Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergelijkbare documenten
TRANSATLANTIC TRENDS 2004 NETHERLANDS

Het is met veel emotie dat ik u welkom heet in de Belgische Senaat.

Aan: de Minister-President de Minister van Defensie de Minister van Buitenlandse Zaken. Van: Coördinator Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Wat betekenden de verschillen tussen Noord en Zuid-Korea voor de Koude Oorlog? (conclusie)

Zittingsdocument ONTWERPRESOLUTIE. ingediend overeenkomstig artikel 123, lid 2, van het Reglement

Sectie België Israël. 4-6 februari 2018

TRANSATLANTIC TRENDS - NETHERLANDS

De zesdaagse oorlog (1967)

BIJLAGE 1 Glijdende schaal van maatregelen

EUROPEES PARLEMENT. Zittingsdocument B6-0273/2007 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van de verklaringen van de Europese Raad en de Commissie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag

ALTERNATIEVEN 4. OBSTAKELS OP WEG NAAR VREDE 5. HOUDING VAN VS EN EUROPA 6. CONCLUSIE

Instelling expertgroep voor vraagstuk politieke steun bij interstatelijk geweld en humanitaire interventie

Amendementenoverzicht Voorjaarscongres CDJA 26 en 27 mei 2017 Groningen

Faculteit der Rechtsgeleerdheid Amsterdam Center for International Law Postbus BA Amsterdam

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vlaamse buitenlandse wapenhandel in 2016

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen

Tweede Kamer der Staten-Generaal

In Palestina woonde toen kleine Joodse gemeenschappen naast Palestijnse-Arabische bevolking met een goede verstandhouding onderling.

Voor de delegaties gaan hierbij de conclusies van de Raad over Iran, die op 4 februari 2019 door de Raad zijn aangenomen.

Tweede Kamer der Staten-Generaal

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0058/1. Amendement. Sabine Lösing, Tania González Peñas namens de GUE/NGL-Fractie

Aan: de Minister-President de Minister van Defensie de Minister van Buitenlandse Zaken. Van: Coördinator Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten

Belangen: Wel of niet ingrijpen in Syrië?

Hoofdstuk 5: Koude Oorlog en Dekolonisatie

Marianne van Leeuwen Atlantische onderwijsconferentie 18 april 2013

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 februari 2004 (03.03) (OR. en) 5655/04 LIMITE PV/CONS 2 RELEX 33

vaste commissie voor Buitenlandse Zaken

maatschappijwetenschappen pilot vwo 2019-I

betreffende de erkenning van Palestina als onafhankelijke staat

Resultaten en conclusies Israël onderzoek (uitgebreid)

Aan: de Minister-President de Minister van Defensie de Minister van Buitenlandse Zaken. Van: Coördinator Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

BELGIË IN DE VEILIGHEIDSRAAD

fiud / SfiP B v u / uur

Onafhankelijk. De waarheid over De grenzen van Israel

uitreiking van de herinneringsmedaille Vredesoperaties. Berckmoes-Duindam, Tweede Kamer.

Tweede Kamer der Staten-Generaal De heer J. Voordewind Binnenhof 4 Den Haag. Den Haag, 26 juni 2008

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Leila Jordens-Cotran RIMO 2013

vaste commissie voor Buitenlandse Zaken

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Oorlog in Syrië en de internationale context

DE LEGALITEIT VAN DE INTERNATIONAALRECHTELIJKE RECHTVAARDIGINGSGRONDEN VOOR DE WESTERSE INTERVENTIES IN SYRIË EN IRAK.

3 september Onderzoek: Internationale spanningen en conflicten

Waar een wil is, maar geen weg Het Midden-Oostenbeleid van de Europese Unie

vaste commissie voor Buitenlandse Zaken

Gedragscode. SCA Gedragscode

vaste commissie voor Buitenlandse Zaken Procedurevergadering

Voor de Raad van State als adviseur en bestuursrechter is het van. belang zicht te hebben op wat er leeft in de werelden van recht,

Simulatiespel: Bron: The Economist. Crisisoverleg Rusland en de EU

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag

rust zetten. rust gezet) Commandant der Strijdkrachten.

vaste commissie voor Buitenlandse Zaken

Voor het eerst na de deels mislukte

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Maart 2019 Vrijdag 01 maart Zaterdag 02 maart Zondag 03 maart Maandag 04 maart Dinsdag 05 maart Woensdag 06 maart Donderdag 07 maart

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Introductie. 1. Uw persoonlijke situatie. Voorbeeldvragenlijst COB-kwartaalenquête 2011

Samenvatting Maatschappijleer Politieke besluitvorming Hoofdstuk 1 t/m 3

68% van de ondervraagden vindt dat de Arabische landen Israel moeten erkennen als staat voor het Joodse volk.

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Come home or go global, stupid

Ledenpanel Januari 2016

Zaterdag 02 februari Sabbat. O God, neem mijn gebed ter ore, verberg U niet voor mijn smeken. (Psalm 55:1)

vaste commissie voor Buitenlandse Zaken Procedurevergadering

De dreiging tegen Nederland en Europa is in de loop van 2016 toegenomen. Dominant is de terroristische dreiging die samenhangt met de strijd in Syrië

Praktische opdracht Geschiedenis Korea Oorlog

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 februari 2007 (OR. en) 5332/07 PESC 38 COEST 9

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nieuwe Golfoorlog in de maak?

BRON 8. Passage uit de Schumanverklaring

De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, De Minister van Buitenlandse Zaken, Bert Koenders.

