PORTFOLIO FUNCTIE BEVELVOERDER Werkzaam bij de brandweer Status Het format van dit portfolio is vastgesteld door de deelprojectgroep Kwaliteitsinstrumenten van het project Kwaliteit Brandweerpersoneel in juni 2009. De invulling van het functieblad is vastgesteld door de ontwikkelgroep in september 2009.
Inhoudsopgave Deel 1 Persoonlijke gegevens Deel 2 Ontwikkelportfolio 2.1 Leven voor of naast de brandweer 2.2 Leven bij de brandweer 2.3 Leven na de brandweer 2.4 Persoonlijk ontwikkelingsplan 2.5 Diploma s en andere (competentie)bewijzen Deel 3 Beoordelingsportfolio 3.1 Functieblad Deel 4 Archief 1
Deel 1 Persoonlijke gegevens eigenaar Naam: Voornamen: Geboortedatum: Geboorteplaats: Adres: Postcode en woonplaats: Telefoonnummer privé: Telefoonnummer werk: Nationaliteit: Burgerlijke staat: Emailadres prive: Emailadres werk: Burgerservicenummer:. 2
Deel 2 Ontwikkelportfolio Doelstelling van het ontwikkelportfolio is het sturen van leerprocessen, reflecteren, bewustwording en vergroten zelfinzicht. Verantwoordelijk voor dit portfolio is de eigenaar. Dit deel van het portfolio is uw persoonlijke dossier. Te gebruiken gedurende uw gehele carrière, binnen en buiten de brandweer. 2.1 Mijn leven voor of naast de brandweer Mijn leven in vogelvlucht (levenslijn, reflectie, fasen, thema s, rode draad) Ervaringen tot nu toe (van eerste scan tot overzicht) Prestaties tot nu toe (beschrijven, bewijzen, beoordelen, reflecteren) Mijn kerncompetenties (zelfbeeld, beeld dat anderen van mij hebben) Mijn manier van leren (ervaringen en reflectie hierop) Mijn persoonlijke competentieprofiel, wensen en ambities (zelfportret en actieplan) 2.2 Mijn leven bij de brandweer Reflecteren op ervaringen en ontwikkelingen Verzamelen (competentie)bewijzen 2.3 Mijn leven na de brandweer Reflecteren op ervaringen en ontwikkelingen gericht op de tweede loopbaan Wensen en ambities (zelfportret en actieplan) 2.4 Persoonlijk Ontwikkelingsplan Verzamelde POP s Afspraken over stages, opleidingen, loopbaanoriëntatie Doorgroeimogelijkheden naar andere functie 2.5 Diploma s en andere (competentie)bewijzen Persoonlijk overzicht van: o Scholing o Cursussen/trainingen o Werkervaringen o Vrijwilligerswerk 3
2.5 Diploma s en andere (competentie)bewijzen o Stages o Hobby s e.a. o Keuringen o Maatschappelijke functies o EVC-procedures o Assessments o Competentiebewijzen (STAR-formulieren) o Referenties o 4
Deel 3 Beoordelingsportfolio Verantwoordelijk voor dit portfolio is de werkgever en de eigenaar. Doelstelling van dit beoordelingsportfolio is het beoordelen van bewijzen van leerresultaten. De dossier functie-eisen en het dossier bijhouden van vakkennis dient bijgehouden te worden door de eigenaar. De werkgever houdt het dossier bijhouden houding en gedrag bij. 3.1 Functieblad Kerntaken De kerntaken worden uitgevoerd in vier te onderscheiden operationele taakgebieden: Optreden bij brandbestrijding; Optreden bij technische hulpverlening; Optreden bij incidenten met gevaarlijke stoffen; Optreden bij de bestrijding van waterongevallen. Kerntaak 1: Geeft leiding aan, coördineert en controleert de uitrukwerkzaamheden Geeft leiding aan de uitvoering van de werkzaamheden op het gebied van de voorbereiding op de verkenning en inzet. Competenties; Accuraat (1) Samenwerken (1) Stressbestendig (1) Analyseren (1) Plannen, organiseren en coördineren (2) Oordelen (2) Daadkracht (1) Onafhankelijk (2) 5
Kerntaken Kerntaak 2: Geeft leiding aan, coördineert en controleert de verkenningswerkzaamheden Verzamelt en analyseert gegevens met betrekking tot het incident en stelt op basis daarvan een (voorlopig) plan en vervolgens een verkenningsplan op. Informeert de ploegen, maakt een taakverdeling en bepaalt de persoonlijke bescherming. Competenties; Accuraat (1) Samenwerken (1) Stressbestendig (1) Analyseren (1) Plannen, organiseren en coördineren (2) Oordelen (2) Resultaatgericht (1) Daadkracht (1) Mondeling Communiceren (2) Kerntaak 3: Geeft leiding aan, coördineert en controleert de inzetwerkzaamheden Geeft leiding aan de uitvoering van de werkzaamheden met betrekking tot de bestrijding van het incident en het redden van mens en/of dier. Competenties; Accuraat (1) Samenwerken (1) Stressbestendig (1) Plannen, organiseren en coördineren (2) Oordelen (2) Resultaatgericht (1) Probleem oplossen (1) Daadkracht (1) Taakgericht leiderschap (1) Onafhankelijk (2) Mondeling communiceren (2) 6
