Huishoudelijk Reglement van de Hippische Sportvereniging St. Martinus Boxtel Algemene bepalingen De accommodatie wordt beheerd door de Stichting Paardensport Boxtel (te noemen de stichting) met als leden menvereniging Aangespannen ontspanning en HSV sint Martinus. Art. 1. De Hippische Sportvereniging St. Martinus is gevestigd te Boxtel en is als lid ingeschreven bij de Koninklijke Nederlandse Hippische Sportfederatie (KNHS). Het bestuur van de vereniging bestaat uit minimaal 3 leden. Lidmaatschap Art. 2. 1. Wanneer in dit reglement gesproken wordt over leden, wordt daaronder verstaan; een ieder die voldoet aan artikel 4.1 van de statuten 2. Het lidmaatschap van de vereniging is persoonlijk. 3. Leden zijn verplicht bij verandering van adres, e-mail adres, binnen 14 dagen na wijziging, het secretariaat schriftelijk hiervan in kennis te stellen. 4. Opzegging van het lidmaatschap dient schriftelijk te geschieden vóór 1 november van het lopende jaar. 5. Verplichtingen gelden tot en met 31 dec. van dat jaar. In geval van beëindiging van het lidmaatschap dienen door het lid, uiterlijk op de laatste dag van het lidmaatschap, de bezittingen van de vereniging ( zoals dekje, sleutel van de manege) bij het secretariaat te worden ingeleverd. 6. Toelating als lid geschiedt door het bestuur, na ontvangst van het ondertekende inschrijfformulier met daarop vermeld de gevraagde personalia. Het bestuur kan om haar moverende redenen besluiten de aanvraag voor het lidmaatschap niet te honoreren 7. Het is mogelijk gedurende het jaar lid te worden van onze vereniging, dit kan steeds per eerste van iedere maand. De lidmaatschapskosten (contributie en sleutelgeld) zullen dan naar rato in rekening worden gebracht, het volgen van lessen kan tussentijds alleen indien er plaats is, het lesgeld wordt door het bestuur bepaald. De kosten voor het KNHS lidmaatschap (en overige KNHS kosten) worden doorbelast zoals de KNHS ze bij de vereniging in rekening brengt. 8. Bij juniorleden (jeugdleden tot 18 jaar) moet het inschrijfformulier mede ondertekend zijn door een wettelijk vertegenwoordiger. 9. Indien een lid tot de vereniging wordt toegelaten, wordt hij/zij daarvan door het bestuur in kennis gesteld. 10. Leden zijn verplicht zich te houden aan de statuten, het huishoudelijk reglement en de financiële afspraken met de vereniging.
Bestuur Art. 3. Het bestuur bestaat uit een oneven aantal bestuursleden inclusief de voorzitter. Een bestuurslid is lid van de vereniging, het bestuur kan bij niet actief rijdende bestuursleden besluiten het betreffende bestuurslid vrij te stellen van het betalen van contributie. Het bestuur kent de volgende functies: Dagelijks bestuur: Voorzitter, Penningmeester, Secretaris Leden: Jeugdzaken, Instructie, Wedstrijdzaken, Faciliteiten Stemmen Art. 4. Over personen kan bij acclamatie gestemd worden mits: - er geen tegenkandidaten zijn, - er goedkeuring is van de volledige vergadering. Active ereleden hebben binnen onze vereniging ook stemrecht, een actief erelid is een erelid dat hetzij actief rijdend lid is dan wel actief is binnen een commissie of het bestuur. Donateurs hebben geen stemrecht. Rechten en verplichtingen Art.5. 1. De rechten en plichten van de leden zijn neergelegd in de statuten van de vereniging en in het huishoudelijk reglement. 2. Ieder lid wordt geacht met de inhoud van de statuten en het reglement bekend te zijn en deze door het aangaan van het lidmaatschap te aanvaarden. 3. Voor het voldoen aan de financiële verplichtingen wordt door de penningmeester een rekening aangeboden, welke binnen 30 dagen moet worden voldaan. 