Deze voordracht bestaat uit vier onderdelen, te weten:

12 maart 2013 Corr.nr. 2013-10.472, ECP Nummer 13/2013 Zaaknr. 433579 Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen betreffende het advies van Provinciale Staten aan het Commissariaat voor de Media ter zake van de aanwijzing door het Commissariaat voor de Media van een regionale instelling als publieke media-instelling voor de provincie Groningen met ingang van 3 juni 2013. SAMENVATTING: Voor de verzorging van de publieke mediadiensten op onder meer regionaal niveau kan het Commissariaat voor de Media (hierna: CvdM) een regionale instelling als publieke media-instelling aanwijzen. Een dergelijke aanwijzing geschiedt op aanvraag, geldt voor vijf jaar en vervalt van rechtswege na afloop van deze periode. Aanwijzing door het CvdM geschiedt nadat Provinciale Staten van de betreffende provincie het CvdM hebben geadviseerd over de vraag of de instelling aan de eisen genoemd in artikel 2.61 van de Mediawet voldoet. Een regionale publieke media-instelling wordt alleen aangewezen als Provinciale Staten zich bereid verklaren voor de bekostiging ervan zorg te dragen. De huidige aanwijzing, waarbij de Stichting Regionale Televisie Noord (hierna: RTV Noord) is aangewezen als publieke media-instelling voor de provincie Groningen, vervalt met ingang van 3 juni a.s. Bij brieven van 30 november 2012 en 7 januari 2013 heeft het CvdM ons geïnformeerd over het feit dat bij hen twee aanvragen tot aanwijzing als publieke media-instelling voor de provincie Groningen zijn binnengekomen. Naast een aanvraag van RTV Noord heeft het CvdM een aanvraag ontvangen van de Stichting Internet Radio Televisie Groningen (hierna: IRTV). Het CvdM heeft verzocht om uiterlijk 13 mei a.s. hen te adviseren met betrekking tot bovengenoemde aanwijzing. Aansluitend heeft het CvdM een termijn van vier weken om een aanwijzingsbesluit te nemen. Voordat het CvdM een aanwijzingsbesluit neemt kan het belanghebbenden in de gelegenheid stellen hun zienswijze naar voren te brengen. Tegen het aanwijzingsbesluit van de CvdM staan rechtsmiddelen (bezwaar/beroep) open. Deze voordracht bestaat uit vier onderdelen, te weten: 1. Een inleiding. 2. Een advies van ons college aan uw staten ter ondersteuning van uw besluitvorming of bovengenoemde instellingen voldoen aan de eisen genoemd in artikel 2.61, tweede lid van de Mediawet 2008. Overigens heeft het CvdM zich ervan vergewist dat aan een aantal in dit artikel genoemde eisen wordt voldaan. De kern van uw advies dient zicht te richten op de vraag of het orgaan van de regionale publieke media-instelling dat het media-aanbodbeleid bepaalt een zodanige samenstelling heeft dat het representatief is voor de belangrijkste in de provincie Groningen voorkomende maatschappelijke, culturele, godsdienstige en geestelijke stromingen. 3. Bekostigingsverklaring Een regionale publieke media-instelling wordt door het CvdM alleen 13-1

aangewezen indien uw staten zich bereid verklaren voor de bekostiging ervan zorg te dragen. 4. Een voorstel van ons college ter besluitvorming door uw staten. 1. INLEIDING In 2008 heeft het CvdM RTV Noord aangewezen als publieke media-instelling voor de verzorging van de publieke mediadiensten in de provincie Groningen. De zendtijdperiode heeft een looptijd van vijf jaar en vervalt van rechtswege 3 juni a.s. Bij het CvdM hebben zich voor het eerst twee partijen gemeld die in aanmerking wensen te komen voor de aanwijzing als regionale publieke media-instelling voor de provincie Groningen voor de nieuwe concessieperiode. Naast RTV Noord heeft IRTV zich als gegadigde gemeld. Een regionale publieke media-instelling wordt geacht provinciaal gebonden informatie te verschaffen en te fungeren als communicatiemogelijkheid voor mensen uit de desbetreffende provincie. Een dergelijke omroep moet representatief zijn voor de gehele gemeenschap. Deze representativiteit moet tot uitdrukking komen in de samenstelling van het orgaan dat het programmabeleid van de regionale omroepinstelling