Stresstest schade 2017 1. Inleiding In dit document worden de details van de stresstest schade 2017 gespecificeerd. De stresstest voor schadeverzekeraars is ontwikkeld om de impact van extreme gebeurtenissen op individuele verzekeraars te analyseren. Daarnaast analyseert DNB de impact van de scenario s op de verzekeringssector als geheel. De stresstest bestaat uit twee onderdelen: 1. Natuurramp scenario s 2. AOV- en verzuim scenario s Beide onderdelen bestaan uit meerdere scenario s. Deze worden verder gespecifieerd in paragraaf 2 en 3. Doelstellingen DNB 1. Inzicht krijgen in de stressbestendigheid van de verzekeraar onder de gespecificeerde scenario s. 2. Inzicht krijgen in de door de verzekeraar gehanteerde mitigatiestrategie. 3. Inzicht krijgen in de gevoeligheid ten aanzien van de aannames die ten grondslag liggen aan de scenario s die zijn opgenomen in de Solvency II standaardformule. 4. Inzicht krijgen in de totale verliezen van de sector als gevolg van een extreme gebeurtenis. 5. Inzicht krijgen in de afhankelijkheid van de sector van specifieke herverzekeraars onder de in paragraaf 2 genoemde scenario s. Instructie DNB verzoekt u om in de Excel template de SCR en het beschikbare (en in aanmerking komend) vermogen om te voldoen aan de SCR in te vullen per 31-12- 2016. Daarnaast verzoeken wij u om per scenario de opnieuw berekende SCR, risicomarge en het beschikbare (en in aanmerking komend) vermogen te rapporteren nadat de impact van het scenario verwerkt is. Bij het opnieuw vaststellen van de hoogte van de risicomarge mag een schatting op basis van het schalen van de oorspronkelijke risicomarge (op basis van de opnieuw berekende SCR) worden gehanteerd. Bij het rapporteren van de impact van het scenario op de SCR en het eigen vermogen (Own Funds) moet u ervan uit gaan dat het een instantane gebeurtenis betreft, dat wil zeggen dat u geen rekening houdt met een eventuele verandering in de bedrijfs- of beleggingsstrategie of andere managementacties die volgen op het geleden verlies als gevolg van deze schok. Dit betekent ook dat eventuele voorgenomen dividenduitkeringen naar aanleiding van de schok (nog) niet worden teruggedraaid. Wel vragen wij u de eventuele impact op de Tier-indeling van het eigen vermogen inzichtelijk te maken, evenals de eventuele gevolgen hiervan voor de hoogte van het beschikbare eigen vermogen. In het template vragen wij u tevens om een toelichting te geven op de onderliggende aannames die u heeft gehanteerd bij de herberekening van de SCR na de schok.
Voor ieder scenario vragen wij u een schatting te maken van het bruto verlies als gevolg van de extreme gebeurtenis, de verhaalbare herverzekeringsbedragen (en/of de waarde van andere risicomitigatiemiddelen) en het netto verlies. De verhaalbare herverzekeringsbedragen moeten uitgesplitst worden naar de verschillende herverzekeraars, waarbij een materialiteitsgrens mag worden gehanteerd van 2% van de totale verwachte verhaalbare herverzekeringsbedragen. DNB verzoekt u om de impact van alle scenario s door te rekenen, tenzij u kunt aantonen dat de impact van het scenario niet materieel is (minder dan 5% van de netto verdiende premie voor de getroffen LoB of LoBs). Indien u voor de reguliere rapportages aan DNB gebruik maakt van een door DNB goedgekeurd (partieel) intern model dan dient de impact van de scenario s op de hoogte van de SCR berekend te worden met behulp van dit (partieel) intern model. Het intern model hoeft op grond van het zich voordoen van de betreffende scenario s niet opnieuw gekalibreerd te worden. De stresstest dient alleen uitgevoerd te worden door verzekeraars die geselecteerd zijn door DNB. Verzekeraars die geen brief hebben ontvangen over de stresstest, hoeven geen resultaten op te sturen, echter, indien een verzekeraar gebruik maakt van herverzekering binnen de groep, dan dienen de resultaten voor de interne herverzekeraar ook te worden gerapporteerd. Er hoeft geen impact op groepsniveau te worden bepaald. Eventuele belastingeffecten