Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Vergelijkbare documenten
APR 214. Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Datum: Betreft: Beslissing op uw Wob-verzoek. Geachte

9 MEI Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Datum: Betreft: Beslissing op uw Wob-verzoek. Geachte

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Datum: 28 DEC Betreft: Openbaarmaking van gegevens. Geachte

2 8MEI 2Ü1. Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Datum: Betreft: Besluit op uw Wob-verzoek. Geachte

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Datum: 29 OKT 2013 Betreft: Openbaarmaking van gegevens. Geachte heen

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

In dit besluit wordt verwezen naar de corresponderende nummers uit de inventarislijst, zodat per document duidelijk is wat is besloten.

Besluit Ik heb besloten aan uw verzoek tegemoet te komen en de informatie waarom u verzocht openbaar te maken.

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

tegen het besluit van 13 maart 2017 in het kader van de subsidie SNL, kenmerk

23JAN 2û19. Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Inventarisatie documenten

4 MEI 217. Ministerie van Volksgezondheid,

6 JAN Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Datum: Betreft: Beslissing op uw Wob-verzoek

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Besluit. A. Verzoek om openbaarmaking. B. Relevante bepalingen. Kenmerk: / Betreft: verzoek om openbaarmaking

Datum 19 juni 2019 Betreft Besluit op uw Wob-verzoek. Geachte

Ministerie van Economische Zaken en Klimaat

Datum 17 juli 2019 Betreft Herzieningsbesluit op uw Wob-verzoek. Geachte,

Ministerie van Veiligheid en Justitie

Nationaal Coördinator. Terrorismebestrijding en Veiligheid. Wettelijk kader. Inventarisatie documenten. Ministerie van Veilfgheidenlusririe

Controle en handhaving Besluit Overwegingen Algemene overweging: openbaarheid t.a.v. een ieder De eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Sociaal Juridisch Medewerker-Arbeidsvoorziening en Personeelswerk (Crebo 10026) over de periode bij ROC Landstede;

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Datum: 11JAN, 2018 Betreft: Beslissing op uw Wob-verzoek. Geachtel 1

Handleiding behandeling WOB-verzoeken

Staatstoezicht op de Mijnen Ministerie van Economische Zaken en Klimaat

De belanghebbende heeft geen bedenkingen tegen het openbaar maken van de door u gevraagd gegevens kenbaar gemaakt.

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

3. Voor een overzicht van de relevante bepalingen wordt verwezen naar de bijlage bij dit besluit.

Datum 13 juni 2019 Betreft Besluit op uw Wob-verzoek. Geachte,

9 NOV Nucleaire Veiligheid. Stralingsbescherming. Datum. Betreft Besluit op Wob-verzoek inzake de Stichting Beheer Ons kenmerk

Beslissing op bezwaar

Ministerie van Veiligheid en Justide

Ministerie van Veiligheid en Justitie

iuni 2018 Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Datum: Betreft: Besluit op uw Wob-verzoek

Ministerie van Infrastructuur en Milieu

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

2. Daarnaast heeft de verzoeker het Commissariaat verzocht de kosten van het Wobverzoek

Wettelijk kader Uw verzoek valt onder de reikwijdte van de Wob. Voor de relevante Wob-artikelen verwijs ik u naar de bijlage 1.

23DEC, Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Datum: Betreft: Beslissing op uw Wob-verzoek. Geachte

Besluit. A. Verzoek om openbaarmaking. B. Relevante bepalingen. C. Overwegingen. Kenmerk: / Betreft: verzoek om openbaarmaking

VERZONDEN 18 JUL 2018 Datum:

Wettelijk kader Uw verzoek valt onder de reikwijdte van de Wob. Voor de relevante Wob-artikelen verwijs ik u naar de bijlage 1.

Beslissing op bezwaar

24 MRT 2û17. Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Datum: Betreft: Beslissing op uw Wob-verzoek. Geachte

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Datum 13 september 2017 Onderwerp Uw Wob-verzoek inzake correspondentie over adoptie uit Sri Lanka en de (voormalige) adoptievergunninghouder FLASH

Wettelijk kader Uw verzoek valt onder de reikwijdte van de Wob. Voor de relevante Wob-artikelen verwijs ik u naar Bijlage 1.

Inspectie Leefomgeving en Transport. Ministerie van Infrastructuur en Milieu. P1RRl Uh Uwkenmerk. Datum. Onderwerp Besluit op Wob-verzoek.

