SPEL VAN DE GOUDEN EEUW - LESMATERIAAL



Vergelijkbare documenten
SPEL VAN DE GOUDEN EEUW - LESMATERIAAL

Ik heb geen idee wat het betekent. Ik heb dit woord wel eens gezien of gehoord.

(N)iets op de bank? Lesbrief over sparen, beleggen en lenen

Koopkracht: de waarde van geld

Loen Educatie & Schrijfwerk (N)iets op de bank? Lesbrief over sparen en lenen

Gastles: Hoe word ik rijk?

Waarom gaan we investeren We verwachten winst te maken! Alleen rekening houden met toekomstige ontvangsten en uitgaven.

Economie module 4 Ruilen in de tijd. goederen kopen

Tekst lezen en vragen stellen

Werkblad Voortgezet Onderwijs Gemengd-Theoretisch

a Wie lenen er allemaal voor de aanschaf van een duurzaam consumptiegoed? b Wie lenen er allemaal wegens een onverwachte tegenslag?

Wegwijs in de wereld van (mijn) geld

Doel Leerlingen kunnen in eigen woorden formuleren waarvoor en wanneer de berekeningen nodig zijn en deze op een correcte manier uitrekenen.

Management en Organisatie. Proefles

Les 1 Integratie Leestekst: Een bankrekening. Introductiefase

Vermogen: geld Kapitaal (aandelen, obligaties, leningen (lange termijn))

Ruilen over de tijd (havo)

Expeditie M&M. Microkredieten. lesbrief. ontdek avontuurlijk leren. Foto: Roel Burgler / Hollandse Hoogte

OP KAMERS Opdrachtenblad Categorie:


De gelijkenis van de barmhartige Samaritaan.

van ondernemers zijn. Om continu oplossingen te vinden, blijf ik op zoek naar nieuwe informatie. Alles wat bruikbaar bleek in de praktijk, bracht ik

Maak je eigen jaarbegroting

Verdieping Management en Organisatie (M&O) 3havo/vwo

Welke soorten beleggingen zijn er?

Banger voor spinnen dan voor terreur.

6,3. Samenvatting door S. 864 woorden 16 mei keer beoordeeld. Praktische economie. KvK: helpt bedrijven (bij opstarten) en voert wetten uit

Praktische opdracht klas 3M2 sparen en lenen

Amsterdam DNA is een project voor NT2 cursisten. Het is ontwikkeld door het Amsterdam

Handleiding Roodstand

De investeringsanalyse

VERSCHILLENDE TARIEVEN VOOR MEER WINST

Thema Informatie vragen bij een instelling

Thema Gezondheid. Lesbrief 2. De wachtkamer

10. Break the Code. Registratieformulier Break the Code. Namen groepsleden. Code poging 1 Puzzel 1 Puzzel 2 Puzzel 3

Wat moet ik weten als ik een hypotheek kies?

Algemene instructies voor de strategie: Vragen stellen. Introductiefase bij de eerste les:

Sparen voor je hartenwens

Voorblad Wat is geld?

Thema Op het werk. Lesbrief 14. Opdrachten

Lesbrief bij Een caravan in de winter van Louisa van der Pol

Mijn Mokum is een project voor NT2 cursisten. Het is gemaakt door het Amsterdam Museum.


De rente stijgt: welke gevolgen heeft dat voor u?

Compex wiskunde A1-2 vwo 2004-I

Les 1 Vragen stellen Leestekst: De tandarts

Voorbeeld van mensen die een tweedehands wagen wensen aan te kopen die ouder is dan 2 jaar met een lening bij ING.

Op de bank, of op de beurs? Sparen of beleggen: wat kies jij?

Het onze Vader. Naam:

1. Van je juf of meester krijg je een plaatje. Bekijk je plaatje goed. 3. Zoek samen nog vier klasgenoten met een ander plaatje.

Wil jij minderen met social media?

