Verordening nr. 03/01 24 april Verordening nr. 03/01 houdende subsidiëring van kunsten I. MEMORIE VAN TOELICHTING

Vergelijkbare documenten
Collegebesluit houdende de uitvoering van verordening nr. 03/01 houdende subsidiëring van kunsten

Besluit houdende wijziging van diverse collegebesluiten in het kader van de invoering van de euro op 1 januari 2002

Gelet op de artikelen 127, 128, 135, 136, 163, 166 en 178 van de gecoördineerde grondwet van 17 februari 1994;

Gelet op de artikelen 127, 128, 135, 136, 163, 166 en 178 van de gecoördineerde grondwet van 17 februari 1994;

Ontwerp van decreet ( ) Nr maart 2014 ( ) stuk ingediend op

Kunstendecreet. decreet ondersteuning professionele. kunsten Vlaamse Gemeenschap

Gelet op de artikelen 127, 128, 135, 136, 163, 166 en 178 van de gecoördineerde grondwet van 17 februari 1994;

Besluit van de Vlaamse Regering houdende de uitvoering van het decreet van 22 december 2000 betreffende de amateurkunsten

DE VLAAMSE MINISTER VAN CULTUUR, JEUGD, SPORT, BRUSSELSE AANGELEGENHEDEN EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING,

Gelet op de artikelen 127, 128, 135, 136, 163, 166 en 178 van de gecoördineerde grondwet van 17 februari 1994;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 27 september 2016;

Besluit van de Vlaamse Regering houdende de uitvoering van het decreet van 22 december 2000 betreffende de amateurkunsten

Ontwerp van decreet. Tekst aangenomen door de plenaire vergadering ( ) Nr. 8 6 juli 2011 ( ) stuk ingediend op

Gelet op de artikelen 127, 128, 135, 136, 163, 166 en 178 van de gecoördineerde grondwet van 17 februari 1994;

VERORDENING 02/11 HOUDENDE ERKENNING VAN DE GEMEENSCHAPSRADEN EN VAN DE VZW S GEMEENSCHAPSCENTRUM IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

Reglement projectsubsidies voor de realisatie van culturele projecten van bijzondere en gemeenschapsvormende aard

DECREET. houdende de erkenning en de subsidiëring van organisaties voor volkscultuur en de oprichting van het Vlaams Centrum voor Volkscultuur

Gecoördineerde tekst:

b) Welke projecten werden in het verleden door de VGC ingediend? Welke werden goedgekeurd? Voor welk bedrag?

VR DOC.1263/2BIS

DE VLAAMSE REGERING,

Collegebesluit nr. 04/ mei 2004

BIJLAGE. Bijlage nr. 3

AANVRAAGFORMULIER SUBSIDIES VOOR INITIATIEVEN VOOR PERSONEN MET EEN BEPERKING 2015

Artikel 1.- De gewone begroting over het dienstjaar 2004 wordt als volgt vastgesteld:

ACTIES DIE BETREKKING HEBBEN OP DE PROGRAMMAONTWIKKELING

Gelet op de artikelen 127, 128, 135, 136, 163, 166 en 178 van de gecoördineerde grondwet van 17 februari 1994;

Besluit houdende het sluiten van een overeenkomst tussen het College van de Vlaamse Gemeenschapscommissie en de vzw Centrum voor het Jonge Kind

Transitiereglement voor de subsidiëring van culturele projecten met een regionale uitstraling

Provincieraadsbesluit

Reglement provincie Vlaams-Brabant

Gelet op de artikelen 127, 128, 135, 136, 163, 166 en 178 van de gecoördineerde grondwet van 17 februari 1994;

Gelet op de artikelen 127, 128, 135, 136, 163, 166 en 178 van de gecoördineerde grondwet van 17 februari 1994;

Verordening houdende vaststelling van de begrotingswijziging 1 en A voor het dienstjaar 2012

Besluit van de Vlaamse Regering van 7 september 2007 tot uitvoering van het decreet van 5 mei 2006 houdende de erkenning van de Vlaamse Gebarentaal

Uitgangspunt van deze omzendbrief is het subsidiëren van projecten van bepaalde duur.