Ministerie van Economische Zaken en Klimaat

Waarnemend Manager Leveranciersmanagement ICT (Deel)beslissing op uw verzoek in het kader van Wet openbaarheid bestuur

: esluit. Autoriteit Consument t Markt. / m46at Lo,~.

In dit besluit wordt verwezen naar de corresponderende nummers uit de inventarislijst, zodat per document duidelijk is wat is besloten.

JULI Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Datum: Betreft: Beslissing op uw Wob-verzoek. Geachte

De met u gemaakte afspraken, bedoeld in de vorige alinea, houden het volgende in:

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Datum 16 AUG2018. Betreft Wob-besluit

Wettelijk kader Uw verzoek valt onder de reikwijdte van de Wob. Voor de relevante artikelen verwijs ik u naar bijlage 1.

Uw verzoek betreft de bekostigíngsaanvraag van het Erasmus College Rivierenland ex. artikel 65 van de Wet op het Voortgezet Onderwijs.

Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

Wettelijk kader Uw verzoek valt onder de reikwijdte van de Wob. Voor de relevante Wob-artikelen verwijs ik u naar de bijlage 1.

Plaatsing op internet Het besluit wordt op geplaatst.

Datum 31 juli 2015 Onderwerp Eerste deelbesluit wob-verzoek ICT-incidenten. Geachte

Ministerie van Economische Zaken

VERZONDEN 07 APR 2019

Ministerie van Justitie en Veiligheid

Ministerie van Infrastructuur en Milieu

0.2e. 1 2 FEB. 201u IENW/OSK-2018/ Ministerie van Infrastructuur. en Waterstaat. Procedure. Datum Bijlage(n)

Wettelijk kader Uw verzoek valt onder de reikwijdte van de Wob. Voor de relevante Wob-artikelen verwijs ik u naar de bijiage

Toelichting Zienswijzeprocedure

Inspectie Veiligheid en Justitie Ministerie van Veiligheid en Justitie

Ministerie van Economische Zaken en Klimaat

Algemeen Dagblad T.a.v. Postbus TC ROTTERDAM

Ministerie van Infrastructuur. en Waterstaat. T.a.v. Bestuurskern. (va Datum. Betreft Uw verzoek Wet op de beloodsing.

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

3 SEP zû. Rijksvastgoedbedrijf Ministerie van BinnenlaridseZaken en Koninkrijksrelaties. Datum Betreft

2 0 JUNI. Ministerie van Infrastructuur en Milieu. Datum Betreft Verzoek op grond van Wet Openbaar van bestuur. uw kenmerk.

Ons kenmerk IENW/DSK-2018/ Datum. Uw kenmerk Betreft Beslissing op uw Wob-verzoek d.d. 7 augustus 2018 SL 500/18.012

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Wijze van openbaarmaking De documenten, genoemd onder inventarisatie documenten onder nummers één tot en met negen zal ik naar u mailen.

Kabinet Minister-President

Besluit: Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie. Datum. Beschikking inzake verzoek op basis van de Wet openbaarheid van bestuur

Wettelijk kader Uw verzoek valt onder de reikwijdte van de Wob. Voor de relevante Wob-artikelen verwijs ik u naar de bijlage 1.

XXXXXXXXXXXX XXXXXXXXXXXX XXXXXXXXXXXX

Besluit. A. Verzoek om openbaarmaking. B. Relevante bepalingen. Kenmerk: / Betreft: verzoek om openbaarmaking

6. Voor een overzicht van de relevante bepalingen wordt verwezen naar bijlage 1 bij dit besluit.

Uw Wob-verzoek betreffende Stichting Infofilter Bel-me-niet Register

25FEB 2O1. Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Datum: Betreft: Beslissing op uw Wob-verzoek, deelbesluit 1! Geachte

Ministerie van Verkeer en Waterstaat

Ministerie van Economische Zaken

Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid Ministerie van Veiligheid en Justftie

Beslissing op bezwaar

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Ministerie van Infrastructuur en Milieu

Inspectie Leeforngeving en Transport IMinisrerie van infrastructuur en Milieu

rechtspersonen vertrouwelijk aan de overheid zijn meegedeeld.