De economische wereldcrisis

Consumenteninformatie van de Autoriteit Financiële Markten. Loop geen onnodig risico. Verstandig beleggen

BESTEMMING BEREIKT?! Opdrachtenblad Niveau:

Gewoon zo! Geld: Wat moet je weten als je gaat winkelen? MAKKELIJKLEZENGIDS OVER GELD

M&O - een nieuw vak. Management & Organisatie. Management. Organisatie. Een nieuw vak in de bovenbouw van havo/vwo

Wat weet je al? Je gaat bekijken wat je al over de overheid weet.

De grootste financiële beslissing in een mensenleven

Boekverslag door M woorden 21 februari keer beoordeeld

Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine?

UIT VWO geld en banken

Hoofdstuk 1 Zet de geldmachine aan

Thema Informatie vragen bij een instelling

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

Colofon blz. 1 Handleiding blz. 3-4 Voorbeeld spaarplan blz. 5-7 Spaarplan 1 blz Spaarplan 2 blz Spaarplan 3 blz Spaarplan 4 blz.

De resultatenrekening

MODULE 3: Het eigen adviesbureau De eigen winkel (vaardigheidstoets voor de opleidingen Modestyling en Interieuradviseur) Inhoud:

Hoe maak je een werkstuk?

Optimaliseer je prestaties

Verenigde Staten: Je bent goed bezig. Kies nog duidelijker partij voor ofwel de Verenigde Staten, ofwel Bangladesh en Ethiopië!

Les 3 Vragenstellen Leestekst: De inbreker. 1. "Vandaag gaan we voor de derde keer een tekst lezen en daarbij vragen maken."

Voorblad Wat is geld?

ProJOP. jeugdwerk VPKB. 40 Days. stilstaan in de 40 dagentijd

Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine?

Voorwaarden EffectenPlusHypotheek Rekening C

1. Inleiding. We wensen jullie veel plezier en succes toe bij het opzetten en onderhouden van jullie onderneming! Vriendelijke groeten,

euzedossier ouderparticipatie keuzedossier vmbo loopbaanoriëntatie

DEEL 1. WERKBOEK 5 Eigen keuze Monique van Dam YOU: De keuze is aan jou!

Inhoud. Mijn leven. ik ga verhuizen

BESTEMMING BEREIKT?! Opdrachtenblad Niveau:

Tekort of overschot vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Gemaksbeleggen. Heel makkelijk zelf online beleggen

Samenvatting M&O hoofdstuk

Wat je moet weten als je een hypotheek kiest?

Ruitjes vertellen de waarheid

INLEIDING WET OP DE INKOMSTENBELASTING

Rekenmodule procenten Pagina 1

Uw huis, uw hypotheek, uw financiële toekomst

Jezus vertelt, dat God onze Vader is

Je geldzaken goed geregeld: een rustig gevoel!

Rekenmodule procenten Pagina 1

Hypotheek? Wij zijn uw bank.

BECO: DE BALANS - THEORIE

Sparen voor je hartenwens

handel en administratie thema de afdeling boekhouding Kaderberoepsgerichte leerweg Gemengde leerweg

Beschrijving Sparen en lenen zijn, naast het betalingsverkeer, de diensten van de bank waar de meeste mensen gebruik van maken.

t in uren H in mg ,2 31,4 Hoeveel procent breekt het lichaam ieder uur af? voelen. Geef je antwoord in minuten nauwkeurig.

Slim omgaan met geld

Transcriptie:

Amsterdam in 1594, aan het begin van de Gouden Eeuw. De Nederlandse kunst, wetenschap en vooral de economie bloeien op. Ondernemers krijgen nieuwe kansen en kunnen steeds grotere investeringen doen. De risico s zijn aanzienlijk, maar door de markt nauwlettend te volgen en inkomsten en uitgaven goed op elkaar af te stemmen, verdienen ze veel geld. Jij ook? 1

