Bijlage cursusomschrijvingen. Studiegids Master (NL) - Nederlands Deeltijd

Vergelijkbare documenten
1 Organisatorische gegevens

1 Organisatorische gegevens

BIJLAGE Cursusbeschrijvingen. Studiegids. Masteropleiding LERAAR NEDERLANDS

Bijlage cursusomschrijvingen. Studiegids Master (NL) - Duits Deeltijd

Bijlage cursusomschrijvingen. Studiegids Master (NL) - Frans Deeltijd

Bijlage Cursusbeschrijvingen. Culturele en Maatschappelijke Vorming Inclusief afstudeerrichting Social Management.

Doelen Praktijkonderzoek Hogeschool de Kempel

Erratum Studiegids. Bijlage Cursusbeschrijvingen Bacheloropleiding Maatschappelijk Werk en Dienstverlening (locatie Amersfoort) Deeltijd

Titel Didactiek 1. 1 Organisatorische gegevens. Opleidingsvariant. Voltijd Collegejaar

Pre-Academisch Onderwijs. Ontwikkelingslijnen en leerdoelen

Vakdidactiek 2 Didactiek van de hoofdvaardigheden

Erratum studiegids Bachelor opleiding Werktuigbouwkunde

BIJLAGE Cursusbeschrijvingen. Studiegids. Masteropleiding LERAAR FRANS

Bijlage cursusomschrijvingen. [Civiele Techniek] [Duaal/hoofdfase]

Bekwaamheidseisen leraar primair onderwijs

BIJLAGE Cursusbeschrijvingen. Studiegids. Masteropleiding LERAAR AARDRIJKSKUNDE

Erratum Studiegids. Bacheloropleiding voltijd. Elektrotechniek

Bijlage cursusomschrijvingen. Social Work Voltijd

1 Organisatorische gegevens

BIJLAGE Cursusbeschrijvingen. Studiegids. Bacheloropleiding LERAAR NEDERLANDS /290. Hogeschool Utrecht, juli 2014

Onderwijs- en examenregeling

Bijlage cursusomschrijvingen. Studiegids Bachelor (NL) - Nederlands Voltijd

1 Organisatorische gegevens

Leraar voorbereidend hoger onderwijs Engels Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Engels

Opbrengstgericht taalonderwijs

Erratum Studiegids. Bacheloropleiding voltijd. Technische Bedrijfskunde

Leraar voorbereidend hoger onderwijs Management en Organisatie Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Management en

Toetsvormen. Onderwijsmiddag 14 februari 2012 Ferdi Engels & Gerrit Heil toetsadviescommissie

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 September 2010

Beroepsproduct Project Wetenschap en technologie op de basisschool

Voor SE-3 (in de derde SE-periode van het jaar) schrijf je een uiteenzetting aan de hand van documentatie die door de docent is gebundeld.

Premaster Taalwetenschappen Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Geesteswetenschappen - P Taalwetenschappen

Bijlage cursusomschrijvingen. Studiegids Master (NL) - Engels Deeltijd

Culture, Organization and Management Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - P Culture Organization and Management -

Titel Experimentele natuurkunde 1

Leraar voorbereidend hoger onderwijs Biologie Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Biologie

BIJLAGE Cursusbeschrijvingen. Studiegids. Masteropleiding LERAAR WISKUNDE

Onderwijs- en examenregeling

Culture, Organization and Management Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - P Culture Organization and Management -

Scoreformulier Pro-U assessments Lijst met beoordelingen op SBL competenties en indicatoren

Leraar voorbereidend hoger onderwijs Duits Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Duits

Toetsbekwaamheid BKE november 2016

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School

HOGESCHOOL WINDESHEIM

Alle competenties moeten met voldoende zijn beoordeeld

Onderwijs- en examenregeling

Bijlage 2-9. Richtlijnen voor de prestatie

Onderwijs- en examenregeling

PROGRAMMA VAN TOETSING EN AFSLUITING. Vak: Nederlandse taal en literatuur (Netl)

Onderwijs- en examenregeling

Good practice Werken met leeruitkomsten in de onderwijspedagogische leerlijn FLOT

ASSESSMENT STARTBEKWAAM MINOR 2 HJK of HOK Beoordelingsformulier Criteriumgericht interview en reflectie

Onderwijs- en examenregeling

Titel Taalkunde 1: 1 Organisatorische gegevens. Opleidingsvariant. Deeltijd Collegejaar

PTA Nederlands HAVO Belgisch Park cohort

Onderwijs- en examenregeling

OPLEIDING DOCENT NT2 IN DE VOLWASSENENEDUCATIE CURSUSJAAR 2017/2018

Competenties en bekwaamheden van een Daltonleerkracht

Bijlage Cursusbeschrijvingen. Masteropleiding Forensisch Sociale Professional. Deeltijd

beheerst de volgende vaardigheden, kan deze onderwijzen en vaardigheden

Scenario: theoretisch blok (voorbeeldscenario / blauwdruk van een leerpraktijk)

Onderwijs- en examenregeling

Onderwijs- en examenregeling

kennisbasis vakdidactiek biologie auteurs Teresa Maria Dias Pedro Gomes, Stefan Bosmans en Marnix van Meer

Friese taal en cultuur VWO. Syllabus centraal examen 2010

ZUYD HOGESCHOOL

Beoordelingsformulier Verslag Vakprofilering Geschiedenis Code: OTR3-PRWT1-15 EC: 5

Overzicht curriculum VU

1 Organisatorische gegevens

OPLEIDING DOCENT NT2

Beschrijving leertraject Basiskwalificatie Didactische Bekwaamheid (BDB), inclusief de Basis Kwalificatie Examinering (BKE)

Bijlage cursusomschrijvingen. Management in Zorg deeltijd

Onderwijs- en examenregeling

Competentiemeter docent beroepsonderwijs

Plan onderzoek OS Boss po Bijlage 7. Kenniscentrum Talentontwikkeling

Orientatie op geschiedenis A

Beschrijving leertraject Basiskwalificatie Didactische Bekwaamheid (BDB), inclusief de Basis Kwalificatie Examinering (BKE)

Titel Praktijk 3: 2) t/m 5)

competentieprofiel groepsleerkracht/ docent algemeen vormend onderwijs Het Driespan

Onderwijs- en examenregeling geldig vanaf 1 september 2011

BIJLAGE Cursusbeschrijvingen. Studiegids. Masteropleiding LERAAR ENGELS

Gids voor werkplekbegeleiders Masters

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School

FRIESE TAAL EN CULTUUR HAVO

Friese taal en cultuur HAVO. Syllabus centraal examen 2011

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Graduaat Maatschappelijk werk Module Geïntegreerde competentieverwerving 3. Lestijden 40

1 Organisatorische gegevens

Leraar voorbereidend hoger onderwijs Maatschappijleer Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Maatschappijleer en Mij.

Tabel Competenties docentopleiders/-trainers

Evaluatie Curriculum Onderzoek in de opleiding

Wat moet ik doen voor mijn Schoolexamens en Eindexamen Engels?

Errata Onderwijs- en Examenregeling (OER) 2-jarige masterprogramma s Graduate School of Teaching

Minor Taal en Gehoor - track voor logopediestudenten

Titel Afstudeerberoepsproduct 1

Toetsing Let op! Belangrijke data:

Onderwijs- en examenregeling

BIJLAGE Cursusbeschrijvingen. Studiegids. Bacheloropleiding LERAAR SPAANS /302. Hogeschool Utrecht, juli 2014

BIJLAGE Cursusbeschrijvingen. Studiegids. Bacheloropleiding LERAAR KOPOPLEIDING /46. Hogeschool Utrecht, juli 2014

Transcriptie:

Bijlage cursusomschrijvingen Studiegids Master 2017-2018 (NL) - Nederlands Deeltijd 2017-2018

