Als sociaal niet langer meer rijmt met fiscaal

Vergelijkbare documenten
5. Ter beschikking stellen van een bedrijfswagen

Directe belastingen >> Circulaires >> Personenbelasting / Vennootschapsbelasting. Aan alle ambtenaren INHOUDSTAFEL

Versie DEEL V Titel I Hoofdstuk X Afdeling I Het gebruik van een dienstvoertuig voor persoonlijke aangelegenheden Inhoudstafel

Versie DEEL V Titel I Hoofdstuk X Afdeling I Gebruik van een dienstvoertuig voor persoonlijke aangelegenheden Inhoudsopgave

expertise binnen handbereik Privégebruik firmawagens 2017 Inleiding Solidariteitsbijdrage / CO 2 -bijdrage Juridische dienst

Firmawagens : het moment van de akkoorden...

correspondentieadres Kunstlaan BRUSSEL uw bericht van uw kenmerk ons kenmerk bijlage(n)

Gebruik van de bedrijfswagen voor privé-doeleinden

Verplaatsingskosten tussen de woonplaats en de vaste plaats van tewerkstelling

Versie DEEL V Titel I Hoofdstuk X Afdeling I Gebruik van een dienstvoertuig voor persoonlijke aangelegenheden Inhoudsopgave

De werkgever kan zich er evenwel toe verbinden om deze verplaatsingskosten te laste te nemen.

De werkgever kan zich er evenwel toe verbinden om deze verplaatsingskosten te laste te nemen.

Bedrijfswagens. Bedrijfswagens Wetgeving. Chris Verleye Gedelegeerd Bestuurder

Mededeling : 2005/2 1

Het gebruik van een bedrijfswagen voor privédoeleinden maakt een belastbaar voordeel van alle aard uit in hoofde van de verkrijger.

Wanneer een nieuw dienstvoertuig, eigendom van de federale of lokale politie, gebruikt wordt voor het woon-werkverkeer

VOORWOORD 13 HOOFDSTUK 1 IK BEN MOBIEL MET MIJN EIGEN NIEUWE WAGEN PRIVÉ 15

Instelling. Onderwerp. Datum

Handleiding HiAnt. Firmawagens. Making HR Processes Flow

Fiscale actualiteit bedrijfsauto s 2010: een volledig overzicht*

Fiscale actualiteit voor bedrijfsauto s

Bedrijfswagens anno Update fiscale actualiteit. Boekhoudkantoor Marien BVBA

INHOUDSTAFEL VOORWOORD 13 HOOFDSTUK 1 IK BEN MOBIEL MET MIJN EIGEN NIEUWE WAGEN PRIVÉ 15

Berekening en FAQ voordeel van alle aard firmawagen

Fiscale en ecologische berekeningsmethode van de leaseprijs

NIEUWE BEREKENINGSREGELS EN FAQ

NL ALD AUTOMOTIVE AUTOFISCALITEIT

Wat is een voordeel van alle aard?

Instelling. Onderwerp. Datum

BTW aftrek voor bedrijfswagens 2013

PRIVÉGEBRUIK BEDRIJFSWAGENS SOCIALE EN FISCALE SPELREGELS ANNO 2011

Versie DEEL III Titel I Hoofdstuk VIII Afdeling I Gebruik van een dienstvoertuig voor persoonlijke aangelegenheden Inhoudsopgave

NIEUWE BEREKENINGSREGELS EN FAQ s

Fiscale actualiteit voor bedrijfsauto s

NIEUWE BEREKENINGSREGELS EN FAQ s

Newsletter. Sociale actualiteit van Oktober. Solutions for Human Resources. Sociale actualiteit van Oktober

Een auto inschrijven

Zodra de werkgever een voertuig ter beschikking stelt aan een werknemer, geldt er een wettelijk vermoeden van privégebruik.

Nr december 2015

NL ALD AUTOMOTIVE AUTOFISCALITEIT


PERSONENWAGENS & BEDRIJFSVOERTUIGEN

Federale Overheidsdienst FINANCIEN. Tarieven van de verkeersbelasting

Minister van Binnenlandse Zaken. Secretariaat van de Geïntegreerde Politie (SSGPI)

Titel : Circulaire 2019/C/15 over de invoering van forfaitaire beroepskosten op winst

Instelling. Onderwerp. Datum

ALD Automotive FISCAL GUIDE AUTO FISCALITEIT

Fiscale maatregelen Stand van zaken op 20 januari 2012

Minister van Binnenlandse Zaken. Secretariaat van de Geïntegreerde Politie (SSGPI)

De fiscus verduidelijkt welke opties al dan niet moeten meegerekend worden bij de samenstelling van de cataloguswaarde.

