"Afraid of the Dead ( The Escape ) Hoofdstuk 5" Voor het eerst alleen Ik werd wakker in een kamer. Een witte kamer. Ik wist niet waar ik was, het was in ieder geval niet de Isolatieruimte. Ik keek om me heen en ik zat niet vast. Ik lag gewoon weer in mijn bed, in mijn oude kamer leek het wel. Toch voelde er iets niet goed. Ik stond op uit mijn bed en liep richting het raam. Alles leek gewoon hetzelfde als eerst. Ik keek naar buiten en kon vanaf hier de binnenplaats zien van het ziekenhuis, alle mensen die buiten rondliepen leken me wat beter qua conditie als ik. Alleen dacht ik dat ik er tussen kon. Ik heb me de hele dag afgevraagd waarom ik alleen op een kamer zat. Er was niemand gekomen om me te bezoeken. Ik heb ook niet echt veel kunnen doen. Toen ik uiteindelijk weer in slaap was gevallen kwamen er beelden naar boven. Ik hoorde een zin. We hebben de jongen gevonden op de intensive care afdeling kamer 3. Ik schoot rechtop. KELLY!! Schreeuwde ik. Ik snelde mijn bed uit en liep richting de deur. Ik deed de deur open en de dokter stond daar. Jongen, jij moet niet uit bed komen Zei hij met een ernstig gezicht. Ik liep terug richting bed en keek hem boos aan. Je weet dat we je eigenlijk niet mogen laten lopen door het ziekenhuis Zei de dokter. Maar waarom niet? Vroeg ik hem. het is te gevaarlijk zei hij. we hebben de meid gevonden op de weg waar jij gereden hebt Zei hij. Ze heeft heel erg geluk gehad, dat ze het überhaupt heeft overleefd dat is een wonder. Zei de dokter. Kan ik haar zien? vroeg ik. Ik kan er misschien voor zorgen dat jullie een keertje kunnen lunchen samen. Zei de dokter. Er kwam een vlaag van vreugde in me naar boven, maar aan de stem van de dokter kon ik vertellen dat hij het sarcastisch bedoelde. Dus het zou wel kunnen? Vroeg ik aan de dokter? Als ze ooit uit haar coma wakker word, dan zeker Zei de dokter. Hij ging op de stoel zitten in de kamer. We hebben van haar helemaal geen informatie zei de dokter. Weet jij wie ze is? zei hij? Ik keek de dokter aan. Ik zou die avond een date met haar hebben, het het ging allemaal zo snel zei ik. De dokter keek mee aan. Ik denk dat ik haar heb overreden Zei ik en er liep een traan over mijn wang. De dokter keek me aan.
Ik zie dat je het er moeilijk mee hebt. Natuurlijk heb ik het er moeilijk mee! Schreeuwde ik. Ze gedroeg zich als een goede vriendin en ze wilde alles voor me doen. De dokter keek me aan. Zodra ze wakker word zal ik een goed woordje voor je doen. Zei de dokter. Ik lachte naar hem. Dank u wel Zei ik zachtjes. Nu moet jij ook wat rust pakken Zei de dokter en hij liep richting de deur. Toen de dokter weg was, pakte ik het boekje van meneer van Vliet. Ik vroeg me af wat er nog meer stond over het verhaal van mijn ouders. Zaterdag 04 juli 2015 Ik heb een heel verhaal van de ouders gehoord over de jongen. Ze wisten waarschijnlijk de oorzaak van het ongeluk. De vrouw vertelde mij dat de jongen al eerder een ongeluk heeft gehad. Hij had toen niet zelf gereden, maar 1 van de ouders. Ze hebben hem toen al eens in een ziekenhuis laten onderzoeken, maar hier is niks uitgekomen. Hij heeft er zelf ook niet echt last van. Dat gebeurd pas als hij onder druk word gezet of dat hij veel adrenaline gaat aanmaken. Er is niet echt een naam bekend voor deze ziekte en de doctoren schenen er niks van te weten. Maandag 06 juli 2015 De jongen is opgenomen in het Centrale ziekenhuis te Heerlen in Limburg, ik zal vanaf vandaag iedere dag op bezoek gaan om te checken hoe het gaat Dus dit was het? Dit was wat mijn ouders hem verteld hebben? Ik keek naar het boek. Hier klopt helemaal niks van en ik legde het boek weg. Ik draaide me om in mijn bed en viel in slaap. Ik hoorde de deur opengaan en deed mijn ogen open. De dokter stond in mijn kamer en lachte een beetje. Jake word wakker zei hij. Ik draaide me om. Goeiemorgen Jake Zei de dokter. Ik heb goed nieuws voor je. Herinner je je wat ik je gister zei? Over het meisje?
