Gebiedsgericht monitoren en handhaven. Oranjepolder 2015

Vergelijkbare documenten
Waterzuivering glastuinbouw

Zuiveringstechnieken. 31 mei Guus Meis, beleidsspecialist Water & Omgeving

Online spreekuur Water

Formulier ten behoeve van het indienen van schriftelijke vragen als bedoeld in artikel 37 van het Reglement van Orde Verenigde Vergadering Delfland

Formulier ten behoeve van het indienen van schriftelijke vragen als bedoeld in artikel 37 van het Reglement van Orde Verenigde Vergadering Delfland

Formulier ten behoeve van het indienen van schriftelijke vragen als bedoeld in artikel 37 van het Reglement van Orde Verenigde Vergadering Delfland

agendapunt Aan Commissie Watersystemen - kwaliteit en kwantiteit WATERKWALITEITSRAPPORTAGE GLASTUINBOUWGEBIED

Waterdagen april, Moerkappele 20 april, Made 26 april, Burgerveen 28 april, Beek en Donk 11 mei, Maasdijk

Zuiveringsplicht glastuinbouw. Ben Kooy Hoogheemraadschap van Rijnland

Westland/Oostland, samen op weg naar de emissieloze kas in 2027

Waterzuivering Westland Bijeenkomst 's-gravenzande

Informatiesheet deelname collectief AWZI Nieuwe Waterweg

Juist (nu) aansluiten

Handvatten voor terugbrengen emissie gewasbeschermingsmiddelen

Kunnen we zonder zuivering? Samen naar een minimaal volume afvalwater

Beleidslijn toezicht en handhaving. Wassen van machines op agrarische bedrijven

Doelmatigheid hergebruik drainagewater en maatwerk gietwatervoorziening

Achtergrondnotitie De toon van communicatie aan doelgroepen in relatie tot verbetering van de chemische waterkwaliteit

AANPAK AANTONEN NUL-LOZING GLASTUINBOUW

Bijlage 6 Model voor de rapportage, behorend bij artikel Jaarlijks voor 1 mei inleveren, lees voor invullen eerst de toelichting.

Emissiemanagement en grondgebonden teelt

Functionele eisen 1. Geen (onaanvaardbaar) gezondheidsrisico. Bescherm volksgezondheid. Beperk overlast en hinder Voorkom schade.

Aan Commissie Watersystemen - kwaliteit en kwantiteit SANERING LOZINGEN GERIOLEERDE PERCELEN (AANSLUITSTRATEGIE)

Waterbijeenkomst Voorne Konneweg 10 te Tinte. Even voorstellen. Inhoud. Waterkwaliteit en middelenpakket. Achtergronden

Wegen Waterketen d.d. Onderwerp: Grondgebonden glastuinbouw in nieuwe bestemmingsplangebied Zuilichem-Oost

Samenwerken werkt? De bal is rond

GEMEENTE ^ LaHSlPgCrl3RCj. Westland/Oostldnd, samen op weg naar de emissieloze kas in Afsprakenkader waterkwaliteit en glastuinbouw

WERKWIJZE VOOR MAATWERK BIJ DE ZUIVERINGSPLICHT IN GEVAL VAN KWEL EN/OF INZIJGING

Waterevent Waterkwaliteit en GBM

Controleresultaten Legionellapreventie Cluster 1: Ziekenhuizen en buitenpoliklinieken. Datum 5 november 2010 Status Definitief

ISG De heer P. Carton Oostpolder XT EEMSHAVEN. Gedoogbeschikking. Geachte heer Carton,

Toelichting partiële herziening peilbesluit Oude en Nieuwe Broekpolder - peilgebied ONP V

Meldingsformulier Activiteitenbesluit glastuinbouw

Controleresultaten legionellapreventie Cluster 3: Zorginstellingen. Datum 1 juni 2010 Status Definitief

Voortgangsrapportage team Toezicht en Handhaving in 2 e kwartaal 2016.

Collectieve waterzuivering Dinsdag 19 april 2016

Evaluatie, monitoring en meetnet. 1. Inleiding. 2. Evaluatiesysteem. 3. Monitoringsplan

Inventarisatie stand van zaken lozingen huishoudelijk afvalwater op Rijkswateren stand van zaken medio oktober 2005

Deze regeling zal met toelichting in de Staatscourant worden geplaatst. De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat, J.M. de Vries.

Op naar een specifiek meetnet voor bestrijdingsmiddelen

Procesaanpak Intensiveren aanpak chemische waterkwaliteit

Emissies uit substraatteelten

Vraag 1 Wat is uw reactie op de berichten in het Algemeen Dagblad over het aantreffen van GenX in drinkwater op meerdere locaties?

De prestatie-indicatoren genoemd in de presentaties maken onderdeel uit van de begroting 2017, welke is geagendeerd voor de VV van november 2016.

Watertoets De Cuyp, Enkhuizen

5.2 First flush. Controleaspecten

Controleresultaten Legionellapreventie Cluster 2: Ziekenhuizen en buitenpoliklinieken. Datum 25 september 2009 Status Definitief

Welkom bij de informatiebijeenkomst DuurSaam Glashelder/ Bedrijfsadvisering DE BEDRIJFSSCAN

Parafering besluit PFO Woo I Conform - D&H H - Geparafeerd door: Egmond, B.M. van cie WK

Samenvatting van: Effecten van het Lozingenbesluit Open Teelt en Veehouderij (LOTV) op de waterkwaliteit.