De nieuwe reglementering inzake autokosten in de PB en de Ven.B.

Een nieuwe wagen kiezen? Maak economisch en ecologisch de juiste wagenkeuze.

Di Rupo-maatregelen: wordt ook uw geldbeugel gestrikt?

bedrijfswagen, wat er gebeurt bij schorsing van de arbeidsovereenkomst, betrekking) of van functie van de werknemer,.

Bedrijfswagens. Tijdens de vakantieperiode van een werknemer behoudt de werknemer het recht om met de bedrijfswagen te rijden.

Mijnheer de Inspecteur-generaal van Financiën

Newsletter. Sociale actualiteit van Oktober Solutions for Human Resources. Sociale actualiteit van Oktober. Solutions for Human Resources.

SOCIALE EN FISCALE SPELREGELS 2014

Lexalert informeert u gratis en per over de juridische actualiteit. Schrijf gratis in via

Tarieven personenbelasting

A D V I E S Nr Zitting van donderdag 24 maart

De gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting van bedrijfsvoorheffing voor overwerk

BTW-recuperatie op bedrijfsauto s

FISCALE ASPECTEN VAN VERPLAATSINGEN

NIEUWE BEREKENING VOORDEEL VAN ALLE AARD BEDRIJFSWAGENS

Kosten eigen aan de werkgever

Percen- tage. 8. TOTAAL (nrs. 1 tot 7)... (A)... Afschrijfbare aanschaffings- of beleggingswaarde. 3. TOTAAL (nrs. 1 en 2)... (B)...

Impact begrotingsmaatregelen van Di Rupo op uw Personenbelasting

Van mens tot mens, van ondernemer tot ondernemer

MAATREGELEN DI RUPO DE ONDERNEMER ZAL BETALEN

Newsletter. Sociale actualiteit van December. Solutions for Human Resources. Sociale actualiteit van December

De wet Cash for car is gepubliceerd in het Belgisch staatsblad

BEGROTINGSAKKOORD 2012 DE NIEUWE FISCALE MAATREGELEN

Is uw bedrijfswagen nog langer een

Fiscale brochure bedrijfsauto s 2015

SLEUTELFORMULE. a) de website Administraties, Administratie van Fiscale Zaken, Publicaties, van de Fiscale Zaken ;

Inhoudstafel Deel 1. De auto In De InkomstenbelastIngen

1. Maatregelen voor een betere inning en strijd tegen de fiscale fraude

Vermijd verloren uitgaven en optimaliseer fiscale aftrekposten

Wat kost DI RUPO I u?

Mobiliteitsbudget & mobiliteitsvergoeding. Roel Van Hemelen Docent Actuaclub Fiscaliteit

Overzicht van de belangrijkste wijzigingen aan het aangifteformulier inclusief de fiscale bijlagen voor het aj. 2015

Tips / nieuws voor de bedrijfsleider

TOTAL COST OF USE DOORLICHTING VAN UW KOSTEN

NIEUWSBRIEF DECEMBER 2014

Inhoudsopgave. Proces nr: functiegegevens: dienstvoertuigenr:

Dit voordeel geeft aanleiding tot fiscale en sociale zekerheidsrechtelijke heffingen.

Hof van Cassatie van België

Verschillende geldigheidsperiodes zijn hierbij mogelijk: 1 week, 1, 3 of 12 maanden voor traject- en nettreinkaarten. 15 dagen voor Railflex.

Autokosten : Hoeveel is je auto nu fiscaal aftrekbaar?

I. BEREKENING VAN HET GEMIDDELD PERSONEELSBESTAND A. Alle personeelsleden. Gemiddeld personeelsbestand in A1 =... B A2 =... B2...

Kosteloze beschikking over een woning

SNELNIEUWS SOCIAAL RECHT Verschijnt wekelijks, ook wanneer er geen belangrijke wijzigingen zijn

Aftrek voor risicokapitaal

FISCALE GIDS ALD COMPANYBIKE & ALD POOLBIKE

Bespreking van de voordelen bij bedrijfswagens

Relatie Vennootschap Bedrijfsleider Recente fiscale ontwikkelingen. Luc Maes 24/11/2016

Payroll Professional 2 e editie sessie: De kostenbepaling van uw wagenpark. Kristiaan Andries

FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN Algemene administratie van de FISCALITEIT Inkomstenbelastingen AANGIFTE IN DE ROERENDE VOORHEFFING

Transcriptie:

