: Achmea Voorschrijf Flits 1 Het voorschrijven van generieke statines

BELEIDSREGEL BR/CU-2017

Op welke vragen geeft dit digitale kaartenboek antwoord?

De prestaties en tarieven zijn van toepassing voor cliënten geïndiceerd voor of aangewezen op verblijf.

Aanwijsprocedure artikelpreferente geneesmiddelen voor de periode juli 2016 december 2017 CZ, Delta Lloyd en OHRA

Formulier verstrekking advies aan NZa over Nederlandse Zorgautoriteit wijzigingsverzoek add-on geneesmiddelenlijst

In dit reglement staat beschreven wat de opdracht van de adviescommissie is, hoe de commissie is samengesteld en welke werkwijze ze hanteert.

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 10 december 2012 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Bruins Slot (CDA) over omzetplafonds in de zorg (2014Z22725).

Dure of waardevolle geneesmiddelen? Waar maken we ons druk over?

3.2 Prestatie extreme kosten van geneesmiddelen (NZa-code M002) Het leveren van geneesmiddelen noodzakelijk voor de zorg, onder

IDEA Overeenkomst 2016 Apotheekhoudende huisarts

ZORGVERZEKERAARS NEDERLAND BELEIDSDOCUMENT GEZAMENLIJK PREFERENTIEBELEID

3.2 Prestatie extreme kosten van geneesmiddelen (NZa-code M002) Het leveren van geneesmiddelen noodzakelijk voor de zorg, onder

ontstaat ruimte voor medisch maatwerk en voor innovatie daar waar deze waarde toevoegt. Daarnaast biedt deze benadering grote kansen voor het waarborg

Pagina 1/5. Leidraad gezamenlijke inkoop geneesmiddelen voor de medischspecialistische. Inleiding

drempelbedrag van 700,. Bij het leveren van geneesmiddelen dient sprake te zijn van rationele farmacotherapie.

BELEIDSREGEL BR/CU-5060

ANONIEM BINDEND ADVIES

BELEIDSREGEL AL/BR Overheveling GGZ budget AWBZ-Zvw

Tweede Kamer der Staten-Generaal

ANONIEM BINDEND ADVIES

Zorginkoopbeleid 2018

Ander merk, zelfde werkzame stof! Preferentiebeleid Geneesmiddelen

Bijlage 5 zorginkoopbeleid Huisartsenzorg en multidisciplinaire zorg

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

ANONIEM BINDEND ADVIES

De prestaties en tarieven zijn van toepassing voor cliënten geïndiceerd voor of aangewezen op verblijf.

de positie van de verzekerde/patiënt in Nederland en daarbuiten in het licht van de voorgenomen wijziging van art 13 Zvw (EU-aspecten)

BELEIDSREGEL BR/REG-18126

Aandoening Indicatie Eerste Consult (intake) Behandeling. Spataderen Niet medisch noodzakelijk Verzekerde zorg* Niet verzekerde zorg

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 24 oktober 2013 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Inkoopbeleid Ziekenhuizen 2020

ANONIEM BINDEND ADVIES

Beleidsregel Macrobeheersinstrument verpleging en verzorging 2018

BELEIDSREGEL BR/CU-5047

Bijlage bij Monitor betaalbaarheid en contractering apotheekzorg. Bronnen en methoden

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 10 november 2015 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Bijlage 4 Kwaliteitstoets/beheersmodel audit

Algemeen gegevensbeheer code (AGB-code) Unieke code die aan iedere zorgaanbieder wordt toegekend, waarmee deze kan worden geïdentificeerd.

Datum 20 oktober 2015 Betreft Commissiebrief Tweede Kamer inzake PGB in de Zorgverzekeringswet in verhouding tot de Wet marktordening gezondheidszorg

BELEIDSREGEL CA-BR Experiment regelarme instellingen Wlz CONCEPT / PUBLICATIE VOORGENOMEN BESLUIT

heeft krachtens de paragrafen 2 en 4 van hoofdstuk 4 van de Wmg

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 9 december 2015 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Aanwijsprocedure artikelpreferente geneesmiddelen voor de periode januari 2016 december 2017 CZ, Delta Lloyd en OHRA

Bekostiging geneesmiddelen medisch specialistische zorg in verandering

7 november Het verzoek:

Voorwaarden voor vergoeding

01 Voorjaar 2015 THEMA NIEUWSBRIEF. Specialistische geneesmiddelen. GVS en ziekenhuisfinanciering. Aanspraak en financiering

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 25 maart 2014 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

BELEIDSREGEL AL/BR-0021

Deze regeling is van toepassing op Wlz-uitvoerders als bedoeld in artikel 1, sub e, van de Wmg.

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Deze regeling is van toepassing op zorgkantoren als bedoeld in artikel van de Wet langdurige zorg (Wlz).

Bijlage 4 Kwaliteitstoets/beheersmodel audit

REGELING NR/CU-214. Beheersmodel honoraria vrijgevestigd medisch specialisten

Behandeld door Telefoonnummer adres Kenmerk l / Uw verzoek tot ingrijpen in de markt voor diabeteshulpmiddelen 1 juli 2015

Toegankelijkheid en betaalbaarheid dure geneesmiddelen gaan hand in hand met elkaar Expertmeeting ziekenhuisfarmacie

Veel gestelde vragen over ZZP

Aanvraag MRI door een huisarts in de Zorgverzekeringswet

Pagina. Leidraad gezamenlijke inkoop geneesmiddelen voor de medischspecialistische. Inleiding

Zorginkoopbeleid 2018

3.1 Algemeen gegevensbeheer code (AGB-code) Unieke code die aan iedere zorgaanbieder wordt toegekend, waarmee deze kan worden geïdentificeerd.

Kostprijsberekening geriatrische revalidatiezorg

3.1 Zorgaanbieder De zorgaanbieder als bedoeld in artikel 1 aanhef en onder c van de Wmg.

Inkoopbeleid Categorale instellingen 2020

c. De termijn waarvoor deze beleidsregel geldt: 1 januari 2009 t/m 31 december 2011

Kwaliteit en doelmatigheid van voorschrijven van medicijnen. Rob Essink, apotheker MPH, 28 maart 2013

In de werkgroep over DIS/TTP heeft het CBP in meerdere instanties nadrukkelijk op deze aandachtspunten gewezen.

Bijlage 4 Kwaliteitstoets/beheersmodel audit

c. De termijn waarvoor deze beleidsregel geldt: onbepaald.

SAMENWERKINGSOVEREENKOMST INZAKE HET HEMOFILIEBEHANDELCENTRUM

Deze beleidsregel is van toepassing op Zintuiglijk gehandicaptenzorg als bedoeld in artikel 2.5a van het Besluit zorgverzekering

BK GRZ- Ziekenhuisverplaatste zorg IR V-1-1-1

Veel gestelde vragen Inkoopprocedure preferente geneesmiddelen Achmea

BELEIDSREGEL BR/REG-17106

BELEIDSREGEL BR/CU-5039

ANONIEM BINDEND ADVIES

Market access intramuraal en extramuraal in de praktijk

OMS, ZKN, NVZ, NFU, ZN, RN, Actiz, NMT, Fenac, FNT, SAN, Ineen Zorginstituut Nederland DBC-Onderhoud

BELEIDSREGEL BR-REG-17107

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 23 juni 2015 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 31 augustus 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

a. Deze beleidsregel is van toepassing op zorg als bedoeld in artikel 1 sub b van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg).

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Leijten (SP) over de gevolgen van extramuralisering voor zorgaanbieders (2013Z05339).

