Aanwijzingen in de gemeenschap

Vergelijkbare documenten
Afgemeld: Martin Booij, Manfred Horstmanshoff, Gerard Kamstra, André Meester, Klarie Olofsen en Chris de Werd.

SAMEN ONDERWEG VOORSTEL WIJKTEAMS

Burgemeester en wethouders onderscheidenlijk de burgemeester van Hoogeveen;

Presentatie voor: MOC Schilderswijk te Den Haag Datum: 22 januari 2015

Burgemeester en wethouders onderscheidenlijk de burgemeester van Hoogeveen;

2. Verdeling gemeenschap tussen samenwoners

Toelichting op inhoudelijke tekstwijzigingen van de ontwerp-gemeenschappelijke Regeling Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant.

Gemeente van kringen. wijzigingen en gevolgen.

Geachte donateur, Stichting Gezinsadoptie Jales

Rapport. Datum: 20 december 2005 Rapportnummer: 2005/389

Raadslid Jongerenraad

Burgemeester en wethouders onderscheidenlijk de burgemeester van Hoogeveen;

Zie onder bevindingen of volledige tekst voor de volledige tekst van het rapport.

Beoordeling. h2>klacht

Onderzoeksplan 2017 REKENKAMERCOMMISSIE ALKMAAR

*Z015B66BD5F* documentnr.: INT/C/16/24320 zaaknr.: Z/C/16/28706

Orde voor de bevestigings en intrededienst van Jan Visser als dienaar des Woords

Huishoudelijk Reglement van Badmintonclub "Het Anker" te Born

Algemeen mandaat-, volmacht- en machtigingsbesluit Veiligheidsregio Drenthe

Klachtenregeling College voor de Rechten van de Mens

Jaarverslag Van Oosbreestichting

Gaat het de kinderen goed, dan gaat het de wereld goed

Hetzelfde loon. Hetzelfde loon

BELEIDSPLAN Gereformeerde Goede Herder Kerk Oldebroek

b. Een door het college aangewezen projectleider neemt in het kader van dit besluit hiërarchisch dezelfde plaats in als een manager.

Rapport. Een onderzoek naar een klacht over de Raad voor Rechtsbijstand.

BAOZW/U Lbr. 14/001

Overdrachtsbelasting. Vrijstelling; verkrijging van monumenten 1. Besluit van 11 oktober 2007, nr. CPP2007/1680M, Stcrt. nr. 202

Maarten Valkenburg OOM APOSTEL. Mensen uit drie generaties van HET APOSTOLISCHE WERK IN NEDERLAND ( )

Geloven. Met deze werkvorm maken we kennis met het begrip geloven.

Zorgen voor de veiligheid van pleegkinderen: Hertoets bij Pactum

Raadsvergadering : 9 februari 2016 agendapunt : Commissie : Bestuur en Ruimte. : Evaluatie proef welstandsvrije gebieden

INHOUD 1. KLACHTENREGELING STICHTING HET VETERANENINSTITUUT

Voorstel nieuwe structuur thema omzien naar elkaar

Landelijk Register van Gerechtelijke Deskundigen, LRGD. Raad voor de Tuchtrechtspraak U I T S P R A A K

Helperkerk evangelische gemeente (hierna: Helperkerk)

REGLEMENT BD/BJZ PROTOCOL PROCESBESLUIT EN VERTEGENWOORDIGING IN RECHTE

Reglement ouderraad Kids2b Gastouderopvang

Concept. Aangepaste Bestuurlijke Structuur ( 5e) versie 13 april 2016

Baptisten Gemeente Het Lichtbaken

Raadsvergadering d.d. : 28 en 30 juni 2016 Agendanr.: 6d. : Bestuurlijk handelen en dienstverlening

Onderwerp: Inspraakreactie Jeugdplatform Amsterdam op het concept Nadere Regels op de Verordening op de Zorg voor Jeugd in Amsterdam

Voor wat betreft de financiën ligt de prioriteit bij de interne begeleiding op de basisscholen.

12849/18 CS/srl/sht ECOMP.2.B

Jaarverslag Via Nova, Amsterdam

Het begijnhof van Dominicaanse spiritualiteit van Bethel Brussel, België Het idée om een «uitgebreide Communauteit» van katholieke leken te creëren,

De Verbinding Baptistengemeente Amsterdam. ANBI Jaarverslag 2016

WAAR WE VOOR STAAN VERWONDERING ONTMOETING LEVENSKUNST RITUELEN RELIGIEUS GEWORTELD WAT DOE JIJ VANDAAG?

