Pachters gaan voor Schoon Water. Resultaten & ervaringen 2008

Vergelijkbare documenten
Pachters gaan voor Schoon Water

Schoon Water Brabantse telers laten zien dat t kan

Schoon Water Brabantse telers laten zien dat t kan

Schoon Water voor Brabant

Sleepdoek in de praktijk

CLM, DLV Plant, Eco Consult, PRI/PPO, ORD-ID en ZLTO verzorgen de uitvoering van het project.

Schoon Water - Brabantse telers laten zien dat t kan Tussenrapportage over het jaar 2001

Schoon Water voor Brabant Rapportage 2010

Geïntegreerde onkruidbestrijding: geeft milieubesparing ook kostenbesparing?

Win-win maatregelen voor. schoon water en landbouw

Plantenteelt maïs. Docent: Muhtezan Brkić

Zuiver Water in de Bommelerwaard

Uitgekiende onkruidbestrijding bespaart geld!

5.3.3 Schade aan bieten door verontreiniging spuitapparatuur en verkeerd middelengebruik

Schoon Water voor Brabant

Schoon Water voor Brabant

Gewasbeschermingsplan 2014

Rapportage Bezemactie Schoon Water Zeeland

Aspecten van het gewasbeschermingsplan

Introductie van het sleepdoek in Groningen. Demonstratie bijeenkomst

Kennisbijeenkomst. Chemievrij onkruidbeheer op Verhardingen. Welkom

Het sleepdoek in Velt en Vecht

8 Onkruidbestrijding. 8.1 Preventie

Schoon Water voor Brabant

Onderzoek herbicidetolerantie Proterra Maize *

Gebruik van gewasbeschermingsmiddelen in Koeien & Kansen

SUIKERBIETEN. Wereld productie suiker? Wereldproductie van suiker. Productie: ton 20% uit Riet 80% uit Suikerbieten

MLHD onkruidbestrijding in suikerbieten. ing. K.H. Wijnholds en ing.h.w.g. Floot, PAV-NNO

GBM granen Inhoud. Alles moet kloppen! Waar staan we met onze 15 ton tarwe? 15 ton tarwe Onkruidbeheersing Ziektebestrijding

Milieubelasting van de meest belastende bestrijdingsmiddelen uit 1992 Trends tussen 1992 en 2003

Mycorrhiza. Test met Micosat

IRS Postbus AA Bergen op Zoom / Gewasbescherming. Jan D.A. Wevers

SW Knipselkrant september 2014 t.e.m. oktober 2014

IBS Zaaien, poten en planten

Trips Fax Project 2006

Analyse van N_min in de bodem van maïspercelen Vruchtbare Kringloop Achterhoek/Liemers

Bespaar op kosten Phytophthora- en Alternariabestrijding op zand- en dalgrond.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

Nieuwsbrief Akkerbouw Nr

Boxer en Centium zijn sterk op kleefkruid, Proman en Challenge zijn goed op meldesoorten en Centium en Linuron zijn de sterkste op zwaluwtong.

Hoe de onkruiden aanpakken in de maïsteelt in 2013?

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu;

Nieuwsbrief 13. Vergelijking van NKG en ploegen op zand voor aardappelen na grasland.

Vernieuwing van de grondwaterbescherming

Jaarplan Gewasbescherming

Biedt de nieuwe GLB kansen voor voedergewassen? L.Tjoonk Kennisontwikkelaar ruwvoerteelt

Gebruik van gewasbeschermingsmiddelen in de landbouw per gewas,

Gewasbeschermingsplan 2011

Onderzoeksverslag. Mechanische onkruidbestrijding in de mengteelt van tarwe en veldboon

Dual Gold 960 EC, WG en aanbevelingen, N W.11

Begin op tijd met schimmelbestrijding in uien! Nieuw: Olympus

Agenda Gewasbeschermingsplan - status. Rodenticiden - Status. Gewasbeschermingsmonitor. Deel 1

Internetpanel Dienst Regelingen

8 Onkruidbestrijding. 8.1 Preventie

Gewasbeschermingsmonitor

De impact van Veldleeuwerik; 15 jaar verder

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu;

Schoon Water voor Brabant

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Gewasbescherming buiten de landbouw

INFO 152 MAART Dé herbiciden in bieten: Fiesta, Pyramin DF en Frontier Optima. Fiesta. Pyramin DF. Frontier Optima

Demonstratie en introductie van de. sleepdoek in het beheergebied van. Brabantse Delta

Nieuwsbrief Akkerbouw Nr

Vanggewas mais. 18 febr. 2019, Studieclub akkerbouw de Kempen Jacqueline Ulen, WUR Open Teelten

Boxer WG en aanbevelingen, N W.10 bij etiketinstructie versie 10

Verbreding Schoon Water Tussenrapportage 2013

Schoon Water voor Brabant

Teelthandleiding. 6.3 invloed diverse herbiciden op bietenvervanggewassen

Onkruidbestrijding maïs. Aanbevelingen voor 2018

landbouw en natuurlijke omgeving 2011 plantenteelt open teelten CSPE BB minitoets bij opdracht 17

Teeltsystemen voor concurrerende teelt van wintertarwe EH 0412 Door: Henk Floot (SPNA) en Ruud Timmer (PPO)

Meer en beter gras van Eigen land met onze nieuwe graslandverzorgingsmachine

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Doelstelling. Totstandkoming aanvraag. Organisatie. Samenwerkingsverband. Startbijeenkomst Bloeiend Bedrijf

Gewasbescherming buiten de landbouw

De invloed van een goede ph op maïsopbrengsten, na bekalking met Ankerpoort kalk

BESTRIJDING VAN KNOLCYPERUS (april 2013)