Titel Collegejaar 2017-2018 Argumenteren Cursuscode Cursusnaam Aantal EC's Voertaal Werkvormen: Werkvorm Werkcollege Werkcollege Frequentie OANE-MARGUMEN-12 Argumenteren 5 European Credits Nederlands de werkvorm aangeboden? blok 1 blok 1 Aanwezigheid verplicht? Toetsen: Toets Toetsvorm Toetsduur in minuten Minimum cijfer Schriftelijk tentamen Tentamen 150 5.5 de toets aangeboden? 1. blok 1 2. blok 2 Ingangseisen Geen ingangseisen geregistreerd Opmerkingen Geen opmerking geregistreerd URL cursussite https://hubl.hu.nl Cursus inhoud Leerstof, werkvormen en activiteiten: Leerstof: Tijdens deze cursus verwerft en verwerkt de student het begrippenapparaat van de argumentatieleer. De student past de verworven kennis toe bij verwerkingsopdrachten en de ontwikkeling van onderwijsmaterialen. Werkvormen en activiteiten: werkcolleges, (groeps)opdrachten. Doelstellingen/competenties: Kennis: - de student krijgt een beeld van de hedendaagse stand van zaken wat betreft onderzoek van argumentatie; - de student kent het analyseapparaat van argumentatie; - de student kent de criteria voor het beoordelen van argumentatie. Toepassing: - de student kan argumentatie in mondeling en schriftelijk taalgebruik onderkennen; - de student kan argumentaties op hun aanvaardbaarheid beoordelen, zowel op theoretische als op inhoudelijke gronden. Inzicht: - de student is in staat argumentatieve vaardigheden bij zijn leerlingen te ontwikkelen en te vergroten en kan dit verantwoorden vanuit de theorie. Legitimering: SBL bekwaamheidseisen 3, 7 en 8

Kennisbasis: Subdomein 2.4, 1.2 Toetsen en beoordelingscriteria: Schriftelijk tentamen Het tentamen moet met een voldoende worden afgesloten. 1e Toetsmoment meestal in de tentamenweek aan het einde van de onderwijsperiode(s) van de cursus. 2e Toetsmoment (herkansing) in de tentamenweek van de periode volgend op de periode waarin het 1e toetsmoment was.

Titel ATW/TTW Collegejaar 2017-2018 Cursuscode Cursusnaam Aantal EC's Voertaal Werkvormen: Werkvorm Hoorcollege Hoorcollege Frequentie OANE-MATW-12 ATW/TTW 5 European Credits Nederlands de werkvorm aangeboden? bij aanvangsblok 2: blok 2 bij aanvangsblok 2: blok 2 Aanwezigheid verplicht? Toetsen: Toets Toetsvorm Toetsduur in minuten Minimum cijfer Schriftelijk tentamen Tentamen 120 5.5 Opdracht Opdracht 0 5.5 de toets aangeboden? bij aanvangsblok 2: 1. blok 2 2. blok 3 bij aanvangsblok 2: 1. blok 2 2. blok 3 Ingangseisen Geen ingangseisen geregistreerd Opmerkingen Geen opmerking geregistreerd URL cursussite Geen cursussite geregistreerd Cursus inhoud Leerstof, werkvormen en activiteiten In de cursus wordt een inleiding gegeven in de verschillende disciplines van de algemene taalwetenschap (ATW): de fonologie, morfologie, syntaxis en semantiek, waarbij de nadruk ligt op de syntaxis. Deze wordt behandeld in het licht van de syntactische variatie die door talen heen wordt aangetroffen. De ATW-onderwerpen worden in verband gebracht met enkele disciplines van de toegepaste taalwetenschap (TTW), zoals tweedetaalverwerving en taalstoornissen. De studenten bereiden elk college voor door de stof te bestuderen en de bijbehorende verwerkingsopdrachten te maken. In de colleges wordt de stof en wordt een selectie van de gemaakte opdrachten besproken. Daarnaast staan er enkele artikelen uit de toegepaste taalwetenschap op het programma. Doelstellingen/competenties De studenten hebben kennis van en inzicht in de basisbegrippen van de fonologie, morfologie, syntaxis en semantiek, zoals die disciplines in de moderne taalwetenschap beoefend worden; de aard van menselijke taal en taalverwerving vanuit het perspectief van de moderne taalwetenschap; de verhouding tussen taalsysteem, taalvermogen en taalgebruik; de relatie tussen de beschrijving van taalverschijnselen enerzijds en de verklaring van de verschijnselen anderzijds.

Legitimering De cursus sluit aan bij SBL-competentie 3. Kennisbasis De cursus sluit aan bij domein 3.1 en 3.2 van de kennisbasis Nederlands voor de hbomasteropleiding leraar vho. Toetsen en beoordelingscriteria De cursus wordt afgerond met een schriftelijk tentamen in de toetsweek, dat open vragen bevat over de behandelde ATW-onderwerpen. Daarnaast levert iedere student in de toetsweek een schriftelijke opdracht in, waarmee hij/zij aantoont voldoende kennis en inzicht te hebben in de onderwerpen uit de toegepaste taalwetenschap die in de cursus naar voren zijn gekomen. De student is voor de cursus geslaagd als zowel de toets als de opdracht minimaal als voldoende is beoordeeld (dat wil zeggen, minimaal een 5,5). Het eindresultaat is het gemiddelde van de cijfers voor de toets en de opdracht, waarbij het toetscijfer voor 70% meeweegt en het cijfer voor de opdracht voor 30%. 1e Toetsmoment in de tentamenweek aan het einde van de onderwijsperiode(s) van de cursus. 2e Toetsmoment (herkansing) in de tentamenweek van de periode volgend op de periode waarin het 1e toetsmoment was.

Titel Collegejaar 2017-2018 Historische Nederlandse letterkunde Cursuscode Cursusnaam Aantal EC's Voertaal Werkvormen: Werkvorm Diverse werkvormen Diverse werkvormen Frequentie OANE-MHISLET-15 Historische Nederlandse letterkunde 5 European Credits Nederlands de werkvorm aangeboden? bij aanvangsblok 2: blok 2 bij aanvangsblok 2: blok 2 Aanwezigheid verplicht? Toetsen: Toets Toetsvorm Toetsduur in minuten Minimum cijfer schriftelijke toets Tentamen 150 5.5 de toets aangeboden? bij aanvangsblok 2: 1. blok 2 2. blok 3 Ingangseisen Geen ingangseisen geregistreerd Opmerkingen Geen opmerking geregistreerd URL cursussite Geen cursussite geregistreerd Cursus inhoud De cursus behandelt de Nederlandse literatuur vanaf het begin tot circa 1880 in een brede context van culturele, religieuze en politieke ontwikkelingen, vanuit de overtuiging dat in de Nederlandse historische literatuur in de toenmalige maatschappij als vanzelfsprekend aanwezig was. De teksten die in deze cursus behandeld worden - van strijdlustige geuzenliederen tot romans in briefvorm, van religieuze liefdesgedichten tot petrarkistische poëzie, en van leerzame emblemen tot satirische dierenverhalen - weerspiegelen op een of andere manier de mentaliteit en discussies die in het Nederlandse taalgebied op dat moment actueel waren. Het verband tussen literatuur en de omgeving waarin deze geschreven werd, staat centraal in de gecombineerde hoor- /werkcolleges. Aan de hand van primaire en secundaire literatuur verdiept de student zich in aspecten van historische letterkunde en het recente onderzoek hiernaar.

Titel Collegejaar 2017-2018 Leesvaardigheid Cursuscode Cursusnaam Aantal EC's Voertaal Werkvormen: Werkvorm Werkcollege Werkcollege Frequentie OANE-MLEESV-12 Leesvaardigheid 5 European Credits Nederlands de werkvorm aangeboden? bij aanvangsblok 2: blok 2 bij aanvangsblok 2: blok 2 Aanwezigheid verplicht? Toetsen: Toets Toetsvorm Toetsduur in minuten Minimum cijfer Dossier Anders 0 5.5 de toets aangeboden? bij aanvangsblok 2: 1. blok 2 2. blok 3 Ingangseisen Geen ingangseisen geregistreerd Opmerkingen Geen opmerking geregistreerd URL cursussite Geen cursussite geregistreerd Cursus inhoud Leerstof, werkvormen en activiteiten: Studenten nemen de leesvaardigheidslijn op school onder de loep en aan de hand van een uitgebreide analyse worden er voorstellen ter verbetering gedaan op inhoudelijk vlak of op het gebied van toetsing, voorzien van een geschreven verantwoording vanuit de theorie. Het advies of het voorstel wordt vervolgens concreet uitgewerkt. Daarnaast maken de studenten een opname van een les waarin een didactische aanpak leesvaardigheid gedemonstreerd wordt. Werkvormen en activiteiten: werkcolleges, groepswerk, individuele opdrachten, feedback en zelfstudie op het gebied van leesvaardigheid en woordenschat. Doelstellingen/competenties: Kennis: - de student heeft kennis van theorieën over leesvaardigheid en woordenschat; - de student heeft kennis van didactiek t.b.v. leesvaardigheid en woordenschatdidactiek; - de student heeft kennis van evalueren en toetsen t.b.v. leesvaardigheid en woordenschatdidactiek. Toepassing: - de student kan de onderdelen die hij aan (toekomstige) leerlingen onderwijst, zelf inzetten in complexere teksten: leesdoel bepalen en passende strategieën inzetten, onderwerp en hoofdgedachte vaststellen, tekstopbouw en verbanden benoemen, conclusies trekken en samenvatten; - de student kan lees- en woordleerstrategieën voor leerlingen herkenbaar

