o # Transport en Logistiek Nederland INGEKOMEN \ * DEC. 2009 VNO NCW 73 (D ia Ml o f (f) Retouradres: Postbus 3008, 2700 KS Zoetermeer Provinciale Staten Zuid Holland Postbus 90602 2509 LP DEN HAAG Datum Ons kenmerk 8 december 2009 CF/AS/09/12/10 Betreft Contactpersoon :Schelluinen structuurvisie uitbreidingslocaties :de heer drs. Paul Poppink Geachte leden van Provinciale Staten, Bijgaand doen wij u toekomen 2 afschriften van brieven gericht aan Gedeputeerden de heer Dr. J.W.A. van Dijk en de heer Drs. G. Veldhuijzen inzake de structuurvisie en uitbreidingslocatie Schelluinen. Namens TLN, VNO NCW AV, EVO en Vervoerdervereniging Alblasserwaard Vijfheerenlanden, drs. A.B. Sakkers AlgemeenJ/oürzTlfter Transport en Logistiek Nederland Drs. R.H. van Brakel Voorzitter VNO NCW Alblasserwaard Vijfheerenlanden Bijlagen Boris Pasternaklaan 22, Postbus 3008, 2700 KS Zoetermeer Telefoon: 079-36 36 187, Fax: 079-36 36 200, KvK 40413000 E-mail: Rotterdam@tln.nl, Internet: www.tln.nl 0900-85 64 636 (0900 - TLNINFO) 10 eurocent p.m.
ii y J' V 'i-w
2 Transport en Logistiek Nederland V N 0 N C W 5" to Retouradres: Postbus 3008, 2700 KS Zoetermeer Provincie Zuid-Holland Gedeputeerde Ruimtelijke Ordening de heer drs. G. Veldhuijzen Postbus 90602 2509 LP DEN HAAG Datum : 10 december 2009 Ons kenmerk :CF/AS/09/10/12 Betreft Contactpersoon :Schelluinen - structuurvisie - uitbreidingslocaties :drs. Paul Poppink Geachte heer Veldhuijzen, Transport en Logistiek Nederland, VNO-NCW, EVO en Vervoerdervereniging Alblasserwaard Vijfheerenlanden vragen uw reactie op het volgende. Context: centralisering bedrijventerreinen, Schelluinen, voortslepende onduidelijkheid Veel transportondernemers in de regio Alblasserwaard Vijfheerenlanden ervaren problemen bij het (her)krijgen van milieuvergunningen en het vinden van geschikte uitbreidingslocaties en parkeerruimte, dan wel stuiten binnen enkele jaren op deze problematiek. De provincie Zuid-Holland heeft eerder aangegeven bedrijventerreinen te willen centraliseren en bedrijven in beginsel uit het Groene Hart te willen weren. De zogenaamde AV-8 gemeenten nebben aangegeven deze visie te ondersteunen. Punt van aandacht is dat deze gemeenten, verenigd in regionale ontwikkelingsmaatschappij ROM-S, woonvisies ontwikkelen op de locaties waar nu ondernemers zijn gevestigd, maar geen passende alternatieve vestigingslocatie aanbieden. Het gebied dat sinds 2000 als alternatieve vestigingslocatie in beeld was en is, Schelluinen, is veelbesproken. Vanaf 2000 volgden onderzoeken en overleg over deze ontwikkelingslocatie, en in 2003 ondertekenden de overheden zelfs een intentieverklaring. Inzet was de ontwikkeling van bedrijvenlocatie Schelluinen voor gezamenlijk risico van de gemeenten, gezamenlijk beleid voor de vertreklocaties en een gezamenlijk subregionaal parkeerbeleid en handhavingsbeleid. Helaas blijkt de doorzettingsmacht van ROM-S tekort te schieten om tot bevredigende transacties te komen, want de ontwikkeling van Schelluinen is tot op heden, eind 2009, geen feit. Met gemeenten is niet tot afspraken te komen en informatie over de ontwikkeling van het terrein blijft uit. Regelmatig is door het bedrijfsleven bij ROM-S aangedrongen op een tijdspad met betrekking tot de ontwikkeling. Helaas zonder resultaat. De onderne- Boris Pasternaklaan 22, Postbus 3008, 2700 KS Zoetermeer Telefoon: 079-36 36 187, Fax: 079-36 36 200, KvK 40413000 E-mail: Rotterdam@tln.nl, Internet: www.tln.nl 0900-85 64 636 (0900 - TLNINFO) 10 eurocent p.m.