MODELCONVENANT TUSSEN HET COLLEGE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE EN DE VZW GEMEENSCHAPSCENTRUM

Logo (leeuw) Vlaamse Regering

Subsidiëring in het kader van het Kunstendecreet: Projectsubsidies: - Voor kunstenorganisaties, kunsteducatieve en sociaal-artistieke organisaties

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

Artikel 1,- De gewone begroting over het dienstjaar 2008 wordt als volgt vastgesteld:

Convenant tussen de Vlaamse Gemeenschapscommissie en de vzw Brussels Kunstenoverleg

FAQ. Decreet bovenlokale cultuurwerking Subsidie voor bovenlokale cultuurprojecten

ZAKELIJKE BEOORDELING IN DE OVERGANGSPERIODE, GELDIG VOOR ALLE ORGANISATIES

Ontwerp van verordening houdende vaststelling van de begrotingswijziging 1 en A voor het dienstjaar 2011

1. Basisbepaling De hoger geciteerde formele krachtlijnen uit het VGC-beleidsplan Cultuur en de inhoudelijke criteria.

VGC-BELEIDSPLAN CULTUUR ACTIEPLAN 2003

Subsidiereglement ter ondersteuning van cultuurprojecten

VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD

BESLUIT Nr. MO/ Subsidieregeling Evenementen en Amateurkunst Dordrecht 2016

gelet op de Algemene wet bestuursrecht en de Algemene subsidieverordening Amersfoort 2013 (ASV), besluit vast te stellen de volgende regeling:

Ontwerp van decreet ( ) Nr juni 2012 ( ) stuk ingediend op

TRANSITIEREGLEMENT VOOR CULTURELE PROJECTEN MET EEN BOVENLOKALE UITSTRALING

Gecoördineerde versie van het reglement voor de subsidiëring van buitenschoolse kinderopvang.

SUBSIDIEREGELING INNOVATIEAGENDA CULTUUR MAASTRICHT ( )

Gelet op de artikelen 127, 128, 135, 136, 163, 166 en 178 van de gecoördineerde grondwet van 17 februari 1994;

DECREET. houdende toekenning van een hinderpremie aan kleine ondernemingen die ernstige hinder ondervinden van openbare werken in het Vlaamse Gewest

VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD

Tekst aangenomen door de plenaire vergadering. van het voorstel van decreet. houdende wijziging van het Kunstendecreet van 13 december 2013

Ontwerp van verordening houdende vaststelling van de begrotingswijziging 1 en A voor het dienstjaar 2013

Gelet op de artikelen 127, 128, 135, 136, 163, 166 en 178 van de gecoördineerde grondwet van 17 februari 1994;

SUBSIDIEREGLEMENT GEMEENSCHAPSVORMENDE CULTURELE PROJECTEN

AANVRAAGFORMULIER SUBSIDIES GEZONDHEID 2016

Verordening houdende vaststelling van de begrotingswijziging 1 en A voor het dienstjaar 2015

TABEL ZAKELIJKE BEOORDELING IN DE OVERGANGSPERIODE, GELDIG VOOR ALLE ORGANISATIES

Advies. Provinciedecreet. meer. en het. worden. 24 april Pagina 1

Algemeen verslag denkdag 15 juni 2015 de Kriekelaar Schaarbeek

Projectsubsidies organisaties: doel

Opnemen van een coördinerende functie voor het Nederlandstalig onderwijs in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest

HOOFDSTUK I: Toepassingsgebied

Subsidiëring in het kader van het Kunstendecreet: Projectsubsidies: - Voor kunstenorganisaties, kunsteducatieve en sociaal-artistieke organisaties

Gelet op de artikelen 127, 128, 135, 136, 163, 166 en 178 van de gecoördineerde grondwet van 17 februari 1994;

Subsidieregeling Fonds Cultuur

Gelet op de artikelen 127, 128, 135, 136, 163, 166 en 178 van de gecoördineerde grondwet van 17 februari 1994;

ontwerp decreet geadviseerd door de Raad voor Volksontwikkeling en Cultuurspreiding, voor te leggen aan de Vlaamse Regering