Addendum Zorginkoop langdurige zorg 2015

Transcriptie:

Vraag Vraag nr. 1 U heeft als doelstelling om medisch-specialisten te dwingen om het voorkeursgeneesmiddel voor te schrijven aan minimaal 80% van de betrokken nieuwe patiënten. Hoe stelt u zich voor dat medisch specialisten dit beleid toepassen op de bij deze procedure betrokken TNF-alfaremmers en andere geneesmiddelen, die alle een andere werkzame stof hebben, terwijl het preferentiebeleid onder het GVS alleen kan worden toegepast tussen geneesmiddelen die precies dezelfde werkzame stof hebben? 2 U betoogt dat hier geen sprake is van preferentiebeleid omdat uw beleid alleen bij nieuwe patiënten wordt toegepast en er een doelstelling van slechts 80% geldt, maar voor die nieuwe patiënten en dat percentage komt uw beleid onverkort neer op gedwongen verwisseling, door de voorschrijver, tussen geneesmiddelen met verschillende werkzame stoffen. Hoe kan de patiënt aanspraak maken op het voor hem gewenste middel? 3 In de definitie van de AOC, past u criteria toe die vergelijkbaar zijn aan de criteria die onder het GVS worden toegepast voor het clusteren van geneesmiddelen in groepen van onderling vervangbare geneesmiddelen voor het vaststellen van een vergoedingslimiet. Hoe stelt u zich voor dat medisch-specialisten deze clustering volgen, en daarmee in de praktijk gedwongen worden een voorkeursbeleid toepassen bij minimaal 80% van de betrokken nieuwe patiënten, wanneer deze clustering onder het GVS niet is bedoeld voor het voeren van een voorkeursbeleid, maar alleen voor het vaststellen van een vergoedingslimiet? 4 Onder het GVS is het ZiNL uitsluitend bevoegd geneesmiddelen te clusteren in groepen van onderling vervangbare geneesmiddelen voor het vaststellen van een vergoedingslimiet, teneinde de belangen van de patiënt en de onafhankelijkheid van voorschrijvers en apothekers te beschermen. Hoe stelt u zich voor dat een zorgverzekeraar deze rol kan vervullen in deze inkoopprocedure, zonder enige garanties van een onafhankelijk oordeel? Antwoord De procedure dwingt artsen niet tot het uitsluiten van producten. Er is geen sprake van preferentiebeleid. Achmea dwingt niet tot substitutie. Er is geen sprake van uitsluiting van geneesmiddelen. De aanspraak van verzekerden wordt niet (indirect) beperkt. Hoewel de criteria gelijkenis vertonen, zijn deze wezenlijk anders (doel, oorsprong). De vergelijking met de GVS-clustering niet op. Zie antwoord vraag 3. Pagina 1 van 54

5 Welke patiëntenverenigingen hebt u geraadpleegd over de inrichting van de inkoopprocedure en de clusters? 6 Welke specialistenverenigingen hebt u geraadpleegd over de inrichting van de inkoopprocedure en de clusters? 7 Waarom volgt Achmea niet simpelweg de clusters zoals die zijn vastgesteld door het ZiNL (voorheen CVZ) toen de betrokken geneesmiddelen nog onderdeel uitmaakten van het GVS? 8 Hoe verklaart u dat u ustekinumab heeft ingedeeld in een cluster met TNFalfaremmers, terwijl dat geneesmiddel een interleukineremmer is? 9 Hoe verklaart u dat u ustekinumab heeft ingedeeld in een cluster met TNFalfaremmers terwijlhet was opgenomen in bijlage 1B Rvv, waaruit volgt dat volgens het CVZ de eigenschappen van dit middel zodanig verschillen van TNF-alfaremmers dat clustering met deze TNF-alfaremmers - of met enig ander geneesmiddel - niet mogelijk was? 10 U motiveert de uitsluiting van bepaalde geneesmiddelen uit een cluster met de reden dat deze ongeschikt zouden zijn voor eerste gebruik. Hoe is dat criterium te rijmen met de definitie van een AOC en met de clustering zoals die door het ZiNL/CVZ wordt toegepast voor precies deze geneesmiddelen? 11 Wat waren uw overwegingen om verschil te maken tussen anakinra en abatacept, die ongeschikt zouden zijn voor eerste gebruik, en ustekinumab, dat ook ongeschikt zou zijn voor eerste gebruik volgens de behandelrichtlijn psoriasis? 12 Speelde bij deze overwegingen de SmPC van de betrokken geneesmiddelen een rol? 13 De clustering die Achmea heeft toegepast in de inkoopprocedure lijkt onvoldoende rekening te houden met het feit dat de TNF-alfa remmers zijn toegelaten als geneesmiddel voor verschillende indicaties, terwijl uit de definitie van add-oncluster (AOC) lijkt te volgen dat de geneesmiddelen in een cluster zijn toegelaten voor dezelfde indicatie. Bent u bereid om voor iedere indicatie een aparte cluster te bepalen? Er is met verschillende patiëntverenigingen gesproken over de gezamenlijke inkoop zoals, maar niet uitsluitend, met de NPCF en het Reumafonds. Er is met verschillende artsenorganisaties gesproken over de gezamenlijke inkoop zoals, maar niet uitsluitend, met de NVR, NVHB. De clustering in het GVS is van maart 2009 en daarmee minder actueel. Het AOC heet "TNF-alfaremmers" maar beperkt zich niet tot alleen TNF-alfaremmers. De aangehaalde clustering doet geen recht aan de praktijk en is minder actueel. Deze producten zijn volgens de richtlijnen geen 1e keus. Bij deze beslissing hebben verschillende overwegingen een rol gespeeld zoals richtlijnen, SmPC's, adviezen uit het FTK en gesprekken met zorgverleners. Ja, zie antwoord op vraag 11. Nee. Uit de procedure volgt de rangorde. Daarna zal er een specificatie plaatsvinden naar indicatiegroepen. De rangorde zal per indicatie toegepast worden voor zover de producten de betreffende registratie hebben. Pagina 2 van 54

14 Begrijpen wij goed dat de "voorselectie" van geneesmiddelen, zoals die volgt uit de definitie in paragraaf 1.3 op p. 6 van de leidraad, leid tot het cluster zoals dit is opgenomen in bijlage 4 bij de leidraad? Wie is betrokken in deze voorselectie? Ja, bij de voorselectie zijn diverse partijen betrokken zoals deelnemende ziekenhuizen, artsen, apothekers en andere professionals uit het veld. 15 Welke criteria zijn daarbij toegepast? Wet- en regelgeving, richtlijnen, stand der wetenschap en praktijk en praktische toepasbaarheid. 16 Was dit proces transparant? Ja. 17 Waarom vereist u naleving van de eisen ten aanzien van de registratie zoals Paragraaf 3.1.1. is een niet bestaande verwijzing naar de Leidraad. weergegeven in paragraaf 3.1.1 op p. 13 leidraad? 18 Is aan deze eisen niet al voldaan door alle betrokken geneesmiddelen? Zie antwoord vraag 17. 19 Wat wordt bedoeld met de zinsnede dat ziekenhuizen geen onderhandse deals sluiten over de geneesmiddelen in het AOC? Er mogen geen afspraken gemaakt worden over geneesmiddelen binnen een AOC door deelnemende partijen in welke zin dan ook, waarbij de uitkomst van deze inkoopprocedure kan worden danwel daadwerkelijk wordt gefrustreerd. 20 Hoe kunnen zij dan de producten inkopen van de fabrikanten? Het bestellen e.d. van producten in een AOC kan via de reguliere weg. 21 Kunt u beschrijven op welke manier ziekenhuizen de clusters kunnen aanpassen door een bepaald geneesmiddel in of uit een cluster te zetten (zie definitie van add-oncluster in paragraaf 1.3)? 22 Kan een enkel ziekenhuis besluiten om een middel in of uit een cluster te houden, of moeten de deelnemende ziekenhuizen daarover eerst consensus bereiken? 23 Als enkele ziekenhuizen kunnen besluiten om een middel in of uit een cluster te houden, hoe gaat Achmea dan om met de verschillende AOC's die voor de verschillende ziekenhuizen gelden? Dit kan alleen in onderling overleg en overeenstemming tussen de deelnemende ziekenhuizen en Achmea op basis van medisch inhoudelijke gronden. Dit betreft alleen de indicatiegroepen. Het AOC staat vast. Zie antwoord vraag 21. Zie antwoord vraag 21. 24 Zal Achmea hier transparant over zijn? Zie antwoord vraag 21. 25 Welke controle mogelijkheden zullen in dat geval worden ingebouwd? Zie antwoord vraag 21. 26 Op welk moment kunnen ziekenhuizen besluiten een bepaald geneesmiddel in of uit een cluster te zetten? Zie antwoord vraag 21. Pagina 3 van 54

