De 50 meest gestelde

Vergelijkbare documenten
1. Informeren eigenaar, de directeur en de verantwoordelijke voor de drinkwaterinstallatie, of de vervangers hiervan;

Ministeriële regeling. Legionellapreventie

Alternatieve Technieken Legionellapreventie

Checklist risico-inventarisatie Legionella

NEN1006 rapportage Inspectie Drinkwaterveiligheid

Besluit: 1. Algemene bepalingen

1. Informeren eigenaar, de directeur en de verantwoordelijke voor de drinkwaterinstallatie, of de vervangers hiervan;

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Werkinstructies Thermische Desinfectie n.a.v. normoverschrijdingen Legionella

Gevolgen van nieuw Drinkwaterbesluit

Inleiding. Checklist risico-inventarisatie Legionella

Tijdelijke regeling legionellapreventie in leidingwater

G.04 Legionella beheersplan.

Handboek Beheer van Scoutingkampeerterreinen. Infoblad 8.3 LEGIONELLA. Op dit infoblad vind je informatie over de volgende onderwerpen:

CASE Thermografie toegepast bij brononderzoek legionella

Wet- en regelgeving (alternatieve) Legionella beheerstechnieken voor leidingwaterinstallaties

1. Vraagstuk. 2. Juridisch kader

LEGIONELLAPREVENTIE. Oeds Kuipers Directeur Kuipers Drinkwater Security B.V.

Ontwerp-besluit tot wijziging van het Waterleidingbesluit in verband met de preventie van legionella in leidingwater

Legionella kleine kansen grote gevolgen

April Modelbeheersplan Legionella-preventie in leidingwater

Modelbeheersplan legionellapreventie in leidingwater

Beheer en Onderhoud Legionella. Richard Peet

VOORLICHTING AAN DE BEWONER

Voor meldingen kunt u het formulier downloaden, invullen en opsturen naar de inspectie in uw regio.

Wet- en regelgeving Legionellapreventie in drink- en warmtapwater

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

WATERWERKBLAD TIJDELIJKE LEIDINGWATERINSTALLATIES. Dit werkblad heeft betrekking op de aanleg en beveiliging van tijdelijke leidingwaterinstallaties.

Theorie gedeelte examen bestaande uit meerkeuzevragen. Totaal 40 vragen / 40 punten

Alternatieve legionella preventie

WATERWERKBLAD LEIDINGWATERINSTALLATIES IN GEBOUWEN EN INRICHTINGEN VOOR BEHANDELING VAN AFVALWATER

WATERWERKBLAD. AANLEG VAN LEIDINGWATERINSTALLATIES Algemeen

Onderzoek naar de uitvoering van legionellapreventie bij collectieve leidingwaterinstallaties

VROM Voorontwerp Tijdelijke regeling legionella-preventie in leidingwater

In BRL6010 is een Model risicoanalyse en beheersplan Legionellapreventie Leidingwaterinstallatie bijgevoegd en verplicht gesteld.

Titel: protocol legionellabeheer

Natte koeltorens en legionella

Controle van leidingwaterinstallaties

HET LEGIONELLABEHEERSPLAN VOOR KOELTORENS

-4 SEP Ministerie van Infrastructuur en Milieu

Beheer en onderhoud van leidingwaterinstallaties

Controleresultaten Legionellapreventie Cluster 2: Ziekenhuizen en buitenpoliklinieken. Datum 25 september 2009 Status Definitief

STANDAARDMAATREGELEN EN ADVIEZEN TER VOORKOMING VAN LEGIONELLAGROEI IN EENVOUDIGE WATERVOORZIENINGSYSTEMEN

Legionella onder controle

Controleresultaten Legionellapreventie Cluster 1: zwembaden en sauna's. Datum 25 september 2009 Status Definitief

Doe het zelf Risicoanalyse/Beheersplan Legionellapreventie voor kleine leidingwaterinstallaties

Altijd en overal veilig douchen

WET- EN REGELGEVING LEGIONELLAPREVENTIE IN DRINK- EN WARM TAPWATER

Resultaten legionellapreventie Cluster 4: Hotels, bed&breakfasts, campings en jachthavens. Datum 1 juni 2010 Status Definitief

WATERWERKBLAD LEIDINGWATERINSTALLATIES BIJ BOOR- EN WINLOCATIES VOOR GAS EN OLIE

Markstreamers in de warm wateraansluiting van de mengkranen

L E G I O N E L L A P R E V E N T I E B IJ P U B L I E K S E V E N E M E N T E N

Het inspectiebeleid voor drinkwaterinstallaties!

WIE IS ER NU EIGENLIJK VERANTWOORDELIJK?