Nadere duiding van pogingen van derde landen om in Nederland nucleaire technieken en technologieën te verwerven

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag

1/2. Staten-Generaal. Vergaderjaar A/ Nr. 1 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Toespraak ter gelegenheid van het Gelderse MEP op 14 mei 2018

De Iraanse revolutie (1979) en zijn gevolgen

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Datum 14 november 2017 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over de opvang van vluchtelingen in Turkije op basis van de Turkijedeal

Samenvatting Geschiedenis Israël (midden-oosten conflict)

Werkstuk Geschiedenis Joden en Arabieren in Palestina

Tweede Kamer der Staten-Generaal

No.W /III 's-gravenhage, 21 april 2011


Praktische opdracht Geschiedenis Isra

De oprichting van de staat Israël heeft geleid tot het huidige conflict tussen de Israëli s en de Palestijnen.

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJKDERNEDER LAN DEN. JAARGANG 1951 No. 4 Overgelegd aan de Staten-Generaal door de Minister van Buitenlandse Zaken

Plein 1813 nr. 4- 's-geavewhage. Onderwerp: Weekoverzicht.

Datum 8 mei 2018 Betreft Beantwoording vragen van het lid Karabulut over het uitzetten van twee Russische inlichtingenmedewerkers

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 juni 2009 (08.06) (OR. en) 10523/2/09 REV 2

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Transcriptie:

Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1996 1997 25 000 X Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 1997 Nr. 82 VERSLAG VAN EEN WERKBEZOEK Vastgesteld 5 juni 1997 Een delegatie uit de vaste commissie voor Defensie, bestaande uit de leden Van den Doel (VVD), Van Gelder (PvdA), Hillen (CDA), Hoekema (D66), Korthals (VVD) (voorzitter), Rouvoet (RPF) en Zijlstra (PvdA), bracht van 7 tot en met 13 maart 1997 een bezoek aan Israël, om zich op de hoogte te stellen van de stand van de Israëlische defensiepolitiek; mede in relatie tot het vredesproces. In dat kader voerde de delegatie gesprekken met collegaparlementariërs, met vertegenwoordigers van de Israëlische regering, ambtenaren van het ministerie van defensie, representanten van de krijgsmachtdelen en van de defensie-industrie, en met medewerkers van enkele wetenschappelijke instituten. Vele gesprekken vonden plaats in combinatie met bezoeken op locatie. Voorts bezocht de delegatie in camp Ziouani op de Golan een bezoek aan de onder VN(UNDOF)-vlag dienende Nederlandse militairen en hun partners. Na aankomst in Israël ontving de delegatie in vele opzichten voortreffelijke briefings van Hr Ms Ambassadeur Kröner, eerste ambassadesecretaris Schuddeboom, ambassaderaad Bijvoet, en defensie-attaché kolonel Vanderweijer. Naast de zoëven genoemde diplomaten is de delegatie de Israëlische ambassadeur in Den Haag, de heer Gal, en diens politiek attaché mevrouw Ben-Ari, en militair attaché, kolonel Ronen, erkentelijk voor de inspanningen die zij hebben getroost in het kader waarop zij tijdens het verblijf in Israël de delegatie hebben begeleid. In dit verband dankt zij uitdrukkelijk ook de heer Ilan Ben-Dov van het Israëlische ministerie van Buitenlandse Zaken. Voorts wenst de delegatie dank uit te spreken aan het adres van de vroegere Israëlische ambassadeur in Nederland, de heer Bavly, voor de wijze waarop hij de delegatie heeft ontvangen. 7K2125 ISSN 0921-7371 Sdu Uitgevers s-gravenhage 1997 Tweede Kamer, vergaderjaar 1996 1997, 25 000 X, nr. 82 1

Zondag 9 maart Gesprek met Shimon Leshem-Stein, hoofd van het bureau ontwapeningsaangelegenheden van het Ministerie van Buitenlandse Zaken De heer Stein schetste een drietal bedreigingen voor het vredesproces, ondanks het gegeven dat oorlogskansen in de regio drastisch zijn gedaald. Allereerst duidde hij op het gevaar van een potentiële militaire dreiging als gevolg van een toenemende conventionele bewapening, als resultaat van het militaire onevenwicht die in de regio is ontstaan door de Golfoorlog. Zo levert Rusland al enige tijd oorlogsmaterieel aan Syrië. Voorts is er sprake van een non-conventionele, niet militaire, bedreiging van de stabiliteit in de regio door bestaand en opkomend fundamentalisme in Iran, Syrië, Libië en Egypte. Tenslotte wees hij op het terrorisme als bedreiging van het vredesproces, waarvoor internationaal overleg dient te worden gemobiliseerd om terreur het hoofd te bieden. Het vredesproces moet zo goed mogelijk worden gecontinueerd. Teneinde vrede en stabiliteit in de regio te kunnen handhaven is afschrikking door Israël noodzakelijk, mede met het oog op toenemende proliferatiedreiging (ballistische raketten) vanuit Irak en Syrië. Dit is te meer nodig vanwege de ontstane gevaarlijke situatie met betrekking tot nucleair materiaal door het uiteenvallen van de Sovjet-Uni, vanwege de agressieve houding van Iran en Irak ten opzichte van het vredesproces, alsmede wegens de levering van militair materieel en know how van Noord-Korea, Rusland en China aan Iran en Irak. Vanwege de strategische bedreiging door Irak dienen de sancties tegen dit land te worden gehandhaafd. Met argusogen kijkt Israël naar de neiging tot normalisering van de betrekkingen tussen Irak en enkele westerse landen. Irak en Iran moeten volgens de heer Stein onderdeel gaan uitmaken van een veiligheidsstructuur op basis van aangenomen NV-resoluties. Zij dienen daartoe het vredesproces te ondersteunen, terreuractiviteiten te beëindigen en dreigende projecten in de richting van Israël (nucleair, chemisch, biologisch en ballistisch) stop te zetten. Daarnaast is het vanzelfsprekend dat genoemde landen zich ook intern dienen te transformeren. Israël participeert in diverse overeenkomsten, gericht op wapenbeheersing en mijnopruiming. Europese ervaringen sedert midden van de jaren zeventig met wapenbeheersingsakkoorden (o.a. Helsinki-akkoord en de daarop gevolgde afspraken over wapenvermindering en vertrouwenwekkende maatregelen) kunnen daarbij van nut zijn. Echter, een dergelijk akkoord moet niet in een vacuüm ontstaan, maar een politiek vervolg hebben. Naast een gebrek aan democratie in de regio baart de onzekerheid met betrekking tot de opvolging van de presidenten van Syrië en Egypte spreker grote zorgen. Hoewel Israël Egypte niet als vijand beschouwt, bestaat enige ongerustheid over de toename van het Egyptische defensiebudget. Egypte speelt geen rol in het normalisringsproces in het Midden- Oosten. In korte tijd is op dat gebied met Jordanië meer bereikt dan met Egypte sedert 1979. Wellicht acht Egypte, dat onlangs heeft gepleit voor afschaffing van sancties tegen Libië en Irak, zich bedreig in zijn leidersrol. Tweede Kamer, vergaderjaar 1996 1997, 25 000 X, nr. 82 2

