DMI
7 Nieuwe chef-dirigent philharmonie zuidnederland TRI LISS: IK KIJK GRAAG VOORUIT Na een gastoptreden met de status van de officiële presentatie van de toekomstige chef-dirigent in oktober 2015, is het zo ver. In september opent Dmitri Liss het nieuwe seizoen van zijn nieuwe orkest, philharmonie zuidnederland. Olga de Kort-Koulikova zocht de Russische dirigent op in Parijs. tekst Olga de Kort-Koulikova foto s Simon van Boxtel, Rob Dijksman In aanloop naar zijn inauguratie reisde de veelgevraagde Russische dirigent over de hele wereld voor tournees en gastoptredens. Als plaats voor het interview koos Dmitri Liss Parijs, waar hij in juni jl. een Rachmaninov-programma met pianist Dmitri Matsuev en het Filharmonisch Orkest van de Oeral dirigeerde. De energie van de maestro en zijn elektriserende samenwerking met zijn Russische orkest en de solist zorgden voor een fenomenaal muziekfeest dat het Parijse Théâtre des Champs-Élysées op zijn grondvesten deed schudden door het oneindig durende applaus. Geen onwaarschijnlijk scenario voor de Nederlandse concertzalen, gezien de ervaring en aanstekelijke manier van werken van Dmitri Liss. Het concert in september is uw eerste officiële als chef-dirigent van philharmonie zuidnederland. Wat staat de orkestleden en het publiek te wachten? Welke werken kiest u voor de opbouw van de kennismaking? Alle werken die ik straks met het orkest onder de loep zal nemen zijn al bepaald door de seizoenprogrammering. Mijn eerste concert bestaat uit werken van componisten die me heel dierbaar zijn: Grieg, Sibelius, Ravel. Plus een hedendaags werk, een première van Willem Jeths. En verder heb ik samen met de intendant en artistiek programmeur geprobeerd om programma s zo samen te stellen dat ze niet alleen vanuit mijn wensen voortkomen maar ook rekening houden met de muziek die het orkest al vanuit eerdere seizoenen kent en die het publiek ook interessant zal vinden. Het is mijns inziens geen ideale situatie als een nieuwe dirigent zijn eigen programma s begint samen te stellen om het orkest daarmee te coachen. Mijn werk met het orkest en mijn invloed op de musici begint met een goede voorbereiding op elk concert. Ik kan niet zeggen dat er bepaalde elementen zijn die de meeste aandacht moeten krijgen. Het is juist omgekeerd: alles verdient speciale aandacht. De kwaliteit van de klank en zijn diversiteit, én het ensemble binnen de afzonderlijke instrumentale groepen en de samenwerking tussen de verschillende groepen, én het ritme, én de articulatie, én de vibratie, én Kortom, alles wat tezamen een muziekstuk vormt en de composities inhoudelijk tot leven wekt. >
8 artikel deklank Mijn droomorkest is een enorm kamermuziekensemble waar elke musicus naar elke collega luistert Wat is uw ideale orkest? Hoe moet het klinken en wat moet het spelen om dit ideaal te benaderen? Mijn droomorkest is een enorm kamermuziekensemble waar elke musicus luistert naar elke collega en hem aanvoelt. Het is stilistisch flexibel, dat wil zeggen: het beheerst verschillende nationale muziekscholen en -tradities en is in staat om muziek van alle stijlen uit alle tijdperken te spelen. Het is een orkest waar de dirigent zich niet uitsluitend met het routinewerk bezighoudt, en waarin de individualiteit van elke musicus zich in harmonie verenigt. Ik denk dat zowel alle dirigenten als orkestmusici van een dergelijk ideaal dromen. Om dat te bereiken vraagt een jarenlange gezamenlijke investering. Van een Russisch dirigent in het buitenland wordt vaak verwacht dat hij voorbeeldige uitvoeringen neerzet van de muziek van zijn landgenoten en de Russische ziel in de muziek als geen ander weet op te wekken. Wilt u zich profileren als een Russisch dirigent met Russische programma s of voelt u zich geroepen deze stereotiepe verwachtingen bij te stellen? Ja, en nee. Natuurlijk neemt het Russische repertoire een belangrijke plaats in binnen mijn programma s. Ik heb niet voor niets mijn opleiding in Rusland genoten en ik ben opgegroeid met de tradities van de Russische uitvoeringspraktijk. Ik zal met enorm plezier mijn ervaringen met mijn Nederlandse collega s delen. Ik zag overigens dat philharmonie zuidnederland nog voor mijn benoeming Russische muziek speelde en inmiddels al heel interessante werken heeft uitgevoerd. De stereotypen over nationale zeggingskracht in de muziek bestaan inderdaad nog steeds, vooral als het om orkesttour-