Gemeente Lelystad T.a.v. de gemeenteraad Postbus AB griffie@lelystad.nl. Lelystad, 9 oktober Onderwerp: Aftreden GMR

Privacy reglement. Birtick Zorg & Welzijn

Huurdersbelangenvereniging De Sleutel

VR DOC.0633/1BIS

VR DOC.1652/1BIS

Regelement oudercommissie Gastouderbureau De Kleine Kroon

HERVORMDE GEMEENTE TE PIJNACKER GEREFORMEERDE KERK PIJNACKER VAN DE PROTESTANTSE KERK IN NEDERLAND

Paragraaf 1, Algemeen

R E G L E M E N T O U D E R R A A D

BESTUUR. Artikel 1. Werkwijze bestuur

Auteur Petra Van Deynze Marieke Van Wildemeersch. 3 Kwaliteitsmanagementsysteem De klachtenbehandeling. November 2014 Maart 2015

DRAAIBOEK VOOR PLAATSELIJKE BESTUURSVERKIEZINGEN

vast te stellen het Reglement ondernemingsraad gemeente Leek. I. Begripsbepalingen

ANBI nummer: RSIN

Huiselijk Geweld in 's-hertogenbosch. Omvang, kenmerken en meldingen

Huishoudelijk reglement van de Federale Deontologische Commissie aangenomen op 8 september 2016

Mandaatregeling Werkvoorzieningsschap Noord Kennemerland 2019

Eerste lokaliteit? Het woonhuis werd door diverse families bewoond, namelijk familie

Protestantse Gemeente te Nieuw- en Sint Joosland

Voor ieder een plaats

afgevaardigden twee afgevaardigden gekozen voor een periode van twee jaar en zijn zij

WAAR WE VOOR STAAN VERWONDERING ONTMOETING LEVENSKUNST RITUELEN RELIGIEUS GEWORTELD WAT DOE JIJ VANDAAG?

Bijlage 2. Formulier voor een verklaring van bewilliging van de kandidaten voorgedragen door gemeenteraadskiezers.

RICHTLIJN. Voorzitter van het comité van Brussel-Hoofdstad Plaatselijke Afdelingscomités en regioverantwoordelijken

Een onderzoek naar de betaling door de Belastingdienst van een belastingteruggaaf op een niet gewenst bankrekeningnummer.

EERSTE OMVANGRIJK ONDERZOEK RADIO BELANGSTELLING

Bevestiging ouderling-kerkelijk werker (met bijzondere bevoegdheid)

Ik geloof het wel. Aspecten: Roeping Bidden. Ik geloof het wel

HUISHOUDELIJK REGLEMENT ouderraad Corbulo College (OR)

Op weg naar een bestuursmodel met een ledenraad. Rabobank Ridderkerk Midden-IJsselmonde. Een bank die anders is. Gezocht: leden met een mening

Onderzoeksopzet wijkplatforms gemeente Barneveld

Onderwerp: Beantwoording reacties Mandaatbesluit Norbert de Blaay en Erik Hilbink Datum: 2 november 2016

REGLEMENT op de Tuchtrechtspraak voor leden van IIA Nederland. Vastgesteld in de Algemene Ledenvergadering van IIA Nederland op 7 december 2016

Zie onder bevindingen of volledige tekst voor de volledige tekst van het rapport.

Privacy Reglement. Inhoud

Toelichting "Verordening op de ambtelijke ondersteuning" art. Benaming blz. Algemeen 2. Artikel 1 Informatie 3

1. Vast te stellen de brief aan de raad over de uitkomst van de ronde tafel gesprekken.

Wat is het doel van een convenant?

Gemeente Nederweert. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 30 juni 2017

Aan de Ondernemingsraden en Georganiseerde Overleggen van de gemeenten Barendrecht, Albrandswaard en Ridderkerk. Datum: 26 maart 2013

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

PLAN INVOERING VRIJWILLIGERSBIJDRAGE VVOG 28 mei 2015

De vacaturebank van SV Zwolle.