Gesprek met dr Dore Gold, adviseur van minister-president Netanyahu De heer Gold, plaatste alvorens in te gaan op de stand van zaken met betrekking tot het vredesproces de preabele opmerking dat het Midden-Oosten een moeilijke regio is met veel tegenstrijdigheden. In 1993 brak voor Israël een moeilijke tijd aan, die werd gekenmerkt door veel geweld en terrorisme. De regering onder leiding van ministerpresident Netanyahu is voor voortzetting van het vredesproces onder meer stringente veiligheidsgaranties dan voorheen, en onder de uitspraak dat Jeruzalem onder geen beding zal worden prijsgegeven. Minister-president Netanyahu moet in politiek opzicht constant balanceren in verband met de grote gevoeligheden van het vredesproces binnen de Israëlische samenleving. Om een gebaar te maken richting Arabieren is besloten tot de bouw van 3015 woningen op de heuvel Har Homa bij Jeruzalem, voor zowel Arabieren als Israëliërs. Er is voor de Europese Unie in de ogen van de heer Gold een belangrijke rol weggelegd in het vredesproces, ondanks de steun van vertegenwoordigers van de unie aan de Veiligheids-raadresolutie inzake de veroordeling van de voorgenomen bouw van een nieuwe Israëlische nederzetting op de heuvel Har Homa, die overigens door een Amerikaanse veto werd getroffen. De heer Gold wees erop dat zijns inziens het merendeel van de grond aldaar reeds lang in Israëlisch-Joodse handen was. In antwoord op een vraag naar de stand van zaken met betrekking tot de aanleg van infrastructurele voorzieningen in het kader van de economische ontwikkeling van de Palestijnse gebieden stelde de heer Gold dat dit onderdeel uitmaakt van het vredesproces en de daarbinnen te creëren veiligheisgaranties voor Israël. In genoemde gebieden is zijns inziens al veel werkgelegenheid geschapen. Gesprek met de heer Ophir Pines, lid van de Knesseth voor de Arbeiderspartij De heer Pines schetste de positie van zijn partij ten opzichte van het vredesproces; mede in het licht van het gegeven dat naar verluidt acht leden van de coalitiepartijen tegen de laatste regeringsvoorstellen voor terugtrekking uit ongeveer negen procent van de westelijke Jordaanoever zullen stemmen. De steun van de Arbeiderspartij aan de regering is afhankelijk van de mate van feitelijke terugtrekking uit de betrokken gebieden. Het besluit van de Israëlische regering om een nieuwe Israëlische wijk op de heuvel Har Homa in Jeruzalem te bouwen getuigt volgens de heer Pines niet van wijsheid, hoewel de Arbeiderspartij niet tegen woningbouw als zodanig is, daar het op zichzelf niets met het vredesproces van doen heeft. In antwoord op een desbetreffende vraag zei de heer Pines dat de Arbeiderspartij tegen een regering van nationale eenheid is, omdat zijn partij Netanyahu niet als leider wenst te aanvaarden; ergo in het geheel geen vertrouwen in hem heeft, onafhankelijk van het vredesproces. Een regering van nationale eenheid is het overwegen waard in tijden van echte crisis, hetgeen uit democratisch oogpunt echter minder te prefereren is. Belangrijke problemen waarmee Israël voorts wordt geconfronteerd liggen op financieel-economisch, sociaal en religieus gebied. Aan het einde van de middag bracht de delegatie een bezoek aan het Holocaust Memorial «Yad Vashem», alwaar een krans werd gelegd. Tweede Kamer, vergaderjaar 1996 1997, 25 000 X, nr. 82 3