VERWERKING EN AFVOEREN GEBREKSKAAS ACTIE MUIZENVAL II

Toelichting partiële herziening peilbesluit Oude Polder van Pijnacker - peilgebied OPP XIII

Agrarisch Inzicht november 2014

Controleresultaten Legionellapreventie Cluster 1: zwembaden en sauna's. Datum 25 september 2009 Status Definitief

Resultaten legionellapreventie Cluster 4: Hotels, bed&breakfasts, campings en jachthavens. Datum 1 juni 2010 Status Definitief

agendapunt 3.b.3 Aan College van Dijkgraaf en Hoogheemraden VOORTGANG AFRONDING JUIST (NU) AANSLUITEN Datum 7 januari 2014

WaterEvent 6 oktober 2016 Ervaringen zuiveringsclusters

Glastuinbouw Waterproof. KOEPELTREKKERS Margreet Schoenmakers, LTO Glaskracht Nederland Ellen Beerling, Wageningen Research BU Glastuinbouw

REDUCTIE HYDRAULISCHE BELASTING RWZI

Netwerkdag IKN Jan Broos, Adviesbureau Broos Water BV 20 april 2017

Centrale waterzuivering AWZI Nieuwe Waterweg

Advies interim boezempeil

Project BRINKERS. Verplichte zuivering spuiwater Project BRINKERS helpt u verder

BPP: Nee FAZ: Nee VVSW: Nee AB: Ja Opdrachtgever: Jelmer Kooistra

Ontwerp Watervergunning

32627 (Glas)tuinbouw Gewasbeschermingsbeleid. Nr. 19 Brief van de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu

Uitgangssituatie. Uitgangssituatie. Waterkwaliteit is verbeterd, maar doelstelling nog niet voltooid.

8 december 08. Kwelproblematiek in relatie tot ontwikkeling van grondgebonden teelt in de Bommelerwaard

Pakket van maatregelen emissiereductie gewasbescherming open teelten: acties algemeen

Duurzaam omgaan met Water. Margreet Schoenmakers Programmamanager/ innovatiespecialist Water

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van A.H.K. van Viegen (PVDD) Nummer Onderwerp Hoogheemraadschap van Delfland.

Meldingsformulier inzake het Lozingenbesluit Wvo-glastuinbouw v200907

Figuur 1 Zuiveringsinstallatie

Onderhoudsplan watertechnische installatie glastuinbouw

III.1. Algemeen Deze bijlage is een detaillering van de beschrijving van de actuele waterkwaliteit die in paragraaf 2.10.

Aanpak verbetering chemische waterkwaliteit

Overzicht regelgeving. Emissieloos Telen:oplossing voor zuiveringsplicht? - Aantal installaties nu goedgekeurd door BZG. - Aantal in pijplijn

Workshop teeltwisseling substraatteelt

QuickScan rapportage - INDIVIDUEEL WNAT01

Blauwdruk waterstromen glastuinbouw

VOORSTEL AB AGENDAPUNT :

RWS-2017/328 M. Inhoudsopgave. 1. Aanhef 2. Besluit 3. Voorschrift 4. Overwegingen 5. Ondertekening 6. Mededelingen. 1. Aanhef

Welkom bij de informatiebijeenkomst DuurSaam Glashelder/ Bedrijfsadvisering DE BEDRIJFSSCAN

Samen op weg naar een emissieloze kas. Plan van aanpak Afsprakenkader Emissieloze Kas

Adviseursbijeenkomst Tmt

BIJLAGEN Bijlage I Protocol Aanvraag gebruiksvergunning Bijlage II Protocol Controles oplevering bouwwerken

HOOFDLIJNENAKKOORD WATERZUIVERING IN DE GLASTUINBOUW

GLASTUINBOUW. Wat kunt u van het waterschap verwachten?

Programmering en sturing binnen Delfland verbeteren chemische waterkwaliteit

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

MEMO. Toelichting op maatregelen Oranjebuurt in de Lier.

OMGEVINGSDIENST FLEVOLAND & GODI EN VEcHTSTREEK

Activiteitenbesluit milieubeheer

Projectplan Verplaatsen stuw Arendsduinbrug (Waalblok)

Zuiveringstechnieken voor individuele bedrijven

Regeling model rapportageformulier Besluit glastuinbouw

Gemeente Ridderkerk. Rapportage. Berekenen en meten: de Luchtkwaliteit in Ridderkerk 2010

Onderzoek naar gevaarlijke stoffen in elektronica. goedkoop speelgoed en grote huishoudelijke apparaten. Datum 1 september 2011 Status Definitief

Aangepaste schriftelijke vragen Herkomst vervuiling oppervlaktewater

GLASTUINBOUW. Door heemraad Lida Schelwald-Van der Kley - Bespaar meststoffen door het. Wellicht voor de hand liggend begint een

Transcriptie:

