Projectplan Waterberging Groenzone De Lier gemeente Westland

Projectplan Waterberging Groenzone De Lier gemeente Westland Opsteller: Nienke Schuil Status: Definitief Projectfase: Projectnummer: DO fase 701655 Datum: 09 januari 2014 Kopie: Archief Opdrachtgever Teamleider Projectleider Datum: 9 januari 2014 pagina 1 Van 29

1. Inleiding 3 2.. Beschrijving van het betrokken werk 5 2.1 Locatie 5 2.2 Werkzaamheden 6 2.2.1 Noordelijke deel 6 2.2.2 Zuidelijke deel 7 2.3 Relatie met het bestemmingsplan 8 2.4 Relatie met de legger 8 2.5 Relatie met de beleidregels 8 2.6 Relatie met vergunningen/meldingen en andere besluiten 8 3. Wijze waarop het werk wordt uitgevoerd 9 3.1 Werkmethode 9 3.2 Bouwlogistiek en planning 9 4. Beschrijving van de te treffen voorzieningen 10 4.1 Monitoring tijdens uitvoering 10 4.2 Beperken nadelige effecten 10 4.3 Financieel nadeel 10 5. Onderzoeken 11 5.1 Verkennend (water)bodemonderzoek 11 5.1.1 Landbodem 11 5.1.2 Waterbodem 11 5.2 Natuurtoets (flora & fauna) en bomeninventarisatie 11 5.3 Archeologisch onderzoek 12 5.4 Geohydrologisch onderzoek 12 5.5 Explosieven 13 6. Beheer en onderhoud 14 7. Procedure 15 7.1 Betrokken partijen/vooroverleg 15 7.2 Rechtsbescherming 15 8. Bijlagen 16 Bijlage 1 17 Bijlage 2 18 Bijlage 3 19 Bijlage 4 24 Bijlage 5 28 Bijlage 6 29 Datum: 9 januari 2014 pagina 2 Van 29

1. Inleiding Het Hoogheemraadschap van Delfland (hierna Delfland) is belast met de zorg voor het watersysteem in zijn beheergebied. Deze zorg omvat het kwantiteits- en kwaliteitsbeheer van het oppervlaktewater, het beheer van de waterkeringen, het kwantiteitsbeheer van het grondwater en de zuivering van stedelijk afvalwater. De Waterwet en de op grond daarvan vastgestelde Waterverordening schrijven voor dat Delfland met betrekking tot het beheer van het watersysteem een beheerplan opstelt, dat is afgestemd op het Nationale Waterplan en het Provinciale Waterplan Zuid-Holland. Delfland heeft in het Waterbeheerplan 2010-2015, het strategisch werkplan van Delfland, de doelen en maatregelen voor de periode met ingang van 22 december 2009 vastgelegd. Hieronder valt een aantal maatregelen uit het programma Voldoende water. Programma Voldoende water Het programma Voldoende Water gaat over een goede waterhuishouding voor zowel grondals oppervlaktewater. Door het watersysteem goed in te richten, te beheren en te onderhouden, verkleint Delfland de kans op wateroverlast en zorgt Delfland voor een goede aanvoer van water als daar behoefte aan is. Klimaatverandering en verstedelijking plaatsen Delfland voor nieuwe uitdagingen bij het waterkwantiteitsbeheer. Delfland hanteert onder andere de volgende doelstellingen: - Het uitvoeren van regulier beheer om het bestaande watersysteem op orde te houden. - Het watersysteem moet voldoen aan de normen uit de provinciale Waterverordening Delfland. Om de doelstellingen van het programma Voldoende water te behalen, zijn maatregelen geformuleerd. Daartoe moeten waterstaatswerken worden aangelegd en gewijzigd. De Waterwet schrijft voor dat de waterbeheerder (in dit geval Delfland) een projectplan moet vaststellen bij de aanleg of wijziging van waterstaatswerken door of vanwege de waterbeheerder. Waterstaatswerken zijn: - een oppervlaktewaterlichaam (water, waterbodems, oevers, flora en fauna); - een bergingsgebied; - een waterkering; - een ondersteunend kunstwerk, zoals stuwen, gemalen en duikers. Het projectplan bevat ten minste de beschrijving van de te wijzigen en/of aan te leggen waterstaatswerken, de uitvoeringswijze en de voorzieningen om nadelige invloeden te beperken of te voorkomen. Bij het opstellen van het projectplan is getoetst in hoeverre deze werkzaamheden passen binnen de doelstellingen van de Waterwet. Dit projectplan behandelt de aanleg van: - een waterberging De aanleg heeft als doel het graven van een waterberging in het plantsoen tussen de koningin Julianalaan en de burgemeester Crezeelaan in De Lier (gemeente Westland), zodat er meer opvangcapaciteit voor regenwater uit de dorpskern ontstaat. Dit project maakt onderdeel uit van het programma Voldoende Water en zorgt dat de bergingscapaciteit in de Kralingerpolder wordt vergroot. Datum: 9 januari 2014 pagina 3 Van 29