Kerntaken Kerntaak 4: Geeft leiding aan, coördineert en controleert de nazorgwerkzaamheden Coördineert de personele en materiele nazorg (inclusief de evaluatie van het proces en het functioneren) en zorgt voor de administratieve afhandeling van het incident. Competenties; Accuraat (1) Samenwerken (1) Stressbestendig (1) Analyseren (1) Plannen, organiseren en coördineren (2) Leren en reflecteren (1) Taakgericht leiderschap (1) Mondeling communiceren (2) Inleven (1) 7
Functie eisen Vereiste diploma s (instroom conform kwalificatieprofiel) o MBO-niveau (niveau 3) o Manschap A of diploma brandwacht in combinatie met certificaat Brandwacht 1e klasse Hulpverlener. Vereiste diploma s (uitoefenen functie) o Bevelvoerder o Regio- en/of korpsspecifieke eisen (bijv. diploma Instructeur, diploma Manschap B, etc.) Vereiste diploma s (instroom conform kwalificatieprofiel) o Verkenner gevaarlijke stoffen of Hoofdbrandwacht Verkenner Gevaarlijke stoffen (304) conform gelijkstellingsregeling o Certificaat Oefenleider o Cursus Leidinggeven onder tijdsdruk o Regio- of korpsspecifiek kennis (bijv. natuurbrandbestrijding) o Etc. EVC rapportages o Gerelateerd aan de functie Bevelvoerder. Relevante assessments Assesment waarin opgenomen o Competentieprofiel analyse o Capaciteitentoets (vaststellen MBO 3 werk- en denkniveau) Hercertificering o Bijvoorbeeld een regio- of korpsspecifiek bijscholingstraject. Herkeuringen o PPMO o Medische herkeuring t.g.v. van ziekte en ongevallen e.d. Wettelijke regelingen o Indien van toepassing / vastgesteld in brancherichtlijn etc. Bijhouden van vakkennis Symposia (bewijs van deelname passief) (actief spreker) o Bevelvoerder volgt passief symposia, workshops of bijscholing gebaseerd op zijn ontwikkeling, die omschreven staat in POP en bevindingenrapportage toets blijvende vakbekwaamheid, en op basis van vernieuwde vakkennis. o Symposia dienen als verdere beeldvorming en verdere uitwisseling van ideeën gericht op de functie Bevelvoerder 8
Bijhouden van vakkennis o Symposia dienen te worden georganiseerd door en voor branchegerichte organisaties (bijv. NIFV, NVBR, Veiligheidsregio, etc.) en/of een relatie hebben met de taken binnen de functie Bevelvoerder. o Gericht op het bijhouden van de vakkennis - (Nieuwe) procedures - (Nieuwe) inzichten - (Nieuwe) tactieken - (Nieuwe) technieken - (Nieuwe) werkvormen - (Nieuwe) wet- en regelgeving - Landelijke, regionale en lokale ontwikkelingen - Etc. o Gericht op het delen van ervaringen - Evaluaties van landelijke, regionale en lokale inzetten - Landelijke, regionale en lokale intervisie - Landelijke, regionale en lokale demonstraties - Etc. Workshops (bewijs van deelname passief) (actief leider workshop) o Een workshop is een actieve en praktische vorm van educatie. o Workshops dienen te worden georganiseerd door en voor branchegerichte organisaties (bijv. NIFV, NVBR, Veiligheidsregio, etc.) en/of een relatie hebben met de taken binnen de functie Bevelvoerder. o Gericht op het bijhouden van de vakkennis - (Nieuwe) procedures - (Nieuwe) inzichten - (Nieuwe) tactieken - (Nieuwe) technieken - (Nieuwe) werkvormen - (Nieuwe) wet- en regelgeving - Landelijke, regionale en lokale ontwikkelingen - Etc. o Gericht op het delen van ervaringen - Evaluaties van landelijke, regionale en lokale inzetten - Landelijke, regionale en lokale intervisie - Landelijke, regionale en lokale demonstraties - Etc. Vakliteratuur (onderzoeksrapporten, vakboeken en vaktijdschriften, websites, oefenbeleidsplannen en wet en regelgeving) Gelezen vakliteratuur dient bij voorkeur actief te worden teruggekoppeld. Dit kan tijdens een werkoverleg, als presentatie aan het korps, etc.) o Onderzoeksrapporten (van branchegerichte organisaties, bij. NIFV, NVBR, IOOV, etc.) o Handboeken o Vaktijdschriften (bijv. Brand en Brandweer, GRIP, Incident, etc.) o Websites (bijv. NIFV, intranet, brandweerkennisnet, oefenbank, etc.) o Wet en regelgeving Bijscholingen 1 (bewijs van deelname passief) (actief als spreker) 1 Bij bijscholen van kennis en gedrag zijn de veranderingen in het kwalificatieprofiel (taakniveau) en de 9