27 Zal een dergelijk besluit over het in of uit een cluster zetten bekend worden Nee. gemaakt vóór 17 oktober 2014? 28 Hoe zal een dergelijk besluit over het in of uit een cluster zetten door De 80%-doelstelling blijft in dat geval bestaan. ziekenhuizen de 80%-doelstelling beïnvloeden? 29 Als ziekenhuizen besluiten om een bepaald geneesmiddel uit een cluster te houden, hoe kunnen zij dan zorgdragen voor de levering van deze geneesmiddelen, gezien de bepaling dat ziekenhuizen geen onderhandse deals sluiten over de geneesmiddelen in het AOC (paragraaf 1.5, p. 8 leidraad)? Indien de deelnemende ziekenhuizen en Achmea in onderling overleg en overeenstemming besluiten een middel buiten een bestaande indicatiegroep te plaatsen ontstaat een nieuwe indicatiegroep waar het betreffende product in ondergebracht wordt. 30 Als ziekenhuizen een bepaald geneesmiddel in of uit een cluster zetten, wordt dit middel dan nog steeds volledig vergoed door Achmea aan dat Er verandert niets aan de bekostiging. Zie het antwoord op vraag 29. ziekenhuis? 31 Kunnen ziekenhuizen zich nog na 17 oktober bij uw opzet aansluiten? Als met 'opzet' de Gezamenlijke Inkoop is bedoeld is het antwoord 'ja'. Voor deze procedure en daarmee deze AOC is het na 1 oktober niet meer mogelijk aan te sluiten. 32 Als het antwoord ja is, hoe rijmt u dat met de gedachte dat het voorwerp Zie antwoord vraag 31. van de inschrijving bepaalbaar en bepaald moet zijn op het moment van de inschrijving? 33 Geldt de door Achmea gehanteerde referentieprijs voor niet deelnemende Deze vraag is niet relevant voor deze inkoopprocedure. ziekenhuizen voor alle niet deelnemende ziekenhuizen? 34 Is deze voor alle ziekenhuizen even hoog? Zie antwoord vraag 33. 35 Is deze voor alle AOC's even hoog? Zie antwoord vraag 33. 36 Zullen de TNF-alfa remmers die uitgesloten zijn van deze inkoopprocedure, Ja. zoals infliximab, anakinra, abatacept and tocilizumab nog steeds beschikbaar zijn voor de patiënten die verzekerd zijn bij Achmea? 37 Zo ja, hoe zal deze groep van niet geclusterde geneesmiddelen, die gebruikt worden voor dezelfde patiëntenpopulatie en voor dezelfde indicaties, de 80%-doelstelling beïnvloeden? Deze zal de 80% doelstelling niet beïnvloeden. Pagina 4 van 54

38 Is de 80%-doelstelling haalbaar, nu medische richtlijnen bepalen dat Ja. geneesmiddelen met een andere werkzame stof en die een verschillende uitwerking kunnen hebben bij verschillende patiënten, slechts kunnen worden voorgeschreven met in achtneming van de individuele medische situatie en de bijzonderheden in de behandeling van de betrokken patiënt? 39 Waaruit blijkt dit? De 80% compliance afspraak is gemaakt tussen Achmea en de deelnemende ziekenhuizen. 40 Verzekerden van Achmea hebben onder de Zorgverzekeringswet aanspraak Zie antwoord vraag 2. op geneeskundige zorg naar de stand van de wetenschap en de praktijk. De verplichting voor ziekenhuizen om tenminste 80% van de verzekerden met het voorkeursmiddel te behandelen is niet in overeenstemming met de stand van de wetenschap en de praktijk. Leidt deze maatregel niet tot een (in)directe beperking van de aanspraak die verzekerden onder de Zorgvezekeringswet hebben? 41 Zo nee waarom niet? Zie antwoord op vraag 40. 42 Zo ja: hoe verhoudt dit zich met de zorgplicht van Achmea jegens haar verzekerden? Zie antwoord op vraag 40. 43 Wat is volgens u de invloed van de regel dat een de medisch-specialist alleen een behandelvoorkeur mag volgen als dit om medische reden verantwoord is? 44 Is de 80%-doelstelling haalbaar, gezien het feit dat uit de cijfers die u heeft verstrekt in bijlage 4 van de leidraad, twee geneesmiddelen op dit moment worden voorgeschreven aan ongeveer 50% en 40% van de totale patiëntenpopulatie die op dit moment behandeld worden met een TNFalfaremmer of ander monoklonaal antilichaam, terwijl de 80%-doelstelling de medisch-specialisten verplicht om één of meer van deze geneesmiddelen voor te schrijven aan minder dan 20% van alle nieuwe patiënten. 45 Klopt het dat de 80%-doelstelling van toepassing is op nieuwe patiënten, patiënten die een behandeling opnieuw starten en switchende patiënten (zie de definitie van nieuwe gebruiker op p. 6 leidraad)? Deze regel staat niet ter discussie. De arts heeft de plicht om een medisch verantwoorde behandeling te geven. Ja. Nee. De 80%-doelstelling is van toepassing op nieuwe patiënten en patiënten die een behandeling opnieuw starten. Pagina 5 van 54

46 Zo ja, hoe verhoudt dit zich tot de verklaring op p. 18 leidraad, dat switchende patiënten alleen het voorkeursgeneesmiddel voorgeschreven krijgen indien dit op medische gronden gerechtvaardigd is? 47 Hoe stelt u zich voor dat een medisch-specialist het goedkoopste product kan voorschrijven aan herstartende patiënten? Moet de medisch-specialist het voorkeursmiddel voorschrijven, met een onzekere uitkomst, ook als hij weet dat de patiënt in kwestie eerder goed reageerde op een ander geneesmiddel en het de veiligste route zou zijn om in die situatie datzelfde product het voor te schrijven? 48 Hoe stelt u zich voor dat een medisch-specialist het goedkoopste product kan voorschrijven aan switchende patiënten, bij wie rekening zou moeten worden gehouden met de redenen waarom het geneesmiddel dat als eerste werd voorgeschreven niet goed werkte en een beredeneerde keuze moet worden gemaakt voor een alternatief, gebaseerd op farmacotherapeutische redenen? 49 Hoe verhoudt de 80%- doelstelling zich tot de Handleiding Substitutie van de KNMP? 50 Heeft u belanghebbenden zoals patiëntorganisaties geraadpleegd over de 80%-doelstelling? 51 Heeft u belanghebbenden zoals zorgaanbiederorganisaties geraadpleegd over de 80%-doelstelling? 52 Kan Achmea garanderen dat de 80%-doelstelling gehaald wordt door de deelnemende ziekenhuizen en welke middelen zal Achmea aanwenden om naleving af te dwingen? 53 Wat is het gevolg van het niet halen van de 80%-doelstelling voor een betrokken ziekenhuis? Zie antwoord vraag 45. Dit is ter beoordeling van de medisch specialist. Dit is ter beoordeling van de medisch specialist. Er bestaat geen verband tussen de 80%-doelstelling en de Handleiding Substitutie van de KNMP. De 80%-doelstelling is met belanghebbenden besproken. De 80%-doelstelling is met belanghebbenden besproken. Nee, dit is niet te garanderen en zal niet worden afgedwongen. De compliance zal worden gemonitord en indien nodig zullen er verbeterafspraken gemaakt worden. De deelnemende zorgaanbieders hebben bewust gekozen voor deelname aan gezamenlijke inkoop in dit collectief. Daarmee hebben Achmea en de deelnemende zorgaanbieders de verplichting om zich maximaal in te spannen de gemaakte afspraken na te komen. De 80%-doelstelling zal gemeten worden over alle deelnemende ziekenhuizen. Indien een individueel ziekenhuis bij herhaling "in gebreke blijft zal er met de groep deelnemende ziekenhuizen beleid gemaakt worden. Pagina 6 van 54