5 L Powertwin is een geregistreerd handelsmerk. Herbicide. Zeer effectief in de na-opkomst bestrijding van grassen en breedbladige onkruiden

Verslag onkruidbestrijdingsonderzoek 2008

Verslag onkruidbestrijdingsonderzoek suikerbieten 2009

Schoon Water voor Brabant

Satellietbedrijf Tiems

"SMS - Samen de helft minder spuiten"

Dual Gold 960 EC WG en aanbevelingen, N W.9 bij etiketinstructie versie 9

Maximaal aantal toepassingen per 12 maanden. 3,75 l/ha 18 (6 blokken van 3 opeenvolgende bespuitingen)

Verwerking water met resten van gewasbeschermingsmiddelen

Bloembollenbericht, nummer 3, 2012

Rapportage Gewasbescherming Controleresultaten Akkerbouw Datum Februari 2015

MLHD onkruidbestrijding in suikerbieten. KW 0220 Door: ing.h.w.g. Floot,

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu;

Een onkruidbestrijdingsmiddel in teelt van suiker- en voederbieten, graszaad- en graszodenteelt en cichorei : 500 G/L : HERBICIDE

Evaluatie project Schoon Water voor Brabant Eindrapport

Gewasbeschermingplan 2015

Ruwvoeravond. Passen alternatieve gewassen bij u?

Inhoud. Voorwoord 5. Inleiding 8

Gewasbeschermingsplan kerstbomenteelt

Stichting Proefboerderijen Noordelijke Akkerbouw. Rapportage ervaringen no-till

400 g/l pendimethalin

Milieukeur. Keurmerk voor duurzamere bloembollen. Informatiebijeenkomst Bollenteeelt Stefanie de Kool, SMK

Verigal D TEGEN ONKRUIDEN. inhoud: 5 L e. Batch nr:

Transcriptie:

Pachters gaan voor Schoon Water Resultaten & ervaringen 2008

Pachters gaan voor Schoon Water Resultaten en ervaringen 2008 A. Visser (CLM) Y.M. Gooijer (CLM) P.C. Leendertse (CLM) B.F. Aasman (DLV Plant) CLM 699-2009 Culemborg, april 2009 Een bewezen aanpak voor het realiseren van schoon water! www.schoonwateraanpak.nl

Inhoud Inhoud 1 Inleiding 1 1.1 Aanleiding 1 1.2 Doel van het project 2 1.3 Leeswijzer 2 2 Werkwijze 3 2.1 Werving 3 2.2 Individuele begeleiding 3 2.3 Groepsbijeenkomsten 4 2.4 Milieubelasting 5 3 Resultaten 7 3.1 Belangstelling pachters 7 3.2 Maatregelen 8 3.2.1 Middelkeuze 8 3.2.2 Doseringsverlaging 9 3.2.3 Effectiviteit bespuiting vergroten 9 3.2.4 Goed graslandbeheer 9 3.2.5 Mechanische onkruidbestrijding 9 3.3 Milieubelasting van grondwater in 2007 en 2008 10 3.3.1 Totale milieubelasting van het grondwater 10 3.3.2 Milieubelasting grondwater rundveehouderij 11 3.3.3 Milieubelasting grondwater akkerbouw 13 3.3.4 Loonwerkers en olievlekwerking 14 4 Communicatie 15 5 Conclusies en aanbevelingen 17 Bijlage 1 Informatiemap 19 Bijlage 2 Webteksten 23 Bijlage 3 Brochure met resultaten 1

1 Inleiding 1.1 Aanleiding Met haar bijdrage in het project Schoon Water voor Brabant stimuleert Brabant Water in de zeer kwetsbare grondwaterbeschermingsgebieden het grondwatervriendelijk gebruik van de bodem. Zowel door de landbouw als door gemeenten, bedrijven en burgers. Brabant Water heeft verspreid over Brabant een aantal ha grond in eigendom. Een deel van deze gronden wordt in pacht uitgegeven. Ook voor deze gronden wil Brabant Water een grondwatervriendelijk gebruik. Achtergrond hierbij is dat een grondwatervriendelijk gebruik volgens Schoon Water een goede bescherming geeft van het grondwater. Maar ook de wens om steeds breder te laten zien dat werken volgens Schoon Water ook voor telers aantrekkelijk kan zijn. Brabant Water stimuleert daarom haar pachters om over te stappen op de Schoon Water werkwijze. Het project Pachters van Schoon Water is enerzijds een invulling van de missie van Brabant Water, tegelijkertijd is het ook een invulling van de wens van de Stuurgroep Schoon Water om het project verder te verbreden. In totaal heeft Brabant Water ongeveer 492 ha (zie tabel 1) uitgegeven in pacht aan op dit moment 56 telers (de ecoboerderij in Vierlingsbeek is niet meegenomen). Dit betekent dat uiteindelijk ongeveer 56 telers kennismaken met en gaan werken volgens de Schoon Water werkwijze. Belangrijk uitgangspunt is dat de teler kan meedoen met zijn/haar gehele bedrijf (dus ook de overige gronden die bij de teler in gebruik zijn). Tabel 1.1 Winlocaties met oppervlakte pachtgrond en aantal pachters. Winlocatie Aantal pachters Aantal ha Klotputten 4 11 Groote Heide 12 222 Loosbroek 3 7 Maren-Kessel 25 188 Macharen 3 20 Roosendaal 7 40 Son 1 1 Veghel 1 3 Totaal 56 492 1