toepassen en overdragen; - de student kan adequate didactiek t.b.v. leesvaardigheid en woordenschatontwikkeling inzetten; - de student kan actueel en functioneel onderwijsmateriaal ontwikkelen passend bij het niveau van leerlingen en passend in de leerlijn leesvaardigheid en woordenschatontwikkeling; - de student kan gerichte examentraining inzetten en examenwerk volgens de regels beoordelen. Inzicht: - de student kan de keuzes bij het ontwikkelen van onderwijsmateriaal, het inzetten van examentraining en het hanteren van adequate didactiek duidelijk verantwoorden vanuit de theorie. Analyse: - de student kan eindtermen, leerlijnen in lesmethodes en leerlijnen uit de eigen praktijk analyseren t.b.v. het ontwerpen en evalueren van een doorlopende leerlijn leesvaardigheid en woordenschatontwikkeling. Evaluatie: - de student kan bij het ontwikkelen van een doorlopende leerlijn nieuwe inzichten beoordelen en desgewenst inzetten in een te verantwoorden aanpassing; - de student kan leermiddelen beoordelen, teksten selecteren en doelmatig inzetten voor een specifieke doelgroep; - de student kan evaluatie- en toetsinstrumenten beoordelen en ontwikkelen. - de student kan de door medestudenten gehanteerde didactiek kritisch bekijken en van onderbouwde feedback voorzien. Visie: - de student kan gefundeerd verantwoorden in welk opzicht zijn visie op leesvaardigheids- en woordenschatonderwijs veranderd is. Legitimering: SBL bekwaamheidseisen 2, 3, 4, 5 en 7 Kennisbasis: Domein 1.1b, 1.2a, 1.2c, 2.3 Toetsen en beoordelingscriteria: De cursus wordt afgesloten met een dossier. Dit dossier bestaat uit twee onderdelen: 1. een opname van een (gedeelte van een) les waarin een didactische aanpak leesvaardigheid gedemonstreerd wordt 2. analyse van de leesvaardigheidslijn op school, voorstellen ter verbetering en een concrete uitwerking hiervan, voorzien van een geschreven verantwoording vanuit de theorie. Beide onderdelen moeten met een voldoende worden afgerond. 1e Toetsmoment meestal in de tentamenweek aan het einde van de onderwijsperiode(s) van de cursus. 2e Toetsmoment (herkansing) in de tentamenweek van de periode volgend op de periode waarin het 1e toetsmoment was.

Titel Collegejaar 2017-2018 Literatuurtheorie & literatuurdidactiek Cursuscode Cursusnaam Aantal EC's Voertaal Werkvormen: Werkvorm Diverse werkvormen Frequentie OANE-MLITDID-12 Literatuurtheorie & literatuurdidactiek 5 European Credits Nederlands de werkvorm aangeboden? bij aanvangsblok 3: blok 3 Aanwezigheid verplicht? Toetsen: Toets (Beleids)notitie Toetsvorm Verslag, rapport en essay Toetsduur in minuten Minimum cijfer 0 5.5 de toets aangeboden? bij aanvangsblok 3: 1. blok 3 2. blok 5 Ingangseisen Geen ingangseisen geregistreerd Opmerkingen Geen opmerking geregistreerd URL cursussite https://hubl.hu.nl/module/literatuurtheorie-literatuurdidactiek-0 Cursus inhoud Leerstof, werkvormen en activiteiten: Hoorcollege(s), werkcolleges en groepswerk (analyse onderwijsmethodes, het uitvoeren van opdrachten en het ontwerpen van literatuuronderwijs). Hiernaast bestuderen de studenten individueel de theorie en het uitgereikte materiaal. Voorts beoordelen zij individueel digitale hulpmiddelen op het terrein van de literatuur en schrijven een eindnotitie. Doelstellingen/competenties: De studenten maken kennis met de literatuurtheoretische achtergronden en de didactische uitgangspunten die hebben geleid tot de concrete invulling van het Nederlandse literatuuronderwijs in het recente verleden, in de tweede fase van het voortgezet onderwijs en aan de hbo-instellingen. Zij verwerven de theoretische kennis en inzichten die behulpzaam zijn bij het geven van literatuuronderwijs in de tweede fase en aan de hbo-instellingen. Voorts verschaft het de studenten inzicht en kennis om aan discussies op het terrein van het literatuuronderwijs deel te nemen en verantwoorde beslissingen te nemen voor de concrete invulling van dit onderwijs. En praktijkonderzoek op dit te verrichten. Legitimering: SBL bekwaamheidseisen: competentie 3. Vakinhoud en vakdidactiek competentie 8. Onderzoekende houding competentie 5. samenwerken met collega's Kennisbasis: Vakdomein 1 Vakdidactiek: 1.1a en 1.2a 1.2c en 1.2d

Vakdomein 4 Letterkunde: met name 4.5 en 4.6 Toetsen en beoordelingscriteria: Studenten schrijven aan de hand van een sturende opdrachtenreeks een notitie die uit verschillende onderdelen bestaat. In deze notitie worden in ieder geval de volgende onderwerpen uitgediept: kennis van de ontwikkelingen op het terrein van de literatuurtheorie; inzicht in de relatie literatuurtheorie en literatuurdidactiek; doelen en verantwoording van uiteenlopende literatuurdidactische methodes; inzet digitale hulpmiddelen; uitgewerkte onderzoeksopdracht uit de eigen beroepspraktijk en de reflectie hierop. Alle onderdelen van deze notitie dienen met een voldoende of hoger te worden afgesloten. 1e Toetsmoment meestal in de tentamenweek aan het einde van de onderwijsperiode(s) van de cursus. 2e Toetsmoment (herkansing) in de tentamenweek van de periode volgend op de periode waarin het 1e toetsmoment was.

Titel Collegejaar 2017-2018 Literatuurtheorie en proza-analyse Cursuscode Cursusnaam Aantal EC's Voertaal Werkvormen: Werkvorm Diverse werkvormen Diverse werkvormen Frequentie OANE-MLITTHE-17 Literatuurtheorie en proza-analyse 5 European Credits Nederlands de werkvorm aangeboden? bij aanvangsblok 4: blok 4 bij aanvangsblok 4: blok 4 Aanwezigheid verplicht? Toetsen: Toets Toetsvorm Toetsduur in minuten Minimum cijfer toets Opdracht 0 5.5 de toets aangeboden? bij aanvangsblok 4: 1. blok 4 2. blok 5 Ingangseisen Geen ingangseisen geregistreerd Opmerkingen Geen opmerking geregistreerd URL cursussite Geen cursussite geregistreerd Cursus inhoud We kiezen in deze module voor actuele literatuur, die ook goed inzetbaar is in de onderwijspraktijk van studenten. Voor deze module betekent dat: actuele, toegankelijke romans en korte verhalen. We hebben aandacht voor verschillende leeswijzen en literatuurbenaderingen, met als doel dat studenten die verschillende leeswijzen en benaderingen begrijpen, kunnen toepassen en er kritisch op kunnen reflecteren, ook met oog voor bruikbaarheid in het voortgezet onderwijs. We bekijken hoe teksten een dynamische relatie aangaan met wereld en maatschappij. Deze module is ingericht met ruimte voor leerteamleren, online instructies en actieve werkvormen tijdens de bijeenkomsten. Dubbele bodem door middel van sthubl. Materiaal: alles wat op HUbl wordt aangeboden en: Literatuurtheorie: Selectie van hoofdstukken uit Het leven van teksten Actuele (internationale) wetenschappelijke artikelen op het gebied van te selecteren thema s; bv. gender, postkolonialisme, wereldliteratuur Ondersteuning van deze internationale artikelen d.m.v. hoofstukken rond deze thema s uit handboeken als Bloois en Peeren, Kernthema s in de literatuur- en cultuurwetenschap, Culler, J. Literary theory. A very short introduction, Korsten Lessen in literatuur of Literatuur in de wereld etcetera. Proza-analyse: Hoofdstuk 5 Het leven van teksten Aangevuld met delen uit Herman & Vervaeck, Vertelduivels Handboek verhaalanalyse