54 Zijn er mogelijkheden voor de aanpassing van de 80%-doelstelling door de Zie antwoord op vraag 52 en 53. betrokken ziekenhuizen? 55 Zo ja, op welke manier? Zie antwoord op vraag 52 en 53. 56 Zijn er nog andere omstandigheden waaronder de 80%-doelstelling kan Zie antwoord op vraag 52 en 53. worden aangepast? 57 Zo ja welke procedure wordt daarvoor toegepast? Zie antwoord op vraag 52 en 53. 58 Worden de verzekerden van Achmea geïnformeerd over het feit dat deelnemende ziekenhuizen tenminste bij tenminste 80% van de nieuwe patiënten het voorkeursmiddel zullen voorschrijven? Bij Achmea verzekerden worden door de voorschrijver op eenzelfde wijze geïnformeerd over de voorgestelde behandeling als op dit moment het geval is. 59 Zo ja, op welke wijze worden de verzekerden van Achmea hierover Zie antwoord vraag 58. geïnformeerd? 60 Zo ja, wanneer worden de verzekerden van Achmea hierover geïnformeerd? Zie antwoord vraag 58. 61 Hoe verhoudt de (in)directe beperking van de aanspraak door Achmea zich tot de recente jurisprudentie hierover van het Hof Arnhem Leeuwarden in de zaak VGZ/Nutricia? 62 Kunt u de definitie van het begrip "indicatiegroep" in paragraaf 1.3 van de Leidraad nader toelichten? Er is geen sprake van (indirecte) beperking van de aanspraak van verzekerden. Zie ook de antwoorden op de vragen 1 en 2. De indicatiegroep is een groep indicaties waarvoor dezelfde rangorde geldt. Bijvoorbeeld de indicatiegroep 'kinderen'. 63 Welke indicatiegroepen zijn er en welke indicaties bevatten die? Over de definitieve indicatiegroepen vindt momenteel afstemming plaats met de deelnemende zorgaanbieders. Vooralsnog werken we met een 4-tal groepen te weten: reuma, dermatologie, MDL, kinderen. 64 Welke geneesmiddelen maken onderdeel uit van die groepen? Een geneesmiddel in het AOC met een registratie in de betreffende groep. 65 Hoe verhouden de indicatiegroepen zich tot de AOCs die door Achmea op dit moment zijn vastgesteld? Op dit moment is er 1 AOC met daarbij vooralsnog 4 indicatiegroepen. 66 Wanneer worden bepaalde indicaties in een groep geplaatst door Achmea? Wanneer het een indicatie betreft die logischerwijs tot die groep behoort. 67 Wat zijn daarvoor de criteria? De geregistreerde indicaties. 68 Worden deze criteria op voorhand inzichtelijk gemaakt? Deze zijn op voorhand inzichtelijk op basis van de SmPC. Pagina 7 van 54

69 Begrijpen wij goed dat nieuw geregistreerde geneesmiddelen vergoed zullen worden één maand nadat voor dit geneesmiddel een handelsvergunning is verkregen (paragraaf 4.3 op p. 18 leidraad)? 70 Zal zo'n middel worden opgenomen in wat een "indicatiegroep" genoemd wordt, zodat de voorschrijfrangorde zal worden aangepast? 71 Wordt de voorkeursrangorde apart vastgesteld voor ieder toepassingsgebied waarvoor TNF-alfa remmers en of monoclonale antistoffen kunnen worden voorgeschreven, of per indicatiegroep? 72 De term "meest economisch voordelig" impliceert dat voor wat betreft het vaststellen van de voorkeursrangorde, behalve met de prijs, ook met andere aspecten rekening wordt gehouden. Indien deze vooronderstelling klopt, welke andere criteria zijn dit? 73 Worden ook kwaliteitseisen en kosteneffectiviteit meegenomen in het vaststellen van de voorkeursrangorde? 74 Welk geneesmiddel het meest economisch voordelig is, wordt bepaald door verschillende parameters, waaronder het kortingspercentage, het totale bedrag van de korting, de prijs van het middel, de behandelkosten en de kosteneffectiviteit. Daarbij speelt bijvoorbeeld de precieze dosering, zowel in de startfase als daarna, van de geneesmiddelen een rol en verschillen in de gemiddelde gebruiksduur. Neemt Achmea deze parameters, waaronder de kosteneffectiviteit van verschillende geneesmiddelen in beschouwing bij het vaststellen van de voorkeursrangorde? 75 Is het mogelijk een korting aan te bieden die alleen van toepassing is in het geval het betrokken geneesmiddel gekwalificeerd wordt als het meest economisch voordelig waarop de 80% norm van toepassing is? 76 Is de lijst met deelnemende ziekenhuizen en het volume van deze ziekenhuizen definitief? 77 Kan Achmea garanties bieden dat deze ziekenhuizen zullen deelnemen en met het volume zoals nu aangegeven? Nee, indien nodig zal de rangorde van de betreffende indicatiegroep zal worden aangepast bij het verkrijgen van een nieuwe registratie. Zie antwoord op vraag 69. Per indicatiegroep en per indicatie. Deze vooronderstelling is niet juist. Voor de definities zie de Leidraad. Nee. Nee. Nee. Ja, onder voorbehoud van het sluiten van een zorgovereenkomst 2015 voor Medisch Specialistische Zorg. Nee. De deelnemende zorgaanbieders hebben bewust gekozen voor deelname aan gezamenlijke inkoop in dit collectief. Daarmee hebben Achmea en de deelnemende zorgaanbieders de verplichting om zich maximaal in te spannen de gemaakte afspraken na te komen. Pagina 8 van 54

78 Hoeveel patiënten telt het relevante volume van de deelnemende Deze informatie is terug te vinden in de nieuwe versie van het ziekenhuizen in totaal? digitaal invulbestand van 3 oktober. 79 In bijlage 4 leidraad zijn weliswaar getallen weergegeven voor de bestaande Achter de namen van de deelnemende zorgaanbieders is vermeld patiënten die de betrokken geneesmiddelen gebruiken, switchers en of het alleen Achmea dan wel het totaal volume betreft. Het betreft nieuwe gebruikers, maar onduidelijk is of deze getallen zien op het gehele de declaratiedata over het behandeljaar 2013 welke zijn volume dat de deelnemende ziekenhuizen inbrengen, of bijvoorbeeld alleen gedeclareerd in de periode tot en met juli 2014. op het volume van patiënten van de deelnemende ziekenhuizen die bij Achmea verzekerd zijn. Zijn deze getallen berekend over een periode van 7 maanden (1 januari tot en met 31 juli) of zijn de getallen geëxtrapoleerd, in verhouding tot een periode van 12 maanden? 80 Mogen fabrikanten een nieuw aanbod doen als een nieuw geregistreerd Indien Achmea een nieuwe inkoopprocedure volgt voor hetzelfde geneesmiddel in het aankoopsysteem van Achmea wordt opgenomen AOC met een nieuwe aanbieder kunnen fabrikanten een nieuwe (paragraaf 4.3, p. 18 van het aankoopbeleid)? bieding doen. 81 Mogen fabrikanten een nieuw aanbod doen als een nieuw geregistreerde Nee. indicatie van een al opgenomen geneesmiddel in een nieuwe indicatiegroep in het aankoopsysteem van Achmea wordt opgenomen (paragraaf 4.3, p. 18 van het aankoopbeleid)? 82 Klopt het dat deelnemende ziekenhuizen betalen voor geneesmiddelen die Ja. direct bij de fabrikant besteld worden? 83 Hoe zal de levering, met betrekking tot aanvragen voor patiënten die bij Dit is aan de deelnemende ziekenhuizen. Het inbrengen van andere zorgverzekeraars verzekerd zijn, geregeld worden in het licht van dergelijk volume heeft alleen effect op de prijsstelling en netto ziekenhuizen die besluiten het volume in te brengen van andere condities. verzekeraars dan Achmea? 84 Het door Achmea voorgestelde inkoopsysteem houdt in dat Achmea zal Dit betreft geen vraag. optreden als bemiddelaar voor geneesmiddelen in de zin van artikel 39a van de Geneesmiddelenwet en artikel 85b van Richtlijn 2001/83/EC, zodat Achmea zich moet registreren als bemiddelaar voor geneesmiddelen en moet voldoen aan de Richtsnoeren voor Goede Distributiepraktijken voor geneesmiddelen van 5 november 2013. 85 Bent u geregistreerd als bemiddelaar? Nee, Achmea is niet geregistreerd als bemiddelaar. 86 Kan Achmea informatie verschaffen over haar naleving van deze wet- en Niet van toepassing, zie antwoord op vraag 85. regelgeving? Pagina 9 van 54