Ministerie van Buitenlandse Zaken

Online Juridisch Advies voor U (OJAU) T.a.v.: Binckhorstlaan 36-C BE DEN HAAG

Ministerie van Economische Zaken en Klimaat

16DEC2011. Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Datum: Betreft: Beslissing op uw Wob-verzoek. Geachte

Transcriptie:

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag Bezoekadres: Rijnatraat 50 2515 XP Den Haag T 070 340 79 11 F 070 340 78 34 www.rijksovsrheid.nl tnhichtingen bij Datum: 1 APR 2014 Betreft: Beslissing op uw Wob-verzoek Geachte tn uw brief van 14 januari 2014, heeft u met een beroep op de Wet openbaarheid van bestuur (hierna: Wob), informatie verzocht over een dossier van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (hierna: de inspectie) inzake de bevindingen van het onderzoek naar een door u genoemd medisch specialist. Meer specifiek vraagt u naar documenten waarin staat beschreven welk onderzoek de inspectie heeft uitgevoerd inzake de honorering door de door u genoemde fabrikant voor de dienstverlening van de desbetreffende medisch specialist. U wilt documenten ontvangen waarin staat beschreven wat de overige bevindingen zijn en welke maatregelen de inspectie heeft getroffen. 20 14. 005 DWJZ-361412-119807 Bijlage A en S Uw brief van: 14januari 2014 Correspondentie uitsluitend richten aan het retouradres met vermelding van de datum en het kenmerk van deze brief. De ontvangst van uw verzoek is schriftelijk bevestigd bij brief van 17 januari 2014, kenmerk DWJZ-191075/005. In de brief van 13 februari 2014, kenmerk DWJZ-328190.0085, is de beslistermijn met vier weken verdaagd. Bij brief van 10 maart 2014, kenmerk DWJZ-346153/2014.005, bent u erover geïnformeerd dat de beslistermijn is opgeschort vanwege het vragen van zienswijzen aan de derde belanghebbenden. In de brief van 24 maart 2014, kenmerk DWJZ-354168/2014.005, is de opschorting van de beslistermijn, voor het vragen van de zienswijzen, beeïndigd. Bij e-mail van 25 maart 2014 bent u erover geïnformeerd dat de beslistermijn is verstreken. Derhalve bent u verzocht om in te stemmen met een opschorting van de beslistermijn, tot 15 april 2014. In reactie hierop heeft u in de e-mail van 31 maart 2014 aangegeven niet akkoord te gaan met verdere opschorting en heeft u mij in gebreke gesteld. Het ministerie van VWS heeft besloten om met ingang van 1 mei 2013 de kosten voor de behandeling van een Wob-verzoek inzichtelijk te maken en verzoeker hierover te informeren. De behandeling van uw Wob-verzoek heeft het ministerie van VWS 1.542 gekost. Pagina 1 van 8

Wettelijk kader Uw verzoek valt onder de reikwijdte van de Wob. Voor de relevante Wob-artikelen verwijs ik u naar bijlage A. - 2014.005 Inventarisatie documenten Op basis van uw verzoek is de informatie geïnventariseerd. Hierbij is rekening gehouden met de datum waarop uw verzoek is ontvangen. De geïnventariseerde informatie loopt derhalve tot en met 17 januari 2014, Gelet op het vorenstaande heb ik 10 documenten aangetroffen. Deze documenten zijn opgenomen in een inventarisatielijst, die als bijlage B bij dit besluit is gevoegd, Middels deze inventarisatielijst wordt per document duidelijk wat is besloten. Ik ga er vanuit dat u zelf in het bezit bent van document nummer 10. Zie hiertoe bijlage B. Dit betrek ik daarom niet bij mijn besluit. Zienswijzen U bent er over geïnformeerd in de brief van 10 maart 2014 dat er derde belanghebbenden zijn bij de openbaarmaking van diverse documenten en dat deze in de gelegenheid zijn gesteld hierover een zienswijze te geven. De derde belanghebbenden hebben schriftelijk aangegeven bedenkingen te hebben bij de voorstane wijze van openbaarmaking. Zij voeren, kort samengevat, het volgende aan: - de documenten bevatten bedrijfs- en fabricage gegevens die vertrouwelijk zijn overgelegd. Door openbaarmaking van bepaalde informatie krijgt men toegang tot inloggegevens waarmee men via internet in het bedrijfsvertrouwelijke deel van een van de derdebelanghebbenden terecht kan. Daarnaast kan door openbaarmaking van informatie over de tarieven de concurrentie- en onderhandelingspositie van één van de derde belanghebbenden worden ondermijnd. Tot slot bevatten bepaalde documenten gegevens over medische onderwerpen, welke bedoeld zijn voor nascholingen van medisch personeel. Deze informatie leent zich niet voor openbaar making voor een ieder. De derde belanghebbenden doen derhalve een beroep op artikel 10, eerste lid, aanhef en onder c, van de Wob; - de documenten bevatten persoonsgegevens. Bepaalde gegevens zijn bovendien herleidbaar tot één persoon. Publicatie hiervan zal derhalve inbreuk maken op de persoonlijke levenssfeer van de in de documenten genoemde personen en in het bijzonder van één bepaald persoon. De derde belanghebbenden beroepen zich hierbij op artikel 10, eerste lid, aanhef en onder d, van de Wob en op artikel 10, tweede lid, aanhef en onder e, van de Wob; - tot slot voeren de derde belanghebbenden aan dat door openbaar making van de documenten zij onevenredig zullen worden benadeeld. In dit verband wijzen zij op de negatieve publiciteit en de ongenuanceerde oordeelsvorming die kan ontstaan. Daarnaast merkt één van de derde belanghebbenden op dat de door de inspectie getroffen maatregel nog niet onherroepelijk is geworden. De zienswijzen van de derde belanghebbenden heb ik in mijn belangenafweging meegenomen. Zie hiertoe mijn motivering als hieronder opgenomen. DWJZ-361412-119807 Besluit Ik besluit diverse documenten deels openbaar te maken. Voor een nadere specificatie per document verwijs ik naar bijlage B. Waarom ik u deze informatie (deels) weiger volgt uit hetgeen ik hieronder heb opgenomen in het hoofdstuk Motivering. Pagina 2 van 8