Titel Collegejaar 2017-2018 Moderne letterkunde Cursuscode Cursusnaam Aantal EC's Voertaal Werkvormen: Werkvorm Hoorcollege Hoorcollege Frequentie OANE-MMODLET-12 Moderne letterkunde 5 European Credits Nederlands de werkvorm aangeboden? blok 1 blok 1 Aanwezigheid verplicht? Toetsen: Toets Toetsvorm Toetsduur in Minimum cijfer minuten de toets aangeboden? Schriftelijk tentamen Tentamen 150 5.5 1. blok 1 2. blok 2 Ingangseisen Voorkennis: Letterkunde onderdelen uit de bacheloropleiding Nederlands, m.n. Erica van Boven en Mary Kemperink (bew.) Literatuur van de Moderne Tijd, Nederlandse en Vlaamse letterkunde in de 19e en 20e eeuw, Bussum: Coutinho, 2006 of later. Opmerkingen Geen opmerking geregistreerd URL cursussite https://hubl.hu.nl/module/moderne-letterkunde-2 Cursus inhoud Leerstof, werkvormen en activiteiten: Tijdens deze module maakt de student kennis met de Nederlandse literatuur vanaf ca. 1880, de verschillende literaire stromingen, of dominante literaire periodecodes en de wetenschappelijke bestudering van literatuur. De student past de verworven kennis toe bij verwerkingsopdrachten en tijdens een schriftelijk tentamen. Werkvormen en activiteiten: hoorcolleges, werkcolleges, groepsopdrachten en individuele opdrachten. Zoeken en evalueren van achtergrondinformatie en secundaire literatuur. Doelstellingen / competenties: Studenten kennen de geschiedenis van de Nederlandstalige literatuur vanaf ca. 1880 aan de hand van een overzicht van literaire stromingen of dominante literaire periodecodes in samenhang met een selectie van kenmerkende, canonieke literaire (proza) werken. Studenten kennen de wetenschappelijke bestudering van de Nederlandstalige literatuur vanaf 1880 tot heden. Studenten kunnen bedoelde literaire werken in hun historische, sociale en culturele context plaatsen op basis van tekstkenmerken en poëticale opvattingen. Studenten kunnen zelfstandig cultuurwetenschappelijke en literatuurwetenschappelijke studies over deze periode analyseren en beoordelen in het licht van recente theoretische inzichten. De studenten kennen de ontwikkelingen in de moderne literatuurwetenschap en zijn in

staat de historische, schrijversgerichte benadering, de werkimmanente benadering en de lezersgerichte benadering te onderscheiden en te herkennen. Studenten kunnen werken met de voornaamste hulpmiddelen voor letterkundig onderzoek. Studenten kunnen antwoorden vinden op eigen hoofd- en deelvragen op basis van bestaande studies. Studenten kunnen data in een modern letterkundig kader beschrijven naar het voorbeeld van bestaande studies en modellen. Legitimering: SBL bekwaamheidseisen: competentie 3 i Kennisbasis: (4.1 vanaf ca. 1881) 4.2; 4.5; 4.6 Toetsen en beoordelingscriteria: In de vorm van een schriftelijk tentamen wordt getoetst in hoeverre de student kennis heeft verworven. Hiernaast wordt de toepassing van het geleerde op de gelezen primaire werken aangevuld met de toepassing op ander/nieuwe primaire tekst(del)en. 1e Toetsmoment meestal in de tentamenweek aan het einde van de onderwijsperiode(s) van de cursus. 2e Toetsmoment (herkansing) in de tentamenweek van de periode volgend op de periode waarin het 1e toetsmoment was.

Titel Collegejaar 2017-2018 Mondelinge Taalvaardigheid Cursuscode Cursusnaam Aantal EC's Voertaal Werkvormen: Werkvorm Werkcollege Werkcollege Frequentie OANE-MMOND-12 Mondelinge Taalvaardigheid 5 European Credits Nederlands de werkvorm aangeboden? bij aanvangsblok 3: blok 3 bij aanvangsblok 3: blok 3 Aanwezigheid verplicht? Toetsen: Toets Toetsvorm Toetsduur in minuten Minimum cijfer Referaat Mondeling 120 5.5 Ingangseisen Voorkennis: De eigen mondelinge taalvaardigheid van de student is op 4F niveau. de toets aangeboden? bij aanvangsblok 3: 1. blok 3 2. blok 4 Opmerkingen Geen opmerking geregistreerd URL cursussite Geen cursussite geregistreerd Cursus inhoud Leerstof, werkvormen en activiteiten: In deze cursus komen spreken en gesprekken voeren aan bod. Door middel van (groeps)opdrachten, presentaties en door zelfstudie worden de eigen vaardigheden van de student vergroot. Bovendien is er aandacht voor de vertaling naar de onderwijspraktijk. Doelstellingen/competenties: Kennis en vaardigheid De student: kent de kenmerken van een presentatie, discussie en debat; heeft kennis van didactiek t.b.v. spreken en gesprekken voeren; heeft kennis van evalueren en toetsen t.b.v. spreken en gesprekken voeren. Toepassing: De student: vergroot de eigen mondelinge taalvaardigheden op basis van de aangereikte theorie; kan de didactiek inzetten op een wijze die hij kan verantwoorden; kan de genoemde mondelinge taalvaardigheden uitgevoerd door leerlingen beoordelen. Analyse: De student kan: exameneisen, leerlijnen in lesmethodes en leerlijnen uit de eigen praktijk

analyseren t.b.v. het ontwerpen en evalueren van een doorlopende leerlijn mondelinge taalvaardigheid. Evaluatie: De student kan: bij het ontwikkelen van een doorlopende leerlijn nieuwe inzichten beoordelen en desgewenst inzetten in een verantwoorde aanpassing; evaluatie- en toetsinstrumenten beoordelen en op grond daarvan aanpassen en ontwikkelen; de door medestudenten gehanteerde didactiek kritisch bekijken en van onderbouwde feedback voorzien; naar aanleiding van feedback van medestudenten kritisch kijken naar eigen didactisch handelen en dit desgewenst aanpassen en verbeteren. Visie: De student kan: gefundeerd verantwoorden in welk opzicht zijn visie op mondelinge taalvaardigheid veranderd is. Legitimering: SBL bekwaamheidseisen Competentie 3, 4, 5, 7 Kennisbasis: 2.1 en 1.2 Toetsen en beoordelingscriteria: De cursus wordt afgesloten met een mondelinge toets. De studenten krijgende opdracht in kleine groepen een referaat houden. Deze wordt door medestudenten beoordeeld op basis van rubrics. De uiteindelijke beoordeling wordt gevormd door docent en collega-docent op basis van de gefilmde referaten. Wij verwachten een actieve deelname tijdens de colleges, de discussies en de debatten. 1e Toetsmoment meestal in de tentamenweek aan het einde van de onderwijsperiode(s) van de cursus. 2e Toetsmoment (herkansing) in de tentamenweek van de periode volgend op de periode waarin het 1e toetsmoment was.