Gebiedsgericht monitoren en handhaven Oranjepolder 2015 16

VERANTWOORDING Titel Gebiedsgericht monitoren en handhaven Inzet en resultaten Oranjepolder 2015 Hoogheemraadschap van Delfland Sector Waterbeheer, Toezicht en Handhaving Postbus 3061, 2601 DB Delft Project Gebiedsgericht monitoren en handhaven Datum 17 juni 2016 Versie 3 Status Auteur Definitief J.J. Rozendaal 1

INHOUD 1. INLEIDING... 3 2. BESCHRIJVING ORANJEPOLDER... 3 3. INTENSIEVE MONITORING WATERKWALITEIT... 4 MAANDELIJKSE METINGEN AQUON BIJ UITSTROOMPUNT POLDER... 4 MEETNET... 5 MOBIELE METERS... 6 4. TOEZICHT EN HANDHAVING (BEDRIJFSCONTROLES)... 6 5. COMMUNICATIE... 8 ONDERNEMERSAVONDEN... 8 VAKLITERATUUR... 8 6. SAMENWERKING ANDERE OVERHEDEN... 8 NVWA... 8 OMGEVINGSDIENST HAAGLANDEN... 9 GEMEENTE WESTLAND... 9 LTO GLASKRACHT NEDERLAND... 9 7. AANDACHTSPUNTEN... 10 8. BIJLAGEN... 14 GRAFIEKEN WATERKWALITEIT... 14 TOELICHTING FIGUREN 5 TOT EN MET 8.... 15 2

1. Inleiding Deze rapportage bevat een beschrijving van de activiteiten en resultaten tijdens het project Gebiedsgerichte monitoren en handhaven (hierna te noemen: GMH) in de Oranjepolder te Maasdijk (gemeente Westland). In 2015 is na de Zuidpolder van Delfgauw, Woudse Droogmakerij (2013), Boschpolder en Dorppolder (2014) ook de Oranjepolder gestructureerd onderzocht met als doel de waterkwaliteit van het oppervlaktewater te verbeteren. Het project verloopt langs vier pijlers: intensieve monitoring oppervlaktewater, toezicht en handhaving, communicatie en samenwerking met andere overheden. Het project is specifiek gericht op het opsporen, aanpakken en wegnemen van emissies naar oppervlaktewater (uit de glastuinbouw). De in dit rapport genoemde waterkwaliteitsgegevens zijn ondersteunend aan dit project. Na een algemene beschrijving van de polder volgt een beschrijving van de verschillende activiteiten langs de vier genoemde pijlers. Vervolgens worden de resultaten beschreven. Tot slot worden een aantal aandachtspunten beschreven om af te sluiten met een bijbehorend actiepunt. 2. Beschrijving Oranjepolder De Oranjepolder is een grote glastuinbouwpolder met 113 glastuinbouwbedrijven met een gezamenlijk glasareaal van ongeveer 280 hectare. Dit is ongeveer 10 procent van het totale glastuinbouwareaal binnen het beheersgebied van Delfland. De Oranjepolder is een opmaalpolder, dit betekent dat het gebied hoger ligt dan het boezempeil. Op onderstaande figuur wordt op de punten 1 en 2 boezemwater ingelaten in de polder; op de punten 3 en 4 verlaat het water de polder weer. De Oranjepolder is de vierde polder die volgens de methodiek van het project GMH is onderzocht. Zowel de gemiddelde stikstofwaarden als de concentraties gewasbeschermingsmiddelen in het oppervlaktewater vormden aanleiding om deze polder door middel van dit project aan te pakken. Figuur 1: Overzicht Oranjepolder incl. meetpunten 3

3. Intensieve monitoring waterkwaliteit De waterkwaliteit van de Oranjepolder is op drie manieren gemonitord in 2015. Maandelijkse metingen Aquon bij uitstroompunt polder In opdracht van Delfland bemonstert Aquon maandelijks één van de uitstroompunten van de polder. Dit gebeurt overigens in iedere glastuinbouwpolder binnen Delfland. Doorgaans vindt de bemonstering plaats bij een gemaal. Aangezien de Oranjepolder een opmaalpolder is, gebeurt dit in de Oranjepolder bij een stuw. Van dit meetpunt (punt 4, zie figuur 1) is meerjarige data beschikbaar. Dit betreft zowel stikstof- als gewasbeschermingsmiddelenconcentraties. Onderstaand figuur 2a geeft een beeld van de gemeten stikstofconcentratie vanaf 2012 tot en met eind 2015. 30 25 20 15 10 5 0 Stikstof in mg/l op OW115-012 in Oranjepolder Figuur 2a: Maandelijkse stikstofconcentratie uitstroompunt 4 Oranjepolder De rode lijn is de gebiedsnorm die Delfland zich gesteld heeft in het Waterbeheerplan 2010-2015 (1,8 mg/l stikstof). Deze norm hangt samen met de doelstellingen vanuit de Kaderrichtlijn Water. Resultaat Tot halverwege 2014 is de stikstofconcentratie structureel hoger dan 5 mg/l. In de winter (dit is een beeld dat we vanwege de teeltwisseling in alle glastuinbouwpolders zien) 2014/2015 is nog een piek van 9 mg/l te zien. In de loop van 2015 zakt de concentratie gemiddeld onder de 5 mg/l. Het is van belang om op te merken dat deze metingen slechts één uitstroompunt (het oudste uitstroompunt) in de polder betreft. Op punt 3 (zie figuur 1) is nog een uitstroompunt. Op punt 3 is een grotere waterstroom, maar deze is niet meerjarig bemonsterd. Om meer inzicht te krijgen in de waterkwaliteit in de polder is daarom in januari 2015 gestart met een uitgebreid meetnet. Zodat een volledig beeld van de waterkwaliteit (bij verlaten van de polder) wordt verkregen. In de bijlage is een grafiek (figuur 3) met beide uitstroompunten (3 en 4) opgenomen. Dit betreft de wekelijkse metingen in 2015. Omdat er geen meerjarige data beschikbaar is, kan hier geen goede vergelijking worden gemaakt. Voor wat betreft de concentratie en aantal aangetroffen gewasbeschermingsmiddelen lijkt ook sprake van een afname. Dit is terug te zien in de figuren 4, 5 en 7 in de bijlage. In de grafiek op de volgende pagina is de gemiddelde concentratie imidacloprid weergegeven in relatie tot de 4