Als sociaal niet langer meer rijmt met fiscaal R. LASSAUX Bijdrage op bedrijfswagens : kroniek van een omwenteling. Een multidisciplinaire aanpak Omdat wij de actualiteit in de verschillende domeinen van onze beroepspraktijk steeds op de voet volgen, was het eerste nummer van deze nieuwsbrief volledig gewijd aan de belangrijke nieuwigheden die de laatste Programmawet op het vlak van het vennootschappenrecht heeft ingevoerd, meer bepaald het grondig dooreenschudden van de wijzen waarop de algemene vergaderingen moeten worden bijeengeroepen (R. Van Boven, «De programmawet van 27 december 2004, Quid novi sub soli?», IAB-Info nr. 1/2005). Vanaf het tweede nummer hebben wij de nieuwe aftrekregeling van de hypothecaire leningen in een fiscaal daglicht geplaatst waarbij we onder meer vaststelden dat de nieuwe maatregelen om de verwerving van eigendommen aan te moedigen weliswaar gepaard gaan met een vereenvoudiging van het systeem, maar de gevolgen niet onmiddellijk voelbaar zullen zijn in onze portefeuille (B. Mariscal, «Een nieuw fiscaal voordeel : de aftrek voor enige woning», IAB-Info nr. 2/2005). Vandaag schrijven we met een sociale pen die we eerst eens goed in fiscale inkt hebben gedoopt om een maatregel te ontleden die enige tijd geleden heel wat heisa heeft veroorzaakt in de media, of toch zeker in een aantal milieus : de vervanging van de solidariteitsbijdrage van 33 % voor het privé-gebruik van een bedrijfswagen door een nieuwe heffing met een ecologisch vernisje die enkel gebaseerd is op de emissiegraad van koolstofdioxide (CO 2 ) van het betrokken voertuig. Ze is weliswaar nog steeds aftrekbaar, maar moet wel steevast worden betaald ongeacht het bedrag van de tussenkomst van de verkrijger Een nieuw gegeven dat ongetwijfeld zal meespelen in het beleid inzake de toekenning van bedrijfswagens dat in ons land begrijpelijkerwijze erg belangrijk is gezien de aanslagvoet in de personenbelasting waaronder wij nog steeds gebukt gaan. Wanneer, hoe, hoeveel? Na een beknopt overzicht («Bedrijfswagens gestraft?», IAB-Info nr. 20/2004) zullen wij aan de hand van een aantal cijfers een antwoord op die vragen geven uitgaand van de definitieve tekst, in casu artikel 2 van de Programmawet van 27 december 2004 (B.S. van 31 december 2004). Merken wij evenwel meteen op dat deze bijdrage niet van toepassing is, noch voor de bedrijfsleiders met het statuut van zelfstandige, noch voor de klassieke zelfstandigen en de vrije beroepen die hun voertuig zowel voor beroeps- als voor privé-doeleinden gebruiken

Voordeel van alle aard, regel van de 5 000 en 7 500 km De toekenning van een bedrijfswagen is in België een wijd verspreid alternatief voor een loonsverhoging. Quasi alle aantrekkelijke loonpakketten omvatten een bedrijfswagen, met in 90 % van de gevallen, een tankkaart Dat dit een aantrekkelijke formule is, staat buiten kijf. Voor de verkrijger levert deze terbeschikkingstelling een mooie besparing op, plus verzekeringspremies, plus onderhoudskosten, plus jaarlijkse taksen en in 90 % van de gevallen, plus brandstoffacturen. Geen zorgen als hij in onderhoud moet of een panne heeft, er staat een vervangwagen klaar. En na vier jaar of 120 000 km levert hij het voertuig gewoon in en krijgt er een gloednieuw voor in de plaats. Ook de werkgever doet er geen slechte zaak aan. Een groot deel van de kosten verbonden aan het bedrijfsvoertuig zijn immers fiscaal aftrekbaar : de interesten van de lening + de brandstofkosten aan 100 % en de afschrijving (behalve bij een operationele leasing) + de onderhoudskosten + de verzekeringspremies a rato van 75 % van hun bedrag. En voor zover er verschillende formules mogelijk zijn, blijkt de boekhoudkundig aantrekkelijke operationele leasing voor velen een interessante oplossing. Keerzijde van de medaille : logischerwijze is het privé-gebruik van de bedrijfswagen een voordeel van alle aard dat belastbaar is bij de werknemer/bedrijfsleider. Het begrip «gebruik voor privé-doeleinden» van een voertuig omvat : de verplaatsingen woonplaats plaats van tewerkstelling en de strikt privé-verplaatsingen (weekends, vakanties, ). Het voordeel wordt berekend zoals vermeld in artikel 18, 3, punt 9 van het KB/WIB 92, rekening houdend met het aantal kilometers afgelegd voor privé-doeleinden trajecten van de woonplaats naar de vaste plaats van tewerkstelling vermenigvuldigd met een coëfficiënt die afhangt van de belastbare kracht van het voertuig, desgevallend verminderd met de tussenkomst van de werknemer. Sedert 1 januari 2004 zijn de zaken (dankzij de omzendbrief van 6 februari 2004 zie eveneens R. Lassaux, «Firmawagens : het moment van de akkoorden...», IAB-Info nr. 5/2004) er een stuk duidelijker op geworden : het voordeel van alle aard dat door de gebruikers wordt verkregen, is forfaitair vastgelegd op 5 000 kilometer voor alle werknemers van wie de woonplaats zich op minder dan 25 kilometer van hun plaats van tewerkstelling bevindt (dat wil zeggen hun vaste plaats van tewerkstelling) en op 7 500 kilometer voor zij die er verder dan 25 kilometer vanaf wonen. (Enkele) afstand woonplaats plaats van tewerkstelling 25 km of minder Meer dan 25 km Voordeel van alle aard 5 000 km x fiscale PK 7 500 km x fiscale PK