Voorgaande besluitvorming ABC Polderstudie Voor de Kralingerpolder is de ABC polderstudie cluster 7 d.d. 6 juli 2006 vastgesteld (kenmerknummer 579385). Hierin is het volgende betreffende de Kralingerpolder opgenomen: Vergroten capaciteit van watergang achter overstort Oranjebuurt door het verlagen van het streefpeil van NAP-2,18 m naar NAP-2,35 m en deze overeenkomstig te verdiepen. Tevens watergang langs trambaan in peilvak C4B aan laten sluiten op peilvak C3 middels duiker onder de trambaan. Peilbesluit Kralingerpolder Het besluit tot dit peil te komen in dit peilgebied is door de VV vastgesteld d.d. 23 mei 2013 met kenmerknummer 993745. Met uitvoering van de onderliggende maatregel in dit projectplan zal het Peilbesluit voor Kralingerpolder Noord in werking worden gesteld. Hiermee wordt het waterpeil in de nieuwe situatie voor peilgebied III op NAP -2.18 gesteld. Datum: 9 januari 2014 pagina 4 Van 29

2.. Beschrijving van het betrokken werk 2.1 Locatie Het plangebied betreft een klein park in de woonkernn van De Lier. De Lier ligt in agrarisch gebied (met voornamelijk glastuinbouw), nabij Delft en behoort tot de gemeente Westland. Het plangebied ligt ingesloten tussen de provinciale weg N223 ( Burgemeester Crezeelaan) en de bebouwing van De Lier. Figuur 1: Ligging Waterberging Groenzone De Lier (oranje vlak is projectgebied) Datum: 9 januari 2014 paginaa 5 Van 29

De waterberging ligt in een park. Door het park lopen een geasfalteerd wandelpad en een tegelpad. De vegetatie in het park bestaat uit gras, boomgroepen, struweel en solitaire bomen. Er zijn een aantal watergangen aanwezig. De watergangen langs de bebouwing zijn voorzien van een oeverbeschoeiing. Onderwatervegetatie ontbreekt vrijwel. De watergang langs de N223 is niet beschoeid, maar wel voorzien van steile oevers. In een deel van deze oevers groeit rietgras. De kadastrale verdeling van de percelen wordt weergegeven in bijlage 1. 2.2 Werkzaamheden De werkzaamheden in het gebied zijn onder te verdelen in een Noordelijk en een Zuidelijk deel. Per deelgebied worden hierna de werkzaamheden opgesomd. Door de ingreep wordt er binnen het totale plangebied in totaal 1240m² aan waterberging gecreëerd. Dit oppervlak levert een berging van 20.000 m 3 op. 2.2.1 Noordelijke deel - Het waterpeil in de te graven waterpartij krijgt een streefpeil van NAP 2,18 m. Hierbij is de toelaatbare peilstijging 18cm tot NAP-2,00m. Dit is conform het peilbesluit; - Langs het pad wordt een plasberm aangelegd. Hiermee wordt voldaan aan het uitgangspunt dat er in het noordelijke deel totaal 260 m² aan wateroppervlak gecreëerd wordt (huidige watergang met extra oever).de plasberm heeft een maximale breedte van 3m en een diepte van 15cm diep. In het midden heeft de waterpartij een diepte van 80cm. De taluds hebben onder water een helling van 1:3 en boven water 1:1. Figuur 2: Profiel noordelijke waterpartij Datum: 9 januari 2014 pagina 6 Van 29