WATERWERKBLAD LEIDINGWATERINSTALLATIES IN GEBOUWEN EN INRICHTINGEN VOOR BEHANDELING VAN AFVALWATER

PROJECT Legionella Binnenvaart 2000 A412

Aquatech: grotere reikwijdte

CONCEPT WATERWERKBLAD TERMEN EN DEFINITIES DATUM: OKT 2014

WATERWERKBLAD TERMEN EN DEFINITIES circulatiesysteem systeem waarin warm water in een warmtapwaterinstallatie in beweging wordt gehouden

W.G. (Walter) van der Schee. Technisch Advies en Ontwikkeling. Amersfoort. Even voorstellen. Vriendelijk verzoek. Inhoud

WATERWERKBLAD DEFINITIES DATUM: JAN 2018

Legionella Risicoanalyse Beheersplan & Logboek

Update drinkwaterbesluit en BRL-903

De waterleiding. De waterleiding. Legionella. Wilco van der Lugt. Wilco van der Lugt. inhoud

Legionellapreventie in koeltorens en luchtbevochtigers. m.b.v. ISSO Oscar Nuijten Edu4Install. Namens, ISSO. Gastheer: Lomans Groep

Automatisering van beheersmaatregelen voor Legionella-preventie in leidingwaterinstallaties. uitgave Voorstudie ST - 10

WATERWERKBLAD. WARMTAPWATERINSTALLATIES Beveiligingen

Betekenis van collectieve leidingwaterinstallaties

Controle drinkwaterinstallaties door de waterbedrijven. Caleffi Academy 24 maart 2015 Eindhoven. March 11,

Legionella Preventie. In industriële omgeving. 7 december 2017

CONCEPT WATERWERKBLAD. AANLEG VAN LEIDINGWATERINSTALLATIES Algemeen

Een goed begin is het halve werk

Handreiking legionellapreventie voor zorginstellingen

Controleresultaten Legionellapreventie Cluster 1: Ziekenhuizen en buitenpoliklinieken. Datum 5 november 2010 Status Definitief

Legionella, uw zorg?!

Legionella verschil tussen theorie en praktijk

Legionellapreventie: betere naleving Waterleidingwet nodig

Legionella voorkomen! in kleine, niet-prioritaire installaties. Ing. Andy van Oijen Trainingsmanager

WATERWERKBLAD LEIDINGWATER-INSTALLATIE BIJ BOOR- EN WINLOCATIES VOOR GAS EN OLIE

Raads Informatiebrief

Legionella: risicoanalyse beheersing. Kaho Sint-Lieven Campus Himm Hospitaalstraat Sint-Niklaas

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

ing. Irene van Veelen Symposium 27 juni 2018

De Arbeidsinspectie in het kort. Koeltorens en de beheersing van legionellarisico s

Risicoanalyse en beheersplan klimaatinstallaties volgens ISSO-55.3

Legionella Preventie. Antwoord op de meest gestelde vragen. ing. Irene van Veelen ISSO projectcoördinator Water&Gas

C24 SANITAIRE RUIMTEN

WATERWERKBLAD. WARMTAPWATERINSTALLATIES Beveiligingen

WATERWERKBLAD LEIDINGWATERINSTALLATIES IN LABORATORIA

Controleresultaten legionellapreventie Cluster 3: Zorginstellingen. Datum 1 juni 2010 Status Definitief

Legionella beleidsplan. Documentinformatie. V Manager Health, Safety en Security - R. Kamst

LEGIONELLA overzicht met feiten en cijfers. Drs. Hans Schoon OMEGAM-Water

Onderbouwing voor folder Collectief warmtapwater voor woningen

Logboeken Legionellabeheer

Het nieuwe Waterleidingbesluit Gevolgen voor eigenaren van collectieve leidingwaterinstallaties

ISSO Inhoud. Ontwikkeling wetgeving legionellapreventie proceswater. Producten van ISSO. Registratie koeltorens

Legionella: overzicht Legionella pneumophila. Legionella pneumophila

DOUCHE AUTOMATISERING WEB-BASED TAPWATER & LEGIONELLA PREVENTIE SYSTEEM

Transcriptie:

VNI-informatieavonden druk bezocht De 50 meest gestelde In de maanden mei en juni heeft de afdeling Technologie van de VNI informatiebijeenkomsten gehouden over legionella-preventie in leidingwater. De directe aanleiding daartoe is de inwerkingtreding van de Tijdelijke regeling legionella-preventie in leidingwater in augustus van dit jaar en de inmiddels verschenen twee kennisdocumenten, te weten: het Modelbeheersplan van Vrom en de Isso-Praktijkhandleiding 55.1. De hierbij direct betrokkenen van Vrom, Kiwa, Novem, TNO en VNI gaven op 6 avonden een toelichting op de Tijdelijke regeling en de daarop aansluitende publicaties. Sanitair Samenstelling: Will Scheffer Tijdens de druk bezochte informatiebijeenkomsten zijn veel vragen gesteld. Onderstaand is daarvan een selectie opgenomen met daarbij de antwoorden. Waar wenselijk werd bevonden, is aanvullende informatie toegevoegd. 1. Wat zijn legionellabacteriën, waar komen ze vandaan en hoe kan een mens er door besmet raken? Legionella s zijn staafvormige, beweeglijke bacteriën, die wijd verspreid in oppervlaktewater voorkomen. In het door de waterleidingbedrijven geleverde drinkwater liggen de aantallen vrijwel altijd beneden de detectiegrens (< 50 kolonievormende eenheden, kve/l). Toch wordt aangenomen dat drinkwater een belangrijke besmettingsbron is voor leidingwaterinstallaties in gebouwen. In die installaties kunnen legionella s zich vermeerderen. Deze bacteriën kunnen worden meegenomen in aërosolen die vrijkomen bij gebruik van bepaalde tappunten (bijvoorbeeld douches) en toestellen (bijvoorbeeld whirlpools). Door inademing van relevante hoeveelheden aërosolen kan een mens door legionella s besmet raken en daardoor een (ernstige) vorm van longontsteking oplopen, de zogenaamde veteranenziekte ofwel legionellose. 2. Wat wordt onder leidingwater verstaan? Leidingwater kan zijn drinkwater, warmtapwater of huishoudwater. 3. Is een grenswaarde vastgesteld voor de legionella-concentratie? Zekerheidshalve wordt voor water bestemd voor huishoudelijk gebruik uitgegaan van een grenswaarde van 50 kve per liter. Beneden dit niveau is de kans op infectie waarschijnlijk verwaarloosbaar, terwijl overschrijding een signaal is dat vermeerdering is opgetreden. In voor legionellabacteriën gunstige omstandigheden kan doorgroei tot concentraties rond 100.000 kve per liter optreden. 4. Wat is een aërosol? Een aërosol is een uiterst kleine waterdruppel, ofwel een uiterst fijne nevel van vloeibare deeltjes in de atmosfeer. De afmetingen van een aërosol bedragen 1-5µm. 5. Zijn er normen voor relevante hoeveelheden inadembare aërosolen en wat is de relatie tussen enerzijds type tappunt (en mate van aërosolvorming), blootstellingstijd en duur van gebruik en anderzijds risico op legionellose? Een exacte normering van aërosolvorming is niet te realiseren. Ook de relatie tussen de mate van blootstelling en ziekte is niet eenduidig. Zo kan in ziekenhuizen dezelfde blootstelling tot andere effecten leiden. In de Isso-Praktijkhandleiding 55.1 is een overzicht opgenomen met type armaturen, waarbij aërosolvorming in relevante hoeveelheden plaatsvindt. 28 juli/aug. 2000 intech