Titel Poëzie Collegejaar 2017-2018 Cursuscode Cursusnaam Aantal EC's Voertaal Werkvormen: Werkvorm Werkcollege Diverse werkvormen Frequentie OANE-MPOEZIE-16 Poëzie 5 European Credits Nederlands de werkvorm aangeboden? bij aanvangsblok 2: blok 2 bij aanvangsblok 2: blok 2 Aanwezigheid verplicht? Toetsen: Toets Toetsvorm Toetsduur in minuten Minimum cijfer Mondeling tentamen Mondeling 30 5.5 de toets aangeboden? bij aanvangsblok 2: 1. blok 2 2. blok 3 Ingangseisen Geen ingangseisen geregistreerd Opmerkingen Geen opmerking geregistreerd URL cursussite Geen cursussite geregistreerd Cursus inhoud In deze cursus komen een representatief corpus moderne (d.i. na 1880) en complexe gedichten en twee actuele dichtbundels aan de orde, zodat de startbekwame eerstegraads docent zijn leerlingen kan gidsen in plaats van de methode. Eén dichtbundel is verplicht en de tweede is een eigen keuze. Het accent ligt in deze cursus op actuele poëzie, met bijzondere aandacht voor de digitale poëzie. De cursus is gericht op verdieping en verbreding van de aanwezige kennis van de moderne Nederlandse poëzie. Daarbij wordt gebruikgemaakt van papieren en digitale vakwetenschappelijke bronnen. Je onderzoekt hoe je gedichten op verschillende wijzen kunt lezen, afhankelijk van het type gedicht: is het modernistisch of postmodernistisch, traditioneel of experimenteel, op papier of digitaal? Je oefent met een aantal (vooral) tekstgerichte leeswijzen: close reading, een intertekstuele, een postmodernistische en een "corresponderende" leeswijze en gaat na wat toepassing ervan op zorgvuldig gekozen teksten aan begrip en waardering oplevert. Dit vindt plaats tijdens de colleges (plenair, in leerteams of in duo s), maar ook in de vorm van individuele formatieve analyse-opdrachten waarop je peer feedback krijgt. Samenwerkend leren is in deze cursus noodzakelijk voor het ontwikkelen van je eigen analyse- en interpretatievaardigheden, je eigen literaire competentie: juist door je leeservaringen expliciet te maken en te delen of te confronteren met die van anderen (medestudenten, recensenten, je docent) groeit de kunde en het zelfvertrouwen om nieuwe gedichten en dichtbundels op te pakken, lezen, begrijpen en waarderen. Je krijgt de gelegenheid om zelf keuzes te maken uit het actuele aanbod van poëtische teksten en dichtbundels, waaronder de digitale. Je kiest met een collega-student en in overleg met je docent een geschikte (= masterniveau) moderne dichtbundel. Je bereidt

met je duopartner een mondelinge presentatie voor, waarin jullie de opgedane expertise over een dichtbundel, de dichter en de context in de vorm van een PP demonstreren, waarbij je inzoomt op een specifiek gedicht.

Titel Collegejaar 2017-2018 Schrijfvaardigheid Cursuscode Cursusnaam Aantal EC's Voertaal Werkvormen: Werkvorm Werkcollege Werkcollege Frequentie OANE-MSCHRYF-12 Schrijfvaardigheid 5 European Credits Nederlands de werkvorm aangeboden? blok 1 blok 1 Aanwezigheid verplicht? Toetsen: Toets Toetsvorm Toetsduur in minuten Minimum cijfer Artikel Anders 0 5.5 de toets aangeboden? 1. blok 1 2. blok 2 Ingangseisen Geen ingangseisen geregistreerd Opmerkingen Geen opmerking geregistreerd URL cursussite Geen cursussite geregistreerd Cursus inhoud Leerstof, werkvormen en activiteiten: Leerstof: in de cursus schrijfvaardigheid werken studenten aan hun eigen vaardigheid volgens het principe van Schrijven in Rondes. De studenten verdiepen zich in schrijfvaardigheid (incl. gedocumenteerd schrijven) vanuit de literatuur en vanuit de praktijk: ze ontwikkelen een overdraagbare lessenserie schrijfvaardigheid. Ze schrijven een complex artikel voor een tijdschrift waarin ze de ontwikkelde lessenserie verantwoorden vanuit de literatuur. Werkvormen en activiteiten: werkcolleges, groepswerk, individuele opdrachten, zelfstudie, presentaties en feedback geven en reflecteren. Doelstellingen/competenties: Kennis: - De student heeft kennis van theorieën over schrijfvaardigheid; - De student heeft kennis van didactiek t.b.v. schrijfvaardigheid; - De student heeft kennis van toetsen, beoordelen en evalueren t.b.v. schrijfvaardigheid. Toepassing: - De student kan in verzorgd Nederlands een complex verslag en/of artikel schrijven waarin hij een zaak weergeeft in een effectieve, logische structuur zodat de lezer de belangrijke punten kan opmerken en onthouden; - De student kan gebruik maken van kennis van schrijfvaardigheden en tekstontwerp ten gunste van zijn eigen schrijfvaardigheid en ter verbetering van de schrijfvaardigheden van zijn medestudenten; - De student kan constructieve feedback geven op schrijfproducten van medestudenten;

- De student kan reflecteren op de inhouden en op de betekenis ervan voor zijn praktijksituatie; - De student kan een lessenserie ontwerpen en verantwoorden die aansluit op zijn eigen lespraktijk. Analyse: - De student kan leerlijnen en leerstoffen uit lesmethodes en uit de eigen praktijk analyseren t.b.v. het ontwikkelen van een lessenserie voor zijn eigen praktijk. - De student kan een doelgroepanalyse maken. Evaluatie: - De student kan de recente ontwikkelingen op het gebied van schrijfvaardigheid en schrijfvaardigheiddidactiek in het eerstegraadsgebied beoordelen en toepassen op zijn eigen lespraktijk; - De student kan reflecteren op de inhouden en op de betekenis ervan voor zijn praktijksituatie; - De student kan n.a.v. de verkregen feedback op zijn schrijfproducten de schrijfproducten adequaat verbeteren; - De student gebruikt de verkregen feedback om zijn eigen onderwijs te verbeteren; - De student kan beoordelingsinstrumenten beoordelen en ontwikkelen. Visie: - De student ontwikkelt een visie op het schrijfonderwijs in het eerstegraadsgebied: hij werkt zijn visie uit in een lessenserie en verantwoordt zijn visie in het artikel dat hij moet schrijven voor Levende Talen. Legitimering: SBL bekwaamheidseisen 3, 4, 5, 7 en 8 Kennisbasis: 1.1 b, 1.2 a, 1.2 b, 1.2 c, 2.2 Toetsen en beoordelingscriteria: 1. De cursus wordt afgesloten met het schrijven van een artikel voor Levende Talen waarin de auteur de lessenserie beschrijft, aanprijst en verantwoordt vanuit de theorie. De omvang van het artikel moet ca. 5 tot 6 pagina s ( max. 3000 wrd) zijn. 2. Dit artikel wordt gebaseerd op een dossier dat bestaat uit drie onderdelen: 1. een door de student ontworpen en overdraagbare lessenserie voor 4 havo of vwo 5. 2. een docentenhandleiding voor havo 4 of voor vwo 5. 3. de procesbeschrijving van het schrijven van een artikel. 3. Dit dossier is voorwaardelijk voor deelname aan de toetsing. N.B. Het niet inleveren van het dossier met de lessenserie leidt tot uitsluiting van het tentamen. 1e Toetsmoment meestal in de tentamenweek aan het einde van de onderwijsperiode(s) van de cursus. 2e Toetsmoment (herkansing) in de tentamenweek van de periode volgend op de

periode waarin het 1e toetsmoment was.