Maandag 10 maart Gesprek met de heer Danny Mokady van het Department for Policy Planning van het Ministerie van Buitenlandse Zaken Centraal tijdens dit gesprek stond het vredesproces, dat zijns inziens in een cruciale fase is beland met tegengestelde belangen voor alle betrokken partijen, en de relatie van Israël met Rusland en de Arabische landen. Ingaande op de positie van Syrië in de regio stelde de heer Mokady dat dit land in 1991 naar Madrid is gekomen om met de Verenigde Staten vrede te sluiten, en niet met Israël. Hij zei pessimistisch en cynisch te staan ten opzichte van de rol die Syrië kan c.q. wenst te spelen in het kader van het vredesproces. Op basis van vele hypothesen gaf de heer Mokady vervolgens een analyse van het bestaande en het mogelijke toekomstscenario ten aanzien van Syrië. Syrië kampt niet alleen met ernstige economische problemen, maar vooral met het probleem van de opvolging van de zieke president Assad. Syrië zal zijn invloed in en controle over Libanon niet snel opgeven, gelet op de grote economische belangen die in het geding zijn en de strategische ligging. De afgelopen jaren hebben zich op de Golan geen ernstige incidenten voorgedaan. President Assad heeft zijn doelen verlegd naar Libanon, waar hij de Hezbollah het vuile werk laat doen, zoals het organiseren en uitvoeren van terreuropdrachten en het beschieten met raketten van het noorden van Israël. Tot op dit moment heeft president Assad geen enkele opening geboden om te participeren in het vredesproces. Hij wil, evenmin als Libanon iets met Israël te maken hebben. De heer Mokady verweet de Europese Unie onvoldoende initiatieven te ontwikkelen om deze impasse te doorbreken. Zijns inziens is een gedragscode nodig om vijandelijkheden en geweld tijdens lopende vredesonderhandelingen tegen te gaan. Ook pleitte hij voor het inzetten van oriëntaals in plaats van westers georiënteerde Israëliërs bij vredesonderhandelingen, omdat deze de taal van de bazar spreken. Sinds 1979 bestaat er tussen Egypte en Israël een koude vrede, ondanks de 44 overeenkomsten die tussen Sadat en Begin zijn gesloten. Dagelijks verschijnen er anti-israëlische artikelen in Egyptische kranten met een sterk indoctrinerend karakter; ingegeven door fundamentalistischreligieuze gevoelens. Wat de rol van Rusland bij het vredesproces betreft, lettend op de uitspraken van de Russische minister van Buitenlandse Zaken Primakov die van Arabische komaf is, meende de heer Mokady dat Rusland doende is zijn rol van supermacht opnieuw gestalte te geven, teneinde zijn invloedssfeer in de regio te vergroten, en door middel van verkoop van militair materieel en kennis een stimulans te geven aan zijn noodlijdende economie. Gesprek met professor Moshe Maoz, verbonden aan het Truman Instituut van de Hebreeuwse Universiteit Centraal tijdens dit gesprek stond het vredsproces en de relatie tussen Israël en de Arabische landen. Door het sluiten van de Oslo-accoorden en door het Hebronaccoord is er in historische zin sprake van een soort doorbraak, gelet op de steun die de Knesseth daaraan heeft gegeven. Tegelijkertijd doemen er enorme problemen op die het vredesproces kunnen ondermijnen. Grootste bedreigingen vormen zijns inziens de Tweede Kamer, vergaderjaar 1996 1997, 25 000 X, nr. 82 4

militante Joden en Arabieren die respectievelijk de klok duizenden jaren en 1400 jaren willen terugzetten, en het gegeven dat meer dan twee miljoen Palestijnse vluchtelingen buiten Palestijns gebied woonachtig zijn. Dit leidt tot tal van provocaties. Positief oordeelde professor Maoz over de implementatie van grote gedeelten van de Oslo-accoorden, zoals het houden van vrije Palestijnse verkiezingen en de vestiging van een Palestijnse autoriteit. Israël heeft in economisch opzicht van dit accoord geprofiteerd. Het conflict tussen Israël en de Palestijnen/Arabieren is voor negentig procent psychologisch bepaald. Menige Israëliër ziet Palestijnen en Arabieren niet als partner maar als vijand, en acht het zeer legitiem in de staat Israël te wonen, waarin hij geen boodschap heeft aan Palestijnen of Arabieren. Veel Israëliërs hebben geen begrip voor de Palestijnse/Arabische cultuur en leefwijze, waarbinnen de persoonlijke waardigheid zeer hoog wordt geacht. Het opwerpen van road blocs, de vaak heimelijke bouw van nieuwe nederzettingen en de sluiting van bepaalde gebieden voor Palestijnen/Arabieren maken daarop direct inbreuk. Israël heeft volgens professor Maoz groot belang bij tevreden buren, zowel uit veiligheids- als uit economisch oogpunt. Hij benadrukte het wederzijdse belang van vreedzame coëxistentie. Een snelle oplossing van het al veertig jaren bestaande conflict is nu nodig; de tijd van een strategie van kleine stappen (beperkte terugtrekking, het op ad hoc basis bouwen van nieuwe woonwijken e.d.) is inmiddels achterhaald. In antwoord op een desbetreffende vraag antwoordde professor Maoz dat het Truman Instituut al vier jaar contacten onderhoudt met Palestijnse wetenschappers, en al sinds de jaren zeventig conferenties met de Arabische wereld organiseert. Voorts zijn gecombineerde werkgroepen actief die discussiëren over de positie van Jerusalem, over Palestijnse soevereiniteit, over het watergebrek in de regio e.d. De invloed van academici in de Arabische wereld op het vredesproces is nihil, terwijl in Israël wel degelijk wordt geluisterd naar academische beschouwingen. De Europese Unie kan zijns inziens behulpzaam zijn bij het slechten van de psychologische barrière; bij voorbeeld door middel van opleiding, vorming en voorlichting. Gesprek met Alexander Lubotzky, lid van de Knesseth voor de Derde Weg Partij De partij van de heer Lubotzky, die met vier leden in de Knesseth is vertegenwoordigd, is aanvankelijk opgekomen als een één-issuebeweging; het vredesproces. De specifieke opvatting over het vredesproces wordt gekenmerkt door een combinatie van Likoed (tegen elke terugtrekking) en de Arbeiderspartij die een uitgesproken opvatting heeft over de uit 1967 daterende grenzen van de staat Israël, hetgeen voor de Derde Weg Partij onbespreekbaar en onaanvaardbaar is. De partij wil Israël als klein land voor toekomstige generaties veilig stellen, waarbij het religieuze element door de moord op premier Rabin expliciet aan de oppervlakte is gekomen, en inmiddels een belangrijke drijfveer voor politiek handelen voor de partij is geworden. De partij is tegen een scheiding van staat en religie. Op basis van verschillende modaliteiten is een relatie tussen deze eenheden mogelijk. Belangrijke overweging is, dat Israël tegelijkertijd joodser en democratischer moet worden. Tweede Kamer, vergaderjaar 1996 1997, 25 000 X, nr. 82 5