Motivering Ingevolge artikel 3, vijfde lid, van de Wob, wordt een verzoek om informatie ingewilligd met inachtneming van het bepaalde in de artikelen 10 en 11 van de Wob Het recht op openbaarmaking op grond van de Wob, dient het publieke belang van een goede en democratische bestuursvoering. Het komt iedere burger in gelijke mate toe. Daarom kan ten aanzien van de openbaarheid geen onderscheid worden gemaakt naar gelang de persoon of de bedoeling of belangen van de verzoeker. Bij de te verrichten belangenafweging worden dan ook betrokken het algemene belang bij openbaarmaking van de gevraagde informatie en de door de weigeringsgronden te beschermen belangen, maar niet het specifieke belang van de verzoeker, 2014.005 DWJZ-361412-1198û7 Evenmin kent de Wob een beperkte vorm van openbaarmaking. Dit betekent dat openbaarmaking van de gevraagde documenten uitsluitend aan u op grond van de Wob niet mogelijk is. Indien ik aan u de betreffende documenten verstrek, moet ik deze ook aan anderen geven indien zij daarom verzoeken. In dat licht vindt de afweging dan ook plaats. Bedrijfs- en fabricagegegevens Artikel 10, eerste lid, aanhef en onder c, van de Wob bepaalt dat het verstrekken van informatie achterwege blijft voor zover dit bedrijfs- en fabricagegegevens betreft, die door natuurlijke personen of rechtspersonen vertrouwelijk aan de overheid zijn medegedeeld. Onder bedrijfsgegevens moet blijkens bestendige jurisprudentie worden verstaan: al die gegevens waaruit wetenswaardigheden kunnen worden afgelezen of afgeleid met betrekking tot de technische bedrijfsvoering of het productieproces dan wel met betrekking tot de afzet van producten of de kring van afnemers of leveranciers. Cijfers of gegevens die de financiële bedrijfsvoering en financiële stromen betreffen, worden eveneens als bedrijfs- en fabricagegegevens aangemerkt. Alle andere gegevens worden niet door deze grond beschermd. De documenten 1, 3 en 4, die ik voornemens ben om deels openbaar te maken, bevatten gegevens in de zin van artikel 10, eerste lid, aanhef en onder c, van de Wob. Deze gegevens zijn vertrouwelijk medegedeeld. Het betreft informatie over tarieven die derde belanghebbende hanteert voor het geven van na- of bijscholing aan medisch personeel. Uit die informatie die aan mij is overhandigd, kan worden afgeleid hoe deze tarieven zijn opgebouwd. Indien deze informatie openbaar wordt gemaakt ken dat de onderhandelingspositie van derde belanghebbende ondermijnen. Zie eveneens mijn motivering onder het voorkomen van onevenredige bevoordeling of benadeling. Ik zal deze tarieven dan ook niet, in combinatie met de informatie over de scholingsactiviteiten, openbaar maken. Waar van toepassing heb ik reeds daarom besloten om de tarieven onleesbaar te maken onder vermelding van: 10.1.c. juncto 10.2.g. Ik volg hiermee de zienswijze van derde belanghebbende. Ten aanzien van de zienswijzen over inloggegevens en medische onderwerpen merk ik hierover nog het volgende op. In de onderhavige documenten staan geen inlogggevens van derde belanghebbenden, waardoor er niet gevreesd hoeft te worden voor onbevoegd toegang via internet in het bedrijfsvertrouwelijke deel van derde belanghebbende. Tot slot merk ik op dat van medische onderwerpen in de desbetreffende documenten geen sprake is, voor zover dit wel het geval is, worden deze gegevens niet beschermd door toepassing van deze grond. Pagins 3 van 8