1.2 Doel van het project Doel van het project is het voorkomen van uitspoeling van gewasbeschermingsmiddelen naar het grondwater op pachtgronden van Brabant Water. 1.3 Leeswijzer Deze rapportage beschrijft de uitvoering van het project en de resultaten die behaald zijn door de pachters van Brabant Water. In hoofdstuk 2 hebben we de werkwijze beschreven en in hoofdstuk 3 zijn de resultaten weergegeven. De ingezette communicatiemiddelen komen in hoofdstuk 4 aan de orde. In hoofdstuk 5 tenslotte geven we de belangrijkste conclusies en aanbevelingen weer. 2

2 Werkwijze Telers kregen, net als in het Schoon Water project dat in de zeer kwetsbare grondwaterbeschermingsgebieden draait, ondersteuning van een teeltadviseur bij het opstellen van een gewasbeschermingsplan. Waar nodig was de teeltadviseur ook in de loop van het groeiseizoen beschikbaar voor vragen. Telers konden o.a. gebruik maken van het Schoon Water loket, hebben de nieuwsbrieven van Schoon Water voor Brabant ontvangen en zijn uitgenodigd voor groepsbijeenkomsten. 2.1 Werving Ter voorbereiding op de werving is een brochure gemaakt voor de pachters met de doelstelling, achtergronden en werkwijze van Schoon Water. Brabant Water benaderde de beoogde 56 deelnemers rechtstreeks en heeft de wervingsbrochure verstuurd. Bij deze werving hebben 39 pachters toegezegd deel te nemen aan het project. Omdat de werving telefonisch is gedaan, hebben we in plaats van informatiebijeenkomsten (zoals beschreven in het projectvoorstel) veldbijeenkomsten georganiseerd voor de pachters rondom pompstation Klotputten en Groote Heide (totaal 11 deelnemers) en Maren-Kessel, Loosbroek en Macharen (totaal 22 deelnemers). In Roosendaal (6 deelnemers) zijn de uren van de informatiebijeenkomst gebruikt voor meer individuele begeleiding. Met de overige deelnemers is direct contact gelegd en is een afspraak met de adviseur gemaakt. In totaal zijn door de adviseurs naast de deelnemers nog 10 loonwerkers betrokken bij het project. Alle deelnemers hebben een informatiemap en een Schoon Water deelnamebordje ontvangen. 2.2 Individuele begeleiding Telers kregen, net als in het project Schoon Water voor Brabant ondersteuning van een teeltadviseur bij het opstellen van een gewasbeschermingsplan. Doelstelling van het plan is dat de uitspoeling van gewasbeschermingsmiddelen (of afbraakproducten daarvan) naar het grondwater onder de drinkwaternorm blijft. Waar nodig was de teeltadviseur ook in de loop van het groeiseizoen beschikbaar voor vragen. De telers hebben aan het eind van het seizoen hun gewasbeschermingsregistratie van 2007 en 2008 ingeleverd. Op deze manier krijgen we een beeld van de bereikte resultaten. Telers konden o.a. gebruik maken van het Schoon Water loket, ontvingen de nieuwsbrieven van Schoon Water voor Brabant en zijn uitgenodigd voor groepsbijeenkomsten. Bij de uitvoering en begeleiding gebruikten we de ervaringen uit de Schoon Waterprojecten. We onderscheiden in dit project drie type deelnemers: 1. Gras/maïs telers; 2. Akkerbouw; 3. Loonwerkers. 3

Groep gras/maïs Na goedkeuring van de aanmelding hebben DLV-adviseurs de bedrijven bezocht en een gewasbeschermingplan opgesteld. Belangrijk in deze groep is de loonwerker die de gewasbescherming voor de deelnemer uitvoert. De loonwerker is bezocht en in kennis gesteld van het uit te voeren gewasbeschermingsplan. De deelnemer maakt in het bovenstaande plan ook een planning voor de begeleiding door de adviseur. Tijdens het bedrijfsbezoek zijn knelpunten in de onkruidbestrijding aan de hand van het individuele gewasbeschermingsplan besproken en zo mogelijk opgelost. De hulp van de DLV-adviseur bestond uit één veldbezoek en telefonische hulpdienst. Mocht de deelnemer alles uitbesteed hebben aan de loonwerker dan is dit bezoek samen met de loonwerker ingevuld. Groep akkerbouw Na goedkeuring van de aanmelding hebben DLV-adviseurs worden de bedrijven bezocht en een gewasbeschermingplan opgesteld. De deelnemer heeft in het plan ook een planning voor de begeleiding door de adviseur opgenomen. Tijdens het bedrijfsbezoek zijn knelpunten in de onkruid-, ziekte- en plaagbestrijding aan de hand van het individuele gewasbeschermingsplan besproken en zo mogelijk opgelost. De hulp van de DLV-adviseur bestond uit twee veldbezoeken en telefonische hulpdienst. Loonwerkers De loonwerkers die in het gebied werken en werk uitvoeren bij de pachters hebben de volgende informatie en instructies gekregen: Wat het project inhoudt en verwachting van hun inbreng; Welke klanten deelnemen aan het project met het areaal en de gewassen; Registratie van het gewasbeschermingsmiddelengebruik van de klant; Gewasbeschermingplan per klant afstemmen en geplande uitvoering vastleggen; Begeleidingsplan (frequentie, tijd) op basis van het aantal klanten en gewassen. 2.3 Groepsbijeenkomsten In de twee grootste gebieden is een bijeenkomst georganiseerd (Groote heide/ Klotputten en Maren-Kessel/ Macharen/ Loosbroek). Hier konden de pachters bij elkaar kijken naar de resultaten in het veld. De loonwerkers en afnemers zijn ook uitgenodigd voor de groepsbijeenkomsten waar hun cliënten aan deelnemen. Daarnaast zijn de pachters uit de gebieden uitgenodigd voor de grote veldexcursies of demonstraties die (waar mogelijk) gecombineerd worden met andere projecten. Afhankelijk van het gebied wordt een aantal veldexcursies gehouden in het Schoon Water project. Ook de pachters zijn uitgenodigd voor deze excursies. 4