Dinsdag 11 maart Bezoek aan de vliegbasis Hatzor en ontmoeting met commandant kolonel Israel Shafir Kolonel Shafir verzorgde voor de delegatie een briefing, waarbij hij allereerst in ging op de grootte en de geografische ligging, en derhalve de kwetsbaarheid van Israël. Met een F-16 kan in vijf minuten de afstand tussen de oost- en westgrens, en in de twintig minuten de afstand tussen de noord- en zuidgrens worden overbrugd. Na hun initiële opleiding, die op de basis plaatsvindt, wordt er door de vliegers één dag per week gevlogen, en studeren zij de overige dagen op de universiteit; zijnde een onderdeel van de opleiding. Na hun diensttijd treden de vliegers meestal in dienst van defensie-industrieën. Het luchtmachtpersoneel bestaat voor vijftig procent uit dienstplichtigen die drie jaar dienen; officiersrangen dienen voor vier jaar. Oefenfaciliteiten worden op reciprociteitsbasis van Turkije genoten. De uit 1942 daterende basis is op basis van de voor en tijdens de YOM Kippoeroorlog opgedane ervaringen gerenoveerd. Veel geld is geïnvesteerd in computerisering. Naast een aparte budget voor financiering van de noodzakelijke vlieguren, beheert de commandant een budget van $ 16 miljoen voor aanschaffingen, waarvan hij $ 0,5 miljoen naar eigen inzicht voor specifieke aangelegenheden de basis betreffend mag besteden. Na de briefing werden enkele F-16 s, uitgerust met o.a. nachtzichtapparatuur en andere geavanceerde apparatuur van Israëlische makelij van dichtbij bekeken. Aansluitend bezocht de delegatie het bedrijf E1-Op dat gespecialiseerd is in de vervaardiging van o.a. optische (i.c. nachtzicht)apparatuur. Tijdens het bezoek kwam ook de samenwerking met het Nederlandse bedrijfsleven kwam ter sprake. Gesprek met generaal-majoor Ashkenazy, assistant deputy chief of staff Generaal Ashkenazy stelde dat de belangrijkste topic in militair opzicht de uit Libanon afkomstige terreur is. Per jaar is sprake van zevenhonderd incidenten, waaronder vele met boobytraps. Israël heeft geen adequaat militair antwoord op de aanvallen met katucharaketten (scuds for the poor) die tienduizenden voor een week of langer de schuilkelders injagen. De situatie heeft iets weg van een permanente oorlog. Primair doel van de strijdkrachten is de bescherming van de noordelijke grens van Israël; van gebiedsuitbreiding is geen sprake. In antwoord op een desbetreffende vraag stelde de generaal het onverantwoordelijk te vinden een multinationale strijdmacht een bufferzone tussen Israël en Libanon te laten innemen. Welk politiek besluit met betrekking tot het vredesproces ook wordt genomen; samenwerking van de betrokken landstrijdkrachten is te allen tijde noodzakelijk. Vrede met Syrië is een optie. Echter, uit veiligheidsoverwegingen Syrische divisies bevinden zich 150 km van de grens met Israël blijft mobilisatie nodig. Complicatie daarbij is echter dat reservisten niet te lang gemobiliseerd kunnen worden vanwege de negatieve gevolgen daarvan op de Israëlische economie. Israël is, door schade en schande wijs geworden, thans goed voorbereid op een verrassingsaanval. Vanuit Iran en Irak zei hij terreur te verwachten; met name aanvallen met chemische en biologische wapens. Er is een gemeenschappelijke actie nodig van de VS en de EU om deze landen van terreurdaden af te houden. In antwoord op een vraag naar de militaire relaties tussen Palestijnen en Tweede Kamer, vergaderjaar 1996 1997, 25 000 X, nr. 82 6