33 % ja, maar op welke basis? Vermits deze regels door iedereen gekend zijn en al vaak aan bod gekomen zijn in deze nieuwsbrief, hoeven we er niet verder op in te gaan. Wat ons op dit ogenblik vooral interesseert is het sociale luik van de problematiek. Tot 31 december 2004 moest de werkgever die een bedrijfswagen aan zijn werknemer ter beschikking stelde, een driemaandelijkse solidariteitsbijdrage van 33 % betalen op het voordeel van alle aard dat werd gevormd door het privé-gebruik van het voertuig. Net zoals de Belastingadministratie aanvaardde de RSZ dat de bijdrage werd berekend op 5 000 kilometer per jaar wanneer de afstand tussen de woon- en de werkplaats maximum 25 km bedraagt en op 7 500 kilometer per jaar wanneer ze meer dan 25 km bedraagt. Aangezien ze in principe werd berekend op een kwartaalbasis (1 250 km x fiscale PK of 1 875 km) werd deze bijdrage ten laste van de werkgever in de praktijk zelden toegepast bij gebreke van een belastbare grondslag : nauwelijks 150 000 bedrijfswagens De reden? De werknemer die voor het privé-gebruik van het voertuig een financiële bijdrage betaalde aan zijn werkgever, genoot een vermindering van het in acht te nemen voordeel terwijl de solidariteitsbijdrage met een zelfde bedrag daalde. A contrario, enkel de bedrijfswagens die voor privé-verplaatsingen werden gebruikt en waarvoor de werknemer geen vergoeding aan de werkgever hoefde te betalen, waren onderworpen aan de solidariteitsbijdrage van 33 %. Bovendien moest de RSZ nog kunnen bewijzen dat de werknemers die over een bedrijfswagen beschikten, hem ook mochten gebruiken voor hun privéverplaatsingen (zie inzonderheid het arrest van 16 september 2004 van het Arbeidshof van Antwerpen). De tien kernpunten van de nieuwe regeling Om deze budgettaire terugval op te vangen, maar ook omdat de Belgische regering wou tegemoetkomen aan haar «groene» verplichtingen voortvloeiend uit het Kyoto-protocol, heeft artikel 2 van de Programmawet van 27 december 2004 (B.S. van 31 december 2004) de werkgeversbijdrage van 33 % berekend op het voordeel van alle aard vervangen door een nieuwe «ecologisch» getinte solidariteitsbijdrage door een verband te leggen met het potentieel «vervuilend» karakter van het gebruikte bedrijfsvoertuig. Ziehier een tienpuntenoverzicht van de huidige situatie. 1. Deze nieuwe werkgeversbijdrage is verschuldigd door elke werkgever die een voertuig dat ook voor andere dan beroepsdoeleinden is bestemd, rechtstreeks of onrechtstreeks ter beschikking stelt van zijn werknemer, ongeacht elke financiële bijdrage van de werknemer in de financiering of het gebruik van dit voertuig. Wat moet u verstaan onder «voertuig»? Voertuigen die tot de categorie M1 behoren : de personenauto s, de auto s voor dubbel gebruik en de minibussen. Voertuigen die tot de categorie N1 behoren : voertuigen voor dubbel gebruik ingericht voor het transport van goederen, de lichte vrachtwagens met een massa van minder dan of gelijk aan 3,5 ton.