2.4 Milieubelasting De uitspoeling van gewasbeschermingsmiddelen naar het grondwater is berekend met de milieumeetlat (CLM Milieumeetlat voor bestrijdingsmiddelen 2008). De berekening is uitgevoerd op basis van de registraties. Per bespuiting en per teelt is de milieubelasting voor uitspoeling naar het grondwater berekend. De wettelijke norm voor drinkwater ligt op 0,1 g/l, wat overeenkomt met 100 milieubelastingspunten (mbp) per bespuiting met een middel per hectare. Voor alle bespuitingen samen ligt de somnorm van meerdere stoffen op 0,5 g/l, dus 500 mbp per hectare per jaar. 5

6

3 Resultaten 3.1 Belangstelling pachters Van de 51 pachters die benaderd zijn door Brabant Water zijn 39 deel gaan nemen aan het project (30 veehouders en 9 akkerbouwers). Twee deelnemers zijn tevens loonwerker. De gewassen die zij verbouwen zijn: maïs (18 deelnemers in 2008), gras (19), suikerbieten (2), aardappelen (1) en wintertarwe (2). Het deelnemend gepacht areaal in 2008 is 300 ha. Tabel 3.1 Deelnemend areaal gewassen (ha) per winlocatie. 2007 gras maïs suikerbiet aardappel wintertarwe graszaad Groote Heide 11 15 - - - - Klotputten 4 8 - - - - Loosbroek - 4 - - - - Macharen 7 15 - - - - Maren-Kessel 90 39 10-11 5 Roosendaal WNBW 13 6 4 - - - Son - 1 - - - - Totaal 125 88 14 0 11 5 2008 gras maïs suikerbiet aardappel wintertarwe graszaad Groote Heide 11 9 - - - - Klotputten - 11 - - - - Loosbroek - 4 - - - - Macharen 7 14 - - - - Maren-Kessel 109 42 2 2 60 5 Roosendaal WNBW 13 6 4 - - - Son - 1 - - - - Totaal 140 87 6 2 60 5 In Loosbroek, Klotputten en Son wordt alleen maïs geteeld. Maren-Kessel heeft naast gras en maïs ook akkerbouwgewassen. Hier is het deelnemend areaal wintertarwe sterk toegenomen. In Roosendaal is naast gras en maïs ook suikerbieten verbouwd. Voor de groep rondom Maren-Kessel en de groep rondom pompstation Eindhoven is een startbijeenkomst in het veld georganiseerd (resp. op 18 en 19 juni 2008). De groep was te gast bij een van de pachters. In Maren-Kessel is een toelichting gegeven op het project en zijn maïs-, suikerbieten- en tarwepercelen van een aantal pachters bezocht. De opkomst was met zes pachters, loonwerkers en twee medewerkers van Brabant Water goed. De bijeenkomst in Eindhoven trok geen belangstellenden. Een belangrijke oorzaak is de grote afstand tussen de bedrijven van de individuele pachters. In overleg met de opdrachtgever is besloten om de veldbijeenkomst in Roosendaal (kleine groep pachters) om te zetten in meer individuele begeleiding. 7

De pachters zijn uitgenodigd voor Schoon Water bijeenkomsten in mei en oktober in Budel en Vessem. De onderwerpen die hier zijn behandeld zijn duurzaam bodembeheer en onkruidbestrijding in maïs en akkerbouwgewassen. De DLV-adviseurs ervaren dat de meeste deelnemers goed meewerkten en gemotiveerd waren. De meeste waren bekend met het project Schoon Water voor Brabant en hadden daar een positieve indruk van. In onderstaande tekstbox enkele citaten uit het veld. Ervaringen van DLV-adviseurs Een leuke groep deelnemers die prima meewerkte en motivatie vertoonde hetgeen geldt voor zowel de loonspuiters als deelnemers. De afgelegde bezoeken verliepen prettig en positief. Men had veel belangstelling voor de ins en outs van het project. Groepsbijeenkomst bij Maren-Kessel was een groot succes, goede opkomst, prima discussies en onderwerpen. Meeste waren positief en willen meedenken in de geest van Schoon Water. De huidige benadering spreekt de pachters die ik begeleid aan. Gewoon kijken wat praktisch kan, het moet betaalbaar en werkbaar zijn. 3.2 Maatregelen De belangrijkste maatregelen uit de plannen van aanpak vallen in vijf categorieën, namelijk middelkeuze, goed graslandbeheer, mechanische onkruidbestrijding, doseringsverlaging en juiste spuitmoment bepalen. 3.2.1 Middelkeuze Vrijwel alle deelnemers hebben aandacht besteed aan middelkeuze. Zij kozen voor middelen die minder milieubelastingspunten voor grondwater hebben. Middelkeuze in relatie tot onkruidbestrijding leverde soms ook een effectievere bespuiting op door te kiezen voor een passend middel bij het soort onkruid. Voor de gewassen zijn de volgende alternatieve middelen gebruikt (milieubelastingspunten weergegeven per kg of liter per ha): Maïs: geen Laddok (280 mbp) of Calaris (450 mbp) maar Mikado (1 mbp), Samson (48 mbp) of Dual Gold (1 mbp); Wintertarwe: geen isoproturon (1500 mbp) tegen onkruiden, maar Ally (970 mbp) of Starane (70 mbp) en tegen ziekten geen Allegro (810 mbp), maar Comet duo (1 mbp) of Delaro (1 mbp); Suikerbieten: geen Lontrel (550 mbp) of beperkt ethofumesaat (18 mbp). Tegen grassen Aramo (1 mbp) en Targa Prestige (1 mbp); Aardappelen: tegen onkruiden geen Sencor (70 mbp), maar Boxer (1 mbp) en linuron (18 mbp) en bij gebruik tegen schimmels geen Sereno (170 mbp), maar Shirlan (1 mbp), Ranman (1 mbp), Revus (1 mbp) of Infinito (31 mbp). 8