DEEL 1: LENEN EN INVESTEREN Kennis is belangrijk als je vermogen wil vergaren. Je wil straks geen verkeerde beslissingen nemen in het Spel van de Gouden Eeuw en failliet gaan! Of het risico lopen dat klasgenoten het een stuk beter doen dan jij Bereid je voor op het ondernemerschap, en sla je slag in de Gouden Eeuw! 1. Op de volgende bladzijden kom je belangrijke begrippen tegen. Ze zijn dikgedrukt. Schrijf bij het maken van de opdrachten elk dikgedrukt woord in de woordenlijst, en zet de betekenis erachter. De woordenlijst staat op de laatste bladzijde. Als je de betekenis niet weet, zoek je het op in je lesboek. 2. Vul in de volgende tekst de lege plekken in en streep het foute cursieve woord door. Als je geld op een bankrekening hebt staan, heb je een positief/negatief. Als je niet al dat geld uitgeeft, kun je dat, zodat je later meer geld hebt. Je krijgt dan van de bank. Als je in de min staat, dat noem je ook wel. Je hebt dan zelf geen geld, maar dat van de bank. Je betaalt over dat geld. Krediet is een ander woord voor een lening. Een lening moet je aflossen. Je kunt bij een bank, maar ook van een persoon geld lenen. Die ander noem je een crediteur of schuldeiser. De persoon die aan iemand anders iets verschuldigd is, is een debiteur of schuldenaar. 3. In de Gouden Eeuw konden Amsterdamse handelaren geld lenen bij de Stadsbank van Lening. Wie was in dat geval de crediteur en wie was de debiteur? Crediteur: Debiteur: 2

DEEL 1: LENEN EN INVESTEREN 4. Spaar- en betaalrekeningen bestonden nog niet rond 1600. Men had geld in kas, een begrip dat tegenwoordig ook nog gebruikt wordt in de economie. Hieronder staat een voorbeeld van de balans van een onderneming. Het gaat hier om een Amsterdamse vishandelaar uit de Gouden Eeuw. De handelaar heeft een eigen vermogen van ƒ 2071,-. In kas ƒ 210 Investeringen ƒ 1961 +/- Bezittingen ƒ 2171 [...] ƒ 100 +/- Eigen vermogen ƒ 2071 Welk woord hoort op de [...] te staan? Omcirkel het juiste antwoord. a. kapitaal b. rente c. schuld d. winst De Amsterdamse vishandelaar heeft een positief eigen vermogen. Vermogen kan ook negatief uitvallen. Wanneer iemand daardoor zijn leningen niet meer kan terugbetalen, kan er beslag worden gelegd op de bezittingen van de onderneming. De onderneming is dan failliet. Als ondernemer kun je geld investeren, bijvoorbeeld in goederen. Investeren is het opofferen van middelen zoals tijd, geld of arbeid, met een bepaald doel voor ogen. Je geeft dan nu iets op, en verwacht daar in de toekomst opbrengsten van te krijgen. Geïnvesteerd vermogen levert rendement op. Je berekent het rendement met deze formule: investeringsopbrengst Rendement = x 100% investering Let op: investeringsopbrengst is wat overblijft als je de investering van het eindtotaal afhaalt. 5. a. De Amsterdamse vishandelaar koopt een partij haring voor 150 gulden. Hij verkoopt de haring aan een marktkoopman voor 180 gulden. Wat is het rendement van zijn investering? De vishandelaar denkt dat gedroogde, gezouten vis over een jaar veel duurder zal zijn dan vandaag. Hij wil een grote hoeveelheid van die vis inkopen, om die over een jaar met winst te verkopen. Hij heeft 2000 gulden. Na een jaar blijkt het rendement van de vis 12% te zijn. b. Was de investering in vis een goed idee? Leg je antwoord uit. 3