87 Welke vormen van controle en audit zullen beschikbaar zijn om de declaraties van Achmea te controleren? De creditnota aan inschrijvers kan desgewenst worden voorzien van een accountantsverklaring. 88 Op welke manier wordt zekergesteld dat deelnemende ziekenhuizen en Achmea enkel korting ontvangen voor de aflevering ten behoeve van Niet; Het is voor ziekenhuizen mogelijk ook het volume tbv andere verzekerden dan Achmea in te brengen. patiënten die verzekerd zijn bij Achmea? 89 Op welke manier wordt zekergesteld dat deelnemende ziekenhuizen de Zie antwoord vraag 19. betrokken geneesmiddelen niet doorleveren aan derden? 90 Zal de korting gelden op het gehele volume van ziekenhuizen die volume Ja. inbrengen van andere verzekeraars dan Achmea? 91 Zo ja, wie ontvangt de korting wanneer geneesmiddelen worden besteld ten behoeve van patiënten die bij een andere verzekeraar dan Achmea zijn Over de verdeling van de inkoopvoordelen zijn afspraken gemaakt met de deelnemende zorgaanbieders. ondergebracht? 92 Wat wordt bedoeld met de zinsnede: "Declaraties van andere verzekerden worden door de deelnemende zorgaanbieders aangeleverd aan een derde partij" (p. 20, hoofdstuk 5 leidraad)? Achmea wil en mag geen inzicht hebben in declaratiegegevens van andere zorgverzekeraars. Om toch tot verrekening over te kunnen gaan wordt hierbij een Trusted Third Party betrokken. 93 Vallen de 80% norm en de voorkeursrangorde onder de Zie het antwoord op vraag 58. geheimhoudingsplicht zoals ondergebracht in artikel 13 van de overeenkomst? Of zullen ziekenhuizen en/of Achmea dergelijke informatie communiceren naar patiënten? 94 Wat zal de notaris bij de bekendmaking van de uitslag bekend maken? Of de inschrijving rechtsgeldig is, m.a.w. compleet. 95 Zal er geheimhouding worden opgelegd aan de aanwezigen en zo ja, onder Nee. welke voorwaarden? 96 Zal de notaris bij de bekendmaking van de uitslag de kortingen bekend Nee. maken? 97 Indien Achmea besluit geen overeenkomst te sluiten met een producent of de inkoopprocedure afbreekt, hoe garandeert Achmea dan de geheimhouding van het aanbod? De bieding van de inschrijver zal alleen bekend worden bij de direct betrokken van Achmea en de notaris. Deze zijn alle gehouden aan geheimhouding. 98 Wat zijn de voorwaarden van de geheimhoudingsplicht van ziekenhuizen ten aanzien van de door Achmea bedongen kortingen, in het bijzonder met betrekking tot ziekenhuizen die besluiten het volume in te brengen van andere verzekeraars dan Achmea (paragraaf 4.2.1, p. 18 leidraad)? De deelnemende ziekenhuizen hebben geen geheimhoudingsplicht. Ziekenhuizen kennen de hoogte van de korting niet, alleen de rangorde zal worden gedeeld. Pagina 10 van 54

99 Wat is het marktaandeel van de deelnemende ziekenhuizen aan de inkoopkant van de regeling, op de Nederlandse markt voor de inkoop van deze geneesmiddelen? 100 Welke maatregelen zijn genomen om te garanderen dat de kortingen die zijn aangeboden aan Achmea niet bekend worden bij de andere zorgverzekeraars, in het bijzonder met betrekking tot ziekenhuizen die besluiten het volume in te brengen van andere verzekeraars dan Achmea? 101 Wat wordt bedoeld met de mededeling dat er nog steeds concurrentie is tussen de diagnose behandel combinaties en add-on volumes tussen zorgaanbieders (p. 9. leidraad)? 102 Hoe denkt u dat onder dit systeem de academische ziekenhuizen die zijn toegetreden tot deze procedure, kunnen voldoen aan hun verplichtingen die volgen uit het Nederlandse en Europese aanbestedingsrecht? 103 Klopt het dat Achmea een inschrijver alleen uitsluit indien deze niet voldoet aan de eisen van het hebben van een handelsvergunning en/of dat het geneesmiddel onderdeel uitmaakt van het verzekerde pakket (p. 19 en p. 13 leidraad)? 104 Beschouwt Achmea zichzelf als een aanbestedende dienst? Zo nee, waarom niet? 105 In eerdere berichtgeving over deze inkoopopzet heeft Achmea ook hemostatica genoemd als groep van gezamenlijk in te kopen geneesmiddelen. Naar wij begrijpen heeft Achmea daar voor dit jaar van afgezien. Wat zijn daar de redenen voor? 106 In het sjabloon digitaal invulbestand 2015, hetgeen als bijlage bij de leidraad voor het indienen van een inschrijving Inkoop Add-ongeneesmiddelen 2015 is gevoegd, zijn als deelnemende zorgaanbieders enkele academische ziekenhuizen opgenomen De vraag hierbij is of voor de academische ziekenhuizen als publiekrechtelijke instellingen de aanbestedingsplicht van kracht is conform de Europese aanbestedingsregels? Dit is op voorhand niet exact te zeggen. Het is mogelijk voor een inschrijver aan de hand van het rekenvolume (zie digitaal invulbestand) te berekenen welk aandeel de gezamenlijke inkoop in de totale afzet heeft. Zie antwoord vraag 98. Daarmee wordt bedoeld dat de concurrentie tussen zorgaanbieders gelijk blijft omdat deze uitgaat van DOT-zorgproductprijzen en volumes. De aanbestedingswetgeving is niet van toepassing op onze inkoopprocedure. Nee, bij een ongeldige of onvolledige inschrijving zal ook uitsluiting volgen. Nee. Volgens de laatste jurisprudentie is een zorgverzekeraar niet aanbestedingsplichtig. Het inkoopbeleid op het gebied van hemostatica is nog in ontwikkeling. Dit zal samen met zorgaanbieders worden ontwikkeld. Zie antwoord vraag 102. Pagina 11 van 54

107 De leidraad voor deze inkoopprocedure heeft als uitgangspunt een centrale inkoop op add-on geneesmiddelen Hierdoor wordt geen gelijk speelveld gecreëerd voor geneesmiddelen die werkzaam zijn in hetzelfde therapeutische gebied De vraag is hierbij dus of een betaaltitel add-on het juiste criterium is om bij een centrale inkoopprocedure geneesmiddelen te hanteren?; Geneesmiddelen kunnen echter ook via een andere betaaltitel (opname in DOT zorgproduct) worden gefinancierd waardoor per definitie geneesmiddelen in hetzelfde indicatiecluster worden uitgesloten door enkel de zogenaamde add-ons in de selectie mee te nemen 108 Zijn de relevante patiëntenverenigingen betrokken geweest bij de totstandkoming van deze leidraad? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke wijze? 109 Zijn de betrokken beroepsgroepen (voorschrijvers en apothekers) voorafgaand op de hoogte gebracht van deze leidraad en hebben zij gelegenheid gekregen om input te geven bij de totstandkoming van deze leidraad? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke wijze? 110 In hoeverre is rekening gehouden met gelijke aanspraak op farmacotherapie van verzekerden in de wetenschap dat deze aanspraak door een gezamenlijke inkoop per verzorgingsgebied van gecontracteerd versus niet gecontracteerde zorgaanbieder gaat verschillen (postcode)? 111 Hoe is toegang van de patiënt tot innovatieve nieuwe geneesmiddelen gewaarborgd via deze centrale inkoopprocedure? 112 Hoe is de zeggenschap over 1/3 deel van financieel voordeel in het innovatiefonds georganiseerd? 113 Gaat Achmea de door haar bepaalde rangorde (alsmede wijzigingen daarvan), de deelnemende zorginstellingen waarbinnen deze rangorde geldt, en de consequenties van deze rangorde voor de verzekerde openbaar maken? Zo ja, op welke wijze en op welke termijn? Zo nee, waarom niet? De selectie voor de producten in het AOC zijn niet op basis van de add-on status maar de hoge kosten per jaar gebaseerd. Zie antwoord vraag 5. Zie antwoord vraag 3. Er is geen verschil in aanspraak van verzekerden bij deelnemendeof niet deelnemende ziekenhuizen. Deze inkoopprocedure tast de toegang tot innovatieve nieuwe geneesmiddelen niet aan. De zeggenschap zal worden ingevuld in gezamenlijkheid met de deelnemende zorgaanbieders. Zie het antwoord op vraag 58. Pagina 12 van 54