Ze is vandaag voor het eerst bij zinnen gekomen. Natuurlijk hebben we haar rustig benaderd. Zei hij. Ik hoefde je zelf niet eens ter sprake te brengen, ze kwam zelf al bij jou uit. Ik heb haar toen maar verteld wat ze wilde weten en dat jij met haar wilde afspreken. Zei hij. Ze vroeg op welke afdeling en welke kamer jij ligt, maar dit mag ik als dokter niet doorgeven aan een patiënt. En nu? vroeg ik. Morgen vroeg 11:00 uur heb je een afspraak met haar in de kantine. Wij komen je halen en dan brengen we je erheen. Als je klaar bent dan geef je een seintje en brengen we je terug naar je kamer. Zei hij. Ik moet je er wel aan herinneren dat je nog altijd Patiënt ZERO bent, we kunnen je laten gaan maar 1 verkeerde beweging en we moeten je weer terug halen.. Zei hij. Komt goed dokter Zei ik. De dokter stond op en liep richting de deur. Dokter? Vroeg ik. Hij draaide zich naar me om. Dank u wel Zei ik. Hij lachte naar me. Toen hij weg was, begon ik te lachen. Eindelijk kreeg ik dan toch mijn afspraakje. Ik draaide me om richting het raam en ik kon alleen maar lachen. Uiteindelijk viel ik weer in slaap. Watch out. Tree. Watch out. Tree. Watch out. Tree. Het stemmetje bleef in mijn hoofd hangen en het bleef zich maar afspelen. Ik zag Kelly, meneer van Vliet, mezelf, de doctoren en mijn ouders door mijn hoofd heen spoken. Wat ben je ook een oen. Zei mijn vader. Afspraken maken en dan je date overrijden, ben jij nog wel helemaal goed bij je hoofd? Schreeuwde Kelly. Ondertussen hoorde ik op de achtergrond de schelle stem van de telefoon. Watch out. Tree. Watch out. Tree. Ik schrok wakker en ik zat zwetend in mijn bed. Ik keek op het klokje naast mijn bed. 9:00 uur. Ik stond op en begon me om te kleden. Ik had nog 2 uur de tijd. Toen ik helemaal klaar was, ben ik in mijn bed gaan wachten. Om 11:00 uur kwam de zuster de kamer binnen. Je mag met ons meekomen Zei ze. Ik stond op uit mijn bed en we liepen door de hal. Hier naar rechts Zei ze. Toen zag ik de bordjes Kantine aangegeven en ik ben deze maar gaan volgen.