DEEL 1: LENEN EN INVESTEREN De vishandelaar denkt Hoe meer vis, hoe beter. Doordat de vishandelaar een goede reputatie heeft, is crediteur Cornelis Hooft bereid om hem ƒ800,- uit te lenen voor een periode van twaalf maanden, tegen een jaarlijkse rente van 14%. c. Zou jij de vishandelaar aanraden om de lening te nemen? Leg uit waarom wel of niet. d. Leg uit waarom de vishandelaar een risico neemt door het geld te lenen. Ondernemers in de Gouden Eeuw gingen al op hun twaalfde van school en leerden het vak dan in de praktijk. Bijvoorbeeld in welke producten ze konden investeren: Graan, zout, haring, hout, wijn werden in grote hoeveelheden op de Amsterdamse stapelmarkt aangevoerd en verhandeld. Zulke bulkgoederen kenmerken zich door grote hoeveelheden tegelijk, een vrij hoge omloopsnelheid (grote hoeveelheden in korte tijd), maar kleine winstmarges. Zijde, leer en diamanten zijn dure luxeproducten. Ze kenmerken zich door kleine hoeveelheden, hoge marges en een lage omloopsnelheid, dat wil zeggen, je verkoopt slechts kleine partijen per keer en het duurt lang om partijen aan de man te brengen. (Tekst van de website van het Spel van de Gouden Eeuw) 6. a. Bedenk een voordeel en een nadeel van investeren in bulkgoederen. Voordeel: Nadeel: 4

DEEL 1: LENEN EN INVESTEREN b. Vul bij elk product in de tabel in wat voor type product het is, en wat de omloopsnelheid is. Bedenk zelf ook twee producten (van nu, of uit de tijd van de Gouden Eeuw) en geef aan wat voor type het is, en wat voor omloopsnelheid ze hebben. TYPE GOEDEREN OMLOOPSNELHEID BROOD BULK/LUXE HOOG/LAAG PORSELEINEN VAAS BULK/LUXE HOOG/LAAG KUNST BULK/LUXE HOOG/LAAG WIJN BULK/LUXE HOOG/LAAG BULK/LUXE HOOG/LAAG BULK/LUXE HOOG/LAAG 5

DEEL 1: LENEN EN INVESTEREN Je kunt investeren in goederen, en je kunt investeren in beleggingen. Bij beleggen investeer je geld in bijvoorbeeld aandelen. Er zijn twee manieren om daarmee geld te verdienen: 1. Je hoopt dat de aandelen meer waard worden in de loop der tijd, zodat je de aandelen op een later moment voor meer geld kan verkopen. 2. Het bedrijf waar je aandelen koopt, gebruikt jouw geld om te investeren. In ruil daarvoor krijg jij in de toekomst een stukje van de winst van dat bedrijf. Dat wordt dividend genoemd. De waarde van aandelen schommelt: je koopt het liefst op het moment dat een aandeel weinig waard is. Vervolgens verkoop je een aandeel op het moment dat de waarde hoog is. Maar dat weet je niet van te voren. Aandelen kunnen meer of minder waard worden door bijvoorbeeld veranderingen in vraag en aanbod en onverwachte gebeurtenissen, zoals rampen. Je hebt bij investeren en beleggen altijd te maken met onzekerheid en risico s. 7. In de volgende tabel staan hedendaagse goederen en beleggingen waaraan je geld kunt uitgeven. Vul de tabel in. Geef aan of de producten beleggingen zijn; of je er op korte of lange termijn financieel voordeel van denkt te krijgen; en of de risico s hoog of laag zijn. BELEGGING TERMIJN RISICO BROODJE SHOARMA JA/NEE KORT/LANG HOOG/LAAG SPAARREKENING JA/NEE KORT/LANG HOOG/LAAG AANDEEL VAN TWITTER JA/NEE KORT/LANG HOOG/LAAG STRIPBOEK JA/NEE KORT/LANG HOOG/LAAG 8. Stel, je hebt als handelaar 1000 gulden te besteden aan goederen en/of beleggingen. Je kunt goederen zoals peper, zijde en zout kopen van de Verenigde Oost-Indische Compagnie, de VOC. Je weet dat de VOC-schepen moeilijke reizen maken. Er kan van alles misgaan, maar er valt veel geld te verdienen. a. Hoe zou je willen investeren? Leg uit waarom. 6