114 Op basis van de Wet Marktordening Gezondheidszorg (Wmg, art 40) zijn verzekeraars verplicht informatie voor verzekerden openbaar te maken ten aanzien van de eigenschappen van de door hen aangeboden producten en diensten Worden verzekerden van Achmea actief op de hoogte gebracht van de door Achmea bepaalde rangorde (alsmede wijzigingen daarvan), van de deelnemende zorginstellingen waarbinnen deze rangorde geldt, en de consequenties van deze rangorde voor de verzekerde? Zo ja, op welke wijze en op welke termijn? Zo nee, waarom niet? 115 De Beleidsregel informatieverstrekking ziektekostenverzekeraars en volmachten 2013 van de NZa gaat ervan uit dat voor een goede werking van het zorgstelsel het van belang is dat zorgverzekeraars niet alleen goed inkopen, maar daarover ook transparant zijn naar hun verzekerden. Transparantie over (keuze-) informatie is voor de consument immers een cruciale voorwaarde om keuzes te maken die het best aan zijn wensen voldoen, aldus de Beleidsregel. Op welke wijze gaat Achmea hieraan voldoen? 116 Is of wordt het Beleid Inkoop Add-ongeneesmiddelen 2015 door Achmea (alsmede wijzigingen daarvan zoals voorzien in de Leidraad) getoetst aan de Zorgverzekeringswet en met name aan de impact op de toegankelijkheid van verzekerde zorg? 117 Hoe verhoudt zich uw inkoopprocedure tot de uitspraak van de rechter (Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 6 mei 2014, VGZ ea /Nutricia ea ) dat de sturing van een zorgverzekeraar niet mag leiden tot een indirecte beperking van de aanspraak? 118 In de definitie van het Add-oncluster (AOC) wordt verwezen naar geneesmiddelen die bij eenzelfde indicatiegebied kunnen worden toegepast Wat is de door Achmea gehanteerde definitie van het indicatiegebied? 119 Door producten off label aan te wijzen stimuleert Achmea off label gebruik en schendt zij het patentrecht. Hoe gaat Achmea dit voorkomen? 120 Welke positie krijgen geneesmiddelen die wel voldoen aan uw criteria voor onderling concurrerend maar die geen add-on status hebben? Zie het antwoord op vraag 58. Op onze website staan alle gecontracteerde zorgaanbieders voor Medisch Specialistische Zorg. De verzekerden hebben vrije keuze van zorgaanbieders. Ja, het inkoopbeleid Add-ongeneesmiddelen is aan alle relevante wet- en regelgeving getoetst. Zie het antwoord op vraag 61. In deze definitie betekent indicatiegebied hetzelfde als 'geregistreerde indicatie'. Achmea zal geen producten off-label aanwijzen. De huidige procedure voorziet niet in het opnemen van geneesmiddelen zonder een add-onstatus. Pagina 13 van 54

121 Wie is verantwoordelijk voor de indeling van de clusters? De clustering is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van Achmea en de deelnemende zorgaanbieders. 122 Aan de hand van welke criteria worden deze clusters samengesteld? Zie leidraad paragraaf 1.3 (definities). 123 Op welke wijze wordt gewaarborgd dat de zorgaanbieders (voorschrijvers en apothekers) betrokken bij de indeling van de clusters? Het betrekken van de deelnemende zorgaanbieders is de verantwoordelijkheid van Achmea. 124 Op welke wijze wordt gewaarborgd dat de patiënten(organisaties zijn betrokken bij de indeling van de clusters? 125 Op welke wijze is dit proces van clustering transparant voor betrokken (belanghebbende) partijen? 126 U geeft aan dat geneesmiddelen als onderling concurrerend aangemerkt indien zij 1 bij een zelfde indicatiegebied kunnen worden toegepast 2 via een gelijke toedieningsweg worden toegediend en 3 in het algemeen voor dezelfde leeftijdscategorie zijn bestemd Dit zijn exact dezelfde criteria die worden gehanteerd voor clustering in het kader van het GVS (art 2 40 lid 1 Rzv) In art 2 40 lid 3 Rzv staat echter ook dat geneesmiddelen niet als onderling vervangbaar kunnen worden aangemerkt (en dus ook niet geclusterd kunnen worden), indien er 1 tussen die geneesmiddelen verschillen in eigenschappen bestaan 2 deze verschillen in eigenschappen zich voordoen of uit nader omschreven gegevens en bescheiden, blijkt dat deze verschillen in eigenschappen, tezamen genomen, bepalend zijn voor de keuze van het geneesmiddel door de arts kunnen voordoen bij de gehele patiëntenpopulatie, bij welke de geneesmiddelen kunnen worden toegepast, en 3 uit nader omschreven gegevens en bescheiden, blijkt dat deze verschillen in eigenschappen, tezamen genomen, bepalend zijn voor de keuze van het geneesmiddel door de arts Als deze gronden voor uitzonderingen in het kader van GVS-clustering relevant worden geacht, waarom heeft u deze niet overgenomen? Het betrekken van de patiëntenorganisaties is de verantwoordelijkheid van Achmea en de deelnemende zorgaanbieders. Aangezien deze clustering een activiteit is van Achmea en de deelnemende ziekenhuizen is dit per definitief transparant. Belanghebbende, zoals fabrikanten, worden geïnformeerd zodra de clustering definitief en de inkoopprocedure gestart. Dit gebeurt middels de Leidraad. Wij hebben diverse bronnen gebruikt om tot onze definitief te komen (richtlijnen, stand der wetenschap en praktijk) en vooral ook de inbreng van deelnemende zorgaanbieders en artsen. Pagina 14 van 54

127 Dit mede in verband met het feit dat een GVS-cluster een methode van Zie het antwoord op vraag 3. berekening van een limiet is, doch géén rangorde bepaalt, terwijl de door u voorgestelde clustering veel verdergaande consequenties heeft, nl het bepalen van een rangorde die men heeft te respecteren? 128 In het kader van het preferentiebeleid zijn waarborgen opgenomen in art Zie het antwoord op vraag 1 en vraag 2. 2.8 Besluit zorgverzekering (van elke werkzame stof is in ieder geval één geneesmiddel in dat cluster opgenomen), om ervoor te zorgen dat geen verschraling en inbreuk op/afbreuk van de professionele autonomie en aanspraken kan optreden: elke verzekerde moet kunnen rekenen op een geneesmiddelenpakket dat dezelfde therapeutische breedte dekt (zie Nota van Toelichting, Staatsblad 2005, 389, blz 43) Hoe verhoudt zich dit (principiële) uitgangspunt tot de clustering van geneesmiddelen met verschillende werkzame stoffen? In de definitie van Add-oncluster (AOC) is aangegeven dat deelnemende Zie het antwoord op vraag 21. zorgaanbieders de mogelijkheid hebben een bepaald geneesmiddel uit of in een cluster te zetten : a: Onder welke voorwaarden hebben zorgaanbieders deze mogelijkheid? b: Wie bewaakt dat proces, de gehanteerde criteria/voorwaarden etc? Zie het antwoord op vraag 21. c: Krijgt Achmea daarbij nog een entamerende, sturende of bepalende Zie het antwoord op vraag 21. invloed of zeggenschap? d: Krijgen patiënten(organisaties) daarbij nog invloed of zeggenschap? Nee. 129 Wat is de definitie van de benoemde clusters: TNF-alfaremmers (met of zonder indicatiegebied, m.a.w. wel of niet met IL-17 antagonisten die in RA richtlijn staan), bepaalde hemostatica, referentieproducten en biosimilars? Welke geneesmiddelen vallen daaronder? Deze inkoopprocedure heeft betrekking op de AOC zoals beschreven in het digitale invulbestand. Pagina 15 van 54