vragen over legionella 6. Kan een nooddouche ook relevante hoeveelheden inadembare aërosolen leveren? In de Isso-Praktijkhandleiding wordt de nooddouche genoemd in de rij van tappunten, die in vrijwel alle gevallen relevante hoeveelheden inadembare aërosolen leveren. 7. Is het mogelijk om alle risico s van legionella in leidingwater uit te sluiten? Tenzij er zeer veel wordt geïnvesteerd, zal er altijd een zeker risico blijven bestaan. Bij de normstelling voor bijvoorbeeld drinkwater is dit immers ook het geval. 8. Kan door het waterleidingbedrijf de legionellabacterie niet aan de bron worden bestreden, bijvoorbeeld door gebruik van chloramine? Centrale dosering van chloramine door waterleidingbedrijven heeft, voorzover bekend, gezondheidskundige nadelen. Met chloramine wordt beoogd een restgehalte tot op het tappunt te handhaven. Risico Componenten Le verings grens Grondstof 9. Wat regelt de Tijdelijke regeling legionella-preventie in leidingwater? HOOFDFUNCTIES LEIDINGWATERINSTALLATIE WW-systee m grens Drinkwater le iding De Tijdelijke regeling verplicht de eigenaar van een collectieve leidingwaterinstallatie of een collectief leidingnet tot het maken van een risicoanalyse en het zonodig opstellen en uitvoeren van een beheersplan en het bijhouden van een logboek. Voor de risicoanalyse kan worden gekozen uit een beperkte of een uitgebreide methode. 10. Heeft het voorontwerp van de Tijdelijke regeling legionella-preventie in leidingwater van december 1999 een wettelijke status? Nee, het voorontwerp van de Tijdelijke regeling heeft geen wettelijke status. De Tijdelijke regeling treedt augustus 2000 in werking en is dan wet. 11. Wat is dan nog de status van het Interim beheersprotocol van augustus 1999 van de ministeries van Vrom en VWS? Het Interimbeheersprotocol bevat richtlijnen, maar is inmiddels vervangen Wa rmwater bereiding Uitgebreide methode Wa rmwater le iding Tappunte n Beperkte methode Het Risicoanalyse Model (RAM) in de Isso-Praktijkhandleiding kent een onderscheid in 5 hoofdfuncties die worden opgesplitst in risicocomponenten. door het Modelbeheersplan legionellapreventie in leidingwater van april 2000 van het ministerie van Vrom. 12. Wat is de status van het Modelbeheersplan legionella-preventie in leidingwater van april 2000? Het Modelbeheersplan is een instrument dat kan worden toegepast bij de uitvoering van de Tijdelijke regeling. Het is niet bindend. Het Modelbeheersplan geeft een gedetailleerde uitwerking van de Richtlijnen ten behoeve van een beheersplan, als bijlage B in de Tijdelijke regeling opgenomen. Het Modelbeheersplan richt zich op algemeen geldende principes van proces- en kwaliteitsbeheersing, dat als een code of practice van waarde kan zijn voor brancheverenigingen als vertrekpunt om de eigen aanpak vorm te geven. Het Modelbeheersplan is grotendeels geïmplementeerd in de Isso-Praktijkhandleiding 55.1. 13. Wat houdt de Isso-Praktijkhandleiding legionella-preventie in leidingwater (55.1) in? De Isso-Praktijkhandleiding fungeert als uitwerking van de Tijdelijke regeling. Het geeft een nadere uitwerking van de methodische beschrijving van de risico-analyse, als bijlage A in de Tijdelijke regeling opgenomen. In de Praktijkhandleiding is een koppeling gemaakt tussen risico-aspecten en beheersaspecten. 14. Bij wie liggen de wettelijke verplichtingen voor het voldoen aan de Tijdelijke regeling? Alle wettelijke verplichtingen (risicoanalyse, beheersplan) liggen bij de eigenaar (verhuurder) van een collectieve leidingwaterinstallatie of een collectief leidingnet. De eigenaar (verhuurder) kan in de huurovereenkomst nadere afspraken maken met de gebruiker (huurder) over verdere invulling van de verplichtingen. Deze afspraken kunnen in het beheersplan worden vastgelegd. 15. Wie mag een risiscoanalyse uitvoe- intech 2000 juli/aug. 29