bepaalt. Dit is het Programmabeleidbepalend Orgaan (hierna: pbo). Taak Provinciale Staten Een zendmachtiging wordt alleen afgegeven nadat uw staten het CvdM hebben geadviseerd over de vraag of de desbetreffende gegadigde partijen voldoen aan de eisen van de Mediawet. De wettelijke eisen waaraan de regionale omroepinstelling moet voldoen zijn vastgelegd in artikel 2.61, tweede lid van de Mediawet 2008; a. de regionale publieke media-instelling is een rechtspersoon naar Nederlands recht met volledige rechtsbevoegdheid; b. de regionale publieke media-instelling stelt zich blijkens haar statuten uitsluitend of hoofdzakelijk ten doel het op regionaal niveau uitvoeren van de publieke mediaopdracht door het verzorgen van media-aanbod dat gericht is op de bevrediging van maatschappelijke behoeften die in een provincie of een deel van de provincie waarop de instelling zich richt leven, en het verrichten van alle activiteiten die nodig zijn om daarmee een publieke taak te vervullen; c. de regionale publieke media-instelling heeft een orgaan dat het media-aanbodbeleid bepaalt; d. het orgaan van de regionale publieke media-instelling dat het media-aanbodbeleid bepaalt heeft een zodanige samenstelling dat het representatief is voor de belangrijkste in de provincie voorkomende maatschappelijke, culturele, godsdienstige en geestelijke stromingen. Het CvdM geeft in haar adviesaanvraag aan dat de vragen a, b en c reeds door haar zijn beantwoord. Daarmee komt de nadruk van uw advies te liggen op de representativiteit van het pbo. Echter ook andere zaken dan de representativiteit van het pbo mogen bij uw afweging een rol spelen. De representativiteit van het pbo komt tot uitdrukking in de samenstelling van dit orgaan. Hoewel de wetgever het begrip representativiteit niet nader heeft omschreven, kunnen de in artikel 2.61, tweede lid, aanhef en onder c, van de Mediawet genoemde hoofdstromingen worden onderverdeeld in meer concreet aan te duiden sectoren van de samenleving binnen een provincie. In het pbo kunnen afgevaardigden van instellingen/organisaties zitting hebben die de volgende stromingen vertegenwoordigen: maatschappelijke zorg en welzijn; kunst en cultuur; kerkgenootschappen en genootschappen op geestelijke grondslag; onderwijs en educatie; werkgevers; werknemers; etnische en culturele minderheden; sport en recreatie. De opsomming is niet limitatief. Naast de genoemde stromingen kunnen ook afgevaardigden die andere sectoren vertegenwoordigen zitting hebben in het pbo. Het zijn uiteindelijk Provinciale Staten, door middel van het advies aan het CvdM over de representativiteit van het pbo, die bepalen welke stromingen voor de provincie van zoveel belang zijn dat zij in ieder geval een stem 13-2

moeten hebben in het orgaan dat het media-aanbodbeleid van de regionale publieke mediainstelling vaststelt. Tevens dienen uw staten zich bereid te verklaren voor de bekostiging van de aan te wijzen regionale publieke media-instelling zorg te dragen. 2. ONS GEMOTIVEERDE ADVIES 2.1. Het pbo en de representativiteit De samenstelling, taak en werkwijze van het pbo worden in de statuten van RTV Noord en IRTV omschreven. Daarnaast hebben wij van beide omroepen een overzicht van pbo-leden en de stroming die zij vertegenwoordigen ontvangen. De samenstelling van de pbo's respectievelijk de stromingen die vertegenwoordigd zijn in de pbo's hebben wij in onderstaand overzicht uitgewerkt. Overzicht 1. Het pbo: samenstelling en stromingen RTV Noord statutair Minimaal 9 maximaal 11 leden Woonachtig in de provincie Groningen Alleen representatieve leden feitelijk pbo IRTV feitelijk pbo statutair 9 leden Minimaal 5 leden 9 leden Economische of maatschappelijke binding met Groningen Representatieve leden en leden op persoonlijke titel. Leden op persoonlijke titel mogen representatieve leden niet in aantal overtreffen. maatschappelijke zorg en welzijn maatschappelijke zorg en welzijn kunst en cultuur kunst en cultuur door twee personen kerkgenootschappen kerkgenootschappen en genootschappen en genootschappen op geestelijke op geestelijke grondslag grondslag onderwijs en educatie werkgevers en werknemers door twee personen: 1 voor werkgevers en 1 voor werknemers onderwijs en educatie werkgevers en werknemers Ingevuld door een persoon en inclusief juridische zaken landbouw landbouw Inclusief duurzaamheid etnische en culturele vacature etnische en culturele minderheden minderheden sport en recreatie door twee personen: 1 voor recreatie en toerisme en 1 voor sport sport en recreatie Ingevuld door een persoon jongeren/studenten ICT/innovatie 13-3