DEEL 1: LENEN EN INVESTEREN b. Wanneer is je verwachte winst hoger: als je investeert in een product met een laag rendement, of in een product met een hoog rendement? c. Hoe kun je je indekken tegen onverwachte gebeurtenissen? d. Je kunt geld verdienen aan aandelen door ze duurder te verkopen. Op welke andere manier kun je geld verdienen met aandelen? 7

DEEL 2: HET SPEL VAN DE GOUDEN EEUW In het Spel van de Gouden Eeuw kruip je in de huid van beginnend koopman Hans Thijs (1556-1611). Hij werkte tussen 1595 en 1611 als handelaar in Amsterdam. Je hebt als doel je vermogen op te bouwen door succesvol te investeren en te beleggen. Het bijzondere van dit spel is dat alles wat je ziet van de personen die je ontmoet tot de rentestanden gebaseerd is op echte historische gegevens. Je speelt dus een echte Gouden Eeuwer. 9. Start het Spel van de Gouden Eeuw: klik op NIEUW SPEL en vul je naam in kies MAKKELIJK als moeilijkheidsgraad begin met de tutorial (klik op het rode kruis) De raadgever leert je stap voor stap hoe je het spel speelt. Let goed op, want je kunt niet terugklikken! Belangrijk! Maak aan het einde van de les, voordat je met het spel stopt, een foto van je kasstroom overzicht. Je hebt het kasstroom overzicht nodig in de volgende les. Het overzicht ziet er zo uit: Je vindt het overzicht onder deze knop (rechtsonder in beeld): 8

DEEL 3: STINKEND RIJK, GOED BEZIG OF STRAATARM? Je hebt het Spel van de Gouden Eeuw gespeeld. Hoe heb je het ervan afgebracht? Ben je failliet gegaan, of heb je veel geld verdiend? Vergelijk je prestaties met die van je klasgenoten, en denk na over de beste strategie om stinkend rijk te worden. 10. Hieronder staan afbeeldingen uit het Spel van de Gouden Eeuw. Beantwoord de bijbehorende vragen. a. Onder het woord KAS staan twee getallen met een schuine streep ertussen. Waar staat het tweede getal (ƒ1408,-) voor? Leg uit waarom het verstandig is om dat getal in de gaten te houden. b. Kijk naar de grafiek INVESTERINGSVOORSTEL. Is het slim om te investeren als de grafiek onder de 0% lijn zit? Leg uit waarom wel of waarom niet. 9

DEEL 3: STINKEND RIJK, GOED BEZIG OF STRAATARM? c. In deze afbeelding is een krediet met een looptijd van 2 maanden genomen om te investeren in het luxeproduct zijde. Leg uit wat een nadeel hiervan is. 11. Je gaat nu samen met een paar klasgenoten de balans opmaken. Vergelijk hoe jullie het gedaan hebben, en bepaal wie het beste heeft gespeeld. a. Vul ieders resultaten in de tabel in. Gebruik de foto die je de vorige les hebt gemaakt van het kasstroom overzicht. NAAM: NAAM: NAAM: NAAM: EINDDATUM IN GAME IN KAS INVESTERINGEN BEZITTINGEN SCHULDEN EIGEN VERMOGEN VERWACHTE WINST 10

DEEL 3: STINKEND RIJK, GOED BEZIG OF STRAATARM? b. Is er iemand failliet gegaan? Zo ja, hoe zou dat zijn gekomen? c. Wie van jullie heeft het spel het beste gespeeld? Hoe bepaal je dat? d. Welke strategie gebruikte de beste speler? EXTRA OPDRACHT Inmiddels ben je een ervaren ondernemer in de Gouden Eeuw. Je ontvangt een brief van een beginnende koopman die wil weten hoe hij te werk moet gaan. Je besluit hem te helpen. Welk advies zou je geven aan de jonge ondernemer? Schrijf hem een brief en zeg iets over: investeren in bulkgoederen en luxegoederen beleggen lenen risico en onzekerheid geef tot slot een tip aan de jonge ondernemer 11

WOORDENLIJST WOORD BETEKENIS 12