3a. Bij overschrijding van de vervaldatum wordt de incassoprocedure van de KNHS gevolgd 4. Onze vereniging is slechts in staat haar doelstelling te realiseren als alle leden een bijdrage leveren middels het uitvoeren van vrijwilligerstaken gedurende minimaal 6 dagdelen per jaar, leden van de vereniging zijn hiertoe verplicht. 4a. Het bestuur zal hiervoor twee maal per jaar een uitvraag doen onder de leden, leden die niet reageren op deze uitvraag zullen door het bestuur worden ingedeeld voor het uitvoeren van vrijwilligerstaken. 4b. Bij het niet nakomen van deze verplichting zullen de volgende sancties worden opgelegd: -Indien een lid 1x per jaar zijn verplichting niet nakomt (en niet voor vervanging heeft gezorgd) volgt een officiële berisping. -Indien een lid 2x per jaar zijn verplichting niet nakomt (en niet voor vervanging heeft gezorgd) volgt een boete van 50,-- -Indien een lid 3x per jaar zijn verplichting niet nakomt (en niet voor vervanging heeft gezorgd) volgt een boete van 150,-- -Indien een lid 4x per jaar zijn verplichting niet nakomt (en niet voor vervanging heeft gezorgd) volgt royement van de vereniging. Bij verhindering wordt het lid geacht zelf voor plaatsvervanging te zorgen.
4c. Bij aanvang van het kalenderjaar bestaat de mogelijkheid om de hier boven beschreven verplichting af te kopen tegen een jaarlijks door het bestuur vast te stellen bedrag, per ingangsdatum van dit reglement wordt het bedrag bepaald op 250,-- per jaar 4d. Het bestuur kan dispensatie verlenen voor het uitvoeren van vrijwilligerstaken Commissies Art. 6. 1. Binnen de vereniging zullen de navolgende commissies werkzaam zijn: a. de commissie springen b. de commissie dressuur c. de jeugdcommissie d. de ontspanningscommissie 2. Deze commissies worden door het bestuur ingesteld. 3. Het bestuur en de algemene ledenvergadering kunnen voor bijzondere opdrachten of activiteiten ad-hoc commissies instellen zoals bijvoorbeeld een concourscommissie. 4. Commissies zijn slechts aan het bestuur verantwoording verschuldigd. 5. Alle leden, zowel leden als ereleden kunnen lid zijn van een commissie. 5. Alle leden en donateurs kunnen lid zijn van een commissie, in bijzondere gevallen kunnen ook niet leden zitting nemen in een commissie. De commissie springen Art. 6a. 1. De commissie adviseert het bestuur zodanig dat het springen binnen de vereniging voldoende aandacht krijgt. 2. De commissie stimuleert het springen voor zowel pony's als paarden en stemt het oefenen en de wedstrijden op elkaar af. 3. De commissie is onder verantwoordelijkheid van het bestuur belast met het organiseren van springwedstrijden voor pony's en paarden zowel indoor als outdoor. 4. De commissie draagt, samen met de wedstrijdsecretaris, verantwoordelijkheid voor de inschrijvingen en programma's bij eigen wedstrijden. 5. De commissie draagt zorg voor de organisatie van de wedstrijden: - vastleggen juryleden, - opbouwen en aankleden van het parcours in overleg met de parcoursbouwer, - aanzoeken van omroeper, schrijvers, ringmeester, parcoursbouwer en EHBO. - regelen van prijzen. De Commissie dressuur Art. 6b. 1. De commissie adviseert het bestuur zodanig dat de dressuur zowel individueel als in groepsverband binnen de vereniging voldoende aandacht krijgt. 2. De commissie stimuleert de dressuur voor zowel pony's als paarden en stemt het oefenen en wedstrijden op elkaar af. 3. De commissie is onder verantwoordelijkheid van het bestuur belast met het organiseren van dressuurwedstrijden ( individueel en in groepsverband), zowel indoor als outdoor. 4. De commissie draagt samen met de wedstrijdsecretaris verantwoordelijkheid voor de inschrijvingen en programma's van de eigen wedstrijden.