ren en een beheersplan opstellen? De eigenaar van een collectieve leidingwaterinstallatie of collectief leidingnet bepaalt door wie hij de risico-analyse laat uitvoeren en het beheersplan laat opstellen. Op dit moment worden door de overheid (nog) geen eisen gesteld aan de vakbekwaamheid van de uitvoerder en de opsteller. Voor de langere termijn wordt een verplichte certificering niet uitgesloten. De VNI is in gesprek met Intechnium en Isso voor een mogelijke applicatiecursus gekoppeld aan procescertificering. Kiwa bestudeert op verzoek van de waterleidingbedrijven naar de mogelijkheden voor een persoonscertificering. 16. Kan de installateur voor zijn dienstverlening aansprakelijk worden gesteld? In het algemeen kan worden gesteld dat bij een correcte toepassing van de Isso-Praktijkhandleiding tevens wordt voldaan aan de eisen van de Tijdelijke regelgeving. Hiermee heeft men eveneens aan de eisen voldaan die men in redelijkheid kan stellen met betrekking tot legionellaveiligheid van leidingwaterinstallaties. Bij aansprakelijkheidsstelling kan de kwaliteit van de dienstverlening c.q. het product van de installateur worden getoetst aan de Isso- Praktijkhandleiding. 17. Bij wie ligt de verantwoordelijkheid voor de juistheid van de verstrekte gegevens ten behoeve van de risico-inventarisatie? 30 juli/aug. 2000 intech UITGEBREIDE RISICO-ANALYSE: INVENTARISATIE EN RISICO-BESCHOUWING OP HOOFDLIJNEN Aantal volledig gescheiden installaties per perceel Risico-analyse per installatie Inventarisatie Risico-beschouwing per component HOOFDFUNCTIES > SPLITSING IN COMPONENTEN (ISSO-PRAKTIJKHANDLEIDING - 55.1) Identificatie en Beheersbeschrijving Risico beschouwing of Risico-oordeel maatregelen Grondstof.: checklist bijlage 5 -bijlage 1 (bijlage A, par. 5.2) -bijlage 6 - bijlage 6 Drinkwater - of huishoudwaterinstallatie: checklist bijlage 5 -bijlage 1 (bijlage A, par. 5.2) -bijlage 6 - bijlage 6 Warmtapwaterbereiding : checklist bijlage 5 -bijlage 1 (bijlage A, par. 5.2) -bijlage 6 - bijlage 6 Warmwaterleidingnet.: checklist bijlage 5 -bijlage 1 (bijlage A, par. 5.2) -bijlage 6 - bijlage 6 Tappunten...: checklist bijlage 5 -bijlage 1 (bijlage A, par. 5.2) -bijlage 6 - bijlage 6 Risico-beschouwing per hoofdfunctie en gehel installatie Installatiegegevens: -installatietekeningen e.d. -overzicht (warmwater)- toestellen -bedrijfswijze en temperatuurinstelling warmwatertoestellen -inhoud van warmwatervoorraadtoestellen en koudwaterreservoirs EENVOUDIGE METHODE Geen enkel component van de hoofdfunctie mag een negatief-oordeel hebben. (Zonodig installatie aanpassen en/of beheersmaatregelen toepassen) Omgevingstemperaturen: -ruimtetemperatuur -temp. boven verlaagde plafonds en/of schachten, techn. ruimten -temp. in wanden, vloeren (checklist hot spots, bijlage 7- ISSO 55.1) Die verantwoordelijkheid ligt gespreid. De deskundige (adviseur, installateur) die de risico-analyse uitvoert, is verantwoordelijk voor de juistheid van de installatiegegevens en de omgevingstemperaturen, voorzover deze door de installatie worden bepaald. De eigenaar of exploitant van de installatie is verantwoordelijk voor de juistheid van de gebruiksgegevens en voor de gegevens ten aanzien van de bedrijfswijze en veranderingen daarin. Als het gebruik en/of de bedrijfswijze regelmatig veranderen, is dit een punt van aandacht in de risico-analyse en voor het op te stellen beheersplan. 18. Wat zijn de algemene uitgangspunten voor een legionellaveilige leidingwaterinstallatie? Leidingwaterinstallaties dienen zo te zijn ontworpen en bedreven dat temperaturen tussen de 20 en 60 ºC zoveel mogelijk worden vermeden; met name in combinatie met grote waterhoeveelheden (meer dan één liter), stilstaand water of lange verblijftijden (meer dan een week). 19. Waarvoor zijn de omgevingstemperaturen bepalend en welk onderscheid wordt gemaakt? of Gebruiksgegevens: - bedrijfstijden (delen) installaties (bijlage 4 - ISSO 55.1) - gebruiksfunctie (tapfrequentie (bijlage 4 - ISSO 55.1) - watergebruik van warmwatervoorraadtoestellen en koudwaterreservoirs (zie ook bijlage 6 - ISSO 55.1). FORMELE METHODE Risico-oordeel per component wordt gesommeerd volgens de regels in bijlage 1 (bijlage A, par. 5.2) Risico per hoofdfunctie dient nihil te zijn (Zonodig installatie aanpassen en/of beheersmaatregelen toepassen) De omgevingstemperaturen zijn met name bepalend voor de hoogste temperatuur die in drink- of huishoudwaterleidingen kan optreden, maar ook in warmwaterleidingen na afkoeling, als gedurende één of meer dagen niet wordt getapt. Stilstaand leidingwater neemt binnen enige uren de omringende ruimtetemperatuur aan. Het gaat om ruimtetemperaturen (ontwerp, maximum etmaalgemiddelde), temperaturen boven verlaagde plafonds en/of in schachten, technische ruimten en dergelijke en temperaturen in wanden en vloeren waarin zich andere, warme leidingen bevinden. De ruimtetemperaturen zullen in de regel in de zomer de hoogste waarden bereiken. De andere omgevingstemperaturen zullen in de regel in de winter de hoogste waarden bereiken, omdat dan de invloed van de verwarmingsinstallatie het grootst is. 20. Wat zijn de verschillen tussen de beperkte en de uitgebreide risico-analyse? De beperkte risicoanalyse heeft uitsluitend betrekking op de tappunten en laat de rest van de installatie buiten beschouwing. Bij de uitgebreide methode wordt voor de gehele installatie, van grondstof tot en met de tappunten, een risico-analyse uitgevoerd. 21. Wanneer kan worden volstaan met een beperkte risico-analyse? Als uit een eerste inventarisatie blijkt dat uitsluitend aërosolarme gebruikstoepassingen aanwezig zijn, dan is in principe een beperkte risico-analyse voldoende. Zijn op een grote installatie slechts enkele tappunten aangesloten waar mogelijk relevante hoeveelheden inadembare aërosolen kunnen worden gevormd en wordt gekozen voor een preventieve maatregel aan die tappunten (bijvoorbeeld een op effectiviteit en gezondheid- en milieuaspecten goedgekeurde UV-lamp in de enkelvoudige