concentraties die gemeten worden in de boezemmeetpunten en de referentiemeetpunten. Het is opvallend om te zien dat in de Oranjepolder deze concentratie daalt tot onder een niveau dat in de boezem nog wel gemeten wordt. Hierbij wordt ook zichtbaar dat de concentratie voor het eerst onder de oude norm 1 daalt. De nieuwe norm wordt echter nog niet gehaald. Figuur 2b: Meerjarenoverzicht concentratie imidacloprid op uitstroompunt Oranjepolder In zijn algemeenheid wordt opgemerkt dat er naast de emissies uit de glastuinbouw meerdere factoren zijn die de waterkwaliteit (kunnen) beïnvloeden. Meetnet Vanaf 1 januari 2015 is gestart met een intensief meetnet in de polder. Op twintig punten (zie figuur 1) wordt wekelijks de stikstofwaarde en geleidbaarheid (EC) van het water gemeten. Hierbij wordt bij diverse stuwen en duikers, als alle uitlaatpunten van de polder gemeten. Hierdoor ontstaat een veel completer beeld van de polder en de ontwikkelingen in de waterkwaliteit. Resultaat Richting het eind van 2015 is op alle punten een structurele daling te zien in van het stikstofgehalte. Voor een gedeelte van de punten is nog niet te voorspellen hoe duurzaam deze daling is.de ontwikkeling van gemeten waardes moet in samenhang met de resultaten van de bedrijfscontroles worden bezien. 1 Eerdere norm: 67 ng/l, aangescherpte toetsingsnorm: 27 ng/l. European Food and Safety Agency (EFSA), heeft de norm in grote lijnen overgenomen maar heeft daar een extra veiligheidsfactor aan toegevoegd die deze norm nog eens 3 keer verlaagd. De EFSA-norm is in mei 2015 in de EU van kracht geworden. 5

Op basis van de metingen kan worden geconcludeerd dat -voordat de GMH-aanpak is gestart- op negen meetpunten sprake was van structurele verhoging van de stikstofwaarden. Rond deze punten zijn mobiele meters ingezet om gericht verder te zoeken naar de bronnen van deze verhoging. Mobiele meters In 2015 waren 5 tot 10 (inzet andere polders en aankoop nieuwe apparatuur) mobiele meters beschikbaar om gericht (bij potentiële lozingsbronnen) te plaatsen. Zodra de elektrische geleidbaarheid (EC) boven de 1,5mS/cm komt, worden medewerkers van het projectteam gealarmeerd en wordt nader onderzoek gedaan naar de bron. Dit heeft op acht meetpunten geleid tot gerichte controles en handhavingstrajecten. Resultaat Eind 2015 is bij vier meetpunten nog sprake van structurele verhoging van het stikstofgehalte in het oppervlaktewater. Nabij twee punten loopt bij bedrijven een langdurig traject van handhaving om lozingen te beëindigen. Deze langere duur wordt veroorzaakt door de hoge investeringskosten en/of capaciteit bij installatiebedrijven en de afhandelingstermijn van de rioleringsafdeling van de gemeente Westland. Op twee andere punten (7 en 9) wordt nog steeds gemeten en onderzoek gedaan. Op beide punten is tot op heden geen directe oorzaak van de verhoogde concentratie stikstof geconstateerd. De mogelijke oorzaak/verklaring hiervan wordt beschreven bij de aandachtspunten (hoofdstuk 7). Zoals eerder vermeld kunnen deze verhoogde concentraties een andere oorzaak hebben dan emissies vanuit de glastuinbouw. 4. Toezicht en Handhaving (bedrijfscontroles) Naast het onderzoek op basis van alle metingen zijn alle 113 glastuinbouwbedrijven in de Oranjepolder in 2015 bezocht en intensief gecontroleerd. Hierbij wordt het principe van buiten naar binnen werken gehanteerd. Bij van buiten naar binnen werken worden vooraf alle lozingsmogelijkheden richting het oppervlaktewater in kaart gebracht en vastgelegd. Deze worden vervolgens met de ondernemer/ verantwoordelijke voor de waterhuishouding besproken. Bij onbekende of overbodige leidingen wordt gevraagd om deze weg te halen of af te sluiten. Dit is overigens op basis van vrijwilligheid. Het Activiteitenbesluit biedt pas een basis voor handhaving op het moment dat een lozing wordt geconstateerd. Bij het afsluiten van leidingen verzegelt Delfland de leiding zodat controleerbaar blijft of de afsluiting niet tussentijds is verwijderd. 6