130 Uw opzet gaat uit van clustering, waarbij de inkoopprocedure een rangorde gaat geven die uitsluitend afhangt van de meest economische bieding In uw Brochure Impact Collectieve Farma (22 mei 2014) stelt u op p 8: zorgaanbieders leven de gemaakte afspraken na door vakbekwaam steeds het meest doelmatige middel aan de patiënt voor te schrijven Hoe verhouden zich die rangorde en deze opgelegde verplichting ( steeds ) tot de medische richtlijnen, de professionele autonomie en verantwoordelijkheid van de voorschrijver en het recht van de patiënt om het voor hem meest geschikte behandeling te krijgen? 131 De definitie van economisch meest voordelige inschrijving gaat uit van Hoogste percentage korting ten opzichte van het geldende NZamaximumtarief voor het add-on geneesmiddel a: Hoe gaat Achmea om met het gegeven dat het middel met de hoogste percentuele korting niet altijd de economisch meest voordelige inschrijving zal zijn? b: Hoe is in de beoordeling van de economisch meest voordelige inschrijving de kwaliteit van de desbetreffende farmacotherapie meegewogen? (zowel in distributie, toedieningsvorm, gebruiksgemak en kwaliteit van leven van patiënt) c: Hoe wordt bij de meest economische inschrijving rekening gehouden met het economische verschil in totale behandel- of zorgkosten (bijv ziekenhuis vs thuistoediening)? d: Is bij de vaststelling van meest voordelige inschrijving ook rekening gehouden met benodigde hoeveelheid en eventuele spillage? e: Klopt het dat er in uw opzet wordt geconcurreerd op korting en niet op prijs? Zo ja, hoe verhoudt zich dit tot de opstelling van zorgverzekeraars in de extramurale markt, waar men juist is afgestapt van het systeem dat keuzes worden gemaakt op basis van kortingen en bonussen? 132 Hoe zijn de afspraken met concurrerende zorgverzekeraars ingevuld bij gunning over het totale volume van een deelnemende zorgaanbieders, waarbij naast het volume van Achmea ook volume van andere zorgverzekeraars is meegenomen? In de afspraken met de zorgaanbieders is ruim voldoende voorzien in de mogelijkheid om af te wijken van het voorkeursbeleid. Zie ook de antwoorden op de vragen 1 en 2. Volgens de gehanteerde definitief is de inschrijving met de hoogste procentuele korting de economisch meest voordelige bieding. Zie het antwoord op vraag 131a. Zie het antwoord op vraag de131a.. Zie het antwoord vraag 131a. Nee. Dit is onderdeel van de afspraken tussen Achmea en de deelnemende zorgaanbieders. Pagina 16 van 54

133 In hoeverre wordt vrijheid van voorschrijven aan de verantwoordelijke specialist gelaten bij patiënten die eerder een AOC geneesmiddel hebben gebruikt ondanks het feit dat dit gebruik al minstens 6 maanden geleden is? 134 Achmea houdt in het kader van IDEA rekening met de Handleiding Substitutie van de KNMP Wordt bij de indeling van de clusters rekening gehouden met deze Handleiding? Zo nee, waarom in dit geval niet? Zo ja, op welke wijze? 135 In een brief van 15 mei 2014 heeft Minister van VWS aan de Tweede Kamer onder meer gemeld: Voorschrijven conform behandelrichtlijnen en medische noodzaak gaat altijd voor financiële (budget) afspraken De patiënt heeft aanspraak en recht op verantwoorde zorg overeenkomstig de stand van de wetenschap en de praktijk, zoals onder andere vastgelegd in behandelrichtlijnen En: De problematiek dat voorschrijvers belemmeringen in het voorschrijven ervaren en wellicht hierdoor om nietmedische redenen patiënten switchen vind ik zeer zorgwekkend (Tweede Kamer, vergaderjaar 2013 2014, 29 248, nr 269) Hoe verhoudt zich uw opzet tot deze uitspraken? 136 Wat is de definitie van onvoldoende respons? Welke criteria zijn hiervoor vastgesteld? Zie antwoord vraag 1 en 2 en 47. Zie antwoord vraag 49. Er is geen sprake van substitutie. Daarnaast lijkt de handleiding substitutie van de KNMP op dit moment ontoereikend voor intramuraal gebruik. In deze procedure zijn geen belemmeringen voor de voorschrijvers. De arts heeft vrije keuze bij het voorschrijven van geneesmiddelen. Dit is ter beoordeling van de voorschrijver. 137 Wat is de definitie van teveel bijwerkingen? Dit is ter beoordeling van de voorschrijver. 138 Bij de bepaling van de volgorde staat het add-on geneesmiddel centraal die het meest economisch voordelig is. In hoeverre wordt de stand van wetenschap en praktijk en positionering in de medische richtlijnen van het geneesmiddel hierin meegewogen? Voorschrijvers dienen te handelen conform de Stand der Wetenschap en praktijk. 139 Voorschrijvers hebben de verplichting om verantwoorde zorg te leveren. Op welke wijze wordt gewaarborgd dat zij dat in de voorgestelde opzet nog kunnen doen? 140 Krijgen patiënten te maken met vertraging in de beschikbaarheid van bepaalde geneesmiddelen die lager in de rangorde staan? Zo ja, hoe verhoudt zich dat dan tot de zorgplicht van Achmea? In onze opzet is nergens opgenomen dat artsen onverantwoorde zorg moeten leveren. De deelnemende zorgaanbieders hebben bewust gekozen voor deelname aan gezamenlijke inkoop in dit collectief. Nee, er is geen sprake van vertraging in de beschikbaarheid. Pagina 17 van 54

141 Wat wordt bedoeld met een selectie van concurrerende add-on geneesmiddelen om tot een AOC te komen? 142 Op welke wijze wordt gewaarborgd dat de zorgaanbieders (voorschrijvers en apothekers) bij deze selectie zijn betrokken? 143 Op welke wijze wordt gewaarborgd dat de patiënten(organisaties) bij deze selectie zijn betrokken? 144 Op welke wijze is dit proces van selectie transparant voor betrokken (belanghebbende) partijen? Een AOC wordt bepaald in onderling overleg en overeenstemming tussen Achmea en de deelnemende zorgaanbieders. Zie het antwoord op vraag 141. Zie het antwoord op vraag 124. De clustering is een activiteit van Achmea en de deelnemende ziekenhuizen en daarmee per definitief transparant. Belanghebbende, zoals fabrikanten, worden geïnformeerd zodra een AOC definitief is en de inkoopprocedure start. Dit gebeurt middels de Leidraad. 145 Wie maakt de voorselectie en welke criteria worden daarbij gehanteerd? Zie de antwoorden op de vragen 141-144. 146 Op welke wijze wordt gewaarborgd dat de zorgaanbieders (voorschrijvers Zie de antwoorden op de vragen 141-144. en apothekers) bij deze voorselectie zijn betrokken? 147 Op welke wijze wordt gewaarborgd dat de patiënten(organisaties) bij deze Zie de antwoorden op de vragen 141-144. voorselectie zijn betrokken? 148 Op welke wijze is dit proces van voorselectie transparant voor betrokken Zie de antwoorden op de vragen 141-144. (belanghebbende) partijen? 149 In de inkoopprocedure wordt aangegeven dat het voorkeursbeleid van Ja. Achmea kan worden gewijzigd gedurende de looptijd, bijvoorbeeld als gevolg van een nieuwe introductie. Is door Achmea rekening gehouden met het feit dat het tussentijds schrappen van een preferent product een significante impact kan hebben op het voorraadbeheer van specialistische geneesmiddelen en het creëren van niet-inzetbare overschotten tot significante financiële schade kan leiden bij de verantwoordelijke vergunninghouder(s)? 150 Wat houdt een nieuwe introductie van een geneesmiddel in voor de bestaande rangorde? Wordt deze altijd als laatste in de rangorde geplaatst? Bij een nieuwe introductie bestaat de mogelijkheid een nieuwe inkoopprocedure te starten. Een nieuwe middel zal niet per definitie als laatste aan de rangorde worden toegevoegd. 151 Welke mogelijkheid heeft een fabrikant om een nieuwe introductie alsnog te laten mee doen in de procedure? Het AOC voor de huidige procedure staat vast en kan niet wijzigen. Pagina 18 van 54