Uit dit overzicht blijkt het volgende. Naast de hoofdstromingen zoals genoemd in onze inleiding (pag. 2) is de sector landbouw in beide pbo's vertegenwoordigd. Daarnaast zijn in het pbo van IRTV een tweetal extra stromingen vertegenwoordigd, te weten jongeren/studenten en ICT/innovatie. De provincies hebben de vrijheid om te bepalen of er andere stromingen dan genoemde hoofdstromingen vertegenwoordigd dienen te zijn. Wij zijn van mening dat een pbo waarin de stroming jongeren/studenten vertegenwoordigd is meer representatief is voor onze provincie dan een pbo waarin deze stroming ontbreekt. De opname van een vertegenwoordiger uit de sector ICT/innovatie in het pbo van IRTV vinden wij positief, maar wij zien in deze vertegenwoordiging vooralsnog geen toegevoegde waarde. In beide pbo's is de stroming etnische en culturele minderheden statutair vertegenwoordigd. Feitelijk kent het pbo van RTV Noord al jarenlang een vacature. Deze vacature is - ondanks onze herhaalde verzoeken - nog steeds niet. In het pbo van IRTV is deze stroming. Nederland is een multiculturele samenleving, hetgeen zichtbaar hoort te zijn in onder meer het media-aanbod van een regionale publieke media-instelling. Wij zijn van mening dat een stroming niet alleen statutair vertegenwoordigd dient te zijn. Juist door feitelijke vertegenwoordiging wordt de betrokkenheid van een stroming bij de regionale publieke media-instelling bevorderd. Wij zijn - evenals het CvdM - echter van mening dat de representativiteit van een pbo niet in het geding komt indien een pbo één of maximaal twee vacatures heeft. Wij hechten echter zeer aan een invulling van de vacature etnische en culturele minderheden. Volgens de statuten van RTV Noord dienen de leden van het pbo woonachtig in onze provincie te zijn. In de statuten van IRTV is opgenomen dat leden van het pbo een economische of maatschappelijke binding met onze provincie moeten hebben. Vijf van de huidige negen leden van het pbo van IRTV zijn niet woonachtig in onze provincie. Wij zijn van mening dat een pbo waarvan de leden woonachtig dienen te zijn onze provincie representatiever voor onze provincie is dan een pbo waarbij deze voorwaarde niet geldt. Op grond van haar statuten dient het pbo van IRTV uit minimaal vijf personen bestaan. Naast representatieve leden kunnnen in het pbo leden op persoonlijke titel zitting hebben. Hierbij dient het aantal representatieve leden het aantal leden op persoonlijke titel te overtreffen. In een minimum-variant kan het pbo van IRTV bestaan uit drie representatieve leden en twee leden op persoonlijke titel. Op grond van haar statuten bestaat het pbo van RTV Noord uit minimaal negen representatieve leden. Wij zijn van mening dat een pbo dat kan bestaan uit drie vertegenwoordigers uit de genoemde maatschappelijke, culturele, godsdienstige of geestelijke stromingen minder representatief is voor onze provincie dan een pbo waarin negen representatieve leden zitting hebben. Conform het advies van het CvdM zijn twee gesprekken gevoerd met leden van het pbo van zowel RTV Noord als van IRTV. Voor een verslag van deze gesprekken verwijzen wij u naar bijlage 1 (IRTV) en bijlage 2 (RTV Noord). Onze bevindingen zijn onderstaand op hoofdlijnen uitgewerkt. Pbo RTV Noord De pbo leden worden door hun voorganger voorgedragen. Er is geen openbare werving. Bekendheid van het pbo lidmaatschap door de achterban lijkt op toeval te berusten. Onduidelijk