Titel Collegejaar 2017-2018 Taalkunde in het onderwijs Cursuscode Cursusnaam Aantal EC's Voertaal Werkvormen: Werkvorm Diverse werkvormen Diverse werkvormen Frequentie OANE-MTAALOND-12 Taalkunde in het onderwijs 5 European Credits Nederlands de werkvorm aangeboden? bij aanvangsblok 3: blok 3 bij aanvangsblok 3: blok 3 Aanwezigheid verplicht? Toetsen: Toets Toetsvorm Toetsduur in Minimum cijfer minuten de toets aangeboden? Dossier Anders 0 5.5 bij aanvangsblok 3: 1. blok 3 2. blok 5 Ingangseisen Voorkennis: De inhoud van de colleges ATW/TTW en Taalverandering wordt bekend verondersteld. Opmerkingen Geen opmerking geregistreerd URL cursussite Geen cursussite geregistreerd Cursus inhoud Leerstof, werkvormen en activiteiten In de cursus Taalkunde in het onderwijs wordt ingegaan op hoe taalkunde in het onderwijs een onderdeel van het curriculum kan zijn. Welke onderdelen uit de taalkunde zijn hiervoor geschikt en hoe kan een docent deze onderdelen geschikt maken voor leerlingen. Om dit te kunnen doen, maken studenten kennis met verschillende stromingen binnen de taalkunde. Elke stroming kijkt op eigen wijze naar het verschijnsel taal. Studenten leren dat deze een reactie op elkaar kunnen zijn en/of naast elkaar kunnen bestaan. Er wordt aandacht besteed aan: Neogrammatici, Structuralisme, Generatieve grammatica en Constructiegrammatica. Voorts maken studenten kennis met de verschillende visies op de mogelijke invulling van het onderdeel taalkunde in de Tweede Fase. Ook ontwikkelen de studenten een standpunt over de positie van de (eerstegraads) docent Nederlands in het onderwijs. Daartoe wordt het boek Het einde van de standaardtaal van Joop van der Horst bestudeerd en gerecenseerd. De studenten kunnen op basis van de eigen visie een taalkundeleerlijn voor de Tweede Fase ontwikkelen. Ook zijn studenten in staat om zelfstandig lesmateriaal te ontwikkelen voor het onderdeel taalkunde voor de eigen lespraktijk. De studenten maken zich de leerstof eigen door deelname aan de (hoor- en werk-)colleges en door actieve zelfstudie. Doelstellingen/competenties De studenten hebben kennis van en inzicht in de basisbegrippen van de belangrijkste taalkundetheorieën vanaf de Neogrammatici tot en met de constructiegrammatica;

het ontstaan en het verdwijnen van de standaardtaal; de theoretische dan wel atheoretische invalshoek van taalkundig lesmateriaal. Studenten kunnen bestaand taalkundig lesmateriaal analyseren. De studenten kunnen (synthese) een leerlijn Taalkunde voor de Tweede Fase / hbo ontwikkelen; een lessenserie Taalkunde maken voor de Tweede Fase / hbo. De studenten zijn in staat tot beoordeling (evaluatie) van Het einde van de Standaardtaal middels het schrijven van een recensie over dit boek; lesmateriaal taalkunde dat door medestudenten is ontwikkeld. Legitimering De cursus sluit aan bij SBL-competenties 3 en 8. Kennisbasis De cursus sluit aan bij domein 3.4 en 3.5 van de kennisbasis Nederlands voor de hbo-masteropleiding leraar vho. Toetsen en beoordelingscriteria De cursus wordt afgesloten met een dossier. In het dossier zijn de uitwerkingen van opdrachten uit de cursuswijzer opgenomen. Het dossier is voldoende als alle opdrachten minimaal als voldoende zijn beoordeeld. Voor het dossier geldt naast de formele eisen een aantal aanvullende criteria die specifiek bij de afzonderlijke opdrachten horen. 1e Toetsmoment in de tentamenweek aan het einde van de onderwijsperiode(s) van de cursus. 2e Toetsmoment (herkansing) in de tentamenweek van de periode volgend op de periode waarin het 1e toetsmoment was.

Titel Collegejaar 2017-2018 Taalverandering Cursuscode Cursusnaam Aantal EC's Voertaal Werkvormen: Werkvorm Diverse werkvormen Diverse werkvormen Frequentie OANE-MTAALVER-14 Taalverandering 5 European Credits Nederlands de werkvorm aangeboden? blok 1 blok 1 Aanwezigheid verplicht? Toetsen: Toets Toetsvorm Toetsduur in Minimum cijfer minuten de toets aangeboden? Schriftelijk tentamen Tentamen 120 5.5 1. blok 1 2. blok 2 Ingangseisen Voorkennis: De inhoud van de cursus ATW/TTW wordt bekend verondersteld; dat wil zeggen dat deelnemers de basisbegrippen van de (algemene) taalwetenschap kennen. Opmerkingen Geen opmerking geregistreerd URL cursussite Geen cursussite geregistreerd Cursus inhoud Leerstof, werkvormen en activiteiten Deze cursus gaat over het Nederlands en de variatie in het Nederlands. De cursus biedt een overzicht van de geschiedenis van het Nederlands, van de periode voor het eerste Nederlands tot de huidige tijd, en staat ook stil bij enkele verschillen en overeenkomsten tussen het Nederlands en verwante talen. De veranderingen worden in verband gebracht met algemene taalveranderingsprocessen. Daarnaast besteedt de cursus aandacht aan enkele variëteiten van het Nederlands, waarbij ook de sociolinguïstiek aan bod komt. De studenten maken zich de leerstof eigen door deelname aan de (hoor- en werk- )colleges en door actieve zelfstudie. Doelstellingen/competenties De studenten hebben kennis van enkele karakteristieke structuureigenschappen van het Oudnederlands en diens voorlopers; enkele karakteristieke structuureigenschappen van het Middelnederlands; enkele karakteristieke structuureigenschappen van het Nederlands van de 16e en 17e eeuw; enkele karakteristieke structuureigenschappen van de huidige Nederlandse variëteiten; enige karakteristieke verschillen tussen de Nederlandse variëteiten en de andere Germaanse talen; de belangrijkste opvattingen en stromingen in de huidige sociolinguïstiek.

De studenten hebben inzicht in de relatie tussen (synchrone en diachrone) taalvariatie en taalveranderingstendensen en processen; De studenten zijn in staat tot toepassing van beschrijvende en verklarende middelen uit de sociolinguïstiek in bepaalde Nederlandse meertalige situaties. De studenten kunnen zich verder professionaliseren op het gebied van de in de cursus behandelde onderwerpen. Legitimering De cursus sluit aan bij SBL-competentie 3 en 8. Kennisbasis De cursus sluit aan bij domein 3.2, 3.3 en 3.5 van de kennisbasis Nederlands voor de hbo-masteropleiding leraar vho. Toetsen en beoordelingscriteria De cursus wordt afgerond met een schriftelijk tentamen. Studenten zijn voor de cursus geslaagd als ze ten minste een voldoende hebben gehaald (dat wil zeggen, minimaal 5,5). 1e Toetsmoment meestal in de tentamenweek aan het einde van de onderwijsperiode(s) van de cursus. 2e Toetsmoment (herkansing) in de tentamenweek van de periode volgend op de periode waarin het 1e toetsmoment was.

Titel Collegejaar 2017-2018 Onderwijswetenschappen Cursuscode Cursusnaam Aantal EC's Voertaal Werkvormen: Werkvorm Diverse werkvormen Diverse werkvormen Frequentie OAR-MONDWET-16 Onderwijswetenschappen 5 European Credits Nederlands de werkvorm aangeboden? blok 1, blok 2 blok 1, blok 2 Aanwezigheid verplicht? Toetsen: Toets Schrifttelijke toets Dossier Ingangseisen Geen ingangseisen geregistreerd Opmerkingen Geen opmerking geregistreerd URL cursussite https://hubl.hu.nl/ Cursus inhoud Learning outcomes: Toetsvorm Multiple Choice Tentamen Verslag, rapport en essay Toetsduur in minuten Minimum cijfer 30 5.5 0 5.5 de toets aangeboden? 1. blok 1 2. blok 2 1. blok 2 2. blok 3 Wat hierboven beschreven staat, vertaalt zich in de volgende leerdoelen. De student: 1. reproduceert en begrijpt de basisbegrippen die nodig zijn om onderzoek goed op te kunnen zetten en uit te kunnen voeren. 2. schrijft op basis van gegeven bronnen een betoog over de waarde van praktijkgericht onderzoek door docenten in de school, 3. schrijft op basis van een aantal wetenschappelijke artikelen (aangereikt en 1 zelf gezocht) een theoretisch kader waarin de stand van zaken binnen het gekozen pedagogisch-didactische thema adequaat weergegeven is, 4. voert op de gevraagde methodische en kritische wijze een eenvoudig onderzoek uit met behulp van een bestaand meetinstrument, 5. schrijft een adequate onderzoeksrapportage op academisch niveau (B2) over het uitgevoerde onderzoek op basis van een gegeven voorbeeld, 6. reproduceert en begrijpt de basisbegrippen die nodig zijn om onderzoek goed uit te kunnen voeren, 7. vertaalt de opbrengsten uit het praktijkgerichte onderzoek naar eigen handelen en ontwikkeling als professional. Leerstof, werkvormen en activiteiten: Deze module wordt aangeboden in de vorm van blended learning gedurende twee periodes. Studenten kunnen daarbij kiezen tussen een BL2 en BL7 variant. Dit wil