moeten in het kader van deze stresstest voor de berekening van de SCR buiten beschouwing worden gelaten. Dit betekent in het bijzonder dat voor de berekening van de SCR na schok het verlies absorberend vermogen van uitgestelde belastingen (LAC DT) gelijk moet worden verondersteld aan de LAC DT voorafgaand aan de schok. De reden hiervoor is dat daarmee de vergelijkbaarheid van uitkomsten wordt vergroot. De eventuele effecten van de scenario s op de aan belastingen gerelateerde balansposten (Deferred Tax Asset / Deferred Tax Liability) moeten wél worden gerapporteerd. Alle onderdelen van het Excel bestand dienen ingevuld te worden. Deadline De deadline voor het indienen van de resultaten van de stresstest is 15 augustus 2017. Contact Bij vragen kan men contact opnemen door een e-mail te sturen naar stresstest2017@dnb.nl
2. Natuurrampenscenario s 2.1 Winterstormscenario 1 De doelstelling van dit scenario is het verkrijgen van inzicht in de potentiële impact van een grote Europese storm voor de Nederlandse verzekeraars, waarbij tevens mogelijke 2 e orde effecten worden beschouwd (faillissement herverzekeraar en impact op de financiële markten). In dit scenario vindt er een storm plaats met een terugkeerperiode van 1:250 jaar. Het scenario betreft eventnummer 3173839 uit de Event Loss Table (ELT) van RMS 15. Voor Europa als geheel is de terugkeerperiode van dit evenement gelijk aan ca. 1:500 jaar. Als gevolg van deze Europese storm gaan de voor de verzekeraar twee belangrijkste herverzekeraars (in termen van grootste verhaalbare herverzekeringsbedragen met betrekking tot deze storm) failliet. Er wordt uitgegaan van een Loss Given Default (LGD) van 50%, ofwel dat na het faillissement nog 50% van de uitstaande vordering op de betreffende herverzekeraars kan worden verhaald. Dit betreft alleen de vordering die ontstaat als gevolg van dit scenario. Herverzekeraars die tot dezelfde groep behoren dienen in dit kader als één herverzekeraar beschouwd te worden (NB: in dit geval kunnen er dus meer dan twee herverzekeraars failliet gaan). Indien de herverzekering loopt via een interne herverzekeraar die onderdeel uitmaakt van dezelfde groep als de verzekeraar, dan dient men in dit kader door te kijken bij welke partij en voor welke bedragen de retrocessiedekking is ondergebracht in de markt. In dit geval dient de verzekeraar de gevolgen van dit scenario voor zowel de verzekeraar als voor de interne herverzekeraar te rapporteren.
Door onzekerheden in de markt daalt de waarde van aandelen met 20%. Daarnaast neemt als gevolg van een wijziging van de spread de waarde van bedrijfsobligaties af, waarbij de te hanteren schok gelijk is aan 25% van de schok zoals opgenomen in de Solvency II standaardformule (dit geldt ook voor verzekeraars die een (partieel) intern model hanteren). DNB verzoekt u om drie uitkomsten te rapporteren: 1. Impact als gevolg van de winterstorm 2. Impact als gevolg van de winterstorm én faillissement herverzekeraars 3. Impact als gevolg van de winterstorm, faillissement herverzekeraar én economische neergang. In de toelichting vragen wij u om de gehanteerde parameters van het RMS 15 catastrofemodel op te nemen, waaronder de gehanteerde keuzes voor Post Loss Amplification (PLA), clustering-methode en Climate Variability View (CVV). 2.2 Winterstormscenario 2 De doelstelling van dit scenario is het verkrijgen van inzicht in de potentiële impact van meerdere stormen in één jaar voor de Nederlandse verzekeraars, waarbij opnieuw tevens mogelijke 2 e orde effecten worden beschouwd (faillissement herverzekeraar). In dit scenario vinden er drie stormen plaats die ongeveer de volgende relatieve terugkeertijden hebben: een (bij benadering) 1:80-storm, een 1:50 storm en een 1:25 storm. Deze stormen hebben een totale schadelast op jaarbasis die correspondeert met een terugkeerperiode van 1:200 jaar. Dit scenario betreft de event nummers 3169776, 3160009 en 3178096 in de Event Loss Table van RMS 15. Deze stormen vallen niet binnen dezelfde hours clause.
