Netwerkbijeenkomsten Taal voor Havo en Vwo april 2012 Lydia van Deelen Meeng, managing consultant CPS l.vandeelen@cps.nl M:06-55898565
Inhoud van deze bijeenkomst Bewust en Belang: Theoretische achtergrond woordenschatontwikkeling Bekwaam: - Oefening - Uitgangspunten woordenschatonderwijs - Verbeterpunten eigen woordenschatonderwijs Betrokken en Bekwaam: Hoe is expliciet aandacht voor woordenschatontwikkeling schoolbreed te realiseren? Afsluiting: Wat neemt u mee uit deze bijeenkomst?
Begrijpend luisteren Plek van woordenschat Woordenschat Technisch lezen Begrijpend lezen Fonemisch bewustzijn
Wat zeggen de cijfers? Relatie woordenschat/ lezen aanvangniveau (PO): Woordenschat is een belangrijke voorspeller voor begrijpend lezen: correlatie van.80 of hoger. Bij 95% dekking worden de meeste details van een tekst op 1F niveau begrepen. 5000 woorden leveren ongeveer 90% dekking op.
Het belang van woordenschat Woordenschatonderwijs kan tekstbegrip van leerlingen vergroten. Succesvolle onderwijsprogramma s kenmerken zich door: Actieve verwerking van nieuwe woordbetekenissen Voldoende mogelijkheden om nieuwe woorden toe te passen en te gebruiken
Wat zeggen onderzoekers? Douglas Fisher & Nancy Frey (2009): Leerprestaties verbeteren wanneer leerlingen een grote woordenschat hebben. Zij geven de volgende adviezen: 1. Zorg voor expliciet woordenschatonderwijs (terloops of onbewust nieuwe woorden aanbieden is niet voldoende). 2. Maak woordenschatonderwijs zichtbaar: wanneer je een tekst modelt, model dan ook hoe je omgaat met moeilijke of onbekende woorden
Vervolg 3. Maak woordenschatonderwijs persoonlijk: leerlingen moeten zelf verantwoordelijkheid voelen voor de nieuw te leren woorden. Ze moeten de woorden zelf gaan gebruiken in hun eigen presentaties en werkstukken. 4. Maak woordenschatonderwijs prioriteit: in de hele school moet woordenschatonderwijs en het daarbij behorende vele lezen prioriteit krijgen. Wanneer er veel wordt gelezen in veel vakken, zullen leerlingen nieuwe woorden vaker tegenkomen.
Vervolg 5. Maak woordenschatonderwijs bruikbaar: nadat je een woord hebt uitgelegd, moeten leerlingen er direct iets mee kunnen doen. Woordjes stampen is niet effectief, nieuwe woorden gebruiken in de opdracht die aan de orde is wel.
Consolideren van een woord Een woord dat slechts één keer behandeld is wordt zo weer vergeten: verspilde tijd! Een woord moet ongeveer zeven keer aan bod komen het gaat om herhaling en om variëren van contexten (verbindingen in netwerk tot stand brengen): verankering en versterking 9
10 Onthouden 1
11 Onthouden 2
Oefening Bedenk vijf woorden die u heeft uitgelegd in de les de afgelopen weken. Schrijf elk woord apart op een post-it. Rubriceer de post-its op algemeen, schooltaal en vaktaal. Bespreek met uw buurman of buurvrouw op welke manier uw leerlingen na uw uitleg met deze woorden aan de slag zijn gegaan.
Uitgangspunten woordenschatonderwijs 1. Transparant model-leren 2. Doelgericht woorden selecteren 3. Persoonlijk zelf toepassen in nieuwe situaties 4. Prioriteit schoolbrede focus 5. Geselecteerde woorden expliciet aanleren Bron: Frey & Fisher (2009) Learning words inside & out en Verhallen en van der Nulft: Met woorden in de weer
Model - Leren Leerlingen zien en horen hoe wij omgaan met (onbekende) woorden. We leren ze nieuwsgierig te zijn naar woorden. We leren ze een houding en strategieën om achter de betekenis van woorden te komen. Ze kunnen onze aanpak om achter de betekenis van woorden te komen nadoen.
Wat kunt u hardop voordoen? Gebruik maken van de context teruglezen, herlezen, illustratie Gebruik maken van de opbouw van woorden woorddelen (voordeur, achterdeur) Gebruik maken van hulpbronnen iemand vragen, woordenboek, internet
Woorden selecteren De kracht van de keuze: De sleutel om de leerlingvaardigheden te vergroten is weten welke woorden expliciet onderwezen moeten worden en welke woorden de leerlingen tegen komen tijdens het lezen.
Welke woorden onderwijzen? Weinig voorkomende woorden Woorden in boeken, kranten & volwassen taalgebruik Basiswoorden in het dagelijks woordgebruik
Woorden selecteren Denk aan: Verschil algemeen, schooltaal en vaktaal. Nut: Merendeel van de lln kent woord niet maar heeft het begrip zeker nodig. Frequentie: Woord dat niet alleen in deze les, maar vaker voorkomt. Spreiding: Woord dat op verschillende plaatsen terugkomt. Hulpmiddel: Basislijst schooltaalwoorden ITTA, Gemeente Amsterdam DMO
Persoonlijk en expliciet leren De didactiek van het Viertakt Model (Verhallen) 1. Voorbewerken: creëren van een gunstige beginsituatie. 2. Semantiseren: woordbetekenis duidelijk maken. 3. Consolideren: oefenen van het woord en de betekenisaspecten. 4. Controleren: nagaan of de woorden zijn onthouden. Maak het leren persoonlijk door bijvoorbeeld een woordschrift voor elke leerling.
Consolideren en controleren Ordenen van de woorden m.b.v. vormgevers (woordkast, parachute, woordweb,woordtrap Woordraadspelletjes Zinnen laten maken Gatentekst Woordenschrift Met behulp van vakbladen woorden opzoeken, een fotocollage maken Spelvormen: memory, galgje, kwartet, quiz, puzzel Woordweb maken en later laten aanvullen
Reflectie Op welke punten zou u uw eigen Woordenschatonderwijs kunnen versterken? Denk aan: 1. Transparantie: Model Leren 2. Doelgericht: Woorden selecteren 3. Persoonlijk en expliciet: Viertakt model
Uitgangspunt 4: Prioriteit: schoolbreed woordenschatonderwijs Noteer eerst voor uzelf welke projecten of interventies er bij u op school al gedaan zijn voor de ontwikkeling van woordenschat. Noteer wat daarvan succesvol is of was en waarom. Noteer welke knelpunten er zijn op school. Wissel de successen en knelpunten met elkaar uit. Bedenk met elkaar oplossingen voor de knelpunten.
Vragen? Lydia van Deelen-Meeng l.vandeelen@cps.nl M:06-55898565 23
www.cps.nl CPS Onderwijsontwikkeling en advies Plotterweg 30 3821 BB Amersfoort Postbus 1592 3800 BN Amersfoort T [033] 453 43 43 F [033] 453 43 53 E cps@cps.nl www.cps.nl