grondstof; drinkwaterinstallatie; warmtapwaterbereiding; warmwaterleidingnet; tappunten. 27. Is een risicobeschouwing per onderdeel (installatiecomponent) niet zwaar en moeilijk uit te voeren? Als de risicobeschouwing op formele wijze wordt uitgevoerd, is deze inderdaad zwaar. Daarom staan in de Issopraktijkhandleiding checklists die voor de meeste situaties afdoende zijn. 28. Is informatie op tappuntniveau niet veel te gedetailleerd? Als men bijvoorbeeld niet weet of een tappunt wordt gebruikt, kan men niet beoordelen of in de betreffende uittapleiding risico s kunnen optreden. Een voorkeur voor een bepaald leidingmateriaal in verband met de vorming van biofilm is nog niet aan te geven. In tuinslangen van zacht PVC, die aan zonstraling blootstaan, is de vorming van biofilm reëel aanwezig. uittapleiding), dan kan men eveneens met een beperkte risico-analyse volstaan. Uit de beperkte analyse kan alsnog blijken dat een uitgebreide analyse noodzakelijk is. 22. Welke gegevens van een tappunt zijn voor de beperkte risico-analyse van belang? Ten behoeve van de risicobeschouwing worden de volgende gegevens per tappunt verzameld: nummer van tappunt (op tekening); plaats tappunt (omschrijving ruimte); type tappunt (wastafel, douche, etc.); wateraansluiting (huishoudwater, drinkwater, warmtapwater); relevante aërosolvorming; preventieve maatregelen. Deze gegevens kunnen ook per groep identieke tappunten worden vastgelegd. De Isso-Praktijkhandleiding bevat voor deze invuloefening een voorbeeld. 23. Wat is het doel van een uitgebreide risico-analyse? De uitgebreide analyse richt zich op alle hoofdfuncties en onderdelen van de leidingwaterinstallatie. Het doel van de uitgebreide risico-analyse is om op aantoonbare wijze de eventuele risico s op legionellagroei in kaart te brengen. 24. Is er een verschil in aanpak van de inventarisatie van gegevens voor een bestaande installatie en nieuw installatieontwerp? Het komt vaak voor dat van bestaande installaties niet of nauwelijks tekeningen voorhanden zijn. Daarbij is de vraag of de beschikbare tekeningen geheel overeenkomen met de installatie. Het opvragen en beoordelen op juistheid en compleetheid van tekeningen, schema s en andere documentatie kan veel tijd vergen. Dat geldt ook voor de visuele inspectie. Voor nieuwbouw is het eenvoudiger. Met de tekeningen van een installatieontwerp kan men al in een vroeg stadium van het installatieproces aanvangen met de inventarisatie. Na oplevering van de installatie moet gecontroleerd worden of deze is uitgevoerd overeenkomstig het ontwerp. 25. Welke gegevens moeten voor een uitgebreide risico-analyse worden geïnventariseerd? Voor de risicobeschouwing worden de te inventariseren gegevens in drie categorieën verdeeld: installatiegegevens (zoals tekeningen e.d., overzicht warmwatertoestellen, bedrijfswijze en temperatuurinstelling van warmwatertoestellen, inhoud van warmwater voorraadtoestellen en koudwaterreservoirs); omgevingstemperaturen (zoals ruimtetemperatuur, temperatuur boven verlaagde plafonds en in schachten, temperatuur in wanden en vloeren, etc.); gebruiksgegevens (zoals bedrijfstijden, gebruiksfunctie, watergebruik van warmwatertoestellen en koudwaterreservoirs, etc.). 26. Welke hoofdfuncties worden bij een uitgebreide analyse onderscheiden? Ten behoeve van de uitgebreide risicoanalyse wordt de leidingwaterinstallatie in vijf hoofdfuncties verdeeld: 29. Welke risicofactoren kunnen de groei van legionella bevorderen? De factoren waarbij legionella groeit, zijn watertemperatuur; verblijftijd in het water; stilstand/stagnatie van het water; sediment en biofilm. 30. Bij welke temperaturen van het water is sprake van een risico op groei van legionella? Onder de 20 ºC treedt geen wezenlijke groei van legionella op. Langzame groei van de bacterie kan optreden tussen de 20 en 25 ºC. Snelle groei treedt op vanaf 25 tot 45 ºC en in het traject tussen 30 en 40 ºC is die groei maximaal. Vanaf 45 tot 50 ºC is nog sprake van een langzame groei, waarna in het gebied tot 60 ºC een langzame decimering kan plaatsvinden. Boven de 60 ºC vindt een snelle decimering plaats. 31. Wat wordt verstaan onder decimering? Onder decimering wordt verstaan een afdoding tot 1/10 deel van de populatie. 32. Is een risico-oordeel van de installatie mogelijk door primair temperatuurcontrole uit te voeren aan de tappunten? Bij deze aanpak kunnen risico s over het hoofd worden gezien, bijvoorbeeld doordat temperaturen aan de tappunten in het ene seizoen worden gemeten, terwijl in het andere seizoen hogere temperaturen optreden. 33. Wat zijn de kritieke plaatsen in een leidinginstallatie die in een temperatuurmeetprogramma moeten worden opgenomen? intech 2000 juli/aug. 31