Aan het einde van de hal moet jij even wachten Zei de zuster. Ik keek haar aan. Dat had de zuster me al een keer gezegd, maar het kon nu toch niet zo lang duren. Ik wachtte aan het einde van de hal en na 5 minuten kwam de zuster terug met de dokter. Hallo Jake, je mag door deze deur naar binnen gaan. Je eet vandaag aan tafel 5 Zei de dokter en hij knipoogde naar me. Ik moest er wel om lachen. De dokter deed de deur voor me open en ik liep naar binnen. Ik liep door de deur van de kantine en zag een grote ruimte. Achter in deze ruimte tegen de muur was een soort van lopend buffet. Hier kon je zelf je eten halen. Ik keek heen en weer door de ruimte. Toen ik langs de tafels begon te lopen zag ik overal nummertjes op de tafels staan. 20, 21, 35, 17 liep ik allemaal voorbij. Toen ik plots bij tafel nummer 5 kwam. Er zat niemand. Ik keek om me heen. Zou dit een grap zijn ofzo? Ik pakte de stoel die er stond en ging erop zitten. Ik keek een beetje zenuwachtig op de grote klok die aan de muur hing. Het was al 11:15 uur. Was ik te laat? Want dan kon ik altijd de doctoren de schuld geven. Ik keek naar alle tafeltjes en het was erg druk bezet vandaag. Ik voelde me een beetje opgelaten en ik dacht terug aan wat ik in het boekje had gelezen. Hij heeft er zelf ook niet echt last van. Dat gebeurd pas als hij onder druk word gezet of dat hij veel adrenaline gaat aanmaken. Er is niet echt een naam bekend voor deze ziekte en de doctoren schenen er niks van te weten. Ik lachte even. Natuurlijk dacht ik bij mezelf. Natuurlijk is dit een test. Gewoon om te kijken of ik de druk aan kan. Ik was best kwaad, maar liet mijn gevoel niet voor mij spreken en ik begon richting de grote deuren te lopen waardoor ik was binnengekomen. Ik trok de deur open en wilde naar buiten stappen en daar stond ze. Zwart haar, bruine ogen. Ze had nog steeds haar ziekenhuis kleren aan. Ik keek haar aan. Ik was in shock. Ze lachte naar me en liep me voorbij. Ik dacht dat ze me niet gezien had en liep achter haar aan. Ze nam plaats aan tafel 5 en ik ging naast haar zitten. Wie ben je? Zegt ze tegen me. Ik keek haar aan. Ik ben Jake zei ik. Je wilde me zien? Nee zei ze. Ik wilde de jongen zien die me heeft aangereden.. Zei ze. Ik keek haar aan en keek naar onder. Dat was ik Zei ik. Ze keek me aan. Wat? zei ze. Ik keek haar weer aan. De mensen om ons heen waren stil en keken me aan. Ik negeerde ze en keek weer naar Kelly. Ik heb je aangereden, ik was in paniek. Ik weet niet wat er met me aan de hand is, maar Ik dacht dat je niet meer kwam. zei ik. Ze keek me aan.
Ik had eigenlijk de persoon die het gedaan had even de waarheid willen vertellen Zei ze. Maar ik heb best wel medelijden met je zei ze. Ik stond op. Wat wil je eten? vroeg ik. Ik betaal en ik lachte naar haar. Veras me Zei ze. Ik liep richting het buffet en had voor ons beide wat te eten gehaald. Toen ik terug bij de tafel kwam had ze een klein doosje op de tafel gelegd. Wat is dat? Vroeg ik en ik zette het eten op tafel. Maak maar open Zei ze. Ik pakte het van de tafel en haalde de deksel eraf. Er lag een kleine ketting in. Ik keek haar aan. Dit had ik voor je gehaald toen we die date hadden. Ik legde het terug in het doosje. Ik kan dat niet aannemen Zei ik. Waarom niet? Vroeg ze. Ik keek naar de tafel. Ik ben blij dat we eindelijk kunnen praten maar je moet niet meteen een cadeau geven. Zei ik. Ze keek me aan en begon te huilen. Er kwam een dokter naar onze tafel gelopen en ik zag de bui al hangen. Hij pakte me bij mijn arm en trok me weg van de tafel. Ik begon om me heen te slaan en schreeuwde. Laat me gaan! Ik heb niks gedaan!. Toen ik bij de deur was hoorde ik een stem. STOP!. De dokter en ik draaiden ons om en Kelly kwam door de kantine naar de deur gelopen. Toen ze bij ons was zei ze. Laat hem gaan, hij deed niks fout. En ze gaf me een hand. Ik keek erin. Ze had haar ketting in mijn hand gestopt. Ik keek haar aan. Je hebt het harder nodig dan ik Zei ze. Ik lachte naar haar. Ze kuste me op mijn wang en liep langs me richting de lift. De dokter bracht me naar mijn kamer waar ik een beetje verward op mijn bed zakte. mei 2017, carsten97, BasicPublishing.nl