is hoe de achterban gemobiliseerd kan worden. De pbo-leden zijn via RTV Noord, behalve in de jaarverslagen, niet herleidbaar. De schriftelijke vastlegging van bijeenkomsten van het pbo van RTV Noord is dermate summier dat daaruit niet valt op te maken dat er stevig gediscussieerd wordt, zoals de pbo leden hebben aangegeven. Het pbo kan zich doorgaans vinden in de argumenten van directie en hoofdredactie waarom bepaalde keuzes worden gemaakt. Het pbo vindt het spijtig dat RTV Noord voor het onderwijs, waarmee men ook jeugd en jongeren zegt te bedoelen, buiten enkele crossmediale activiteiten geen gerichte inspanning pleegt voor deze doelgroep, Men kan zich echter vinden in de argumenten van directie en hoofdredactie om dat niet te doen. RTV Noord is van mening dat jongeren niet gericht zijn op de regio en dat het zich niet loont daar op in te zetten, het pbo begrijpt deze argumentatie. Het pbo is niet duidelijk op de hoogte van haar belangrijkste taak: toetsing op artikel 2.70 van de Mediawet: 50% van de zendtijd dient gebruikt te worden voor programma-aanbod dat per 13-4

programmakanaal bestaat uit onderdelen van informatieve, culturele en educatieve (ICE) aard, die in het bijzonder betrekking hebben op de provincie waarvoor het programma bestemd is. Het pbo van RTV Noord weerspiegelt en bevestigt in grote mate de missie, visie en doelgroep van RTV Noord. Het pbo lijkt met name representatief voor de huidige doelgroep, de Betrokken Groningers en dan met name 35+. Pbo IRTV De pbo leden zijn benaderd door de directie. De pbo leden zijn nog niet bekend gemaakt. Alle pbo leden zeggen een groot netwerk achter zich te hebben, dat snel gemobiliseerd kan worden. Het pbo is nieuw en heeft als zodanig nog niet gefunctioneerd. Het pbo is niet duidelijk op de hoogte van haar belangrijkste taak: toetsing op artikel 2.70 van de Mediawet. Het pbo van IRTV weerspiegelt en bevestigt in grote mate de drive van de organisatie om tot een vernieuwing van de regionale omroep te komen en daar ook nieuwe doelgroepen mee aan te boren. Het pbo geeft aan dat naast het goede dat RTV Noord al brengt, er ruimte moet komen voor andere doelgroepen, een andere programmering en een andere werkwijze. Het pbo lijkt met name de nieuw aan te boren doelgroepen en werkwijzen te vertegenwoordigen. Ten aanzien van het onderdeel pbo is onze conclusie als volgt. Het pbo van beide instellingen voldoet aan het wettelijk vereiste dat een pbo een zodanige samenstelling heeft dat het representatief is voor de belangrijkste in onze provincie voorkomende maatschappelijke, culturele en godsdienstige en geestelijke stromingen. Het pbo van IRTV heeft, doordat de stroming jongeren/studenten vertegenwoordigd is, een bredere vertegenwoordiging. Het pbo van IRTV kent geen vacature etnische en culturele minderheden. Het pbo van RTV Noord is met de statutair vereiste minimale bezetting van negen leden representatiever voor onze provincie. Het pbo van RTV Noord heeft een hechtere verankering in onze provincie door het statutaire vereiste dat de leden woonachtig dienen te zijn binnen onze provincie. Hoewel voor beide partijen hier nog winst valt te behalen, zijn wij van mening dat de leden van beide pbo's zich in ongeveer dezelfde mate bewust zijn van hun taak en verantwoordelijkheid en voldoende binding hebben met de stroming die zij vertegenwoordigen. 2.2. Financiën Wij hebben een onafhankelijk bureau (BDO Consultants BV te Utrecht) verzocht de financiële plannen van IRTV te analyseren. Voor het volledige onderzoek verwijzen wij naar bijlage 3. De begrotingen van IRTV en de toelichting daarop zijn te vinden in de bijlagen 4a, 4b en 4c. Wij hebben tot dit extern onderzoek besloten omdat IRTV een nieuwe stichting is, zonder bewezen verleden waarop wij kunnen steunen. Dit in tegenstelling tot RTV Noord, waarbij wij kunnen steunen op een historie van begrotingen, jaarrekeningen en accountantsverklaringen. Uit het externe onderzoek is onder meer gebleken dat IRTV haar plannen in onvoldoende mate financieel heeft onderbouwd. De financiële begroting van IRTV en de toelichting hierop geven geen reëel beeld geeft. De financiële begroting en bijbehorende toelichting zijn gebaseerd op een aantal aannames en globaal opgesteld zonder een duidelijke uitsplitsing naar activiteiten. Tevens is gebleken IRTV Groningen niet beschikt over weerstandsvermogen om financiële tegenvallers op te vangen. Verder is gebleken dat de bank nog geen toezegging heeft gedaan voor een lening. 