3.2.2 Doseringsverlaging Daarnaast is ongeveer een derde van de deelnemers aan de slag gegaan met een laag dosering systeem (LDS). Bij veel onkruidbestrijdingsmiddelen kan onder goede omstandigheden de dosering aanzienlijk omlaag. Belangrijk is om op tijd te beginnen met Lage Dosering Systeem (LDS) bespuitingen op kleine onkruiden. Als de omstandigheden slecht zijn kan overwogen worden een bespuiting uit te stellen of een (extra) hulpstof toe te voegen (bijvoorbeeld een olie of een uitvloeier). Een andere techniek is om met lagere middeldosering te werken, is schoffelen in combinatie met een rijenbespuiting. Met de schoffel wordt het onkruid tussen de rijen aangepakt, waarna het onkruid in de rij met de rijenspuit wordt bestreden. Door alleen de gewasrij te bespuiten en geen volveldsbespuiting uit te voeren, gebruikt een teler veel minder middel. 3.2.3 Effectiviteit bespuiting vergroten Veel agrariërs namen in hun plan van aanpak op om zoveel mogelijk onder optimale omstandigheden een bespuiting uit te voeren. Hierbij letten ze op het weer (voor, tijdens en na de bespuiting) zodat de bespuiting effectief is en bijvoorbeeld het middel bijvoorbeeld geen kans heeft om door regen weggewassen te worden. Een andere methode om de effectiviteit van de bespuiting te vergroten is in het juiste kleine plantstadium van het onkruid (voor 3 e bladstadium) te spuiten en het middel af te stemmen op het type onkruid. 3.2.4 Goed graslandbeheer Bij goed graslandbeheer is de insteek van de boer om niet te spuiten. Door middel van slepen, beweiding of handmatig uitsteken van onkruiden kan onkruid ook in de hand worden gehouden. Als een middel noodzakelijk blijkt dan geen volveldsbespuiting uitvoeren, maar pleksgewijs met de rugspuit. 3.2.5 Mechanische onkruidbestrijding Bijna 40% van de deelnemers met maïspercelen heeft aangegeven te gaan eggen als de omstandigheden dat toelaten. 9

3.3 Milieubelasting van grondwater in 2007 en 2008 We starten met de totale gemiddelde milieubelasting van het grondwater door de landbouw. Vervolgens behandelen we de resultaten per landbouwsector: rundveehouderij (maïs en gras) en akkerbouw (suikerbieten, wintertarwe, graszaad). Voor de berekening van de milieubelastingspunten is gebruik gemaakt van de Milieumeetlat voor bestrijdingsmiddelen (CLM, 2008). 3.3.1 Totale milieubelasting van het grondwater Vanaf 2008 hebben de pachters advies gekregen over het verminderen van de milieubelasting van het grondwater bij gewasbescherming. De bespuitingen van 2008 zijn per deelnemer bijgehouden en worden hier gepresenteerd. Om het resultaat te bepalen, zijn ook de bespuitingen van 2007 opgevraagd. Figuur 3.1 toont voor 2007 en 2008 per gebied de gemiddelde milieubelasting van het grondwater. Opgemerkt moet worden dat het aantal deelnemers per gebied verschilt. Figuur 3.1 Gemiddelde milieubelasting van het grondwater (mbp/ha) door de deelnemers bij de zeven winlocaties in 2007 en 2008. n is het aantal pachters. De totale milieubelasting van het grondwater ligt in 2008 in bijna alle gebieden ruim onder de somnorm van 500 mbp. In Maren-Kessel ligt de milieubelasting rond de 500 mbp. De individuele gewassen in Maren-Kessel hebben een lage milieubelasting of zijn in milieubelasting gedaald. De vertienvoudiging van het areaal wintertarwe in 2008 zorgt dat dit niet zichtbaar is in het gebiedsoverzicht. In Groote Heide, Macharen en Roosendaal is de milieubelasting gedaald ten opzichte van 2007. In Klotputten en Son is de gemiddelde milieubelasting met resp. 200 mbp en 37 mbp gelijk gebleven. 10