Uit het voorafgaande blijkt dat de bijdrage eveneens van toepassing is op de voertuigen die de werknemer huurt of least en waarvan de kosten door de werkgever worden terugbetaald, maar ook op die, welke de eigendom zijn van de werkgever. Enige beperking : het moet voor privé-doeleinden kunnen worden gebruikt, dus ook voor de verplaatsingen woon/werkplaats. A contrario, de voertuigen die uitsluitend voor beroepsdoeleinden worden gebruikt en die de werknemers niet buiten de werkuren mogen gebruiken, ontsnappen aan de solidariteitsbijdrage. De bewijslast ligt bij de werkgever. Uit de Memorie van Toelichting blijkt dat er een zekere tolerantie bestaat voor bepaalde wagens waarvan het niet-professioneel gebruik slechts vrij beperkt kan zijn (zoals de wagens voor thuisverzorging). De voorwaarden moeten evenwel nog nader worden gepreciseerd via een in de Ministerraad overlegd koninklijk besluit. Ander belangrijk verschil met het oude systeem : de voertuigen die ter beschikking van bedrijfsleiders worden gesteld, vallen niet onder deze bijdrage, net als deze van de klassieke zelfstandigen die hun voertuig zowel voor privé- als voor bedrijfsdoeleinden gebruiken. 2. Het bedrag ervan hangt af van het CO 2 -uitstootgehalte van het voertuig en van zijn brandstofverbruik. Er moet dus worden nagegaan in welke mate het luchtvervuiling (koolstofdioxidegehalte) veroorzaakt. Waar vinden we deze coëfficiënt uitgedrukt in gram/km? Vier mogelijkheden : 1) gelijkvormigheidsattest; 2) proces-verbaal van gelijkvormigheid; 3) gegevensbank van de dienst voor de inschrijving van de voertuigen; 4) website van het Directoraat-Generaal «Leefmilieu» (http://www.health.fgov.be/pls/europortal/co2) waar u zelfs rechtstreeks een voertuig kunt kiezen, zie de site van de regering www.fgov.be (typ CO 2 in het zoekvenster). 3. Zodra deze coëfficiënt gekend is, moet u nog weten hoe u hem moet gebruiken in de berekeningsformule. In de onderstaande tabel zult u merken dat er een onderscheid moet worden gemaakt tussen de voertuigen in functie van het soort brandstof dat zij gebruiken, hetgeen ook blijkt uit de formules verschenen in het Belgisch Staatsblad van vrijdag 31 december 2004, 2 e editie. In grote lijnen moet u dus als volgt tewerk gaan om de forfaitaire maandelijkse bijdragen te berekenen, wetend dat de verwijzing in het oorspronkelijke ontwerp naar de zeven categorieën die het Ministerie van Leefmilieu onderscheidde, is weggevallen (dit ontwerp voorzag in een bijdrage van minimum 250 EUR tot 1 320 EUR zie «Bedrijfswagens gestraft?», IAB-Info nr. 20/2004, p. 5 e.v.). Benzinevoertuig Dieselvoertuig Elektrisch voertuig LPGvoertuig ((Y * x 9 EUR) 768) : 12 ((Y x 9 EUR) 600) : 12 20,83 EUR ((Y x 9 EUR) 990) : 12 * Y is gelijk aan het CO 2 -gehalte van de bedrijfswagen

Indien de DIV over geen enkel gegeven inzake het CO 2 -gehalte beschikt, wordt dit forfaitair geraamd op 165 g/km voor de voertuigen die worden aangedreven door een dieselmotor en op 182 g/km voor de benzinewagens zodat de toepassing van de voormelde formule de volgende bedragen voor de bijdrage oplevert : 72,5 EUR of ((182 x 9 EUR) 768) : 12 voor de benzinevoertuigen en ((165 x 9 EUR) 600) : 12 of 73,75 EUR voor de dieselvoertuigen. Opgelet : deze regel is niet van toepassing indien een voertuig van de categorie M1 wordt omgebouwd tot een voertuig van de categorie N1, want in dat geval blijft het gehalte van de categorie M1 meetellen. Volledigheidshalve herinneren wij er nog aan dat sommige voertuigen van de categorie N1 kunnen worden vrijgesteld op voorwaarde dat een aantal voorwaarden vervuld zijn. 4. Hoewel het berekeningssysteem lineair is, werd voorzien in een minimum voor de maandelijkse bijdrage : 20,83 EUR. Voor dit jaar (het gehalte wordt verondersteld 1 te bedragen) zal deze onvermijdelijke drempel, net zoals de overige bedragen, systematisch worden verhoogd door toedoen van de jaarlijkse indexering. 5. Deze nieuwe bijdrage moet aan de RSZ worden betaald binnen dezelfde termijnen en in dezelfde voorwaarden als die welke gelden inzake de sociale zekerheid van de werknemers. Met dit verschil dat het totale bedrag van de solidariteitsbijdragen globaal moet worden aangegeven door de werkgever (en niet langer voor elke werknemer afzonderlijk, zoals dit tot eind 2004 nog het geval was). De nummerplaten van de betrokken voertuigen moeten eveneens worden vermeld. 6. De loskoppeling van de fiscale en sociale grondslag heeft geen weerslag op de berekeningswijze van het voordeel van alle aard voor wat de PB betreft. Wanneer het bestaat, moet de verkrijger dus volgens de omzendbrief van 4 februari 2004 worden belast op een jaarlijkse basis van 5 000 of 7 500 km naargelang de afstand tussen de woonplaats en de plaats van tewerkstelling minder dan/gelijk aan of meer dan 25 km per enkel traject bedraagt. De forfaitaire kilometeraantallen kunnen slechts pro rata temporis worden verminderd wanneer de belastingplichtige enkel tijdens een bepaalde periode van het jaar over het voertuig kan beschikken (bijvoorbeeld vanaf 1 september tot en met de maand december of vanaf 1 januari tot en met de maand juni. In dergelijke gevallen kunnen de forfaitaire kilometeraantallen tot respectievelijk 4/12 en 6/12 worden verminderd).