Kritieke plaatsen, zowel in koud als warmwaterleidingen, worden bepaald door de gebruiksfrequentie van tappunten en verdenking ten aanzien van hot spots. 34. Mag de temperatuur in de boiler tijdens een piekgebruik onder de 60 ºC komen? Als bijvoorbeeld een boiler op 60 ºC staat afgesteld en de temperatuur duikt door piekgebruik dagelijks één uur onder deze waarde, dan is er in principe niets aan de hand. Het ligt anders als twee boilers in serie staan, waarbij de eerste boiler op 40 ºC wordt gehouden en de tweede op 65 ºC. Als dan door een hoge tapvraag het lauwe water onvoldoende wordt verwarmd, kan wel een riskante situatie ontstaan. Bepalend zijn hier de voorzieningen om te garanderen dat het water uit de eerste boiler voldoende lang op de juiste temperatuur in de tweede boiler verblijft voordat het beschikbaar komt. 35. Moeten de inregelgegevens van volumestromen van circulatiedeelringen worden aangetoond? Nee, dat is niet nodig. Wel een aantoonbaar goed functioneren door 60 ºC in elke (deel)circulatieleiding. 36. Bij welke verblijftijd in het water levert de legionellaconcentratie een risico? Een exacte normering van aërosolvorming is niet te realiseren. Ook de relatie tussen de mate van blootstelling en ziekte is niet eenduidig. De legionellaconcentratie in het water kan bij een verblijftijd van enige dagen of langer stijgen, mits er voor groei gunstige temperaturen heersen. 37. Wat is het risico van stilstaand water? Stilstaand water vergroot het risico op het ontstaan van biofilm, die als voedingsbron en bescherming van legionellabacteriën fungeert. De legionellaconcentratie kan in stilstaand water stijgen, mits er voor groei gunstige temperaturen heersen. 38. Wat is een biofilm? Een biofilm bestaat uit homogene of gemengde kolonies van micro-organismen die zich samen aan het substraat hechten en volledig of gedeeltelijk in een door het organisme geproduceerde slijmlaag ingekapseld zijn. 39. Welke risico s introduceren sediment en biofilm? Sediment en biofilm leveren voedingsstoffen voor legionella. Biofilm biedt daarnaast wellicht bescherming tegen kortstondige temperatuurverhoging en/of chemische middelen. 40. Is een voorkeur aan te geven over het gebruik van bepaalde waterleidingmaterialen in verband met de groeivorming van een biofilm? Beoordeling van de materialen op basis van biofilmvorming, gerelateerd aan hygiënische, esthetische of technische normen en waarden is nog niet mogelijk. Ook het ontbreken van informatie over biofilmconcentraties in drinkwaterinstallaties bemoeilijkt de evaluatie van testresultaten. Beoordeling van de materialen op basis van groei van legionellabacteriën is ook niet mogelijk door het ontbreken van informatie over de relatie tussen aantallen legionellabacteriën in het water en in de biofilm. 41. Wordt een weinig gebruikte leiding aangemerkt als een dode leiding? Een dode leiding heeft aan het einde geen tappunt. Deze leidingen moeten worden verwijderd (installatieaanpassing). Een weinig gebruikte leiding is geen dode leiding, maar heeft globaal dezelfde risico s. Hierop kunnen echter beheersmaatregelen worden toegepast, bijvoorbeeld wekelijks spoelen. 42. Moet bij de risico-analyse ook rekening worden gehouden met onderbreking (uitval) van de levering via het leidingnet van het waterleidingbedrijf? Een kortdurende uitval heeft geen invloed op de groeikansen van legionella. Langdurige uitval (meer dan een dag) komt nauwelijks voor. 43. Wat te doen als uit de risico-analyse knelpunten naar voren komen? Als uit een risico-analyse knelpunten naar voren komen die een kans op ongewenste legionellagroei bevorderen, dan zijn de volgende benaderingen mogelijk om deze te verhelpen: aanpassingen installatie; toepassen beheersmaatregelen. Daarnaast kunnen installatieaanpassingen vereist zijn om beheersmaatregelen mogelijk te maken. De Isso-Praktijkhandleiding bevat uitgebreide overzichten van installatieaanpassingen en beheersmaatregelen (controle, preventieve maatregelen, 32 juli/aug. 2000 intech