2.2.2 Zuidelijke deel - Het waterpeil in de te graven waterpartij krijgt een streefpeil van NAP-2,18m. Hierbij is de toelaatbare peilstijging 18cm tot NAP-2,00m. De beschoeiing aan de zijde van de tuinen heeft een hoogte van NAP -1,99m. Dit betekent dat de beschoeiing tijdens hevige regenbuien net onder water komt te staan. Echter, gelet op de aanwezige gemeten profielen is dit geen knelpunt. Net na de beschoeiing loopt het maaiveld op naar NAP - 1,57. Dit over een afstand van ca. 1,20m; - Een huidige lange duikers wordt dichtgezet om lekkage van het ene peilgebied (NAP- 1,72m) naar het andere peilgebied (de te graven vijver met streefpeil NAP-2,18m) te voorkomen. Een andere huidige duiker wordt een stuk ingekort in verband met de te graven waterpartij. Figuur 3: Beeld talud toekomstig waterverloop Datum: 9 januari 2014 pagina 7 Van 29

2.3 Relatie met het bestemmingsplan Op grond van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) is voor het gebied waar het project zal worden uitgevoerd het bestemmingsplan De Lier Dorp Zuid vastgesteld op 26/11/1991. De gronden zijn bestemd als Groen. De voorgenomen activiteit past. Figuur 4: Uitsnede bestemmingsplan De Lier Dorp Zuid 2.4 Relatie met de legger De aanleg van Waterberging Groenzone De Lier, zoals omschreven in dit projectplan zal worden opgenomen in de eerstvolgende wijziging van de Legger. 2.5 Relatie met de beleidregels De volgende beleidsregels van Delfland zijn van toepassing op het project: Algemene Regels Natuurvriendelijke Oevers Beleidsregel dempen en graven Beleidsregel kunstwerken in wateren Visie Vismigratie Het technisch ontwerp van de aan te leggen waterstaatswerken voldoet aan de beleidsregels. 2.6 Relatie met vergunningen/meldingen en andere besluiten Voor sommige activiteiten die binnen het project vallen, dient naast het projectplan een aparte vergunningen- of meldingprocedure te worden opgestart. Deze vergunningen/meldingen zijn géén onderdeel van het projectplan en volgen een separate procedure. Voor de uit te voeren werkzaamheden zijn verder de volgende vergunningen aangevraagd/meldingen nodig: - Omgevingsvergunning voor het kappen van de bomen is inmiddels verleend en ter informatie als bijlage (3) bijgevoegd. - Toestemming voor het kappen van de bomen op eigendom van de Provincie Zuid-Holland is inmiddels verleend en ter informatie als bijlage (4) bijgevoegd. - Voor de aanleg van de vlonderbrug is een omgevingsvergunning aangevraagd, deze is ingediend bij de gemeente Westland door Delfland, er zal voor de aanleg van de vlonderbrug een watervergunning bij Delfland worden aangevraagd. Datum: 9 januari 2014 pagina 8 Van 29

3. Wijze waarop het werk wordt uitgevoerd 3.1 Werkmethode Het werk zal op de markt worden gezet als eenvoudige werkomschrijving gebaseerd op het Definitief Ontwerp. Noordelijke deel - Voor het aanleggen van de waterpartij moeten 3 bomen verwijderd worden. - Graven van de waterberging. - Het wandelpad wordt tijdens de uitvoering gebruikt als afvoerroute van de grond uit het projectgebied. Hierdoor bestaat de kans dat hier schade ontstaat. Het aanwezige asfalt wordt verwijderd en vervangen door een nieuwe toplaag. - De huidige fundering kan blijven liggen en eventueel aangevuld worden zodat het nieuwe pad op dezelfde hoogte komt te liggen als het huidige pad. De tegelverharding naar het elektriciteitshuisje zal teruggebracht worden. Zuidelijke deel - Twee huidige watergangen worden met elkaar verboden door de daartussen liggende grondkade te vergraven. In de waterpartij die dan ontstaat wordt één eiland gecreëerd. Het eiland wordt aan weerzijde doormiddel van loopvlonders verbonden met de oever van de waterpartij.. Aan de zijde van de huizen blijft de beschoeiing langs de tuinen staan; - De bodem van de huidige watergang langs de N223 wordt niet vergraven maar wordt aangevuld. De bagger wordt uit de watergang verwijderd. Vervolgens zal de watergang verondiept worden zodat er een ondiepe plasdraszonde ontstaat. Deze werkt als het waren als steunberm voor de berm van de provinciale weg. 3.2 Bouwlogistiek en planning Het onderdeel bouwlogistiek en planning zal nader worden bepaald in overleg met de gekozen aannemer. Datum: 9 januari 2014 pagina 9 Van 29