Resultaat In onderstaande tabel staat een overzicht van hoe Delfland is opgetreden. Aantal bedrijven 1) Aandachtspunten/ waarschuwingen 2) Bestuursrechtelijke handhaving 3) Strafrechtelijke handhaving 113 85 bedrijven 35 bedrijven 5 processen verbaal opgemaakt Tabel 1: Overzicht bedrijfscontroles Oranjepolder Toelichting op de tabel: 1) Aandachtspunten/ waarschuwingen betreft zaken waarbij geen feitelijke overtreding is geconstateerd, maar vanwege kans/ risico op lozingen aan de ondernemer gevraagd wordt bepaalde maatregelen te nemen. Dit kan niet afgedwongen worden. Te denken valt aan afsluiten/ vergraven van leidingen of verruimen van opvangcapaciteit. 2) In geval van bestuursrechtelijke handhaving is er sprake van een feitelijke overtreding, waarbij Delfland een termijn geeft om deze overtreding op te heffen. In dit project wordt conform de handhavingsstrategie gewerkt. In geen enkel geval is tot op heden overgegaan op het daadwerkelijk verbeuren van een dwangsom, omdat binnen de gestelde termijn de aanpassingen waren verricht. In twee gevallen is er vanwege enkele constateringen, waar geen strafrechtelijke handhaving mogelijk was of niet opportuun, een preventieve dwangsom opgelegd. Dit betekent dat bij een eventuele toekomstige lozing direct een dwangsom wordt verbeurd. 3) Proces-verbaal wordt opgemaakt op moment van een heterdaadlozing van drainwater (of andere afvalwaterstromen zoals benoemd in het Activiteitenbesluit). Ten tijde van het opstellen van deze rapportage loopt bij tien bedrijven nog een toezicht- of handhavingstraject. De meest voorkomende aandachtspunten en overtredingen zijn: Overstorten in een systeem (zonder literteller) in verband met calamiteiten. Restwaterstromen die nog op oppervlaktewater lozen: spoelwater afkomstig van diverse filters, condenswater, verontreinigd drainagewater en CO 2 -leidingen Sporadisch: drainlozingen op oppervlaktewater Onvoldoende buffercapaciteit voor riool (bevoegdheid rioleringsafdeling gemeente) Geen (goedwerkend) telemetriesysteem op een buffervoorziening bij riool (bevoegdheid rioleringsafdeling gemeente) Geen recirculatie van drain- of drainagewater (grotendeels bevoegdheid gemeente/odh) Bodembescherming teeltoppervlak niet op orde/ doelmatig (grotendeels bevoegdheid gemeente/odh) 7

5. Communicatie Bij de start van het project zijn alle ondernemers in de polder per bedrijf aangeschreven met informatie over het project; de aankondiging van ondernemersavonden en het belang van melden van eventuele (water gerelateerde) calamiteiten binnen de onderneming. Ondernemersavonden Bij aanvang van het project zijn twee ondernemersavonden georganiseerd (vanwege de omvang van de polder) om alle tuinders gericht te informeren over de waterkwaliteitsproblemen in hun polder en over de doelstellingen van het project. Deze avonden zijn goed bezocht door een groot deel van de aanwezige bedrijven. LTO Glaskracht heeft hier een belangrijke rol in gehad door bij haar leden het belang van het project te benadrukken. Tijdens de ondernemersavonden erkenden de aanwezige ondernemers/bedrijfsleiders het belang van lozen op het riool en hergebruik van water. Ter afsluiting van het project is er in april 2016 een ondernemersavond gehouden waarin de resultaten aan de ondernemers zijn teruggekoppeld. Hierbij was ook de LTO aanwezig. Vermeldenswaardig is dat ook de ondernemers die tijdens het project aangesproken waren op hun tekortkomingen aanwezig waren en positief waren over de aanpak van Delfland. Zij enthousiasmeerden zelfs andere ondernemers om serieus aandacht te (blijven) besteden aan hun waterhuishouding. Vakliteratuur In samenwerking met de Land- en Tuinbouworganisatie (LTO) is een handzame folder met praktische adviezen op het gebied van waterhuishouding en glastuinbouw ontwikkeld. Deze wordt verspreid in ons beheersgebied onder de glastuinbouwondernemers. Naar aanleiding van de bevindingen in de Oranjepolder en de ontwikkelde folder is gedurende het jaar contact gezocht met een aantal vakbladen in de tuinbouwsector en werd contact met Delfland gezocht. Dit heeft geresulteerd in een aantal gepubliceerde artikelen. Daarnaast is bij een aantal andere organisaties en waterschappen een presentatie gehouden over het project. Het doel van deze manier van communiceren is dat de glastuinbouwsector zelf, proactief aan de slag kan met allerlei punten rond waterhuishouding en het beëindigen van eventuele emissies naar het oppervlaktewater. 6. Samenwerking andere overheden In deze paragraaf wordt de samenwerking met andere diensten tijdens het onderzoek in de Oranjepolder beschreven. NVWA (Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit) Met de NVWA is tweemaandelijks een overleg gevoerd over de aangetroffen gewasbeschermingsmiddelen in het oppervlaktewater en bij monstername van waterstromen in de bedrijven. Bij oppervlaktewatermonsters wordt daarbij gekeken in welke teelt de stof mogelijk gebruikt is, zodat op deze manier gezocht kan worden naar de bron. Dit heeft tot een aantal gezamenlijke controles geleid. 8