Voordeel in EUR per afgelegde km Fiscale PK 2004 2005 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 en meer 0,1554 0,1824 0,2016 0,2230 0,2433 0,2647 0,2928 0,3210 0,3401 0,3615 0,3750 0,3908 0,4021 0,4099 0,4201 0,4280 0,1585 0,1861 0,2056 0,2274 0,2481 0,2699 0,2987 0,3274 0,3469 0,3687 0,3825 0,3986 0,4101 0,4181 0,4285 0,4365 7. Rekening houdend met de tarieven die sedert 1 januari 2005 van toepassing zijn (B.S. 3 februari 2005), voorgesteld in de tabel hierboven, zal het privégebruik van een bedrijfsvoertuig, in toepassing van de bepalingen van artikel 18, 3, punt 9 van het KB/WIB, leiden tot de hieronder vermelde belastbare bedragen als voordeel van alle aard. De berekening van de bedrijfsvoorheffing op het voordeel van alle aard gebeurt steeds rekening houdend met de afstand tussen de woonplaats en de plaats van tewerkstelling en het fiscaal vermogen van het voertuig. Fiscale PK 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 en meer Voordeel/ maand 5 000 km 66,04 77,54 85,67 94,75 103,38 112,46 124,46 136,42 144,54 153,63 159,38 166,08 170,88 174,21 178,54 181,88 Voordeel /maand 7 500 km 99,06 116,31 128,50 142,13 155,06 168,69 186,69 204,63 216,81 230,44 239,06 249,13 256,31 261,31 267,81 272,81

8. Om het netto belastbaar voordeel te berekenen, zal uiteraard steeds rekening mogen worden gehouden met de eigen bijdragen van de werknemer die men van het belastbaar bedrag mag aftrekken. Het eindresultaat mag echter nooit negatief uitvallen! Indien de werknemer of de bedrijfsleider een vergoeding aan zijn werkgever of aan zijn vennootschap betaalt op basis van de kilometers, moeten de kilometeraantallen voor de berekening van de af te trekken tussenkomst in principe worden beperkt tot de forfaitaire kilometeraantallen van 5 000 of 7 500. Indien de werknemer/bedrijfsleider heeft geopteerd voor de aangifte van de werkelijke kosten in het kader van de fiscale behandeling van zijn beroepskosten met betrekking tot de verplaatsingen van zijn woonplaats naar zijn plaats van tewerkstelling, zullen de forfaitaire kilometeraantallen niet van toepassing zijn. Om het systeem coherent toe te passen, moet de waarde van het voordeel worden berekend op basis van de reële kilometers die in aanmerking zijn genomen voor de bewezen beroepskosten. De forfaits zullen evenmin van toepassing zijn wanneer de werknemer/bedrijfsleider een evenredige bijdrage aan zijn werkgever of zijn vennootschap stort die gebaseerd is op het aantal kilometers, dat veel hoger ligt dan het forfaitair aantal en dit aandeel volledig met het voordeel wordt verrekend. 9. Wat de formaliteiten betreft, moet het belastbare voordeel van alle aard steeds worden vermeld op de individuele fiches 281.10 naast de rubriek V (vak 14 c en d) voor wat betreft de voertuigen die worden gebruikt voor de woonwerkverplaatsingen en de privé-verplaatsingen en op de daarmee overeenstemmende samenvattende opgave 325.10. Voor de werknemers zonder verplaatsingen van de woonplaats naar de plaats van tewerkstelling die het voertuig voor hun privé-verplaatsingen gebruiken, moet het voordeel naast de rubriek T (vak 9 litt. C) van de individuele fiche 281.10 worden vermeld. Voor de ondernemingshoofden moet het voordeel steeds worden vermeld naast de rubriek T Dir (vak 9 litt c) van de individuele fiche 281.20 en de daarmee overeenstemmende samenvattende opgave 325.20. 10. Op het front van de kostenaftrekken verbonden aan het gebruik van een dergelijk voertuig of op het vlak van de aftrek van de bijdrage zelf, valt evenmin iets bijzonders te melden. In de rayon van de vrijstellingen blijft de 150 EUR van het voordeel eveneens van toepassing voor zover de belastingplichtige niet zijn werkelijke kosten bewijst. Eens de rekenmachientjes opgeborgen zijn Wat stellen we vast als we onze berekeningen hebben gemaakt? Aangezien de dieselvoertuigen als grotere vervuilers bekend staan, moeten er hogere bijdragen worden betaald, maar de elektrische voertuigen en die, welke uitgerust zijn met een LPG-installatie komen er al niet veel beter van af. Uit de vele simulatietabellen die op dat vlak reeds zijn verschenen, blijkt dat de nieuwe bijdragen doorgaans beduidend zwaarder uitvallen dan de bijdragen die voorheen werden toegepast, doch zelden tot een vermindering leiden. Zo verwacht SD WORX bijvoorbeeld een kostenstijging van om en bij de 27,5 à 35 % ten opzichte van de vroegere solidariteitsbijdrage van 33 %.