zeggen aanwezig zijn in lesweek 1 en 5 van de module of alle lesweken. Blended learning is een onderwijsvorm waarbij studenten leren door de combinatie van f-2-f groepsbijeenkomsten, leerteambijeenkomsten, een digitale leeromgeving en leren op de werkplek. Vakinhoud, vakdidactiek en generieke inhouden worden hierbij gekoppeld aan de mogelijkheden van de technologie. De student krijgt in deze module werkcolleges waarin gewerkt wordt aan de vaardigheden die nodig zijn om bovenstaande doelen te behalen. Denk hierbij aan het oefenen met het vinden, beoordelen en lezen van wetenschappelijke artikelen, kritisch denken en het opzetten van een goede argumentatiestructuur, het beoordelen van een meetinstrument, basisbegrippen binnen onderzoek als het gaat om zaken als bijvoorbeeld operationaliseren, betrouwbaarheid, validiteit. Toetsen en beoordelingscriteria: De cursus wordt afgesloten door middel van een aantal dossieropdrachten en een korte summatieve toets. Tijdens de cursus doet de student een korte summatieve toets waarin de basisbegrippen van onderzoek getoetst worden op basis van het verplichte boek en de instructiefilmpjes op HUbl. Het cijfer van deze toets telt voor 20% mee in de weging voor het eindcijfer en moet minimaal 5,5 zijn. Het dossier bestaat uit drie opdrachten: 1. Betoog over de waarde van praktijkgericht onderzoek 2. Onderzoeksrapportage 3. Reflectieverslag Dit wordt beoordeeld aan de hand van de beoordelingsrubric die gepubliceerd wordt in de studiehandleiding en op HUbl. De verschillende opdrachten hebben hierin een verschillende weging waarbij de onderzoeksrapportage het grootste gewicht heeft. Het totaalcijfer voor het dossier weegt voor 80% in het eindcijfer en moet minimaal 5,5 zijn. 1e toetsmoment voor korte summatieve toets in lesweek 1 bij de start van periode B. 2e toetsmoment (herkansing) voor korte summatieve toets in lesweek 5 halverwege periode B. 1e toetsmoment voor dossier in de tentamenweek aan het einde van de onderwijsperiode(s) van de cursus, in dit geval periode B. 2e toetsmoment voor dossier in de hertentamenweek aan het einde van de periode volgend op de periode waarin het 1e toetsmoment was, in dit geval periode C. Legitimering: SBL-competenties 1-7 Competentie 8

Titel Collegejaar 2017-2018 Praktijkonderzoek - onderzoeksplan Cursuscode Cursusnaam Aantal EC's Voertaal Werkvormen: Werkvorm Diverse werkvormen Diverse werkvormen Frequentie OAR-MPRAKPLAN-16 Praktijkonderzoek - onderzoeksplan 5 European Credits Nederlands de werkvorm aangeboden? blok 1, blok 2 blok 1, blok 2 Aanwezigheid verplicht? Toetsen: Toets Verslag Toetsvorm Verslag, rapport en essay Toetsduur in minuten Minimum cijfer 0 5.5 Ingangseisen Geen ingangseisen geregistreerd Opmerkingen Geen opmerking geregistreerd URL cursussite https://hubl.hu.nl Cursus inhoud De te behalen leerdoelen van de cursus PO Onderzoeksplan zijn: de toets aangeboden? 1. blok 2 2. blok 3 De student kiest of ontwerpt, onderbouwd vanuit theorie, een interventie. De student schrijft een goed onderbouwd onderzoeksplan passend bij de gestelde onderzoeksvraag, waarbij transparant is hoe de betrouwbaarheid en validiteit van het onderzoek geborgd gaan worden en op welke wijze er rekening gehouden wordt met ethische dilemma s daarin. De student toont schrijfvaardigheid op academisch niveau. De student reflecteert vanuit wetenschapsfilosofische perspectieven op de verschillende keuzes die gemaakt zijn in het onderzoeksplan.

Titel Collegejaar 2017-2018 Praktijkonderzoek - verkenning Cursuscode Cursusnaam Aantal EC's Voertaal Werkvormen: Werkvorm Diverse werkvormen Diverse werkvormen Frequentie 1 maal per blok 3 maal per blok OAR-MPRAKVERK-16 Praktijkonderzoek - verkenning 5 European Credits Nederlands de werkvorm aangeboden? bij aanvangsblok 3: blok 3, blok 4 bij aanvangsblok 3: blok 3, blok 4 Aanwezigheid verplicht? Toetsen: Toets Verslag van probleemverkenning Ingangseisen Geen ingangseisen geregistreerd Opmerkingen Geen opmerking geregistreerd URL cursussite https://hubl.hu.nl Cursus inhoud Learning outcomes: De student: Toetsvorm Verslag, rapport en essay Toetsduur in minuten Minimum cijfer 0 5.5 de toets aangeboden? bij aanvangsblok 3: 1. blok 4 2. blok 5 1. Identificeert een relevant probleem in de eigen praktijk en beschrijft dit op een volledige en transparante wijze. Het te realiseren doel is binnen de gegeven tijd haalbaar. 2. Formuleert adequate hoofd- en deelvragen voor het probleemverkennende onderzoek. 3. Voert op adequate en correcte wijze een theoretische verkenning uit naar het praktijkprobleem gebaseerd op internationale wetenschappelijke literatuur. 4. Verzamelt op een methodische, transparante en onderbouwde wijze data bij de betrokkenen in de praktijk om vanuit verschillende perspectieven zicht te krijgen op het praktijkprobleem. 5. Analyseert de data op een adequate manier. Dat wil zeggen op kwantitatieve of kwalitatieve wijze, passend bij het soort data. 6. Verbindt de informatie uit de theoretische verkenning en dataverzameling in de praktijk en laat dit uitmonden in een logische conclusie. Dit leidt tot een transparante en goed beargumenteerde keuze voor een specifieke focus in het interventieonderzoek. Deze focus komt tot uiting in een adequaat geformuleerde onderzoeksvraag. 7. Schrijft een onderzoeksverslag op academisch niveau. 8. Duidt praktijkonderzoek in de school en vakonderzoek vanuit de wetenschapsfilosofie en benoemt hierbij overeenkomsten en verschillen. Laat zien zich bewust te zijn van de eigen wetenschapsfilosofische opvattingen en de invloed die dit heeft op de houding ten opzichte van praktijkgericht onderzoek in de school.

Leeractiviteiten: Deze module wordt aangeboden in de vorm van blended learning gedurende twee periodes. Studenten kunnen daarbij kiezen tussen een BL2 en BL7 variant. Dit wil zeggen aanwezig zijn in lesweek 1 en 5 van de module of alle lesweken. Blended learning is een onderwijsvorm waarbij studenten leren door de combinatie van f-2-f groepsbijeenkomsten, leerteambijeenkomsten, een digitale leeromgeving en leren op de werkplek. Vakinhoud, vakdidactiek en generieke inhouden worden hierbij gekoppeld aan de mogelijkheden van de technologie. In deze module worden studenten begeleid binnen hetzelfde leerteam als dat van WPO1. Daar waar ze dat zelf nodig vinden, bezoeken ze groepsbijeenkomsten die in de vorm van workshops aangeboden worden. Denk hierbij aan workshops rondom het zoeken en beoordelen van literatuur, extra instructie rondom schrijven, opzetten van onderzoek, kwantitatieve en kwalitatieve data-analyse. Toetsen en beoordelingscriteria: De cursus wordt afgesloten met een onderzoeksverslag van het probleemverkennende onderzoek. Dit onderzoeksverslag moet minimaal één keer in zijn geheel zijn voorgelegd aan medestudenten en de begeleidende docent voordat de definitieve versie ter beoordeling ingeleverd wordt binnen WinVision. Het verslag moet beoordeeld worden met minimaal 5,5. Dit is een ingangseis voor het kunnen volgen van de modules Praktijkonderzoek - onderzoeksplan en Professionele master. Gedurende het studiejaar kan de student deelnemen aan maximaal twee toetsmomenten. 1e toetsmoment voor verslag in de tentamenweek aan het einde van de onderwijsperiode(s) van de module. 2e toetsmoment voor verslag in de hertentamenweek aan het einde van de periode volgend op de periode waarin het 1e toetsmoment was. Legitimering: SBL-competenties 1-7 Competentie 8