Met ingang van 2016 is informatie-uitwisseling geïntensiveerd. Uitslagen van monstername in drainputten zal standaard gedeeld worden met de NVWA en aantreffen van verboden stoffen in het oppervlaktewater zal ook standaard gemeld worden. Omgevingsdienst Haaglanden (ODH) De ODH heeft in de loop van 2015 capaciteit vrijgemaakt ten behoeve van het uitvoeren van gerichte controles in het kader van het project GMH. Dit heeft geleid tot een aantal handhavingszaken op het gebied van recirculatieplicht, emissie- en verbruiksnormen (nagenoeg nul-emissie voor 2027) en bodembescherming. Momenteel is Delfland in gesprek met de ODH om afspraken te maken over meer structurele samenwerking in 2016. Over het toepassen van én over de bevoegdheden zelf (welke overheid is bij welke overtreding bevoegd) leidt soms tot discussie. Hierover worden in 2016 nadere afspraken gemaakt. Gemeente Westland Met de rioleringsafdeling werd tweemaandelijks overlegd over diverse locaties en eventuele knelpunten rond rioolgebruik. In deze samenwerking is een aantal zaken gebleken die voor de aankomende periode van belang als randvoorwaarde om tot minder emissie naar oppervlaktewater te komen en worden in de volgende paragraaf beschreven. De personele capaciteit op de rioolafdeling lijkt beperkt en daardoor kan niet altijd direct geacteerd worden op meldingen of informatie van Delfland. Eind 2015 is de gemeente Westland begonnen met het bestuursrechtelijk handhaven op haar afvalwaterverordening door het aanschrijven van bedrijven en burgers. Mede naar aanleiding van bestuurlijk overleg tussen de gemeente en Delfland en een aangenomen motie in de gemeenteraad. Driehoeksoverleg Vanaf begin 2016 is gestart met een driehoeksoverleg tussen Delfland, ODH en de rioleringsafdeling van gemeente Westland op uitvoeringsniveau. Hierbij wordt op bedrijfsniveau afgestemd over knelpunten, handhaving en eventueel gezamenlijk optrekken van overheden. LTO Glaskracht Nederland Ondernemersavonden worden in samenwerking met de LTO georganiseerd. Zij benaderen hun leden (80% van het landelijk glastuinbouwareaal is aangesloten bij de LTO) om te komen naar ondernemersavonden. Dit verhoogt de opkomst enorm. Daarnaast dragen zij actief de boodschap uit van de doelstelling en tussenstappen van de emissieloze kas in 2017. Daarnaast vindt periodiek overleg met LTO plaats over de vorderingen van dit project en over de mogelijkheden om elkaar te versterken waar het de gezamenlijke doelstelling van de emissieloze kas betreft. 9

7. Aandachtspunten Uit de meetresultaten in hoofdstuk 3 lijkt in 2015 een verbetering van de waterkwaliteit in de Oranjepolder te zijn opgetreden. Daarnaast zijn er een aantal zaken te benoemen die om verdere doordenking of actie vragen. Daarom zijn hieronder een aantal aandachtspunten beschreven. Na elk aandachtspunt wordt een actiepunt geformuleerd. 1. Oude/ onzichtbare duikers In het noordwestelijk gedeelte van de polder liggen lange duikers onder bedrijven door, waar hemelwaterafvoeren op zijn aangesloten. Door middel van metingen en monstername is zoveel als mogelijk gecontroleerd in hoeverre hier nog andere waterstromen op uitkomen. Dit is niet geconstateerd, maar kan ook niet uitgesloten worden. Blijven monitoren waterkwaliteit en bij afwijkende waarden binnen Delfland overleg organiseren om beter zicht te krijgen en beheer op de waterinfrastructuur. Dit wordt binnen het project meegenomen in de nazorgfase. 2. Oude glastuinbouwinfrastructuur Bij een groot aantal bedrijven is sprake van vernieuwing van kassen of bij schaalvergroting het aan elkaar knopen van bestaande bedrijven. Hierbij is leidingwerk vaak ook aan elkaar verbonden en/of onzichtbaar onder de grond. Bij controles blijkt vrij regelmatig dat een ondernemer/bedrijfsleider ook niet weet waar leidingen voor bestemd zijn of waar deze liggen. Delfland verplicht bedrijven niet dit exact te kunnen overleggen. Hiertoe is Delfland overigens wel bevoegd ex. art. 1.10 van het Activiteitenbesluit. De werkwijze om samen met een ondernemer het gehele watersysteem door te nemen is in deze gevallen niet mogelijk, waardoor feitelijk alleen bij overtredingen kan worden opgetreden (repressief versus preventief). Tijdens controles -en met name bij her- en nieuwbouw- extra aandacht besteden aan de waterinfrastructuur. Dit wordt zowel binnen het project als bij regulier toezicht, in samenwerking met de gemeenten opgepakt. 3. Overstort vanaf buitenteeltterrein Aan de zuidkant van de polder is een buitenteeltterrein gelegen dat te ver van een riool is gelegen om aan te sluiten op het gemeentelijk riool. Dit bedrijf heeft in 2015 en dit jaar een aantal aanpassingen gedaan; maar bij extreme neerslag moet toch worden geloosd op het oppervlaktewater. Er is geen wettelijke basis om hiertegen op te treden. Monitoren frequentie en debiet van overstort op oppervlaktewater. Dit wordt binnen het project opgepakt. Indien gewenst/impact op waterkwaliteit groot blijkt, laten agenderen voor ambtelijk overleg met gemeente Rotterdam over de mogelijkheid van realisatie van riolering. 10