: Beleid artikel 19 WRO. : RWB / Ruimtelijke Inrichting Noord

Reglement Centrale ouderraad Kids2b

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD EN DE COMMISSIE

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

HUISHOUDELIJK REGLEMENT van de Chinese Evangelische Kerk Geloof, Hoop en Liefde te s Gravenhage

Postadres: Postbus JA Leeuwarden

STATUTEN OUDERRAAD VAN BASISSCHOOL ST. ANTONIUS ASTEN HEUSDEN.

In 2017 hadden wij meer dan 50 BIC Vrijwilligers!

Transcriptie:

Aanwijzingen in de gemeenschap Al een jaar of vijftig is in ons genootschap de hiërarchische structuur binnen een gemeenschap van herder, priester en (mede)dienende ongewijzigd, terwijl de maatschappij een snelle ontwikkeling heeft doorgemaakt. Dit artikel bevat een voorstel tot een aanpassing van die structuur op grond van persoonlijke ervaringen. Rob Tijdeman Onlangs leidde de apostel in onze gemeenschap een eredienst waarin we een nieuwe voorganger kregen. Ter ondersteuning van de nieuwe herder, die de verantwoording kreeg voor onze grote gemeenschap Leiden, kregen twee broeders en twee zusters een mandaat voor een sector, namelijk iemand voor de jeugd (middelpunt jeugdverzorger), iemand voor de persoonlijke aandacht, iemand voor bijzondere diensten en bijeenkomsten, en iemand voor gemeenschapsontwikkeling en externe betrekkingen. Dat betekent een toevoeging aan de bestaande structuur van voorganger, priesters en (mede)dienenden, die wel in stand gehouden wordt. Al eerder hebben er toevoegingen plaatsgevonden, zoals in de jaren 70, toen de 'nieuwe jeugdverzorging' werd geïntroduceerd, die los kwam te staan van de bestaande hiërarchie. Het gevolg van de steeds complexere structuur is dat verantwoordelijkheden onduidelijker worden en sommige broeders en zusters zich afvragen wat een aanwijzing als (mede)dienende nog inhoudt. In Van Licht tot Licht ([1] blz. 24) lees ik dat er aanvankelijk vier ambten waren: Apostelen, Profeten, Evangelisten en Herders. Ik weet dat er later zusters zijn geweest die de aanwijzing van diacones kregen. Wellicht dat iemand eens de ontwikkeling van de hiërarchie in het apostolische werk zal uitpluizen. Voor mijn suggestie is dit niet zo belangrijk en daarom beperk ik me tot de tijd die ik zelf heb meegemaakt. De structuur in de tijd van apostel L. Slok (1946-1984) In de jaren vijftig had een gemeenschap een voorganger. Dat was een priester die het middelpunt was van een gemeenschap en die na verloop van tijd van de apostel de aanspreektitel 'herder' kon krijgen. De voorganger werd bijgestaan door priesters, diakenen en onderdiakenen, aangewezen voor hun hele leven. Aanwijzingen vonden plaats tijdens aposteldiensten zonder dat de betreffende broeder daar van tevoren over geraadpleegd was. Zonder meer werd aangenomen dat hij en zijn gezin met de aanwijzing instemden. Het betrof alleen broeders; zusters werden geacht voor het huishouden te zorgen. Broeders met een aanwijzing vervulden een prominente rol rond en tijdens de dienst. Terwijl de priesters zich in de 'spreekkamer' ofwel 'consistorie' voorbereidden, werden de broeders, zusters en jeugd door de diakenen en onderdiakenen ontvangen, bij de buitendeur en bij het betreden van de grote zaal. Ook de broeder die voor de dientafel stond was een (onder)diaken. De voorgangers en priesters leidden de diensten, op zondagmorgen, op zondagmiddag en op woensdag- of donderdagavond. Hierop bereidden ze zich voor op de districtsvergadering op zaterdagmiddag. Soms werden op een weekavond door de eigen voorganger zo maar broeders 'uit de bank' gevraagd om mee te dienen; dat was wel spannend. Bij de rondgang kwamen eerst de voorganger en priesters en daarna de diakenen en onderdiakenen naar voren. Zij kregen de in wijn gedoopte ouwel, 'het verbondsteken', van de voorganger van die dienst. Vervolgens kregen de andere broeders en zusters, en de volgelingen en kinderen op de eerste zondag van de maand, de ouwel uitgereikt door de priesters, zonodig aangevuld met broeders diakenen of onderdiakenen. Zo waren broeders met een aanwijzing duidelijk zichtbaar tijdens een dienst. Buiten de eredienst werden de meest verantwoordelijke taken door broeders met een aanwijzing vervuld. De catechisaties (jeugdkringen) werden geleid door 1

