OVERZICHT ZELFSTANDIG NAAMWOORD

Vergelijkbare documenten
Samenvatting Latijn Grammatica

Grammaticablad Latijn

Mannelijk Vrouwelijk Onzijdig de slaaf de meester het gevecht het land het beest enkelvoud nominativus genitivus accusativus

Samenvatting Latijn Grammatica t/m les 19

LATIJN IS DOOD. LANG LEVE LATIJN!

Inhoud. Verantwoording. Waarom Latijn? Van niets tot wereldmacht.

TalencentrumBarneveld.nl LATIJN LES 3

De imperativus... 2 De dativus... 2 Gebruik van de dativus... 2 De vocativus... 2 De Romeinse goden... 2 Tekst Tekst

LATIJN IS DOOD. LANG LEVE LATIJN!

De verbuiging/uitgangen van Iuppiter.

De site voor samenvattingen GRAMMATICA LATIJN

Onze-Lieve-Vrouwlyceum Genk Lycipedia: Beter leren CAPUT QUARTUM TAALSTUDIE

DISCO I LES 1 16 AANTEKENINGEN BIJ DE GRAMMATICA

Grammaticablad Latijn

TalencentrumBarneveld.nl LATIJN LES 4. We herhalen eerst alles wat we over het werkwoord geleerd hebben, voor we de stof gaan uitbreiden.

TalencentrumBarneveld.nl LATIJN LES 2

Onze-Lieve-Vrouwlyceum Genk Lycipedia: Beter leren CAPUT SECUNDUM TAALSTUDIE. Werkwoorden vervoegen

blz. verwijzen naar Kosmos 1 Woorden en Grammatica, e druk

LES 13 EEN NIEUWE FAMILIE

LES 13 EEN NIEUWE FAMILIE deel I. de zelfstandige naamwoorden van de derde declinatie

Extra oefeningen bij Pegasus1, Caput 2

De geslachtsregels van de a-, o-, u- en e-stammen, inclusief de uitzonderingen manus en domus. Van de medeklinkerstammen de regels:

Onze-Lieve-Vrouwlyceum Genk Lycipedia: Beter leren CAPUT TERTIUM TAALSTUDIE

Ik weet wat ik doe! Hand-out bij workshop Inès Koudijs

PTA Latijn Leerjaar

PTA leerjaar

De grammatica van les 17

BIJBELS GRIEKS LES 8

ELO opdrachten les 9 Bestudeer eerst pagina

De zin onderwerp gezegde Opdracht 1.

HANDLEIDING DIDASKO. Grieks / Latijn

Het werkwoord. In het Nederlands kennen we maar één type werkwoorden: stam + en werk-en, lop-en, wacht-en

Onze-Lieve-Vrouwlyceum Genk Lycipedia: Beter leren CAPUT PRIMUM. De uitspraak van het Latijn

Eindexamen Grieks vwo 2005-II

LES 16 HET ACTIVUM EN PASSIVUM VAN AUDIRE A. GRAMMATICA. Activum

Beknopte grammatica. voor. de cursus. Grieks van het Nieuwe Testament

2 Правописание Spelling 11 Hoofdletters en kleine letters 11 Klinkers na de sisklanken ж, ч, ш, щ / г, к, х / ц 12 Interpunctie 12

BIJBELS GRIEKS LES 2

Leren van woorden Herhalen en consolideren van kennis van woorden uit leerjaar 1 en 2.

Antwoorden Latijn Taakoefening 1 t/m 6

Naamvallen Tabel Begrijpen. Klas 3/4

Latijn voor zelfstudie

BIJBELS GRIEKS LES 11

Naam: Mijn doelenboekje. Grammatica. Werelden - Eilanden - Dorpen 5 / 6 / 7 / 8.

Latijn voor de brugklas mihi nomen est:.