mers krijgen bij de verschillende gemeenten en ROM-S geen voet aan de grond. Zij willen zeer graag inzicht in hun vestigingskansen en uitbreidingsmogelijkheden in de regio. Het gaat om hun bedrijfsvoering, hun inkomen, maar daarnaast om de bijbehorende werkgelegenheid voor de regio. Argumenten voor bemoeienis provincie: regiefunctie De hierboven geschetste gemeenteoverstijgende problematiek, die nu al jaren voortsleept, vraagt om een regierol van de provincie. Met de gemeenteraadsverkiezingen in het vooruitzicht zullen de zoveelste nieuwe bestuurders aantreden. Deze situatie zal weer uitstel van helderheid met zich meebrengen. Uitstel van helderheid is uiterst onwenselijk voor de ondernemers en komt een vlotte (boven)regionale ontwikkeling niet ten goede. Bovendien is provinciale bemoeienis met deze (boven)regionale materie op het snijvlak tussen verkeer vervoer, economie en ruimtelijke ontwikkeling in lijn met de wens die de provincie zelf schetst. Uit de structuurvisie en op p. 6 van de in november 2009 verschenen notitie "van oud naar nieuw" blijkt immers dat de bemoeienis van de provincie zich uitstrekt tot uitdagingen zoals hierboven besproken: "Ruimtelijke ordening voor de provincie gaat over opgaven die regionaal zijn. De provincie stuurt op samenhang, de verbindingen en de verdeling van functies over de provincies. Bijvoorbeeld regionale verdeling van bedrijventerreinen of woningbouwlocaties." Provincie en bedrijfsleven zijn verder in een vergevorderd stadium over het convenant regionale bedrijventerreinen. In dat convenant speelt de regiefunctie van de provincie een niet onbelangrijke rol. Inmenging van de provincie in de problematiek rond Schelluinen sluit aan op de inhoud van het convenant. Tenslotte is bij het oprichten van ROM-S vastgelegd dat de provincie een rol zou spelen bij de realisatie van alternatieve bedrijventerrein met bijbehorende faciliteiten. Tot op heden is deze bemoeienis van de provincie voor zover ons bekend is bij woorden gebleven, terwijl de situatie zo uitnodigt tot bovenregionale interventie, althans tenminste tot samenwerking. Vragen Gezien de slepende situatie, sturend provinciaal ruimtelijk beleid voor het Groene Hart, de rol die de provincie voor zichzelf in de structuurvisie ziet weggelegd en het uitblijven van een uitnodiging van ROM-S aan de provincie om bij te dragen aan een goed vestigingsklimaat in de regio Alblasserwaard Vijfheerenlanden, leggen de betrokken belangenorganisaties een aantal vragen aan u voor. Dit met als doel op korte termijn een doorbraak te creëren voor de regionale transportsector. Daarbij uiteraard ruimte latend voor het vrije ondernemerschap. Vraag 1 a) Zijn er volgens de provincie voldoende uitbreidingslocaties aanwezig om (al dan niet overlast veroorzakende en volgens nieuw overheidsbeleid als ongewenst be-
stempelde) transportbedrijven en transportbedrijven die willen uitbreiden in de regio Alblasserwaard Vijfheerenlanden tenminste de komende 10 jaar op te vangen? b) Zo ja, welke terreinen vindt de provincie geschikt als uitbreidingslocatie? a. Waarom acht de provincie deze terreinen geschikt? b. Hoe ziet de provincie erop toe dat deze terreinen daadwerkelijk beschikbaar komen voor transportbedrijven? c. Op welke termijn verwacht de provincie dat de terreinen gerealiseerd zullen zijn? d. Op welke manier wordt bij het aanwijzen van alternatieve locaties rekening gehouden met de lokale werkgelegenheid en bijbehorende economische duurzaamheid van de huidige vestigingen? c) Zo nee, hoe gaat de provincie dit gebrek aan ruimte voor transportbedrijven aanpakken? Vraag 2 a) Deelt de provincie de mening van het