2.3. Bewezen resultaten RTV Noord Sinds 1946 is RTV Noord de regionale omroep in onze provincie. Wij hebben daarmee een ruime ervaring met deze omroep: niet alleen financieel en organisatorisch, wij kennen eveneens de resultaten van hun werkzaamheden. Wij zien een gestage groei in de kijk en luistercijfers en een groeiende ambitie. RTV Noord verklaart de groei voornamelijk door de overgang van de één uurprogrammering naar de halfuurprogrammering. Daarnaast lijkt de keuze voor de doelgroep Betrokken Groningers een positieve invloed op deze cijfers te hebben gehad. Uit de jaarrekening 2011: TV dagelijks 93.000 (9% tov 2010), gemiddeld dagbereik 26,3%, gemiddeld weekbereik 226.000. 13-5

Radio marktaandeel 26,1% (+2,9% tov 2010), weekbereik 33% (2011 31,9%), gemiddeld weekbereik 167.000. Online een stijging van 800.000 in 2009 naar circa 190.000 in 2011. Mobiele website 5% begin 2011, 44% eind 2011 (door groei smartphones en tablets). Ambitie 2011 2012 2013 TV dagbereik 95.000 115.000 130.000 Radio marktaandeel 26% 29% 33% Online bezoekers/maandelijks 1,6 mln 2,2 mln 2,8 mln Sprekend over de huidige concessieperiode valt een gestage verbetering van de financiële positie waar te nemen. Er is sprake van een positieve groei in de beoordeling in het kader van ons Rapport Professionalisering Subsidierelaties: de sterrenkwalificatie is van 3 sterren (dat wil zeggen: een instelling met risico's die de financiële positie in gevaar kunnen brengen op basis van de jaarrekening, 2008), naar 2 sterren (dat wil zeggen: financieel gezonde instelling, met aandachtspunten voor de toekomst, jaarrekening 2009) naar één ster (dat wil zeggen: financieel gezonde instelling, vanaf de jaarrekening 2010) gegaan. Volledigheidshalve verwijzen wij naar bijlage 5: de begroting 2013 van RTV Noord. 2.4. Visie RTV Noord en visie IRTV Op ons verzoek hebben beide instellingen een visiedocument aangeleverd. Beide documenten hebben wij u reeds ter informatie doen toekomen. Voor de belangrijkste punten uit deze plannen verwijzen wij u naar de bijlagen 6 en 7. Onze bevindingen zijn onderstaand op hoofdlijnen uitgewerkt. Visie RTV Noord RTV Noord stelt dat ze er voor alle Groningers is. Nieuws en sport zijn de kernactiviteiten en vanuit die rol speelt RTV Noord haar rol in alle aspecten van de samenleving. Voor al onze uitingen richten we ons op de Betrokken Groningers. Die doelgroep hebben we omschreven als: Groningers met grote belangstelling voor hun leefomgeving, die bovengemiddeld actief zijn in allerlei vormen van vrijwilligerswerk, die afkomstig zijn uit alle sociale lagen van de bevolking en waarbij handen-uit-de-mouwen types en ondernemende types sterk vertegenwoordigd zijn. Groningers ook die sterk geïnteresseerd zijn in menselijke verhalen. RTV Noord meldt in haar visiestuk niet dat zij een wettelijke taak als rampenzender heeft. De afgelopen jaren is daar ook geen gebruik van gemaakt. We hebben gemerkt dat RTV Noord, omdat ze de actualiteit volgt, ruim aandacht besteedt aan mogelijke calamiteiten. Wij merken op dat uit de schriftelijke stukken van RTV Noord niet blijkt dat met Betrokken Groningers, wordt bedoeld Betrokken Groningers uit de leeftijdscategorie 35+. Mondeling wordt dit gegeven steeds wel met ons gedeeld. De motivatie voor deze keuze ligt in de overtuiging van RTV Noord dat een regionale omroep er niet voor jongeren is. Vanuit de ervaring dat het lastig is jongeren te interesseren voor de regionale omroep, geeft men daar geen expliciete aandacht aan. Jongeren worden wel bereikt en