Israëliërs zei generaal Ashkenazy dat op brigadeniveau over organisatorische kwesties contacten bestaan. Liaisonofficieren spraken elkaar dagelijks. In dit licht zei hij optimistisch te zijn over de toekomst, gelet op de wijze waarop in militair opzicht wederzijds overleg plaatsvindt. Woensdag 12 maart In de ochtend bezocht de delegatie het bedrijf Rafael, dat in nauwe samenwerking met de Israëlische strijdkrachten de toekomstige operationele behoeften definieert. Het bedrijf ontwikkelt en produceert een grote diversiteit aan geavanceerde wapensystemen die elders in de wereld niet beschikbaar zijn. Aan de hand van diverse presentaties werd de delegatie gewezen op de aantrekkelijkheid van bepaalde producten voor de Nederlandse strijdkrachten in het algemeen, en voor de mid-life update van de F-16 in het bijzonder. Daarbij werd ingegaan op de technologische geavanceerdheid, testresultaten, prijsstelling, leveringstermijnen en -voorwaarden, en compensatie-aspecten. In de middag bracht de delegatie onder begeleiding van VN-functionarissen een bezoek aan de Golan, waar zij in het hoofdkwartier van UNDOF (United Nations Disengagement Force) te Ziouni werd ontvangen door de Nederlandse generaal-majoor Kosters, Nederlandse VN-waarnemers (UNMO s) en hun partners. In zijn briefing ging de Nederlandse commandant UNDOF, generaalmajoor Kosters, in op het ontstaan van UNDOF, als gevolg van een in 1974 tot stand gekomen VN-mandaat, waarvan de bestaande peace keepingmissie is afgeleid. Op basis van het mandaat wordt toezicht uitgeoefend op het tussen Israël en Syrië overeen gekomen staakt-het-vuren, is een gedemilitariseerde zone gevestigd (80 km lang en 60 km breed, op sommige plaatsen 200 meter breed), is een gebied uitgezet waar partijen zich beperkt en onder bepaalde voorwaarden militair mogen ophouden (zone van 25 km), en is een vredesmacht ter plaatse gelegerd om op het voorgaande toe te zien. De missie kost de VN op jaarbasis $ 31 miljoen. UNDOF wordt gevormd door militairen uit Nederland (12 officieren), Polen (328 man), Oostenrijk (425 man), een logistiek bataljon (Australië en Chili), een groep van 78 militaire observers en 150 burgers. Het hoofdkwartier bevindt zich deels in Tiberias en deels in Damascus. Vanuit verschillende posities en observatieposten (o.a. vanuit de hoogste door Oostenrijkse militairen bezette VN-post ter wereld op 2814 meter hoogte) rapporteert de monitoring group aan de VN en aan betrokken partijen, op basis van rapportages van inspectieteams die elke veertien dagen bepaalde gebieden controleren. Beide partijen maken zich regelmatig schuldig aan overtreding van het overeen gekomene. Wekelijks worden incidenten gemeld, zoals overflights door Israëlische straaljagers en door «loslopende» Syrische troepen. Aan de positie die UNDOF richting beide partijen inneemt hecht generaal-majoor Kosters zeer groot belang. Na de briefing bracht de delegatie een bezoek aan door Oostenrijkse militairen bezette positie 22 en een observatiepost. De delegatie is generaal-majoor Kosters en zijn staf erkentelijk voor de wijze waarop het bezoek aan de Golan is georganiseerd, en voor de wijze waarop is zorg gedragen voor zowel het formele als informele gedeelte van de ontvangst. Tweede Kamer, vergaderjaar 1996 1997, 25 000 X, nr. 82 7

Ontvangst minister van defensie Itzhak Mordechai Aan het einde van de middag had de delegatie, in aanwezigheid van ambassadeur Kröner, te Tel Aviv in het ministerie van defensie een gesprek met de Israëlische minister van defensie, waarbij ook zijn naaste medewerkers Sibat en Biran aanwezig waren. Minister Mordechai stelde voorstander te zijn van het vredesproces, dat in geen geval schade aan de nationale veiligheid van Israël mag berokkenen. In Israël bestaan verschillende visies qua cultuur, maatschappij, tradities, historie en democratie, en derhalve over het vredesproces. Vele Israëliërs respecteren noch de status qua, noch de risico s die aan implementatie van het vredesproces zijn verbonden. Ter adstruering duidde hij op de voorbeelden Iran, dat in korte tijd van een Westerse in een fundamentalistische maatschappij is getransformeerd, en de nog altijd aan de macht zijnde Iraakse president Saddam Hussein. Hij zei tevreden te zijn met de vredesverdragen die Israël met Jordanië en Egypte heeft gesloten, alsmede met het gegeven dat Israël langzaam richting Palestijnen is geschoven. Op basis van de Oslo-accoorden heeft Israël besloten het vredesproces voort te zetten, hoewel aanslagen op busstations in Tel Aviv en Jerusalem, en het wapengebruik door de Palestijnse politie tegen Israël het geloof in het vredesproces al menig maal op de proef hebben gesteld. Minister Mordechai memoreerde dat Israël zijn goede wil heeft getoond door het besluit om woningen in Jerusalem te bouwen voor zowel Joden als Palestijnen, alsmede door het besluit tot overdracht van ongeveer negen procent van de westelijke Jordaanoever aan de Palestijnen, hoewel niet iedereen daarmee tevreden wordt gesteld. In Israël woedt felle discussie over de prijs die zal/moet worden betaald voor vrede en veiligheid. Hij zie dankbaar te zijn voor de reeds lang bestaande Nederlandse steun in historisch perspectief ten behoeve van het bestaan van de staat Israël en voor de steun aan het vredesproces. Alvorens gelegenheid te geven tot discussie sprak de heer Korthals namens de delegatie zijn medeleven uit over de vermiste Israëlische militairen, en sprak de hoop uit dat op enig moment duidelijkheid kan worden verkregen over hun lot. Vervolgens werden talrijke vragen ter beantwoording aan minister Mordechai voorgelegd. Een bloemlezing: Hoe kan de impasse in de vredesonderhandelingen met Syrië worden doorbroken? Hoe realistisch is de optie van terugtrekking van Israëlische troepen uit Zuid-Libanon en vervanging door een internationale vredesmacht. Minister Mordechai zag een oplossing in het verschiet liggen om de vredesonderhandelingen met Syrië weer op gang te brengen, waar niet iedereen blij mee zal zijn. Met de VS, Egypte en Jordanië is hierover overleg gaande. Hij wees erop dat Syrië sedert de Yom Kippoeroorlog zijn wapenarsenaal i.c. chemische wapens drastisch heeft uitgebreid. Voorts geeft Syrië intensieve steun aan Hezbollah, en is derhalve medeverantwoordelijk voor de terreurdaden. Tegen deze achtergrond moet Israël zich voorbereiden op een adequate reactie hierop indien deze onverhoopt noodzakelijk is. De Israëlische aanwezigheid in Zuid-Libanon is puur vanwege de veiligheid van de burgers in Noord-Israël. Tot op dit moment zijn er geen gegadigden voor levering ten behoeve van een vredesmacht. De VS, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk zijn daartoe niet bereid. In antwoord op een vraag over het Palestijnse probleem, en over de relatie tussen de Palestijnse autoriteit en het Israëlische leger stelde minister Mordechai dat er bijna dagelijkse contacten zijn op commandoniveau, en er gemeenschappelijke patrouilles plaatsvinden. Het Palestijnse gezag moet de terreur (m.n. gericht tegen busstations) aanpakken, en Tweede Kamer, vergaderjaar 1996 1997, 25 000 X, nr. 82 8