Dit scenario dient gecombineerd te worden met faillissement van de voor de verzekeraar twee belangrijkste herverzekeraars (in termen van grootste verhaalbare herverzekeringsbedragen met betrekking tot deze storm). De betreffende herverzekeraars gaan failliet na de derde storm uit dit scenario. Er wordt uitgegaan van een Loss Given Default (LGD) van 50%, ofwel dat na het faillissement nog 50% van de uitstaande vordering op de betreffende herverzekeraars kan worden verhaald. Dit betreft alleen de vordering die ontstaat als gevolg van de derde storm. Indien de herverzekering loopt via een interne herverzekeraar die onderdeel uitmaakt van dezelfde groep als de verzekeraar, dan dient men in dit kader door te kijken bij welke partij en voor welke bedragen de retrocessiedekking is ondergebracht in de markt. In dit geval dient de verzekeraar zowel de gevolgen van dit scenario voor zowel de verzekeraar als voor de interne herverzekeraar te rapporteren.
DNB verzoekt u twee uitkomsten te rapporteren: 1. Impact als gevolg van de winterstorm 2. Impact als gevolg van de winterstorm én faillissement herverzekeraars In de toelichting vragen wij u om de gehanteerde parameters van het RMS 15 catastrofemodel op te nemen, waaronder de gehanteerde keuzes voor Post Loss Amplification (PLA), clustering-methode en Climate Variability View (CVV). 2.3 Lokaal extreem weer scenario De doelstelling van dit scenario is het verkrijgen van inzicht in de potentiële impact van zeer lokale extreme weersomstandigheden voor de Nederlandse verzekeraars. Het scenario is geïnspireerd op het extreme weer van 23 juni 2016. Dit betrof een combinatie van een lokale storm (tornadoachtig), een zware hagelbui en extreme regenval. Bij dit scenario vragen wij u om de blootstellingen in de branches Verzekeringen tegen brand en andere schade aan goederen en Overige motorrijtuigenverzekeringen te beschouwen. De omvang van het gebied dat in dit scenario geraakt wordt, is vergelijkbaar met het gebied dat geraakt werd door het extreme weer op 23 juni 2016. Als benadering hiervoor wordt het 3-cijferige postcodegebied gebruikt waar de verzekeraar zijn grootste risicoconcentratie heeft. De blootstellingen in het postcodegebied worden geschokt met de door DNB voorgeschreven Loss Ratio s. De voorgeschreven Loss Ratio s zijn daarbij niet afhankelijk van de locatie van het postcodegebied. Binnen de branche Verzekeringen tegen brand en andere schade aan goederen wordt onderscheid gemaakt tussen glastuinbouw en andere vastgoed inclusief inhoud, bedrijfsschade en goederen. De voorgeschreven Loss Ratio s, de schadelasten als percentages van de verzekerde bedragen, zijn: 1. Glastuinbouw: 35%; 2. Andere gebouwen inclusief inhoud, bedrijfsschade en goederen: 2,5%; 3. Motorrijtuigen: 15%. Het gebied met de maximale risicoconcentratie is het 3-cijferige postcodegebied waar de som van de blootstellingen voor deze drie klassen maximaal is. (voor de motorvoertuigen is hierbij het polisadres leidend). Vervolgens dienen de voorgeschreven Loss Ratio s te worden toegepast op de blootstellingen voor de drie klassen in dit 3-cijferige postcodegebied.