In veel winlocaties is winst geboekt wat betreft de milieubelasting. Met name in gras, maïs en wintertarwe heeft het gewasbeschermingsadvies succes gehad en geleid tot een verlaging van de milieubelasting van grondwater. 3.3.2 Milieubelasting grondwater rundveehouderij Maïs en grasland vormen het belangrijkste deel van het totale oppervlak pachtgrond dat mee doet aan het project. In figuur 3.2 en 3.3 zijn de resultaten van beide gewassen weergegeven. Boven de kolommen staat het aantal pachters dat deelnam per wingebied, door gewasrotatie kan dit aantal per jaar verschillen. Figuur 3.2 Gemiddelde milieubelasting van het grondwater (mbp/ha) in maïs bij de zeven winlocaties in 2007 en 2008. n is het aantal pachters. De milieubelasting voor maïs ligt ruim onder de somnorm van 500 mbp. Op Klotputten en Loosbroek na ligt de milieubelasting in 2008 zelfs onder de 50 mbp. In de grondwaterbeschermingsgebieden is de maximale milieubelasting in maïs 100 mbp/ha. In Klotputten en Loosbroek is de verklaring voor de toename van het aantal milieubelastingspunten het gebruik van Calaris (terbutylazin en mesotrione). De onkruidruk op enkele percelen met o.a. zachte ooievaarsbek maakte het gebruik van Calaris noodzakelijk. Promotie van Calaris door adviseurs van gewasbeschermingsmiddelenleveranciers heeft een aantal boeren overgehaald. De pachters in Groote Heide en Roosendaal hebben volgens het advies geen Calaris meer gebruikt in 2008. Laddok veroorzaakte de relatief hoge milieubelasting in 2007 in Maren- Kessel, maar is in 2008 ook niet meer toegepast. De bespuitingen in Macharen en Son zijn uitgevoerd met middelen met een lage milieubelasting. De geadviseerde middelencombinatie is Mikado (sulcotrion), Milagro/Samson (nicosulfuron) en Frontier Optima (dimethenamide-p)/dual Gold (S-metolachloor). Soms nog aangevuld met Starane (fluroxypyr). 11

Figuur 3.3 Gemiddelde milieubelasting van het grondwater (mbp/ha) in gras in Groote Heide, Klotputten, Macharen, Maren-Kessel en Roosendaal in 2007 en 2008. n is het aantal pachters. De pachters in de wingebieden Loosbroek en Son hebben geen grasland. Rondom de andere winlocaties ligt de totale milieubelasting onder de somnorm van 500 mbp. In Groote Heide is het grasland niet bespoten. In Klotputten, Roosendaal en Macharen is in 2008 ook geen bespuiting meer uitgevoerd. In Maren-Kessel is in 2007 een bespuiting met Starane (fluroxypyr) uitgevoerd door een van de 10 deelnemers door een andere deelnemer is in 2008 MCPP (mecoprop-p) gebruikt. Advies over goed graslandbeheer is opgevolgd en heeft geleid tot veel minder bespuitingen. In het algemeen wordt grasland minder bespoten, zeker op meer extensieve bedrijven. Alleen is om de vier jaar een zwaardere bespuiting nodig om de ridderzuring en distels te bestrijden. Voornamelijk op de randen van percelen staat dit onkruid. 12

3.3.3 Milieubelasting grondwater akkerbouw Figuur 3.3 Gemiddelde milieubelasting van het grondwater (mbp/ha) in akkerbouwgewassen in Maren-Kessel en Roosendaal 2007 en 2008. n is het aantal pachters. De totale milieubelasting van suikerbieten ligt in Roosendaal ruim onder de somnorm van 500 mbp. De stijging in Maren-Kessel in 2008 wordt veroorzaakt door een bespuiting met Gallant (haloxyfop-p-methyl) en Allegro (kresoxim-methyl, epoxiconazool). Er is gekozen om eerst de voorraad op te maken voor aanschaf van alternatieve middelen. In beide gebieden is slechts een teler met suikerbieten. De milieubelasting in figuur 3.4 is het directe resultaat van hun bespuitingen. In de grondwaterbeschermingsgebieden lag de milieubelasting in 2008 per gebied tussen de 100 en 200 mbp/ha. Milieubelasting in wintertarwe is gedaald van 5548 mbp/ha naar 1706 mbp/ha. Ondanks de vertienvoudiging van het areaal in 2008. Deze winst is geboekt door geen Allegro (kresoxim-methyl, epoxiconazool) meer te gebruiken. Daarnaast is de dosering van IP Flo (isoproturon) sterk verlaagd. De behaalde milieubelasting is vergelijkbaar met de resultaten in 2007 in de grondwaterbeschermingsgebieden. In deze gebieden is in 2008 de milieubelasting gedaald tot onder de somnorm van 500 mbp/ha. Milieubelastingspunten voor graszaad (een teler) zijn toegenomen van 80 mbp/ha naar 250 mbp/ha. Hierbij is gerekend met de nieuwe en veel lagere milieubelastingspunten van ethofumesaat die in de loop van 2008 zijn toegekend. De adviseur heeft nog rekening gehouden met de hoge punten van ethofumesaat en heeft een 13

alternatief middel geadviseerd. In plaats van Tramat (ethofumesaat) en Starane (fluroxypyr) is een bespuiting met Puma (fenoxaprop-p-ethyl) uitgevoerd. Aardappelen zijn alleen in 2008 geteeld door een deelnemer. De totale milieubelasting is 478 mbp. Vergelijken we dit met de resultaten die in de afgelopen jaren in de grondwaterbeschermingsgebieden van Schoon Water zijn behaald, dan is dit een relatief lage milieubelasting (2008 tussen 400 en 1300 mbp/ha). Het advies uit het plan van aanpak om geen Sereno (mancozeb, fenamidone) en Sencor (metribuzin) te gebruiken is opgevolgd. 3.3.4 Loonwerkers en olievlekwerking Naast de twee deelnemende loonwerkers zijn vaak ook de loonwerkers die bij de individuele deelnemers spuiten op de hoogte gesteld van het project. Daardoor zijn rondom de pompstations nog eens 10 loonwerkers geïnformeerd over Schoon Water. Deze loonwerkers zijn uitgenodigd voor de veldbijeenkomsten en een aantal waren aanwezig. Een groot deel van de maïspercelen in de omgeving van Macharen en Maren-Kessel is bespoten door één loonwerker. De loonwerker is actief betrokken bij het project door de gewasbeschermingadviezen door te spreken en aanwezig te zijn bij bijeenkomsten. Rondom winlocatie Roosendaal is de inschatting dat buiten de pachtgronden op een zelfde areaal (gras en maïs) het Schoon Water advies is opgevolgd door de pachters. De loonwerker aldaar was bereid mee te werken, maar dit jaar nog beperkt omdat de middelen op voorraad eerst gebruikt moesten worden. Daarnaast zijn twee loonwerkers bij dit project met de pachters betrokken die al meer jaren ervaring hebben met de Schoon Water aanpak. Een van de gras/maïs adviseurs die rondom bijna alle winlocaties deelnemers heeft begeleid, schat dat buiten de pachtgronden 300 tot 350 ha gras en maïs volgens Schoon Water advies is gespoten. Door akkerbouwers uit Maren-Kessel is naast de pachtgronden nog ca. 80 ha met alternatieve middelen of een lagere dosering bespoten. De loonwerker die actief is rondom deze winlocatie heeft ca 100 ha buiten de pachtgronden op dezelfde manier behandeld. 14