bedrijfsleven dat gedwongen bedrijfsverplaatsing niet aan de orde kan zijn? Dat wil zeggen dat er bij verplaatsing voldoende compensatie aan de betrokken ondernemers moet worden geboden voor de economische schade die ontstaat door verplaatsing en dat de nieuwe locatie voldoende faciliteiten dient te bevatten en bereikbaar dient te zijn. b) Hoe ziet de provincie de verhouding tussen democratisch gekozen gemeentebestuurders, de taken die ROM-S op zich heeft genomen, althans overgedragen heeft gekregen van de verschillende gemeenten en de rol van de provincie? c) Welke rol ziet de provincie voor zichzelf weggelegd om bedrijventerrein Schelluinen tot een goede alternatieve vestigingslocatie voor vervoerders te ontwikkelen? a. Door middel van welke handelingen zal de provincie zich inspannen en binnen welke termijn? b. Welk democratisch gekozen bestuursorgaan zal ervoor zorgen dat projecten met (boven)regionale gevolgen als de problematiek rond Schelluinen richting en effect krijgen, wanneer de provincie zich hiervoor niet zal inspannen? Vraag 3 Hoe staat de provincie tegenover de mogelijkheid van ontwikkeling van woningbouw door ondernemers die uitwijken naar een alternatieve vestigingslocatie? Dus dat de vertrekkende ondernemer wel zijn bedrijf verplaatst, maar het eigendom van de achterblijvende grond behoudt en op deze grond de door de gemeente(n) gewenste woningbouw ontwikkelt? Verzoek om reactie Graag ontvangen wij in verband met de naderende gemeenteraadsverkiezingen uw reactie op bovenstaande vragen uiterlijk op 15 januari 2010. Daarbij zijn wij uitgegaan van een ruime reactietermijn, in verband met de feestdagen.
Namens TLN, VNO-NCW, EVO, Vervoerdervereniging Alblasserwaard Vijfheerenlanden sport en Logistiek Nederland Drs. R.H. van Bra kei Voorzitter VNO-NCW Alblasserwaard Vijfheerenlanden /> cc. Provinciale Staten
J Transport en Logistiek Nederland V N O N C W Retouradres: Postbus 3008, 2700 KS Zoetermeer Provincie Zuid Holland Gedeputeerde Verkeer en Vervoer de heer Dr. J.W.A. van Dijk Postbus 90602 2509 LP DEN HAAG Datum Ons kenmerk Betreft Contactpersoon 10 december 2009 CF/AS/09/10/12 Schelluinen structuurvisie uitbreidingslocaties drs. Paul Poppink Geachte heer Van Dijk, Transport en Logistiek Nederland, VNO NCW, EVO en Vervoerdervereniging Alblasser waard Vijfheerenlanden vragen uw reactie op het volgende. Context: centralisering bedrijventerreinen, Schelluinen, voortslepende onduide lijkheid Veel transportondernemers in de regio Alblasserwaard Vijfheerenlanden ervaren proble men bij het (her)krijgen van milieuvergunningen en het vinden van geschikte uitbrei dingslocaties en parkeerruimte, dan wel stuiten binnen enkele jaren op deze problematiek. De provincie Zuid Holland heeft eerder aangegeven bedrijventerreinen te willen centralise ren en bedrijven in beginsel uit het Groene Hart te willen weren. De zogenaamde AV 8 gemeenten hebben aangegeven deze visie te ondersteunen. Punt van aandacht is dat deze gemeenten, verenigd in regionale ontwikkelingsmaatschap pij R OM S, woonvisies ontwikkelen op de locaties waar nu ondernemers zijn gevestigd, maar geen passende alternatieve vestigingslocatie aanbieden. Het gebied dat sinds 2000 als alternatieve vestigingslocatie in beeld was en is, Schellui nen, is veelbesproken. Vanaf 2000 volgden onderzoeken en overleg over deze ontwikke lingslocatie, en in 2003 ondertekenden de overheden zelfs een intentieverklaring. Inzet was de ontwikkeling van bedrijvenlocatie Schelluinen voor gezamenlijk risico van de ge meenten, gezamenlijk beleid voor de vertreklocaties en een gezamenlijk subregionaal par keerbeleid en handhavingsbeleid. Helaas