Bijzondere persoonsgegevens Op grond van artikel 10, eerste lid, aanhef en onder d, van de Wob blijft verstrekking van informatie achterwege voor zover het bijzondere persoonsgegevens betreft, tenzij de verstrekking kennelijk geen inbreuk maakt op de persoonlijke levenssfeer. Op grond van artikel 16 van de Wet bescherming persoonsgegevens worden onder bijzondere persoonsgegevens verstaan gegevens over iemands godsdienst of levensovertuiging, ras, politieke gezindheid, gezondheid, seksuele leven, lidmaatschap van een vakvereniging, strafrechtelijke persoonsgegevens en persoonsgegevens over onrechtmatig of hinderlijk gedrag in verband met een opgelegd verbod naar aanleiding van dat gedrag. Alle andere typen gegevens die herleidbaar zijn tot personen vallen onder artikel 10, tweede lid, aanhef en onder e, van de Wob. Het kan dan gaan om zaken als namen, functies, de werkomgeving, bankrekeningnummers et cetera. 2014.005 DWJZ-361412-1 19807 Ik constateer dat in de desbetreffende documenten geen sprake is van gegevens als bedoeld in artikel 10, eerste lid, aanhef en onder d, van de Wob. De persoonsgegevens waar de derde belanghebbenden op doelen vinden hun bescherming daarom niet op deze grond, maar op grond van artikel 10, tweede lid, aanhef en onder e, van de Wob, zie hieronder. In dit verband volg ik dan ook niet de zienswijzen van de derde belanghebbenden. De eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer Op grond van artikel 10, tweede lid, aanhef en onder e, van de Wob blijft verstrekking van informatie achterwege voor zover het belang daarvan niet opweegt tegen het belang dat de persoonlijke levenssfeer wordt geëerbiedigd. In diverse documenten staan (in)directe identificerende persoonsgegevens. Dit betreffen namen, adresgegevens, e-mailadressen, kenmerken en andere herleidbare gegevens. Ik ben van oordeel dat ten aanzien van deze gegevens het belang dat de persoonlijke levenssfeer wordt geëerbiedigd, zwaarder moet wegen dan het belang van openbaarheid. Daarom heb ik de persoonsgegevens verwijderd uit deze documenten. Waar van toepassing heb ik deze informatie, met inachtneming van de zienswijzen, weggelakt onder vermelding van: 10.2.e. Ten aanzien van de zienswijzen dat de informatie in zijn geheel herleidbaar is tot één persoon merk ik het volgende op. Nu alle identif9ceerbare gegevens onleesbaar zijn gemaakt is naar mijn oordeel geen sprake van een persoonsgegeven in de zin van artikel 10, tweede lid, aanhef en onder e, van de Wob. In dit verband wijs ik er op dat deze informatie ziet op het beroepsmatig handelen. Deze handelen heeft geen betrekking op de persoonlijke levenssfeer. In dit verband volg ik op dit punt dan ook niet de zienswijzen van de derde belanghebbenden. Voor zover het de namen van ambtenaren betreft is hierbij het volgende van belang. Weliswaar kan, waar het gaat om beroepshalve functioneren van ambtenaren, slechts in beperkte mate een beroep worden gedaan op het belang van eerbiediging van hun persoonlijke levenssfeer. Dit ligt anders indien het betreft het openbaarmaken van namen van de ambtenaren. Namen zijn immers persoonsgegevens en het belang van eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer kan zich tegen het openbaarmaken daarvan verzetten. Daarbij is van belang dat het hier niet gaat om het opgeven van een naam aan een individuele burger die met een ambtenaar in contact treedt, maar om openbaarmaking van de naam in de zin van de Wob. Het voorkomen van onevenredige bevoordeling of benadeling Op grond van artikel 10, tweede lid, aanhef en onder g, van de Wob blijft verstrekking van informatie achterwege voor zover het belang daarvan niet opweegt tegen het belang van het voorkomen van onevenredige bevoordeling of Pagina 4 van 8