Decreet van 30 april 2004 houdende de stimulering van een inclusief Vlaams ouderenbeleid en de beleidsparticipatie van ouderen

Open oproep kandidaatstelling cultuurgemeente en sportgemeente van Vlaanderen

Uitvoeringsbesluit subsidieverlening Cultuurnota provincie Drenthe

Het VLAAMS PARLEMENT heeft aangenomen en. Wij, REGERING, bekrachtigen hetgeen volgt :

REGELING PROJECTSUBSIDIES KUNST EN CULTUUR

Gemeentelijk reglement betreffende de erkenning en subsidiëring van cultureel en sociocultureel volwassenenwerk van 1 september 2010

ART. 2. Voor de toepassing van dit decreet en de uitvoeringsbesluiten ervan wordt verstaan onder:

Experimenteel reglement: Innovatieve partnerprojecten

Voorontwerp van decreet houdende het stimuleren en subsidiëren van een lokaal Sport voor Allen beleid DE VLAAMSE REGERING,

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

CULTUURRAAD NEDERLANDSE CULTUURGEMEENSCHAP

VR DOC.1237/2BIS

5 november Vlaamse beleidsprioriteiten voor het lokaal cultuurbeleid

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 27 maart 2017;

Artikel 1, De gewone begroting over het dienstjaar 2006 wordt als volgt vastgesteld:

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

Op voorstel van de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin; Na beraadslaging, Besluit:

Gemeente Heerlen - beleidsregel Tenderregeling Community Arts

Stedelijk reglement voor de subsidiëring van initiatieven ter bevordering van het interculturele en interlevensbeschouwelijke samenleven in Gent

Gelet op de artikelen 127, 128, 135, 136, 163, 166 en 178 van de gecoördineerde grondwet van 17 februari 1994;

REGLEMENT INNOVATIEVE PARTNERPROJECTEN

Ontwerp van verordening houdende vaststelling van de begrotingswijziging 2 en B voor het dienstjaar 2010

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 5 juli 2018;

Transcriptie:

Verordening nr. 03/01 24 april 2003 Verordening nr. 03/01 houdende subsidiëring van kunsten I. MEMORIE VAN TOELICHTING De Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC) voert een breed en inclusief kunstenbeleid. Dit kunstenbeleid is ingebed in het bredere cultuurbeleid van de VGC en heeft evidente raakpunten met de andere culturele beleidssectoren van de VGC: jeugd, sport, bibliotheken, gemeenschapscentra, sociaal-cultureel werk, cultureel erfgoed, musea, derde leeftijd, en cultureel toerisme. In samenwerking met de kunstensector en de sociaal-culturele sector wil de VGC de vrijetijdskunst een prominente plaats geven in haar cultuurbeleid. Ter ondersteuning van de volledige Brusselse cultuursector, en dus ook de kunstensector, werkt de VGC voortdurend aan de ontwikkeling en subsidiëring van cultuurcommunicatieve en cultuureducatieve initiatieven, met het oog op een continue publieksverbreding. De VGC voert een voorwaardenscheppend beleid. Artistieke uitingen kunnen op diverse wijze ondersteund worden.vooreerst kent het College van de Vlaamse Gemeenschapscommissie meermaals per jaar subsidies voor kunsten toe. Deze verordening werkt een regeling uit voor de toekenning van deze subsidies. Naast het specifiek kunstensubsidiebeleid, kunnen kunstenpodia, kunstverenigingen en kunstprojecten ook een beroep doen op de Vlaamse Gemeenschapscommissie voor logistieke en geldelijke ondersteuning bij vertaalprojecten, en kunnen culturele evenementen, dus ook artistieke evenementen, binnen het algemene cultuurbeleid gesubsidieerd worden. Binnen dit beleid steunt de VGC overkoepelende initiatieven voor de artistieke sector die gedragen worden door de meerderheid van de in Brussel gesubsidieerde kunstinstellingen. De vroegere regelgeving heeft een brede waaier aan programma's en projecten in het Brusselse kunstenlandschap mede mogelijk gemaakt. De lijnen die in het kunstenbeleid van de Vlaamse Gemeenschapscommissie zijn uitgezet, worden opgenomen in één nieuwe verordening kunsten. De Beleidsbrief Cultuur 2002-2004 en het Beleidsplan Cultuur 2003-2005 dat de Vlaamse Gemeenschapscommissie indiende bij de Vlaamse Gemeenschap in het kader van het Decreet Lokaal Cultuurbeleid vormen de basis voor deze nieuwe verordening. De Vlaamse Gemeenschapscommissie wil inzake het subsidiebeleid in de Brusselse kunstensector een meersporenbeleid voeren. De Vlaamse Gemeenschapscommissie wil hierbij duidelijke accenten inschrijven.ten eerste worden grotere kunstenpodia zoals de Koninklijke Vlaamse Schouwburg, de Beursschouwburg, de AB en het Kaaitheater aanvullend aan de decretale subsidieregeling van de Vlaamse Gemeenschap gesubsidieerd. Ten tweede worden een aantal specifiek Brusselse kunstverenigingen gesteund. Ten derde wil de Vlaamse Gemeenschapscommissie binnen de actuele tendensen in het kunstenlandschap ook de producties van jonge kunstenaars of kunstverenigingen substantieel ondersteunen, en zo doorgroeiperspectieven bieden. Ten vierde kunnen ook kunstverenigingen die met een publieksgerichte aanpak de positie van de Nederlandstalige cultuurgemeenschap in Brussel pogen te versterken een aanvraag tot ondersteuning indienen.