voorkomen dat Israëliërs door Palestijnse politiemannen worden beschoten met wapens die voorheen in Israëlische bezit waren. Het vredesproces heeft behoefte aan een flexibele opstelling van beide partijen aan de onderhandelingstafel, waarbij zij zich dienen te realiseren dat honderd procent gewin er niet in zal zitten. In antwoord op de vraag welke rol Europa kan spelen bij het vredesproces antwoordde minister Mordechai dat Europa de VS moet aanmoedigen. Europa kan voorts helpen bij het naar de onderhandelingstafel halen van Syrië en de Palestijnen. Ook zag hij een belangrijke taak weggelegd voor Europa in de strijd tegen chemische wapens, waar Europa zelf baat bij zal hebben. Tenslotte moet Europa zijns inziens de strijd aanbinden met het radicalisme en fundamentalisme van bepaalde landen, om te voorkomen dat deze naar Europa zullen overslaan. Minister Mordechai zei de delegatie erkentelijk te zijn voor het medeleven met de vermiste Israëlische militairen, die naar alle waarschijnlijkheid in Libanon en Syrië gevangen worden gehouden. Hij zei blij te zijn wanneer welk land ter wereld dan ook duidelijkheid kan verschaffen over hun lot. Donderdag 13 maart Bezoek aan het Jaffee Center voor Strategic Studies Het Jaffee centrum is een onafhankelijke «denktank», opgericht om de veiligheidssituatie van de staat Israël op langere termijn te analyseren. De staf bestaat doorgaans uit acht tot vijftien fulltime onderzoekers. De meeste medewerkers zijn academici, oud-politici en ex-militairen die veelal bij de veiligheidsdiensten werkzaam zijn geweest. Onderwerpen die in termijnperspectief worden bestudeerd: veiligheidsproblemen, terrorisme, en veiligheidsaspecten van het vredesproces en de rol van de grootmachten daarbij. Daarnaast worden onderwerpen uit de actualiteit en kwesties die in de publieke opinie leven onder de wetenschappelijke loep genomen. De delegatie werd ontvangen door de heren dr. Efraim Kam, gen. b.d. Aryeh Shalev en Nahman Tal. Allereerst werd een schets gegeven van de algemene situatie in het Midden-Oosten. Belangrijkste oorzaken van de instabiliteit in de regio zijn naast het bestaande Arabisch-Israëlische conflict, de aanwezigheid van radicale regimes in Iran en Irak, alsmede problemen in verband met het leiderschap in enkele Arabische landen. Desalniettemin zijn de spanningen in het Arabisch-Israëlische conflict afgenomen als gevolg van de bezinning van de Arabische wereld dat een vreedzame, politieke oplossing nodig is in plaats van een militaire beslechting. Het vredesproces verkeert in een crisis door enerzijds de complexiteit van het probleem, anderzijds door fouten die de Israëlische regering onder leiding van minister-president Netanyahu uit onervarenheid heeft gemaakt, welke tot ongeloofwaardigheid in en buiten Israël aanleiding hebben geven. De huidige minister-president hanteert een andere aanpak dan zijn voorganger; niet op de laatste plaats om steun van de rechtervleugel van zijn regering te krijgen en te behouden. Velen in Israël begrijpen dit echter niet. Aan de andere kant dient ook de heer Arafat zich waar te maken voor zijn achterban. Een nieuw probleem dat zich op enig moment kan gaan manifesteren is de verdeling van het schaarse water in de regio. De kans op een nieuwe oorlog tussen Israël en Egypte is nagenoeg nihil, gelet op de bestaande consensus over een aantal kwesties. Tweede Kamer, vergaderjaar 1996 1997, 25 000 X, nr. 82 9