benadeling van bij de aangelegenheid betrokken natuurlijke personen of rechtspersonen dan wel van derden. Ten aanzien van de onderhandelings- en concurrentiepositie van derde belanghebbende overweeg ik als volgt. Openbaarmaking van de tarieven in combinatie met de scholingsactiviteiten zou derde belanghebbende onevenredig benadelen dan wel concurrenten onevenredig bevoordelen. Concurrenten en beroepsbeoefenaren zouden immers kunnen inspelen op de tarief opbouw van belanghebbende, hetgeen de onderhandelingspositie van derde belanghebbende ondermijnd. Bedrijven moeten erop kunnen vertrouwen dat bedrijfsvertrouwelijke of anderszins concurrentiegevoetige informatie vertrouwelijk blijft. Het belang bij het voorkomen van onevenredig nadeel weeg ik hier zwaarder dan het algemene belang van openbaarmaking. Waar van toepassing heb ik, conform de zienswijze van derde belanghebbende, deze informatie dan ook weggelakt onder vermelding van: 1O.2.g. 2014.005 DWJZ-361412-119807 Ten aanzien van de zienswijze over de negatieve publiciteit en de ongenuanceerde oordeelsvorming gericht op een bepaald individu, ben ik van oordeel dat daarvan geen sprake is, nu alle identificeerbare gegevens in de documenten onleesbaar zijn. Voorzover de informatie, ondanks het onleesbaar maken van persoonsgegevens, voor een bepaalde groep wel herleidbaar is naar een individu, ben ik van oordeel dat door het ook openbaar maken van de zienswijze van betrokkene er een compleet beeld bestaat van de situatie. Van een ongenuanceerde oordeelsvorming is mij insziens dan ook geen sprake. Gelet op het vorenstaande zie ik geen reden om de documenten in zijn geheel te weigeren. Ik volg dan ook niet de zienswijze van derde belanghebbende. Met betrekking tot de zienswijze dat één van de door de inspectie getroffen maatregelen nog niet onherroepelijk is geworden en derhalve nog kan worden gewijzigd, merk ik op het volgende op. In casu is belanghebbende een juridische procedure gestart inzake de opgelegde maatregel. Documenten 7, 8 en 9 liggen ten grondslag aan deze maatregel. De maatregel is het resultaat van de aan de inspectie toegekende taak om toezicht te houden op de naleving van regelgeving en de daarmee samenhangende bevoegdheid om handhavend op te treden tegen overtreding van die regelgeving. Bij deze taak van de inspectie is het mijns inziens passend om in geval van een verzoek om informatie hierover zo veel mogelijk transparant te zijn. Vanzelfsprekend wordt de de transparantie met inachtneming van de Wob geboden. In casu staat de onevenredige benadeling door openbaarmaking van de documenten ter discussie. Ik overweeg als volgt. Ik benvan oordeel dat belanghebbende door openbaarmaking van de desbetreffende documenten niet onevenredig wordt benadeeld. In dit verband acht ik van belang dat niet alleen de maatregel openbaar wordt gemaakt, maar juist ook de reactie van belanghebbende hierop. Voorts wordt met onderhavig Wob-besluit ook kenbaar dat de maatregel die volgt uit de desbetreffende documenten nog niet in rechte vaststaat. Hetenkele feit dat hier een bestuursrechtelijke procedure tegen loopt, acht ik onvoldoende voor het aanwezig zijn van onevenredig nadeel. Derhalve zie ik geen grond om enkel hierop de informatie niet te verstrekken. Wat betreft zowel mijn procespositie als die van belanghebbende in de lopende bestuursrechtelijke procedure, is mij eveneens niet gebleken van onevenredige bevoordeling dan wel benadeling ervan door het openbaar maken van de gevraagde informatie. Dit Wob-besluit wordt tezamen met de stukken - ook gepubliceerd op de website van de rijksoverheid. Hiermee wordt voorkomen dat er een onvolledig en daardoor vertekend beeld zal ontstaan door het openbaar maken van de stukken. Dat derden wellicht belanghebbende zullen bevragen inzake de getroffen maatregel maakt mijns inziens ook niet dat er sprake is van onevenredig nadeel. Te meer nu het complete beeld wordt geschetst, waarbij er Pagina 5 van 8