Tekst 5 ., ; + overtreffende trap. ' =. Verbinden

GRIEKSE TAAL EN LITERATUUR VWO

6,3. Samenvatting door een scholier 1997 woorden 26 juni keer beoordeeld. Grieks Samenvatting Pw 19 Mei Hoofdstuk 4 Tekst en Cultuur

b. bij i-/medeklinkerstammen staat er -a- of -e- voor de uitgang. ELO-opdrachten week 49/50

TalencentrumBarneveld.nl LATIJN LES 7. Persoonlijke voornaamwoorden zijn we al eerder tegengekomen. Hier vindt u ze in alle naamvallen.

TalencentrumBarneveld.nl. LATIJN Herhaling 1. (les 1 t/m 5)

Eindexamen Grieks vwo 2005-I

Eindexamen Grieks vwo 2006-I

René van Royen LATIJN LEREN LEZEN. deel I

Deductieve regels uit de historische taalkunde in het Latijnse morfologie-onderwijs

5,2. Cultuur. Samenvatting door een scholier 3331 woorden 22 april keer beoordeeld

BIJBELS GRIEKS LES 10

Benodigde voorkennis taal verkennen groep 5

Samenvatting Duits Grammatica Duits

TalencentrumBarneveld.nl LATIJN LES 1

Les 6 Disco ELO-opdrachten Bestudeer eerst het boek pag

Inhoud Jan Brams - Wendy Geerts - Eliane Lammens Wim Moreau - Philippe Moury

VOORWOORD. René van Royen

a. Leerlingen kiezen de brieftypen en talige verschijnselen uit lijsten

Grammaticablad Latijn

BIJBELS GRIEKS LES 3

BIJBELS GRIEKS HERHALING 2

LATIJN. DOCENTEN HAN DLEI Dl NG

Spelling & Formuleren. Week 2-7

HOOFDSTUK 1: ALFABET, ACCENT EN UITSPRAAK

Griekse taalleer. Vormleer van het Attisch dialect. Sint-Jan Berchmanscollege. Antwerpen

Grammatica Zinsontleding - Uitgebreid. Ondersteunend materiaal - Uitlegkaarten Geschikt voor de groepen 7 en 8

MANSIO PRIMA. A Woordenschat

ELO opdrachten les 10

Samenvatting Frans Stencil Franse tijden

De bovenkamer. Het gebruik van De bovenkamer bij Taal actief. Josée Coenen. een kleurrijke grammatica van het Nederlands

Zinsontleden en woordbenoemen groep 7/8

Uiteenzetting Duits Duitse naamvallen

6,2. Profielwerkstuk door een scholier woorden 17 februari keer beoordeeld

IN DRIE STAPPEN NAAR EEN FOUTLOZE WERKWOORDSPELLING. werkwoordspelling.com M.Kiewit

Taalbeschouwelijke termen bao so 2010

Toegang tot het Grieks van het Nieuwe Testament. Les 3

Woordsoorten. Nederlands. Aanwijzend voornaamwoord. Onderschikkend voegwoord. Persoonlijk voornaamwoord. Betrekkelijk voornaamwoord

Zoals jullie afgelopen jaar geleerd hebben eisen voorzetsels een naamval.

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

De Edukese Taal Edukeser Språkerne. Door Lars

Online cursus spelling en grammatica

KORTE LATIJNSE SPRAAKKUNST

1. Overzicht grammatica 2V

Samenvatting Nederlands Redekundig ontleden

Samenvatting Nederlands NL Blok

Spiekkaart. Persoonsvorm - p.v.

Inhoud. 1 Spelling 5. Noordhoff Uitgevers bv

LES 9 VOORNAAMWOORDEN Kelley lesson IX: 23 Independent Personal Pronouns (Subject Pronouns), p Demonstrative Pronouns, p.

De laat gearriveerde koerier drinkt achter een bruin bureau koude koffie. Deze jonge verpleegster huppelt meestal vrolijk door de lange gangen.