De positie van Jerusalem vormt het grootste probleem in het vredesproces. Het gat tussen de betrokken partijen is te groot, waardoor de problematiek niet zal worden opgelost. Geduld, tijd, en begrip voor wederzijdse gevoelens zijn naast creativiteit nodig. De kans op hervatting van het overleg tussen Israël en Syrië is aanwezig, hoewel het nog veel tijd zal vergen. Syrië zal zich er echter wel bij moeten neerleggen dat de conferentie van Madrid vertrekpunt voor de onderhandelingen zal moeten zijn. Israël zal van zijn kant een groot deel van de Golan moeten teruggeven, wil er sprake zijn van vrede met Syrië. Deze vrede moet wel veiligheidsgaranties voor Israël bieden. Implementatie zal echter lange tijd vergen. Sprekende over de relatie met de Palestijnen werd opgemerkt dat deze kwestie zich in een diepe crisis bevindt, die door Arafat welbewust is geplanned om politieke winst te behalen, en die ook geen intentie ten toon spreidt om deze crisis af te stabiliseren. De volgende Israëlische besluiten hebben Arafat ontstemd, en zijn zelfrespect aangetast: de door Israël voorgestelde gebiedsindeling, de nederzettingenpolitiek en de inmiddels teruggedraaide sluiting van vier Palestijnse bureaus in Oost-Jerusalem. Een einde van de crisis in nog lang niet in zicht. Toegegeven werd dat niet alleen de Palestijnen verantwoordelijk moeten worden gesteld voor de impasse. Ook Israël heeft boter op het hoofd. Er is veel wederzijds wantrouwen. In het begin van de middag bracht de delegatie een bezoek aan het bedrijf IMI. Dit zes jaar geleden opgerichte bedrijf met 4400 personeelsleden, met een omzet van $ 109 miljoen, en een export van 47% naar 80 landen houdt zich bezig met de productie van zware munitie, klein kaliber wapens, zware raketmotoren, smart munitie, geleide wapen- en raketsystemen. Het management van het bedrijf sprak de wens uit dat de relaties met de Nederlandse krijgsmacht in de toekomst geïntensiveerd zullen worden. Gesprek met gen.-maj. b.d. David Ivry, adviseur van de minister van Defensie De heer Ivry merkte op dat de defensierelaties tussen Israël en Nederland dateren sinds de Tweede Wereldoorlog. Een versterking van de bestaande bilaterale militaire samenwerkingsrelaties (o.a. in de opleidingensfeer, Holland Signaal, TNO) achtte hij van groot belang, daar hij van mening was dat deze de afgelopen jaren enigszins gefrustreerd zijn geraakt, met name waar het de levering van materieel betreft. Export van militair materieel moet op basis van wederkerigheid plaatsvinden. De heer Ivry zei niet onwelwillend te staan tegenover wapenbeheersingsmaatregelen, als maar geen sprake is van een doel op zichzelf. Deze maatregelen zijn als zodanig niet noodzakelijk om vrede in het Midden-Oosten tot stand te brengen. Veeleer is daarvoor wederzijds vertrouwen nodig, waarbij hulp van Europese landen welkom is. De bilaterale militaire samenwerking tussen Israël en Nederland verdient naast evaluatie ook een nieuwe uitdaging. De heer Ivry dacht in dit verband aan het creëren van joint ventures op R&D-gebied omdat Israël als klein land zich geen grote militaire productielijnen kan veroorloven. In antwoord op de vraag naar de betrouwbaarheid van Israëlische militaire computersystemen en de effectiviteit van wapensystemen zei de heer Ivry dat de publieke opinie in Israël een in de praktijk beproefd en Tweede Kamer, vergaderjaar 1996 1997, 25 000 X, nr. 82 10

gegarandeerd product eist. Aan de perfectionering ervan wordt dagelijks gewerkt. Op de vraag hoe Israël omgaat met non-conventionele wapens wees de heer Ivry op de dreiging die van Syrische chemische wapens uitgaat. Ook Egypte heeft deze in bezit, en Iran werkt eraan. Ook waarschuwde hij voor de dreiging van biologische strijdmiddelen in het algemeen en voor de Westerse democratieën in het bijzonder. Gesprek met de directeur-generaal van het ministerie van defensie, de heer Ilan Biran De heer Biran memoreerde dat zich de laatste vier jaar vele ontwikkelingen hebben voorgedaan tussen de Nederlandse en Israëlische defensie-industrie. In november 1996 vond in Israël in dit verband een tweede conferentie plaats met als belangrijkste conclusie, dat beide landen op basis van gelijkwaardigheid gemeenschappelijke belangen zullen inventariseren. Vervolgens gaf de heer Ivry een overzicht van bestaande en in ontwikkeling zijnde Israëlische wapensystemen en -technologieën, die wellicht voor de Nederlandse krijgsmacht het aanschaffen waard zijn. Militaire technologie wordt enigszins noodgedwongen vanwege de afname van de defensie-industrie gedurende de laatste vier jaar met vijftig procent ook aangewend voor civiele doeleinden. Veel high tech wordt ten behoeve van de waterwinning en -distributie ingezet. Daarnaast wordt veel geïnvesteerd in R&D en in opleidingen. De voorzitter van de delegatie, Korthals De secretaris van de delegatie, Teunissen Tweede Kamer, vergaderjaar 1996 1997, 25 000 X, nr. 82 11