ook gewezen wordt op het feit dat de maatregel nog niet onherroepelijk is. In casu prevaleer ik de openbaarheid van de informatie aan de omstandigheid dat de desbetreffende maatregel nog niet onherroepelijk is geworden. Gelet op het vorenstaande ben ik dan ook van oordeel dat de orievenredigheid van het nadeel, zoals dat door artikel 10, tweede lid, aanhef en onder g wordt vereist, in het onderhavige geval niet aanwezig is. Ik besluit dan ook om derde belanghebbende niet te volgen in haar zienswijze en de onderhavige uitzonderingsgrond hier niet toe te passen. 2014005 DW]Z-361412 119807 Wijze van openbaarmaking Aangezien naar verwachting belanghebbende(n) bedenkingen hebben tegen open baarmaking van de door u gevraagde informatie vindt de feitelijke openbaarmaking van de documenten niet eerder plaats, dan twee weken na dagtekening van deze beschikking, conform artikel 6, vijfde lid, van de Wob. Op deze wijze wordt aan deze belanghebbende de mogelijkheid geboden om te proberen de openbaarmaking tegen te houden. Dit kan door het indienen van een bezwaarschrift bij het ministerie van VWS en door daarnaast bij de rechtbank te verzoeken om, bij wijze van voorlopige voorziening, het onderhavige besluit tot openbaarmaking te schorsen. Indien binnen twee weken na dagtekening van dit besluit een bezwaarschrift is ingediend en een voorlopige voorziening is aangevraagd, wordt de uitspraak van de voorzieningenrechter afgewacht, voordat tot daadwerkelijke openbaarmaking wordt overgegaan. Ingebrekestelling Bij e-mail van 31 maart 2014 heeft u mij in gebreke gesteld voor het overschrijden van de wettelijke termijn om op uw Wob-verzoek van 14 januari 2014 te beslissen. Hierover ontvangt u seperaat bericht. Plaatsing op internet De stukken die met een geanonimiseerde versie van dit besluit voor een ieder openbaar worden, zullen te zijner tijd op www.rijksoverheid.nl worden geplaatst. en afschrift van dit besluit zend ik aan belanghebbenden. Hoogachtend, de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Spört, namens ceze. de Secretaris-Geheraal. drs. L.A.M. van Halder Paqna 6 van 8

Bezwaar Hebt u vragen over deze beslissing of bent u het er niet mee eens? Kijk eens op http:/fwww.rljksoverheid.nh/ministeries/vws/bezwaarschriften-vws. Daar wordt uitgelegd wat u kunt doen als u het niet eens bent met de beslissing en misschien bezwaar wilt maken. Er staan voorbeelden waarmee u de kans op een succesvol bezwaar kan Inschatten. )uridische Zaken 2014,005 DWJZ-361412-119807 Wilt u een bezwaarschrift sturen, dan moet dit binnen zes weken na de datum dle bovenaan deze brief staat. Let op: doe dit op tijd, anders kan uw bezwaar niet behandeld worden. Noem in het bezwaarschrift uw naam en adres, en de datum en het kenmerk van deze brief (dit kenmerk vindt u in de rechterkantlijn). Geef aan waarom u het niet eens bent met de beslissing. Vergeet niet om uw bezwaarschrift te ondertekenen en van een datum te voorzien. Wilt u zo vriendelijk zijn om een kopie van deze brief mee te sturen met het bezwaarschrift? Het bezwaarschrift stuurt u naar: Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Postbus 20350 2500 EJ Den Haag U kunt uw bezwaarschrift ook faxen naar: (070) 340 59 84 of mailen naar: WJ Z bezwap ren beroe o ml nvws. ni. Pagina 7 van 8