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

1.2.3 Trappen van vergelijking 20

Zin 1: Lijkt + een vriendelijke jongen: kww + naamwoordelijk deel, samen naamwoordelijk geheel (nwg). Verklaring: lijken is kww.,

LES 10 SUBSTANTIVUM, I-STAMMEN

Transcriptie:

OVERZICHT ZELFSTANDIG NAAMWOORD NAAMVAL / DECLINATIE dochter heer oorlog stad naam enkelvoud 1 e declinatie 2 e declinatie 3 e declinatie nominativus filia dominus bellum urbs -- nomen -- genitivus filiae domini belli urbis nominis dativus filiae domino bello urbi nomini accusativus filiam dominum bellum urbem nomen ablativus filia domino bello urbe nomine meervoud vrouwelijk mannelijk onzijdig mannelijk / vrouwelijk onzijdig nominativus filiae domini bella urbes nomina genitivus filiarum dominorum bellorum urbium nominum dativus filiis dominis bellis urbibus nominibus accusativus filias dominos bella urbes nomina ablativus filiis dominis bellis urbibus nominibus OVERZICHT BIJVOEGLIJK NAAMWOORD NAAMVAL / GESLACHT mannelijk vrouwelijk onzijdig mannelijk vrouwelijk onzijdig mnl / vrl onzijdig enkelvoud 1 e declinatie 2 e declinatie 3 e declinatie nominativus bonus bona bonum pulcher pulchra pulchrum fortis forte genitivus boni bonae boni pulchri pulchrae pulchri fortis fortis dativus bono bonae bono pulchro pulchrae pulchro forti forti accusativus bonum bonam bonum pulchrum pulchram pulchrum fortem forte ablativus bono bona bono pulchro pulchra pulchro forti forti meervoud nominativus boni bonae bona pulchri pulchrae pulchra fortes fortia genitivus bonorum bonarum bonorum pulchrorum pulchrarum pulchrorum fortium fortium dativus bonis bonis bonis pulchris pulchris pulchris fortibus fortibus accusativus bonos bonas bona pulchros pulchras pulchra fortes fortia ablativus bonis bonis bonis pulchris pulchris pulchris fortibus fortibus

OVERZICHT WERKWOORD saluto (salutare) groeten im infinitivus imperativus saluto salutabam salutare saluta salutavi salutaveram salutavisse salutas salutabas salutate salutavisti salutaveras salutat salutabat salutavit salutaverat salutamus salutabamus salutavimus salutaveramus salutatis salutabatis salutavistis salutaveratis salutant salutabant salutaverunt salutaverant terreo (terrere) bang maken im infinitivus imperativus terreo terrebam terrere terre terrui terrueram terruisse terres terrebas terrete terruisti terrueras terret terrebat terruit terruerat terremus terrebamus terruimus terrueramus terretis terrebatis terruistis terrueratis terrent terrebant terruerunt terruerant mitto (mittere) zenden im infinitivus imperativus mitto mittebam mittere mitte misi miseram misisse mittis mittebas mittite misisti miseras mittit mittebat misit miserat mittimus mittebamus misimus miseramus mittitis mittebatis misistis miseratis mittunt mittebant miserunt miserant

audio (audire) horen im infinitivus imperativus audio audiebam audire audi audivi audiveram audivisse audis audiebas audite audivisti audiveras audit audiebat audivit audiverat audimus audiebamus audivimus audiveramus auditis audiebatis audivistis audiveratis audiunt audiebant audiverunt audiverant sum (esse) zijn im infinitivus imperativus sum eram esse es fui fueram fuisse es eras este fuisti fueras est erat fuit fuerat sumus eramus fuimus fueramus estis eratis fuistis fueratis sunt erant fuerunt fuerant possum (posse) kunnen im infinitivus imperativus possum poteram posse - potui - potuisse potes poteras potuisti potest poterat potuit possumus poteramus potuimus potestis poteratis potuistis possunt poterant potuerunt