Tot slot subsidieert de Vlaamse Gemeenschapscommissie de Nederlandstalige werking van bepaalde Brusselse bicommunautaire kunstinstellingen. De subsidieaanvragen moeten voldoen aan de volgende voorwaarden: - De subsidie wordt aangevraagd door een Nederlandstalige vereniging zonder commerciële doeleinden of door een individuele kunstenaar; - De aanvragende vereniging of kunstenaar is officieel gevestigd in het Brussels hoofdstedelijk gewest; - De werking of het project waarvoor subsidie wordt aangevraagd, vindt in het Brussels hoofdstedelijk gewest plaats of maakt deel uit van een uitwisselingsproject ter promotie van het Vlaams-Brusselse artistieke leven. De door verenigingen of kunstenaars ingediende subsidieaanvragen zullen worden beoordeeld aan de hand van criteria uit de onderstaande lijst: - Artistieke relevantie en kwaliteit; - Systematische dialoog van de kunstenaar met de sociale werkelijkheid en de grootstedelijke realiteit; - Publiekswerking. Elk dossier zal op individuele basis beoordeeld worden. Bij de advisering zullen de individuele dossiers echter ook binnen het geheel van de aanvragen gekaderd worden: op deze manier kan de spreiding inzake geografische situering, discipline en beoogd doelpubliek geanalyseerd en eventueel bijgestuurd worden. De Vlaamse Gemeenschapscommissie wil in de kunstensector aandacht hebben voor synergie tussen de professionele kunstensector en andere sectoren, zoals daar zijn: jeugd en onderwijs (educatieve projecten), amateurkunsten (semi-professionele kunstuitingen), welzijn (sociaal-artistieke projecten of werkingen), De Vlaamse Gemeenschapscommissie wil een engagement aangaan voor een betere uitbouw en versterking van de kunstinstellingen in Brussel. Immers, de grootstedelijke context, gekenmerkt door pluriformiteit, een sterk internationale dimensie, en de aanwezigheid van de Franstalige gemeenschap, noopt tot een profilering van de Vlaams-Brusselse kunstensector die een grote uitstraling kan genereren. In dit opzicht worden samenwerkingsverbanden met andere gemeenschappen en culturen aangemoedigd. Verschillende kunstuitingen spreken verschillende publieken aan. De Vlaamse Gemeenschapscommissie ijvert ervoor om met haar subsidiebeleid in de kunstensector zoveel mogelijk diverse doelgroepen te bereiken. Bij de weging van de dossiers kan dit een bijkomend element van beoordeling zijn.