dan met name via de digitale platforms die RTV Noord aanbiedt. Visie IRTV IRTV stelt dat ze er voor alle Groningers en alle doelgroepen is. IRTV wil de bevolking en de creatieve sector mobiliseren. Het voornemen is om geen programma s of techniek uit het westen maar uit onze provincie te halen en om met nieuwe technieken te werken. De werkwijze zal bottom up in plaats van top down zijn. Er wordt samenwerking gezocht met lokale omroepen. Er wordt gewerkt met een bredere en langere programmering. IRTV wil mediacontent van hoog niveau gaan maken en verspreiden. Men is van mening dat kijk- en luistercijfers nog niets zeggen over de kwaliteit van het aanbod, dergelijke cijfers gaan over bereik en niet over waardering van de kijker en de luisteraar, aldus IRTV. Daarom wil men naast het pbo een creatief orgaan in het leven roepen dat de kwaliteit technisch en inhoudelijk beoordeeld. Wij merken op dat IRTV zich wil gaan richten op een breder publiek dan RTV Noord en ook breder wil programmeren. Men wil het RTV Noord-publiek aan zich binden en tevens nieuwe doelgroepen aanboren. Wij kunnen niet beoordelen of dit voornemen realistisch en haalbaar is. 13-6

Op grond van de Mediawet mogen wij ons niet met de inhoud van de programmering bemoeien. Wij constateren wel dat het concept van IRTV vernieuwend is ten opzichte van RTV Noord. Niet alleen in de zin dat IRTV op een andere wijze wil werken, maar ook dat zij meer doelgroepen actief wil betrekken bij de programmering. Daarnaast staat IRTV een bredere en langere programmering voor. 2.5. Gevolgen wanneer IRTV wordt aangewezen als regionale publieke media-instelling Ter informatie delen wij u het volgende mede. Mocht het CvdM besluiten om met ingang van 3 juni a.s. IRTV aan te wijzen als regionale publieke media-instelling voor onze provincie dan heeft dat consequenties voor onze subsidierelatie met RTV Noord. Bij besluit van 5 december 2012 heeft ons college aan RTV Noord een bedrag van maximaal 8.932.000 aan subsidie verleend voor het jaar 2013. Zou Radio Noord haar door ons gesubsidieerde activiteiten met ingang van 3 juni a.s. niet meer uitvoeren dan zullen wij deze lopende subsidieverlening ten nadele van RTV Noord wijzigen in die zin dat wij naar evenredigheid een lager subsidiebedrag zullen verlenen. Mede als gevolg hiervan zal RTV Noord haar langlopende verplichtingen overdragen bijvoorbeeld aan IRTV of anderszins afstoten. Volgens RTV Noord is er sprake van langlopende verplichtingen waaraan dan niet meer kan worden voldaan. Zij noemt bedragen van 4 tot 6 miljoen euro voor de uitvoering van een sociaal plan en 1,5 tot 2 miljoen euro aan lopende verplichtingen. Vanuit onze langdurige subsidierelatie zal de provincie hierin mogelijk ook een financiële verantwoordelijkheid moeten nemen. 2.6. Samenvattend advies Wij adviseren uw staten als volgt: Overwegende dat: Het pbo van beide regionale omroepen voldoet aan het vereiste dat het pbo een zodanige samenstelling heeft dat het representatief is voor de belangrijkste in de provincie voorkomende maatschappelijke, culturele en godsdienstige en geestelijke stromingen; Het pbo van IRTV met de opname van een vertegenwoordiger voor de stroming jongeren/studenten een bredere vertegenwoordiging dan het pbo van RTV Noord waarin een dergelijke stroming ontbreekt; Het pbo van RTV Noord al een langdurige vacature op het terrein van etnische en culturele minderheden kent; Het pbo van RTV Noord, omdat de leden woonachtig dienen te zijn in onze provincie, een betere verankering in onze provincie heeft; Het pbo van RTV Noord bij minimale samenstelling uit 9 representatieve leden bestaat en daarmee representatiever is dan het pbo van IRTV welke een minimale samenstelling kent van drie representatieve leden en twee leden die zitting hebben op persoonlijke titel; Uit het extern uitgevoerd onderzoek blijkt dat IRTV haar plannen in onvoldoende mate financieel heeft onderbouwd. Uit dit onderzoek bleek dat de financiële begroting van IRTV gebaseerd is op een aantal