4 Communicatie De deelnemers zijn op de hoogte gehouden van de stand van zaken van en nieuws over het project door middel van de Schoon Water nieuwsbrief (in mei en september), de website (www.schoon-water.nl, webteksten staan in Bijlage 2) en aan het einde van het project een brochure met succesvolle maatregelen en resultaten (Bijlage 3). Tijdens de individuele bedrijfsbezoeken door de DLV-adviseur hebben alle deelnemers een informatiemap over Schoon Water ontvangen (zie Bijlage 1), een Schoon Water deelnamebordje en pet (zie onderstaande foto s). In de informatiemap en door de adviseur is aangegeven op welke manieren hulp kan worden gevraagd, namelijk tijdens veldbijeenkomsten, bedrijfsbezoeken, telefonisch via de adviseur en via het Schoon Water loket. Bij de uitnodiging voor de startbijeenkomst in Maren-Kessel/ Macharen/ Loosbroek en Groote Heide/ Klotputten zijn tipkaarten meegestuurd voor maïs en akkerbouwgewassen. Alle loonwerkers hebben het boekje Handleiding gewasbescherming akkerbouw en veehouderij 2008 van DLV ontvangen en tevens de tipkaarten voor maïs en akkerbouw. 15

16

5 Conclusies en aanbevelingen Conclusies Ruim 75% van de benaderde pachters heeft deelgenomen. Daarnaast zijn 10 extra loonwerkers die bij de pachters spuiten geïnformeerd over de Schoon Water aanpak. Alle deelnemers hebben minimaal een bedrijfsbezoek van de adviseur gehad. Van alle deelnemers is een plan van aanpak ontvangen. De deelnemers hebben hun spuitgegevens van 2007 en 2008 beschikbaar gesteld voor het berekenen van de milieubelasting. Buiten de winlocatie Roosendaal zijn alle deelnemers uitgenodigd voor een startbijeenkomst in het veld. Daarnaast zijn ze uitgenodigd voor de Schoon Water bijeenkomsten in Budel en Vessem. Pachters hebben de volgende Schoon Water maatregelen uitgevoerd: middelkeuze, doseringsverlaging, effectiviteit van een bespuiting vergroten, goed graslandbeheer en mechanische onkruidbestrijding. De totale milieubelasting van het grondwater in 2008 ligt in de winlocaties onder de somnorm van 500 milieubelastingspunten per ha (Maren-Kessel rond 500 mbp door een vertienvoudiging van het areaal wintertarwe terwijl de overige gewassen vrijwel gelijk bleven). In vier van de zeven winlocaties ligt de totale milieubelasting rond of onder de 100 mbp. Behalve Loosbroek is in alle winlocaties een daling of gelijke milieubelasting ten opzichte van 2007 behaald. Bijna alle pachters met grasland hebben in 2008 geen bespuiting meer uitgevoerd. In de maïs is in de meeste winlocaties de milieubelasting sterk gedaald. In Klotputten en Loosbroek veroorzaakt een bespuiting met Calaris een hogere milieubelasting. Ook in de akkerbouwgewassen (aardappel, graszaad, wintertarwe) is de middelenkeuze uit het plan van aanpak opgevolgd. Met name in wintertarwe is een fikse daling van de milieubelasting richting het grondwater behaald, ondanks de vertienvoudiging van het areaal. Pachters en loonwerkers hebben de Schoon Water aanpak ook toegepast op niet-pachtgronden. Communicatie richting de pachters heeft plaatsgevonden via de wervingbrochure, de Schoon Water nieuwsbrieven, Schoon Water website, informatiemap en tipkaarten. Daarnaast konden pachters informatie krijgen via veldbijeenkomsten, het bedrijfsbezoek, via het Schoon Water loket en telefonisch bij de adviseur. De loonwerkers zijn apart benaderd door de adviseurs. Ook zij werden uitgenodigd voor veldbijeenkomsten en konden telefonisch contact opnemen met de adviseur. Zij hebben tipkaarten en een handleiding over gewasbescherming ontvangen. Door loonwerkers bij het project te betrekken is de olievlekwerking van het project veel groter. 17

Aanbevelingen Voor beklijving van de behaalde resultaten is een jaar extra nodig. Belangrijke elementen voor 2009 zijn: vertrouwen in advies, niet-deelnemende pachters die het eerste jaar hebben afgewacht, voor pachters en loonwerkers die eerst de middelenvoorraad wilden opmaken. Aandacht voor inzet via loonwerker verdient aanbeveling omdat dit zorgt voor snelle verspreiding van de Schoon Water aanpak. Voorlichting aan individuele pachters is succesvoller geweest dan de groepsbijeenkomsten. Het is aan te bevelen om vooral in te zetten op individuele begeleiding. 18