II. COMMENTAAR BIJ BEPAALDE ARTIKELEN Artikel 2.- Het Nederlandstalig karakter van een werking of een project zal beoordeeld worden door de administratie en de advieswerkgroep Kunsten. Zij zullen hierbij letten op: - organisatorische aspecten; - het evenwaardige gebruik van het Nederlands; - de Brusselse uitstraling en de inplanting van de activiteiten. Artikel 3.- Een kunstvereniging kan slechts voor haar artistieke werking gesubsidieerd worden indien er een continue werking ontplooid wordt gedurende het werkjaar. Om als project in aanmerking te komen, moeten volgende kenmerken aan bod komen: doelgericht, planmatig beschreven en beperkt in tijd. Artikel 4.- In de reglementering betreffende de advieswerkgroepen is vastgelegd dat in de schoot van een advieswerkgroep ad hoc commissies kunnen samengesteld worden. Naar analogie met de advieswerkgroep Volksontwikkeling kan voor de dossierbehandeling en advisering een subsidiecommissie worden samengesteld, waarvan de leden door de advieswerkgroep worden aangeduid. Dit moet toelaten dat de advieswerkgroep haar werkzaamheden ruimer kan opvatten. Artikel 6.- De toetsingscriteria worden als volgt omschreven: - Artistieke relevantie en kwaliteit: de manier waarop een kunstenaar of een vereniging zich verhoudt tot de hedendaagse kunstenpraktijk en daarmee een wezenlijke bijdrage wil leveren aan de actuele kunstenscène in Brussel, en de intrinsieke kwaliteit van de nog te realiseren kunstwerk(en). Deze kwaliteit is vooraf moeilijk te bepalen, maar kenniselementen met betrekking tot de reeds geleverde prestaties, de persoonlijkheid van de kunstenaar(s), de professionele inzet, de ambitie en de geloofwaardigheid van het voorstel kunnen argumenten aandragen bij de beoordeling; - Systematische dialoog van de kunstenaar met de sociale werkelijkheid en de grootstedelijke realiteit: de wijze waarop de kunstenaar of vereniging in de methodische ontwikkeling van het kunstwerk elementen gebruikt die behoren tot de stedelijke werkelijkheid en tot maatschappelijke dimensies zoals interculturaliteit en diversiteit; - Publiekswerking: de beoogde doelgroep van het project of de artistieke werking en de manier waarop de kunstvereniging of kunstenaar zich richt naar deze doelgroep(en) (via onder meer een promotie- en communicatiebeleid). Kunstenaars of kunstverenigingen die niet voor het eerst subsidie aanvragen bij de VGC, leggen kwantitatieve en kwalitatieve publieksgegevens voor van het vorige project of van het vorige artistieke werkingsjaar, en zullen ook hierop beoordeeld worden.