4. Gedrag versus technische installaties Voor het gehele project blijft het voorbehoud gelden van gedragskeuzes van individuele personen. Met dit project wordt de techniek en mogelijke lozingsroutes nagelopen, maar het blijft altijd mogelijk om bijvoorbeeld met een dompelpomp en slang alsnog een lozingsroute naar het oppervlaktewater te creëren. Daarom blijft het van belang om in te zetten op bewustwording en gezamenlijk gedragen belang van schoon oppervlaktewater. Hier wordt met name in de samenwerking met de LTO op ondernemersavonden op ingezet. meerjarenplanning/nazorgplan In het derde kwartaal van 2016 wordt een meerjarenplanning gemaakt om het hele glastuinbouwareaal via deze methode voor eind 2023 (de meest urgente vóór 2021) te onderzoeken. Deze zal ook aan de betreffende portefeuillehouders overlegd worden. Daarnaast wordt in de tweede helft van 2016 een nazorgplan opgesteld om planmatig polders zoals de Oranjepolder die onderzocht zijn, de eerste twee jaar na het project te blijven monitoren en verscherpt toezicht te houden. Ook dit plan zal aan de portefeuillehouders overlegd worden. De volgende onderdelen zullen in ieder geval meegenomen worden in het nazorgplan: intensieve monitoring en delen van meetgegevens met doelgroep, gerichte communicatie en terugkoppeling naar glastuinbouwsector, (tijdelijk) verhoogd toezicht en surveillance. 5. Kwel en/of inzijging bij volle grondteelt Op een beperkt aantal meetpunten blijven verhoogde concentraties stikstof en/of geleidbaarheid (EC) gemeten worden, terwijl er geen directe oorzaak meer waarneembaar is in deze watergangen. Dit kan veroorzaakt worden door bodemlozingen vanuit bedrijven (bevoegdheid gemeente/odh) of door kwel/inzijging. Kwel lijkt in een aantal gevallen aannemelijk aangezien bedrijven klagen over grote hoeveelheden grondwater, die groter zijn dan de eigen watervoorziening. Dit zou aangeduid kunnen worden als natuurlijke oorzaak. Dit betreft in de Oranjepolder twee à drie bedrijven. Accepteren dat bij een beperkt aantal volle grondtelers het hydraulisch- niet mogelijk is om aan te sluiten op het riool dan wel de kringloop te sluiten in verband met inzijging/kwel. Toekomstvisie ontwikkelen op volle grondteelt in gebieden met veel inzijging/kwel. Dit wordt vooralsnog geagendeerd in 2017, mits voldoende capaciteit beschikbaar is. 6. Functioneren rioolsysteem In 2015 is het een aantal keer voorgekomen dat glastuinbouwondernemers met Delfland contact zochten omdat het riool niet functioneerde en geloosd moest worden op het oppervlaktewater; dit terwijl de gemeente deze storing in het riool nog niet bij Delfland had gemeld. Daarbij moet wel vermeld worden dat de voorzieningen bij de betreffende bedrijven niet voldeden aan de afvalwaterverordening van gemeente Westland. Daarnaast heeft gemeente Westland aangegeven richting Delfland dat er op dit moment ruim 150 volledig goedwerkende rioolbuffers met telemetrie in werking zijn. Op circa 30 locaties vinden gesprekken plaats om ook een rioolbuffer te installeren. In het totale beheersgebied zijn ruim 1.000 glastuinbouwbedrijven gevestigd. 11