blijkt de doorzettingsmacht van R OM S tekort te schieten om tot bevredigende transacties te komen, want de ontwikkeling van Schelluinen is tot op heden, eind 2009, geen feit. Met gemeenten is niet tot afspraken te komen en informatie over de ontwikke ling van het terrein blijft uit. R egelmatig is door het bedrijfsleven bij R OM S aangedrongen op een tijdspad met betrekking tot de ontwikkeling. Helaas zonder resultaat. De onderne mers krijgen bij de verschillende gemeenten en R OM S geen voet aan de grond. Zij willen zeer graag inzicht in hun vestigingskansen en uitbreidingsmogelijkheden in de regio. Boris Pasternaklaan 22, Postbus 3008,2700 KS Zoetermeer Telefoon: 079-36 36 187, Fax: 079-36 36 200, KvK 40413000 E-mail: Rotterdam@tln.nl, Internet: wvvw.tln.nl 0900-85 64 636 (0900 - TLNINFO) 10 eurocent p.m. (a 5'
Het gaat om hun bedrijfsvoering, hun inkomen, maar daarnaast om de bijbehorende werkgelegenheid voor de regio. Argumenten voor bemoeienis provincie: regiefunctie De hierboven geschetste gemeenteoverstijgende problematiek, die nu al jaren voortsleept, vraagt om een regierol van de provincie. Met de gemeenteraadsverkiezingen in het vooruitzicht zullen de zoveelste nieuwe bestuurders aantreden. Deze situatie zal weer uitstel van helderheid met zich meebrengen. Uitstel van helderheid is uiterst onwenselijk voor de ondernemers en komt een vlotte (boven)regionale ontwikkeling niet ten goede. Bovendien is provinciale bemoeienis met deze (boven)regionale materie op het snijvlak tussen verkeer vervoer, economie en ruimtelijke ontwikkeling in lijn met de wens die de provincie zelf schetst. Uit de structuurvisie en op p. 6 van de in november 2009 verschenen notitie "van oud naar nieuw" blijkt immers dat de bemoeienis van de provincie zich uitstrekt tot uitdagingen zoals hierboven besproken: "Ruimtelijke ordening voor de provincie gaat over opgaven die regionaal zijn. De provincie stuurt op samenhang, de verbindingen en de verdeling van functies over de provincies. Bijvoorbeeld regionale verdeling van bedrijventerreinen of woningbouwlocaties." Provincie en bedrijfsleven zijn verder in een vergevorderd stadium over het convenant regionale bedrijventerreinen. In dat convenant speelt de regiefunctie van de provincie een niet onbelangrijke rol. Inmenging van de provincie in de problematiek rond Schelluinen sluit aan op de inhoud van het convenant. Tenslotte is bij het oprichten van ROM-S vastgelegd dat de provincie een rol zou spelen bij de realisatie van alternatieve bedrijventerrein met bijbehorende faciliteiten. Tot op heden is deze bemoeienis van de provincie voor zover ons bekend is bij woorden gebleven, terwijl de situatie zo uitnodigt tot bovenregionale interventie, althans tenminste tot samenwerking. Vragen Gezien de slepende situatie, sturend provinciaal ruimtelijk beleid voor het Groene Hart, de rol die de provincie voor zichzelf in de structuurvisie ziet weggelegd en het uitblijven van een uitnodiging van ROM-S aan de provincie om bij te dragen aan een goed vestigingsklimaat in de regio Alblasserwaard Vijfheerenlanden, leggen de betrokken belangenorganisaties een aantal vragen aan u voor. Dit met als doel op korte termijn een doorbraak te creëren voor de regionale transportsector. Daarbij uiteraard ruimte latend voor het vrije ondernemerschap. Vraag 1 a) Zijn er volgens de provincie voldoende uitbreidingslocaties aanwezig om (al dan niet overlast veroorzakende en volgens nieuw overheidsbeleid als ongewenst bestempelde) transportbedrijven en transportbedrijven die willen uitbreiden in de regio Alblasserwaard Vijfheerenlanden tenminste de komende 10 jaar op te vangen?