aannames, globaal is opgesteld zonder een duidelijke uitsplitsing naar activiteiten en geen reëel beeld geeft van de werkelijkheid. Verder is gebleken dat de bank nog geen toezegging heeft gedaan voor een lening en dat IRTV niet beschikt over een weerstandsvermogen om financiele tegenvallers op te vangen; RTV Noord sinds 1946 de regionale omroep in onze provincie is. Wij daarmee een ruime ervaring hebben met deze omroep op zowel financieel en organisatorisch gebied Daarnaast kennen wij de resultaten van hun werkzaamheden. Gelet op bovenstaande zijn wij van mening dat beide pbo's als representatief voor onze provincie kunnen worden beschouwd echter de uitkomsten van het extern uitgevoerde onderzoek geven ons onvoldoende vertrouwen dat de financiele zekerheid van IRTV en daarmee de continuiteit van de regionale omroep in onze provincie is gewaarborgd wanneer IRTV wordt aangewezen als regionale publieke media instelling in de provincie Groningen. Gelet hierop stellen wij uw staten voor het CvdM te adviseren dat RTV Noord voldoet aan de representativiteitsbepalingen van de Mediawet 2008. Ter informatie merken wij hierbij nog het navolgende op. Op ons verzoek hebben RTV Noord en IRTV onderzocht of een samenwerking mogelijk is. Een gesprek heeft plaatsgevonden. Beide partijen zijn niet tot elkaar gekomen. Dat betreuren wij, omdat wij van mening zijn dat enkele vernieuwende elementen uit de plannen van IRTV mogelijk 13-7

interessant zouden kunnen zijn voor de inwoners van onze provincie. Met name omdat IRTV meerdere doelgroepen actief wil betrekken bij en bedienen met de programmering. Ook staan wij positief ten opzichte van de bredere en langere programmering die IRTV voorstaat. 3. BEKOSTIGINGSVERKLARING Op grond van artikel 2.62, tweede lid van de Mediawet 2008, dienen uw staten zich bereid te verklaren voor de bekostiging van de regionale publieke media instelling in onze provincie zorg te dragen. Deze bekostiging heeft een looptijd vijf jaar (gelijk aan de looptijd van het aanwijzingsbesluit) en kan worden ingetrokken indien het aanwijzingsbesluit van het CvdM wordt ingetrokken. Ons college stelt uw Staten voor het CvdM te laten weten in te stemmen met de bereidheidverklaring tot bekostiging van RTV Noord en daarin op te nemen dat bekostiging plaatsvindt conform de maximaal binnen onze provinciale begroting gereserveerde middelen voor RTV Noord. Ter informatie delen wij u nog het volgende mee. In het regeerakkoord VVD- PvdA (november 2012) is aangegeven dat de regionale omroepen vanaf 2014 worden aangestuurd en gefinancierd vanuit het Rijk. Een en ander moet nog worden uitgewerkt in wetgeving. Hierdoor ontstaat er een nieuwe situatie ontstaat welke opnieuw wordt bezien. 4. VOORSTEL Wij stellen uw staten voor als volgt te besluiten: 1. Het CvdM te adviseren dat RTV Noord voldoet aan de eisen genoemd in artikel 2.61, tweede lid van de Mediawet 2008; 2. Zich ingevolge van artikel 2.62, tweede lid van de Mediawet 2008 bereid te verklaren voor de bekostiging van RTV Noord zorg te dragen voor de periode 2013 2018 conform de maximaal binnen onze provinciale begroting gereserveerde middelen voor RTV Noord; 3. Het besluit tot bekostiging in te trekken indien de toewijzing van zendtijd aan RTV Noord door het CvdM wordt ingetrokken; 4. Het besluit tot bekostiging geldt totdat de financiering van regionale publieke media instellingen is overgegaan naar het rijk; 5. Ons college te machtigen uw voornoemd standpunt gemotiveerd aan het CvdM kenbaar te maken en daartoe bijgevoegde ontwerp-brief aan het CvdM vast te stellen; 6. Te bevorderen dat de stroming jongeren/studenten blijvend vertegenwoordigd wordt in het pbo van RTV Noord; 7. Te bevorderen dat de vacature voor de stroming etnische en culturele minderheden in het pbo van RTV Noord wordt. E.e.a. door het vaststellen van bijgevoegd conceptbesluit. Groningen, 12 maart 2013. Gedeputeerde Staten van Groningen: M.J. van den Berg, voorzitter. H.J. Bolding, secretaris. Bijlagen: 13-8