4. Beschrijving van de te treffen voorzieningen 4.1 Monitoring tijdens uitvoering Tijdens de uitvoering van de werkzaamheden zal er toezicht plaats vinden betreft het naleven van de verleende vergunningen. Tijdens de werkzaamheden zal er zoveel mogelijk rekening worden gehouden met de omgeving en het overlast zal tot een minimum worden beperkt. De openbare wegen zullen vrij worden gehouden/gemaakt van grond, eventueel wordt er gezorgd voor een wegomleiding. De aannemer van het werk zal dit in zijn plannen meenemen. 4.2 Beperken nadelige effecten De werkzaamheden zullen uitgevoerd worden buiten het broedseizoen. De bomenkap ten behoeve van. dit project zal voor het broedseizoen van 2014 worden uitgevoerd. De wegen zullen tijdens de werkzaamheden schoon worden gehouden. Indien nodig zullen er omleidingroutes worden uitgezet. 4.3 Financieel nadeel Als gevolg van dit projectplan is geen financiële schade voorzien die de uitvoering van het project in de weg staat. Indien een belanghebbende ten gevolge van dit besluit toch schade lijdt of zal lijden, die redelijkerwijs niet of niet geheel te zijnen laste behoort te blijven en ten aanzien waarvan de vergoeding niet of niet voldoende anderszins is verzekerd, kan op grond van artikel 7.14 van de Waterwet een verzoek om schadevergoeding worden ingediend. Voor de wijze van indiening van een dergelijk verzoek en voor de procedure wordt verwezen naar de Verordening schadevergoeding Delfland. Datum: 9 januari 2014 pagina 10 Van 29

5. Onderzoeken In de voorbereiding van het project zijn onderstaande onderzoeken uitgevoerd. 5.1 Verkennend (water)bodemonderzoek Door het Bodemkwaliteitsbureau Grondslag is het volgende onderzoek uitgevoerd: Verkennend (water)bodem- en landmeetkundigonderzoek, Koningin Julianalaan/Burg. Crezeelaan te De Lier (project 20396), d.d. 28 maart 2013. De milieuhygiënische kwaliteit van de (water)bodem van het projectgebied is aan de hand van een verkennend (water)bodemonderzoek vastgelegd. 5.1.1 Landbodem In de grond zijn geen verhogingen aangetoond ten aanzien van de gestelde NEN normen voor de bodem (Onderzoek Bodemkwaliteitsbureau Grondslag d.d. 28 maart 2013). In het grondwater is een lichte verhoging aan barium aangetoond ten aanzien van de gestelde NEN normen voor grondwater. Door het uitgevoerde onderzoek (Verkennend (water)bodem- en landmeetkundig onderzoek Koningin Julianalaan / Burg. Crezeelaan te De Lier van Grondslag, 28 maart 2013) is een beeld verkregen van de milieu hygiënische situatie van het projectgebied. Hieruit blijkt dat er geen aanleiding is tot het uitvoeren van een aanvullend onderzoek. Door de beperkte omvang van het projectgebied is het niet mogelijk dat alle uitkomende grond hergebruikt wordt binnen het projectgebied. Omdat de gemeente beschikt over een bodemkwaliteitskaart, is hergebruik van de grond binnen de grenzen van de bodemkwaliteitskaart mogelijk. Dit mits de chemische kwaliteit van de te verwerken grond gelijk aan of beter is dan de ontvangende grond. Als de grond buiten de grenzen van de bodemkwaliteitskaart wordt afgezet, is er een keuring nodig conform het Besluit Bodemkwaliteit (AP04-keuring). Als de grond vervalt aan de aannemer kan deze via het bestek verantwoordelijk worden gesteld voor de juiste afhandelingprocedure. 5.1.2 Waterbodem De verwachting dat in de waterbodem enige mate van verontreiniging kan worden verwacht is bevestigd aan de hand van een waterbodemonderzoek (Bodemkwaliteitsbureau Grondslag; Verkennend (water)bodem- en landmeetkundig onderzoek Koningin Julianalaan / Burg. Crezeelaan te De Lier van Grondslag, 28 maart 2013). De baggerspecie mag worden verspreid over aangrenzende percelen. Echter, binnen het projectgebied is geen ruimte waardoor de specie, net als de uitkomende grond, afgevoerd moet worden. Het materiaal kan afhankelijk van de acceptatiecriteria als klasse A worden afgezet bij een slibdepot of grondbank. 5.2 Natuurtoets (flora & fauna) en bomeninventarisatie In deze paragraaf worden de uitkomsten van de natuurtoets beknopt besproken inclusief de boominventarisatie. In bijlage 5 is de rapportage van het onderzoek toegevoegd. In april 2013 is door Bureau Waardenburg een quick scan Flora- en faunawet uitgevoerd. Tijdens het onderzoek is gekeken naar: - strikt beschermde planten; - ongewervelde; - vissen; - amfibieën; - reptielen; - grondgebonden zoogdieren; - vleermuizen; - vogels met een jaarrond beschermd nest. Naar aanleiding van dit onderzoek is het volgende werkprotocol tot stand gekomen. Datum: 9 januari 2014 pagina 11 Van 29