III. VERORDENING HOOFDSTUK I: ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1.- Deze verordening regelt een aangelegenheid bedoeld in artikel 127, 1, 1 van de gecoördineerde grondwet van 17 februari 1994. Artikel 2.- Deze verordening schept een eigen subsidieregeling voor Nederlandstalige kunstenpodia, kunstverenigingen en kunstprojecten in het Brussels hoofdstedelijk gewest. Artikel 3.- In deze verordening wordt bedoeld met: a) kunsten: elke activiteit waardoor met professionele inzet en ambitie, via artistieke middelen, realisaties worden gecreëerd die artistiek en kwalitatief relevant zijn; b) kunstenpodium: elke vereniging die op systematische en regelmatige wijze een podium biedt aan eigen artistieke creaties en/of een receptieve werking ontplooit; c) kunstvereniging: elke vereniging die op systematische wijze en met professionele ambitie een artistieke werking ontplooit en/of kunstuitingen produceert; d) artistieke werking: elke continue activiteit die gebruik maakt van artistieke middelen op het domein van een of meer van de volgende disciplines: beeldende kunst, literatuur, theater, dans, muziek, muziektheater, film, fotografie, architectuur, video en elektronische media; e) kunstproject: activiteit met professionele inzet of ambitie waarbij artistieke middelen op het domein van beeldende kunst, literatuur, theater, dans, muziek, muziektheater, film, fotografie, architectuur, video en elektronische media worden ingezet in een betekenisvol geheel; f) kunstenaar: elke persoon die met professionele inzet of ambitie op systematische wijze artistieke producties maakt. HOOFDSTUK II: SUBSIDIERING Artikel 4.- Binnen de perken van de begroting en de hierna volgende bepalingen geeft het College, na advies van de advieswerkgroep Kunsten, subsidies voor kunsten. Artikel 5.- De aanvragen moeten voldoen aan de volgende voorwaarden: 1 De subsidie wordt aangevraagd door een Nederlandstalige vereniging zonder commerciële doeleinden of door een individuele kunstenaar; 2 De aanvragende vereniging of kunstenaar is officieel gevestigd in het Brussels hoofdstedelijk gewest; 3 De werking of het project waarvoor subsidie wordt aangevraagd, vindt in het Brussels hoofdstedelijk gewest plaats of maakt deel uit van een uitwisselingsproject ter promotie van het Vlaams-Brusselse artistieke leven.

Artikel 6.- De aanvragen worden getoetst aan volgende criteria: 1 artistieke relevantie en kwaliteit; 2 systematische dialoog van de kunstenaar met de sociale werkelijkheid en de grootstedelijke realiteit; 3 publiekswerking. Artikel 7.- Het College bepaalt bij uitvoeringsbesluit de voorwaarden volgens welke kunstenpodia een subsidie kunnen ontvangen voor hun artistieke werking. Artikel 8.- Het College bepaalt bij uitvoeringsbesluit de voorwaarden volgens welke kunstverenigingen een subsidie kunnen ontvangen voor hun artistieke werking. Artikel 9.- Het College bepaalt bij uitvoeringsbesluit de voorwaarden volgens welke kunstenaars en verenigingen een subsidie kunnen ontvangen voor een kunstproject. HOOFDSTUK III: SLOT- EN OVERGANGSBEPALINGEN Artikel 10.- Indien een subsidie voor kunsten wordt toegekend, moet de medewerking van de Vlaamse Gemeenschapscommissie duidelijk vermeld worden in alle publiciteit die in het kader van de aanwending van de subsidie wordt gevoerd. Artikel 11.- Het College van de Vlaamse Gemeenschapscommissie zal jaarlijks de lijst bekendmaken van kunstenpodia, kunstverenigingen, en kunstprojecten, gesubsidieerd voor kunsten. Artikel 12.- Indien bijzondere omstandigheden daartoe aanleiding geven, kan het College na advies van de advieswerkgroep Kunsten geheel of gedeeltelijk vrijstelling verlenen om te voldoen aan bepaalde voorwaarden en bepalingen die in deze verordening zijn vervat. De motivering van de vrijstelling zal in het desbetreffende besluit worden opgenomen. Artikel 13.- De volgende verordeningen worden opgeheven: - verordening nr. 92/01 van 19 mei 1992 houdende subsidiëring voor artistiek-vernieuwend werk; - verordening nr. 92/02 van 19 mei 1992 houdende subsidiëring van kunstverenigingen met kunstspreidend profiel. De volgende collegebesluiten worden opgeheven: - collegebesluit nr. 95/001 van 19 januari 1995 voor uitvoering van de verordening 92/01 houdende subsidiëring van artistiek-vernieuwend werk;

- collegebesluit nr. 95/002 van 19 januari 1995 voor uitvoering van de verordening 92/02 houdende subsidiëring van kunstverenigingen met kunstspreidend profiel. Artikel 14.- Deze verordening treedt in werking vanaf 1 maart 2003. Deze verordening wordt in het Belgisch Staatsblad bekend gemaakt De Collegeleden, Jos CHABERT Guy VANHENGEL Robert DELATHOUWER