Nr. Titel Bijgevoegd Ter inzage in de Statenkast 1 PBO IRTV X 2 PBO RTV Noord X 3 Rapportage X Analyse financielebegroting en plannen IRTV Groningen 4a Prognose IRTV Groningen 2013 X 4b Financiële prognose details IRTV half X boekjaar 4c 2013-toelichting begroting IRTV X 5 RTV Noord begroting 2013 X 6 Visiestuk IRTV X 7 Visiestuk RTV Noord X 13-9

Nr. 13/2013 Provinciale Staten van Groningen; Gelezen de voordracht van Gedeputeerde Staten van onze provincie van 12 maart 2013, nr. 2013-10.472, ECP: BESLUITEN: 1. Het Commissariaat voor de Media te adviseren dat RTV Noord voldoet aan de eisen genoemd in artikel 2.61, tweede lid van de de Mediawet 2008; 2. Zich ingevolge van artikel 2.62, tweede lid van de Mediawet 2008 bereid te verklaren voor de bekostiging van RTV Noord zorg te dragen voor de periode 2013 2018 conform de maximaal binnen de provinciale begroting gereserveerde middelen voor RTV Noord; 3. Het besluit tot bekostiging in te trekken indien de toewijzing van zendtijd aan RTV Noord door het CvdM wordt ingetrokken; 4. Het besluit tot bekostiging te laten gelden totdat de financiering van regionale publieke media instellingen is overgegaan naar het rijk; 5. Gedeputeerde Staten te machtigen voornoemd standpunt gemotiveerd aan het CvdM kenbaar te maken en daartoe bijgevoegde ontwerp-brief aan het CvdM vast te stellen; 6. Te bevorderen dat de stroming jongeren/studenten blijvend vertegenwoordigd wordt in het programmabeleidbepalend orgaan van RTV Noord; 7. Te bevorderen dat vacature voor de stroming etnische en culturele minderheden in het programmabeleidbepalend orgaan van RTV Noord wordt. Groningen, Provinciale Staten voornoemd:, voorzitter., griffier. 13-10

Commissariaat voor de Media Postbus 1426 1200 BK Hilversum Datum : Briefnummer : 2013-10470 Zaaknummer : 433579 Behandeld door : M.C.P. Krämer Telefoonnummer : (050) 3164457 Antwoord op : Uw brieven van 30 november 2012 en 7 januari 2013 Bijlage : Voordracht (inclusief 9 bijlagen) Onderwerp Geachte leden, : Uw verzoek om advies inzake aanwijzing regionale publieke media-instelling Groningen Bij brieven van 30 november 2012 en 7 januari 2013 hebt u ons geïnformeerd over het feit dat bij u twee aanvragen tot aanwijzing als publieke media-instelling voor de provincie Groningen voor de periode 2013-2018 zijn binnengekomen. Naast een aanvraag van Stichting Regionale Televisie Noord (hierna: RTV Noord) hebt u een aanvraag ontvangen van de Stichting Internet Radio Televisie Groningen (hierna: IRTV). U hebt Provinciale Staten van Groningen verzocht u uiterlijk 13 mei a.s. te adviseren over de vraag of bovengenoemde instellingen voldoen aan de eisen genoemd in artikel 2.61, tweede lid van de Mediawet 2008. Daarnaast dienen Provinciale Staten zich bereid te verklaren tot bekostiging van de regionale publieke media instelling in onze provincie. In haar vergadering van 24 april jl hebben Provinciale Staten hierover een standpunt ingenomen en ons college gemachtigd dit standpunt aan u kenbaar te maken. Gelet hierop delen wij u het volgende mede. 1. Provinciale Staten hebben besloten u te adviseren dat RTV Noord voldoet aan de eisen genoemd in artikel 2.61, tweede lid van de Mediawet. Voor de onderbouwing van dit advies verwijzen wij naar onze bijgevoegde voordracht, zaaknummer 433579 2. Provinciale Staten hebben zich ingevolge artikel 2.62, tweede lid van de Mediawet 2008 bereid verklaard voor de bekostiging van RTV Noord zorg te dragen voor de periode 2013-2018 conform de hiervoor maximaal binnen onze provinciale begroting gereserveerde middelen 3. Provinciale Staten hebben besloten dat deze bekostigingsverklaring wordt ingetrokken indien het aanwijzingsbesluit aan RTV Noord door u wordt ingetrokken. 4. Provinciale Staten hebben besloten dat het besluit tot bekostiging geldt totdat de financiering van regionale publieke media instellingen is overgegaan naar het rijk. Wij vertrouwen erop u hiermee voldoende te hebben geinformeerd. Hoogachtend, Gedeputeerde Staten van Groningen:, voorzitter., secretaris. 13-11