9 nees gaat. Je moet als dirigent in het buitenland over veel overtuigingskracht beschikken om ook andere componisten dan alleen Russische op je programma te zetten. Producers en programmeurs volgen maar al te vaak de geplaveide paden met als argument dat zij aan de verwachtingen van het publiek willen voldoen. Ik moet soms echt vechten om niet alleen Russische muziek te dirigeren. Dat verloopt met wisselend succes. Dit seizoen is het me wel gelukt om als gastdirigent naast Tsjaikovski, Prokofjev en Sjostakovitsj ook nog Strauss, Sibelius, Mendelssohn en Dvořák te dirigeren. In mijn abonnementsconcerten met het Filharmonisch Orkest van de Oeral in Jekaterinenburg klinken geregeld Mahler, Brahms, Bruckner, Franck, Berlioz, Ravel, Messiaen, Webern, Schönberg, Lutoslawski, Bartók en vele anderen Europese componisten, en niet te vergeten de Weense Klassieken en hedendaagse componisten. Er zullen in Nederland ook niet uitsluitend Russen op de lessenaars staan. Gelukkig merk ik steeds vaker dat de globalisering van de muziekwereld helpt om met een groot aantal stereotypen te breken. Eén van de beste uitvoeringen van de Zesde Symfonie van Tsjaikovski die ik tot nu toe heb gehoord was onder leiding van Seiji Ozawa. Wat zijn uw persoonlijke voorkeuren in het klassieke orkestrepertoire? Ik kan moeilijk een paar favoriete componisten noemen. Natuurlijk horen daar Rachmaninov, Sjostakovitsj en Tsjaikovski bij. Maar niet alleen deze grote Russen, ook Ravel, Messiaen, Mozart, Dvořák, Sibelius, Brahms, Terteryan en Kantsjeli. Er is zoveel goede en interessante muziek! Ik zou met meer gemak kunnen zeggen welke componisten ik minder interessant vind, maar dat is een beetje onethisch Hedendaagse muziek heeft een vaste plek in uw repertoire in Rusland en tijdens uw gastoptredens. Staat u hier ook voor open in Nederland? Zeer zeker. Als we terugkijken naar mijn concert hier in oktober 2015, heb ik toen de wereldpremière van Lumen ad Finem Cuniculi van de Nederlandse componist Theo Verbey gedirigeerd. Een paar maanden later dirigeerde ik de wereldpremière van de Russische componist Vladimir Tarnopolski in Bologna, en dit voorjaar de wereldpremière van de Amerikaanse componist Kevin Beavers in Düsseldorf. Het eerste concert van dit seizoen wordt tevens de eerste uitvoering van Suite Hôtel de Pékin van Willem Jeths. Veertien jaar geleden dirigeerde >
11 ik overigens de Russische première van zijn Flux/Reflux tijdens het Nederlandse Kunstfestival in Jekaterinenburg. Hedendaagse muziek is een onmisbaar deel van het orkestrepertoire. Ik zeg altijd dat het onze plicht is als musici om onze tijdgenoten te spelen. Dat zijn we niet alleen verplicht aan het publiek maar ook excuses voor de grootspraak aan de muziekgeschiedenis, want het is aan ons om deze te laten voortduren. U werkt met orkesten in alle delen van de wereld, hoe verhoudt de klassieke muziekpraktijk in andere landen zich tot die van ons? Hoe denkt u over het klassieke muziekleven in Nederland? Ik kan nog moeilijk een mening vormen over het klassieke muziekleven in Nederland, aangezien ik er nog geen deel van uitmaak. Vanuit mijn ervaring merk ik wel dat orkesten in de hele wereld tegen dezelfde problemen aanlopen, ze variëren slechts in scherpte. De nationale tradities en specifieke rolverdeling in het muziekleven van een land benadrukken de veranderingen die overal plaatsvinden en zorgen voor meer nuancering. Ik denk dat we ons momenteel in de orkestpraktijk met haar traditionele organisatie en de manier waarop grote gezelschappen functioneren in een bepaalde crisisperiode bevinden. Maar elke crisis leidt tot vernieuwing en initieert uiteindelijk een zoektocht naar nieuwe ontwikkelingsmogelijkheden. Daarom kijk ik graag vooruit en blijf optimistisch! Nieuwe chef betovert orkest > 23, 24, 25 september 2016 > zie pagina 40 Gela Megrelidze Vadim Repin VADIM REPIN OVER VIOOLCONCERT IN D, OPUS 47 VAN JEAN SIBELIUS: Het Vioolconcert van Jean Sibelius is voor mij een van de mooiste, de meest veelomvattende, veelzijdige, meest chique concerten die voor viool zijn geschreven. Het zit werkelijk vol adembenemende mogelijkheden om de viool te laten schitteren. Sibelius licht alle kanten van het instrument meesterlijk uit. Muzikaal gezien is het een feest om dit concert te spelen, en het is ook nog heel goed voor viool geschreven: prettig speelbaar en met begrip voor de aard van het instrument. Ik heb dit Vioolconcert voor het eerst op mijn negentiende gespeeld, met het Groot Radio Symfonieorkest Moskou onder leiding van Vladimir Fedoseyev. Dat was in 1990 tijdens de Salzburger Festspiele, en sindsdien ben ik altijd blij als dit concert weer op het programma staat. Het is inmiddels een van mijn meest favoriete vioolconcerten geworden, naast die van Brahms en Sjostakovitsj. Dat ik Sibelius in Nederland met Dmitri Liss mag spelen, maakt het extra feestelijk. We kennen elkaar al jaren en hebben veel met elkaar opgetreden, zowel in Rusland als in Europa. Ik vind hem een van de meest getalenteerde dirigenten van deze tijd. Liss is niet alleen heel professioneel, hij heeft ook een heel bijzondere houding ten opzichte van zijn beroep. Het muzikale resultaat staat voor hem altijd op de eerste plaats. Hij staat ook bekend om zijn aandacht voor de musici die met hem spelen, of dat nu solisten of orkestmusici zijn. Dat is heel zeldzaam en zorgt voor een bijzonder prettige samenwerking. Olga de Kort-Koulikova