broeders met een aanwijzing, vaak priesters. Elke zes weken ontving een apostolisch gezin huisbezoek van twee broeders met een aanwijzing. De indeling daarvoor werd door de voorganger bekend gemaakt tijdens de vergadering van de dienenden en staande in ontvangst genomen. Van elk bezoek werd een verslag aan de voorganger geschreven en er is een periode geweest dat broeders de voorganger opbelden voor een bemoedigend woord voor ze op bezoek gingen en op een weekavond de oudste opbelden voor ze een dienst gingen verzorgen. De lidmaten- en financiële administratie was in handen van een broeder met een aanwijzing. Broeders met een aanwijzing hadden eigenlijk geen vrije weekavond en waren elke avond 'voor de apostel op stap'. Op zaterdagavond werden ze geacht met hun gezin thuis te zijn om zich voor te bereiden op de dienst van de volgende ochtend. Er waren twee takken van 'zielsverzorging' die niet door broeders met een aanwijzing werden vervuld, namelijk het 'ziekenbezoek' door (hoofdzakelijk) zusters en de 'pioniersarbeid' (huisbezoek van zij-instromers) door broeders. Verder mochten sommige broeders en zusters meehelpen bij de catechisaties. In de periode van apostel L. Slok vonden enkele wijzigingen plaats. In de jaren zestig werd het onderscheid tussen diakenen en onderdiakenen opgeheven en werden ze voortaan mededienenden genoemd. (Er werd wel gepoogd een betere naam te vinden, maar die werd niet gevonden. Mijn suggesties van de meer gangbare benamingen 'dienders' of 'dienaren' werden niet opgevolgd.) Later werden zangers beschouwd in de semi-priesterlijke dienst te staan. Ze werden daartoe aangewezen door de oudste en ook weer door hem ontheven. In de jaren zeventig werden zangers van 70 jaar en ouder dringend verzocht het zangkoor te verlaten. Zij konden zich uitzingen in het bejaardenkoor, later seniorenkoor genoemd, dat op de tweede zondag van de maand enkele liederen rond en tijdens de dienst mocht zingen. Verder werd, zoals al opgemerkt, in het begin van de jaren zeventig met de 'nieuwe jeugdverzorging' gestart waarbij op jeugdkringen gesprekken met de jeugd werden gevoerd, omdat het eerdere eenrichtingsverkeer op de catechisaties van jeugd die naar verzorgers luisterde niet meer voldeed. Hiervoor werd een aparte hiërarchie opgezet met een plaatselijke contactverzorger als middelpunt, een kringmiddelpunt voor de 1e, 2e, 3e en confirmantenkring. De jongste jeugdverzorging en de jongerenkring van geconfirmeerde jonge mensen vielen er buiten. Bij de jeugdverzorging werden broeders en zusters op gelijke voet ingedeeld. Omstreeks 1974 werd gestopt met de zondagmiddagdiensten. De tijd van apostel J.L. Slok (1984-2001) Begin jaren 90 werden voor het eerst zusters aangewezen als herder, priester of dienende. De laatste term verving geleidelijk de term mededienende. Spoedig daarna werden broeders, aanvankelijk zonder vooroverleg, vrijgesteld van hun aanwijzing om plaats te maken voor zusters. Vrij snel daarna werd wel van tevoren gesproken met broeders en zusters over het krijgen van een aanwijzing ofwel vrijstelling daarvan. Broeders en zusters dienenden kwamen niet meer als een aparte groep bij de rondgang naar voren, maar gingen tegelijk met de andere broeders en zusters rond. De ontvangst door dienenden bij de ingang van de grote zaal verdween. De frequentie van het huisbezoek, nu gezinsbezoek genoemd, werd verlaagd tot, in principe, eens per jaar. De priesters en dienenden werden niet meer op vrijdagavond ingedeeld zodat ze die avond in het gezin konden zijn. De woensdagavonddienst werd vervangen door gespreksavonden waar de weekbrief centraal stond. Er waren ook veranderingen die niet 'van boven' werden afgekondigd, maar die geleidelijk in de praktijk plaatsvonden. De leeftijdsgrens van 70 jaar voor het zangkoor verdween geleidelijk. Het afscheid van het zangkoor werd steeds minder vaak door de oudste tijdens een dienst voltrokken. Steeds vaker gaven gezinnen te kennen geen prijs te stellen op gezinsbezoek of zorgden ze ervoor dat er geen bezoek plaatsvond. De gesprekken op de woensdagavond kregen een lagere frequentie of verdwenen helemaal. Terwijl het seniorenkoor in sommige gemeenschappen floreerde, verdween het in andere. 2