Om dit inflationistisch gevolg te illustreren, nemen wij een model dat vrij vaak voorkomt : een Audi A 4, 1,9 Tdi, 10 fiscale pk. Goed voor 151 gram CO 2 - gehalte. Het privé-gebruik van deze wagen zal leiden tot een jaarlijkse bijdrage van 759 EUR. In het oude systeem bedroeg de bijdrage naargelang het voordeel werd berekend op 5 000 of 7 500 km, 483,12 of 724,68 EUR. Voor een Mercedes Klasse E, 240 benzine, 14 fiscale pk, 252 gram CO 2, zal de bijdrage oplopen tot 1 500 EUR tegenover 618,75 of 928,13 EUR in het vorige systeem. We stellen dus vast dat de nieuwe «ecologische» berekeningswijze kan leiden tot enorme bijdrageverschillen tussen voertuigen van een zelfde segment. Maar dat is nog niet alles. Naast deze mathematische stijging heeft de nieuwe bijdrage van 33 % een veel groter bereik dan de vorige omdat het voortaan niets meer uitmaakt of de verkrijger al dan niet tussenkomt in de kosten van het privégebruik. In elk geval vormt ze steeds een bijkomende financiële last voor de werkgever die hij weliswaar mag aftrekken, maar sowieso eerst dient te betalen. A contrario, waar de verkrijger niet bijdroeg in de kosten zodat een bijdrage van 33 % werd betaald op het bedrag van het voordeel van alle aard, zal het gebruik van een kleine wagen die weinig vervuilt, toch een kleine vermindering opleveren. Een vaststelling die, naast elk ander criterium, uiteraard talrijke werkgevers ertoe zal aanzetten om hun werknemers te doen kiezen voor wagens die milieuvriendelijker zijn, met een voor de hand liggende aanpassing van de «car policy». Hoe ziet de situatie er nu uit voor de ondernemingen? Als we de resultaten van een recente enquête van SD WORX mogen geloven, zouden iets meer dan 66 % van de ondervraagden verwachten dat de nieuwe regeling tot een meerkost zal leiden (25 % hadden geen mening). De werkgever voelt zich geviseerd door dit nieuwe systeem. 58 % van de ondervraagden verklaren dat ze een stijging of daling van de kosten voor hun rekening zullen nemen. Maar 29 % weten niet hoe ze deze kosten zullen regelen. Nog geen compenserende besparing in zicht Om deze nieuwe budgettaire oefening te maken, hoeft u alvast niet te rekenen op de volgende belastingverminderingen voor schone wagens om de extra kosten te compenseren. Hoewel het nieuwe artikel 145/28 WIB 92 inderdaad vanaf 1 januari 2005 een belastingvermindering toekent in geval van verwerving van sommige voertuigen in nieuwe staat (KB van 16 december 2004 tot wijziging van het KB/WIB 92 inzake de belastingvermindering voor uitgaven voor de verwerving van een voertuig in nieuwe staat zie artikel 63/13 KB/WIB 92 met een maximum uitstoot van 115 gram CO 2 per kilometer, B.S. van 30 december 2004), geldt deze enkel in de personenbelasting. Het heeft dus geen enkele zin om een zuinige en schone wagen aan te schaffen waarvan u de overigens vrij povere lijst terugvindt in de CO 2 -gids van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid die u kunt raadplegen op de site www.health.fgov.be/environment/co2 om hem daarna als bedrijfswagen aan te bieden.