hun taak en welke bevoegdheden hebben zij? Op grond van de Waterleidingwet worden toezichthouders aangewezen. Dat kunnen verschillende overheidsinstanties zijn voor verschillende inrichtingen, bijvoorbeeld voor zorginstellingen (inspectie gezondheidzorg), zwembaden (provincies), campings en sportaccommodaties (gemeenten), enz. De toezichthouders krijgen dezelfde bevoegdheden als een inspecteur voor de milieuhygiëne die heeft bij het toezicht op waterleidingbedrijven. Het toezicht zal in hoofdzaak bestaan uit een steekproefsgewijze controle. Bij overtreding van de voorschriften kan bestuursdwang worden toegepast, kan een hechtenis van ten hoogste 6 maanden of een geldboete worden opgelegd. 50. De eigenaar van een collectief leidingnet, bijvoorbeeld een woningcorporatie, is verantwoordelijk voor de waterkwaliteit aan het tappunt, maar heeft geen invloed op het gebruik van de woninginstallatie. Welke mogelijkheden heeft de eigenaar (verhuurder) om er voor te zorgen dat de waterkwaliteit in het collectieve leidingnet niet door het gebruik van aangesloten woninginstallaties wordt beïnvloed? Ook een nooddouche kan relevante hoeveelheden inadembare aërosolen leveren. aanpassingen beheersplan, correctieve maatregelen en monstername). 44. Is de continue volumestroom bij spoelen met heetwater van uittapleidingen van belang? Een continue volumestroom is niet van direct belang. De spoeltijd wordt gedefinieerd als de tijdsduur waarin een uittapleiding in zijn geheel op of boven de gegeven temperatuur moet worden gehouden. Dit kan onder meer door continue doorstroming bij een geschikte volumestroom, door interval doorstroming of door externe verwarming (bijvoorbeeld trace heating). 45. Waarom is er een verschil in naverwarmingstijd en spoeltijd? Door naverwarming moet een afdoding plaatsvinden van in het water aanwezige legionella. Met spoelen moet bovendien ook de in biofilm aanwezige legionella in voldoende mate worden afgedood. 46. Is er een verschil tussen het reinigen en het desinfecteren van leidingen? Reiniging houdt in het verwijderen van vuil, desinfectie is gericht op het doden van organismen. 47. Welke andere dan thermische desinfectiemethoden zijn toegestaan? Zogenaamde alternatieve desinfectiemethoden zijn in principe toegestaan, mits het effect ervan tenminste gelijkwaardig is aan de thermische methode en geen nadelige effecten optreden voor mens en milieu. Er zijn alternatieve fysische en chemische desinfectiemethoden. De toepassing van chemische middelen in leidingwaterinstallaties kan in strijd zijn met de bestrijdingsmiddelenwet. 48. Welke acties moeten worden ondernomen bij een vastgestelde besmetting? Een normoverschrijding van het aantal kve (kolonievormende eenheden) per liter of een besmetting moet worden gemeld aan de toezichthouder. Daarnaast is het verstandig om tevens de GGD te waarschuwen. 49. Wie zijn de toezichthouders, wat is Door het plaatsen van controleerbare keerkleppen in de aansluitingen van de woninginstallaties kan het risico van verslechtering van de waterkwaliteit in het collectieve waterleidingnet door gebruik van woninginstallaties voor een belangrijk deel worden beperkt. Ontbreken deze keerkleppen dan vallen ook die woninginstallaties onder de verplichte risicoanalyse. Verder kan de gebruiker (huurder) door voorlichting attent worden gemaakt op de mogelijke risico s door verkeerd gebruik van de woninginstallatie. Ook in de huurovereenkomst kunnen afspraken worden gemaakt die bijdragen aan een duurzaam veilige woninginstallatie. Bronnen: * ISSO-Praktijkhandleiding 55.1 - Legionellapreventie in leidingwater, augustus 2000. * Modelbeheersplan legionellapreventie in leidingwater, Vrom, april 2000. * Het ontwerpen van sanitaire installaties, uitgave 2000, Elsevier Bedrijfsinformatie. Aan de hierboven vermelde tekst kunnen geen rechten worden ontleend. De antwoorden zijn met zorg samengesteld, maar zijn niet uitputtend. De mogelijkheid moet niet worden uitgesloten dat zich toch nog onjuistheden in bovenstaande tekst kunnen bevinden. intech 2000 juli/aug. 33