Bijlage 1 Informatiemap Toelichting Schoon Water 2008 Doelstelling van Schoon Water (www.schoon-water.nl) is het verminderen van het gebruik van bestrijdingsmiddelen in de zeer kwetsbare grondwaterbeschermingsgebieden in Brabant, zodanig dat de uitspoeling naar het grondwater beneden de drinkwaternorm blijft. Brabant Water en Provincie Noord-Brabant zijn daarom met ZLTO, Duinboeren en de Brabantse waterschappen in 2001 een project gestart om het grondwater te beschermen, om een goede drinkwaterwatervoorziening ook in de toekomst veilig te stellen. Door de goede inzet van de deelnemers, andere middelenkeuze en nieuwe technieken is in alle deelnemende gebieden de milieubelasting flink gedaald. Naast de grondwaterbeschermingsgebieden wil Brabant Water dat alle gronden in haar eigendom op een grondwatervriendelijke manier beteeld worden. Ook u als pachter van die gronden kunt daarom deelnemen aan het project Schoon Water door op een praktische manier de uitspoeling van bestrijdingsmiddelen naar het grondwater te verminderen. Het project wordt begeleid door CLM en DLV Advies in samenwerking met de plaatselijke ZLTO-afdeling. Waar kunt op rekenen? Pachters die meedoen met het project Schoon Water krijgen: Hulp bij het opstellen van een gewasbeschermingplan; Professionele begeleiding door DLV; Kansen op nieuwe technieken: bijvoorbeeld sleepdoek, Rollmaster, Kvik-up. DLV-adviseurs begeleiden de deelnemers van Schoon Water. De deelnemers krijgen begeleiding in de vorm van spreekuren, telefonisch contact en veldbijeenkomsten. Aan het begin van het teeltseizoen helpt de adviseur bij het invullen van het plan van aanpak (zie formulier A en desgewenst B). Gedurende het teeltseizoen is de adviseur telefonisch te bereiken, zal de adviseur aanwezig zijn op veldbijeenkomsten en op lokale spreekuren. Deze spreekuren vinden plaats op nader vast te stellen tijden en locaties in uw omgeving. U kunt daar langs gaan met al uw vragen of ze telefonisch stellen aan uw adviseur (Telefoonnummer adviseur: 06-...). Schoon Water loket: 0345-470719 Een andere mogelijkheid om uw vragen te stellen is via het Schoon Water loket. Hier kunnen agrariërs, burgers, bedrijven en gemeenten terecht op werkdagen. Het telefoonnummer is 0345-470719, mailen kan ook via schoonwaterloket@clm.nl. Het loket wordt gecoördineerd door CLM. 19

Wat wordt van u verwacht? Aan het begin van het teeltseizoen stelt u samen met de adviseur een plan van aanpak op en zet een handtekening voor akkoord. Het origineel levert u in bij de adviseur, maak een kopie voor u zelf. Gedurende het teeltseizoen houdt u zelf alle bespuitingen van de gewassen bij. Aan het einde van het teeltseizoen moeten alle bespuitingen van het afgelopen seizoen (2008) en het seizoen daarvoor (2007) bekend zijn bij de adviseur. Op basis van deze gegevens berekenen we de milieubelasting voor het grondwater en vergelijken we 2008 met 2007. Uw gegevens worden uiteraard anoniem verwerkt. 20

A. Plan van aanpak 2008 Pachters van Brabant Water voor Schoon Water - in te vullen per gewas Dhr./Mw: Adres/Woonplaats: ---------------------------------------------------------------------------------- Gewas: Maatregelen die u in 2008 gaat nemen Hoe gaat u het gebruik van probleemstoffen beperken? Hoe gaat u proberen om aan de doelstelling te voldoen? Maatregelen / middelen Bijzonderheden Afspraken met begeleider over begeleiding en inzet van maatregelen Wat Wanneer Wie voert uit --------------------------------------------- ---------------------- Handtekening deelnemer Schoon Water Datum 21

22

Bijlage 2 Webteksten Projectorganisatie In 2008 nemen buiten de grondwaterbeschermingsgebieden ook landbouwbedrijven deel die grond pachten van Brabant Water. Pachters van Brabant Water ook aan de slag met Schoon Water 25 juni 2008 Op 18 en 19 juni jl. zijn veldbijeenkomsten georganiseerd voor boeren die grond pachten van Brabant Water en loonwerkers die op deze percelen bespuitingen uitvoeren. Na een toelichting op het project door Brabant Water, DLV en CLM zijn diverse percelen in de omgeving bezocht waarover de deelnemers graag een advies wilden. De oorzaak van de 'paarse' maïs van een van deelnemers was niet direct te achterhalen. Een vergelijkbaar bewerkt en bemest perceel er naast was groener van kleur. Mogelijk is de voorvrucht suikerbieten de oorzaak geweest. Een effectieve bespuiting met Banvel was uitgevoerd in een tweede perceel maïs, waardoor zwaluwtong goed is aangepakt. De ridderzuring die er nog staat, zal overgroeit worden door de maïs. Een keer tarwe verbouwen, pakt ook de ridderzuring aan. Het gebruik van Pyramin of Goltix tegen onkruid na zaai van suikerbieten is bediscussieerd. Goltix is minder belastend voor het grondwater en heeft de voorkeur op kleigronden waar een hoge onkruiddruk van kamille verwacht wordt. Het laatste perceel met tarwe dat is bezocht, stond er mooi bij. De insteek is om hier geen bespuiting meer uit te voeren. De voordelen van het sleepdoek zijn hier aan bod gekomen. Zoals het gebruik van een lagere dosering en driftvermindering. 23

24

Bijlage 3 Brochure met resultaten 1 25

26 2