Werkprotocol Bij de uitvoering van de werkzaamheden dient rekening te worden gehouden met de verbodsbepalingen van de Flora- en faunawet dat broedende vogels niet gestoord mogen worden. Hiervoor heeft de Unie van Waterschappen een gedragscode Flora- en Faunawet waterschappen opgesteld. Deze is in 2012 wederom goedgekeurd door de staatssecretaris. Op basis van de gedragscode moet een werkprotocol opgesteld worden specifiek voor de uit te voeren werkzaamheden. Hierin moet onder andere aandacht besteedt worden aan het voorkomen van verstoring van broedende vogels. In het op te stellen werkprotocol zouden de volgende punten opgenomen moeten worden: Voordat de vegetatie (vooral bomen) worden gekapt deze inspecteren op broedende vogels. Indien broedende vogels worden aangetroffen mogen de werkzaamheden niet uitgevoerd worden. Wanneer bij het graven van de waterpartijen vanaf een zijde wordt gewerkt, kunnen vissen en eventueel aanwezige amfibieën wegvluchten. Na de ingreep is de watergang beter geschikt voor vissen dan in de huidige situatie. De herinrichting heeft een positief effect op de leefomstandigheden voor vissen. 5.3 Archeologisch onderzoek De Monumentenwet regelt de bescherming van cultuurhistorische en archeologische waarden. Op grond van de nieuwe Monumentenwet is de gemeente verantwoordelijk voor de omgang met archeologische waarden binnen het eigen gemeentelijk grondgebied. In het kader van het ontwerp is gekeken naar de archeologische waarde van het plangebied Het ligt op de archeologische beleidskaart van de gemeente Westland in twee verschillende verwachtingszones. Deze bestaan uit een lage en een middelhoge verwachting. De middelhoge verwachting is gebaseerd op de aanwezigheid van een krekensysteem in het gebied. Het plangebied overschrijdt de vrijstellingsgrenzen voor zowel het oppervlak als de verstoringsdiepte en komt in aanmerking voor archeologisch vervolgonderzoek. Door het bedrijf Archol is er een archeologisch onderzoek uitgevoerd (Archol Rapport 196; Waterberging Groenzone De Lier, Archeologisch bureau- en booronderzoek voor de realisatie van een waterberging in de Oranjebuurt (2013), zie bijlage 2. Het archeologisch vervolgonderzoek heeft bestaan uit een verkennend booronderzoek. Dit door het verrichten van 3 boringen op strategische plekken in het plangebied. Deze plekken zijn bepaald door de uitvoerende partij en ter goedkeuring voorgelegd aan het bevoegde gezag (gemeente Westland). Vanuit het onderzoek is geconcludeerd, na beoordeling van het bevoegde gezag, dat op basis van de onderzoeken het plangebied vrij gegeven kan worden voor de realisatie van de waterberging. Verder archeologisch onderzoek in de vorm van proefsleuven is niet zinvol omdat zowel de boringen als het bureauonderzoek geen archeologische vindplaats heeft aangetoond. Wanneer wel een archeologische vindplaats aanwezig, is dan is deze in dermate verstoord dat de archeologische informatiewaarde laag is. 5.4 Geohydrologisch onderzoek Door BWZ Ingenieurs is er een geohydrologisch onderzoek uitgevoerd en verwerkt in een memo d.d. 8 april 2013. Op basis van het geohydrologische onderzoek worden, als gevolg van het graven van waterberging, geen grootschalige gevolgen voor de waterhuishouding verwacht. Naar verwachting is de freatische grondwaterstand sterker onder invloed van het gehanteerde streefpeil dan van de stijghoogte in het 1 e watervoerendepakket. Ook neerslag en verdamping spelen naar verwachting een belangrijke rol in de grondwaterstand. Op basis van onderhavig onderzoek wordt verwacht dat effecten ten gevolge van de realisatie van de waterberging kleinschalig zijn. Datum: 9 januari 2014 pagina 12 Van 29