In veel gevallen is de capaciteit van buffers ontoereikend (volgens de afvalwaterverordening van gemeente Westland moet elk bedrijf 48 uur afvalwater kunnen bufferen) en moet de telemetrie in overleg met de ondernemer beter afgesteld worden. Dit betekent niet dat in alle andere gevallen structureel sprake is van lozingen richting het oppervlaktewater. Op drie locaties binnen de Oranjepolder is geconstateerd dat de rioolpompput voorzien is van een nooduitlaat naar het oppervlaktewater. In alle drie de situaties betreft het een stelsel dat in het verleden in particulier bezit/beheer was. Dit was ook bij de gemeente niet bekend. Door de gemeente is aan deze ondernemers aangegeven dat zij deze nooduitlaten buiten werking moeten stellen. In overleg met gemeente Westland de problematiek van handhaving van de afvalwaterverordening van hun gemeente bespreken. Voldoende buffercapaciteit, goed werkende telemetrie en dus handhaving van de 48-uursnorm is voorwaardelijk om te komen tot een verdere verbetering van de waterkwaliteit. Het is van belang dat hiervoor voldoende ambtelijke capaciteit en kennis is gewaarborgd. 7. Bodemlozingen volle grond Bij grondgebonden teelten blijkt een aantal ondernemers nog niet te recirculeren, terwijl hiertoe wel de verplichting bestaat. Daarnaast moet de ODH, sinds bedrijven lozen op het riool, berekenen in hoeverre grondgebonden teelten verplicht zijn om te recirculeren. Daar is de ODH vorig jaar bij een aantal bedrijven mee begonnen. Zolang er nog voedingswater via de bodem uitspoelt of naleving plaatsvindt naar het oppervlaktewater, blijft dit een bron voor verhoogde waarden, waar niet of nauwelijks (door Delfland zelf) tegenop kan worden getreden. Uitvoeringsoverleg met ODH intensiveren, waarbij op bedrijfsniveau integrale handhavingsafspraken worden gemaakt. 8. Drainagesysteem ter regulering van de grondwaterstand bij substraatteelt Bij substraattelers is vastgesteld dat de onderbemaling onder het substraat, in beperktere mate dan in het voedingswater, verhoogde waardes voedingsstoffen en gewasbeschermingsmiddelen bevat. Dit wordt enerzijds veroorzaakt door bedrijfsvoering en anderzijds is dit inherent aan de huidige kasen technische installaties (vloeren, goten, leidingen, enz.). Strikt juridisch gezien is het mogelijk om handhavend op te treden tegen het lozen van verontreinigd drainagewater. Dit vereist wel nadere uitwerking en is uitermate arbeidsintensief. Het agenderen van de verontreiniging van drainagewater en de vloeistofdichtheid van tuinbouwconstructies (teeltvloeren, goten, leidingwerk) in diverse landelijke en regionale gremia, met als doel beleidsontwikkeling, toekomstvisie en waar nodig regelgeving te ontwikkelen hoe hier landelijk eenduidig mee omgegaan kan worden. Starten om bij excessen handhavend op te treden en daarbij de juridische grenzen te benutten en rekening te houden met lange uitvoeringstermijnen, zodat bedrijven voldoende in de gelegenheid gesteld worden (creatieve) maatregelen te treffen. 12

9. Lozingsmogelijkheid vanuit rioolbuffer Als ondernemers een overstort op rioolbuffer hebben zonder literteller, dan is er geen wettelijke basis om deze teller af te dwingen. De verplichting is een lozing te melden en te registreren, maar als dit niet gedaan wordt, is voor Delfland achteraf niet meer te constateren óf, hoeveel en wanneer er is geloosd. In overleg met gemeente Westland nagaan in hoeverre het mogelijk is om in hun afvalwaterverordening op te nemen dat overstorten op een rioolbuffer altijd voorzien moeten zijn van een volumeteller/signalering. 10. Regelgeving Met de komst van het Activiteitenbesluit en straks de omgevingswet is een trend van deregulering doorgezet. Dit geeft soms beperkte en/of onduidelijke handvatten om goed te kunnen handhaven. Bijvoorbeeld in geval dat er geen heterdaad lozingen worden geconstateerd kan Delfland nagenoeg niets afdwingen. Organiseer een goede lobby voor goede verankering van waterkwaliteitsmaatregelen in de toekomstige wetgeving. Dit wordt geagendeerd bij de ambitiebepaling van de chemische waterkwaliteit. 11. Beschikbare capaciteit Binnen het project is wederom gebleken dat het doorlichten van het glastuinbouwareaal via deze werkwijze veel inzet vraagt van gespecialiseerde medewerkers. De beschikbare capaciteit is momenteel niet in lijn met de gewenste ambitie op het gebied van programma inhoud chemische waterkwaliteit. Bij het DMT en het college wordt gevraagd om voldoende structurele personele capaciteit en middelen om dit project in het gehele beheersgebied van Delfland uit te kunnen voeren. 13

8. Bijlagen Grafieken waterkwaliteit Fig. 3 Stikstofwaarden uitstroompunten 3 en 4 Oranjepolder (wekelijkse metingen in 2015). 1.8 Jaargemiddelden per stof (Top 5) in de Oranjepolder (ug/l) van 2007-2015 1.6 1.4 1.2 1 0.8 0.6 0.4 azoxystrobin carbendazim imidacloprid pirimicarb thiamethoxam 0.2 0 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 Fig. 4 Top vijf aangetroffen gewasbeschermingsmiddelen in het oppervlaktewater 14

Toelichting figuur 5 tot en met 8. Het aantal aangetroffen stoffen/het aantal gemeten stoffen is een prestatie-indicator voor bestrijdingsmiddelen zoals die zijn afgesproken door Delfland als te behalen in aanloop naar het voldoen aan de KRW in 2027. Hiermee kun je zien of van het pakket aan bestrijdingsmiddelen dat je elk jaar meet, het aantal stoffen dat je boven de detectiegrens meet ook afneemt. Fig. 5 percentage aangetroffen stoffen meerjarig in de Oranjepolder Fig. 6 percentage aangetroffen stoffen meerjarig Delfland geheel 15

Fig. 7 gemiddelde concentratie aangetroffen bestrijdingsmiddel in de Oranjepolder meerjarig Fig. 8 Gemiddelde concentratie aangetroffen bestrijdingsmiddelen in Delflands watersysteem (meerjarig). 16