De tijd van apostel Riemers (2001-2011) Een kenmerk van deze periode is dat sommige belangrijke verantwoordelijkheden niet meer gebonden werden aan een aanwijzing van de apostel. Zo kreeg elke gemeenschap een gemeentesecretaris en kreeg ook de broeder (of zuster) die de verantwoordelijkheid had voor het gebouw een mandaat. Geen van beiden hoefde een aanwijzing te hebben. Nog ingrijpender waren de ontwikkelingen die in de praktijk plaatsvonden. Gezinsbezoeken, als ze al plaatsvonden, werden meestal niet meer door twee dienenden, maar door één dienende gebracht, soms vergezeld door zijn of haar partner. De ontvangst voor een dienst bij de voordeur en vóór in de zaal gebeurde vaak niet meer door dienenden, de ontvangst bij het binnenkomen van de grote zaal verdween. Ook de lidmaten- en financiële administratie was soms niet meer in handen van een dienende. Jongere dienenden bleken het lastig te vinden om op gezinsbezoek te gaan. Aandacht voor oudere broeders en zusters werd steeds minder gegeven door dienenden en steeds vaker door leden van een 'aandachtskring' zonder aanwijzing. De geschetste ontwikkeling, ontstaan doordat dienenden bepaalde taken niet meer wilden of konden uitvoeren, heeft als goed gevolg dat de zielsverzorging binnen de gemeenschap door veel meer broeders en zusters wordt vervuld, maar betekent ook dat het onduidelijk geworden is wat de betekenis van de aanwijzing van mededienende inhoudt. De huidige situatie De enige taak die nog alleen door dienenden lijkt te worden vervuld is de verzorging van erediensten, en ook dat is niet meer helemaal waar. Het is nauwkeuriger te schrijven dat alleen nog de leiding van diensten aan priesters is voorbehouden. Ik zou geen andere gemeenschapstaken weten die alleen door dienenden worden uitgevoerd. Het komt voor dat de enige activiteit die dienenden in die functie uitvoeren het deelnemen aan de vergadering van de kring van dienenden is. Alle andere taken hadden ze ook zonder aanwijzing kunnen vervullen. Daarmee is het nauwelijks meer voor de gemeenschap zichtbaar wie de dienenden zonder priesterlijke aanwijzing zijn. Het is in onze gemeenschap zelfs zo geweest dat voor de zichtbaarheid van de dienenden zonder priesterlijke aanwijzing hen gevraagd werd tijdens de rondgang de ouwel uit te reiken waarbij dan priesters op de bank bleven zitten. Dat is volgens mij het paard achter de wagen spannen: in plaats van bij een taak een persoon te zoeken, wordt voor bepaalde personen een taak gezocht. Het roept, niet alleen bij mij, de vraag op wat een aanwijzing als dienende nog inhoudt. Anderzijds zijn er allerlei taken ontstaan waarbij broeders en zusters zonder aanwijzing het genootschap vertegenwoordigen. Dat geldt voor broeders en zusters die leiding geven aan een kring of gemeenschapsactiviteit, voor de gemeenschapssecretaris, voor de jeugdverzorgers, voor hen die in het kader van de aandachtskring broeders en zusters thuis of in het ziekenhuis opzoeken, en voor hen die de gemeenschap vertegenwoordigen in contacten met niet-apostolischen, zoals in plaatselijke platforms voor levensbeschouwing en bij gesprekken in de wijk of in tehuizen. Daarbij kun je de vraag stellen in hoeverre je de gemeenschap kunt vertegenwoordigen zonder afspraken over verantwoording. Ik denk dat het tijd is voor herbezinning op de wijze waarop verantwoordelijkheden in de gemeenschap worden toegekend en ingevuld. Ik zal enkele suggesties doen om dit bezinningsproces te stimuleren. 3