Titel Collegejaar 2017-2018 Professionele master Cursuscode Cursusnaam Aantal EC's Voertaal Werkvormen: Werkvorm Diverse werkvormen Anders Frequentie OAR-MPROFMAS-16 Professionele master 5 European Credits Nederlands de werkvorm aangeboden? bij aanvangsblok CONTINUE: blok CONTINUE bij aanvangsblok CONTINUE: blok CONTINUE Aanwezigheid verplicht? Toetsen: Toets Verslag Toetsvorm Verslag, rapport en essay Toetsduur in minuten Minimum cijfer 0 5.5 ASSESSMENT Assessment 0 5.5 de toets aangeboden? bij aanvangsblok CONTINUE: 1. blok CONTINUE 2. blok CONTINUE bij aanvangsblok CONTINUE: 1. blok CONTINUE 2. blok CONTINUE Ingangseisen Geen ingangseisen geregistreerd Opmerkingen Geen opmerking geregistreerd URL cursussite https://hubl.hu.nl Cursus inhoud Learning outcomes De hoofddoelstelling van de module Professionele Master is dat de student aantoont te voldoen aan de bekwaamheidseisen op niveau masters. Hij stelt daartoe enerzijds een portfolio samen en doet een assessment. Hij voert daartoe anderzijds een onderzoeksplan uit en schrijft een onderzoeksverslag. De module Professionele Master draagt bij aan de bekwaamheidseisen op niveau masters, onderverdeeld in acht competenties. WPO gaat met name over de eerste 7 competenties, het PO vooral over competentie 8. 1. Interpersoonlijk, 2. Pedagogisch, 3. Vakinhoudelijk en didactisch, 4. Organisatorisch, 5. Samenwerking met collega s, 6. Samenwerking met de omgeving, 7. Reflectie en ontwikkeling, 8. Onderzoekend handelen. De student draagt er zelf zorg voor dat aan het eind van de opleiding alle competenties die bij het assessment masters aangetoond dienen te worden voldoende aan bod zijn gekomen. Praktijkonderzoek

Individueel en in een leerteam werkt de student aan de volgende doelen: De student kan door middel van praktijkonderzoek op een zelfstandige, systematisch en methodische manier onderzoeken of een interventie om een praktijkprobleem op te lossen voldoende effect heeft. De student kan kritisch en analytisch gebruik maken van literatuur in de context van een praktijkonderzoek bij het verantwoorden van keuzes en het bediscussiëren van de onderzoeksresultaten. De student kan aangeven wat het onderzoek bijgedragen heeft aan de eigen professionele ontwikkeling. De student kan het onderzoek op een heldere en doorzichtige manier schriftelijk en mondeling presenteren. De student kan een relevante onderzoeksvraag formuleren en de praktijk beschrijven waarin die vraag speelt, waarbij op een volledige en transparante manier deelvragen worden beschreven en waarbij aangegeven wordt welke verandering met het onderzoek beoogd wordt. De student schrijft een volledig en transparant theoretisch kader gebaseerd op literatuur van niveau. De student kan op transparante en onderbouwde wijze passende methoden kiezen om de onderzoeksvraag te beantwoorden, waarbij variabelen geoperationaliseerd worden en waarbij betrouwbaarheid en validiteit gewaarborgd zijn. De student geeft volledig en transparant inzicht in de verkregen resultaten, en kan die op een juiste manier analyseren. De student beantwoordt op een goede en logische manier de onderzoeksvragen op basis van verkregen resultaten, waarbij betrouwbaarheid en interne validiteit meegenomen worden. De student schrijft een academisch verslag; objectief, transparant, logisch en verzorgd, waarbij gemaakte keuzes, die logisch uit elkaar voort komen, onderbouwd worden. WPO- assessment In het onderdeel assessment schrijft de student, leerteamgestuurd, een nieuw leerwerkplan, waarbij hij zich vooral richt op onderdelen die in WPO 1 onderbelicht zijn gebleven of extra aandacht behoeven en op mogelijkheden om zich als docent (verder) te profileren. Hij legt daartoe opnieuw een relatie tussen zijn eigen beroepsbekwaamheden, de bekwaamheidseisen op niveau masters en het programma van de opleiding en formuleert op basis daarvan leervragen en leeractiviteiten om zijn beroepsbekwaamheden verder te ontwikkelen. De voorgenomen leeractiviteiten worden uitgevoerd in de eigen schoolpraktijk en in andere onderdelen van de opleiding, met name in het praktijkonderzoek. Daarbij maakt de student gebruikt van het eigen leerteam en van tijdens WPO 1 aangereikte (onderzoeks)instrumenten en modellen. Het werken en leren op een school (de schoolpraktijk) is een integraal onderdeel van dit traject. De student loopt in totaal gedurende de opleiding ten minste 160 uur stage in het eerstegraads gebied, waarvan 80 uur in het kader van de WPO 1 en 80 uur in het kader van de module Professionele master. Tijdens de leerteambijeenkomsten op de hogeschool worden vooral instrumenten

aangereikt (waaronder video-intervisie) om competenties krachtig te kunnen beschrijven en bewijzen in het presentatieportfolio en het assessment master. Leerteamleden fungeren daarbij als elkaars critical friend: ze geven elkaar feedback en zullen onderdelen van het assessment met elkaar oefenen. Er wordt individueel en in leerteams gewerkt. Elk leerteam wordt ondersteund door een begeleider van de opleiding, die extra instrumenten aan kan dragen en feedback kan geven. Aan het eind van het jaar sluit de student zijn opleiding af in het assessment masters. Hierin toont hij aan bekwaam te zijn voor het eerstegraadsgebied. In het assessment wordt gebruik gemaakt van het presentatieportfolio van de student, een presentatie die de student geeft en een criteriumgericht interview. Het assessment wordt afgenomen door twee gecertificeerde assessoren, waarbij er een werkzaam is aan de opleiding en de ander in het eerstegraadsgebied van het voortgezet onderwijs. Minimaal een van beiden is werkzaam in het schoolvak van de student. Het assessment wordt beschreven in de Handleiding assessment masters en wordt georganiseerd door Bureau Assessment. Toetsen en beoordelingscriteria Het onderdeel Werken aan Professionele Ontwikkeling wordt afgerond middels een assessment master. Hier wordt de student beoordeeld op de acht genoemde competenties, niveau master. Informatie over het assessment (toetsmomenten, toelatingseisen, inhoud, procedure, beoordelingscriteria) is te vinden in de handleiding assessment master. Het onderdeel Praktijkonderzoek wordt afgerond middels een te schrijven onderzoeksverslag. 1e Toetsmoment in de tentamenweek aan het einde van de onderwijsperiode(s) van de cursus. 2e Toetsmoment (herkansing) in de tentamenweek van de periode volgend op de periode waarin het 1e toetsmoment was. Legitimering In de masteropleiding is de beroepscomponent een wezenlijk onderdeel van de opleiding. Inherent aan iedere beroepsopleiding is dat de student de beroepsbekwaamheden in de praktijk ontwikkelt. De didactiek, pedagogiek en organisatie van vakken op eerstegraads niveau verschillen op belangrijke punten van die van het tweedegraads niveau: voorbeelden zijn de interactie tussen docent en leerling, de plaats die de vakinhoud inneemt, het niveau en de omvang van de vakinhoud en de gehanteerde werkvormen. Ook op het gebied van functioneren in de sectie en schoolorganisatie worden aan een master andere eisen gesteld dan aan een tweedegraads docent. Te denken valt aan overleg over de inrichting van het schoolexamen, het ontwikkelen van lesmateriaal en samenwerken met docenten van andere vakken op eerstegraads niveau. Een eerstegraadsdocent is in staat zijn eigen beroepspraktijk methodologisch verantwoord te onderzoeken en is bekend met de wetenschappelijke achtergronden van de onderwijskunde en van zijn eigen vak en vakdidactiek. Aan het einde van zijn opleiding moet de student kunnen bewijzen dat hij voldoende professionele bekwaamheden voor het eerstegraads gebied heeft ontwikkeld.