152 Indien voorkeursbeleid wordt gewijzigd door een nieuwe inkoopprocedure uit te voeren, wat zijn dan de uitgangspunten in de periode vanaf wijziging tot vaststelling van gunning van voorkeursgeneesmiddelen? 153 In de uitgangspunten is opgenomen dat de financiële voordelen in gelijke mate ten goede komen aan de deelnemende zorgaanbieders, Achmea en gewenste innovaties. Hoe wordt deze korting in financieel voordeel geeffectueerd als het verzekerden betreft van concurrerende zorgverzekeraars? 154 In de uitgangspunten van de inkoopprocedure is opgenomen dat de geboden kortingen onder couvert zijn en daarmee niet zichtbaar voor andere marktpartijen Hoe wordt deze vertrouwelijkheid van de korting gewaarborgd op het moment dat de korting wordt uitbetaald? 155 In de leveringsvoorwaarden is aangegeven dat andere voorwaarden van de inschrijver expliciet worden uitgesloten. Hoe gaat Achmea om met bestaande overeenkomsten tussen zorgaanbieders en leveranciers met aanvullende voorwaarden over levering, data-uitwisseling, kwaliteits-, service-elementen, etc? 156 In de voorbehouden is onder 2.3.4 opgenomen dat voor sommige AOC s geen overeenkomst wordt gesloten. Welke criteria worden voor dit voorbehoud gehanteerd? 157 Voorbehouden in deze inkoopprocedure a. Op welke wijze wordt gewaarborgd dat de zorgaanbieders (voorschrijvers en apothekers) bij deze wijziging(en) zijn betrokken? b. Op welke wijze wordt gewaarborgd dat de patiënten(organisaties) bij deze wijziging(en) zijn betrokken? c. Op welke wijze is dit proces van wijziging transparant voor betrokken (belanghebbende) partijen? 158 Er kunnen redenen zijn voor een aanbieder een geneesmiddel om niet te in te schrijven, of er kunnen redenen zijn dat Achmea een bepaalde aanbieder uitsluit (bijv. vanwege onvolkomenheden of tegenstrijdigheden, zie blz. 12). Tot het moment van vaststellen van de nieuwe rangorde blijft het oude beleid van kracht. zie antwoord op vraag 69 en vraag 70. De afrekening van de korting met zorgaanbieders gebeurt op AOCniveau. Achmea staat buiten (lopende) afspraken met zorgaanbieders voor zover het geen onderhandse deals betreft (zie antwoord vraag 19). Deze vraag is op dit moment niet opportuun gelet op het feit dat de inkoopprocedure voorziet in de inkoop van slechts 1 (één) AOC. Dit is de verantwoordelijkheid van Achmea en de deelnemende zorgaanbieders. Dit is de verantwoordelijkheid van Achmea en de deelnemende zorgaanbieders. Deze wijziging betreft een activiteit van Achmea en de deelnemende ziekenhuizen en is daarmee per definitie transparant. Belanghebbende, zoals fabrikanten, worden geïnformeerd zodra een wijziging definitief is. Pagina 19 van 54

a. Wat betekent dit voor de toegankelijkheid van dat specifieke Dit heeft geen effect op de toegankelijkheid. geneesmiddel? b. Hoe wordt de aanspraak van patiënten gewaarborgd? Zie de antwoorden op vraag 2 en vraag 158a. 159 Zorgverzekeraars hebben een zorgplicht, die (o.a.) inhoudt dat zij Zie het antwoord op vraag 61. geneesmiddelen die onderdeel uitmaken van het verzekerde pakket, beschikbaar moeten maken voor patiënten die daarop zijn aangewezen. Alleen extramuraal mag een zorgverzekeraar het pakket in die zin beperken, dat per werkzame stof één variant wordt aangewezen (art..2.8 Besluit zorgverzekering). Achmea eist dat het geneesmiddel waarvoor een inschrijving wordt gedaan ( ) 2) onderdeel uitmaakt van het verzekerde pakket. Intramuraal zijn er geen beperkingsmogelijkheden zoals genoemd in art. 2.8 Besluit zorgverzekering. Tegelijkertijd gaat uw opzet uit van uitsluiting, voorselectie, rangorde etc.. Hoe verhoudt zich dat tot het wettelijk systeem van aanspraken en grenzen aan beperkingen die de zorgverzekeraar daarop mag stellen (noch direct, noch indirect, zie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 6 mei 2014, VGZ e.a./nutricia e.a.)? 160 In 3.5.2.F is aangegeven dat de kosten van distributie worden geacht te zijn opgenomen in de geoffreerde prijs. a. Hoe gaat Achmea om met aanvullende vergoeding voor kosten die de Deze vallen buiten de geoffreerde prijs. doelmatige inzet en kwaliteit van zorg ten goede komen? b. Hoe worden dergelijke waarde toevoegende kosten in de totale Dergelijke kosten dienen direct tussen aanbieder en zorgaanbieder vergoeding meegenomen? te worden verrekend. 161 Onder 4.2.1. te offreren kortingen wordt aangegeven dat de geboden Er is geen afstemming met andere verzekeraars. korting van toepassing is op alle add-on declaraties over het gerealiseerde volume. Welke afstemming is gemaakt met concurrerende zorgverzekeraars? 162 In de tweede alinea staat: Als een product tijdens de realisatiefase wordt geregistreerd en daarmee in een nieuwe indicatiegroep past, zal de rangorde van de betreffende indicatiegroep worden aangepast met ingang van de eerste van de maand volgend op het verkrijgen van de betreffende registratie. a. Wat bedoelt u met een nieuwe indicatiegroep? Een andere indicatie dan tot voor dat bewuste moment. Pagina 20 van 54

b. Op welke wijze wordt gewaarborgd dat de zorgaanbieders (voorschrijvers Dit is een verantwoordelijkheid van Achmea en de deelnemende en apothekers) bij deze aanpassing(en) zijn betrokken? ziekenhuizen. c. Op welke wijze wordt gewaarborgd dat de patiënten(organisaties) bij Dit is een verantwoordelijkheid van Achmea en de deelnemende deze aanpassing(en) zijn betrokken? ziekenhuizen. d. Op welke wijze is dit proces van aanpassing van de rangorde transparant Dit is een verantwoordelijkheid van Achmea en de deelnemende voor betrokken (belanghebbende) partijen? ziekenhuizen. 163 In de vierde alinea staat dat zorgaanbieders bij nieuwe gebruikers in minimaal in 80% van de gevallen het voorkeursgeneesmiddel (zijnde het geneesmiddel waarvoor het hoogste kortingspercentage is geboden) moeten voorschrijven. a. Wie heeft het percentage van 80% bepaald, op basis van welke criteria en Dit is vastgesteld door Achmea samen met de deelnemende volgens welke procedure? zorgaanbieders. b. Geldt dit percentage voor alle clusters? Zo ja, waarop is dat gebaseerd? Ja, dit geldt voor alle clusters. Dit op basis van de gangbare praktijk. c. Zijn bij de vaststelling van dit percentage de betrokken beroepsgroepen Nee, het betreft een inschatting van Achmea en de deelnemende (voorschrijvers/apothekers) en patiëntenorganisaties betrokken? Zo ja, op zorgaanbieders, inclusief medisch specialisten. welke wijze? Zo nee, waarom niet? d. Op welke gronden acht Achmea het percentage van 80% verantwoord Zie het antwoord op de vragen 163a en 163c. voor al deze clusters? e. Op welke wijze wordt gewaarborgd dat met dit opgelegde percentage - voorschrijvers hun verplichting tot het bieden van kwalitatief verantwoorde zorg kunnen nakomen? Zij zijn immers uit dien hoofde verplicht om voor elke patiënt, met inachtneming van de individuele omstandigheden van het geval, te handelen in overeenstemming met hun richtlijnen en de stand van de wetenschap en praktijk? f. Op welke wijze wordt gewaarborgd dat Achmea haar zorgplicht op grond van de Zorgverzekeringswet kan nakomen, die inhoudt dat zij ervoor dient te zorgen dat de zorg die tot het verzekerde pakket behoort (want behoort tot de stand van wetenschap en praktijk), ook daadwerkelijk beschikbaar is voor de patiënt? Dat klopt. Door aan de ene kant ruimte in te bouwen (20%) om af te kunnen wijken en aan de andere kant de medisch inhoudelijke afwegingen van de individuele arts altijd te laten prevaleren boven de 80%-doelstelling. Zie ook antwoord vraag 51 tot en met 57. Gelet op het feit dat onze opzet op geen enkele manier de aanspraak inperkt dan wel de zorgplicht is er geen reden dit op een andere manier te waarborgen. Pagina 21 van 54