Bijlage A Artikel 7 derde lid van de Kwaliteitswet zorginstellingen luidt: )urldlsche Zaken 3 De met het toezicht belaste ambtenaren zijn, voor zover dat voor de vervulling van hun taak noodzakelijk is en in afwijking van artikel 5:20, tweede lid, van de Algemene wet 2014005 bestuursrecht, bevoegd tot inzage van de patiëntendossiers. Voor zover de betrokken DW]Z-361412-119807 beroepsbeoefenaar uit hoofde van zijn beroep tot geheimhouding van het dossier verplicht is, geldt gelijke verplichting voor de betrokken ambtenaar. Ingevolge artikel 3, vijfde lid, van de Wob, wordt een verzoek om informatie Ingewilligd met inachtneming van het bepaalde in de artikelen 10 en 11. Artikel 10 van de Wob luidt, voor zover relevant, als volgt: 1. [let verstrekken van informatie ingevolge deze wet blijft achterwege voor zover dit: a. de eenheid van de Kroon in gevaar zou kunnen brengen; b. de veiligheid van de Staat zou kunnen schaden; c. bedrijfs- en fabricagegegevens betreft, die door natuurlijke personen of rechtspersonen vertrouwelijk aan de overheid zijn meegedeeld; d. persoonsgegevens betreft als bedoeld in paragraaf 2 van hoofdstuk 2 van de Wet bescherming persoonsgegevens, tenzij de verstrekking kennelijk geen Inbreuk op de persoonlijke levenssfeer maakt. 2. Het verstrekken van informatie ingevolge deze wet blijft eveneens achterwege voor zover het belang daarvan niet opweegt tegen de volgende belangen: a. de betrekkingen van Nederland met andere staten en met Internationale organisaties; b. de economische of financiële belangen van de Staat, de andere publiekrechtelijke lichamen of de in artikel la, onder c en d, bedoelde bestuursorganen; c. de opsporing en vervolging van strafbare feiten; d. inspectie, controle en toezicht door bestuursorganen; e. de eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer; f. het belang, dat de geadresseerde erbij heeft als eerste kennis te kunnen nemen van de informatie; g. het voorkomen van onevenredige bevoordeling of benadeling van bij de aangelegenheid betrokken natuurlijke personen of rechtspersonen dan wel van derden. 3. Het tweede lid, aanhef en onder e, is niet van toepassing voor zover de betrokken persoon heeft ingestemd met openbaarmaking. (...) Artikel 11 van de Wob luidt, voor zover relevant, als volgt: 1. In geval van een verzoek om informatie uit documenten, opgesteld ten behoeve van intern beraad, wordt geen Informatie verstrekt over daarin opgenomen persoonlijke beleidsopvattingen. 2. Over persoonlijke beleldsopvattingen kan met het oog op een goede en democratische bestuursvoering informatie worden verstrekt In niet tot personen herleidbare vorm. Indien degene die deze opvattingen heeft geuit of zich erachter heeft gesteld, daarmee heeft Ingestemd, kan de informatie in tot personen herleidbare vorm worden verstrekt. 3. Met betrekking tot adviezen van een ambtelijke of gemengd samengestelde adviescommissie kan het verstrekken van informatie over de daarin opgenomen persoonlijke beleidsopvattingen plaatsvinden, indien het voornemen daartoe door het bestuursorgaan dat het rechtstreeks aangaat aan de leden van de adviescommissie voor de aanvang van hun werkzaamheden kenbaar is gemaakt. 4. In afwijking van het eerste lid wordt bij milieu-informatie het belang van de bescherming van de persoonlijke beleidsopvattingen afgewogen tegen het belang van openbaarmaking. Informatie over persoonlijke beleidsopvattingen kan worden verstrekt In niet tot personen herleidbare vorm. Het tweede lid, tweede volzin, is van overeenkomstlge toepassing. Pagina 8 van 8

Bijlage B: inventarlsatlelljst Inzake Wob -verzoek lnzake maatregelen IGZ n.a,v. melding nr. van het verzoek, reeds in uw bezit. Omschrijving, naam document Datum Welgerlngsgrond Besluit Wob niet van toepassing Bijzonderheden 1. Afsluitende brief van de IGZ aan fabrikant betreft beoordeling Bijlage betreft onderzoek waarschuwing 2012 valt art. 10.2.e, 10.1.c en buiten de reikwijdte van 21-11-2013 10.2.g Deels openbaar het verzoek. 2. E-mail betreft afsluiting onderzoek aan Stg. CBR 20-11-2013 art. 10.2.e Deels openbaar 3. Afsluitende brief van de IGZ aan specialist betreft beoordeling art.10.2.e, 10.1.c en onderzoek 27-11-2013 10.2.g Deels openbaar 4. Brief aan specialist betreft maatregel art. 10.2.e, 10.1.c en 28-11-2013 1D.2.g Deels openbaar 5. Brief van specialist aan IGZ in antwoord op de brief van 28-11- 2013 11-12-2013 art. 10.2.e Deels openbaar 6 Brief van de IGZ aan specialist betreft reactie op nr. 5 19-12-2013 art. 10.2.e Deels openbaar 7. Rapport aan fabrikant art. 10.2e, 10.1.c en 17-12-2013 10.2.g Deels openbaar 8. Brief van IGZ aan fabrikant betreft maatregel 19-12-2013 art.10.2.e en 10.2. Deels openbaar 9. Brief van fabrikant betreft reactie op nr. S art. 10.2e, 10.1.c en 17-1-2014 10.2.g Deel5 openbaar 10. Brief aan melder betreft afsluiting melding Valt buiten de reikwijdte 23-12-2013 n.v.t. n.v.t.