3. AOV- en verzuimscenario s 3.1 Spaanse griep scenario, grieppandemie De doelstelling van dit scenario is het verkrijgen van inzicht in de potentiële impact van een pandemie voor de Nederlandse verzekeraars. Door een gemuteerd griepvirus raakt 40% van bevolking (exposure) ziek en 0,5-1% sterft. De duur van de ziekte is 4 weken. Er dient alleen gekeken te worden naar het verzekeringstechnisch effect; het operationele aspect van de bedrijfsvoering dient buiten beschouwing te worden gelaten. De volgende verzekeringen worden geraakt: verzuimverzekeringen en het A-risico voor AOV. Dit is een variant op het pandemiescenario in de berekening van het catastroferisico van de standaardformule. De gevraagde exposure in cel R4420C1430 van staat S.27.01.01.XXII wordt nu gevraagd voor een blootstelling van 4 weken en een instroomkans van 40%. 3.2 Alternatief arbeidsongeschiktheidsscenario De doelstelling van dit scenario is het verkrijgen van inzicht in de gevoeligheid van Nederlandse verzekeraars voor een wijziging van de parameters voor het arbeidsongeschiktheidsscenario zoals opgenomen in de Solvency II standaardformule. In dit scenario worden de instroomkans (ix) en herstelkans (rx) uit de berekening van de arbeidsongeschiktheidsschok uit de standaardformule geschokt. De parameters worden geschokt op basis van de volgende drie scenario s: 1. +50% ix, +0 % rx 2. +0 % ix, -50% rx 3. +50% ix, -50% rx De impact van bovenstaande verandering in de parameters op het eigen vermogen en de SCR dient voor alle drie de gevallen apart berekend te worden. Bij het opnieuw berekenen van de SCR na schok moeten als basis de bovenstaande instroom- en uitstroomkansen gebruikt worden. Producten die betrokken moeten worden zijn alle producten die onder Solvency II in de categorie Health Similar to Life Techniques vallen. 3.3 AO-schok realiseert zich in combinatie met een door rechter uitgesproken verbod op toepassing en-bloc clausule De doelstelling van dit scenario is het verkrijgen van inzicht in de gevoeligheid van Nederlandse verzekeraars voor een meerjarige AO-schok, waarbij er geen mogelijkheid is om de premies tussentijds te herzien. In dit scenario doet zich precies het arbeidsongeschiktheidsscenario uit de standaardformule gedurende vijf aansluitende jaren voor. Dit leidt tot een stijging van 35% van de invaliditeits- en morbiditeitscijfers in het eerste projectiejaar en tot een stijging van 25% van de invaliditeits- en morbiditeitscijfers in de vier daarop volgende projectiejaren. Verder zijn de gerealiseerde percentages van herstel van invaliditeit en morbiditeit 20% lager voor de eerste vijf projectiejaren. Na deze vijf jaar normaliseren de kansen zich tot het op peildatum ingeschatte niveau voor deze jaren. Verzekeraars hebben goede risico-indicatoren op hun plaats en signaleren de hogere instroom snel en starten voorbereidingen om premies te verhogen door zich
voor zover mogelijk op basis van de polisvoorwaarden en overige uitingen te beroepen op de en-bloc clausule voor schadeverzekeringen. Enkele polishouders die bericht krijgen van de voorgenomen premieverhoging tekenen protest aan wegens deze forse premieverhogingen. De rechter doet uitspraak en beslist dat in deze casus toepassing van de en-bloc clausule niet redelijk en billijk is en verplicht daarmee verzekeraars het arbeidsongeschiktheidsrisico voor bestaande contracten te verzekeren tot en met de overeengekomen eindleeftijd voor de premie van voor de verhoging, behoudens de al bekende premieverhogingen op 31-12-2016, ondanks het toegenomen risico. Dit betekent dat eventuele toekomstige management acties niet effectief zijn en dat deze uitspraak impact heeft voor de resterende duur van de overeenkomst (overeengekomen eindleeftijd) en daarmee de SCR. De contractgrenzen voor gebruik in de kasstroomprojectie is hiermee de contractueel vastgelegde eindleeftijd. Ook het toepassen van premieverhogingen om eventuele solvabiliteitsproblemen op te vangen wordt in dit scenario voor vergelijkbaarheid van de cijfers van verschillende verzekeraars niet toegestaan. Aanvullend moeten bij het opnieuw berekenen van de SCR na schok als basis de nieuwe instroom- en uitstroomkansen en de langere contractgrenzen gebruikt worden. Producten die in dit scenario geraakt worden zijn alle op individuele basis gesloten producten die onder Solvency II in de categorie Health Similar to Life Techniques vallen.