5. De commissie draagt zorg voor de organisatie van de wedstrijden: - vastleggen juryleden, - uitzetten en aankleden van dressuurringen - aanzoeken van schrijvers en ringmeesters - regelen van prijzen. De Jeugcommissie Art. 6c. -Belangrijkste doelstelling van de Jeugdcommissie is ledenwerving en ledenbehoud in de leeftijd van 6 tot 18 jaar. -De jeugdcommissie is een activiteitencommissie met een adviserende functie richting het bestuur aangaande jeugdzaken. De Jeugdcommissie: 1. Adviseert het bestuur zodanig dat: a. er aanwas van nieuwe jeugdleden ontstaat. b. de jeugdleden binnen de vereniging voldoende aandacht krijgen. 2. Stimuleert het lidmaatschap van jeugdleden, het rijplezier van jeugdleden en het verenigingsgevoel. Ook begeleidt de Jeugdcommissie de jongeren binnen de vereniging. 3. Is onder verantwoordelijkheid van het bestuur belast met het organiseren van jeugdactiviteiten in de ruimste zin des woords. Het streven is om deze activiteiten in het teken te laten staan van de ontwikkelingsmogelijkheden van kinderen en jongeren binnen de vereniging op het gebied van de ponysport. De Ontspanningscommissie Art. 6d. 1. De commissie is belast met de organisatie van alle binnen de vereniging aan de orde zijnde zaken, die niet direct te maken hebben met de sport, maar wel van belang zijn voor het verenigingsleven als zodanig en bijdragen aan een goede onderlinge sfeer. 2. Hierbij valt te denken aan de organisatie van een feestavond, een fiets- of puzzeltocht, nieuwjaarsreceptie, een jubileumviering, een kaart- of spelprogramma etc. 3. De commissie is onder verantwoordelijkheid van het bestuur belast met het organiseren van bovengenoemde activiteiten. Huldigingen en jubilarissen Art.7a Het bestuur kan besluiten om bij uitzonderlijke prestaties een lid, of meerdere leden te huldigen, dit gebeurt in ieder geval bij: -Behalen van het kringkampioenschap (of gelijkgesteld), in dit geval zal het lid/de leden met de prestatie genoemd worden in de eerst volgende ledenvergadering. -Behalen van het Brabants kampioenschap (of gelijkgesteld), in dit geval zal naast een benoeming in de ledenvergadering het lid/de leden ook worden gehuldigd tijdens deze vergadering. -Behalen van het Nationaal kampioenschap (of gelijkgesteld), in dit geval zal naast de hiervoor genoemde zaken het lid/de leden een receptie worden aangeboden.
Art.7b De vereniging kent de volgende jubilea: -25 jaar aaneengesloten lidmaatschap -40 jaar aaneengesloten lidmaatschap -50 jaar aaneengesloten lidmaatschap -65 jaar aaneengesloten lidmaatschap De jubilarissen zullen in de ledenvergadering worden genoemd en krijgen een receptie aangeboden. Lessen Art. 8a 1. Aan het begin van ieder seizoen zal het bestuur een uitvraag doen onder de leden naar de lesbehoefte. 2. Leden niet of niet tijdig reageren op deze uitvraag kunnen dat seizoen geen lessen volgen tenzij er in één van de lessen plaats beschikbaar is. 3. De kosten van de eigen instructeurs zijn opgenomen in de contributie voor lessen. 4. De kosten van de externe instructeur zijn voor eigen rekening en worden vooraf in rekening gebracht. 5. Men dient minimaal 5 minuten voor aanvang van de les in de manege gereed te zijn. 6. Het is niet lessende ruiters niet toegestaan tijdens de lessen in de bak waar les wordt gegeven te rijden, tijdens de les is de bak exclusief voor de lessende leden. Art. 8b 1. Alle instructeurs zijn in het bezit van het diploma Orun 2 (of gelijkwaardig), het bestuur kan hierop een uitzondering maken. 