Suggesties voor de toekomst Ik zal in het vervolg over mandaten schrijven. Een mandaat is tweeledig. Enerzijds gaat het om een opdracht van de een aan de ander die door de ander aanvaard wordt, anderzijds geeft de een aan de ander de machtiging om bevoegd op te treden bij het uitvoeren van die taak. Een mandaat kan door de apostel, de oudste of de voorganger worden verleend. Een 'aanwijzing' is dus een mandaat dat tijdens een aposteldienst gegeven is. Ik vind dat iemand die binnen of buiten het genootschap tegenover een ander de gemeenschap vertegenwoordigt, daartoe een mandaat moet hebben. Je kunt niet zo maar zeggen dat je het genootschap vertegenwoordigt. Dit speelt met name bij externe betrekkingen. Het is bijvoorbeeld goed om onderscheid te maken tussen een vertegenwoordiging in een wijkraad op persoonlijke titel of namens de gemeenschap. Maar ook binnen het genootschap is duidelijkheid gewenst. Zegt iemand iets omdat het zijn persoonlijke mening is of als daartoe gemandateerde namens de herder? Bij een eenmalige of kortdurende opdracht zal meestal een mondelinge afspraak volstaan. Wanneer het om een langdurige taak gaat, lijkt mandatering gewenst. Deze kan door de apostel, de oudste, de herder of een andere door de apostel daartoe gemandateerde persoon plaatsvinden. Bij zo'n mandaat past een persoonlijk gesprek waarin besproken wordt wat de opdracht inhoudt, hoe verantwoording wordt afgelegd, en wanneer evaluatie plaats vindt. De opdracht zelf kan tijdens dit gesprek gegeven worden, maar ook later, tijdens een dienst of startsamenkomst. Het evaluatiegesprek kan bijvoorbeeld 'jaarlijks in het najaar' zijn of 'bij het volgende apostelbezoek'. Het is een gesprek waarin besproken wordt of het vervullen van de taak nog naar beider wens gaat en hoe de situatie eventueel verbeterd kan worden. Het is een garantie dat de voorganger weet wat er gaande is en dat iemand die een taak uitvoert zich gekend weet en niet bijvoorbeeld jaren de zorg voor de tuin heeft of webmaster is zonder dat iemand daar aandacht aan schenkt. Het lijkt me goed dat er van een mandatering door de mandaatgever een korte samenvatting gemaakt wordt (die voor bepaalde functies standaard kan zijn), die aan de mandaatkrijger, de gemeenschapssecretaris en de webmaster verzonden wordt. De mandaatkrijger kan nagaan of hij of zij de afspraken ook zo begrepen heeft en anders het gesprek heropenen, de gemeentesecretaris kan nagaan of het mandaat strookt met eerder aan anderen gegeven mandaten en maakt de mandaatgever erop attent als het evaluatiemoment is aangebroken. Dat evalueren kan, afhankelijk van de taak, individueel gebeuren of tijdens een vergadering als groep. De webmaster zorgt dat een lijst op de besloten website van de gemeenschap bijgehouden wordt waarop te lezen is wie voor welke taak gemandateerd is. Zo kan ieder zien tot wie hij of zij zich moet wenden voor een vraag, klacht of suggestie. De geschetste aanpak heeft als gevolg dat er meer gelijkwaardigheid komt in verantwoordelijkheden en dat deze expliciet worden gemaakt, zowel voor de betrokkenen als voor de gemeenschap. Invoering zal niet ingewikkeld zijn, want vele van de beschreven stappen zijn al gezet. In de geschetste opzet wordt een aanwijzing als dienende gekoppeld aan een taak, of meerdere taken, bijvoorbeeld 'voor persoonlijk aandacht en jeugdverzorging'. Voor een priester is één van de taken het (mede)verzorgen van erediensten. Wellicht dat op den duur het begrip (mede)dienende verdwijnt en de voorganger (of de voor die taak gemandateerde) regelmatig samenkomt met de groep broeders en zusters die een bepaald aandachtsgebied hebben. Rob Tijdeman, tijdeman@ziggo.nl 4

De auteur was van 1975 to 1987 mededienende, van 1987 tot 2005 priester, van 2005 tot 2008 eerste hulp van de voorganger en van 2008 tot 2011 voorganger van de gemeenschap Leiden-1. Sinds 2011 is hij middelpunt Externe betrekkingen van de nieuw gevormde gemeenschap Leiden. Hij schrijft de teksten voor de wekelijkse uitzendingen van de gemeenschap op radio NENS (radio-omroep voor de Bollenstreek) en is redactievoorzitter van de rubriek Verdieping op www.apgen.nl. 5