OVERZICHT VAN DE LATIJNSE NAAMVALSFUNCTIES Nominativus Genitivus Dativus Accusativus Ablativus 1. onderwerp 2. naamwoordelijk deel van het gezegde 1. bezit ( van ) 2. van geheel ( van ) 3. eigenschap 4. als aanvulling bij bijvoeglijke naamwoorden 1. meewerkend voorwerp ( aan, voor ) 2. (bij est/sunt) bezit 3. als aanvulling bij werkwoorden 1. lijdend voorwerp 2. na voorzetsels 1. na voorzetsels 2. middel ( met ) 3. reden / oorzaak ( door ) (bij personen: a(b) +abl.) 4. wijze / manier ( met, op ) 5. plaats ( op, in ) *alleen als loci (plaats) of totus (geheel) in de plaatsbepaling voorkomt!] 6. tijd ( volgende ) genitivus possessivus genitivus partitivus genitivus qualitatis dativus possesivus ablativus instrumentalis ablativus causae ablativus modi ablativus loci ablativus temporis GEBRUIK BIJVOEGLIJK NAAMWOORD 1. Zuiver bijvoeglijk : Het bijvoeglijke naamwoord staat dan vóór of achter het zelfstandig naamwoord waarmee het verbonden is, bijv. vir bonus de goede man, veram causam de echte oorzaak 2. Naamwoordelijk deel vh gezegde : Vir bonus est de man is goed, carcer obscurus est de gevangenis is donker 3. Predicatief / dubbelverbonden : Timida cogitat Bang denkt zij. In deze zin zegt het bijvoeglijk naamwoord timida zowel iets van zij (het onderwerp van cogitat) als van cogitat. Dit gebruik wordt daarom dubbelverbonden ofwel predicatief genoemd

WERKWOORDSGROEPEN 1. De werkwoorden waarvan de stam eindigt op een -a-, bijv. saluta-t 2. De werkwoorden waarvan de stam eindigt op een -e-, bijv. terre-t 3. De werkwoorden waarvan de stam eindigt op een medeklinker, bijv. mitt-i-t 4. De werkwoorden waarvan de stam eindigt op een -i-, bijv. audi-t 5. Werkwoorden met een vermengde vervoeging, de gemengde groep oftewel capio-groep AANGESPROKEN PERSOON De persoon die direct wordt toegesproken, noemen we de aangesproken persoon (vocativus). Meestal wordt hiervoor de nominativus gebruikt. Alleen bij de woorden van de dominus-groep krijg je een vormverandering: -us wordt -e. Bijv: Tulle Tullus domine heer VERSCHIL PERFECTUM & IMPERFECTUM Puer tranquillus dormiebat, cum super caput multae flammae apparuerunt. De jongen lag rustig te slapen, toen boven zijn hoofd veel vlammen verschenen Een im geeft een situatie of een toestand weer. de jongen lag te slapen Een geeft een gebeurtenis weer. het verschijnen van veel vlammen PRAESENS HISTORICUM - OOGGETUIGEN PRAESENS Om op spannende of belangrijke momenten de aandacht van de lezer te vragen, alsof hij het zelf ziet gebeuren, gebruikt het Latijn vaak in plaats van een verleden tijd een. Je vertaalt deze meestal met een verleden tijd. Zo n heet ook wel historicum. Bijv.: Deinde pro ponte consistit Daarna ging ( historicum) hij vóór de brug staan GEBIEDENDE WIJS GETAL / STAM a-stam e-stam medeklinker-stam i-stam capio-groep esse ev saluta terre mitte audi cape es mv salutate terrete mittite audite capite este dic zeg! duc leid! fac maak! fer draag! breng! doe! breng!

GEBRUIK VAN DE ABLATIVUS De ablativus wordt gebruikt na de volgende voorzetsels: e(x) + abl. = uit, van (uit) de + abl. = 1. over a(b) + abl. = 1. weg van, vanaf 2. wegens 2. door (toedoen van) 3. vanaf cum + abl. = (samen) met sine + abl. = zonder in + abl. = in, op, bij