2. Alle instructeurs zijn verplicht de voorgeschreven KNHS bijscholing te volgen. 3. Leden die voornemens zijn een hippische opleiding te gaan volgen kunnen hiervoor een vergoeding van het bestuur ontvangen mits aan het volgende wordt voldaan: Een kandidaat meldt vooraf zijn/haar intentie tot het volgen van de cursus. Het bestuur buigt zich over het verzoek en hanteert daarbij een aantal, vooraf afgesproken, maatstaven. Doorgaans zal vergoeding plaatsvinden op basis van 75% van de gemaakte cursuskosten (bijkomende kosten zoals vervoer e.d. worden niet vergoed) en na overlegging van de originele factuur (dit om te voorkomen dat er op meerdere plaatsten wordt gedeclareerd) over een periode van drie jaar. Dat betekent dat, na goedkeuring en overlegging van de factuur, er drie achtereenvolgende jaren 25% van de cursuskosten wordt vergoed. En natuurlijk alleen zolang als iemand als instructeur verbonden is aan onze vereniging. Het besluit om al dan niet over te gaan tot het verstrekken van een vergoeding is ten aller tijden aan het bestuur. TIJDENS DE LESSEN DIENEN DE AANWIJZINGEN VAN DE INSTRUCTEURS ALTIJD TE WORDEN OPGEVOLGD Gebruik accommodatie Art. 9a 1. Tijdens het rijden in en om de manege dient ten aller tijden een veiligheidshelm te worden gedragen. 2. Na het gebruik dient de accommodatie netjes te worden achtergelaten; In ieder geval dient de mest direct te worden opgeruimd: a. tijdens het rijden in één van de hallen dient de mest direct door de ruiter of begeleider te worden opgeruimd en gedeponeerd in één van de bakken in de hoek.
b. na het rijden dient de mest in de gang en van het voorterrein direct te worden opgeruimd in de kruiwagen. -de kruiwagen is niet bestemd om trailers uit te mesten, dit dient u thuis te doen. 3. Indien wordt geconstateerd dat mensen de mest niet opruimen zal eerst een waarschuwing worden gegeven, de tweede keer zal de sleutel worden ingenomen en kan het lid gedurende ten minste 1 winterseizoen geen gebruik maken van de accommodatie voor vrij rijden. Art. 9b 1. Ruiters en begeleiders dienen kennis te nemen van de locatie van de nooduitgangen, brandblussers en EHBO kist. 2. In de manege en in de kantine geldt een rookverbod. 3. Buiten de lessen van onze vereniging geldt een parkeerverbod voor de ingang van de kleine bak, dit is om de ingang niet te blokkeren voor mensen met een aanspanning. 4. Agressief en normafwijkend gedrag wordt in en om de accommodatie niet getolereerd. 5. In en om onze accommodatie gelden ook enkele huisregels, deze vindt u in de beide presentatiekasten in de gang tussen de rijbakken en in de gang bij de kantine. Ook staan deze regels bij de documenten op de website. De Stichting Paardensport Boxtel kan deze huisregels wijzigen en uitbreiden Paardenwelzijn Art.10 In het kader van het paardenwelzijn conformeren wij ons aan de gedragscode welzijn van het paard zoals omschreven in bijlage 3 van het wedstrijdreglement van de KNHS (2011) of de vervanger hiervan, deze gedragscode vindt u op onze website bij documenten. Waar in de gedragscode wordt gesproken over wedstrijden dient deze gedragscode te worden geïnterpreteerd naar onze situatie in en om de manege. Slotbepaling 1. Dit reglement zal jaarlijks bij de jaarvergadering ter tafel worden gebracht, zodat noodzakelijke wijzigingen kunnen worden aangebracht. 2. In gevallen waarin dit reglement en de statuten niet voorzien beslist het bestuur. Dit reglement is besproken en goedgekeurd op de algemene vergadering van 19 maart 2012.