5.5 Explosieven De locatie is getoetst aan de hand van de explosievenkaart van de gemeente Westland. Deze toets wijst uit dat er geen risicogebied aanwezig is op deze locatie. Figuur 5 geeft een uitsnede van de kaart waar het projectgebied binnen valt. Figuur 5: Uitsnede explosievenkaart gemeente Westland Op de kaart is te zien dat de Lier en omgeving geen risico gebied is in het kader van explosieven. Datum: 9 januari 2014 pagina 13 Van 29

6. Beheer en onderhoud De watergangen zijn in de Legger aangewezen als secundaire watergang. Deze zijn in onderhoud van de gemeente Westland. Na uitvoering van de werkzaamheden en de aanleg van de Waterberging Groenzone De Lier blijft het onderhoud bij de gemeente Westland. Dit zal worden opgenomen in de Legger. Datum: 9 januari 2014 pagina 14 Van 29

7. Procedure 7.1 Betrokken partijen/vooroverleg De werkzaamheden worden gerealiseerd op eigendom van de gemeente Westland en de Provincie Zuid-Holland. Eigendom Gemeente Westland Provincie Zuid-Holland Perceel LIE00C 2451G0000 LIE00C 1795G0000 Eind 2012 heeft er een inloopbijeenkomst voor omwonden plaats gevonden, georganiseerd door Delfland en de gemeente Westland. Tijdens deze avond hebben de bewoners en belanghebbenden inzicht kunnen krijgen in de gemeentelijke en waterschapsplannen in het gebied. Op 19 december 2013 heeft er wederom een inloopbijeenkomst plaats gevonden. Tijdens deze avond is het definitieve ontwerp van de waterberging worden gepresenteerd. De gemeente heeft tevens haar voortgang toegelicht. 7.2 Rechtsbescherming Het besluit wordt bekendgemaakt door kennisgeving van de zakelijke inhoud daarvan in het digitale Waterschapsblad en op de website van Delfland, met vermelding van het feit dat belanghebbenden gedurende een periode van 6 weken na bekendmaking een bezwaarschrift kunnen indienen bij Delfland. In de kennisgeving wordt ook vermeld waar en wanneer de stukken ter inzage worden gelegd. N.B. Op dit besluit is de Crisis- en Herstelwet van toepassing. Datum: 9 januari 2014 pagina 15 Van 29

8. Bijlagen 1) Kadastrale kaart projectgebied 2) Archeologisch onderzoek 3) Kapvergunning Gemeente Westland (omgevingsvergunning) 4) Toestemming kap bomen PZH 5) Quickscan Flora- en faunawet Waterberging Groenzone De Lier 6) Ontwerptekening Waterberging Groenzone De Lier Datum: 9 januari 2014 pagina 16 Van 29

Bijlage 1 Kadastrale kaart projectgebied Figuur 1: Overzicht eigendom Provincie Zuid-Holland Figuur 2: Overzicht eigendom Gemeente Westland Datum: 9 januari 2014 pagina 17 Van 29

Bijlage 2 Archeologisch onderzoek Datum: 9 januari 2014 pagina 18 Van 29

Bijlage 3 Kapvergunning Gemeente Westland (omgevingsvergunning) Datum: 9 januari 2014 pagina 19 Van 29

Datum: 9 januari 2014 pagina 20 Van 29

Bijlage 4 Toestemming kap bomen PZH Datum: 9 januari 2014 pagina 24 Van 29

Bijlage 5 Quickscan Flora- en faunawet Waterberging Groenzone De Lier Datum: 9 januari 2014 pagina 28 Van 29

Bijlage 6 Ontwerptekening Waterberging Groenzone De Lier Datum: 9 januari 2014 pagina 29 Van 29