b) Zo ja, welke terreinen vindt de provincie geschikt als uitbreidingslocatie? a. Waarom acht de provincie deze terreinen geschikt? b. Hoe ziet de provincie erop toe dat deze terreinen daadwerkelijk beschikbaar komen voor transportbedrijven? c. Op welke termijn verwacht de provincie dat de terreinen gerealiseerd zullen zijn? d. Op welke manier wordt bij het aanwijzen van alternatieve locaties rekening gehouden met de lokale werkgelegenheid en bijbehorende economische duurzaamheid van de huidige vestigingen? c) Zo nee, hoe gaat de provincie dit gebrek aan ruimte voor transportbedrijven aanpakken? Vraag 2 a) Deelt de provincie de mening van het bedrijfsleven dat gedwongen bedrijfsverplaatsing niet aan de orde kan zijn? Dat wil zeggen dat er bij verplaatsing voldoende compensatie aan de betrokken ondernemers moet worden geboden voor de economische schade die ontstaat door verplaatsing en dat de nieuwe locatie voldoende faciliteiten dient te bevatten en bereikbaar dient te zijn. b) Hoe ziet de provincie de verhouding tussen democratisch gekozen gemeentebestuurders, de taken die ROM-S op zich heeft genomen, althans overgedragen heeft gekregen van de verschillende gemeenten en de rol van de provincie? c) Welke rol ziet de provincie voor zichzelf weggelegd om bedrijventerrein Schelluinen tot een goede alternatieve vestigingslocatie voor vervoerders te ontwikkelen? a. Door middel van welke handelingen zal de provincie zich inspannen en binnen welke termijn? b. Welk democratisch gekozen bestuursorgaan zal ervoor zorgen dat projecten met (boven)regionale gevolgen als de problematiek rond Schelluinen richting en effect krijgen, wanneer de provincie zich hiervoor niet zal inspannen? Vraag 3 Hoe staat de provincie tegenover de mogelijkheid van ontwikkeling van woningbouw door ondernemers die uitwijken naar een alternatieve vestigingslocatie? Dus dat de vertrekkende ondernemer wel zijn bedrijf verplaatst, maar het eigendom van de achterblijvende grond behoudt en op deze grond de door de gemeente(n) gewenste woningbouw ontwikkelt? Verzoek om reactie Graag ontvangen wij in verband met de naderende gemeenteraadsverkiezingen uw reactie op bovenstaande vragen uiterlijk op 15 januari 2010. Daarbij zijn wij uitgegaan van een ruime reactietermijn, in verband met de feestdagen.
Namens TLIM, VNO-NCW, EVO, Vervoerdervereniging Alblasserwaard Vijfheerenlanden nsport en Logistiek Drs. R.H. van Brakel Voorzitter VNO-NCW Alblasserwaard Vijfheerenlanden cc. Provinciale Staten