Bijhouden van vakkennis Bijscholing dient gericht te zijn op: o Permanente educatie (op de hoogte van de nieuwste regels, procedures, richtlijnen, etc.) o Specialisatie of verbreding o Nieuwe ontwikkelingen (opdoen van nieuwe kennis, etc.) o Jezelf verbeteren (gericht op vakinhoudelijke aspecten en/of extra s om de functie beter te kunnen uitoefenen. Voorbeelden: o Veilig Repressief Optreden o Landelijke, regionale en lokale bijscholingen o Als vakspecialist delen van kennis aan korpsleden o Etc. Ondersteuning bij cursussen en examens o Als assistent / ondersteuner o Als leerwerkplekbegeleider o Ondersteuning bij oefeningen o Ondersteuning bij bijscholingen o Etc. Detachering (actieve verslaglegging volgens format) o Detachering dient te geschieden binnen de functie van Bevelvoerder. o Detachering binnen een ander korps, een andere regio, etc. veranderingen op inhoud/vakgebied leidend. Daarnaast gelden de aanbevelingen uit evaluaties van incidenten. 10
Bijhouden van houding en gedrag 2 Inzetten /werkzaamheden ( incidenten en casussen, dat wil zeggen nieuwe situaties waar leermomenten inzitten voor het aantonen van vakbekwaamheid) (beschrijving volgens STARR model) en registratie door de eigenaar. o Gebaseerd op uitgevoerde inzetten / werkzaamheden o Gebaseerd op leermomenten o Gebaseerd op competenties functie Bevelvoerder o 6-9 verschillende momenten Trainingen/Oefeningen (registratie door de werkgever op competenties en kwaliteit op minimaal aantal momenten door beoordelaars) o Gebaseerd op casussen, basis- eind- en/of slotoefeningen o Gebaseerd op leermomenten o Gebaseerd op competenties functie Bevelvoerder o Beschrijving bijvoorbeeld volgens STARR model o 6-9 verschillende momenten Bijscholingen vaardigheden (registratie door de werkgever op competenties en kwaliteit) Bijscholing dient gericht te zijn op: o Permanente educatie (op de hoogte van de nieuwste regels, procedures, richtlijnen, etc.) o Specialisatie of verbreding o Nieuwe ontwikkelingen (bekwamen in nieuwe vaardigheden) o Persoonlijke ontwikkeling (gericht op vakinhoudelijke aspecten en/of extra s om de functie beter te kunnen uitoefenen) Voorbeelden: o Veilig Repressief Optreden o Landelijke, regionale en lokale bijscholingen o Als vakspecialist delen van vaardigheden aan korpsleden o Gedragstrainingen o Etc. Wedstrijden (registratie door de werkgever op competenties en kwaliteit) o - Vaardigheidstoetsen (registratie door de werkgever op competenties en kwaliteit) o Indien afwijkend van trainingen, oefeningen, bijscholingen en wedstrijden, hier plaatsen Resultaten uit evaluaties van inzetten ( kwantiteit en zelfreflectie) o Resultaten uit landelijke, regionale en lokale evaluaties o Meten van doorgevoerde aanpassingen van binnen eigen organisatie o Aantonen middels bijv: - Presentaties - Gesprekken tussen werkgever en werknemer - Etc. 2 Om een betrouwbaar en valide beeld te kunnen verkrijgen van de betreffende competenties zullen gemiddeld 6 tot 9 verschillende bronnen en momenten geraadpleegd moeten worden. 11
Bijhouden van houding en gedrag 2 Stage (registratie door eigenaar verklaring door werkgever) o Stage dient te geschieden binnen de functie van Bevelvoerder. o Stage binnen een ander korps, een andere regio, etc. o Registratie door eigenaar middels schriftelijke zelfreflectie Feedbackgesprekken/star gesprekken (eigenaar met werkgever) o Functionerings- en beoordelingsgesprekken o Tussentijdse Feedback gesprekken o etc. 12
Registratie Interne audit registratie door werkgever Werkgever geeft aan of eigenaar gereed is voor de externe audit (toets blijvende vakbekwaamheid) Toets blijvende vakbekwaamheid (bevindingenrapportage) 13
Deel 4 Archief Archief bestaat uit aanvullende documenten. Doel van het archief is het bewaren van eerder uitgevoerde functies. 14