Aantal PK Bedrag van de belasting Aanslagjaar 2004 Aanslagjaar 2005 Aanslagjaar 2006 Aanslagjaar 2007 4 en minder 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 11,28 EUR 17,40 EUR 30,96 EUR 44,28 EUR 57,84 EUR 71,40 EUR 84,72 EUR 113,88 EUR 142,92 EUR 264,24 EUR 415,08 EUR 473,16 EUR 623,88 EUR 774,48 EUR 924,96 EUR 1 075,44 EUR 1 226,28 EUR 4,32 EUR 17,88 EUR 31,20 EUR 44,76 EUR 58,32 EUR 71,64 EUR 100,80 EUR 129,84 EUR 251,16 EUR 402,00 EUR 460,08 EUR 610,80 EUR 761,40 EUR 911,88 EUR 1 062,36 EUR 1 213,20 EUR 5,16 EUR 18,72 EUR 32,28 EUR 45,60 EUR 74,76 EUR 103,80 EUR 225,12 EUR 375,96 EUR 434,04 EUR 584,76 EUR 735,36 EUR 885,84 EUR 1 036,32 EUR 1 187,16 EUR 5,76 EUR 34,92 EUR 63,96 EUR 185,28 EUR 336,12 EUR 394,20 EUR 544,92 EUR 695,52 EUR 846,00 EUR 996,48 EUR 1 147,32 EUR Wanneer het belastbaar vermogen 20 PK te boven gaat, is de belasting vastgesteld op 1 226,28 EUR, 1 213,20 EUR, 1 187,16 EUR of 1 147,32 EUR naargelang het betreffend aanslagjaar, verhoogd met 67,56 EUR per PK boven 20. Verwacht niet te veel, zeker niet voor dit jaar, van de welluidende doch haperende daling van de accijnscompenserende belasting die, zoals u weet, sedert 1 januari 1996 wordt toegepast op de personenauto s, auto s voor dubbel gebruik en minibussen waarvan de motor met gasoil (diesel) wordt aangedreven. (http://www.docufin.be/websedsdd/intersalgnl/thema/publicaties/memento/pdf/f M2004_V09_deel2.pdf). Beroemd om de 400 000 klachten die hij heeft veroorzaakt ingevolge het arrest nr. 73/2001 van 30 mei 2001 gewezen door het Arbitragehof (zie R. Lassaux, «Accijnscompenserende belasting op dieselwagens», IAB-Info nr. 22/2000), wordt deze taks, die samen met de verkeersbelasting wordt geïnd, slechts met 25 % per jaar verminderd om volledig te verdwijnen in 2008. Pech, doch in werkelijkheid treft hij slechts een beperkt aantal belastingplichtigen, zij die met een terreinvoertuig of spacewagon rijden die als «lichte bedrijfsvoertuigen» gecatalogeerd staan bij de DIV.

Krachtens artikel 94 van het Wetboek van de met de inkomstenbelastingen gelijkgestelde belastingen ontsnappen deze voertuigen aan de belasting op de inverkeerstelling en wordt het bedrag van de verkeersbelasting volgens artikelen 3 en 4 van het W.G.B. berekend op de maximum toegestane massa en niet op het fiscaal vermogen, zoals voor de andere voertuigen. Hoewel er een ontwerp in de maak is dat een punt wil zetten achter deze situatie, meer bepaald vanwege de schadelijke gevolgen die dat soort voertuigen voor het milieu hebben, zal het nieuwe regime (aanpassingen van de criteria aangekondigd in de BTWaanschrijving nr. 25 van 11 november 1990), pas uitwerking hebben op 1 januari 2006 vanwege het verplichte overleg met de Gewesten, aangezien de verkeersbelasting en de belasting op de inverkeerstelling voortaan tot de geregionaliseerde fiscale materies behoren. In de huidige stand van zaken worden de begunstigden van deze «pseudo lichte vrachtwagens» niet beoogd door de bijdrage van 33 % omdat de wetgeving inzake de inkomstenbelastingen geen fiscale definitie bevat van de autovoertuigen. Belangrijk om weten is dat dit respijt slechts van korte duur zal zijn, wat onvermijdelijk hun waarde bij wederverkoop vanaf volgend jaar zal beïnvloeden. t Is maar dat u het weet